Pedagogisch beleidsplan, ´t Spank Herzien Januari 2016
Inhoudsopgave; 1 2 3 4 5
Algemeen/doelgroep/visie op de ontwikkeling. Functie van het spelen Werkwijze op de peuterspeelzaal Groep indeling/dagindeling/lokaalindeling. Veiligheid en Hygiëne/ophalen van een peuter/kennismaking/voorbereiden van peuter/eten en drinken. 6 Kleding/feest/zindelijkheid en verschoning/ziekzijn. 7 Vakantie/sociale emotionele ontwikkeling/ zelfredzaamheid/grenzenstellen/straffen en belonen. 8 Wennen/motorische ontwikkeling/creatieve ontwikkeling. 9 Taalontwikkeling/cognitieve ontwikkeling/signalering. 10 Plusfunctie. 11 Overdracht formulier/de leiding. 12 Externe contacten/stages. 13 Ouders en de peuterspeelzaal. 14 Mededelingen/klachtenbeleid. 15 Protocol Kindermishandeling.
Algemeen, Stichting peuterspeelzaal t ’Spank te Spankeren is een zelfstandige organisatie. Er zijn contacten met de overige zelfstandige peuterspeelzalen en Stichting Welzijn in de gemeente Rheden. Met de Prinses Margrietschool in Spankeren bestaat een uitwisseling wat betreft kennisoverdracht en samenwerking. De stichting krijgt geen subsidie van de Gemeente Rheden.
Doelgroep, Het streven is om alle peuters in het dorp Spankeren van twee tot vier jaar een plek te bieden op de peuterspeelzaal. Daarnaast kunnen de groepen worden aangevuld met peuters uit Dieren en omgeving.
Visie op de ontwikkeling, De stichting stelt zich ten doel de peuters een gezellige, veilige en vertrouwde speelplek te bieden. Uitgangspunt is respect en aandacht voor de behoeftes van het kind. Door het aanbieden van het juiste speelgoed en een goede omgeving krijgt het kind de ruimte zich onder deskundige begeleiding spelenderwijs te ontwikkelen. De nadruk ligt hierbij niet alleen op wat de leidsters op een morgen aanbieden, maar ook wat kinderen elkaar te bieden hebben en zich door middel van vrij spelen vaardigheden eigen kunnen maken. Bij het eigen maken doormiddel van spelen staat het volgende voorop; Spelen is voor kinderen essentieel voor de motorische, cognitieve en sociale ontwikkeling en kan niet afgedaan worden met “de kreet “het is maar kinderspel. Vijf voorwaarden voor het spelen: Spelen is aan de ene kant broodnodig voor het kind, aan de andere kant doet het kind het voor de lol. Spelen is leuk! Kinderen spelen om dat ze het leuk vinden en houden ermee op als het niet meer leuk is. Spelen is actief bezig zijn, voorgelezen worden, tv kijken is heerlijk en goed voor de ontwikkeling, maar zijn te passief om “spelen” genoemd te kunnen noemen.
1
Functie van het spelen, Spel is belangrijk voor het leren omgaan met emoties. Kinderen verwerken emoties, zoals blijdschap, angst, opluchting, woede en agressie door in hun spel dit uit te spelen. Ze verwerken ook hun ervaringen in hun spel.. Spel is belangrijk om met de omgeving te leren omgaan. Kinderen doen ontdekkingen. Zo leren ze hun omgeving kennen, ze voelen aan dingen, kijken wat er gebeurt als je ermee gooit of ertegen duwt, of hij ketst terug tegen de muur. Kinderen zijn nieuwsgierig, ze willen de wereld verkennen. Spel is belangrijk voor de cognitieve ontwikkeling.(kennis) Afhankelijk van het spel wordt er een beroep gedaan op vaardigheden zoals ordening van materiaal, bijvoorbeeld van grootte, gewicht, kleur en vorm, en ook ordening in tijd. Spelen is belangrijk voor de sociale ontwikkeling. Door samen te spelen, leren kinderen wat anderen prettig en niet prettig vinden en wat zij zelf van anderen leuk vinden en wat niet. Zo leren ze anderen kennen en rekening met hen houden. Ze leren dat het prettig is met anderen samen te zijn, ze leren ook weerbaar te worden, en voor zichzelf op te komen. Spelen is belangrijk voor de taalontwikkeling. Voor fantasiespelen is taal heel belangrijk om het spel te kunnen begrijpen en mee te spelen. Al spelend leren kinderen te praten zoals bij hun ‘rol ’past. Al spelend met rijmpjes, klanken en woorden ontwikkelen kinderen hun taal. Spelen is ook heel belangrijk voor de lichamelijke ontwikkeling. Al spelend leren kinderen hun zintuigen oefenen. De grove en de fijne motoriek. Jonge kinderen kunnen nog niet lang stilzitten. Ze hebben veel beweging nodig, dat geeft hun de nodige prikkels om sterke spieren en botten te krijgen. Spelen moet. Maar spelen moet niet worden opgelegd. Kinderen spelen omdat ze dat zelf leuk vinden. Kinderspel heeft nog geen doel, het lijkt nergens goed voor. Maar het is voor kinderen de enige manier om allerlei gedrag aan te leren, dat ze later hard nodig hebben. Het initiatief tot spelen komt uit het kind zelf. Later blijkt dat spelen toch ergens goed voor is geweest. Al spelend hebben kinderen hun lichamelijke functies geoefend. Ze hebben al spelend geleerd met anderen om te gaan en ze hebben spelenderwijs geleerd hun emoties te uiten en te beheersen. Ze hebben geleerd om te gaan met winnen en verliezen, hun taal en fantasie zijn ontwikkeld, en ze hebben geleerd zich aan regels te houden. 2
Werkwijze op de peuterspeelzaal, Ontwikkeling en opvoeding en het pedagogisch beleid omvatten de volgende hoofddoelen. Sociaal-emotionele ontwikkeling, -Motorische ontwikkeling, -Creatieve ontwikkeling, -Taalontwikkeling, -Cognitieve ontwikkeling (kennis). Visie op ontwikkeling. De visie van de peuterspeelzaal is gebaseerd op de overtuiging dat ieder kind zijn eigen ontwikkeling doormaakt op basis van aanleg en temperament. De peuterspeelzaal dient deze ontwikkeling te ondersteunen. -Ieder kind is uniek en wordt als individu behandeld. -Stimuleren van zelfstandigheid en eigen initiatief. -Peuter zelf kennis te laten vergaren en gebruiken. -Door spel de emotionele ontwikkeling stimuleren. -Goed evenwicht tussen individuele aandacht, groepsactiviteiten en vrij spel. -Een goede afstemming tussen rust en activiteit. Visie op opvoeding. Het is belangrijk dat er een goede relatie bestaat tussen kind en ouders enerzijds en de leidster en peuterspeelzaal anderzijds. Hierbij gaat het vooral om wederzijds vertrouwen, veiligheid en geborgenheid. Een kind komt in die omstandigheden pas tot ontplooiing. We werken volgens een vaste indeling van de ochtend/middag, waarin alle aspecten van de ontwikkeling aan bod komen. Zo proberen we kinderen aan regels te wennen en letten op hygiëne en sociaal gedrag. Peuters kunnen ervaringen vooral zelf opdoen en gebruiken. De voorbeeldrol van de leidsters is hierbij van groot belang. Belangrijk aspect is het vrije spel. Wij vinden het belangrijk dat peuters in hun vrije spel zich kunnen ontwikkelen. Het samen spelen met leeftijdsgenootjes is hier een belangrijk onderdeel van. Ook van belang is de individuele begeleiding bij bijvoorbeeld omgang met ontwikkelingsmateriaal. De leidsters proberen het kind te prikkelen, zodat er steeds een stapje verder gegaan kan worden in het ontwikkelingsproces. Het is van belang dat de ruimte in de peuterspeelzaal ordelijk, opgeruimd en schoon is. Rustige activiteiten worden afgewisseld met drukkere activiteiten en deze vinden plaats in verschillende ruimten; het werklokaal, speellokaal en de buitenspeelplaats. 3
Groepsindeling. De groepsgrootte moet zodanig zijn dat het voor kinderen in de peuterleeftijd van twee tot vier jaar voldoende overzichtelijk en vertrouwd is en stimuleert om contact te maken met elkaar. Ook moet de grootte zodanig zijn dat de leiding in staat is alle kinderen te ondersteunen en te stimuleren bij hun spel en de contacten met de andere kinderen. Binnen onze peuterspeelzaal hanteren wij de stelregel van maximaal 16 kinderen per groep. Daarbij zijn altijd ten minste twee volwassenen aanwezig; twee professionele leidster die ondersteund wordt door bijvoorbeeld een stagiaire. Alle leidsters beschikken over een bewijs van goed gedrag. In een groep moeten tenminste 10 kinderen zitten om de doelstelling van de peuterspeelzaal waar te kunnen maken. Wat betreft de frequentie van het bezoeken van de peuterspeelzaal is het streven vanuit pedagogisch oogpunt 2 dagdelen per week. Dit is minimaal nodig om een ritme op te bouwen en groepsvorming te verkrijgen. Er is in overleg met de leidster een mogelijkheid 1 keer per week op de peuterspeelzaal deel te nemen als dat beter is voor het kind. Daarnaast is er een mogelijkheid 3 dagdelen per week deel te nemen als het kind het derde levensjaar heeft bereikt. Dagindeling. Het is belangrijk een vaste dagindeling aan te houden, continuïteit van dagindeling biedt de kinderen emotionele veiligheid. De dagindeling bestaat uit de volgende componenten: vrij spel (meestal na binnenkomst, het materiaal staat klaar), aan tafel eten en drinken, een door de leiding geplande activiteit, en opnieuw vrij spelen in het binnenspeellokaal of buiten op het schoolplein. Lokaalindeling. De peuterspeelzaaldoelen vragen om goede en bereikbare accommodaties met veelzijdige speelmogelijkheden. De locatie is goed en veilig bereikbaar, en goed toegankelijk voor kinderen of ouders met een handicap. De binnenruimte van de speelzaal heeft per groep een verblijfruimte die specifiek is ingericht als speel/werkruimte voor een groep peuters. Ieder kind heeft tenminste drie vierkante meter beschikbaar tot zijn of haar beschikking. De binnen en buiten inrichting zijn voldoende beveiligd. Bij de inrichting van de binnen- en buiten ruimte wordt rekening gehouden met de verschillende behoeften van een kind; rust, beweeglijkheid, openheid en beslotenheid, overzichtelijkheid, bereikbaarheid, veiligheid, en functionaliteit. Er is veelzijdig spelmateriaal aanwezig, zodat alle aspecten van de ontwikkeling gestimuleerd kunnen worden. 4
Veiligheid en hygiëne in de groep. We zorgen voor een veilige en gezonde opvang. Kinderen lopen zowel thuis als in de opvang risico’s op vallen, enz. De veiligheid bestaat uit zich fysiek en qua verzorging geborgen weten tussen de pedagogisch medewerkers en andere kinderen. De pedagogisch medewerker reageert sensitief en adequaat op de signalen van het kind en zal flexibel omgaan met aanvaardbare risico’s voor het kind bij zijn ontdekkingstocht in de wereld. De veiligheidsrisico’s en gezondheidsrisico’s worden beschreven in een frisco-inventarisatie waarna een plan van aanpak wordt opgesteld met de maatregelen, die worden genomen om deze risico’s zo klein mogelijk te maken. Op de groep houden we een ongevallen registratie bij. We zorgen voor EHBO, brandveiligheid , schoonmaak regels, ontruiming plan. Naast alle andere veiligheidsmaatregelen die we hebben getroffen, ligt het in de bedoeling om een keer per jaar met de peuters een brandalarm te oefenen. We willen ze leren om in geval van nood zo snel en rustig mogelijk naar buiten te komen. Er is een calamiteiten plan aanwezig , en de leidsters weten daar mee om te gaan. U haalt uw kind zelf niet op? Ouders dienen vooraf bij de leidster te melden wanneer het kind wordt opgehaald door een “vreemde”. Kennismaking en voorbereiding. Voordat een kind op de peuterspeelzaal komt, komt een ouder met hun kind voor een Intakegesprek. De leidster laat de peuterspeelzaal zien en vertelt over de gang van zaken, ook zal er een gesprek met de ouder zijn over de peuter die geplaatst wordt. Het is belangrijk om wat achtergrond van het kind te weten en waar we eventueel rekening mee moeten houden. Het is prettig als u uw kind voorbereidt wanneer het voor het eerste keer naar de peuterspeelzaal gaat. Vertel uw kind dat het er fijn is, wat het kan verwachten, o.a. leuk speelgoed, kinderen om mee te spelen, liedjes zingen, andere volwassenen. Vertel ook dat u weggaat, maar later weer terugkomt om hem/haar op te halen. Het is belangrijk om duidelijk afscheid te nemen. Eten en drinken. Zowel tijdens de ochtend als de middag wordt er een rustpauze ingelast om samen wat te eten en te drinken. De peuters krijgen van ons eten en drinken en een stukje fruit. Voor het eten gaan de kinderen hun handen zelf wassen en af drogen. Mocht een peuter een voedsel allergie hebben, moeten de ouders zelf een trommeltje mee geven. Geef dit even door bij het intake gesprek. 5
Kleding. Wij verzoeken u uw peuter te kleden in kleren waarin het kan spelen en knoeien Jassen, dasjes en mutsen graag voorzien van de naam van uw peuter. Verjaardagen en feesten. U kunt tijdig aan de leidsters doorgeven wanneer een van de ouders, broertjes ,zusjes of grootouders jarig is. Uw peuter kan dan een kleine attentie maken als felicitatie. Wanneer peuters zelf jarig zijn mag er getrakteerd worden. De ouder wordt dan uitgenodigd om samen met ons feest te vieren. Als het kind trakteert, dan liever geen snoep, worst, rozijntje, of chips. Kaas of fruit is voor de kinderen veel beter. Ook niet eetbare dingen, zoals ballonnen of krijtjes zijn leuk om uit te delen. Vraag even aan de leidsters of er nog kinderen zijn met eventueel allergieën. Voor het Sinterklaasfeest en Kerstfeest vragen wij een kleine bijdrage in de kosten. Zindelijkheid/ Verschoning. Uw kind hoeft niet zindelijk te zijn. In overleg met ouders kan de leidster aandacht besteden aan zindelijkheid. Leidsters nodigen kinderen uit om te proberen op de wc te plassen. Wanneer kinderen dat van leeftijdsgenoten zien, stimuleert dat ook om het te gaan proberen.. We hanteren het 4 ogen principe dat houd in dat er mee gekeken kan worden door een open deur, of door een andere leidster/stagiaire/ouder, bij het verschonen van een peuter, of naar de toilet gang. Ziekmelden. Wanneer uw kind de peuterspeelzaal niet kan bezoeken(wegens ziekte of andere reden) verzoeken wij u dit een kwartier voor aanvang van de groep aan de leidsters door te geven. U wordt dringend verzocht zo spoedig mogelijk de leidsters te waarschuwen als het kind een besmettelijke ziekte heeft of wanneer deze heerst binnen uw gezin. Denk hierbij aan, rodehond, bof, roodvonk of waterpokken. Dit zal (in het belang van de andere ouders en kinderen) op de deur van de peuterspeelzaal worden gemeld. Heeft uw kind diarree, is het hangerig en heeft het de dag ervoor verhoging gehad, hou het dan thuis. Dit is in belang van uw kind, maar ook van de overige kinderen! Waarschuwt u de leidsters ook wanneer uw kind overgevoelig is voor bepaalde stoffen. Kind ophalen bij ziekte. Als een kind ziek wordt op de peuterspeelzaal bekijken we de situatie altijd even. Vervolgens kan dit voor ons een aanleiding zijn de ouders te bellen met het verzoek het kind op te halen. 6
Zieke kinderen kunnen niet gebracht worden. * Loopoor (de pus is besmettelijk) * Ontstoken ogen (tot er na twee dagen behandeling geen besmettingsgevaar meer is) * Waterpokken met open blaasjes * Rode hond (vijf dagen na het verschijnen van de rode uitslag kan het kind weer komen) * Roodvonk (twee dagen na het begin van een penicillinebehandeling kan het kind komen) * besmettelijke huidziekten, bijvoorbeeld krentenbaard, gordelroos * Waterdunne, acute diarree * koortslip * koorts vanaf 39 graden zonder andere duidelijke symptomen De peuterspeelzaal heeft een protocol voor kinderen die medische verzorging nodig hebben dit wordt besproken bij het intake gesprek. Vakantie. De vakanties van de peuterspeelzaal zijn in principe gelijktijdig gepland met de vakanties van de basisschool Prinses Margriet. Sociaal-emotionele ontwikkeling, Tot de leeftijd van ongeveer twee jaar is het kind nog weinig sociaal ingesteld en het samenspelen is dan vaak alleen maar afpakken en houden. Na het tweede jaar komt bij het kind de behoefte met anderen om te gaan en komt heel langzaam het besef van samen te spelen. De sociale vorming begint nu te komen. Op basis van het zich vertrouwd voelen in de groep en met de leidsters kan de sociale ontwikkeling evenwichtiger verlopen. Naarmate het kind ouder wordt zal het steeds beter leren rekening te houden met anderen, wachten op zijn beurt, plezier en ook ruzie maken. Zelfredzaamheid Kinderen ondernemen zelf stappen tot zelfstandigheid, ze willen het liefst alles zelf doen. We geven hen de kans hiertoe. We kijken waar het kind mee bezig is en spelen daarop in. Daarnaast dagen wij hen uit nieuwe stappen te zetten. Ze leren spelenderwijs het ontdekken en omgaan met hun eigen mogelijkheden en beperkingen en hun zelfvertrouwen zal toenemen. Grenzen stellen We hanteren regels om een kind duidelijkheid te geven. Regels hebben betrekking op veiligheid, hygiëne, regelmaat en het omgaan met elkaar. Door consequent te reageren en dagritme te hanteren weten kinderen waar ze aan toe zijn. Het gaat hierbij om duidelijke en korte regels op het niveau van het kind. Het moet voor een kind in begrijpelijke taal worden gebracht. Straffen en belonen Het is belangrijk positief gedrag te belonen en niet teveel nadruk te vestigen op negatief gedrag. Door het positieve in het kind te benadrukken zal het kind ervaren, dat het prettig is om te worden beloond en in zijn positieve gedrag worden versterkt. 7
Natuurlijk zal het kind worden gecorrigeerd als het speelgoed afpakt of slaat, maar de nadruk zal altijd liggen op de uitleg, zodat het kind weet waarom iets niet mag en dat het zich niet voelt afgewezen.
Wennen We vinden een goede wenperiode belangrijk voor kinderen. We nemen hiervoor de tijd en zorgen voor de nodige rust. Belangrijk voor kinderen is, dat ze een eigen knuffel/doekje bij zich hebben. Leidsters zullen proberen de situatie overzichtelijk te maken door in de buurt te zijn en aan te geven wat er achtereenvolgens gaat gebeuren. Leidsters zullen samen met het kind afscheid nemen van de ouders en proberen het kind bij de onthechtingperiode te steunen. Als het kind daar niet op gesteld is, zal de leidster zich in het begin niet te veel opdringen, maar op de achtergrond het kind blijven volgen. Gaandeweg bouwen de kinderen een vertrouwensrelatie op met de leidsters. Dit is een belangrijke voorwaarde voor kinderen om zich te kunnen ontplooien. Als in de beginfase van de peuterspeelzaaltijd het kind erg veel moeite met gewenning heeft, wordt er met de ouder afgesproken hoe dit kan worden opgelost. Bijvoorbeeld door korter verblijf op de peuter speelmorgen of door eventueel het kind samen met een van de ouders te laten wennen. Als dit niet mogelijk is, eventueel de peuterspeeltijd nog enige tijd uit te stellen. Wij vinden het geen goede zaak als kinderen te veel verdriet hebben. Het kind zal gewoon op de ochtenden waar het geplaatst is blijven staan, en als het er weer aan toe is worden herplaatst. De peutertijd moet vooral voor een kind leuk zijn, het moet immers nog niet naar school. Motorische ontwikkeling, De motorische omvat de grove en de fijne motoriek. Onder grove motoriek verstaan we de grote gebaren met behulp van spieren dicht bij de romp. Hierbij valt te denken aan bukken, klauteren, kruipen, rennen, fietsen, lopen, enz. De fijne motoriek bestaat uit kleine bewegingen met handen en vingers. Het pakken van speelgoed, het leggen van puzzels, het tekenen met een potlood. Het doel van de peuterspeelzaal is het scheppen van mogelijkheden, waarbij we tegemoet komen aan de bewegingsdrang van de zich ontwikkelende peuter en daarbij zorgen voor voldoende en veilig speeloppervlak. Ons speellokaal en buitenlocatie zijn dusdanig ingericht dat kinderen volop kunnen bewegen. Voor het oefenen van de fijne motoriek bieden wij diverse activiteiten aan, zoals kleuren, knippen, plakken, kleien, etc.… Voor het oefenen van de grove motoriek zijn er fietsen, klim- en klautermateriaal, ballen, kruiptunnels, groot bouw en constructiemateriaal. Creatieve ontwikkeling, Het jonge kind is volop in ontwikkeling. Allerlei technieken worden aangeleerd, motoriek en fantasie spelen een rol. We zullen het kind dan ook de ruimte laten om dit op zijn eigen manier in te vullen. 8
Het gaat er niet om dat het een mooi werkje wordt, maar dat het kind plezier beleeft aan de activiteit en zijn eigen inbreng heeft en de kans krijgt dingen te ontdekken. Het is ons inziend belangrijk, dat volwassenen de kinderen die ruimte bieden en geen hoge eisen stellen aan de uitvoering. Wij willen het kind niet remmen, maar het vrij laten in zijn uiting. Taal ontwikkeling. Alles draait in de peuterspeelzaal om taal. Het gaat vooral om een groot en begrijpelijk taalaanbod. We passen ons taalgebruik aan naar het niveau van het kind en door zoveel mogelijk te benoemen en samenspel kinderen te stimuleren in de taalontwikkeling. Twee keer per jaar vind er een screening plaats door een logopediste hier is wel toestemming van een ouder nodig. Cognitieve Ontwikkeling. Zintuiglijke ontwikkeling wordt gestimuleerd. Kleuren en vormen worden aan geleerd. Alle zintuigen worden gebruikt door te kijken, horen, voelen en te proeven ervaren kinderen dat dingen verschillend zijn. Door in het spel steeds opnieuw zulke ervaringen op te doen, maken kinderen zich dit eigen. Ieder in zijn eigen tempo en binnen hun mogelijkheden. Belangrijk is gedoceerd en binnen zijn eigen kunnen zo veel mogelijk aanbieden. Zonder het kind daarbij te overvoeren. Het plezier moet voorop staan, de belangstellingswereld van het kind staan centraal. Spel en materiaal is voor de verstandelijke ontwikkeling belangrijk. Kinderen zijn in de peuterleeftijd bezig zich begrippen eigen te maken. We zijn ons er van bewust dat een kind eerst moet ontdekken wat het met het speelgoed kan, daarna zal het door herhaling het zich eigen maken. Voor de algemene ontwikkeling is het van groot belang dat er voldoende variatie in het dagprogramma zit. Als je een zo gevarieerd mogelijk programma aanbiedt, ontdekken kinderen waar hun interesse en behoefte liggen. Kinderen steken veel van elkaar op, omdat ze van nature nieuwsgierig zijn. We proberen op een morgen ook voldoende rustpunten in te bouwen, zodat het kind de gelegenheid krijgt nieuwe ervaringen op te slaan en te verwerken. Signaleren van ontwikkelingsachterstand/stoornis, Op groeien en ontwikkeling gaat met vallen en opstaan. We stimuleren de kinderen door alert te reageren op hun gedrag. We geven ruimte aan talenten en steun bij vragen. Mocht er gedrag te zien zijn wat extra zorg en aandacht vraagt, dan overleggen wij dit eerst binnen het team. De ouders wordt gevraagd of het gesignaleerde gedrag herkenbaar is en of er samen gekeken kan worden hoe ermee om te gaan. Eventuele volgende stappen worden alleen met toestemming van ouders en leidinggevende genomen. De begeleiding op de peuterspeelzaal kan uitgebreid worden, door een plan van aanpak voor bijvoorbeeld extra individuele begeleiding. Soms is het nodig extern advies te vragen. 9
Te denken valt aan overleg met consultatiebureau, een logopediste of het inschakelen van observatie-en adviescentrum die gespecialiseerd zijn in ontwikkelingsstoornissen bij jonge kinderen. Observatie, signaleren, en ondersteunen en doorverwijzing zijn belangrijke taken op onze peuterspeelzaal. Het team is getraind in het begeleiden, observeren en signaleren van de ontwikkeling bij kinderen. Zij worden hier in ondersteund door de coördinator R.Schillemans van onze peuterspeelzaal. Ook in het teamoverleg komt de signalering, doorverwijzing en ondersteuning aan bod. Ieder jaar vindt er bijscholing plaats. Dit kan zijn hoe om te gaan met project thema’s, toetsen, hoe te observeren, ontwikkelingen bij het jonge kind enz.
Plusfuncties van de peuterspeelzaal, Piramide project, Piramide is een totaalprogramma met acht ontwikkelingsgebieden voor peuters en kleuters. Het programma is in het bijzonder bedoeld voor kinderen met een achterstandssituatie. Door middel van thema’s (projecten) worden al deze ontwikkelingsgebieden gestimuleerd. Tijdens het spelen wordt er voor gezorgd dat er voldoende spelmateriaal aanwezig is. Materiaal wat betrekking heeft op het project waar op dat moment mee wordt gewerkt., zodat er een krachtige leeromgeving wordt gevormd, die de kinderen in staat stelt te spelen en te exploreren. Tijdens de groepsexploratie probeert de leidster een nieuw onderwerp samen met de kinderen te onderzoeken naar aanleiding van concreet materiaal, bv; -Een boekje, liedjes of eigen ervaringen van het kind. -Waarnemen, taal en denken spelen hierbij een belangrijke rol. De leidster moet zorgen dat ze een responsieve houding aanneemt. Uitgaan van het initiatief van het kind en daarop in te spelen en eventueel wat toe te voegen. Belangrijk is het kind te laten voelen dat je er voor hem/haar bent. In de peuterspeelzaal wordt de gehele week min of meer met piramide gewerkt. Het ontwikkelingsmateriaal van piramide wordt gebruikt en de thema’s overgenomen. Op de Maandagmiddag maken wij gebruik van de ondersteuning en onderbouwing van piramide. Ook wordt er met muziek en beweging zoveel mogelijk bij het onderwerp aangesloten. Maandagmiddag groep. De groep op Maandagmiddag betstaat uit peuters van drie jaar en ouder. Dit dagdeel wordt extra aangeboden als er een evaluatie gesprek is geweest bij het derde levensjaar. Dit is om kinderen speels voor te bereiden op de basisschool. Er wordt op deze middag iets meer van de kinderen verwacht wat betreft het zitten blijven in de kring en het uitvoeren van werkjes, deze zijn gerelateerd aan de thema’s. De groep bestaat uit maximaal 15 peuters. Af en toe vindt er een uitwisseling met de basisschool plaats. 10
Overdrachtsformulier. Binnen de gemeente Rheden zijn er afspraken gemaakt omtrent de overdracht van het kind van peuterspeelzaal naar de basisschool. De peuterspeelzaal heeft een protocol hiervoor ondertekent en conformeert zich hieraan. Dit houdt in; Voor zorgkinderen zal er (met toestemming van de ouders) een overdracht formulier tijdens de laatste maanden op de peuterspeelzaal worden ingevuld. Een gedeelte dient door de leidster te worden ingevuld en een gedeelte door de ouders. De inhoud van dit formulier dient met de ouders te worden besproken en mogen geen dingen bevatten waarover de ouders nog niet waren ingelicht. Een exemplaar van dit formulier gaat naar de desbetreffende basisschool, en een exemplaar is bestemt voor de ouders. Het verzoek om een overdrachtsformulier kan zowel van de ouders als van de leidsters uitgaan. Dit zal ook bij het evaluatiegesprek ter sprake komen.
De leiding. Op ieder dagdeel zijn er 2 gekwalificeerde leidsters aanwezigen. De leiding heeft onderling regelmatig teamoverleg om de aanpak op elkaar af te stemmen en praktische zaken door te nemen. - De leiding heeft een aantal te onderscheiden hoofdtaken, te weten: - Omgaan met elk kind in de groep. - Omgaan met ouders, vrijwilligers en andere in de organisatie. - Technische en administratieve taken. - Huishoudelijke taken. De rol van de leiding in de ontwikkeling van de kinderen. Om de functie van de peuterspeelzaal te realiseren is onder meer nodig dat de leiding: -een goede relatie met het kind opbouwt; -de eigen aard van elk kind respecteert; -de gevoelens en behoeften van kinderen herkent en daarop goed reageert, -met de kinderen die dingen doet, waar ze aan toe zijn, met de bedoeling de ontwikkeling te stimuleren; -kinderen observeert en daaruit de juiste bevindingen vaststelt; -zelfstandig werkt (kan handelen bij onverwachte situaties); -de kinderen verzorgt; -zorgt voor de goede inrichting. -Zal bijscholing volgen om op de hoogte te blijven van de ontwikkeling in de kinderopvang.
11
De leiding beschikt over de benodigde kennis over; - achtergronden van het gedrag van kinderen; - invloeden van het eigen gedrag op de kinderen; - de wisselwerking tussen kind, gezin milieu; - de verschillende ontwikkelingsstadia die een kind doorloopt op het emotionele, sociale, cognitieve, creatieve en motorische vlak; - aspecten van gezondheidsleer, voedingsleer en hulpverlening. - e.h.b.o en specifiek kinder e.h.b.o - Vermoeden Kindermishandling/Huiselijk geweld Daarnaast is de leiding in staat; - met anderen samen te werken; - begrip te hebben voor andere opvattingen/werkwijze; - duidelijke gesprekken te voeren over kinderen met ouders en deskundigen aan de hand van observaties en interpretatie; - meewerkende ouders en stagiaires te begeleiden. Externe contacten. De leiding onderhoudt in het algemeen contacten met; - basisschool; - teams voor vroegtijdige onderkenning van ontwikkelingsstoornissen (logopediste, pedagoge) - consultatie bureau en centra jeugd en gezin (CJG). Het kan hier gaan om bespreking van algemene samenwerking en beleidsaangelegenheden op het gebied van de ontwikkeling van peuters. Daarnaast kan het de ontwikkeling van individuele peuters betreffen.
Maatschappelijke Stage Vanuit de Scholengemeenschap het Rhedens hebben we regelmatig een stagiaire die een aantal dagdelen bij ons aanwezig zal zijn. De stagiaire heeft geen verantwoording. Dit wordt doorgegeven aan de ouders doormiddel van een brief, die de stagiaire zelf opstelt. De huisregels worden met de stagiaire doorgenomen. Peuterspeelzaal t´Spank is een erkend leerbedrijf De Stagiaire wordt begeleid door onze coördinator Joke jonkers 12
Ouders en de peuterspeelzaal. Contacten met de ouders. Om goed te kunnen inspelen op de kinderen in de groep is het belangrijk dat de leiding de gezinsachtergrond en eventuele specifieke opvoedingsideeën kent. Aan de andere kant geeft de leiding de ouders informatie over de gang van zaken op de peuterspeelzaal en in het bijzonder over hoe het met het kind gaat. Deze gelijkwaardige en wederzijdse uitwisseling van ervaringen kan plaatsvinden tijdens het brengen en halen van de kinderen. Daarnaast kunnen ouders altijd een afspraak maken met de leiding om over hun kind te praten. En op drie jarige leeftijd vindt er een evaluatie plaats. Ouderparticipatie. De leidsters van de peuterspeelzaal proberen ouders actief te betrekken bij de gang van zaken op de peuterspeelzaal, bijvoorbeeld via het organiseren van ouderavonden. Dat heeft onder meer als doel om de betrokkenheid van de ouders te vergroten. Die betrokkenheid is van belang om doelstellingen die er zijn ten opzichte van ouders te realiseren. Bij aanmelding van hun kind wordt ouders gevraagd of ze eventueel een actieve bijdrage willen leveren in de oudercommissie. Oudercommissie. Onze peuterspeelzaal heeft een oudercommissie. De coördinator is de eerste gesprekspartner voor de oudercommissie.. Het reglement Oudercommissie beschrijven regelingen en afspraken en werken volgens een werkplan. De oudercommissie bepaalt haar eigen werkwijze en legt dit vast in een huishoudelijk reglement. De oudercommissie is bevoegd gevraagd en ongevraagd te adviseren over de onderwerpen waarop de oudercommissie adviesrechtrecht heeft. De commissie vergaderd minimaal 4 keer per jaar met de coördinator en bespreekt zaken die ouders aangaan, bijvoorbeeld het kwaliteitsbeleid, voedingsbeleid, klachtenbeleid of het prijsbeleid. Deze vergaderingen zijn ook voor niet-commissieleden toegankelijk De oudercommissie ondersteunt de leidsters bij diverse activiteiten, zoals; Sinterklaas, Kerstmis , Pasen, het eindfeest en ouderavonden. Daarbij zullen de ouders van de ouderraad ook aanwezig zijn. De coördinator van de ouderraad is, Juf Anja Jonkers Ouderavonden. We organiseren één ouderavond per 2 jaar. Dit kan een informatie, gesprek, of een doe -avond zijn. Er is dan ook gelegenheid om met de leidsters en met de direct betrokkenen over de gang van zaken op de peuterspeelzaal te praten. 13
Mededelingen. Op de deur van het peuter speellokaal staan alle belangrijke zaken, zoals; heersende ziekte, e.d. Op het bord in het lokaal staan de thema’s waar we mee werken. Meldt vooraf als uw kind uit zijn gewone doen is, bijv. door ziekte of andere familie omstandigheden thuis. De leidster kan hier dan op inspelen. Heeft uw kind er een broertje of zusje bij? Een belangrijke gebeurtenis voor uw kind. We vinden het leuk als u een geboortekaartje mee geeft. We hangen dit op en praten erover met het kind. Warmte in de zomermaanden. Als de temperaturen tegen de 30 graden zijn worden de ouders verzocht om de peuters om 11 uur op te halen. De maandag middag zal gesloten zijn bij 30 graden. Klachtenbeleid. Ondanks onze inspanningen om de opvang van peuters naar wens te laten verlopen is het mogelijk dat er een keer onvrede ontstaat. In dat geval willen wij dat graag horen. “Peuterspeelzaal t’Spank ziet de opvang van de kinderen als samenspel tussen ouders, kind en onze organisatie. Door goed naar ouders te luisteren weten wij wat u belangrijk vindt en kunnen wij ons daarop afstemmen. Wij gaan er vanuit dat ouders kritiek uiten vanuit een sterke betrokkenheid en de wens om de situatie te verbeteren. In geen enkel geval moeten ouders de indruk krijgen dat een klacht negatieve invloed heeft op de opvang van hun kind. Ouders kunnen hun klacht aan iedereen binnen onze organisatie kenbaar maken. Degene die de klacht in ontvangst neemt zal zorgen dat deze op de goede plek terechtkomt en wordt opgevolgd. Ouders kunnen ook kiezen voor een externe route: die van de geschillen commissie waar de peuterspeelzaal bij aangesloten is. Dat kunnen zij meteen doen, maar ook als de interne route onbevredigend is. Onze peuterspeelzaal is verplicht aangesloten bij een geschillen commissie en betaalt het lidmaatschap en onze klanten kunnen vertrouwen op een zorgvuldige en deskundige afhandeling.
U kunt natuurlijk ook leuke of nuttige suggesties en ideeën hebben. Deze horen wij natuurlijk graag van u. 14
Protocol kindermishandeling. Als leidsters zich zorgen maken over een kind, bespreken ze die zorgen met de ouders. Vanuit de peuterspeelzaal worden geen deskundigen van buiten ingeschakeld als ouders er niet mee instemmen. Zij blijven immers de verantwoordelijke voor hun kind. Wel proberen de leidsters en/of de coördinator door middel van gesprekken de ouders ervan te overtuigen dat het betrekken van deskundigen in het belang kan zijn van hun kind. Als er een duidelijke vermoeden is van kindermishandeling en de ouder zijn hierop niet aanspreekbaar, dan moet de peuterspeelzaal in het belang van het kind de ouders passeren en deskundige hulp inschakelen. Dit zal zijn bij : advies en meldpunt kindermishandeling, (AMK) Onze peuterspeelzaal hanteert daarvoor een protocol waarin duidelijk is aangegeven welke stappen door wie gezet moeten worden De coördinator is Ria Schillemans..
15