Paleo-aktueel Richtlijnen voor auteurs
Groninger Instituut voor Archeologie
Paleo-aktueel: Richtlijnen voor auteurs
INHOUD 1. Algemeen 1.1 Doel 1.2 Product 1.3 Doelgroep 1.4 Onderwerpen 1.5 Presentatie/opmaak 1.6 Redigeren 1.7 Deadlines 2. Redactie 2.1 Samenstelling 3. Auteursrichtlijnen
Paleo-aktueel: Richtlijnen voor auteurs
1. ALGEMEEN
1.1. Doel Paleo-aktueel is vooral bedoeld om een eerste indruk te geven van onderzoek, opgravingen en veldverkenningen van het afgelopen jaar, waarvan de definitieve publicatie nog wel even op zich kan laten wachten. 1.2. Product Paleo-aktueel is een jaarlijkse uitgave van het Groninger Instituut voor Archeologie en geeft een indruk van een deel van het lopende onderzoek. Taal = Nederlands. 1.3. Doelgroep Het brede lezerspubliek bestaat uit o.a. collega’s, subsidiënten, bestuurders, studenten en andere bij het onderzoek betrokkenen. Paleo-aktueel heeft een oplage van 550 stuks. 1.4. Onderwerpen Verslagen van onderzoeken, opgravingen en veldverkenningen in ( Noord-) Nederland en wisselend per nummer ook in landen als: Italië, Griekenland, Egypte en Duitsland. Het zijn korte, leesbare artikelen, met een vooruitblik op ontwikkelingen in de archeologie die soms pas over vele jaren via de wetenschappelijke vakbladen bekend worden. 1.5. Presentatie/ opmaak Paleo-aktueel verschijnt jaarlijks in de vorm van een jaarboek, met een wisselende vormgeving en omslagontwerp. 1.6. Redigeren De algemene Paleo-aktueel redactie behoudt zich het recht voor om artikelen te redigeren, om gevoelige informatie eruit te halen of om artikelen te weigeren. 1.7 Deadlines Deadline aanmelden: 1 maart Deadline kopij: 1 juni
Paleo-aktueel: Richtlijnen voor auteurs
2. REDACTIE
2.1. Samenstelling Administratieve redactie Marloes Bergmans Aleida Bouman Vaste leden van wetenschappelijke redactie Elisabeth van ’t Lindenhout Johan Nicolay Daan Raemaekers Daarnaast wordt per editie een ‘pool’ samengesteld van redactieleden die afhankelijk is van de onderwerpen van de ingestuurde artikelen. Beeldredactie Siebe Boersma Taken administratieve redactie: - Coördinatie redactie - Aanspreekpunt auteurs, redacteurs en uitgever - Werving - Plannen en voorbereiden van redactievergaderingen - Distributie: ruilverkeer, presentexemplaren, PR en Recensie exemplaren Taken redactie: - Inhoudelijk redigeren - Checken van taal, spelling, uniformiteit, literatuurlijst, figuur- en literatuurverwijzingen etc. - Selectie Taken beeldredactie: - Controleren van gebruikte afbeeldingen op kwaliteit - Opmaak van de aangeleverde kopij na 1 oktober - Contacten met auteurs na 1 oktober - Aanleveren van pdf aan uitgever Barkhuis
Paleo-aktueel: Richtlijnen voor auteurs
3. RICHTLIJNEN VOOR AUTEURS Aanlevervoorwaarden Paleo-aktueel 24 Aanleverdatum kopij
Uiterlijk 1 juni 2013 bij het secretariaat (
[email protected])
Aanleverwijze tekst
Digitaal in Word format zonder opmaakstijlen en kleuren (platte tekst).
Maximaal aantal woorden voor een artikel zonder afbeeldingen
3750 (ca. 550 woorden per pagina in Word, eerste pagina ca. 450 woorden) *Inclusief: hoofdtekst, summary, noten, literatuur
Maximaal aantal woorden voor een artikel met afbeeldingen
Afhankelijk van het aantal en formaat afbeeldingen. Voorbeeld: 3 afbeeldingen die op ca. 1,5 pp passen, nog 5,5 pp over = maximaal 2925 woorden voor tekst.
Maximaal aantal pp in druk inclusief afbeeldingen en tabellen
7
Maximaal aantal afbeeldingen
5
Aanlevereisen afbeeldingen
• •
Afbeeldingen aanleveren bij het secretariaat. Tekenwerk aanmelden bij het secretariaat, waarna aan te leveren bij de afbeeldingscoördinator Siebe Boersma.
Niét in de tekst opnemen, maar apart aanleveren (via Zip samengevoegd): • • • •
Bronbestanden (dus geen Word/Excel) PDF formaat kan, mits het uit vectoren bestaat Tekeningen/kaartjes op zetspiegelformaat (133 x 195 mm) maken Geen schaalstokjes in de afbeeldingen; schaal in figuurbijschrift
Onderstaande voorwaarden gelden bij een (minimale) afbeeldingsbreedte van 133 mm: • • • • • •
Lettergrootte Arial 7 Beeldschermkwaliteit (72/92 dpi) is niét gelijk aan drukkwaliteit. Voor drukkwaliteit is voor foto’s minimaal 300 dpi vereist en voor overige afbeeldingen minimaal 600 dpi Stel bij het maken van digitale foto’s de digitale camera in op de hoogste kwaliteit. Foto’s: JPEG format/RAW:/TIFF format, resolutie 300 dpi Zwart-wit tekeningen: TIFF format, resolutie minimaal 600 dpi Kleur tekeningen: TIFF format, resolutie minimaal 600 dpi
* Paleo-aktueel is een full-color tijdschrift, lever daarom svp zoveel mogelijk afbeeldingen in kleur aan. Aanlevereisen tabellen
• • • •
Zetspiegel
Beperk tabellen tot een minimum wegens de beperkte omvang van het tijdschrift. Tabellen groter dan een Paleo-aktueel pagina (13,3 bij 19,5 cm) worden niet geplaatst. Ingewikkelde tabellen niet opnemen in de tekst, maar apart aanleveren, bij voorkeur gemaakt in Excel. Gebruik de tabellenopmaak in Word (via de werkbalk) of Excel. Gebruik geen tabs, spaties of kleuren in tabellen.
13,3 x 19,5 cm (inclusief figuurbijschrift!)
Paleo-aktueel: Richtlijnen voor auteurs
Auteursrichtlijnen Opmaak
• Maak geen gebruik van opmaakstijlen. • Lettertype Times New Roman 11, regelafstand 1,5
Titel
Houd de titel kort (maximaal 10 woorden).
Summary
Een Engelse samenvatting van maximaal 10 regels is verplicht (100-125 woorden). * De summaries worden gecorrigeerd op het Engels. * Figuurverwijzingen zijn niet toegestaan in de summary.
Noten
• Beperk noten tot een minimum in verband met het populair wetenschappelijk karakter van het tijdschrift. • Notenlijst na de summary vermelden en noten in de tekst opnemen door middel van de superscript-toepassing ná het woord of (de punt van) de zin en niet via de voet/eindnootoptie in Word. • Achter de naam van de auteur(s) een noot plaatsen met in de verwijzing de vermelding van het (werk)adres.
Literatuur
• Beperk literatuur tot een maximum van 10 titels in verband met het populair wetenschappelijk karakter van het tijdschrift. • Vermeld literatuurverwijzingen in de tekst, bijv. (Smit, 2007: 17) • p(p). – vermelding voor de paginanummers weglaten in de litertuurtitels/verwijzingen. o Auteursnaam: i.g.v. een: . Engels artikel vermelding bijv.: Haas, de T.C.A. . Italiaans/Belgisch/Frans artikel vermelding: Di Mario; Initialen: indien namen van auteurs in de literatuurlijst gereduceerd zijn tot achternaam met één initiaal, dan consequent aanpassen naar het vermelden van álle initialen (bijv. P.A.J. Attema i.p.v. P. Attema); vermelding van auteurs met voornaam voluit aanpassen naar achternaam met initialen (zie bijv. art. M.C. Galestin in PH 49/50). o Voorvoegsels staan niet vóór de auteursnaam, maar worden achter de initialen geplaatst (Publicatiewijzer voor de Archeologie, p. 39). Uitzondering: Italiaanse achternamen, waarbij de regel is dat er wordt gealfabetiseerd op de ‘voorvoegsels’ die deel uitmaken van de hoofdnaam. o Wegens uniformiteit en herkenbaarheid worden auteursnamen consequent met álle initialen vermeld (P.A.J. Attema, T.C.A. de Haas etc.) en niet wisselend met 1 of meerdere initialen. o BAR is nu Archaeopress: (BAR International Series 3). Oxford, Archaeopress. o Boektitel cursief, mét plaats van uitgave en naam uitgever en géén hoofdletters in de titel! o Dissertatie: titel cursiveren, mét vermelding van de Universiteit (bijv. Dissertatie Universiteit Leiden). o ‘Unpublished thesis’: dan de titel niét cursief o Dubbele jaartallen: te vermelden als 2007/08 (i.p.v. 2007/2008). Indien de uitgave meerdere jaren beslaat, worden de jaartallen als volgt vermeld: 2001/02 (behalve het jaar 2000) (volgens de Publicatiewijzer voor de Archeologie) (richtlijn vanaf PH 51/52) o Editor: soms in kapitaal (bijv. In: JANKOWSKA (ed.), omdat deze al eerder in de literatuurlijst staat met volle vermelding. o Géen Romeinse cijfers in een tijdschriftartikel. o Jaartallenvolgorde: van vroeg naar laat (dus bijv. eerst 1982 en dan 2003). o Na In: altijd éérst de voorletter(s) van de auteur(s) en dan de achternaam. o Indien meerdere publicaties in hetzelfde jaar, dan: 1978a en 1978b. o Red./ed.: in geval van een Nederlands artikel: red.; Engels artikel: ed.(s.)
Paleo-aktueel: Richtlijnen voor auteurs
o Als een publicatie nog niet verschenen is: titel niét cursief. o = teken: geen = teken tussen haakjes vermelden bij series. o Paginanummers: literatuurverwijzingen met meerdere paginanummers: een komma tussen de paginanummers plaatsen (geen ‘and’) (bijv. 208–212, 222–223). o Romeinse cijfers: vervangen door Arabische. Uitzondering: serie Prähistorische Bronzefunde X:4 (om de onderverdeling aan te geven; bijv. zie Butler & Steegstra). o Tijdschrifttitel cursief en mag met hoofdletters, titel voluit vermelden; géen In: i.g.v. een tijdschrift (bijv. Palaeohistoria, Paleo-aktueel). o Tijdschrift Skalk: altijd het jaartal en nummer vermelden. o Palaeohistoria vermelding in literatuurlijst: Auteursnamen, jaartal van verschijning. Titel. Palaeohistoria 51/52 (2009/10). o Uitgever onbekend: If the name of the publisher or distributor is unknown, the abbreviation "s.n." for sine nominee, meaning without name, is used in square brackets and is preceded by a space, colon and subfield |b. If both the place and publisher are unknown both "S.l" and "s.n" are used and enclosed in one set of square brackets. Boek: titel cursief, niét tussen aanhalingstekens. Tijdschrift/boekartikel: naam tijdschrift cursief, begin- en eindpagina van het artikel vermelden. Géen plaatsnaam vermelden. Voorbeeld boek: Peeters, J.H.M., J. Schreurs & S.M.J.P. Verneau, 2001. Deel 18. Vuursteen: typologie, technologische organisatie en gebruik. In: J.W.H. Hogestijn & J.H.M. Peeters (red.), De mesolithische en vroeg-neolithische vindplaats Hoge Vaart A-27 (Flevoland) (= Rapportage Archeologische Monumentenzorg 79). Amersfoort, Archeologische Monumentenzorg. Voorbeeld tijdschrift/boekartikel: Prummel, W., M.J.L.Th. Niekus, A.L. van Gijn & R.T.J. Cappers, 2002. A Late Mesolithic Kill Site of Aurochs at Jardinga, the Netherlands. Antiquity 76, 413– 424. ◦ Na In: altijd éérst de voorletter(s) van de auteur(s) en dan de achternaam. ◦ Indien meerdere publicaties in hetzelfde jaar, dan: 1978a en 1978b. ◦ In geval van een Nederlands artikel: red. i.p.v. ed(s) ◦ Als een publicatie reeds verschenen is: titel cursief (zo niet: dan titel niét cursief). ◦ Vermelding dissertatie afkorten als Diss. Bijzonderheden literatuur Cursiveren Berichten van de Rijksdienst voor het Oudheidkundig Bodemonderzoek 10 (is een tijdschrift, dus niét: (= Berichten…) Mededelingen Rijks Geologische Dienst 22 Jaarverslagen van de Vereniging voor Terpenonderzoek 91 (niet tussen haakjes en geen plaats/uitgever) Hervonden Stad nr. (jaartal) géen plaats/uitgever Reeksen/Series, wijze vermelding: (ADC Monografie nr.) (Amsterdam Archaeological Studies nr.) (Archäologische Berichte nr.) (BAR International Series nr.)
Paleo-aktueel: Richtlijnen voor auteurs
(Groningen Archaeological Studies nr.) (Grondsporen nr.) (Noorduijn’s wetenschappelijke nr.) (Vegetatio nr.) Masterscriptie Universiteit Groningen óf Dissertatie Universiteit Groningen (niét tussen haakjes zetten) Niét PhD Thesis, maar Dissertatie (kan wel in wetenschappelijke publicaties, maar niet in PA). Spelling en interpunctie
De redactie volgt de richtlijnen van de ‘Publicatiewijzer voor de Archeologie’ en het Groene Boekje. • Afkortingen: Ingeburgerde afkortingen niet voluit. bijv. ed. / eds. nl. NB
v.Chr. n.Chr. BP Lagerh.
RUG GIA
• Decimalen en getallen: Nederlands met een komma (1,5 m) Engels met een punt (1.5 m) coördinaten worden geschreven met een punt (235.10) • Aanhalingstekens: “dubbele” alleen voor citaten. • Cursiveringen: Benamingen in een vreemde taal/Latijnse benamingen/ Latijnse of Romeinse plaatsnamen eigennamen en ingeburgerde woorden (site, survey, in situ) níet cursiveren. • Getallen: beneden de twintig voluit. percentages zónder spatie vermelden. Archeologische Perioden
Om verwarring te voorkomen is de nieuwe richtlijn om alle perioden met een hoofdletter te schrijven en afleidingen met een kleine letter, bijvoorbeeld: Middeleeuwen, middeleeuws, Neolithicum, neolitisch. En: Vroege-Middeleeuwen, vroeg-middeleeuws, Midden-IJzertijd. • Culturen aaneen: Swifterbantcultuur, Trechterbekercultuur • Eeuwvermelding: 1e eeuw, 17e eeuw
Plantennamen
Plantennamen zowel in het Nederlands als Latijn met een hoofdletter vermelden, ook in de lopende tekst, en in tabellen (bijv. Grote waterkers). Behalve als ze ingeburgerd zijn, zoals: tarwe, gerst. Er is een onderscheid tussen cultuurplanten en wilde planten. . soortnamen met een hoofdletter (bijv. Harde tarwe) . geslachts- en soortnamen cursiveren . plantennamen op familieniveau (eindigend op –ae of –eae) niét cursiveren . ssp. (subspecies) en var. (variëteit) niét cursiveren
Afbeeldingen
• Vermeld figuurbijschriften apart van de afbeeldingen aan het einde van het artikel. • Vermeld de herkomst van de afbeeldingen in het figuurbijschrift, bijv.: (J. Smit, RUG/GIA). • Plaats figuurverwijzingen in de tekst, bijv. (fig. 1). NB: beeldmateriaal dat eigendom is van de auteur, zal hij/zij na het verschijnen van de publicatie retour ontvangen. Tekeningen die op de GIA-tekenkamer zijn gemaakt blijven eigendom van de tekenkamer.
Schaal
Houd rekening met de zetspiegel bij afbeeldingen die op schaal moeten worden afgebeeld. Waar dit van toepassing is dient een maatstok en/of noordpijl te
Paleo-aktueel: Richtlijnen voor auteurs
worden toegevoegd. Bij foto’s van artefacten is het fraaier om in plaats van een maatstokje de afmetingen van het voorwerp in het bijschrift te vermelden. Noot redactie
De Paleo-aktueel redactie behoudt zich het recht voor om artikelen te redigeren en afbeeldingen te selecteren, artikelen zonodig in te korten of om te weigeren.
Voorbeeldindeling van een tekst: Titel (maximaal 10 woorden)
Lettertype: Times New Roman 11
Naam auteur(s)1 Inleidend tekstgedeelte. Kopje Tekstgedeelte. Kopje Tekstgedeelte. Etcetera Conclusie Tekstgedeelte. Dankwoord (optioneel) Summary: Engelse titel Engelse samenvatting van maximaal 10 regels. Noten (niet via de voet/eindnoot optie) 1. Werkadres auteur. 2. … Literatuur Boek: Diepeveen-Jansen M. & J. Kaarsemaker, 2004. Publicatiewijzer voor de Archeologie. Amsterdam, Amsterdam University Press. Giffen, A.E. van, 1925-1927. De hunebedden in Nederland. Utrecht, Oosthoek. Artikel in boek: Giffen, A.E. van, 1947. Oudheidkundige perspectieven. In: H.E. van Gelder, P. Glazema, G.A. Bontekoe, H. Halbertsma & W. Glasbergen (eds), Een kwart eeuw oudheidkundig bodemonderzoek in Nederland (Gedenkboek A.E. van Giffen). Meppel, Boom, 497–544. Artikel in tijdschrift: Giffen, A.E. van, 1948. Een rendierjagerstation tussen Eext en Gasselte, Gem. Gasselte. Nieuwe Drentse Volksalmanak 66, 85–104. E-journal: Woltinge, I., 2008. Proefsleuven in Polderwijk. Een methodologisch archeologisch onderzoek (Grondsporen 3). Groningen, GIA (http://archeologie.eldoc.ub.rug.nl/root/GS003/). * vermeld bij een e-journal altijd de volledige link naar het artikel. [Figuurbijschriften] Fig. 1. Een dwarsdoorsnede van een vuursteen (Tek. J. Smit, RUG/GIA). Schaal 1:2.