Informatief maandblad
België/Belgique P.B.
voor het verantwoord verzorgen
8500 KORTRIJK 1
van uw aquarium, terrarium of vijver
3/4574
Iedere maand met uitzondering
van augustus kosteloos verstrekt
april 2008
aan leden en sympathiserende
verenigingen. Jaargang 23
Opgericht in 1 966
P309 825
Lid van B.B.A.T.
Afgiftekantoor: 8500 KORTRIJK 1 afdeling II.
Afzendadres: Martin Byttebier Kleine Brandstraat 1 2 8540 Deerlijk
Kokugyo Koi ' t Vi s ke De Br eyn e Peel l aertstr aat 25 8 600 Di ks mui de
Tel . : 051 50 42 37 SPE CI ALI TEI T: J APANSE KOI Open:
1 0. 00 u. t ot 1 2. 00 u. en 1 3. 3 0 u. t ot 1 8. 3 0 u.
Op zat er dag van 1 0. 00 u. t ot 1 2. 00 u. en 1 4. 00 u. t ot 1 8. 00 u. Zon dag en f eest dagen van 1 0. 00 u. t ot 1 2. 00 u. GE SL OTE N OP DI NS DAG
Gr a af B ou de wij n I X l a an 2
8 5 00 Kortrij k
( r echt over de rij ks wacht) Tel . : 05 6/21 . 79. 90
F ax. : 05 6/2 0. 51 . 76
de. kl ok k e. at h en e @t el en et. be
htt p: //www. dekl ok k eat h en e. be
www.t vi sk e. be
Voorzitter Erik Vansteenkiste Langebrugstraat 4 bus 2 1 , 8500 Kortrijk 05 6 35 08 48
[email protected] Secretariaat Donald Samyn Korenbloemlaan 1 5 , 8500 Kortrijk 05 6 2 1 09 06
[email protected] Penningmeester-ledenadministratie Filip Willen Tolbeekstraat 1 1 , 8560 Wevelgem 05 6 42 28 76
[email protected] Bankrekening Argenta: 979-623 63 62-43
Jaargang 22 – Januari 200 7
Lidgeld 2008
Contactpersonen
Lidgeld: Lidgeld + Aquariumwereld:
Free Devos 05 6 44 48 1 6
[email protected]
Redactie
Zoetwater Gerrit Plovie 056 40 24 5 6
[email protected]
Zeewater Krist Hugelier 05 6 72 97 8 1
[email protected] Joachim Maes 056 40 39 99
[email protected] Vijvers Gilbert Lapere 05 6 35 84 1 9
[email protected] Terrarium Geert Vandromme 05 6 7 1 82 07
[email protected] Verzending Kees Snoeren 05 1 30 47 0 1
[email protected] Verantwoordelijke uitgever Martin Byttebier 05 6 77 59 27
[email protected] De uitgever is niet veran twoordelijk voor de inhoud van de adverten ties.
april 2008
Hoofdredactie Martin Byttebier 056 77 59 27
[email protected] Redactiemedewerkers Jan Algoed 05 6 2 1 90 74
[email protected] Donald Samyn 05 6 2 1 09 06
[email protected]
Webpagina http://www.aquatropica.be
Lokaal "De Klokke" Boudewijn IX-laan 2, 8500 Kortrijk 05 6 2 1 79 90
[email protected] http://www.deklokkeathene.be
– 1 –
€ 22,€ 32,-
Filip Willen “Vlaming koestert verenigingen”. Mede dank zij
jullie behaalt Kortrijk een score van 90, 50 % op een enquête van het verenigingsleven in België. Dit is
een bevestiging dat wij toch nog goed bezig zijn met onze club. Of denken jullie er anders over . . .?
Het in stand houden van een vereniging houdt heel
wat in en vraagt veel inzet van het bestuur en de leden. Alles rust op de schouders van de vrijwilligers.
Dat we ‘slechts' één keer per maand samenkomen, houdt niet in dat het een-
voudiger is. De werkgroepverantwoordelijken proberen steeds weer om iedere maand een interessant onderwerp aan te snijden. De opkomst is een af-
wachten tot het laatste moment.
Inbreng van de leden zou de diversiteit aan onderwerpen kunnen verhogen.
Het is altijd interessant om weten wat in ieder van jullie omgaat. Het kennen
van de wensen vergemakkelijkt het aanbrengen van onderwerpen. Hierdoor kan alleen maar de respons vergroten. Laat dit een oproep zijn aan alle leden
van AQUATROPICA. Heb je een idee, wens je een uiteenzetting of wil je iets meer weten over een bepaald onderwerp, geef het door. We kunnen steeds nagaan of dit aangebracht kan worden op één of andere vergadering.
Het lid zijn van een vereniging houdt meer in dan alleen naar de bijeenkom-
sten komen of de tijdschriften doorbladeren. Denken we maar eens aan de
jaarlijkse nieuwjaarsreceptie, of de barbecue. Buiten het gezellig samenzijn
houden we er ook een positieve boekhoudbalans aan over. Want laten we niet
vergeten, sprekers en voordrachten moeten betaald worden. Een gevestigde
spreker vraagt al gauw 75 euro om een avond te vullen. Tellen we daarbij nog
de baanvergoeding, het drankje en zo meer, dan komen we toch gauw aan een
–2–
Jaargang 23
behoorlijk bedrag en dit een tiental keer per jaar. Zoals iedereen weet be-
draagt de subsidie van Stad Kortrijk en die van BBAT een minimum. We staan zelf in voor het in stand houden van onze vereniging. Een massale op-
komst zoals de nieuwjaarsreceptie in januari is hiervoor noodzakelijk. Op 6
september voorzien we terug een eetfestijn aan democratische prijzen, waarop
we hopen dat jullie allemaal weer aanwezig zullen zijn. Iedere euro die door de leden uitgegeven wordt, wordt weer in de club geïnvesteerd. En zo blijven we
weer uitkijken naar initiatieven.
Het voltallig bestuur, bestaande uit allemaal vrijwilligers, blijft zich inzetten
om iedere maand met beperkte middelen een leuke en aangename avond in elkaar te boksen. Zo kan het verenigingsleven blijven bestaan en uitgroeien.
Dit bewijzen de cijfers van de enquête van “De Vlaming koestert het Vereni-
gingsleven”.
april 2008
– 3 –
Aquarium Club De Minor
Familie:
Geslacht: Soort:
Synoniem:
cichlidae (cichliden)
Pseudocrenilabrus
Pseudocrenilabrus multicolor Paratilapia multicolor
Haplochromis multicolor
Hemihaplochromis multicolor Ned . naam: kleine muilbroeder, veelkleurige muilbroeder Herkomst Laten we deze vis maar bij zijn bekendste naam noemen, de kleine muilbroeder. Afkomstig uit het werelddeel Afrika. Om precies te zijn uit Noordoost-
Afrika van onder de Nijl tot Oeganda en Tanzania. Een gigantisch gebied dus
met zeer uiteenlopende watermilieu's. Voorkomend in poeltjes, smalle beekjes
die in de regentijd uitgroeien tot woeste stromen, in rivieren maar ook het
Victoriameer. Veel van zijn soortgenoten komen voor in het Malawimeer,
maar niet de kleine muilbroeder. Voor hem is de pH daar toch te hoog voor. Beschrijving van de vissen Het lichaam is matig hoog en vooral het achterste lichaamsgedeelte is zijde-
lings samengedrukt. De basiskleur van de vissen is geelachtig. Dit lijkt niet erg
aantrekkelijk, toch alleszins niet met een lichte achtergrond, maar met een donkere ondergrond komen de kleuren beter tot hun recht.
–4–
Jaargang 23
Vooral in de paartijd gaat het man-
netje meer kleuren. Een veelvoud
van getemperde kleuren zien we dan
(multicolor).
Kieuwdeksels
worden zachtgroen en hierop een
diepe zwarte vlek. Rugvin krijgt een roestbruine kleur met hierin
groene vinstralen. De staartvin is bezet met groenblauwe stippen.
Het vrouwtje is aanzienlijk soberder van kleur. Toch zijn beide geslachten ge-
makkelijk uit elkaar te houden. Het vrouwtje is wat plomper van bouw dan het mannetje. Dit visje doet qua lichaamsbouw sterk denken aan onze inheemse pos ( syn. ). Gymnocephalus cernuus Acerina cernua Grootte ca. 8 cm, maar ik heb ze zelf nooit groter gezien dan 5 cm. Nog te
vermelden is dat dit visje in 1 902 voor het eerst in Duitsland werd ingevoerd en daar al spoedig werd nagekweekt. Aquarium De kleine muilbroeder kan men heel goed in het gezel-
schapsaquarium houden. Een dichte beplanting en op
enige plaatsen wat steengroeperingen van platte stenen is
voldoende voor de muilbroeder. Het is wel zaak rondom die stenen wat open ruimte te houden daar men anders
niks meer ziet van hun voortplanting.
Zoals al eerder gezegd, aan de waterkwaliteit stellen ze
geen eisen zodat ze passen in ieder gezelschap. Maar wil
men meer plezier beleven met deze vissen, is een klein
aquarium van bijv. 70 x 30 x 30 cm aan te bevelen, daar
men in dergelijke bak deze vissen dan goed kan observeren. In zo'n aquarium
gebruikt men als bodemgrond fijnkorrelig grind of zand. De achterwand kan men met
(Afrikaanse glasvaren) en Bolbitis heudelotii Microsorium pteropus (javavaren) beplanten. In zo'n aquarium is maar plaats voor één stel. Tempe-
ratuur van het water mag tussen 20 en 27 ˚ C liggen. Door goed te voeren, de
vissen eten werkelijk alles, maar hun voorkeur ligt bij cyclops en watervlooien ( sp.), krijgt het mannetje al heel gauw zijn baltskleuren. Daphnia april 2008
– 5 –
Voortplanting
Om het vrouwtje enige rust te geven verdient het de voorkeur haar apart te
zetten totdat zij flink kuit heeft aangezet. Het mannetje kan namelijk zeer op-
dringerig zijn. Nadat beiden samen zijn kleurt het mannetje volledig uit en be-
gint al heel snel de hofmakerij . Dit hofmaken gebeurt in de directe nabijheid
van het vrouwtje slechts heel kort. Het vervolg vindt plaats op verdere afstand,
meestal op de plek die het mannetje als afzetplaats heeft uitgezocht. Volgt het
vrouwtje haar minnaar dan pronkt het mannetje vlak voor het vrouwtje met tegen het lichaam aangelegde vinnen. Het achterlichaam wordt tegen de bo-
demgrond gedrukt. Het mannetje kleurt steeds donkerder maar wanneer het vrouwtje
nog
niet
helemaal
kuitrijp is verwijdert ze zich steeds
weer.
plaats.
Het
Ondertussen
poetst het mannetje de afzethofmaken
en
poetsen wisselen elkaar af. Dit poetsen
van
de
afzetplaats
moet men ook zien als stimu-
lans voor het vrouwtje om niet
definitief de vinnen te nemen. Op een gegeven moment gaat het vrouwtje in op de avances van haar man. Boven de afzetplaats draaien de vissen om el-
kaar heen. Het vrouwtje poetst nu ook mee. Heeft men geen steen dan vindt
het draaien plaats vlak boven de bodem waardoor vaak meerdere kuiltjes ontstaan. De echte paring begint wanneer het vrouwtje zich tegen de bodem aan-
drukt. Het mannetje stoot met zijn bek dwars op het achterlijf van haar li-
chaam. Dit doet zij plotseling op dezelfde manier bij haar man. Gedurende een half uur herhaalt deze procedure zich meerdere malen.
Gedurende die tijd zet het vrouwtje telkens zo'n 1 5 eieren af die ongeveer 2
mm groot zijn. Na het afzetten van de eitjes draait het vrouwtje zich om en tij-
dens dit omdraaien bevrucht het mannetje de eitjes door er sidderend met
zijn achterlichaam er over heen te gaan. Zo gauw het vrouwtje de eitjes voor
haar bek krijgt neemt zij deze op. Ze raakt daarbij ook het achterlichaaam
van de man aan. Het spel begint dan weer opnieuw met het stoten van het mannetje. Na het afleggen van ongeveer 1 00 eitjes heeft het vrouwtje er ge-
noeg van. De doorzichtige keelzak is volledig met eitjes gevuld en het vrouwtje
– 6 –
Jaargang 23
Noach
di er ensp eci aal zaak
ALL E S V O OR U W H UI S DI E R Kortri j kstr aat 47 - Wevel ge m - 05 6 42 3 5 5 3
ELEKTRO BEKAERT ERIC nv Z weve ge ms estr. 71 - 8 500 Kortri j k
056/21 95 26
voor al u w TL-l a mpen:
Syl vani a: aqu a-st ar, gr o-l u x
P hil i ps: TL' D 8 3 0, 8 40, 8 65
Zeeaquari u m Speci aal zaak De Vuyst Samuel, Gevaertdreef 32, 9700 Oudenaarde
Nu ookj ou wzoet wat er- en vijverspeci alist
Waar k wal i t ei t en s er vi c e
op de eerst e pl aats st aan.
Openingsuren: woensdag en donderdag van 14 tot 1 9 : 30 uur vrijdag van 14 tot 20 uur
zaterdag en zondag van 1 0 tot 1 8 uur.
http://www.acropora .tk
0495 / 52. 86 . 6 1
Voorzetrolluiken Rolluiken Automatische rolluiken
Tonny Dierick
Vrijblijvend
prijsofferte
Molenhof 28 Zwevegem
Tel. : 05 6 75 85 32
GSM: 0478 59 75 65
E-mail:
[email protected]
Z ancl us Sp eci aal zaak voor zeeaq u ari u m en zoetwater Potterstraat 23
B -91 70 Si n t-Pau wel s
Tel & Fax: 0032 (0)3/77. 80. 229 G esel ecteerd e zeevi ssen & l agere d i eren van top kwal i tei t. E i gen fi l tersysteem m et afsch u i m i n g.
E xcl u si eve aq u ari u m m eu b el s u i t ei gen atel i er. H QI -verl i ch ti n g op m aat (ook wan d m on tage) Open i n gsu ren :
D i n sd ag , woe n sd ag e n vrij d ag : 1 3 u tot 1 9 u Zate rd ag : 9 u tot 1 8 u E l ke ee rste zo n d ag van d e m aan d : 1 1 u tot 1 7 u
Gesl oten :
M aan d ag e n d o n d e rd ag I n j u n i , j u l i e n au g u stu s: o p zo n d ag .
maakt nu kauwende bewegingen om de eieren zo dicht of mogelijk op elkaar
te stapelen. Ondertussen zoekt zij een beschut plekje om zich aan de opdrin-
gerigheid van het mannetje te onttrekken. Het is daarom beter het mannetje te
verwijderen.
Voor het vrouwtje is het geen makkelijke tijd. Zij eet niet en ademt zwaar.
Constant is zij bezig met haar bek kauwbewegingen te maken waarbij de eitjes
voortdurend worden gestapeld. Zes tot acht dagen na het afzetten zijn de ei-
tjes duidelijk donkerder van kleur. Na tien dagen komen de jongen voor de
eerste maal uit haar bek. Zij zijn dan ongeveer 6 mm groot. Voor het eerst
gaat het vrouwtje weer eten. Zij is duidelijk magerder geworden.
Wanneer er gevaar dreigt geeft het vrouwtje een teken met haar vinnen en
vluchten de jongen in haar geopende bek. Juist die geopende bek is de factor die het vluchtgedrag van de jongen bewerkstelligt. Zes dagen lang worden de
jongen in de bek genomen. Dan passen ze er niet allemaal meer in. Opfok van de jongen verloopt verder probleemloos want al spoedig eten zij ook grindal-
wormpjes en cyclops.
Het is raadzaam de jongen te verwijderen daar het moedergedrag van het
vrouwtje geheel over is en de jonkies nu meer gaat beschouwen als een lekkernij. Bij een goede voeding is het vrouwtje na drie weken weer kuitrijp. Nawoord
De kleine muilbroeder is een van de eerst geïmporteerde vissen voor het aqua-
rium. Helaas worden ze nauwelijks meer aangetroffen in de bak. Vele andere soorten zoals de nog immer populaire
(kersenbuik) Pelvicachromis pulcher of vertegenwoordigers van het geslacht
Apistogramma verdrongen.
hebben de kleine muilbroeder
Maar ik vraag mij af hoeveel aquarianen ooit de voortplan ting van deze vis
hebben gezien ?. Door die bijzondere aanpassing van het uitbroeden van de
jongen en de gemakkelijke wijze van verzorging mag deze muilbroeder niet voor de liefhebberij verloren gaan.
april 2008
–7–
Versl ag bak bezoek Man uel ui t Si nt- Wil l ebr or d
Joachim Maes, Aquatropica Kortrijk Eind februari stond voor de zeewaterliefhebbers een rondje Nederland op het
programma. De inschrijvingen waren talrijk, maar het goede weer gooide roet in het eten. Naarmate D-day naderde liepen de afzeggingen gestaag binnen.
Uiteindelijk bleefvan de twaalfkoppige bende slech ts een vijftalfanatiekelingen
over.
Hendrik Demuynck was toevallig op vakantie in Nederland en heeft recht-
streeks de verplaatsing gemaakt naar Pieter in Vlaardingen. Zijn verslag lees je
verder in het tijdschrift.
Vooraleer we op bakbezoek gingen in Vlaardingen stond echter nog een bak op het programma. Samen met Bart, Marc en Krist trok ik naar Sint-Wille-
brord, waar we gastvrij ontvangen werden door een begeesterd kapper en zeeaquariaan.
In de stijlvolle woonst heeft het aquarium van Manuel een eigen kamer gekre-
gen. In een ruime kamer, palend aan de keuken, met zicht op de tuin en terras
staat Manuels derde zeeaquarium te pronken. Met slechts zeven maand op de
teller staat het aquarium er indrukwekkend bij .
Manuel heeft niet zoveel geluk gehad met zijn vorige bakken. Beide bakken
zijn lek geraakt, met natte voeten tot gevolg. Zijn vorige bak bevond zich net op zijn hoogtepunt toen het noodlot toesloeg. Maar Manuel is niet het type
dat de schouders laat hangen. Na de verkoop van de dieren en de afbraak van
het oud aquarium, verrees een gloednieuwe bak van 2, 2 m x 1 , 1 m x 0, 7 m
waarbij enkel de voorruit zichtbaar is. Het volledig aquarium bevindt zich in een aparte ruimte waarbij langs achter aan het aquarium kan gewerkt worden.
– 8 –
Jaargang 23
Het aquarium is volledig ingericht met rifkeramiek met een unieke toets. Iets
uit het midden is een insnijding gemaakt in de rifkeramiek waarbij een don-
kerblauwe, bijna zwarte achterwand zichtbaar is. Dit creëert een ongelooflijk
mooi dieptezicht.
De opbouw is heel luchtig met aandacht voor veel zwemruimte voor de toch
wel aparte visbezetting, met een papegaaivis en een slingerende lipvis. Niette-
genstaande de bak nog vrij jong is, staan de koralen er voortreffelijk bij . Naast een reuzegrote
phyllia
geven en Catalaphyllia Seriatopora calendrium Nemenzode bak een aanblik alsof hij al jaren draait.
Manuel zweert bij waterverversen (wekelijks 1 0 % met water van een ionen-
wisselaar), veel stroming (2 tunzes en 2 Red Dragons), sterke belichting (3
hqi-armaturen van Giesemannn 400 watt en 4 T5-balken van 4 x 39 watt) en sterke afschuiming (Bubble King 300).
Met een heerlijke tas koffie was het super gezellig vertoeven bij deze joviale
Hollander. Het was zelfs zo leuk, dat ons bezoek veel te lang uitliep, waardoor
we met royale vertraging richting Vlaardingen trokken.
Woorden schieten tekort, daarom kunnen jullie plaatjes kijken op de website,
waar Martin onze foto's zal groeperen. Een beeld zegt immers meer dan duizend woorden.
Een welgemeende dank je wel voor Manuel en zijn lieftallige vrouw, en ook
voor Pieter en Richard. Beide bezoeken waren een toonbeeld van gastvrijheid, en pure passie van gedreven zeeaquarianen.
Verder nog een dankje wel voor mijn reisgenoten. Het leuke aan onze hobby is
het delen van ervaringen. Zowel onderling als met collega-aquarianen. Zowel in
de auto als op beide locaties was er voldoende stofvoor discussie. Bij dergelijke momen ten doet het als coördinator deugd te zien dat een project, een idee, een initiatiefplots tot leven komt . . .
Rest mij enkel nog te zeggen . . . tot de volgende!
april 2008
–9 –
Versl ag bezoek OH C op 24 f ebr u ari
Hendrik De Muynck, Aquatropica Kortrijk
Eind februari hadden we een afspraak met Pieter Van Suijlekom te Vlaardin-
gen, in de omgeving van Rotterdam. Vlaardingen is een prach tige oude vissers. haven, op zich reeds de moeite waard even te bezoeken
Dat je niet te vroeg moet zijn op de gemaakte afspraak, kan schrijver dezes ge-
tuigen: ik was nog geen 5 minuten in de zaak ('t was zondagmorgen), en daar
werd ik al verwelkomd met een hondenbeet. Dus opgepast voor dat klein fret! De afspraak was inderdaad pas tegen 1 1 uur.
Pieter heeft langs de waterkant een oud herenhuis omgetoverd in een fameuze showroom (drie verdiepingen) voor open haarden en allerhande binnen-
huisaccessoires.
Tot vóór 2005 had Pieter centraal in zijn winkel een aquarium van 2 op 2 me-
ter, maar hij vond dat hij aan vernieuwing toe was. Toen heeft hij geopteerd
voor een ferme bak van 6 meter op 90 cm op 90 cm (l x d x h). De voorruit is
concaaf gebogen, volledig door een gespecialiseerde firma ontworpen (de sterkst gebogen ruit met dergelijke afmeting op de markt in Nederland). Dit is
dubbel gelaagd veiligheidsglas, met resines aaneengeplakt.
Vooraleer een bak van 8 ton neer te poten heeft Pieter veiligheidshalve twee steunpijlers laten inheien tot 1 9 meter diep !
De bak zelf heeft een inhoud van 5 . 800 liter en staat in verbinding met een sump van 1 .000 liter, een speciaalaquarium (zeepaardjes) van 475 liter en een stekkenbak van 575 liter. Samen geeft dit een systeem van 7. 850 liter.
– 10 –
Jaargang 23
Waterbeweging : 4 Red Dragons van elk 1 2.000 liter/uur, 1 grote pomp van 30.000 liter/uur die om de twee minuten de stromingsrichting omwisselt en
zodoende voor een heen- en weergaande beweging zorgt en een retourpomp
van 1 9 .000 liter per uur.
Waterverversing : elke week wordt er 1 .000 liter vers zeewater aangemaakt en om de vier weken komt er ook vers Noordzeewater via Den Helder. Dit vers aangebracht zeewater wordt op 25 ˚ C gebracht en onmiddellijk aan het sys-
teem toegevoegd. Dit vers zeewater stimuleert het jachtinstinct van zijn vele ( 1 50-tal) Anthiassen blijkbaar sterk! Bij elke waterverversing voegt Pieter 'bac-
teria Preis Bactoplan' toe.
Verlichting : vooral hqi-verlichting 6 x 400 W
8 tot 22. 30 uur
4 x 140 W
7. 30 tot 23 uur
3 x 1 .000 W 9 . 30 tot 2 1 uur
Algemene inbouw en omkadering Rond het aquarium past een speciaal ontworpen zeewaterbestendig alumi-
nium frame. Het bovenste deel ervan (boven de bak) heeft dezelfde concave vorm als de gebogen voorruit en kan 1
meter worden uitgetrokken over de ganse breedte, zodat men gemakkelijk in de bak kan werken. Over de ganse breedte vóór de bak is een houten bank geconstrueerd, waarop men kan staan.
De bak is bijna gedurende het ganse jaar door zonlicht
beschenen doordat de achterkant van de bak tegen een
buitenmuur staat waarin 3 vensters zitten. Dit geeft een uniek effect. Pieter beweert dat kunstlicht dit prachtig ef-
Ae oli s cus stri gat us
fect nooit kan evenaren.
Twee kleinere speciaalaquaria (eentje voor zeepaardjes en
scheermesvissen, een tweede ‘rond' aquarium voor
Dendroneph) staan afzonderlijk opgesteld, maar maken integraal deel uit tias van hetzelfde circulerend systeem, zoals hierboven reeds vermeld.
april 2008
– 11 –
Sumpgedeelte (in kelder)
Richard, de kompaan van Pieter, deed voor mij een rondleiding in het kelder-
gedeelte.
De sump zelf is uit polyester vervaardigd en meet 200 op 80 op 90. Daarnaast staat een afschuimer, type H&S P20, 2 meter hoog, aangedreven door een
pomp van 1 .000 W. De schuimbeker wordt om de drie uur automatisch
schoongesproeid. De opvangbeker wordt dagelijks schoongemaakt. Het water
loopt vanuit de afschuimer in de sump, waarin een groffiltercompartiment,
voorzien van drie lagen filterwatten, is bevestigd. Deze lagen watten (op maat gesneden uit dampkapfilters) worden om beurten regelmatig vervangen en
vangen zeer veel grofvuil op !
In de sump staat ook een kalkreactor type Deltec en een kalkwassermixer, alsook een wervelbedfilter (2 meter hoog).
Het fosfaat wordt verwijderd d.m.v. Rowaphos (2 kg) en constant is er 2 kg actieve kool in het systeem aanwezig. Er wordt ook gewerkt met uv.
De visbezetting : volgens Pieter een 1 50-tal Anthiassen, en in totaal een 300-tal vissen! (ik heb ze niet tot de laatste geteld)
Waaronder:
Naso lituratus, Pomacan thus navarchus, Pseudocheilinus hexatae(hennia, Nemateleotris magnifica, Gobiosoma oceanops, Salarias fasciatus kie), (picassodoktersvis), Paracanthurus hepatus Acan thurus achilles, Zepapebrasoma xan thurum, gaaivis ( ), Scarus chameleon Cen tropyge
acan thops,
C.
potteri, C. loricula, Chelmon rostratus,
Chromis
Pseudan thias tuka,
P.
viridis,
dispar,
P.
squamipinnis, P. , Jack in the pleurotaenia box ( Opistognathus au). rifrons
Par ac ant h ur us h e pat us
Lagere dieren A Kleinpoliepigen:
– 12 –
Seriatopora, Montipora, Pocillopora, Pavona, Porites, Acropora Jaargang 23
A Grootpoliepigen:
Goniopora, Fungia, Plerogyra, Euphyllia ancora, E. di-
visa, Herpolitha limax, Turbinaria, Lobophyllia, Pectinia, Caulastrea furcata, ... Favia, A Tubastrea 's Tridacna
Voedering : Er wordt gevoederd met levende mysis (bevat veel jodium). Deze mysis wordt bij Pieter op 1 0 ˚ C gedurende één week in stromend zeewater be-
waard; wekelijks krijgt hij verse aanvoer van levende mysis. Daarnaast geeft Pieter veel fytoplankton; hij werkt met een fytoplanktonreactor van Grotech
die 5 liter produceert per 24 uur. Hij geeft ook regelmatig ‘pellets' droogvoer
van een Duits merk (Premium).
Additieven: geen, tenzij af en toe aminozuren. Pieter en Richard hebben tot hiertoe geen ervaring met Zeovit.
Algemene indruk: Dit is zeker een van de grootste en prachtigste aquaria die ik in mijn leven kon bezichtigen. Er is slechts één woord voor: ‘magnifiek'.
Het is waarlijk een echt rif in de woonkamer! (al was dit niet Pieter's pri-
véwoonkamer, maar wel zijn winkelruimte). Wij vonden de visbezetting mis-
schien een beetje te druk. Behalve
een paar vraatsporen (door de pa-
Ne mat el e otri s magnifi c a
pegaaivis en de navarchus aange-
bracht) kon men niet zeggen dat de koralen er onder leden . . . alles
was evenwichtig uitgegroeid. Kan
het anders, wanneer men bedenkt dat er aan dit systeem wekelijks 54
werkuren aan besteed worden?
Het is duidelijk dat alles op voorhand grondig werd bestudeerd en met kennis van zaken werd uitgevoerd. Pieter Van Suijlekom is kennelijk niet aan zijn
proefstuk toe!
Wij danken hem voor zijn gastvrijheid! april 2008
– 13 –
Jaak Koopmans, De Siervis Leuven
De laatste jaren vinden meer en meer botia 's hun weg naar het aquarium van
de gewone liefhebber. Waar vroeger het aanbod beperkt bleeftot de zeer prijzige Chromobotia macracanthus Botia macracanthus (syn. , worden thans de ver-
schillende andere soorten aan in teressan te voorwaarden aangeboden. Voor onze liefhebberij is dat een winstpun t wan t de knulletjes zijn, mits enige selectie
qua soort, vreedzame dartele en leuke gasten.
Ze zijn afkomstig uit Zuidoost-Azië. Dat kan je hen zo niet aanzien met hun
grote ronde ogen om goed te zien, want ze zitten doorgaans in modderige watertjes. Als bijkomende hulp be-
schikken ze over 3 tot 6 paar
baardharen waarmee ze de bodem aftasten op zoek naar iets dat de
moeite van het consumeren waard is. Hun lichaam is plomp, langwer-
pig, met een min of meer rechtlij- 2 2 j a ar ou de cl o wn b oti a Chr o moboti a macr ac ant h us nige buik. De kop heeft me steeds aan een snuitje doen denken, lang en spits. En dan die snor . . .
Als je botia's schept kan het gebeuren dat ze koppig in 't net blijven hangen.
Dat is dan het ogenblik om paniek te vermijden. Om hem los te krijgen mag je
beslist niet aan het visje beginnen te sleuren en trekken. Als je dit doet dan ga
je hem pijn doen want onder het oog zit een stekel. Bij gevaar zet hij die stekel recht, waardoor deze komt vast te zitten in het netje. Op dergelijke momenten laat je best je net rustig in het aquarium hangen en wacht je een tijdje tot hij minder opgewonden is. – 14 –
Jaargang 23
Botia's zijn scholenvissen . . .
We hebben gezegd dat de botia's in het algemeen vreedzame gasten zijn. Dat zijn ze indien ze niet alleen gehouden worden. In het laatste geval kan het wel
gebeuren dat ze onverdraagzaam worden en uitvallen ondernemen tegen andere bewoners. Ze moeten gezelschap hebben van soortgenoten.
Vorige week, tijdens het grondig kuisen van een aquarium vond ik tussen de (vergeten) vissen een
(syn. ). Tot Yasuhikotakia sidthimunki Botia sidthimunki mijn grote verbazing had hij het op die lage temperatuur ( 1 6 ˚ ) uitgehou-
den. Vermits hij reeds een fatsoen-
lijke lengte bereikt had, vond ik dat hij beter verdiende. Dus even rond-
gekeken en de vis gedeponeerd in een
aquarium
schooltje van zes
waar
reeds
een
Pun tius tetrazona ) rondzwom. Barbus tetrazona Na enkele verbaasde rondtochten door de bak, stootte hij op de sumatranen. Yas u hi k ot aki a si dt hi mu nki
(syn.
Sindsdien heb ik geen schooltje meer van zes sumatranen, doch eentje van ze-
ven. De botia doet zijn uiterste best om zich te gedragen als een barbus en hij
zwemt thans dapper heen en weer met zijn streepjesgezellen. Een treffender
voorbeeld van mimicry kon ik nergens opmerken. . . . met een territorium
In het algemeen kan gezegd dat de -soorten een uitgesproken voorkeur Botia vertonen voor helder en zuurstofrijk water. Hoewel dit wel lijnrecht in tegen-
stelling ligt met hun natuurlijk milieu, is dit toch niet zo verwonderlijk. Ook
wij zijn gemaakt om te lijden en
we hebben het als het kan liever anders. Nu is het wel zo dat de
botia's een territorium vormen,
ieder zijn plaatsje. Nog een tegenstelling
met hun gezelligheid?
Niet helemaal. Af en toe roken ze de vredespijp en trekken ze ge-
april 2008
B oti a hi stri oni c a
– 15 –
zwind en gezamenlijk door het aquarium. Denkelijk houden ze dan opendeur.
Soms duiken ze onder en zie je gedurende enkele dagen geen enkele botia
meer. Het is dus wenselijk in je bak schuilplaatsen te voorzien. Soms lawaaierig, soms agressief
Sommige botia's, zoals de (syn. ) Syncrossus hymenophysa Botia hymenophysa vertonen een leuke bijzonderheid. Ze maken lawaai. De eerste dagen denk je
dat ze tegen je thermostaat aanzwemmen die dan zo tegen de ruit aantikt. Tot
je eraan denkt dat je geen thermostaat in je bak hangen hebt. Het geluid dat ze voortbrengen gelijkt het best op het licht tikken met een ring tegen de ruit.
Het is ons niet helemaal bekend waarom en hoe ze tikken. Hopelijk weten zij
het.
Tot de vreedzaamste gasten behoren de
Yasuhikotakia sidthimunki, Yasuhiko(syn. ), en takia morleti Botia horae Chromobotia macracan thus Syncrossus (syn. ). Ietwat agressiever kunnen beauforti Botia lucasbahi Syncrossus hy, en zijn. Deze laatste menophysa Botia lohachata Yasuhikotakia modesta soort, die gemakkelijk 25 cm lengte haalt, neemt het zelfs met succes op tegen cichliden. Alle botia's voelen zich best bij een temperatuur rond 24 ˚ C.
Ze eten ongeveer alles wat er in de bak rondzwerft: tubifex, muggenlarven, wa-
tervlooien en droogvoer. Algen afschrapen behoort tot een van hun geliefde bezigheden.
B oti a stri at a
Syn cr oss us ber d mor ei
Over de kweek wordt in alle talen gezwegen. Elke literatuur die dit hoofdstuk
behandelt komt met een groot vraagteken af. Automatisch brengt dit mee dat alle botia's die we zien, importdieren zouden moeten zijn. Dat zullen we dan
maar, tot nader bericht, geloven.
– 16 –
Jaargang 23
Nvdr:
Vrij r ec ent wer d de on derf a mil i e botiinae on der h an den gen o men eer st d oor de R oe meens e wet en-
s ch a p per Nal b ant ( 2 002) en l at er d oor de Z wit s er s e i cht yol oog Kott el at ( 2 004) . Nal b ant st el de on der meer een ni eu w gesl acht op, Yas u hi k ot aki a met al s t ype-s oort B oti a modest a. I n di t ni eu w ge-
sl acht pl a at st e hij : Y. c au di pu n ct at a, Y. e os, Y. l ec on ei, Y. l on gi dors ali s, Y. modest a, Y. mor eli, Y. ni gr o-
li n e at a, Y. si dt hi mu nki en Y. s pl en di da.
Mauri c e Kott el at gi n g veel ver der i n zij n st u di e. Hi eri n bes chr eef hij een ni eu we B oti a-s oort ui t
Myan mar ( h et vr oe ger e Bi r ma) en n a m hij al l e l eden van botiinae on der de l oep. De bel an grij kst e
wij zi gi n g i s h et pl a at s en van de al o m bek en de cl o wn b oti a ( B oti a macr ac ant h us) i n een ni eu w ge-
sl acht Chr o moboti a. De ni eu we n a a m i s dus Chr o moboti a macr ac ant h us. E en an der i n h et oog s pri n-
gen de wij zi gi n g i s h et t er u g opr ak el en van h et gesl acht Syn cr oss us d at d oor Nal b ant i n s yn on y mi e was gepl a at st met Hy men phys a. Tot h et gesl acht Syn cr oss us beh or en en k el e i n a qu ari u m mi d dens wel -
gek en de s oort en: S. be auf orti, S. ber d mor ei, S. h el odes, S. hy men ophys a en S. r evers a. Voor meer i nf o ver wij s i k j e gr a a g n a ar Aqu ari u m wer el d nr. 3 /2 005, p. 90- 95 Br on n en:
Es ch meyer, W . N. Cat al og of Fi s h es, on-l i n e ver si on ( u p d at ed 2 9/01 /2 008) :
htt p: //www. c al ac a de my. or g /r es ear ch /i cht h yol ogy/c at al og /fi s h c at s ear ch. ht ml Derij st, E d dy ( 2 005) . Ni eu we n a men voor gek en de a qu ari u mvi ss en, mod der kr ui per s ( on derf a mil i e
B otii n ae) . Aqu ari u m wer el d 5 8 ( 3) : 90- 95
B oven:
B oti a u do mritt hi r uji
Ng,
2 007, een
B oven: Syn cr oss us be auf orti
ni eu we B oti a-s oort ui t Zui d- Myan mar.
On der: Yas u hi k ot aki a modest a
On der: B oti a d ari o
april 2008
– 17 –
Aqu ari aan k weekt met s ucc es cl o wn boti a' s
Martin Byttebier, Aquatropica Kortrijk
Net voor het afsluiten van dit boekje bereikte me een in teressan t artikel dat nauw aansluit met het vorig artikel.
Het blijkt dat de Russische aquariaan Mihajlov Oleg erin geslaagd is om de
clownbotia ( ) met succes te kweken. Momenteel Chromobotia macracan thus heeft hij honderden vijf weken oude nakomelingen van de clownbotia. Dat met succes kweken moet je wel heel ruim zien. Oleg bracht zijn botia's
namelijk op een artificiële manier aan het kweken. Om zijn doel te bereiken
gebruikte hij hypofyse-extracten van de brasem ( ). In een tijdsAbramis brama spanne van 20 uur injecteerde hij tweemaal zijn botia's met dit extract. Op die manier wekte hij de ontwikkeling van eieren op en bewoog hij ze tot kuitschie-
ten.
Door het injecteren van hypofyse-extracten kon Oleg bij de vrouwtjes de ovu-
latie opwekken. De eieren werden dan verwijderd door met de hand over de
buik te wrijven. De hom van de mannetjes werd eveneens verwijderd en de eieren werden dan bevrucht in een mengvat en tenslotte uitgebroed.
Men neemt aan dat dezelfde techniek door de Zuid-Oost-Aziatische commerciële visboeren gebruikt wordt om grote hoeveelheden van de clownbotia op de markt te brengen.
Oleg gebruikt deze techniek eveneens om
en ander Synodon tis, Labeo, Botia moeilijke soorten tot kweken te brengen. Zo heeft hij al vier andere B -soorten, waaronder gekweekt otia Botia almorhae
Br on: htt p: //www. pr acti c al fi s h k eepi n g. c o. u k /, Fi s h k eeper s u cc essf ul l y br eeds Cl o wn l oach
– 18 –
Jaargang 23
Freddy de Gendt Copyri ght ( c) 2007 Reef Secr ets
Ni ets van dit arti kel mag c o m merci eel , of i n ver eni gi n gs bl aden, of op an der e we bsi t es ge br ui kt wor den zon der t oest e m mi n g van Reef Secr ets.
Van
Xenia
durfik zeggen dat bijna iedereen
Xenia
gehad heeft zal het nooit meer kwijt willen . . .
in zijn bak wil en wie er ooit Xenia geeft een zeer dynamische
blik in je zeeaquarium, is een blikvanger en wat wilje nog meer?
Donald Samyn, Aquatropica Kortrijk
De neteldieren van de familie xeni idae zijn over het algemeen uiterst snel-
groeiende koralen die een goede waterstroom en relatief sterke verlichting ei-
sp., An thelia Cestipusp. en natuurlijk de Sympodium He- en -soorten. teroxenia Xenia De over het algemeen meest
sen. Tot één en dezelfde familie behoren onder andere
laria
sp.,
Efflatounaria
sp.,
Fungulus
sp.,
tot de verbeelding sprekende
sp. ondersoort is de Xenia ‘pompende' of ‘pulserende' variant,
waarvan
verscheidene
kleurvarianten bekend zijn die
van wit over vaalbruin naar roze variëren. Hoewel het nut
van dit pompende gedrag niet Het er oxeni a s pec.
volledig gekend is, is één van de meest gangbare ‘waarhe-
den' dat dit gedrag de gasuit-
wisseling verbetert en mogelijke voedselpartikels vangt door meer water voorbij de poliepen te bewegen.
april 2008
– 19 –
Deze veronderstelling rijmt het best met de observatie dat de pompende be-
wegingen van
sp. vaak verminderen of stoppen wanneer er een sterke Xenia stroming staat die de kolonies bevoorraadt met een exces aan voedingsstoffen
en zuurstof.
-soorten krijgen het grootste deel van hun energie uit de fotosyntheseXenia producten via de zoöxanthellen en er wordt dus verondersteld dat ze geen externe organische voedselbron nodig hebben . . . ‘wordt verondersteld' impli-
ceert echter dat er andere aanwijzingen zijn: zo is geweten dat ze (zoals het
merendeel van de lagere dieren) opgeloste organische verbindingen (DOM=
Dissolved Organic Matter) absorberen uit het water. Zoals alle leders hebben ook de
's geen substantiële ondersteunende en beschermende structuur Xenia en lijken dus uiterst kwetsbaar voor zowel predatoren als extreme omgevingscondities.
In de meeste bakken waar een periodieke water-
wissel wordt doorgevoerd is
sp. zonder meer Xenia zeer goed houdbaar en breidt zoals reeds gezegd zeer snel uit: gezonde kolonies kunnen in grootte en aantal in de loop van een maand verdubbelen. In de
beginfase altijd tot groot genoegen van de liefheb-
ber, maar naderhand kan blijken dat de groei wat te
uitbundig wordt en kan de oorspronkelijke lieveling als een plaag beschouwd worden: een periodieke uit-
dunning kan dan heil brengen. Alhoewel sp. Xenia geen echte rechtstreekse bedreiging voor andere lagere dieren vormt (de kolonies netelen quasi niet),
toch is er een risico omdat ze stilaan de voet van koralen kunnen beschadu-
wen, geleidelijk aan overgroeien en met deze ‘tactiek der verschroeide aarde' de kolonie kunnen vernietigen en inpalmen.
De eenvoudigste manier om
sp. te ‘vermeerderen' is een stukje (levend) Xenia steen deponeren in een gezond veldje of aan de volgens de aquariaan toelaat-
bare grens hiervan. Na een tweetal weken is er met een gezonde
sp. geXenia meenschap vaak al bevredigend resultaat: de zijkanten van de stammetjes
groeien vast aan het steentje en verplaatsen zich zo langzaam volledig op dat
– 20 –
Jaargang 23
steentje via een soort van ‘weefselader'. In principe heeft zo goed als elke cel
in die ‘ader' het potentieel uit te groeien tot een volwaardig individu. Het kan
dan ook hoegenaamd geen kwaad als men het steentje verwijdert en er toch
nog een deel van de stam op de oorspronkelijke ondergrond bevestigd was.
Echt stekken (in de zin van ‘een stuk afknippen') is meestal overbodig. Hier-
voor bestaan er tal van benaderingen en hun varianten, maar deze zijn ten eerste veel arbeidsintensiever, dikwijls wat vergezocht en kunnen voor ver-
schillende complicaties zorgen. Dit is de reden waarom er op deze methodes
niet verder ingegaan wordt.
Door velen (er zijn altijd wel voor- en tegenargumenten te vinden voor dit
type van theorieën, voornamelijk gebaseerd op persoonlijke ervaringen)
wordt aangenomen dat
-soorten jodium nodig hebben en een groot deel Xenia van degene die deze theorie aanhangen beschouwen sp. ook als een fosXenia faatverbruiker. Dit betekent dat, als men een soort van chemische fosfaatverwijderaar gebruikt, na verloop van tijd kan achteruitgaan en kan begeXenia ven. Gebeurt dit plots (zoals bijv. door het ineens opstarten van een volumi-
neuze fosfaatreactor) kan er ineens een hoeveelheid toxines [alhoewel de
meeste sp. niet echt netelen, produceren toch ter hunner bescherming Xenia gifstoffen (voornamelijk diterpenen) ] en andere stoffen vrijkomen die een
ware chaos kunnen aanrichten in de bak . . . gematigdheid is de boodschap, zoals bij alle biologische processen.
Wil je de groei van
sp. gecontroleerd ‘vrij ' laten, dan kan het aan te Xenia raden zijn om deze te laten groeien op een zijwand of achterwand. Deponeer
een steen met zodanig dat de kolonies de wand raken en wacht dan af Xenia tot de diertjes voldoende op de ruit plaats genomen hebben, verwijder daarna de oorspronkelijke steen. Ook de voet van andere koralen kan beschermd
worden door stukken steen er rond te plaatsen en wanneer deze bijna overgroeid zijn met
Xenia
sp. deze simpelweg te verwijderen.
Br on: htt p: //www.r eefs ecr et s. or g
Ori gi n el e aut eur: Fr ed dy de Gen dt, s p ons or i n di t cl u b bl a d en aut eur van www. c or al worl d. eu Copyri ght ( c) 2 007 Reef Secr ets
Ni ets van di t arti kel mag c o m merci eel , of i n ver eni gi n gs bl aden, of op an der e we bsit es ge br ui kt wor den zon der t oest e m mi n g van Reef Secr ets.
april 2008
– 21 –
Abbeel Patrick, Terrarium Club Limburg
Inleiding Vogelspinnen behoren tot de ongewervelde dieren
en bewonen alle gematigde en warme streken ter we-
reld. Hun verspreidingsgebied loopt van Zuid-Europa (Si-
cilië, Spanje en Portugal) en naar het oosten toe gans Afrika,
Madagaskar, het Midden-Oosten, India en Sri Lanka, Z.O Azië,
Australië, Papoea-Nieuw-Guinea, Amerika en de Antillen.
Ze komen voor in alle kleuren en maten. De kleinste is een Spaanse
soort die tot 1 1 mm lichaamslengte bereikt met een pootdiameter van ). De grootste soort heeft een lichaamslengte tot 1 3 3 cm ( Ischnocolus cm met een pootdiameter van circa 30 cm ( of goTheraphosa leblondi liath vogelspin)
Elke vogelspin is giftig. De gifklieren bij vogelspinnen liggen enkel in
hun chelizeren (kaken) en zijn zeer klein. Door hun geweldige kracht zijn ze niet aangewezen op dodelijk gif voor het doden van hun prooi.
Het gif van de meeste soorten is niet dodelijk voor de mens (uitgezonderd kleine kinderen en oudere mensen).
De meeste Amerikaanse soorten gaan een soort warmtegevoel doen uitstralen
in het gebeten ledemaat, dat van onbelangrijk tot lokaal heel pijn-
lijk kan zijn.
De beten van Aziatische soorten zijn heel pijnlijk maar blijven re-
delijk lokaal uitwerken; deze pijn
kan 6 à 7 uur aanhouden.
Pt eri n ochil us l u gar di
– 22 –
Jaargang 23
Afrikaanse soorten hebben doorgaans dezelfde gifuitwerking als Aziaten (buiten enkele uitzonderingen). De beten van West-Afrikaanse boomklim-
mers kunnen dodelijk zijn voor kleine kinderen evenals die van een aantal
Pte-soorten van Oost-Afrika. rinochilus Beten van zijn uiterst pijnlijk. De pijn is te vergelijken met die Stromatopelma van een ernstige brandwonde die tot in het hart kan uitstralen. Het gif straalt langzaam uit zodat de maximum intensiteit slechts bereikt wordt na 2 tot 3
uur. Er is maar weinig bekend over het gif van individuele soorten. Voorzichtigheid is natuurlijk steeds geboden bij vogelspinnen. Het houden van vogelspinnen Er zijn voor de terrariumliefhebber
twee soorten interessant nl. bodem-
en boombewoners. Vogelspinnen zijn
solitair levende dieren en men moet
ze dus elk apart in een terrarium houden,
behoudens
enkele
uitzonde-
ringen die leven in kolonies bijv. sommige
-soorten. Avicularia De grootte van het terrarium hangt af
van de grootte van de spin. Vogelspinnen hebben niet zo een grote le-
vensruimte nodig. Een terrarium van 30 cm x 30 cm en 25 cm hoog is
reeds voldoende voor de grootste
soorten. Deze terraria kunnen van
glas zijn of gewoon plasticbakken uit de dierenhandel.
Men moet bij bodembewoners vooral
letten op de hoogte van het terrarium (max. 40 cm) daar deze naar boven
Avi cul ari a versi c ol or
kunnen kruipen. Als ze vallen op hun tere achterlijf, kan dit openbarsten met de dood tot gevolg. Bij boombewoners mogen de terraria hoger zijn. Boomspinnen hebben een soort parachutesysteem aan de poten dat hun val afremt.
De deur kan aan de bovenkant zijn als klap- of schuifdeur die er langs boven
april 2008
– 23 –
uitschuift. Aan de voorkant een schuifdeur die zijdelings opengaat, is niet ge-
schikt tenzij men er een vergrendeling aanmaakt. Als er een spleetje is kan de spin haar tanden gebruiken om de deur open te trekken.
Er moet ook een goede verluchting zijn. Deze mag niet te groot zijn omdat
men de luchtvochtigheidsgraad dan niet op peil kan houden. Inrichting 1 . De bodem
De bodemsamenstelling voor boom- en bodembewoners kan uit hetzelfde
materiaal bestaan, enkel de dikte van de bodem verschilt. Voor bodembewoners min. 5 à 1 0 cm en voor boomspinnen iets minder.
Er zijn verschillende mogelijkheden. Een mengeling van 1 / 3 potaarde en 2/ 3
leemgrond, mossen of vermiculite (soort isolatiemateriaal). De bodem moet aan bepaalde voorwaarden voldoen:
a. Hij moet zacht zijn zodat de spin zich niet verwond tijdens de vervelling (haar huid is dan zeer week).
b. Hij moet goed het vocht bijhouden om uitdroging zeker te voorkomen c. Hij moet schimmelvorming minimaliseren
Hiervoor is vermiculite het beste geschikt. Een nadeel echter is dat men er
geen echte planten kan inzetten.
Zeker niet te gebruiken als bodem zijn, wit zand en 1 00 % turf omdat:
a. De structuur van turf zo fijn is dat het in de boeklongen (deze bevinden zich aan de onderkant van het achterlijf) kan geraken, met alle gevolgen vandien.
b. Aan de uiteinden van de poten bevinden zich sensoren die verantwoordelijk zijn voor het zicht (de spin heeft wel ogen maar kan hiermede enkel het ver-
schil tussen licht en donker onderscheiden), het gehoor en het gevoel. Wan-
neer er een zandkorrel tussenkomt veroorzaakt deze een kortsluiting waardoor de sensorharen hun functie verliezen. Ook keitjes en grind is af te raden.
2. Temperatuur
De temperatuur mag overdag schommelen rond de 25 ˚ C en 's nachts rond de 20 ˚ C. In de terraria zijn deze temperaturen de meest geschikte. Men kan
hiervan ook afwijken. Een temperatuur van circa 1 5 ˚ C overleeft de spin ook
wel (ze zal dan minder snel groeien). Te hoge temperaturen van 30 à 32 ˚ C is
– 24 –
Jaargang 23
niet goed voor de spin en het verkort haar leven aanzienlijk. Men kan gebruik maken van spots. Hierbij moet men opletten dat niet het ganse terrarium even
warm is omdat de spin zelf moet kunnen bepalen welke temperatuur ze nodig heeft. Men kan het best de spot op een bepaald deel van het terrarium zetten.
Opdat de spin zich zou kunnen beschermen tegen de warmte of het licht is
het aangewezen om een stuk kurk of schors in het terrarium te leggen waar ze
achter of onder kan kruipen. Het beste is kurk, omdat het niet beschimmelt ondanks de hoge vochtigheidsgraad. 3 . Vochtigheidsgraad
De vochtigheidsgraad hangt af van spin tot spin. Woestijnsoorten moeten een
vochtigheidsgraad van 60 à 65 % hebben, subtropische soorten 75 % en boomspinnen en tropische soorten 80 à 85 %
Men kan een gedeelte van het terrarium nat houden en het andere deel droog, zodat de spin zelf kan bepalen of ze droog of nat wil zitten.
Een drinkschaaltje met vers water is noodzakelijk. De spin kan dan zelf be-
palen of ze meer vocht nodig heeft (dit is vooral belangrijk bij de vervelling,
daar de spin dan veel vocht nodig heeft, anders blijft zij in de oude huid steken en sterft ze). Voedsel
Vogelspinnen eten alleen levend voedsel, o.a. fruitvliegjes, krekels,
sprinkhanen, kakkerlakken, meel-
wormen en alle soorten insecten,
zelfs zeer jonge muizen ( Therap). hosa leblondi Men moet de grootte van het voedseldier
aanpassen
aan
de
grootte van de spin. Als regel
wordt genomen dat het prooidier dezelfde
grootte
heeft
of iets
groter is dan de lichaamslengte van de spin, hoewel hier uitzonderingen op zijn. Er zijn er die prooidieren vangen die eens zo groot zijn als zij zelf.
Kleine spinnen kan men om de 3 à 4 dagen, 2 tot 3 krekels geven. Aan vol-
april 2008
– 25 –
wassen dieren, om de 7 à 8 dagen. Ze kunnen ook maanden lang zonder voedsel. Spinnen hebben geen mond. Zij zuigen als het ware hun prooi leeg. Na het eten blijft er een bolletje achter. De vervelling Vogelspinnen hebben geen inwendig skelet. Hun huid doet dienst als uit-
wendig skelet. Om te groeien moeten zij van huid verwisselen of vervellen. Dit zijn de meest kritische momenten in het leven van de spin.
Iedere spin moet een 1 3-tal vervellingen ondergaan vooraleer ze volwassen is.
In het eerst levensjaar vervelt een spin gemiddeld 6 tot 7 keer. In het tweede
levensjaar 3-4 keer en in het derde, 2 à 3 keer. Dit hangt natuurlijk af van de
temperatuur en de hoeveelheid voedsel die men ze geeft.
Bij mannetjes gebeuren de vervellingen korter op elkaar waardoor ze sneller
volwassen zijn (na ongeveer 3 jaar). Vrouwtjes vervellen minder snel waar-
door het tot 7 jaar kan duren eer ze volwassen zijn. De meeste
mannetjes bereiken de volwassenheid na 3 jaar en vervellen daarna niet meer. Zij blijven dan nog 1 tot 2 jaar leven en sterven dan.
Indien de spin een of meer poten verloren heeft, zullen deze na 2 à 3 vervellingen weer aangegroeid zijn.
Br achypel ma e mili a
Bij de meeste spinnen kan men zien als deze gaan vervellen, omdat zij dikwijls
een kaal achterlijf hebben dat roze van kleur is. Als deze plek nu zwart gaat
worden dan gaat de spin kortelings vervellen. Men moet dan wel alle prooidieren wegnemen daar zij de spin zouden kunnen storen tijdens de vervelling.
Wel zorgen dat er een schaaltje met water bij staat en de spin met rust laten, ze de eerst dagen niet oppakken.
Kleine spinnen nemen na 3 tot 4 dagen terug voedsel tot zich, grotere na 1 -2
weken.
Voor haar vervelling gaat de spin meestal op haar rug liggen en ze kan zo 6-7
uren onbeweeglijk liggen voor ze begint. Dan barst eerst haar rugschild los en
daarna haar achterlijf, waarna zij uit haar oude poten komt gekropen. Als zij er
uit is blijft ze nog een tijdje op haar rug liggen en beweegt af en toe haar poten.
Als haar vel stevig genoeg is dan draait ze zich weer om en zal ze verder drogen.
– 26 –
Jaargang 23
I NTE RCO I FFU R E
G e n t s e st e e n we g 3 2 , Ko rt r i j k 056 21 36 89
TON Y D E CL E R CK AL L E VE R ZE KE R I N GE N D am kaai 6 b u s 2 8500 Kortri jk 056− 24. 38. 38 Fax: 056− 24. 38. 30
El ektri ci t ei t - s ani t ai r - mets el wer k en Do mi ni qu e Cal l ens
Nor man di estr a at 1 52 05 6/ 42 52 45
-
8 5 6 0 Wevel g e m 0474/ 22 11 1 5
B eki j k ook on ze we bsi t e: www. d o mi ni qu e- c al l ens. be
OPTIEK PIETERS
Gediplomeerde opticiens K. Elisabethlaan 60 8500 Kortrijk 056/3 5. 3 9. 96
Cor al Worl d i s ges peci al i s eer d i n " Ri fa quari sti ek"
J onge kor al en aa n s y mpathi eke pri j zen.
K wal i tei ts pr oducten. ( Geen ver koop va n vi ss en. )
i s geen kl assi eke wi nkel . We zi j n er voor u na afs pr a ak.
Br en g ons een bez oek en ma ak ken ni s met ons ei gen a quari u m en tec h ni ek. Fr ed dy De Gen dt Wil genstr a at 9 9 3 40 L ede tel . na 1 9. 00 u. : 05 3 80 2 8 9 8
www. c or al worl d. be
www. c or al worl d. eu
htt p: //fr ed dy. z ee water f or u m. or g/
Het paargedrag van vogelspinnen
1 . De voorbereiding
Voordat spinnen kunnen paren, moet het man-
netje eerst een sperma-netje maken. Dit gebeurt als volgt: het sperma bevindt zich in het ge-
slachtsorgaan onderaan het achterlijf en daar er
geen rechtstreekse verbinding is met de bulbussen (de twee kortste pootjes vooraan),
waarmee de paring gebeurt, moet het mannetje
een netje maken. Eerst weeft hij aan de zijkant
van het terrarium een web op de bodem.
Daarna wordt op 2 à 4 cm boven het eerste web
nog een web gesponnen, waar het mannetje onder kan kruipen. Dit doet hij door een voor-
waartse koprol te maken en zich dan onder het
Avi cul ari a met alli c a
netje te draaien. Daarna deponeert hij zijn sperma tegen het bovenste web.
Onderaan zijn achterlijf nu hangen de druppeltjes sperma aan het bovenste
web. Vervolgens kruipt hij onder het netje vandaan en zuigt het sperma op in
zijn bulbussen en breekt daarna het netje weer af. Het mannetje is nu klaar
voor de paring.
De bulbussen zijn bij iedere soort verschillend zodat ze alleen met hun eigen soort kunnen paren.
2 . Het eigenlijke paren
Men moet altijd het mannetje bij het vrouwtje in het terrarium zetten en niet andersom of als men in een ander terrarium ze wil laten paren moet het
vrouwtje er eerst een paar dagen alleen in zitten. Zij scheidt een bepaalde geur of stof af waaraan het mannetje kan erkennen dat het vrouwtje van zijn soort
is en hij dus kan paren.
Dan begint het mannetje met het voorspel. Dit bestaat uit trommelen en stre-
lingen met de bulbussen, omdat hij aan het vrouwtje moet duidelijk maken dat hij van de zelfde soort is en geen prooidier of belager is. Iedere soort heeft een eigen identificatiesysteem. Als alles vlot verloopt, zet het vrouwtje haar chli-
ceren (kaken) open. Dan steekt het mannetje zijn pootjes met paringklauwtjes
hier tussen. Hij houdt de kaken van het vrouwtje met de paringklauwtjes tegen
april 2008
– 27 –
zodat ze niet kan bijten. Daarna duwt het mannetje het vrouwtje omhoog
zodat ze plooit en de geslachtsopening gans open staat. Het mannetje kan nu zijn tasters, waar voorin het sperma zit, in de geslachtsopening van het
vrouwtje brengen.
Het sperma wordt door het vrouwtje opgeslagen in de spermatheca (dit zijn een soort zakjes aan beide zijden van de geslachtsopening). Na de zaadlozing
moet het mannetje het vrouwtje zeer voorzichtig terug neerzetten en zich uit de voeten maken wil hij overleven (het opeten van het mannetje gebeurd
meestal bij oudere mannetjes, daar die niet meer zo snel kunnen reageren). Hoe agressiever de soort, hoe kalmer zijn zij bij het paren. 3 . Coconbouw
Als alles goed verlopen is zal het vrouwtje na 6 tot 8 weken beginnen met de
bouw van een cocon. Men kan dit zien doordat de spin zal beginnen graven of webben. Dit web heeft een andere structuur als bijv. een vervellingsweb. De
bouw van een cocon kan tot 78 uur duren. Het leggen van de eieren duurt on-
geveer 1 0 à 20 min (afhankelijk van het aantal). Daarna zal zij dit oprollen tot een bolletje.
Gedurende 4-6 weken, zal zij de cocon steeds tussen haar kaken houden en
verhuizen, dit om de optimale temperatuur te behouden. Sommige spinnen
eten tijdens deze periode. Men moet dan wel opletten dat het prooidier niet
aan de cocon eet of de spin te veel stoort, anders moet men het verwijderen of
ze zal de cocon in de steek laten.
Voelt de spin nu na 4 tot 6
weken geen beweging in de cocon, dan zal zij deze op-
eten en zijn er geen jonge spinnen. Als zij wel bewe-
ging voelt, zal ze de cocon
wat losser maken, zodat de onderontwikkelde
nimfen
wat meer beweging krijgen.
Na enkele dagen zullen de nimfen reeds de cocon ver-
Br achypel ma s mit hii
– 28 –
Jaargang 23
laten maar keren bij het minste gevaar hierin terug. Terwijl ze zich verder ont-
wikkelen, begeven zij zich steeds verder en verder van de cocon.
Na ongeveer 4 à 5 weken zullen zij vervellen en kan men eerst spreken van
jonge spinnetjes (spiederlings). Drie dagen na de vervelling beginnen ze reeds
te eten (fruitvliegjes). Men moet ze wel vóór dat ze spiederling worden elk apart zetten anders eten ze elkaar op. Dit kan best in kleine potjes bijv. potjes
waar men fotofilms in bewaard (gratis bij de fotograaf).
Wordt het potje te klein voor de spin dan kan men overschakelen op krekeldoosjes.
Ten slotte nog iets over de aanschaf van spinnen.
Men kan deze het best kopen bij een bevriende spinnenliefhebber, daar hij
voldoende info kan geven over de spin en de prijs veel lager ligt dan in de handel.
april 2008
– 29 –
Een realisatie die in onze tuinen de laatste jaren zeker zijn opmars
heeft gemaakt, is vast de zwemvijver. Een tweetal jaar terug kreeg
ik de vraag mee te werken aan een concept rond het aanleggen van
een natuurlijke zwemvijver met aansluitend een vis-/plantenvijver
met daarbijhorend een zonneterras.
Vandaar het idee – en mede door de frequente vragen over dergelijke projecten – deze materie binnen onze clubwerking extra aan-
dacht te geven. Om niets aan het toeval over te laten hebben wij de
professionele hulp ingeroepen van de firma Omikron nv.
Hun dagelijkse belangrijkste activiteiten en specialisaties hebben
vooral aandacht voor de studie en realisaties van natuurlijk gezuiverde zwemvijvers, visvijvers, hemelwateropslag en proceswater-
bekkens. Producten en systemen voor natuurlijke bestrijding van draadalgen, professionele slibstofzuigers en ecologisch verant-
woorde waterbehandelingstechnieken behoren eveneens tot hun basistaak.
De zaakvoerder, dhr Servaas Blockeel zal ons via een powerpoint-
presentatie rondleiden in die wondere wereld.
– 30 –
Jaargang 23
Aan bod komen onder andere: A wat verstaat men onder ‘natuurlijke systemen' en wat zijn de B A B A B A B A
voordelen ervan
wat is schoon water filtermoerassen
verschillende zuiveringssystemen voor zwemvijvers filteropbouw
biologisch evenwicht
water en energie draadalgen
beplanting en onderhoud
Gezien het kloppend hart rond het gehele concept het filtersys-
teem is, blijft het een onderwerp bij uitstek waarbij menig aquarium- en vijverliefhebber die avond zich zeker niet gaat vervelen.
Nb: voor de geïnteresseerde: zie www.omikron.be
Het bestuur en de vijverwerkgroep nodigen u graag uit op vrijdag 25 april om 20:00 uur stipt in ons clublokaal de Klokke, ook fa-
milie en vrienden zijn welkom. Programma:
20:00 uur: verwelkoming
20: 1 5 uur: gastspreker ‘Natuurlijk Helder water' 1 ste deel 2 1 : 1 5 uur: pauze
2 1 : 30 uur: gastspreker ‘Natuurlijk Helder water' 2de deel 22: 30 uur: einde
Uw coördinator vijverwerkgroep, Gilbert Lapere.
april 2008
– 31 –
Jaargang 23 – april 2008 Colofon . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1 Editoriaal . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 Pseudocrenilabrus multicolor
............................................................................ 4
Snoepreisje naar Vlaardingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 8 Verslag bakbezoek Manuel uit Sint-Willebrod Snoepreisje naar Vlaardingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 10 Verslag bakbezoek OHC op 24 februari Botia's . . . toch niet zo goed bekend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14 Addendum: Botia's . . . toch niet zo goed bekend . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1 8 Het stekken van
Xenia
sp. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 1 9
Vogelspinnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 22 Natuurlijk helder water . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 30 Uitnodiging algemene vergadering vrijdag 25 april Index . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32
– 32 –
Jaargang 23
Mari o Woll eghe m F F F
Vijve rs i n po lyeste r m et g l asveze l
Kl e i n h an d e l aq u ari u m- e n vijve rm ate ri aal H o ut voo r i n d e tu i n : tu i n h u i ze n carpo rts
h o ute n afsl u iti n g e n h o ute n te rrasse n
Pe l i kaan straat 1
8 8 3 0 H oog l ed e
te l . : 0 5 1 24 0 6 73 fax: 0 5 1 2 1 1 1 24
g sm : 0 4 9 5 42 1 1 5 3
e-m ai l : m ari o-wo l l eg h e m@tiscal i . be
we b p ag i n a: www. m ari o-tu i n d eco rati e . be
De speci al ist i n d e stree k voo r
TRO P I S C H E AQ UAR IA & WATE R P LANTE N S l u iti n g sd ag : d i n sd ag
N O O R DST RAAT 2 7, 8 5 0 0 KO RTR IJ K te l : 0 5 6-3 6 . 0 9 . 9 5 http ://www. aq u ari u m ce nte r. be i nfo@aq u ari u m ce nte r. be