VEERTIENDAAGS INFORMATIEBLAD VAN HET UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM ST RADBOUD JAARGANG 37 NUMMER 1 14 januari 2011
ICT IN DE VERSNELLING Foto: Flip Franssen
Om top te zijn in onderwijs, onderzoek en patiëntenzorg investeert ons huis fors in ICT. Daarmee moet er een einde komen aan de jarenlange frustratie, zo stelde bestuursvoorzitter Emile Lohman tijdens zijn nieuwjaarstoespraak. Niels van Haarlem
Tijdens de zeer goed bezochte nieuwjaarsbijeenkomst op donderdag 6 januari maakte Lohman van zijn hart geen moordkuil. Hij toonde zich weliswaar tevreden over de ontwikkeling die ons huis maakt en noemde tal van succesvolle projecten. Minder te spreken is hij over de ontwikkeling van ICT. ‘We móeten de ICT nu echt verbeteren. Nog beter in staat zijn te registreren wat we doen, gebruik kunnen maken van betrouwbare gegevens en adequaat declareren aan de zorgverzekeraars. Als je me vraagt waar ik teleurgesteld in ben, is het dit. Ik had verwacht dat we verder zouden zijn met onze ICT in huis.’
toe presteren we hierin onvoldoende. Denk daarbij aan het automatiseren van het maken van afspraken voor patiënten, de toegang tot actuele managementinformatie, het vastleggen en uitwisselen van behandelinformatie, de adequate registratie en afhandeling van dbc’s. Maar ook de communicatie met patiënten en hun familie kan beter. Met de huidige systemen is het bijvoorbeeld nog niet mogelijk om een pasfoto van de patiënt op te nemen om daarmee de herkenbaarheid van de patiënt te vergroten en de patiënt klantvriendelijker te benaderen. Dat moet dus anders allemaal. ‘We gaan ICT nu in de versnelling brengen’, stelt Lohman. ‘Nog dit jaar vervangen we belangrijke onderdelen van ons ziekenhuisinformatiesysteem door gloednieuwe toepassingen. Daarmee moet er een einde komen aan de jarenlange frustratie in en rond de patiëntenzorg op het gebied van de automatisering.’
Start programma
Beter ondersteunen
Uiteindelijk zal ook het huidige EPD worden vernieuwd. Het nieuwe EPD maakt het mogelijk om alle patiëntgegevens in ons ziekenhuis digitaal te registreren, een koppeling te maken naar het persoonlijk elektronisch medisch dossier van de patiënt en naar de EPD-systemen van andere zorgverleners. In de loop van deze maand start een programma om ICT te verbeteren. Dit programma zal onder directe regie van de Raad van Bestuur plaatsvinden.n
Volgens Lohman is het noodzakelijk dat ICT-systemen onze processen en manier van werken ‘dwars door de organisatie’ beter ondersteunen. Tot nu
Zie pagina 3 voor een interview met Emile Lohman.
Pagina 5 Hans van der Hoeven krijgt Radboudpenning
Pagina 6 Op zoek naar het geheim van Neurochirurgie
Pagina 9 UMC-raad: barometer onderzoek en onderwijs
Pagina 12 Suzanne Kaal over compassie
r a d b o d e 1 - 2 0 1 1
inhoud
En verder...
3
9
Beleid
UMC-raad
Van ziekenhuis naar beterhuis 'We zijn goed op weg, maar de wedstrijd is nog niet afgelopen', benadrukt bestuursvoorzitter Emile Lohman.
Barometer van onderwijs en onderzoek Interview met de nieuwe voorzitter prof.dr. Gert Jan van der Wilt.
5
11
Interview
Betoog
‘De patiënt, daar doe ik alles voor’ Hans van der Hoeven dacht dat hij op het matje werd geroepen. Integendeel, hij kreeg de Radboudpenning.
Bejegen elke patiënt met persoonlijke aandacht Voor nieuwe patiënten is een bezoek aan ons ziekenhuis uniek. Voor medewerkers zijn het dagelijkse en vertrouwde werkzaamheden. Dit verschil zorgt voor een spanningsveld. Een betoog van Judith Prins.
6
12
Colofon
Reportage Neurochirurgie/Plastische chirurgie De afdeling Neurochirurgie/Plastische Chirurgie scoort hoog in patiënttevredenheid. Wat is hun geheim achter het succes?
Kunst In bedrijf Heupprothese bij jongeren Prijzen en benoemingen Mensen, In Memoria, Agenda HRM-info Ethiek
Radbode is een tweewekelijks personeelsblad van het UMC St Radboud. Oplage: 13.000 Redactie: Nelleke Dinnissen (hoofdredactie), Jannie Meussen (eindredactie) en Gijs Munnichs. Aan dit nummer werkten mee: Mariska Ebbelink, Niels van Haarlem, Flip Franssen, Aliëtte Jonkers, Lucien Joppen, Frank Muller, Anke oerlemans, Judith Prins, Daan Van Speybroeck, Jan van Teeffelen E-mail:
[email protected], telefoon: 024-3613538 Correspondentie: UMC St Radboud, 528 Productgroep Communicatie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen Redactieraad: prof.dr. Rob Bleichrodt, Peter van Dijk, prof.dr. Louis Kollee, dr. Erik de Laat Vormgeving en lay-out: Puntkomma Nijmegen Druk: Wegener Nieuwsdrukkerij Gelderland Advertenties: Bureau van Vliet, 023-5714745, e-mail:
[email protected] Abonnement: 13,60 euro, informatie Sylvia van BrückEngelen 024-3615442. De volgende Radbode verschijnt vrijdag 28 januari 2011.
Suzanne Kaal over compassie 'Nu ik een zoontje heb, raken vragen over vruchtbaarheid me nog meer.’
column kunst
Vooruit
In februari verschijnt het boek Met zorg voor kunst, waarin de Commissie Beeldende Kunst (CBK) de profilerende werken uit de kunstcollectie UMC St Radboud presenteert. Zestig meestal monumentale werken die in het UMC te zien zijn, werden voor het boek geselecteerd. Daar worden ze naast hun reproductie, één voor één beschreven. Lezers van de Radbode zullen diverse tek-
sten in de kunstrubriek van het UMC-blad verschenen, herkennen. De publicatie eindigt met een essay over het gevoerde kunstbeleid en de verantwoording ervan. Zo is de reeks XY2 van Edith Dekyndt – waarvan hier een foto afgedrukt staat – in het boek opgenomen. Ze hangt in de traphal vóór de afdelingen Pathologie en Endocrinologie en werd eind vorig jaar bij de opening van het Laboratorium Tumorgenetica (LTG) ingehuldigd. Wie thans de trap op- of afloopt wordt vergezeld van deze foto’s en het lijkt alsof het zijden draadje waarmee de twee handen spelen, naar beneden dwarrelt. Meteen verbindt de opeenvolging van de foto’s de beide afdelingen op subtiele wijze en onderstreept hun samenwerking binnen genoemd Laboratorium. Onder andere op deze wijze levert kunst een bijzondere bijdrage aan het reilen en zeilen van het UMC St Radboud. Vanaf half januari worden in de vijf tentoonstellingsruimtes op de campus beheerd door de CBK, tentoonstellingen gehouden die naar het boek verwijzen. Vijf uiteenlopende kunstenaars met een werk dat op een of andere manier aan de medische wereld refereert, hebben elk hun eigen tentoonstelling: Pierrick Sorin, Joost Swarte, Meta de Vries, Sarah Wong en Carmelo Zagari. Ze lichten een tipje van de sluier van wat in het boek te zien is. Het kunstboek wordt te koop aangeboden in het Voorlichtingscentrum in de hal van het ziekenhuis, en in boekhandel Roelants, voorheen de Oude Mol, in de stad. Het is eveneens te bestellen bij de CBK (
[email protected]) en kost 20,00 euro. Daan Van Speybroeck
Begin van het jaar is natuurlijk altijd hét moment om vooruit te kijken. Dat doet de Radbode met deze editie dan ook. Zo laat bestuursvoorzitter Emile Lohman zijn licht over de toekomst schijnen, geeft Gert Jan van der Wilt, voorzitter van de UMCraad, zijn visie op onderzoek en onderwijs en gaat ICT in de hoogste versnelling. En we gaan op zoek naar het geheim van Neurochirurgie, de trotse ‘winnaars’ van het onderzoek naar patiëntentevredenheid. De Radbode zelf is ook bezig met de toekomst. Zo zullen we dit jaar meer de samenwerking zoeken met het bedrijfsportaal, ons intranet. Want laten we eerlijk zijn: met een tweewekelijkse frequentie kan de Radbode in print u nooit het echte nieuws brengen. Dan zouden we altijd te laat zijn. Alleen al om de snelheid is het bedrijfsportaal veel meer geschikt voor items als nieuws, agenda, aankondigingen, prijzen en benoemingen en ga zo maar door. En dat kanaal is ook nog eens geschikt om filmpjes te laten zien, enquêtes te houden, u kunt er uw mening delen met collega’s, dossiers over ontwikkelingen binnen en buiten het UMC St Radboud die relevant zijn voor u als medewerker van ons huis en nog veel meer. Ook de Radbode als printuitgave staat niet stil. Als personeelsblad, want dat is de Radbode, wil de redactie veel meer op de huid van de medewerkers zitten. De wereld van de zorg is volop in beweging en artikelen in de Radbode kunnen u ondersteunen in uw dagelijkse werk. En dat dwars door de hele organisatie. Want onze lezers zijn werkzaam in zorg, onderwijs, onderzoek en in ondersteunende diensten binnen het Servicebedrijf. 2011, er gaat genoeg gebeuren! Niels van Haarlem, teamleider redactie
[email protected]
Foto: Jan van Teeffelen
2
2 4 5 9 10 11 12
r B ELEI D a dbod e 1 - 2 0 1 1
Van ziekenhuis naar beterhuis We zijn goed op weg, maar de wedstrijd is nog niet afgelopen. Zo typeert bestuursvoorzitter Emile Lohman de transitie van het UMC St Radboud. ‘Op heel veel terreinen is “Beter worden in het Radboud!” goed opgepakt. Het tempo van veranderen moet nog wel omhoog.’ Niels van Haarlem
2008 was het jaar van het maken van de plannen. In 2009 gingen we aan de slag. En volgens de architect van “Beter worden in het Radboud!” gaat 2010 de geschiedenis in als het jaar van de verdere opbouw. U bent nu goed twee jaar bezig. Zitten we op schema? ‘Ja, maar ik wil bescheiden zijn omdat we pas zo kort bezig zijn. Het kost nu eenmaal tijd om een grote organisatie in beweging te krijgen. Na twee jaar wennen en oefenen ziet het ernaar uit dat de noodzakelijke omslag beklijft. Pas als iedereen voelt dat het proces onomkeerbaar is, dan is de huisregel praktijk geworden. Om in voetbaltermen te spreken: we scoren stevig, maar de wedstrijd is nog niet gewonnen.’ Als u terugkijkt naar 2010. Waar bent u dan trots op? ‘Op heel veel terreinen is “Beter worden in het Radboud!” goed opgepakt. We zetten de stap van ziekenhuis naar beterhuis. De revitalisering van ons huis zie ik overal, van hoog tot laag, bij onderwijs, onderzoek en patiëntenzorg. En in het Servicebedrijf. Klinkt natuurlijk verdacht om als grondlegger van de nieuwe manier van werken zoiets te beweren. Maar als zelfs collega-
ziekenhuizen stellen dat we goed bezig zijn, dan moet het wel kloppen. Terwijl diezelfde sector aanvankelijk sceptisch reageerde op ons veranderplan. Ons UMC is altijd goed geweest in het bedenken van innovaties. Verschil met vroeger is dat we tegenwoordig niet alleen praten over mooie plannen, maar ze ook realiseren. Dat is een flinke cultuuromslag. In 2010 waren tal van projecten nog in het embryonale stadium, inmiddels zijn ze allemaal tot wasdom gekomen. Zo kan het ook.’ Aan welke projecten denkt u dan? ‘Tja, nu moet ik een keuze maken en dat is lastig. Trots ben ik op de introductie van de Radboud Zorgacademie. We kweken nu zelf onze zorgprofessionals. Inmiddels onmisbaar voor het huis. Daarnaast noem ik de talrijke initiatieven die aantonen dat het Radboud met beide benen in de maatschappij staat. Geriatrie dat buiten de muren van het huis samenwerkt of de eerstelijnsgeneeskunde die eerste, twee en derde lijn verbindt. Denk aan
Emile Lohman: 'We mogen best wat meer trots zijn op onze prestaties.'
het AYA-project dat jongeren met oncologische aandoening een digitale hangplek biedt. Dan te bedenken dat ons vroeger afstandelijkheid werd verweten. En aan het einde van vorig jaar het bericht dat onze patiënt meer tevreden is geworden over ons. Sterker nog, van alle academische ziekenhuizen doen wij het aantoonbaar het best. Daar mogen we trots op zijn.’ U bent trots, zijn de medewerkers dat ook? ‘We mogen best wat meer trots zijn op onze prestaties. Het UMC St Radboud moet ver weg blijven van de opportunistische arrogantie die de academische ziekenhuizen zo vaak wordt verweten. Maar we moeten wel ons eigen feestje durven te vieren. De IC genomineerd als beste
van ons land, 1050 hartoperaties met de laagste mortaliteit. Geniet van het succes en wees eens trots op jezelf en je organisatie!’ Ik hoor een tevreden man. Zijn we al klaar? ‘Nee, mijn ambitie blijft onveranderd hoog. En het is nooit af. Ook zullen we het tempo van veranderen van de organisatie moeten opkrikken. Daarnaast moeten we de ICT voor onze medische en zorgprofessionals verbeteren. Beter in staat zijn te registreren wat we doen, gebruik kunnen maken van betrouwbare gegevens en adequaat declareren aan de zorgverzekeraars. Als je me vraagt waar ik teleurgesteld in ben, is het dit wel. Ik had verwacht dat we verder zouden zijn met onze automatisering in huis.’ Welke ontwikkelingen komen nog meer op ons af? ‘De politiek wil bezuinigen in de zorg en vraagt zich af of alle acht academische ziekenhuizen in de toekomst wel open moeten blijven. Op dat punt staat het een en
3
Foto’s: Flip Franssen
ander te gebeuren. Dat moeten we ons nu eens écht gaan realiseren. Feit is dat de concentratie van specialistische zorg zal doorzetten. Op de drie kerntaken zullen we dan ook in de top drie mee móeten draaien om ons bestaan te legitimeren. Als wij gezamenlijk doorgaan op de ingeslagen weg, is ons UMC absoluut kansrijk. We zitten in het oosten van het land, een paar kilometer van Duitsland met een gigantisch achterland. Daar moeten we van kunnen profiteren.’ U hebt het nog helemaal niet over geld gehad. Niet meer belangrijk? ‘15 jaar terug behoorden we tot de “rijkere” ziekenhuizen. Toen werd onze financiële situatie belabberd: in
tien jaar is ons vermogen nagenoeg verdampt. Dat tij zijn we aan het keren. Eigenlijk is het heel eenvoudig. Geef nooit meer uit dan je verdient en houd een paar procent over voor de opbouw van het huis. We worden realistischer in het beheren van ons huishoudboekje, maar daarmee zijn we er nog niet. We moeten ook de moed niet verliezen als we in een keer te maken krijgen met een tariefskorting van 15 miljoen euro. Het is een realiteit waarmee we moeten leren omgaan.’ Het huis is nog niet “klaar.” Is Emile Lohman dat nu al? ‘Toen ik hier kwam heb ik gezegd: Ik zou graag nog één keer de Tour de France winnen; nog één keer vlammen. Ik ben dankbaar dat ik die rol als kopman mag spelen. Er komt een moment dat ze Lohman hier niet meer nodig hebben, maar dat is nu even niet aan de orde.’ n
Zie het bedrijfsportaal voor de Nieuwjaarstoespraak van bestuursvoorzitter Emile Loman.
i r n b e dr i jf a dbod e 1 - 2 0 1 1
Aandacht voor aids
Gratis hiv-test populair
Foto: Frank Muller
Geloven in mensen
Menslievendheid is handwerk Op initiatief van de Commissie Identiteit is sinds kort in de zuid-corridor, tegenover het Stiltecentrum, een serie foto’s opgehangen van handen van Radboudmedewerkers. De foto’s zijn gemaakt door Frank Muller. Samen met het boekje Geloven in mensen vormen zij een tweeluik over onze identiteit en de kernwaarde die we daarin proberen gestalte te geven: menslievendheid. Dit boekje verscheen voor het eerst in 2005, en werd onlangs herzien en opnieuw uitgegeven. Het wordt aangeboden aan alle nieuwe medewerkers en studenten. De foto’s die erin staan zijn ontleend aan de nu tentoongestelde serie. Want, zo besluit Geloven in mensen: ‘In praktijk brengen van menslievendheid ligt als roeping, voorrecht en plicht in onze handen.’
3 Februari 2011
Vijfde filmgesprek: ‘Away from her’ ‘Away from her’ is een mooie, gevoelige film waarin op aangrijpende wijze duidelijk wordt wat de effecten van Alzheimer zijn. Voor iemand die dat nooit van dichtbij heeft meegemaakt een echte eye-opener. Mooie beelden, prachtige begeleidende muziek en fantastisch acteerwerk van met name de zeer elegante Julie Christie (die hier een OscarDonderdag 3 februari 2011 om 19.00 uur nominatie aan overhield). Film ‘Away from her’ Aula Radboud Zorgacademie route 51 De avond wordt ingeleid door dr. Piet van Kalmthout, verpleeghuisDe werkgroep Menslievendheid organiseert het 5e filmgesprek. arts ‘De Waalboog’, locatie ‘JoaKijk voor meer informatie op het bedrijfsportaal > organisatie > projecten > menslievendheid. chim en Anna’. Hij gaat in gesprek 3QHEXLIXSQQIRWIRKEEX met Annemoon Segers over wat het betekent partner te zijn van een patiënt met Alzheimer. Het wordt een inspirerende avond waar we u graag voor uitnodigen! Kaartjes zijn niet nodig, wel is het prettig ongeveer te weten op hoeveel mensen we kunnen rekenen. Indien u in de gelegenheid bent, mail dan naam en aantal personen naar
[email protected].
/ MNOXYQII#
Eén centraal telefoonnummer
Servicebedrijf bereikbaar via 67000 Het Servicebedrijf is per januari bereikbaar via een centraal telefoonnummer: 67000. Het doel hiervan is om u als klant snel en adequaat te helpen met uw vragen, verzoeken, klachten en storingen. Via 67000 wordt een keuzemenu voorgeschoteld dat u naar de juiste productgroep leidt. Een voordeel, want u hoeft niet meer de afzonderlijke desknummers van bijvoorbeeld ICT, HRM en V&I te onthouden. Maar om het gebruiksvriendelijk te houden, kunt u óók direct doorkiezen in het keuzemenu en blijven alle huidige telefoonnummers gewoon bestaan. Stel dat u niet weet bij welke productgroep uw vraag thuishoort, LXXTTSVXEPYQGRRPWIVZMGIW ook dan biedt 67000 uitkomst. Via de keuzetoets “overige vragen” wordt u dan verder geholpen.
Servicebedrijf
Servicebedrijf LXXTTSVXEPYQGRRPWIVZMGIW
67000
67000
Rond Wereldaidsdag (1 december) konden mensen zich een week lang in het Radboud anoniem laten testen op hiv. Maar liefst 75 personen meldden zich aan. Vanwege tijd- en plaatsgebrek zijn er ‘slechts’ 56 van de 75 mensen getest. Deze waren allemaal hiv-negatief. Ondanks het inlassen van een extra testmiddag moesten toch nog twintig mensen verwezen worden naar hun huisarts of GGD. In totaal werden in Nederland in acht centra 741 personen getest in hiv-testweken; zes mensen bleken seropositief. Via de testweek was er aandacht voor het hernieuwd opflakkeren van de hiv-epidemie. Het eerder en vaker testen op hiv is een van de manieren om de epidemie af te remmen en tevens de ontwikkeling tot aids te voorkomen. Momenteel worden veel patiënten pas gezien in een relatief laat stadium van de ziekte. De verpleegkundig hiv-consulenten van de polikliniek Interne Geneeskunde hebben vijf middagen de testen uitgevoerd: een vingerprik, een gesprek over hiv en risicogedrag en twintig minuten later de uitslag. En dit alles anoniem. De geteste groep bestond uit 27 mannen en 29 vrouwen. Twaalf personen kwamen niet uit Nederland. De belangrijkste reden voor de test was “ongerustheid over een onveilig sekscontact in het verleden” (dertig personen). Opvallend was dat bij een op de vijf personen de huisarts of GGD eerder een hiv-test had geweigerd, omdat er sprake zou zijn van onvoldoende risicogedrag. GM
Publicatie nature Genetics
Meer bekend over hypospadie Nijmeegse genetici, epidemiologen en kinderurologen vonden onlangs een sterke risicofactor voor het ontstaan van hypospadie. Bij deze veel voorkomende aangeboren urologische afwijking mondt de plasbuis niet uit op het topje van de penis, maar bijvoorbeeld ergens halverwege, aan de basis van de penis of zelfs in of bij de balzak. Eén op de 375 jongetjes wordt geboren met hypospadie. In het onderzoek is het hele genoom van zo'n 800 patiënten onder de loep genomen. Daaruit kwam een onverwachte en opmerkelijk sterke relatie tussen hypospadie en het gen DGKK. Een jongen met een afwijkend DGKK-gen heeft een 2,5 keer hogere kans op hypospadie dan andere jongens. Tot nu toe was deze relatie niet aangetoond. ‘Maar dat er bij hypospadie genetische factoren in het spel zijn, was al langer duidelijk’, aldus onderzoekster drs. Loes van der Zanden. ‘Bij ongeveer 5 procent van de patiënten komt de aandoening namelijk ook ergens anders in de familie voor, bijvoorbeeld bij een neef of een oom. Toch moeten er ook andere dan erfelijke factoren in het spel zijn. Het lijkt er zelfs op, dat de afwijking tegenwoordig vaker voorkomt dan vroeger.’ ‘Het is de vraag waar dat mee te maken kan hebben’, zegt één van de leiders van het onderzoek, reproductie epidemiologe dr. Nel Roeleveld. ‘Blootstelling aan schadelijke stoffen of medicijnen? Het voedingspatroon van de moeder? Een combinatie van genetische en omgevingsfactoren?’ Dit wordt nu verder onderzocht met behulp van vragenlijsten die zijn ingevuld door de ouders. Dit onderzoek maakt deel uit van het AGORA-project dat inzicht wil krijgen in de achtergrond van aangeboren afwijkingen zoals schisis, anusatresie, aangeboren nierafwijkingen en hypospadie. Het onderzoek is gepubliceerd in Nature Genetics.
Zaterdag 5 februari
open dag RUCO Op 5 februari van 10.00 tot 16.00 uur organiseert het Radboud Universitair Centrum voor Oncologie (RUCO), in het kader van Wereldkankerdag, een open dag voor geïnteresseerden uit Nijmegen en omgeving. Ook u als medewerker bent van harte welkom, evenals uw familie. Uiteraard krijgt u veel informatie over kanker. Maar er is ook van alles te doen, te zien en te beleven: eigen DNA isoleren, een 3D-model laten maken van uw gezicht, op de OK de robotchirurg ontmoeten of zelf een echografie maken. En weet u hoe een bestralingsbunker er van binnen uit ziet? En hoe weefsel en bloed in de laboratoria onderzocht wordt? Bovendien is er een loopbaanmarkt, voor wie zich oriënteert op een (andere) baan in de zorg. Kijk voor het uitgebreide programma op www.umcn.nl/ Wereldkankerdag.
4
Grenzeloos SEH-verpleegkundigen Bernard van der Linden en Roland de Jong verzorgden van 8 tot 13 november 2010 een training venapunctie in het ziekenhuis Dr. Horacio E. Oduber in Oranjestad (Aruba).
@ Waar/waarom? We hebben in opdracht van de Radboud Zorg academie een training venapunctie verzorgd voor analisten, verpleegkundigen en prikkrachten van het landslaboratorium in Oranjestad. Op Aruba worden per dag veel mensen geprikt op verschillende locaties verspreid over het eiland. Het bloed wordt door een speciale bode naar het landslaboratorium gebracht. Zij willen dat alle medewerkers volgens hetzelfde prikprotocol gaan werken. Hiervoor heeft de Radboud Zorgacademie in nauwe samenwerking met hen een traject ontwikkeld. Dat bestaat uit een voorbereiding, training en toetsing in de praktijk die volgt op een theoretische toets.
@Buitenlandse partners? In het landslaboratorium Aruba wordt alle diagnostiek van het eiland verricht. Probleem is dat daarbij de privacy niet altijd gewaarborgd is, omdat het eiland klein is. Mensen laten zich daarom bijvoorbeeld weinig op HIV prikken, omdat ze bang zijn dat anderen dit ook te weten komen. Iedereen kent iedereen, daarom vindt de patiëntenidentificatie niet altijd volgens protocol plaats. In het begin waren de deelnemers aan onze training wat afwachtend en stil, de taal was soms een barrière.
@Bagage mee naar huis? We gingen met minder bagage naar huis omdat iedereen geslaagd was voor de cursus, dus de certificaten bleven daar. We hebben mooie herinneringen en een leerzame tijd gehad.
@Waar kunnen wij van leren? Medewerkers zijn heel gemotiveerd. Ze zijn blij met hun werk, want er zijn niet zoveel van dergelijke banen op Aruba. Medewerkers op de priklocaties nemen hun werk erg serieus en vinden zichzelf belangrijk. Verder hebben ze op Aruba betere laboratoriumformulieren dan hier en ze hebben een goed beveiligd priksysteem, waarmee je nóg beter een prikaccident kunt voorkomen. We gaan kijken of we deze werkwijzen ook in het Radboud kunnen introduceren.
@Wat doen wij hier beter? Als mensen moeilijk te prikken zijn, doordat ze kleine aders en slagaders hebben of bijvoorbeeld spastisch zijn, gebruiken wij vaak een kleinere vlindernaald met een flexibele buis. Op Aruba wordt er ook bij deze patiënten meestal geprikt met een optrekspuit en naald, omdat dit veel goedkoper is. Deze handelwijze is echter veel gevaarlijker, dat hebben we in de evaluatie besproken. Ze overwegen nu om meer met vlindernaalden te gaan werken.
@Bijzondere gebeurtenis? Na elke werkdag evalueren in het hagelwitte zand op het strand, uitkijkend over een prachtige oceaan. We hebben er twee vrije dagen achteraan geplakt, zodat we het eiland nog even konden verkennen.
I r N T E R VIE W a dbod e 1 - 2 0 1 1
‘De patiënt, daar doe ik alles voor’ ‘De Radboudpenning, voor mij? Ik doe toch niks bijzonders!’ Mensen die met Hans van der Hoeven samenwerken denken daar anders over. Zelfs de Inspectie Gezondheidszorg ziet de IC-afdeling van het Radboud als hét toonvoorbeeld voor Nederland. J a nn i e M e uss e n
Hij dacht dat hij bij de RvB op het matje werd geroepen. ‘Het zat namelijk zo’, vertelt prof.dr. Hans van der Hoeven, afdelingshoofd IC. ‘Er lag bij ons een ernstig zieke alleenstaande vrouw, die snel achteruitging. Boven haar bed hingen foto’s van een dikke rode poes, die kennelijk erg belangrijk voor haar was. Toen ik vroeg of ze ‘m miste, rolde er een traan over haar wang. Die poes moet hier komen, dacht ik. Kort daarop kreeg ik echter een verontwaardigde medewerker van de Beveiliging aan de lijn, die haar kinderen – mét poes – bij de ingang had onderschept. “Wie heeft daar toestemming voor gegeven?”, klonk het nors. Ik dus…! Mevrouw kon nog nauwelijks bewegen, maar haar arm schoof langzaam omhoog en ze aaide de
‘Veiligheid is voortdurend kritisch naar jezelf kijken’ poes. Tranen biggelden over haar wangen. Een half uur later kwam mijn secretaresse op de IC: “Lohman wil je spreken”. Ik legde direct de link met die poes, maar het ging over de Radboudpenning. Ik was volslagen verrast.’ Het mag duidelijk zijn, Van der Hoeven heeft hart voor zijn patiënten. ‘Mensen komen hier in de allergrootste ellende binnen, totaal aan ons overgeleverd. Wij hebben de plicht ons voor tweehonderd procent voor hen in te zetten. Ik kan er niet van slapen als een patiënt door ons toedoen tekort komt of schade oploopt.’ Hij is nog steeds onder de indruk van de theatervoorstelling in de week van de patiëntveiligheid. ‘Volslagen herkenbaar. Vooral de noodkreet: “Wat is waar? Kijk om je heen, dát is waar.” Veiligheid is voortdurend kritisch naar jezelf kijken en
Gabie de Jong: young potential Dit jaar is er tijdens de nieuwjaarsreceptie voor het eerst ook een Radboudpenning uitgereikt aan een young potential. Deze ging naar dr. Gabie de Jong, die hier in opleiding is tot chirurg. Tijdens haar geneeskundestudie viel ze al op door haar enorme kennis en gedrevenheid. Ze was bestuurslid van de medische faculteitsvereniging, nam deel aan het studentenplatform KNMG en studeerde cumlaude af. Ook als promovendus maakte ze zich sterk voor het verbeteren van de voorzieningen voor promovendi en was vice-voorzitter van de UMC-raad. Ze was daarnaast voorzitter van de arts-assistentenvereniging. Op onderzoeksgebied heeft ze een indrukwekkende lijst van artikelen afgeleverd. Nog onlangs kreeg ze een young professional award in Salt Lake City voor haar bevindingen rond ‘Nucleair Medicine and Molecular Imaging and Therapy’. Ook de verdediging van haar proefschrift kreeg het predicaat: cumlaude.
Hans van der Hoeven: ‘Wij hebben de plicht ons voor tweehonderd procent voor patiënten in te zetten.’
elkaar durven aanspreken als er iets niet goed loopt.’ Toen hij hier zeven jaar geleden kwam, vond er binnen de IC amper onderzoek plaats en werden er geen fellows meer opgeleid. Nu sleept de afdeling de ene na de andere onderzoeksprijs in de wacht en de fellows staan in de rij voor de opleiding. Van der Hoeven staat bekend als een toonbeeld van de nieuwe organisatiefilosofie, een voorbeeld van leiderschap en een rolmodel als afdelingshoofd. ‘Ik wil dat mensen om mij heen beter worden dan ik. Dat probeer ik te bereiken door zelf het goede voorbeeld te geven in alles wat ik doe. Ik heb een sterke, enthousiaste club mensen om mij heen. We managen de afdeling eigenlijk samen, zodat ik me kan blijven richten op de patiëntenzorg, want daar ligt mijn passie. De lat ligt hoog, we moeten er naar springen, maar niemand is burnout. Iedereen is enthousiast aan het werk en – opvallend – iedereen blijft.’ n
Foto: Frank Muller
Radboudpenning voor Hans van der Hoeven Een greep uit de voordracht. Hij is een uitstekend arts, uitmuntend docent en heeft het onderzoek binnen de IC tot bloei gebracht. Hij is goed in het motiveren van anderen om zijn werkwijzen over te nemen en zijn afdeling is een toonbeeld van kwaliteit en veiligheid. Hij speelde een cruciale rol in de wederopbouw van het hartcentrum, en vervult binnen het Radboud als ambassadeur een prominente functie in het patiëntveiligheidsprogramma. Hij zet zich ook landelijk in voor zijn vakgebied.
Heupprothesen bij jongeren succesvol Onderzoek van de afdeling Orthopedie laat opzienbarende resultaten zien bij heupprothesen voor jong volwassenen. De prothesen worden al dertig jaar volgens ambachtelijk Radboud-recept aangebracht. Meewaaien met nieuwe winden of vasthouden aan beproefde methoden. De afdeling Orthopedie kiest voor het laatste bij het aanbrengen van heupprothesen bij jongeren. Dertig jaar geleden ontwikkelde Orthopedie een eigen techniek voor het herstellen van botverlies. Hierbij wordt een laagje botsnippers met botcement aangebracht tussen de nieuwe heupkom en het bekken. Een ambachtelijke manier van opereren, waarbij het overtollig bot van de patiënt wordt benut. Deze techniek heeft de tand des tijds goed doorstaan, zo blijkt uit onderzoek bij patiënten die voor hun dertigste levensjaar een nieuwe heup kregen. Bij zo’n 83 procent is na tien jaar de heup nog steeds goed en hoeft die niet vervangen te worden. ‘Dit percentage is opvallend hoog’, zegt onderzoeker/orthopedisch chirurg Vincent Busch. ‘De kans op slijtage of falen van
5
een heupprothese is bij jonge mensen namelijk groot, omdat ze een actief en beweeglijk leven leiden.’
Verleiden De kracht van de techniek van Orthopedie is dat lichaamseigen materiaal (overtollig bot) van de patiënt wordt gebruikt. De afdeling heeft zich nooit laten verleiden tot moderne prothesen, zoals een sportheup, met een metaal-op-metaal constructie. Deze zijn weliswaar sneller aan te brengen. En de revalidatietijd voor de patiënt na de operatie is doorgaans korter. Maar een aantal patiënten krijgt binnen vijf jaar wél last van pijn, ontstekingen en zwellingen. Bovendien kunnen er metaaldeeltjes vrijkomen die zorgen voor irritatie. De Nederlandse Orthopaedische Vereniging (NOV) waarschuwde in november 2010 ervoor dat deze metaal-opmetaal prothesen klachten kunnen geven. De afdeling Orthopedie publiceerde in december de resultaten van hun onderzoek. Goed getimed dus. Orthopedisch chirurg Wim Schreurs: ‘In het Radboud hebben we de metaalprothesen nooit aangebracht. We zijn altijd overtuigd geweest van de kwaliteit van onze eigen prothesen. Al dertig jaar lang. Soms is het dus goed om niet voor het nieuwste van het nieuwste te gaan, maar met overtuiging vast te houden aan je eigen techniek, omdat dat de beste kwaliteit van zorg oplevert.’ GM
r e port a g e
Op zoek naar het geheim van Patiënten zijn tevreden over ons ziekenhuis. En al helemaal over de afdeling Neurochirurgie/Plastische Chirurgie. Die afdeling scoorde namelijk wel heel erg hoog in het rapport Trends in tevredenheid, het onderzoek naar tevredenheid van patiënten bij alle UMC’s. Radbode ging op zoek naar het geheim achter het succes. Luc i e n J opp e n
‘Lieve br./zr., Bedankt voor de goede zorg!’ Het briefje, geschreven in een net vooroorlogs handschrift, is opgeprikt in de gemeenschappelijke ruimte van de afdeling Neurochirurgie/Plastische Chirurgie (NCH/PCH). Het is een oprechte dankbetuiging van een tevreden patiënt en een tastbaar bewijs van klanttevredenheid.
Persoonlijke touch ‘Een eerste indruk is belangrijk, zeker als je een ingrijpende operatie moet ondergaan. Dan zetten een vriendelijk woord en een persoonlijke benadering de toon.’ Secretaresse Jolanda Gansekoele is, samen met haar collega’s, voor de patiënt en zijn naasten en bezoekers, de eerste persoon van de afdeling die ze spreken. ‘Ik probeer altijd zo snel mogelijk een verpleegkundige of een arts in te schakelen zodat de patiënt wordt opgevangen. Duurt het wat langer, dan laat ik dat weten. Het is belangrijk dat deze mensen niet het gevoel krijgen dat ze aan hun lot worden overgelaten. Het valt me op dat sommige patiënten denken dat het Radboud groot en onpersoonlijk is. Daar komen ze na hun verblijf op onze afdeling wel van terug!’
Teamwork staat voorop op de afdeling, dat komt de sfeer alleen maar ten goede.
Nu hoeft een briefje weinig te zeggen over hoe de meeste patiënten het traject door de afdeling (van opvang tot nazorg) ervaren. Op de afdeling NCH/ PCH heeft het briefje wel een grotere zeggingskracht. Immers, in het recent verschenen rapport Trends in tevredenheid 2003/2009 (zie kader) scoort de afdeling bovengemiddeld.
Alle hens aan dek Hans Jacobs is sinds 2005 actief als hoofdverpleegkundige op Neurochirurgie/Plastische Chirurgie. Hij is al een oudgediende: hij begon als 18-jarige aan de opleiding tot A-verpleegkundige. ‘Zorg verlenen zit echt in mijn bloed. Het doet me dan ook deugd dat ik mag werken met collega’s die uit hetzelfde hout zijn gesneden.’ Hans Jacobs zit in zijn werkkamer op de knusse afdeling. Smalle gangen, schilderijen aan de muur. De sfeer is rustig, gemoedelijk. ‘Dat kan snel omslaan. Patiënten worden opgenomen met alle vormen van hersenschade ten gevolge van een trauma, bloeding of tumoren waardoor er vaak onverwachte complicaties kunnen ontstaan. Dan is het alle hens aan dek!’
‘We krijgen de vrijheid om onszelf te ontwikkelen’ Vanzelfsprekend is hij trots op de goede resultaten die uit het patiëntenonderzoek naar voren zijn gekomen. ‘Het is de hoogste “onderscheiding” die je kunt krijgen, dat de klant tevreden is. Nu is het zaak om ook de andere zorgaspecten naar een hoger niveau te tillen.’ Het onderzoek is vanzelfsprekend ook aangekomen bij de Raad van Bestuur. Een uur voor het interview met de Radbode is een delegatie op de koffie gekomen. Een doos met enkele gebakjes herinnert aan het bezoek. ’Toen ik hier in 2005 ging werken, was de cultuur op de afdeling al zeer goed. Wel heeft de organisatieverandering, die voortvloeide uit ‘Beter worden in het Radboud’, de cultuur en met name de werkwijze van onze afdeling naar een hoger plan getild. We zijn sneller en slagvaardiger geworden.’
Een open, vriendelijke benadering doet wonderen. Jolanda Gansekoele in actie achter de balie.
6
r a dbod e 1 - 2 0 1 1
n Neurochirurgie Over patiënten gesproken. Ad Meijers (71) is hier in zijn leven nog nooit opgenomen. Nu ligt hij voor de tweede keer binnen een jaar in het UMC. ‘Het moet geen gewoonte worden’, grapt de energieke pensionado. Bij de patiënt werd eerder een tumor bij de hypofyse verwijderd. Toen hij recentelijk in het UMC werd opgenomen vanwege een zouttekort, kreeg hij ernstige neusbloedingen. Een bloedtransfusie was noodzakelijk. Omdat Ad nog enkele dagen ter observatie moest worden opgenomen, wilde hij graag een bed op de afdeling NCH/PCH. Hij kende immers de mensen daar. ‘Het tekent de gastvrijheid van de afdeling. Ze vonden het prima om me te ontvangen, ook al waren ze hier niet tot verplicht.’
Persoonlijk contact De informatievoorziening richting patiënt is een aspect waarop de afdeling zich in gunstige zin onderscheidt van andere UMC’s. ‘Vanzelfsprekend hebben we de nodige communicatiemiddelen - de website en brochures - om patiënten zo goed mogelijk te informeren over ziektebeelden en de gang van zaken bij een opname’, legt Hans Jacobs uit. ‘Daarnaast hecht onze afdeling grote waarde aan persoonlijke gesprekken. De artsen hebben dagelijks contact met hun patiënten, waarbij dan ook een verpleegkundige aanwezig is. Je moet je voorstellen dat sommige patiënten na een hersenoperatie cognitieve problemen hebben. Ze kunnen zich moeilijk concentreren, zijn soms verward. Daarom nemen we hier de tijd voor. Maar eigenlijk maakt het niet uit hoe complex de zorgvraag is: we doen precies hetzelfde bij de herniapatiënten.
Meelopen met patiënten
Foto’s: Frank Muller
Dichter op proces De afdeling Neurochirurgie heeft nu een structuur waar het managementteam de kaders schept en randvoorwaarden aangeeft en waarbinnen de professionals kunnen werken, ieder met zijn eigen verantwoordelijkheid. ‘De focus van het managementteam ligt hierbij op daadkracht en het bieden van ruimte aan de talenten van professionals’, vult Miranda Heijser (bedrijfsleider) aan. Dat de medewerkers dicht op het proces zitten en ook hun verantwoordelijkheden nemen, blijkt uit een tweetal white boards in de gemeenschappelijke ruimte. ‘Op deze borden noteren we zaken die beter zouden kunnen’, legt verpleegkundige Mieke Knaapen uit. ‘Dat kunnen kleine dingetjes zijn zoals het slordig plakken van etiketten op buisjes die bestemd zijn voor het lab. Ik vind het een handige to-do-lijst waarop duidelijk staat wat het probleem is en wie het wanneer gaat oplossen.’
Om zo goed mogelijk aan de communicatiebehoefte te voldoen en ook andere knelpunten in kaart te brengen, heeft de afdeling haar patiënten ‘geshadowd’. Hierbij volgden artsen, verpleegkundigen en ondersteunend personeel enkele patiënten door de hele zorgketen. Hans Jacobs: ’Door in de huid van een patiënt te kruipen, krijg je zicht op obstakels die anders verborgen blijven. Zo bleek uit het traject dat de telefonische bereikbaarheid te wensen over liet. Ook konden patiënten niet altijd de gewenste brochures vinden, bijvoorbeeld op de poli, maar ook op onze afdeling. We hebben inmiddels deze knelpunten opgelost, onder meer door het instellen van één telefoonnummer voor de gehele afdeling Neurochirurgie.’
Ruimte voor ontwikkeling Het idee dat de behoeftes van de patiënt centraal staan, is ook verankerd in de organisatie. Zo maakt verpleegkundige Hans Jacobs deel uit van het MT, waardoor de zorg een belangrijke stem heeft in het besluitvormingsproces. Verder zijn bij de herinrichting van de organisatie van de afdeling bepaalde verantwoordelijkheden gedelegeerd naar verpleegkundigen die, gezien hun werkzaamheden, het dichtst bij de patiënt en collega-verpleegkundigen staan. ‘Deze mensen zijn voor een deel van hun tijd vrijgesteld om bepaalde zaken op te pakken. We hebben zestien domeinen gedefinieerd, waaronder pijn, neurorevalidatie, ergonomie (tillen et cetera) en informatievoorziening. De verpleegkundigen krijgen de ruimte om binnen bepaalde kaders deze zaken op te pakken.’ Ineke van Huet beaamt dit. Zelf is ze druk bezig met het opzetten van een kwaliteitssysteem volgens het INK-model (Instituut Nederlandse Kwaliteit). ‘Het doel is onder meer om dat wat we goed doen, te borgen in protocollen. Doordat we de lopende processen aan het beschrijven zijn binnen een multidisciplinaire setting, signaleer je knelpunten, die we kunnen aanpakken. Ik krijg van het management de ruimte om dit in te vullen. Als je dat vertrouwen krijgt, wil je dat niet beschamen. Dat is ook het mooie van deze afdeling: je krijgt de vrijheid om jezelf te ontwikkelen.’ n
Goede score De afdeling Neurochirurgie/Plastische Chirurgie draagt met vier best practices in belangrijke mate bij aan de goede score van het UMC Radboud in het rapport Trends in tevredenheid 2003/2009 van de NFU, de Nederlandse Federatie van Universitair Medische Centra. NFU onderzocht acht UMC’s (klinieken en poli’s) op een zestal aspecten: ontvangst bij opname, bejegening en verzorging door verpleegkundigen, bejegening en behandeling door artsen, informatie, zelfstandigheid/respect en vertrek/nazorg. De klinieken van het UMC Radboud hebben, vergeleken met de andere UMC’s, de meeste best practices (aantoonbaar effectieve werkwijzen, red.). Neurochirurgie levert met vier best practices een grote bijdrage: ontvangst bij opname, bejegening en verzorging van verpleegkundigen, informatie(voorziening) en vertrek en nazorg.
Positieve energie Het snel oppakken van zaken en het continu verbeteren is volgens Hans Jacobs een belangrijke succesfactor van zijn afdeling. ‘Je moet als afdeling nooit achterover willen leunen. Zoals ik al zei: “nu moeten we ook de andere zorgaspecten verbeteren”. De wil om te verbeteren komt wel voort uit een hoge betrokkenheid bij de afdeling. We doen ook het nodige aan teambuilding. Zo organiseren we regelmatig activiteiten voor de gehele afdeling. Ook als we iets te vieren hebben, zoals nu met het onderzoek, dan is het niet alleen ons feestje. We betrekken hier ook onze ketenpartners bij, zoals voedingsassistenten, OKpersoneel, paramedici en ga zo maar door.’ Volgens Ineke van Huet (verpleegkundige/kwaliteitsmedewerker) versterkt deze houding de band tussen alle medewerkers die direct of indirect bij de behandeling en de zorg zijn betrokken. ‘Dat komt de zorg alleen maar ten goede. Als patiënten merken dat het personeel goede zin heeft en op een collegiale manier met elkaar omgaat, dan geeft dat hen positieve energie.’
Patiënten zijn zeer tevreden over het behandel- en zorgtraject op de afdeling NCH/PCH.
7
Bredeweg 34 te Breedeweg
Adviesburo van den Berk uw partner voor financiële zekerheid (sinds 1963)
Financiële planning
Praktijkfinanciering
Hypotheken
Praktijkbemiddeling
Verzekeringen
Pensioenen
Regentessestraat 3
T. 024 - 3230731
www.vandenberk.com
6522 AM Nijmegen
F. 024 - 3601567
[email protected]
Speels halfvrijstaand woonhuis met carport en schuur in Breedeweg nabij Groesbeek. Circa 15 autominuten van Nijmegen, uitstekend bereikbaar middels openbaar vervoer. Ruime lichte woonkamer; Halfopen luxe keuken; Praktische kelder/hobbyruimte; 2 Ruime slaapkamers; Royale badkamer; Functionele zolder; Aangebouwde stenen schuur; Inhoud 350 m3; Bouwjaar 1989; In prima staat en goed onderhouden!
Vraagprijs: € 224.500,- k.k. Lieberwirth Makelaardij BV, méér dan een makelaar! Info 024-6963333 - www.lieberwirth.nl
Nieuws van bulthaup
KAAIJ ADVOCATEN 1E CONSULT (20 MIN.) GRATIS
Als u wilt weten hoe u ook op een moeilijke plattegrond een keuken kunt plaatsen en inrichten, die in elk detail aan u smaak en u pretentie voldoet, spreekt u dan met ons, de specialist voor de nieuwe keukenarchitectuur van bulthaup.
Voor de persoonlijke aanpak FRANSESTRAAT 12 6524 JA NIJMEGEN
GRENZLANDKÜCHEN JANSEN
Mr. Michaëla B.M. Kaaij, gecertificeerd NMI mediator Mr. Drs. H.A.M. Schouten TEL : (024) 324 59 37
Schulplatz · 47559 Kranenburg-Frasselt Tel.: 0049.2826.90490 · www.grenzlandkuechen.de
Strafrecht, mediation, echtscheiding, alimentatie, omgangsregeling en andere familiezaken, huur, arbeid en ontslag, uitkering, consument en incasso.
TE KOOP / TE HUUR
HELWEG 14, MILSBEEK VRIJSTAAND WOONHUIS IN BOSRIJKE OMGEVING, WOONKAMER, STUDEERKAMER, WOONKEUKEN, INBOUWAPPARATUUR, 2 SLK, BADKAMER MET LIGBAD, ROYALE TUIN. * INHOUD: ca. 410M³ * GEBRUIKSOPPERVLAKTE: ca. 115M² * PERCEELSOPPERVLAKTE: 825M² * BOUWJAAR: 1930/2003 * VRAAGPRIJS: 469.000,- K.K. * HUURPRIJS: 1.850,- P/M EXCL. G/W/E
Collega verpleegkundigen !! Wil je je kennis en ervaring in de zorg blijven gebruiken, maar in een minder slopend tempo? Bel eens voor informatie en vraag naar Babs Beerends. 024-7074223 of 06-41-822621.
Vast Goed MakelaardijÊ iÊ-ÌÊUÊTel: 024-3244669ÊUÊwww.destijlmakelaars.nl
w w w. r a d b o u d i n t o l a n g u a g e s . n l
Trainingskalender 2011 ChineesDuitsEngelsFrans JapansItaliaansMarokkaans Arabisch Nederlands voor anderstaligen RussischSpaansNotuleren (met laptop) Timemanagement Start trainingen: vanaf 21 februari. Kijk voor meer informatie over deze of andere trainingen op onze website. E:
[email protected] T: (024) 361 21 59
maakt deel uit van de radboud universiteit nijmegen
8
r U M C - R AA D a dbod e 1 - 2 0 1 1
Barometer van onderwijs en onderzoek De productiviteit in de patiëntenzorg moet omhoog. ‘Maar dat mag niet ten koste gaan van het onderzoek en onderwijs’, betoogt de nieuwe voorzitter van de UMCRaad, prof.dr. Gert Jan van der Wilt. ‘Het unieke van het UMC zit in de combinatie van kerntaken. Daar gaan de medewerkers voor.’
Paul van Laere
‘We zijn als een barometer voor onderzoek en onderwijs’, typeert voorzitter Gert Jan van der Wilt ‘zijn’ UMC-Raad. ‘We luisteren naar de werkvloer en volgen hoe beleid in de praktijk uitpakt. Die signalen bespreken we vervolgens met de Raad van Bestuur.’
Prijzen en benoemingen Gert Westert
Dat UMC-onderwijs is op zich van prima niveau. Het scoort landelijk steevast in de hoogste regionen. Maar achterover leunen is uit den boze. Een van de uitdagingen voor Van der Wilt is dat de studie Biomedische Wetenschappen internationaler georiënteerd wordt. ‘Door bijvoorbeeld de beheersing van het Engels te verbeteren. Een klein facet, maar niet onbelangrijk. Daarom pleiten we voor een taaltoets, zodat studenten zicht krijgen op hun niveau en dat zonodig kunnen opkrikken. Nog belangrijker is dat we meer Engelstalige studenten binnenhalen en de Engelse taal hier meer gemeengoed wordt.’
Alle drie beter Hoog op de agenda van het UMC staat het verbeteren van de productiviteit in de patiëntenzorg. ‘Maar wij letten erop dat onderwijs en onderzoek daar niet onder lijden. We blijven benadrukken dat het unieke van het UMC zit in de drie kerntaken.’ Met innovatieve oplossingen valt echter veel te winnen, benadrukt Van der Wilt optimistisch. ‘Prof.dr. Baziel van
Prof.dr. Gert Westert is per 1 januari aangesteld als nieuw hoofd IQ healthcare. Tevens bekleedt hij de kernleerstoel ‘Kwaliteit van Zorg’. Zijn terreinen van expertise zijn: kwaliteit en veiligheid van zorg, en doelmatigheid en internationale vergelijking van gezondheidszorgsystemen. Westert is sinds 1997 werkzaam bij het RIVM. Van 1999 tot 2003 was hij projectleider van de Tweede Nationale Studie naar ziekten en verrichtingen in de huisartspraktijk. Tevens heeft hij gewerkt aan de Rijksuniversiteit Groningen, de Universiteit Twente en de Universiteit van Utrecht. Sinds 2005 is hij houder van de bijzondere leerstoel ‘Kwaliteit huisartsenzorg en ziekenhuiszorg’ aan de Universiteit Tilburg. Westert is net teruggekeerd uit Nieuw Zeeland, waar hij enkele maanden werkte als visiting professor aan de Universiteit van Auckland.
Ton Schattenberg Onlangs vond de 21e landelijke dag van de Contactgroep Stamceltransplantaties (SCT) plaats. De SCT heeft voor leden die voor hen van grote verdienste zijn (geweest) een beeldje laten ontwerpen met de titel Balans. Dit jaar werd dit beeldje uitgereikt aan dr. Ton Schattenberg. Vanaf het eerste uur van de contactgroep – al twintig jaar - ondersteunde hij de vrijwilligers van de contactgroep. Meer informatie: www.sct.nfk.nl.
Nieuw managementteam DCN Het Donders Centre for Neuroscience (DCN) heeft twee nieuwe directeuren: prof.dr. Paul Tiesinga voor het deel Natuur- Wis- Scheikunde en Informatica en prof.dr. Guillen Fernandez voor het UMCgedeelte. Beiden volgen prof.dr. Stan Gielen op, die onlangs aftrad en een nieuwe functie aanvaardde als decaan van de bètafaculteit. Ook managing director dr. Arjan Vink nam afscheid. Zijn opvolgster is dr. Cerien Streefland.
Promoties, oraties, afscheidsredes*
Prof.dr. Gert Jan van der Wilt: 'Ik wil graag mensen in het UMC meer betrekken bij onderwijs en onderzoek.'
‘Neem het systeem van Principal Investigators (PI) en Principal Lecturers (PL), onze toppers in onderzoek en onderwijs. De regeling is een prima stimulans en erkenning van topkwaliteit. Maar we merken ook dat de potentiële kandidaten voor een PI- of PL-schap zeggen: ik ga helemaal voor onderwijs of helemaal voor onderzoek. Begrijpelijk, maar uitstekend onderwijs vraagt mensen die óók goed onderzoek doen.’
Foto: Jan van Teeffelen
Engelen en dr. Gea Drost hebben bijvoorbeeld op de poli Neurologie groepsconsulten opgezet. De neuroloog houdt dan consult met een groep patiënten, in plaats van met één patiënt. Een heel creatief idee dat de productiviteit verhoogt en ook de kwaliteit van zorg. Want patiënten blijken zo’n groepsconsult enorm te waarderen. Tegelijkertijd is aan dit initiatief een onderzoek gekoppeld én is het enorm leerzaam voor artsen in opleiding. Alle drie de kerntaken gaan er dus op vooruit.’
Goudmijn
Geef de Raad raad ‘Ik wil graag mensen in het UMC meer betrekken bij onderwijs en onderzoek. We nodigen ze uit mee te denken’, zegt prof.dr. Gert Jan van der Wilt, hoogleraar Health Technology Assessment en de nieuwe voorzitter van de UMC-Raad. ‘We zijn tenslotte de medezeggenschapsraad voor onderwijs en onderzoek.’ Om de UMC-medewerkers beter te bereiken zijn de Nieuwsbrief ‘Raad en Daad’ en de eigen profielsite op het Bedrijfsportaal toegankelijker gemaakt. Ook kunnen UMC-medewerkers via korte enquêtes hun stem laten horen.
Van der Wilt constateert dat het UMC-onderzoek grote verschillen in kwaliteit toont. Hij vindt het belangrijk optimale faciliteiten voor onderzoekers te scheppen. Andermaal geeft hij een praktijkvoorbeeld. ‘De afdeling Reumatologie heeft flink geïnvesteerd in het vastleggen van patiëntengegevens op een hele systematische manier. Dat blijkt een goudmijn voor onderzoek. Dus zeggen wij, nu we aan de vooravond staan van een nieuw ziekenhuisinformatiesysteem: kijk goed naar dit voorbeeld, zodat we een systeem krijgen dat op termijn een soortgelijke goudmijn oplevert, maar dan voor het hele ziekenhuis. Ook hier geldt: we kunnen veel van elkaar leren.’ n
9
• Promotie drs. Cindy Dieteren, vrijdag 21 januari om 13.00 uur. Titel: Mitochondrial complex I assembly: an exploration in the living cell • Afscheidsrede prof.dr. Leo Booij, hoogleraar Anesthesiologie, vrijdag 21 januari om 15.45 uur. Titel rede: Achtentwintig jaar later. Verantwoording van een academische loopbaan • Promotie drs. Petra Heesterbeek, dinsdag 25 januari om 15.30 uur. Titel: Mind the gaps! Clinical and technical aspects of PCL-retaining total knee replacement with the balanced gap technique • Promotie drs. Michelle Boone, donderdag 27 januari om 10.30 uur. Titel: New insights in the regulation of the aquaporin-2 water channel maintaining the water balance * Locatie: Radboud Universiteit, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2
r m e ns e n a dbod e 1 - 2 0 1 1
mensen Bijdragen voor de rubriek Mensen (maximaal 150 woorden) kunt u tot uiterlijk donderdag 09.00 uur in de week vóór verschijnen mailen naar
[email protected], voorzien van een scherpe digitale foto met een hoge resolutie.
Jan de Haard Collega Jan de Haard bereikt op 9 februari de pensioengerechtigde leeftijd en zal daarom de Instrumentele Dienst gaan verlaten na een dienstverband van nagenoeg 45 jaar. Hij is in 1966 in dienst gekomen als leerlinginstrumentmaker en heeft als Senior Research Instrumentmaker een belangrijke bijdrage geleverd aan de realisatie van diverse medische onderzoeksprojecten. Hierbij was Jan een van de weinige technici die als systeembeheerder geautoriseerd was om de CNC-machine te bedienen. Gedurende de laatste jaren heeft Jan de service-afdeling ondersteund bij het realiseren van speciale constructies, modificaties van bestaande apparaten en onderhoud van chirurgisch instrumentarium. Jan is een prettige collega vanwege zijn positieve werkhouding en zijn open instelling. Zijn afscheidsreceptie vindt donderdag 27 januari plaats in de kantine van het Bedrijvencentrum (M873). Collega’s, familie en bekenden zijn daarbij van harte uitgenodigd. Hans Gradussen, Instrumentele Dienst
Agnes Hoes Op 16 november 2010 werd het 25- jarig jubileum van verpleegkundige Agnes Hoes op de polikliniek HKOR gevierd. Agnes genoot er zichtbaar van. Zij heeft zich de laatste jaren vooral gericht op de orthopedische oncologie en dat deed en doet ze met hart en ziel. Vele patiënten noemen haar “de engel” en dat zegt genoeg. Maar ook voor de medici is zij een steun en toeverlaat. De afdeling orthopedie wenst haar een mooie voortzetting van haar huidige werkzaamheden. Prof René PH Veth Afdelingshoofd Orthopedie
Henk Joosten Na bijna veertig jaar bij Anatomie gewerkt te hebben, is Henk Joosten per 1 januari met de FPU gegaan. Hij heeft zich niet alleen als een kundig en enthousiast histopathologisch en morfologisch researchanalist laten zien, maar ook als iemand die zeer betrokken is bij het wel en wee van zijn collega’s. In de afdeling liep hij voorop bij het organiseren van allerlei sociale activiteiten. Als teamleider in de sectie POM (Praktisch Onderwijs Medische Wetenschappen) heeft Henk zich ingezet voor iedereen die bij hem om hulp en advies kwam. In de jaren negentig was hij betrokken bij de integratie van de preklinische clusters, daarna lid van de OR en tot zeer recent voorzitter van onderdeelcommissie Extern 1. We zullen hem missen, maar wensen hem nog vele sociale en actieve jaren met zijn vrouw en (klein)kinderen. Giel Bosman (hoofd POM) en Dirk Ruiter (afdelingshoofd) namens de afdeling Anatomie.
Mary Scholten-Willems
Na een loopbaan van 40 jaar gaat Mary Scholten-Willems per 1 januari gebruik maken van de FPU-regeling. Mary is begonnen op KNO en heeft daarna als administratief medewerkster gewerkt op de afdeling Cytologie/Histologie bij prof. Jerusalem. Hierna heeft ze gewerkt voor prof. Stadhouders. Eind tachtiger jaren is ze gaan werken als secretaresse bij de vakgroep Celbiologie bij prof. Wieringa. In 2003 heeft ze de overstap gemaakt naar het NCMLS Beheer. Mary heeft besloten haar afscheid samen met haar naaste collega’s in besloten kring te vieren. Wij bedanken Mary voor de fijne samenwerking en wensen haar geluk en plezier in haar vrije tijd samen met haar man, kinderen en kleinkinderen. Collega’s NCMLS Beheer Adrian Cohen, scientific manager NCMLS René Bindels, scientific director NCMLS
Marijke Peters-Leenders Op 31 januari beëindigt Marijke PetersLeenders haar loopbaan in ons ziekenhuis. Zij gaat met pensioen. Op 1 januari 1984 startte zij als cursusleider voor de nieuwe cursus Kankerverpleging. Parallel aan de ontwikkelingen in de oncologische zorg heeft deze scholing zich onder de bezielende leiding van Marijke verder ontwikkeld tot de huidige Vervolgopleiding Oncologieverpleegkundige. De vervolgopleiding is geaccrediteerd door het College Zorg Opleidingen en uit vijftien ziekenhuizen nemen verpleegkundigen er aan deel. Marijke had een bijzondere aandacht voor de studenten en voor de vele gastdocenten. Ook haar warme belangstelling voor haar collega’s zullen we missen. De afscheidsreceptie is op donderdag 27 januari van 16.00-17.30 uur in de aula van de Radboud Zorgacademie. Theo Swinkels, Hoofd Sectie Vervolgonderwijs Radboud Zorgacademie
Mieke van Breukelen Na een dienstverband van 20 jaar gaat Mieke van Breukelen ons per 1 februari verlaten. Zij startte haar carrière in 1991 als secretaresse bij Tandheelkunde. In maart 1992 maakte zij de overstap naar de Dienst Onderwijs en Onderzoek (DOO). Vanaf 1 juli 1995 zette zij haar carrière voort als hoofd secretariaat van Onderwijs en studentenzaken (OSZ). Per 1 maart 2009 werd zij binnen het Instituut voor Wetenschappelijk Onderwijs (IWOO) aangesteld als medewerker beheer. Later kwamen veel van haar taken elders in het instituut te liggen. Wij nodigen u van harte uit voor haar afscheidsreceptie op woensdag 26 januari van 16.30 tot 18.30 uur in café de Aesculaaf, Geert Grooteplein 21, route 77. Sharif Wardak, bedrijfsleider Instituut voor Wetenschappelijk Onderwijs en Opleiding, Pieter Monté, hoofd Ondersteuning, Initiële Opleidingen
In m e mor i a m Anjorieke Richt Anjorieke kwam in 1988 vanuit de verpleeghuissetting in het UMC St Radboud werken. Ze wilde meer vaart en variatie in haar werk en ging werken voor de afdelingen Neurologie (met name voor de MS-patiënten) en Geriatrie (slik-, spraak- en communicatieproblemen). Anjorieke was energiek en had een stimulerende uitstraling op patiënten en collega's. Ze kon enthousiast reageren op successen en zag in problemen een uitdaging. Ze ontwikkelde vanuit haar expertfunctie de vaardigheden voor het doen van praktijkgericht onderzoek. In die rol was ze mede verantwoordelijk voor onder andere het tot stand komen van de voedingsrichtlijn Geriatrie. In 2001 werd Anjorieke echter ziek. Ze was soms even weg voor een operatie maar snel weer terug. Voor ziek zijn was geen tijd. Thuis niet en op het werk niet. Anjorieke bleek over een enorme veerkracht en strijdlust te beschikken. Zelfs tijdens ziekenhuisopnames kon ze het niet laten om anderen te helpen. Als patiënt bezocht ze verschillende ziekenhuizen, specialisten en hulpverleners en schreef haar ervaringen op in mails die als medisch achtergrondwerk of als kritisch auditverslag niet zouden misstaan. Haar opgewekte en positieve instelling waren er tot op de laatste dag: mentaal was ze niet klein te krijgen, haar lijf besliste anders. Ze heeft vóór en met name tijdens haar ruim negen jaar durende ziekte lief en leed met ons en collega's van andere disciplines gedeeld. Ze laat een grote leegte achter, maar ook zóveel goede herinneringen dat wij haar niet zullen vergeten. Wij wensen haar partner Lennart en haar kinderen Sjoerd, Kasper en Marlieke veel sterkte toe, Namens de collega's van de afdeling Revalidatie Bert de Swart, Hoofd afdeling Revalidatie/Logopedie
In m e mor i a m Sjef Klinkenberg Vorige maand, op woensdag 8 december, is Sjef Klinkenberg na een kort ziekbed op 71-jarige leeftijd overleden. Na zijn carrière als Neerlandicus in het onderwijs en als studieadviseur aan de Radboud Universiteit werkte Sjef de laatste jaren als simulatiepatiënt voor de studie Geneeskunde en de toetsing voor niet EU-artsen bij het Instituut voor Wetenschappelijk Onderwijs en Opleidingen (IWOO). Met verve en met veel plezier leverde hij een bijdrage aan vaardigheidstrainingen waarin geneeskundestudenten goed leren communiceren met patiënten. Hij was een prettige en betrokken collega en was oprecht geïnteresseerd in de medemens. Wij wensen zijn vrouw Thea, zijn twee dochters en familie veel sterkte toe namens alle medewerkers van het IWOO en het communicatievaardigheidsonderwijs. Evelyn van Weel, universitair hoofddocent medische consultvaardigheden Esther Jeuken, coördinator simulatiepatiënten
Pieter Neuman Op 1 januari was Pieter Neuman 25 jaar in dienst. Hij heeft een lange carrière achter de rug als verpleegkundige. Hij is begonnen als psychiatrisch verpleegkundige in het psychiatrisch ziekenhuis te Veldwijk. Vervolgens heeft hij in het gemeente ziekenhuis van Arnhem gewerkt als A-verpleegkundige, Cardiac Care en IC- verpleegkundige. Tussendoor heeft hij ook nog de kaderopleiding gedaan. In het CWZ heeft hij gewerkt als eerste verpleegkundige op de hartbewaking. Hierna is hij voor een periode van twee jaar ambulancebroeder geweest in Zevenaar. In januari 1986 kwam Pieter hier als IC- verpleegkundige werken op afdeling H30. In juni 1992 begonnen op de verkoeverkamer is hij zowel teamleider als ook voor een periode van drie jaar waarnemend hoofd geweest. Hij is flexibel en ruim inzetbaar en we zullen hem gaan missen, want hij gaat van zijn welverdiende pensioen genieten. Gefeliciteerd namens je collega’s, Erwin Aben operationeel Manager Verkoeverkamer
Tiny Kuipers Tiny Kuipers begon hier 25 jaar geleden als medewerker huishoudelijke dienst. Inmiddels is zij al geruime tijd werkzaam op AOV-IC. Eerst als zorghulp en de laatste jaren als administratief medewerker. Deze mijlpaal wil ze graag met haar familie en directe collega’s vieren. Wij hebben aan Tiny een geweldige collega en hopen nog lang te kunnen genieten van haar humor en haar energieke manier van werken. Daarom willen we haar op deze wijze in het zonnetje zetten en haar feliciteren met dit jubileum. Namens het hele team van AOV-IC, Hans Coolen hoofdverpleegkundige.
P r o f . d r. L e o B o o i j e n d r. J a n v a n E g m o n d Leo Booij (Dordrecht, 1946) studeerde van 1964 tot 1972 Geneeskunde aan de Radboud Universiteit en specialiseerde zich vervolgens tot anesthesioloog, waarna hij als staflid aan de afdeling Anesthesiologie verbonden bleef. Van 1982 tot 1989 was Leo werkzaam in het VU Medisch Centrum in Amsterdam, om vervolgens terug te keren bij het UMC St Radboud als hoogleraar en hoofd van Anesthesiologie. Hoewel onderzoek, met name naar spierverslappers, hem het meest aansprak, vervulde hij ook verschillende andere functies. Hij was onder meer voorzitter van het toenmalig Cluster Anesthesiologie en Intensive Care (CAIC) en werd in 2003 benoemd tot directeur van het Onderwijsinstituut. Naast het begeleiden van veel promovendi, is Leo ook altijd actief geweest in vele gremia voor de gezondheidszorg in het algemeen en de Anesthesiologie in het bijzonder. Jan van Egmond (Hillegom, 1945) kwam in 1980 in dienst als ‘afdelingsfysicus’ op Anesthesiologie in een tijd dat computers nog een halve kamer in beslag namen. Hij startte de automatisering van het Longfunctielab, toen nog onderdeel van die afdeling. Tezelfdertijd werd hij een centraal figuur bij het opzetten, verrichten, interpreteren en publiceren van onderzoek. Met zijn kennis en kunde verbaasde hij menig clinicus alsook de vele promovendi die hij begeleidde of van wie hij co-promotor was. Hij had vaak oorspronkelijke ideeën die hij stevig wist te onderbouwen. Daarbij werkte hij als klinisch fysicus erg inspirerend en enthousiasmerend. Hij was altijd bereid tot hulp en ondersteuning van onderzoek en onderwijs, ook buiten kantooruren, zelfs als daarvoor de piano, de fiets of de verbouwing even moesten wachten. Van harte nodigen wij u uit voor het afscheidssymposium van Booij en Van Egmond: ‘Anesthesie, terugkijken en vooruitgaan’. Het vindt plaats op vrijdag 21 januari in het Radboud Auditorium. U kunt zich aanmelden via de website van PAO-Heyendael. Drs. Emile A.R.J. Lohman, Voorzitter Raad van Bestuur Prof.dr. G.J. Scheffer, Hoofd Anesthesiologie
10
agenda O E C U M E N I S C H E VIE R I N G E N Locatie: personeelsrestaurant. Zondag 16 januari: Jacqueline van Meurs, zondag 23 januari: Richart Huijzer, zondag 30 januari: Wim Smeets.
PAO-Heyendael Voor nadere info: www.paoheyendael.nl.
18 maart ‘Infectieziekten; risico’s nu en in de toekomst?’, bedoeld voor bedrijfsartsen, infectieziekteartsen (GGD), huisartsen en verzekeringsartsen.
Radboud Zorgacademie Sectie Bijscholing van de Radboud Zorgacademie verzorgt bijscholing voor medewerkers van het UMC St Radboud en voor externe klanten. Meer informatie: www.radboudzorgacademie.nl > bijscholing.
AZ O - s c h o l i n g Voor nadere informatie en inschrijving: website www.azo.nl onder het kopje Actueel-Agenda en Opleiding-Scholingsavonden.
Soeterbeeck Programma RU Voor meer informatie/inschrijven: www.ru.nl/soeterbeeckprogramma.
r B ETOOG a dbod e 1 - 2 0 1 1
HRM-info Ik en mijn veilige werkomgeving Op 8, 9 en 10 februari wordt een Themaweek rondom agressie en geweld georganiseerd. Kom naar het Vitaliteitsplaza en je krijgt handvatten om beter om te gaan met ongewenst en agressief gedrag. Speeddaten, workshops en een informatiemarkt zijn onderdelen van het programma. Voor meer informatie: Intranet ➔ Vitaliteitsplaza ➔ Ik en mijn werkomgeving
Stoelmassage Stoelmassage is een ontspannende en activerende drukpuntmassage van hoofd, rug, nek, schouders, armen en handen. De massage werkt preventief bij spanning als gevolg van bijvoorbeeld stress of een niet optimale werkhouding. VIP-card en (extra) PB zijn inzetbaar. Kijk voor meer informatie op de intranetsite van het Vitaliteitsplaza of neem contact op met Esther van Halewijn, tel: (024-36) 55 3 55. Intranet ➔ Vitaliteitsplaza ➔ Ik en mijn leefstijl Judith Prins: ‘Bij een bezoek aan het ziekenhuis zijn er ontelbare situaties dat de patiënt persoonlijke aandacht kan krijgen.’
Afspraak fysiotherapeut Een nieuw jaar, een goed begin om te starten met sporten! Wil je meer bewegen, maar weet je niet goed welke sport je het beste kunt doen. Kom bij de fysiotherapeut van het Vitaliteitsplaza om je te helpen bij de juiste keuze. Met de juiste sport houd je het langer vol en beleef je er meer plezier aan. Heb je al langere tijd last van die zeurende schouder of pijnlijke knie, begin het jaar dan met een afspraak bij de fysiotherapeut in het Vitaliteits plaza. Die kan je advies geven en verder helpen om klachten te verminderen of te verhelpen. Kijk voor meer informatie op de intranetsite van het Vitaliteitsplaza of neem contact op met Esther van Halewijn, tel: (024-36) 55 3 55. Intranet ➔ Vitaliteitsplaza ➔ Ik en mijn leefstijl
Workshop Leidinggeven: iets voor mij? Wil je onderzoeken of leidinggeven een juiste volgende loopbaanstap is? Schrijf je in voor deze workshop! Je krijgt inzicht in wat leidinggeven in de praktijk betekent. En je vindt een antwoord op de vragen die je hebt over leidinggeven. Donderdag 3 februari 2011, van 09.00 tot 17.00 uur. Inschrijving via de intranetsite van het Vitaliteitsplaza of neem contact op met Esther van Halewijn, tel: (024-36) 55 3 55. Intranet ➔ Vitaliteitsplaza ➔ Ik en mijn loopbaan
Cursus W e e r f l u i t e n d a a n h e t w e r k Tijdens de cursus leer je stresssignalen tijdig herkennen. Je krijgt tips en handvatten die je helpen je draagkracht te vergroten en weer in balans te komen. Met vragenlijsten en gerichte oefeningen krijg je inzicht in de oorzaken van jouw stress, en in je stresspatroon. Elke woensdag, tijd: 10.00-11.30 uur, na een korte intake kun je de eerstvolgende woensdag al starten. Kijk voor meer informatie op de intranetsite van het Vitaliteitsplaza of neem contact op met Esther van Halewijn, tel: (024-36) 55 3 55. Intranet ➔ Vitaliteitsplaza ➔ Ik en mijn werk-privébalans.
HRM-INFO is van Servicebedrijf, productgroep HRM
Foto: Jan van Teeffelen
Bejegen elke patiënt met persoonlijke aandacht Voor nieuwe patiënten is een bezoek aan ons ziekenhuis een unieke en indrukwekkende gebeurtenis. Voor onze medewerkers zijn het dagelijkse en vertrouwde werkzaamheden. Dit verschil tussen het unieke en het alledaagse zorgt voor een spanningsveld, dat iedere ziekenhuismedewerker kan overbruggen met persoonlijke aandacht. Alleen dan zal de patiënt zich optimaal bejegend voelen.
HET BETOOG Uit het onlangs gepresenteerde onderzoek ‘Trends in tevredenheid’ blijkt dat de bejegening van patiënten door medewerkers van het UMC St Radboud significant is verbeterd ten opzichte van 2007. ‘Beter worden in het Radboud’ heeft duidelijk vruchten afgeworpen. Helaas is ook bij twee specialismen een negatieve trend waarneembaar. Bovendien wordt bejegening nog steeds als belangrijkste verbeterpunt genoemd in focusgroepen van patiënten. We zullen er dus nog een tandje bij moeten zetten om een optimale bejegening van patiënten te realiseren.
Hoe aanpakken? Ziekenhuisbrede richtlijnen voor een juiste bejegening van patiënten zijn er niet. Als bejegening in KWINT al gedefinieerd wordt, dan is het in algemene termen als vertrouwen, respect en beleefdheid. De enige richtlijn met adviezen voor hulpverleners komt opvallend genoeg van één van beide afdelingen met een negatieve trend in bejegening. Deze adviezen betreffen begrip voor de specifieke behoeften en problemen van patiënten, het tonen van invoelend vermogen, tijd en oprechte aandacht voor de patiënt, inzetten van deskundigheid, tactvol gedrag in kwetsbare situaties, beschermen tegen gevaar, rekening houden met bijzondere omstandigheden van de patiënt, het niet opdringen van hulp, het betrekken bij keuzes en het nakomen van afspraken. Gedrag van hulpverleners en patiëntgerichtheid staan centraal in deze adviezen. In een recent review bleek dat training van patiëntgerichtheid in medische con-
11
sulten bijdraagt aan verbetering van de communicatie met patiënten, aan de signalering van behoeften van patiënten en aan patiënttevredenheid. Patiëntgerichtheid wordt in deze trainingen onderscheiden van ziektegerichtheid en komt vooral tot uitdrukking in het interpersoonlijke contact tussen de patiënt en de arts, met aandacht voor de individuele situatie van de patiënt. In het onderwijs aan studenten geneeskunde en tandheelkunde en in de Cursus Interactieve Consultvoering (CIC) voor arts-assistenten staat deze benadering al jarenlang centraal.
Knelpunt Richtlijnen en trainingen bieden goede hulpmiddelen, maar uiteindelijk komt het aan op het individuele gedrag. En daar zit een knelpunt. Voor u als medewerker is deze patiënt er één van de velen die u ziet op een dag. U bent bezig met uw dagelijkse routine en handelt vaak op de automatische piloot. Voor de patiënt echter is het bezoek aan het ziekenhuis het belangrijkste dat die dag plaatsvindt. Uniek en spanningsvol, omdat hij niet weet wat hem te wachten staat. Vergelijk het met andere situaties, zoals een sollicitatiegesprek, de aankoop van een huis of een meningsverschil over de schoolprestaties van een kind. Alledaagse situaties voor de werkgever, makelaar of leerkracht, maar belangrijke gebeurtenissen voor uzelf. Hoe wilt u dan benaderd worden? Met persoonlijke aandacht voor uw specifieke situatie. En dan gaat het nog niet eens over uw gezondheid. Bij een bezoek aan het ziekenhuis zijn er ontelbare situaties dat de patiënt deze persoonlijke aandacht kan krijgen. Tijdens het zoeken naar een routenummer, bij ontvangst op de poli, in de wachtkamer, tijdens een consult of behandeling, en op vele andere momenten. Als ieder van ons zich in deze alledaagse situaties verplaatst in het unieke voor de patiënt, dan kan het met de bejegening van de patiënten alleen maar beter gaan. Laten we het niet houden bij goede voornemens, maar het vooral iedere dag laten zien in patiëntgericht gedrag en persoonlijke aandacht. Daar worden patiënten beter van. n Judith Prins Hoogleraar en afdelingshoofd Medische Psychologie
r a dbod e 1 - 2 0 1 1
Suzanne Kaal over compassie
Op 16 december vond hier een Pecha Kucha Event plaats over Kanker, compassie en participatie. Internist en medisch oncoloog Suzanne Kaal is de arts die – samen met verpleegkundig specialist in opleiding Rosemarie Jansen – jongeren met kanker op de AYA-poli ontvangt. Zij was één van de sprekers: 'Nu ik een zoontje heb, raken vragen over vruchtbaarheid me nog meer.’
‘ Ieder verhaal, van iedere patiënt die in mijn spreekkamer komt, kan me weer raken.’
A l i ë tt e J onk e rs
'Jongeren met kanker hebben allemaal bijzondere verhalen. Als jonge oncoloog kan ik me goed met jongeren met kanker identificeren. Het zijn allemaal mensen tussen de 18 en 35 jaar. Ik ben 33 en zit dus in dezelfde leeftijdsgroep. Sinds een jaar heb ik een zoontje. Zaken als vruchtbaarheid krijgen dan een extra lading. Dan prijs ik mezelf weer extra gelukkig. Werken op de AYA4-poli is heel inspirerend. We doen hier geen onderzoeken en behandelingen. We praten. AYA's hebben hele specifieke problemen. Ze liggen wakker van de vraag of ze nog wel hun studie kunnen afmaken. Of ze zijn onzeker over hun lichaam en durven daardoor geen relatie te beginnen. In het begin stond ik wel eens met mijn mond vol tanden toen ik over die zorgen van AYA's hoorde. Ongelofelijk! De behandeling is klaar, je verwacht als dokter dat ze hun leven wel weer oppakken. De omgeving verwacht dat ook, die sociale druk kan heel groot zijn. Maar zo werkt het dus niet. Vermoeidheid, angst… het is allemaal heel heftig. Er is veel leed, hoor.
ethiek Het recht om niet te weten “Met de komst van het duizenddollargenoom kan iedereen voor een schappelijk bedrag al zijn erfelijke informatie krijgen. Volgend jaar kan dat voor het eerst, verwachten de optimisten”, aldus een onlangs verschenen artikel in NRC Handelsblad getiteld De last van de gentest. Verschillende vormen van screening zijn al heel gewoon, zo worden vrijwel alle pasgeborenen op een flink aantal aandoeningen gescreend via de hielprik. De nieuwe gentests uit het artikel zijn echter wezenlijk anders: in plaats van gericht te zoeken naar een bepaalde aandoening, krijg je informatie over al je erfelijk materiaal. Ideaal, zo zeggen voorstanders, want als je op de hoogte bent van verhoogde risico’s
Als arts wen je nooit echt aan die verhalen. Ieder verhaal, van iedere patiënt die in mijn spreekkamer komt, kan me weer raken. Vanuit je professionaliteit ga je niet zitten huilen. Dat zou ook niet goed zijn. Ik moet er wel mee verder. Ik zit er dus niet geëmotioneerd bij, maar ik ben wel met de patiënten begaan. Die compassie hoort
‘Je verwacht als dokter dat ze hun leven wel weer oppakken’ misschien wel een beetje bij oncologen. Dat zijn toch gesubspecialiseerde internisten. Internisten, dat zijn beschouwende dokters. Dat ik nog een jonge arts ben, vinden de AYA's volgens mij wel prettig. Ja, die indruk heb ik wel. Ik probeer laagdrempelig en goed bereikbaar te zijn. Ik sta ook gewoon met mijn voornaam op de website van de poli. Het verhaal van de patiënt komt
en een genetische aanleg voor bepaalde aandoeningen kun je heel specifieke leefstijladviezen en preventiemaatregelen inzetten: de ultieme geneeskunde op maat. En dan liefst zo snel mogelijk testen – net na de
geboorte of zelfs nog tijdens de zwangerschap – om er zo vroeg mogelijk bij te zijn. Hier voorzien anderen echter problemen. Een volwassene die de weloverwogen beslissing neemt om zijn erfelijk materiaal in kaart te brengen, weet min of meer waar hij aan begint. Wanneer ouders hun kinderen laten
12
sneller los als je je gewoon als Suzanne presenteert en niet als “de dokter”. Dat is goed. We willen die verhalen horen, we willen luisteren. Ik vind het inspirerend dat deze poli en mijn gesprekken met AYA's ertoe kunnen bijdragen dat ze hun leven weer oppakken. Maar er mag ook tijd zijn voor verdriet.' n
AYA 4 e n T E D x De online community AYA4 staat voor 'All Information You've Asked For'. De portal is gelieerd aan de AYA-poli in het UMC St Radboud. AYA4 is een van de voorbeelden van de vertaling van zorg 2.0 in concrete producten. Voor wie interesse heeft in zorg 2.0: TEDxMaastricht op 4 april 2011. Dit innovatieve ideeëncircus waar sprekers uit binnen- en buitenland hun toekomstvisie over de gezondheidszorg delen, wordt mogelijk gemaakt door het UMC St Radboud. www.tedxmaastricht.nl
testen, schepen zij hen echter op met kennis waar ze later wellicht helemaal niet op zitten te wachten. Zo zou bijvoorbeeld al vanaf je geboorte vast kunnen staan dat je op middelbare leeftijd een zeer ernstige, onbehandelbare aandoening zult krijgen. Een flinke psychische belasting waar je zelf niet voor hebt kunnen kiezen. In ethische termen spreekt men in zo’n geval van een inbreuk op de anticiperende autonomie van het kind: een jong kind kan zijn recht op zelfbeschikking nog niet uitoefenen, maar er kunnen nu door anderen al wel beslissingen worden genomen die zijn toekomstige autonomie beperken. Een element van autonomie is het recht geïnformeerd te worden en, de andere kant van de medaille, juist ook het recht om van bepaalde informatie af te zien. Door een kind te confronteren met informatie over genetische aandoeningen, ontneem je hem zijn recht om niet te weten en daarmee zijn recht op een open toekomst. Anke Oerlemans
Foto: Flip Franssen