Overgewicht bij kinderen SKOEBIDOE
we zijn er voor elkaar
In Vlaanderen kampt 12% van de kinderen met overgewicht, 2% heeft obesitas of vetzucht. Behandelen kan maar is niet eenvoudig, voorkomen is veel beter. Deze folder zet een aantal oorzaken op een rij en geeft concrete tips om de leef- en eetgewoonten van kinderen thuis en op school kritisch onder de loep te nemen.
Leeftijd 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12
2
Wanneer heeft een kind overgewicht? Overgewicht ontstaat als je meer energie opneemt dan je verbruikt. Diverse factoren kunnen hierbij een rol spelen. Om vast te stellen of je kind overgewicht heeft, bereken je de Body Mass Index of BMI. Hiervoor deel je het gewicht in kg door de lengte in meter in het kwadraat. B.v. een meisje van 10 jaar is 1,38 m groot en weegt 42 kg. 42 Haar BMI is = 22,05 1,38 x 1,38 Omdat de verhouding tussen gewicht en lengte voortdurend verandert met de leeftijd en het geslacht van het kind, geldt voor elke leeftijd zowel voor meisjes als jongens een andere waarde als grens voor enerzijds overgewicht en anderzijds obesitas. Na het berekenen van de BMI van je kind kan je in onderstaande tabel nagaan of het overgewicht heeft. Als het cijfer van de BMI lager is dan de cijfers in de tabel heeft je kind een gezond gewicht. In het voorbeeld heeft het meisje dus overgewicht.
Interpretatie van de BMI bij kinderen Overgewicht
Obesitas
BMI meisjes
BMI jongens
BMI meisjes
BMI jongens
18,02
18,41
19,81
20,09
17,56
17,89
19,36
19,57
17,28
17,55
19,15
19,29
17,15
17,42
19,17
19,30
17,34
17,55
19,65
19,78
17,75
17,92
20,51
20,63
18,35
18,44
21,57
21,60
19,07
19,10
22,81
22,77
19,86
19,84
24,11
24,00
20,74
20,55
25,42
25,10
21,68
21,22
26,67
26,02
Bron : Overgewicht bij kinderen en adolescenten/C.M. Renders, e.a. – Maarssen : Elsevier gezondheidszorg, 2003 – p.11.
3
De mate van overgewicht kan ook bepaald worden aan de hand van groeicurven die regelmatig worden bijgesteld. Zowel gewichts- als BMI-curven kunnen gebruikt worden.
Oorzaken van overgewicht Diverse factoren kunnen een rol spelen bij het ontstaan van overgewicht bij kinderen. Algemeen wordt aangenomen dat een langdurige verstoring van de energiebalans de voornaamste oorzaak is.
1. Gestoorde energiebalans Groeien, spelen, leren vraagt veel energie van kinderen. Die halen ze uit hun voeding. Maar wanneer ze meer energie opnemen dan ze verbruiken, ontstaat een gestoorde energiebalans. Aan de ene kant zijn ongezonde eetgewoonten hiervoor verantwoordelijk. Kinderen eten meer maar doen dat minder op vaste tijdstippen. Suikerrijke en vetrijke producten zoals chocolade, chips en frisdrank verdringen steeds meer (groenten), fruit en gezonde tussendoortjes. De laatste jaren wordt in de jachtige maatschappij steeds minder aandacht gegeven aan gezond aankopen en gezond koken. Daarbij is er ook een overaanbod aan nietlevensnoodzakelijke voeding (b.v. snoep, bereide salades, fastfood). Hierdoor bevatten maaltijden steeds meer verborgen vetten. Aan de andere kant bewegen kinderen te weinig. Ze zitten vaak uren voor TV of spelen computerspelletjes. Ze worden meer met de wagen gebracht dan dat ze fietsen of stappen. Hierdoor verbruiken ze minder energie. Het teveel aan energie wordt omgezet in vet.
2. Erfelijke factoren Artsen gaan ervan uit dat er ook een erfelijke factor meespeelt. Een kind wiens beide ouders een gezond gewicht hebben, heeft 10% kans om overgewicht te ontwikkelen. Eén ouder met overgewicht vergroot de kans tot 23%, beide ouders met overgewicht tot 52%.
4
3. Rol van de opvoeding • Kinderen lijken een aangeboren voorkeur te hebben voor suikerrijke producten die veel ‘lege’ calorieën bevatten. Ongekende voedingsmiddelen als groenten en fruit wijzen ze gemakkelijk af. Om een nieuwe smaak te leren kennen en appreciëren, moet je soms tot 10 keer een bepaald voedingsmiddel aanbieden. • De eerste levensjaren regelt een spontaan gevoel van honger en verzadiging het eetgedrag van een kind. Is het actiever of groeit het sneller, dan eet het meer. Eet een kind tijdens een maaltijd eens te veel, dan eet het spontaan tijdens de volgende maaltijd minder. Vanaf 3-4 jaar stijgt de invloed van de omgeving. Kinderen worden b.v. aangemoedigd of verplicht om het bord leeg te eten. Hierdoor verleert het kind om rekening te houden met zijn verzadigingsgevoel. • Kinderen leren eetgewoonten aan. Ze bootsen hierbij het gedrag van ouders, familieleden en vriendjes na. Ouders die zelf vaak vet- en suikerrijke producten eten en minder kiezen voor gezonde voedingsmiddelen geven dit eetpatroon onbewust door aan hun kinderen.
4. Psychologische factoren • Sommige kinderen eten graag en veel. Ze zijn snel verleid door het uitzicht, de kleur en de geur van voedingsmiddelen. • Er zijn ook kinderen die troost zoeken in eten en die hun emoties weg-eten. • Tenslotte zijn er kinderen die ‘lijngericht’ eten, d.w.z. zich bepaalde periodes aan een dieet houden en dat uiteindelijk niet volhouden. Als ze opnieuw in hun oude patroon vervallen komen de kilo’s er terug bij.
5. Zeldzame oorzaken • Hormonale problemen, erfelijke ziekten, gebruik van bepaalde geneesmiddelen.
5
Gevolgen van overgewicht 1. Medisch Kinderen met overgewicht hebben vaak last van vage lichamelijke klachten, zoals gewrichtspijn, huidirritaties door zweten, kortademigheid bij inspanningen. Op lange termijn lopen kinderen met overgewicht een verhoogd risico op blijvend overgewicht, verhoogde bloeddruk, een te hoog cholesterolgehalte in het bloed, diabetes type 2, hart- en vaatziekten, knie- en heupartrose, rugklachten, jicht, slaapproblemen, aantasting van de lever en sommige vormen van kanker.
2. Psychosociaal Een kind met overgewicht heeft vaker een negatief zelfbeeld, voelt zich onzeker, minderwaardig, eenzaam. Het wordt ook vaker gepest door leeftijdsgenootjes waardoor het zich nog meer gaat terugtrekken en sociaal geïsoleerd raakt. Soms leidt dit zelfs tot depressie. Ook de sfeer in het gezin is vaak gericht op het probleem van overgewicht. De schuld van het overgewicht wordt door de omgeving dikwijls bij het kind én de ouders gelegd.
Voorkomen : praktische tips voor thuis 1. Zorgen voor een gezond eetpatroon • Kies voor 3 hoofdmaaltijden en 2 tot 3 gezonde tussendoortjes per dag. • Laat je kind op regelmatige en vaste tijdstippen eten. Doe dat bij voorkeur op een vaste plaats (ook voor de tussendoortjes), b.v. aan de keukentafel en zeker niet voor TV. • Concentreer je op de maaltijd en geniet ervan. • Zorg voor een gezond ontbijt. Je kind kan zich makkelijker concentreren op school en heeft in de loop van de voormiddag minder trek. • Gebruik de voedingsdriehoek als leidraad voor het samenstellen van je maaltijden.
6
• Geef zelf het goede voorbeeld door te kiezen voor gezonde alternatieven. • Biedt nieuwe gezonde voeding verschillende keren aan om je kind het te leren smaken. • Respecteer de aanbevolen hoeveelheden naargelang de leeftijd van je kind (zie tabel p.10-11). Dwing je kind niet verder te eten als het zegt dat het voldoende heeft gegeten. Als het tijdens de hoofdmaaltijden slecht eet, kan je de tussendoortjes beperken. • Beperk kant-en-klare maaltijden en producten. • Let op de hoeveelheid en het soort vet in je voeding. Kies voor halfvolle melk(producten) en mager(e) vlees(waren). • Drink voldoende water. • Beperk de hoeveelheid gesuikerde dranken. Af en toe kan je ook kiezen voor ongezoet fruitsap of een light-frisdrank. • Maak duidelijke afspraken met je kind over het aantal snoepmomenten en de hoeveelheid frisdrank per week. Controleer niet te streng. • Maak geen verboden voedingsmiddelen : ze hebben altijd een grotere aantrekkingskracht. Je riskeert dan dat kinderen zich juist op die voedingsmiddelen gaan fixeren en ze in het geniep eten. • Beloon een goed gedrag of troost je kind niet systematisch met vette en/of zoete traktaties. Geef ook eens een extra knuffel of plan een leuke uitstap, of doe eens samen wat extra aan beweging. • Maak samen met je kind een gezonde maaltijd, gezonde brooddoos of gezonde feesthapjes klaar. • Kinderen vinden vlug allerlei trukjes om toch hun zin te krijgen. Wees als ouder consequent en stel grenzen aan het snoepgedrag. Durf als ouder ook ‘neen’ zeggen.
7
De voedingsdriehoek
8
�
�
9
Voedingsaanbevelingen voor kinderen 1,5 tot 3 jaar
3 tot 6 jaar
Water
0,5 – 1 liter
1,5 liter
Brood (bruin)
1-3 sneden
3-5 sneden
Aardappelen (gekookt)
1-2 stuks
1-4 stuks
Groenten (vers, diepvries)
1 tot 2 soeplepels
2 tot 3 soeplepels
Fruit (vers)
1-2 stuks
1-2 stuks
Melk en melkproducten (halfvolle, volle tot de leeftijd van 3-4 jaar)
4 bekertjes
4 bekertjes
Kaas
½ sneetje
½-1 sneetje
Vlees, vis, eieren, vervangproduct
75 g
75-100 g
Smeervet
5 g per sneetje
5 g per sneetje
Bereidingsvet
max. 15 g
max. 15 g
Restgroep
niet nodig
niet nodig
2. Zorgen voor voldoende beweging • Stimuleer je kind om dagelijks minstens een half uur en bij voorkeur een uur te bewegen. Dit mag ook in verschillende momenten verdeeld zijn. Buitenspelen, zwemmen, fietsen, wandelen zijn ideaal. • Geef als ouder het goede voorbeeld en tracht zoveel mogelijk lichaamsbeweging in te bouwen in je dagelijks leven.
10
6 tot 12 jaar 1,5 liter 5-9 sneden 3-4 stuks 3 tot 4 soeplepels 2-3 stuks 3 glazen
1-2 sneetjes 75-100 g 5 g per sneetje max. 15 g niet nodig
• Plan regelmatig beweegactiviteiten met het hele gezin. Wissel af in activiteit. Kies bij voorkeur activiteiten die je kinderen graag doen en aangepast zijn aan hun mogelijkheden. • Maak goede afspraken met je kind over het aantal uren dat het per dag mag TV kijken of computeren. • Stimuleer kinderen om lid te worden van een sportclub of jeugdbeweging.
11
Voorkomen: praktische tips voor de school 1. Zorgen voor een gezond eetpatroon • Maak met ouders afspraken over traktaties voor een verjaardag. Stimuleer hen om een gezond tussendoortje mee te geven. Een traktatie hoeft ook niet altijd snoep of iets te eten te zijn. Een boek of een spel voor de klas kan ook een traktatie zijn. • Voorzie in de drankenautomaat gezonde drankjes : water, ongezoet fruitsap, melkdrankjes. Beperk het aanbod van frisdrank. Plaats waterfonteintjes zodat kinderen de kans hebben om tussendoor wat meer water te drinken. • Schrijf in de schoolkrant regelmatig een artikel met praktische suggesties voor lekker en verantwoord gevulde brooddozen. • Bewaak het aanbod van de warme maaltijden op school en hou rekening met de aanbevelingen van de voedingsdriehoek. • Organiseer eens een themaweek rond voeding waarin kinderen via allerlei leer- en doe-activiteiten extra gestimuleerd worden om over hun eigen eetgewoonten na te denken. Integreer hierin ook voldoende informatie en eventueel een activiteit voor de ouders, b.v. een gezond ontbijt op school. Zij bepalen immers in grote mate het voedingspatroon van hun kinderen. Hun actieve betrokkenheid vergroot de kans op succes bij de kinderen. • Geef als directie of leerkracht het goede voorbeeld en kies zelf voor gezonde tussendoortjes en een evenwichtig samengestelde maaltijd met gezonde alternatieven.
2. Zorgen voor voldoende beweging • Organiseer regelmatig voor de leerlingen een bewegingsactiviteit onder de middagpauze. • Zorg voor een overdekte fietsenstalling en een veilige oversteekplaats aan de schoolpoort zodat kinderen meer gestimuleerd worden om met de fiets naar school te komen. Geef zelf het goede voorbeeld. • Organiseer fiets”pooling” onder begeleiding van ouders of grootouders.
12
Behandeling van obesitas Hoe ouder een kind wordt, hoe kleiner de kans dat het probleem spontaan verdwijnt. Zwaarlijvigheid groeit er niet uit. Hoe jonger het kind gezonde eet- en leefgewoonten aanleert, hoe groter de kans dat het die ook blijvend toepast. Geef je kind echter niet het gevoel dat het op dieet is. Een dieet begin je en stop je. Het is belangrijk dat je met het hele gezin gezonder gaat eten en meer beweegt! Maak je je zorgen over het gewicht van je kind, spreek er dan over met je huisarts of vraag advies aan een diëtist(e). Is er echt sprake van obesitas dan zal een behandeling opgestart worden. Dit gebeurt bij voorkeur door een multidisciplinair team met een arts, diëtist en psycholoog. Voor kinderen jonger dan 6-7 jaar wordt vooral met de ouders gewerkt. Vanaf 6-7 jaar krijgen de kinderen meer verantwoordelijkheid en spelen ze daarom ook een actievere rol in hun behandeling. Vooraleer de arts een behandeling start, kan een voedingsdeskundige-diëtiste zich een beeld vormen van de eetgewoonten in het gezin, de regelmaat van eten, de hoeveelheden die het kind eet, het eetgedrag van het kind, de fysieke activiteit, de uitlokkende en in stand houdende factoren, de psychologische achtergrond, de motivatie van het kind en het gezin om eet- en leefgewoonten te veranderen. Als ouder zelf een eet- en beweegdagboekje van je kind bijhouden, kan hiervoor een grote hulp zijn. Eventueel doet de arts nadien bijkomend onderzoek naar andere mogelijke oorzaken en de ernst van eventuele complicaties. Een behandeling is er in eerste instantie op gericht om gewicht te behouden. Omdat het kind nog groeit, vermindert op die manier het overgewicht. Er wordt gewerkt op drie domeinen : voeding, beweging en gedragstherapie. Met de ouders wordt gezocht naar manieren waarop zij hun kinderen een gezond eet- en beweegpatroon kunnen aanleren zonder te veel verzet uit te lokken.
13
Eens de puberteit of groeifase voorbij of als de obesitas erg uitgesproken wordt, is de behandeling toch gericht op gewichtsvermindering. Geneesmiddelen of een operatie hebben geen plaats in de behandeling van obesitas bij kinderen. Overgewicht is een chronische problematiek waarmee je je verdere leven rekening moet houden. Daarom zijn nazorg en blijvende ondersteuning zeer belangrijk.
Test jezelf! Juist
Fout
1. Overgewicht bij kleine kinderen groeit er altijd uit met de leeftijd.
0
0
2. Kinderen die veel TV kijken, hebben vaker last van overgewicht.
0
0
3. Fruitsap is altijd gezonder dan frisdrank.
0
0
4. Een kind dat niet ontbijt, heeft 2 x zoveel kans op overgewicht dan een kind dat wel ontbijt.
0
0
5. Kinderen met overgewicht hebben vaker een negatief zelfbeeld.
0
0
6. Het is goed om je kinderen te verbieden te snoepen.
0
0
7. Enkel een kind dat lid is van een sportclub heeft voldoende beweging.
0
0
8. Als je zelf bij voorkeur kiest voor gezonde voedingsmiddelen, zal je kind dat ook sneller doen.
0
0
14
1. Fout : Hoe ouder het kind en hoe meer uitgesproken het overgewicht, hoe groter de kans dat het overgewicht op volwassen leeftijd blijft bestaan. 30% van de obese volwassenen was als kind reeds te zwaar. 2. Juist : TV-kijken is een passieve tijdsbesteding. Je verbruikt weinig energie. Bovendien ben je gemakkelijker verleid tot snoepen of frisdrank drinken waardoor de energie-opname nog groter wordt. 3. Fout : Aan veel fruitsappen zijn suikers toegevoegd. Zelfs ongezoet fruitsap bevat (gezondere) suikers. 4. Juist : Wanneer het kind ’s ochtends opstaat, is het al een hele tijd geleden dat het gegeten heeft. Om de activiteiten van de dag goed te kunnen aanvatten, heeft het energie nodig. Een gezond ontbijt zorgt er bovendien voor dat het kind in de loop van de voormiddag veel minder trek heeft in ongezonde tussendoortjes. 5. Juist : Hierdoor voelt het kind zich meer onzeker, eenzaam. Een kind met overgewicht wordt ook vaker gepest. 6. Fout : Verboden voedingsmiddelen hebben een grotere aantrekkingskracht. Je riskeert dat kinderen die in het geniep gaan eten. Maak duidelijke afspraken over hoeveel je kind mag snoepen. 7. Fout : Dagelijks een uurtje bewegen is aanbevolen voor kinderen. Ze hoeven hiervoor niet in een sportclub te sporten. Naar school fietsen, buiten spelen, zwemmen, … zijn even goed. 8. Juist : Kinderen imiteren in grote lijnen het gedrag van hun ouders.
15
Deze folder is een realisatie van de dienst gezondheidspromotie in samenwerking met Leen Van Zeir en Lien Joossens, beiden voedingsdeskundige-diëtisten en Ellen Moens, Universiteit Gent. Deze en andere folders zijn te verkrijgen bij de dienst gezondheidspromotie van je regionaal CM-ziekenfonds. Door overschrijving van 2,50 euro op rekeningnummer 799-5501542-92 met vermelding ‘gezondheidsfolder, code 746121/952’, ontvang je vier folders, één per trimester. 2005 © Verantwoordelijke uitgever : Marc Justaert, Haachtsesteenweg 579 postbus 40, 1031 Brussel