Samenwerkingsovereenkomst ‘Preventie huisuitzettingen Almere’ Partijen De gemeente Almere, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door, mevrouw J.H. Haanstra, wethouder, GGD Flevoland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door, de heer drs. P.A.M. Meyknecht, directeur bestuurder, Woningcorporatie Alliantie Flevoland, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door, de heer drs. J.W. de Vletter Woningcorporatie Goede Stede, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door, de heer A.S.M. Deutekom MBA Woningcorporatie Ymere, te dezen rechtsgeldig vertegenwoordigd door, de heer drs. P.J. Datema Verder gezamenlijk te noemen “partijen”. Overwegende dat deze samenwerkingsovereenkomst is opgesteld om huisuitzetting door huurschuld en/of overlast te voorkomen. Hierin worden de doelstellingen en uitgangspunten benoemd. Nadere uitwerking vindt plaats in het bijbehorende protocol ‘Preventie huisuitzettingen’. Dit is een samenhangende set van verplichtende afspraken. De samenwerking van partijen is er telkens op gericht huisuitzetting te voorkomen en hulp – in de vorm van een traject via het Budget Bureau Almere of via de GGD Meldpunt Vangnet & Advies - te realiseren indien dit nodig blijkt voor de huurder(s). Artikel 1. Overwegingen: 1.1 Almere streeft naar het drastisch verminderen van het aantal uitzettingen die dakloosheid tot gevolg kunnen hebben. Daarom maken de gemeente, de GGD Flevoland, en de drie woningcorporaties Alliantie Flevoland, Goede Stede en Ymere gezamenlijk afspraken hierover. 1.2 Het collegeprogramma “Sociaal en Krachtige Samenleving” 2006-2010 van de gemeente Almere beschrijft dat iedereen, ongeacht zijn of haar beperking, mee moet kunnen doen aan onze samenleving en dat de schuldenproblematiek in Almere dient te verminderen. Een belangrijk subdoel hiervan is het voorkomen van huisuitzetting en afsluiting van nutsvoorzieningen door betalingsachterstanden en/of overlast. De achterliggende problematiek bij dreigende huisuitzettingen is vaak complex en terugdringing vereist inspanningen vanuit meerdere gemeentelijke beleidsterreinen ( wonen – werk en inkomen - leefbaarheid -armoedebeleid - zorg en welzijn ). Het bereiken van de doelstelling dient samen met de relevante maatschappelijke en marktpartijen plaats te vinden. 1.3 Daarnaast is deze samenwerkingsovereenkomst een concrete uitwerking van één van de doelstellingen in het Stedelijk Kompas. Het Stedelijk Kompas geeft het beleid weer voor de periode 2008 -2014 ten aanzien van de Maatschappelijke Opvang en Openbare Geestelijke Gezondheidszorg (OGGz). De daarin genoemde doelstellingen zijn afgeleid van het plan van aanpak van de Rijksoverheid en de vier grote steden (G4). Daarmee voldoet de doelstelling aan het landelijk beleid. 1.4 Er zijn vier redenen voor huisuitzetting: (1) Huur- of hypotheekschuld, (2) extreme woning en/of buurtoverlast, (3) hennepplantages en (4) illegale onder(ver)huur. In deze samenwerkingsovereenkomst en het bijbehorende protocol gaat het om het voorkomen van huisuitzettingen door (huur)schuld en overlast. Huisuitzetting ontstaan door hennepkwekerijen, illegale onder(ver)huur of onverwachts vertrek worden niet aangepakt middels deze samenwerkingsovereenkomst en protocol. 1.5 Als sprake is van een (dreigende) huisuitzetting bij huur- en/of koopwoningen in combinatie met dreigende dakloosheid en/of extreme overlast voordoen, kunnen deze gemeld worden bij het GGD
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
1
meldpunt Vangnet & Advies. Het meldpunt zal haar reguliere taken inzetten: screening – opstellen hulpplan - toeleiden naar en coördinatie van hulp. 1.6 Deze samenwerkingsovereenkomst heeft zijn werking in de gemeente Almere. 1.7 De kerntaak van een corporatie is het huisvesten van mensen die daar zelf niet in kunnen voorzien, om financiële, psychische, dan wel andere redenen. Daarnaast benoemt het BBSH de prestatievelden van corporaties. Leefbaarheid is één van deze prestatievelden. Als afgeleide van haar kerntaak en de prestatievelden spant de corporatie zich in om huisuitzettingen waar mogelijk te voorkomen. Tegelijkertijd dient de corporatie echter de continuïteit van de organisatie te bewaken en de woonkwaliteit voor al haar bewoners te bevorderen.
Artikel 2. Uitgangspunten: 2.1 Huisvesting en aansluiting op benodigde nutsvoorzieningen zijn noodzakelijk om volwaardig deel te kunnen nemen aan onze samenleving. 2.2 De samenwerkende partijen zijn inhoudelijk en financieel gezamenlijk verantwoordelijk voor de uitvoering van het protocol. 2.3 De schuldenaar en / of overlastveroorzaker wordt met respect bejegend. 2.4 Persoonsgegevens worden vertrouwelijk behandeld. Een cliënt zal afhankelijk van de situatie, om toestemming worden verzocht voor de verstrekking van zijn / haar persoonsgegevens aan derden. Op basis van de toepasselijke wetgeving, namelijk De Wet bescherming persoonsgegevens (Wbp) en de Wet op de geneeskundige behandelovereenkomst (Wgbo), kan er gegevensuitwisseling plaatsvinden zonder toestemming van de cliënt wanneer er sprake is van bemoeizorg bij een evident belang. 2.5 Het protocol richt zich op de sociale huursector (d.w.z. woningen met een rekenhuur tot €621,78, prijspeil 2007). 2.6 De gemeente is verantwoordelijk voor de volgende afspraken: - Schriftelijk afspraken tussen het gemeentelijk Budget Bureau Almere en de drie woningcorporaties en tussen het Budget Bureau Almere en de nutsbedrijven over het vroegtijdig doorgeven van betalingsachterstanden. - Integrale schuldhulpverlening wordt aangeboden. Het Budget Bureau Almere heeft de coördinerende taak inzake de afspraken over het beleid en uitvoering integrale schuldhulpverlening Almere 1. - Schuldhulpverlening aan dak- en thuislozen, verslaafden en slachtoffers van huiselijk geweld. - Preventie van financiële problematiek middels advies en informatie, cursusaanbod en de inzet van mogelijkheden voor ondersteuning bij financiële vragen en problemen (buddy begeleiding door vrijwilligers). 2.7 Een juiste uitvoering van het protocol is gebaseerd op korte lijnen tussen partijen en snelle communicatie. 2.8 De woningcorporaties signaleren zo vroeg mogelijk huurachterstanden en andere problematische situaties. 2.9 De woningcorporaties hebben ten alle tijden de regie over het eigen incassobeleid en het proces van uitzetting. 2.10 De woningcorporaties geven halfjaarlijks aan de gemeente Almere een overzicht van het aantal huisuitzettingen met de reden daarvan. 2.11 Woningtoewijzing verloopt volgens de afspraken zoals vastgelegd in het convenant woonruimte verdeling 2007. 2.12 Indien een tweede kans alsnog leidt tot uitzetting uit de woning zal men voor de duur van één jaar worden uitgesloten van de Almeerse sociale huurwoningmarkt. Dit is opgenomen in het convenant woonruimteverdeling. 2.13 In geval van feitelijke dakloosheid staan de gemeentelijke mogelijkheden voor maatschappelijke opvang en zorg open voor de betrokkene(n). 2.14 De 10% regeling in het convenant woonruimteverdeling bepaalt jaarlijks de toewijzing van woningen aan maatschappelijke organisaties. De regeling komt in belangrijke mate tegemoet aan de behoefte aan huisvesting voor kwetsbare groepen: dak- en thuislozen, slachtoffers huiselijk geweld en verslaafden, ex-psychiatrische patiënten, ex-gedetineerden, gehandicapten etc.
1
Nota Integrale schuldhulpverlening Almere, gemeente Almere, mei 2007.
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
2
2.15 Zeer moeilijk plaatsbare huurders kunnen in de toekomst ( mogelijk vanaf 2008 / 2009 ) wonen in een vorm van sobere huisvesting op afstand van reguliere woonwijken. Hiertoe is het project ‘mevrouw van Dalen’ in ontwikkeling genomen onder leiding van de Alliantie Flevoland. Artikel 3. Bescherming persoonsgegevens: 3.1 Om huisuitzetting te voorkomen is informatie-uitwisseling over persoonsgegevens tussen de partijen noodzakelijk. Partijen nemen hiervoor de geldende privacyregels in wetten en richtlijnen in acht. Betrokken partijen zijn zelf verantwoordelijk voor het al dan niet uitwisselen van informatie. In de bijlage wordt een nadere uitwerking gegeven van informatie-uitwisseling van persoonsgegevens. Artikel 4. Doelstelling: 4.1 De hoofddoelstelling is: Eenduidige, preventieve en integrale aanpak bij huurschuld en overlast. 4.2 De SMART-doelstelling 2is: Dakloosheid ten gevolge van huisuitzetting komt (vrijwel) niet meer voor. 4.3 Het aantal huisuitzettingen van de woningcorporaties is in 2012 gedaald tot minder dan 30% van het aantal in 2006. Het doel wordt vanaf 2008 in vijf jaar behaald. Zoals in artikel 2.3 aangegeven, is deze doelstelling een uitwerking van het Stedelijk Kompas en is daarmee landelijk beleid. Tabel 1: aantallen huisuitzettingen Almere. Aantal 2006 2010 huisuitzettingen woningcorporaties Ymere 56 39 GoedeStede 43 30 De Alliantie 46 32 Totaal 145 101 Overig 3 84 Totaal 229
2012 17 13 14 44
NB. Deze cijfers gelden bij een gelijkblijvend woningaanbod van de corporaties, zo’n 21.000 woningen. Het behalen van de doelstelling is tevens afhankelijk van externe factoren die van invloed zijn op de individuele financiële draagkracht en ontwikkeling van schulden van burgers/ inwoners. Artikel 5. Financiën: 5.1 Elke partij (behoudens de GGD Flevoland) in deze overeenkomst levert een jaarlijkse financiële bijdrage aan de uitvoering van het protocol. 5.2 De financiële bijdragen van de gemeente betreffen de integrale schuldhulpverlening en het GGD meldpunt Vangnet & Advies. 5.3 De financiële bijdragen van de drie corporaties betreffen het gemeentelijk Budget Bureau Almere en het GGD meldpunt Vangnet & Advies. 5.4 De bijdragen zijn toereikend voor een adequate uitvoering van de protocolafspraken. 5.5 Jaarlijks wordt door partijen in de Stuurgroep Meldpunt Vangnet & Advies besloten over continuering, verhoging, verlaging van de financiële bijdragen op basis van geleverde resultaten in dat jaar. Artikel 6. Evaluatie en aanpassingen: 6.1 De Stuurgroep Meldpunt Vangnet & Advies treedt op als het overlegplatform voor de halfjaarlijkse evaluatie. Aan de Stuurgroep Meldpunt Vangnet & Advies nemen de gemeente Almere (Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling), de GGD Flevoland en de drie woningcorporaties Alliantie Flevoland, Goede Stede en Ymere deel. De partijen die deze samenwerkingsovereenkomst ondertekenen voeren de halfjaarlijkse evaluatie uit. Voor de Dienst Sociale Zaken van de gemeente Almere nemen de volgende functionarissen deel aan de stuurgroep Meldpunt Vangnet & Advies: de teamleider van het BBA, de
2
SMART: Specifiek Meetbaar Acceptabel Realistisch Tijdgebonden. 63 % van de huisuitzettingen is afkomstig van de corporaties. Overig bestaat uit andere mogelijke huiseigenaren (64), koopwoningen (14) en onbekend (6). Circa 95% van deze ontruimingen heeft als oorzaak (huur)schuld, de overige 5% door overlast, hennepkwekerijen, illegale bewoning, vertrek met noorderzon.
3
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
3
afdelingsmanager Werkpoort en de beleidsmedewerker schuldhulpverlening. Voor de Dienst Stedelijke Ontwikkeling neemt een beleidsmedewerker deel aan de vergadering. De Stuurgroep Meldpunt Vangnet & Advies is tevens gemachtigd om besluiten te nemen aangaande de werking en uitvoering van deze samenwerkingsovereenkomst. 6.2 Partijen verstrekken gegevens in principe over een kalenderjaar. 6.3 De samenwerking wordt halfjaarlijks geëvalueerd op: - realisatie van de eerder genoemde SMART-doelstelling; - aantal cliënten; - aantal gerealiseerde huisuitzettingen en reden van uitzetting; - communicatie tussen partijen; - financiën. 6.4 Het protocol kan na iedere evaluatie worden aangepast als alle partijen daarmee instemmen. Artikel 7. Duur en beëindiging: 7.1 Deze overeenkomst wordt gesloten voor de duur van 6 jaar van 1 januari 2008 tot 1 januari 2014. Zes maanden voor ommekomst van bovengenoemde 6 jaarstermijn vindt een evaluatie plaats door de stuurgroep Meldpunt Vangnet & Advies, teneinde te bezien of continuering van de samenwerking wenselijk is dan wel of het protocol c.q. de samenwerkingsovereenkomst aanpassing behoeft. De conclusie van de evaluatie en/of de nieuwe protocoltekst en/of de nieuwe samenwerkingsovereenkomst en/of de beslissing over eventuele verlenging worden voorgelegd aan de betreffende besturen. Indien continuering van de samenwerking c.q. aanpassing van het protocol of de samenwerkingsovereenkomst wenselijk wordt geacht, wordt dit uiterlijk voor 1 december 2013 schriftelijk vastgelegd en door partijen ondertekend en toegevoegd aan de overeenkomst. Partijen hebben in beginsel de intentie om de samenwerking te verlengen. Een partij kan uitsluitend een afwijkende beslissing nemen, indien er naar aanleiding van de evaluatie zwaarwegende, waaronder financiële en politieke, belangen zijn, die zich tegen verlenging van deze overeenkomst verzetten. Ingeval van een afwijkende beslissing wordt de overeenkomst niet verlengd en kan geen der partijen de verlenging afdwingen. 7.2 Partijen zijn gerechtigd om op basis van zwaarwegende belangen, waaronder ook een tekortkoming in de nakoming, tussentijds de overeenkomst op te zeggen. Hiervoor geldt een opzegtermijn van zes maanden. Opzegging geschiedt schriftelijk en met opgave van redenen aan de afzonderlijke leden van de Stuurgroep Meldpunt Vangnet & Advies. 7.3 Deze opzegging vindt niet plaats dan nadat Partijen zich tot het uiterste hebben ingespannen deze situatie in onderling overleg op te lossen. 7.4 Op deze overeenkomst is Nederlands Recht van toepassing. Artikel 8 Geschillenregeling 8.1 Partijen zullen een geschil terzake van de onderhavige overeenkomst zoveel mogelijk in der minne proberen te regelen. Mocht dit niet lukken, dan kan een geschillencommissie worden ingesteld. 8.2 Geschillen tussen convenantspartijen omtrent uitvoering van deze overeenkomst, waaronder geschillen die slechts door een van de partijen als zodanig worden aangemerkt, worden door partijen schriftelijk voorgelegd aan een geschillencommissie. 8.3 De geschillencommissie bestaat uit drie leden. Een lid wordt benoemd op voorspraak van de corporaties, een lid op voorspraak van de gemeente en een derde lid op voorspraak van de GGD Flevoland. 8.4 De commissieleden bepalen zelf de te voeren procedure en werkwijze. 8.5 De geschillencommissie doet binnen een termijn van ten hoogste drie maanden na ontvangst schriftelijk uitspraak. 8.6 De in lid 5 genoemde uitspraak geldt als een bindend advies naar elk van de partijen. 8.7 Partijen zullen de procedure van de geschillenregeling pas in gang zetten, nadat Burgemeester en Wethouders of de bestuurders van een van de woningcorporaties of GGD Flevoland een schriftelijk besluit ter zake hebben genomen. 8.8 Partijen zullen de bedoelde procedure niet in gang zetten voor zij de andere partijen daarvan tevoren schriftelijk in kennis hebben gesteld.
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
4
Artikel 9. Relatie met andere beleidsnota’s: 9.1 Deze samenwerkingsovereenkomst en bijbehorend protocol heeft een relatie met de volgende gemeentelijke nota’s: 1. De in ontwikkeling zijnde nota ‘Woonvisie Almere 2.0 op weg naar 2030’; 2. Stedelijk kompas Maatschappelijke opvang 2008 – 2014; 3. Nota Integrale schuldhulpverlening Almere (mei 2007). Artikel 10. Bijlagen: 11.1 Van deze overeenkomst maakt het protocol preventie huisuitzettingen onlosmakelijk deel uit. 11.2 Van deze overeenkomst maakt de nadere afspraken over bescherming persoonsgegevens onlosmakelijk deel uit. Citeertitel Deze overeenkomst kan worden aangehaald als Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere.
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
5
Gemeente Almere Wethouder, Mevr. J.Haanstra.e
…………………………………
Gemeente Almere Directeur Dienst Sociale Zaken Dhr. H. van Oosten
…………………………………
Gemeente Almere Directeur Dienst Stedelijke Ontwikkeling Mevr. W.S. van der Hoek
…………………………………
GGD Flevoland Directeur-bestuurder Dhr. drs. P.A.M. Meyknecht
…………………………………
Woningcorporatie Alliantie Flevoland Directeur Dhr. M. Pel
…………………………………
Woningcorporatie Goede Stede Directeur Dhr. A.S.M. Deutekom MBA
…………………………………
Woningcorporatie Ymere Directeur Dhr. drs. P.J. Datema
…………………………………
Datum: ……………. Plaats: Almere
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
6
Bijlage 1: Protocol preventie huisuitzettingen Almere
Definitief
PROTOCOL ========================================== Preventie huisuitzetting als gevolg van huurschuld en/of overlast Almere
Colofon Gemeente Almere Dienst Maatschappelijke Ontwikkeling ( T 036 – 5277000 ) Dienst Sociale Zaken ( T 036 – 5399083) Dienst Stedelijke Ontwikkeling ( T 036 – 5484169 ) Postbus 200 1300 AE Almere E
[email protected]
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
7
INHOUD 1. Protocol 2. Bijlagen: Instrument 1 Verhuurderverklaring Instrument 2 Vangnet & Advies Doelgroep en Signalen Instrument 3 Vangnet & Advies Meldingsformulier Instrument 4 Convenant Vangnet & Advies – NUON en Vitens Instrument 5 Vangnet & Advies Voorbeeld woonbegeleidingsovereenkomst Instrument 6 Handreiking Gegevensuitwisseling bemoeizorg Instrument 7 Afspraken BBA - Woningcorporaties Instrument 8 Convenant woonruimteverdeling 2007
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
8
1. Protocol Dit protocol is een nadere uitwerking van de samenwerkingsovereenkomst ‘Preventie huisuitzettingen in Almere’. Terminologie BJZ/AMK Buurtbemiddeling DSZ/BBA SMN V&A Vaste lasten rekening Verhuurderverklaring Woco Wto
: Bureau Jeugdzorg/Advies en Meldpunt Kindermishandeling : een methode om buren (weer) met elkaar in contact te brengen. na een ruzie of conflict : Dienst Sociale Zaken/Budget Bureau Almere : Stadsbank Midden Nederland : GGD Flevoland meldpunt Vangnet en Advies : Budgetbeheer vaste lasten (BBR-VL) : verklaring van vorige verhuurder / hypotheekverstrekker over het woon- en betalingsgedrag van de aspirant huurder. : Woningcorporatie : Werk team overleg: casuïstiekoverleg meldpunt Vangnet & Advies
Tweede kans beleid Woningcorporaties Extreme overlastgevers kunnen na of in plaats van huisuitzetting nog een tweede kans krijgen, voordat ze worden uitgesloten van een woning. Deze tweede kans houdt in dat men een (tijdelijk) huurcontract krijgt (meestal 1 jaar en veelal op naam van een extern begeleidende organisatie ) dan wel een huurcontract met ontbindende voorwaarden, gekoppeld aan een verplicht begeleidingscontract. De corporatie biedt een woning uit de eigen voorraad aan. Bij bewezen goed huurgedrag wordt het huurcontract omgeklapt en op naam van de cliënt gesteld. Als men zich niet houdt aan de afspraken met de begeleider en corporatie wordt men alsnog uitgezet. Elke corporatie bepaalt per situatie welke maatregelen zij wil en kan nemen. FASE 0 PREVENTIEF 1) Optioneel: vooraf aan intake: controle bij Incassobureau. Dit wordt opgenomen in de Woningadvertentie. 2) Verhuurderverklaring / verklaring van hypotheekverstrekker laten meenemen naar intake ( max. 1 maand. oud, zie bijlage 1). 3) Intake nieuwe huurder door Woco: • Toelichting geven over huurachterstandenbeleid. • Informeren over rechten en plichten van huurders o.a.: o Niet onderverhuren o Geen hennepplantages o Geen overlast veroorzaken. • Mogelijkheid aangeven om je vrijwillig te melden bij het BBA voor: o hulp bij budgetproblemen ( schulden ) o een vorm van budgetbeheer ( op kosten huurder ). 4) Optioneel: Folder incassoprocedure meegeven. 5) Optioneel: NIBUD woonkostenkrant meegeven. 6) Optioneel: Folder over hoe voorkom ik dat ik overlast veroorzaak? 7) Optioneel: Laten tekenen dat kennis is genomen van de regels rondom onderverhuur, boete beleid. 8) Optioneel: Folder BBA meegeven. FASE 1 Schuldtraject: VROEG SIGNALERING Signalering huurschuld (1 maand huurachterstand): 1. Herinneringsbrief. 2. Aanmaning wordt verzonden door Woco: - waar mogelijk met zin / folder over BBA; - aanbod om contact op te nemen met Woco voor betalingsregeling.
overlasttraject / minder complex Signalering overlast:
Klacht komt binnen bij Woco:
1. Woco hoort de klager / onderzoekt klacht. 2. Binnen 10 werkdagen wordt contact gezocht met klager en/of melder en overlastveroorzaker. 3. Indien acuut gevaar: politie.
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
9
FASE 2 Schuldtraject: INCASSO - Incassotraject start bij 2 maanden huurachterstand - Woco beoordeelt op basis van huisbezoek of telefonisch contact: 1. Huurder wil door Woco aangemeld worden bij BBA 4: • BBA roept huurder op voor intake; • Als huurder niet verschijnt op intake wordt dit door BBA gemeld bij Woco; • BBA doet financiële en psychosociale intake; • Budgetbeheer vaste lasten wordt geregeld; • BBA stelt trajectplan op; • BBA ondersteunt alle trajecten ( waaronder stabilisatie van de schuld door budgetbeheer vaste lasten ) die nodig zijn om schuldenproblematiek aan te pakken; • BBA bewaakt voortgang alle trajecten en informeert Woco regelmatig.
overlasttraject / minder complex Bemiddeling door corporatie zelf ( maximaal na 10 dagen starten ): • Woco registreert en vormt dossier; • Woco zoekt contact met veroorzaker overlast; • Woco informeert klager; • eenvoudige overlast wordt indien nodig m.b.v. buurtbemiddeling door Woco opgelost; • als overlast niet door Woco is opgelost door naar fase 3.
2. Bij vermoeden zorgmijdend gedrag wordt huurder door Woco bij V&A aangemeld ( bijlage 2 V&A doelgroep en signalen ) met behulp van meldingsformulier ( bijlage 3 ). Woco verstrekt zo veel mogelijk relevante info. (De zorgcoördinator van) V&A: • doet binnen 10 werkdagen een terugkoppeling over het ingezette traject. Hierbij doet V&A minimaal 1 huisbezoek binnen 5 werkdagen. Mocht huurder niet bereikbaar zijn, dan onderneemt V&A minimaal 3 pogingen binnen die 5 dagen om huisbezoek te realiseren; • zet in samenwerking met betrokken partijen ( waaronder in ieder geval het BBA ) traject uit voor aanpak; • bewaakt bij enkelvoudige problematiek de voortgang van het traject in samenwerking met de woco. Wanneer het gaat om meervoudige problematiek zal de voortgang via het WTO bewaakt worden. Er worden geen kosten verhogende maatregelen genomen anders dan administratieve kosten en STORNO-kosten, totdat BBA of V&A contact heeft gehad met de huurder en dit blijft zo als cliënt in een schuldhulpverlening of zorgtraject komt. 3. Huurder wil geen hulp en blijft wanbetaler • Klant wordt direct overgedragen aan incassobureau (in opdracht van Woco). Als 4
Over termijnen worden apart afspraken gemaakt
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
10
cliënt aangeeft toch schuldhulpverlening te willen, dan legt het incassobureau dit voor aan de Woco. De Woco geeft daarvoor (al dan niet) haar toestemming. Indien BBA en V&A niet volgens afspraken kunnen handelen volgt fase 3.
FASE 3 Schuldtraject: DEURWAARDER •
overlasttraject / complex
Woco meldt bij V&A ( meldformulier ): • doet binnen 10 werkdagen een terugkoppeling over het ingezette traject. Hierbij doet V&A minimaal 1 huisbezoek binnen 5 werkdagen. Mocht huurder niet bereikbaar zijn, dan onderneemt V&A minimaal 3 pogingen binnen Om te voorkomen dat een dagvaarding wordt die 5 dagen om huisbezoek te realiseren; uitgereikt (start fase 4), kan cliënt een crisisintake bij BBA en/of meldpunt V&A • zet in samenwerking met betrokken partijen ( alsnog aanvragen via en in opdracht van de waaronder in ieder geval het BBA ) traject uit Woco. BBA en meldpunt V&A leveren binnen voor aanpak; 5 werkdagen een crisisintake en rapporteren de • bewaakt via Wto de voortgang van het traject uitkomst aan de Woco. De Woco kan dan door zorgcoördinator van V&A in alsnog bepalen om de dagvaarding uit te stellen. samenwerking met Woco • Woco blijft betrokken via Wto. Bij multiproblematiek loopt het proces van meldpunt V&A door.
Op verzoek van de huurder kan de deurwaarder, in opdracht van de Woco: - een betalingsregeling aanbieden; - integrale schuldhulpverlening aanbieden.
•
•
FASE 4 Schuldtraject: KANTONRECHTER De dagvaarding wordt uitgebracht: • V&A ontvangt periodiek de lijsten van de corporaties waarop is aangegeven of minderjarige kinderen betrokken zijn op de adressen; • V&A stelt betrokken hulpverleners op de hoogte van dreigende uitzetting; • Werkproces van V&A loopt door; • Woco vraagt vonnis bij kantonrechter.
overlasttraject / complex Door het stellen van sancties en dreiging tot uitzetting via kantonrechter door Woco de overlast verminderen: • Woco biedt in overleg met V&A zonodig een tweede kans aan (eventueel in een andere woning ). • Afspraken worden vastgelegd in een aanvullende overeenkomst tussen huurder en Woco of begeleidende instanties; • Huurder is verplicht tot het aanvaarden van (schuld)hulpverlening door gezamenlijke acties Woco en V&A naar huurder; • Indien er geen verbetering heeft de Woco een dossier opgebouwd om mee naar de rechter te gaan.
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
11
FASE 5 Schuldtraject: NA VONNIS •
De ten uitvoerlegging van het vonnis wordt opgeschort als in deze fase toch het schuldhulpverleningsproces op gang komt. Voorwaarden: gemeld door Woco bij BBA, akkoord met budgetbeheer vaste lasten en cliënt werkt mee aan een aanvraag schuldregeling bij BBA / SMN;
•
Van uitvoering van het vonnis wordt definitief afgezien als: (1) de schulden zijn voldaan of (2) een schuldregeling is getroffen waar cliënt minimaal 1 jaar goed gevolg aan geeft. Van tenuitvoerlegging kan worden afgezien als bij de Woco een laatste kans wordt geaccepteerd. Dit betekent een verplicht begeleidingsplan waar huurder zich aan alle afspraken dient te houden totdat de schuld volledig is betaald. Het vonnis blijft 1 jaar geldig.
•
•
overlasttraject / complex • • •
•
•
Woco biedt in overleg met V&A zonodig een tweede kans aan (eventueel in een andere woning ). Afspraken worden vastgelegd in een aanvullende overeenkomst tussen huurder en Woco of begeleidende instanties. Voorwaarde bij tweede kans is dat de huurder verplicht is tot het aanvaarden van (schuld)hulpverlening door gezamenlijke acties Woco en V&A naar huurder Van uitvoering van het vonnis wordt afgezien zolang overlastveroorzaker de geboden tweede kans minimaal 1 jaar heeft volgehouden conform de afspraken in de aanvullende overeenkomst; Als nog steeds geen afspraken geaccepteerd worden volgt fase 6.
FASE 6 UITZETTING EN OPVANG •
•
Als al het bovenstaande niet heeft gewerkt komt het tot uitvoering van het vonnis en volgt uitzetting. De huurder kan dan zo nodig gebruik maken van de gemeentelijke voorzieningen voor maatschappelijke opvang en zorg. In deze fase werken corporaties en gemeente vaak samen in een gecombineerd aanbod van wonen met begeleiding en zorg. Bijvoorbeeld middels het aanbod begeleid woonprojecten en het begeleid zelfstandig wonen waarbij de hulpverlenende instelling de woning voor een bepaalde periode huurt voor de cliënt. De scheiding van wonen (corporaties) en opvang/zorg/ondersteuning (gemeente) blijft ook in deze fase gehandhaafd. Indien er in deze fase sprake is van ernstige bedreiging van minderjarige kinderen door de ouders/verzorgers volgt er een melding door V&A bij het AMK.
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
12
Bijlage 2: Nadere afspraken bescherming persoonsgegevens Artikel 1 Definities a. Deelnemer: één of meer Partijen bij de samenwerkingsovereenkomst “Preventie huisuitzetting Almere”. b. Betrokkene: personen die voor (huur)overlast zorgen of een huurschuld hebben. c. Medewerker: degene die werkzaam is onder verantwoordelijkheid van een betrokken partij. d. Verwerking van persoonsgegevens: elke handeling of elk geheel van handelingen met betrekking tot persoonsgegevens, waaronder in ieder geval het verzamelen, vastleggen, ordenen, bewaren, bijwerken, wijzigen, opvragen, raadplegen, gebruiken, verstrekken door middel van doorzending, verspreiding of enige andere vorm van terbeschikkingstelling, samenbrengen, met elkaar in verband brengen, alsmede het afschermen, uitwissen of vernietigen van persoonsgegevens; e. Verstrekken van persoonsgegevens: het bekend maken of ter beschikking stellen van persoonsgegevens; Artikel 2 Doel De gegevensuitwisseling in het kader van de samenwerkingsovereenkomst “Preventie huisuitzettingen Almere” (hierna: samenwerkingsovereenkomst) heeft tot doel: • het vroegtijdig signaleren van huurachterstanden en overlast, zodat tijdige, effectieve en gecoördineerde hulp kan worden geboden. • eenduidige, preventieve en integrale aanpak bij huurschuld en overlast. • het verzamelen van informatie voor procesbewaking. Artikel 3 Wijze verwerking persoonsgegevens 1. Persoongegevens over betrokkenen worden in overeenstemming met de Wet bescherming persoongegevens, de overigens van toepassing zijnde wet- en regelgeving, de samenwerkingsovereenkomst en dit protocol verwerkt en uitgewisseld. 2. Deelnemers wisselen gegevens uit over betrokkenen en handelen daarbij conform de samenwerkingsovereenkomst Preventie huisuitzettingen Almere. Artikel 4 Geheimhoudingsplicht Voorzover deelnemers en medewerkers van deelnemers daartoe middels hun functie daartoe niet reeds verplicht zijn, zijn zij verplicht alle persoonsgegevens geheim te houden. Deze plicht strekt tot geheimhouding strekt tot geheimhouding van gegevens van betrokkenen, behoudens en voorzover enig wettelijk voorschriften tot mededeling verplicht of uit hun taak de noodzaak tot mededeling voortvloeit. Artikel 5 Rechten van betrokkene De betrokkene kan verzoeken: (a) informatie te verschaffen over de verwerking van zijn of haar persoonsgegevens; (b) inzage te geven in zijn of haar persoongegevens; (c) zijn of haar persoonsgegevens te corrigeren(verbeten, aanvullen , verwijderen) Artikel 6 Recht op inzage en correctie 1. De betrokkene richt zijn of haar verzoek om inzage of correctie aan de verantwoordelijke, als bedoeld in artikel 6. 2. Het verzoek van betrokkene om inzage wordt schriftelijk ingediend. 3. Binnen vier weken na de indiening deelt de verantwoordelijke mee of aan het verzoek wordt voldaan. Artikel 7 Verantwoordelijke Deelnemers zijn gezamenlijk verantwoordelijk voor de gegevensverstrekking in het kader van de uitvoering van de samenwerkingsovereenkomst. De verantwoordelijke draagt zorg voor de melding van deze gegevensverwerking(en) bij het College Bescherming Persoonsgegevens (gebruikmakend van de website www.cbpweb.nl).
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
13
Artikel 8 Bewaartermijn 1. De persoongegevens worden niet langer bewaard dan noodzakelijk is voor de verwezenlijking van de doeleinden waarvoor zij worden verzameld en verwerkt. 2. Indien gedurende twee jaar geen contact is geweest met betrokkene worden de persoonsgegevens vernietigd. Artikel 9 Beveiliging en toegang De verantwoordelijke beveiligt de persoonsgegevens van de betrokkenen tegen verlies of enige vorm van onrechtmatige verwerking. Hij of zij treft daartoe de nodige passende technische en organisatorische maatregelen. Deze maatregelen betreffen onder meer maar niet uitsluitend: (a) Maatregelen met betrekking tot de toegang tot de persoonsgegevens; (b) De lees- en schrijfbevoegdheden van de deelnemers; Artikel 10 Verstrekking van gegevens aan derden Er worden geen gegevens aan derden verstrekt tenzij: a. dit wordt vereist ingevolge een wettelijk voorschrift. b. dit geschiedt met toestemming van betrokkene.
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
14
Bijlage 3: Stuurgroep Meldpunt Vangnet en Advies De stuurgroep Meldpunt Vangnet en Advies komt door de samenwerkingsovereenkomst en het protocol preventie huisuitzetting Almere uit 2 delen te bestaan: Deel 1) stuurgroep Meldpunt Vangnet & Advies Deelnemers: opdrachtgevers gemeente en woningcorporaties Alliantie Flevoland, Goede Stede en Ymere; opdrachtnemer GGD; team OGGz, Vangnet & Advies. Deel 2) Evaluatie protocol Preventie Huisuitzettingen Deelnemers; allen hierboven genoemd, aangevuld met medewerkers van de Dienst Sociale Zaken en Dienst Stedelijke Ontwikkeling. De rollen tijdens dit overleg zijn als samenwerkende partners. De referentietitel van deel 1 en 2 gezamenlijk is Stuurgroep Meldpunt Vangnet en Advies. De vergadering vindt 2x per jaar plaats. Inhoud deel 1 De gemeente Almere en de drie genoemde corporaties zijn opdrachtgever en financier van het GGD Meldpunt Vangnet en Advies. In de stuurgroep worden de te behalen resultaten van het Meldpunt Vangnet en Advies, de behaalde resultaten, trends en ontwikkelingen in het werkveld en de financiering van het Meldpunt doorgesproken. Dit gebeurt aan de hand van de halfjaar – en jaarrapportages van de GGD Meldpunt V&A. Wat betreft het onderdeel financiering beoordelen de gemeente en corporaties jaarlijks of de huidige financieringswijze voldoende toereikend is voor het GGD Meldpunt Vangnet en Advies. Partijen treden – waar nodig - daarover met elkaar in gesprek. Dit kan in de stuurgroep Meldpunt Vangnet en Advies plaatsvinden of middels een apart overleg tussen corporaties en gemeente (beiden financier). Inhoud deel 2 Ten behoeve van deze samenwerkingsovereenkomst en het protocol preventie huisuitzetting wisselt de rol van partijen. Partijen zijn gelijkwaardig aan elkaar, er is geen sprake meer van opdrachtgever – opdrachtnemer. Medewerkers van de Dienst Sociale Zaken en Dienst Stedelijke Ontwikkeling van de gemeente Almere worden ook deelnemende partij. Inhoud van dit onderdeel van de vergadering is tenminste: • de werking van de samenwerkingsovereenkomst en het protocol: wat betekent dit in de praktijk, trends en ontwikkelingen; • realisatie van de SMART-doelstelling; • aantal cliënten; • aantal gerealiseerde huisuitzettingen en reden van uitzetting; • communicatie tussen partijen; • financiën. Ten aanzien van de hoofd- en SMART-doelstelling geldt dat halfjaarlijks verantwoording over het al dan niet realiseren van de doelstelling wordt afgelegd. Als de resultaten negatief beïnvloed worden door bewegingen van buitenaf waar de partners geen invloed op hebben en die relevant zijn voor het voorkomen van dakloosheid, kunnen deze specifiek zichtbaar worden gemaakt en benoemd in de rapportages. Een eventuele bijstelling van de cijfers behoort in dat geval tot de mogelijkheden. Het protocol kan na iedere evaluatie worden aangepast als alle partijen daarmee instemmen.
Samenwerkingsovereenkomst preventie huisuitzetting Almere v8 20 december 2007
15