1 OVER DE NAMEN DER DIEREN IN HET BOEK VAN HANS HASS: UNTER KORALLEN UND HAIEN DOOR P. WAGENAAR HUMMELINCK In de maand Juli van het jaar 1939 begaven ...
OVER DE NAMEN DER DIEREN IN HET BOEK VAN HANS HASS: UNTER KORALLEN UND HAIEN DOOR
P. WAGENAAR HUMMELINCK
In de maand Juli van het jaar 1939 begaven zich een drietal Weensche studenten naar Curacao, om onder water met den harpoen op visschen te jagen en de schoonheid van deze dieren en van hun onderzeesche wereld met camera en filmtoestel vast te leggen. Het waren: HANS HASS, de leider van de kleine expeditie, bijna drie-en-twintig jaren oud, JÖRG BOEHLER en ALFRED VON WURZIAN. Een waterdichte bril maakte scherp zien onder water mogelijk; rubber-vinnen, als sandalen aan de voeten bevestigd, stelden hen in staat met de beenen alléén snel te zwemmen en te duiken, zoodat de handen vrij bleven voor harpoen en camera. Bij den ingang van het Spaansche Water maken zij kennis met de riffen van de Caraïbische Zee; daarna kampeeren zij eenigen tijd aan den westpunt van Klein Bonaire, huren vervolgens een boot en maken den ingang van het Lac en het rif bij Punt Vierkant tot hun jachtterrein. Hier bereikt hen het bericht van den Duitschen inval in Polen en de oorlogsverklaring van Engeland en Frankrijk. — Zij gaan terug naar Curacao, waar een schip van de H.A.P.A.G., dat in het Schottegat, later in de Caracas Baai en in de St. Michiel Baai, voor anker ligt, hun als verblijfplaats wordt aangewezen. In dezen tijd wordt de kust van Curasao uitvoerig geëxploreerd: van het Spaansche Water tot het Schottegat, van de Blauw Baai tot de Daaibooi Baai, van St. Kruis tot Westpunt en van de St. Joris Baai tot Boca Tabla! Acht maanden na aankomst wordt de terugreis aanvaard. Op prettige, boeiende wijze worden wij in het boek van HASS ') door het onderzeesche wonderland van onze West-Indische Eilan>) HANS HASS, £7nter /foral/en «nrf //aten. /l tenteteer in rfer See. Deutschen Verlag, Berlin, 1941; 190 bladz. met 3 afb. in en 77 afb. buiten den tekst. (Besproken in dit tijdschrift, 1942, bladz. 121-123.)
— 181 —
182
P. WAGENAAR HUMMELINCK
den gevoerd; wij verlustigen ons in het sprookjesachtige koraallandschap, bestudeeren het gedrag van zijn merkwaardige bewoners en beleven zéér opwindende jachtavonturen. De talrijke afbeeldingen zijn, op een enkele uitzondering na, buitengewoon mooi en geven een goed beeld van de wereld der visschen in het ondiepe water en de wijze waarop deze wordt benaderd. Hoewel het boek kennelijk voor het groote publiek is geschreven, bevat het toch talrijke waarnemingen en vooral ook foto's welke uit wetenschappelijk oogpunt zeer de moeite waard zijn. Dat HASS trouwens naar een zekere wetenschappelijke erkenning van zijn waarnemingen heeft gestreefd, blijkt, behalve uit enkele uitlatingen in deze richting, uit zijn, overigens niet zeer volledige, lijst van de wetenschappelijke namen der visschen, welke hieronder nog eens in haar geheel is afgedrukt. Nergens wordt echter naar den tekst of naar de afbeeldingen verwezen, zoodat door deze toevoeging, het gemis aan een wetenschappelijk register zich nog méér doet gevoelen — ook omdat deze lijst aan het geheel een zeker gezag geeft, welke het den zoölogen onmogelijk maakt dit boek stilzwijgend naast zich neer te leggen. Het is niet geheel duidelijk hoe HASS aan deze namen is gekomen. In zijn boek blijkt nergens dat hij wetenschappelijk heeft verzameld; waarschijnlijk ging hij dus geheel af op foto's en „veldkenmerken" en gebruikte daarbij het „Field Book" van BEEBE en van BREDER JR. als determinatiewerken (blz. 190). Ook de dierenarts J. W. M. DIEMONT, die hem op enkele tochten vergezelde, heeft hem aan enkele namen geholpen (blz. 60). Dr. VICTOR PIETSCHMANN, hoofd van de ichthyologische afdeeling van het Natuurhistorisch Museum in Weenen, wordt wel dank gebracht voor zijn hulp bij de voorbereidingen van de reis (blz. 188), maar bijstand bij het op naam brengen der dieren heeft hij niet verleend. HASS heeft destijds aan PIETSCHMANN medegedeeld, dat de visschen — naar zijn foto's — door den deskundige (J. T. NICHOLS?) van het Natuurhistorisch Museum in New York waren gedetermineerd; ook WILLIAM BEEBE ZOU hebben geholpen. Tevens schreef de heer PIETSCHMANN mij dat de tocht van HASS inderdaad geen wetenschappelijk materiaal had opgeleverd, hoewel hij vóór de afreis op verzamelen had aangedrongen. METZELAAR'S belangrijke publicatie over de visschen van onze West-Indische Eilanden >) wordt niet genoemd, ') J. METZELAAR, iJe^oy/ on
•' I
OVER DE NAMEN DER DIEREN IN HET BOEK VAN HANS HASS
183
zoodat het, met dit al, niet verwonderlijk is, dat HASS' lijstje, als klapper op den wetenschappelijken inhoud van zijn boek, weinig bevrediging schenkt. Dat ik zelf thans een poging durf wagen om, slechts afgaande op de gegevens in dit werk, in dit gemis eenigszins te voorzien, dank ik geheel aan de medewerking van Prof. dr. L. F. DE BEAUFORT, directeur van het Zoölogisch Museum te Amsterdam, die mij zijn uitgebreide kennis op ichthyologisch gebied met de grootste welwillendheid ter beschikking stelde. Een groot deel van de afgebeelde visschen kon hierdoor nog op naam worden gebracht, zonder dat ik mij geheel op HASS' determinaties behoefde te verlaten. De inlandsche namen waarnaar wordt verwezen, zijn bijna alle ontleend aan de publicaties van BOEKE ') en METZELAAR. Daar de taal van de bevolking der Nederlandsche Benedenwindsche Eilanden, het papiamentoe.geen vaststaande schrijfwijze kent,zijn deze inlandsche namen allereerst in phonetische spelling gegeven; daarnaast komen ook enkele andere schrijfwijzen voor, terwijl, tusschen haakjes, hier en daar de woorden zijn vermeld, waarvan de namen zijn afgeleid (sp. = Spaansch, eng. = Engelsch). Waar bijzonderheden werden gegeven, is dit door een sterretje aangeduid, terwijl de foto's, welke mij het belangrijkste of het meest geslaagd voorkwamen, op dezelfde wijze zijn gekenmerkt. Die u/tssenscAa/tfieAen Wsm«ti der t'm 7"e*< genatin^n FtscAe (p. 189) Ammenhai: Gt«g/ymo5/oma «Vra/wm Gmelin Balau: siehe Schwertfisch Barben: Familie MwMtrfae Barracuda: S^AyraeM» ftarracM^a Walbaum Blauhai: Prtonace g/awca Linné „Brustfisch": Pem£/iem mwWeW Poey Demoiselle: Stegastes cArysurws Cuvier u. Valenciennes Doktorfisch, blauer: /4can*Awi« caeyw/ews Bloch u. Schneider gelber: ^caniAwrws Ae/todes Barbour Dorade : wahrscheinlich Familie S^artrfae Drachenkopf: Familie Scor/>aentdae Einhornfisch: Familie Baftsiidae Hammerhai: S^Ayrna 2-ygaerca Linné Hai: verschiedene Arten in Curacao lebender grauer Haie, die nicht naher bestimmt werden konnten ') J. BOEKE, i?a£/>oW 6efre//e«de een i;ooWoo/>?g onderzoek naaf a*e« toestond van de FtsseAet-i; en de industrie t/an Zee£rodwc<en tn de KoJonte C«rapao, Tweede Gedeelte, xxxiv + 351 bladz., ill.; 1919.
184
P. WAGEN AAR HUMMELINCK
Hogfiscb: LacAno/atmtK maximus Walbaum Fliegende Fische: Familie Gauklerfisch: Familie Goldbarsch: Lw/iawws vit/anus Cuvier u. Valenciennes Graufisch: .Ky^Aosws sectafr»'.* Linné Igelfisch: DiodoM Ays/rtx Linné Judenfisch, schwarzer: Gorrw^a «igWfa Holbrook punktierter: Pcomicyops trfaiara Lichtenstein Kropfpapagei: Familie S^artsomtiae Königinnen(horn)fisch: Ba/istes t/e/uJa Linné Kofferfische: Familie Makrelen: Familie Murane: Gymwo/Aom* /w»eèm Ranzani Olitu: Familie H/>twe/>Ae/idae Papageienfisch: roter: S^amoma ait/Jne/>Ae/«5 s
Plaat IV
(blz.) (24) ^fcwie/iM/ sa*a/i7t's (L.), katabalie (verticaal gestreept) ; Ho/ocen/j-wm spec, kandeeltsjie (horizontaal gestreept) ; ^4M/OS
OVER DE NAMEN DER DIEREN IN HET BOEK VAN HANS HASS Plaat V
VII VIII XI
XII XIII XIV XV XVI XVII XVIII XIX XX XXI XXIII XXIV