Oorlog Over
en dood
de rechtvaardige oorlog in onze tijd
Michael Walzer met essays van
Désirée Verweij
bw TM lezing 2007 0403.indd 3
Marcel Becker,
en
Thomas Mertens
04-03-2008 11:58:38
Inhoud Marcel Becker Michael Walzer: geëngageerd en genuanceerd Michael Walzer Oorlog en dood Bespiegelingen over de betekenis in onze tijd van de theorie van de rechtvaardige oorlog
7 13
Marcel Becker In gesprek met Michael Walzer
30
Désirée Verweij Proportionaliteit en verantwoordelijkheid: algemene morele principes?
48
Thomas Mertens De rechtvaardige oorlog volgens Walzer
62
Over de auteurs
86
bw TM lezing 2007 0403.indd 5
04-03-2008 11:58:39
Michael Walzer: geëngageerd en genuanceerd Marcel Becker Iedere filosoof staat voor de uitdaging de kloof tussen abstracte theorieën en de bespreking van concrete problemen te overbruggen. Veelal lossen filosofen dit op door de analyse van problemen ondergeschikt te maken aan de ontwikkelde theorieën. De casuïstiek dient als adstructie, om niet te zeggen bewijs voor hun stellingen. Michael Luban Walzer (1935) is hierop een uitzondering. Hij ontwikkelt zijn denkbeelden in besprekingen van concrete problemen die zich in heden en verleden hebben voorgedaan. Het levert hem een markante plaats op in het filosofische én het publieke debat in de Verenigde Staten en andere westerse landen. Als auteur van tientallen boeken en honderden opstellen en als drijvende kracht achter het progressieve tijdschrift Dissent heeft hij de toon gezet in debatten over zowel fundamenteel filosofische kwesties als concrete problemen. Hij geldt als het ‘linkse geweten van Amerika’, maar Walzer is eerder een onafhankelijke denker dan een politieke ideoloog. Zo steunde hij, met ruim vijftig andere intellectuelen (waaronder Fukyama en Huntington) begin 2002 in een publieke verklaring de regering-Bush in haar strijd tegen het terrorisme, om zich een jaar later kritisch uit te laten over de invasie in Irak. Michael Walzer werd als zoon van joodse emigranten in New York geboren. Hij studeerde in Cambridge en Harvard (Ph.D. in 1961), waarna hij docent werd aan Princeton University. Na een verblijf van 1966 tot 1980 aan Harvard University keerde hij terug naar Princeton, waar hij hoogleraar werd aan het Institute for Advanced Study. In zijn publicaties over talloze onderwerpen zijn twee accenten (om niet te zeggen preoccupaties) te ontwaren. Allereerst is er de erkenning en verdediging van pluraliteit in de hedendaagse samenleving. Onder deze noemer valt het bekende opstel over tolerantie, in zekere zin ook zijn project om de joodse politieke filosofie te rehabiliteren,
bw TM lezing 2007 0403.indd 7
04-03-2008 11:58:39
en natuurlijk Spheres of justice. A defense of pluralism and equality (1983). De tweede is de overtuiging dat ook in gewelddadige internationale conflicten moraliteit een rol speelt. Dit is de inzet van zijn bekendste boek Just and unjust wars (1977), maar staat ook centraal in zijn klassieke artikel over de vuile-handenthematiek. De ‘Thomas Morelezing 2007’ is een nieuw product in de indrukwekkende reeks over deze thematiek. Van deze reeks bespreken we enkele centrale thema’s en in het oog springende verschuivingen. 1. ‘Just war is triumphant’ In het denken over de verhouding tussen oorlog en moraal introduceerde Michael Walzer eind jaren zeventig een nieuw geluid, dat bij nader inzien een actualisering van een klassiek gedachtegoed bleek. Het denken over oorlog en vrede werd ten tijde van de Koude Oorlog gedomineerd door het realisme-paradigma. Dit beschouwde staten als zelfstandige actoren, waarvan het handelen volledig uit eigenbelang en machtsstreven is te verklaren. Zoals voor veel Amerikanen van zijn generatie was voor Walzer de Vietnamoorlog aanleiding het realismeparadigma te herzien. De grove manier waarop Amerika in Vietnam het eigenbelang verdedigde, wekte grote weerstand. Ook moraliteit bleek een factor van belang. Deze factor verhoudt zich op uiteenlopende manieren tot het eigenbelang. Zoals Walzer in het interview in deze publicatie aanstipt, is het heden ten dage in het belang van een land om in een oorlog morele excessen te vermijden. Zeker in westerse landen vereist oorlogvoering steun van de bevolking, en die wordt verspeeld wanneer de beelden van militaire misdragingen de alomtegenwoordige media bereiken: ‘Justice has almost become a military necessity’. De inhoudsopgave van Just and unjust wars laat zich lezen als een checklist voor politici en commandanten die zich op verantwoorde manier Vertaald als: Rechtvaardige en onrechtvaardige oorlogen, Amsterdam: Atlas, 2006. ‘Political action. The problem of dirty hands’, in: Philosophy and Public Affairs, 24 (1972), p. 161-181.
bw TM lezing 2007 0403.indd 8
04-03-2008 11:58:39
Oorlog en dood Bespiegelingen over de betekenis in onze tijd van de theorie van de rechtvaardige oorlog Michael Walzer In een oorlog komen mensen om. Soldaten sneuvelen, maar ook burgers, niet alleen als ze bewust tot doelwit worden gekozen, maar ook als ze in oorlogsgebied ingesloten raken of in de directe nabijheid wonen van een legerbasis, een bunker of een munitiefabriek die wordt aangevallen. Ze zijn omstanders die te dichtbij staan. Wij betreuren de soldaten die sneuvelen, maar de burgerdoden vervullen ons met afgrijzen. Dit afgrijzen lijkt universeel; we vinden het terug in alle grote beschavingen en in alle godsdienstige tradities. U zult bekend zijn met de katholieke theorie van de rechtvaardige oorlog, die elke bewuste aanval op non-combattanten categorisch uitsluit, dus zal ik alleen ingaan op de minder bekende, maar geheel vergelijkbare joodse en islamitische traditie. Een van de duidelijkste joodse stellingen is afkomstig van de Alexandrijnse filosoof Philo uit de eerste eeuw: ‘Als [het joodse volk] de wapens opneemt, maakt het onderscheid tussen mensen wier leven er een van vijandigheid is, en het omgekeerde. Want bloedvergieten tegen allen, ook tegen hen die heel weinig of niets hebben misdaan, toont wat ik alleen een primitieve en wrede ziel kan noemen’. Een soortgelijke, zeer vroege moslimtraditie luidt als volgt: ‘Umar schreef de bevelhebbers om te vechten in de geest van Allah en alleen hen te bevechten door wie zij zelf werden bevochten, en geen vrouwen of minderjarigen te doden, en ook niet hen die geen scheermes gebruikten’. Tegenwoordig noemen we burgers ‘onschuldig’ omdat ze niet bij de strijd betrokken zijn of omdat ze, om met Philo te spreken, ‘heel wei Deze tekst is een sterk bewerkte versie van de vertaling die Rien Verhoef maakte voor NRC-Handelsblad. Het Soeterbeeck Programma dankt Rien Verhoef voor de toestemming om zijn vertaling te gebruiken voor deze publicatie.
13
bw TM lezing 2007 0403.indd 13
04-03-2008 11:58:40