Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken 1989 (UAV 1989)
tekstvoorstellen Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2011 (UAV 2011)
HOOFDSTUK I Algemeen
1. Algemene suggestie: Overal waar staat “goedkeuring” wijzigen in “acceptatie” en begrip “acceptatie” beschrijven: “de beslissing van geen bezwaar onverminderd een overname van de verantwoordelijkheid” (VNG 24-12-2009)
1. De UAV-GC kent een systeem van toetsingen en acceptaties. Dat systeem invoeren in de UAV zou veel werk kosten en het is de vraag of het in het kader van een lichte herziening gepast is. Bovendien is goedkeuring meeromvattend dat acceptatie. Goedkeuring is niet slechts een verklaring van geen bezwaar. De term goedkeuring heeft ook niet tot problemen geleid in de jurisprudentie. Besloten wordt om deze suggestie niet over te nemen. 2. Zie voor kabels en leidingen het derde streepje in dit blok. - De werkgroep legt hier de link met de Arbo en het V&G-plan. Bovendien roept dit de vraag 1
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
op wat het betekent ten aanzien van verplichtingen die niet expliciet vermeld worden. - Paragraaf5 lid 1 bepaalt dat de aannemer op de hoogte wordt gesteld. De werkgroep vraagt zich af of deze wijziging zich wel leent voor een algemene bepaling. -Hier is een link met de grondroerdersregeling: ieder die de grond ingaat draagt verantwoordelijkheid. Over dit onderwerp is een notitie verschenen; zie voorts het commentaar bij par. 5 lid 1id.
§ 1. Aanduidingen, begripsbepalingen
De lijst van gedefinieerde begrippen wordt inhoudelijk niet gewijzigd, maar wel op alfabetische volgorde gezet. 1. UAV(TI) omschrijft de begrippen werk 1. De terminologie is inderdaad en bouwstoffen. In de verdere tekst wat mistig. Soms wordt over wordt niet altijd even consequent “onderdeel”of “deel” gesproken omgegaan met het begrip „deel van het waar het andere bedoeld werk‟ als het gekeurd of beproefd moet wordt. De UAV moet nagelopen worden. Een onderdeel is niet hetzelfde worden om te kijken waar deze als een „deel van het werk‟. (R. van der termen gebruikt worden en of Kroef 20-11-2009) het veranderd moet worden om inconsequentie of verwarring te voorkomen. 2
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
1.1
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
2. Definities m.b.t. keuringen en beproevingen dient te worden afgestemd met definities en terminologie van NENEN-ISO 9000 oftewel dezelfde termen en definities hanteren als in UAV-GC, b.v. beproeving = test, keuring = inspection, verificatie, toetsing, acceptatie, document review etc. Daarbij: keuring is een technische toets en beproeving is een functionele toets. (R. van der Kroef 20-11-2009)
2. Waar het om de specificieke installatietechnische werken gaat (bijvoorbeeld 8a) zal de UAV-TI terminologie worden gehanteerd. UAV-GC 2005 termen worden verder niet overgenomen.
De behoefte bestaat aan een herdefinitie van: - het werk; Taalgebruik uit paragraaf 37 hanteren “de aanschaffing van bouwstoffen” en “de verrichting van werkzaamheden”. (BNB 23-3-2010)
De Werkgroep vindt de terminologie duidelijk.
tekstvoorstellen
Verstaan wordt onder: het werk: het uit te voeren werk of de te verrichten levering;
het werk: het uit te voeren werk, technische installatiewerk of de te verrichten levering;
de opdrachtgever: de natuurlijke of rechtspersoon, die het werk opdraagt; de aannemer: de natuurlijke of rechtspersoon, aan wie het werk is opgedragen; het bestek: de beschrijving van het werk, de daarbij behorende tekeningen, de voor het werk geldende voorwaarden, de nota van inlichtingen en het proces-verbaal van aanwijzing;
1. in de praktijk wordt onder bestek de 1 en 2. Omdat de terminologie beschrijving van het werk verstaan. Door inderdaad op zich juist is, hoeft daar ook de tekeningen onder te vatten de bepaling niet aangepast te ontstaat wel eens spraakverwarring. Een worden. oplossing weet ik niet, want de terminologie op zich is wel juist. (RvA 30-11-2009) 3
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
de overeenkomst: de tussen opdrachtgever en aannemer tot stand gekomen overeenkomst van aanneming van werk;
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
2. de behoefte bestaat aan een herdefinitie van het bestek: definieer extra ook de begrippen Nota van Inlichtingen en het Proces verbaal van Aanwijzing conform artikel 1 in het UAR en ARW. (BNB 23-3-2010) De behoefte bestaat aan een herdefinitie van het begrip „‟de overeenkomst‟‟: De tussen de opdrachtgever en aannemer… van werk op basis van het bestek. (BNB 23-3-2010)
2. De extra definities die voorgesteld worden, zien op aanbestedingsrechtelijke begrippen en vallen buiten het kader van de UAV.
tekstvoorstellen
de overeenkomst” is een ruimer begrip dan “het bestek”. De inhoud van de overeenkomst wordt mede bepaald door wat er in het bestek staat. De werkgroep handhaaft de term “overeenkomst”. de aannemingssom: het bedrag, waarvoor de De behoefte bestaat aan een herdefinitie De Werkgroep vindt de aannemer zich heeft verbonden het werk tot stand van het begrip „‟de aannemingssom‟‟: terminologie duidelijk. te brengen, de omzetbelasting daarin niet harmoniseren met artikel 7:750, lid 1 BW begrepen; (“het bedrag” wijzigen in “de prijs in geld”). (BNB 23-3-2010) bouwstoffen: de in het werk te brengen materialen, voorwerpen, onderdelen, installaties, grond van allerlei soort en dergelijke;
De behoefte bestaat aan een herdefinitie Zie tekstvoorstel. van het begrip „‟bouwstoffen‟‟: Neem de definitie van de UAVTI 1992 mee dus “installaties” wijzigen in “installaties of onderdelen daarvan”. (BNB 23-3-2010)
bouwstoffen: de in het werk te brengen materialen, voorwerpen, onderdelen, installaties of onderdelen daarvan, grond van allerlei soort en dergelijke;
dag: kalenderdag;
4
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
werkdag: een kalenderdag, tenzij deze valt op een algemeen of ter plaatse van het werk erkende, of door de overheid dan wel bij of krachtens collectieve arbeidsovereenkomst voorgeschreven rust- of feestdag, vakantiedag of andere niet individuele vrije dag;
De behoefte bestaat aan een herdefinitie van het begrip “werkdag”: In het bijzonder is de behoefte uitgesproken aan een (her)definitie van het begrip „werkdag‟ als ook gebruikt in artikel 4 van de model basisovereenkomst behorend bij de UAV GC 2005. Gelet op de deregulering van de overheid op dit terrein (na de meest recente herziening van de arbeidstijdenwet worden daarin de feestdagen al niet meer specifiek benoemd) is er behoefte aan een meer precieze definitie van het begrip (werk)dag nu het (bijvoorbeeld) anno 2010 de vraag is of weekenden wel of niet als algemeen erkende vrije dagen moeten worden beschouwd. (BNB 233-2010)
De werkgroep neemt dit voorstel niet over. De deregulering en de 24 uurs economie zijn nog niet zover een feit dat dit tot wijziging van deze bepaling noopt.
U.A.V.: deze Uniforme Administratieve Voorwaarden 1989;
suggesties voor toevoegingen
tekstvoorstellen
UAV: Uniforme Administratieve Voorwaarden voor de uitvoering van werken en van technische installatiewerken 2011 (UAV 2011); 1. par. 1 lid 1: opnemen van een definitie van 'directievoerder' (NLIngenieurs 27-11-2009)
1. Directie is een term die ingeburgerd is en al lang verankerd is in de UAV. Dit punt zal verder worden behandeld bij paragraaf 3. 5
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
2. par. 1: Definiëren van begrippen van de termen 'onderhoud' en 'service' is wenselijk zoals dat gebruikt wordt in paragraaf 11 van de UAV 1989 en de UAVTI 1992. Onderhoud wordt over het algemeen gezien als die werkzaamheden die nodig zijn om een installatie blijvend te laten functioneren , terwijl dat in de zin van de UAV enkel ziet op het herstel van gebreken. Daarmee beoogt het UAV dus het correctief onderhoud, niet het benodigde periodieke onderhoud. Verantwoordelijkheid periodiek onderhoud is namelijk echter voor rekening van eigenaar (Kropman installietechniek)
2. Onderhoud wordt inderdaad gezien als correctief onderhoud, terwijl service gezien wordt als preventief onderhoud. Het begrip servicetermijn vindt de werkgroep niet duidelijk. Het suggereert dat het een „service‟ is, maar er moet gewoon betaald worden voor een servicecontract. „Servicetermijn‟ kan dus beter niet meer gebruikt worden. Voor de onderhoudstermijn geldt dat de aannemer geen gebreken hoeft te herstellen die niet het gevolg zijn van onvoldoende werk van de aannemer. Daarom wordt in paragraaf 11.2 de zinsnede „normaal te verwachten slijtage als gevolg van het feitelijk gebruik‟ ingebracht om aan te geven dat de aannemer in dat geval niet hoeft te herstellen.
3. Nieuw begrip werkterrein invoegen afgeleid van de STABU aanvullende administratieve bepalingen 01.02.01.01 en 01.02.01.02 die luiden: Onder werkterrein wordt verstaan het terrein of het water dat door de opdrachtgever aan de aannemer voor de uitvoering van het
3, 4. De werkgroep neemt dit niet over. De termen bouwterrein en werkterrein komen beide voor in de UAV. Zij dekken beide iets anders en de paragrafen waarin de termen voorkomen laten geen
tekstvoorstellen
6
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
werk ter beschikking wordt gesteld, het misverstand bestaan over wat terrein of het water waarop en waarin met de termen wordt bedoeld. het werk wordt uitgevoerd daarin begrepen. Onder werkterrein wordt tevens verstaan de als zodanig aangeduide aanwezige opstallen of delen daarvan waarin, waarop of waaraan het werk moet worden uitgevoerd. (BNB 23-3-2010) 4. Definitie werkterrein toevoegen. (R. van der Kroef 20-11-2010) 5. 01.02.02-01 In verband met het vaststellen van de juiste versie van normbladen e.d. wordt, bij gebreke van een versie-aanduiding (jaartal) in het STABU bestek uitgegaan van de volgende bepaling: - Daar waar een publicatie zonder datum is vermeld, is deze publicatie van toepassing zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt. Wij merken op, dat “de dag van prijsaanbieding” onze voorkeur zou hebben boven “de dag van aanbesteding”.
5. Het probleem van tegenstrijdige normen wordt verder behandeld bij paragraaf 2. De suggestie van “de dag van prijsaanbieding” wordt niet overgenomen, want dit staat al in paragraaf 1 lid 4.
6. Als een probleem wordt ervaren de „ter inlichting‟, „ter informatie‟ of middels een vergelijkbare aanduiding bij het bestek gevoegde bijlagen. Behoren deze
6. De Werkgroep is van mening dat dit probleem in par. 2 goed is geregeld en het voorbeeld dat gegeven is typisch een 7
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
1.2
Tekst
Indien in het bestek een afzonderlijke termijn is gesteld, binnen welke een deel van het werk moet worden opgeleverd, wordt voor de toepassing van de § 6, vierde lid, 8, 9, 10, 11, 12, 42 en 44 dat deel als een afzonderlijk werk aangemerkt.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
nu wel of niet tot het bestek en wat is daarvan dan de juridische status. De behoefte is aan een duidelijke regeling op dit punt. Verder stelt de werkgroep vast dat de definitie van "het bestek" op zich duidelijk is, maar dat dit niet geldt voor de wijze waarop de documenten zich tot elkaar verhouden. Voor tegenstrijdigheden geeft paragraaf 2 lid 4 weliswaar een oplossing, maar wat wanneer op de bij de beschrijving behorende tekening voorzieningen wel staan ingetekend die in de beschrijving van het werk niet terug te vinden zijn en wat te doen met tekeningen waarop dermate veel tekst is verwerkt dat, naar mag worden aangenomen, die tekst ook onder het begrip "beschrijving van het werk" moet worden geschaard. (BNB 23-3-2010)
probleem is dat aan rechtsprekenden dient te worden voorgelegd.
tekstvoorstellen
een deel van het werk moet worden opgeleverd, wordt voor de toepassing van de §§ 6, vierde lid, 8, 8a, 9, 10, 11, 12, 42 en 44 dat deel als een afzonderlijk werk aangemerkt.
8
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
1.3
Indien in het bestek een afzonderlijke termijn is gesteld, binnen welke de uitvoering van het werk tot een bepaalde stand moet zijn gevorderd, voordat de oplevering plaats vindt, is het bepaalde in de § 8, 9 en 42 van overeenkomstige toepassing. Indien aan de totstandkoming van de overeenkomst geen aanbesteding is voorafgegaan, wordt voor de toepassing van de § 2, tweede lid, 6, elfde en dertiende lid, en 49, tweede lid, in plaats van „de dag van aanbesteding‟ gelezen „de dag van de prijsaanbieding van de aannemer‟.
1.4
1.5
§ 2. Van toepassing zijnde voorschriften, tegenstrijdige
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
4. Indien aan de totstandkoming van de overeenkomst geen aanbesteding is voorafgegaan, wordt voor de toepassing van de §§ 2, tweede lid, 6, elfde en dertiende lid, 48, tweede lid, en 49, tweede lid, in plaats van 'de dag van aanbesteding' gelezen 'de dag van de prijsaanbieding van de aannemer'.
Bij meerjarige onderhoudswerken, opgedragen voor een bepaalde som per jaar wordt, indien sprake is van „aannemingssom‟ of van „termijn van betaling‟, bedoeld de aannemingssom per jaar of de termijn van betaling van het betrokken onderhoudsjaar. 1. Niet altijd voert de opdrachtgever thans enkele praktische wijzigingen door; de verantwoordelijkheden van de aannemer worden daardoor groter. Aannemer kan deze
1. De werkgroep snapt niet goed wat hier nu precies bedoeld wordt. De aanbeveling wordt daarom niet overgenomen. 9
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
verantwoordelijkheden dragen, mits hij deze althans dan kent. Het risicoprofiel van de aannemer wordt echter door de talrijke wijzigingen ondoorzichtig. (Kropman installatietechniek 4-12010) 2. Het is raadzaam om enkele vaste normen te bepalen die de rechtspositie van de opdrachtgever en de opdrachtnemer vastleggen. Deze zouden dan in feite dwingendrechtelijk moeten worden vastgelegd. Voorbeeld: ontwerpverantwoordelijkheid opdrachtgever. (Kropman installatietechniek 4-1-2010)
2. De werkgroep kan geen dwingend recht vaststellen. Deze suggestie wordt dan ook niet overgenomen.
3. In de jurisprudentie is de waarschuwingsplicht van de aannemer als verwoord in lid 4 redelijk duidelijk nader ingevuld en ontwikkeld. Voor de rechtsverhouding tussen partijen is het wenselijk om de huidige inzichten ook op te nemen in de tussen hen geldende voorwaarden (geldt eveneens voor paragraaf 6 lid 14) (Kropman installatietechniek 4-1-2010)
3. Het commentaar strekt er toe de „huidige inzichten‟ op te nemen in de UAV. Deze huidige inzichten zijn echter niet zo eenvoudig te formuleren. De problematiek is casuïstisch en moeilijk in regels te vervatten. Er zijn wel enkele criteria of gezichtspunten af te leiden uit de jurisprudentie van de RvA, maar die kunnen niet als zodanig geïncorporeerd worden in de UAV. Wel zou in een toelichting hier iets over gezegd kunnen worden. 10
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
2.1
De bepalingen van deze U.A.V. gelden voor zover daarvan in het bestek niet uitdrukkelijk is afgeweken.
1. de bepalingen van deze UAV ... moet zijn: de bepalingen van de UAV, gezien de definitie in paragraaf 1 lid 1 van UAV. (RvA 30-11-2009)
1. De werkgroep is het eens met de RvA. ”deze” moet “de”worden.
De bepalingen van de U.A.V. gelden voor zover daarvan in het bestek niet uitdrukkelijk is afgeweken.
2. Probleem: De tekst “bepalingen van deze UAV…” sluit niet aan op de koptekst “voorschriften en tegenstrijdige bepalingen…”.(J. van Kuijen 22-112009)
2. In het bestek moet gewoon verwezen worden naar de UAV. Deze suggestie wordt niet overgenomen.
3. De strekking en het woord “gelden” 3. Aedes: standaardregeling wekken bij velen de onterechte suggestie wordt later door de werkgroep dat de UAV altijd gelden, waardoor soms besproken. wordt vergeten deze in het bestek van toepassing te verklaren. (J. van Kuijen 22-11-2009) 2.2
Tot het bestek behoren mede, als waren zij er letterlijk in opgenomen, de op het werk van toepassing verklaarde Nederlandse normen van de Stichting Nederlands Normalisatie-instituut, zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luiden.
1. gezien recente jurisprudentie is het maar de vraag of de NEN-normen onverkort van toepassing verklaard kunnen worden, want dat werkt kostenverhogend. Overigens hoort deze bepaling thuis in de definitie van bestek in paragraaf 1 lid 1. (RvA 30-11-2009)
1. De werkgroep is het hier niet mee eens. Het gaat er om dat specifieke NEN-normen op het werk van toepassing verklaard worden. Je moet dus in het bestek zeggen welke NENnormen van toepassing verklaard worden.
2. Probleem: Sommige opdrachtgevers grijpen deze bepaling aan om gemakshalve “de Nederlandse normen, dwz. alle Nederlandse normen van toepassing te verklaren. Beter is: de
2. Het is niet verstandig als opdrachtgevers alle normen van toepassing verklaren. Uit de jurisprudentie zijn gevallen bekend waarin dat te
Tot het bestek behoren mede, als waren zij er letterlijk in opgenomen, de door of namens de opdrachtgever op het werk van toepassing verklaarde technische normvoorschriften zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luiden.
11
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
Nederlandse normen die op het werk van toepassing zijn verklaard. In de tekst van de bepaling moet duidelijk tot uitdrukking komen dat het om een projectgebonden selectie van normen gaat. (J. van Kuijen 22-11-2009)
onbepaald was. Bovendien wordt onduidelijkheid in de van toepassing zijnde normen ten nadele van de opsteller van het bestek uitgelegd. (zie ook paragraaf2 lid 4 sub c). Hier zou wel “door of namens de opdrachtgever” kunnen worden toegevoegd om aan te geven dat de opdrachtgever iets moet doen.
3. Er zijn inmiddels veel meer „publicaties‟ die als een voorschrift worden gezien, tekst daarom „veralgemeniseren‟. (R. van der Kroef 20-11-2009)
3. Er zijn bijvoorbeeld ook ISSO-publicaties die van toepassing worden verklaard. Deze publicaties hebben echter niet dezelfde status als NENnormen. Niet alle publicaties kunnen genoemd worden in de UAV.
4. Ook andere publicaties (niet door de overheid voorgeschreven) dan normen kunnen (en worden in de praktijk) in een bestek van toepassing worden verklaard. Zie STABU standaard 01.0.01.02: - Publicaties: Daar waar een norm, praktijkrichtlijn, beoordelingsrichtlijn of een andere publicatie is vermeld, is deze van toepassing. Daar waar bij een publicatie een correctie (c) of een aanvulling (a) of een wijziging (w) is
4. Hier wordt verder ingegaan op het commentaar bij paragraaf 1 onder suggesties voor toevoegingen met nummer 01.02.02-01: Wel kan “Nederlandse” weg uit paragraaf 2.2. NNI brengt ook Europese normen voort.
tekstvoorstellen
12
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
vermeld, is deze publicatie inclusief die correctie, aanvulling of wijziging van toepassing. De versie (jaartal van uitgave) van de publicatie wordt in een STABU bestek direct meegenomen bij de verwijzing naar de publicatie. Daarmee wordt de slotzin van paragraaf 2 lid 2 overruled. Indien de bestekschrijver een andere publicatie noemt dan aangeboden door STABU fungeert de STABU aanvullende administratieve bepaling 01.02.02.01 als vangnet: Daar waar een publicatie zonder datum is vermeld, is deze publicatie van toepassing zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luidt. (BNB 23-3-2010) 5. Tekst (uit het bestekboek), tekeningen en bijlagen (voorschriften, lijsten, etc) zijn vaak complementair en geven gezamenlijk de verplichtingen (leveringsomvang) van de aannemer weer. Ze vullen als het ware elkaar aan. Je kunt immers niet alles in de (hoofd) tekst van het bestekboek regelen. Dit dient niet aangemerkt te worden als „tegenstrijdigheid‟ in de zin van dit artikel, maar zou in de AV opgenomen moeten worden. Je zou kunnen denken aan een bepaling zoals in UAV-GC waarin de aannemer het werk „fit for purpose‟
5. Fit for purpose is geen lichte herziening. Bovendien: het ontwerp is onder de UAV afkomstig van de opdrachtgever en is de basis voor de werkzaamheden. Deze combinatie maakt ook inhoudelijk de voorgestelde aanpassing niet passend.
13
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
zou moeten opleveren en dat de aannemer al datgene dient te doen en bouwstoffen daarvoor dient te leveren om dit te realiseren, tenzij uit het bestek anders blijkt. Dit betekent dat in het bestek een bepaling opgenomen moet worden waaruit expliciet blijkt welke activiteiten de opdrachtgever zelf (dan wel derden) verricht en welke bouwstoffen de opdrachtgever aan aannemer toelevert. (R. van der Kroef 20-11-2009) 2.3 2.4
Op de overeenkomst is van toepassing het Nederlandse recht. Indien onderdelen van het bestek onderling tegenstrijdig zijn, wordt, tenzij een andere bedoeling uit het bestek voortvloeit, de rangorde daarvan bepaald aan de hand van de volgende regels:
1. Par. 2 lid 4 en lid 5: ... onderdelen van het bestek .... vervangen door .... onderdelen van contractstukken .... (RvA 30-11-2009)
1. De werkgroep wil dit niet overnemen. Dit betekent weer extra terminologie.
2. Billijkheid eerder benoemen in plaats van pas ná het 'geen uitkomst bieden' van de rangorde-regels. En een verwijzing naar § 29.1 opnemen. (R. Petersen 9-11-2009)
2. De vraag dringt zich op of er überhaupt uitlegregels in de UAV moeten staan. Het is echter bedoeld om houvast te geven in “de bouwkeet”. De bepalingen staan er al lang in. Het gaat te ver voor een lichte herziening om ze te schrappen. De verwijzing naar paragraaf 29.1 klopt niet.
3. Naast tegenstrijdigheden ook omissies 3. Bij een rangorderegeling die 14
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
a.
een nieuw geschreven of getekend document gaat voor een oud geschreven of getekend document;
b.
de beschrijving gaat voor een tekening;
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
meenemen; op tekening staat een tourniquet en in de werkbeschrijving niet, is dit dan tegenstrijdig? (BNB 233-2010)
per definitie alleen betrekking kan hebben op datgene wat onderdeel van het bestek is, kan geen toevoeging aan de regeling plaatsvinden van datgene wat niet is overeengekomen. Mocht het zo zijn, dat bijvoorbeeld na uitleg van stukken blijkt dat er een schijnbare omissie is dan kan de uitgelegde tekst zijn plaats krijgen in de rangorderegeling. Maar indien iets daadwerkelijk geen onderdeel van het bestek uitmaakt, kan deze regeling geen soelaas bieden.
Overwegen om sub b te schrappen daar c soelaas biedt in de basissituatie dat de beschrijving specifieker is dan de tekening. Deze laatste is eigenlijk een geometrische voortzetting van de beschrijving. Maar als op tekening meer bijschrift staat dan te doen gebruikelijk dan is de tekening specifiek gedacht en prevaleert dan boven de summiere beschrijving. Conform de rangregeling (sub b) zou in beginsel dan toch de beschrijving voorrang moeten krijgen op de tekening (BNB 23-3-2010).
Over het hoofd gezien wordt hier, dat het bepaalde onder b en c verschillende onderwerpen betreft. Een regeling is niet hetzelfde als een tekening.
tekstvoorstellen
15
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
c.
een bijzondere regeling gaat voor een algemene regeling; met dien verstande, dat regel a gaat voor de regels b en c , en regel b voor regel c.
Commentaar van buiten
Indien toepassing van deze regels geen uitkomst 1.De slotzin vereenvoudigen in biedt, wordt de tegenstrijdigheid, met “uitgelegd ten nadele van de inachtneming van de billijkheid, uitgelegd ten opdrachtgever”. (BNB 23-3-2010). nadele van degene door of namens wie het bestek is opgesteld.
2. In de werkgroep is de behoefte uitgesproken om in deze paragraaf een verwijzing op te nemen naar paragraaf 29 lid 1, niet om tot een inhoudelijke wijziging te komen, doch om de gebruiker op de relevantie van paragraaf 29 lid 1 voor de toepasselijkheid van deze paragraaf te wijzen. Overigens ervan uitgaande dat met tekeningen in paragraaf 29 lid 1 de bij de beschrijving behorende tekeningen worden bedoeld en niet de in paragraaf 5 lid 1c tekening die na de gunning pas worden verstrekt (BNB 23-3-2010).
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1. Het bestek wordt in de meeste gevallen weliswaar door of namens de opdrachtgever opgesteld, maar voor het geval dat niet zo is, voorziet deze bepaling in een regeling. De voorgestelde wijziging zou de uitzonderingssituatie ongeregeld laten. Dat is onwenselijk. 2. De suggestie past niet in de systematiek van de UAV, maar is iets dat bij een toelichting kan worden overgenomen.
16
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
2.5
Het in het vierde lid bepaalde laat onverlet de verplichting van de aannemer om de opdrachtgever te waarschuwen in geval van een klaarblijkelijke tegenstrijdigheid tussen onderdelen van het bestek.
1. “de opdrachtgever te waarschuwen” wijzigen in “de opdrachtgever schriftelijk te waarschuwen”. (BNB 23-3-2010)
1. De aannemer dient te bewijzen dat hij heeft gewaarschuwd. Het ligt daarom voor de hand dat hij dat schriftelijk doet. Het is daarom niet nodig dit dwingend te regelen.
2. Par. 2 lid 5 en par. 6 lid 14 bevatten waarschuwingsplichten voor de aannemer. Bij par. 2 lid 5 moet de aannemer de opdrachtgever waarschuwen; bij par. 6 lid 14 de directie. Ik zie geen reden voor dit verschil. Voorstel: gelijktrekken. (P. Herber 1-12-09)
2. werkgroep onderschrijft het commentaar en wijst in dat kader ook nog op het bepaalde in par. 29 lid 1, waar eveneens de directie wordt aangewezen.
Het in het vierde lid bepaalde laat onverlet de verplichting van de aannemer om de directie te waarschuwen in geval van een klaarblijkelijke tegenstrijdigheid tussen onderdelen van het bestek.
3. Regeling voorgeschreven leverancier 3. Dit voorstel werd gedeeld en voorgeschreven onderaannemer door de Werkgroep en is gelijktrekken. (idem voorstel Matton). gebeurd bij par. 6 lid 27. HOOFDSTUK II Vertegenwoordiging van partijen
Suggestie 1: Benoem de bouwmanagers Het benoemen van en hun verantwoordelijkheden: Er lopen bouwmanagers in de UAV op de bouwplaats vaak mensen rond setting is niet nodig. zonder duidelijke verantwoordelijkheden. Deze bouwmanagers praten overal over mee en nemen veelal belangrijke beslissingen, zonder dat hun rol, verantwoordelijkheden en aansprakelijkheid duidelijk zijn vastgelegd. Is het een idee om te 17
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
bepalen dat de opdrachtgever duidelijk moet aangeven welke adviseurs er rondlopen en welke juridische status ze hebben? (BNA 6-7-2010) Suggestie 2: Geef de bouwvergadering een officiële status: In bouwvergaderingen wordt feitelijk alles geregeld. Deze vergaderingen zijn in de praktijk dus erg belangrijk. Toch hebben ze geen status in de UAV. Is het een idee om de bouwvergadering als officieel instituut in de UAV op te nemen, en daarbij te bepalen dat de bouwvergadering wordt voorgezeten door de directie? (BNA 67-2010)
18
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 3. Directie
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Probleem: Directie is een “onduidelijke tussenpartij”. Suggestie om het voortschrijdend inzicht van de UAVgc in deze, waar mogelijk, te volgen. M.a.w. geen Directie maar Gevolmachtigde van de Opdrachtgever. (J. van Kuijen 2211-2009)
1. Directie en directievoeren zijn ingeburgerde termen. Bovendien betekent directie dan gevolmachtigde. De suggestie wordt daarom niet overgenomen.
2. Laat “directie(voering)” in UAV en DNR/STB op elkaar aansluiten: In de praktijk ontstaan regelmatig misverstanden naar aanleiding van het begrip “directie(voering)”. Op de bouwplaats bestaat dan onduidelijkheid over de vraag welke persoon (manager, directievoerder, aannemer) belast is met welk toezicht. Omdat UAV en DNR/STB niet naadloos op elkaar aansluiten, is het op zo‟n moment moeilijk een eenduidig antwoord te geven op die vraag. Is het een idee om nog eens goed naar de begrippen in hoofdstuk II UAV te kijken, met daarbij de begrippen uit DNR/STB in het achterhoofd? (BNA)
2. Directie staat niet gedefinieerd in de STB. Wel is daar een veelomvattende taakomschrijving opgenomen. In de UAV staan taken genoemd en paragraaf3 lid 4 en 6 ene paragraaf6 lid 2. Verder is ingrijpen van de directie verweven in de UAV. Een definitiebepaling van directie zal naar verwachting niet zoveel toevoegen, maar wel veel vragen oproepen. In de rechtspraak is er ook nooit discussie over de definitie van directie en in het bestek is er de mogelijkheid om de werkzaamheden van de directie verder te duiden. In een Toelichting zal het wel mogelijk zijn om te verwijzen naar de STB.
3. Er zijn meer „varianten‟ van
3. De intensiteit of omvang van
tekstvoorstellen
19
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
3.1
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
traditionele directievoering gekomen. De belangrijkste nieuwe vorm is wel „parttime‟ directievoeren. Dit houdt in dat er geen „dagelijks‟ toezicht is. Dit is mede van belang gelet op het gesteld in art. 2, 2e alinea. Daarnaast begint het traditionele directievoeren steeds meer trekjes te vertonen van Systeem Gerichte Contractbeheersing waarbij een steeds groter beroep wordt gedaan om het Kwaliteitsborgingssysteem waardoor de aannemer steeds meer en belangrijkere taken op dit gebied moet uitvoeren. (R. van der Kroef 20-11-2009)
het toezicht zou opgenomen kunnen worden in de UAV. Het zou in ieder geval voor de gunning al duidelijk moeten zijn. De RvA zal echter gaan kijken naar het toezicht zoals dat feitelijk is uitgeoefend. Daarom heeft het niet zoveel zin.
4. De bespreking van deze paragraaf veroorzaakte in de werkgroep met name een discussie over de aard en consequenties van nauwlettend toezicht en in het bijzonder wat de gevolgen dienen te zijn in geval van falend toezicht. Gelijk aan de regeling in de UAV GC 2005 bestaat ook in de UAV 1989 de behoefte aan een regeling die erin voorziet dat de gevallen waarin de aannemer zich kan verschuilen achter falend toezicht tot een minimum worden beperkt. (BNB 23-3-2010)
4. Over het hoofd wordt hier gezien, dat de verschillende aard van de UAV en de UAV-GC 2005 juist dit verschil rechtvaardigt. Het stelsels van de UAV-GC 2005 gaat er van uit dat er in beginsel geen toezicht is.
tekstvoorstellen
De opdrachtgever is gerechtigd een of meer personen aan te wijzen om als directie op te treden of de directie bij te staan dan wel als zodanig aangewezen personen door anderen te 20
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
De UAV gaat uit van directievoering. Zo niet dan hoor je het voor de uitvoering. De gedachte achter de opmerking van de RvA wordt gedeeld, maar is reeds verwoord door “redelijkerwijs”. Indien al voor het sluiten van de overeenkomst duidelijk was dat er geen directie op zou treden, wordt er door de afwezigheid van een directie niet meer van de aannemer verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd. Er is geen verband met paragraaf 36. Paragraaf 36 gaat over bestekswijzigingen, terwijl dit lid over de aanwijzing van de directie gaat. Om dit verschil duidelijk te maken, kan in dit lid na aanwijzing “als bedoeld in lid 1” worden toegevoegd.
tekstvoorstellen
vervangen.
3.2
Indien de opdrachtgever niet een of meer personen wil aanwijzen om als directie op te treden, is hij verplicht hiervan vóór de uitvoering van het werk schriftelijk mededeling te doen aan de aannemer. Indien door het niet aanwijzen of niet vervangen van een of meer personen om als directie op te treden meer van de aannemer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd, heeft hij recht op bijbetaling.
Paragraaf 3 lid 2: toevoegen: .... tenzij deze omstandigheid de aannemer vóór het sluiten van de overeenkomst bekend was. In dat geval immers kan de aannemer met die omstandigheid rekening houden bij de prijsvorming, terwijl hij op grond van de huidige bepaling bijbetaling kan vragen voor een omstandigheid, waar hij bij de prijsbepaling al rekening mee heeft gehouden. (RvA 30-11-2009)
3.3
De opdrachtgever geeft van elke aanwijzing, indien deze niet reeds in het bestek is gedaan, en van elke wijziging of intrekking daarvan, onverwijld schriftelijk kennis aan de aannemer.
Paragraaf 3 lid 3 lijkt in strijd met paragraaf 36 lid 2: overeenkomstig lid 4 is alleen de opdrachtgever bevoegd tot de in lid 3 genoemde bestekwijziging, omdat hij in lid 3 expressis verbis staat genoemd. Volgens 36 lid 2 is de directie tot bestekwijziging bevoegd. (RvA 3011-2009)
De opdrachtgever geeft van elke aanwijzing als bedoeld in het eerste lid, indien deze niet reeds in het bestek is gedaan, en van elke wijziging of intrekking daarvan, onverwijld schriftelijk kennis aan de aannemer.
21
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
3.4
Zolang en voor zover de opdrachtgever niet schriftelijk aan de aannemer van het tegendeel doet blijken, vertegenwoordigt de directie de opdrachtgever in alle zaken het werk betreffende. In de gevallen echter, waar in de U.A.V. uitdrukkelijk de opdrachtgever is genoemd, is alleen deze bevoegd. Indien meer dan één persoon als directie is aangewezen, wordt ieder der aangewezen personen geacht de directie te vertegenwoordigen. De directie oefent het toezicht uit op de uitvoering Paragraaf 3 lid 6 is een bron van van het werk en op de naleving van de misverstanden, nu in de SR het houden overeenkomst. van toezicht maar zeer beperkt tot de directievoering wordt gerekend en daar afzonderlijk opdracht toe moet worden gegeven. Met name het onderscheid tussen beperkt toezicht, dat wil zeggen op cruciale momenten, en dagelijks toezicht moet duidelijker tot uitdrukking komen. Dat staat in lid 8 duidelijker: cruciale momenten alleen met directie erbij. (RvA 30-11-2009) Personen, die zijn aangewezen om de directie bij Probleem: te staan, binden deze in zoverre het tegendeel niet Die personen binden de directie die de schriftelijk aan de aannemer is medegedeeld. opdrachtgever weer bindt… Verbeterpunt: Geen Directie maar, Opdrachtgever of zijn gemachtigde. (Joop van Kuijen)
3.5 3.6
3.7
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
De SR is inmiddels ingehaald door de DNR. Onderscheid tussen dagelijks en incidenteel toezicht in de UAV is niet wenselijk. Zie ook het commentaar van de werkgroep bij paragraaf 3 algemeen.
Als directie wordt gehandhaafd kan dit niet anders. Bovendien wordt het probleem niet opgelost met de voorgestelde oplossing.
22
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
3.8
De directie is bevoegd te bepalen, dat door haar aan te duiden werkzaamheden niet mogen worden uitgevoerd dan in tegenwoordigheid van de directie of van door haar aangewezen personen.
3.9
Indien en zolang de opdrachtgever van zijn in het eerste lid bedoelde bevoegdheid geen gebruik heeft gemaakt, treedt hij daar, waar in de U.A.V. sprake is van de directie, in haar plaats.
§ 4. Gevolmachtigde van de aannemer
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
Suggestie: in de praktijk worden veel onbeperkte volmachten geëist, hetgeen niet verstrekt kan worden (corporate governance of andere reden); mogelijke oplossing : in bepaling verduidelijking op te nemen, die inhoudt dat ingeval aannemer gebruik maakt van recht om vertegenwoordiger aan te wijzen, dat bijlage A gehanteerd dient te worden. (UNETO 22-1-2010)
Bijlage A geeft ruimte voor beperkingen. Een verplicht gebruik van bijlage A kan niet geregeld worden in de UAV. Paragraaf 4.1 gaat om “zaken het werk betreffende”. Probleem is dat niet bijlage A wordt gebruikt, maar er een onbeperkte volmacht wordt gevraagd. Als het gaat om beslissingen boven een bepaald geldbedrag of aansprakelijkheidsacceptaties kunnen er problemen ontstaan met de governancecodes.
tekstvoorstellen
De werkgroep heeft besloten de suggestie van BNB bij paragraaf 4.1 over te nemen: De aanwijzing door de aannemer van personen die hem in zaken het werk betreffende zullen vertegenwoordigen moet 23
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
geschieden met gebruikmaking van een volmacht overeenkomstig bijlage A van de U.A.V.
4.1
De aannemer is te allen tijde gerechtigd bij door de directie goed te keuren volmacht een of meer personen aan te wijzen om hem in zaken het werk betreffende te vertegenwoordigen. Ditzelfde geldt bij wijziging van bedoelde volmacht.
1. Paragraaf 4: aan opdrachtgever/directie zou de bevoegdheid moeten worden toegekend van aannemer de aanwijzing van een dergelijke bevoegde vertegenwoordiger te verlangen. (RvA 30-11-2009)
1. Het commentaar is op twee manieren te lezen: het verlangen van het aanwijzen of het verlangen de (op schrift gestelde) aanwijzing te zien. De Werkgroep gaat ervan uit dat de RvA bedoelt dat de aannemer desgewenst verplicht is een vertegenwoordiger aan te wijzen. De werkgroep neemt hier paragraaf 2-7 en 2-8 van de UAV-GC als voorbeeld en wil een dergelijke bepaling in de UAV opnemen. Dit is echter wel nog afhankelijk van het bovenstaande commentaar over de beperkte/onbeperkte volmacht.
De aannemer is te allen tijde gerechtigd één of meer personen aan te wijzen om hem in zaken het werk betreffende te vertegenwoordigen. De aanwijzing door de aannemer van personen die hem in zaken het werk betreffende zullen vertegenwoordigen moet geschieden met gebruikmaking van een volmacht overeenkomstig Formulier A van de U.A.V. Ditzelfde geldt bij wijziging van bedoelde volmacht.
2. Haal het woord voorbeeld weg in noot 2. Zie het tekstvoorstel. 24
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1 ter zake de volmacht; zie de STABU aanvullende administratieve bepaling 01.02.04.01: De aanwijzing door de aannemer van personen die hem in zaken het werk betreffende zullen vertegenwoordigen moet geschieden met gebruikmaking van een volmacht overeenkomstig bijlage A van de U.A.V. “Bijlage A” wijzigen in “Formulier A” conform woordgebruik “Formulier B”. (BNB 23-3-2010) 4.2
Een door de aannemer gewaarmerkt afschrift van de volmacht wordt onverwijld aan de directie verschaft.
4.3
De aanwijzing van iedere gevolmachtigde geschiedt voor het werk of voor een bepaald gedeelte ervan.
HOOFDSTUK III Algemene verplichtingen van partijen § 5. Verplichtingen van de opdrachtgever
1. Ontwerpverantwoordelijkheid is de kernbepaling voor de opdrachtgever; dit dient uitdrukkelijk terug te komen, waarbij in feite dwingendrechtelijk moet worden bepaald dat de opdrachtgever hier niet ten nadele van de aannemer af mag wijken; zeker in de huidige aanbestedingspraktijk tracht de opdrachtgever bij regelmaat de ontwerpverantwoordelijkheid voor
1. De werkgroep kan geen dwingend recht vaststellen. De werkgroep volgt deze aanbeveling dan ook niet.
25
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
ontwerpen en bestekken bij de aannemer neer te leggen (Kropman installatietechniek 4-1-2010) 2. De werkgroep stelt vast dat het verschil tussen "leverancier", "onderaannemer" en "fabrikant" vervaagt. Voorgesteld wordt om aansluiting te zoeken bij de UAV GC 2005 die gebruik maakt van het begrip "hulppersonen". (BNB 23-3-2010)
2. De vervaging van de functies is een bij de Werkgroep bekend fenomeen. Het vervangen van de termen onderaannemer en leverancier door zelfstandige hulppersonen wordt toch afgewezen, omdat deze term in een aantal bepalingen waarin gesproken wordt van onderaannemer en/of leverancier tot onduidelijkheid leidt. Wel is de positie van de onderaannemer en leverancier juridisch gelijk getrokken, zie daartoe het vervallen van paragraaf 5 lid 5 en de wijziging van de tekst van paragraaf 6 lid 27.
3. Nu in de praktijk ervan uit wordt gegaan dat in paragraaf 5-2 met het begrip constructies in beginsel het gehele ontwerp wordt bedoeld, bestaat de behoefte dit begrip ook daadwerkelijk door "ontwerp" te vervangen. (BNB 233-2010)
3. Dit voorstel wordt niet overgenomen, de praktijk kan uitstekend uit de voeten met de huidige terminologie.
4. Verder wordt aandacht gevraagd voor 4. De werkgroep is niet bekend 26
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
5.1
De opdrachtgever zorgt er voor, dat de aannemer tijdig kan beschikken:
a.
over de vergunningen, ontheffingen of dergelijke beschikkingen, die voor de opzet van het werk volgens het bestek vereist zijn;
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
de in de praktijk bestaande vraag wanneer nu precies sprake is van een voorgeschreven bouwstof. (BNB 23-32010)
met problemen betreffende deze kwestie. De term voorgeschreven bouwstof houdt in dat de opdrachtgever bepaalt welke bouwstof gebruikt dient te worden. Anders dan bij het onderwerp of een ontwerp afkomstig is van de aannemer dan wel de opdrachtgever kent de Werkgroep geen rechtspraak hierover. Overigens zou dit tot problemen aanleiding geven, dan zijn rechtsprekenden goed in staat daar uitsluitsel over te geven.
5. Bepalingen omtrent auteurs-, octrooi-, beeld- en merkenrecht toevoegen. (R. van der Kroef 20-11-2009) Bouwbespreking heeft terecht veel aandacht in de UAV gekregen. Teksten over zorg voor kabels en leidingen uitbreiden en afstemmen met WION. Geldt ook voor andere artikelen. (R. van der Kroef 20-11-2009)
5. Dit is een te zware ingreep.
tekstvoorstellen
De vergelijking met de WION heeft niet geresulteerd in de noodzaak van wijzigingen. De publiekrechtelijke regeling is afdoende in combinatie met het bepaalde in dit lid. De term publiekrechtelijke toestemmingen is in overeenstemming met de WABO.
over de publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen, die voor de opzet van het werk volgens het bestek 27
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen vereist zijn;
b.
over het terrein of het water, waarop of waarin het Toevoegen aan dit lid: paragraaf 5 lid werk moet worden uitgevoerd; 1b: toevoegen dat het terrein of het water ook bereikbaar en toegankelijk moet zijn (denk aan het aanbrengen van rijplaten, (al dan niet) tijdelijk recht van overpad, noodbrug of ponton aanleggen e.d.) (NL-Ingenieurs 27-11-2009)
c.
over de benodigde tekeningen en andere gegevens; over de verstrekkingen, die de opdrachtgever ingevolge de overeenkomst doet. Indien de aard van het werk hiertoe aanleiding geeft, houdt de directie vóór de aanvang van het werk een bouwbespreking met de aannemer en de leidingbeheerders, waarbij de aannemer wordt ingelicht omtrent de juiste ligging van de zich in of nabij het werk en het werkterrein bevindende ondergrondse kabels en leidingen en waarbij wordt vastgesteld wat daarmee moet geschieden. Indien de directie deze bouwbespreking niet houdt, zal de aannemer vóór de aanvang van het werk om het houden van die bespreking verzoeken. De directie zal aan dit verzoek gevolg geven.
d.
Indien het terrein niet toegankelijk is kan de aannemer er ook niet over beschikken. Het werkterrein staat in het bestek beschreven en de aannemer kan voor het sluiten van de overeenkomst het terrein bekijken en op bijvoorbeeld de mate van berijdbaarheid zijn prijs aanpassen.
1.“de overeenkomst” wijzigen in “het bestek”. (BNB 23-3-2010)
1. Is hierboven al afgewezen.
2. De tekst over de “vrijwillige” bouwbespreking harmoniseren met de WION (grondroerdersregeling). Naast directie ook de actief geachte opdrachtgever opvoeren alsmede de grondroerder; wijzig de terminologie leidingbeheerders in leiding- en netbeheerders conform de terminologie uit de wet. (BNB 23-3-2010)
2, 3. De werkgroep wil de bepaling niet schrappen en vindt aanpassing niet nodig. De noodzaak van het overleg is duidelijk geformuleerd in de UAV. Hoe dat in concreto dient plaats te vinden, wordt aan de praktijk overgelaten. De wettelijke bepalingen zijn afdoende.
3. In verband met in werking treden grondroerdersregeling of te wel de wet informatie-uitwisseling ondergrondse netten (WION) en de bestaande tekst 28
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
5.2
Tekst
Commentaar van buiten
De opdrachtgever draagt de verantwoordelijkheid voor de door of namens hem voorgeschreven constructies en werkwijzen, daaronder begrepen de invloed die daarop door de bodemgesteldheid wordt uitgeoefend, alsmede voor de door of namens hem gegeven orders en aanwijzingen.
van par. 5 lid 1 (met betrekking tot K&L) is het navolgende van belang: WION regelt dat de opdrachtgever voldoende tijd en middelen beschikbaar moet stellen om een zorgvuldig graafproces vorm te kunnen geven; dit moet in het bestek/overeenkomst zijn geregeld (de aannemer moet zicht hebben op de inspanningen die van hem worden verwacht; aanvullende – niet verwijtbare – inspanningen worden als meerwerk vergoed). De richtlijn (CROWpublicatie 250) geeft in aansluiting op die wet aan dat het organiseren van de bouwbespreking de verantwoordelijkheid is van de aannemer. In die zin is er sprake van een afwijking van 5-1. Voorstel is om dit deel van 5-1 te laten vervallen. (Teun van Reeuwijk, 30-32010) 1. paragraaf 5 lid 2: ik mis de voorgeschreven ontwerpoplossingen. Een esthetische oplossing is niet altijd een constructie te noemen en soms is er discussie of het een aanwijzing of order betreft. (RvA 30-11-2009)
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1. De werkgroep erkent dat een esthetische oplossing niet altijd goed onder de categorieën constructie en werkwijze of aanwijzing en order is te brengen .Het BW spreekt van uitvoeringsvoorschriften, maar die term roept ook weer vragen op (bijv. moet het op papier staan), evenals de term ontwerpkeuze, die als te vaag 29
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
wordt beoordeeld. Omdat de terminologie in paragraaf 5.2 niet tot problemen leidt en ingeburgerd is als alles wat is voorgeschreven, laat de werkgroep paragraaf 5.2 staan. 2. Er kan wrijving ontstaan tussen paragraaf 5 lid 2 en paragraaf 6 lid 3 sub b indien de aannemer bijvoorbeeld met (niet voorgeschreven) zwaar materieel het terrein opgaat waardoor de bodemgesteldheid wordt beïnvloed. (NLIngenieurs 27-11-2009)
2. De Werkgroep deelt deze opvatting niet. In het tweede lid van par. 5 gaat het om ontwerp verantwoordelijkheid; in het derde lid van par. 6 om het beschikbaarstellen van materiaal etc. Als de bodemgesteldheid wordt beïnvloed door gebruik van niet voorgeschreven materieel door de aannemer dan is a) par. 5 lid 2 niet aan de orde omdat er geen sprake is van een voorschrijven door de opdrachtgever en b) is er mogelijk sprake van een tekortkoming van de aannemer, indien de bodemgesteldheid negatief wordt beïnvloed. Indien het gevolg van dit handelen is dat de aannemer een aanspraak zou willen doen op termijnverlenging of bijbetaling zal dat afgewezen worden op grond van het feit 30
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
dat de oorzaak van deze aanspraken voor zijn rekening komen.
5.3
Indien bouwstoffen of hulpmiddelen, die de opdrachtgever ter beschikking heeft gesteld, gebreken mochten hebben, is de opdrachtgever aansprakelijk voor de daardoor veroorzaakte schade.
3. De tekst “De opdrachtgever draagt de verantwoordelijkheid voor de door of namens hem voorgeschreven constructies en werkwijzen, daaronder begrepen de invloed die daarop door de bodemgesteldheid wordt uitgeoefend, alsmede voor de door of namens hem gegeven orders en aanwijzingen.” wijzigen in “De opdrachtgever draagt de verantwoordelijkheid voor het ontwerp, waartoe behoort de door of namens hem voorgeschreven constructies en werkwijzen, bouwstoffen, daaronder begrepen de invloed die daarop wordt uitgeoefend door de bodemgesteldheid, alsmede voor de door of namens hem gegeven orders en aanwijzingen.”(BNB 23-3-2010) STABU bepaling toevoegen: Door de opdrachtgever beschikbaar gestelde bouwstoffen worden kosteloos op of in het vervoermiddel bij het werkterrein afgeleverd. (BNB 23-32010)
3. De huidige tekst is ingeburgerd, leidt niet tot problemen. Voorstel wordt niet overgenomen.
31
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
5.4
De opdrachtgever is aansprakelijk voor de functionele ongeschiktheid:
1. Het is wenselijk dat er een duidelijkere omschrijving komt voor lid 4 voor de te maken omschrijving in bestekken zodat geen misverstanden kunnen ontstaan over voorgeschreven bouwstoffen en/of leveranciers door de opdrachtgever. (M. Weerd 13-1-2009)
1, 2. De werkgroep heeft gesproken over de aansprakelijkheid van opdrachtgever en aannemer voor niet, niet tijdig en niet deugdelijk presteren van leveranciers en onderaannemers. Overwogen wordt één lijn te trekken, waar nu in geval van niet deugdelijk presteren een discrepantie bestaat tussen leverancier en onderaannemer. Dit lijkt ook geboden omdat leveranciers hun producten vaker zelf aanbrengen en het onderscheid tussen leveranciers en onderaannemers hiermee vager wordt. De Werkgroep stelt het volgende voor: De aansprakelijkheid voor de voorgeschreven leverancier en voorgeschreven onderaannemer gelijk te trekken. Dit leidt er toe dat paragraaf 5 lid 4 sub b alsmede paragraaf 5 lid 5 komen te vervallen. Overigens blijft paragraaf 5 lid 4 zoals dat luidt, met
2. “Voorgeschreven bouwstoffen” wijzigen in “met fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen” conform het woordgebruik in paragraaf 17 lid 5 en paragraaf 18 lid 6. (BNB 23-3-2010)
tekstvoorstellen
32
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
dien verstande dat dit een bepaling bevat en de vernummering in a en b komt te vervallen. Naar aanleiding van de tweede expertmeeting wordt besloten dit lid niet te wijzigen. Een wijziging roept te veel nieuwe problemen in het leven, terwijl de regeling zoals deze luidt inhoudelijk recht doet aan beide partijen.
a.
van door hem voorgeschreven bouwstoffen;
b.
van bouwstoffen, die bij een door hem voorgeschreven leverancier moeten worden betrokken, tenzij de aannemer een keuzemogelijkheid had met betrekking tot deze bouwstoffen. Onder de functionele ongeschiktheid van bouwstoffen wordt verstaan het naar hun aard niet geschikt zijn van deze bouwstoffen voor het doel waarvoor zij blijkens het bestek zijn bestemd.
33
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
5.5
De opdrachtgever is aansprakelijk voor de niet of niet tijdige levering:
1. Een vergelijkbare regeling als in de UAV-GC wordt aanbevolen (voorgeschreven zelfstandige hulppersonen). (CROW 30-11-2009)
1. De werkgroep stemt Vervallen daarmee in. Voorts wil de werkgroep naar een gelijktrekken van de positie van de voorgeschreven leverancier en de voorgeschreven onderaannemer. De werkgroep heeft na de expertmeeting de beslissing genomen dat deze paragraaf kan komen te vervallen.
tekstvoorstellen
2. “Voorgeschreven bouwstoffen” wijzigen in “met fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen” conform het woordgebruik in paragraaf 17 lid 5 en paragraaf 18 lid 6. (BNB 23-3-2010)
2. Deze term komt na het schrappen van paragraaf 5 lid 4 sub en het schrappen van paragraaf 5 lid 5 alleen nog voor in paragraaf 5 lid 4. De Werkgroep heeft de volgende bezwaren: en met een fabrieksnaam aangeduide bouwstof is wel een voorgeschreven bouwstof maar het omgekeerde is niet het geval. Bovendien rijst hier een aanbestedingsrechtelijk probleem, althans kan het reeds aanwezige aanbestedingsrechtelijke probleem in paragraaf 17 nog vergroot worden.
34
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
a.
van bouwstoffen die bij een voorgeschreven leverancier moeten worden betrokken;
b.
van door hem voorgeschreven bouwstoffen, tenzij de aannemer een keuzemogelijkheid had met betrekking tot de leverancier van deze bouwstoffen, mits in elk van de beide gevallen de aannemer het redelijkerwijs nodige heeft gedaan om nakoming en/of schadevergoeding te verkrijgen. Indien wettelijke voorschriften of beschikkingen van overheidswege hogere eisen aan het werk stellen dan in de overeenkomst is bepaald, zullen wijzigingen van het werk, welke nodig zijn om aan die eisen te voldoen, worden verrekend als meer werk.
5.6
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. paragraaf 5 lid 6: deze bepaling zou beperkt moeten worden tot de ná het sluiten van de overeenkomst maar vóór oplevering in werking getreden voorschriften. Dan resteert discussie over voorschriften, die al wel bestonden bij het sluiten van de overeenkomst of bij de oplevering, maar op dat moment nog niet in werking waren getreden. Daar moet ook een oplossing voor komen. Er bestaat een spanningsveld tussen deze bepaling en paragraaf 6 lid 11/12/13. (RvA 30-11-2009)
1. paragraaf6 lid 11, 12 en 13 gaan over voorschriften voor de uitvoering. Paragraaf5.6. ziet op het ontwerp. Dit blijkt uit de context. “aan het werk” kan hier vervangen worden door “door of namens opdrachtgever voorgeschreven constructies of werkwijzen”
2. In de installatiepraktijk van Kropman is geen enkel ontwerp dermate uitvoerig en gedetailleerd uitgewerkt dat enkel op basis daarvan een werk uitgevoerd kan worden. Altijd zal een aannemer zelf ook nog ontwerpwerkzaamheden in de zin van detailengineering en werkvoorbereiding moeten uitvoeren. De scheidslijn tussen de
2. De werkgroep vindt dit wel een belangrijk punt, maar het probleem vloeit voort uit het niet volgen van het op zich sluitende systeem van de UAV. Het is bovendien lastig om kwaliteitseisen in de regeling op te nemen.
tekstvoorstellen
35
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
ontwerpwerkzaamheden van de beide partijen is diffuus en leidt veelvuldig tot grote discussies. Meer duidelijkheid zou naar mijn mening verkregen kunnen worden door kwaliteitseisen aan het door de opdrachtgever aan te leveren ontwerp te stellen; De bepalingen uit Bijlage C van de RVOI 2001 zouden daarbij als voorbeeld kunnen dienen. (Kropman installatietechniek 4-12010)
5.7
5.8
De opdrachtgever zal het aan de aannemer toekomende volgens de in de overeenkomst gestelde regelen voldoen.
3. “de overeenkomst” wijzigen in “het bestek” (BNB 23-3-2010) 1. Aan de hand van een dergelijke uitgewerkte eisen ten aanzien van het ontwerp, kunnen discussies tussen opdrachtgever en aannemer over de noodzaak van tijdens de uitvoering gebleken ontwerpwijzigingen en voor wiens verantwoordelijkheid dat komt, worden beperkt. Daarnaast kunnen ontwerpwijzigingen dan via het zogenoemde validatiemodel worden voorgesteld, beoordeeld en geaccordeerd. (Kropman installatietechniek 4-1-2010)
2. “de overeenkomst” wijzigen in “het bestek” (BNB 23-3-2010) Indien het bouwterrein, de uit het werk komende Het is verder van cruciaal belang dat een oude bouwstoffen of de door de opdrachtgever ter opdrachtgever uit hoofde van zijn
3. Is hier voor al afgewezen. 1. Deze opmerking sluit aan bij het door Kropman opgemerkte bij paragraaf 5.6.
2. Dit is hierboven al afgewezen. De Werkgroep ziet dit commentaar als gericht op de
Indien het bouwterrein, de uit het werk 36
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
beschikking gestelde bouwstoffen verontreinigd zijn, wordt de aard en de omvang daarvan, voor zover voor de uitvoering van het werk van belang, in het bestek vermeld. De opzet van het werk zal zodanig zijn, dat daardoor schade aan persoon, goed of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt.
ontwerpverantwoordelijkheid tevens praktijk en niet zozeer op de gehouden wordt om op verzoek van de inhoud van de UAV. aannemer tijdig en volledig alle gegevens te verstrekken die voor de aannemer van belang zijn bij de uitvoering van zijn werkvoorbereiding en werk. De mate waarin in de bouwpraktijk hierover discussies ontstaan tussen de opdrachtgever en de aannemer, rechtvaardigt dat deze verantwoordelijkheid nadrukkelijk in de UAV wordt opgenomen. Wederom zal ook hierbij een goede demarcatie van ontwerpwerkzaamheden veel duidelijkheid bieden aan de beide partijen. (Kropman installatietechniek 4-1-2010)
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen komende oude bouwstoffen of de door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen verontreinigd zijn, wordt de aard en de omvang daarvan, voor zover voor de uitvoering van het werk van belang, in het bestek vermeld. De opzet van het werk zal zodanig zijn, dat daardoor schade aan personen, goederen of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt.
37
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 6. Verplichtingen van de aannemer
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Ontwerpverantwoordelijkheid ligt veelal niet alleen meer bij de opdrachtnemer, maar ook bij de aannemer. Derhalve ligt ook de verantwoordelijkheid voor het maken van fouten bij de aannemer en is het wenselijk de bepalingen omtrent toetsen en accepteren uit de UAV-GC over te nemen.
1. Het invoeren van een systeem van toetsingen en acceptaties is een te zware ingreep voor een lichte herziening. Zie ook het allereerste commentaar op pagina 1.
tekstvoorstellen
2. Heden ten dage is het niet meer zo 2. Zie hierboven het dat het ontwerp geheel door (of commentaar onder nr. 1. namens) de opdrachtgever wordt gemaakt. Aan de aannemer wordt een steeds belangrijker deel van het (detail) ontwerp over gelaten. De ontwerpaansprakelijkheid ligt dus niet meer alleen bij de opdrachtgever, maar ook een deel bij de aannemer. Daarbij komt dat het 'goedkeuren' van tekeningen (en andere door de aannemer vervaardigde uitvoeringsdocumenten) steeds meer wijzigt in een vorm van 'toetsen' waarbij de verantwoordelijkheid voor het maken van fouten volledig bij de aannemer blijft liggen (zoals in de UAV-GC). Het is dan ook beter om de bepalingen omtrent toetsen en accepteren uit de UAV-GC over te nemen. (R. van der Kroef 2011-2009) 38
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
3. Regeling Ketenaansprakelijkheid toevoegen. (R. van der Kroef 20-112009)
3. De Werkgroep begrijpt de porté van dit commentaar niet.
tekstvoorstellen
4. Zorg voor veiligheid en milieu zouden 4. Dit is gebeurd, zie par. 5 lid aangescherpt moeten worden. (R. van 8, par. 6 lid 6 en lid 16 en par. der Kroef 20-11-2009) 27 lid 1.
6.1
De aannemer is verplicht het werk uit te voeren naar de bepalingen van de overeenkomst zonder aanspraak op verrekening, bijbetaling of schadevergoeding te kunnen doen gelden dan in de gevallen, waarin dat bepaaldelijk voorgeschreven of kennelijk bedoeld is. Hij is verplicht al datgene te verrichten, wat naar de aard van de overeenkomst door de wet, de billijkheid of het gebruik wordt gevorderd of tot een behoorlijke aanwending der bouwstoffen behoort.
“de overeenkomst” wijzigen in “het bestek” (BNB 23-3-2010)
Is hierboven al afgewezen.
39
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
6.2
De aannemer is verplicht het werk uit te voeren volgens de door de directie te verstrekken en de door haar goed te keuren tekeningen. Hij is verplicht de orders en aanwijzingen op te volgen, die hem door de directie worden gegeven.
1. Het toetsen en accepteren door de directie beperkt zich niet alleen tot „tekeningen‟ maar heeft betrekking op alle door de aannemer vervaardigen documenten t.b.v. de uitvoering van het werk, zoals: tekeningen, berekeningen, lijsten, plannen, protocollen. Idem voor door de directie te verstrekken tekeningen. (R. van der Kroef 20-112009)
1. Overwogen wordt om de tekst aan te passen naar bescheiden of documenten. Dit moet dan wel kloppen met de rest van de UAV. Het gaat hier overigens om tekeningen door de directie verstrekt en tekeningen door de aannemer gemaakt en vervolgens door de directie goedgekeurd. Cavadino p. 24 geeft uitleg over de hier bedoelde tekeningen.
2. Tekst wijzigen in: De aannemer is verplicht het werk uit te voeren volgens de door de directie namens de opdrachtgever te verstrekken en de door haar goed te keuren door of namens de aannemer verstrekte tekeningen. (BNB 23-3-2010)
2. In de UAV-GC 2005 wordt het woord Documenten gebruikt, definitie: Documenten: alle informatie door of namens de Opdrachtnemer geproduceerd in het kader van de Werkzaamheden, ongeacht de aard van de informatiedrager waarop of waarin deze informatie is vastgelegd. De DNR gebruikt ook het woord document: informatiedrager in wel vorm dan ook. De rapporteur stelt voor het woord document in de zin van de UAV-GC te gebruiken en dit woord op te nemen in paragraaf 1. Geadviseerd wordt
tekstvoorstellen
40
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
voorts alleen te spreken van document en niet van bescheiden en/of documenten; of van alleen bescheiden. Want dan introduceren we twee nieuwe begrippen en dat leidt onherroepelijk tot verwarring of tot het moeten uitleggen wat het verschil tussen beide is. Bij nader inzien wordt besloten de term document niet op deze manier te gebruiken en de tekst van de UAV niet te wijzigen op dit punt. 6.3 a. b.
c.
De verplichtingen van de aannemer omvatten mede: de levering van de nodige bouwstoffen en het verrichten van de nodige werkzaamheden; de beschikbaarstelling van gereedschap, materieel, hulpmaterialen, hulpstoffen, hulpwerken en andere hulpmiddelen, nodig voor de uitvoering van het werk en het verrichten van de nodige hulpwerkzaamheden; de betaling van precario, kosten van aansluiting “hulpleidingen en” wijzigen in van hulpleidingen en dergelijke. “hulpleidingen, tijdelijke vergunningen en” (BNB 23-3-2010)
Wijziging van deze bepaling is niet nodig. Lid 3 bevat geen limitatieve opsomming. Bovendien is in par. 6 lid 10 al bepaald dat de aannemer verantwoordelijk is voor de vergunningen en ontheffingen nodig voor de uitvoering van het werk (en draagt hij daar 41
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
dus ook de kosten van). 6.4
Het werk en de uitvoering daarvan zijn voor rekening van de aannemer met ingang van de datum van aanvang of zoveel eerder als de aannemer ingevolge § 7, tweede lid, met het werk begint, tot en met de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in § 10, eerste of tweede lid, als opgeleverd wordt beschouwd. Onder het werk en de uitvoering daarvan worden mede begrepen de voorbereiding, de aanvoer van bouwstoffen, de uitvoering van hulpwerken, de doelmatigheid en capaciteit van werktuigen en gereedschappen.
1. Par. 6 lid 4 impliceert dat het werk en/of het werkterrein afgesloten kan worden door de aannemer. In veel gevallen is dat echter niet altijd mogelijk (bijvoorbeeld om toegang tot woningen te behouden of doorgaand verkeer mogelijk te maken). (NL-Ingenieurs 27-11-2009)
1. Het is vervelend als de aannemer het niet kan afsluiten, maar hij heeft het werk onder zich.
2. “Het werk en de uitvoering daarvan zijn voor rekening” wijzigen in “Het werk is gedurende de uitvoeringsduur voor risico van”. (BNB 23-3-2010)
6.5
De uitvoering van het werk moet zodanig zijn, dat de totstandkoming van het werk overeenkomstig de volgens § 8, eerste lid, in het bestek voorgeschreven termijn verzekerd is.
“in het bestek voorgeschreven termijn verzekerd is” wijzigen in “in het bestek omschreven uitvoeringsduur gewaarborgd is”. Dit conform het woordgebruik in paragraaf 6 lid 16. (BNB 23-3-2010)
2. Hierover is door de rapporteur een reactie geschreven in afwijzende zin , welke reactie bij email van 6 april 2010 is verzonden. De beide termen zijn onderling uitwisselbaar. Een wijziging voegt niets toe.
6.6
De wijze van uitvoering van het werk moet zodanig zijn, dat voor de opdrachtgever dan wel voor derden geen nodeloze hinder is te duchten. De aannemer dient het werk zodanig uit te voeren, dat daardoor schade aan persoon, goed of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt.
De wijze van uitvoering van het werk moet zodanig zijn, dat voor de opdrachtgever dan wel voor derden geen nodeloze hinder is te duchten. De aannemer dient het werk zodanig uit te voeren, dat daardoor schade aan 42
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen personen, goederen of milieu zoveel mogelijk wordt beperkt.
6.7
6.8
Onvoldoend werk wordt binnen een door de directie in billijkheid te stellen termijn tot haar genoegen door de aannemer verbeterd of vernieuwd. Deze verbetering of vernieuwing geschiedt op kosten van de aannemer, tenzij het onvoldoend werk het gevolg is van een omstandigheid die voor rekening van de opdrachtgever komt. De aannemer is aansprakelijk voor schade aan met het werk in verband staande werken van de opdrachtgever en aan andere werken en eigendommen van de opdrachtgever, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en te wijten is aan nalatigheid, onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van de aannemer, zijn personeel, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.
De aannemer is aansprakelijk voor schade aan met het werk in verband staande werken van de opdrachtgever en aan andere werken en eigendommen van de opdrachtgever, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en is toe te rekenen aan de aannemer.
43
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
6.9
De aannemer vrijwaart de opdrachtgever tegen aanspraken van derden tot vergoeding van schade, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en te wijten is aan nalatigheid, onvoorzichtigheid of verkeerde handelingen van de aannemer, zijn personeel, zijn onderaannemers of zijn leveranciers.
6.10
De aannemer zorgt voor de tijdige verkrijging van vergunningen, ontheffingen en dergelijke beschikkingen, die hij nodig heeft of wenst, voor zover zij niet behoren tot die, waarvoor de opdrachtgever ingevolge het bepaalde in § 5, eerste lid, sub a zorg draagt.
6.11
De aannemer wordt geacht bekend te zijn met de voor de uitvoering van het werk van belang zijnde wettelijke voorschriften en beschikkingen van overheidswege, voor zover deze op de dag van aanbesteding in werking zijn getreden. De aan de naleving van deze voorschriften en beschikkingen verbonden gevolgen zijn voor zijn rekening.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen De aannemer vrijwaart de opdrachtgever tegen aanspraken van derden tot vergoeding van schade, voor zover deze door de uitvoering van het werk is toegebracht en is toe te rekenen aan de aannemer. De aannemer zorgt voor de tijdige verkrijging van publiekrechtelijke en privaatrechtelijke toestemmingen, die hij nodig heeft of wenst, voor zover zij niet behoren tot die, waarvoor de opdrachtgever ingevolge het bepaalde in § 5, eerste lid, sub a zorg draagt.
44
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
6.12
De gevolgen van de naleving van voorschriften van bijzondere aard zijn voor rekening van de aannemer, tenzij redelijkerwijs moet worden aangenomen, dat hij deze voorschriften niet behoefde te kennen. In dit laatste geval heeft hij aanspraak op bijbetaling. De gevolgen van de naleving van wettelijke “de overeenkomst” wijzigen in “het voorschriften of beschikkingen van overheidswege, bestek” (BNB 23-3-2010) die na de dag van aanbesteding in werking treden, komen voor rekening van de opdrachtgever, tenzij redelijkerwijs moet worden aangenomen dat de aannemer die gevolgen reeds op de dag van aanbesteding had kunnen voorzien. Indien echter in de overeenkomst bepalingen zijn opgenomen betreffende de verrekening van wijzigingen van lonen en sociale lasten of van prijzen, huren en vrachten, komen de gevolgen daarvan slechts voor rekening van de opdrachtgever, indien en voor zover zulks uit die bepalingen voortvloeit.
6.13
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Afgewezen, zie hierboven.
45
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
6.14
Indien de constructies, werkwijzen, orders en aanwijzingen, bedoeld in § 5, tweede lid, dan wel de bouwstoffen of hulpmiddelen, bedoeld in § 5, derde lid, klaarblijkelijk zodanige fouten bevatten of gebreken vertonen, dat de aannemer in strijd met de goede trouw zou handelen door zonder de directie daarop te wijzen tot uitvoering van het desbetreffende onderdeel van het werk over te gaan, is hij voor de schadelijke gevolgen van zijn verzuim aansprakelijk. Het in dit lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de in § 5, vierde en vijfde lid, bedoelde gevallen.
1. Paragraaf 6 lid 14: in verband met de wet uitbreiden tot ontwerpfouten kenbaar vóór de contractsluiting/bij de aanbesteding. De jurisprudentie tendeert ernaar de aansprakelijkheid hoofdelijk te maken met de ontwerper. Dat zou kunnen door te bepalen dat de aannemer tezamen met de ontwerper hoofdelijk aansprakelijk is. (RvA 30-112009)
1. De RvA stelt een precontractuele waarschuwingsplicht voor. In de wet, art 7:754 BW, staat dat de aannemer ook bij aangaan van de overeenkomst moet waarschuwen. Bij aangaan van de overeenkomst is de overeenkomst nog niet gesloten. Ook de jurisprudentie van de RvA wijst in de richting van een precontractuele waarschuwingsplicht. De werkgroep wil dit dan ook vastleggen in de UAV temeer omdat het niet opnemen van een precontractuele waarschuwingsplicht kan worden opgevat als een afwijken/uitsluiten van de wettelijke precontractuele waarschuwingsplicht. Deze wijziging is overigens niet te zwaar, omdat jurisprudentie en wet al in de richting van een precontractuele waarschuwingsplicht wijzen. Het is echter de vraag hoe de precontractuele waarschuwingsplicht in de UAV verwoord moet worden. Op het moment dat de UAV van
Indien de constructies, werkwijzen, orders en aanwijzingen, bedoeld in § 5, tweede lid, dan wel de bouwstoffen of hulpmiddelen, bedoeld in § 5, derde lid, klaarblijkelijk zodanige fouten bevatten of gebreken vertonen, dat de aannemer in strijd met de eisen van redelijkheid en billijkheid zou handelen door zonder de directie daarop te wijzen tot uitvoering van het desbetreffende onderdeel van het werk over te gaan, is hij voor de schadelijke gevolgen van zijn verzuim aansprakelijk. Het in dit lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de in § 5, vierde lid, en deze paragraaf, zevenentwintigste lid, bedoelde gevallen.
46
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
toepassing worden (bij het sluiten van de overeenkomst) is het moment dat gewaarschuwd had moeten worden immers al gepasseerd. Er zijn twee opties. De wettelijke formulering overnemen of een formulering in de trant van paragraaf 6.13 opstellen. De werkgroep was het op 29 maart eens met het volgende voorstel: Indien de constructies, werkwijzen, orders en aanwijzingen, bedoeld in paragraaf 5, tweede lid, dan wel de bouwstoffen of hulpmiddelen, bedoeld in paragraaf 5, derde lid, klaarblijkelijk zodanige fouten bevatten of gebreken vertonen dat de aannemer in strijd met de goede trouw zou handelen door tot uitvoering van het desbetreffende onderdeel van het werk over te gaan, zonder bij het aangaan van de overeenkomst de directie daarop gewezen te hebben, dan wel zonder dit nadien te hebben gedaan, is hij voor de 47
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
schadelijke gevolgen van zijn verzuim aansprakelijk. Het in dit lid bepaalde is van overeenkomstige toepassing op de in paragraaf 5, vierde en vijfde lid, bedoelde gevallen. De werkgroep heeft nadien een ander standpunt ingenomen. Door de huidige bepaling in licht aangepaste vorm te handhaven, blijft de discussie over de betekenis van “de gevolgen van zijn verzuim” bestaan. Er bestaan over deze zinsnede twee standpunten. De eerste interpretatie is dat alle gevolgen voor rekening van aannemer komen. De tweede interpretatie houdt rekening met de mate waarin zowel opdrachtgever als aannemer verantwoordelijkheid dragen voor de schade. De werkgroep kiest ervoor om artikel 7:754 BW over te nemen, met dien verstande dat de tekst van deze bepaling wordt aangepast aan de UAV betreffende de verwijzing naar de instructies etc. zoals genoemd in de verschillende leden van 48
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
paragraaf 5, waarnaar paragraaf 6 lid 14 thans ook verwijst. Hierdoor wordt de precontractuele waarschuwingsplicht in de UAV opgenomen en een einde gemaakt aan de hierboven beschreven discussie over de huidige UAV-bepaling.
2. Ter zake de waarschuwingsverplichting van de aannemer (paragraaf 6-14) dient uiteraard de toelichting (in de AVBB uitgave) te worden toegepast, nu deze achterhaald is door wet en rechtspraak. De behoefte is uitgesproken om in de toelichting een opmerking te maken over precontractuele waarschuwingsplicht en de waarschuwingsplicht van de
Gezien het commentaar en de commotie die het voorstel oproept enerzijds en de wens anderzijds van de werkgroep om slechts te codificeren wat reeds recht is, wordt besloten paragraaf 6 lid 14 niet ten principale te wijzigen. De enige wijziging die wordt aangebracht betreft de term goede trouw, deze wordt vervangen door redelijkheid en billijkheid. 2. Aangenomen wordt dat bedoeld wordt niet toegepast maar aangepast. De toelichting is geen onderdeel van de werkzaamheden van de Werkgroep.
49
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
onderaannemer, die immers ook onverminderd van kracht is. (BNB 233-2010) 3. Par. 6 lid 14, laatste zin: uitbreiden met verwijzing naar par.6 lid 27. Herzien zoals door Matton is bepleit o.m. in “Frank en Vrij “(aanpassen aan zienswijze Hoge Raad. (P. Herber 112-09)
3. Zie het tekstvoorstel.
4. Volgens paragraaf 5 lid 2 UAV 1989 4. Dit is een te zware ingreep draagt de opdrachtgever de voor een lichte herziening. verantwoordelijkheid voor de invloed van het bodemgesteldheid op hetgeen aan werkzaamheden dient te worden uitgevoerd. Volgens paragraaf 6 lid 14 UAV 1989 valt onder de daaronder beschreven waarschuwingsplicht niet een waarschuwingsplicht met betrekking tot deze invloed. Aangezien de UAV 1989 een set algemene voorwaarden betreft waarin zo ver het regelend recht betreft, van de wet wordt afgeweken is het van belang dat gelet op het systeem van de UAV 1989, in paragraaf 6 lid 14 (nieuw) uitdrukkelijk de grond waarop het werk wordt uitgevoerd wordt uitgezonderd van de waarschuwingsplicht. Dit teneinde te voorkomen dat de aannemer volgens de wet wel verplicht is tot waarschuwen terwijl de UAV die 50
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
waarschuwing niet verlangt. Indien en voor zover opdrachtgevers naar aanleiding van deze aanpassing van de UAV paragraaf 6 lid 14 (nieuw) zouden schrappen teneinde de wettelijke waarschuwingsplicht te laten gelden voor "de grond", betekent dit ook dat zij de in paragraaf 6 lid 14 UAV 1989 gestelde causaliteitseis (namelijk de aannemer is direct aansprakelijk voor de schadelijke gevolgen van zijn verzuim tot waarschuwen volgens deze bepaling) laten vallen. Volgens de wet dient dat causale verband nog te worden aangetoond door de opdrachtgever teneinde tot een aansprakelijkheid van de aannemer te kunnen voorkomen. Voorstel nieuwe tekst paragraaf 6 lid 14 UAV 1989: "Indien de constructies, werkwijze, orders en aanwijzingen, bedoeld in paragraaf 5, tweede lid (daaronder niet begrepen de grond waarop de opdrachtgever het werk laat uitvoeren), dan wel de bouwstoffen of hulpmiddelen, (...etc.....)". (Poelmann van den Broek 25-12010) 6. Harmoniseren met artikel 7: 754 BW. (BNB 23-3-2010) 7. Par. 6 lid 14 vervangen door art.
6, 7. Het grote verschil met de wettekst zit in de precontractuele waarschuwingsplicht. Deze 51
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
6.15
Tekst
Indien de aannemer meent, behalve op de aannemingssom, op de vergoeding van de omzetbelasting en op de verrekening ingevolge de § 35 tot en met 39, nog andere aanspraken jegens de opdrachtgever te hebben, geeft hij daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk aan deze kennis en in elk geval op zodanig tijdstip dat de directie de terzake nodige gegevens kan verzamelen. Aan het verzamelen van die gegevens verleent de aannemer zijn medewerking. De opdrachtgever of de directie kan van de aannemer nadere inlichtingen verlangen omtrent de door hem kenbaar gemaakte aanspraken.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
7:754, waarmee wordt aangesloten bij bestaande rechtspraak. (VNG 24-82010)
hoeft, gezien de jurisprudentie gevormd onder de UAV 1989 niet in de UAV overgenomen te worden.
8. Woordje of vervangen door en. (BNB 27-5-2010)
8. Onjuist voorstel: en betekent cumulatief, terwijl de bepaling die eis niet stelt. Verder heeft BNB commentaar op de wet, dat gaat dit bestek te buiten.
Paragraaf 6 lid 15: toevoegen aanspraken op bijbetaling op grond van paragraaf 29 lid 2 en 3. (RvA 30-112009)
De Werkgroep neemt dit niet over. Dit gaat per definitie over bijbetalingsgeschillen.
tekstvoorstellen
Indien de aannemer meent, behalve op de aannemingssom, op de vergoeding van de omzetbelasting en op de verrekening ingevolge de § 35 tot en met 39, nog andere aanspraken jegens de opdrachtgever te hebben, geeft hij daarvan zo spoedig mogelijk schriftelijk aan deze kennis en in elk 52
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen geval op zodanig tijdstip dat de directie de ter zake nodige gegevens kan verzamelen. Aan het verzamelen van die gegevens verleent de aannemer zijn medewerking. De opdrachtgever of de directie kan van de aannemer nadere inlichtingen verlangen omtrent de door hem kenbaar gemaakte aanspraken.
6.16
6.16a
De aannemer zorgt voor orde en veiligheid op het werk. Hij zorgt tevens voor een zodanige verlichting, dat een goede uitvoering van het werk gewaarborgd is.
“zodanige verlichting” wijzigen in De inhoud van het commentaar “zodanige verlichting, begaanbaarheid en wordt al gedekt door de eerste dergelijke” (BNB 23-3-2010) zin. Wanneer bij de uitvoering van het werk voorwerpen of stoffen worden aangetroffen, waarvan redelijkerwijs geacht kan worden dat deze schade kunnen toebrengen aan personen, goederen of milieu, brengt de aannemer dit onmiddellijk ter kennis van de directie. Hij 53
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen neemt terstond, zo mogelijk in overleg met de directie, de door de omstandigheden vereiste veiligheidsmaatregelen.
6.17
6.18
De aannemer is verplicht alle onbekwame dan wel ongeschikte personen, die van zijnentwege of vanwege een onderaannemer of leverancier op het werk aanwezig zijn, op verlangen van de directie onverwijld daarvan te doen verwijderen. De aannemer moet gedurende de uitvoering van het werk op of in de nabijheid van de plaats, waar het wordt uitgevoerd, aanwezig zijn, tenzij de directie zulks onnodig oordeelt of een gevolmachtigde hem overeenkomstig § 4 vertegenwoordigt.
6.19
De aannemer zorgt er voor, dat bij de uitvoering van het werk, tenzij hijzelf of zijn gevolmachtigde ter plaatse is, steeds een persoon aanwezig is, die de opdracht heeft orders of aanwijzingen van de directie op te volgen en deze onverwijld aan hem of zijn gevolmachtigde over te brengen.
6.20
De aannemer verleent toegang tot het werk en het werkterrein aan de personen, die door de opdrachtgever of de directie tot toegang zijn gemachtigd, voor zover hij daartegen geen redelijke bezwaren heeft.
Par. 6 lid 18 lijkt een achterhaalde bepaling. als deze gehandhaafd wordt dan toevoegen: In dat geval rust de genoemde verplichting op de gevolmachtigde. (RvA 30-11-2009)
De werkgroep deelt dit commentaar niet en vindt daarnaast dat de bepaling soepel genoeg mbt de noodzaak de gevolmachtigde te verplichten.
54
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
6.21
Behalve het te werk gestelde personeel en uit anderen hoofde bevoegde personen mag de aannemer andere personen op het werk en het werkterrein toelaten voor zover de opdrachtgever of de directie daartegen geen redelijke bezwaren kenbaar maakt. De aannemer zorgt er voor, dat de directie en door 1. Toevoegen “en te keuren” (BNB 23de directie aangewezen personen, voor zover 3-2010) fabrieksgeheim zich daartegen niet verzet, vrije toegang hebben tot de terreinen, fabrieken, werkplaatsen en loodsen, zowel van de aannemer als van onderaannemers en leveranciers, waar werkzaamheden ten behoeve van het werk worden verricht of voor het werk bestemde bouwstoffen zijn opgeslagen, teneinde de werkzaamheden respectievelijk de bouwstoffen te inspecteren.
6.22
6.23
a. b.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1. Opmerking van de rapporteur: betoogd kan worden dat keuren een stap verder gaat dan inspecteren. Want inspecteren is kijken of iets goed gaat en keuren impliceert een uitspraak al is die maar alleen voor de keurder (hoewel dat wel een beetje gek is). Als het gebruik is bij stabu/bna om keuren er aan toe te voegen vloeit daar mi geen bloed uit.
Indien uit hoofde van fabrieksgeheim vrije toegang als bedoeld in het voorgaande lid niet of niet ten volle kan worden gegeven, moet hiervan kennis worden gegeven: bij de inschrijving, indien de bevoegdheid tot het verlenen van vrije toegang bij de aannemer berust; bij de aanvraag tot goedkeuring van de betrokken onderaannemer of leverancier, indien de bevoegdheid bij een van hen berust. Een kennisgeving als bedoeld onder a zal niet worden aangemerkt als een aan de inschrijving verbonden voorwaarde. 55
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
6.24
Indien twee of meer personen tezamen een werk hebben aangenomen, zijn zij hoofdelijk voor de gehele uitvoering daarvan aansprakelijk. Zij zijn verplicht een van hen schriftelijk aan te wijzen om hen in alle opzichten te vertegenwoordigen. De aannemer mag het werk niet geheel of ten dele aan een ander overdragen zonder schriftelijke goedkeuring van de opdrachtgever.
6.25
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
56
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
6.26
De aannemer kan bepaalde onderdelen van het werk in onderaanneming laten uitvoeren, mits voor de keuze van deze onderdelen en van de daarvoor in te schakelen onderaannemers de schriftelijke goedkeuring van de directie is verkregen; de aannemer blijft niettemin jegens de opdrachtgever voor die onderdelen ten volle verantwoordelijk.
1 . Gelet op de laatste zin van paragraaf 6 lid 26 UAV 1989 valt niet in te zien waarom voor het inschakelen van de onderaannemers schriftelijke goedkeuring van de directie is vereist. Het schrappen van de schriftelijke goedkeuring heeft tot gevolg dat aannemer niet langer afhankelijk is van de (mogelijk ondeskundige) directie. In de praktijk kan dit ertoe leiden dat de aannemer gebruik maakt van zijn bekende en vertrouwde contractpartners, hetgeen tevens in het belang zal zijn van de opdrachtgever. Voorstel: "Schriftelijke goedkeuring van de directie" dient te worden geschrapt. Alternatief: toevoegen dat de directie schriftelijke goedkeuring niet zonder redelijke grond zal mogen weigeren mits de onderaannemers wel schriftelijk bekend zijn gemaakt aan de oprachtgever (conform geldende rechtspraak van de Raad van Arbitrage voor de Bouw). (Poelmann van den Broek 25-1-2010)
1, 3. De werkgroep vindt dit een goede suggestie. De wet is op dit punt ook ruimer geformuleerd dan de UAV. Het is zo gebruikelijk om onderaannemers in te schakelen dat de directie wel een goede reden moet hebben om dat niet goed te vinden. Zie ook de notitie over paragraaf 17.5.
De aannemer kan bepaalde onderdelen van het werk in onderaanneming laten uitvoeren, mits voor de keuze van deze onderdelen en van de daarvoor in te schakelen onderaannemers de schriftelijke goedkeuring van de directie is verkregen; deze goedkeuring zal niet mogen worden onthouden op onredelijke gronden. De aannemer blijft niettemin jegens de opdrachtgever voor die onderdelen ten volle verantwoordelijk.
2. De zinsnede “de schriftelijke goedkeuring van de directie is verkregen” wijzigen in “de schriftelijke goedkeuring van de opdrachtgever is verkregen”. Dit in het licht van de Wet Ketenaansprakelijkheid
2. De systematiek van de UAV is zo dat waar het om geld gaat de opdrachtgever bevoegd is en waar het om technische aspecten gaat de directie. Er is hier geen reden die systematiek
1, 2. De Werkgroep heeft n.a.v. het commentaar op de expertmeeting het volgende standpunt ingenomen: Er is gekozen voor de tussenvorm, die inhoudt dat de directie goedkeuring niet op onredelijke gronden mag onthouden.
57
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
en de Wet Arbeid Vreemdelingen welke eigenlijk toch wel uitgaan van een actieve opdrachtgevers rol op dit gebied. Harmoniseren met artikel 7:751 BW. (BNB 23-3-2010; BNB 20-8-2010)
te doorbreken.
tekstvoorstellen
3. Wij zijn er voorstander van de huidige bepaling ongewijzigd te handhaven. Het artikel wordt in de praktijk niet vaak gebruikt. Het tussenstandpunt is niet wenselijk omdat dan de verantwoording ter discussie ligt en juridisch dichtgetimmerd moet worden. Om juridificering tegen te gaan, is er de voorkeur om het simpel te houden en de huidige bepaling te handhaven. (VNG 24-8-2010)
58
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
6.27
Indien door of namens de opdrachtgever het inschakelen van een bepaalde onderaannemer is of wordt voorgeschreven, is de aannemer voor wat het werk van die onderaannemer betreft jegens de opdrachtgever tot niet meer gehouden dan tot datgene, waartoe de aannemer die onderaannemer kan houden krachtens de voorwaarden van onderaanneming zoals deze door de opdrachtgever zijn aanvaard of goedgekeurd. Indien de voorgeschreven onderaannemer niet, niet tijdig of niet deugdelijk presteert en de aannemer het redelijkerwijs nodige heeft gedaan om nakoming en/of schadevergoeding te verkrijgen, zal de opdrachtgever de voor de aannemer ontstane meerdere uitvoeringskosten aan hem vergoeden, voor zover deze hem niet zijn vergoed door de onderaannemer. Daartegenover zal de aannemer, op eerste verzoek van de opdrachtgever, aan deze zijn vordering op de voorgeschreven onderaannemer cederen tot aan het door de opdrachtgever aan hem vergoede bedrag.
1. Aanbevolen wordt in de tekst van 1. Deze suggestie wordt deze paragraaf 'uitvoering' te schrappen overgenomen. (en 'kosten' te laten staan). (CROW 3011-2009)
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen Indien door of namens de opdrachtgever het inschakelen van een bepaalde onderaannemer of leverancier is of wordt voorgeschreven, is de aannemer voor wat het presteren van die onderaannemer of leverancier betreft jegens de opdrachtgever tot niet meer gehouden dan tot datgene, waartoe de aannemer die onderaannemer of leverancier kan houden krachtens de voorwaarden door deze gehanteerd en zoals deze door de opdrachtgever zijn aanvaard of goedgekeurd. Indien de voorgeschreven onderaannemer of leverancier niet, niet tijdig of niet deugdelijk presteert en de aannemer het 59
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen redelijkerwijs nodige heeft gedaan om nakoming en/of schadevergoeding te verkrijgen, zal de opdrachtgever de voor de aannemer ontstane meerdere kosten aan hem vergoeden, voor zover deze hem niet zijn vergoed door de onderaannemer of leverancier. Daartegenover zal de aannemer, op eerste verzoek van de opdrachtgever, aan deze zijn vordering op de voorgeschreven onderaannemer of leverancier cederen tot aan het door de opdrachtgever aan hem vergoede bedrag.
6.28
Indien onderdelen van het werk in onderaanneming worden uitgevoerd, zal de aannemer de onderaannemer volledig inlichten omtrent de bepalingen van het bestek, die bij het desbetreffende onderdeel van belang kunnen zijn, en omtrent de wijze van uitvoering.
60
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
6.29
Orders en aanwijzingen betreffende die onderdelen zullen door de directie uitsluitend aan de aannemer worden kenbaar gemaakt en zullen door deze aan de onderaannemer worden doorgegeven, tenzij de aannemer na overleg met de onderaannemer schriftelijk verzoekt bedoelde orders en aanwijzingen tevens rechtstreeks aan de onderaannemer mede te delen. De aannemer is verplicht ter zake van de 1. Probleem: Met “domicilie” wordt overeenkomst in Nederland domicilie te hebben bedoeld dat de aannemer voor het voor zover hij niet reeds in Nederland is gevestigd. uitoefenen van rechten en plichten een bepaalde plaats als woonplaats aanwijst, waarbij het niet nodig is dat de aannemer er werkelijk woont. Desondanks roept de bepaling bij Europees aanbesteden steeds weer vragen op. (J. van Kuijen 22-112009)
6.30
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1. Uit onderzoek blijkt dat hier aanbestedingsrechtelijk geen probleem zit.
2. Toevoegen: “Het in te zetten verantwoordelijk en leidinggevend personeel dient de Nederlandse taal in woord en geschrift te beheersen.” (VNG 24-1-2009)
2. Die eis mag gesteld worden, maar hoeft niet in de UAV.
3. Het woord domicilie aanpassen. (R. Petersen 9-11-2009)
3. De werkgroep begrijpt niet waarom de term aanpassing zou behoeven.
4. Paragraaf 6 lid 31: STABU bepaling 01.02.06.01 toevoegen: Indien de opdrachtgever krachtens paragraaf 5, lid
4. Nu lid 5 wordt geschrapt, is het voorstel ook niet meer aan de orde. 61
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
5 van de U.A.V. voor niet of niet tijdige levering aansprakelijk is, zal de aannemer zijn vordering op de leverancier op eerste verzoek van de opdrachtgever aan deze cederen tot aan het door de opdrachtgever aan hem vergoede bedrag. (BNB 23-3-2010) 5. Paragraaf 6 lid 32 STABU bepaling 5. Zie het tekstvoorstel bij 01.02.06.02 toevoegen: De aannemer paragraaf 27 lid 1. moet de directie terstond op de hoogte stellen van alle ongevallen op het werkterrein, met verstrekking van alle ter zake doende inlichtingen. (BNB 23-32010) HOOFDSTUK IV Aanvang, uitvoeringsduur, oplevering § 7. Datum van aanvang 7.1 7.2
Als datum van aanvang zal worden aangemerkt de vijfde werkdag na de dag waarop de aannemer het werk is opgedragen. Tenzij in het bestek anders is bepaald, staat het de aannemer vrij, behoudens bezwaar van de directie, ook vóór de datum van aanvang met het werk te beginnen.
“Als datum” wijzigen in “Als contractuele datum”. (BNB 23-3-2010)
Dit lijkt de werkgroep niet nodig. Bovendien kan dit weer vragen oproepen. STABU bepaling 01.02.07.01 opnemen Ook deze suggestie voegt niet met toevoeging “tenzij de directie zulks zoveel toe. Er zijn in de praktijk goed vindt” , leidend tot de volgende geen problemen en het wordt tekst: „Tenzij de directie zulks goed misschien zelfs lastiger als de vindt is het de aannemer niet toegestaan suggestie zou worden met het werk aan te vangen voor de overgenomen. De huidige datum van aanvang, als bedoeld in bepaling is sympathieker en paragraaf 7, lid 1 van de U.A.V.‟ (BNB wordt gehandhaafd. 62
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
23-3-2010)
§ 8. Uitvoeringsduur, uitstel van oplevering
1. Par. 8 e.a.: Als keuringen en beproevingen leiden tot afkeuringen dienen alle kosten voor hernieuwde keuringen en beproevingen (dus niet alleen voor energie en water) voor rekening van de aannemer te zijn. (R. van der Kroef 20-11-2009)
1. Dit voorstel wordt afgewezen. Het behelst geen lichte wijziging. Is niet in lijn met de regeling par. 9, zijnde: ieder draagt zijn eigen kosten.
2. Het overnemen van de aanvullingen uit de UAV-TI is zonder meer wenselijk. Wij stellen voor de termen FAT, SAT, BAT en SIT niet te gebruiken maar aan te sluiten bij de meer gebruikelijke termen als 'keuring bouwstoffen' en 'opneming'. (CROW 30-11-2009)
2. De werkgroep stemt in met voorstel CROW om aan te sluiten bij termen keuring bouwstoffen en opneming.
3. § 8a.9: In zijn algemeenheid lijkt het mij zinvol om de beperkte aanvullingen die de UAVTI biedt in een herziening van de UAV voortaan integraal op te nemen.
3, 4. De werkgroep neemt artikel 8a uit de UAVTI over en neemt de suggestie beproeving verplicht te stellen niet over.
4.§ 8a.10: De beproeving is het meest kenmerkende onderdeel van de oplevering van een installatietechnisch werk. Middels de beproeving dient te worden vastgesteld of het werk 63
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
technisch goed is uitgevoerd, maar ook of de werking van de installatie daarmee voldoet aan de wensen en eisen van de opdrachtgever. Dit onderzoek en de resultaten daaruit dienen te worden gerelateerd aan het programma van eisen en de nadere ontwerpdocumenten van de opdrachtgever. Zowel de aannemer als de opdrachtgever dienen daarin een belangrijke rol te vervullen. Mede daarom is het van belang dat er duidelijke eisen gesteld kunnen worden aan de kwaliteit van een ontwerp, zoals ik hiervoor bij § 5 besprak. § 8a.11: De wijze van beproeving is op dit moment in de UAVTI onvoldoende beschreven. Ik realiseer mij echter dat het voor dit moment en de voorgestane beperkte herziening niet mogelijk is om het beproevingsproces en ieders verantwoordelijkheden daarin nader te omschrijven. Kropman is echter wel bereid om op een nader moment daar op basis van het validatiemodel een plan voor te presenteren. (Kropman installatietechniek 4-1-2010) 5. Zoals eerder al aangegeven bestaat de behoefte aansluiting te zoeken bij de regeling van het begrip „dag‟ in artikel 4 van de model basisovereenkomst behorend bij de UAV-GC 2005. Naar de
5. Zie de afwijzing hiervoor.
64
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
opmerkingen hierover (paragraaf 1) wordt verwezen. Een kritische lezing van de bestaande paragraven 8-4 en 8-5 brengen met zich dat een verzoek tot termijnverlenging dient te worden gericht aan de opdrachtgever doch te worden bezorgd bij de directie. In de praktijk komt het regelmatig voor dat, omdat deze precieze marsroute niet is gekozen, een discussie ontstaat over de geldigheid van het verzoek om termijnverlenging. Dit is onnodig. De regeling dient dan ook eenvoudig(er) en eenduidig(er) te worden geformuleerd. (BNB 23-3-2010) 6. SUGGESTIES VOOR TOEVOEGINGEN: 6. Zie het tekstvoorstel inzake Paragraaf 8a lid 1: de beproeving in paragraaf 8a. Toevoeging van de beproevingsparagraaf uit de UAVTI 1992 en deze neutraliseren; immers ook bouwkundig werk of een composiet werk moet men kunnen beproeven. (BNB 233-2010)
65
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
8.1
De termijn, binnen welke het werk moet worden opgeleverd, wordt in het bestek uitgedrukt:
De tekst van bepalingen als: …opleveringstermijn…, de termijn binnen welke het werk moet worden opgeleverd…, als de oplevering zou moeten geschieden op een dag die geen werkdag is, geldt de eerstvolgende werkdag als de overeengekomen dag van oplevering…. Duidt op Dag 1 en geeft voeding aan de zienswijze dat de aannemer het werk oplevert. Verbeterpunt: feitelijke dag van oplevering hanteren (zie ook de UAVgc), en duidelijk onderscheid in benaming maken tussen de dag waarop naar het oordeel van de aannemer het werk is voltooid en de dag waarop de opdrachtgever het werk goedkeurt. (J. van Kuijen 22-11-2009)
Het commentaar is voor de werkgroep niet helemaal duidelijk. Het onderscheid tussen de dag waarop naar het oordeel van de aannemer het werk is voltooid en de dag waarop de opdrachtgever het werk goedkeurt is er al in de UAV.
a.
hetzij in een aantal werkbare werkdagen;
b.
hetzij in een aantal kalenderdagen, -weken of maanden;
“Kalenderdagen, -weken of -maanden” wijzigen in “dagen, kalenderweken of maanden”. Overigens wordt de smaak van kalenderweken en kalendermaanden nagenoeg niet toegepast in bestekken. Bovendien kan men met het noemen van een bepaalde (kalender)dag hieraan ook invulling geven. Derhalve overwegen om deze twee mogelijkheden geheel te schrappen. (BNB 23-3-2010)
Dit is niet nodig. Kalenderweken of –maanden hoeven niet gebruikt te worden als daar geen behoefte aan is.
c.
hetzij door een bepaalde dag te noemen.
tekstvoorstellen
66
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
8.2
Indien een termijn is uitgedrukt in een aantal werkbare werkdagen, worden werkdagen, respectievelijk halve werkdagen, als onwerkbaar beschouwd, wanneer daarop door omstandigheden buiten de aansprakelijkheid van de aannemer gedurende tenminste vijf uren, respectievelijk tenminste twee uren, door het grootste deel van de arbeiders of machines niet kon worden gewerkt.
De smaak van halve onwerkbare werkdagen schrappen; stamt nog uit de tijd dat de zaterdagochtend gewerkt werd; ook consumenten aannemingsovereenkomsten als onder het (voormalige) GIW kennen die smaak niet! (BNB 23-3-2010)
De werkgroep wil de halve onwerkbare werkdagen handhaven, voor het geval er een halve dag gewerkt kon worden.
Indien een termijn is uitgedrukt in een aantal werkbare werkdagen, worden werkdagen, respectievelijk halve werkdagen, als onwerkbaar beschouwd, wanneer daarop door omstandigheden buiten de aansprakelijkheid van de aannemer gedurende ten minste vijf uren, respectievelijk ten minste twee uren, door het grootste deel van de arbeiders of machines niet kon worden gewerkt.
8.3
Als de oplevering van het werk zou moeten geschieden op een dag die geen werkdag is, geldt de eerstvolgende werkdag als de overeengekomen dag van oplevering.
67
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
8.4
De termijn, binnen welke het werk moet worden opgeleverd, kan door de opdrachtgever worden verlengd, hetzij eigener beweging, hetzij op een daartoe strekkend verzoek van de aannemer. Indien door overmacht, door voor rekening van de opdrachtgever komende omstandigheden, of door het door of namens de opdrachtgever aanbrengen van bestekswijzigingen dan wel van wijzigingen in de uitvoering van het werk, niet van de aannemer kan worden gevergd dat het werk binnen de overeengekomen termijn wordt opgeleverd, heeft hij recht op termijnsverlenging.
Par. 8 lid 4, tweede zin en par. 8 lid 5 worden vaak aan elkaar gekoppeld, in die zin dat men meent dat, om het recht tot termijnverlenging te kunnen uitoefenen, het nodig is daartoe cf. par. 8 lid 5 een verzoek in te dienen bij de directie. Dat is m.i. onjuist. Het lijkt zinvol de redactie van deze twee leden om die reden aan te passen en een duidelijker onderscheid aan te brengen tussen de situatie dat een aannemer recht heeft op termijnverlenging en de situatie dat hij bij wijze van gunst om termijnverlenging vraagt. (P. Herber 112-09)
De werkgroep neemt de kritiek over.
8.5
Een verzoek van de aannemer om termijnsverlenging zal slechts in overweging kunnen worden genomen, indien dit schriftelijk geschiedt en - behoudens ontheffing door de directie - tenminste veertien dagen voor het verstrijken van de termijn bij de directie is bezorgd.
De termijn, binnen welke het werk moet worden opgeleverd, kan door de opdrachtgever worden verlengd, hetzij eigener beweging, hetzij op een daartoe strekkend verzoek van de aannemer. Een verzoek van de aannemer om termijnverlenging zal slechts in overweging kunnen worden genomen, indien dit schriftelijk geschiedt en - behoudens ontheffing door de directie – ten minste veertien dagen voor het verstrijken van de termijn bij de directie is bezorgd. Indien door overmacht, door voor rekening van de opdrachtgever komende omstandigheden, of door het door of namens de opdrachtgever aanbrengen van bestekswijzigingen dan 68
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen wel van wijzigingen in de uitvoering van het werk, niet van de aannemer kan worden gevergd dat het werk binnen de overeengekomen termijn wordt opgeleverd, heeft hij recht op termijnverlenging.
§ 8a Beproeving
Van verschillende zijden is gepleit voor het integreren van de UAV-TI met de UAV.
De Werkgroep onderschrijft dit pleidooi. Zie de tekstvoorstellen afkomstig uit de UAV-TI.
69
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. 8a.1
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen Beproeving van het technische installatiewerk of een of meer onderdelen daarvan vindt plaats, indien dit is overeengekomen. De beproeving geschiedt door de aannemer in aanwezigheid van de directie en dient om vast te stellen of het technische installatiewerk, of het desbetreffende onderdeel daarvan, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen voor zover dit op het tijdstip van de beproeving mogelijk is.
70
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
8a.2
Aannemer en directie stellen in onderling overleg het tijdstip van de beproeving vast. Indien aannemer en directie niet komen tot gemeenschappelijke vaststelling van het tijdstip van de beproeving, stelt de aannemer dit tijdstip vast en geeft van dit tijdstip ten minste acht dagen tevoren schriftelijk kennis aan de directie.
8a.3
Ten behoeve van de beproeving stelt de aannemer voor zijn rekening het nodige materieel en het personeel voor de bediening daarvan beschikbaar. De kosten van de voor de beproeving benodigde hoeveelheid water en energie zijn voor rekening van de opdrachtgever. 71
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. 8a.4
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen Zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vijf dagen na de beproeving, stelt de aannemer een rapport op waarin het beproevingsresultaat is opgenomen, alsmede, indien zulks is overeengekomen, een meetstaat die de meetresultaten en andere relevante gegevens vermeldt. Door de ondertekening van dit in tweevoud op te maken rapport door de aannemer en de directie staan de resultaten van de beproeving vast. Indien de directie tijdens de beproeving niet aanwezig is geweest, staan de resultaten van de beproeving vast door de enkele vermelding daarvan in het rapport.
72
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. 8a.5
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het technische installatiewerk, op het gebied bestreken door de beproeving, niet voldoet aan hetgeen is overeengekomen, zal, nadat de aannemer de nodige verbeteringen heeft aangebracht, de beproeving worden herhaald. Op deze herhaalde beproeving zijn de vorige leden van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat in dit geval de kosten voor water en energie, benodigd voor de beproeving, voor rekening van de aannemer zijn.
73
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. 8a.6
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen Indien op grond van de beproeving is vastgesteld dat het technische installatiewerk, op het gebied bestreken door de beproeving, voldoet aan hetgeen is overeengekomen en het technische installatiewerk ook overigens is voltooid, vindt opneming van het technische installatiewerk plaats zoals bedoeld in § 9.
74
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 9. Opneming en goedkeuring
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Probleem: In geval van vertraging in de oplevering heeft opdrachtgever in veel gevallen belang bij ingebruikname (van een deel) van het werk. Voor de aannemer is op dat moment dat (deel van het) werk niet meer beheersbaar en hij kan dan ook niet meer controleren welke gebreken mogelijk door toedoen van de opdrachtgever (na de ingebruikname) zijn ontstaan. Het gaat derhalve om de gevallen waarbij de opdrachtgever het werk of een onderdeel daarvan in gebruik neemt zonder dat hij dit schriftelijk mededeelt aan de aannemer en er opneming van het werk, dat in gebruik is genomen, plaats vindt. De UAV 1989 voorziet niet in een oplossing van dit probleem/risico voor de aannemer. Voorstel: Lid toevoegen aan paragraaf 9 UAV 1989. Nieuw lid 7: "Het werk wordt geacht te zijn goedgekeurd indien en voorzover het in gebruik wordt genomen anders dan bedoeld in paragraaf 10 lid 3. De dag van ingebruikneming van het werk of een gedeelte daarvan geldt als dag van goedkeuring van het werk of van het desbetreffende gedeelte". De huidige leden 7 tot en met 9 worden doorgenummerd en worden derhalve de nieuwe leden 8 tot en met 10. (Poelmann en van den Broek 25-1-
1. Het systeem wordt hierdoor omgedraaid en de werkgroep verwacht dat het daarmee ook moeilijker zal worden. Bovendien is de wijziging niet nodig.
tekstvoorstellen
75
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
2010) 2. In zijn algemeenheid geeft de werkgroep er de voorkeur aan om de bepalingen die thans alleen zijn opgenomen in paragraaf 8a van de UAV TI 1992 te integreren in de herziene UAV. In de grond-, weg- en waterbouw wordt vaak gebruik gemaakt van de zogenaamde “site acceptance”. Ook in de burgerlijke en utiliteitsbouw zou deze beproeving methodiek denkbaar zijn. Zeker nu de W- en E-component in de bouw een steeds grotere rol gaan spelen. Daarnaast harmoniseren met 7:758 BW waar het het begrip “keurt” betreft. Verduidelijken: wat is nu precies de datum van oplevering. (BNB 23-32010)
9.1
2. Zie de tekstvoorstellen inzake paragraaf 8a.
De opneming van het werk geschiedt op schriftelijke, tot de directie gerichte aanvrage van de aannemer, waarin deze mededeelt op welke dag het werk naar zijn oordeel voltooid zal zijn. De directie kan genoegen nemen met een mondelinge mededeling, welke in het dagboek of weekrapport, bedoeld in § 27, wordt aangetekend.
76
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
9.2
De opneming geschiedt zo spoedig mogelijk en in de regel binnen acht dagen na de in het eerste lid bedoelde dag. De dag en het tijdstip van opneming worden aan de aannemer tijdig en zo mogelijk tenminste drie dagen tevoren schriftelijk medegedeeld. De directie kan verlangen, dat de aannemer of zijn gevolmachtigde bij de opneming tegenwoordig is.
9.3
Nadat het werk is opgenomen, wordt aan de aannemer binnen acht dagen schriftelijk medegedeeld, of het al dan niet is goedgekeurd, in het laatste geval met opgaaf van de gebreken, die de redenen voor de onthouding van de goedkeuring zijn. Wordt het werk goedgekeurd, dan wordt als dag van goedkeuring aangemerkt de dag waarop de desbetreffende mededeling aan de aannemer is verzonden.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen De opneming geschiedt zo spoedig mogelijk en in de regel binnen acht dagen na de in het eerste lid bedoelde dag. De dag en het tijdstip van opneming worden aan de aannemer tijdig en zo mogelijk ten minste drie dagen tevoren schriftelijk medegedeeld. De directie kan verlangen, dat de aannemer of zijn gevolmachtigde bij de opneming tegenwoordig is.
77
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
9.4
Met toestemming van de aannemer kan, in plaats van de schriftelijke mededeling bedoeld in het vorige lid, worden volstaan met een overeenkomstige aantekening in het dagboek of weekrapport, met vermelding van de datum der aantekening. Alsdan wordt, indien het werk wordt goedgekeurd, als dag van goedkeuring aangemerkt de dag waarop de desbetreffende aantekening is geplaatst. Wordt niet binnen acht dagen na de opneming een schriftelijke mededeling, of het werk al dan niet is goedgekeurd, aan de aannemer verzonden dan wel, in het geval bedoeld in het vierde lid, een overeenkomstige aantekening in het dagboek of weekrapport geplaatst, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de opneming te zijn goedgekeurd. Geschiedt de opneming niet binnen vijftien dagen na de in het eerste lid bedoelde dag, dan kan de aannemer bij aangetekende brief een nieuwe aanvrage tot de directie richten, met verzoek het werk binnen acht dagen op te nemen. Voldoet de directie niet aan dit verzoek, dan wordt het werk geacht op de achtste dag na de verzending van die brief te zijn goedgekeurd. Kleine gebreken, die gevoeglijk vóór een nog volgende betalingstermijn kunnen worden hersteld, zullen geen reden tot onthouding van goedkeuring mogen zijn, mits zij een eventuele ingebruikneming niet in de weg staan. De aannemer is gehouden de in dit lid bedoelde gebreken zo spoedig mogelijk te herstellen.
9.5
9.6
9.7
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
78
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
9.8
Met betrekking tot een heropneming na onthouding van goedkeuring vinden de bovenvermelde bepalingen overeenkomstige toepassing. Bij een heropneming zullen andere gebreken dan die, welke overeenkomstig het zevende lid aan de aannemer zijn opgegeven, alleen dan reden tot hernieuwde onthouding van goedkeuring kunnen zijn, indien zij eerst na de voorafgegane opneming aan de dag zijn getreden.
9.9
§ 10. Oplevering
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. UAVTI gaat er van uit dat bij in vervroegde gebruikneming automatisch de onderhouds- of servicetermijn in gaat. Dit is niet automatisch het geval. Daarom regeling aanvullen met verantwoordelijkheid voor schade aan het werk, die niet veroorzaakt wordt door de vervoegde ingebruikneming. (R. van der Kroef 20-11-2009)
De UAV en de UAVTI verschillen inderdaad op het punt van de start van de onderhoudstermijn bij vervroegde ingebruikneming. In de UAVTI start de onderhoudstermijn op moment van ingebruikneming, in de UAV start de onderhoudstermijn op moment van oplevering. Het is niet wenselijk om de UAVTIregeling op dit punt voor alle werken te laten gelden, omdat daarmee van het systeem van de UAV wordt afgeweken. Voor installatietechnische werken is er kennelijk wel behoefte aan. Er is daarom een specifieke regeling in paragraaf 10 lid 3 opgenomen voor installatietechnische werken.
tekstvoorstellen
79
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
10.1
10.1a
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
2. Verduidelijken: wat is nu precies de datum van oplevering. (BNB 23-32010)
2. De werkgroep ziet hier geen probleem.
tekstvoorstellen
Het werk wordt als opgeleverd beschouwd, indien het overeenkomstig het bepaalde in § 9 is of geacht wordt te zijn goedgekeurd. De dag, waarop het werk is of geacht wordt te zijn goedgekeurd, geldt als dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever bedienings- en onderhoudsvoorschriften zal verstrekken met betrekking tot het technische installatiewerk, overhandigt hij deze op het tijdstip van ingebruikneming van het technische installatiewerk, of van het desbetreffende onderdeel daarvan, dan wel uiterlijk op de dag waarop het technische installatiewerk als 80
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen opgeleverd wordt beschouwd. Indien in het bestek is voorgeschreven dat de aannemer de opdrachtgever revisietekeningen met betrekking tot het technische installatiewerk zal verstrekken, overhandigt hij deze uiterlijk drie maanden na de dag waarop het technische installatiewerk als opgeleverd wordt beschouwd.
10.2
Indien de aannemer niet een aanvrage om opneming als bedoeld in § 9, eerste lid, tot de directie heeft gericht, doch de opdrachtgever het werk voltooid acht, kan deze de aannemer zulks schriftelijk mededelen. De vijfde dag na de verzending van deze mededeling geldt dan als dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd.
81
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
10.3
De opdrachtgever kan het werk, voordat dit Afstemming tussen de UAV 1989 en de voltooid is, of een al dan niet voltooid onderdeel UAVTI 1992 betreffende vervroegde daarvan, in gebruik nemen of doen nemen mits de ingebruikname. (BNB 23-3-2010) ingebruikneming een voldoende voortgang van het werk niet in gevaar brengt. De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan nadat hij dit schriftelijk aan de aannemer heeft medegedeeld en een opneming van het in gebruik te nemen werk of onderdeel daarvan heeft plaats gevonden. Indien door de ingebruikneming meer wordt verlangd van de aannemer dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd, zal dit worden verrekend als meer werk. Indien door de ingebruikneming schade aan het werk ontstaat komt deze schade niet voor rekening van de aannemer. Door de in dit lid bedoelde ingebruikneming en opneming wordt het werk, dan wel dat onderdeel, niet als opgeleverd beschouwd.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Zie het commentaar bij § 10.
De opdrachtgever kan het werk, voordat dit voltooid is, of een al dan niet voltooid onderdeel daarvan, in gebruik nemen of doen nemen mits de ingebruikneming een voldoende voortgang van het werk niet in gevaar brengt. De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan nadat hij dit schriftelijk aan de aannemer heeft medegedeeld en deze heeft gehoord en een opneming, dan wel indien het een technisch installatiewerk betreft een beproeving en opneming als bedoeld in § 8a van het in gebruik te nemen werk of onderdeel daarvan heeft plaats gevonden. Indien door de ingebruikneming meer wordt verlangd van de aannemer dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd, zal dit worden verrekend 82
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen als meer werk. Indien door de ingebruikneming schade aan het werk ontstaat komt deze schade niet voor rekening van de aannemer. Door de in dit lid bedoelde ingebruikneming en opneming wordt het werk, dan wel dat onderdeel, niet als opgeleverd beschouwd. Voor technische installatiewerken geldt dat indien in het bestek een onderhoudstermijn als bedoeld in § 11 is voorgeschreven, door de in dit lid bedoelde ingebruikneming de onderhoudstermijn onmiddellijk ingaat na de dag van ingebruikneming.
§ 11. Onderhoudstermijn
1. De term „onderhoudstermijn‟ en 1. De term servicetermijn wordt „onderhouds- of servicetermijn‟ niet gebruikt. veroorzaakt veel verwarring omdat het te veel lijkt op activiteiten in het kader van een (meerjarig) service- en onderhoudscontract. Dit is wezenlijk anders. Er wordt door de aannemer geen 83
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
onderhoud gepleegd of service verleend. De aannemer dient gebreken te herstellen etc. (R. van der Kroef 2011-2009) 2. § 11.12: De gehanteerde begrippen 2. Zie hiervoor onder 1. "onderhoud" en "service" hebben in de dagelijkse praktijk van de installatiebranche een andere invulling dan de mogelijke juridisch bedoelde betekenis. In de installatietechniek wordt onder onderhoud en service die werkzaamheden verstaan die nodig zijn om het functioneren van een installatie te waarborgen. Dat betreft dan zowel periodieke werkzaamheden, die gedurende de gehele levensduur van een installatie uitgevoerd moeten worden, als correctieve werkzaamheden voor herstel van gebreken. Uit de T&C kan men afleiden dat de juridische betekenis juist enkel op het correctieve onderhoud ziet. § 11.13: Het hiervoor beschreven onderscheid wordt echter zelden gemaakt. De opdrachtgever verwacht dan ook dat de aannemer periodiek - dus niet-storingsgerelateerd- onderhoud uitvoert. Vanzelfsprekend is een installateur over het algemeen daar graag toe bereid, maar heeft hij dergelijke werkzaamheden niet in zijn prijs meegenomen en de aannemer 84
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
verwacht daarvoor een aanvullende opdracht. § 11.14: Deze onduidelijkheid kan mogelijk worden voorkomen door in het kader van het bepaalde in paragraaf 11 voortaan te spreken van bijvoorbeeld "hersteltermijn". Daarbij zou dan ook meteen een vaste hersteltermijn van voor installaties - een jaar opgenomen kunnen worden. (Kropman installatietechniek 4-1-2010) 3. Niet altijd is even duidelijk wanneer sprake is van een “aan de dag treden” van een gebrek gelet op de formulering van paragraaf 11-2 UAV 1989. De werkgroep ziet behoefte aan verduidelijking op dit punt. (BNB 23-32010)
3. De werkgroep constateert dat in de jurisprudentie van de RvA dit punt geen problemen oplevert en ziet daarom geen reden dit in de UAV zelf te verduidelijken.
4. Paragraaf taalkundig afstemmen op 4. De term service termijn is de UAVTI 1992 (servicetermijn). Beter is niet overgenomen uit de UAVhet om te spreken over herstelperiode of TI. nazorgperiode; het heeft niets met geld (onderhoudstermijn) te maken of met onderhoud dan wel service (vroeger overigens wel). (BNB 23-3-2010)
85
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
11.1
Indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, gaat deze termijn in onmiddellijk na de dag waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in § 10, eerste of tweede lid, als opgeleverd wordt beschouwd. De aannemer is gehouden gebreken, welke in de onderhoudstermijn aan de dag treden, te herstellen, met uitzondering echter van die, waarvoor de opdrachtgever op grond van § 5, tweede lid, de verantwoordelijkheid draagt of waarvoor hij op grond van § 5, derde lid, aansprakelijk is.
11.2
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1. Par. 11 lid 2: de verwijzing naar uitsluitend par. 5, leden 2 en 3, is juist, maar m.i. onvolledig. Ook moet worden verwezen naar par. 5. leden 4 en 5 en naar par. 6 lid 27. (P. Herber, 1-1209)
1. Lid 5 van par. 5 is vervallen. De verwijzing naar het vierde lid van par. 5 wordt overgenomen. De verwijzing naar par. 6 lid 27 is onjuist, want vestigt geen aansprakelijkheid.
De aannemer is gehouden gebreken, welke in de onderhoudstermijn aan de dag treden, te herstellen, met uitzondering echter van die, waarvoor de opdrachtgever op grond van § 5, tweede lid, de verantwoordelijkheid draagt of waarvoor hij op grond van § 5, derde of vierde lid, aansprakelijk is. Onder de in dit lid bedoelde gebreken vallen niet die gebreken die het gevolg zijn van onjuist of onzorgvuldig gebruik dan wel gekwalificeerd kunnen worden als normaal te verwachten slijtage als gevolg van het feitelijke gebruik.
2. De zinsnede „normaal te verwachten slijtage als gevolg van het feitelijk gebruik‟ wordt toegevoegd om aan te geven dat de aannemer in dat geval niet hoeft te herstellen.
86
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
11.3
Het in het tweede lid bedoelde herstel geschiedt voor rekening van de aannemer, tot genoegen van de directie en binnen een door haar in billijkheid te stellen termijn. In de onderhoudstermijn optredende schade aan het werk is voor rekening van de opdrachtgever, met uitzondering echter van die schade, welke het gevolg is van door de aannemer verricht onvoldoend werk. In het laatste geval is het bepaalde in het derde lid van overeenkomstige toepassing. Indien de aannemer zich desgevraagd verbindt tot herstel van niet voor zijn rekening komende gebreken of schade aan het werk, geschiedt de verrekening daarvan als meer werk. Na afloop van de onderhoudstermijn zal het werk wederom worden opgenomen om te constateren, of de aannemer aan zijn verplichtingen heeft voldaan, waarbij wordt gehandeld overeenkomstig het bepaalde in § 9.
11.4
11.5
11.6
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
“verricht onvoldoend werk” wijzigen in “onvoldoend werk tijdens de uitvoeringsduur dan wel in de onderhoudsperiode” (BNB 23-3-2010)
De werkgroep vraagt zich af wat het verschil is tussen huidige bepaling en voorgestelde wijziging. Huidige bepaling wordt gehandhaafd.
1. Ter zake paragraaf 11-6 bestaat de wens om hierin duidelijk tot uitdrukking te brengen dat het opnieuw doorlopen van de procedure van paragraaf 9 onverlet laat dat het werk is opgeleverd. (BNB 23-3-2010)
1. De werkgroep vindt dit voorstel niet juist, dat het werk is opgeleverd, volgt immers uitdrukkelijk uit lid 1 van deze paragraaf.
2. Zin toevoegen conform paragraaf 10 lid 3: ‟Door de in dit lid bedoelde opneming wordt het werk, dan wel dat onderdeel, niet opnieuw of een tweede maal opgeleverd‟. (BNB 23-3-2010)
2. De systematiek van de UAV is duidelijk: er is maar één oplevering. Het past niet in de UAV om bepalingen op te nemen betreffende onderwerpen die niet onder de bepaling vallen. De literatuur moet hier zo nodig meer uitleg geven.
tekstvoorstellen
87
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 12. Aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Met een wijziging van de aansprakelijkheid na oplevering en de daarmee samenhangende verantwoordelijkheid van de directievoerder kan al snel buiten het kader van een lichte herziening worden getreden; dit moet goed worden bewaakt. (CROW 30-11-2009)
1. de werkgroep is het eens met CROW.
2. Aangenomen mag worden dat de verwijzing naar artikel 1645 BW wordt vervangen door een regeling die vergelijkbaar is met die in de UAV GC 2005. Verder spreekt de werkgroep de wens uit dat – zoals eerder al aangegeven – de consequenties van falend toezicht worden beperkt. Rechtsverwerking mag door falend toezicht niet te snel worden aangenomen. De werkgroep spreekt daarbij nog eens in zijn algemeenheid uit dat het zoeken naar een juist juridisch oordeel ten aanzien van een bepaald praktijkgeval bijkans onmogelijk is, omdat enerzijds een fout van de opdrachtgever al snel leidt tot een discussie over de waarschuwingsplicht van de aannemer en anderzijds een fout van de aannemer al snel gaat over het falend toezicht van de
1, 2. De werkgroep heeft naar aanleiding van de notitie die over deze paragraaf is verschenen als volgt besloten: - het onderscheid tussen ernstig en niet-ernstig gebrek wordt gehandhaafd voor wat betreft de duur van de aansprakelijkheid en voor zover het gaat om verborgen gebreken. Er is dus geen afzonderlijke categorie ernstige gebreken, zoals onder de UAV 1989 in de zogenaamde 1645 oud BW gevallen. - de definitie van ernstig gebrek wordt vervangen. Daarvoor wordt de definitie uit paragraaf 28-2 sub b van de UAV-GC overgenomen. Deze definitie is gebaseerd op rechtspraak van de RvA en zal als volgt luiden: tien jaren na de in lid 1
tekstvoorstellen
88
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
directie. De praktijk is weerbarstig, dit realiseert de werkgroep zich terdege, doch optimale helderheid is op dit punt gewenst. (BNB 23-3-2010)
bedoelde dag, indien het Werk hetzij geheel of gedeeltelijk is ingestort of dreigt in te storten hetzij het Werk ongeschikt is geraakt of ongeschikt dreigt te raken voor de bestemming - ook voor de gevolgen van toezicht wordt de UAV-GC als uitgangspunt genomen (paragraaf 28-1). Er wordt echter, anders dan in de UAVGC, geen onderscheid gemaakt tussen toezicht in de uitvoeringsfase en toezicht bij de oplevering. De aannemer kan zich blijven beroepen op onzorgvuldig toezicht door of namens de opdrachtgever, omdat voor een formulering zoals die van paragraaf 28-1 sub c UAV-GC wordt gekozen. Ook stelt de werkgroep voor om in de UAV een link te leggen naar de intensiteit van het toezicht (gebreken die opdrachtgever redelijkerwijs had moeten ontdekken bij de mate waarin het toezicht feitelijk heeft plaatsgehad). Concepttekst: 1. Na de dag, waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in
tekstvoorstellen
89
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
§ 10, eerste of tweede lid, als opgeleverd wordt beschouwd, is de aannemer niet meer aansprakelijk voor tekortkomingen aan het werk. 2. Het in het eerste lid bepaalde lijdt uitzondering: a) indien binnen tien jaren na de in lid 1 bedoelde dag, het werk hetzij geheel of gedeeltelijk dreigt in te storten hetzij het werk ongeschikt is geraakt of ongeschikt dreigt te geraken voor de bestemming waarvoor het blijkens de overeenkomst bedoeld is; b) i) de tekortkomingen te wijten zijn aan zijn schuld, of krachtens wet, rechtshandeling of de in het verkeer geldende opvattingen voor zijn rekening komen, en bovendien ii) de opdrachtgever voorafgaande aan de oplevering of op de datum van oplevering die gebreken niet heeft opgemerkt noch met inachtneming van het feitelijk plaats gevonden hebbend toezicht die tekortkomingen redelijkerwijs had moeten ontdekken. -met betrekking tot de aard van 90
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
de termijnen voor ernstige gebreken en verborgen nieternstige gebreken is de werkgroep nog niet uitgediscussieerd. Er zijn de drie keuze mogelijkheden: a. in het zicht van het feit dat de herziening slechts een lichte dient te zijn, blijft het verschil in soorten termijn gehandhaafd en wordt dus feitelijk alleen de verwijzing naar 1645 Oud BW gewijzigd in een term die dekt dat er sprake moet zijn van een ernstig gebrek. b. beide termijnen worden verjaringstermijnen: vanuit het gezichtspunt van opdrachtgevers is dat weliswaar vriendelijker dan dat voor aannemers is, maar daar staat tegenover dat de duur van de termijnen, resp. 5 en 10 jaar, korter is dan de termijnen gehanteerd in de wet. Zie immers art. 7:761 lid 2 waar een termijn van 20 jaar wordt 91
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
gehanteerd ongeacht of het om ernstige of niet ernstige gebreken gaat. c. beide termijnen worden vervaltermijnen. - het in lid 2 sub b opgenomen schuldvereiste heeft alleen betrekking op verborgen gebreken. In de nieuwe tekst blijft dit ongewijzigd. - de door de RvA aangenomen omkering van de bewijslast te nadele van de aannemer, die in de verwijzing naar art. 1645 Oud BW wordt gelezen, komt niet terug in de nieuwe tekst. - ander vraagpunt waar de werkgroep zich heeft beraden is of ernstige gebreken ook verborgen moeten zijn. De Werkgroep trekt ook hier één lijn met de regeling in de UAVGC 2005: de aansprakelijkheid na oplevering heeft betrekking op verborgen gebreken en daar binnen is met het oog op de aansprakelijkheidsduur van belang of het om „ernstige‟ de bestemming aantastende gebreken gaat of niet.
92
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
12.1
Na de dag, waarop het werk overeenkomstig het bepaalde in § 10, eerste of tweede lid, als opgeleverd wordt beschouwd, is de aannemer niet meer aansprakelijk voor tekortkomingen aan het werk.
Suggestie m.b.t. par. 12 aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering). Zou het (volledigheidshalve) niet logisch zijn om in deze paragraaf een verwijzing op te nemen naar par. 22 (garantie voor een onderdeel)? (mr. L.G.M. van den Eijnden 11-2-1010)
De Werkgroep is van mening dat een verwijzing naar par. 22 niet voor de hand ligt. Par. 22 verwijst naar het bestek alwaar bepaald wordt of een garantie wordt opgenomen. Par. 12 ziet op de aansprakelijkheid onafhankelijk van de vraag of er wel of geen garantie is.
12.2
Het in het eerste lid bepaalde lijdt uitzondering:
1. Art. 1645 BW. (R. Petersen 9-112009)
1. Niet duidelijk wat beoogd wordt door schrijver.
tekstvoorstellen
Het in het eerste lid bepaalde lijdt uitzondering indien 2. Par. 12: herzien. 2. In het kader van een lichte sprake is van een Voorstel: voeg aan lid 2 en nieuw lid c herziening is dit te vergaand, gebrek: toe met de volgende tekst: inhoudelijk laat de Werkgroep (a) dat toe te rekenen is c indien de aannemer ten tijde van de zich er verder niet over uit. Wel aan de aannemer en oplevering wist of behoorde te weten dat wordt opgemerkt dat het (b) dat bovendien het werk of enig onderdeel daarvan een wettelijk systeem van art. ondanks nauwlettend gebrek bevat.(cf voorstel prof. Mr. C.E.C. 7:758 lid 3 BW en par. 28 lid toezicht tijdens de Jansen , zie BR 1994, p.825 e.v.) (P. 1UAV-GC 2005 in beginsel m.m. uitvoering dan wel bij de Herber, 1-12-09) een zelfde regeling kennen. opneming van het werk als bedoeld in § 9, 3. De betreffende bepaling is naar haar 3. De bepaling ziet op alle tweede lid, door de inhoud te bepalen klaarblijkelijk bouwwerken. Er wordt slechts directie redelijkerwijs opgesteld voor de zware bouwwerken, een onderscheid gemaakt niet onderkend had zoals uitgevoerd door bouwkundig binnen de aansprakelijkheid kunnen worden aannemers en aannemers in de GWW voor verborgen gebreken en en waarvan sector. In de installatiebranche wordt wel voor wat betreft de (c) de aannemer binnen een werk opgeleverd na een uitgebreide aansprakelijkheidsduur. Dit een redelijke termijn na beproeving en komen eventuele onderscheid ziet echter op de de ontdekking gebreken binnen korte termijn of met de aard van het verborgen gebrek mededeling is gedaan. 93
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
wisseling van seizoenen direct aan het licht. De huidige periode van vijf jaren welke door sommige opdrachtgevers wordt opgerekt naar tien jaren - is daarmee een onredelijk lange periode waarin een installateur risico moet dragen voor een installatie, hoewel hij de aansprakelijkheid daarvoor bij oplevering reeds heeft overgedragen. Ik verwijs in dit kader ook naar het belang van periodiek onderhoud, zoals ik hiervoor beschreef onder: De vervaltermijn in lid 4 voor verborgen gebreken zou voor installaties op ten hoogste twee jaren kunnen worden gesteld. Deze beperking zou dan kunnen worden doorbroken indien de aannemer gedurende deze periode na oplevering ook opdracht had voor het periodiek onderhoud. Bij de nadere onderwerpen wordt door Kropman voorts opgemerkt: Een herziening van de UAV biedt een uitstekende gelegenheid om nu eindelijk een aansprakelijkheidsbeperking voor de aannemer op te nemen. Op dit moment kan een aannemer namelijk geen gedegen risico inschatting van het werk maken, terwijl de bedrijfsbelangen van de opdrachtgever steeds groter worden. Ik zie ontwikkelingen binnen de sector die het mogelijk maken om dit onderwerp op de agenda te zetten. Zo
en niet op de aard van de werkzaamheden. De werkgroep vindt de aansprakelijkheidstoedeling redelijk en in beginsel in lijn met wat de wetgever heeft gecodificeerd.
tekstvoorstellen
94
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
hanteert de RGD al enige tijd een aansprakelijkheidsbeperking in haar bestekken, bevat de UAV-GC 2005 een dergelijke bepaling, blijken opdrachtgevers tijdens onderhandelingen hiertoe vaker bereid en is een zodanige bepaling ook opgenomen in de model realisatieovereenkomst uit het 36e Preadvies voor de Vereniging voor Bouwrecht. (Kropman installatietechniek 4-1-2010) 4. Aanknoping zoeken bij par. 28 UAVGC 2005? Nee. Stel dat een aannemer express te weinig wapening gebruikt in een brug of te dunne liggers gebruikt. Als dan na 12 jaar de constructie instort zou de aannemer nog steeds aansprakelijk moeten zijn. De rechter zal dan moeten bepalen in welke mate en welke andere omstandigheden reden zijn om de aansprakelijkheid af te wijzen of te verminderen. (VNG 24-8-2010)
4. Het voorbeeld wordt niet onderschreven door de Werkgroep. Indien vast staat dat een aannemer expres te weinig wapening heeft gebruikt, waardoor de constructie instort, zal de redelijkheid en billijkheid ex art. 6:248 lid 2 BW in de weg staan aan het beroep van de aannemer op deze bepaling. Voor zover de opmerking betrekking heeft op de termijnen, wijst de Werkgroep er op dat ook onder de huidige UAV regeling, de aansprakelijkheid ex art. 1645 BW 10 jaar is.
5. Naar aanleiding van de expertmeeting 5. De werkgroep onderschrijft 95
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
a.
Tekst
indien het geval, voorzien in artikel 1645 B.W., zich voordoet;
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
is commentaar gekomen op de term tekortkoming; de inhoud van deze term is een fundamenteel andere dan die van de term gebrek. (R. Bleeker, 18-112010)
dit punt en hoewel er wel wat voor te zeggen valt om deze andere inhoud verdedigbaar te achten, wordt aan de kritiek gehoor gegeven.
tekstvoorstellen
1. De werkgroep stelt vast dat voor deze 1, 2, 3. Zie het commentaar bepaling een alternatief geformuleerd bij § 12. Aansprakelijkheid van dient te worden (BNB 23-3-2010). de aannemer na de oplevering. 2. Het onder a genoemde artikel 1645 BW bestaat sinds 1 september 2003 niet meer. Toevoegen als c met de tekst: “gebreken, die de aannemer kende dan wel behoorde te kennen.” (VNG 24-12009) 96
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
3. Probleem: "Het geval, voorzien in art. 1645 BW". Het gaat om een artikel dat door de wetgever is geschrapt en derhalve geen geldend recht meer is. Voorts is de opinie dat het gaat om een onduidelijke bepaling. Er dient dan ook aansluiting te worden gezocht met het geldende recht en met bepalingen zoals deze (deels) in de AVA 1992 en de Algemene Voorwaarden bij de model koop-/aannemingsovereenkomst zijn opgenomen. Voorstel: Nieuwe tekst lid 2: "Het in het eerste lid bepaalde lijdt uitzondering: a. indien het werk een ernstig gebrek bevat; b. indien het werk of enig onderdeel daarvan door schuld van de aannemer, zijn leverancier, zijn onderaannemer of zijn personeel een verborgen gebrek bevat en de aannemer van zodanig verborgen gebrek binnen een redelijke termijn na de ontdekking mededeling is gedaan." Nieuw lid 3: "Een gebrek als bedoeld in het tweede lid onder a is slechts dan als een ernstig gebrek aan te merken, indien het de hechtheid van het werk of van een essentieel onderdeel daarvan aantast of in gevaar brengt, hetzij het werk ongeschikt maakt voor zijn bestemming." De huidige leden 3 tot en met 5 worden doorgenummerd en worden derhalve de nieuwe leden 4 tot en met 6. 97
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1, 2, 3, 4. Zie het commentaar bij § 12. Aansprakelijkheid van de aannemer na de oplevering.
Vervallen.
(Poelmann van den Broek 25-12010) b.
indien het werk of enig onderdeel daarvan door schuld van de aannemer, zijn leverancier, zijn onderaannemer of zijn personeel een verborgen gebrek bevat en de aannemer van zodanig verborgen gebrek binnen een redelijke termijn na de ontdekking mededeling is gedaan.
12.3
Een gebrek als bedoeld in het tweede lid onder b is slechts dan als een verborgen gebrek aan te merken, indien het, ondanks nauwlettend toezicht tijdens de uitvoering dan wel bij de opneming van het werk, bedoeld in § 9, tweede lid, door de directie redelijkerwijs niet onderkend had kunnen worden.
1. Par. 12 lid 3 in een tijd dat steeds meer partijen met kwaliteitssystemen en kwaliteitscertificaten werken zou de huidige formulering in UAV van het 'nauwlettend toezicht' ook betrekking kunnen hebben op nauwlettend toezicht door de directie op naleving van de kwaliteitssystemen. Dat kan in redelijkheid niet meer van de directievoerder worden gevraagd(NLIngenieurs 27-11-2009) 2. Een nieuw lid 3 wordt voorgesteld: een gebrek als bedoeld in het tweede lid onder a is slechts dan als een ernstig gebrek aan te merken, indien het de hechtheid van het werk of van een essentieel onderdeel daarvan aantast of in gevaar brengt, hetzij het werk ongeschikt maakt voor zijn bestemming. (Poelman van den Broek 25-12010)
98
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
3. De strekking …ondanks nauwlettend toezicht… redelijkerwijs niet ontdekt hadden kunnen worden…. Veroorzaakt dat gebreken voor rekening opdrachtgever komen , die zonder toezicht voor rekening aannemer zouden zijn. Het heeft mij, in mijn functie van hoofd Kwaliteitszorg van de Rijksgebouwendienst altijd verbaasd, dat, gelet op deze bepaling in de UAV en de vrijwel identieke bepaling in het B.W: Toezicht houden niet het doel heeft om de kwaliteit te borgen maar kennelijk is bedoeld om de aansprakelijkheid van de aannemer te verminderen….Verbeterpunt: Ik onderschrijf de stellingname van Matton in deze en ten aanzien van de termijn van rechtsvordering etc., die hij reeds eerder genoegzaam heeft gepubliceerd.Verbeterpunt: onderschrijf de stellingname van Matton (J. van Kuijen 22-11-2009) 4. Of iets wel of niet een verborgen gebrek is, wordt afhankelijk gesteld van het toezicht. Uitgangspunt moet echter zijn dat de aannemer gewoon conform de overeenkomst dient aan te leggen. De verantwoordelijkheid van de aannemer moet niet afschoven worden op een 99
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
De werkgroep ziet geen reden voor deze van de algemene regel afwijkende termijn.
De rechtsvordering uit hoofde van een gebrek waarvoor de aannemer krachtens het tweede lid aansprakelijk is, is niet ontvankelijk indien zij wordt ingesteld na verloop van: (a) vijf jaren na de in het eerste lid bedoelde dag, of (b) tien jaren na de in
toezichthouder. Wij zien daarom graag dat de huidige bepaling wordt gehandhaafd. (VNG 24-8-2010).
12.4
De rechtsvordering uit hoofde van een verborgen gebrek is niet ontvankelijk, indien zij wordt ingesteld na verloop van vijf jaren na de in het eerste lid bedoelde dag.
De vervaltermijn in lid 4 voor verborgen gebreken zou voor installaties op ten hoogste twee jaren kunnen worden gesteld. Deze beperking zou dan kunnen worden doorbroken indien de aannemer gedurende deze periode na oplevering ook opdracht had voor het periodiek onderhoud.
100
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen het eerste lid bedoelde dag, indien het werk geheel of gedeeltelijk is ingestort of dreigt in te storten dan wel ongeschikt is geraakt of ongeschikt dreigt te geraken voor de bestemming waarvoor het blijkens de overeenkomst bedoeld is en dit slechts kan worden verholpen of kan worden voorkomen door het treffen van zeer kostbare voorzieningen.
12.5
Indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, treedt voor de toepassing van deze paragraaf de dag na het verstrijken van die termijn in de plaats van de in het eerste lid bedoelde dag en wordt onder opneming van het werk verstaan: de opneming genoemd in § 11, zesde lid.
HOOFDSTUK V Wijziging tijdstippen van uitvoering, schorsing beëindiging in onvoltooide staat 101
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
§ 13. Wijziging tijdstippen van uitvoering 13.1
De directie is bevoegd:
Schrappen van de zinsnede “indien in het Dit levert in de praktijk geen bestek een onderhoudstermijn als problemen op en de Werkgroep bedoeld in paragraaf 11, eerste lid, is neemt deze suggestie niet over. voorgeschreven,”.De mogelijkheid van het doorschuiven van schilderwerk en beplantingswerk tot na de oplevering door de directie zou niet afhankelijk moeten zijn van een onderhoudstermijn. In de praktijk wordt dit vaak in het bestek al geregeld met soortgelijke teksten welke anticiperen op paragraaf 1.2 en 8. Het tijdstip van oplevering van het beplantingswerk wordt nader vastgesteld in overleg met de directie Het tijdstip van oplevering van het buitenschilderwerk wordt nader vastgesteld in overleg met de directie. (BNB 23-3-2010)
a.
b.
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
indien in het bestek een onderhoudstermijn als bedoeld in § 11, eerste lid, is voorgeschreven, de uitvoering van ondergeschikte werkzaamheden tot in die onderhoudstermijn te verschuiven; bij meerjarig onderhoud de uitvoering van werken, waartoe de aannemer in een bepaald jaar verplicht is, in een ander jaar binnen de duur van dit onderhoud te verlangen.
102
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
13.2
Indien het voorafgaande aanleiding tot verrekening geeft, wordt daarvoor overeenkomstig het bepaalde in § 36 een regeling getroffen.
§ 14. Schorsing van het werk en beëindiging van het werk
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
Paragraaftitel wijzigen in “Schorsing van het werk en beëindiging van het werk. in onvoltooide staat door de opdrachtgever”. Harmoniseren met artikel 7:764 BW. STABU bepaling 01.02.14.01 toevoegen: „De aannemer moet in overleg met de directie naast de gepaste maatregelen de nodige veiligheidsmaatregelen nemen‟. (BNB 23-3-2010)
De werkgroep heeft overwogen de terminologie aan te passen aan de wettelijke terminologie. Dit zou betekenen dat paragraaf 14 zou gaan over schorsing en opzegging. Dit moet dan echter door de gehele UAV aangepast worden, terwijl er geen materiële wijziging wordt beoogd. De werkgroep besluit geen wijziging aan te brengen in de terminologie.
tekstvoorstellen
in onvoltooide staat 14.1 14.2 14.3 a.
De opdrachtgever is bevoegd de uitvoering van het werk voor het geheel of voor een gedeelte te schorsen. In spoedeisende gevallen is de directie, hangende de beslissing van de opdrachtgever, voorlopig tot zodanige schorsing bevoegd. Gedurende de schorsing is de aannemer verplicht: in overleg met de directie gepaste maatregelen te nemen ter voorkoming en beperking van schade, die aan het werk zou kunnen ontstaan;
103
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
b.
na te laten zowel hetgeen schade aan het werk ten gevolge zou kunnen hebben als hetgeen de latere voortzetting zou kunnen bemoeilijken.
14.4
Voorzieningen, die de aannemer ten gevolge van “worden als meerwerk” wijzigen in de schorsing moet treffen, worden als meer werk “worden als bestekswijziging” (BNB 23met hem verrekend. Schade, die de aannemer ten 3-2010) gevolge van de schorsing lijdt, wordt hem vergoed. Indien de schorsing langer dan één maand duurt, kan de aannemer bovendien vorderen, dat een evenredige betaling voor het uitgevoerde gedeelte van het werk plaats heeft. Daarbij wordt rekening gehouden met de nog niet verwerkte bouwstoffen, voor zover deze in verband met het bepaalde in § 19 eigendom van de opdrachtgever zijn geworden. Nog niet verwerkte voor keuring gereed zijnde bouwstoffen worden op verzoek van de aannemer eerst nog gekeurd. Indien de schorsing van het gehele werk langer duurt dan zes maanden, is de aannemer bevoegd het werk in onvoltooide staat te beëindigen.
14.5
14.6
14.7 14.8
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Commentaar klopt niet. Het is geen bestekswijziging.
De opdrachtgever is bevoegd de aannemer op te dragen het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Wanneer door voor rekening van de opdrachtgever komende omstandigheden de uitvoering van het werk gedurende meer dan twee maanden ononderbroken is vertraagd, is de aannemer bevoegd het werk in onvoltooide staat te beëindigen. 104
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
14.9
In de gevallen bedoeld in het zesde, zevende en achtste lid zal de opdrachtgever zo spoedig mogelijk na de beëindiging het werk overnemen. De aannemer is tot aan de overneming van het werk door de opdrachtgever gehouden de in het derde lid bedoelde verplichtingen na te komen.
14.10
De aannemer heeft alsdan recht op de aannemingssom, vermeerderd met de kosten die hij als gevolg van de nietvoltooiing heeft moeten maken en verminderd met de hem door de beëindiging bespaarde kosten. Aanspraken van de aannemer en de opdrachtgever op hetgeen overigens ter zake van de overeenkomst verschuldigd is blijven onverlet.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
De werkgroep spreekt de behoefte uit om hier actief een opneming (nulmeting) van het werkterrein te regelen als vervolg op de precontractuele aanwijzing in situ. Dit gezien de preventieve werking van de bouwbespreking uit paragraaf 5.1. Een en ander met minimaal als doel de reeds aanwezige schades van terreinen en objecten vast te stellen. Ook kan bij deze opneming dan worden vastgesteld welke obstakels (wegslepen containers, auto‟s, fietswrakken, kabels) er nog verwijderd moeten worden om het werk mogelijk te maken. (BNB 233-2010)
De werkgroep vindt het niet verstandig om tot algemene regel te maken dat er een nulmeting plaats moet vinden. Bovendien is in paragraaf 15.3 al de opneming van het werkterrein voor aanvang van het werk al geregeld.
tekstvoorstellen
HOOFDSTUK VI Werkterrein, reclame § 15. Werkterrein
105
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
15.1
Indien in het bestek oppervlakten van grond of water als werkterrein zijn aangeduid, heeft de aannemer daarover de kosteloze beschikking, zolang de uitvoering van het werk dit nodig maakt. Gebruik van ander terrein of water als werkterrein is voor rekening van de aannemer.
De laatste zin aanvullen met: “Hij vrijwaart alsdan de opdrachtgever en de directie tegen alle vorderingen en aanspraken die ten gevolge van dat gebruik mochten worden ingesteld.” (VNG 24-1-2009)
In algemene zin is deze problematiek ook al geregeld in paragraaf 6.9, maar daar wordt verwijtbaarheid aan de zijde van de aannemer als voorwaarde gesteld. In de laatste zin van paragraaf 15.1 staat eigenlijk al dat het gebruik van ander terrein voor rekening van de aannemer is. Hier kan nog overwogen worden na „voor rekening‟ de woorden „en risico‟ in te voegen. Daarmee wordt echter afgeweken van de veelvuldig in de UAV gebruikte zinsnede „voor rekening van‟. Teun van Reeuwijk kijkt nog even na of de zinsnede „voor rekening van‟ inderdaad vaak voorkomt in de UAV. Advies rapporteur nav de notitie van Teun van Reeuwijk: geen wijzigingen doorvoeren, of indien daartoe wel wordt besloten er conform spraakgebruik voor rekening en risico van maken.
tekstvoorstellen
106
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
15.2
De directie wijst aan, na overleg met de aannemer, welke gedeelten van het werkterrein in gebruik mogen worden genomen als opslagplaatsen en voor de plaatsing van keten, loodsen, hulpwerken en andere hulpmiddelen.
15.3
De aannemer kan vóór de aanvang van het werk schriftelijk vorderen, dat de toestand van het werkterrein zo goed mogelijk wordt vastgesteld, in welk geval de opneming door de directie in samenwerking met en voor rekening van de aannemer ten spoedigste plaats vindt. Indien daarbij afwijkingen ten opzichte van de in het bestek omschreven toestand aan het licht komen, is het bepaalde in § 29, derde lid, van toepassing.
15.4
§ 16. Afsluiting, reclame
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Het woord 'nulmeting' gebruiken. (R. Petersen 9-11-2009)
1. Zie het commentaar bij § 15. Werkterrein.
tekstvoorstellen
2. De zinsnede “De aannemer kan” 2. De werkgroep acht het niet wijzigen in “De aannemer zal” (BNB 23- noodzakelijk om van deze 3-2010) bepaling een dwingende bepaling te maken. Het is aan de aannemer afhankelijk van wat hij opportuun acht om de toestand van het werkterrein te laten opnemen.
Na gebruik en uiterlijk bij de oplevering moet het werkterrein naar genoegen van de directie zoveel mogelijk weder in de oorspronkelijke toestand worden opgeleverd. STABU bepaling 01.02.16.01 toevoegen: Voor het maken van foto's, films of video-opnamen en dergelijke van het werk, het verlenen van medewerking daaraan en het geven van publiciteit inzake het werk, is toestemming van de opdrachtgever noodzakelijk. (BNB 233-2010)
De werkgroep vindt het geen goed idee deze bepaling op te nemen. Verwezen wordt naar de vergadering van 5 februari 2010 waarin dit ook al aan de orde is geweest.
107
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
16.1
Indien de opdrachtgever afsluiting van het werk en “de wijze van afsluiting in het bestek het werkterrein nodig oordeelt, wordt de wijze van omschreven” wijzigen in “wordt de afsluiting in het bestek omschreven. afsluiting in het bestek beschreven” (BNB 23-3-2010) De opdrachtgever heeft het recht om na overleg met de aannemer op schuttingen en afrasteringen, welke dienen ter afsluiting van het werk of het werkterrein, alsmede elders op het werkterrein of aan het werk reclame of andere kennisgevingen aan te brengen. Aan de aannemer is het evenwel toegestaan op een deel van die plaatsen aanduidingen van zijn naam en bedrijf aan te brengen, mits plaats, uiterlijk en afmetingen hiervan door de directie zijn goedgekeurd. Hetzelfde kan door de directie op een door tussenkomst van de aannemer gedaan verzoek aan onderaannemers en leveranciers worden toegestaan.
16.2
16.3
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Ook deze wijziging is niet nodig.
HOOFDSTUK VII Bouwstoffen
108
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 17. Verwerking van bouwstoffen
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. (CROW 30-11-2009) dit hoofdstuk behoeft op bijna alle onderdelen grondige herziening zodat aangesloten wordt bij de gangbare praktijk.
1-4 Over het gebruik van certificaten wordt niets opgenomen. Dit wordt immers ten dele gedekt door hetgeen in het nieuwe lid 2 van deze paragraaf wordt bepaald.
2. Geef het Komo-keur een officiële status: op het moment dat een product met een Komo-keur een afwijking blijkt te hebben, ontstaat er soms een verschil van mening tussen opdrachtgever en architect. De architect zit dan met het probleem, terwijl het Komo-keur nou juist bedoeld is om dit soort problemen te voorkomen. Is het een idee om te bepalen dat producten met Komo-keur (en gelijkwaardige keurmerken) niet goedgekeurd hoeven te worden? (BNA)
tekstvoorstellen
Commentaar van na de expertmeeting: 3. Goedkeuring directie kan vervallen, betekent niet dat bouwstoffen geacht kunnen worden te zijn goedgekeurd. Een gecertificeerd product behoeft geen goedkeuring. (VNG 24-8-2010) 4. BNB 20-8-2010: een regeling over certificering is wenselijk, ondanks aanwezigheid van certificaat kan er sprake zijn van gebreken. Dus niet automatisch goedkeuren indien er een 109
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Blijft ongewijzigd (behoudens de verwijzing naar vervallen paragrafen)
Met inachtneming van § 5, derde en vierde lid, alsmede § 6, zevenentwintigste lid, staat de aannemer in voor de goede hoedanigheid van de bouwstoffen, voor de geschiktheid voor hun bestemming en het voldoen aan de gestelde eisen, alsmede voor de tijdige levering.
certificaat is.
17.1
Met inachtneming van het derde, vierde en vijfde lid van § 5 staat de aannemer in voor de goede hoedanigheid van de bouwstoffen, voor de geschiktheid voor hun bestemming en het voldoen aan de gestelde eisen, alsmede voor de tijdige levering.
110
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
17.2
De aannemer mag geen bouwstoffen verwerken, die niet zijn goedgekeurd.
1. CROW: de goedkeuring van de bouwstoffen voorafgaand aan het verwerken heeft met de introductie van productcertificaten (zoals bijv. KOMO) en van CE-markering een andere invulling gekregen. Ook het toepassen van externe kwaliteitsborging is hierop van invloed. Zie hiervoor de Standard paragraaf 01.14 en Algemeen Besteksbestand RAW teksten onder 01.14 (voor tekst: zie eindnoot 1). Ook in de technische hoofdstukken van de Standaard zijn soortgelijke bepalingen opgenomen, bijv. onder art. 28.14.01.
1. Deze paragraaf wordt gewijzigd in die zin dat de opdrachtgever niet langer verplicht is de bouwstoffen te keuren, maar dat als hij dat wel doet dan zal hij verantwoordelijkheid naar zich toe trekken met betrekking tot tekortkomingen aan de bouwstoffen die hij redelijkerwijs had behoren te onderkennen.
Indien en voor zover in het bestek is bepaald dat bouwstoffen gekeurd moeten worden, mag de aannemer deze niet verwerken voordat deze zijn goedgekeurd.
2. Aangezien er steeds meer parttime toezicht is, kan het voorkomen dat de aannemer bouwstoffen verwerkt die niet officieel goedgekeurd zijn. Het is dan ook niet meer van deze tijd dat vervanging van bouwstoffen, die al zijn verwerkt, voor rekening van de opdrachtgever is. Heeft een bouwstof een gebrek dan dient de aannemer deze voor zijn rekening te vervangen. (R. van der Kroef)
2. Onder de nieuwe tekst is het geen automatisme dat bouwstoffen zonder goedkeuring niet verwerkt mogen worden. Dat moet in het bestek geregeld worden. Dan ligt het in de reden om ook in het bestek te bepalen voor wiens rekening vervanging in deze of gene situatie dient plaats te vinden.
Par. 17 lid 3: schrappen. Het is niet meer van deze tijd dat als hoofdregel geldt dat als gevolg van de keuring de verantwoordelijkheid voor de goedgekeurde bouwstoffen op de
De Werkgroep acht dit geen voorstel passend in een lichte herziening. Bovendien: de uitzondering inzake verborgen gebreken is in combinatie met
17.3
De directie kan verlangen, dat goedgekeurde bouwstoffen ook nadat zij zijn verwerkt alsnog worden vervangen, indien daaraan na de keuring nog gebreken worden geconstateerd. Deze vervanging geschiedt voor rekening van de
De directie kan verlangen, dat goedgekeurde bouwstoffen ook nadat zij zijn verwerkt alsnog 111
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
opdrachtgever en wordt als meer werk verrekend, onverminderd het recht van de aannemer op schadevergoeding, indien daartoe gronden zijn. Indien echter het gebrek een verborgen gebrek was en de aannemer, zijn leverancier, zijn onderaannemer of zijn personeel schuld heeft aan het gebrek, komt deze vervanging voor rekening van de aannemer.
opdrachtgever overgaat. De uitzondering de toerekening in plaats van worden vervangen, voor verborgen gebreken doet daaraan schuld een uitzondering die niet indien daaraan na de niets af. (P. Herber, 1-12-09) te veronachtzamen is. keuring nog gebreken worden geconstateerd. Deze vervanging geschiedt voor rekening van de opdrachtgever en wordt als meer werk verrekend, onverminderd het recht van de aannemer op schadevergoeding, indien daartoe gronden zijn. Indien echter het gebrek redelijkerwijs niet door de directie had kunnen worden onderkend en het gebrek aan de aannemer kan worden toegerekend, komt deze vervanging voor rekening van de aannemer.
17.4
De directie is bevoegd een bewijs van oorsprong van bouwstoffen te verlangen.
17.5
Indien de directie zulks goed vindt, zal de aannemer in plaats van met een fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen andere mogen leveren, mits van overeenkomstige hoedanigheid.
Commentaar werkgroep
1. Meer duidelijkheid scheppen ten 1. Dit is niet in algemene zin te behoeve van het vaststellen van regelen. 'overeenkomstige hoedanigheid' conform ARW 2005. (R. Petersen 9-11-2009)
tekstvoorstellen
Indien de directie zulks goed vindt, zal de aannemer in plaats van met een fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen 112
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
2. De bevoegdheid van de directie in het 5e lid van paragraaf 17 zou ons inziens getoetst moeten worden aan het aanbestedingsrecht. (CROW 30-112009)
2. Bezien vanuit het aanbestedingsrecht kan een bestek afkomstig van een aanbestedende dienst geen verwijzing bevatten naar met naam aangeduide bouwstoffen. Dat laat onverlet dat in andere gevallen dit wel kan, en daarom wordt op dit punt geen wijziging voorgesteld. Bestekschrijvers werkzaam voor aanbestedende diensten zullen hier zelf op bedacht dienen te zijn.
andere mogen leveren, mits van overeenkomstige hoedanigheid. De directie onthoudt de goedkeuring niet op onredelijke gronden.
3.“mits van overeenkomstige hoedanigheid” wijzigen in “mits gelijkwaardig”. (BNB 23-3-2010) 4. “met een fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen” ruim uitleggen conform de oude AB 45 of omdat het hier over “verwerking van bouwstoffen” gaat, een soortgelijke tekst meenemen bij paragraaf 36 welke het in gang zetten van een bestekwijziging door de aannemer, dit om de innovatie te bevorderen, mogelijk maakt. (BNB 233-2010)
3. De werkgroep ziet geen reëel onderscheid tussen beide termen en handhaaft de bestaande terminologie. 4. De UAV kunnen rechtsprekenden niet voorschrijven hoe iets uit te leggen.
5. Er is geen reden de 113
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
5. De behoefte is om de regeling zoals verwoord in paragraaf 17-5 aan te laten sluiten bij de regeling ter zake technische specificaties zoals deze terugkomt in het Bao/ARW 2005, althans in die zin dat de terminologie op elkaar aansluit. (BNB 23-3-2010)
terminologie van de UAV op die van aanbestedingsrechtelijke regelingen af te stemmen, omdat het doel van beide verschillend is, terwijl daarnaast de UAV ook door niet aanbestedingsrechtelijke diensten worden gebruikt.
6. De bepalingen omtrent „met fabrieksnaam aangeduide bouwstoffen‟ pas niet helemaal in de huidige tijdgeest (en Europese Regelgeving). Bepalingen aanpassen zodat „voorkeursfabrikaten‟ (aannemer mag gelijkwaardig alternatief aanbieden) en voorgeschreven bouwstoffen (geen alternatief mogelijk) mogelijk zijn. Uiteraard moet de opdrachtgever wel „goede redenen‟ hebben om voorgeschreven bouwstoffen voor te schrijven (zoals standaardisatie). Bewijslast van gelijkwaardigheid dient bij de aannemer te liggen. (R. van der Kroef 25-112009)
6. Zie het commentaar hiervoor waarin het aanbestedingsrecht aan de orde kwam.
7. Par. 17 lid 5: de voorwaarde dat de directie zulks moet goedvinden is te ruim en m.i. ook in strijd met het mededingingsrecht. (P. Herber 1-1209)
7. Waarom dit in strijd zou zijn met het mededingingsrecht ontgaat de Werkgroep. Zie voorts het tekstvoorstel.
tekstvoorstellen
114
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
§ 18. Keuring van bouwstoffen
18.1
De bouwstoffen worden, voordat zij in het werk worden gebracht, door de directie gekeurd en indien goedgekeurd - zo nodig gemerkt. Door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen worden geacht te zijn goedgekeurd.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Er zijn steeds meer bouwstoffen met kwaliteitscertificaten. De tekst omtrent goedkeuring van bouwstoffen dient hierop aangepast te worden. Niet alle bouwstoffen worden nog visueel goedgekeurd. Ook documentreview van kwaliteitscertificaten behoort tot de mogelijkheden. (R. van der Kroef 2511-2009)
1. Zie het commentaar bij par. 17 algemeen.
2. De vraag is of deze bepaling moet worden geactualiseerd op het punt van certificering. Het is inmiddels immers meer uitzondering dan regel dat de directie „in het werk‟ bouwstoffen inhoudelijk keurt. (BNB 23-3-2010)
2. Zie het tekstvoorstel inzake paragraaf 18 lid 1.
Deze paragraaf eenvoudiger en praktischer maken. Actieve directievoering en dagelijks toezicht zijn niet meer van deze tijd. Praktisch wordt er nagenoeg nooit voldaan aan paragraaf 18 lid 1 en paragraaf 17 lid 2. Veelal is directievoeren vanuit de architect het bijwonen van bouwvergaderingen en esthetische (vorm)controle. Zie ook de
De werkgroep neemt het voorstel van BNB inzake de visuele controle over, omdat hier mee aangesloten wordt bij de praktijk.
tekstvoorstellen
Indien en voor zover in het bestek is bepaald dat bouwstoffen door de directie worden gekeurd, worden deze in geval van goedkeuring zo nodig gemerkt. Door de opdrachtgever ter beschikking gestelde 115
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten opmerkingen elders over nauwlettend toezicht. STABU bepaling 01.02.18.01 toevoegen: Daar waar wordt voorgeschreven dat een bouwstof met een kwaliteitsverklaring afgegeven door een door de Raad voor Accreditatie erkende certificatie instelling moet worden geleverd, moet deze kwaliteitsverklaring bij de uitwendige visuele beoordeling van deze bouwstof worden overgelegd. Deze bouwstoffen worden geacht te zijn goedgekeurd in de zin van paragraaf 18 van de U.A.V. indien het betreffende document aan de directie is afgegeven en de bouwstoffen door de directie op het werk uitwendig visueel zijn beoordeeld en in orde bevonden. Een gebrek dat zich na deze goedkeuring in de bouwstoffen openbaart en dat bij de uitwendige visuele beoordeling redelijkerwijs niet onderkend had kunnen worden, wordt aangemerkt als een verborgen gebrek in de zin van de paragrafen 12 en 17, lid 3 van de U.A.V. (BNB 23-3-2010)
18.2
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen bouwstoffen worden geacht te zijn goedgekeurd. Indien voorgeschreven is dat bouwstoffen moeten worden geleverd met een kwaliteitsverklaring afkomstig van een door de Raad voor de Accreditatie erkende certificatie-instelling, wordt in het kader van de keuring volstaan met een uitwendige visuele beoordeling. De kwaliteitsverklaring wordt door de aannemer ter gelegenheid van de beoordeling door de directie aan haar ter beschikking gesteld.
Ten behoeve van de keuring moeten de monsters en bouwstoffen tijdig op het werk of in de werkplaatsen worden aangevoerd. Zolang de directie zulks nodig oordeelt, blijven door de aannemer ingediende monsters onder haar berusting; zij zijn evenwel voor zijn rekening en 116
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
blijven voor hem toegankelijk.
18.3
18.4 18.5
18.6 a. b. c. d.
De aannemer verleent bij de keuring, alsmede bij het merken van goedgekeurde bouwstoffen, de nodige hulp en stelt daartoe personeel en eenvoudige hulpmiddelen ter beschikking. De aannemer is bevoegd bij de keuring aanwezig te zijn of zich te doen vertegenwoordigen; de directie kan dit van hem verlangen. De directie is bevoegd bouwstoffen door derden te doen onderzoeken; de hieraan verbonden kosten zijn voor rekening van de opdrachtgever, behoudens het bepaalde in het zesde lid, onder d. Voor rekening van de aannemer komen de kosten van: het beschikbaar stellen van de voor de keuring nodige bouwstoffen; het brengen van de bouwstoffen in een voor de keuring geschikte samenstelling en vorm; de emballage en de verzending van elders te keuren bouwstoffen; het in het vijfde lid bedoelde onderzoek, indien dit tot afkeuring leidt, tenzij het een bouwstof betreft, in het bestek aangeduid met een fabrieksnaam, of waarvan de leverancier door of namens de opdrachtgever is aangewezen; 117
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
e.
de in het twaalfde lid bedoelde herkeuring, indien de deskundige de afkeuring handhaaft.
18.7
De in het vorige lid bedoelde kosten worden zo nodig overeenkomstig § 42, zesde lid, verrekend.
18.8
De keuring geschiedt - ter keuze van de directie op het werk, in de middelen van vervoer of elders, zo spoedig mogelijk na aanvoer of gereedkoming. Indien, ondanks een door de directie ontvangen schriftelijk verzoek van de aannemer om bouwstoffen te keuren, uiterlijk op een in dat verzoek vermeld redelijk tijdstip de schriftelijke mededeling van de uitslag van de keuring niet door de aannemer is ontvangen, worden die bouwstoffen geacht te zijn goedgekeurd. Onder een schriftelijk verzoek en onder een mededeling als in dit lid bedoeld wordt mede verstaan een aantekening in het dagboek of weekrapport, bedoeld in § 27. Verzoekt de aannemer om keuring op een andere plaats dan door de directie is voorgeschreven, dan wordt dat niet geweigerd, indien toestaan niet in strijd is met de belangen van een goede hoedanigheid van het werk en van doeltreffende controle en mits de aannemer de hogere kosten ervan voor zijn rekening neemt. Waardevermindering en verlies van voor de keuring gebezigde bouwstoffen worden aan de aannemer niet vergoed. Ingeval van afkeuring van bouwstoffen kan zowel de directie als de aannemer vorderen, dat een in onderlinge overeenstemming getrokken monster
18.9
18.10 18.11
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
118
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
18.12
18.13
§ 19. Eigendom van bouwstoffen
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Suggestie: installateur loopt risico op geen betaling voor reeds verwerkte onderdelen, onder meer in verband met zaaksvermenging; mogelijke oplossing: bepaling verduidelijken op het punt dat overgang van (juridische) eigendom bij voldoening volledige betaling van het betreffende onderdeel plaatsvindt. (UNETO 22-12010)
1. Indien in een concreet geval uit het goederenrecht volgt dat zaaksvermenging optreedt, kan dat niet door middel van een contractsbepaling worden voorkomen. Het probleem is eigenlijk dat er pas betaald wordt (of niet) nadat zaaksvermenging is opgetreden. Dit heeft onder meer te maken met lange betalingstermijnen als gevolg van afwijken van de termijn van 4 weken die in de UAV wordt genoemd. Een oplossing zou dus kunnen zijn het
tekstvoorstellen
uit die bouwstoffen tot na de beslechting van het uit die afkeuring mogelijk voortvloeiend geschil wordt bewaard. Deze monsters worden door beiden gewaarmerkt. De bewaring geschiedt op een in onderlinge overeenstemming te bepalen plaats. De aannemer heeft de bevoegdheid om ingeval van afkeuring van bouwstoffen herkeuring aan te vragen door een in overeenstemming met de opdrachtgever aan te wijzen deskundige, aan wiens uitspraak partijen ook in een later geschil gebonden zijn. Afgekeurde bouwstoffen worden zo spoedig mogelijk afgezonderd en van het werk verwijderd, ook indien zij reeds mochten zijn verwerkt.
119
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
aanpassen van betalingsschema‟s. Dit is echter niet goed in algemene zin in de UAV te regelen om dat het afgestemd moet worden op de feitelijke omstandigheden. 2. STABU bepaling 01.02.19.01 toevoegen: Het bepaalde in paragraaf 19, lid 3 van de U.A.V. is niet van toepassing op de door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen. (BNB 23-3-2010) 19.1
19.2
2. zie het commentaar bij paragraaf 19 lid 3.
Alle voor het werk bestemde bouwstoffen worden - zonder dat de opdrachtgever daardoor aansprakelijk wordt voor betalingen aan leveranciers of andere rechthebbenden - eigendom van de opdrachtgever, zodra zij zijn goedgekeurd en de aannemer door overlegging van (een) verklaring(en) volgens het bij de U.A.V. behorende formulier B heeft aangetoond, dat de leveranciers en eventuele andere rechthebbenden afstand doen van alle aanspraken op die bouwstoffen ten behoeve van de opdrachtgever. Geen overdracht van eigendom aan de 1. Het is verstandig om bepalingen op te 1. Deze bepaling gaat daar niet opdrachtgever als bedoeld in het eerste lid wordt nemen omtrent door de aannemer in over. geacht te hebben plaats gevonden: rekening te brengen „aannemersvergoeding‟. Daarbij onderscheid maken tussen directe kosten en indirecte kosten. Het moet duidelijk maken van „redelijk‟ is. (Stichting STABU) 120
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
a. b.
19.3
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
2. Het vervangen van de fictiebepaling door een ontbindende voorwaarde wordt ten zeerste onderschreven. (CROW 3011-2009)
2. Het commentaar CROW wordt overgenomen door de werkgroep. De rapporteur schreef een notitie over de goederenrechtelijke kant van deze bepaling. De conclusie is om niettegenstaande de terechte kritiek de bepaling toch te handhaven. De bepaling kan op instemming in de praktijk rekenen en lijkt geen aanleiding tot problemen te geven.
tekstvoorstellen
indien een schuldeiser van de opdrachtgever beslag legt op de in het eerste lid bedoelde bouwstoffen; indien de opdrachtgever failliet wordt verklaard of hem surséance van betaling wordt verleend en het werk door de curator dan wel door de opdrachtgever en diens bewindvoerders niet wordt voortgezet. Het in dit lid bepaalde lijdt nochtans uitzondering met betrekking tot die bouwstoffen, welke de opdrachtgever aan de aannemer heeft betaald. Na voltooiing van het werk overgebleven bouwstoffen worden aan de aannemer teruggegeven en als niet geleverd beschouwd, behoudens toepassing van § 36, achtste lid.
§ 20. Zorg voor bouwstoffen 121
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
20
De aannemer draagt zorg voor de goedgekeurde en de door de opdrachtgever ter beschikking gestelde bouwstoffen, alsmede voor de uit het werk komende bouwstoffen. Verlies, vermissing of beschadiging van deze bouwstoffen is voor zijn rekening, behoudens het bepaalde in § 44.
§ 21. Oude bouwstoffen
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Paragraaftitel wijzigen in “Oude bouwstoffen; voorzien en onvoorzien”. STABU bepaling 01.02.21.01 toevoegen: Voor zover niet anders in dit bestek is vermeld, zijn de uit het werk komende oude bouwstoffen niet van waarde voor de opdrachtgever. (BNB 23-3-2010)
1. De paragraaf titel wordt niet gewijzigd.
tekstvoorstellen
2. De Wet Milieubeheer heeft invloed 2. De UAV term is ingeburgerd. op de invullingen van par. 21. In de RAW systematiek is de term „oude bouwstoffen‟ vervangen door „vrijgekomen materialen‟. (CROW 30-11-2009)
122
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
21.1
De uit het werk komende oude bouwstoffen blijven 01.02.29 De bepaling betreffende eigendom van de opdrachtgever, tenzij de directie schadelijke voorwerpen en stoffen: verklaart, dat zij voor de opdrachtgever niet van waarde zijn. 01.02.21 De bepalingen betreffende oude bouwstoffen: - Voorzover niet anders in dit bestek is vermeld, zijn de uit het werk komende oude bouwstoffen niet van waarde voor de opdrachtgever.
Paragraaf 21.1 is hierboven bij § 21. Oude bouwstoffen besproken.
Tenzij het bestek anders bepaalt, blijven de uit het werk komende oude bouwstoffen eigendom van de opdrachtgever.
21.2
De voor de opdrachtgever niet van waarde verklaarde oude bouwstoffen worden eigendom van de aannemer en moeten worden weggevoerd; de directie kan verlangen, dat zulks geschiedt binnen door haar te bepalen termijnen en tot een afstand van tenminste 200 m van het werk.
Paragraaf 21.2 is hierboven bij § 21. Oude bouwstoffen besproken.
(Vervallen).
21.3
De aan de opdrachtgever verblijvende oude bouwstoffen worden behoorlijk gesorteerd - het hout bovendien spijkerschoon gemaakt - en opgeborgen op door de directie aan te wijzen plaatsen niet verder dan 200 m van het werk verwijderd. De aannemer is niet verantwoordelijk voor de hoedanigheid van uit het werk komende bouwstoffen, voorzover achteruitgang van die hoedanigheid niet aan hem is te wijten.
21.4
Commentaar van buiten
wanneer bij de uitvoering van het werk voorwerpen of stoffen worden aangetroffen waarvan de aanwezigheid niet in dit bestek is vermeld en waarvan redelijkerwijs geacht kan worden dat deze schade kunnen toebrengen aan personen, goederen of het milieu brengt de aannemer dit onmiddellijk ter kennis van de directie. Hij neemt terstond, zo mogelijk in overleg met de directie, de door de omstandigheden vereiste veiligheidsmaatregelen.
(Vervallen).
De aannemer is niet verantwoordelijk voor de hoedanigheid van uit het werk komende bouwstoffen, voor zover achteruitgang van die 123
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen hoedanigheid niet aan hem is toe te rekenen.
§ 22. Garantie voor een onderdeel
1. Bepalingen omtrent garanties geheel wijzigen. Past niet meer in de huidige tijdgeest waarin productaansprakelijkheid en kwaliteitsborging een steeds grotere rol is gaan spelen. Garantie moet verleend worden op alle gebreken (zonder beperkende voorwaarden) en bewijslast dat de schade niet de schuld is van de leverancier dient bij de aannemer te liggen. (R. van der Kroef 25-112009)
1-4. Zie het commentaar bij lid 2.
2. Het begrip garantie uit de UAV 1989 is in de diverse sectoren verschillend uitgewerkt. In het kader van een lichte herziening, dient een herziene regeling hierop te zijn afgestemd (alleen voorzien in datgene wat herkend wordt in de algemene dagelijkse praktijk). Ter informatie: CROW heeft dit onderdeel uitgewerkt in paragraaf 01.15 'Garantie' in de Standaard RAW Bepalingen. (CROW 30-11-2009) 3. Ten aanzien van dit onderwerp ben ik van mening dat dit nadrukkelijker gerelateerd en in overeenstemming moet worden gebracht met de bepalingen van 124
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
paragraaf 11, met inachtneming van de opmerkingen die ik eerder daaromtrent maakte. (Kropman 4-1-2010) 4. De werkgroep vraagt zich af of de bewijslastverdeling van paragraaf 22-2 UAV 1989 nog wel van deze tijd is. In beginsel impliceert een garantie dat de garant voor de kwaliteit van het door hem geleverde werk of voor de door hem geleverde bouwstoffen instaat en dat de bewijslast op hem rust als dat niet het geval is. Vast staat dat de huidige regeling in de UAV 1989 hiervan afwijkt en de vraag is of dit juist is. (BNB 23-32010)
22.1
Het bepaalde in deze paragraaf is van toepassing, tenzij het bestek anders bepaalt.
De vraag is of dit lid een overbodige herhaling is van paragraaf 2 lid 1 of niet. Het is destijds in de UAV opgenomen omdat het van belang was voor de vraag of er sprake was van een standaardbestek of niet, hetgeen weer van belang was voor de rekenvergoeding. Bovendien was het een signaal aan de opdrachtgever of deze niet van de bepaling af moest 125
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
22.2
Tekst
Indien in het bestek is vermeld dat één of meer onderdelen van het werk moeten worden gegarandeerd, zal de garantie inhouden dat de garant zich verbindt om voor zijn rekening alle tijdens de garantieperiode optredende gebreken, waarvan de opdrachtgever aannemelijk maakt dat die met grote mate van waarschijnlijkheid moeten worden toegeschreven aan minder goede hoedanigheid of gebrekkige uitvoering, op eerste aanzegging van de opdrachtgever zo spoedig mogelijk te herstellen.
Commentaar van buiten
1. Deze bewijslast blijkt voor veel opdrachtgevers branchevreemd en daardoor te zwaar. Verbeterpunt: Bewijslast bij (ter zake kundige) garant om aan te tonen dat: het gebrek niet kan worden toegeschreven aan minder goede hoedanigheid of gebrekkige uitvoering… maar wordt veroorzaakt door onjuist gebruik/slecht onderhoud door de opdrachtgever. (J.van Kuijen 23-11-2009) 2. De gehele bepaling wijzigen in: „Indien in het bestek is vermeld dat één of meer onderdelen van het werk moeten worden gegarandeerd, zal de garantie inhouden dat de garant zich verbindt om voor zijn rekening alle tijdens de garantieperiode optredende gebreken op eerste aanzegging van de opdrachtgever of diens rechtsopvolger(s) zo spoedig mogelijk te herstellen, tenzij de garant aantoont dat de gebreken niet voor zijn risico komen‟. (BNB 23-3-
Commentaar werkgroep wijken en dat afwijken mogelijk is zonder gevolgen voor het UPR. Een andere overweging is dat schrappen vragen zou kunnen opwerpen over andere paragrafen. De werkgroep besluit om dit lid te laten staan. 1, 2, 3. Deze omkering van de bewijslast gaat te ver voor een lichte herziening. Voorts wordt overwogen dat het voor aannemers moeilijk is te bewijzen dat een omstandigheid voor rekening van de opdrachtgever komt, omdat deze controle over de zaken heeft.
tekstvoorstellen
Indien in het bestek is vermeld dat één of meer onderdelen van het werk moeten worden gegarandeerd, zal de aannemer op eerste aanzegging van de opdrachtgever zo spoedig mogelijk de tijdens de garantieperiode optredende gebreken voor zijn rekening herstellen. Gebreken in de zin van deze bepaling zijn gebreken, waarvan de opdrachtgever aannemelijk maakt dat die met grote mate van waarschijnlijkheid moeten worden toegeschreven aan een omstandigheid, die aan de aannemer op grond van de U.A.V. kan 126
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten 2010)
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen worden toegerekend.
3. De bewijslast ligt in eerste instantie bij de opdrachtgever. het wettelijk systeem van garanties gaat echter uit van een bewijslast die ligt bij de aannemer. derhalve zou een mogelijke aanpassing zijn: lid 2.... gebreken, waarvan de opdrachtgever stelt dat die met grote mate van waarschijnlijkheid..... 2.In de praktijk wordt door de aannemer vaak geen schriftelijk bewijs van garantie afgegeven. Het verdient aanbeveling om dat in dit lid te ondervangen door de toevoeging: het gemis van een schriftelijk bewijs van garantie ontslaat de aannemer niet van de garantieverplichtingen volgens het bestek. (RvA 30-11-2009) 22.3
Indien in het bestek is vermeld dat een onderdeel van het werk door een onderaannemer of een leverancier moet worden gegarandeerd, draagt de aannemer zorg voor het verstrekken van de garantie door de onderaannemer of leverancier aan de opdrachtgever. Indien deze garantie niet door de onderaannemer of leverancier wordt verstrekt, wordt een dienovereenkomstige garantie door de aannemer verstrekt.
127
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
22.4
Een op grond van deze paragraaf overeengekomen garantie geldt vanaf het gereedkomen of de levering van het gegarandeerde onderdeel gedurende de in het bestek genoemde periode.
Variant van STABU bepaling 01.02.22.01 toevoegen: Voor de onderdelen wordt een garantie verlangd die moet gelden vanaf het gereedkomen van het onderdeel tot aan de oplevering van het werk en in aansluiting daarop gedurende de vermelde periode (BNB 23-3-2010)
De werkgroep is van mening dat de STABU variant zich niet leent voor opname in de algemene regeling die de UAV is. In het bestek zal toch opgenomen moeten worden hoe lang de garantie loopt.
1. Verbeterpunt: Het gestelde in deze bepaling actualiseren ,( …stalen ramen, tras,…) etc, en veralgemeniseren Bijv. …Alle bouwstoffen, voor zover niet bestemd voor verwerking in de grond of in waterbouwkundige werken zodanig opslaan dat hun vorm uiterlijk en samenstelling behouden blijven en zij geen nadelige invloed van zon, regen of optrekkend vocht kunnen ondervinden… Dat zelfde met betrekking tot afsluitbaar en diefstal beveiligd opslaan. Voorzieningen voor het directieverblijf (andere naam voor bedenken indien Directie §3 wordt geschrapt) uibreiden met internetaansluiting etc. (J. van Kuijen 23-11-2009)
1-4: De Werkgroep is het eens met CROW. Naar aanleiding van de VNG is echter besloten dit onderwerp summier te regelen opdat de bestekschrijver zich er van bewust is, dat dit mogelijk wel aandacht verdient in het bestek. Zie het tekstvoorstel.
tekstvoorstellen
HOOFDSTUK VIII Hulpmiddelen § 23. Loodsen en andere hulpmiddelen
2. Bepalingen omtrent directieverblijf zijn niet meer van deze tijd. Geheel weglaten.Het is beter dit in het bestek te regelen. (R. van der Kroef 25-112009) 128
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
3. De inhoud van deze paragraaf is inderdaad achterhaald en kan komen te vervallen. (CROW 30-11-2009) 4. Deze paragraaf zou meer rekening kunnen houden met de hedendaagse (technische) voorzieningen die deze tijd vereist en de terminologie die daarbij hoort. Inmiddels is er wel iets meer op de markt dan uitsluitend een “telefooninstallatie”. (BNB 23-3-2010)
23.1
Hout en timmerwerken, voor zover niet bestemd voor verwerking in de grond of in waterbouwkundige werken, board, stalen ramen en dergelijke worden zodanig opgeslagen, zo nodig in van waterdichte daken voorziene loodsen, dat hun vorm, uiterlijk en samenstelling behouden blijven en zij geen invloed van zon, regen of optrekkend vocht kunnen ondervinden. Dezelfde eisen gelden voor wandtegels, kalk, tras, cement, gips, hang- en sluitwerk, non-ferrometalen, sanitair, verven, behangsel en dergelijke; de voor deze bouwstoffen bestemde loodsen moeten van waterdichte wanden voorzien en afsluitbaar zijn. Voorts moeten de loodsen zo zijn ingedeeld en verlicht, dat de sortering en bewerking van de in
Dit lid sterk actualiseren dan wel veralgemeniseren. Kalk blussen op de bouwplaats is niet meer van deze tijd. (BNB 23-3-2010) Commentaar van na de expertmeeting:
Zie het tekstvoorstel.
De verplichtingen van de aannemer met betrekking tot het ter beschikking stellen en onderhouden van loodsen en andere hulpmiddelen worden in het bestek omschreven.
VNG (24-8-2010): niet schrappen.
129
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
dit lid bedoelde bouwstoffen er tevens behoorlijk in kunnen geschieden.
23.2
Indien de beschikbaarstelling van een directieverblijf in het bestek is beschreven, stelt de aannemer dit binnen tien werkdagen na de aanvang van het werk ter beschikking van de directie. Het moet bereikbaar zijn over een goed begaanbaar toegangspad. Het verblijf moet bestaan uit de in het bestek te beschrijven tenminste 2,30 m hoge vertrekken, bij gebreke van welke beschrijving een vertrek met een vloeroppervlakte van ongeveer 12 m2 moet worden gemaakt, voorts uit een spoelruimte, een tochtportaal, een closetruimte en afsluitbare kasten. Het moet in- en uitwendig een goed voorkomen hebben, worden samengesteld uit een waterdicht dubbel schotwerk voor de buitenwanden en voor de plafond-dakconstructie en worden voorzien van de nodige vensters, een
1. De in dit lid genoemde hoogte van 1, 2. De regeling is niet van 2,30 m van de vertrekken geldt niet voor een niveau passend in de UAV. kantoorwagens, daarvoor is een hoogte van 2,20 m voldoende. Beter zou zijn het verblijf niet zo uitgebreid te beschrijven in de UAV, maar dit in het bestek/werkbeschrijving te vermelden. (VNG 24-1-2009)
Vervallen.
2. Vrije hoogte aanpassen van 2.30 m naar een meer hedendaagse hoogte. Tekst geheel aanpassen aan de actualiteit en wet- en regelgeving (tekenbord!?), computer, internet (ICT) etc. Denk ook aan zaken als flip-over, serviesgoed, luiken of andere inbraakwerende voorzieningen, 130
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
wasbak en closetinrichting, voorts van gordijnen, tekentafel met afsluitbare laden, tekenbord, tafel, stoelen, kapstok, handdoeken, zeep en dergelijke. Indien het aanbrengen van een telefooninstallatie ten dienst van de directie in het bestek wordt voorgeschreven, staat deze, zonder tussenverbinding, uitsluitend te harer beschikking; de kosten van de gesprekken zijn voor rekening van de opdrachtgever. De aannemer zorgt voor schoonhouden, verwarming en verlichting en voor verstrekking van drinkwater, koffie en thee.
ophangvoorziening voor tekeningen etc. Onder andere de zinsnede: “Indien het aanbrengen van een telefooninstallatie ten dienst van de directie in het bestek wordt voorgeschreven, staat deze, zonder tussenverbinding, uitsluitend te harer beschikking; de kosten van de gesprekken zijn voor rekening van de opdrachtgever. De aannemer zorgt voor schoonhouden, verwarming en verlichting en voor verstrekking van drinkwater, koffie en thee.” Wijzigen in: “Het aanbrengen van een communicatie-installatie in de vorm van telefoon, internet en dergelijke is ten dienste van de directie voorgeschreven; de kosten hiervan zijn voor rekening van de aannemer, tenzij het bestek anders bepaalt. De aannemer zorgt voor schoonhouden, verwarming, koeling en verlichting en voor verstrekking van drinkwater, koffie en thee en dergelijke.” (BNB 23-3-2010)
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
131
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
23.3
Alle loodsen, keten, directieverblijven, afsluitingen, hulpwegen, steigers, werktuigen, gereedschappen en andere hulpmiddelen voor de uitvoering worden, zolang zij voor het werk nodig zijn, door de aannemer in goede staat onderhouden. Zij worden, zodra zij niet meer nodig zijn, binnen een door de directie te bepalen termijn en in elk geval vóór de oplevering van het werk, of, indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, vóór het einde daarvan, verwijderd.
1. Wat is “in goede staat houden”? 1, 2. De regeling is niet van Toevoegen dat onder in goede staat een niveau passend in de UAV. houden ook wordt verstaan het voorkomen en binnen 24 uur verwijderen van graffiti. (VNG 24-1-2009)
§ 24. Hulpmiddelen van de opdrachtgever
24.2
tekstvoorstellen Vervallen.
2. Bepalingen omtrent directieverblijf zijn niet meer van deze tijd. Geheel weglaten. Het is beter dit in het bestek te regelen. (R. van der Kroef) 1. Deze paragraaf heeft wel degelijk nog 1. De werkgroep onderschrijft betekenis in algemene voorwaarden. Het commentaar van CROW. is wenselijk dat partijen elkaar contractueel aan kunnen spreken op het gebruik van hulpmiddelen van de opdrachtgever. Mogelijk wordt dit afgedekt door § 6 lid 8; overwogen kan worden § 6 uit te breiden. (CROW 3011-2009) 2. Niet schrappen. (VNG 24-8-2010)
24.1
Commentaar werkgroep
2. De bepaling wordt niet geschrapt.
Indien aan de aannemer het gebruik van gebouwen, terreinen en hulpmiddelen van de opdrachtgever is opgedragen of vergund, komen het onderhoud en het herstel, zolang het gebruik duurt, voor rekening van de aannemer. Ingeval van verloren gaan door het in het eerste lid bedoelde gebruik, is hij verplicht tot vergoeding van de schade.
132
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
24.3
Zodra het in gebruik genomene voor de uitvoering van het werk niet meer nodig is, stelt de aannemer het, zoveel doenlijk in gelijke staat als hij het heeft ontvangen, weer ter beschikking van de opdrachtgever en bergt de hulpmiddelen op door of namens hem aan te wijzen plaatsen op.
§ 25. Gezonken materieel
25.1
25.2
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
De werkgroep is van oordeel dat deze bepaling geschrapt kan worden. De expertmeeting reageerde hierop instemmend. Naar aanleiding van de reactie VNG heeft de werkgroep besloten dit tijdens de tweede expertmeeting nogmaals ter sprake te brengen. Uiteindelijk is besloten par. 25 toch te handhaven. Indien ten behoeve van het werk in gebruik zijnde hulpmiddelen, zoals vaartuigen en werktuigen, dan wel voor het werk bestemde bouwstoffen gezonken zijn in wateren, welke bij de opdrachtgever in eigendom of beheer zijn, is de aannemer verplicht ze met inbegrip van lading en toebehoren te lichten en te verwijderen. Hij is in de gevallen, bedoeld in het eerste lid, verplicht dadelijk de vereiste aanduiding en verlichting aan te brengen, zo spoedig mogelijk de eerste maatregelen tot lichting, zoals het onderdoor brengen van kettingen, te nemen en de lichting in zo kort mogelijke tijd te voltooien.
133
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
25.3
De in de voorgaande leden bedoelde werkzaamheden geschieden op kosten van de aannemer, tenzij het in het eerste lid bedoelde zinken is veroorzaakt door een omstandigheid die voor rekening van de opdrachtgever komt.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Verbeterpunt: De genoemde termijnen, …vijftiende werkdag na… (= 3 kalenderweken!) en de tiende werkdag nadat… (=2 kalenderweken!) Bekorten en in relatie brengen met aard, omvang en moeilijkheidsgraad van het Werk. Probleem: De bepaling: …Het algemene tijdschema geldt als een leidraad voor de aannemer…en verzwaart …zijn verplichtingen niet… Ondergraaft het belang en de betekenis ervan. (J. van Kuijen 23-11-2009)
1. Met 5 werkdagen is juist geen kalenderweek bedoeld. Als het bijvoorbeeld Pasen is, kent de kalenderweek minder dan 5 werkdagen.
tekstvoorstellen
HOOFDSTUK IX Uitvoering § 26. Algemeen tijdschema, werkplan
In de UAV is er bewust voor gekozen om het tijdschema geen bindend maar een leidraadkarakter te geven. Dit werkt twee kanten op. Aan de ene kant is het niet bindend voor de opdrachtgever wanneer er data zijn genoemd waarop de opdrachtgever zaken moet leveren. Aan de andere kant verzwaart het tijdschema ook niet de verplichtingen van de aannemer. Indien er bijvoorbeeld volgens het tijdschema eerder kan worden opgeleverd dan kan de opdrachtgever daaraan geen rechten ontlenen. 134
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
2. Bij huidige complexe werken met meerdere aannemer op het werk wordt er steeds meer gewerkt met één integrale planning. Bij het plannen van de activiteiten dient door de aannemer dan ook rekening gehouden worden met op het werk aanwezige derden. (R. van der Kroef 25-11-2009)
2. Bij nevenaanneming is het coördinatieprobleem in beginsel het probleem van de opdrachtgever.
3. Toevoegen: verrekening als meerwerk indien 'meer van de aannemer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd' of als § 38.3 bijvoorbeeld. (R. Petersen 9-112009)
3. Dit ziet op paragraaf 26 lid 7. Daarin staat al de formulering „indien meer van de aannemer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd'.
tekstvoorstellen
De werkgroep onderschrijft de conclusie van de notitie m.b.t. deze bepaling inhoudende dat een wijziging niet nodig is.
135
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
26.1
Indien zulks in de overeenkomst is voorgeschreven of na de opdracht door de directie wordt verlangd, stelt de aannemer zo spoedig mogelijk een aan de aard van het werk aangepast algemeen tijdschema op. In dit algemene tijdschema wordt duidelijk aangegeven op welke wijze, in welke volgorde, met welk materieel en met welke hulpmiddelen de aannemer voornemens is het werk en zijn onderdelen uit te voeren alsmede welke tijdsduur hij voor elk onderdeel nodig acht. Tevens wordt daarin aangegeven op welke tijdstippen de aannemer ten behoeve van de voortgang van het werk en de volgorde van de onderdelen ervan zal dienen te beschikken over datgene waarvoor de opdrachtgever of de directie volgens de overeenkomst dient te zorgen. Het algemene tijdschema dient te voldoen aan de eisen, die ten aanzien van de uitvoering van het werk in de overeenkomst zijn gesteld, en wordt door de aannemer van een behoorlijke toelichting voorzien.
1. De openingszin “Indien zulks in de overeenkomst is voorgeschreven of na de opdracht door de directie wordt verlangd, stelt de aannemer zo spoedig mogelijk een aan de aard van het werk aangepast algemeen tijdschema op.” wijzigen in “De aannemer stelt zo spoedig mogelijk na opdrachtverlening een aan de aard van het werk aangepast algemeen tijdschema op tenzij in het bestek anders is bepaalt.” Het hiervoor genoemde is een variant op STABU bepaling 01.02.26.01 welke eigenlijk in 99% van de bestekken wordt meegenomen.
1. Omdat het in de praktijk altijd gevraagd wordt, is besloten om een verplichting op te nemen. Dit leidt naar verwachting niet tot nieuwe aansprakelijkheden. Zowel opdrachtgever als aannemer hebben belang bij het tijdschema. De opdrachtgever heeft enige zekerheid of geruststelling dat de planning gehaald kan worden. De aannemer heeft meer zekerheid over wanneer hij iets van de opdrachtgever kan verwachten.
2. In dit lid “de overeenkomst” wijzigen in “het bestek”. (BNB 23-3-2010)
2. Al eerder afgewezen.
3. De bepaling ook uitbreiden met de zinsnede “Indien verschillende werken in elkander grijpen dienen deze werkzaamheden te worden opgenomen en ingepast.” (BNB 23-3-2010)
3. De coördinatie kan de aannemer niet regelen bij nevenaanneming.
4. Variant van STABU bepaling 01.02.26.03 toevoegen: Indien deze in het bestek is opgenomen baseert de aannemer het algemeen tijdschema op het namens de opdrachtgever opgestelde tijdschema. (BNB 23-32010)
4. Dit hoeft niet in de UAV. De opdrachtgever kan het in het bestek zetten als hij dat wil. Het zou bovendien ook gek zijn als de aannemer zich niet op het tijdschema van opdrachtgever zou baseren.
De aannemer stelt zo spoedig mogelijk een op de aard van het werk afgestemd algemeen tijdschema op. In dit algemene tijdschema wordt duidelijk aangegeven op welke wijze, in welke volgorde, met welk materieel en met welke hulpmiddelen de aannemer voornemens is het werk en zijn onderdelen uit te voeren alsmede welke tijdsduur hij voor elk onderdeel nodig acht. Tevens wordt daarin aangegeven op welke tijdstippen de aannemer ten behoeve van de voortgang van het werk en de volgorde van de onderdelen ervan over datgene waarvoor de opdrachtgever of de directie volgens de overeenkomst dient te zorgen. Het algemene tijdschema dient te voldoen aan de eisen, die ten aanzien van de 136
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
5. Toevoegen: verrekening als meerwerk 5. Dit is al geregeld in par. 26 indien 'meer van de aannemer wordt lid 7. verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd' of als §38.3 bijvoorbeeld. (R. Petersen 9-112009)
26.2
tekstvoorstellen uitvoering van het werk in de overeenkomst zijn gesteld, en wordt door de aannemer van een behoorlijke toelichting voorzien.
De aannemer legt het algemene tijdschema, gedateerd en ondertekend, in tweevoud aan de directie ter goedkeuring over, uiterlijk op de vijftiende werkdag na de dag waarop hem het werk is opgedragen onderscheidenlijk de directie om een algemeen tijdschema heeft verzocht.
137
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
26.3
De directie beslist zo spoedig mogelijk omtrent de “de overeenkomst” wijzigen in “het goedkeuring van het algemene tijdschema en bestek” (BNB 23-3-2010) deelt haar beslissing, in elk geval uiterlijk op de tiende werkdag, nadat zij het heeft ontvangen, schriftelijk aan de aannemer mede. De goedkeuring wordt slechts aan het algemene tijdschema onthouden, indien uit de inhoud daarvan blijkt, dat niet aan de uit de overeenkomst voortvloeiende eisen wordt voldaan. Ingeval van goedkeuring worden de beide exemplaren van het algemene tijdschema ook door de directie gedateerd en ondertekend, waarna een van de exemplaren aan de aannemer wordt toegezonden. Ingeval het algemene tijdschema niet wordt goedgekeurd, wordt de aannemer met de redenen hiervan schriftelijk in kennis gesteld. De aannemer legt in dat geval zo spoedig mogelijk, doch binnen tien werkdagen, een nieuw algemeen tijdschema, waarbij met de bezwaren van de directie rekening is gehouden, ter goedkeuring aan de directie over. Ten aanzien van de beslissing op het nieuwe algemene tijdschema is het derde lid van overeenkomstige toepassing. Het algemene tijdschema geldt als een leidraad “de overeenkomst” wijzigen in “het voor de aannemer en verzwaart de voor hem uit bestek” (BNB 23-3-2010) de overeenkomst voortvloeiende verplichtingen niet. De goedkeuring door de directie van het algemene tijdschema en daarin onder haar goedkeuring aangebrachte wijzigingen ontheffen de aannemer niet van zijn verplichtingen om het werk naar de uit de overeenkomst voortvloeiende
26.4
26.5
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Zie hierboven.
Zie hierboven.
138
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1.“de overeenkomst” wijzigen in “het bestek” (BNB 23-3-2010)
Zie hierboven.
tekstvoorstellen
eisen uit te voeren en tijdig te voltooien. 26.6
26.7
Indien van de aannemer wordt verlangd, dat hij in plaats van of naast het in deze paragraaf bedoelde algemene tijdschema een gedetailleerd werkplan aan de directie overlegt, wordt zulks, onder vermelding van de aan dit werkplan te stellen eisen, in de overeenkomst vermeld. Voor zover de overeenkomst niet anders vermeldt, is het bepaalde in het eerste tot en met het vijfde lid alsdan van overeenkomstige toepassing. Wijzigingen door de directie in het goedgekeurde algemene tijdschema of gedetailleerde werkplan aangebracht geven de aannemer aanspraak op bijbetaling, indien van hem meer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd.
2. Naar verwachting leidt een verplichting in lid 1 niet tot problemen voor lid 6. Dit moet nog even bekeken worden.
Artikel kan problemen geven, wanneer tijdschema, waarbij de werkzaamheden ruimschoots voor de opleverdatum zijn voltooid, wordt goedgekeurd, en vervolgens meerwerk wordt opgedragen, welke werkzaamheden voor de opleverdatum uitgevoerd kunnen worden. Artikel kan worden uitgelegd dat bijbetaling dient plaats te hebben. (VNG 24-1-2009)
De VNG wijst op de situatie waarin een aannemer zowel op meerwerk als op bijbetaling aanspraak zou willen maken. De werkgroep is van oordeel dat dit ondervangen wordt door de zinsnede “indien van hem meer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd.”
Commentaar van na de expertmeeting: BNB 20-8-2010: bijbetaling vervangen door vergoeding; schadevergoeding vervangen door vergoeding van schade; aannemersvergoeding vervangen door vergoeding voor de aannemer
De werkgroep neemt dit niet over. De terminologie verschilt in de UAV weliswaar, maar heeft ook verschillende betekenissen, welke in de praktijk niet tot onduidelijkheid leiden. 139
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 27. Dagboek, lijsten, rapporten
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1. Bij veel werken wordt volstaan met het verslag van de bouwvergadering als rode draad in de bouw- of projectadministratie. De werkgroep is van oordeel dat in paragraaf 27 het verslag van de bouwvergadering dan ook een centrale plaats dient in te nemen wellicht zelfs ter vervanging van de thans in paragraaf 27 opgenomen andere verslagvormen. Paragraaftitel wijzen in “Dagboek, lijsten, (week)rapporten en bouwvergaderingsverslagen” (BNB 233-2010)
1/2. Uit de rechtspraak blijkt § 27. Dagboek, lijsten, dat verslagen van rapporten, verslagen bouwvergaderingen belangrijke van bouwvergaderingen stukken zijn. Het lijkt dus een goed idee om het verslag van de bouwvergadering in de UAV te regelen. Het is echter de vraag of de andere in dit artikel genoemde documenten daarmee geschrapt kunnen worden. Die hebben namelijk ook een andere functie. Lijsten hebben bijvoorbeeld vooral betrekking op aanwezigheid. Een verschil tussen een verslag 2. Het volgende mogelijk opnemen: Een van een bouwvergadering en paragraaf toevoegen waarin de een weekrapport is dat het Bouwvergadering en de notulen ervan verslag alleen na een meer status krijgt. Juist bouwverslagen vergadering wordt gemaakt en (en vooral de eerste kick-offvergadering) het weekrapport iedere week. vormen voor mij vaak een rode draad en De werkgroep wil voorkomen een welkome administratieve basis bij dat de UAV zou achterlopen bij het oplossen van problemen of de praktijk. bemiddeling (Petersen 9-11-2009). 3. TOEVOEGEN paragraaf 27 lid 9: Het fenomeen “bouwvergaderingen” meenemen! Variant van STABU bepaling 01.02.27.03 toevoegen: “De verslagen van de bouwvergaderingen worden door de directie opgesteld en verspreid tenzij het bestek anders bepaalt.” (BNB 23-3-
3. Mbt tot de variant op de STABU bepaling wordt nog opgemerkt dat er voor het opstellen en autoriseren van de verslagen van de bouwvergaderingen een regeling vergelijkbaar met die 140
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
27.1
Tekst
De directie maakt weekrapporten op. Hierin worden onder meer aantekeningen opgenomen betreffende:
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
2010)
van de weekrapporten moet worden opgenomen. (zie paragraaf 27 lid 3, 4 en 5)
1. Iets over gemaakte afspraken toevoegen en over precieze werklocaties (vaak is niet te achterhalen waar bepaalde werkzaamheden hebben plaats gevonden). (R. Petersen 9-11-2009) 2. “- bestekwijzigingen, meer en minderwerk, verwerkte hoeveelheden en stelposten” wijzigen in “– meer en minderwerk”, immers in paragraaf 35 lid 1 staat reeds wat daartoe behoort! Toevoegen: “-veiligheidsaspecten”; “-bouwplaatspersoneel” (BNB 23-32010)
De werkgroep neemt deze suggestie over. De verslagen van de bouwvergadering worden naast de weekrapporten en dagboeken in de UAV opgenomen. 1. De werkgroep is van mening dat dit op project/besteksniveau in voorkomende gevallen aandacht verdient.
tekstvoorstellen
-
2. de opmerking met verwijzing naar paragraaf 35 lid 1 klopt niet helemaal. 35.1 ziet niet op stelposten, maar op afwijking van stelposten. Deze suggestie wordt daarom niet gevolgd. -veiligheidsaspecten zou toegevoegd kunnen worden, maar is geen heldere term en zou daarom bij toevoeging gedefinieerd moeten worden. Indien de verslaglegging van veiligheidsaspecten al in het V&G-plan is geregeld dan hoeft het niet ook in de UAV. De rapporteur zal dit nakijken. 141
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
-bouwplaatspersoneel valt onder lijsten (paragraaf 27 lid 7) -
de vordering en de stand van het werk;
-
de onwerkbare dagen en het verleende uitstel van oplevering;
-
de aan- en afvoer en goedkeuring van bouwstoffen; de aan- en afvoer van materieel en hulpmiddelen;
-
bestekswijzigingen, meer en minder werk, verwerkte hoeveelheden en stelposten;
-
opneming, goedkeuring en oplevering van het werk;
Definitie onwerkbare dagen UAV‟89 en het GIW verschillen van elkaar in die zin dat het GIW alleen van hele onwerkbare dagen uitgaat (art. 14 GIW, min. 5 uur), terwijl bij de registratie door bouwkosten.nl i.o.m. richtlijnen UAV‟89 (althans volgens de site) ook van halve onwerkbare dagen wordt uitgegaan (min. 2 uur). Dat geeft aanleiding tot misverstanden. Bij grote verschillen tussen de berekening van het aantal onwerkbare dagen door de aannemer enerzijds en bouwkosten.nl of een ander regionaal meetstation anderzijds, is niet duidelijk wanneer één van beide berekeningen heeft te gelden. B.V. wanneer de afstand van het meetstation tot het bouwterrein groter is dan x. (M. Georgius, Aedes, 30-11-2009)
De werkgroep wil halve onwerkbare dagen handhaven. Zie ook het commentaar bij paragraaf 8 lid 2.
142
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
-
de verstrekking van tekeningen.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen - voorvallen betreffende de veiligheid en/of gezondheid van personen.
27.2
27.3
27.4
27.5
De in het eerste lid bedoelde aantekeningen worden telkens uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van de werkweek, waarop zij betrekking hebben, opgenomen in het weekrapport, dat terstond na het opmaken door de directie wordt ondertekend. Het door de directie ondertekende weekrapport wordt zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk op de vijftiende werkdag na het verstrijken van de werkweek, waarop het betrekking heeft, aan de aannemer ter ondertekening voorgelegd. Aan de aannemer wordt afschrift van de weekrapporten verstrekt. Indien de aannemer zich met de inhoud van het weekrapport kan verenigen, tekent hij dit voor accoord uiterlijk op de vijfde werkdag, nadat het hem is voorgelegd.
Indien de aannemer zich met de inhoud van het weekrapport kan verenigen, tekent hij dit voor akkoord uiterlijk op de vijfde werkdag, nadat het hem is voorgelegd.
Indien de aannemer zich met de inhoud van het weekrapport niet kan verenigen, ondertekent hij dit eveneens uiterlijk op de vijfde werkdag, nadat het hem is voorgelegd, doch onder toevoeging van een aantekening, waaruit blijkt tegen welke gedeelten en om welke redenen hij bezwaar heeft. 143
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
27.6
Ingeval de directie niet alleen weekrapporten opmaakt maar ook een dagboek bijhoudt, is op dit dagboek het bepaalde in het eerste tot en met het vijfde lid van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat geen afschrift van het dagboek aan de aannemer wordt verstrekt, tenzij deze daarom verzoekt. Indien dit in de overeenkomst is voorgeschreven of na de opdracht door de directie wordt verlangd, verstrekt de aannemer telkens uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van een werkweek een op die week betrekking hebbende, door hem gedateerde en ondertekende lijst, bevattende opgaven omtrent het personeel en voorts zodanige verdere mededelingen als door de directie worden gewenst.
1. “de overeenkomst” wijzigen in “het bestek”
1. Is hiervoor al afgewezen.
2 .Variant van STABU bepaling 01.02.27.01 toevoegen “De in paragraaf 27, lid 7 van de U.A.V. genoemde lijsten worden verlangd.” Dus tekst “Indien dit in de overeenkomst is voorgeschreven of na de opdracht door de directie wordt verlangd, verstrekt de aannemer telkens uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van een werkweek een op die week betrekking hebbende, door hem gedateerde en ondertekende lijst, bevattende opgaven omtrent het personeel en voorts zodanige verdere mededelingen als door de directie worden gewenst.” Wijzigen in “De aannemer verstrekt telkens uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van een werkweek een op die week betrekking hebbende, door hem gedateerde en ondertekende lijst, bevattende opgaven omtrent het personeel en voorts zodanige verdere
2. Ook hier wil de werkgroep niet een standaardverplichting in het leven roepen, maar liever de huidige bepaling handhaven, waarbij alleen indien dit is voorgeschreven of verlangd de aannemer een lijst moet verstrekken. Tegenargument zou hier kunnen zijn dat in de praktijk in 99% van de gevallen dit wordt verlangd.
27.7
tekstvoorstellen
Op dit punt was nog de vraag opengelaten of in de praktijk in (bijna) alle gevallen een lijst met personeel wordt gevraagd. Dit gebeurt inderdaad vaak in het kader van de Wet Ketenaansprakelijkheid. Bij kleine projecten zal het echter niet altijd het geval zijn. Een ander mogelijk bezwaar is dat 144
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
mededelingen als door de directie worden gewenst, tenzij het bestek anders bepaalt.” In het bestek worden deze lijsten veelvuldig gevraagd gezien de WKA en WAV is het wellicht zinvol om deze standaard in de herziene UAV mee te nemen.
een verplichting tot het verstrekken van een lijst met personeel in strijd kan zijn met jurisprudentie op het gebied van privacybescherming. De werkgroep besluit daarom een dergelijke verplichting niet in de UAV op te nemen.
Ook variant van STABU bepaling 01.02.27.02 toevoegen: “De in paragraaf 27, lid 8 van de U.A.V. genoemde rapporten worden verlangd.” Dus tekst “Indien ten behoeve van het werk buiten het werkterrein werkzaamheden worden verricht, kan de directie vorderen, dat de aannemer daaromtrent uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van een werkweek een door hem ondertekend rapport in tweevoud bij haar indient. In dit rapport worden aantekeningen als in het eerste lid bedoeld en betrekking hebbend op de in voornoemde werkweek verrichte werkzaamheden opgenomen.” Wijzigen in “Indien ten behoeve van het werk buiten het werkterrein werkzaamheden worden verricht, zal de aannemer daaromtrent uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van een werkweek een door hem ondertekend
Ook bij dit voorstel wil de werkgroep, in lijn met het hierboven gestelde, geen altijd geldende verplichting in het leven roepen.
tekstvoorstellen
145
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
rapport in tweevoud bij de directie indienen, tenzij het bestek anders bepaalt. In dit rapport worden aantekeningen als in het eerste lid bedoeld en betrekking hebbend op de in voornoemde werkweek verrichte werkzaamheden opgenomen.” In het bestek worden deze rapporten in 99 van de 100 gevallen gevraagd. (BNB 23-32010) 27.8
27.9
Indien ten behoeve van het werk buiten het werkterrein werkzaamheden worden verricht, kan de directie vorderen, dat de aannemer daaromtrent uiterlijk op de vijfde werkdag na het verstrijken van een werkweek een door hem ondertekend rapport in tweevoud bij haar indient. In dit rapport worden aantekeningen als in het eerste lid bedoeld en betrekking hebbend op de in voornoemde werkweek verrichte werkzaamheden opgenomen. Indien is overeengekomen dat tijdens de uitvoering van het werk bouwvergaderingen worden gehouden, maakt de directie daarvan verslagen. De verslagen worden zo spoedig mogelijk aan de aannemer ter ondertekening 146
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen voorgelegd. Indien de aannemer zich met de inhoud van het verslag niet kan verenigen, wordt aan het verslag een aantekening toegevoegd waaruit blijkt tegen welke gedeelten en om welke reden hij bezwaar heeft. Het verslag wordt in de daarop volgende bouwvergadering vastgesteld.
§ 28. Afbakening, peilingen en opmetingen 28
a.
De aannemer zal voor zijn rekening:
TOEVOEGEN Paragraaf 28 lid 2! Variant van een STABU bepaling toevoegen: De plaats van de rooilijn(en) wordt (worden) vanwege de directie in het werk aangegeven, tenzij het bestek anders bepaalt. (BNB 23-3-2010)
het werk uitzetten en de vereiste profielen en bakens stellen;
“het werk uitzetten en de vereiste profielen en bakens stellen” wijzigen in “het werk uitzetten, de maatvoering verzorgen en, indien nodig, profielen en bakens stellen” (BNB 23-3-2010)
Het ligt inderdaad op het terrein van de opdrachtgever om de rooilijnen aan te geven. Maar dat valt al onder paragraaf 5.1, zodat de voorgestelde toevoeging overbodig is. De “vereiste profielen en bakens stellen” veranderen in “indien nodig profielen en bakens stellen” is een overbodige wijziging. Met beide bepalingen wordt het zelfde bedoeld. - “Maatvoering verzorgen” 147
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
b.
ten behoeve van afbakening, peilingen en “meetinstrumenten” wijzigen in “geijkte opmetingen geschikt personeel en hulpmiddelen, meetinstrumenten” (BNB 23-3-2010) als: roei- en peilboten, meetinstrumenten, bakens, enz., ter beschikking van de directie stellen;
c.
de gedane uitzetting en afbakening in goede staat onderhouden, zolang de directie dit nodig oordeelt.
§ 29. Verschillen in afmetingen of in de toestand van bestaande werken en terreinen
TOEVOEGEN paragraaf 29 lid 4: Variant van STABU bepaling 01.02.29.01 toevoegen: “Wanneer bij de uitvoering van het werk voorwerpen of stoffen worden aangetroffen waarvan de aanwezigheid niet in dit bestek is vermeld en waarvan redelijkerwijs geacht kan worden dat deze schade kunnen toebrengen aan personen, goederen of het milieu brengt de aannemer dit onmiddellijk ter kennis van de directie. Hij neemt terstond, zo mogelijk in overleg met de directie, de door de omstandigheden vereiste veiligheidsmaatregelen.” Deze bepaling
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
toevoegen. Deze paragraaf heeft slechts betrekking op maatvoering voor zover die betrekking heeft op het uitzetten van het werk. Het begrip „maatvoering‟ reikt echter verder en kan dus niet in deze paragraaf worden opgenomen. De werkgroep vindt dit te specifiek en overbodig.
Milieubescherming is publiekrechtelijk geregeld. In die regelgeving zal echter niet een verplichting staan om de directie in kennis te stellen. Het heeft dus zin om dat apart te regelen in de UAV. Van de aannemer mag je niet allerlei zelfstandige maatregelen verwachten en ook de directie zal niet blij zijn met zelfstandige maatregelen van de aannemer zonder overleg. De werkgroep vindt paragraaf 29, evenals paragraaf 5 lid 8 of 148
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
29.1
Tekst
Indien de in de beschrijving van het werk vermelde afmetingen niet overeenkomen met die, voorkomende op de tekeningen, is de aannemer verplicht de door hem geconstateerde afwijking ter kennis te brengen van de directie, opdat deze, zo zij zulks nodig acht, kan besluiten van de in § 2, vierde lid, bedoelde rangorde af te wijken. Een zodanig besluit van de directie wordt als een bestekswijziging aangemerkt.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
kan echter ook gekoppeld worden aan paragraaf 5 lid 8 of paragraaf 21. (BNB 23-3-2010)
paragraaf 21 niet de juiste plaats voor een dergelijke bepaling. Wellicht is paragraaf 6 lid 6 een betere optie. Voorlopige conclusie is dat dit voorstel niet bij paragraaf 29 wordt overgenomen. Er moet nog over na worden gedacht waar dit wel geregeld kan worden. De werkgroep besluit bij paragraaf 6 lid 16 een bepaling op te nemen. 1. De werkgroep neemt deze aanbeveling niet over. Staalkosten zijn een te specifiek onderwerp om in de UAV op te nemen. Het probleem doet zich niet structureel voor. Bovendien is niet helemaal duidelijk of wordt gedoeld op de hoeveelheden staal of op staalprijzen.
1. De ervaring leert helaas dat bij elk groot bouwproject de staalkosten een geschil opleveren. Wellicht kan er een afzonderlijke regeling komen voor de verrekening van staalkosten die geschillen helpt te voorkomen. Graag tot nadere toelichting bereid. (M. Georgius, Aedes, 30-11-2009)
2. Lid 1 kan opgehangen worden aan paragraaf 2 lid 4 en dus hier vervallen tenzij het hier gaat over de zogenaamde 5.1c tekeningen. (BNB 23-3-2010)
tekstvoorstellen
29.1. Indien de in de beschrijving van het werk vermelde afmetingen niet overeenkomen met die, voorkomende op de tekening, is de aannemer verplicht de door hem geconstateerde afwijking ter kennis te 2. De werkgroep is het hier niet brengen van de directie, mee eens. Het heeft zin om opdat deze, zo zij zulks deze bepaling apart op deze nodig acht, kan plek te regelen. besluiten van de in § 2, vierde lid, bedoelde rangorde af te wijken. Een zodanig besluit van de directie wordt als een 149
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen bestekswijziging aangemerkt.
29.2
29.3
Indien de in het bestek aangegeven afmetingen niet overeenkomen met die, voorkomende in de werkelijkheid, is de aannemer verplicht de door hem geconstateerde afwijking ter kennis te brengen van de directie, teneinde met deze overleg te plegen omtrent hetgeen moet geschieden om, gelet op de afwijking, het werk juist uit te voeren. De gebleken afwijking geeft, afgezien van de verrekening van meer en minder werk, welke uit het bestek mocht voortvloeien, de aannemer aanspraak op bijbetaling, indien die afwijking van zodanige aard is, dat de gevolgen daarvan redelijkerwijs niet voor zijn rekening dienen te komen. Verschillen tussen de tijdens de uitvoering blijkende toestand van bestaande gebouwen, werken en terreinen enerzijds en de in het bestek aangeduide toestand anderzijds geven, afgezien van de verrekening van meer en minder werk, welke uit het bestek mocht voortvloeien, de aannemer aanspraak op bijbetaling, indien die verschillen van zodanige aard zijn, dat de gevolgen daarvan redelijkerwijs niet voor zijn rekening dienen te komen. Overigens draagt de 150
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
“de overeenkomst” wijzigen in “het bestek” “omschreven” wijzigen in “beschreven” (BNB 23-3-2010)
Is al eerder afgewezen.
tekstvoorstellen
opdrachtgever de verantwoordelijkheid voor de juistheid van de door of namens hem verstrekte gegevens. Het in dit lid bepaalde is ook van toepassing indien in het bestek geen toestand of gegevens zijn aangeduid, doch de tijdens de uitvoering blijkende toestand afwijkt van die welke de aannemer redelijkerwijs had mogen verwachten. § 30. Voorziening in waterkering, waterdoorlaat en verkeer 30.1
30.2
30.3
De aannemer mag het werk of onderdelen daarvan, waardoor de belangen van waterkering of waterdoorlaat zouden kunnen worden geschaad of stremming of stoornis in of hinder aan of gevaar voor het verkeer te land, te water of door de lucht zou kunnen worden veroorzaakt, slechts uitvoeren, indien en zolang hij met het oog op die belangen de nodige voorzieningen heeft getroffen. Onder de in het eerste lid bedoelde voorzieningen Tijdelijke werken' laten vervallen leidt worden verstaan: tijdelijke werken, afsluitingen, regelmatig tot veel discussie. (R. waarschuwingsborden, kentekens, verlichting en Petersen 9-11-2009) andere veiligheidsmaatregelen, die door wettelijke voorschriften worden vereist of uit anderen hoofde nodig mochten zijn.
De werkgroep is het hier niet mee eens. Daarmee zou paragraaf 30.4, waarmee de problematiek rond tijdelijke werken wordt beperkt, in de lucht komen hangen.
Zolang hinder aan of stoornis in het verkeer te land, te water of door de lucht wordt toegebracht, moet ten behoeve van dat verkeer de nodige hulp worden beschikbaar gesteld.
151
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
30.4
De in deze paragraaf bedoelde voorzieningen en hulp zijn voor rekening van de aannemer, met dien verstande, dat dit voor tijdelijke werken van betekenis of maatregelen van ingrijpende aard slechts geldt, indien deze in de overeenkomst zijn omschreven.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
152
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 31. Verband met andere werken
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Tegenwoordig wordt onderscheid gemaakt tussen coördinatie van het bouwproces en V&G coördinatie (Arbobesluit). V&G coördinatie is nu nog niet geregeld in de UAV(TI). (R. van der Kroef 20-11-2009)
1. De V&G-coördinatie is wettelijk geregeld en moet daarom niet ook in de UAV geregeld worden. Bovendien zou dat een heel uitgebreide regeling worden.
2. Heden ten dage ligt de verantwoordelijkheid voor coördinatie van het bouwproceseerder bij de aannemer dan bij de directie. (R. van der Kroef 25-11-2009)
2. Juridisch uitgangspunt moet zijn dat de verantwoordelijkheid voor coördinatie bij de opdrachtgever ligt. Dit is een uitvloeisel van zijn medewerkingsverplichting als crediteur. In de praktijk kan de opdrachtgever de verantwoordelijkheid voor coördinatie overdragen. Met het hierboven beschreven uitgangspunt is bovendien duidelijk wie het initiatief moet nemen mbt de coördinatie. Zonder opdrachtgever die in beginsel verantwoordelijk is, kunnen nevenaannemers elkaar niet hun wil opleggen. De werkgroep ziet daarom in het commentaar geen aanleiding tot wijziging van de UAV.
3. Ik wil voorstellen dat in een volgende uitgave van de UAV aandacht wordt besteed aan de
3. De werkgroep onderschrijft het probleem dat de aannemer door
tekstvoorstellen
153
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
coördinatieovereenkomst. Daarbij moet dan worden gesteld dat onder een dergelijke overeenkomst de partijen - en alle partijen - enkel de inspanning dragen om te komen tot een planning en tot bijstellingen daarvan. De UAV zou daarbij een model coördinatieovereenkomst zonder schadevergoedingsregeling moeten voorschrijven. (Kropman 4-1-2010)
coördinatieovereenkomsten met schadevergoedingsregeling (gefixeerde schadevergoeding, afstandsbedingen) in een nadelige positie terecht kan komen. De werkgroep is het echter niet eens met de voorgestelde oplossing: het voorschrijven van een bepaald model coördinatieovereenkomst. Er zijn namelijk veel verschillende modellen beschikbaar en er is veel discussie over die verschillende modellen. Bovendien zou een coördinatieovereenkomst maatwerk moeten zijn. Dat is niet mogelijk indien er een standaardmodel wordt gekozen. Tot slot moet de werkgroep binnen het kader van een lichte herziening blijven en met het voorschrijven van een model coördinatieovereenkomst zou daarvan waarschijnlijk geen sprake meer zijn.
4. Omdat een nadere invulling van de coördinatieverplichting vaak ontbreekt – niet altijd wordt een coördinatieovereenkomst opgesteld en
4. De werkgroep is van mening dat met de bestaande standaard coördinatieovereenkomst een
tekstvoorstellen
154
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
door de betrokken partijen ondertekend – spreekt de werkgroep de voorkeur uit om in paragraaf 31 een uitgebreidere regeling op te nemen wat coördinatie exact behelst. Verder ontstaat er in de praktijk veel discussie over de vraag wat de omvang van de coördinatieverplichting is. Bij dit alles zou gekeken kunnen worden naar de Standaard Taak Beschrijving behorende bij de DNR. (BNB 23-32010)
goede regeling voor handen is. Deze behoeft in de praktijk soms aanvulling en mogelijk kan daarbij de STB behorende bij de DNR 2005 van nut zijn. De werkgroep vindt het te ver gaan om in het kader van deze herziening meer aandacht dan gebeurt te besteden aan de coördinatieovereenkomst.
5. TOEVOEGEN Paragraaf 31 lid 5: Variant van STABU bepaling 01.02.31.01 toevoegen “Indien verschillende werken in elkander grijpen verstrekt de aannemer tijdig aan de directie de gegevens van de door derden ten behoeve van hem te treffen voorzieningen.” (BNB 23-3-2010)
5. De werkgroep is van mening dat het commentaar niet klopt: het is juist de opdrachtgever die belast is met verplichtingen in deze bepalingen.zorg draagt
6. Ook variant van STABU bepaling 01.02.31.07 toevoegen: “Indien verschillende werken in elkander grijpen dient de aannemer de voorzieningen die vanwege de opdrachtgever zijn uitgevoerd zo spoedig mogelijk te controleren, nadat hij door of namens de opdrachtgever van de voltooiing van die voorziening in kennis is gesteld. Van eventuele tekortkomingen stelt hij de
tekstvoorstellen
6. De voorgestelde controleverplichting van de aannemer ziet wellicht op de sparingen (zie punt 4). Dick van Werven neemt dit punt daarom mee in zijn omschrijving van 155
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
directie terstond in kennis. De hogere kosten die een gevolg kunnen zijn van het niet ter kennis brengen van vorenbedoelde tekortkomingen, komen voor rekening van de aannemer, indien en voor zover hij deze tekortkomingen redelijkerwijze had behoren op te merken.” Bovenstaande bepalingen kunnen uiteraard ook worden gecombineerd. (BNB 23-3-2010)
coördinatie.
tekstvoorstellen
De werkgroep besluit bij nader inzien geen onderscheid te maken in soorten coördinatie.
156
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
31.1
Indien verschillende werken in elkander grijpen, wordt dit in het bestek vermeld.
31.2
Tenzij in het bestek anders is bepaald, geschiedt de coördinatie van in elkander grijpende werken door de directie.
31.3
De aannemer gedoogt - zonder aanspraak op andere vergoedingen dan de in het volgende lid bedoelde - dat door derden, aan wie de directie zulks toestaat, tegelijkertijd en te zelfder plaatse wordt gewerkt. Hij gedoogt, dat daarbij gebruik wordt gemaakt van reeds gemaakt werk en gemaakte hulpwerken. Voor dit gebruik kan de aannemer aanspraak op bijbetaling doen gelden, indien meer van hem wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd.
31.4
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
Heden ten dage ligt de verantwoordelijkheid voor coördinatie van het bouwproces eerder bij de aannemer dan bij de directie. (R. van der Kroef) § 31.3 en § 31.4 samenvoegen. (R. Petersen 9-11-2009)
De werkgroep neemt dit commentaar niet over. Zie de reactie van de werkgroep op punt 2 bij § 31. Verband met andere werken. De werkgroep is van mening dat de bepalingen daar onduidelijker van worden en neemt het commentaar niet over.
tekstvoorstellen
157
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
De aannemer is verplicht de vondst van alle voorwerpen, die bij de uitvoering van het werk worden gevonden en die van waarde zijn of uit een historisch of wetenschappelijk oogpunt merkwaardig kunnen zijn, terstond aan de directie te melden en deze voorwerpen zo mogelijk in handen van de directie te stellen, tenzij het bestek anders bepaalt.
1. Er zijn tegenwoordig steeds meer omstandigheden die de doorgang van het werk kunnen belemmeren, zoals kabels en leidingen, flora en fauna, archeologische vondsten, niet gesprongen explosieven. Uiteraard is het de taak van de opdrachtgever om de huidige situatie goed in beeld te brengen. Maar het is verstandig om de gevolgen alle onverwachte situaties goed te regelen. (R. van der Kroef 25-112009)
1. Ook voor dit commentaar geldt dat de UAV al voorziet in een regeling in paragraaf 29 lid 3. De werkgroep neemt het commentaar niet over.
2. 'In handen van de directie te stellen'? En een verwijzing opnemen over mogelijk extra kosten of een verwijzing naar § 14. (R. Petersen 9-11-2009)
2. De werkgroep vindt dit commentaar niet geheel duidelijk en neemt het niet over.
De aannemer is verplicht de vondst van alle voorwerpen, die bij de uitvoering van het werk worden gevonden en die van waarde zijn of uit een historisch of wetenschappelijk oogpunt van belang kunnen zijn, terstond aan de directie te melden en deze voorwerpen zo mogelijk in handen van de directie te stellen, tenzij het bestek anders bepaalt.
§ 32. Gevonden voorwerpen
32
3. “in handen van de directie” wijzigen in 3. De werkgroep neemt dit “ter hand van de directie” (BNB 23-3commentaar niet over. 2010) 4. TOEVOEGEN PARAGRAAF 32 lid 2: Variant van STABU bepaling 01.02.32.01 toevoegen:
4. Het hier voorgestelde is al geregeld in paragraaf 29 lid 2. 158
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
“Indien de uitvoering van het werk of een deel daarvan door het vinden van voorwerpen zoals bedoeld in paragraaf 32 van de U.A.V. moet worden onderbroken, wordt de schade die de aannemer lijdt als gevolg van deze onderbreking, vergoed.” (BNB 23-32010) 5. De werkgroep wil wel een andere wijziging aanbrengen in paragraaf 32. In de paragraaf wordt gesproken van voorwerpen die uit een historisch of wetenschappelijk oogpunt merkwaardig kunnen zijn. Beter is te spreken van voorwerpen die uit een historisch of wetenschappelijk oogpunt van belang kunnen zijn. Deze laatste formulering sluit aan bij de Monumentenwet. § 33. Vermoeden van onvoldoend werk
159
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
33
Indien de directie vermoedt, dat het werk niet aan Lid 1 aanmaken conform paragraaf 20 de bij de overeenkomst gestelde eisen voldoet, is welke ook maar 1 lid kent (BNB 23-3de aannemer verplicht de maatregelen te nemen 2010). of te gedogen, die nodig zijn om vast te stellen of zulks al dan niet het geval is. Ingeval het werk niet aan deze eisen voldoet, komen de kosten van bedoelde maatregelen voor rekening van de aannemer. In het tegengestelde geval worden zij, evenals de kosten van herstel, verrekend als meer werk en wordt eventuele schade vergoed.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
De werkgroep begrijpt dit commentaar niet.
§ 34. Wijzigingen in de uitvoering 34 Wijzigingen door de directie in de uitvoering van het werk aangebracht geven de aannemer aanspraak op bijbetaling, indien van hem meer wordt verlangd dan redelijkerwijs van hem kan worden gevergd. HOOFDSTUK X Meer- en minderwerk § 35. Verrekening van meer en minder werk
1. Doordat de aannemer bij het offreren 1. Gaat te ver in het kader van van een meerwerkprijs geen een lichte herziening. concurrentie heeft kunnen deze meerwerkoffertes worden aangegrepen om ondervonden tegenvallers op het werk te compenseren. Anders gezegd; meerwerk is duur. Sommige professionele opdrachtgevers, hanteren daarom, door ervaring wijs geworden, de stelregel dat meerwerk pas na de oplevering (in concurrentie) wordt geoffreerd en gerealiseerd. 160
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Als tegenmaatregel hebben opdrachtgevers de eveneens discutabele handelwijze om meerwerk te verrekenen o.b.v. de verrekenstaten en/of de inschrijfbegroting van de aannemer, die daartoe onderdeel van het contract wordt gemaakt. Omdat deze prijspeil aanbesteding zijn, levert dat vooral bij een langlopende uitvoeringsduur oneerlijke prijsstellingen op. Hierin kan enigszins worden tegemoet gekomen om deze prijzen te indexeren. (Vergelijk Risicoregeling Loon- en Prijsstijgingen). De bepaling in de UAV: ..worden verrekend tegen bedragen of prijzen die vóór de uitvoering van die (besteks) wijzigingen of… zo spoedig mogelijk…worden overeengekomen.. Is te vaag (datum aanbesteding is ook vóór de uitvoering…) en maakt voornoemde discutabele handelwijze mogelijk. Verbeterpunt: Onderscheid maken tussen “te verwachten” meerwerk (afwijkingen van verrekenbare en geschatte hoeveelheden, etc) en “onverwacht” nieuw werk (bestekswijzigingen, etc.).Meer werk als Nieuw werk is werk buiten het contract als gevolg van wijzigingen in het contract, bestekswijzigingen. De verrekening moet gebeuren tegen lonen en prijzen die gelden op het tijdstip 161
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
(peildatum) van de meerwerkopdracht. (J. van Kuijen 23-11-2009) 2. Het is verstandig om bepalingen op te 2. Te projectspecifiek. nemen omtrent door de aannemer in rekening te brengen „aannemersvergoeding‟. Daarbij onderscheid maken tussen directe kosten en indirecte kosten. Het moet duidelijk maken van „redelijk‟ is. (R. van der Kroef 25-11-2009) 3. Regeling omtrent meer en minder werk duidelijker maken. Beter is het om bepalingen op te nemen omtrent bestekafwijkingen (scope, kwaliteit) en bestekswijzigingen (opgedragen door de opdrachtgever). Bestekafwijkingen kunnen leiden tot meer minderwerk, maar hoeft niet. (R. van der Kroef 2511-2009) 4.Voor de toepassing van art. 7:755 dient in de bepalingen van de UAV in onze ogen onderscheid gemaakt te worden in twee situaties. De eerste situatie waarbij weliswaar afwijkingen zijn op het bestek maar desondanks het werk ongewijzigd tot stand komt waarbij de opdrachtgever geen actieve rol heeft gespeeld. De tweede de situatie waarbij
3. De Werkgroep deelt het commentaar niet, want acht de regeling duidelijk.
4. De opmerking wordt niet overgenomen, want relevant is of de opdrachtgever akkoord gaat met wijziging.
162
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
er afwijkingen zijn op het bestek waarbij er sprake is van door de opdrachtgever gewenste toevoegingen of veranderingen. Als voorbeeld van de eerste situatie: een overschrijding van een verrekenbare hoeveelheid grond die haar oorzaak vindt in een grotere zetting dan verwacht. Hiervoor hoeft de aannemer niet zonder meer te waarschuwen. Een andere situatie ontstaat wanneer de afwijking in de hoeveelheid te leveren grond ontstaat doordat de opdrachtgever de aannemer opdraagt de taluds van het zandlichaam flauwer te maken waardoor meer grond nodig is; in dat geval dient de aannemer te waarschuwen volgens art. 7:755. Bij dit laatste voorbeeld moet de vraag worden gesteld of de afwijking feitelijk nog wel gezien kan worden als een afwijking op verrekenbare hoeveelheden. Juister lijkt het om die situatie als een bestekwijziging te beschouwen. Kortom, de nadruk dient te liggen op de gewenstheid van de toevoeging of de verandering door de opdrachtgever in het overeengekomen werk. (CROW 3011-2009) 5. De leden 2 tot en met 5 samenvoegen. (BNB 23-3-2010)
5. De werkgroep vindt dat leiden tot onduidelijkheid en neemt het voorstel niet over. 163
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
6. De werkgroep is er voorstander van om de bepalingen in de UAV op dit punt in overeenstemming te brengen met art. 7:755 indien er althans echt sprake is van meerwerk. Er zijn immers bepalingen in de UAV 1989 waarin sprake is van verrekening als meerwerk, maar waarvan niet van meerwerk sprake is (zie paragraaf 5,6; 10,3; 11,5; 14,4; 17,3;33; 44,7). Toegevoegd commentaar: In een toelichting op de UAV dient erop gewezen te worden dat de werkgroep alle „verrekeningen als meerwerk‟ in de UAV als een bestekswijziging ziet. Een bestekswijziging levert vaak zowel een besparing als kosten op. Bijv. een dakkapel die niet hoeft te worden gemaakt (besparing) en de extra dakpannen die daarvoor in de plaats komen (extra kosten). De aannemer moet kijken of de wijziging per saldo leidt tot een prijsverhoging en hoeft dus niet 164
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
te waarschuwen voor extra dakpannen, als die minder kosten dan de besparing van de dakkapel oplevert. 35.1 a. b. c. d. e.
Verrekening van meer en minder werk vindt plaats: ingeval van bestekswijzigingen (§ 36); ingeval van afwijkingen van de bedragen van de stelposten (§ 37); ingeval van afwijkingen van geschatte hoeveelheden (§ 38, tweede lid); ingeval van afwijkingen van verrekenbare hoeveelheden (§ 39); in de gevallen waarin verrekening als meer en minder werk in deze U.A.V. of in de overeenkomst is voorgeschreven. Aanspraken van de aannemer en de opdrachtgever op hetgeen overigens ter zake van de overeenkomst verschuldigd is blijven onverlet.
“in deze U.A.V. of in de overeenkomst is voorgeschreven” wijzigen in “in het bestek is voorgeschreven” Conform 1.1 is het bestek ook “de voor het werk geldende voorwaarden waarvan de UAV het confectiedeel is! (BNB 23-3-2010)
Is al eerder afgewezen.
in de gevallen waarin verrekening als meer en minder werk in deze U.A.V. of in de overeenkomst is voorgeschreven. In deze gevallen is het bepaalde in paragraaf 36 lid 1a van overeenkomstige toepassing. Aanspraken van de aannemer en de opdrachtgever op hetgeen overigens ter zake van de overeenkomst verschuldigd is blijven onverlet. 165
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
35.2
De verrekening van het meer werk geschiedt door bijbetaling, die van het minder werk door inhouding op de aannemingssom. De opdrachtgever en de aannemer komen overeen op welke wijze - ineens of in gedeelten - en wanneer de verrekening geschiedt van het meer en het minder werk of, indien er zowel van meer als van minder werk sprake is, van het saldo daarvan. Indien omtrent wijze en tijdstip van de verrekening van het meer werk niets is overeengekomen, geschiedt deze verrekening ineens na de voltooiing van het meer werk. Indien omtrent wijze en tijdstip van de verrekening van het minder werk niets is overeengekomen, geschiedt deze verrekening, met inachtneming van het bepaalde in § 40, zevende lid, ineens bij de eindafrekening van het werk. Indien bij de eindafrekening van het werk blijkt, “de overeenkomst” wijzigen in “het dat het totaal van het reeds verrekende en het bestek” (BNB 23-3-2010) nog te verrekenen minder werk dat van het reeds verrekende en het nog te verrekenen meer werk overtreft, heeft de aannemer recht op een bedrag gelijk aan 10% van het verschil van deze totalen.
35.3
35.4
35.5
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Is al eerder afgewezen.
Het in dit lid bepaalde lijdt uitzondering, voor zover het minder werk het gevolg is van een verzoek van de aannemer om minder te mogen uitvoeren dan in de overeenkomst is bepaald.
166
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
35.6
Voor de toepassing van het bepaalde in het vijfde lid wordt onder het werk verstaan:
1 Jullie weten dat in par. 35 lid 6 staat dat indien bij de eindafrekening van het werk blijkt dat het totaal van het reeds verrekende en het nog te verrekenen minder werk dat van het reeds verrekende en het nog te verrekenen meer werk overtreft , de aannemer recht heeft op een bedrag gelijk aan 10% van deze totalen. In par. 40 lid 11 wordt bepaald dat – ik vat het samen – indien een onderhoudstermijn is overeengekomen, de eindafrekening van het werk wordt opgemaakt na het verstrijken van de onderhoudstermijn.
Het voorstel van Pim Herber wordt als te ingrijpend afgewezen. De Werkgroep merkt op dat het nu eenmaal zo is dat het saldo van wat de aannemer toekomt pas te bepalen is aan het eind van de onderhoudsperiode (dan wel als die niet is overeengekomen: na oplevering). De Werkgroep acht dit geen onredelijk systeem, omdat tijdens de onderhoudsperiode nog meerwerk kan ontstaan en omdat de betalingsregeling zo een prikkel vormt voor de aannemer tot nakoming van hetgeen tijdens de onderhoudsperiode nog verricht dient te worden door hem.
Dat betekent dus dat hetgeen de aannemer toekomt op basis van par. 35 lid 6, hij pas betaald krijgt na afloop van de onderhoudstermijn. Dit wordt als onbillijk ervaren omdat de vordering ex. par. 35 lid 6 al is ontstaan vóór de oplevering van het werk en de aannemer dus renteverlies lijdt indien hem het bedrag dat is genoemd in par. 36 lid 6 pas na afloop van de onderhoudstermijn krijgt uitbetaald. Daarbij dient bedacht te worden dat een onderhoudstermijn zo maar 6 maanden kan bedragen, soms nog langer. Mij werd meegedeeld dat verschillende provincies zich beroepen op par. 40 lid
tekstvoorstellen
167
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
11 om de aannemer zijn vordering ex par. 36 lid 6 pas uit te betalen na afloop van de onderhoudstermijn. Ik vraag mij af of dit de bedoeling is geweest van de opstellers van de UAV 1989. Mij lijkt dat de provincies zich op basis van de tekst van de UAV 1989 een punt hebben, maar dat dit wel tot een onbillijk resultaat leidt. Zouden jullie in overweging willen nemen om dit met elkaar en met de overige collega‟s met wie jullie overleg hebben over de herziening van de UAV1989 te bespreken? De betreffende aannemer die mij op dit probleem attendeerde, zou dit (uiteraard) zeer waarderen. a. b.
§ 36. Bestekswijzigingen
bij aanneming in massa, de werken van de percelen gezamenlijk; bij meerjarige onderhoudsbestekken de werken van de onderhoudsjaren gezamenlijk. De behoefte bestaat aan de verplichting van de aannemer om met de opdrachtgever gemaakte prijsafspraken ter stond ook mede te delen aan de directie. De werkgroep realiseert zich dat dit in wezen een taak is van de opdrachtgever – die immers contractant is van de directie – maar het zou de open communicatie in de driehoek wel
Dit kan geen verplichting van de aannemer zijn, maar hooguit van de opdrachtgever. De werkgroep neemt het voorstel dan ook niet over.
168
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
bevorderen. (BNB 23-3-2010) 36.1
Onder bestekswijzigingen worden verstaan wijzigingen in het bestek, het werk of de voorwaarden van uitvoering van het werk.
Definitie is een open deur; bestekswijziging is wijziging in het bestek; iedere wijziging op de overeenkomst is in feite een bestekswijziging. (BNB 23-3-2010)
Suggestie van BNB: wordt niet overgenomen, voert te ver.
36.1a
36.2
In geval van door de opdrachtgever gewenste bestekswijzigingen kan de aannemer slechts dan een verhoging van de prijs vorderen, wanneer hij de opdrachtgever tijdig heeft gewezen op de noodzaak van een daaruit voortvloeiende prijsverhoging, tenzij de opdrachtgever die noodzaak uit zichzelf had moeten begrijpen. De directie is bevoegd voor of tijdens de uitvoering van het werk bestekswijzigingen aan te brengen. Indien en voor zover deze bevoegdheid in het bestek aan de opdrachtgever is voorbehouden, is voor deze bestekswijzigingen een door de opdrachtgever aan de aannemer te verstrekken schriftelijke opdracht vereist.
1. De openingszin “De directie is bevoegd voor of tijdens de uitvoering van het werk bestekswijzigingen aan te brengen.” Wijzigen in “De directie is bevoegd, eventueel op schriftelijke tot haar gerichte aanvrage van de aannemer, voor of tijdens de uitvoering van het werk bestekswijzigingen aan
1. Het voorstel voegt niets toe gegeven het woord „eventueel‟ en ook zonder dat woord is het voorstel niet navolgenswaardig, omdat de directie altijd kan beslissen of er wel of geen bestekswijziging kan komen en de aannemer kan dat altijd voorstellen. Daarvoor is geen geschrift noodzakelijk. Het 169
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
te brengen.”Zie commentaar bij paragraaf 17 lid 5. (BNB 23-3-2010)
voorstel levert dus geen winst op.
2. Niet alleen voor bestekswijzigingen is een schriftelijke opdracht vereist, doch voor alle meerwerk laten gelden. (VNG 24-1-2009)
2. De werkgroep volgt het dwingend rechtelijke kader en vindt het vereiste van een schriftelijke opdracht in de door de VNG voorgestelde algemene zin te ver gaan.
3. § 36-2 en 4 bij elkaar in één artikel opnemen of in ieder geval ná elkaar en 36-3 hierop laten volgen. (R. Petersen 9-11-2009) 36.3
De aannemer zal aan opdrachten tot bestekswijzigingen gevolg geven, ook indien daardoor de omvang van het werk wordt vermeerderd of verminderd, mits dientengevolge de totalen van de bijbetalingen en inhoudingen elk niet meer bedragen dan 15% van de aannemingssom dan wel het saldo van die bijbetalingen en inhoudingen niet meer bedraagt dan 10% van de aannemingssom.
tekstvoorstellen
3. Los van een inhoudelijk oordeel: dit gaat veel te ver voor een lichte herziening.
1. Par. 36 lid 3: ik stel voor om de in dit lid genoemde weigeringsgronden uit te breiden met die welke zijn genoemd in de UAV GC, Par. 14 lid 6. (P. Herber 112-09)
1. De uitgewerkte opsomming in de UAV-GC 2005 past bij dat type contract. De verhoudingen onder UAV contract liggen anders en moet het uitgangspunt zijn, dat de aannemer in beginsel gehoor geeft aan de bestekswijzigingen en slechts binnen bepaalde grenzen zulks mag weigeren.
2. Discussies omtrent dit onderwerp zullen waarschijnlijk nooit uitgebannen kunnen worden. Maar mogelijk kunnen ze wel worden beperkt door de in het tweede lid gestelde grenzen te relateren aan de stand van het werk en de reeds
2. De werkgroep neemt deze suggestie niet over, want vindt de bepaling nuttig en voor beide partijen redelijk.
170
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
ingediende prijsaanbiedingen. (Kropman 4-1-2010) 3. De woorden „inhoudingen‟ laten vervallen (denk maar eens aan het niet opdragen van iets dat meer dan 15% vormt en dat de aannemer daar dan dus geen gehoor aan hoeft te geven?). Is het mogelijk meer concreet iets op te nemen waardoor het probleem dat veel werkzaamheden al op (verplicht na te volgen) verzoek van de directie zijn uitgevoerd maar dat betaling door de opdrachtgever geweigerd wordt (of soms deels)? Een vast ophoogpercentage tbv bestekswijzigingen opnemen? Daar waar sprake is van afspraken tussen de aannemer en de opdrachtgever, de aannemer verplichten ook de directie van deze afspraken in kennis te stellen (kopie oid). (R. Petersen 9-11-2009) 36.4
Bestekswijzigingen worden verrekend tegen bedragen of prijzen die vóór de uitvoering van die wijzigingen of, indien hun aard dit belet, zo spoedig mogelijk tussen de opdrachtgever en de aannemer worden overeengekomen. Indien de directie overweegt om een bestekswijziging aan te brengen en daartoe de aannemer verzoekt een prijsaanbieding te doen, plegen de directie en de aannemer op verzoek van de aannemer tevoren overleg omtrent de vraag of, en zo ja onder welke
1.Mij werd meegedeeld dat verschillende provincies zich beroepen op paragraaf 40 lid 11 om de aannemer zijn vordering ex paragraaf 36 lid 6 pas uit te betalen na afloop van de onderhoudstermijn.
3. De werkgroep neemt deze suggestie evenmin over: er is nu sprake van een duidelijk en redelijk kader.
1. (opmerkingen 1 en 2 alsmede het voorstel geformuleerd door Herber in zijn TBR artikel) worden als te ingrijpend van de hand gewezen. Ter motivering van het onderscheid met de UAVGC (paragraaf 14 jo. 45) kan worden aangevoerd dat de opdrachtgever wanneer de 171
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
omstandigheden, de aannemer aanspraak zal kunnen maken op een redelijke vergoeding van de aan het doen van de prijsaanbieding verbonden kosten.
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
UAV-GC van toepassing is op grotere afstand staat. Ook wordt gewezen op een uitspraak van de RvA van 1 juli 2009, nr. 31.262, TBR 2010, p. 285, m.nt. W.M.J.M Heijltjes. 2. Par. 36 lid 4 1e volzin blijkt in de praktijk toch vaak tot problemen te leiden: in veel gevallen laat de planning het niet toe dat er uitgebreid wordt onderhandeld over de prijs van een bestekswijziging. Om die reden wordt de bestekswijziging wel vaak uitgevoerd en de prijs daarvan op een later moment (soms zelfs nog bij eindafrekening) besproken. De voortgang van het werk maakt het daarna vaak ook nog moeilijk om de prijs van de bestekswijziging achteraf vast te stellen en is van invloed op andere bestekswijzigingen en de eindafrekening. (NL-Ingenieurs 2711-2009) 3. “vergoeding” wijzigen in “vergoeding in de vorm van meerwerk” hierdoor dempt dit bedrag een eventueel negatief saldo conform paragraaf 35 lid 5. (BNB 23-3-2010) 4.Commentaar van na de expertmeeting (BNB 20-8-2010):
2. Dit moge in de praktijk zo zijn, maar is onvermijdelijk. Het belang van de opdrachtgever bij dit overleg is een te respecteren belang.
3. Wordt afgewezen. Het gaat niet om een vergoeding voor meerwerk, maar om een rekenvergoeding voor ontwerpwerkzaamheden. 4. De werkgroep neemt dit niet over: dit doorbreekt de 172
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
alternatief voor huidige tekst: door of namens de opdrachtgever (anders moet de opdrachtgever van vakantie terug ivm wijzigingen in bestek). In de tweede zin het woord prijsaanbieding veranderen in: gespecificeerde prijsaanbieding.
systematiek van de taakverdeling (geld: opdrachtgever; werkzaamheden: directie) De toevoeging „gespecificeerd‟ is overbodig.
5. Te overwegen valt om hierin een regeling op te nemen waarbij de opdrachtgever wordt verplicht binnen 2 weken te reageren op de offerte/prijsopgave van de aannemer, bij gebreke waarvan de aannemer het recht heeft de uitvoering van de opgedragen bestekswijziging op te schorten. Zie RvA nr. 31.362. (P. Herber, 1-12-09).
5. De werkgroep acht de suggestie niet vatbaar voor veralgemenisering en vindt dat deze kwestie indien die zich voordoet door de RvA besloten kan worden.
6. Voorts een regeling op nemen inhoudende dat, als geen prijsovereenstemming wordt bereikt, de aannemer niet gehouden is de bestekswijziging uit te voeren (cf. UAV GC). (P. Herber, 1-12-09).
6. Zie het antwoord bij punt 2 van dit lid.
tekstvoorstellen
173
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
36.5
Bestekswijzigingen zullen de aannemer schriftelijk worden opgedragen. De aannemer kan genoegen nemen met een overeenkomstige aantekening in het dagboek of weekrapport, welke dan als schriftelijke opdracht zal worden aangemerkt. Het gemis van een schriftelijke opdracht of van een aantekening in het dagboek of weekrapport laat de aanspraken van de aannemer en van de opdrachtgever op verrekening van meer en minder werk onverlet.
36.6
Ten aanzien van bestekswijzigingen zal op verzoek van de directie of van de aannemer een afzonderlijke termijn worden overeengekomen, binnen welke het meer werk zal worden voltooid, hetgeen dan in de schriftelijke opdracht wordt vermeld.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Aan deze bepaling wordt toegevoegd het belangrijke fenomeen de verslagen van de bouwvergadering.
Bestekswijzigingen zullen de aannemer schriftelijk worden opgedragen. De aannemer kan genoegen nemen met een overeenkomstige aantekening in het dagboek, weekrapport of het verslag van de bouwvergadering, welke dan als schriftelijke opdracht zal worden aangemerkt. Het gemis van een schriftelijke opdracht of van een aantekening in het dagboek of weekrapport laat de aanspraken van de aannemer en van de opdrachtgever op verrekening van meer en minder werk onverlet.
174
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
36.7
Bij meerjarige onderhoudsbestekken wordt bij de in het derde lid vermelde totalen van bijbetalingen en van inhoudingen elk onderhoudsjaar op zichzelf beschouwd. De opdrachtgever zal de reeds aangevoerde, de blijkens de vrachtbrief afgezonden en de uitsluitend ten behoeve van het werk bestelde bouwstoffen, die tengevolge van bestekswijzigingen niet kunnen worden gebruikt, voor zover deze bouwstoffen aan de gestelde eisen voldoen, overnemen of deswege een billijke schadevergoeding verlenen.
36.8
§ 37. Stelposten
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1.Het is verstandig om bepalingen op te 1.algemeen: opmerking 1 nemen omtrent door de aannemer in wordt om de reden genoemd rekening te brengen hiervoor afgewezen. „aannemersvergoeding‟. Daarbij onderscheid maken tussen directe kosten en indirecte kosten. Het moet duidelijk maken van „redelijk‟ is. (Stichting STABU) 2. Probleem: Paragraaf 37 UAV 1989 regelt dat een afwijking van de stelpost verrekend moet worden op basis van paragraaf 36 UAV 1989; verrekening als meer- en minder werk. Onduidelijk is echter of de stelpost moet worden aangemerkt als een richtprijs (conform de wet) of als meerwerk. Voorstel: Paragraaf 37 UAV 1989 dient, gelet op het bovenstaande, te worden verduidelijkt. Ons inziens dient een
2. opmerking inzake richtprijs: wordt niet overgenomen. Het is juist dat stelposten onder omstandigheden trekken kunnen vertonen van een richtprijs. Maar dit onderwerp is in de rechtspraak nog in ontwikkeling en bovendien is het systeem van de UAV zo, dat het de opdrachtgever is die de stelposten bepaalt en niet de aannemer. In algemene zin is 175
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
37.1
Onder stelposten worden verstaan in het bestek als zodanig aangeduide geldsbedragen, welke in de aannemingssom zijn begrepen en ten laste waarvan nader in het bestek beschreven uitgaven worden gebracht.
37.2
Indien de som van de uitgaven, die ten laste van een stelpost worden gedaan, hoger of lager blijkt te zijn dan het bedrag van die stelpost, zal de afwijking worden verrekend. Bij de ten laste van stelposten te brengen uitgaven, die betrekking hebben op de aanschaffing van bouwstoffen, wordt gerekend met prijzen, welke zijn samengesteld uit: de netto-prijzen op basis van franco levering op of in het vervoermiddel bij het werkterrein;
37.3
a.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
stelpost als richtprijs te worden beschouwd. (Poelmann van den Broek 25-1-2010)
het voorstel voorts niet te regelen.
tekstvoorstellen
“geldsbedragen” wijzigen in “geldbedragen”. (BNB 23-3-2010)
Wordt aangepast door de hele UAV heen.
Onder stelposten worden verstaan in het bestek als zodanig aangeduide geldbedragen, welke in de aannemingssom zijn begrepen en ten laste waarvan nader in het bestek beschreven uitgaven worden gebracht.
De term netto leidt tot verwarring in de praktijk. Voor
de prijzen op basis van franco levering op of in 176
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
b.
een aannemersvergoeding van 10% van de onder a bedoelde netto-prijzen.
37.4
In afwijking in zoverre van het derde lid wordt geen afzonderlijke aannemersvergoeding ten laste van stelposten gebracht bij:
a.
sanitaire artikelen, in de prijs waarvan 10% provisie voor de aannemer en 10% provisie voor de loodgieter is begrepen; behang, in de prijs waarvan de gebruikelijke provisie is begrepen. Kosten van emballage en de terugzending daarvan komen voor rekening van de aannemer, behalve voor zover die kosten, door de invulling die aan de stelpost wordt gegeven, hoger zijn dan die waarmee de aannemer redelijkerwijs rekening heeft moeten houden.
b. 37.5
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
Geheel schrappen; leuk voor een examenvraag maar ellende in de bouwpraktijk! (BNB 23-3-2010)
alle betrokkenen is duidelijker het vervoermiddel bij indien er gewoon van prijzen en het werkterrein; verder op van kosten wordt gesproken. een aannemersvergoeding van 10% van de onder a bedoelde prijzen. Het voorstel stuit niet op Vervallen. tegenstand en wordt overgenomen.
tekstvoorstellen
177
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
37.6
De kosten van het in het werk brengen van ten laste van stelposten aangeschafte bouwstoffen zijn in de aannemingssom begrepen en worden niet afzonderlijk verrekend. Deze kosten zullen echter worden verrekend ten laste van de stelpost, waarop ook de aanschaffing van die bouwstoffen wordt verrekend, indien zij betrekking hebben op het in het werk brengen van installaties, zoals liften, centrale verwarming en dergelijke, of voor zover zij door de invulling die aan de stelpost wordt gegeven hoger zijn dan die waarmee de aannemer redelijkerwijs rekening heeft moeten houden. De aanschaffing van bouwstoffen, waarvoor stelposten zijn opgenomen, geschiedt door de aannemer volgens nadere opdracht van de directie en, tenzij de directie de aannemer daarin vrijlaat, bij leveranciers die daartoe door haar worden aangewezen. Bij de ten laste van stelposten te brengen uitgaven, die betrekking hebben op de verrichting van werkzaamheden, wordt gerekend met prijzen, welke zijn samengesteld uit:
37.7
37.8
a.
de voor de uitvoering nodige netto-kosten, voor zover deze rechtstreeks op de uitvoering betrekking hebben;
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Bij de ten laste van stelposten te brengen uitgaven, die betrekking hebben op de verrichting van werkzaamheden, wordt gerekend met prijzen, welke zijn samengesteld uit: de voor de uitvoering nodige kosten, voor zover deze rechtstreeks op de uitvoering 178
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen betrekking hebben;
b.
37.9
37.10
a. b. 37.11
een aannemersvergoeding van 10% van de onder a bedoelde netto-kosten.
een aannemersvergoeding van 10% van de onder a bedoelde kosten.
De kosten op de bouwplaats voor algemene inrichting, verzorging en uitvoering worden niet afzonderlijk verrekend, maar worden geacht in de aannemingssom te zijn begrepen, behalve voor zover die kosten, door de invulling die aan de stelpost wordt gegeven, hoger zijn dan die waarmee de aannemer redelijkerwijs rekening heeft moeten houden. De verrichting van werkzaamheden als bedoeld in het achtste lid geschiedt volgens nadere opdracht van de directie door de aannemer of door derden, die daartoe door haar worden aangewezen. Bij de ten laste van stelposten te brengen Geheel schrappen; de aannemer is geen uitgaven, die betrekking hebben op het doen van doorgeefluik. betalingen aan derden, wordt gerekend met bedragen, welke zijn samengesteld uit: het bedrag van de aan derden gedane betaling, de omzetbelasting daarin niet begrepen; een aannemersvergoeding van 5% van het onder a bedoelde bedrag. Betalingen aan derden, waarvoor stelposten zijn opgenomen, geschieden door de aannemer volgens nadere opdracht van de directie.
Wordt niet overgenomen.
Geheel schrappen; de aannemer is geen doorgeefluik.
179
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
37.12
Alvorens een uitgave ten laste van een stelpost te brengen, kan de directie van de aannemer overlegging van bewijsstukken verlangen.
§ 38. Hoeveelheden
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1. CROW: te accorderen hoeveelheden, 1, 2, 3. De verschillende Standaard art.01.01.05; totstandkoming voorstellen van CROW en BNB verrekenprijzen: Standaard 01.03.05. wordt niet overgenomen: voor de GWW is het voorstel al 2. Ten aanzien van het begrip geregeld in de RAW “geschatte” geeft de werkgroep er de systematiek, en voor de B&U is voorkeur aan geen aansluiting te zoeken het eigenlijk geen echt bij de RAW-systematiek waarin onderwerp. gesproken wordt over niet verrekenbare hoeveelheden. Dit zou zich immers niet verenigen met de slotzin in paragraaf 38 lid 2. Een praktische invulling hiervan wordt wel wenselijk geacht. (BNB 23-32010) 3. In de UAV kennen we de termen "geschatte hoeveelheden" en "verrekenbare hoeveelheden". In de RAW kennen we 3 soorten hoeveelheden en wel " niet verrekenbare, verrekenbare en geaccordeerde hoeveelheden. Ook omdat de UAV in de RAW Standaard is opgenomen en van toepassing is kunnen deze begrippen die soms deels over hetzelfde gaan verwarring opleveren. Mede naar aanleiding van het artikel in het bijgevoegde document en de onduidelijkheid vanwege de 180
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
verschillende begrippen die in de RAW systematiek en de UAV 1989 worden gehanteerd zou bij een herziening van de UAV hier mogelijk iets aan kunnen worden gedaan. (A. Groen 10-112009:) 38.1
38.2
Onder verrekenbare hoeveelheden worden verstaan de in het bestek als zodanig aangeduide hoeveelheden; afwijkingen worden verrekend overeenkomstig het bepaalde in § 39. Onder geschatte hoeveelheden worden verstaan de met de toevoeging „naar schatting‟, „ongeveer‟ of dergelijke aanduidingen in het bestek genoemde hoeveelheden. Een afwijking van een geschatte hoeveelheid wordt verrekend indien en voor zover er sprake is van een afwijking die meer bedraagt dan 10% van die geschatte hoeveelheid, tenzij zulks aanleiding tot onbillijkheid zou geven.
1. Het woord 'geschatte' niet in dit verband gebruiken, het wekt vaak de indruk dat een exacte hoeveelheid, die hier juist bedoeld wordt, zo maar even geschat kan worden. Juist een verrekenbare hoeveelheid heeft veel meer het kenmerk van een 'geschatte hoeveelheid'. Hierbij aansluiten aan de RAW-systematiek. Met meer nadruk hier opnemen dat het risico voor overschrijdingen van afwijkingen bij de aannemer ligt, er wordt nu te vaak te gemakkelijk gedacht over afwijkingen van deze 'geschatte' hoeveelheden waardoor zeer veel meningsverschillen over verrekening ontstaan. Overschrijding van hoeveelheden (V of N) vallen niet onder bestekwijzigingen maar vooral andersom...! (R. Petersen 9-11-2009)
1. De bepaling wordt verkeerd gelezen, want de gevolgen zijn juist wel uitdrukkelijk geregeld. Lid 2 bevat geen verrekenprijs en ook geen eenheidsprijs.
2. Par. 38 lid 2: Als de afwijking groter
2. Reeds omdat voor geschatte hoeveelheden geen 181
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
is dan 10%, dan moet het mogelijk zijn om de eenheidsprijs te herzien op dezelfde wijze als is geregeld in par. 39 lid 2. Toevoegen: indien de geschatte hoeveelheid in redelijkheid niet nauwkeurig is te bepalen of niet controleerbaar is, wordt de geschatte hoeveelheid alsnog als een verrekenbare hoeveelheid aangemerkt. Zie ook RAW Standaardbepalingen 01.01.05 sub 07 en 08. (P. Herber, 1-12-09)
verrekenprijzen worden overeengekomen, kan het voorstel niet gevolgd worden om bij afwijkingen van meer dan 10 % ten opzichte van de geschatte hoeveelheid, de verrekenprijzen te herzien. Als zich een dergelijke afwijking voordoet worden de daardoor opgetreden besparingen of extra kosten simpelweg met de aannemer verrekend. Te bedenken is dat ook bij het herzien van een verrekenprijzen bij de afwijking van verrekenbare hoeveelheid (paragraaf 39) met meer dan 10 % ten opzichte van het steeds hoeveelheid, de nieuwe verrekenprijs gevonden wordt door de als gevolg van de onder-of overschrijding opgetreden besparingen of extra kosten over de mindere of meerdere hoeveelheid om te slaan.
tekstvoorstellen
De door Mr. Herber bepleite toevoeging dat een geschatte hoeveelheid zal worden aangemerkt als een verrekenbare hoeveelheid 182
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
indien de geschatte hoeveelheid in redelijkheid niet nauwkeurig is te bepalen of is te controleren, neemt de commissie evenmin over. Herhaaldelijk is door arbiters al beslist dat wanneer de door de opdrachtgever als geschat opgegeven hoeveelheid niet of onvoldoende door de aannemer gecontroleerd kan worden, het in paragraaf 38 lid 2 opgenomen eigen risicopercentage moet worden verlaagd.
38.3
38.4
Afwijkingen van andere dan de in het eerste of tweede lid bedoelde hoeveelheden, welke door de directie worden verlangd of voorgeschreven, worden beschouwd als bestekswijzigingen en verrekend overeenkomstig het bepaalde in § 36. Indien in het bestek hoeveelheden bouwstoffen zijn vermeld, worden daaronder verstaan, voor zover niet anders is bepaald, hoeveelheden in het werk gemeten.
183
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
38.5
De meting van geleverde of verwerkte bouwstoffen geschiedt door de aannemer ten overstaan van de directie en op door haar goed te keuren wijze.
§ 39. Afwijkingen van verrekenbare hoeveelheden
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Omdat over deze paragraaf regelmatig verschillen van mening ontstaan tussen opdrachtgever en aannemer over paragraaf39 lid 2, is zinvol als lid 2 zodanig wordt aangepast dat de redactie duidelijk wordt met betrekking tot de wijze waarop een gewijzigde verrekenprijs zal worden overeengekomen. (M. Weerd 13-12009)
1. In de praktijk komen opdrachtgever en aannemer hier altijd uit. De suggestie wordt niet overgenomen.
2. Titel wijzigen in “Afwijkingen van verrekenbare en geschatte hoeveelheden”. (BNB 23-3-2010)
tekstvoorstellen
2. Leden 2 en 3: bij geschatte hoeveelheden is er geen verrekenprijs en dus kan de suggestie niet overgenomen worden overgenomen.
3. Zie het commentaar bij 3. Conform het voorstel van BNB inzake paragraaf 38 lid 2. paragraaf 38 lid 2 een nieuwe bepaling opnemen over hoe te verrekenen bij geschatte hoeveelheden. Veranker in de herziene UAV de algemene opvatting dat een aannemer reeds bij het afprijzen van de geschatte hoeveelheid rekening heeft kunnen houden met de genoemde bandbreedte van 10% en dat hij derhalve alleen voor een afwijking van de geschatte hoeveelheid buiten de 10% een nieuwe prijsaanbieding hoeft te 184
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
maken. (BNB 23-3-2010)
39.1
39.2
Indien in het bestek verrekenbare hoeveelheden zijn opgenomen en deze blijken te hoog of te laag te zijn om het werk overeenkomstig de bepalingen van het bestek of de aard van het werk tot stand te brengen, zullen de afwijkingen van deze hoeveelheden worden verrekend tegen verrekenprijzen, die daartoe bij de totstandkoming van de overeenkomst zijn overeengekomen. Indien een verrekenprijs voor afwijkingen van een in het bestek opgenomen verrekenbare hoeveelheid te laag of te hoog blijkt te zijn, zal een gewijzigde verrekenprijs tussen de opdrachtgever en de aannemer worden overeengekomen. De herziening zal slechts kunnen plaats vinden, indien meer dan 110% of minder dan 90% van de in het bestek opgenomen verrekenbare hoeveelheid is of zal worden verwerkt.
1. Par. 39 lid 2 1e volzin om dezelfde 1. De werkgroep verwijst naar (als bij par. 36 lid 4 is bepleit) reden par. 39 lid 3, dat hier van aanvullen met een bepaling dat een toepassing is. wijziging van de verrekenprijs plaatsvindt op basis van de uitgangspunten van de oorspronkelijke verrekenprijs en niet op basis van nacalculatie van het reeds gemaakte werk. Wijziging van de verrekenbare hoeveelheden kan leiden tot gewijzigde verrekenprijzen maar niet tot wijziging van de oorspronkelijke uitgangspunten van deze verrekenprijs. (NL-Ingenieurs 27-11-2009) 2. 'Té' hoog of 'té' laag wordt nogal vaak gebruikt in het geval van (veel te) lage 2. Het voorstel wordt niet verrekenprijzen. Duidelijker omschrijven overgenomen, want is niet in dat het hier alleen gaat om het een algemene regel te 185
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
39.3
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
verrekenen van mogelijke verschillen welke pas tijdens de uitvoering bekend konden worden, of tengevolge van uitloop van werkzaamheden (voor rekening van de opdrachtgever). (R. Petersen 9-11-2009)
formuleren.
Indien overeenkomstig het bepaalde in het tweede In par. 39 lid 3, laatste zin: ofwel deze lid een verrekenprijs wordt gewijzigd, wordt de zin schrappen, ofwel het woordje afwijking van de in het bestek opgenomen “echter” vervangen door: derhalve. (P. verrekenbare hoeveelheid verrekend tegen die Herber, 1-12-09) gewijzigde verrekenprijs; zodanige wijziging leidt echter niet tot wijziging van de aannemingssom.
tekstvoorstellen
Het derde lid van paragraaf 39 benadrukt nog eens dat een verrekenprijs – en ook een gewijzigde verrekenprijs alleen bedoeld is voor het verrekenen van de bespaarde of extra kosten voor het geval een verrekenbare hoeveelheid met meer dan 10 % wordt onder- of overschreden. Verrekenprijzen zijn dus alleen bedoeld voor het verrekenen van afwijkingen. Het is niet de bedoeling dat op basis van opgegeven of naderhand gewijzigde verrekenprijs de aannemingssom voor het gedeelte van het werk waarop de verrekenprijs betrekking heeft wordt gereconstrueerd. Dat is de betekenis van het laatste deel van het derde lid van paragraaf 39. Het daar bepaalde sluit ook aan bij het uitgangspunt van de UAV dat 186
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
de aannemingssom zoals overeengekomen naderhand ook niet meer niet verandert. De commissie verwijst hierbij naar de definitie in paragraaf 1 waarin is bepaald dat de aannemingssom het bedrag is waarvoor de aannemer het werk aanneemt en naar paragraaf 40 lid 1 dat de zogenaamde saldotheorie huldigt. De commissie voelde er dan ook niet voor om de verduidelijking in het laatste deel van het derde lid van paragraaf 39 te schrappen. Zij acht ook het terecht dat in dat gedeelte het wordt “echter” voorkomt – en niet gesproken wordt van “derhalve”, zoals wordt voorgesteld - , en wel omdat daarmee nog eens duidelijker wordt aangegeven dat een wijziging van de verrekenprijs niet leidt tot wijziging van de aannemingssom.
187
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
39.4
Indien voor een bepaalde bouwstof of voor een bepaald soort werk meer dan één verrekenbare hoeveelheid in het bestek is opgenomen en voor die hoeveelheden een zelfde verrekenprijs geldt, wordt voor de toepassing van het bepaalde in het tweede en derde lid het totaal van deze hoeveelheden als de in het bestek opgenomen verrekenbare hoeveelheid beschouwd. In de in deze paragraaf bedoelde verrekenprijzen Aansluiting zoeken bij de RAWworden geacht begrepen te zijn alle rechtstreeks verrekenprijs. (R. Petersen 9-11of zijdelings voor de uitvoering nodige kosten en 2009) een aannemersvergoeding. In de aannemersvergoeding worden de algemene kosten van de aannemer en een normale aannemerswinst geacht begrepen te zijn.
39.5
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Voorstel wordt niet overgenomen, past niet in de UAV systematiek.
HOOFDSTUK XI Betaling, omzetbelasting, kortingen, verpanding § 40. Betaling
1. Bepalingen omtrent risicoregeling opnemen. (R. van der Kroef 20-112009) 2. Meer aansluiting zoeken bij de formulering in de RAW-Standaard (01.02) de rol van de directie veel duidelijker formuleren. Het opnemen (of accepteren) van een termijn moet uiterlijk zijn geschied voordat een declaratie ingediend kan worden. Nu maken termijnen (welke veelal de
1. Wordt niet overgenomen. 2. Wordt niet overgenomen, past onvoldoende in de UAV systematiek.
188
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
aannemer op soms eigen initiatief aanlevert) een enorme omweg voordat deze om een of andere reden eerst goedgekeurd moeten zijn en dus blijft door het veel later pas mogen indienen van declaraties heel veel geld, heel vaak en heel lang 'liggen'. (R. Petersen 911-2009)
40.1
40.2
3. TOEVOEGEN PARAGRAAF 30 lid 14: Variant van STABU bepaling 01.02.40.05 toevoegen: Indien in het bestek een regeling als bedoeld in paragraaf 6 lid 13 is omschreven zal de aannemer de declaraties hiervan afzonderlijk en uiterlijk binnen twee maanden, nadat de eerste officiële publicatie van de daarvoor benodigde loonen materiaalindices is verschenen, op naam van de opdrachtgever bij de directie indienen. (BNB 23-3-2010) Het ingevolge de overeenkomst aan de aannemer “de overeenkomst” wijzigen in “het toekomende bedrag is het saldo, gevormd door de bestek” (BNB 23-3-2010) aannemingssom, verhoogd onderscheidenlijk verlaagd met hetgeen overigens aan of door hem terzake van de overeenkomst verschuldigd is. Indien de aannemer volgens de overeenkomst “de overeenkomst” wijzigen in “het recht heeft op betaling in termijnen, heeft met het bestek” (BNB 23-3-2010) oog op het verschijnen van een betalingstermijn opneming van het uitgevoerde gedeelte van het werk plaats.
3. Het voorstel wordt niet overgenomen, paragraaf 40 bevat een helder verhaal en behoeft gaan aanvulling. Partijen die zulks wensen, dienen zelf een aanvullende regeling te formuleren in hun overeenkomst.
Wordt niet overgenomen
Wordt niet overgenomen.
189
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
40.3
Bij de opneming, bedoeld in het tweede lid, wordt rekening gehouden met de waarde van goedgekeurde, doch nog niet verwerkte bouwstoffen, voor zover deze krachtens § 19 eigendom van de opdrachtgever zijn geworden. Geschiedt de opneming, bedoeld in het tweede lid, niet binnen acht dagen nadat de aannemer daarom heeft verzocht, dan kan de aannemer schriftelijk een nieuwe aanvrage tot de directie richten, met verzoek binnen vier dagen tot opneming over te gaan. Voldoet de directie niet aan dit verzoek, dan wordt de opneming geacht te zijn geschied en wordt het door de aannemer in zijn verzoek opgegeven termijnbedrag uitbetaald overeenkomstig het in het zesde lid bepaalde. Indien de directie na een opneming, bedoeld in het tweede lid, nalaat binnen vier dagen nadat de aannemer daarom schriftelijk heeft verzocht, het resultaat van de opneming bekend te maken, wordt het door de aannemer in zijn verzoek opgegeven termijnbedrag uitbetaald overeenkomstig het in het zesde lid bepaalde.
40.4
40.5
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
190
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
40.6
De uitbetaling van een termijn zal plaats vinden binnen vier weken, nadat bij de opneming, bedoeld in het tweede lid, is gebleken, dat de aannemer recht heeft op betaling van die termijn. Indien in het bestek is bepaald, dat de betaling van een termijn eerst zal geschieden nadat de aannemer een declaratie heeft ingediend, zal de betaling plaats vinden binnen vier weken nadat de declaratie in goede orde bij de directie is ingekomen. De declaratie wordt geacht in goede orde bij de directie te zijn ingekomen indien de directie niet binnen zeven dagen na ontvangst van de declaratie aan de aannemer heeft medegedeeld dat daaraan documenten ontbreken welke nodig zijn ter beoordeling van de juistheid van de declaratie. Indien de directie tegen de inhoud van de declaratie bezwaar heeft, stelt zij de aannemer onder opgave van redenen daarvan zo spoedig mogelijk, doch uiterlijk binnen vier weken na ontvangst van de declaratie, op de hoogte.
1. In § 40 lid 6 UAV wordt de procedure beschreven ten aanzien van het indienen en beoordelen van 'declaraties'. De term declaratie is niet gedefinieerd in de UAV, maar kan in beginsel van alles inhouden (bijvoorbeeld een brief met een kostenopstelling over een meerwerk). Het wettelijke regime (artikel 6:119a BW) kent evenmin de term declaratie, maar gaat uit van de term 'factuur'. Omdat beide begrippen niet per se hetzelfde inhouden, kan discussie ontstaan of de wettelijke (handels)rente reeds verschuldigd is zonder dat een factuur is ontvangen. Zie in dat kader RvA d.d. 28 september 2009, nr. 71.335, r.o. 25 e.v. Het verdient aanbeveling de UAV aan te passen aan het BW en uit te gaan van de term 'factuur', dan wel te definiëren wat onder een 'declaratie' wordt verstaan (vergelijk de nadere eisen in de RAW/diverse RAW bestekken). (G. Huith 6-1-2010)
1. De Werkgroep deelt de opvatting van Huith niet en ziet geen reden is de terminologie aan te passen. Ook uit de jurisprudentie blijkt geen noodzaak het gedane voorstel te volgen.
2. Tekstvoorstel: de betaling van een termijn zal eerst geschieden nadat de aannemer een declaratie heeft ingediend, tenzij het bestek anders bepaalt. De betaling zal plaats vinden binnen vier weken nadat de declaratie in goede orde bij de directie is ingekomen.
2. De werkgroep wil de mogelijkheid openhouden dit in het bestek anders te laten bepalen.
tekstvoorstellen
191
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
(BNB 23-3-2010)
40.7
Indien een termijn verschenen is, waarvan het bedrag beïnvloed kan worden door de eindafrekening van het gehele werk, wordt die termijn gesteld op het bedrag, dat de aannemer, gegeven de voortgang van het werk, ontwijfelbaar toekomt en wordt dit bedrag aan hem uitbetaald.
40.8
Indien een termijn nog niet verschenen is, kan de opdrachtgever niettemin, zo daartoe aanleiding bestaat, tot gedeeltelijke betaling daarvan overgaan.
Paragraaf 40 en de goederenrechtelijke overgang van bouwstoffen (paragraaf 19). Zie ook p. 85, paragraaf 19 algemeen onder 1: Het probleem dat zich voordoet is dat door vertraging die niet 192
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
voor rekening van de betreffende aannemer komt, een termijn wordt uitgesteld, terwijl de eigendom al is overgegaan. Er zijn twee systemen die gekozen kunnen worden. Ten eerste termijnen die na het verstrijken van een bepaalde tijdsperiode verschijnen. Ten tweede termijnen die bij een bepaalde stand van het werk verschijnen. De problematiek doet zich alleen bij de tweede variant voor, dus het is lastig om deze problematiek in algemene zin in de UAV te ondervangen. Een oplossing kan in een specifiek geval worden gezocht in paragraaf 40 lid 8. Deze bepaling kan echter niet als algemene verplichting worden geformuleerd. 40.9
Indien niet is overeengekomen, dat betaling in termijnen zal geschieden, ontvangt de aannemer, vooruitlopend op de eindafrekening, binnen vier weken nadat het werk is opgeleverd het bedrag, dat hem ontwijfelbaar toekomt.
193
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
40.10
Op de betaling van bedragen buiten de aannemingssom of van bedragen buiten de termijnen van de aannemingssom is het bepaalde in het zesde lid van overeenkomstige toepassing. Zo spoedig mogelijk na de oplevering van het werk, of, indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, zo spoedig mogelijk na het verstrijken daarvan, wordt de eindafrekening van het werk opgesteld. Hetgeen reeds is betaald wordt dan in mindering gebracht op hetgeen de aannemer volgens het eerste lid toekomt en het restant wordt hem binnen vier weken betaald. Indien de aannemer bij de eindafrekening een bedrag aan de opdrachtgever verschuldigd blijkt, is hij binnen vier weken tot betaling daarvan gehouden. Indien door in gebreke blijven of onvermogen van de aannemer de opdrachtgever het werk geheel of gedeeltelijk uitvoert, of door anderen doet uitvoeren, wordt de betaling opgeschort, totdat zal zijn gebleken, welk bedrag dientengevolge door of aan de aannemer verschuldigd is. Het eerste en tweede lid van § 45 zijn niet van toepassing over het tijdvak van de opschorting.
40.11
40.12
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. “Zo spoedig mogelijk na ….” wijzigen in: “Binnen 14 dagen na ….” (VNG 24-1-2009)
1. De suggestie inzake het benoemen van de termijn welke bij oplevering wordt opgesteld, voert te ver en wordt niet overgenomen.
2. De termijn welke bij oplevering wordt opgesteld ook benoemen. (R. Petersen 9-11-2009)
tekstvoorstellen
2. De werkgroep neemt dit niet over, want de uiteenlopende aard en omvang van werken maakt dit niet mogelijk.
Indien door in gebreke blijven of onvermogen van de aannemer de opdrachtgever het werk geheel of gedeeltelijk uitvoert, of door anderen doet uitvoeren, wordt de betaling opgeschort, totdat zal zijn gebleken, welk bedrag dientengevolge door of aan de aannemer verschuldigd is. Het bepaalde in § 45, eerste en tweede lid, is niet van toepassing over 194
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen het tijdvak van de opschorting.
40.13
In de in het voorgaande lid bedoelde gevallen heeft de opdrachtgever tevens het recht om voor rekening van de aannemer rechtstreeks aan onderaannemers en leveranciers een billijke vergoeding uit te keren voor de werkzaamheden en leveringen, waarvoor deze nog geen betaling genoten. De opdrachtgever gaat hiertoe niet over dan na de aannemer of diens wettelijke vertegenwoordiger ter zake te hebben gehoord.
Ingeval opdrachtgever de onderaannemer in die gevallen rechtstreeks betaalt, wordt hoofdaannemer belangrijk drukmiddel richting zijn onderaannemer ontnomen: met name in gevallen als het in gebreke blijven voortkomt door in gebreke blijven van de onderaannemer; mogelijke oplossing : bepaling verduidelijken op punt dat dit geldt voor de situatie dat in gebreke blijven NIET voortspruit uit in gebreke blijven van de onderaannemer. (UNETO 22-1-2010)
Het voorstel van UNETO wordt niet overgenomen. De opdrachtgever kan er ook in geval de onderaannemer tekortschiet belang bij hebben deze te betalen over het hoofd van de aannemer heen en hem daarmee een drukmiddel uit handen nemend. Bovendien als de onderaannemer wordt betaald, is het mogelijk dat hij niet langer zal tekort schieten en heeft de aannemer het drukmiddel ook niet meer nodig.
195
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
§ 41. Omzetbelasting
41.1
De ter zake van het werk verschuldigde omzetbelasting is niet begrepen in de tussen opdrachtgever en aannemer overeengekomen of overeen te komen bedragen en prijzen, doch het bedrag daarvan wordt door de aannemer in zijn prijsopgaven afzonderlijk vermeld.
41.2
De opdrachtgever vergoedt de aannemer de ter zake van het werk verschuldigde omzetbelasting.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Regeling inzake verlegging omzetbelasting toevoegen. 2. Bepalingen opnemen omtrent beheer van uitvoeringsdocumenten (b.v. versiebeheer, (verantwoordelijkheid voor) revisie, (digitale) vervaardiging en uitwisseling van uitvoeringsdocumenten, virussen, ……). In managementtermen ook wel configuratiemanagement genoemd. 3. Bepalingen omtrent risicomanagement opnemen? 4. Bepalingen omtrent (door de opdrachtgever geregelde en door de aannemer te zorgen) vergunningen opnemen. 5. In de RAW Standaardbepalingen zijn ook aanvullingen en wijzigingen op de UAV(TI) opgenomen. Deze zouden ook meegnomen kunnen worden. (R. van der Kroef 20-11-2009)
1. Naar aanleiding van een notitie over dit onderwerp wordt besloten de bepaling niet te wijzigen.
tekstvoorstellen
196
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
41.3
De aannemer ontvangt echter geen vergoeding van de ter zake van het werk verschuldigde omzetbelasting voor zover deze van de opdrachtgever wordt geheven. De berekening van hetgeen de aannemer “de overeenkomst” wijzigen in “het ingevolge de overeenkomst toekomt geschiedt met bestek” (BNB 23-3-2010) inachtneming van bedragen en prijzen, waarin de omzetbelasting niet is begrepen; de berekening van de door de opdrachtgever aan de aannemer te vergoeden omzetbelasting geschiedt afzonderlijk.
41.4
41.5
§ 42. Kortingen
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Zie eerdere afwijzing.
De vergoeding van omzetbelasting aan de aannemer geschiedt gelijktijdig met de ter zake van het werk aan hem te verrichten betalingen. 1. In praktijk wordt 1e zin ook gebruikt als vertraging niet aan de aannemer is toe te schrijven resp. binnen zijn risico valt. Zie ook paragraaf 8 ; dit wordt niet in acht genomen; mogelijke oplossing : ter verduidelijking toevoegen: "te late oplevering waarvoor aannemer verantwoordelijk is". (UNETO 22-12010)
1. De werkgroep deelt het punt van UNETO niet: de term „werk‟in de eerste zin van paragraaf 42 lid 1 kan alleen slaan op het werk van de aannemer en niet ook op werk van anderen, voor wie hij niet aansprakelijk is.
2. Bedragen dienen te worden aangepast in € en het bedrag van de korting dient omhoog te gaan met een stijging die past bij de huidige normen. (M. Weerd 13-1-2009)
2. Zie het commentaar bij lid 2.
3. Zonder tekort te doen aan de stimulerende werking van een korting
3. Het voorstel haalt het wezen uit het fenomeen gefixeerde 197
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
kan aan de onrechtvaardige rechtspositie van de aannemer tegemoet worden gekomen door de opdrachtgever wel het recht op korting te geven, maar daaraan een grens te stellen. Bijvoorbeeld tot een nader te bepalen percentage van de aannemingssom of een aantal werkbare dagen. De opdrachtgever kan op deze wijze de aannemer toch prikkelen om zijn werk op tijd op te leveren en kan bij vertraging toch zijn eerste kosten dekken. Mocht hij echter meer schade lijden dan hij op basis van de gemaximaliseerde korting heeft ingehouden, dan dient hij de aanemer daarvoor aansprakelijk te stellen met een onderbouwde en gespecificeerde vordering. (Kropman 4-1-2010)
schadevergoeding, dat is onwenselijk. Het wezen van de gefixeerde schadevergoeding is immers het voorkomen van discussies over de omvang van de schade.
4. Om innovatie te bevorderen een variant van STABU bepaling 01.02.42.02 toevoegen: Voor elke dag dat de aannemer het werk eerder oplevert dan de krachtens de overeenkomst bepaalde datum van oplevering, ontvangt hij een premie van …euro per dag, tenzij het bestek anders bepaalt. (BNB 23-32010)
4. Het opnemen van een bonus in de UAV wordt als te ingrijpend afgewezen.
5. Paragraaftitel wijzigen in “kortingen en bonussen” (BNB 23-3-2010)
5. zie het commentaar hiervoor onder 4.
tekstvoorstellen
198
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
42.1
De opdrachtgever kan wegens te late oplevering van het werk aan de aannemer kortingen op de aannemingssom opleggen. Voor de toepassing van deze paragraaf wordt als dag van oplevering aangemerkt de dag, welke door de aannemer overeenkomstig het eerste of, ingeval van heropneming na onthouding van goedkeuring, het achtste lid van § 9 is opgegeven, mits het werk vervolgens is of geacht wordt te zijn goedgekeurd.
Commentaar van na de expertmeeting: bedrag noemen zonder indexeringsclausule
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen De opdrachtgever kan wegens te late oplevering van het werk aan de aannemer kortingen op de aannemingssom opleggen. Voor de toepassing van deze paragraaf wordt als dag van oplevering aangemerkt de dag, welke door de aannemer overeenkomstig het bepaalde in § 9, eerste lid, of, ingeval van heropneming na onthouding van goedkeuring, overeenkomstig het bepaalde in § 9, achtste lid, is opgegeven, mits het werk vervolgens is of geacht wordt te zijn goedgekeurd.
199
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
42.2
Het bedrag der kortingen wordt in het bestek bepaald. Bij gebreke van zodanige bepaling bedraagt het ƒ 75 per dag.
1. paragraaf 42 lid 2 juncto lid 3: als in lid 2 de korting wordt bepaald per werkdag, kan in lid 3 de eerste zin vervallen. (RvA 30-11-2009)
1. de werkgroep is het hier mee eens.
Het bedrag der kortingen wordt in het bestek bepaald. Bij gebreke van zodanige bepaling bedraagt het € 60 per dag.
2. Boete ontstaat door een werk met opzet te laat op te leveren/te voltooien… In de praktijk worden onderscheiden: Kortingen op de aannemingssom in de vorm van Boete en Gefixeerde schadevergoeding. Boetes zijn willekeurige sanctiebedragen om de aannemer tot tijdige oplevering te pressen en waarvoor de RvA/rechter matigingsbevoegdheid heeft. De korting als gefixeerde schadevergoeding is gebaseerd op de werkelijke schade die de opdrachtgever lijdt ten gevolge van de niet-tijdige oplevering door schuld van de aannemer. Omdat de aannemersovereenkomst wordt aangegaan o.b.v. vrijwilligheid en gelijkheid van partijen vind ik een Boete afbreuk doen aan de werk/vertrouwensrelatie. Het gaat echter wellicht te ver om de Gefixeerde schadevergoeding in de UAV voor te schrijven (J. van Kuijen 23-11-2009)
2-12. Na vastgesteld te hebben dat aan ieder voorstel nadelen kleven, wordt besloten het stelsel van de UAV 1989 te handhaven en een bedrag in euro‟s op te nemen. De volgende alternatieven zijn de revue gepasseerd: het schrappen van de tweede zin van lid 2 (afgewezen, want het opnemen van een bedrag cq promillage zal werken als een stok achter de deur voor de bestekschrijver voor het geval dat bedrag cq promillage niet passend zou zijn voor een specifiek werk; voor de uitvoerende partijen heeft het opnemen het voordeel dat men vooraf weet waarmee rekening te houden; schrappen leidt er voorts toe, dat als de bestekschrijver er eveneens niets over opneemt, het voordeel van de fixatie verdwenen is en
3. Opnemen van een percentage van de
200
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
aanneemsom ipv een bedrag. bewijsmoeilijkheden in alle Laatste zin weglaten. (VNG 24-1heftigheid losbarsten); een 2009)/ Omrekenen naar de waarde van bepaald bedrag invullen; een vandaag en indexeringsclausule promillage. De werkgroep opnemen? (VNG 24-8-2010) besluit in tweede instantie een vast bedrag te noemen conform 4. Een vast kortingsbedrag heeft de 1989 UAV en wel van € 60. nauwelijks betekenis en wordt vrijwel altijd overschreven door een regeling in de overeenkomst. Het ligt dan ook voor de hand om aansluiting te zoeken bij § 36 UAV-GC (en het vaste bedrag te schrappen). (CROW 30-11-2009) 5. Het bedrag in guldens aanpassen naar een bedrag in euro's. (Poelmann van den Broek 25-1-2010) 6. Korting per dag aanpassen naar korting per 'werkdag' en dan ook ondubbelzinnig het woord 'werkdag' in § 1 opnemen (wat wordt bijvoorbeeld bedoeld met 'andere niet individuele vrije dag'), en ook naar euro's omzetten, bijvoorbeeld € 100, - of € 150, -. (R. Petersen 9-11-2009) 7. Aanpassen in 200 euro (naar 2010 geïndexeerde 75 gulden uit 1989) (BNB 23-3-2010) 201
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
8. Par.42 lid 2: aanpassen boetebedrag en omzetten in Euro‟s . (P. Herber, 112-09) 9. Maak van de 75 gulden gewoon € 75 (A. van Wassenaer 1-7-2010). 10. Het voorstel van het werken met een indexeringsclausule betekent dat bij een te late oplevering er telkens eerst (extern, buiten de overeenkomst) de te toe passen indexering gevonden moet worden en vervolgens toegepast. Het nadeel hiervan is dat een nu zeer eenvoudige regeling, complexer wordt. Een potentieel geschilpunt erbij, dit terwijl er al een conflictsituatie is. Ik acht een indexering dan ook minder gewenst. (F. van Cassel, 15-72010)/fl 75 = € 55 (28-5-2010) 11. De werkgroep stelt voor een bedrag van € 55,- op te nemen als kortingsbedrag wegens te late oplevering (par. 42 lid 2 UAV 1989). Dit bedrag komt mij te laag voor om de daadwerkelijke schade die geleden wordt (door de consument) te dekken. Bovendien behoort het kortingsbedrag naar mijn mening, een punitief element in te houden om de ondernemer te stimuleren om tijdig op te leveren. Mijn 202
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
voorstel zou derhalve zijn om het kortingsbedrag te verhogen. Verder lijkt het mij een verbetering om uit te gaan van een bedrag per kalenderdag i.p.v. een bedrag per werkdag (par. 42 lid 3). (VEH 28-7-2010). 12. Mijn voorkeur is om recht te doen aan de beginzin van lid 2: -Het bedrag der kortingen wordt in het bestek bepaald-. En de vervolgzin –Bij gebreke enz… te schrappen. Het opleggen van kortingen behoort mijns inziens een bewuste, wel overwogen, daad van de opdrachtgever te zijn. (Waarbij de gefixeerde schadevergoeding de voorkeur verdient boven de boete, mede omdat deze laatste, naast willekeur en kans op matiging, geen recht doet aan de vertrouwensrelatie van de vrijwillig aangegane overeenkomst tussen gelijkwaardige partijen). Wellicht overschrijdt mijn voorstel de grens van de “lichte herziening”, maar het bewust opleggen en overeenkomen door beide partijen van dergelijke kortingen komt mijns inziens het best tot uitdrukking en verkrijgt gezamenlijke aandacht als onderwerp in een Model Basis Overeenkomst bij de UAV 2010 (á la de UAV-GC) . (J. van Kuijen 29-6-2009) 203
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
42.3
Geen korting wordt opgelegd voor na de opleveringstermijn verstreken dagen die geen werkdag zijn. Evenmin wordt korting opgelegd voor de zowel binnen als na bedoelde termijn gevallen dagen, dat de oplevering door overmacht is vertraagd, voor zover daarmede bij een verleende termijnsverlenging geen rekening is gehouden.
1. paragraaf 42 lid 2 juncto lid 3: als in lid 2 de korting wordt bepaald per werkdag, kan in lid 3 de eerste zin vervallen. (RvA 30-11-2009)
1. de werkgroep is het hier mee eens.
2. Probleem: Bepaling verhoudt zich niet meer met onze 24-uurs economie. Met name de gederfde omzet (als gefixeerde schadevergoeding voor berekening van de korting) van te laat opgeleverde grootwinkelbedrijven is op nietwerkdagen belangrijker dan op werkdagen. Verbeterpunt: Bepaling schrappen. (J. van Kuijen 23-112009)
2. De werkgroep is niet overtuigd van de noodzaak de terminologie te wijzigen en handhaaft deze dan ook.
Geen korting wordt opgelegd voor na de opleveringstermijn verstreken dagen die geen werkdag zijn. Evenmin wordt korting opgelegd voor de zowel binnen als na bedoelde termijn gevallen dagen, dat de oplevering door overmacht is vertraagd, voor zover daarmede bij een verleende termijnverlenging geen rekening is gehouden.
3. In tegenstelling tot de altijd in het 3. Zie commentaar inzake RvA. bestek genoemde korting per 'dag' wordt in dit artikel werkdag bedoeld. In bijna alle op de markt zijnde bestekken is dit tegenstrijdig geregeld. De bestekschrijver gaat uit van een korting 204
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
per 'dag' aanhakend bij § 42.2 en hij denkt: 'dag is kalenderdag', maar dan komt de aannemer met § 42.3 waaruit blijkt dat er vanuit de UAV echter sprake is van 'werkdagen'. (R. Petersen 9-112009) 4 Schrappen openingszin “Geen korting wordt opgelegd voor na de opleveringstermijn verstreken dagen die geen werkdag zijn.” Maakt het onnodig gecompliceerd. (BNB 23-3-2010)
42.4
42.5
4. Zie commentaar bij RvA onder 1 van dit lid.
Vertraging in de voortgang van het werk door bedrijfsstoornissen en - indien de opleveringstermijn niet is bepaald in werkbare werkdagen - door onwerkbare dagen, wordt daarbij slechts als overmacht aangemerkt, voor zover die vertraging van ongewone duur is geweest. Geen korting wordt opgelegd wegens overschrijding van een termijn, indien en voor zover deze overschrijding het gevolg is van overschrijding van een eerder geëindigde termijn, waarvoor reeds korting is opgelegd, mits de bedoelde termijnen met elkaar in verband staan. Kortingen worden verbeurd enkel ten gevolge van het verschijnen van de bepaalde dag, zonder dat deswege een ingebrekestelling nodig is om daarvan te doen blijken. 205
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
42.6
Kortingen en andere bedragen, die ingevolge de “de overeenkomst” wijzigen in “het overeenkomst door de aannemer verschuldigd zijn, bestek” (BNB 23-3-2010) worden bij de eerstvolgende betalingstermijn en zo nodig bij volgende termijnen van betaling ingehouden of op andere wijze op de aannemer verhaald.
§ 43. Verpanding of cessie door de aannemer aan derden 43.1
43.2
De aannemer zal het recht op het saldo, bedoeld in § 40, eerste lid, geheel of gedeeltelijk kunnen cederen of in pand geven.
Commentaar van buiten
Overwegen om de 2 leden behorende bij deze paragraaf 43 over te hevelen naar paragraaf 40 en de bepalingen daarop aan te passen (BNB 23-3-2010).
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Is al eerder afgewezen.
De werkgroep ziet niet wat het voordeel hiervan is. Paragraaf 40 gaat over betalingen en paragraaf 43 over cessie. Hoewel verwant, zien beide bepalingen toch op twee verschillende aspecten van hetgeen waarop de aannemer recht heeft.
Indien een cessie aan de opdrachtgever is betekend, is de aannemer verplicht de akte van cessie aan de opdrachtgever over te leggen, indien deze zulks wenst.
HOOFDSTUK XIA Zekerheidsstelling, verzekering
206
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 43a Zekerheidstelling
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. De vastgestelde hoogte van de zekerheidstelling op 5% van de aannemingssom blijkt in de praktijk bij gevallen waarin de aannemer niet meer aan zijn verplichtingen kan voldoen, bijv. als gevolg van faillissement, ontoereikend. Hierdoor hanteren professionele opdrachtgevers soms zekerheidstellingen van 20% en meer. Natuurlijk kan van de UAV worden afgeweken, maar een fixatie op 5% lijkt (te) laag. In de STABU-voorbesprekingen destijds van de UAV 1989 was als vorm van de zekerheidstelling overeengekomen: de Afroep (On demand) Bankgarantie. Door onoplettendheid van de opdrachtgeversvertegenwoordigers in het bouwbrede overleg is dat niet gehonoreerd.Voor een ongehinderde voortgang van een project moet een bankgarantie op eerste afroep (On demand) van de opdrachtgever door de bank worden afgegeven waarna de aannemer een geschil kan aanspannen. Bij de huidige vorm kan de aannemer het inroepen traineren door een spoedgeschil aanhangig te maken, waardoor de opdrachtgever op zijn geld moet wachten, met alle stagnatie van dien. (J. van Kuijen 23-11-2009)
1. De werkgroep stelt voor de tekst te handhaven. Wel is er overleg met een werkgroep uit de bancaire wereld om te zien of de bankgarantie bepaling beter geformuleerd kan worden.
tekstvoorstellen
De 5% bepaling is een vaste praktijk en voorgesteld wordt deze te handhaven.
207
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
43a.1
Tekst
Het bepaalde in deze paragraaf is van toepassing, tenzij het bestek anders bepaalt.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
2. Teksten actualiseren. Er zijn inmiddels meer vormen van zekerheidsstelling dan een bankgarantie en 5% is zeker niet standaard. (R. van der Kroef 25-112009)
2. Zie het commentaar afkomstig van de banken. Hier wordt geen wijziging voorgesteld, de tekst van model B kan mogelijk aangepast worden. Maar dit is geen onderwerp van de werkzaamheden van de Werkgroep. De werkgroep wijst er op dat wel een model bankgarantie afkomstig van de banken, dat hoewel breed gedragen wordt, toch vatbaar voor discussie is.
3. Overwegen om 43a en 43b in combinatie met de verplaatsing van de huidige paragraaf 43 naar 40, samen te voegen. (BNB 23-3-2010)
3. M.b.t. het voorstel van BNB wordt geconstateerd dat dit enerzijds te ingrijpend is en anderzijds, heeft de aannemer het recht op opschorting uit hoofde van het BW.
Discrepantie tussen lid 1 en lid 7 opheffen; mag het nou wel of niet in het bestek? (BNB 23-3-2010)
De tekst is duidelijk en er is geen discrepantie: lid 1 geeft een algemene mogelijkheid om in het bestek deze kwesties allemaal indien gewenst anders te regelen. Lid 2 is van toepassing indien van lid 1 geen gebruik is gemaakt en geeft alsdan de verhouding met lid 7 aan.
tekstvoorstellen
208
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
43a.2
Met inachtneming van hetgeen in het zevende lid is bepaald, is de opdrachtgever gerechtigd om van de aannemer te bedingen dat deze zekerheid stelt voor de nakoming van zijn verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst; indien door de aannemer zekerheid dient te worden gesteld, geldt het bepaalde in het derde tot en met het zesde lid van deze paragraaf.
Variant van STABU bepaling 01.02.43.01 meenemen. In de bestekkenpraktijk wordt er altijd wel een bankgarantie gevraagd. Dit dan in combinatie met een milde vorm van overwaarde gezien de cultuur van (achteraf)betalen naar verricht werk. De tekst: “Met inachtneming van hetgeen in het zevende lid is bepaald, is de opdrachtgever gerechtigd om van de aannemer te bedingen dat deze zekerheid stelt voor de nakoming van zijn verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst; indien door de aannemer zekerheid dient te worden gesteld, geldt het bepaalde in het derde tot en met het zesde lid van deze paragraaf.” Wijzigen in: “De aannemer moet zo spoedig mogelijk nadat het werk aan hem is opgedragen, doch uiterlijk voor het verschijnen van de eerste termijn, als zekerheid voor de nakoming van zijn verplichtingen die voortvloeien uit de overeenkomst, een door een bank of verzekeringsmaatschappij afgegeven bankgarantie ten behoeve van de opdrachtgever stellen. Indien de bedoelde bankgarantie niet voor het verschijnen van de eerste termijn is ontvangen en goedgekeurd, wordt een bedrag ingehouden op de eerste en zo nodig de daarop volgende termijnen
De werkgroep neemt dit niet over, want de voorgestelde variant van STABU is maar een van de verschillende mogelijkheden die zich voor doen indien er geen bankgarantie is gesteld.
tekstvoorstellen
209
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
totdat de som van deze inhouding(en) het bedrag van de bankgarantie zal hebben bereikt. Het ingehouden bedrag zal worden verrekend nadat de bovenbedoelde bankgarantie zal zijn ontvangen en goedgekeurd. Binnen 14 dagen na afloop van de bankgarantie wordende ten behoeve van de bankgarantie overgelegde bescheiden aan de aannemer geretourneerd.” (BNB 23-3-2010) Ook:”“de overeenkomst” wijzigen in “het bestek” (BNB 23-3-2010) Is hierboven afgewezen. 43a.3
De waarde van de zekerheid is gelijk aan 5% van de aannemingssom en de zekerheid dient te worden gesteld in de vorm van een bankgarantie.
43a.4
Indien de opdrachtgever voornemens is de bankgarantie in te roepen geeft hij de aannemer daarvan bij aangetekende brief kennis. De opdrachtgever is gerechtigd de bankgarantie in te roepen, tenzij de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, in een door de aannemer binnen tien werkdagen na de verzending van de in dit lid bedoelde kennisgeving aanhangig te maken spoedgeschil, in eerste aanleg anders beslist.
Indien de opdrachtgever voornemens is de bankgarantie in te roepen geeft hij de aannemer daarvan bij aangetekende brief kennis. De opdrachtgever is gerechtigd de bankgarantie in te roepen, tenzij de Raad 210
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen van Arbitrage voor de Bouw, in een door de aannemer binnen tien werkdagen na de verzending van de in dit lid bedoelde kennisgeving aanhangig te maken spoedgeschil, in eerste aanleg anders beslist.
43a.5
43a.6
De zekerheid blijft van kracht tot het tijdstip waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd, met dien verstande dat, indien sprake is van kleine gebreken als bedoeld in § 9, zevende lid, de zekerheid van kracht blijft tot het tijdstip waarop de aannemer deze gebreken heeft hersteld. Indien in het bestek een onderhoudstermijn is voorgeschreven, blijft de zekerheid van kracht tot overeenkomstig § 11, zesde lid, is geconstateerd dat de aannemer aan zijn verplichtingen heeft voldaan. Na de dag waarop het werk als opgeleverd wordt beschouwd, of indien een onderhoudstermijn is voorgeschreven, na afloop van de onderhoudstermijn, is de aannemer gerechtigd vervangende zekerheid te stellen tot een bedrag dat in redelijkheid is gemoeid met herstel van de voor zijn rekening komende gebreken. De opdrachtgever is gehouden de oorspronkelijke zekerheidstelling terug te geven nadat hij met de vervangende zekerheid heeft ingestemd en deze heeft ontvangen. 211
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
43a.7
De opdrachtgever is niet gerechtigd om van de aannemer te bedingen dat deze zekerheid stelt voor de nakoming van zijn verplichtingen indien is overeengekomen dat de aannemingssom geheel of ten dele wordt ingehouden. Van een zodanige inhouding is sprake indien, de termijn van § 40, zesde lid, eerste zin, buiten beschouwing gelaten, aan de aannemer minder wordt betaald dan overeenkomt met de som der waarden van het werk dat reeds is uitgevoerd en van de goedgekeurde nog onverwerkte bouwstoffen, die eigendom van de opdrachtgever zijn geworden. Indien de opdrachtgever hetgeen de aannemer volgens de overeenkomst toekomt, niet of niet tijdig betaalt, of de aannemer gegronde redenen heeft om aan te nemen dat de opdrachtgever het de aannemer toekomende niet of niet tijdig zal betalen, is de aannemer gerechtigd om van de opdrachtgever genoegzame zekerheid te verlangen. Indien de opdrachtgever in gebreke blijft met het stellen van de door de aannemer verlangde genoegzame zekerheid, is de aannemer bevoegd, hetzij de uitvoering van het werk te schorsen, hetzij het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Met betrekking tot de schorsing respectievelijk de beëindiging in onvoltooide staat is het bepaalde in § 14 van overeenkomstige toepassing. Op de in dit lid bedoelde zekerheid is hetgeen in het vierde lid is gesteld van overeenkomstige toepassing.
43a.8
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
212
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
§ 43b. Verzekering
Bepalingen opnemen die duidelijk maken voor welke verzekeringen de aannemer geacht wordt te hebben en welke (aanvullend) door de opdrachtgever worden afgesloten. (R. van der Kroef 25-11-2009) Tenzij het bestek anders bepaalt, dient de De begintekst: “Tenzij het bestek anders aannemer verzekeringen aan te gaan waarin de bepaalt, dient de aannemer opdrachtgever en de directie als medeverzekeringen aan te gaan verzekerden zijn opgenomen, een en ander voor waarin de opdrachtgever en de directie zover dit naar de aard en de omvang van het werk als mede verzekerden zijn opgenomen, nodig en gebruikelijk is. De aannemer zorgt ervoor een en ander voor zover dit naar de aard dat de directie ten spoedigste schriftelijk bewijs en de omvang van het werk nodig en van het bestaan en de inhoud van vorenbedoelde gebruikelijk is.” verzekeringen ontvangt. Wijzigen in: Tenzij het bestek anders bepaalt, dient de aannemer een CAR verzekering aan te gaan waarin de opdrachtgever en de directie als mede verzekerden zijn opgenomen, een en ander naar de aard en de omvang van het werk nodig en gebruikelijk is. In deze verzekering dient het regresrecht te worden uitgesloten.” In de bestekken van overheden moet dit dan maar weer “uitgezet” worden en voor opdrachtgevers die zelf de (CAR) verzekering regelen biedt lid 2 voldoende soelaas. (BNB 23-3-2010)
43b.1
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
De werkgroep deelt het commentaar van R. van der Kroef niet, de bepaling is duidelijk en voorziet al in wat hij voorstelt. Het voorstel van BNB om het regresrecht uit te sluiten wordt als te ingrijpend van de hand gewezen.
213
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
43b.2
Indien door de opdrachtgever verzekeringen in verband met het werk zijn aangegaan of zullen worden aangegaan, worden de condities en bepalingen daarvan aan het bestek gehecht en zorgt de opdrachtgever ervoor dat de aannemer ten spoedigste schriftelijk bewijs van het bestaan en de inhoud van vorenbedoelde verzekeringen ontvangt.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
Aansluiting zoeken bij § 6.15 (deze 'schade' dient gemeld te worden bij de oprachtgever). (R. Petersen 9-112009)
De werkgroep is van mening dat het normale adres van mededelingen de directie is en dat voor dit onderwerp geen wijziging doorgevoerd dient te worden.
tekstvoorstellen
HOOFDSTUK XII Schade aan het werk § 44. Schade aan het werk 44.1
44.2
Onder schade aan het werk in de zin van deze paragraaf wordt verstaan schade aan het geheel of gedeeltelijk door de aannemer ten behoeve van de opdrachtgever gebouwde of gemaakte, aan de hulpwerken, aan de op of bij het werk aangevoerde bouwstoffen en voor het werk noodzakelijke hulpmiddelen. Onder schade aan bouwstoffen wordt tevens verstaan het verlies daarvan. Van het ontstaan van schade aan het werk geeft de aannemer zo spoedig mogelijk, in elk geval binnen een week nadat hem daarvan is gebleken of had kunnen blijken, kennis aan de directie.
214
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
44.3
Onverminderd de aansprakelijkheid van partijen krachtens de overeenkomst of de wet is schade aan het werk voor rekening van de aannemer, tenzij deze schade het gevolg is van buitengewone omstandigheden tegen de schadelijke gevolgen waarvan de aannemer in verband met de aard van het werk geen passende maatregelen heeft behoeven te nemen, en het onredelijk zou zijn de schade voor zijn rekening te doen komen. Na het ontstaan van schade aan het werk is de aannemer verplicht tijdig de nodige maatregelen tot beperking daarvan te treffen. Bij aanwezigheid van de directie handelt hij daarbij onder haar goedkeuring. Schade aan het werk, die is ontstaan tengevolge van het niet nakomen van de in het tweede of vierde lid genoemde verplichting, is voor rekening van de aannemer. Schade aan het werk, welke voor rekening van de aannemer is, zal door deze worden hersteld binnen door de directie eventueel te stellen termijnen, tenzij van de aannemer redelijkerwijs niet kan worden verlangd, dat het herstel door hem geschiedt. In dit geval, alsmede indien redelijkerwijs van de opdrachtgever niet kan worden verlangd, dat hij het herstel door de aannemer laat verrichten, kan de opdrachtgever in plaats daarvan een geldelijke vergoeding van de aannemer vorderen.
44.4
44.5
44.6
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
215
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
44.7
Niet voor rekening van de aannemer komende schade aan het werk zal, indien de opdrachtgever daartoe de wens te kennen geeft en dit redelijkerwijs van de aannemer kan worden verlangd, eveneens door deze worden hersteld binnen door de directie eventueel te stellen termijnen. In dit geval wordt het herstel als meer werk verrekend.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
HOOFDSTUK XIII In gebreke blijven, onvermogen of overlijden van een der partijen § 45. In gebreke blijven, onvermogen of overlijden van de opdrachtgever
216
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
45.1
Indien de opdrachtgever de ingevolge de overeenkomst verschuldigde betalingen niet tijdig verricht en de vertraging niet het gevolg is van een omstandigheid waarvoor de aannemer verantwoordelijk is, heeft deze aanspraak op vergoeding van rente tegen het wettelijk percentage met ingang van de dag, waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden. De rentevordering van de aannemer zal nimmer omvatten rente van rente.
1.In de afgelopen jaren is veel onduidelijkheid ontstaan over de verplichting tot vergoeding van rente over door opdrachtgevers onbetaald gebleven declaraties. De huidige tekst van § 45 lid 1 geeft daarover geen duidelijk en bepaalt dat de opdrachtgever de rente volgens het wettelijke percentage verschuldigd is. Artikel 6:119 BW en artikel 6:119a BW behelzen echter beide een wettelijke rente, terwijl - zoals u bekend is - de rente van artikel 6:119 BW aanmerkelijk lager is dan de wettelijke (handels)rente van artikel 6:119a BW. Opdrachtgevers stelden zich in geschillen op het standpunt dat in § 45 lid 1 UAV'89 gedoeld werd op de (lagere) wettelijke rente als bedoeld in artikel 6:119 BW. Daarvoor voerden zij aan dat de wettelijke handels rente van artikel 6:119a BW nooit bedoeld kan zijn geweest, omdat bij het opstellen van de UAV er nog geen wettelijke handelsrente bestond. Voorts bevat de wettelijke handelsrente van artikel 6:119a BW niet alleen een schadevergoedingselement, maar ook een prikkel tot betaling, terwijl de UAV in § 45 lid 2 al in een aparte prikkel tot betaling voorziet (verhoging met 2%). Aannemers daarentegen hebben steeds bepleit dat wel de
1. De kwestie van de wettelijke rente in de wet in de artikelen 6:119 en 119a geregeld, is uitvoerig bediscussieerd en resulteert in het maken van een tweedeling al naar gelang het type overeenkomst. Gezien de vaste lijn in de jurisprudentie van de Raad van Arbitrage wordt besloten om deze bepaling niet te wijzigen. De vraag welk wettelijk rentepercentage van toepassing is, vloeit voort uit de vraag of er sprake is van een overeenkomst met al dan niet een consument als partij. Het is niet nodig dit afzonderlijk te regelen.
tekstvoorstellen
217
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
wettelijke handelsrente verschuldigd is, omdat contracten waarin de UAV van toepassing zijn verklaard zijn totstandgekomen, toen de wettelijke handelsrente reeds in de wet was verankerd en de meeste opdrachtgevers de gelegenheid niet hebben gebruikt expliciet in bestekken vast te leggen dat uitsluitend de wettelijke rente van artikel 6:119 BW verschuldigd was (te verhogen met 2% indien aan de voorwaarden van § 45 lid 2 zou zijn voldaan). Uiteindelijk heeft de Raad van Arbitrage het betoog van de aannemers overgenomen. Rechtbanken hebben zich nog niet principieel over dit onderwerp uitgelaten. De herziening van de UAV biedt een mogelijkheid de onduidelijkheid weg te nemen. Daarbij zal echter ook de wenselijkheid van een dubbele betalingsprikkel in ogenschouw moeten worden genomen. Immers, indien zowel de wettelijke handelsrente als een verhoging met 2% verschuldigd wordt bij het uitblijven van betaling, loopt de rente wel erg fors op. In dat kader kan ook worden heroverwogen of het nog wenselijk is in de UAV op te nemen dat geen rente op rente verschuldigd zal zijn. Volgens het NBW is het mogelijk geworden wel rente op rente te rekenen. Ten slotte zou kunnen worden 218
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
overwogen een bepaling op te nemen met betrekking tot de door de aannemer verschuldigde rente over het saldo ex § 40 UAV voor zover dat uiteindelijk in het voordeel van de opdrachtgever uitpakt. (G. Huith 6-1-2010) 2. “de overeenkomst” wijzigen in “het bestek” “vergoeding” wijzigen “vergoeding in de vorm van bijbetaling” (BNB 23-3-2010)
2. Is al afgewezen.
219
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
45.2
Indien na verloop van twee weken sedert de dag waarop de betaling uiterlijk had moeten geschieden, deze nog niet heeft plaats gevonden en een nadien door de aannemer verzonden schriftelijke aanmaning na verloop van veertien dagen evenmin tot betaling heeft geleid, wordt het in het voorgaande lid bepaalde percentage na het verstrijken van die veertien dagen met 2 verhoogd, en is de aannemer bevoegd, mits hij zulks in de aanmaning heeft vermeld, hetzij de uitvoering van het werk te schorsen tot de opdrachtgever het door hem verschuldigde heeft betaald, hetzij het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Met betrekking tot de schorsing respectievelijk de beëindiging in onvoltooide staat is het bepaalde in § 14 van overeenkomstige toepassing. Het bepaalde in het tweede lid omtrent schorsen en beëindigen in onvoltooide staat is niet van toepassing, indien de vordering van de aannemer betrekking heeft op een bedrag, waaromtrent de opdrachtgever een spoedgeschil aanhangig heeft gemaakt. Indien de opdrachtgever in staat van faillissement wordt verklaard, is de aannemer bevoegd de curator te sommeren om binnen acht dagen te verklaren of hij bereid is het werk te doen voortzetten onder zodanige genoegzame zekerheidstelling als de aannemer blijkens de sommatie verlangt. Indien de curator zich bereid verklaart het werk te doen voortzetten, is hij verplicht bij die verklaring
Par. 45 lid 2, renteregeling, moet “verhoging met twee” blijven voor handelsovereenkomsten, gelet op omstandigheid dat bij die overeenkomsten al de hogere rente ex 6:119a geldt? (RvA 30-11-2009)
De werkgroep besluit gezien het feit dat het eerste lid ook niet wordt aangepast, ook dit lid niet aan te passen.
45.3
45.4
tekstvoorstellen
220
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
de verlangde zekerheid te stellen.
45.5
Indien de curator niet bereid is het werk te doen voortzetten, is de aannemer gerechtigd het werk in onvoltooide staat te beëindigen. Met betrekking tot de beëindiging in onvoltooide staat is het bepaalde in § 14 van overeenkomstige toepassing. Ingeval de opdrachtgever onder curatele wordt gesteld, is het bepaalde in het vierde lid van overeenkomstige toepassing. Ingeval de opdrachtgever surséance van betaling wordt verleend of hij met rechterlijke machtiging in een krankzinnigengesticht wordt geplaatst, is het bepaalde in het vierde lid eveneens van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor „de curator‟ wordt gelezen „de opdrachtgever en de bewindvoerder‟ onderscheidenlijk „de provisionele bewindvoerder of de curator‟.
Ingeval de opdrachtgever onder curatele wordt gesteld, is het bepaalde in het vierde lid van overeenkomstige toepassing. Ingeval de opdrachtgever surséance van betaling wordt verleend of hij met rechterlijke machtiging in een psychiatrisch ziekenhuis wordt geplaatst, is het bepaalde in het vierde lid eveneens van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor „de curator‟ wordt gelezen „de opdrachtgever en de bewindvoerder‟ onderscheidenlijk „de provisionele bewindvoerder of de 221
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen curator‟.
45.6
Ingeval de opdrachtgever overlijdt, is de overeenkomst niet uit dien hoofde ontbonden. Het bepaalde in het vierde lid is alsdan van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor „de curator‟ wordt gelezen „de erfgenamen‟. Indien de aannemer zulks verlangt, zijn de erfgenamen verplicht één van hen of een derde schriftelijk aan te wijzen om hen in alle opzichten te vertegenwoordigen.
§ 46. In gebreke blijven, onvermogen of overlijden van de aannemer
46.1
Ingeval de aannemer de op hem rustende verplichtingen niet nakomt en de opdrachtgever hem deswege in gebreke stelt, zal de ingebrekestelling schriftelijk geschieden en zal de opdrachtgever de aannemer daarbij een redelijke termijn stellen om alsnog zijn verplichtingen na te komen.
Paragraaf 46 lid 1 UAV biedt de mogelijkheid voor de opdrachtgever het werk voor rekening en risico van de aannemer te voltooien. Deze mogelijkheid bestaat echter pas, indien de aannemer zijn verplichtingen niet nakomt en de opdrachtgever hem
De werkgroep is van mening dat paragraaf 46 lid 1 geen wijzigingen hoeft te ondergaan.
222
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
deswege in gebreke stelt en aanmaant zijn verplichtingen alsnog binnen een redelijke termijn na te komen. Deze paragraaf is een uitvloeisel van de pendant van artikel 3: 299 BW in het oud BW (parate executie), met dien verstande dat voor de toepassing van het middel van parate executie geen oordeel van de rechter nodig is. (G. Huith 6-1-2010)
46.2
Reeds voordat de gestelde termijn is verstreken, is de opdrachtgever in dringende gevallen gerechtigd voor rekening van de aannemer zodanige maatregelen te nemen als hij ten nutte van het werk dienstig oordeelt. Indien de aannemer nalatig blijft zijn verplichtingen na te komen, is de opdrachtgever gerechtigd het werk voor rekening van de aannemer te voltooien of te doen voltooien, onverminderd des opdrachtgevers recht op schadevergoeding. Ingeval de aannemer voor de uitvoering van het werk te weinig personeel of hulpmiddelen, dan wel hulpmiddelen van onvoldoend vermogen of gebrekkige hulpmiddelen bezigt, waardoor naar het oordeel van de directie ontoelaatbare vertraging in de uitvoering ontstaat, zal de directie de aannemer schriftelijk aanmanen de uitvoering te bespoedigen. Indien de aannemer nalatig blijft, is de directie gerechtigd voor rekening van de aannemer zodanige maatregelen te nemen als zij voor de vlotte totstandkoming van het werk dienstig 223
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
oordeelt.
46.3
46.4
Ingeval de aannemer in staat van faillissement wordt verklaard, is de opdrachtgever bevoegd de curator te sommeren om binnen acht dagen te verklaren of hij bereid is het werk voort te zetten onder zodanige genoegzame zekerheidstelling als de opdrachtgever blijkens de sommatie verlangt. In afwachting van de beslissing omtrent de voortzetting van het werk is de opdrachtgever in dringende gevallen gerechtigd voor rekening van de aannemer zodanige maatregelen te nemen als hij ten nutte van het werk dienstig oordeelt. Indien de curator zich bereid verklaart het werk voort te zetten, is hij verplicht bij die verklaring de verlangde zekerheid te stellen. Indien de curator niet bereid is het werk voort te zetten, is de opdrachtgever gerechtigd het werk voor rekening van de aannemer te voltooien of te doen voltooien, onverminderd des opdrachtgevers recht op schadevergoeding. Ingeval de aannemer onder curatele wordt gesteld, is het bepaalde in het derde lid van overeenkomstige toepassing. Ingeval de aannemer surséance van betaling wordt verleend of hij met rechterlijke machtiging in een krankzinnigengesticht wordt geplaatst, is het bepaalde in het derde lid eveneens van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor „de curator‟ wordt gelezen „de aannemer
Ingeval de aannemer onder curatele wordt gesteld, is het bepaalde in het derde lid van overeenkomstige toepassing. Ingeval de aannemer surséance van betaling wordt verleend of hij met 224
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst en de bewindvoerder‟ onderscheidenlijk „de provisionele bewindvoerder of de curator‟.
46.5
46.6
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen rechterlijke machtiging in een psychiatrisch ziekenhuis wordt geplaatst, is het bepaalde in het derde lid eveneens van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor „de curator‟ wordt gelezen „de aannemer en de bewindvoerder‟ onderscheidenlijk „de provisionele bewindvoerder of de curator‟.
Ingeval de aannemer overlijdt, is de overeenkomst niet uit dien hoofde ontbonden. Het bepaalde in het derde lid is alsdan van overeenkomstige toepassing, met dien verstande dat voor „de curator‟ wordt gelezen „de erfgenamen‟. Indien de opdrachtgever zulks verlangt, zijn de erfgenamen verplicht één van hen of een derde schriftelijk aan te wijzen om hen in alle opzichten te vertegenwoordigen. De opdrachtgever zorgt er voor, dat de kosten, die voor de aannemer voortvloeien uit de toepassing van de bepalingen in deze paragraaf, binnen redelijke grenzen blijven.
225
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
46.7
Ingeval de opdrachtgever overeenkomstig de bepalingen in deze paragraaf maatregelen ten dienste van het werk neemt dan wel het werk zelf voltooit of door derden doet voltooien, is hij gerechtigd daarbij van alle ter beschikking van de aannemer staande hulpmiddelen gebruik te maken of te doen maken. De opdrachtgever is verplicht de in het voorgaande lid bedoelde hulpmiddelen in goede staat te onderhouden of te doen onderhouden en deze zo spoedig mogelijk, nadat zij voor de uitvoering van het werk niet meer nodig zijn, weer ter beschikking van de aannemer te stellen. Schade, gedurende de periode van het gebruik aan deze hulpmiddelen toegebracht, is voor rekening van de opdrachtgever, tenzij hij bewijst, dat de schade niet is te wijten aan schuld van hem of van degenen die door hem in het werk zijn gesteld.
46.8
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
De opdrachtgever is verplicht de in het voorgaande lid bedoelde hulpmiddelen in goede staat te onderhouden of te doen onderhouden en deze zo spoedig mogelijk, nadat zij voor de uitvoering van het werk niet meer nodig zijn, weer ter beschikking van de aannemer te stellen. Schade, gedurende de periode van het gebruik aan deze hulpmiddelen toegebracht, is voor rekening van de opdrachtgever, tenzij hij bewijst, dat de schade niet aan hem is toe te rekenen.
HOOFDSTUK XIV Kostenverhogende omstandigheden 226
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr. § 47. Kostenverhogende omstandigheden
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Onder de huidige jurisprudentie is bepaald dat de kosten van het werk als aanzienlijk verhoogd worden beschouwd indien die verhoogde kosten meer dan 10% van de totale aannemingssom bedragen. Aan deze onredelijke positie van de aannemer kan tegemoet worden gekomen door de aanzienlijke verhoging te relateren aan de opgegeven kosten van het betreffende onderdeel van het werk. Daarmee behoudt de aannemer desondanks zijn bedrijfsrisico, maar worden de onredelijke elementen van paragraaf 47 voor een deel weggenomen. (Kropman 4-1-2010)
1, 2, 3, 4, 5. Aan de expertmeeting werd voorgelegd het begrip aanzienlijk te concretiseren door een percentage van 3 te noemen in de bepaling. Uit de reacties op de expertmeeting en de artikelen van Van Dunné in TBR valt op te maken dat er in de rechtspraak geen vast percentage gehanteerd wordt en dat de betekenis van het begrip „aanzienlijk‟ afhankelijk is van de omstandigheden van het geval. De werkgroep besluit daarom geen concretisering van het begrip „aanzienlijk‟ op te nemen.
2. Wat verstaan wordt onder "aanzienlijk" blijkt niet uit de UAV. Aan de uitleg van deze definitie is nader invulling gegeven middels jurisprudentie van de Raad van Arbitrage voor de Bouw. Voorstel: Teneinde meer evenwichtigheid te verwezenlijken tussen de aannemer en de opdrachtgever stellen wij dan ook voor om de aanzienlijkheidseis te verwijderen uit paragraaf 47 UAV 1989. Hiermee sluit de UAV aan bij art. 7:753 BW. Alternatief is het schrappen van paragraaf 47 UAV 1989, zodat het wettelijk stelsel geldt. (Poelmann van den Broek 25-12010)
tekstvoorstellen
227
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
3. Aansluiting zoeken bij jurisprudentie aangaande de invulling van het woord: 'aanzienlijk' en het aftrekbare deel als ondernemersrisico. (R. Petersen 9-112009) 4. De huidige terminologie is inderdaad onduidelijk, maar met de nieuwe formulering "tenzij dit tot onaanvaardbare gevolgen leidt" wordt de onduidelijkheid echter gehandhaafd. Wat voor de gemeente een onaanvaardbaar gevolg is, is dat niet voor de aannemer. Waar is de 3 % op gebaseerd? De uitspraken variëren van 5-20%, is 3% niet erg laag? Het is dan beter om de huidige tekst te handhaven ipv een nieuwe formulering die ook weer de nodige onduidelijkheid met zich meebrengt. (VNG 24-8-2010) 5. Concretisering van het begrip aanzienlijke kostenverhoging in de vorm van percentage wordt niet nodig geacht. Doorgaans is in de aannemingssom reeds een percentage opgenomen in verband met onvoorziene uitgaven (opslag voor risico‟s). Bovendien moet worden vermeden dat een dergelijk percentage het begrip kostenverhogende 228
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
47.1
47.2
47.3
Tekst
Onder kostenverhogende omstandigheden worden in deze paragraaf verstaan omstandigheden die van dien aard zijn dat bij het tot stand komen van de overeenkomst geen rekening behoefde te worden gehouden met de kans dat zij zich zouden voordoen, die de aannemer niet kunnen worden toegerekend en die de kosten van het werk aanzienlijk verhogen.
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
omstandigheid nader invult in de zin dat wanneer de aannemer geconfronteerd wordt met een kostenstijging van meer dan het percentage, er aldus sprake is van een kostenverhogende omstandigheid en de aannemer daarmee recht heeft op bijbetaling. 1. paragraaf 47: het nader omschrijven 1. de werkgroep neemt dat niet van wanneer sprake is van een over. aanzienlijke kostenverhoging (RvA 3011-2009) 2. BNB (23-3-2010) spreekt van aanzienlijke bij lid 5, zie daar het commentaar, maar de werkgroep veronderstelt dat die term aldaar waarschijnlijk betrekking heeft op dit lid.
2. Aanzienlijk concretiseren: zie het commentaar hierboven.
Indien kostenverhogende omstandigheden als bedoeld in het eerste lid intreden heeft de aannemer aanspraak op bijbetaling, in voege als omschreven in het volgende lid en behoudens het bepaalde in het vierde lid. Indien de aannemer van oordeel is dat kostenverhogende omstandigheden zijn ingetreden dient hij de opdrachtgever hiervan zo spoedig mogelijk schriftelijk op de hoogte te stellen. Alsdan zal de opdrachtgever op korte termijn met de aannemer overleg plegen omtrent de vraag of kostenverhogende omstandigheden zijn ingetreden en zo ja, in hoeverre de kostenverhoging naar redelijkheid en billijkheid zal worden vergoed. 229
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
47.4
De opdrachtgever is gerechtigd om in plaats van toe te stemmen in een vergoeding als bedoeld in het derde lid het werk te beperken, te vereenvoudigen of te beëindigen; alsdan zal het door de opdrachtgever verschuldigde naar maatstaven van redelijkheid en billijkheid worden vastgesteld. Indien in de U.A.V. of elders in de overeenkomst bijzondere voorschriften zijn opgenomen omtrent kostenverhogende of buitengewone omstandigheden, is voor wat de in die voorschriften geregelde gevallen betreft het bepaalde in deze paragraaf niet van toepassing.
47.5
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
“in de U.A.V. of elders in de overeenkomst” wijzigen in “in het bestek”. Gaarne overwegen om “aanzienlijk” enigszins te concretiseren. (BNB 23-3-2010)
Het voorstel wordt niet overgenomen, omdat de wijziging een beperking is van wat de tekst thans dekt. Het woord aanzienlijk komt in dit lid niet voor.
tekstvoorstellen
HOOFDSTUK XV Vastleggen van de toestand, beslechting van geschillen § 48. Vastleggen van de toestand 48.1
Indien de directie of de aannemer tijdens de loop van het werk de toestand, waarin enig onderdeel van het werk op zeker tijdstip verkeert, of enig ander feit of feitenverloop betreffende de uitvoering of voorbereiding van het werk wenst vast te leggen, kan zij of hij schriftelijk vorderen, dat die toestand gemeenschappelijk wordt opgenomen of dat feit of feitenverloop gemeenschappelijk wordt geconstateerd en in een op te maken en door hen beiden te ondertekenen proces-verbaal wordt beschreven. 230
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
48.2
Indien de directie of de aannemer aan de in het eerste lid bedoelde vordering niet voldoet, kan de wederpartij de toestand in een proces-verbaal doen vastleggen overeenkomstig de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, onverlet de bevoegdheid van de wederpartij zelf de verlangde opnemingen en constateringen in aanwezigheid van getuigen te verrichten en vast te leggen in een met de getuigen te ondertekenen proces-verbaal. De waardering van het aan dit procesverbaal toe te kennen bewijs is aan het scheidsgerecht van genoemde Raad overgelaten.
De verplichte winkelnering uit deze bepaling halen. Tekst wijzigen in: „Indien de directie of de aannemer aan de in het eerste lid bedoelde vordering niet voldoet, kan de wederpartij de toestand in een proces-verbaal enkelzijdig doen vastleggen, onverlet de bevoegdheid van de wederpartij zelf ook de verlangde opnemingen en constateringen in aanwezigheid van getuigen te verrichten en vast te leggen in een met de getuigen te ondertekenen proces-verbaal. (BNB 23-3-2010)
Het ligt in de rede om bij dit aspect toch de RvA aan te wijzen, omdat ook bij de geschilbeslechting de RvA is aangewezen. In het kader van een lichte herziening gaat deze aanpassing te ver (zie ook de overwegingen bij paragraaf 49) terwijl voorts in het bestek van deze bepaling kan worden afgeweken.
Indien de directie of de aannemer aan de in het eerste lid bedoelde vordering niet voldoet, kan de wederpartij de toestand in een procesverbaal doen vastleggen overeenkomstig het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw zoals dit drie maanden voor de dag van de aanbesteding luidt, onverlet de bevoegdheid van de wederpartij zelf de verlangde opnemingen en constateringen in aanwezigheid van getuigen te verrichten en vast te leggen in een met de getuigen te ondertekenen procesverbaal. De waardering van het aan dit procesverbaal toe te kennen bewijs is aan het scheidsgerecht van genoemde Raad overgelaten. 231
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
48.3
Het proces-verbaal, bedoeld in het eerste en tweede lid, wordt in tweevoud opgemaakt; één exemplaar is bestemd voor de directie en één voor de aannemer.
§ 49. Beslechting van geschillen
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
1. Hoewel aanbestedingsgeschillen volgens RAW 2005 niet beslecht worden door de RvA maar door de gewone rechter, kan de strekking van de UAV in deze echter gehandhaafd blijven. (J. van Kuijen 23-11-2009)
1-7. De Werkgroep acht een wijziging in de geschilbeslechting bepaling in die zin dat arbitrage geschrapt zou dienen te worden niet aan de orde. Dit is geen lichte wijziging, waarbij van belang is 2. Er is een sterke voorkeur om dat de UAV niet bedoeld is voor geschillen via de rechter te beslechten overeenkomsten waarbij een ipv arbitrage. Mogelijk paragraaf laten consument partij is. Het vervallen en opnemen: “Alle geschillen, opnemen van alternatieve welke ook – daaronder begrepen die, vormen van geschilbeslechting, welke slechts door één der partijen als die een formele arbitrage zodanig beschouwd – die naar aanleiding procedure vooraf gaan, is iets van de overeenkomst of van de dat beter aan partijen zelf overeenkomsten, die daarvan uitvloeisel overgelaten kan worden; het is mochten zijn, tussen de opdrachtgever geen vanzelfsprekendheid dat en aannemer mochten ontstaan zullen hier aan behoefte bestaat. worden voorgelegd aan de Burgerlijk Rechter” Eventueel uit te breiden met: “van de dichtbij zijnde Rechtbank”. (VNG 24-1-2009) 3. Als een project is verworven waarop naast de UAV 1989 de ARW 2005 van toepassing is moet een geschil volgens de ARW 20065 worden voorgelegd aan de “gewone “rechter en niet aan de RvA. 232
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Het bovenstaande komt regelmatig voor. Wat zou er dan moeten worden gewijzigd aan paragraaf 49 lid 1? (M. Weerd 13-1-2009) 4. Arbitrage is tegenwoordig niet vanzelfsprekend de standaard wijze van geschillenbeslechting (burgerlijke rechter, mediation, Raad van Deskundigen). (R. van der Kroef 2511-2009) 5. Ook andere vormen van bemiddeling noemen. (R. Petersen 9-11-2009) 6. TOEVOEGEN PARAGRAAF 49 lid 6: Variant op STABU bepaling 01.02.49.05 toevoegen: Indien partijen zulks overeenkomen, zullen in afwijking van het gestelde in paragraaf 49, lid 2 van de U.A.V., alle geschillen, welke ook – daaronder begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd - die naar aanleiding van de overeenkomst of van overeenkomsten, die daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan ter beslechting worden onderworpen aan een mediation procedure overeenkomstig het reglement van de Stichting Nederlands Mediation 233
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
Instituut (NMI) te Rotterdam, zoals dat luidt op de dag waarop de overeenkomst waarop het geschil betrekking heeft, in werking trad. Indien mediation is geëindigd zonder dat door partijen overeenstemming is bereikt, zal het geschil worden beslecht door arbitrage als bedoeld in paragraaf 49, lid 2 van de U.A.V. 7. Arbitrage is tegenwoordig niet vanzelfsprekend de standaard wijze van geschillenbeslechting (burgerlijke rechter, mediation, Raad van Deskundigen, ….). (Stichting STABU) 49.1
Voor de beslechting van de in deze paragraaf bedoelde geschillen doen partijen uitdrukkelijk afstand van hun recht de tussenkomst van de gewone rechter in te roepen.
1. Par. 49: wijzigen van de naam van de 1. Wordt overgenomen door de Raad in Stichting Raad van Arbitrage werkgroep. voor de Bouw. (RvA) 2. Opm: Als gevolg van de vermeende 2. Commentaar is niet nodig. "aannemersvriendelijke" houding van de Raad van Arbitrage. (bewijslast onaanvaardbare aanbieding en overleggen besteksbegroting door aanbesteder, tegenbegroting door "derde" aannemer, begroting van architect en kostenadviseur als "studeerkamerbegroting" niet acceptabel als bewijs..vlgs. RvA), was de RvA tijdelijk uit de gratie en worden aanbestedingsgeschillen vlgs. RAW 2005 234
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
niet beslecht door de RvA maar door de gewone Rechter. (mede omdat deze de zorgvuldige begroting van de opdrachtgever wel als bewijs acceptabel achtte.) De strekking van de UAV in deze kan mijn inziens echter gehandhaafd blijven. (J.van Kuijen 23-11-2009) 3. Aan de bepaling toevoegen “,tenzij het bestek anders bepaalt.” En gedwongen winkelnering schrappen. En: dag van aanbesteding wijzigen in dag van prijsaanbieding.(BNB 23-3-2010)
4. Variant op STABU bepaling 01.02.49.05 toevoegen. Indien partijen zulks overeenkomen, zullen in afwijking van het gestelde in paragraaf 49, lid 2 van de U.A.V., alle geschillen, welke ook - daaronder begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd - die naar aanleiding van de overeenkomst of van overeenkomsten, die daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan ter beslechting
3.De toevoeging is overbodig, van gedwongen winkelnering is geen sprake, want in het bestek kan hier altijd van afgeweken worden, zie immers paragraaf 2 lid 1. De terminologische suggestie is al eerder afgewezen. 4. De werkgroep wil de keuze voor mediation niet in de UAV regelen; partijen dienen daarvoor te kiezen in hun overeenkomst dan wel in het bestek.
235
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
worden onderworpen aan een mediation procedure overeenkomstig het reglement van de Stichting Nederlands Mediation Instituut (NMI) te Rotterdam, zoals dat luidt op de dag waarop de overeenkomst waarop het geschil betrekking heeft, in werking trad. Indien mediation is geëindigd zonder dat door partijen overeenstemming is bereikt, zal het geschil worden beslecht door arbitrage als bedoeld in paragraaf 49, lid 2 van de U.A.V. 49.2
Alle geschillen, welke ook - daaronder begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd - die naar aanleiding van de overeenkomst of van overeenkomsten, die daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan, worden beslecht door arbitrage overeenkomstig de regelen beschreven in de statuten van de Raad van Arbitrage voor de Bouwbedrijven in Nederland, zoals deze drie maanden voor de dag van aanbesteding luiden.
Alle geschillen, welke ook - daaronder begrepen die, welke slechts door één der partijen als zodanig worden beschouwd - die naar aanleiding van de overeenkomst of van overeenkomsten, die daarvan een uitvloeisel mochten zijn, tussen opdrachtgever en aannemer mochten ontstaan, worden beslecht door arbitrage overeenkomstig het arbitragereglement van de Raad van Arbitrage voor de Bouw, zoals dit drie maanden voor de 236
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen dag van aanbesteding luidt.
49.3
De aannemer, die een geschil betreffende de eindafrekening aan de in het tweede lid genoemde Raad ter beslechting voorlegt, nadat de opdrachtgever zijn definitieve beslissing omtrent de eindafrekening schriftelijk ter kennis van de aannemer heeft gebracht, is niet ontvankelijk in hetgeen hij meer of anders vordert dan die eindafrekening inhoudt, indien hij het geschil aanhangig maakt later dan zesmaanden nadat de opdrachtgever bij aangetekende brief de aandacht van de aannemer op deze termijn heeft gevestigd, tenzij de vordering voortvloeit uit een omstandigheid, welke eerst na het verloop van die termijn is gebleken.
237
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
49.4
Indien bij een in kracht van gewijsde gegaan rechterlijk vonnis een uitspraak van het scheidsgerecht geheel of gedeeltelijk nietig wordt verklaard, heeft ieder der partijen het recht het geschil, voor zover het dientengevolge onbeslist is gebleven, opnieuw overeenkomstig deze paragraaf te doen beslechten. De vordering is niet ontvankelijk, indien zij bij de in het tweede lid genoemde Raad wordt aanhangig gemaakt later dan drie maanden na het in kracht van gewijsde gaan van de rechterlijke uitspraak. Degene die als scheidsman of secretaris aan de nietig verklaarde beslissing heeft medegewerkt, zal aan de nieuwe behandeling niet mogen medewerken. Indien beide partijen in onderling overleg hieraan de voorkeur geven, worden de in het tweede lid bedoelde regelen vervangen door die, gegeven in de statuten van de Raad van Arbitrage voor Metaalnijverheid en -handel, met dien verstande dat in aanvulling dezer regelen de bepaling geldt, dat scheidslieden niet bevoegd zijn het tussen partijen overeengekomene te wijzigen.
49.5
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
§ 50. Voortzetting van het werk
238
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
50.1
De aannemer is gehouden, in afwachting van de totstandkoming van een uitspraak in het geschil, op vordering van de directie het werk volgens haar aanwijzingen voort te zetten, tenzij de Raad van Arbitrage in spoedgeschil anders beslist en onverminderd zijn rechten, die uit bedoelde uitspraak voor hem mochten voortvloeien. Voor zover de uitkering van enige termijn van betaling vertraging zou ondervinden in verband met een aanhangig geschil, zal de opdrachtgever tot zodanige betaling overgaan als in verband met de stand van het werk en de wederzijdse vorderingen toelaatbaar is. Zodanige betaling zal niet in het geding kunnen worden gebruikt als bewijs van de erkenning door de opdrachtgever van enig recht van de aannemer.
50.2
Overige suggesties
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
1. Digitale ondertekening van documenten wenselijk (J. van Veen 212-2009)
1. De werkgroep neemt dit niet over, dit dient aan de praktijk zelf overgelaten te worden, omdat niet in ieder
tekstvoorstellen
239
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
tekstvoorstellen
werk met digitale documenten en handtekeningen wordt gewerkt. 2. Een herziening van de UAV biedt een uitstekende gelegenheid om nu eindelijk een aansprakelijkheidsbeperking voor de aannemer op te nemen. Op dit moment kan een aannemer namelijk geen gedegen risico inschatting van het werk maken, terwijl de bedrijfsbelangen van de opdrachtgever steeds groter worden. Ik zie ontwikkelingen binnen de sector die het mogelijk maken om dit onderwerp op de agenda te zetten. Zo hanteert de RGD al enige tijd een aansprakelijkheidsbeperking in haar bestekken, bevat de UAV GC 2005 een dergelijke bepaling, blijken opdrachtgevers tijdens onderhandelingen hiertoe vaker bereid en is een zodanige bepaling ook opgenomen in de model realisatieovereenkomst uit het 36e Preadvies voor de Vereniging voor Bouwrecht. (Kropman 4-1-2010)
2. De werkgroep vindt de vergelijking met de UAV-GC 2005 gezien het andere karakter van die algemene voorwaarden niet opgaan. De aansprakelijkheid in de UAV komt in beginsel overeen met die in het BW en de werkgroep ziet geen reden het evenwichtige stelsel van aansprakelijkheid zoals neergelegd in de UAV (de aannemer is na oplevering in beginsel ontslagen van aansprakelijkheid en alleen voor verborgen gebreken aansprakelijk voor een beperkte tijd) te doorbreken.
3. Het woord 'Nulmeting'/ Het woord 'Risicoregeling'/ De woorden 'verborgen gebrek' ook opnemen voor gebreken ten laste van de aannemer welke in de onderhoudstermijn worden geconstateerd/ Is het milieu voldoende
3. Het is de werkgroep niet duidelijk wat met de eerste suggestie wordt bedoeld. Par. 12 lid 5 dekt de situatie betreffende de onderhoudstermijn. Het milieu 240
Versie 17 augustus 2011
Paragraaf nr.
Tekst
Commentaar van buiten
Commentaar werkgroep
belicht? (Petersen 9-11-2009)
is volgens de werkgroep voldoende belicht in par. 5 lid 8, par. 6 lid 6 en lid 17 en par. 27 lid 1.
tekstvoorstellen
241