Voortgangsrapportage 2013
Opsteller
Rev.
Goedgekeurd
Kirsten Veltmeijer
R00
Frank Machiels – Operations Manager
2|Pagina
Inhoud INLEIDING ............................................................................................................................................... 4 1_EMISSIE-INVENTARIS ........................................................................................................................ 5 ACTUALISATIE 2012................................................................................................................................ 5 Conversiefactor groene stroom uit biomassa................................................................................... 5 VOORTGANG: 2013 ................................................................................................................................ 7 Emissie-inventaris 2013 – Scope I en II ........................................................................................... 7 Scope III – Overige CO2-uitstoot ....................................................................................................12 2_4A1 KETENANALYSE 1: WOON-WERKVERKEER........................................................................15 2013....................................................................................................................................................15 Reductie CO2-uitstoot .....................................................................................................................15 3_4A1 KETENANALYSE 3: ZONNEPANELEN SCHUILHUISJES DE LIJN ......................................16 2013....................................................................................................................................................16 4_4B1 REDUCTIEDOELSTELLINGEN ................................................................................................18 Scope I en II ...................................................................................................................................18 MAATREGEL 1 - invoeren energieadvies ......................................................................................18 Update 2013 ...................................................................................................................................18 MAATREGEL 2 - bewustwording elektriciteitsverbruik ..................................................................19 Update 2013 ...................................................................................................................................20 Binnen deze reductiedoelstelling zijn er wel degelijk resultaten behaald, zie ook de kolom “status” in de hierboven staande tabel: 2 personenwagens voor zakelijk verkeer werden conform voornemen geschrapt.....................................................................................................................20 MAATREGEL 4 – beperking zakelijke vliegreizen .........................................................................21 Scope III .........................................................................................................................................21 MAATREGEL 5 - bewustwording type auto ...................................................................................21 MAATREGEL 6 – opzetten initiatief in de keten van de abri .........................................................21 MAATREGEL 7 – inventariseren fiets- en carpoolbeleid ...............................................................21 MAATREGEL 8 – opzetten initiatief in de keten energieleverancier en EPSiLON als afnemer ....21 CONCLUSIE ..........................................................................................................................................23 SCOPE I- EN II EMISSIES ........................................................................................................................23 SCOPE III: KETENANALYSE 1: WOON-WERKVERKEER...............................................................................24 SCOPE III: KETENANALYSE 3: ZONNEPANELEN SCHUILHUISJES DE LIJN ...................................................25 UITSTOOT VAN PROJECTEN BEHAALD MET GUNNINGVOORDEEL ...............................................................25 BIJLAGEN .............................................................................................................................................27
3|Pagina
Voortgangsrapportage 2013 Inleiding In dit dossier zijn de voortgangsrapportages met betrekking tot de emissie-inventaris en de 2 ketenanalyses van EPSiLON opgenomen. In het originele portfolio is 2010 vastgelegd als basisjaar. EPSiLON heeft eind 2011 haar niveau 4-certificering behaald, in maart 2013 mochten we het certificaat voor niveau 5 ontvangen. We vallen binnen de categorie “klein bedrijf”. Graag willen we benadrukken dat EPSiLON als bedrijf, zelfs voordat we kennis maakten met de CO2prestatieladder, zowel bewust als onbewust veel aandacht had voor maatschappelijk verantwoord ondernemen en dit waar mogelijk ook aan haar klanten trachtte over te brengen. De voortgangsrapportage is opgebouwd conform de volgorde van de hoofdstukken in het portfolio: § § § §
4A1 Emissie-inventaris; 4A1 Ketenanalyse 1: woon-werkverkeer; 4A1 Ketenanalyse 3: (nieuw) zonnepanelen schuilhuisjes De Lijn; 4B1 Reductiedoelstellingen.
Tenzij anders beschreven, zijn de andere hoofdstukken uit ons portfolio nog steeds van kracht.
4|Pagina
1_Emissie-inventaris Actualisatie 2012 Conversiefactor groene stroom uit biomassa In de laatste audit werd aangegeven dat er veel onduidelijkheid bestaat over de conversiefactor van groene stroom ontgonnen uit biomassa; de energieleverancier kan hier geen duidelijk antwoord op geven. Ook DNV kan ons niet verder helpen dan te verwijzen naar blz. 71 van het SKAO handboek. Hier valt te lezen dat de informatie van de leverancier kan worden gebruikt als deze een goedgekeurde methode gebruikt. Is dit niet het geval, dan moet de factor voor grijze stroom worden toegepast. Tot nu toe zijn we er vanuit gegaan dat de “worst case” factor voor groene stroom (categorie C, overige groene stroom verbruikt tot 1 juli 2011”) kon worden toegepast. Bovenstaande geeft echter aan dat dit niet het geval is. Dit heeft als gevolg dat we de resultaten van het voorgaande jaar, 2012, moeten corrigeren of actualiseren. De onderstaande 2 tabellen geven het geactualiseerde verbruik van de emissiebronnen voor 2012 evenals de CO2-uitstoot voor dezelfde referentieperiode. Verderop in deze rapportage worden er waar nodig vergelijkingen gemaakt met 2013 en/of, indien nodig, eerdere jaren.
2012 - corr Verhouding totale pand CO2-emissie Verbruik
Eenheid
Hoeveelheid
Conversiefactor
Eenheid
m³ kg
34.753 0
1.825 1.775
g CO2/ltr g CO2/ltr
liter
3.920
1.530
g CO2/ltr
liter
1.276
3.135
g CO2/ltr
liter
58.573
3.135
g CO2/ltr
kWh
0
455
g CO2/kWh
kWh
204.877
160,20
g CO2/kWh
kWh
141.441
80
g CO2/kWh
km km km
7.092 17.819 0
270 200 135
g CO2/ltr g CO2/ltr g CO2/ltr
Scope I - Directe CO2-emissies Scope I.1 - Aardgasverbruik huisvesting Scope I.2 a - Brandstofverbruik airco Scope I.2 a - Propaanverbruik Heftrucks en lasafdeling Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen overhead Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen aan projecten
Scope II - Indirecte CO2-emissies Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop grijs Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop groen (gemiddeld - water, wind, biomassa) Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik zonnepanelen Scope II.3 - Brandstofverbruik zakelijk verkeer vliegtuig < 700 km 700 - 2.500 km > 2.500 km Tabel 1: verbruik emissiebronnen 2012, gecorrigeerd
5|Pagina
2012 - corr Verhouding totale pand CO2-emissie Verbruik
Scope I - Directe CO2-emissies Scope I.1 - Aardgasverbruik huisvesting Scope I.2 a - Brandstofverbruik airco Scope I.2 a - Propaanverbruik Heftrucks en lasafdeling Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen overhead Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen aan projecten
Scope II - Indirecte CO2-emissies Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop grijs Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop groen (gemiddeld - water, wind, biomassa) Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik zonnepanelen Scope II.3 - Brandstofverbruik zakelijk verkeer vliegtuig < 700 km 700 - 2.500 km > 2.500 km
KANTOOR
PRODUCTIE
TOTAAL
10%
90%
203.863
102.802
kg CO2
kg CO2
kg CO2
Percentage
193.970
63.079
257.050
84%
6.342 0
57.082 nvt
63.424 0
21% 0%
nvt
5.998
5.998
2%
4.002
nvt
4.002
1%
183.626
nvt
183.626
60%
9.892
39.723
49.615
16%
nvt
nvt
0
0%
3.282
29.539
32.821
11%
1.132
10.184
11.315
4%
1.915 3.564 0
nvt nvt nvt
1.915 3.564 0
1% 1% 0%
306.665
Tabel 2: CO2-emissies EPSiLON 2012, gecorrigeerd
6|Pagina
Voortgang: 2013 Emissie-inventaris 2013 – Scope I en II In tabellen 3 en 4 vinden we het verbruik van de emissiebronnen voor 2013 evenals de CO2-uitstoot voor dezelfde referentieperiode.
2013 Verhouding totale pand CO2-emissie Verbruik
Eenheid
Hoeveelheid
Conversiefactor
Eenheid
m³ kg
40.948 0
1.825 1.775
g CO2/ltr g CO2/ltr
liter
2.224
1.530
g CO2/ltr
liter
1.276
3.135
g CO2/ltr
liter
56.703
3.135
g CO2/ltr
kWh
0
455
g CO2/kWh
kWh
200.703
160,20
g CO2/kWh
kWh
137.345
80
g CO2/kWh
km km km
7.299 9.076 0
270 200 135
g CO2/ltr g CO2/ltr g CO2/ltr
Scope I - Directe CO2-emissies Scope I.1 - Aardgasverbruik huisvesting Scope I.2 a - Brandstofverbruik airco Scope I.2 a - Propaanverbruik Heftrucks en lasafdeling Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen overhead Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen aan projecten
Scope II - Indirecte CO2-emissies Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop grijs Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop groen (gemiddeld - water, wind, biomassa) Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik zonnepanelen Scope II.3 - Brandstofverbruik zakelijk verkeer vliegtuig < 700 km 700 - 2.500 km > 2.500 km Tabel 2: verbruik emissiebronnen 2013
7|Pagina
2013 Verhouding totale pand CO2-emissie Verbruik
Scope I - Directe CO2-emissies Scope I.1 - Aardgasverbruik huisvesting Scope I.2 a - Brandstofverbruik airco Scope I.2 a - Propaanverbruik Heftrucks en lasafdeling Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen overhead Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen aan projecten
Scope II - Indirecte CO2-emissies Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop grijs Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop groen (gemiddeld - water, wind, biomassa) Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik zonnepanelen Scope II.3 - Brandstofverbruik zakelijk verkeer vliegtuig < 700 km 700 - 2.500 km > 2.500 km
KANTOOR
PRODUCTIE
TOTAAL
10%
90%
197.340
109.486
kg CO2
kg CO2
kg CO2
Percentage
189.240
70.660
259.900
85%
7.473 0
67.257 nvt
74.730 0
24% 0%
nvt
3.403
3.403
1%
4.002
nvt
4.002
1%
177.765
nvt
177.765
58%
8.100
38.826
46.926
15%
nvt
nvt
0
0%
3.215
28.937
32.153
10%
1.099
9.889
10.988
4%
1.971 1.815 0
nvt nvt nvt
1.971 1.815 0
1% 1% 0%
306.826
Tabel 4: CO2-emissies EPSiLON 2013
Vergelijking met voorgaande jaren De onderlinge verhoudingen tussen de scope I en scope II emissies zijn nagenoeg gelijk verdeeld gebleven in 2012 en 2013: Scope I 84% 85%
Periode 2012 2013
Scope II 16% 15%
CO2-uitstoot EPSiLON 2013 15%
Scope I - Directe CO2-emissies 85%
Scope II - Indirecte CO2-emissies
Figuur 1: Verdeling scope I en scope II emissies 2013
8|Pagina
Scope I §
Aardgasverbruik
Het aardgasverbruik in 2013 ligt met 40.948 m³ dik 17% hoger dan in 2012. In de voortgangsrapportage van 2013|Q1+Q2 kwam dit al duidelijk naar voren. Aangezien er intern geen wijzigingen zijn geweest wat betreft gebruik van verwarming en/of uitbreiding van systemen, valt de enige verklaring terug te vinden in het feit dat het in 2013, vooral in de eerste helft van het jaar, zeer lang zeer koud geweest is. Het warme najaar van 2013 (“geen winter”), heeft niet voldoende doorgewogen om een stijging van het aardgasverbruik teniet te doen. Controle op de website van het Koninklijk Meteorologisch Instituut (KMI) laat zien dat de gemiddelde jaartemperatuur in België een halve graad lag in 2013 in vergelijking met 2012, echter er zijn veel meer vorstdagen geweest: Gemiddelde Periode temperatuur Aantal vorstdagen Bron (°C) 2012 10,6° 37 http://www.meteo.be/meteo/view/nl/10275209-2012.html 2013 10,1° 58 http://www.meteo.be/meteo/view/nl/13812254-2013.html §
Dieselverbruik zakelijk verkeer – projecten
Normaal gesproken ligt de verdeling van projecten op ca. 1/3 voor de eerste helft van het jaar en 2/3 e voor de 2 helft van het jaar. In de vorige voortgangsrapportage zagen we al dat dit in de eerste helft van 2013 niet meer het geval was, er viel een toename van ruim 12% te bespeuren als gevolg van een stijging in het aantal buitendienstprojecten. Bekijken we nu echter de jaarcijfers dan zien we dat er toch een terugval te bespeuren valt t.o.v. het voorgaande jaar: Periode 2012 2013
Verbruik (l) 58.573 56.703
Uitstoot 183.626 177.765
Deze terugval is eenvoudig te verklaren door het feit dat het aantal projecten in de loop van 2013 afgenomen zijn. Niet alleen de huidige economische situatie zorgt ervoor dat projecten minder snel goedgekeurd worden, maar daarnaast lopen een aantal projecten bij de banken eenvoudigweg naar hun einde toe. Scope II §
Elektriciteitsverbruik
Het verbruik van aangekochte elektriciteit ligt in 2013 lager t.o.v. 2012. Toch zien we dat de effectieve CO2-uitstoot over diezelfde periode behoorlijk veel hoger ligt: Periode 2012 2013
Verbruik (kWh) 204.877 200.703
Uitstoot 5.777,53 32.152,62
9|Pagina
Dit komt omdat de herkomst van de groene stroom in 2012 volledig anders verdeeld werd dan in 2013 zoals te zien in het tabelletje hieronder. In combinatie met de conversiefactor resulteert dit in een veel hogere weegfactor voor 2013. Herkomst energie Water Wind Biomassa Gemiddelde weegfactor
Aandeel in totaal – 2012 95% 2% 3% 28,20
Aandeel in totaal – 2013 62% 5% 33% 160,20
Conversiefactor 15 15 455
De meetresultaten van ons stroomverbruik geven duidelijk aan het elektriciteitsverbruik wel degelijk gedaald is. Aangezien dit verschil in weegfactor zo’n vertekend beeld geeft, wordt er voor 2012, om een correcte vergelijking te kunnen maken, ook gewerkt met de gemiddelde weegfactor van 2013. Hieruit blijkt, net als bij het verbruik, dat de uitstoot met bijna 3% gedaald is. Maken we de vergelijking met ons basisjaar 2010, dan is het stroomverbruik sowieso ook nu weer gedaald. In 2010 kochten we nog grijze stroom in (veel hogere conversiefactor). Daarnaast werd het bedrijfsgebouw pas in het najaar van 2010 van zonnepanelen voorzien, deze gaven dus ook nog geen optimaal rendement op dat moment. e
De zonnepanelen lijken voor het 3 jaar op rij minder opbrengst te hebben gegenereerd. Als gevolg daarvan is ook ons elektriciteitsverbruik op de zonnepanelen gedaald. Aangezien de panelen steeds rond dezelfde periode worden gereinigd en er ook nergens uitval is opgetreden, kan deze verklaring enkel gezocht worden in het aantal zonuren per dag. De panelen genereren weliswaar ook elektriciteit als de zon niet schijnt (“lichtpaneel” is eigenlijk een betere omschrijving dan zonnepaneel) maar uiteraard liggen deze opbrengsten verhoudingsgewijs lager dan bij heldere dagen met veel zon. Om deze veronderstelling te staven controleren we op de website van het KMI, waar we inderdaad bevestigd zien dat 2011 een zeer zonnig jaar was in vergelijking met 2012 en 2013: Periode Aantal zonuren Bron 2011 1.781,9 u http://www.meteo.be/meteo/view/nl/7609555-2011.html 2012 1.529 u http://www.meteo.be/meteo/view/nl/10275209-2012.html 2013 1.510 u http://www.meteo.be/meteo/view/nl/13812254-2013.html
Verbruik zonnepanelen per jaar 160.000 155.000 150.000 kWh
145.000 140.000 135.000 2011
2012
2013
Figuur 2: Verbruik zonnepalen per jaar (kWh)
10 | P a g i n a
Opbrengst zonnepalen per jaar 350.000 345.000 340.000 335.000 330.000
kWh
325.000 320.000 315.000 310.000 2011
2012
2013
Figuur 3: Opbrengst zonnepalen per jaar (kWh)
Aantal zonuren per jaar 1.800 1.750 1.700 1.650 Uren zon
1.600 1.550 1.500 1.450 2011
2012
2013
Figuur 4: Aantal uren zon per jaar §
Zakelijke verplaatsingen
We hebben na de eerste analyses voor de CO2-prestatieladder ons duidelijk als doel gesteld om onze uitstoot wat betreft het aantal vliegreizen te verminderen: indien mogelijk wordt er gebruik gemaakt van auto en trein. Blijkt dit te zorgen voor onnodige lange reistijden en/of is een verplaatsing per vliegtuig onvermijdelijk, dan wordt voor deze laatst optie gekozen. Ook wordt er rekening gehouden met ticketprijzen. Het resultaat van deze beslissing is duidelijk zichtbaar. Werden er in 2012 nog 24.911 kilometers per vliegtuig afgelegd, hetgeen resulteerde in een uitstoot van 5.479 kg CO2, dan zien we dat dit in 2013 nog maar 16.375 km waren met een uitstoot van 3.786 kg CO2. Zoals steeds werden de afgelegde afstanden per vliegtuig berekend via de Great Circle Mapper (www.gcmap.com), gebaseerd op de IATA-codes van de vliegvelden.
11 | P a g i n a
Totale uitstoot scope I en scope II – 2013 vs. 2012 Rekening houdende met de verdeling van herkomst van groene stroom in 2012 en 2013, ligt de totale uitstoot aan CO2 in 2013 ca. 10% hoger dan in het voorgaande jaar. Hierbij is enkel het aardgasverbruik van de huisvesting (fabriekspand en kantoren) binnen scope I toegenomen. Zoals eerder aangegeven is deze toename te wijten aan de weersomstandigheden (meer vorstdagen en minder uren zon) in het afgelopen jaar. Jaar 2012 2013
Uitstoot (kg) 278.669 306.826
Vergelijking t.o.v. basisjaar 2010 De onderstaande figuur geeft de totale uitstoot van 2010 tot en met 2013 weer. Hieruit is een duidelijke daling van de totale emissies ten opzicht van het referentiejaar zichtbaar.
CO2-uitstoot 2010 t/m 2013 365.000 355.000 345.000 335.000 325.000 Uitstoot
315.000 305.000 295.000 285.000 275.000 2010
2011
2012
2013
Figuur 5: CO2-uitstoot 2010 t/m 2013 Scope III – Overige CO2-uitstoot Zakelijk treinverkeer Het zakelijk treinverkeer is in 2012 en de eerste helft van 2013 in stijgende lijn gegaan, hoofdzakelijk o.w.v. locatiebezoeken van stations voor een project voor de Belgische spoorwegen. De verwachting was dat de stijging zich zou blijven verderzetten. Dit project is, o.w.v. interne redenen bij de klant, voorlopig echter op een laag pitje gezet, hetgeen zich ook resulteert in een daling van de treinreizen. De totale uitstoot in 2012 bedroeg 841 kg, goed voor 13.980 km aan verplaatsingen per spoor in zowel binnen- als buitenland. In 2013 is dit teruggevallen tot 575 kg CO2 of 9.788 km. Om het juiste aantal afgelegde kilometers te behalen is er steeds contact opgenomen met de nodige instanties en/of gebruik gemaakt van de website http://nl.afstand.org/.
12 | P a g i n a
TREIN 2013 km enkele reis 17-1-2013 Bxl Zuid-Parijs 314 17-1-2013 Parijs-Bxl Zuid 314 31-1-2013 Hasselt-Doornik 172 31-1-2013 Doornik-Ath 30 31-1-2013 Ath-Enghien 23 31-1-2013 Enghien-Hasselt 119 19-3-2013 Hasselt-Bxl Zuid 87 19-3-2013 Bxl Zuid-Londen 371 19-3-2013 Londen-Parijs 492 20-3-2013 Parijs-Bxl Zuid 314 20-3-2013 Bxl Zuid-Hasselt 87 7-5-2013 Weert - R'dam C 136 7-5-2013 R'dam C - Weert 136 27-5-2013 Weert-Hoevelaken 135 27-5-2013 Hoevelaken-Weert 135 3-6-2013 Hasselt-Bxl Zuid 87 3-6-2013 Bxl Zuid-Hasselt 87 7-6-2013 Hasselt-Gent 137 7-6-2013 Gent-Hasselt 137 25-6-2013 Hasselt-Bxl Zuid 87 25-6-2013 Bxl Zuid-Londen 371 25-6-2013 Londen-Bxl Zuid 371 25-6-2013 Bxl Zuid-Hasselt 87 5-7-2013 Hasselt-Bxl Zuid 87 5-7-2013 Bxl Zuid-Hasselt 87 24-10-2013 Weert-Rijswijk 179 24-10-2013 Rijswijk-Weert 179 TOTAAL 4.760 Tabel 6: totale CO2-uitstoot scope III - zakelijk treinverkeer 2013 Datum
Bestemming
aantal medewerkers 3 3 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 2 1 1
km totaal 941 941 344 60 46 238 174 742 984 627 174 272 272 270 270 174 174 274 274 174 742 742 174 174 174 179 179 9.788
conversiefactor 0,060 0,060 0,055 0,100 0,100 0,055 0,055 0,060 0,060 0,060 0,055 0,055 0,055 0,055 0,055 0,055 0,055 0,055 0,055 0,055 0,060 0,060 0,055 0,055 0,055 0,065 0,065
kg CO2 56 56 19 6 5 13 10 45 59 38 10 15 15 15 15 10 10 15 15 10 45 45 10 10 10 12 12 575
Papierverbruik Het papierverbruik wordt bijgehouden via de tellerstanden op de printers. Het lijkt echter niet mogelijk om een eenduidig antwoord te krijgen op de vraag naar de juiste uitstoot van de printers. Er is dan ook beslist om met enige regelmaat aandacht te besteden aan bewustwording bij de collega’s. De nadruk hierbij ligt op het stellen van de vraag “is het printen wel echt nodig?”. Zo ja, dan dient er zoveel mogelijk te worden gekozen voor dubbelzijdige prints in zwart-wit. Daarnaast dient men zich de vraag te stellen of een selectie van het document volstaat of dat alle pagina’s moeten worden uitgeprint. Woon-werkverkeer Het woon-werkverkeer is gedetailleerd bekeken in de ketenanalyse. De voortgang van deze ketenanalyse is opgenomen in hoofdstuk 2 van deze voortgangsrapportage, vanaf pag. 14.
13 | P a g i n a
Afval EPSiLON heeft altijd veel aandacht besteed aan afvalmanagement, dit zowel in huis als in de keten naar de klanten toe door de manier van verpakken van de producten. Aangezien dit een uitgekiend en goed werkend systeem is, is hier niets aan veranderd ten opzichte van de voorgaande jaren. Diversen e
Zoals in de voorgaande voortgangsrapportage aangegeven, beschouwen wij onze 2 ketenanalyse (Abri Zuid-Holland met Luxor LED) als afgesloten. Er is besloten om een nieuwe ketenanalyse op te starten, hier vindt u meer informatie over terug in hoofdstuk 3 van deze rapportage.
14 | P a g i n a
2_4A1 Ketenanalyse 1: woon-werkverkeer 2013 Het personeelsbestand eind 2013 bedroeg 51 werknemers. Het aantal personen dat de afgelegde kilometers woon-werkverkeer en de bijbehorende CO2-uitstoot vertegenwoordigd, bestaat uit 47 personen exclusief directie. § §
directie (2 personen) + 1 commerciële medewerker over een bedrijfswagen, de uitstoot hiervan is opgenomen in scope I van de emissie-inventaris voor deze periode; 1 werknemer carpoolt;
De totale afstand aan woon-werkverkeer bedraagt 312.703 km, goed voor 42.675 kg aan CO2. Diverse werknemers komen regelmatig met de fiets naar het werk. In bovenstaande getallen is rekening gehouden met het ‘vermeden’ aantal kilometers en kg CO2-uitstoot voor de dagen dat deze werknemers op de fiets naar Bree gekomen zijn. Dit is goed voor een vermeden CO2-uitstoot van 4.372 kg (10% meer). Alhoewel het aantal werknemers op einddatum 2012 en 2013 gelijk ligt, is het aantal afgelegde kilometers toch met ca. 11% gestegen. Verklaringen hiervoor kunnen gevonden worden in: § § §
wijzigingen van het personeelsbestand bepaalde periodes in het jaar; eventuele ‘huidige’ werknemers zijn verhuisd en wonen verder weg waardoor de woonwerkafstand langer is; eventuele nieuwe werknemers wonen wat verder weg dan andere werknemers die afscheid genomen hebben van EPSiLON.
§ De stijging in het aantal afgelegde kilometers woon-werkverkeer heeft slechts een verwaarloosbare stijging (< 1%) in CO2-uitstoot tot gevolg. Woon-werkverkeer 2010 2011 2012 2013
Km 256,361 263,389 279,253 312,703
Uitstoot 43,948 43,745 42,648 42,675
Reductie CO2-uitstoot Ondanks het gestegen aantal afgelegde kilometers blijft de reductiedoelstelling om de CO2-uitstoot binnen deze keten tegen eind 2014 met 2% terug te dringen, bereikt (net geen 3% t.o.v. referentiejaar 2010). Net als in de voorgaande voorgangsrapportages benadrukken we dat EPSiLON slechts een informerende en motiverende rol heeft in de keten van het woon-werkverkeer. Definitieve besluiten en daardoor ook indirect de gevolgen m.b.t. de uitstoot, zijn uiteindelijk afhankelijk van de werknemers en kunnen dus ook weer stijgen. Uiteraard blijven we trachten om hier toch een (al dan niet onbewuste) rol in te spelen.
15 | P a g i n a
Initiatieven In de parochieraad van april 2013 is er gesproken over het stimuleren van fietsen naar het werk en beslist dat er eens zou worden gepolst naar de mening van werknemers. Om dit ook extra te visualiseren naar werknemers toe, hebben we ervoor gekozen om in de aanloop naar de zomervakantie wat posters op te hangen op de informatieborden in de productiehal en op kantoor. Op deze manier bieden we de mensen de gelegenheid om eventueel meer informatie te vragen aan de personeelsverantwoordelijke en zetten we hen aan tot het al dan niet in overweging nemen om met de fiets te komen. In bijlage 2 zijn voorbeelden van deze posters terug te vinden. Inmiddels zijn er 6 personen die regelmatig met de fiets naar Bree komen!
3_4A1 Ketenanalyse 3: Zonnepanelen schuilhuisjes De Lijn 2013 In de vorige rapportage werd aangegeven dat we de ketenanalyse “Abri Zuid-Holland met Luxor LED” als afgesloten beschouwen. Er is immers niet meer voldoende vernieuwende informatie beschikbaar om nog verder te gaan in deze keten en/of om hier reductie in te bewerkstelligen. Een nieuwe ketenanalyse wordt opgestart. Zoals reeds eerder beschreven, produceert en plaatst 1 2 EPSiLON reeds 2 generaties schuilhuisjes van de Vlaamse Vervoersmaatschappij De Lijn . De laatste generatie schuilhuisjes (generatie 2008) is voorzien van een zonnepaneel op het dak en energiezuinige LED-verlichting die enerzijds het uurroosterpaneel aanlicht en anderzijds functioneert als veiligheidsverlichting. De voorgaande generatie(s) schuilhuisjes, zowel van EPSiLON als haar voorgangers, zijn echter nog voorzien van TL-verlichting. Deze schuilhuisjes dienen door de gemeentes op het openbare verlichtingsnet te worden aangesloten. Uiteraard brengt dit kosten met zich mee: zowel de (eenmalige) kost voor aansluiting op het elektriciteitsnet alsook de effectieve verbruikskosten. VVM De Lijn heeft echter gezien dat de zonnepanelen op de huidige generatie schuilhuisjes (generatie 2008) zeer goed en naar ieders tevredenheid functioneren. De gemeentes lijken echter minder en minder bereid om de kosten voor het verbruik te dragen en sluiten in sommige gevallen de schuilhuisjes zelfs niet aan. Om hier iets aan te doen heeft VVM De Lijn de aanbesteding “Leveren en plaatsen van zonnepanelen en LED-verlichting op bestaande schuilhuisjes van De Lijn” uitgeschreven. EPSiLON, sinds 2001 “huisleverancier” voor de schuilhuisjes van De Lijn heeft uiteraard deelgenomen aan deze aanbesteding en deze ook gewonnen.
1 2
Schuilhuisje of abri. Hierna ook “VVM De Lijn” of ook “De Lijn” genoemd.
16 | P a g i n a
Voorjaar 2013 zijn we begonnen aan de roll out. Dit omvatte volgende werkzaamheden: § §
huidige TL-verlichting in het schuilhuisje vervangen door energiezuinige LED-verlichting;’ plaatsen van een zonnepaneel op het dak van het schuilhuisje, waardoor het schuilhuisje volledig autonoom functioneert.
Winst in de keten Allereerst biedt een autonoom functionerend schuilhuisje winst voor de gemeentes als we kijken naar elektriciteitskosten. Daarnaast genereert een autonoom functionerend schuilhuisje met energiezuinige LED-verlichting zo goed als geen CO2! In wat volgt bekijken we de hoeveelheid vermeden CO2-uitstoot. Gegevens: §
verbruik schuilhuisjes Type verlichting TL buislamp LED
§
Verbruik (W) 22W 4W
branduren
In het overgrote deel van de gevallen zijn de schuilhuisjes aangesloten op de straatverlichting en branden ze dus niet de hele nacht. Het exacte aantal branduren kan per gemeente nog variëren. Omdat dit een té grote onbekende factor is, baseren we ons op de branduren van het systeem met zonnepaneel om een vergelijking te kunnen maken. Het systeem van het zonnepaneel is zo opgebouwd dat het het midden van de nacht “meet”. De geïntegreerde sturing zorgt ervoor dat de verlichting brandt op volgende tijdstippen: o o
van zonsondergang tot het midden van de nacht min 1 uur; van het midden van de nacht plus 4 uur tot zonsopgang.
zonsopgang en zonsondergang verschilt minimaal per dag al naargelang het jaargetijde. Daarnaast verschilt dit ook nog eens van gemeente tot gemeente. Om het midden van de nacht te kunnen 3 berekenen, kijken we dan ook naar de waarden die de Koninklijke Sterrenwacht van België opgeeft voor Ukkel (waar zowel de Sterrenwacht als het KMI gelegen zijn) voor de kortste en de langste nacht van het jaar, respectievelijk 21 juni en 21 december.
3
Datum
Zonsopgang
21 juni 2013 21 december 2013
05u29 08u42
Zonsondergang 22u00 16u39
Midden van de nacht 01u45 00u41
Aantal branduren verlichting 2u 45 min 12u
www.astro.oma.be
17 | P a g i n a
Uit bovenstaande gegevens kunnen we een gemiddeld aantal branduren afleiden, zijnde 7 uur en 27.5 minuten (we ronden dit af naar 7 uur en 27 minuten of 7,45 uur). §
conversiefactoren
Aangezien we niet weten of de gemeentes groene dan wel grijze stroom inkopen, gaan we uit van de “worst case” conversiefactor zijnde die voor grijze stroom: 455. Een schuilhuisje met TL-verlichting, aangesloten op het openbare verlichtingsnet verbruikt 22W/branduur en veroorzaakt op die manier een CO2-uitstoot van 10 kg per branduur of 74.50 kg per dag. De schuilhuisjes met LED-verlichting en zonnepaneel functioneren autonoom. Aangezien er geen stroom dient te worden ingekocht, bedragen zowel de conversiefactor als de CO2-uitstoot 0. Eind 2013 waren er 1.103 schuilhuisjes generatie 2001 ‘omgebouwd’ tot schuilhuisjes met zonnepaneel en energiezuinige LED verlichting. Dit is goed voor een vermeden CO2-uitstoot van 11.041 kg CO2 per branduur of 82.173,50 kg per dag in heel Vlaanderen. Dit project wordt in 2014 verdergezet.
4_4B1 Reductiedoelstellingen Aan de hand van de reductiedoelstellingen in scope I, II en III zijn er in het portfolio van referentiejaar 2010 een aantal maatregelen vastgelegd die we vervolgens hebben aangepast naar meer realistische doelstellingen in de voortgangsrapportage van 2012. Niettegenstaande het feit dat we bewustwording onder het personeel als zeer belangrijk beschouwen, kunnen we weinig tot geen invloed uitoefenen op het eindresultaat een doelstelling als reductie van uitstoot in de ketenanalyse van het woon-werkverkeer. We kiezen er dan ook voor om bewust te focussen op meer realistische doelstellingen met hanteerbare maatregelen voor scope I en scope II. Scope III blijft een aandachtspunt voor bewustwording. Scope I en II MAATREGEL 1 - invoeren energieadvies WeThink heeft op diverse tijdstippen en dagen in week 15-2012 metingen gedaan om het huidige energieverbruik van EPSiLON te analyseren. Het rapport van deze analyse was bijgevoegd in bijlage 4 van de voortgangsrapportage over 2012 | Q1+Q2. De actiepunten die zijn voorgesteld in dit analyserapport vereisen verder onderzoek zodat we duidelijk kunnen aangeven met welke actiepunten we wel of niet verder willen gaan. Vermits er wat tijd nodig zal zijn om eventuele aanpassingen te implementeren en vervolgens zichtbare resultaten hieruit af te kunnen leiden, willen we hier voldoende tijd voor nemen. § § §
verantwoordelijke: Frank Machiels; deadline: eind 2014; doelstelling CO2-reductie: minimaal 1% reductie op elektraverbruik tegen eind 2014.
Update 2013 Momenteel geen verdere stappen ondernomen. Wel wordt er momenteel onderzoek gedaan naar de kosten en installatie van snellooppoorten. Daarnaast wordt er bekeken of het zinvol is om screens te plaatsen bij de kantoren: deze houden de warmte ’s zomers en de koude ’s winters buiten zodat respectievelijk de airco en de verwarming minder moeten worden gebruikt, zeker na het weekend als alles zo goed als heeft stilgelegen.
18 | P a g i n a
MAATREGEL 2 - bewustwording elektriciteitsverbruik In de parochieraad wordt op regelmatige basis aangegeven om de werknemers zoveel mogelijk te informeren wat betreft energieverbruik. Dit betreft ‘kleine’ dingen zoals geen lichten of machines onnodig laten branden, deuren sluiten zodat er geen kou naar binnen en warmte naar buiten kan, etc. Door middel van de wissellijstjes in de hal wordt hier ook op gewezen. § § §
verantwoordelijke: Frank Machiels en Kirsten Veltmeijer; deadline: geen deadline, blijft constant aandachtspunt; doelstelling CO2-reductie: niet vast te stellen, constant aandachtspunt om bewustwording onder de werknemers te doen ontstaan.
Update 2013 Het is niet mogelijk om meetbare resultaten aan deze doelstelling te verbinden. We blijven op regelmatige basis tijdens overlegmomenten (o.a. parochieraad) de mensen hier op wijzen. Daarnaast worden de postertjes in de productiehal regelmatig vervangen om voldoende aandacht te blijven trekken. MAATREGEL 3 - opstellen wagenparkbeleid In Q2 is er reeds een inventarisatie van het wagenpark gedaan. Dit bleek nog relatief jong te zijn, 60% van de wagens is van 2009 of zelfs jonger. Gezien de wagens op 5 jaar tijd worden afgeschreven, zal het merendeel pas ten vroegste in 2014 vervangen worden. Verder zijn volgende acties ondernomen of ingepland: § § §
§
personenwagen 1 zal uiterlijk Q2 van 2013 worden vervangen door een wagen met minder uitstoot; personenwagen 2 was weliswaar nog niet oud, maar is per 1 november 2012 toch vervangen door een wagen met een lagere CO2-uitstoot: van 0,184 kg/km naar 0,179 kg/km; bedoeling is dat personenwagens 4 en 6 worden uiterlijk eind 2013 geschrapt of, afhankelijk van de projecten die op dat moment spelen, vervangen door een wagen met een lagere uitstoot; personenwagen 7 zal uiterlijk eind 2014 worden geschrapt en indien nodig worden vervangen door een nieuwe wagen met minder uitstoot.
Zoals reeds in de vorige voortgangsrapportage aangegeven zijn er bij de garage offertes opgevraagd om al eens te kijken naar milieuzuinigere alternatieven voor de bestelwagens, echter, gezien de snelle wijzigingen die er in de specificaties van de wagens gebeuren, heeft het momenteel weinig zin om op dit moment reeds te beslissen door welke wagens ze moeten worden vervangen.
19 | P a g i n a
Auto
Bouwjaar
CO2-uitstoot
Opmerkingen
STATUS – EIND 2013
Personenwagen 1
2004
0.231
Vervangen uiterlijk 2013 | Q2
Personenwagen 2
2009
0.184
Q4_2012 vervangen door wagen met minder uitstoot
Vervangen per 20/02/2013: van 0.231 kg CO2/km naar 0.147 kg CO2/km
Personenwagen 3
2010
0.155
Personenwagen 4
2006
0.224
Personenwagen 5
2001
0.142
Personenwagen 6
2000
0.172
Personenwagen 7
2005
0.155
Bestelwagen klein 1 Bestelwagen klein 2
2009 2009
0.129 0.129
Bestelwagen groot 1
2009
0.132
Schrappen/vervangen uiterlijk eind 2013 Geschrapt per 1/3/2012 Schrappen/vervangen uiterlijk eind 2013 Schrappen/vervangen uiterlijk eind 2014
Geschrapt per 23/12/2013
Geschrapt per 23/12/2013
Vervangen door nieuwe bestelwagen
Bestelwagen groot 2 2009 0.132 Bestelwagen groot 3 2010 0.130 Bestelwagen groot 4 2010 0.130 Vrachtwagen 2003 Onbekend Onbekend – Euro 4 Kraanwagen 2010 Onbekend Onbekend – Euro 5 Tabel 7: inventaris wagenpark + status m.b.t. doelstellingen § § §
verantwoordelijke: Frank Machiels en Kirsten Veltmeijer; deadline: gesplitst – zie hierboven; doelstelling CO2-reductie: minimaal 10% reductie tegen eind 2013, bijkomend minimaal 5% reductie tegen eind 2014.
Update 2013 Binnen deze reductiedoelstelling zijn er wel degelijk resultaten behaald, zie ook de kolom “status” in de hierboven staande tabel: 2 personenwagens voor zakelijk verkeer werden conform voornemen geschrapt. Deze wagens waren samen goed voor een uitstoot van 12.153 kg CO2 oftewel 6,84% van de totale uitstoot over 2014. Beide directiewagens werden vervangen door een zuinigere en CO2-vriendelijkere versie. Aantal het juiste aantal kilometers dat jaarlijks met deze wagens wordt afgelegd, niet gekend is, kunnen we helaas geen goede vergelijking maken tussen de CO2-uitstoot van de voorgaande en meer vervuilende wagens t.o.v. de huidige wagen. Tenslotte werd ook 1 van de 4 grote bestelwagens vervangen. Dit stond aanvankelijk niet op de planning, echter, (te) dure herstellingen maakten een vervanging noodzakelijk. In combinatie met de totale gedaalde uitstoot t.o.v. de voorgaande jaren (177.765 kg in 2013 t.o.v. 183.626 kg in 2012, oftewel een daling van 3.19%) beschouwen wij deze reductiedoelstelling als geslaagd.
20 | P a g i n a
MAATREGEL 4 – beperking zakelijke vliegreizen De zakelijke vliegreizen worden waar mogelijk vervangen door een verplaatsing per trein of een combinatie van vliegtuig en trein. Ook wordt er gekeken naar de keuze van het vliegveld om het aantal kilometers voorafgaan aan de reis, beperkt te houden. Dit alles rekening houdende met beschikbare reistijden en ticketprijzen. Daarnaast zal er zeer kritisch gekeken worden hoeveel personen er effectief mee op verplaatsing moeten en eveneens of de verplaatsing waar nodig kan worden vervangen door een conference call. § § §
verantwoordelijke: Frank Machiels en Kirsten Veltmeijer; deadline: doorlopend; doelstelling CO2-reductie: minimaal 2% reductie tegen eind 2013, bijkomend minimaal 2% reductie tegen eind 2014.
Update 2013 Zoals aangegeven in de voortgangsrapportage over de eerste 6 maanden van 2013, ziet het er naar uit dat we de reductiedoelstelling ruimschoots zullen halen: Periode 2011 2012 2013
Uitstoot (kg) 4.028 5.963 3.786
We stellen een afname met 6% vast t.o.v. 2011 en een afname van maar liefst 35,50% in 2013! Voor 2014 doen we er alles aan om deze reductie nogmaals met minimaal 3% te doen toenemen. Scope III MAATREGEL 5 - bewustwording type auto Meer informatie m.b.t. deze maatregel is terug te vinden in hoofdstuk 2 (Ketenanalyse woonwerkverkeer) vanaf pagina 14 van deze voortgangsrapportage. MAATREGEL 6 – opzetten initiatief in de keten van de abri Aanvankelijk hadden we een eerste ketenanalyse Abri Zuid-Holland met Luxor LED. Na afsluiting van deze analyse zijn we een nieuwe ketenanalyse gestart, het uitrusten van bestaande schuilhuisjes van De Lijn met energiezuinige LED-verlichting en een zonnepaneel. Meer informatie hierover is terug te vinden vanaf pag. 15. MAATREGEL 7 – inventariseren fiets- en carpoolbeleid Meer informatie m.b.t. deze maatregel is terug te vinden in hoofdstuk 2 (Ketenanalyse woonwerkverkeer) vanaf pagina 14 van deze voortgangsrapportage. MAATREGEL 8 – opzetten initiatief in de keten energieleverancier en EPSiLON als afnemer Ondanks dat we reeds behoorlijk veel uitstoot besparen door de zonnepaneleninstallatie, vinden we dat het verbruik van de aangekochte energie nogmaals kritisch mag worden bekeken.
21 | P a g i n a
Energieleverancier Eni (voorheen Nuon) geeft op haar facturen aan dat zij klanten kunnen helpen om 100% CO2-neutraal te ondernemen middels de Eni Carbonscan: zie pag. 5 van bijlage 6. Meer informatie hierover is terug te vinden op hun website: http://retail.be.eni.com/ContentPage.aspx?id=3083. Graag gaan we in Q1+Q2 van 2013 een gesprek met hen aan om te kijken of zij ons nog op een waardevolle manier kunnen helpen in de reductie van onze CO2-uitstoot. § § §
verantwoordelijke: Frank Machiels en Kirsten Veltmeijer; deadline: 2013 | Q1+Q2 voor onderzoek naar mogelijkheden, 2014 | Q1+Q2 voor uitvoering indien zinvol ; doelstelling CO2-reductie: 1% reductie tegen eind 2014.
Update 2013 Omwille van diverse nieuwe projecten (offerte- en onderhandelingsfases, (nog?) geen productie) en investeringen is dit initiatief noodgedwongen naar de achtergrond geschoven met de bedoeling het in 2014 weer op te nemen.
22 | P a g i n a
Conclusie Scope I- en II emissies Als we de relatieve uitstoot bekijken per 1 miljoen euro omzet, dan geeft dit volgende resultaten: 2009
2010 (basisjaar) 11.200.000
2011
2012
2013
Totale omzet (EUR) 10.400.000 14.000.000 14.000.000 11.200.000 Totale uitstoot 209.103 357.856 337.281 278.669 306.826 (kg CO2) Uitstoot t.o.v. 1 mio 20.146 32.054 24.106 20.103 26.479 EUR omzet (kg CO2) Tabel 6: vergelijking totale uitstoot t.o.v. relatieve uitstoot per 1 miljoen euro omzet, scope I en scope II emissies Er is een duidelijke stijging in uitstoot waar te nemen tussen 2009 en het in het portfolio als basisjaar gekozen 2010. Dit komt omdat in 2009 de scope II-emissies nog niet waren opgenomen; hoe meer parameters er worden geanalyseerd, hoe correcter het rapport. Tussen 2010 en 2011 zie we vervolgens dat omzet met 25% is toegenomen, echter, de relatieve uitstoot is met bijna 25% gedaald van 32.054 kg naar 24.106 kg. Deze daling valt te verklaren doordat de zonnepanelen een volledig jaar in gebruik zijn geweest, daar waar ze in 2010 pas in maart in gebruik zijn genomen en dus ook maar 10 maanden vertegenwoordigen. Daarnaast vertegenwoordigt de benchmark van 1.000.000 EUR omzet een kleiner percentage van de totale omzet van dat jaar, wat automatisch inhoudt dat de relatieve uitstoot ook lager ligt. Ondanks dat de allereerste audit pas eind 2011 heeft plaatsgevonden en dat we in dat jaar dus ook geen concrete inspanningen m.b.t. reductie hebben verricht is dit een mooi resultaat. In 2012 heeft deze daling zich verder gezet met vervolgens weer een stijging van uitstoot in 2013. Aangezien op alle vlakken een daling konden bespeuren behalve wat het aardgasverbruik betreft, kunnen we deze stijging in CO2-uitstoot enkel wijten aan de weersomstandigheden. Desalniettemin blijft onze doelstelling om 10% minder uitstoot t.o.v. basisjaar 2010 te realiseren tegen 2014 ruimschoots behaald: er valt een daling waar te nemen van 17%.
23 | P a g i n a
CO2-uitstoot/1 mio EUR omzet 35.000 30.000 25.000 20.000
CO2-uitstoot/1 mio EUR omzet
15.000 10.000 5.000 0 2009
2010
2011
2012
2013
Figuur 5: Relatieve CO2-uitstoot per 1 miljoen EUR omzet
Scope III: ketenanalyse 1: woon-werkverkeer De CO2-uitstoot m.b.t. de ketenanalyse van het woon-werkverkeer ziet er als volgt uit: 2009
2010 (basisjaar)
2011
CO2-uitstoot woonNVT 43.948 43.745 werkverkeer (kg) Tabel 7: emissies m.b.t. scope III – ketenanalyse woon-werkverkeer
2012
2013
42.648
42.675
De uitstootwaarde van het woon-werkverkeer in 2013 ligt lichtjes hoger dan in 2012. Deze stijging is echter verwaarloosbaar te noemen (< 1%). De gewijzigde cijfers vallen ook nu weer te verklaren door wijzigingen in het personeelsbestand (verhuizing, anders auto, eventuele nieuwe werknemers wonen mogelijk wat verder weg dan andere werknemers die niet langer bij EPSiLON werken,…). Inmiddels is het aantal personen dat op regelmatige basis met de fiets naar EPSiLON komt, gestegen tot 6 mensen. Uitspraken doen over de voortgang van de keten in 2014 is niet mogelijk; we hebben immers geen zicht op eventuele wijzigingen in het personeelsbestand. Informeren blijft onze belangrijkste rol binnen deze keten.
24 | P a g i n a
Scope III: ketenanalyse 3: Zonnepanelen schuilhuisjes De Lijn Er is een nieuwe ketenanalyse opgestart: zonnepanelen (in combinatie met energiezuinige LEDverlichting) op de schuilhuisjes van Vlaamse Vervoersmaatschappij De Lijn. De schuilhuisjes generatie 2001 werden uitgerust met TL-verlichting en aangesloten op het openbare verlichtingsnet. Door deze verlichting te vervangen door energiezuinige LED-verlichting en door een zonnepaneel op het dak te installeren, worden deze schuilhuisjes autonoom. Er zijn momenteel reeds 1.103 schuilhuisjes “vervangen”, goed voor een daling van 82.174 kg aan CO2-uitstoot per dag in Vlaanderen. Zoals aangegeven in de ketenanalyse is deze berekening enigszins genuanceerd: vermits het exacte aantal branduren per dag en per gemeente niet gekend is, zijn we vertrokken van de uren waarop een schuilhuisje met zonnepaneel functioneert. Dit verschilt weer op basis van het aantal donkere uren per dag, hetgeen hoger ligt in de winterperiode dan in de zomerperiode. De vermeden CO2-uitstoot is dan ook gebaseerd op gemiddelde waardes.
Uitstoot van projecten behaald met gunningvoordeel Er is 1 project dat we met gunningvoordeel van de CO2-prestatieladder behaald hebben: Productie en levering van stationsmeubilair van ProRail, tranche I. In 2013 vertegenwoordigde dit project een gerealiseerde omzet van 2.410.000 EUR of 21,50% van de totale bedrijfsomzet. 14,41% van de zakelijke treinreizen in 2013 was bestemd voor het ProRail project: 83 kg CO2 op een totaal van 575 kg.
25 | P a g i n a
Vertaald naar de emissie-inventaris geeft dit volgende resultaten:
2013 - full
TOTAAL
Aandeel ProRail
306.826
65.893
Verhouding totale pand CO2-emissie Verbruik
Scope I - Directe CO2-emissies Scope I.1 - Aardgasverbruik huisvesting Scope I.2 a - Brandstofverbruik airco Scope I.2 a - Propaanverbruik Heftrucks en lasafdeling Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen overhead Scope I.2 b - Dieselverbruik zakelijk verkeer toe te rekenen aan projecten
Scope II - Indirecte CO2-emissies Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop grijs Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop groen water Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop groen wind Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik inkoop groen biomassa Scope II.1 - Elektriciteitsverbruik zonnepanelen Scope II.3 - Brandstofverbruik zakelijk verkeer vliegtuig < 700 km 700 - 2.500 km > 2.500 km
kg CO2
Percentage
kg CO2
259.900
85%
55.815
74.730 0
24% 0%
16.049 0
3.403
1%
731
4.002
1%
859
177.765
58%
38.176
46.926
15%
10.078
0
0%
0
1.867
1%
401
151
0%
32
30.136
10%
6.472
10.988
4%
2.360 0
1.971 1.815 0
1% 1% 0%
423 390 0
Tabel 8: Aandeel CO2-emissies ProRail (met gunningvoordeel behaalde projecten)
26 | P a g i n a
Bijlagen 1. E-mail energieleverancier m.b.t. herkomst groene stroom; 2. Communicatie omtrent het naar het werk komen met de fiets;
27 | P a g i n a
Bijlage 1: Herkomst groene stroom Vlaanderen in 2013
28 | P a g i n a
Bijlage 2: Communicatie omtrent fietsen naar het werk