Water en ontwikkelingssamenwerking
2
Henk van Schaik (CPWC) blikt terug
4
Ruimte voor de rivier Aanpak slaat aan in Polen
Niemand sprak in de waterwereld over klimaat
Water topprioriteit in ontwikkelingssamenwerking
PvW
Krant nr. 6
partners voor water
|
september 2011
‘Partners voor Water heeft kleine organisaties veel te bieden’
Over Partners voor Water Partners voor Water (PvW) is een interdepartementaal programma dat zich richt op het bundelen van krachten om de internationale positie van de Nederlandse watersector (overheid, bedrijfsleven, kennisinstituten en NGO’s) te verbeteren, en zo een bijdrage te leveren aan oplossingen voor de wereld waterproblematiek. Het programma wordt gefinancierd door het ministerie van Infrastructuur en Milieu, het ministerie van Economische Zaken, Landbouw en Innovatie en het ministerie van Buitenlandse Zaken. Partners voor Water wordt uitgevoerd door Agentschap NL EVD Internationaal en het Netherlands Water Partnership.
Kleine bedrijven hebben soms de indruk dat een programma als Partners voor Water niet iets voor hen is. Dat beeld klopt niet, benadrukt programmamanager Simon Warmerdam. ‘De uitslag van de nieuwe tender laat dat ook weer zien: het zijn zowel grote als kleine organisaties die projecten gaan doen met steun van Partners voor Water’. ‘Een tweemansbedrijfje kan vaak net zo goed aan de eisen voldoen als een grote onderneming. Zowel bij tenders, waarbij bedrijven zelf voorstellen doen, als bij aanbestedingen van vooraf bepaalde opdrachten. Eerder hebben we het bijvoorbeeld ook gezien bij het aanbesteden van een marktstudie voor Egypte. Een kleinere aanbieder beschikte daar gewoon over de meeste expertise.’ Daar komt bij dat voorstellen vaak worden ingediend door consortia waarin regelmatig kleinere, gespecialiseerde bedrijven meedraaien. Simon Warmerdam: ‘Bij de uitslag zie je vaak alleen de hoofdaannemer, dat geeft een vertekend beeld. Het lijkt dan alsof altijd alleen de grote organisaties de opdrachten binnenslepen. Terwijl het bij een
consortium een optelsom van expertise is. Dat is ook een doelstelling van Partners voor Water: de samenwerking versterken tussen verschillende soorten partijen.’
Uitleg en hulp Voor ondersteuning van Partners voor Water moet je goede voorstellen indienen.
Veel kleine partijen vragen zich af of het de inspanning waard is om bijvoorbeeld een subsidie binnen te halen. Maar de subsidie is alleen een hefboom voor het echte doel: het verwezenlijken van internationale ambitie. Simon Warmerdam: ‘We willen kleinere bedrijven helpen om hun internationale positie te verstevigen,
Uitslag Tender Partners voor Water 28 aanvragen werden ingediend voor de Partners voor Water tender die liep van 17 maart tot 28 april. Twaalf van deze aanvragen werden gehonoreerd met sub-
5
sidie, deze staan hier vermeld. Net zoals bij de vorige tender is er weer grote belangstelling voor het thema drinkwater en sanitatie. De meest recente ten-
der van Partners voor Water sloot op 15 september. Houd voor nieuwe tenders de website in de gaten of neem een abonnement op de nieuwsbrief.
Penvoerder
Consortiumpartners
Titel project
Land
PVWS 11001
Jacinto Environmental Solutions B.V
Broveco Machines BV
Haalbaarheidsstudie verwerking van waterhyacinth in stuwmeren
Brazilië
PVWS 11008
Wavin
Ten Cate Geosynthetics
Regenwater management rond een cultureel centrum in Sao Paolo
Brazilië
PVWS 11016
Vewin
Arcadis
Improving Brazil's water services through enhanced benchmarking
Brazilië
PVWS 11013
INTECH BV
Nelen Schuurmans, Hansje Brinker BV, MiraMap, Empec, Deltares
Monitoring and inspection system for dam and dikes Vietnam
Vietnam
PVWS 11012
Willowtree VoF
Machinefabriek Steketee BV
Toepassing van de villagepump in rurale gebieden in Mali
Mali
PVWS 11020
Tauw
Ameco BV
Water quality improvement at landfill sites in Turkey
Turkije
juist ook daar zit heel veel expertise die belangrijk is voor de sector als geheel. In de projectvoorstellen moet daarom een goed gefundeerde lange termijn strategie staan. Snelle successen zijn er echt niet bij. Zeker voor een kleinere speler kost dat dus relatief veel tijd en geld. Daar staat tegenover dat je wel meteen je lange termijn
Buitenlandse Zaken kiest nieuwe focus in ontwikkelingssamenwerking & water Het beleid op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en water gaat een andere richting in. Nauwere betrokkenheid van de watersector en een nieuwe landenfocus zijn enkele opvallende punten
Stichting Water Partner
Deltares, Instituut voor Milieuvraagstukken
Participatie in klimaatadaptatie, Mekong Delta, Vietnam
Vietnam
PVWS 11022
Aqua-Terra Nova
FSD
Participation for restoration
Zuid-Afrika
PVWS 11004
NV Duinwaterbedrijf Zuid-Holland (Dunea)
PTI Holding BV
Introduction of Reading & Billing software in Romania
Roemenië
PVWS 11007
Caris
BMT Argoss BV
Coast Map IO Database
Mozambique
PVWS 11025
Fujifilm Manufacturing Europe Bv
Norit Process Technology, Tss4U
NOvel sustainable Drinking watER production
Egypte
PVWS 11009
WUR
Stichting ETC, Resilience BV, Royal Haskoning
Messica Irrigation Pilot Project
Mozambique
uit het nieuwe beleid. De focus ligt op de volgende landen: Benin, Ghana, ZuidSoedan, Mali, Kenia en Ethiopië. lees meer op pagina 2 en 3
MALI BENIN
PVWS 11011
strategie hebt doordacht en neergezet. En ook daar willen we graag bij helpen. We houden sessies in het land om uitleg te geven, en organisaties kunnen ook voor hulp bij ons aankloppen. Dus als je serieuze internationale ambities hebt, kom dan praten bij Partners voor Water!’
GHANA
ETHIOPIE ZUID SOEDAN KENIA
2
Focus op Water EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Water topprioriteit in ontwikkelingssamenwerking Het ministerie van Buitenlandse Zaken is een nieuwe koers ingeslagen op het gebied van ontwikkelingssamenwerking en water. Nauwe betrokkenheid van de watersector en de keuze voor een beperkt aantal focuslanden staan daarbij centraal. Het nieuwe beleid wordt ‘Water OS’ genoemd. Het ministerie van Buitenlandse Zaken is een van de opdrachtgevers voor het programma Partners voor Water. Zij heeft aan het uitvoeringsteam Partners voor Water (Agentschap NL en NWP) gevraagd om ook een deel van de uitvoering van Water OS voor haar rekening te nemen. Vanaf nu vindt u daarom in deze krant regelmatig informatie over het programma Water OS.
Benin is een van de focuslanden
Water is een van de vier topprioriteiten in het nieuwe beleid voor ontwikkelingssamenwerking van het ministerie van Buitenlandse Zaken. Geïnspireerd door het rapport ‘Minder pretentie, meer ambitie’ van de Wetenschappelijke Raad voor het Regeringsbeleid maakt BZ serieus werk van samenwerking met de watersector. In het nieuwe beleid zullen bij de ontwikkelingssamenwerking naast de primaire opgave op het gebied van armoedebestrijding door duurzame economische groei
in de partnerlanden, ook Nederlandse belangen een grotere rol spelen. Thema’s waar Nederland mondiaal werkelijk iets te bieden heeft, zoals landbouw en waterbeheer, krijgen prioriteit. Nederland wil met zijn kennis en ervaring bijdragen aan een effectief waterbeheer, met de volgende doelen: • efficiënt en duurzaam watergebruik, vooral in de landbouw (70% van het mondiale watergebruik is voor de land bouw); • veilige delta’s en beter beheer van stroomgebieden, ook in het kader van
klimaatverandering; • verbeterde toegang tot veilig drinkwater en sanitaire voorzieningen. Buitenlandse Zaken zet substantieel en complementair in op het verduurzamen van de OS inspanningen; ecologisch, technologisch en sociaal. Voor water betekent dat meer focus op beneden- en bovenstroomse milieueffecten, adaptatie aan klimaatverandering en aandacht voor duurzame toename van voedselproductie. In het nieuwe beleid is het aantal partnerlanden tot vijftien teruggebracht. Voor water concentreert de samenwerking zich
(naast de vijf deltalanden van Water Mondiaal) op Benin, Ethiopië, Ghana, Kenia, Mali en Zuid-Soedan. Voor deze landen worden waterprogramma’s intensief met de sector vormgegeven, onder de naam Water OS. De directie Klimaat, Energie, Milieu en Water (DME) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken is hoofdopdrachtgever. Het Agentschap NL is gevraagd om samen met het NWP het Water OS-programma te helpen vormgeven en financieel organisatorisch te faciliteren. NWP en Agent-
schap NL kunnen daarbij bouwen op de bestaande samenwerking die zij hebben als uitvoerders van het Partners voor Water. In september ligt er voor elk van de partnerlanden een Meerjarig Strategisch Plan. Dit bepaalt de kaders voor de OS-inspanningen in en met die landen. De inzet is om de lokale vraag op het gebied van water te verbinden met de sterkten van de Nederlandse watersector. In de eerste helft van 2012 wordt het programma in detail uitgewerkt.
Projectgroep bereidt nieuw PPP instrument voor Tegen het eind van dit jaar is een nieuw financieringsinstrument voor PPP-projecten (publiek private partnerschappen) van Buitenlandse Zaken voor de watersector gereed met een jaarlijks budget van (waarschijnlijk) 30 miljoen euro. Op 9 juni leverde een drukbezochte sectorbijeenkomst veel waardevolle informatie, wensen en suggesties op. Die worden door de projectgroep ‘Water Instrumentarium voor Intensivering’ (WII) verwerkt in de opzet van het nieuwe PPP-fonds. Het centrale doel van het nieuwe fonds is het meer betrekken van de private sector bij projecten van water OS: het mobiliseren van privaat geld met behulp van publiek geld. De ontwikkeling van het fonds komt voort uit de noodzaak om - vanwege de focus in het nieuwe Water OS-beleid - de bestaande financieringsinstrumenten tegen het licht
te houden. Het vizier is gericht op een betere toegankelijkheid voor het bedrijfsleven en het wegnemen van bestaande belemmeringen. Het nieuwe instrument is de opvolger van het Schoklandfonds. Dat was bedoeld om in de periode van 2008 tot 2012 initiatieven uit de samenleving te ondersteunen die bijdragen aan het halen van de Millenniumdoelstellingen.
‘wegnemen van bestaande belemmeringen’ Het ontwerpen van de nieuwe regeling is meteen al een voorbeeld van publiekprivate samenwerking: de sector wordt er zeer nauw bij betrokken. Rond de vijftig vertegenwoordigers van bedrijfsleven, ngo’s en kennisinstituten kwamen op
9 juni bijeen om ervaringen en voorbeeldcases te bespreken van geslaagde, mislukte en voorgenomen PPP projecten, plus de (gewenste) financiering daarvan. Ook konden de aanwezigen aangeven waar ze tegenaan lopen als ze gebruik willen maken van de bestaande instrumenten. Het nieuwe PPP-instrument wordt voorbereid door de projectgroep ‘Waterinstrumentarium voor Intensivering’ (Wii). De projectgroep bestaat uit vertegenwoordigers van het ministerie van Buitenlandse Zaken (directies DME en DDE), van het ministerie van Economie, Landbouw en Innovatie (DG Internationale Betrekkingen) en van het NWP. Meer informatie: Ben Lamoree, NWP (
[email protected]; 070 304 3719).
Publiek private partnerschappen kunnen veel betekenen voor water-sanitatie- en irrigatieprojecten
Focus op Water EN ONTWIKKELINGSSAMENWERKING
Nieuw beleid OS Water inspiratiebron voor sector Het nieuwe beleid en de aanpak van het thema water binnen ontwikkelingssamenwerking leeft bij de Nederlandse sector. Ondanks de vakantieperiode, het regenachtige weer en treinuitval kwamen op maandagmiddag 18 juli toch ruim 120 mensen bij elkaar. Het doel was tweeledig. Ten eerste markeerde de bijeenkomst de start van de betrokkenheid van de Nederlandse watersector bij het programma Water en Ontwikkelingssamenwerking (Water OS). En ten tweede: de watersector werd uitgedaagd om ideeën en suggesties aan te dragen voor de uitwerking van het Water OS programma in de Meerjarige Strategische Plannen (MJSP’s) van de ambassades in Benin, Ethiopië, Ghana, Kenia, Mali. Voor Zuid-Soedan, dat ook geldt
als focusland heeft op 26 augustus een workshop plaatsgevonden. Deze aanpak past in het nieuwe OS-beleid waarin voor het realiseren van duurzame economische groei en het bestrijden van de armoede in de partnerlanden gekeken wordt naar het vinden van een balans tussen de lokale behoeften en het aanbod van kennis en ervaring in de Nederlandse watersector. De middag werd afgetrapt door Kitty van der Heijden, directeur van de directie Klimaat Energie, Milieu en Water (DME) van het Ministerie van Buitenlandse Zaken. Na de plenaire opening is in vijf parallelle landenworkshops doorgepraat over de (on)mogelijkheden van samenwerking. Uitgangspunt van de discussies waren de bevindingen van verkennende missies die in de periode mei-juli door experts
uit de Nederlandse watersector zijn uitgevoerd. De resultaten van deze middag worden meegenomen bij het opstellen van de Meerjarige Strategische Plannen van de ambassades. Agentschap NL en NWP zullen daarnaast per land de betrokkenheid van de Nederlandse watersector verder vorm geven met behulp van zogenoemde ‘landenplatforms’. Per land zal een kernadviseur het proces verder sturen en faciliteren. Heeft u interesse in één of meerdere Water OS landen of wilt u uw ervaringen delen? Neem dan contact op via
[email protected].
Reacties uit de watersector
‘Nieuwe koers is juiste keuze’ erkenning dat je een verbinding kunt leggen tussen hulp en handel. Ik juich dat toe. Voor veel mensen is die koppeling op het eerste gezicht beladen, maar als je het op een gezonde en verstandige manier aanpakt, werkt het juist heel goed. Het uitgangspunt blijft bovendien ontwikkelingssamenwerking, en om te beginnen armoedebestrijding.
Fred de Bruijn van advies- en ingenieursbureau Witteveen+ Bos: ‘De koers die nu is gekozen sluit beter aan bij het rapport van de WRR. Het belangrijkst is in mijn ogen de duidelijke
Ik weet zeker dat we niet teruggaan naar tijden waarin van Hollands geld alleen maar Hollandse spullen mochten worden gekocht. Daarvoor is de internationale concurrentie tegenwoordig te sterk ontwikkeld en te transparant. Dat is ook een goede zaak. Aan de andere kant is het weleens pijnlijk als er met Nederlands geld in Mozambique door Chinezen wordt gebouwd. De oplossing zit in een focus op het aanpakken van complexe problemen, met hoogwaardige oplossingen. Daar zijn
we goed in. Wanneer er bovendien sprake is van een sterke relatie tussen beide landen, dan vergroot je de kansen voor het Nederlandse bedrijfsleven. Er is natuurlijk discussie over de selectie van partnerlanden, maar ik vind het een goede zaak. Het is belangrijk dat we ons beperken tot de landen waarin we als Nederland echt een rol van betekenis kunnen spelen. Ik verwacht dat de nieuwe benadering ook de samenwerking tussen bedrijven en ngo’s zal versterken. Die interactie is belangrijk om er een succes van te maken: de lokale verbinding en de netwerken van de ngo’s, de technologie van de bedrijven. Wij zullen ons natuurlijk ook oriënteren op de nieuwe werkelijkheid. We zien bijvoorbeeld kansen op het gebied van polders, samen met onder meer waterschappen in publiek private partnerschappen (ppp’s).
Verkenningsmissie naar Benin: ‘Nederland kan hier verschil maken’ De afgelopen maanden vonden ver kenningsmissies plaats naar de nieuwe focuslanden in het Water OS beleid. Eén van deze focuslanden is Benin. Joop de Schutter, business director bij UNESCO-IHE, bezocht het land voor de quick scan, samen met consultant George de Gooyer. Hun conclusies: Nederland moet zich in Benin vooral richten op kennisopbouw en -uitwisseling, stedelijke sanitatie, watervoorziening op het platteland én het maken van een deltaplan voor de Ouémé rivier en lagune, waaraan ook de hoofdstad ligt, met bovendien een belangrijke doorvoerhaven. Op die terreinen kan Nederland echt een verschil maken.’
was trouwens noodzakelijk om Frans te spreken, de officiële taal van het land. Engels is daar een stuk lastiger. Tijdens de gesprekken hebben we vooral geprobeerd om onze aannames en bevindingen te verifiëren, na te gaan of er met de gemaakte plannen en rapporten inderdaad iets gebeurt en hoe de sector naar internationale samenwerking kijkt.
Joop de Schutter: ‘We hadden een dag of vijf om de quick scan van de watersector te maken: de situatie, de mogelijkheden en prioriteiten in Benin, plus de mate waarin het Nederlandse aanbod op het gebied van hulp, samenwerking en investeringen daarbij kan aansluiten. We kenden het land en waren goed voorbereid: we hadden recente strategische rapporten bestudeerd en het bestuurlijke landschap in kaart gebracht. En, minstens zo belangrijk, de ambassade kent de lokale watersector goed en had het bezoek uitstekend voorbereid, zodat we in die korte tijd de juiste mensen konden spreken. Het
Veel wordt immers gemaakt door internationale consultants, met internationale financiering zonder daadwerkelijke deelname van lokale partners. Ook kregen we een scherper beeld van governance in de praktijk in de watersector van Benin. Niet alles is immers wat het op papier lijkt.’ Joop de Schutter en George de Gooyer leverden een kernachtige rapportage af, als basis om een volgende stap te zetten. ‘We moeten nu allereerst in een vervolgmissie onze bevindingen verifiëren. In september moet een bijdrage aan het strategisch meerjarenplan van de ambassade afgeleverd zijn.’
‘Niet alles is immers wat het op papier lijkt’
‘Belangrijke stap in goede richting’ het meest gebaat bij een focus op economische ontwikkeling en op zelfredzaamheid. Daarvoor moet je de markt en het bedrijfsleven versterken en dat gebeurt nu. Dat is een goede richting, ik geloof in het versterken van de lokale ontwikkeling, vanuit de kracht van de mensen zelf. Dat water een van de topprioriteiten is, spreekt natuurlijk voor zich. Water staat aan de basis van alles: gezondheidszorg, economische ontwikkeling, landbouw, industrie, klimaatadaptatie.
Sjef Ernes van Aqua for All, intermediair voor ontwikkelingsprojecten op het gebied van water ‘Ik vind het wel een revolutionaire accentverschuiving door de duidelijke keuze. Allereerst voor landen waar we de meeste toegevoegde waarde kunnen bieden. Ontwikkelingssamenwerking is bovendien
Het is goed dat de rijksoverheid nu meteen vanaf het begin een nauwe samenwerking met de sector zoekt. Zo maak je een slagvaardige match tussen technologie en kennis van de markt. Die match heb je nodig om succesvol te kunnen zijn. Daarvoor wil Aqua for All zich dan ook inzetten. We willen nog meer dan voorheen een connector en een intermediair zijn. We positioneren ons als makelaar die
het lokale bedrijfsleven, de maatschappelijke organisaties en het Nederlandse bedrijfsleven bij elkaar brengt. Dat Nederlandse bedrijfsleven zal zich terecht afvragen wat het er zelf beter van wordt. Je kunt natuurlijk niets beloven, de Nederlandse bedrijven zitten niet automatisch voor een dubbeltje op de eerste rang. Maar door die intensieve samenwerking vanaf het begin kan de sector laten zijn wat zij waard is. Wij zijn goed in complexe vraagstukken en kunnen helpen met de voorbereiding en financiering. Er is natuurlijk geen verplichte winkelnering in Nederland, maar door kwaliteitseisen te stellen dwing je in elk geval zuivere concurrentie af. En ons kennen ze dan al. Er kan ook meer aandacht komen voor de ‘total cost of ownership’: er is meer dan alleen bouwkosten. De boodschap: als je kwaliteit wilt, ga je voor Nederland!’
3
Joop de Schutter, directeur Unesco-IHE: “We kregen een scherper beeld van governance in de praktijk in Benin.”
4
TOT STAND GEKOMEN DANKZIJ PARTNERS VOOR WATER
Dankzij de steun van Partners voor Water zijn verschillende organisaties en programma’s tot stand gekomen, zoals het European Water Partnership, het Innovatieprogramma Watertechnologie en het Nutriëntenplatform. Zo ook het Cooperative Programme on Water and Climate (CPWC) dat de positie van de Nederlandse watersector op het gebied van klimaat in het afgelopen decennium heeft versterkt. CPWC hield per 1 januari op te bestaan als aparte stichting, het gedachtegoed wordt nu via NWP verankerd in de Nederlandse Watersector. Voormalig directeur Henk van Schaik blikt terug.
‘Tien jaar geleden sprak niemand in de waterwereld over het klimaat’ Sinds de jaren zeventig werkt Henk van Schaik internationaal met water. Eerst in de drinkwatervoorziening in Afrika, daarna waterbeheer voor Buitenlandse Zaken (BZ). In 2001 startte hij samen met Pavel Kabat (Wageningen Universiteit and Research Centre), dankzij de financiering van BZ en Partners voor Water, het internationale ‘Cooperative Programme on Water and Climate’. Over een jaar gaat hij met pensioen. Een jaar waarin hij de CPWC-activiteiten stevig wil verankeren. ‘Ik ben al bijna veertig jaar bezig met water. Begin zeventiger jaren werkte ik aan de rurale drinkwatervoorziening in Oost-Afrika. Midden jaren tachtig heb ik op het Directoraat-Generaal Internationale Samenwerking (DGIS) de eerste waternotitie van het DGIS geschreven voor de Tweede Kamer, en aansluitend werd ik inspecteur van dit waterbeleid vanuit het RIVM. De laatste tien jaar zijn voorbijgevlogen met het agenderen van klimaat binnen de internationale en nationale waterwereld. Mijn loopbaan sloot steeds naadloos aan op de evolutie in de internationale wateragenda. Fantastisch dat ik daaraan mijn steentje heb mogen bijdragen.’
Schokeffect In 2000 kwam het derde rapport uit van het IPCC, het Intergovernmental Panel on Climate Change. Die VN-organisatie evalueert de risico’s van klimaatverandering. ‘Het rapport gaf een behoorlijk schokeffect: het maakte duidelijk dat de effecten van de klimaatverandering zich als wezenlijke, blijvende veranderingen in de watercyclus zouden gaan manifesteren. We realiseerden ons dat we ons, als watersector wereldwijd, op die veranderingen moesten gaan voorbereiden.’ ‘In september 2001 ben ik samen met Pavel Kabat aangesteld om de klimaatwetenschap en de waterwereld te mobiliseren voor klimaatadaptatie. Partners voor Water en BZ financierden dit project, dat werd aangestuurd door Bill Cosgrove, President van de World Water Council. De resultaten van de eerste twee jaren werden met veel succes gepresenteerd op het derde Wereld Water Forum van 2003 in Kyoto, Japan. Sinds Kyoto nemen waterbeheerders wereldwijd de risico’s van klimaatverandering serieus. Partners voor Water verlangde na Kyoto van het CPWC dat ze met name de Nederlandse positie op het onderwerp klimaatadaptatie wereldwijd zou helpen versterken. Om dit doel te dienen werd het CPWC in 2005 geplaatst onder de stichting Netherlands Foundation on Water and Climate. In de laatste vijf jaren is de internationale positie van Nederland inderdaad flink versterkt. Nieuwe initiatieven zoals de Delta Alliance, Water Mondiaal en het zich ontwikkelende beleid voor Water OS zijn hier voorbeelden van.’
Henk van Schaik: “Nederland heeft op het gebied van adaptatie in deltagebieden een leidersrol ontwikkeld”.
Geen profeten Klimaatadaptatie is in tien jaar tijd nadrukkelijk op de wateragenda gezet. Maar we weten nog lang niet alles, realiseert Henk van Schaik zich; enige bescheidenheid en relativering is gewenst. ‘De belangrijkste les is dat we moeten leren omgaan met onzekere maar tegelijk waarschijnlijke toekomstverwachtingen. Klimaatwetenschappers zijn geen profeten, ze werken met scenario’s en modellen. Daarin worden onzekerheden over klimaat, neerslag, stormen en afvoeren meegewogen. Dat lukt steeds beter. En ook in het omgaan met risico’s en onzekerheden in de praktijk is sprake van een enorme ontwikkeling. En dat in één decennium. Tien jaar geleden sprak niemand in de waterwereld over het klimaat.’ Henk van Schaik realiseert zich dat klimaatverandering niet voor iedereen topprioriteit heeft. ‘Ongeveer 900 miljoen mensen hebben geen toegang tot schoon drinkwater. Het klimaat is niet hun eerste zorg. Maar ook daar zou die aandacht er onder beleidsmakers wel moeten zijn. Dan voorkom je verkeerde beslissingen.’
Out of the box Henk van Schaik benadrukt het belang van ‘out of the box’ denken en handelen.
‘Water heeft nauwe relaties met klimaat, verstedelijking, economische groei, milieu, voedselvoorziening, energie, landgebruik. Maar het is knap ingewikkeld om al die relaties te doorgronden. Dat maakt het waterbeheer van vandaag wel gecompliceerder. Goed waterbeheer zou een zorg voor velen moeten zijn. Ik pleit voor een stakeholdersbenadering waarin je samen tot breed gedragen oplossingen komt. De
grootste uitdaging is om slagvaardig te handelen. Maar het kan, kijk maar naar ons Deltaprogramma. Voor eigen land hebben we, met veel dank aan onder meer de Delta Commissie en het bestuursakkoord WATER, in slechts enkele jaren de Deltawet, de Delta Commissaris, het Delta Fonds en het Delta Programma gerealiseerd. Nu adviseert onze Delta Commissie met succes de overheid van Vietnam en
Drie actiepunten Henk van Schaik heeft drie actiepunten voor de toekomst, waarvoor hij zich dit jaar in elk geval volledig zal inzetten: 1 De interdisciplinaire en institutionele samenwerking verbeteren voor Water internationaal. Gelukkig is de tijd er rijp voor, dankzij de multisectorale en multidisciplinaire kennisprogramma’s van de laatste jaren, en de politieke aandacht bij EL&I en BZ voor water en voedselzekerheid. Die gezamenlijkheid kan voor de internationale positionering nog verder worden verdiept en verstevigd. 2 We kunnen meer doen met onze kennis op het gebied van water en klimaat. De klantenkring kan uitgebreid worden. Niet alleen partnerlanden en partner steden, maar ook investeerders, zowel particulier als publiek. Bijvoorbeeld de Wereldbank en de Europese Investeringsbank. Maar ook andere internationale klanten zoals UNEP, OECD en UNHabitat. 3 We kunnen onze Delta-aanpak beter en actiever neerzetten in ‘etalages’ die geboden worden door bijvoorbeeld de World Water Week in Stockholm, de International Water Week in Amsterdam en de World Water Fora, maar bijvoorbeeld ook via de onderwijsprogramma’s bij universiteiten en via het UNESCO-IHE.
Bangladesh. Ook andere deltalanden en steden kunnen van onze Delta-aanpak profiteren. Nederland heeft op het gebied van adaptatie in deltagebieden een leidersrol ontwikkeld. En deze rol kan nog versterkt worden.’
Partners voor Water in het veld
5
‘Ruimte voor de rivier’ aanpak slaat aan in Polen Fysieke maatregelen om herhaling te voorkomen, maar ook werken aan een goed bestuurlijk beheermodel. Dat zijn de belangrijke speerpunten van de samenwerking met Polen, die steeds meer vorm en inhoud begint te krijgen. Na een eerste conferentie in Warschau in het najaar van 2010 (‘Linked by Water’, kort na de enorme overstromingen die het land vorige zomer teisterden) ontving de Nederlandse watersector van 22 tot 24 juni een delegatie Poolse topambtenaren en beslissers aan overheidszijde. Volgende stap is een bezoek van een delegatie aan Polen, kort na de zomer. Van daaruit kunnen verdere afspraken worden
gemaakt voor een structurele, meerjarige samenwerking. Het Polen-platform speelt in dit hele proces een wezenlijke rol. Doel is uiteraard het vergroten van de kansen voor de Nederlandse watersector in Polen: van kennisoverdracht naar de uitvoering van projecten. De problemen op het gebied van water waarvoor Polen zich gesteld ziet, zijn groot. Vorige zomer werd het land geteisterd door enorme overstromingen, die vele mensenlevens eisten en een miljardenschade aanrichtten. Alom wordt erkend dat zulke verwoestende overstromingen (met het hoogste waterpeil in 160 jaar) elk moment opnieuw kunnen ontstaan. De belangrijkste bedreiging komt van
de rivieren en gezien de geografie en het landschap zijn er veel gelijkenissen met Nederland. Tijdens het bezoek in juni bleek eens te meer dat de Nederlandse aanpak zeer interessant en relevant is voor de Poolse omstandigheden. Verscheidene Ruimte voor de Rivierprojecten werden gepresenteerd door uitvoerende ingenieursbureaus. Ook was er tijdens de missie veel aandacht voor de nieuwste ontwikkelingen op het gebied van waterbeheer zoals Flood Control 2015, IJkdijk en Lizard. En het was niet alleen technologie: ook water governance stond nadrukkelijk op de agenda.
Dear Dennis and Thomas, I wish to thank you very much and express my highest appreciation for the exclusive opportunity of being the part of the Polish delegation you hosted so openly and kindly. Furthermore it must be admitted that the arranged agenda, all the meetings, presentations and the field trip were very interesting and inspiring. Especially the information on the Dutch way of the Flood Directive implementation, development of the “Room for rivers” program as well as flood control program by 2015, and information on control and monitoring of dikes were very valuable. Moreover, the round table discussions on water management challenges, future developments and investment in water sector were found very interesting and promising with regard to future common co-operation initiatives. Concerning all above mentioned aspects one may look forward to new, fruitful bilateral relations. With kind regards, Janusz Topilko Institute of Meteorology and Water Management, Warschau brief van de Poolse delegatie
Schaalvergroting drinkwater komt onvoldoende van de grond Goede drinkwatervoorziening voor de allerarmsten komt pas tot stand als de markt een standaard ontwikkelt.Nu worden overal kleinschalige oplossingen toegepast. Daardoor komt de noodzakelijke schaalvergroting nog niet van de grond. Dat is de centrale conclusie van een grote studie naar verbeterde toegang tot drinkwater voor de allerarmsten.
Drinkwatervoorziening voor de allerarmsten is te realiseren en kan zelfs een interessante markt zijn, mits aanbieders veel beter samenwerken. Maar de aanbieders beconcurreren elkaar: ze schermen hun product af, geven eigen voorlichting, zoeken eigen distributeurs en financiers. Terwijl men juist gebaat zou zijn bij een standaard waar iedereen op aan kan sluiten. Nu zet iedereen in elke regio een eigen oplossing neer en kun je geen schaalvergroting toepassen, dus blijven de voorzieningen relatief duur en komen ze moeizaam tot stand. Daarnaast moet er meer aandacht komen voor gecombineerde financiering: de overheid en commerciële investeerders samen. Die laatsten willen graag investeren als anderen de eerste grote risico’s wegnemen. Ook fondsen als die van Bill en Melinda Gates kunnen daarbij een rol spelen. Een
derde aanbeveling betreft het veel meer samenwerken in partnerschappen en gelegenheidscoalities tussen overheden, bedrijfsleven, maatschappelijke organisaties en fondsen. Een van de aanbevelingen is om een land of regio te kiezen en daar de strategische kansen te benutten. Plannen daarvoor zijn in de maak. Bijvoorbeeld voor een waterleidingbedrijf dat specifiek is gericht op de laagste inkomensgroepen. Onder de paraplu van zo’n waterleidingbedrijf ontstaat er schaalgrootte, kan de financiering beter worden georganiseerd en kunnen er aanbestedingen op prijs en kwaliteit worden uitgeschreven. Veel elementen van de voorgestelde aanpak lijken sterk op de manier waarop de Nederlandse watersector al is georganiseerd: eerst goed samenwerken, landen en regio’s helpen, en daarna pas concurrentie. Het is ook de basis voor het nieuwe waterbeleid voor ontwikkelingssamenwerking (Water OS). Niet voor niets zullen de aanbevelingen uit de studie ook een rol spelen in de strategische meerjarenplannen voor de nieuwe Water OS-landen. De studie is een samenwerking tussen het Franse bureau Hystra en Aqua for All en BOP Innovation Center. Het Nederlandse deel werd mede gefinancierd door het bedrijfsleven, ICCO en Partners voor
Water. Later dit jaar worden de integrale resultaten bekendgemaakt. Voor meer informatie: Sjef Ernes (Aqua for All 070 - 3519725 en/of Taco de Nies (BoP Inc 06 - 27861533).
Met poep de markt op Het is altijd al een uitdaging om een nieuw product te introduceren. Maar het werkt nog nét iets anders als het gaat om menselijke fecaliën. Safi Sana onderzoekt de mogelijkheden voor het inzetten van menselijke ontlasting als mest in Ghana. Waarbij het natuurlijk begint met goede sanitatie. Aart van den Beukel van Safi Sana licht toe: ‘Aan de rand van een sloppenwijk hebben we een publiek toilet neergezet met twee vergisters. In die vergisters kan ook slachtafval, en groente- en fruitafval. Het biogas vangen we af, de natte stof wordt na droging verder behandeld. We gaan onderzoeken wat de beste mix van diverse afvalbronnen is, hoe lang we het kunnen bewaren voor het wordt verwerkt. Daarna kan het worden ingezet als mest. Dat deel van het onderzoek wordt mede mogelijk gemaakt door Partners voor Water.’ Maar alleen een technisch goed product is niet voldoende. Er moet immers ook een markt voor zijn. Aart van den Beukel: ‘Aan kennis daarover ontbreekt het tot nu toe. Wij gaan bijvoorbeeld na in welke vorm boeren het willen hebben: als vloeistof, poeder of korrels. Dat doen we samen met het IFDC, het International Fertilizer Development Center. Je moet met een goed verhaal komen, want het product moet concurreren
met kunstmest; in prijs en kwaliteit. Het relatieve voordeel is dat kunstmest alsmaar duurder wordt, voor veel boeren is het op een gegeven moment niet meer te betalen. Goede alternatieven worden dan steeds aantrekkelijker, het kan de markt ook van een zekere koudwatervrees af helpen.’ Eind 2011 weet Safi Sana aan de hand van labtesten welke mix in de vergisters het beste is. ‘In 2012 gaan we het testen bij boeren en in de tweede helft van volgend jaar kunnen we bepalen wat het eindproduct gaat worden. In die planning streven we naar een eerste marktintroductie in 2013.’
6
Water en Landbouw
Hoe organiseer je een succesvol beurspaviljoen? Hoe organiseer je succesvol een gezamenlijk paviljoen op een internationale beurs? Suzanne Tietema (NWP) verzorgde het Nederlandse paviljoen op de Singapore Water Week. Dat won een award voor best pavillion, volgens de Singaporese jury vanwege ‘het open karakter, een veelheid aan bezoekers, de diversiteit aan bedrijven en een dynamische sfeer.’ Suzanne Tietema: ‘Zo’n ontmoetingspunt als ons paviljoen is, dat zie je niet in andere paviljoens.’ De Nederlandse watersector is vaak gezamenlijk vertegenwoordigd op internationale beurzen en evenementen. Samen ben je vaak beter zichtbaar en kun je gebruik maken van de faciliteiten in één groot paviljoen. Bovendien kun je zo het imago van Nederland als Waterland onderstrepen. Voor de internationale positionering van de Nederlandse watersector, een centrale doelstelling van Partners voor Water, zijn deze internationale evenementen belangrijk. NWP organiseert deze gezamenlijke vertegenwoordiging op beurzen, missies
en congressen en heeft daar inmiddels tien jaar ervaring mee. Suzanne Tietema heeft al vele tientallen beurzen en evenementen georganiseerd voor partijen in de watersector. ‘Een paviljoen waarin veel verschillende soorten organisaties staan, van net beginnende bedrijven tot bedrijven die al in de regio thuis zijn, met een programma dat voor veel bedrijvigheid zorgt in het paviljoen, dat zijn vaak succesvolle paviljoens. Onze stand is echt een meeting point, ook organisaties die een eigen stand hebben, of geen stand hebben maar alleen persoonlijk aanwezig zijn, gebruiken ons paviljoen als ontmoetingsplek. Dat komt ook omdat wij iedereen in de sector kennen en bezoekers kunnen doorverwijzen. We hebben goede inhoudelijke kennis, mensen die met vragen komen kunnen we aan de juiste persoon koppelen.’ Goede hospitality (koffie, drankjes en hapjes) en goede presentatiemogelijkheden voor de deelnemers binnen een herkenbaar paviljoen zijn andere ingrediënten voor
succes. Het fundament voor een goed beurs-paviljoen wordt al lang van tevoren gelegd. Tietema: ‘hoe eerder je erbij bent, hoe beter je plek op de beurs. Wij houden nauw contact met zowel de deelnemers als de beursorganisatie. We weten graag precies wat de wensen van de deelnemers zijn en wat de mogelijkheden zijn die de organisatie biedt, om deze op elkaar af te kunnen stemmen.’ Heeft Tietema nog tips voor bedrijven die meegaan naar een beurs? ‘Zorg dat je er op tijd bij bent. Bedenk van tevoren goed wat je wilt laten zien. En een demo trekt altijd aandacht.’ Maar het belangrijkst is de persoon die meegaat, aldus Tietema.’Dat moet iemand zijn die het antwoord kent op de vragen, maar ook iemand die graag op de mensen af gaat en contacten legt.’ Bent u geïnteresseerd in deelname aan een beurspaviljoen? Neem dan contact op met
[email protected] of
[email protected]
Sustainable Water Solutions for a Changing Urban Environment Suntec Singapore International Convention & Exhibition Centre
4 – 8 July 2011
www.siww.com.sg
Dutch Water Sector.com lancering tijdens International Water Week Het internationale online visitekaartje van de Nederlandse Watersector wordt officieel gelanceerd op de International Water Week in Amsterdam. De site bevat nu al enkele honderden aansprekende projecten, daarnaast wordt hard gewerkt aan de nieuwsvoorziening, de informatie over de watersector, beeld- en filmmateriaal en
achtergronden over Nederland. De site bevat ook een bedrijvenregister. In de aanloop naar de International Water Week, vanaf september, brengen we ook een internationale nieuwsbrief uit met innovaties en nieuws uit de Nederlandse Watersector. Deze gaat naar journalisten, internationale relaties en andere geïnte-
resseerden in de watersector. Eerder al maakte NWP een internationale film over de Nederlandse Watersector, die ook op Dutch Water Sector.com te zien is. Een aanvullende korte film over Nederland als Waterland is in voorbereiding. Voor alle middelen is een stijl ontwikkeld met het logo ‘Let’s work together’, en
een visuele stijl die een combinatie vormt tussen Holland Branding en elementen die specifiek zijn voor de watersector. Deze stijl zal ook toegepast worden op internationale beurzen. Met de nieuwe huisstijl voor de Nederlandse Watersector, de films, de nieuwsbrief, de website en de toepassing op beurzen is een com-
pleet pakket aan middelen gerealiseerd voor de internationale branding van de Nederlandse Watersector.
Watersector bouwt samen aan International Water Week Neem een succesvolle beurs (Aquatech) en koppel deze aan een bestaande conferentie (Aquaterra). Maak de conferentie groter en breder, voeg meer conferenties toe, organiseer excursies naar waterprojecten, nodig vooraanstaande sprekers en delegaties uit en je hebt een evenement dat hoog op de internationale wateragenda prijkt. Dat is in het kort de gedachte achter de International Water Week, die van 29 oktober tot 4 november in Amsterdam plaatsvindt. ‘Presenting Integrated Solutions for a changing world’ is de slogan van de International Water Week (IWW), die de werelden van watertechnologie en deltatechnologie, praktijk, wetenschap, arbeidsmarkt en ontwikkelingssamenwerking aan elkaar koppelt. Veel partijen uit de watersector zijn inmiddels betrokken bij de organisatie van dit grote evenement. Ook veel bezoekers en delegaties hebben zich al gemeld. De bedoeling is dat de IWW iedere twee jaar plaatsvindt en uitgroeit tot een evenement van het niveau van de
Singapore Water Week en de Stockholm Water Week. Het versterken van de internationale positie van de Nederlandse Watersector is een hoofddoelstelling van Partners voor
Water. De IWW kan uitgroeien tot een instrument dat daaraan in grote mate bijdraagt. Daarom steunt Partners voor Water de inzet voor de International Water Week, waaronder het aantrekken
van internationale delegaties, de opzet van het Holland Paviljoen, verschillende evenementen en communicatiemiddelen en excursies langs waterexpertise in Nederland. Wilt u meer weten? Neem
contact op met
[email protected] Voor meer informatie over de International Water Week kijk op: www.internationalwaterweek.com
UPDATE
7
Update over de delta-aanpak Partners voor Water draagt in haar derde programmaperiode bij aan de realisatie van de ambities uit hoofdstuk 6 van het Nationaal Waterplan, ook wel Water Mondiaal genoemd. In dat kader ondersteunt en financiert Partners voor Water het opbouwen van langdurige samenwerkingsrelaties of het uitbouwen van bestaande relaties met 5 deltalanden. Concreet is dit zichtbaar in de ontwikkeling van 5 deltaprogramma’s. Het gaat om de volgende vijf deltalanden: Bangladesh, Egypte, Vietnam, Indonesië en Mozambique.
EGYPTE bangladesh VIETNAM INDONESIË
NIEUWS uit de WATER MONDIAAL DELTA’S MOZAMBIQUE
Vietnam: Nederlandse kennis voor de Mekong-delta
Indonesië: 4 miljoen voor ringdijk Jakarta
Op 12 augustus is de inschrijving gesloten voor de aanbesteding van consultancy services in Ho Chi Min City, in het kader van Water Mondiaal. Het programma ‘Ho Chi Minh City Moving Towards the Sea with Climate Change Adaptation’ sluit ook aan bij de samenwerking tussen Ho Chi Min City en de gemeente Rotterdam op het gebied van stedelijke ontwikkeling en havenuitbreiding richting kust onder invloed van klimaatverandering. Ho Chi Min City wil graag leren van de succesvolle Rotterdamse benadering. De openbare aanbesteding voor Chief Technical Advisor Vietnam heeft nog niet geleid tot de selectie van een kandidaat. De Chief Technical Advisor moet gedurende anderhalf jaar gaan toezien op de goede uitvoering van de Nederlandse bijdrage aan de ontwikkeling van het integrale
Belangrijke mijlpaal in de samenwerking met Indonesië was het bezoek van staatssecretaris Ben Knapen, begin juli. Hij maakte bekend dat hij vier miljoen euro steekt in de ontwikkeling van het plan voor een 36 kilometer lange ringdijk die Jakarta moet beschermen tegen overstromingen. De dijk, net zo lang als de Afsluitdijk, komt twee kilometer buiten de huidige kustlijn te liggen. Het gebied daarbinnen kan worden ingepolderd en biedt ruimte voor stedelijke ontwikkeling. ‘Deze investering is een goed voorbeeld van het nieuwe ontwikkelingsbeleid waarbij Nederlandse kennis en kunde een verschil kan maken’, zei Knapen. ‘Het is goed voor de meest kwetsbaren in de stad, het kan bijdragen aan de economische ontwikkeling van de regio en het biedt kansen voor de Nederlandse watersector.’ Het masterplan
Mekong-deltaplan en het bovengenoemde programma. Partners voor Water zal de
komende tijd verder zoeken naar een ge schikte kandidaat.
Egypte: intensivering van samenwerking ‘De Egyptian Dutch Water Week is een bewijs van commitment tussen beide landen. Ik zie voldoende mogelijkheden om de onderlinge samenwerking tussen beide watersectoren te intensiveren.’ Dat zei Simon Smits, DG Internationale Betrekkingen van het ministerie van EL&I, aan het einde van die succesvolle week, van 25 tot 29 juni. In totaal namen 32 bedrijven
en organisaties uit de watersector deel. Tijdens de Egyptian Dutch Water Week (EDWW) werden drie drukbezochte workshops georganiseerd over watermanagement, landbouw en drink- en afvalwater. Daarnaast vond er een uitgebreide matchmaking plaats. De eerste indrukken van deze matchmaking waren voor het gros van de deelnemende bedrijven positief.
Het deltaplatform Egypte nodigt de Egyptische en Nederlandse watersector uit om de legio mogelijkheden te benutten door met ideeën te komen voor concrete business cases. De Egyptische watersector is uitgenodigd om begin november de International Water Week in Amsterdam te bezoeken.
Bangladesh: onderzoek haalbaarheid deltavisie Intussen is ook de Nederlandse ambassade in Bangladesh druk bezig met het opstellen van het meerjaren strategisch plan. Met financiering vanuit PvW onderzoekt een consortium van vijf organisaties onder leiding van Wageningen Universiteit & Research de WUR de haalbaarheid van een gezamenlijk te ontwikkelen deltavisie. Het ontwikkelen (en vervolgens uitwerken) van zo’n samenhangende en richtinggevende visie kan wellicht de basis vormen voor
toekomstige samenwerking tussen beide landen. Eind dit jaar wordt duidelijk of er voldoende draagvlak is voor het opzetten van een deltavisie. Verschillende PvW activiteiten vinden op dit moment plaats: het project ‘Sujol’ is van start gegaan; zie voor een beschrijving hiervan de website www.akvo.org. Vanuit het Convenant Informatieketen Water en Klimaat, ook een PvW project, is een verkennende missie in Bangladesh
geweest om samenwerking op het thema ‘waterinformatie’ te bespreken. De eerste resultaten zijn positief. Een WASH missie van Vitens Evides, waterschap Zuiderzeeland en DLG heeft een eerste bezoek gebracht om mogelijkheden van samenwerking in kaart te brengen. In september is een tweede missie gepland.
is een vervolg op een strategische studie naar de oorzaak van en bescherming tegen overstromingen. Die is op verzoek van de Indonesische autoriteiten met hulp van Nederlandse kennisinstellingen en bedrijven tot stand gekomen.
8
Nieuws uit de watersector
e v en v oors t ellen
Watertrainees zijn begonnen ‘Ik verbreed mijn blik’ Voor de groei van de watersector is de toestroom van voldoende geschoolde mensen van levensbelang. Het Nationaal Watertraineeship is één van de middelen die hieraan bijdragen. Lodewijk Biemond (27) is één van de trainees, hij is begonnen bij het Hoogheemraadschap van Rijnland. ‘Ik ben in augustus vorig jaar afgestudeerd als ecohydroloog aan de VU in Amsterdam. Ik woon al mijn hele leven in het gebied van het Hoogheemraadschap van Rijnland, de streek spreekt me aan en het leek me heel leuk om er te gaan werken. Het mooie is dat ik werk kan combineren met mijn verdere ontwikkeling. Ik werk vier dagen, de vijfde besteden we als trainees samen aan opdrachten en projecten die we in een aantal weken uitwerken. Zo zijn we bezig geweest met het efficiënt beheren en onderhouden van gemalen
door waterschappen. En nu maken we plannen voor het ontwerp, het beheer en de monitoring van een defosfateringsinstallatie in de Nieuwkoopse Plassen. Door dat soort opdrachten verbreed ik mijn blik én verhoog ik mijn waarde.’ In november 2010 zijn in het kader van het Nationaal Watertraineeship de eerste acht trainees aan de slag gegaan, in mei van dit jaar kwamen er nog vijf bij. Ze werken zowel bij bedrijven als bij overheden www.nationaalwatertraineeship.nl
Nederland naar Australië voor uitwisseling waterexpertise Een Nederlandse missie is naar Australië om kennis uit te wisselen op het gebied van water. Op de agenda onder andere een gesprek met de Flood Inquiry Commission van Queensland. Begin dit jaar leed Australië onder zware overstromingen. Nederland bood destijds aan te helpen. Daar was niet op korte termijn behoefte aan, maar voor de aanpak op langere termijn komt de kennisuitswisseling nu wel tot stand. In maart van dit jaar ging een eerste fact finding missie naar Australië, uitgevoerd door NWP met steun van het CPA programma en met actieve inbreng van de ambassade in Canberra. Tijdens het drukken van deze krant vertrok een tweede missie naar Australië. Peter van der Kolk (Fugro) is tijdelijk in dienst bij NWP en organiseert de missie. Van der Kolk: ‘Wij gaan, als enige buitenlandse delegatie, praten met de Queensland Flood Inquiry Commission, die ingesteld werd na de overstromingen. Ze presenteerden in augustus hun interimrapport met be-
vindingen.’ De delegatie is zeer divers en varieert van grote ingenieursbureaus en kennisinstellingen tot ministeries en innovatieve MKB-bedrijven. ‘Het gaat om kennisuitwisseling over een integrale aanpak van het water management, niet zozeer over het leveren van techniek, die hebben de Australiërs zelf wel’, aldus van der Kolk. Daarom is bijvoorbeeld ir. Ingwer de Boer van het programma ‘Ruimte voor de Rivier’ mee. Als de flash floods in Australië intensiever worden, is het belangrijk dat er ruimte is waar het water naartoe kan. De Nederlandse delegatie participeert actief in het Brisbane River Symposium, waar Ingwer de Boer (Ruimte voor de Rivier) een van de keynote speakers is. Daarnaast wordt een bezoek gebracht aan de waterautoriteiten in Melbourne en worden met het bedrijfsleven aldaar mogelijkheden voor samenwerking besproken.
Tweerichtingsverkeer In Australië beschikt men over kennis waar Nederland ook veel van kan leren.
Van der Kolk: ‘Hoe je met droogte omgaat bijvoorbeeld. Maar ook hoe je de waarschuwingen en hulpverlening coördineert. Dat heeft men ‘down under’ heel goed voor elkaar, onder andere door de inzet van social media. Er is een gebied ter grootte van Frankrijk en Duitsland overstroomd, met veel schade en met ca. 20 slachtoffers. Dat is natuurlijk tragisch, maar bij een ramp van zo’n omvang is dat in verhouding heel erg weinig. Onder andere UnescoIHE en het Water Governance Centre zijn mee in de delegatie om hierover met de Australiërs van gedachten te wisselen. Zo mogelijk worden vervolgafspraken gemaakt hoe Nederland en Australië elkaar verder kunnen helpen in de zoektocht naar adequate oplossingen voor de groeiende dreiging van overstromingen resp. extreme droogte. Contactpersoon:
[email protected] Wilt u meer weten over de missie? Lees dan de berichtgeving op de NWP site en volg de NWP nieuwsbrief.
Veel animo voor investeren in ontwikkelingslanden
Watertrainee Lodewijk Biemond (links) met zijn begeleider Matthijs Timmer
Nederlandse ondernemers willen, samen met lokale partners, graag investeren in ontwikkelingslanden als de overheid een deel van het risico draagt. Dat blijkt overduidelijk uit het succes van het Private Sector Investment programme (PSI) van AgentschapNL. Jaarlijks is er 70 miljoen euro beschikbaar, verdeeld over twee tenders. De tweede sloot op 22 augustus en was opnieuw zeer ruim overtekend: rond de 150 aanvragen, waarvan er naar schatting ongeveer zestig kunnen worden gehonoreerd.
Voorwaarde voor honorering is dat het Nederlandse bedrijf samenwerkt met een lokale partner en dat de twee samen een lokale onderneming opzetten. Vaak is dit een productie faciliteit of een agrarisch bedrijf. Het voorstel moet vernieuwend zijn voor de lokale markt en het mag niet marktverstorend zijn. Commercieel succes moet hand in hand gaan met werkgelegenheid, kennisopbouw en inkomensgroei. En een project moet natuurlijk kansrijk zijn; de business case moet zicht bieden op vervolginvesteringen.
Het PSI-programma richt zich op projecten tot een maximum van 1,5 miljoen euro, waaraan de Nederlandse overheid de helft bijdraagt. De gedachte erachter: een groeiende private sector is de motor achter armoedebestrijding, een belangrijk doel van ontwikkelingssamenwerking.
De benadering van het programma, dat al tien jaar loopt, past naadloos in het vernieuwde beleid voor ontwikkelingssamenwerking, met daarbinnen Water OS. Ook in 2012 zullen er wederom twee tenders worden geopend. Een in februari en de tweede eind augustus. Alle inge-
Partners voor Water: Meedoen? Het programma Partners voor Water 3 (2010 - 2015) stimuleert innovatieve water projecten in het buitenland. Heeft u een projectidee dat past binnen de doelstellingen van het programma dan kunt u in aanmerking komen voor een bijdrage. Voor dat doel zijn er twee keer per jaar tenders. Neem voor meer informatie contact op met één van de adviseurs. Daarnaast voert PvW projecten uit die gericht zijn op communicatie, kennisuitwisseling en samenwerking in de Nederlandse watersector. Ook daar kunt u ideeën voor indienen.
Projectadviseurs Subsidieprogramma:
Contactpersoon Samenwerkingsprojecten voor de watersector:
Dennis van Peppen 088 - 602 81 83
[email protected]
Renee Vergouwe 070 - 304 37 15
[email protected]
De eerste tender van 2011 zorgde voor 152 voorstellen, waarvan er 55 werden gehonoreerd. In de komende jaren kunnen die leiden tot 3.300 directe en meer dan 20.000 indirecte banen. Er zullen ruim 2.000 lokale leveranciers van profiteren en ongeveer 275 vrouwen zullen binnen de projecten hogere managementposities bekleden. De praktijk leert dat ongeveer 60 procent van de gehonoreerde projecten succesvol is. Dat wil zeggen dat het feitelijk wordt afgerond en leidt tot vervolginvesteringen.
Colofon Partners voor Water brengt maandelijks een e-mail update uit met kort nieuws en ieder kwartaal een krant met achtergronden en ontwikkelingen. Voor abonnementen en aanmeldingen kunt u terecht bij: www.mijnevd.nl Bezoekadres: Partners voor Water is gevestigd in het International Water House, Bezuidenhoutseweg 2 in Den Haag
Aris Schellinkhout 088 - 602 84 99
[email protected]
diende projecten worden beoordeeld op de gestelde criteria en zo ontstaat een ranglijst. Vervolgens honoreert AgentschapNL de projecten tot het maximale bedrag van de tender is bereikt.
Deze krant is een uitgave van het Programma “Partners voor Water”. De krant verschijnt ieder kwartaal. Teksten en coordinatie:
Bauke ter Braak
Inhoud en eindredactie:
Christina Boomsma, NWP Eindredactie:
Claudia Schutte, NL EVD Internationaal Opmaak:
Smidswater
Sandra Cats 088 - 602 89 77
[email protected]
Voor meer informatie:
[email protected]
www.partnersvoorwater.nl