Persoonlijk Leren Op BC Broekhin

Persoonlijk Leren Op BC Broekhin Een overzicht van de broedplaatsen van het SOML-project ‘Persoonlijk Leren’ vanuit het organisatie perspectief

Maart 2014

INLEIDING

Het is september 2013. De projectgroep ‘Persoonlijk Leren’ van de Stichting Onderwijs MiddenLimburg is gevormd en heeft de opdracht van het College van Bestuur aanvaard. Het project ‘Persoonlijk Leren’ is gericht op het onderzoeken van bestaande initiatieven omtrent het meer persoonlijk maken van het onderwijs aan onze leerlingen, aansluitend bij de verschillen tussen de scholen en de locaties en ruimte gevend aan veelvormigheid. Nu, maart 2014, geeft dit document het resultaat weer van de inventarisatie die gemaakt is op BC Broekhin door de deelprojectgroep ‘Organisatie’ in het kader van het project ‘Persoonlijk Leren’ van de Stichting Onderwijs Midden-Limburg. In het deelproject ‘Organisatie’ wordt de zoektocht naar de bouwstenen van succesvolle initiatieven omtrent Persoonlijk Leren vormgegeven. Met als uiteindelijke doel het kunnen schetsen van mogelijke scenario’s voor schoolontwikkelingen in de richting van Persoonlijk Leren. Dit document bevat een overzicht van 15 initiatieven op BC Broekhin in het kader van deze ontwikkeling, verdeeld over alle afdelingen en vrijwel alle leerjaren. Voor ieder initiatief is aangegeven welke docenten kartrekker zijn en welke docenten eraan deelnemen. Ook is in de verschillende ‘woordenwolken’ weergegeven waar een bepaald initiatief zich wat meer op richt. Tenslotte is een overzicht gegenereerd waaruit af te lezen valt hoe de verschillende initiatieven in gezamenlijkheid een beeld vormen van initiatieven omtrent persoonlijk leren op BC Broekhin. Met dit document is het mogelijk vanuit organisatorisch perspectief naar de broedplaatsen te kijken. En wellicht nog veel belangrijker… Op basis van dit document is het mogelijk contact op te nemen met de vormgevers van het onderwijs in de broedplaatsen… Want waar ruimte is om relaties te bouwen, daar ontwikkelt onderwijs als vanzelf…

Frank Neiss

Broedplek : Kansstroom 5 HAVO Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] Deze broedplek richt zich primair op leerlingen waarin het vertrouwen van de docentenvergadering op cognitieve en non-cognitieve gronden is uitgesproken op een haalbaar examenjaar, ondanks het niet behalen van de overgangsnorm bij bevordering aan het einde van 4 havo. Aan deze primaire groep worden leerlingen toegevoegd waarvan in overleg tussen mentor en vakdocent geconstateerd wordt dat maatwerkondersteuning in het examenjaar wenselijk is. Geheel onder regie van de kansstroomdocent wordt een programma ingericht en uitgevoerd dat primair gericht is op het succesvol maken van het CSE voor het betreffende vak. De betrokken vakken zijn NE, EN, WA, WB, GS, EC, BI, SK. Als groepsgrootte wordt een optimum van 10 leerlingen nagestreefd. Kansstroombijeenkomsten vinden bij voorkeur plaats in het ‘vloeibare deel van het rooster’ (MEGAband) , maar kan ook dwars door het vaste deel van het rooster uitgevoerd worden. Roostering kan dynamisch plaatsvinden door overleg tussen kansleerlingen en kansstroomdocent.

Broedplek : MEGAband 4 HAVO Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] De broedplek MEGAband 4 HAVO omvat zowel structurele, beheersmatige, inhoudelijk als culturele ontwikkelingen in de organisatie van het onderwijs aan 4 HAVO. Daar waar het rooster van de vaklessen gezien kan worden als in de vaste aggregatietoestand, daar is de MEGAband een blok van 2 lesuren op dinsdagmiddag dat als ‘vloeibaar’ gezien kan worden. In dit vloeibare deel van het rooster zijn alle leerlingen van 4 havo en alle docenten die deel uitmaken van het 3,4,5-havo-team vrijgeroosterd. Docenten bieden in dit vloeibare deel activiteiten aan zoals mentoraat, en LOB, maar ook kansstromen, workshops of excellentieprogramma’s. De leerlingen kiezen uit dit aanbod via digitale inschrijving in Magister. De keuzevrijheid van leerlingen wordt gestuurd vanuit het op de school gangbare verkeerslicht-principe. Ontwikkelingen in de MEGAband zijn gericht op het ontwikkelen en ontdekken van enerzijds andersoortig onderwijs-leer-gedrag van zowel leerlingen als docenten en anderzijds beheersmatige (keuze en aanwezigheid) en inhoudelijke aspecten van het onderwijs (gericht op funderen, integreren én excelleren).

Broedplek : Banduur Kansklas Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] De broedplek ‘Banduur kansklas’ richt zich op de differentiatie en de keuzevrijheid van leerlingen. Zwakke leerlingen krijgen reken- en taalondersteuning aangeboden (vaak ook op verschillende niveaus, zoals Woordenschat of Begrijpend Lezen) en de sterkere leerlingen kunnen de keuze maken uit verschillende verrijkende en verdiepende workshops. De docenten worden uitgedaagd om buiten de platgetreden paden te gaan en op een andere manier onderwijs te verzorgen. De eerstejaars leerlingen ervaren ‘voor het eerst’ dat er ook veel te leren valt buiten de eigen klas.

Broedplek : Kernvakkenband 2 HAVO Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] Door een herindeling van de lessen Nederlands, Engels en Wiskunde en het op een andere manier inzetten van de beschikbare docenten hebben we banduren gecreëerd waarbinnen méér docenten kunnen werken met (dus) kleinere groepjes. Als een leerling meer Engels nodig heeft, gaat hij naar Engels en zo kunnen we lestijd veel gerichter inzetten naar behoefte. Er wordt ook geëxperimenteerd met de vraag wie de keuze maakt. de mentor, de vakdocent of de leerling zelf. Muren tussen vakdocenten binnen een vak en ook tussen vakken worden afgebroken of in ieder geval minstens transparanter gemaakt. Leerlingen en docenten treden buiten de comfortzone en dat leidt tot hogere motivatie en uiteindelijk prestatie.

Broedplek : Informatica bovenbouw Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] De broedplek informatica richt zich vooral op het adaptief maken van het curriculum aan de leerbehoefte van leerlingen(teams) waarbij tegelijkertijd alle doelstellingen van het vak behaald worden. In deze broedplek wordt gewerkt met een docententeam dat bestaat uit vier docenten met verschillende specialisatie die gelijktijdig aanwezig zijn in het klaslokaal waar alle leerlingen van 4 havo én 4 vwo, en op een ander moment in het rooster alle leerlingen van 5 havo én 5 vwo, die voor Informatica gekozen hebben samen zijn. Leerlingen werken in teams aan modules die uitmonden in een geïntegreerd eindproject. Door teamteaching op basis van complementaire specialisatie in combinatie met teamgericht projectmatig werken ontstaan nieuwe mogelijkheden in de vakinhoudelijke leerlingbegeleiding. Door gebruikmaking van weblog-based communicatie kunnen gepersonaliseerde leertrajecten ontstaan.

Broedplek : ANW Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] De broedplek ANW richt zich vooral op het adaptief maken van het curriculum aan de leerbehoefte van leerlingen(teams) waarbij tegelijkertijd alle doelstellingen van het vak behaald worden. De focus van het vak ligt op het stimuleren van ‘verwondering’ en het vervolgens systematisch komen tot antwoorden op de verwonderingsvragen van de leerlingen. Door een koers te kiezen die meer gericht is op algemeen wetenschappelijk denken (in plaats van een sterke focus op de natuurwetenschappen) kunnen ook leerlingen in de maatschappijprofielen goed voorbereid worden op het vervolg op ANW: het profielwerkstuk vwo. In deze broedplek wordt gewerkt met een docententeam dat bestaat uit vijf docenten met verschillende specialisatie die bij herhaling modules over hun specialisatie, in procesmatig oplopende moeilijkheidsgraad aanbieden. Zo kunnen de leerlingen een passend programma maken door gepersonaliseerde combinaties van vakinhoud en algemeen wetenschappelijke vaardigheden te maken. Door gebruikmaking van weblog-based communicatie kunnen gepersonaliseerde leertrajecten zichtbaar gemaakt worden.

Broedplek : Kansstroom 3 en 4 vmbo-t+ Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] Deze broedplek richt zich primair op leerlingen waarin het vertrouwen van de docentenvergadering op cognitieve en non-cognitieve gronden is uitgesproken op een haalbaar examenjaar, ondanks het niet behalen van de overgangsnorm bij bevordering aan het einde van 3 vmbo. Aan deze primaire groep worden leerlingen toegevoegd waarvan in overleg tussen mentor en vakdocent geconstateerd wordt dat maatwerkondersteuning in het examenjaar wenselijk is. Geheel onder regie van de kansstroomdocent wordt een leerling begeleid, met name op non-cognitieve aspecten, waarbij naar behoefte ook vakinhoudelijk, sociaal-emotioneel of organisatorische ondersteuning kan plaatsvinden. De begeleiding is primair gericht op het succesvol maken van het CSE.

Broedplek : Megaband 3 en4 vmbo-t+ Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] De Megaband 3 en 4 vmbo is primair vooral een roosterconstructie. Voor 3 vmbo wordt deze tijdens les 6 gevuld met een mentorles, Les 7 met Lob-Tumult en bijles Engels. Voor 4 vmbo wordt deze ruimte gevuld met een mentorles, bijles voor de vakken Engels, wiskunde en Economie, Project kies techniek, Workshops CKV, Lob lessen, Rekentoetsen, presentatie sectorwerkstuk en Begeleiding kansleerlingen. Door parallelplaatsing van docenten wordt ruimte geboden aan flexibilisering. De snelheid van deze ontwikkeling kan aansluiten bij de heersende afdelingscultuur en ambitie.

Broedplek : Vrijeschool Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] De broedplek ‘vrijeschool’ adopteert integraal de vrijeschool-pedagogiek en -didactiek die zich kenmerkt door een directe koppeling van de inhoud van het onderwijsthema aan de ontwikkelingsfase van de leerlingen. Door geen gebruik te maken van bestaande methodes krijgen de docenten weer de verantwoordelijkheid over zowel de inhoud als de didactische aanpak van de leerstof. Er wordt gezocht naar de balans tussen de binnen de vrijeschool vastgestelde leerdoelen en werkwijzen en de ruimte van de steeds meer volwassen wordende leerling om zijn eigen pad te kiezen in de richting van deze leerdoelen. Een kernaspect van deze broedplek is het werken met de dialoog tussen leerling en leraar. Werkvormen kennen een hoge mate van taligheid in de vorm van gesproken tekst. Er wordt spaarzaam omgegaan met het gebruik van digitale middelen.

Broedplek : Jenaplan Kartrekker: [email protected] [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: Alle docenten en onderwijsondersteuners

Werkvormen: gesprek, viering, spel & werk. Heterogene groeperingsvormen: Stamgroepen (leerlingen uit klas 1 en 2 voor de noncognitieve vakken), Keuze lessen. Doel: zelfkennis opbouwen. Kennis opdoen over jezelf in relatie tot een andere individuen en andere zaken. Daarnaast leer je zorg te dragen voor de omgeving.

Broedplek : Mavo-Havo klas Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

duur 2 jaar, doorstroming naar Havo, maatwerk bij de ontwikkeling van vaardigheden en kennisopbouw, drempelloze overstap naar 3 Havo.

Broedplek : Vakcollege Techniek Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

Kenmerken: opleiding tot vakman of vakvrouw, beroepsgerichte praktijklessen, stage opdrachten, junior proeven, wedstrijdopdrachten gastlessen door mensen die veel afweten over een bepaald beroep, arbeidsmarktgerichte opleiding, samenwerking MBO & werkgevers

Broedplek : Vakcollege Mens & Dienstverlening Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: luc peters ([email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

Kenmerken: opleiding tot vakman of vakvrouw, beroepsgerichte praktijklessen, gastlessen door mensen die veel afweten over een bepaald beroep, arbeidsmarktgerichte opleiding, samenwerking MBO & werkgevers

Broedplek : E-learning (Pulseon/ipad) Kartrekker: [email protected] [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] rvbuggenum@ broekhinjenaplan.nl [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

Kenmerken: gebruik van Pulseon/Ipad klas, ontwikkeling/gebruik van digitaal lesmateriaal, creativiteit, sociale netwerken, interactieve opdrachten, keuze opdrachten leerstijlvariatie.

Broedplek : Omgevings onderwijs Kartrekker: [email protected]

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]

Kenmerken: onderwijstoepassingen verbonden aan de directe omgeving, Samenwerking met de Wijk & Basisschool Bosdael, Woongoed 2000, Dierenrijck, PSW, IVN, Heemkunde vereniging, Gemeente Beesel. Augmented reality, GPS routes, website, zelfstandig leren, samenwerkend leren, actief leren, zintuiglijk leren. Burgerschapsontwikkeling door kennis over cultuurlijk en natuurlijk erfgoed.

Broedplek : Pilot 30 – 60 – 90 Kartrekker:

Deelnemers in de uitvoering: [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected] [email protected]) Kenmerken: lessen van 30 minuten, 60 minuten, 90 minuten.

BROEDPLAATS: KANSstroom 5H school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen

duidelijke leerdoelen en kaders veilige omgeving & rustige studieplek

onderzoekende houding uitgaan van interesse / passie van leerlingen

flexibel(er) rooster

eigen keuzes leerling: qua inhoud, niveau, tempo en tijd

respectvolle schoolcultuur

ontwikkeling / talenten individuele leerling eigen verantwoordelijkheid leerling

enthousiaste leerlingen én docenten

uitdagingen krijgen en oppakken participatie

docent wordt meer coach vrijheid voor leerlingen én docenten meer interactie tussen leerling en docent dynamische stabiliteit gestimuleerde groei motivatie

mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN

ontwikkelperspectief

excelleren

funderen

proactieve houding

cognitief, creatief, sociaal én sportief sociaal bewustzijn

zelfstandigheid

efficiënt onderwijs

samenwerken / interactie met anderen

gevarieerd leermiddelenaanbod

behouden klassikale situaties

leren zowel in als buiten de school

juiste balans tussen klas en individu betrokkenheid ouders

tijd– en plaatsonafhankelijk leren

realistische leeromgeving voorbereiding vervolgopleiding

persoonlijk leerplan uitgaan van leercirkel: werken aan leerdoelen, voortgang monitoren, feedback organiseren en bijsturen

FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Maartje van de Bovenkamp School: BC Broekhin Roermond Functie: Leerlingcoördinator (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Kansstroom 5H Naam / korte omschrijving: Deze broedplek richt zich primair op leerlingen waarin het vertrouwen van de docentenvergadering op cognitieve en non-cognitieve gronden is uitgesproken op een haalbaar examenjaar, ondanks het niet behalen van de overgangsnorm bij bevordering aan het einde van 4 havo. Aan deze primaire groep worden leerlingen toegevoegd waarvan in overleg tussen mentor en vakdocent geconstateerd wordt dat maatwerkondersteuning in het examenjaar wenselijk is. Geheel onder regie van de kansstroomdocent wordt een programma ingericht en uitgevoerd dat primair gericht is op het succesvol maken van het CSE voor het betreffende vak. De betrokken vakken zijn NE, EN, WA, WB, GS, EC, BI, SK. Als groepsgrootte wordt een optimum van 10 leerlingen nagestreefd. Kansstroombijeenkomsten vinden bij voorkeur plaats in het ‘vloeibare deel van het rooster’ (MEGAband) , maar kan ook dwars door het vaste deel van het rooster uitgevoerd worden. Roostering kan dynamisch plaatsvinden door overleg tussen kansleerlingen en kansstroomdocent. Start project: 1-8-2011 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Flexibele en gepersonaliseerde inzet van cognitieve ondersteuning voor leerlingen. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Mogelijkheden tot cognitieve doorstroom door cognitieve ondersteuning Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Taakprofilering en professionele diepgang en exploratie Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Minder doubleurs en een hoger slagingspercentage Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via gangbare instrumenten (IDU-gegevens)

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 5 Niveau(s): H Aantal betrokken leerlingen: Ca. 15 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’):

Max. 12

Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling x geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van …

anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen? In overleg met ouders is de basis voor vertrouwen gezocht met betrekking tot een succesvol examenjaar Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Ja Zo ja, op welke manier? Via kansstroom-ouderavond en mentorgesprekken

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 8 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. X eigen keuze docent geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders… Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?

Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: Organisator X Vakdocent Mentor Coach Facilitair ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Nee Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Nee Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol?

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. X Onderwijskundig: speciale competenties m.b.t. examenleerlingen Organisatorisch X Financieel: taakuren

Facilitair Ict Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?

Stellingen: “Bij deze ontwikkeling …” … bepaalt de leerling welke stof geleerd wordt;

zeer oneens Oneens

X X

… bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling;

X X

… bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen;

X

… bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald; … worden dezelfde leerdoelen voor een groep gesteld, met specifieke individuele leerdoelen voor bepaalde leerlingen; … bepaalt de leerling zelf welke methodes hij gebruikt om zich de stof eigen te maken; … selecteert de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden voor de hele groep; … bepaalt de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden om individuele leerlingen het leerdoel bij te brengen; … bouwt een leerling een netwerk van medescholieren, docenten en andere experts om de leerdoelen eigen te maken; … is er sprake van een groep leerlingen die les krijgen van een vakdocent;

zeer eens

X

… verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling;

… bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt;

eens

X

… verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen;

… past de docent de leerdoelen aan aan het niveau van de groep leerlingen;

Neutraal

X X X X X X Indien nodig X X

BROEDPLAATS: MEGAband 4 HAVO school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Maartje van de Bovenkamp-Janssen School: BC Broekhin Roermond Functie: Leerlingcoördinator (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: MEGAband 4H Naam / korte omschrijving: De broedplek MEGAband 4 HAVO omvat zowel structurele, beheersmatige, inhoudelijk als culturele ontwikkelingen in de organisatie van het onderwijs aan 4 HAVO. Daar waar het rooster van de vaklessen gezien kan worden als in de vaste aggregatietoestand, daar is de MEGAband een blok van 2 lesuren op dinsdagmiddag dat als ‘vloeibaar’ gezien kan worden. In dit vloeibare deel van het rooster zijn alle leerlingen van 4 havo en alle docenten die deel uitmaken van het 3,4,5-havo-team vrijgeroosterd. Docenten bieden in dit vloeibare deel activiteiten aan zoals mentoraat, en LOB, maar ook kansstromen, workshops of excellentieprogramma’s. De leerlingen kiezen uit dit aanbod via digitale inschrijving in Magister. De keuzevrijheid van leerlingen wordt gestuurd vanuit het op de school gangbare verkeerslicht-principe. Ontwikkelingen in de MEGAband zijn gericht op het ontwikkelen en ontdekken van enerzijds andersoortig onderwijs-leer-gedrag van zowel leerlingen als docenten en anderzijds beheersmatige (keuze en aanwezigheid) en inhoudelijke aspecten van het onderwijs (gericht op funderen, integreren én excelleren). Start project: 1-8-2013 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Flexibele en gepersonaliseerde inzet van activiteiten voor leerlingen naar behoefte Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Gepersonaliseerde ondersteuning en verdieping buiten het reguliere rooster Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Pedagogisch-didactisch-inhoudelijke experimenteerruimte voor docenten Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Cultuurverandering bij leerlingen en docenten. Naar een meer naar vraaggestuurde onderwijscultuur. Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via klankbordbijeenkomsten

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 4 Niveau(s): Havo Aantal betrokken leerlingen: 150 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): 6-30 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. X eigen keuze leerling geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding)

selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen? In overleg met ouders is de basis voor vertrouwen gezocht met betrekking tot een succesvol examenjaar

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Nee Zo ja, op welke manier?

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 17 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. X eigen keuze docent X geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders… Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?

Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: X Organisator X Vakdocent X Mentor X Coach Facilitair X ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Nee Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Nee Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol?

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. Onderwijskundig: speciale competenties m.b.t. zorgleerlingen X Organisatorisch

Financieel: taakuren Facilitair Ict Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken? X


zeer oneens Oneens

Neutraal

X


X X


X


X


X

… bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling;

X

… bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald; … worden dezelfde leerdoelen voor een groep gesteld, met specifieke individuele leerdoelen voor bepaalde leerlingen; … bepaalt de leerling zelf welke methodes hij gebruikt om zich de stof eigen te maken; … selecteert de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden voor de hele groep; … bepaalt de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden om individuele leerlingen het leerdoel bij te brengen; … bouwt een leerling een netwerk van medescholieren, docenten en andere experts om de leerdoelen eigen te maken; … is er sprake van een groep leerlingen die les krijgen van een vakdocent;

zeer eens X



eens

X X X X X X X X

BROEDPLAATS: Banduur Kansklas school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Marc Demandt School: BC Broekhin Roermond Functie: Afdelingsleider (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Banduur Kansklas Naam / korte omschrijving: De broedplek ‘Banduur kansklas’ richt zich op de differentiatie en de keuzevrijheid van leerlingen. Zwakke leerlingen krijgen reken- en taalondersteuning aangeboden (vaak ook op verschillende niveaus, zoals Woordenschat of Begrijpend Lezen) en de sterkere leerlingen kunnen de keuze maken uit verschillende verrijkende en verdiepende workshops. De docenten worden uitgedaagd om buiten de platgetreden paden te gaan en op een andere manier onderwijs te verzorgen. De eerstejaars leerlingen ervaren ‘voor het eerst’ dat er ook veel te leren valt buiten de eigen klas. Start project: 1-8-2011 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Flexibele en gepersonaliseerde samenstelling van onderwijsinhoud voor leerlingen. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Mogelijkheden het verbinden van inhoud en leerdoel op basis van behoefte en motivatie. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Specialisatie in een (deel)vakgebied of verbreding in thematisch onderwijs. Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Hogere motivatie bij leerlingen waardoor betere resultaten Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via gangbare instrumenten (IDU-gegevens)

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 1 Niveau(s): Vmbo/havo/vwo Aantal betrokken leerlingen: Ca. 240 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): Max. 32 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling x geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Ja

Zo ja, op welke manier? Middels ouderavonden


Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: Organisator X Vakdocent Mentor X Coach Facilitair ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Nee Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Nee Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol?

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. Onderwijskundig: X Organisatorisch: banduur in het rooster Financieel: Facilitair Ict Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?


zeer oneens Oneens


X X X X


X


zeer eens

X



eens

X



Neutraal

X X X X X X X X X

BROEDPLAATS: Kernvakkenband 2 HAVO school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Marc Demandt School: BC Broekhin Roermond Functie: Afdelingsleider (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Banduur Kansklas Naam / korte omschrijving: Door een herindeling van de lessen Nederlands, Engels en Wiskunde en het op een andere manier inzetten van de beschikbare docenten hebben we banduren gecreëerd waarbinnen méér docenten kunnen werken met (dus) kleinere groepjes. Als een leerling meer Engels nodig heeft, gaat hij naar Engels en zo kunnen we lestijd veel gerichter inzetten naar behoefte. Er wordt ook geëxperimenteerd met de vraag wie de keuze maakt. de mentor, de vakdocent of de leerling zelf. Muren tussen vakdocenten binnen een vak en ook tussen vakken worden afgebroken of in ieder geval minstens transparanter gemaakt. Leerlingen en docenten treden buiten de comfortzone en dat leidt tot hogere motivatie en uiteindelijk prestatie. Start project: 1-8-2013 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Flexibele en gepersonaliseerde samenstelling van onderwijsinhoud en onderwijstijd voor leerlingen. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Mogelijkheden om op basis van behoefte en motivatie onderwijstijd te verlengen. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Specialisatie in een (deel)vakgebied op remediëring en/of excellentie. Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Maatwerk ondersteuning en hogere motivatie bij leerlingen waardoor betere resultaten Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via gangbare instrumenten (IDU-gegevens)

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 2 Niveau(s): havo Aantal betrokken leerlingen: Ca. 100 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): Max. 32 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling x geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Ja Zo ja, op welke manier? Middels ouderavonden Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 12 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze docent X geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders… Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?


Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. Onderwijskundig: X Organisatorisch: banduur in het rooster Financieel: Facilitair Ict Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?


zeer oneens Oneens


X X X X


X


zeer eens

X



eens

X



Neutraal

X X X X X X X X X

BROEDPLAATS: Informatica bovenbouw school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Frank Neiss School: BC Broekhin Roermond Functie: Afdelingsleider (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Informatica Naam / korte omschrijving: De broedplek informatica richt zich vooral op het adaptief maken van het curriculum aan de leerbehoefte van leerlingen(teams) waarbij tegelijkertijd alle doelstellingen van het vak behaald worden. In deze broedplek wordt gewerkt met een docententeam dat bestaat uit vier docenten met verschillende specialisatie die gelijktijdig aanwezig zijn in het klaslokaal waar alle leerlingen van 4 havo én 4 vwo, en op een ander moment in het rooster alle leerlingen van 5 havo én 5 vwo, die voor Informatica gekozen hebben samen zijn. Leerlingen werken in teams aan modules die uitmonden in een geïntegreerd eindproject. Door teamteaching op basis van complementaire specialisatie in combinatie met teamgericht projectmatig werken ontstaan nieuwe mogelijkheden in de vakinhoudelijke leerlingbegeleiding. Door gebruikmaking van weblog-based communicatie kunnen gepersonaliseerde leertrajecten ontstaan. Start project: 1-8-2011 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Flexibele en gepersonaliseerde samenstelling van onderwijsinhoud voor leerlingen. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Mogelijkheden het verbinden van inhoud en leerdoel op basis van interesse en motivatie. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Specialisatie in een (deel)vakgebied Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Hogere motivatie bij leerlingen waardoor betere resultaten Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via vergelijking met andere scholen die dit vak aanbieden op basis van de geleverde eindproducten Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 4/5 Niveau(s): HAVO/VWO Aantal betrokken leerlingen: 98 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): nvt Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. x eigen keuze leerling geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?



Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: Organisator X Vakdocent Mentor X Coach Facilitair ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Nee Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Ja Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol? Gastsprekers uit de ICT-sector

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. Onderwijskundig: X Organisatorisch: banduur over havo/vwo gesplitst 4 en 5 Financieel: Facilitair Ict Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee

Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?


zeer oneens Oneens

Neutraal

zeer eens X


X


X


X


X


X


X


X


eens

X X X X X Indien nodig X X

BROEDPLAATS: ANW school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Maartje van de Bovenkamp School: BC Broekhin Roermond Functie: Leerlingcoördinator (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: ANW Naam / korte omschrijving: De broedplek ANW richt zich vooral op het adaptief maken van het curriculum aan de leerbehoefte van leerlingen(teams) waarbij tegelijkertijd alle doelstellingen van het vak behaald worden. De focus van het vak ligt op het stimuleren van ‘verwondering’ en het vervolgens systematisch komen tot antwoorden op de verwonderingsvragen van de leerlingen. Door een koers te kiezen die meer gericht is op algemeen wetenschappelijk denken (in plaats van een sterke focus op de natuurwetenschappen) kunnen ook leerlingen in de maatschappijprofielen goed voorbereid worden op het vervolg op ANW: het profielwerkstuk vwo. In deze broedplek wordt gewerkt met een docententeam dat bestaat uit vijf docenten met verschillende specialisatie die bij herhaling modules over hun specialisatie, in procesmatig oplopende moeilijkheidsgraad aanbieden. Zo kunnen de leerlingen een passend programma maken door gepersonaliseerde combinaties van vakinhoud en algemeen wetenschappelijke vaardigheden te maken. Door gebruikmaking van weblogbased communicatie kunnen gepersonaliseerde leertrajecten zichtbaar gemaakt worden. Start project: 1-8-2011 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Flexibele en gepersonaliseerde samenstelling van onderwijsinhoud voor leerlingen. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Mogelijkheden het verbinden van inhoud en leerdoel op basis van interesse en motivatie. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Specialisatie in een (deel)vakgebied Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Hogere motivatie bij leerlingen waardoor betere resultaten Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via wetenschappelijke studie (RUG)

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 4/5 Niveau(s): VWO Aantal betrokken leerlingen: Ca. 230 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): Max. 35 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling x geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van …

anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?




Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. X Onderwijskundig: speciale competenties m.b.t. onderzoek bij docenten X Organisatorisch: banduur in het rooster Financieel: Facilitair Ict

Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?


zeer oneens Oneens

X X X


X


X


X


zeer eens

X



eens X



Neutraal

X X X X X X X X

BROEDPLAATS: KANSstroom 3 en 4 T+ school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Suzanna Munzinger School: BC Broekhin Roermond Functie: Leerlingcoördinator (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Struktuurstroom 4T+ Naam / korte omschrijving: Deze broedplek richt zich primair op leerlingen waarin het vertrouwen van de docentenvergadering op cognitieve en non-cognitieve gronden is uitgesproken op een haalbaar examenjaar, ondanks het niet behalen van de overgangsnorm bij bevordering aan het einde van 3 vmbo. Aan deze primaire groep worden leerlingen toegevoegd waarvan in overleg tussen mentor en vakdocent geconstateerd wordt dat maatwerkondersteuning in het examenjaar wenselijk is. Geheel onder regie van de kansstroomdocent wordt een leerling begeleid, met name op non-cognitieve aspecten, waarbij naar behoefte ook vakinhoudelijk, sociaal-emotioneel of organisatorische ondersteuning kan plaatsvinden. De begeleiding is primair gericht op het succesvol maken van het CSE. Start project: 1-8-2012 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Flexibele en gepersonaliseerde inzet van zorg voor leerlingen. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Mogelijkheden tot cognitieve doorstroom door noncognitieve ondersteuning Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Taakprofilering en professionele diepgang en exploratie Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Minder doubleurs en een hoger slagingspercentage Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via gangbare instrumenten (IDU-gegevens)

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 4 Niveau(s): T+ Aantal betrokken leerlingen: 13 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’):

1

Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling x geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen? In overleg met ouders is de basis voor vertrouwen gezocht met betrekking tot een succesvol examenjaar

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Ja Zo ja, op welke manier? Via het mentorjournaal

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 8 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. X eigen keuze docent X geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders… Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling? Er is gezocht naar enthousiaste docenten met ruimte in de taak Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: Organisator Vakdocent Mentor X Coach Facilitair ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Nee Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Nee Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol?

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. X Onderwijskundig: speciale competenties m.b.t. zorgleerlingen Organisatorisch X Financieel: taakuren Facilitair Ict Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?


zeer oneens Oneens

Neutraal

nvt


X


Nvt


X x


Nvt


zeer eens

X



eens

X x Nvt Nvt X Nvt Indien nodig X Nvt

BROEDPLAATS: MEGAband 3 en 4 T+ school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Suzanna Munzinger School: BC Broekhin Roermond Functie: Leerlingcoördinator (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: MEGAband 3/4T+ Naam / korte omschrijving: De Megaband 3 en 4 vmbo is primair vooral een roosterconstructie. Voor 3 vmbo wordt deze tijdens les 6 gevuld met een mentorles, Les 7 met Lob-Tumult en bijles Engels. Voor 4 vmbo wordt deze ruimte gevuld met een mentorles, bijles voor de vakken Engels, wiskunde en Economie, Project kies techniek, Workshops CKV, Lob lessen, Rekentoetsen, presentatie sectorwerkstuk en Begeleiding kansleerlingen. Door parallelplaatsing van docenten wordt ruimte geboden aan flexibilisering. De snelheid van deze ontwikkeling kan aansluiten bij de heersende afdelingscultuur en ambitie. Start project: 1-8-2013 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Flexibele en gepersonaliseerde inzet van activiteiten voor leerlingen naar behoefte Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Extra ondersteuning en verdieping buiten het reguliere rooster Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Pedagogisch-didactisch-inhoudelijke experimenteerruimte voor docenten Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Minder hiaten bij leerlingen en meer diepgang naar behoefte Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via gangbare instrumenten (toetsen)

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 3 & 4 Niveau(s): T+ Aantal betrokken leerlingen: 200 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’):

6-30

Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling x geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen? In overleg met ouders is de basis voor vertrouwen gezocht met betrekking tot een succesvol examenjaar

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Ja Zo ja, op welke manier? Via ouderparticipatie

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 8 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze docent X geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders… Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?

Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: X Organisator X Vakdocent X Mentor X Coach Facilitair X ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Nee Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Ja Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol? MBO Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. Onderwijskundig: speciale competenties m.b.t. zorgleerlingen X Organisatorisch X Financieel: taakuren X Facilitair X Ict Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?


zeer oneens Oneens

Neutraal

eens

zeer eens

X


X


X


X


X


X


X


X


wisselend X X X X X X X

BROEDPLAATS: Vrijeschool school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Marcel Seelen School: BC Broekhin Roermond Functie: Klassenleraar vrijeschool 7e klas (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Naam / korte omschrijving: De broedplek ‘vrijeschool’ adopteert integraal de vrijeschool-pedagogiek en -didactiek die zich kenmerkt door een directe koppeling van de inhoud van het onderwijsthema aan de ontwikkelingsfase van de leerlingen. Door geen gebruik te maken van bestaande methodes krijgen de docenten weer de verantwoordelijkheid over zowel de inhoud als de didactische aanpak van de leerstof. Er wordt gezocht naar de balans tussen de binnen de vrijeschool vastgestelde leerdoelen en werkwijzen en de ruimte van de steeds meer volwassen wordende leerling om zijn eigen pad te kiezen in de richting van deze leerdoelen. Een kernaspect van deze broedplek is het werken met de dialoog tussen leerling en leraar. Werkvormen kennen een hoge mate van taligheid in de vorm van gesproken tekst. Er wordt spaarzaam omgegaan met het gebruik van digitale middelen. Start project: 1-8-2013 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Leerstofinhoud is direct gekoppeld aan ontwikkelingsfase van de leerling volgens de vrijeschoolpedagogiek en –didactiek Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Via een vastgesteld systeem van leerdoelen binnen een samenhangend pedagogischdidactisch systeem het eigen leerpad uitstippelen in dialoog met de docent. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Het verkrijgen van grip op zowel inhoud als didactische aanpak bij het ontwerpen van de paden in de richting van de leerdoelen. Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Leerlingen naar capaciteit laten presteren Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Via gangbare instrumenten (uiteindelijk examenresultaten)

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 7e klas Niveau(s): Vmbo-T t/m gymnasium Aantal betrokken leerlingen: 31 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): 31 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. x eigen keuze leerling geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders …

Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Ja Zo ja, op welke manier? Intensieve oudercontacten zoals in de basisschool. Ouders worden maandelijks betrokken bij schoolactiviteiten. Er vindt huisbezoek plaats.

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 12 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. x eigen keuze docent geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders… Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?

Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: Organisator x Vakdocent Mentor Coach Facilitair x ontwikkelen (les)materiaal x anders: pedagogische en didactische werkwijze in de klas Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: x Scholing intern x Scholing extern x Overleg x Intervisie intern Intervisie extern x Anders: coaching door klassenleraar Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Ja Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol? Antroposofisch arts & therapeut

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. x onderwijskundig x organisatorisch financieel x facilitair ict

overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken? Lokaal met vrijeschoolinrichting (aandacht voor licht, kleur en warme materialen)


zeer oneens oneens

neutraal

Eens

zeer eens

X … verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen; X … verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling; (soms) … past de docent de leerdoelen aan aan het niveau van de groep leerlingen; X … bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling; X … bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt; (soms) … bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen; X … bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; X … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald;

Alleen voortgang X

… worden dezelfde leerdoelen voor een groep gesteld, met specifieke individuele leerdoelen voor bepaalde leerlingen; … bepaalt de leerling zelf welke methodes hij gebruikt om zich de stof eigen te maken; … selecteert de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden voor de hele groep; … bepaalt de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden om individuele leerlingen het leerdoel bij te brengen; … bouwt een leerling een netwerk van medescholieren, docenten en andere experts om de leerdoelen eigen te maken; … is er sprake van een groep leerlingen die les krijgen van een vakdocent;

X X X X oudere leerlingen X

BROEDPLAATS: JENAplan school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Ludo Peters School: BC Broekhin Swalmen/Reuver Functie: Adj. directeur (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Naam / korte omschrijving: Jenaplan Visie School Start project: 1972 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Wisselende groeperingsvormen andere ontmoetingen Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Bredere persoonlijke en emotionele ontwikkeling Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Ander manier van ontmoeten en een completere manier van kijken. Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Gezamenlijk gedragen visie op de individuele ontwikkeling van het kind zijn cognitie en vaardigheden. Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Dmv. Opbrengst gericht werken. Met specifieke meetbare voor het leerjaar uitgewerkte doellen mbt. Viering, werk, gesprek, spel en LOB Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 1,2,3,4 Niveau(s): B, K, GT Aantal betrokken leerlingen: 602 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): 25 gemiddeld Tussen de 15 – 30 lln. Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling x geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders …Revitalisatie jenaplan Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Ja Zo ja, op welke manier? Ouderpanel, Ouderraad

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 100 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze docent geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) X anders…vanwege werkzaamheid Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?

Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: X organisator vakdocent X mentor X coach facilitair ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: X Scholing intern Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Ja Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol? Ernie Baelde Beteor (procesondersteunende rol)

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. onderwijskundig organisatorisch financieel facilitair ict overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?

Het was niet mogelijk de onderstaande lijst in te vullen (Te globaal)

Stellingen: “Bij deze ontwikkeling …” … bepaalt de leerling welke stof geleerd wordt; … verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen; … verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling; … past de docent de leerdoelen aan aan het niveau van de groep leerlingen; … bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling; … bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt; … bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen; … bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald; … worden dezelfde leerdoelen voor een groep gesteld, met specifieke individuele leerdoelen voor bepaalde leerlingen; … bepaalt de leerling zelf welke methodes hij gebruikt om zich de stof eigen te maken; … selecteert de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden voor de hele groep; … bepaalt de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden om individuele leerlingen het leerdoel bij te brengen; … bouwt een leerling een netwerk van medescholieren, docenten en andere experts om de leerdoelen eigen te maken; … is er sprake van een groep leerlingen die les krijgen van een vakdocent;

zeer oneens oneens

neutraal

eens

zeer eens

BROEDPLAATS: MAVO-HAVO klas school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: John Schmitz School: BC Broekhin Swalmen/Reuver Functie: Docent (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Naam / korte omschrijving: Mavo /Havo Klas Start project: 2011 Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Een (extra0 dakpanklas, les op Havo- niveau Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Om nog 2 jaar de tijd in eigen veilige omgeving door te kunnen groeien op H niveau. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Leerstofinhoudelijk meer te kunnen doen. Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Doorstroom van zoveel mogelijk leerlinge naar 3 H, meer lln aantrekken. Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Kwantitatief aantallen bij houden (groei)

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 1 en 2 Niveau(s): Tl/ Havo Aantal betrokken leerlingen: 35 tot 40 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): 16 tot 20 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. X eigen keuze leerling X geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) X selectie op basis van …advies basisschool X anders …LAB toets Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen? Ja, populatie moet de teruglopende leerlingenaantallen opvangen.

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project?Ja Zo ja, op welke manier?via voorlichting op Open dagen, schoolgids, folders flijers, enz.

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 7 tot 9 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. x eigen keuze docent x geen eigen keuze (verdeling lessentabel door schoolleiding) anders… Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling? Collega’s die ervaring hebben met lesgeven op Havo Niveau; Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: x organisator x vakdocent mentor x coach facilitair x ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern Scholing extern x Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol? Vakgroep op hoofdlocatie/ coördinator

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. x onderwijskundig x organisatorisch x financieel facilitair ict x overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?


zeer oneens oneens

neutraal

eens

zeer eens

X … verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen; X … verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling; X

X

… past de docent de leerdoelen aan aan het niveau van de groep leerlingen; X … bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling; X … bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt; X … bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen; X … bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; X … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald;

X X


X X X X X X

BROEDPLAATS: Vakcollege Techniek school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Marcel Stijnen School: BCB Jenaplan Swalmen Reuver Functie: docent (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Naam / korte omschrijving: Opleiding tot Vakman en Vakvrouw Start project:

Sept 2012

Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Meer praktijkuren ( 12 uur) Leren door Doen. Gebruik van laptops/ Ipads Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Meer zelfstandigheid, creatiever, grotere leerstijlkeuzevrijheid Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Meer tijd voor het individuele kind, beter beeld van het kind, sneller ingrijpen bij hiaten. Kinderen presteren gemiddeld op een hoger niveau. Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Meer leerlingen interesseren voor techniek, lagere uitvalpercentages op het MBO, betere fundatie beroepskeuze. Wordt dit gemeten? Zo ja, hoe? Kwalitatieve monitoring. Kwantitatief (vroeger 4 van de 15 ll op hoger niveau nu 9 van de 15 op hoger niveau) Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 1 t/m 6 Niveau(s): BKG Aantal betrokken leerlingen: 37 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): 12 a 13 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. X eigen keuze leerling geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? ja Zo ja, op welke manier? Meedenken, zoeken stages, bedrijfsbezoeken

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: 11 Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze docent geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders… beide Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?

Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: X organisator vakdocent X mentor X coach facilitair ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Vakcollege opleidingstraject Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? ja Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol?MBO, bedrijfsleven, vakgilde

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. onderwijskundig organisatorisch financieel facilitair X Ict (wifi) overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Ja Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken? Open werkruimten, Techniekplein


zeer oneens oneens

neutraal

eens

X … verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen; X … verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling; X … past de docent de leerdoelen aan aan het niveau van de groep leerlingen; X … bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling; X … bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt; X … bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen; X … bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; X … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald;

X X


X X X X X X

zeer eens

BROEDPLAATS: Vakcollege Mens en Dienstverlening school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Elly van Raaij School: BCB Jenaplan Swalmen Reuver Functie: Docent (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Naam / korte omschrijving: Opleiding tot vakvrouw vakman Start project:

Sept. 2013

Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Meer praktijkuren, gebruik van laptops. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Snellere doorstroming, meer tempo en werkvorm variatie. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Meer tijd voor het individuele kind. Verschuiving van docent naar Coach.

Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Indien mogelijk binnen 6 jaar een MBO diploma Wordt dit gemeten? Zo ja, hoe? Kwantitatief. Fundering beroepskeuze, doorlopen leerlijnen VMBO-MBO

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 1 t/m 4 Niveau(s): BKG Aantal betrokken leerlingen: 13 Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): 13 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. X eigen keuze leerling geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Zo ja, op welke manier? Open dagen, LLn organiseren eea. Voor ouders.

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze docent geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders…deel eigen keuze andere via rooster Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?

Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: X organisator X vakdocent X mentor X coach X facilitair X ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: Scholing intern X Scholing extern Vakcollege groep Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Ja Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol? MBO en bedrijfsleven. Eisen stellen aan opleiding, meedenken en vormgeven. Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. onderwijskundig organisatorisch financieel facilitair ict Overig voldoende LLn, medewerking MBO en bedrijfsleven Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Ja Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken? werkplein


zeer oneens oneens

neutraal

eens

zeer eens

X … verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen; X … verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling; X … past de docent de leerdoelen aan aan het niveau van de groep leerlingen; X … bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling; X … bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt; X … bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen; X

X

X

X

… bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald;

X X


X X X X X X

BROEDPLAATS: E-Learning (Pulse-On/Ipad) school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEREN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Eugene Verhagen School: BCB Jenaplan Swalmen Reuver Functie: Docent (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Naam / korte omschrijving: E-learning (Pulseon/ Ipad) Start project:

Febr. 2014

Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Meer gebruik maken van ICT hulpmiddelen (computer/tablet) Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Leerlingen minder docentafh. LLn hebben meer keuzemogelijkheden. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Meer tijd voor individuele begeleiding van lln.

Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Stimulering van het gebruik van e-learning Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Kwalitatief feedback binnen broedplaats, kwantitatief evt. uitbreiding van deelnemers aan de broedplaats. Betrokken leerlingen: wisselend Leerja(a)ren: 1 t/m 4 Niveau(s): BKGT Aantal betrokken leerlingen: Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): 15 - 30 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) X selectie op basis van …keuze docent anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Nee7 Zo ja, op welke manier?


Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: x organisator vakdocent mentor x coach facilitair x ontwikkelen (les)materiaal anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: x Scholing intern intervisie Scholing extern Overleg Intervisie intern Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol? Pulseon ondersteuning Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. onderwijskundig X Organisatorisch ( tijd voor intervisie) financieel facilitair X Ict (Wifi) overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Nee Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken?


zeer oneens oneens

neutraal

eens

X … verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen; X … verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling; X … past de docent de leerdoelen aan het niveau van de groep leerlingen; X … bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling; X … bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt; X … bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen; X … bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; X … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald;

X X


X X X X X X

zeer eens

BROEDPLAATS: Omgevingsleren school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen










mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










FORMAT INVENTARISEN KENMERKEN BROEDPLAATS N.B. bij het invullen van dit format: vul alleen zaken in, die afwijkend zijn ten opzichte van de normale gang van zaken binnen de school. Gegevens geïnterviewde: Naam: Huub Dahmen School: BCB Jenaplan Swalmen Reuver Functie: Docent (evt.) contactgegevens: [email protected] Gegevens broedplaats: Naam / korte omschrijving: Omgevingsleren Start project: Werkwijze broedplaats: Wat is nieuw / onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ lespraktijk? Theoretische leerstof wordt praktisch getoetst en omgekeerd Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor leerlingen? Ontdekken van het nut om te leren. Welke mogelijkheden biedt deze ontwikkeling voor docenten? Out of the box denken, creatief leerstof ontwikkelen, school als middelpunt van de samenleving.

Doel van de broedplaats? Wat is het gewenste resultaat? Ervaringsgericht omgevingsleren Wordt dit gemeten? Ja Zo ja, hoe? Door het maken van praktische , theoretische en beeldende opdrachten

Betrokken leerlingen: Leerja(a)ren: 1,2,3,4 Niveau(s): B-K-GT-H Aantal betrokken leerlingen: Alle Groepsgrootte per docent (in ‘klassensituatie’): 25 Keuze voor leerlingen: Hoe zijn de leerlingen ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze leerling X geen eigen keuze leerling (keuze docenten / schoolleiding) selectie op basis van … anders … Indien van toepassing: is deze populatie met een reden gekozen?

Rol van ouders Worden ouders extra betrokken bij / geïnformeerd over dit project? Ja Zo ja, op welke manier? Info –avond, samen met hun kind praktische opdr. In het kader van omgevingsleren uitvoeren. Hierna evaluatie.

Betrokkenheid collega’s: Aantal betrokken collega’s: Allen (kern circa 7 pers.) Hoe zijn de docenten ‘geselecteerd’ voor deelname aan deze ontwikkeling? Kruis aan wat van toepassing is. eigen keuze docent X geen eigen keuze (verdeling lessentabel door vakgroep / schoolleiding) anders… Indien van toepassing: zijn collega’s met een reden gekozen / betrokken bij de ontwikkeling?

Rollen collega’s: Welke taken van collega’s wijken bij deze ontwikkeling af van de ‘dagelijkse’ lespraktijk? Kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht indien mogelijk toe: X Organisator (ook buitenschoolse organisatie) X Vakdocent (vakoverstijgend) Mentor X Coach ( focus op begeleiden, stimuleren, evalueren) X Facilitair (ondersteuning bij externe activiteiten) X ontwikkelen (les)materiaal (grote claim op ontwikkelen praktische opdrachten) anders …. Begeleiding / coaching / scholing collega’s: Worden de docenten extra begeleid / gecoacht / geschoold bij deze ontwikkeling? Zo ja, kruis aan wat van toepassing is (meerdere antwoorden mogelijk) en licht toe: X Scholing intern X Scholing extern X Overleg X Intervisie intern X Intervisie extern Anders… Externe partijen / partners: Zijn er bij deze ontwikkelingen externe partijen / partners betrokken? Zo ja, welke partijen / partners en wat is hun rol? Ja zij brengen de verbindingen tussen partijen mede tot stand (ook vanuit eigenbelang).

Randvoorwaarden voor welslagen project: Zijn bepaalde randvoorwaarden onontbeerlijk voor het welslagen van deze ontwikkeling? Zo ja, geef aan in welke discipline en licht toe indien mogelijk. X Onderwijskundig X Organisatorisch Financieel X Facilitair X Ict Overig Is er een speciale plek voor deze ontwikkeling ingericht binnen school? Ja Zo ja: hoe is deze plek onderscheidend vergeleken met de ‘normale’ leer-/werkplekken? Groetpsbijeenkomster met uitleg en instructie. Lln. werken met logboeken (liefs digitaal)


zeer oneens oneens

Neutraal

eens

X … verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen; X … verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling; X … past de docent de leerdoelen aan aan het niveau van de groep leerlingen; X … bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling; X … bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt; X … bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen; X … bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; X … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald;

X X


X X X X X X

zeer eens

Op de volgende pagina’s zijn de cumulatieve woordenwolken en het overzicht van de stellingen weergegeven.


zeer oneens oneens

neutraal

Eens

zeer eens

2

5

3

2

1

0

0

1

12

0

0

1

0

11

1

1

5

0

5

2

0

5

0

8

0

0

3

4

6

0

0

0

1

11

1

0

1

2

10

0

0

4

3

6

0

0

0

0

13

0

0

1

1

10

1

1

6

2

4

0

0

2

0

11

0

0

5

2

6

0

0

4

4

5

0

0

1

1

10

1

… verstrekt de docent instructie aan een groep leerlingen; … verstrekt de docent instructie aan een individuele leerling; … past de docent de leerdoelen aan aan het niveau van de groep leerlingen; … bepaalt de docent het leerdoel per individuele leerling; … bepaalt de leerling zelf hoe er geleerd wordt; … bepaalt de docent hoe de stof overgebracht wordt voor een groep leerlingen; … bepaalt de docent hoe de stof gedoceerd wordt voor een individuele leerling; … bepaalt de leerling wat de leerdoelen zijn en hoe voortgang gemeten wordt in samenspraak met een docent; … worden de leerdoelen per groep door de docent bepaald; … worden dezelfde leerdoelen voor een groep gesteld, met specifieke individuele leerdoelen voor bepaalde leerlingen; … bepaalt de leerling zelf welke methodes hij gebruikt om zich de stof eigen te maken; … selecteert de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden voor de hele groep; … bepaalt de docent welke methodes en technologieën gebruikt worden om individuele leerlingen het leerdoel bij te brengen; … bouwt een leerling een netwerk van medescholieren, docenten en andere experts om de leerdoelen eigen te maken; … is er sprake van een groep leerlingen die les krijgen van een vakdocent;

Groen = eens Rood = oneens

Hoe donkerder de kleur, hoe meer explicieter het antwoordprofiel

school schept randvoorwaarden, o.a.: vertrouwen






ontwikkeling / talenten individuele leerling eigen verantwoordelijkheid leerling uitdagingen krijgen en oppakken


docent wordt meer coach

participatie

vrijheid voor leerlingen én docenten meer interactie tussen leerling en docent dynamische stabiliteit gestimuleerde groei motivatie

mogelijkheden

uniciteit

kansen

succeservaringen

PERSOONLIJK LEREN


excelleren

funderen

proactieve houding


zelfstandigheid










Persoonlijk Leren Op BC Broekhin

Recommend Documents