Collegevoorstel
Openbaar Onderwerp
Begroting 2015-2018 ODRN en aanverwante onderwerpen Programma / Programmanummer
BW-nummer
Klimaat & Energie 1022 / Ruimte & Cultuurhistorie 1031 Portefeuillehouder
H. Tiemens / B. Velthuis Directie/afdeling, ambtenaar, telefoonnr.
Samenvatting
Sinds april 2013 voert de Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN) binnen een hiertoe opgestelde Gemeenschappelijke Regeling, taken voor ons uit op het gebied van vergunningverlening en handhaving milieu en bouwen.
ML30, Loes van Wersch, 06-50634321 Datum ambtelijk voorstel
5 juni 2014 Registratienummer
Wij geven onze reactie op de jaarrekening 2013 en begroting 20152018. Omdat de begroting ook raakt aan een aantal andere onderwerpen aangaande de ODRN worden deze ook in dit voorstel behandeld.
14.0006774
In de bijlage wordt een nadere toelichting gegeven.
Ter besluitvorming door het college
1. De adviezen van de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen over de jaarrekening 2013 en de begroting 2015-2018 van de ODRN over te nemen. 2. De brief aan de ORDN, over onze zienswijze op de jaarrekening 2013 en de begroting 2015-2018 vast te stellen. 3. Financiële afwikkeling vertrekarrangement en inhuurbudget ODRN volgens voorgestelde wijze vast te stellen. 4. De brief aan de raad vast te stellen.
Paraaf akkoord
Datum
Paraaf akkoord
Datum
Steller
L. van Wersch
Alleen ter besluitvorming door het college Actief informeren van de Raad Besluit B&W d.d. 10 juni 2014
X Conform advies Aanhouden Anders, nl.
nummer: 3.1
Bestuursagenda
Portefeuillehouder
Collegevoorstel
Collegevoorstel
1
Probleemstelling
De gemeenschappelijke regeling ODRN voert voor Nijmegen naast het wettelijk verplichte basistakenpakket voor vergunningverlening en handhaving milieu ook de vrijwillige andere Wabo-taken uit waaronder de bouwtaken. Binnen de hiervoor vastgestelde GR is afgesproken om tot 2016 te werken met een inputfinanciering. Vanaf 2016 zal er worden gewerkt met productfinanciering. Naast opdrachtgever voor de Wabo-taken aan de ODRN is Nijmegen opdrachtnemer van de ODRN voor het gastheerschap. Huisvesting en PIOFACH-taken worden door de gemeente Nijmegen geleverd. De ODRN heeft ons haar concept-jaarrekening 2013 en ontwerp-begroting 2015-2018 toegezonden en stelt onze raad hiermee in de gelegenheid hierover haar zienswijze uit te brengen. Algemene conclusie is dat de ontwerp begroting en jaarrekening er gedegen uit zien. Maar bezuinigingstaakstellingen van Nijmegen zijn hier nog onvoldoende in mee genomen. Binnen de ODRN hebben 8 medewerkers eind 2013 gebruik gemaakt van het vertrekarrangement. Hiervoor komt de loonsombijdrage van € 444.105 via de inputfinanciering aan de ODRN te vervallen (€ 306.836 vanuit het programma Ruimte en Cultuurhistorie en € 137.269 vanuit het programma Klimaat en Energie). De gemeente Nijmegen is daarmee ook verantwoordelijk voor het financieren van de afkoopsom. In bijgevoegd memo wordt verder ingegaan begroting en jaarrekening, afwikkeling van het vertrekarrangement en op onderstaande onderwerpen die op dit moment actueel zijn in verband met de ODRN: 2
Bezuinigingstaakstelling VTH-taken Beleid handhaving en inspectie bouwen Ontwikkeling leges bouwen Nieuwe wet VTH
Juridische aspecten
De Wet gemeenschappelijke regelingen (Wgr, artukel58 en 59) en de daarop gebaseerde gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen (artikel 27) en 28 regelen de totstandkoming van de jaarrekening en de begroting. Onze raad heeft het indienen van de zienswijze gedelegeerd aan ons college in het Delegatiebesluit 2009 inzake gemeenschappelijke regelingen. 3
Doelstelling
Met dit collegevoorstel en bijbehorend memo wordt aan de volgende doelstellingen tegemoet gekomen: Formele besluitvorming rondom zienswijze jaarrekening en begroting ODRN. Onze zienswijze moet tijdig (uiterlijk 11 juni 2014) via het Dagelijks Bestuur aan het Algemeen Bestuur van de GR ODRN kenbaar gemaakt worden. Besluitvorming over afwikkeling vertrekarrangement. Integraal overzicht van actuele onderwerpen op het dossier ODRN.
Collegevoorstel
Vervolgvel
2
4
Argumenten
5
Dit jaar verschijnt voor de eerste keer ook een concept-jaarverslag naast de ontwerpbegroting. In onze reactie aan de ODRN leggen wij onze belangrijkste opmerkingen naar aanleiding van deze stukken schriftelijk vast. Tevens infomeren wij de raad hierover via een brief. Gebruikelijk is dat de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen, die door onze gemeente wordt uitgevoerd, advies uitbrengt over de jaarstukken aan deelnemers van de gemeenschappelijke regelingen in onze regio. Wij conformeren ons aan de adviezen die de Adviesfunctie heeft uitgebracht over de conceptjaarrekening 2013 en ontwerpbegroting 2015-2018. Gemeente Nijmegen en ODRN hebben afgesproken dat bij toepassing van het vertrekarrangement de loonsombijdrage van de vertrokken medewerkers in mindering wordt gebracht op de overeengekomen inputfinanciering. Daarmee is gemeente Nijmegen verantwoordelijk voor de betaling van afkoopsom. Dit gebeurt vanuit de betrokken programma’s Ruimte & Cultuurhistorie en Klimaat & Energie.
Klimaat
De klimaatparagraaf is niet op dit voorstel van toepassing. 6
Financiën
Gebruikelijk is dat de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen, die door onze gemeente wordt uitgevoerd, advies uitbrengt over de jaarstukken aan deelnemers van de gemeenschappelijke regelingen in onze regio. Wij conformeren ons aan de adviezen die de Adviesfunctie heeft uitgebracht. Voor Wabo-vergunningverlening en -handhaving is een bezuinigingstaakstelling van structureel 1,65 miljoen geformuleerd (2,5 ton minder handhaving vanuit PPN 2014 en 1,4 miljoen vanwege verwachtte terugloop leges). Voor het behalen van de bezuinigings taakstelling is met de ODRN de afspraak gemaakt om gezamenlijk besparingsopties te onderzoeken met het project “Slimmer inrichten en kosten besparen VTH”. 7
Participatie en Communicatie
8
Wij maken onze zienswijze op de jaarrekening en begroting met een brief kenbaar aan het dagelijks bestuur van de ODRN. Het dagelijks bestuur legt de ontwerpbegroting met de ingekomen zienswijzen voor aan het algemeen bestuur, die dit meeweegt in haar besluitvorming. Wij informeren onze raad over onze zienswijze en aanverwante onderwerpen m.b.t. de ODRN en sturen deze brief aan de ODRN als bijlage mee.
Uitvoering en evaluatie
Uitvoering bestaat uit het kenbaar maken van onze zienswijze aan de ODRN en het informeren van de raad. In onze begrotingscyclus rapporten wij periodiek over de ontwikkelingen bij verbonden partijen. Daarbij monitoren wij ook financiële ontwikkelingen. 9
Risico
In de stadsbegroting 2014-1017 hebben wij bezuinigingstaakstellingen doorgevoerd, die in de ontwerpbegroting 2015-1018 van de ODRN wel beschrijvend zijn genoemd maar nog niet in de cijfers zijn verwerkt. De mindering op de loonsombijdrage van de 8 vertrokken medewerkers geeft ruimte om invulling te geven aan een deel van de taakstellingen. Maar verdere bezuinigingen op de inputbijdrage aan de ODRN worden bemoeilijkt door het feit dat
Collegevoorstel
Vervolgvel
3
de ODRN zich ook vast zal houden aan de afspraken die in regionaal verband zijn gemaakt over inputfinanciering. De ODRN geeft echter wel ruimte om hierover mee te denken. Wij zijn met de ODRN in gesprek over de invulling van deze taakstelling door optimalisatie in het primaire proces en bijstelling van het beleid (hiertoe is het project “Slimmer inrichten en kosten besparen VTH” van start gegaan). Omdat beide processen aan het begin van hun ontwikkeling staan is nog onduidelijk in welke mate deze taakstellingen worden gerealiseerd en wat de beleidsconsequenties hiervan zijn. Een voorstel hiervoor zal ter beoordeling aan uw college worden voorgelegd. De taakstelling loopt op van € 450.000,- in 2014 tot € 1.650.000 vanaf 2017. Voor 2014 verwachten wij een tekort van € 0,2 mln. op de bezuinigingstaakstelling 2014. Nadere informatie hierover en over eventuele bijsturing nemen we op in de Najaarsnota 2014. Van de taakstelling voor 2015 van € 800.000 hebben we al invulling voor een bedrag van € 300.000. Voor de overige € 500.000 zoeken we nog dekking. Over de meerjarige invulling van de bezuinigingstaakstelling wordt het college in september 2014 geïnformeerd, zodat hierover bij de begrotingsbehandeling 2015 duidelijkheid bestaat. De werkwijze voor BRZO is geïntensiveerd vanuit een landelijke structuur. Bij de oprichting van de ODRN was deze werkwijze in Oost Nederland nog niet voorzien. De ODRN gaat monitoren of deze inspanning bij gelijkblijvende financiën kunnen worden verricht. Dit kan voor een (relatief klein deel vanwege het geringe aantal BRZO-bedrijven) terugslaan op Nijmegen. Voor de uitvoering van het vertrekarrangement gaan wij er vanuit dat vrijstelling wordt ontvangen van de fiscale RVU (Regeling Vervroegd Uittreden). We hebben echter nog geen definitieve vaststelling ontvangen. Het ministerie was voornemens per 1 januari 2015 de bouwtechnische toetsing van bouwaanvragen en de inspectie op de uitvoering deels over te laten aan de markt. Inmiddels is duidelijk dat dit plan uitgesteld is. Er volgt nog een kamerbesluit hierover. Maar als deze plannen doorzetten zal dit in de toekomst gevolgen hebben voor het werkpakket van de ODRN. De ODRN reageert hierop met de inrichting van een flexibele schil, maar het is de vraag of deze maatregel toereikend is om de inkomstenderving vanwege minder werk op te vangen.
Bijlagen: Nadere toelichting, brief aan de ODRN, brief aan de raad, Advies Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Begroting 2015 en Advies Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Jaarrekening 2013.
Milieu Bodem & Water
Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 329 95 81 E-mail
[email protected]
Aan de gemeenteraad van Nijmegen
Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Datum
Onderwerp
Zienswijze op jaarrekening 2013 en begroting 2015-2018 van de ODRN
Ons kenmerk
Contactpersoon
ML20/14.0004878
Loes van Wersch
Datum uw brief
Doorkiesnummer
(024) 3292874
Geachte leden van de Raad, In deze brief informeren wij u over onze reactie op de jaarrekening 2013 en de begroting 2015 van de Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN). Daarnaast geven wij inzicht in een aantal actuele onderwerpen die in verband hiermee spelen. Algemene info Sinds april 2013 voert de Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN), binnen een hiertoe opgestelde Gemeenschappelijke Regeling, taken voor ons uit op het gebied van vergunningverlening en handhaving milieu en bouwen. Binnen de vastgestelde GR is afgesproken om de eerste 3 jaar te werken met een inputfinanciering (ruim 5 miljoen vanuit Nijmegen). Daarna zal er worden gewerkt met productfinanciering. De ODRN functioneert binnen een stelsel van 7 Gelderse omgevingsdiensten en het landelijke stelsel. Naast opdrachtgever van de ODRN voor de Wabo-taken is Nijmegen opdrachtnemer van de ODRN voor het gastheerschap. Huisvesting en PIOFACH-taken worden dus door de gemeente Nijmegen geleverd. Jaarrekening en begroting Als deelnemer van de ODRN worden wij in de gelegenheid gesteld onze zienswijze te geven op zijn concept-jaarrekening 2013 en ontwerpbegroting 2015-2018. Volgens uw Delegatiebesluit 2009 inzake gemeenschappelijke regelingen dient ons college de zienswijze in. In onze zienswijze geven wij onder meer aan dat de bezuinigingstaakstellingen vanuit gemeente Nijmegen deels nadere aandacht behoeven. Hieronder volgt een toelichting op een aantal onderwerpen. Bezuinigingstaakstelling Voor Wabo-vergunningverlening, toezicht en –handhaving (VTH) is in onze begroting een bezuinigingstaakstelling van structureel € 1,65 miljoen opgenomen (2,5 ton minder handhaving vanuit PPN 2014 en € 1,4 miljoen vanwege verwachtte terugloop leges). Daarnaast heeft de ODRN bij oprichting een efficiëntietaakstelling van 10% gekregen (in 4 jaar).
www.nijmegen.nl
brief aan raad zienswijze op ODRN rekening 2013 en begroting 2015
Gemeente Nijmegen Milieu Bodem & Water
Vervolgvel
1
Dit is een forse opgave waarbij we nu samen met de ODRN naar besparingsmaatregelen zoeken. Deels denken we te kunnen besparen door het efficiënter inrichten van primaire werkprocessen. Maar we zullen ook ons huidige beleid hierbij moeten betrekken. Bijvoorbeeld door andere prioritering, meer in te zetten op een vergunningsvrij regiem en het doen van minder controles. Of door heroverweging van de hoogte van de legestarieven vanwege kostendekkendheid. We gaan het handhavings- en inspectiebeleid bouwen actualiseren waarbij we rekening houden met de besparingstaakstelling op deze taken. Nieuw beleidskader moet duidelijkheid geven op vragen als: omgaan met klachten, opgetreden bij overtredingen die constructieve, brandveiligheids- en gezondheidsrisico’s tot gevolg hebben, opgetreden bij excessen op het gebied van beeldkwaliteit, planologie, cultuurhistorie, erfgoed en andere beleidsvelden, wat controleren op basis van Bouwbesluit brandveiligheid, constructie, energie, ventilatie. Nieuw beleid moet duidelijkheid geven op welke onderdelen we wel/geen inspecties meer willen. Bij milieu vragen we om een sterkere concentratie op bedrijven met een hoog risico en we willen waar mogelijk pro-actiever nieuwe wetgeving implementeren. Op basis van onze huidige kennis en inzichten verwachten we dit jaar een tekort van € 0,2 mln. op de taakstelling die in onze Stadsbegroting 2014 is opgenomen. Voor 2015 is er een bezuinigingstaakstelling van € 800.000,-. Daarvan is er nu zekerheid voor invulling tot € 300.000,-. De overige € 500.000,- moet nog gezocht worden in optimalisatie van het werkproces en aanpassing van het beleid. Over de voortgang van de bezuinigingstaakstelling die in onze Stadsbegroting is opgenomen, informeren wij u in de Najaarsnota 2014. Vertrekarrangement Door toepassing van het vertrekarrangement (december 2013) zijn 8 medewerkers vervroegd bij de ODRN uit dienst getreden. De inputbijdrage van de gemeente Nijmegen is ten opzichte van 2014 gedaald omdat de formatie die wordt betaald door de gemeente Nijmegen met 7,33 fte is gedaald. De financiële consequenties van dit arrangement zijn in de begroting 2015-2018 van de ODRN verwerkt. Door het vertrekarrangement kan Nijmegen het werkpakket binnen de gemaakte afspraken van vooraf vastgelegde inputfinanciering verminderen en hiermee een deel van de bezuinigingstaakstelling invullen. Echter omdat wij verantwoordelijk zijn voor het financieren van de afkoopsom die samenhangt met het vertrekarrangement zullen de vrijgevallen loonkosten ook hiervoor ingezet moeten worden. Risico’s De belangrijkste risico’s die we in onze relatie met de ODRN lopen, vatten we als volgt samen: In de stadsbegroting 2014-1017 hebben wij bezuinigingstaakstellingen doorgevoerd, die in de ontwerpbegroting 2015-1018 van de ODRN wel beschrijvend zijn genoemd maar nog niet in de cijfers zijn verwerkt. De mindering op de loonsombijdrage van de 8 vertrokken medewerkers geeft ruimte om invulling te geven aan een deel van de taakstellingen. Maar verdere bezuinigingen op de inputbijdrage aan de ODRN worden bemoeilijkt door het feit dat de ODRN zich ook vast zal houden aan de afspraken die in regionaal verband zijn gemaakt over inputfinanciering. De ODRN geeft echter wel ruimte om hierover mee te denken. Wij zijn met de ODRN in gesprek over de invulling van deze taakstelling door optimalisatie in het primaire proces en bijstelling van het beleid (hiertoe is het project “Slimmer inrichten en kosten besparen VTH” van start gegaan). Omdat beide processen aan het begin van hun
www.nijmegen.nl
brief aan raad zienswijze op ODRN rekening 2013 en begroting 2015
Gemeente Nijmegen Milieu Bodem & Water
Vervolgvel
2
ontwikkeling staan is nog onduidelijk in welke mate deze taakstellingen worden gerealiseerd en wat de beleidsconsequenties hiervan zijn. De taakstelling loopt op van € 450.000,- in 2014 tot € 1.650.000 vanaf 2017. Voor 2014 verwachten wij een tekort van € 0,2 mln. op de bezuinigingstaakstelling 2014. Nadere informatie hierover en over eventuele bijsturing nemen we op in de Najaarsnota 2014. Van de taakstelling voor 2015 van € 800.000 hebben we al invulling voor een bedrag van € 300.000. Voor de overige € 500.000 zoeken we nog dekking. De werkwijze voor BRZO is geïntensiveerd vanuit een landelijke structuur. Bij de oprichting van de ODRN was deze werkwijze in Oost Nederland nog niet voorzien. De ODRN gaat monitoren of deze inspanning bij gelijkblijvende financiën kunnen worden verricht. Dit kan voor een (relatief klein deel vanwege het geringe aantal BRZO-bedrijven) terugslaan op Nijmegen. Voor de uitvoering van het vertrekarrangement gaan wij er vanuit dat vrijstelling wordt ontvangen van de fiscale RVU (Regeling Vervroegd Uittreden). We hebben echter nog geen definitieve vaststelling ontvangen. Het ministerie was voornemens per 1 januari 2015 de bouwtechnische toetsing van bouwaanvragen en de inspectie op de uitvoering deels over te laten aan de markt. Inmiddels is duidelijk dat dit plan uitgesteld is. Er volgt nog een kamerbesluit hierover. Maar als deze plannen doorzetten zal dit gevolgen hebben voor het werkpakket van de ODRN. De ODRN reageert hierop met de inrichting van een flexibele schil, maar het is de vraag of deze maatregel toereikend is om de inkomstenderving vanwege minder werk op te vangen.
Ter informatie sturen wij u hierbij een afschrift van onze brief aan de ODRN, waarin wij onze zienswijze over de concept-jaarrekening 2013 en ontwerpbegroting 2015-2018 van de ODRN hebben verwoord.
College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,
De Gemeentesecretaris,
drs. H.M.F. Bruls
drs. B. van der Ploeg
www.nijmegen.nl
brief aan raad zienswijze op ODRN rekening 2013 en begroting 2015
Milieu Bodem & Water
Korte Nieuwstraat 6 6511 PP Nijmegen Telefoon 14024 Telefax (024) 329 95 81 E-mail
[email protected]
Het Dagelijks Bestuur van de ODRN De heer G. Bouman Postbus 1603 6501 BP NIJMEGEN
Datum
Postbus 9105 6500 HG Nijmegen
Ons kenmerk
Contactpersoon
ML20/14.0004875
Loes van Wersch
Onderwerp
Datum uw brieven
Doorkiesnummer
Zienswijze op jaarrekening 2013 en begroting 2015-2018 van de ODRN
2 april 2014
(024) 3292974
Geachte heer Bouman, In deze brief geven wij onze zienswijze op de conceptjaarrekening 2013 en de ontwerpbegroting 2015-2018 van de ODRN, die u ons toestuurde Wij stemmen in met de conceptjaarrekening 2013 en de ontwerpbegroting 2015-2018, mits het onderstaande wordt gerealiseerd: 1. Onze gemeente heeft in 2013 besloten het toezicht en de handhaving op het gebied van zowel milieu als bouwen te beperken. Dit betekent dat de opdracht voor de ODRN vanaf 2014 voor wat betreft deze taken voor een totaal bedrag van € 250.000,- vanwege andere prioritering af zal nemen. Deze besparing is ook in onze zienswijze op de begroting 2014 door ons bij u aangegeven. Wij zijn met u in gesprek over wat deze prioritering precies in zal houden en op welke wijze het werkplan voor 2014 en 2015 daarop aangepast kan worden. 2. Vanwege een verwachte krimpende markt worden we als overheid geconfronteerd met verminderde legesinkomsten. Hierdoor zullen volgens de huidige inschatting de kosten voor vergunningverlening moeten worden beperkt met een bedrag van € 200.000,- in 2014 oplopend naar € 600.000,- in 2015, € 1.000.000 in 2016 naar totaal € 1.400.000,- in 2017. Hiertoe zullen deels besparingen moeten worden gerealiseerd op werkzaamheden die legegerelateerd zijn. Daarnaast moet de legessystematiek zelf worden getoetst op de nieuwe realiteit. De leges-gerelateerde werkzaamheden worden uitgevoerd door de ODRN en door de gemeente Nijmegen. Gezamenlijk wordt onderzocht hoe deze besparingen kunnen worden gerealiseerd. Wij zijn van mening dat ook de ODRN hier in haar begroting een gedegen invulling aan moet geven. Inzicht bieden in de geraamde omvang van het aantal aanvragen en de gehanteerde kostprijs per product is hiervoor noodzakelijk. Wij willen samen met u het instrument voor een aanbodprognose ontwikkelen. Het toepassen van dit instrument en het aan de hand hiervan en van de kostprijs per product vertalen in een begroting is een taak van ODRN.
www.nijmegen.nl
brief aan ODRN zienswijze rekening 2013 en begroting 2015
Gemeente Nijmegen Milieu Bodem & Water
Vervolgvel
1
3. In uw begroting geeft u aan dat er 8 medewerkers afkomstig van de gemeente Nijmegen vervroegd zijn vertrokken door gebruikmaking van een door ons aangeboden vertrekarrangement. Met u is de afspraak gemaakt dat wij de afkoopsommen en eventuele bijkomende kosten betalen. Wij verwachten van u in het verlengde van de opgave genoemd onder 1. en 2. een voorstel voor aanpassing van het werkpakket 2014 en 2015 in lijn met deze verminderde inbreng van personeel. Hierbij dient u in overleg met ons rekening te houden met een risico inschatting en met de kwaliteit van de uit te voeren taken. 4. In het jaarverslag 2013 staat op pagina 32 dat er nog nader onderzoek gedaan moet worden naar structurele effecten uit boekjaar 2013 en dat dit geen effect voor de deelnemers zal hebben. Wij vragen u in de vergadering van het AB van 26 juni zorg te dragen voor een nadere toelichting op dit punt. 5. Verder vinden wij het van belang dat wij de resultaten van de ODRN goed kunnen monitoren door kwartaalrapportages met eindejaars-prognose op de uitvoering van de begroting, zodat tijdig bijgestuurd kan worden ingeval van dreigende tekorten. Hierin zal de ODRN de omzetting van inputbegroting naar outputbegroting betrekken. Wij vragen u om deze rapportages binnen een maand na afloop van het kwartaal aan ons te overleggen.
Hoogachtend, College van Burgemeester en Wethouders van Nijmegen, De Burgemeester,
De Gemeentesecretaris,
drs. H.M.F. Bruls
drs. B. van der Ploeg
www.nijmegen.nl
brief aan ODRN zienswijze rekening 2013 en begroting 2015
Advies Begroting 2015 Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen
Gemeente Nijmegen Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Peggy van Gemert RA/AA April 2014
1
Inhoud 1. Inleiding .............................................................................................................................. 3 2. Advies .................................................................................................................................. 4 3. Algemeen ............................................................................................................................. 5 4. Bevindingen ......................................................................................................................... 6 4.1 Algemeen en toepassing BRN ......................................................................................... 6 4.2 Begroting 2015 en meerjarenbegroting 2016-2018 ........................................................ 6 4.3. Weerstandsvermogen ..................................................................................................... 8
2
1.
Inleiding
De gemeenten in de Regio Nijmegen hebben besloten dat de begroting- en verantwoordingsproducten van de omgevingsdienst Regio Nijmegen worden beoordeeld door de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen (GR). De adviesfunctie adviseert primair de deelnemende gemeenten en in het verlengde hiervan het Algemeen Bestuur (AB). De begrotingen en jaarrekeningen van de GR worden getoetst aan de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen (BRN). Daarnaast worden de financiële meerjarenposities en de risico´s van de GR beoordeeld. Beleidsmatige voornemens c.q. verantwoordingen worden getoetst, voor zover deze financiële consequenties hebben. Deze notitie bevat een beoordeling van de bij de deelnemende gemeenten en Provincie voorgelegde Begroting 2015 van de GR ODRN. De ODRN is opgericht op 7 november 2012 en is met ingang van 1 april 2013 operationeel geworden. De begroting is opgesteld door het Dagelijks Bestuur van de ODRN en voorgelegd aan de gemeentebesturen voor het geven van een zienswijze. Het AB stelt in haar vergadering van 26 juni 2014 de begroting 2015 vast. Gemeenten en provincie worden verzocht voor 24 juni een zienswijze bij de begroting 2015 te geven. Dit advies is besproken met de heer Peters, controller van de ODRN op 9 en 14 april 2014 en afgestemd met de directeur de heer Bouman.
3
2.
Advies
Gezien de voorliggende begroting, adviseren wij de deelnemende gemeenten en in het verlengde hiervan het AB van de ODRN om 1. In te stemmen met de begroting 2015 2. Kennis te nemen van de meerjarenraming 2016-2018
4
3. Algemeen Deze begroting is overeenkomstig afspraken nog opgesteld als inputbegroting (welke middelen zijn beschikbaar?) In 2015 zal geëxperimenteerd worden met de productencatalogus teneinde in 2016 de inputbegroting om te kunnen bouwen naar een outputbegroting (kostprijs per prestatie/product) De voorliggende begroting 2015-2019 is gebaseerd op de begroting 2014 en nadere besluitvorming over de begroting 2014. Voor het opstellen van de begroting waren wel ervaringscijfers beschikbaar, maar dat gaat slechts over een gedeelte van een jaar aangezien de ODRN per 1 april 2013 is gestart. Ervaringscijfers 2014 waren evenmin voorhanden. Aangezien de ODRN zich keurig aan de wettelijke termijnen van begrotingssamenstelling wenst te houden, moet tegelijkertijd geconstateerd worden dat als gevolg van vroeg in het jaar moeten begroten, onderbouwing van de begrotingscijfers vrij zacht is. De begroting 2015 is getoetst aan de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen (BRN).
In het eerste hoofdstuk van de begroting wordt kernachtig uitgelegd welke ontwikkelingen effect hebben op de begroting 2015. Voor een toelichting wordt dan ook verwezen naar pagina 3 tot en met 7. Een aantal bijzonderheden worden hieronder kort vermeld: -De herindeling van de gemeenten Millingen aan de Rijn, Ubbergen en Groesbeek (de MUG gemeenten) is een feit per 1 januari 2015. De wens is geuit om de bouwtaken binnen de ODRN onder te brengen. Met de financiële consequenties is in de begroting nog geen rekening gehouden. -De integratie uitkering VTH taken welke overgeheveld zijn van provinciefonds naar gemeentefonds per 2014 is wel in de begroting opgenomen. Dit betekent eenzelfde verlaging van de provinciale bijdrage ten opzichte van een verhoging van de bijdragen door gemeenten, welke hiervoor een bedrag in het gemeentefonds hebben gekregen. De opgenomen bedragen zijn overeenkomstig de decembercirculaire 2013 van het Gemeentefonds. -De gemeente Nijmegen ziet zich geconfronteerd met een aantal ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving waardoor er besparingen gerealiseerd moeten worden. De ODRN en Nijmegen zijn in overleg om te bezien wat de ODRN hierin kan betekenen, zonder de basisafspraken die binnen de GR zijn gemaakt, geweld aan te doen. De gewenste besparing is wel vermeld in de begroting van de ODRN (pagina 5) maar is niet verwerkt in de begroting. -De ODRN heeft in de begroting kengetallen opgenomen waarin prestatie indicatoren zijn opgenomen waaraan de ODRN zich conformeert. De kengetallen zijn in de DVO’s met gemeenten opgenomen.
5
4. Bevindingen 4.1 Algemeen en toepassing BRN In de BRN 2015 is de planning opgenomen voor behandeling van de begroting ODRN. Ten aanzien van de indexering is in de BRN een algemene index van 1,0% opgenomen. In dit percentage is een nacalculatie voorgaande jaren opgenomen. Aangezien de ODRN in 2014 een percentage op realiteitswaarde heeft toegepast, wordt het niet correct geacht om voor de ODRN eveneens een indexering van 1% toe te passen. Uiteindelijk is in de BRN 2015 de volgende zinsnede opgenomen: “De ODRN kan een percentage van 1,46% toepassen met dien verstande dat 0,46% gelezen wordt als nacalculatie 2014 en voor 2015 de ODRN meedoet met toepassing van het percentage van 1%. Op die wijze is de ODRN weer aangehaakt bij de algemene regelgeving”. Deelnemende gemeenten hebben hiermee ingestemd, behoudens de gemeenten Beuningen en Heumen. Beoordeling van de begroting is gebaseerd op toepassing van indexering van 1,46%.
4.2 Begroting 2015 en meerjarenbegroting 2016-2018 Onderstaand is een vergelijking gemaakt tussen de meerjarencijfers uit de begroting 2014 en de cijfers uit de meerjarenbegroting 2015 voor wat betreft de lasten. Daaronder is de dekking door bijdragen bovenregionaal, gemeenten en provincie aangegeven met het verloop van bijdrage 2015 uit de begroting 2014 naar bijdragen 2015 uit de voorliggende begroting. In de begroting is vanaf pagina 26 ook een toelichting per post opgenomen, Onderstaand is e.e.a. beknopt weergegeven. Teneinde de vergelijkbaarheid tussen de jaarschijf 2015 uit de begroting 2014 en de begroting 2015 te vereenvoudigen, is de raming ten aanzien van de vergoeding gastheerschap op eenzelfde wijze opgenomen. De gastheercompensatie was in de begroting 2014 nog opgenomen aan de lastenkant als kosten piofah budget en korting in verband met gastheercompensatie. Met het bedrag van de gastheercompensatie werden de bijdragen ook verlaagd. Aangezien deze constructie nogal wat onduidelijkheden met zich meebracht, is ingaande 2015 (en tevens laatste jaar) de uitkering aan gemeenten als last opgenomen.
6
LASTEN Uit begroting 2014
2015
2016
2017
2018
Salariskosten (Incl inhuur)
8.075.000
8.075.000
8.075.000
8.075.000
Piofah gastheer
1.215.000
1.215.000
1.215.000
1.215.000
Piofah budget
314.000
314.000
314.000
314.000
Diverse kosten
1.587.000
1.587.000
1.587.000
1.587.000
11.191.000
11.191.000
11.191.000
11.191.000
-463.520
-689.353
-906.651
-906.651
Toegestane lasten
10.727.480
10.501.647
10.284.349
10.284.349
Uit begroting 2015
2015
2016
2017
2018
Salariskosten (Incl inhuur)
7.399.000
7.399.000
7.285.000
7.285.000
Piofah gastheer
1.172.000
1.142.000
1.112.000
1.112.000
0
0
0
0
270.000
0
0
0
Totaal lasten efficiencykorting 2,5% -10%
Piofah budget Gastheercompensatie (toelichting A.) Diverse kosten Toegestane lasten Verschil (lagere lasten)
1.598.000
1.672.000
1.598.000
1.598.000
10.439.000
10.213.000
9.995.000
9.995.000
288.480
288.647
289.349
289.349
Toelichting: A. De gastheercompensatie, zijnde de uitkering aan gemeenten is ingaande 2015 (en tevens laatste jaar) als last opgenomen. B. De efficiencykorting is verwerkt in de cijfers. Hierdoor zijn diverse posten lager geworden C. De salariskosten zijn voor € 445.000 lager in verband met de vertrokken functionarissen per december 2013 in het kader van het vertrekarrangement gemeente Nijmegen. 445.000 D. Een prijsindex van 1,46% heeft geleid tot hogere lasten van € 156.520. 156.520 Lager 288.480 Conclusie: Raming 2015 De lagere lasten van € 288.480 zijn geheel veroorzaakt door prijscompensatie (D) en lagere salarislasten (C). Voor 2015 speelt de incidentele gastheercompensatie (A) hier nog budgettair neutraal mee. De hogere raming voor Piofah taken is dan ook, conform bestuursbesluit van 24 juni 2013 Ingezet ter compensatie van de efficiencykorting. Meerjarenraming De ODRN heeft een bezuinigingstaakstelling opgelegd gekregen van 2,5% tot 10% in 2017. In 2015 is hiervan al 5% ingevuld. In 2016 valt het bedrag aan gastheercompensatie vrij en wordt ingezet voor de bezuiniging. Dit betekent dat extrapoleren van de bezuiniging 2015 verhoogd met het budget gastheercompensatie er in 2016 al een besparing is gerealiseerd van € 733.000; daarboven is € 30.000 aan besparing ingeboekt op overige kosten. Betekent dat er € 763.000 aan taakstelling is gerealiseerd. (zie ook pagina 22 van de begroting) Aangezien dit meer is dan de noodzakelijke bezuiniging van € 690.000 is het verschil van € 73.000 op een lastenstelpost geraamd en is hiermee onderdeel van de raming van € 1.672.000 in 2016. In 2017 e.v. jaren vervalt deze stelpost weer.
7
BATEN VTH Bijdrage 2015 uit begroting 2014 392.500
113.351
5.749
Bijdrage 2015 uit begroting 2015 511.600
Druten
253.000
133.304
3.696
390.000
Groesbeek
182.500
22.076
2.724
207.300
Heumen
127.600
78.964
1.936
208.500
in euro's Beuningen
Index 1,46%
overig
44.700
85.756
744
5.311.900
358.308
77.392
40.000
22.078
622
62.700
297.700
127.361
4.339
429.400
Provincie
2.247.600
-941.198
32.798
Sub-totaal
8.897.500
0
130.000
t.b.v. Bovenregionaal
1.829.980
26.520
10.727.480
156.520
Millingen aan de Rijn Nijmegen (toelichting C) Ubbergen Wijchen
131.200 -445.000
5.302.600
1.339.200 -445.000
8.582.500 1.856.500
-445.000
10.439.000
Toelichting: A. De lasten en baten zijn verhoogd met 1,46% prijscompensatie, zijnde een totaal bedrag van € 156.520 B. Op de Nijmeegse bijdrage zijn de vervallen salariskosten van oud medewerkers Nijmegen, waarvoor Nijmegen het vertrekarrangement heeft betaald, zodat deze functionarissen per 1 december 2013 uit dienst zijn gegaan. € 445.000 C. De in het gemeentefonds ontvangen bedragen voor de VTH taken zijn toegevoegd aan de bijdragen gemeenten 2015 en voor eenzelfde bedrag in mindering op de bijdrage provincie. Immers eerst ontving de provincie deze bijdrage in het provinciefonds, maar dit is overgedragen aan gemeenten via de uitkering gemeentefonds. Op pagina 25 van de begroting worden de gemeentelijke en provinciale bijdragen meerjarig weergegeven. Overigens zijn de in de begroting opgenomen bedragen op deze pagina niet geheel correct. Hiervoor volgt een erratum door de ODRN.
4.3. Weerstandsvermogen In de begroting is op pagina 38 aangegeven welke risico’s de ODRN loopt. Tegenover risico’s staat over het algemeen een weerstandsvermogen in de vorm van vrij reserves. Een eigen vermogen kan alleen opgebouwd worden door positieve saldi in de realisatie. Mocht de ODRN te kampen krijgen met negatieve saldi, zijn de gemeenten op grond van de GR risicodrager voor de ontstane tekorten. In 2013 is voorgesteld om van het positieve rekeningresultaat € 300.000 toe te voegen aan de Algemene reserve. Verder is in het PFO besloten om in de loop van 2014 een kader af te geven voor de weerstandscapaciteit van de diverse GR én.
8
Advies Jaarrekening 2013 Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen
Gemeente Nijmegen Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen Peggy van Gemert RA/AA April 2014
Inhoudsopgave
1. 2. 3.
Inleiding ........................................................................................................................... 3 Advies .............................................................................................................................. 4 Bevindingen ..................................................................................................................... 5 3.1. Algemeen......................................................................................................................... 5 3.2. Controleverklaring door de accountant .......................................................................... 5 3.3. Beleid ............................................................................................................................... 5 3.4 Financieel ......................................................................................................................... 5 3.5 Winstbestemmingsvoorstel ............................................................................................ 8 3.6 Weerstandsvermogen ..................................................................................................... 8
2
1.
Inleiding
De gemeenten in de Regio Nijmegen hebben besloten dat vanaf 1 juli 2005 de begroting- en verantwoordingsproducten van een aantal gemeenschappelijke regelingen worden beoordeeld door de Adviesfunctie Gemeenschappelijke Regelingen (GR). Op verzoek van de regiogemeenten is de Adviesfunctie gepositioneerd bij de Gemeente Nijmegen. De adviesfunctie adviseert primair de deelnemende gemeenten en in het verlengde hiervan het Algemeen Bestuur (AB). De begrotingen en jaarrekeningen van de GR worden getoetst aan de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen (BRN). Daarnaast worden de financiële meerjarenposities en de risico´s van de GR beoordeeld. Beleidsmatige voornemens c.q. verantwoordingen worden getoetst, voor zover deze financiële consequenties hebben. Deze notitie bevat een beoordeling van de bij de deelnemende gemeenten voorgelegde Jaarrekening 2013 van de Omgevingsdienst Regio Nijmegen verder te noemen ODRN. De ODRN is per 1 april 2013 gestart met haar werkzaamheden en in het jaarverslag wordt dan ook verantwoording afgelegd over 9 maanden.
Op 8 april 2014 hebben wij onze bevindingen besproken met de heer Peters controller van de ODRN en dit advies is afgestemd met de heer Bouman, directeur van de ODRN
3
2. Advies Indien u naast de financiële verantwoordingen kunt instemmen met de inhoudelijke taak- en prestatieverantwoordingen, adviseren wij de deelnemende gemeenten en in het verlengde hiervan het AB van de ODRN om: A. In te stemmen met de jaarrekening 2013 van de Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen B. In te stemmen met de voorgestelde resultaatbestemming, zijnde o € 300.000 toe te voegen aan de algemene reserve o € 309.185 uit te keren aan deelnemers C. In te stemmen met de budgetoverheveling naar o 2014 voor het Loopbaanbudget € 40.000 o 2014 en 2015 voor de nog te besteden opstartkosten € 574.000
We wijzen de deelnemende gemeenten er op dat u wordt verzocht uw zienswijzen over de jaarrekening 2013 van de ODRN voor 24 juni 2014 aan het AB van de ODRN mee te delen. Door vaststelling van de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen 2015 heeft u met deze planning unaniem ingestemd.
4
3. Bevindingen 3.1. Algemeen Het advies van de Adviesfunctie GR bij de jaarrekening 2013 van de ODRN wordt u ten behoeve van de zienswijze bij de jaarrekening van de ODRN toegezonden. In de Algemeen Bestuursvergadering van 26 juni 2014 zal de jaarrekening 2013 van de ODRN worden behandeld en vastgesteld. De ODRN is per 1 april 2013 gestart en legt dan ook verantwoording af over een periode van 9 maanden. De vergelijking in het verslag wordt gemaakt met de begroting 2013 gebaseerd op 9 maanden. De begroting is opgesteld als inputbegroting. Er zijn budgetten opgehaald en daartegenover is een kostenraming opgenomen. De realisatie 2013 geeft een eerste indicatie over het realiteitsgehalte van de schattingen. Naast het uitvoeren van het takenpakket is de ODRN in 2013 bezig geweest met het “bouwen van de zaak”. In het komend jaar wordt gewerkt aan een productencatalogus, zodat de ombouw van inputfinanciering naar productfinanciering (verwacht in 2016) gerealiseerd kan worden.
3.2. Controleverklaring door de accountant De concept jaarstukken van de ODRN zijn door de accountant gecontroleerd en de accountant heeft een goedkeurende controleverklaring afgegeven voor getrouwheid en rechtmatigheid. Indien zich omstandigheden voordoen voor de vergadering van het Algemeen bestuur die aanpassing van de jaarrekening noodzakelijk maken, dan moeten deze nog voor de vergadering aangebracht worden en dan ontstaat voor de accountant een nieuwe situatie.
3.3. Beleid In hoofdstuk 2 , 3 en 4 van het Jaarverslag wordt door de ODRN verslag gedaan over haar gerealiseerde beleid , het uitgevoerde programma en de vormgeving van de organisatie.
3.4 Financieel Begroting 2013 van primitief naar actueel Bij de oprichting van de ODRN was een begroting voor een heel jaar 2013 opgesteld. Aangezien de ODRN op 1 april is gestart, is de begroting omgerekend naar 9 maanden. Verder zijn de posten onvoorzien (€ 150.000 x 9/12) en vermogensversterking (103.000 x 9/12) uit de raming gehaald. Die cijfers zijn opgenomen als vergelijkende cijfers t.o.v. de realisatie.
5
Saldo jaarrekening 2013 ODRN Het resultaat van de jaarrekening 2013 van de ODRN is als volgt samengesteld: In € Lasten (exclusief opstartkosten) Baten Resultaat
Realisatie 7.368.314 7.977.499 609.185
Begroting 8.010.075 8.010.075 0
Lasten In de begroting waren voor 9 maanden aan lasten meegenomen tot een totaalbedrag van € 8.010.075, de werkelijke uitgaven zijn uitgekomen op € 7.368.313 en zijn daarmee ruim € 640.000 achtergebleven bij de raming. De twee grootste afwijkingen betreffen de salariskosten en de kapitaallasten. Salarissen Wanneer de raming voor salarissen, management en staf en inhuur bij elkaar opgeteld wordt, dan zijn de totale kosten € 350.000 achtergebleven bij de raming. Op pagina 33 van de rekening wordt een toelichting gegeven. Van de formatie is bijna 92 FTE opgevuld en wordt het restant ingevuld door de flexibele schil. Er wordt bewust gewerkt met een flexibele schil om de pieken en dalen in de aanvragen op te kunnen blijven vangen. Bijzonderheid bij de aantallen is de uitstroom van 7,33 FTE per 1 december 2013 op grond van het vertrekarrangement. . De hiermee samenhangende kosten worden door de gemeente Nijmegen voor haar rekening genomen. Kapitaallasten Aangezien de ODRN in 2013 in een opstartjaar zit en zorgvuldig om wil gaan met de noodzakelijke investeringen, is er van het beschikbaar gestelde krediet nog maar een klein gedeelte uitgegeven. Bovendien gaan de kapitaallasten pas in het jaar na aanschaf volledig meetellen. De kapitaallasten zijn dan ook fors achtergebleven met een bedrag van € 264.000.
Baten Deelnemersbijdragen. Onderstaand wordt aangegeven welke bedragen volgens de jaarrekening (Zie pagina 33 van de programmarekening regel 21) als deelnemersbijdragen regulier zijn verantwoord De gastheercompensatie is hier op de reguliere bijdragen in mindering gebracht. Dit is naar mening van de adviesfunctie de correcte weergave van de deelnemersbijdragen. In het op 2 april 2014 gedateerde aanbiedingsbrief inclusief winstbestemmingsvoorstel worden niet de correcte bedragen als bijdrage vermeld. De ODRN heeft hiervoor een erratum, gedateerd 15 april 2014, opgesteld.
6
Bijdragen gastheercompensatie volgens jaarrekening
in euro's
bijdrage BASIS
Beuningen Druten Groesbeek Heumen Millingen aan de Rijn Nijmegen Ubbergen Wijchen Provincie
303.469 195.638 141.061 98.662 34.551 4.155.156 30.882 230.114 1.737.853
-49.261 -31.757 -22.898 -16.016 -5.609 0 -5.013 -37.353 -282.095
254.209 163.881 118.164 82.646 28.942 4.155.156 25.869 192.761 1.455.758
6.927.387
-450.000
6.477.387
Opstartbudget Als opstartbudget voor de ODRN is € 991.000 verstrekt. In 2013 is hiervan € 417.364 uitgegeven. Er resteert dus een budget van € 573.636. Het gehele bedrag van € 991.000 is reeds van de deelnemers ontvangen en het restant is dan ook op de balans als vooruitontvangen verantwoord. In het voorstel bij de jaarrekening wordt voorgesteld dit bedrag beschikbaar te houden voor opstartkosten en doorgroei naar een volwassen organisatie in 2014 en 2015. Individueel loopbaanbudget Aan werknemers kan een loopbaanbudget van jaarlijks € 500 toegekend worden . Hiervan is nauwelijks gebruik gemaakt, omdat de ODRN in 2013 nog bezig was met “het bouwen van het huis” en daarna komt aandacht voor loopbaanbegeleiding en dergelijke zaken. Voorgesteld wordt dan ook dit bedrag over te hevelen naar 2014. Het is op de balans gepresenteerd als reservering onder de overlopende passiva. In de aanbiedingsbrief wordt het voorgesteld als winstbestemming. Op weg naar een productenbegroting In het jaarverslag is er een overzicht opgenomen waarin aangegeven is wat de bijdrage 2013 is versus de geschreven bedragen door de ODRN. (Zie overzicht op pagina 17 en pagina 43 e.v. ) Dit op weg naar een begroting op basis van productfinanciering. Voor de vergelijking tussen geschreven producten en de inbreng van gemeenten is hieronder een tabel opgenomen waarbij ten aanzien van de inbreng geen rekening is gehouden met gastheercompensatie, aangezien dit een incidentele vergoeding is. Hieruit wordt zichtbaar hoe de verhouding ingebrachte middelen ten opzichte van de geschreven productie is. In het overzicht in de jaarrekening is eveneens opgenomen hoeveel producten hiervoor geleverd zijn.
7
in euro's
bijdrage
Beuningen Druten Groesbeek Heumen Millingen aan de Rijn Nijmegen Ubbergen Wijchen Provincie
303.469 195.638 141.061 98.662 34.551 4.155.156 30.882 230.114 1.737.853 6.927.387
geschreven bedragen op verschil basis van productie 252.553 -50.916 255.067 59.429 134.449 -6.612 117.032 18.370 30.383 -4.168 4.443.491 288.335 49.079 18.197 260.978 30.864 1.431.411 -306.442 6.974.443
Op pagina 16 van de jaarrekening wordt uitleg gegeven over het ontstaan van deze verschillen en is uitgesproken hoe deze bedragen bij elkaar kunnen komen in de loop van de komende jaren op weg naar de productenbegroting.
3.5 Winstbestemmingsvoorstel Het resultaat van de jaarrekening 2013 van de ODRN is als volgt samengesteld: In € Voordelig resultaat te bestemmen.
Realisatie 609.185
Begroting 0
Door de ODRN wordt voorgesteld om € 300.000 te bestemmen als algemeen weerstandsvermogen en het meerdere van € 309.185 uit te keren aan gemeenten. Het bedrag van € 300.000 is vrij willekeurig gekozen. Het risicoprofiel is berekend op € 985.000 en dus zou het weerstandsvermogen met € 300.000 op ca 30% zitten. De nota weerstandsvermogen geeft aan dat de gewenste weerstandscapaciteit 0,6 maal risicobedrag oftewel € 591.000 zou moeten zijn. In het PFO (portefeuillehouders financiën) wordt nagedacht over kaderstelling inzake gewenst weerstandsvermogen. Kortom, een harde normering is nog niet voorhanden en is het een politieke keus om in te stemmen met het winstbestemmingsvoorstel. De adviesfunctie is van mening dat zonder hard kader elk voorstel kan en dit voorstel wordt als acceptabel beschouwd.
3.6 Weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen geeft aan in welke mate de organisatie in staat is om het hoofd te bieden aan mogelijke nadelen die kunnen voortvloeien uit risico’s. Teneinde een goede beoordeling te kunnen maken van de benodigde omvang, is het van belang om een gedegen risico-inventarisatie uit te voeren. De ODRN heeft een notitie weerstandsvermogen opgemaakt en daarin de risico’s benoemd. De risico’s betreffen voornamelijk bedrijfsvoerings en financieringsrisico’s. De nota is consciëntieus opgesteld en voldoet aan de vereisten van een goede nota. De volgende stap is bezien hoeveel weerstandsvermogen er wenselijk wordt geacht voor de GR. Zoals reeds vermeld is de mate waarin er een weerstandsvermogen noodzakelijk wordt geacht als afdekking van de risico’s nog een issue wat ter discussie staat en waarvoor het PFO in de loop van 2014 een concept kader zal opstellen waarover de gezamenlijke gemeenten vervolgens een standpunt in moeten nemen.
8
ODRN Begroting 2015-2018
Datum: 17 maart 2014 Versie: 003 voor behandeling dagelijks bestuur
1
Begroting 2015-2018
Inhoudsopgave 1. AANBIEDING ______________________________________________ 3 1.1
inleiding ___________________________________________________________________ 3
1.2
Speerpunten en ontwikkelingen 2015 ___________________________________________ 3
1.3
Berekening budgettair kader __________________________________________________ 6
2. PROGRAMMA’S ____________________________________________ 8 2.1
Programma Vergunningverlening ______________________________________________ 11
2.2
Programma Handhaving en Toezicht ___________________________________________ 13
2.3
Programma BRZO __________________________________________________________ 15
2.4
Programma Vergunningverlening t.b.v. het stelsel ________________________________ 17
2.5
Programma advisering en bijzondere opdrachten _________________________________ 19
3. FINANCIËLE BEGROTING 2015-2018 ___________________________ 21 3.1
Inleiding __________________________________________________________________ 21
3.2
Uitgangspunten ____________________________________________________________ 21
3.3
Bijdrage: eerst vast daarna outputgericht _______________________________________ 21
3.4
Efficiencytaakstelling ________________________________________________________ 22
3.5
Financiële meerjarenbegroting ________________________________________________ 23
3.6
Toelichting op de begrotingsposten ____________________________________________ 26
4. PARAGRAFEN _____________________________________________ 29 4.1
Inleiding __________________________________________________________________ 29
4.2
Paragraaf weerstandsvermogen _______________________________________________ 29
4.3
Paragraaf Financiering _______________________________________________________ 30
4.4
Paragraaf Bedrijfsvoering ____________________________________________________ 30
4.5
Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen ________________________________________ 32
5. BIJLAGEN ________________________________________________ 33 5.1
Initiële kosten _____________________________________________________________ 33
5.2
Formatie overzicht__________________________________________________________ 33
5.3
Overzicht deelnemersbijdragen _______________________________________________ 34
5.4
Bevoorschotting 2015 _______________________________________________________ 36
5.5
Verklarende woordenlijst ____________________________________________________ 37
5.6
Risico-inventarisatie ________________________________________________________ 37
2
Begroting 2015-2018 n
1. Aanbieding 1.1 inleiding Hierbij ontvangt u de meerjarenbegroting 2015-2018 van de Omgevingsdienst regio Nijmegen (ODRN). De ODRN voert naast de verplichte basistaken voor de deelnemende gemeenten aan de ODRN voor heel landsdeel Oost de VTH taak voor de BRZO-bedrijven uit. Daarnaast stelt de ODRN voor de zogenaamde complexe bedrijven in Gelderland het milieudeel van de omgevingsvergunning op. Deze speciale taken maken dat de ODRN naast een kwalitatief goede oriëntatie op de basistaken binnen de eigen regio, ook een sterk buiten de regio liggend takenpakket heeft te behartigen. Tevens voert de ODRN voor de gemeente Nijmegen, de MUG-gemeenten en de provincie Gelderland de overige Wabo-taken uit. De ODRN geeft bovendien voor haar partners invulling aan de regionale crisisorganisatie omgevingszorg (milieubeheer en bouwbeheer). Met de vaststelling van de begroting krijgt de ODRN de budgetten om tot de taakuitvoering 2015 over te gaan.
1.2 Speerpunten en ontwikkelingen 2015 De omgevingsdienst regio Nijmegen (ODRN) zal zich in 2015 vooral richten op verdergaand optimaal invullen van het primaire proces voor vergunningverlening, toezicht en handhaving op het terrein van het omgevingsrecht. Dat primaire proces is onderhevig aan veranderingen en wijzigingen. Bovendien worden er in 2015 hogere eisen gesteld aan de kwaliteit van de uitvoering, van dat proces. Het primaire proces heeft vanaf de start van de ODRN in april 2013 permanent aandacht gehad. Als nieuwe organisatie was de eerste zorg dat proces in de steigers te zetten. In 2015 zal het primaire proces zijn ingebed in een kwaliteitssysteem waarin de principes van permanent leren en verbeteren zijn ingevuld. Wet VTH In 2015 is de Wet VTH ingevoerd en zullen wij moeten voldoen aan de kwaliteitscriteria die in deze wet zijn vastgelegd. Het verbeterplan dat daartoe in 2013 is opgesteld en waarin is vastgelegd welke maatregelen wij als ODRN moeten nemen vormt daarvoor onze onderlegger. In dat plan is beschreven op welke wijze wij op alle aspecten die de wet aan de kwaliteit van ons werk stelt, zoals opleiding en ervaring van medewerkers, kwaliteitseisen processen de dienst nog moet investeren zodat wij in 2015 aan de Wet VTH voldoen. Bovenstaande betekent dat wij in 2015 in staat zijn onze producten op een efficiënte, transparante en kwalitatief goede manier te leveren. De inspanningen die we hebben gedaan naar ons primaire proces zullen ook resultaten opleveren binnen het fysieke domein (bouwtaken) waarvoor de gemeente Nijmegen onze grote opdrachtgever is. Wij zullen met deze opdrachtgever verder invulling geven aan optimaliseren van de producten die ten behoeve van dat fysieke domein door ons worden geleverd.
3
Begroting 2015-2018 Productencatalogus 2015 zal het eerste jaar zijn waarin we als dienst serieus experimenteren en invulling geven aan onze productcatalogus. Hebben we de goede producenten en kengetallen vastgesteld. 2015 wordt voor de productcatalogus het jaar waarin het bewijs ligt "in the eating of the pudding". Goed werkgeverschap We willen als dienst een frisse en uitdagende werkgever zijn. In 2015 hebben wij realistisch in beeld welke behoefte we als organisatie hebben aan kwaliteit en opleiding van onze medewerkers. De ambities van onze medewerkers zijn aan de andere kant ook in beeld. Onze medewerkers werken daar zelf actief aan bv in EVC-trajecten. In een serieus vormgegeven gesprekscyclus bepalen leidinggevenden en medewerkers hoe groei van medewerkers in combinatie met groei van de dienst een optimale match vormen. De principes van het "nieuwe werken” zijn daarvoor een logische randvoorwaarde. Privatisering van het bouwtoezicht Zoals de bestuurlijke situatie op dit moment is zal er in 2015 sprake zijn van een duaal systeem van toetsing en vergunningverlening binnen het domein van de bouwregelgeving. Dat betekent dat er gedurende drie jaar sprake is van publiekrechtelijke en privaatrechtelijke werkzaamheden en verantwoordelijkheden binnen dit domein. Wij hebben binnen onze dienst zodanige maatregelen getroffen (zo min mogelijk vast personeel op die taak) dat wij flexibel met deze wijziging kunnen omgaan. Herindeling gemeenten Groesbeek-Millingen aan de Rijn en Ubbergen Vanaf 2015 is de herindeling van de 3 gemeenten een feit. De heringedeelde gemeente Groesbeek-Millingen aan de Rijn- Ubbergen wil ook de bouwtaken binnen onze dienst onderbrengen. Dit betekent een inbreng van 10,35 fte tegen, voor 2015, een vast bedrag van 1.048.000. Met de (financiële) consequenties van deze herindeling evenals het onderbrengen van de bouwtaken is in deze begroting nog geen rekening gehouden. Stelsel van omgevingsdiensten Het stelsel van omgevingsdiensten zal in 2015 in Nederland meer samenhang en daadkracht moeten gaan tonen. Dat geldt in Gelderland, het landsdeel Oost en in geheel Nederland. Wij zullen ons als dienst inspannen en een bijdrage leveren in het succes van de collectiviteit van diensten. Als dienst zullen wij in het kader van vergunningverlening op het gebied van Milieu en overig WABO een trekkende rol spelen om de kader- en normstelling van vergunningverlening in Nederland te uniformeren. Zowel door het Rijk, IPO en VNG als vanuit de omgevingsdiensten ( Omgevingsdienst.nl) is dit een belangrijk thema. In Gelderland maar ook in landsdeel Oost zijn we als ODRN een belangrijke dienst voor de complexe vergunningverlening en het toezicht en de handhaving van de majeure risicobedrijven. De werkzaamheden die we in Gelderland én voor landsdeel Oost verrichten zullen steeds meer afgerekend worden naar prestaties die we ten behoeve van de verschillende bevoegde gezagen en diensten leveren. We zullen nog meer moeten leren als dienst onze prestaties zakelijk te verantwoorden. In Gelderland zal het stelsel van 7 omgevingsdiensten verder professionaliseren. Het doel is om het stelsel qua manier van werken overzichtelijker te maken en van al te ingewikkelde procedures te ontdoen.
4
Begroting 2015-2018 Als dienst zullen we vanuit de verantwoordelijkheid naar de complexe taken veel in landelijke netwerken werken. Voor de BRZO bedrijven is daar een nieuwe overlegstructuur voor ingericht waarin we als ODRN actief opereren. Wij zullen de landelijke principes en kaders vertalen door gebruik te maken van het door ons opgestarte ambtelijke en bestuurlijk overleg in Oost Nederland. In dat overleg wordt het inspectieprogramma BRZO besproken. Bij de oprichting van de ODRN was deze werkwijze in Oost Nederland nog niet voorzien waardoor we als dienst kritisch zullen monitoren of deze inspanning bij gelijkblijvende financiën kunnen worden verricht.
Efficiencytaakstelling In de meerjarenbegroting 2014-2017 was de efficiencytaakstelling voor het jaar 2014 ingevuld. Voor de overige jaren was de taakstelling door middel van een stelpost financieel verwerkt. In deze meerjarenbegroting is de taakstelling in zijn geheel functioneel verwerkt. Paragraaf 3.4 geeft verdere details over de invulling. Indexering De lasten en baten zijn conform het voorstel van de regionale adviesfunctie verhoogd met 1,46%. Bezuinigingen gemeente Nijmegen Bij de oprichting van de ODRN is door de deelnemers bepaald dat de ODRN de eerste 3 jaren wordt gefinancierd op basis van input: de deelnemer brengt personeel in en betaalt 3 jaar lang lumpsum de kosten hiervan aan de ODRN en krijgt hiervoor de gelijke omvang van dienstverlening terug als voorheen. Met ingang van 2016 wordt gewerkt met outputfinanciering en betalen de deelnemers op basis van werkelijk afname van de producten met de restrictie dat meer/minder afname binnen de afgesproken bandbreedte van 2% blijft. De gemeente Nijmegen ziet zich geconfronteerd met een aantal ontwikkelingen in de fysieke leefomgeving en wenst ondanks vorengenoemde afspraak een besparing realiseren. Omschrijving Beperken toezicht en handhaving in gebruiksfase milieu Beperken toezicht en handhaving in uitvoeringsfase bouwen
2014
2015
2016
2017
2018
150.000
150.000
150.000
150.000
150.000
100.000
100.000
100.000
100.000
100.000
Compensatie lagere opbrengsten
200.000
600.000
1.000.000
1.400.000
1.400.000
totaal
450.000
850.000
1.250.000
1.650.000
1.650.000
Ten gevolge van de crisis in de bouw zullen naar verwachting van de gemeente Nijmegen de baten uit de bouwleges afnemen met 1,4 mln. euro. Dit heeft een disbalans in haar begroting tot gevolg. Voor de komende jaren heeft de gemeente Nijmegen op dat aspect derhalve haar begroting bijgesteld. De gemeente heeft ervoor gekozen de legesverordening niet aan te passen, maar in 4 jaar tijd een structurele kostenbesparing realiseren binnen alle VTH processen van het fysieke domein. Momenteel, maart 2014, wordt er gezamenlijk met de gemeente Nijmegen onderzoek gedaan naar de wijze waarop besparingen kunnen worden gerealiseerd en welke bijdrage de ODRN aan kan leveren. De bezuinigingen zijn niet in de begroting opgenomen.
5
Begroting 2015-2018 Vertrekarrangement gemeente Nijmegen Door toepassing van het vertrekarrangement zijn 8 medewerkers vervroegd uit dienst getreden. De financiële consequenties van dit arrangement zijn in deze begroting verwerkt.
1.3 Berekening budgettair kader Onderstaand wordt het budgettaire kader voor de begroting 2015 berekend. Basis is het budget geraamd in de meerjarenbegroting 2014-2017. De gastheercompensatie wordt hier bij opgeteld, omdat deze in de nieuwe begroting bruto wordt verwerkt. Dit heeft uiteraard geen financiële consequenties voor de deelnemers maar verheldert de begroting. De gastheercompensatie is nu als last in de begroting opgenomen en niet meer van de deelnemersbijdragen afgetrokken. Omdat de efficiencytaakstelling via stelpost al financieel in de begroting 2014-2017 was verwerkt heeft de nu in de begroting 2015-2018 functionele invulling van deze bezuiniging geen financieel effect meer voor de deelnemers. Wat wel een klein financieel effect voor de deelnemers heeft is de raming van de toegestane verwachte kostenstijging. Dit leidt tot een iets hogere bijdrage. De integratie uitkering VTH 2014 (overheveling van Provinciefonds naar Gemeentefonds) is in de begroting verwerkt. De overheveling verloopt voor de ODRN budgettair neutraal. Dat wat er minder wordt ontvangen van de provincie Gelderland wordt meer ontvangen van de deelnemende gemeenten: verschillen die kunnen optreden door de overheveling van de gelden tussen provincie, gemeenten en ODRN zijn van tijdelijke aard, want met de invoering van outputfinanciering in 2016 staat prestatie tegenover budget en betaald niemand in principe teveel of te weinig.
integratie uitkering VTH taken
begroting
begroting
2.014
2015
2016
2017
2018
Gemeente Beuningen
113.351
113.351
113.351
113.351
113.351
Gemeente Druten
133.304
133.304
133.304
133.304
133.304
Gemeente Groesbeek
22.076
22.076
22.076
22.076
22.076
Gemeente Heumen
78.964
78.964
78.964
78.964
78.964
Gemeente Millingen
85.756
85.756
85.756
85.756
85.756
Gemeente Nijmegen
358.308
358.308
358.308
358.308
358.308
Gemeente Ubbergen
22.078
22.078
22.078
22.078
22.078
127.361
127.361
127.361
127.361
127.361
-941.198
-941.198
-941.198
-941.198
-941.198
0
0
0
0
0
Gemeente Wijchen Provincie Gelderland totaal
6
Begroting 2015-2018 Ook het effect van de toepassing van het vertrekarrangement is verwerkt. Daardoor daalt de bijdrage van de gemeente Nijmegen omdat de formatie die wordt betaald door de gemeente Nijmegen met bijna 8 fte is gedaald. Over de herbezetting van de ontstane vacatureruimte wordt momenteel overleg gevoerd.
De cijfermatige opstelling op totaalniveau ziet er als volgt uit.
Omschrijving
2014
Meerjarenbegroting 2014-2017 Gastheercompensatie
-vertrekarrangement GN Totaal begroting 2015-2018
2017
2018
270.000
11.108.070 10.727.480 10.501.647 10.284.349 10.284.349
+compensatie verwachte prijsstijging 2015 +/- overheveling integratie uitkering VTH
2016
10.868.070 10.457.480 10.501.647 10.284.349 10.284.349 240.000
totale baten MJB 2014-2017
2015
156.520
156.353
155.651
155.651
0
0
0
0
-445.000
-445.000
-445.000
-445.000
11.108.070 10.439.000 10.213.000
9.995.000
9.995.000
0
Voor een specificatie van de bijdrage per deelnemer wordt verwezen naar de bijlage 5.2.
7
Begroting 2015-2018
2. Programma’s Uitvoering passend bij visie en missie In de visie en missie van de Omgevingsdienst Regio Nijmegen is aangegeven dat de opgedragen taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving zodanig worden uitgevoerd dat deze dienstbaar zijn aan een veilige fysieke leefomgeving. Hierbij vindt de uitvoering plaats op kwalitatief goed niveau, efficiënt en met oog voor de klant. Extra aandacht wordt hierbij gegeven aan de risicovolle (bedrijfs)activiteiten in het kader van het toezicht op majeure risicobedrijven (o.a. BRZO) en de vergunningverlening bij complexe bedrijven. Uit te voeren taken Door de deelnemers is de uitvoering van de milieu taken in het kader van toezicht, handhaving en vergunningverlening op grond van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht (Wabo) en daarmee samenhangende regels neergelegd bij de Omgevingsdienst Regio Nijmegen. Daarnaast hebben de gemeente Nijmegen, de MUGgemeenten en de Provincie Gelderland het volledige Wabo-pakket ingebracht. De gemeente Nijmegen heeft daarnaast ook de vergunningverlenende en handhavende taken op het terrein van de Huisvestingswet, Leegstandswet en (deels) de APV ingebracht. In het kader van het Gelders stelsel van omgevingsdiensten zal binnen de ODRN de vergunningverlening voor complexe bedrijven uit de hele provincie plaats vinden. Op basis van landelijke afspraken over de BRZO zal toezicht en handhaving van majeure risicobedrijven voor landsdeel Oost (Gelderland + Overijssel) onder verantwoordelijkheid van de ODRN plaats vinden. Prestatie indicatoren In deze begroting zijn in beperkte mate prestatie indicatoren opgenomen. Deze zijn besproken met de deelnemers en zijn opgenomen in de werkplannen. Mede aan de hand van deze indicatoren kan het functioneren van de ODRN worden beoordeeld. Uiteraard is hierbij ook maatwerk mogelijk per deelnemer. Daarnaast is het van belang dat op individuele dossiers maatwerk wordt geleverd. Het zal hier vooral gaan om situaties die bestuurlijk gevoelig en/of technisch inhoudelijk of juridisch complex zijn. Beleidskaders Bij de uitvoering van de taken op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving gelden, naast wat wettelijk is voorgeschreven, de beleids- en/of toetsingskaders die worden ingebracht door de partners. In 2014, maar nu voor de begroting 2015 nog niet beschikbaar, zal beoordeeld worden in hoeverre er verschillen zitten in deze beleidskaders (bijv. het handhavingsbeleid, beleidsvisies op basis van Externe Veiligheid, Bibob beleid) van de partners en zullen voorstellen gedaan worden hoe met deze verschillen om te gaan. Ontwikkelingen De wet- en regelgeving is dynamisch. Het is van belang om tijdig in te spelen op veranderingen voor onszelf maar ook voor de partners. Deze veranderingen kunnen plaats vinden op gemeentelijk niveau (bijv. handhavingsbeleid of gemeentelijk Wabo-beleid), provinciaal niveau (bijv. provinciaal geurbeleid), nationaal niveau (bijv. Omgevingswet) of het Europese niveau (bijv. wijzigingen op het gebied van luchtkwaliteit). 8
Begroting 2015-2018 Van Input naar Output De werkzaamheden van de ODRN worden nu betaald door middel van de zogenaamde input-financiering. Hierbij brengen de deelnemers de financiële middelen in die medio 2010 op de begroting stonden voor vergunningverlening en handhaving. Het is de bedoeling om in de begroting van 2016 output-financiering te presenteren, waarbij financiering per product mogelijk is. Hierbij is het van belang om de tijdsbesteding per product goed te definiëren. Zoals vermeld is 2015 het jaar waarin de productencatalogus, ontwikkeld als onderlegger voor de outputfinanciering, wordt getest. Bij het opstellen van vergunningen en het uitvoeren van toezicht en handhaving wordt gebruik gemaakt van kengetallen. Voor het bouwdeel is in 2013 een eerste aanzet gemaakt om goede kengetallen te ontwikkelen. In 2014 zijn deze kengetallen getoetst en aangescherpt. Voor het milieudeel zijn concept kentallen beschikbaar welke komend jaar getoetst en indien nodig aangescherpt worden. Verwacht wordt dat voor het merendeel van de producten op het gebied van vergunningverlening en handhaving eind 2014 kengetallen beschikbaar zijn, maar nu bij het opstellen van de begroting 2015, februari 2014, nog niet volledig beschikbaar zijn.
Indeling en opzet programma’s Met het oog op outputfinanciering in de begroting 2016 is de programma indeling en opzet in deze begroting veranderd en smarter gemaakt. De programma’s zijn nu, naast een algemene omschrijving, ingericht met de 3 W’s vragen: Wat willen we bereiken? Wat gaan we er voor doen? Wat mag het kosten? Onder “wat willen we bereiken” is een eerste aanzet gemaakt met het opnemen van prestatie indicatoren. Bij “wat mag het kosten” zijn naast de lasten ook de bijdragen van de deelnemers/opdrachtgevers geraamd en dus niet meer op het programma algemene dekkingsmiddelen dat dan ook is vervallen. Voor BRZO activiteiten is een afzonderlijk programma gemaakt. Dit geldt ook voor de vergunningverlening t.b.v. het stelsel. Tot slot is een programma Advisering en bijzondere opdrachten gemaakt. Onderstaand een overzicht van de oude versus nieuwe programma’s
Oude indeling Vergunningverlening Handhaving en Toezicht BRZO en complexe vergunningverlening Projecten en bovenregionale taken Algemene dekkingsmiddelen -
Nieuwe indeling Vergunningverlening Handhaving en Toezicht BRZO Vergunningverlening t.b.v. stelsel Advisering en bijzondere opdrachten
9
Begroting 2015-2018 De nieuwe indeling van de programma’s in de begroting beoogt de financiële inzichtelijkheid van het totale takenpakket zo goed mogelijk in beeld te brengen, te kunnen ramen en voor straks in de jaarrekening te kunnen verantwoorden. . 2013 heeft ons geleerd dat het werkprogramma en de financiële verantwoording daarvan vraagt om: 1. Onderscheid te maken tussen BRZO en vergunningverlening t.b.v. het stelsel. 2. Werkzaamheden die voor het stelsel worden gedaan en werkzaamheden die voor de regio Nijmegen worden verricht.
10
Begroting 2015-2018 2.1 Programma Vergunningverlening Omschrijving Op het gebied van Vergunningverlening wordt er een diversiteit aan producten geleverd: o Omgevingsvergunningen: regulier en uitgebreid betreffende bouwen (incl. monumenten), milieu, brandveiligheid, aanleggen en alles wat verder onder de Wabo valt. o Afhandeling meldingen: milieu (o.a. activiteitenbesluit), brandveilig gebruik gebouwen slopen. o Adviezen in het kader van ontwikkeling bouwprojecten (toepassing Bouwbesluit, aanpasbaar en toegankelijk bouwen, GPR, EPC etc.). o Vergunningen op basis van Huisvestingswet, Leegstandswet en APV. Uitgezonderd zijn de milieuonderdelen t.b.v. het stelsel, deze worden in een ander programma beschikt
Wat willen we bereiken? o o o o
Indicatoren
We zorgen ervoor dat de vergunningsaanvragen binnen de daarvoor afgesproken termijn worden afgehandeld. We verzenden het aanvullingsverzoek van een aanvraag binnen 21 dagen na binnenkomst. We voorkomen dat een vergunning’ van rechtswege’ wordt beschikt of binnen de termijn van ‘orde’. De beschikking is van voldoende kwaliteit om in een juridische procedure overeind te blijven.
realisatie 2013
Verzenden aanvullingsverzoek Tijdig leveren vergunning
99.5%
doelstelling 2014
2015
2016
2017
2018
21dgn.
21dgn.
21dgn.
21dgn..
21dgn.
80%
80%
80%
80%
80%
Wat gaan we er voor doen? We gaan de vergunningverlening uitvoeren met goed opgeleide medewerkers. De kwaliteitscriteria hebben we geïmplementeerd binnen dit programma. Daarnaast bestaat de wens van de gemeente Nijmegen om extra te toetsen op duurzaamheid bij afgesproken bouwplannen met het GPR-toetsingsprogramma.
Verwachte ontwikkelingen De vorig jaar aangekondigde productencatalogus is gereed en zal dit jaar worden getoetst aan de realiteit. Finetuning kan dit jaar nog plaats vinden om zo in 2016 een omschakeling naar een output-begroting te maken. In 2015 zal naar verwachting een duaal stelsel zijn ingetreden voor het onderdeel Bouwen. Anders gezegd: het zal mogelijk zijn dat gecertificeerde private partijen de toets op het Bouwbesluit kunnen uitvoeren. Een vergunningaanvrager heeft dan de keuze om de 11
Begroting 2015-2018 verplichte Bouwbesluittoets bij de overheid of een private partij te uitvoeren. Hoe deze ontwikkeling van invloed zal zijn op dit programma is nu nog niet geheel duidelijk. Wel hebben we als ODRN maatregelen getroffen door vacatures op het gebeid van bouwen niet in te vullen maar op te nemen in de flexibel schil. Medio 2014 zal de Tweede Kamer hier een besluit op nemen. Met ingang van 2015 willen de MUG-gemeenten het volledige Wabo-pakket inbrengen bij de ODRN. Dit betekent dat naast de bestaande milieutaken ook de Briks taken worden uitgevoerd. In deze begroting is hiermee nog geen rekening gehouden omdat ten tijde van de samenstelling van deze begroting nog geen volledig inzicht in de in te brengen budgetten beschikbaar was. Er zijn signalen dat andere partner gemeenten in 2015 ook hun volledige Wabo-pakket zouden willen inbrengen.
Financiële gegevens wat mag het kosten?
rekening
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
3.469.000
3.405.900
3.345.300
3.345.300
Beuningen
170.500
167.700
165.000
165.000
Druten
130.000
128.200
126.400
126.400
Groesbeek
69.500
67.800
66.600
66.600
Heumen
69.500
68.600
67.700
67.700
Millingen aan de Rijn
43.700
43.300
43.000
43.000
Nijmegen
2.502.600
2.464.700
2.428.700
2.428.700
Ubbergen
20.900
20.600
20.300
20.300
Wijchen
143.100
141.000
139.000
139.000
Provincie Gelderland
320.000
310.000
300.600
300.600
0
0
0
0
Financiële Lasten per product Vergunningverlening
n.b.
n.b.
Financiële baten
Totaal programma
Toelichting financiën Geraamd zijn hier de kosten van vergunningverlening op totaalniveau. Met de invoering van outputfinanciering in 2016 zal dit product verder gedetailleerd worden. Op dit moment is deze informatie nog niet beschikbaar. Door de nieuwe programma indeling zijn de vergelijkende cijfers uit begroting 2014 en rekening 2013 niet beschikbaar.
12
Begroting 2015-2018 2.2 Programma Handhaving en Toezicht Omschrijving De controles en het toezicht in het kader van de milieuregelgeving vinden plaats voor alle deelnemers van de ODRN. De controles op het gebied van bouwen, slopen etc. vinden plaats voor de gemeente Nijmegen en voor de provincie Gelderland. Vanaf 1 januari 2015 worden de bouwtaken ook uitgevoerd voor de MUG-gemeenten.
Wat willen we bereiken? In samenspraak met de deelnemers aan de ODRN is een werkplan opgesteld. Dit werkplan willen we uitvoeren conform afspraak. Daarnaast willen we de VTH taken goed en slagvaardig vormgeven, waardoor het naleefgedrag wordt verbeterd. Gemelde milieu- en bouwklachten willen we snel en adequaat in behandeling nemen. In 2015 willen we een verdere verdiepingsslag maken in de kwaliteit van de geleverde producten.
indicatoren 1. 2.
3. 4.
5.
realisatie doelstelling 2013 2014
Geplande bezoekfrequentie Wabo gerealiseerd Controlebevindingen dat binnen drie weken na het controlebezoek aan de inrichtinghouder is verzonden Klachten binnen 1 week in behandeling Hercontroles uitgevoerd en gerapporteerd n.a.v. waarschuwingsbrief binnen vier weken na afloop hersteltermijn / -datum Lasten onder dwangsom binnen vier weken na verstrijken begunstigingstermijn gecontroleerd
2015
2016
2017
2018
88%
90%
90%
90%
90%
90%
Niet gemeten
85%
85%
85%
85%
85%
100%
100%
100%
100%
100%
100%
Niet gemeten
80%
80%
80%
80%
80%
Niet gemeten
80%
80%
80%
80%
80%
Wat gaan we er voor doen? De beschikbare milieuhandhavingscapaciteit zal planmatig worden ingezet. Enerzijds voor het uitvoeren van de geplande milieucontroles, anderzijds voor de uitvoering van een aantal projecten (zowel regionaal als provinciaal binnen het stelsel). Dat zijn binnen het stelsel ondermeer de volgende projecten. Het ketentoezicht bij de gezamenlijk afgesproken branches (maximaal drie). Binnen de regio worden de Vierdaagseweek en de eindejaarscontroles bij vuurwerkverkooppunten projectmatig aangepakt. Inspectie op de uitvoering van bouwplannen vindt plaats voor bouwwerken waarvoor een omgevingsvergunning is verstrekt. De frequentie van het toezicht wordt bepaald door het handhavingsbeleid van de opdrachtgevers en zal variëren afhankelijk van de aard van het bouwwerk. Indien hiervoor aanleiding is zal er steekproefsgewijs of themagericht toezicht worden gehouden op de bestaande bebouwing. Ook zal toezicht worden gehouden met het oog op illegale bouw, op voorschriften betrekking hebbende op slopen van een bouwwerk (inclusief asbestverwijdering) en het plaatsen van reclame. Bij overtredingen zal het bestuursrechtelijke instrumentarium worden aangewend om de overtreding te beëindigen. 13
Begroting 2015-2018 Medewerkers zullen ook in 2015 opleidingen volgen in het kader van de kwaliteitscriteria.
Verwachte ontwikkelingen In 2015 zullen de effecten van de privatisering van het bouwtoezicht duidelijk worden. Naar verwachting zullen de kwaliteitscriteria per 1 januari 2015 wettelijk verankerd worden.
Financiële gegevens wat mag het kosten
rekening
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
4.293.000
4.166.900
4.045.300
4.045.300
Beuningen
341.100
335.500
330.200
330.200
Druten
260.000
256.400
252.900
252.900
Groesbeek
138.200
135.500
133.000
133.000
Heumen
139.000
137.100
135.400
135.400
87.500
86.800
86.200
86.200
Nijmegen
2.550.000
2474.300
2401.600
2401.600
Ubbergen
41.800
41.200
40.700
40.700
Wijchen
286.300
282.100
278.000
278.000
Provincie Gelderland
450.000
431.200
414.500
414.500
0
0
0
0
Financiële lasten per product Handhaving en toezicht
Financiële baten
Millingen aan de Rijn
Totaal programma
Toelichting financiën Geraamd zijn hier de kosten van handhaving en toezicht op totaalniveau. Met de invoering van outputfinanciering in 2016 zal dit product verder gedetailleerd worden. Op dit moment is deze informatie nog niet beschikbaar. Door de nieuwe programma indeling zijn de vergelijkende cijfers uit begroting 2014 en rekening 2013 niet beschikbaar.
14
Begroting 2015-2018 2.3 Programma BRZO Omschrijving De ODRN is aangewezen als één van de 6 Omgevingsdiensten in Nederland die verantwoordelijk zijn voor de uitvoering van de WABO taken bij de majeure risico bedrijven (BRZO of IPPC categorie 4 Richtlijn industriële emissies). De ODRN zal die taken uitvoeren voor de bedrijven in landsdeel Oost (Overijssel en Gelderland). Het gaat hierbij momenteel om 54 bedrijven, waarvan 34 gelegen in Gelderland en 20 in Overijssel. De ODRN is verantwoordelijkheid voor de kwaliteit van de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving. De bevoegdheid blijft bij de provincies of, indien een gemeente bevoegd gezag is, bij de individuele gemeenten.
Wat willen we bereiken? De VTH taken goed en slagvaardig vormgeven, waardoor de veiligheidsrisico's beter beheerst worden. Adequaat optreden als er onaanvaardbare risico's gezien worden. Intensieve samenwerking realiseren op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving bij de majeure risico bedrijven.
Indicatoren *
realisatie 2013
1. Aantal gerealiseerde Brzo controles 2. Geplande Wabo controles gerealiseerd 3. Onaangekondigde controles Wabo op veiligheidsaspecten 4. Inspectierapportages binnen 8 weken na het controlebezoek aan bedrijf verzonden 5.tijdig leveren van vergunning
doelstelling 2014
2015
2016
2017
2018
100%
100%
100%
100%
100%
100%
?%
90%
90%
90%
90%
90%
?%
60%
60%
60%
60%
60%
?%
90% 80%
90% 80%
90% 80%
90% 80%
90% 80%
*Deze indicatoren staan in de DVO’s van de provincie Gelderland en gemeente Nijmegen. Voor de andere 20 opdrachtgevers heeft de ODRN dergelijke afspraken nog niet gemaakt. De bedoeling is om dit jaar in de vorm van een bestuurlijk meerjarenplan deze indicatoren te laten vaststellen.
Wat gaan we er voor doen? We zorgen ervoor dat de vergunningen bij BRZO bedrijven actueel zijn. Naast genoemde (administratieve) controles zullen we ook een bijdrage leveren aan landelijke en regionale projecten. Het traject standaardiseren en uniformeren van vergunningen voor BRZO bedrijven, dat door de ODRN wordt getrokken, zal in 2015 verder worden vormgegeven. Medewerkers zullen opleidingen volgen in het kader van de kwaliteitscriteria. We implementeren risico- en informatie gestuurd benaderen van bedrijven. We evalueren de mandaten/DVO’s. we organiseren een bestuurlijk overleg Oost NL en managementoverleg Oost NL met andere partners die betrokken zijn bij de vergunningverlening, toezicht en handhaving bij majeure risico bedrijven.
Verwachte ontwikkelingen Naar verwachting zal in 2015 de Wet VTH in werking treden. De ODRN zal zich voorbereiden op de consequenties van de vergunningverlening, toezicht en handhaving bij majeure risico bedrijven. Daarnaast is de verwachting dat de zes Brzo omgevingsdiensten steeds meer als één organisatie zullen fungeren bij de uitvoering van de VTH taken. Dit om de landelijke uniformiteit en kwaliteit te verbeteren. 15
Begroting 2015-2018 Financiële gegevens wat mag het kosten
rekening
begroting
2013
2014
2015
2016
2017
2018
1.135.000
1.104.500
1.073.400
1.073.400
Nijmegen
250.000
245.000
240.000
240.000
Provincie Gelderland
569.200
550.000
530.000
530.000
OVIJ
30.600
30.000
29.400
29.400
ODRA
75.800
74.300
72.800
72.800
ODR
47.900
46.900
46.000
46.000
ODNV
36.800
36.100
35.400
35.400
ODDV
92.900
91.000
89.200
89.200
ODA
31.800
31.200
30.600
30.600
0
0
0
0
Financiële lasten per product BRZO
Financiële baten
Totaal programma
Toelichting Financiën Geraamd zijn hier de kosten van BRZO op totaalniveau. Met de invoering van outputfinanciering in 2016 zal dit product verder gedetailleerd worden. Op dit moment is deze informatie nog niet beschikbaar. Door de nieuwe programma indeling zijn de vergelijkende cijfers uit begroting 2014 en rekening 2013 niet beschikbaar.
16
Begroting 2015-2018 2.4 Programma Vergunningverlening t.b.v. het stelsel Omschrijving In Gelderland zijn circa 400 bedrijven als ‘complex’ gedefinieerd. Dit wil zeggen dat voor het opstellen van de omgevingsvergunning met de activiteit milieu voor deze bedrijven specifieke expertise nodig is. Van deze bedrijven vallen er ongeveer 150 onder het bevoegd gezag van de provincie en ca. 250 onder het bevoegd gezag van individuele gemeenten. De ODRN is verantwoordelijk voor het opstellen van de Wabo-vergunning voor het onderdeel milieu. Het gaat hierbij om alle soorten milieuvergunningen en -meldingen die hierbij aan de orde kunnen zijn. Te denken valt bijvoorbeeld aan: de oprichtingsvergunning, de revisievergunning, de veranderingsvergunning, actualiseringen n.a.v. wetswijzigingen of ontwikkelingen in jurisprudentie, meldingen in het kader van het Actualiteiten besluit, MER beoordelingen en MER.
Wat willen we bereiken? We zorgen ervoor dat vergunningaanvragen van complexe bedrijven in Gelderland binnen de daarvoor afgesproken termijnen worden behandeld voor wat betreft het onderdeel milieu. Dit betekent dat tijdig het vergunningsadvies geleverd wordt aan de Omgevingsdienst die het mandaat heeft voor de vergunning. We voorkomen dat een vergunning ‘van rechtswege’ wordt verleend. We zorgen er voor dat de vergunningen kwalitatief goed zijn en in eventuele juridische procedures ‘overeind’ blijven.
indicatoren
realisatie 2013
doelstelling 2014
5. Tijdig leveren vergunning
2015
2016
2017
2018
80%
80%
80%
80%
Wat gaan we er voor doen? Voor de uitvoering van de complexe vergunningverlening wordt samengewerkt met de 6 andere Omgevingsdiensten in Gelderland. De werkwijze is in hoofdlijn zo dat de ODRN de vergunning opstelt en deze als een advies aanbiedt aan de andere Omgevingsdienst. Deze dienst (of haar één van haar partners) heeft het mandaat om de vergunning namens het bevoegd gezag te tekenen en te verzenden. Deze werkwijze is relatief complex en we zorgen dan ook voor een goede afstemming en overleg met de andere Omgevingsdienst. We zorgen ervoor dat we voldoende kwalitatief goed geschoolde medewerkers hebben om het milieugedeelte van de vergunningen van kwalitatief voldoende niveau op te stellen. Bij een toename van de vraag om vergunningen zorgen we ervoor dat, binnen de financiële mogelijkheden, extra personeel wordt ingezet zodat we op tijd kunnen leveren. Met alle Omgevingsdiensten zijn Dienstverleningsovereenkomsten gesloten waarin afspraken gemaakt worden over de levertijden en de wijze van aanlevering van de vergunningen. We zorgen ervoor dat 80% van onze vergunningen op tijd is aangeleverd.
Verwachte ontwikkelingen
e
Verwacht wordt dat medio 2015 de 4 tranche van het Activiteitenbesluit in werking zal treden. Dat kan wellicht effect hebben op het bestand van complexe inrichtingen. Omdat
17
Begroting 2015-2018 jaarlijks dit bestand wordt geactualiseerd zal deze ontwikkeling hierin worden meegenomen.
Financiële gegevens
wat mag het kosten
rekening 2013
begroting 2014
2015
2016
2017
2018
1.540.700
1.511.500
1.785.200
1.785.200
OVIJ
199.700
195.700
192.000
192.000
ODRA
331.100
324.800
318.500
318.500
ODR
289.900
284.300
278.600
278.600
ODNV
197.600
193.900
190.000
190.000
ODDV
201.300
197.500
193.600
193.600
ODA
321.300
315.300
309.100
309.100
0
0
0
0
Financiële lasten per product Vergunningverlening
Financiële baten
Totaal programma
Toelichting Financiën Geraamd zijn hier de kosten van vergunningverlening ten behoeve van het stelsel. Met de invoering van outputfinanciering in 2016 zal dit product verder gedetailleerd worden. Op dit moment is deze informatie nog niet beschikbaar. Door de nieuwe programma indeling zijn de vergelijkende cijfers uit begroting 2014 en rekening 2013 niet beschikbaar.
18
Begroting 2015-2018
2.5 Programma advisering en bijzondere opdrachten Omschrijving Advisering: Voor diverse opdrachtgevers verzorgen we de advisering op het gebied van milieu. Vaak gaat het hierbij om milieuadvisering in het kader van ruimtelijke processen of planprocedures. Het kan hierbij gaan om integrale milieuadvisering, waarbij voor alle relevante milieuaspecten een beoordeling wordt gegeven over de (on)mogelijkheid van een ruimtelijke ontwikkeling. Bijzondere opdrachten: Opdrachten al dan niet in projectvorm, met of zonder intern of extern budget die programma overstijgend zijn worden hier verantwoord.
Wat willen we bereiken? Advisering: Als zich knelpunten aandienen wordt aangegeven hoe hiermee kan worden omgegaan. Regelmatig komt het voor dat voor een individueel milieuaspect advies gevraagd wordt, bijvoorbeeld op het gebied van externe veiligheid, geurhinder, geluidskwaliteit of bodemkwaliteit. Naast advisering in het kader van ruimtelijke ontwikkelingen wordt ook in ander kader geadviseerd, bijvoorbeeld ten behoeve van de APV of als ondersteuning in juridische procedures. Bijzondere Opdrachten: Inzicht geven in de bijzondere projecten, processen en bijzondere opdrachten binnen de ODRN
Wat gaan we er voor doen? Advisering: Voor de advisering zorgen we voor voldoende kwalitatief goed geschoold personeel. We zorgen ervoor dat we de ontwikkelingen op milieugebied als de ontwikkelingen op het gebied van ruimtelijke ordening geïntegreerd worden in het advies. e We werken hierbij met een systeem van 2 lezing en kwaliteitsborging. Met de diverse opdrachtgevers worden afspraken gemaakt over de termijnen van levering. Bijzondere opdrachten:
Verwachte ontwikkelingen
19
Begroting 2015-2018
Financiële Gegevens wat mag het kosten
rekening 2013
begroting 2014
Financiële lasten per product Adviezen projecten
2015
2016
2017
2018
p.m.
p.m.
p.m.
p.m.
0
0
0
0
Financiële baten
Totaal programma
Toelichting financiën Geraamd worden hier met de kosten van adviezen en bijzondere opdrachten. Detailinformatie is nog niet beschikbaar vandaar dat nu met p.m. moet worden volstaan.
20
Begroting 2015-2018
3. Financiële begroting 2015-2018 3.1 Inleiding In dit hoofdstuk wordt de financiële begroting van de ODRN weergegeven.
3.2 Uitgangspunten De basis voor deze begroting is de vastgestelde begroting 2014. Voor de samenstelling van de begroting 2015 zijn de begrotingsuitgangspunten gehanteerd die door de Dagelijks Bestuur d.d. 19 december 2013 zijn vastgesteld evenals het advies van de Regionale Adviesfunctie. o De - salariskosten zijn gebaseerd op het maximum van de schaal van de inbreng. o De- lasten en de baten zijn ten opzicht van 2014 geïndexeerd met een percentage van 1,46. Dit is conform het advies van de regionale adviescommissie. o De- opgelegde efficiencykorting is functioneel verwerkt in de begroting. o Voor - investeringen wordt gerekend met een rentepercentage van 4% (gebaseerd op rentepercentage langlopende geldleningen met een looptijd van 25 jaar bij de BNG) o De- begroting is zonder kostprijsverhogend Btw-effect. De ODRN factureert naar de deelnemers inclusief BTW, waarna de deelnemers deze BTW kunnen declareren bij het BTW compensatiefonds. o De - bijdrage aan de programmatische bovenregionale taken van de omgevingsdiensten De Vallei, Rivierenland en Veluwe en IJssel (afspraken van het Gelders Stelsel) zijn verwerkt op basis van de opgave van de provinciale regie. o Er- zijn geen materiële budgetten van het primair proces geraamd. Dit betreft proceskosten, onderzoeks- en advieskosten en publicatiekosten. Voor de laatste is dat correct omdat de publicatiekosten voor rekening van de deelnemers blijven (bevoegd gezag). Eventueel optredende proceskosten en onderzoeks- en advieskosten dienen rechtstreeks door desbetreffende deelnemer betaald te worden omdat de budgetten daarvoor zijn achtergebleven bij de deelnemers. o Er- is geen post onvoorzien geraamd.
3.3 Bijdrage: eerst vast daarna outputgericht Deze ODRN begroting is de laatste inputbegroting. Er worden nu gegevens verzameld om in de begroting 2016 een outputmodel te presenteren. Een outputmodel houdt in dat de omgevingsdienst (zoveel mogelijk) op basis van geleverde prestaties en afgenomen producten wordt bekostigd (kostprijs per prestatie/product). Nu met deze inputbegroting geldt nog: het geraamde budget 2015 wordt door de deelnemers aan de ODRN betaald. Wat er is geraamd qua budget primair proces wordt vertaald in uren. De deelnemer (regiefunctionaris) overlegt periodiek met de directeur van de ODRN over de inzet van de uren t.b.v. de begroting. Elke partner gaat in overleg met de directeur van de ODRN de beschikbare uren inplannen op basis van de prioriteitstelling van de
21
Begroting 2015-2018 betreffende partner. Zo ontstaan de handhavings- en vergunningenplannen. De ODRN schrijft vervolgens per gemeente tijd zodat elke gemeente ‘waar voor zijn inbreng’ krijgt. Urenverschillen De directeur van de ODRN heeft begrotingstechnisch 3 opdrachten: Uitvoeren van de taken binnen de budgetten van de begroting; De opdracht om de afgesproken urenproductie van de deelnemers te realiseren; De efficiencydoelstelling te behalen. BRZO en Complexe vergunningverlening Voor de BRZO en Complexe vergunningverlening heeft de directeur een opdracht aanvullend op de hiervoor geschetste werkwijze. Deze taak wordt bekostigd door andere omgevingsdiensten. Het is de opdracht om te sturen op de werkvoorraad, de formatie en de bijdragen.
3.4 Efficiencytaakstelling In de begroting 2014 was de taakstelling onder de lasten als negatieve stelpost op genomen. Hierdoor daalden de geraamde lasten, maar ook de baten: In de deelnemersbijdrage was dus de verwachte opbrengst van de taakstelling dus al verwerkt. In de begroting 2015 is deze negatieve stelpost op nul gezet en is de taakstelling functioneel verwerkt en wel als volgt.
omschrijving
2014
2015
2016
2017
2018
235.000
463.000
690.000
907.000
907.000
ingevuld via GH budget
74.000
44.000
314.000
314.000
314.000
Inhuurbudget schrappen
55.000
152.000
152.000
152.000
152.000
Korting loonsom
92.000
193.000
193.000
307.000
307.000
Korting materieel budget
14.000
14.000
14.000
14.000
14.000
60.000
90.000
120.000
120.000
463.000
763.000
907.000
907.000
Taakstelling
Realisatie:
Korting op ondersteuning Totaal realisatie
235.000
Gevolg van de invulling is dat de omvang van de loonsom fors daalt en dat er voor inhuur geen specifiek budget meer aanwezig is. De kosten van noodzakelijke inhuur kunnen nog alleen nog maar worden gedekt door aanwezige vacatureruimte (de zgn. flexibele schil).
22
Begroting 2015-2018
3.5 Financiële meerjarenbegroting Onderstaand is de financiële meerjarenbegroting opgenomen, die vervolgens per onderdeel wordt toegelicht. De vermelde cijfers voor de jaarrekening zijn onverkort uit de jaarrekening 2013 overgenomen. De cijfers van de begroting 2014 zijn die van de primitieve, oorspronkelijke, begroting. Een wijziging van de begroting 2014 heeft nog niet plaatsgevonden Het overgrote deel van de materiele kosten wordt ingekocht bij de gastheer de gemeente Nijmegen. De bedragen voor deze dienstverlening liggen vast in de gesloten dienstverleningsovereenkomst en passen met inachtneming van de mutaties o.a. als gevolg van een lagere personele formatie, binnen de in deze begroting geraamde materiële budgetten. Ten opzichte van de begroting 2014 zijn een aantal kostensoorten toegevoegd. Dit naar aanleiding van de opgedane praktijkervaring vanaf de start van de ODRN per 1 april 2013 tot heden. Binnenlijns, dus zonder financiële uitzetting, zijn de ramingen herverdeeld zodat ook op de nieuwe kostensoorten budgetten beschikbaar zijn.
23
Begroting 2015-2018 Lasten
nr. Omschrijving
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17 18 19 20
Salariskosten efficiencytaakstelling Opleidingskosten Overige personeelskosten Mobiliteitskosten Inhuur Piofah taken gastheer Piofah gastheercompensatie Piofah gastheer minus compensatie Huisvesting en verzekeringen Kapitaallasten ICT kosten Accountant abonnementen, boeken, tijdschriften Representatiekosten kosten telefonie kantoorbehoeften Overige materiele kosten Budget externe veiligheid Bijdrage regionaal stelsel subtotaal lasten 21 opstartkosten totaal lasten
jaarrekening 2013*
begroting 2.014
begroting 2015
4.956.685 0 105.271 103.824 79.642 711.885 712.500 -450.000 450.000 262.282 35.105 175.446 15.000
7.923.000 -235.000 145.000 145.000 90.000 152.000 1.215.000 -240.000 314.000 415.000 399.000 238.000 20.000
2016
2017
2018
7.399.000 0 145.000 98.000 91.500 0 1.172.000 270.000
7.399.000
7.285.000
7.285.000
145.000 98.000 91.500 0 1.142.000 0
145.000 98.000 91.500 0 1.112.000 0
145.000 98.000 91.500 0 1.112.000 0
152.000 135.000 10.868.000
354.000 399.000 240.000 15.000 15.000 6.500 35.000 25.000 37.000 0 137.000 10.439.000
354.000 399.000 240.000 15.000 15.000 6.500 35.000 25.000 111.000 0 137.000 10.213.000
354.000 399.000 240.000 15.000 15.000 6.500 35.000 25.000 37.000 0 137000 9.995.000
354.000 399.000 240.000 15.000 15.000 6.500 35.000 25.000 37.000 0 137000 9.995.000
10.868.000
10.439.000
10.213.000
9.995.000
9.995.000
9.866
90.057 0 110.751 7.368.314 991.000 8.359.314
24
Begroting 2015-2018
nr. Omschrijving baten
jaarrekening 2013*
begroting 2.014
begroting 2015
2016
2017
2018
22 Subsidie externe veiligheid 23 Baten bovenregionale taken 24 Deelnemersbijdragen: Gemeente Beuningen Gemeente Druten Gemeente Groesbeek Gemeente Heumen Gemeente Millingen aan de Rijn Gemeente Nijmegen Gemeente Ubbergen Gemeente Wijchen Provincie Gelderland subtotaal baten eenmalige baten opstartkosten totaal lasten
74.637 1.376.721
152.000 1.869.101
1.856.500
1.821.000
1.785.200
1.785.200
254.170 163.834 118.144 82.635 28.905 4.155.386 25.898 192.828 1.455.451 7.928.609 48.890 991.000 8.968.499
487.978 374.772 196.163 200.720 128.368 5.783.408 60.201 411.434 1.203.855 10.868.000
511.600 390.000 207.300 208.500 131.200 4.944.500 62.700 429.400 1.339.200 10439.000
503.200 384.600 203.300 205.700 130.100 4.830.900 61.800 423.100 1.291.200 10.213.000
495.200 379.300 199.600 203.100 129.200 4.722.200 61.000 417.000 1.245.100 9.995.000
495.200 379.300 199.600 203.100 129.200 4.722.200 61.000 417.000 1.245.100 9.995.000
10.868.000
9.589.000
8.963.000
8.345.000
8.345.000
Rekening-/begrotingssaldo
-609.185
0
0
0
0
0
*Jaarrekening 2013 = 9 maanden
25
Begroting 2015-2018
3.6 Toelichting op de begrotingsposten 1.Salariskosten De geraamde salariskosten zijn volgens onderstaande berekening tot stand gekomen.
Salariskosten Raming begroting 2014 realisatie eff. taakstelling Prijscompensatie 2015 Realisatie restant efficiency.taakstelling Basisraming 2015 vertrekarrangement Raming begroting 2015
2014 7.923.000
7.923.000 7.923.000
2015 7.923.000 -92.000 114.000
2016 7.923.000 -92.000 114.000
2017 7.923.000 -92.000 114.000
2018 7.923.000 -92.000 114.000
-101.000 7.844.000 -445.000 7.399.000
-101.000 7.844.000 -445.000 7.399.000
-215.000 7.730.000 -445.000 7.285.000
-215.000 7.730.000 -445.000 7.285.000
2. Efficiencytaakstelling Zie paragraaf 3.4. De taakstelling is met ingang van 2015 functioneel verwerkt, waardoor hier niets mee behoeft te worden geraamd. 4. Overige personeelskosten Budget hier verlaagd ten behoeve van nieuw geraamd budget telefonie en abonnementen e.d. Geraamd zijn hier de kosten van de bedrijfszorg, koffievoorziening, premie werkgeversverzekering (WA), kosten salarisadministratie en overige personeelsvoorzieningen. 5. Mobiliteitskosten Geraamd zijn hier de kosten van de gereden dienstkilometers, eventuele verblijfskosten en de vergoedingen voor kosten van openbaar vervoer. E.e.a. conform het Gelders Sociaal Plan. 6.Inhuur Er is geen specifiek inhuurbudget meer beschikbaar omdat het budget ter realisatie van de efficiency taakstelling is bezuinigd.
7.piofah taken gastheer Ook in de ondersteuning dient efficiënter gewerkt te worden en daarom is de bijdrage voor de Piofah taken verlaagd in overeenstemming met de percentages van de efficiencytaakstelling:
26
Begroting 2015-2018 Piofah taken Raming begroting 2014 Prijscompensatie 2015 Realisatie efficiencytaakst. Raming 2015
2014 1215.000 -
2015 1215.000 17.000 -60.000 1.172.000
2016 1215.000 17.000 -90.000 1.142.000
2017 1215.000 17.000 -120.000 1.112.000
2018 1215.000 17.000 -120.000 1.112.000
8 en 9 Piofah gastheer compensatie. Doordat de efficiencytaakstelling nu in zijn geheel is verwerkt kan de bruto verwerking in de begroting vervallen is behoeft nu alleen nog de laatste tranche van de aan de deelnemers uit te betalen gastheer compensatie te worden geraamd. In totaal is over de jaren 2013 tot en met 2015 aan gastheercompensatie 960.000 euro aan de deelnemers uitbetaald. 10. Huisvesting en verzekering Budget hier verlaagd ten behoeve van nieuwe geraamde budgetten kantoorbehoeften en overige materiele kosten. Geraamd is hier de huur van het bedrijfspand alsmede kosten van de inboedelverzekering, schoonmaak, beveiliging en energiekosten. 11. Kapitaallasten De ODRN doet investeringen in huisvesting en ICT van de organisatie. De investeringen worden annuïtair afgeschreven om een gelijkblijvende kapitaallast te krijgen. De afschrijvingstermijn voor de investeringen is: nr. 1 = 10 jaar, nr. 2 = 5 jaar en voor nr. 3 = 3 jaar. Deze investeringen hebben de volgende opbouw: Investering 1. Inrichting (meubilair, vloerbedekking etc.)
Bedrag
Kapitaallast
1.000.000
130.000
2a. ICT Applicaties
400.000
2b. ICT Integraal systeem Gelderland
430.000
2c. ICT Servers 3. ICT Pc’s, laptops, tablets, printers Totaal
50.000
203.000
180.000
66.000
2.060.000
399.000
12. ICT kosten Dit betreft het budget voor directe ICT-kosten die niet worden geactiveerd. Dit gaat om licenties van kantoorautomatisering en expertsystemen. 13. Accountant De ODRN is een zelfstandige organisatie met een eigen jaarrekening en heeft daarom te maken met de kosten van een accountantscontrole. 14. Abonnementen Geraamd worden hier de kosten van vakliteratuur. Raming op basis van ervaring werkelijk uitgaven 2013. Hoewel het een nieuw budget betreft is het op totaal niveau geen uitzetting omdat andere budget(ten) hiervoor zijn afgeraamd.
27
Begroting 2015-2018 15 Representatiekosten Geraamd worden hier de kosten van representatie. Raming op basis van ervaring werkelijk uitgaven 2013. Hoewel het een nieuw budget betreft is het op totaal niveau geen uitzetting omdat andere budget(ten) hiervoor zijn afgeraamd. 16. Kosten van telefonie. Geraamd zijn hier de abonnementskosten en gebruikskosten van telefonie. Raming op basis van ervaring werkelijk uitgaven 2013. Hoewel het een nieuw budget betreft is het op totaal niveau geen uitzetting omdat andere budget(ten) hiervoor zijn afgeraamd. 17. Kantoorbehoeften Geraamd zijn hier de kosten van: papier, kantoorartikelen, kopieerkosten e.d. Raming op basis van ervaring werkelijk uitgaven 2013. Hoewel het een nieuw budget betreft is het op totaal niveau geen uitzetting omdat andere budget(ten) hiervoor zijn afgeraamd. 18. Overige materiele kosten Budget voor overige incidentele kosten: Kosten archiefinspectie, KvK uittreksels, 19. en 22 Budget externe veiligheid In begroting 2014 was hiervoor nog een bedrag geraamd, maar omdat de regeling maar tot 31-12-2014 loopt is bedrag voor begroting 2015 op 0 gezet. Mogelijk dat de regeling toch nog wordt verlengd, maar op dit moment is er nog geen duidelijkheid over. 20 Bijdrage regionaal stelsel In het Gelders stelsel van omgevingsdiensten zijn er programmatische bovenregionale taken belegd bij 3 OD’s, te weten De Vallei, Rivierenland en Veluwe en IJssel. In totaal 9 fte. De ODRN betaalt hiervoor uiteraard een bijdrage.
23. Baten bovenregionale taken Voor de BRZO taken en de taken complex vergunningverlening ontvangt de ODRN van andere omgevingsdiensten bijdragen. De raming is thans gebaseerd op de formatieve inbreng, maar zal bij outputfinanciering ook op basis van geleverde producten gerealiseerd gaan worden. 24. Deelnemersbijdragen De totale bijdrage van de directe ODRN deelnemers 2015 is in overeenstemming met de meerjarenbegroting 2014 en bevat enkel de verwachte prijsstijging 2015. Wel is de integratie uitkering 2014 verwerkt, maar die heeft op totaalniveau geen effect. Daarnaast is door de bezuinigingen op de vrijwillige taken de bijdrage van de gemeente Nijmegen verlaagd.
28
Begroting 2015-2018
4. Paragrafen 4.1 Inleiding In het Besluit Begroting en Verantwoording zijn 7 verplichte paragrafen opgenomen voor provincies, gemeenten en hun gemeenschappelijke regelingen. Deze zijn niet allemaal relevant voor de ODRN. Om die reden zijn de paragrafen lokale heffingen, grondbeleid en verbonden partijen niet opgenomen.
4.2 Paragraaf weerstandsvermogen Het weerstandsvermogen geeft aan in welke mate de ODRN in staat is tegenvallers op te vangen. 1. Het weerstandsvermogen bestaat uit de relatie tussen; a) de weerstandscapaciteit; zijnde de middelen en de mogelijkheden waarover de omgevingsdienst Regio Nijmegen beschikt of kan beschikken om niet begrote kosten te dekken b) alle risico’s waarvoor geen maatregelen zijn getroffen en die van materiele betekenis kunnen zijn in relatie tot de financiële positie 2. De paragraaf betreffende het weerstandsvermogen bevat ten minste: a) een inventarisatie van de weerstandscapaciteit b) een inventarisatie van de risico’s c) het beleid over de weerstandscapaciteit en de risico’s
Weerstandscapaciteit De weerstandscapaciteit bestaat uit de middelen en mogelijkheden om niet begrote kosten, die onverwachts en substantieel zijn, op te kunnen vangen. Tot de aanwezige weerstandscapaciteit van de omgevingsdienst slechts twee posten kunnen worden gerekend: - Reserves - Post onvoorzien De ODRN heeft de opdracht gekregen om een Notitie weerstandsvermogen en risicoinventarisatie ODRN op te stellen. Deze notitie is op 18 oktober 2013 door het Algemeen Bestuur vastgesteld. In de notitie wordt geconcludeerd dat er wel risico’s zijn maar dat er geen beschikbare weerstandscapaciteit is en daarmee een onvoldoende weerstandsvermogen. Daarbij heeft het Algemeen Bestuur bepaald dat op het ontbreken van een weerstandscapaciteit bij de behandeling van de jaarrekening 2013 en de begroting 2015 dient te worden teruggekomen.
29
Begroting 2015-2018 4.3 Paragraaf Financiering Volgens de Wet FIDO (Wet Financiering Decentrale Overheden), is elke gemeenschappelijke regeling verplicht om een financieringsparagraaf in haar begroting en jaarrekening op te nemen. Daarin worden de ontwikkelingen aangegeven met betrekking tot de kasgeldlimiet, de ontwikkelingen wat betreft de rente-risiconorm, de verwachte toe- of afname van geldleningen of uitzettingen en het verdere beleid ten aanzien van treasury. Deze paragraaf Financiering bevat in ieder geval de beleidsvoornemens ten aanzien van het risicobeheer van de financieringsportefeuille.
Kasgeldlimiet De kasgeldlimiet geeft aan in welke mate in de financiering van investeringen mag worden voorzien in de vorm van kortlopende middelen. Volgens de Wet FIDO bedraagt de kasgeldlimiet 8,2% van het totaal van de (primitieve) begroting en dat is voor 2015 0,8 miljoen euro. Er is een Treasurystatuut opgesteld voor de omgang met liquide middelen en financiering. Met BNG is een overeenkomst hiertoe gesloten waardoor dit weinig formatieve capaciteit vraagt. Gebruik van derivaten wordt niet toegestaan. Geleend wordt alleen voor kapitaaluitgaven die de reguliere bedrijfsvoering betreffen. De ODRN heeft voor de inrichting van de ICT-omgeving en de huisvesting in 2013 kredieten beschikbaar voor een totaal van € 2,1 miljoen. Om die reden kan de ODRN niet enkel met kortlopende leningen de investeringen plegen, maar zijn ook middelen nodig met een looptijd langer dan één jaar. Tot op heden is hiervan nog geen gebruik gemaakt. Voorstellen hierover worden in de BERAP’s opgenomen. In december is het zogenaamde Schatkistbankieren verplicht geworden. De ODRN heeft daarvoor een speciale rekening geopend bij de huisbankier BNG en een bij het Rijk. De ODRN dient alle bedragen boven € 250.000 (gemiddeld over een maand) over te maken naar deze speciale rekening. Het Rijk heeft toegang tot deze rekening en gebruikt deze gelden voor hun eigen financiering terwijl de ODRN maar een zeer geringe rentevergoeding (0,10%) over de gelden krijgt.
4.4 Paragraaf Bedrijfsvoering Bestuursorganen, personeel en organisatie De ODRN kent de volgende drie bestuursorganen: Algemeen Bestuur, Dagelijks Bestuur en de Voorzitter. Het Algemeen Bestuur Het Algemeen Bestuur bestaat uit 8 leden, t.w. de leden van de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de deelnemende gemeenten en een vertegenwoordiger namens het College van Gedeputeerde Staten van Gelderland. Tevens zijn er evenzoveel plaatsvervangende leden aangewezen. Aan het Algemeen Bestuur komt de bevoegdheid toe die in de gemeente toekomt aan de raad resp. in de provincie aan de staten met dien verstande dat de verhoudingen bij de gemeenschappelijke regeling niet volledig zijn gedualiseerd.
30
Begroting 2015-2018
Het Dagelijks Bestuur Het Dagelijks Bestuur telt vier leden inclusief de voorzitter. Conform de wet en de regeling komt het Dagelijks Bestuur de bevoegdheid toe die in de gemeente toekomt aan het College van Burgemeester en Wethouders dan wel het College van Gedeputeerde Staten. De Voorzitter De Voorzitter wordt door en uit het Algemeen Bestuur benoemd. De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het Dagelijks als ook het Algemeen Bestuur. Hij vertegenwoordigt de regeling in en buiten rechte. De vertegenwoordiger van de Provincie Gelderland, dhr. J.J. van Dijk, bekleedt het voorzitterschap. Ambtelijke organisatie De ambtelijke organisatie kenmerkt zich door een platte organisatie met een beperkt aantal afdelingen met aan het hoofd de directeur, tevens secretaris. De afdelingshoofden geven ieder leiding aan een afdeling. Deze zijn in onderstaand organogram nader weergegeven. Het managementteam wordt gevormd door de directeur en de afdelingshoofden. De controller (deel uitmakend van de staf) heeft een speciale positie. Hij bevordert de kwaliteit, voert de controle uit als ook adviseert hij de organisatie over onder meer een juiste en goede planning- en control cyclus en informatievoorziening. Het jaar 2015 zal in het teken staan van de verdere vervolmaking van de inrichting van de organisatie. Nu de eerste start is gemaakt zal vooral aandacht besteed worden naar het realiseren van de kwaliteits- en efficiencydoelstellingen. De opgave van management en medewerkers is om de kwaliteiten zo goed mogelijk in te zetten ten behoeve van deze doelstellingen. Op het gebied van P&O is na de start begonnen met het vormgeven van kaders voor het personeelsbeleid. Dit zal in 2014 en in 2015 moeten zijn voltooid.
Financiën Voor de omgevingsdienst Regio Nijmegen zijn enkele kaderstellende nota’s opgesteld: een Treasurystatuut, de Financiële verordening en de Controleverordening en een Notitie weerstandsvermogen en risico-inventarisatie (zie hiervoor paragraaf 4.2). In het Treasurystatuut worden de afspraken van de omgang met liquide middelen en benodigde financiering voor investeringen vastgelegd. In de financiële verordening worden onder meer de afspraken vastgelegd over de aanbieding van rapportages. In de controleverordening staan de afspraken over de accountantscontrole. Naar aanleiding van deze verordeningen worden of zijn al diverse activiteiten ondernomen (zoals intern controleplan, normenkader rechtmatigheid, regels inkoop, aanbesteding accountant etc.). In 2015 zal dit op onderdelen nog inzet vragen van de ODRN. ICT ODRN maakt gebruik van het ICT-systeem van Nijmegen en daarvoor is een Citrix omgeving gebouwd waarin het gedigitaliseerde werkproces is ondergebracht. Daarnaast is dit het platform om in fase 1 de systemen van de partners te kunnen benaderen. Uitgangspunt hierbij is Het Nieuwe Werken. In 2014 en 2015 zal de ICT verder worden vormgegeven in uniformering in Gelders verband omdat dit ook van groot belang is voor het halen van de efficiencydoelstelling.
31
Begroting 2015-2018 Huisvesting ODRN huurt van de gemeente Nijmegen kantoorruimte. De huisvesting voldoet aan het uitgangspunt van “het nieuwe werken”. De dienstverleningsovereenkomst met de gemeente Nijmegen voorziet in de volledige bij de huisvesting behorende facilitaire ondersteuning, zoals gebruik van vergaderzalen, sanitaire voorzieningen, catering, telefooncentrale en receptie. In 2014 vindt een evaluatiemoment plaats tussen huurder en verhuurder.
4.5 Paragraaf Onderhoud kapitaalgoederen Investeringen die omgevingsdiensten hebben, zitten regulier in huisvesting, ICT en dienstauto’s. De ODRN heeft in het kader van het vervoer besloten over te gaan tot het leasen van één dienstauto. De paragraaf kapitaalgoederen heeft tot doel om te laten zien hoe de ODRN de instandhouding van de kapitaalgoederenvoorraad waarborgt. Aangezien er geen panden in eigendom zijn, betreffen dit de huurdersinvesteringen in de nieuwe werkplekken en de ICT-investeringen. Deze worden tegen een reële termijn annuïtair afgeschreven zodat er na het einde van de levensduur een vrijval is die gelijk is aan de jaarlast en enkel nog voor prijsontwikkelingen geïndexeerd hoeft te worden.
32
Begroting2015-2018
5. Bijlagen
5.1 Initiële kosten Via de begroting 2013 is door de deelnemers aan de ODRN een opstartkostenbudget beschikbaar gesteld van 991.000 euro en bedoeld om gedurende 3 jaren als ODRN te 1 groeien naar een volwassen organisatie. Per 31-12-2013 was hierop ruim 417.000 euro aan uitgegeven. Besteding van het restant ad 574.000 euro gaat op basis van onderstaande meerjarenbegroting:
omschrijving
2014
2015
40.000
20.000
Kwaliteitszorg
150.000
100.000
Communicatie
25.000
25.000
100.000
100.000
10.000
4.000
325.000
249.000
P&O strategische ondersteuning
Versterking programma management (realiseren eigen ambitie/lean management en productencatalogus) Diversen Totaal
.
5.2 Formatie overzicht De organisatie bestaat uit naast de directeur en de staf uit 2 handhavingsafdelingen, 2 vergunningverleningsafdelingen en 1 afdeling juridisch Advies. In de HH-afdelingen en de VV-afdelingen worden BRZO-taken uitgevoerd. Organisatieonderdeel
Formatie 1-1-2015
Directie en secretariaat
3,50
Afdelingen Handhaving incl. BRZO
39,50
Afdelingen Vergunningverlening incl. BRZO
44,04
Afdeling Juridisch Advies Totale formatie
1
15,25 102,29
Bron: ODRN jaarverslag 2013
33
Begroting 2015-2018
5.3 Overzicht deelnemersbijdragen
Deelnemersbijdragen exclusief integratie uitkering VTH 2014
Omschrijving
begroting
begroting
2.014
2015
2016
2017
2018
Gemeente Beuningen
374.627
398.200
389.800
381.800
381.800
Gemeente Druten
241.468
256.700
251.300
246.000
246.000
Gemeente Groesbeek
174.087
185.200
181.200
177.500
177.500
Gemeente Heumen
121.756
129.500
126.700
124.100
124.100
42.612
45.400
44.300
43.400
43.400
Gemeente Nijmegen
5.425.100
4.944.500
4.830.900
4.722.200
4.722.200
Gemeente Ubbergen
38.123
40.600
39.700
38.900
38.900
284.073
302.000
295.700
289.600
289.600
Provincie Gelderland
2.145.053
2.280.400
2.232.400
2.186.300
2.186.300
totaal
8.846.900
8.582.500
8.392.000
8.209.800
8.209.800
begroting
begroting
2.014
2015
2016
2017
2018
Gemeente Beuningen
113.351
113.351
113.351
113.351
113.351
Gemeente Druten
133.304
133.304
133.304
133.304
133.304
Gemeente Groesbeek
22.076
22.076
22.076
22.076
22.076
Gemeente Heumen
78.964
78.964
78.964
78.964
78.964
Gemeente Millingen aan de Rijn
85.756
85.756
85.756
85.756
85.756
Gemeente Nijmegen
358.308
358.308
358.308
358.308
358.308
Gemeente Ubbergen
22.078
22.078
22.078
22.078
22.078
127.361
127.361
127.361
127.361
127.361
-941.198
-941.198
-941.198
-941.198
-941.198
0
0
0
0
0
Gemeente Millingen aan de Rijn
Gemeente Wijchen
Integratie uitkering VTH 2014
integratie uitkering VTH taken
Gemeente Wijchen Provincie Gelderland totaal
34
Begroting 2015-2018
Deelnemersbijdragen inclusief integratie uitkering VTH 2014
Omschrijving
begroting
begroting
2.014
2015
2016
2017
2018
Gemeente Beuningen
487.978
511.600
503.200
495.200
495.200
Gemeente Druten
374.772
390.000
384.600
379.300
379.300
Gemeente Groesbeek
196.163
207.300
203.300
199.600
199.600
Gemeente Heumen
200.720
208.500
205.700
203.100
203.100
Gemeente Millingen aan de Rijn
128.368
131.200
130.100
129.200
129.200
Gemeente Nijmegen
5.783.408
5.302.600
5.189.000
5.080.300
5.080.300
Gemeente Ubbergen
60.201
62.700
61.800
61.000
61.000
411.434
429.400
423.100
417.000
417.000
Provincie Gelderland
1.203.855
1.339.200
1.291.200
1.245.100
1.245.100
totaal baten
8.848.900
8.582.500
8.392.000
8.209.800
8.209.800
Gemeente Wijchen
Uit te betalen gastheercompensatie 2015
Omschrijving
begroting 2015
Gemeente Beuningen
29.555
Gemeente Druten
19.053
Gemeente Groesbeek
13.741
Gemeente Heumen
9.609
Gemeente Millingen aan de Rijn
3.364
Gemeente Nijmegen
0
Gemeente Ubbergen
3.008
Gemeente Wijchen
22.413
Provincie Gelderland
169.257
totaal uit te betalen
270.000
35
Begroting 2015-2018
5.4 Bevoorschotting 2015
Omschrijving
Bijdrage
Af: Gastheer
Te betalen
deelnemers
Compensatie
voorschot
Gemeente Beuningen
511.600
29.555
482.045
Gemeente Druten
390.000
19.053
370.947
Gemeente Groesbeek
207.300
13.741
193.559
Gemeente Heumen
208.500
9.609
198.891
Gemeente Millingen aan de Rijn
131.200
3.364
127.836
Gemeente Nijmegen
5.302.600
0
5.302.600
Gemeente Ubbergen
62.700
3.008
59.692
429.400
22.413
406.987
Provincie Gelderland
1.339.200
169.257
1.169.943
totaal uit te betalen
8.582.500
270.000
8.312.500
Gemeente Wijchen
36
Begroting 2015-2018 5.5 Verklarende woordenlijst
afkorting
voluit
B&W
Burgemeester en Wethouders
BERAP
BEstuursRAPportage
BOR
Bijzondere OndernemingsRaad
BRIKS
Bouw, Reclame, Inrit, Kap en Sloop
BRZO
Besluit Risico’s Zware Ongevallen
DVO
DienstVerleningsOvereenkomst
E-PRTR FTE
Europese Pollutant Release Transfer Register. Verplichting van Milieujaarrapportage door industriële bedrijven FullTime Equivalent
HUP
HandhavingsUitvoeringsProgramma
ICT
Informatie en CommunicatieTechnologie
ILT
Inspectie Leefomgeving en Transport
IPPC LOD
Integrated Pollution Prevention and Control. Geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging Last Onder Dwangsom
MARAP
MAnagementRAPportage
MUG-gemeenten
Millingen aan de Rijn, Ubbergen en Groesbeek
OD’s
OmgevingsDiensten
ODRN
OmgevingsDienst Regio Nijmegen
OM
Openbaar Ministerie
P&O
Personeel en Organisatie
PIOFAH SZW
Personeel, Informatievoorziening, Organisatie, Financiën, Administratie en Huisvesting Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid
VNG
Vereniging Nederlandse Gemeenten
VR
VeilgheidsRapport
VTH
Vergunningen, Toezicht en Handhaving
WABO
Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht
5.6 Risico-inventarisatie
37
Begroting2015-2018
38
Begroting 2015-2018
39
Begroting 2015-2018
40
Omgevingsdienst Regio Nijmegen Jaarverslag 2013
Datum: 12 maart 2014 Versie: 008 dagelijks bestuur
jaarverslag ODRN
Inhoudsopgave 1. INLEIDING_________________________________________________ 4 2. TERUGBLIK 2013 ___________________________________________ 4 3. BESTUUR ODRN ____________________________________________ 5 4. UITVOERING PROGRAMMA __________________________________ 7 4.1
Vergunningverlening __________________________________________________ 7
4.2
Handhaving en toezicht ________________________________________________ 8
4.3
BRZO en complexe vergunningverlening _________________________________ 10
4.4
Projecten __________________________________________________________ 14
4.5
Wat heeft het gekost? ________________________________________________ 15
5. GELEVERDE PRESTATIES NAAR DEELNEMERS ___________________ 16 6. BEDRIJFSVOERING _________________________________________ 18 6.1
De mens in de organisatie _____________________________________________ 18
6.2
Communicatie ______________________________________________________ 20
6.3
Juridische kwaliteitszorg ______________________________________________ 21
6.4
Kwaliteitscriteria ____________________________________________________ 21
6.5
Dienstverleningsovereenkomsten ______________________________________ 22
6.6
Processen en werkwijzen _____________________________________________ 23
6.7
Informatievoorziening ________________________________________________ 23
6.8
Productiviteit _______________________________________________________ 25
6.9
Klachten ___________________________________________________________ 25
7. JAARREKENING 2013 _______________________________________ 26 7.1
Algemeen __________________________________________________________ 26
7.2
Balans _____________________________________________________________ 28
7.3
Toelichting op de balans ______________________________________________ 30
7.4
Programmarekening _________________________________________________ 32
7.5
Wet normering topinkomen ___________________________________________ 35
7.6
Initiële kosten ten laste van opstartbudget _______________________________ 37
8. PARAGRAFEN _____________________________________________ 38 8.1
Financiële paragraaf _________________________________________________ 38
8.2
Risicoparagraaf en weerstandsvermogen ________________________________ 38
8.3
Bedrijfsvoering ______________________________________________________ 40
8.4
Onderhoud kapitaalgoederen __________________________________________ 41
2
Jaarverslag 2013 ODRN 9. BIJLAGEN ________________________________________________ 42 9.1
Overzicht formatie ___________________________________________________ 42
9.2
Staat van activa _____________________________________________________ 42
9.3
Nadere toelichting van geleverde prestatie naar de deelnemers ______________ 43
9.4
Leden Algemeen Bestuur _____________________________________________ 49
9.5
Controleverklaring Ernst & Young Accountants LLP _________________________ 50
9.6
Verklarende woordenlijst _____________________________________________ 51
9.7
Risico-inventarisatie _________________________________________________ 52
3
Jaarverslag 2013 ODRN n
1. Inleiding Voor u ligt het eerste jaarverslag van de Omgevingsdienst Regio Nijmegen (ODRN). Qua opzet sluit dit jaarverslag aan bij in de 2013 uitgebrachte Bestuursrapportages (BERAP) uitgebreid met de voor de jaarafsluiting noodzakelijke onderdelen, zoals Balans en verplichte paragrafen.
2. Terugblik 2013 De ODRN is een jonge dienst die in 2013 negen maanden heeft gefunctioneerd. Vanaf 1 april is de dienst volledig operationeel. 2013 is in grote lijnen te kenschetsen als startjaar, waarbij de energie op twee pijlers heeft gezeten. Enerzijds hebben we een kwalitatief goede inhoudelijke uitvoering van ons takenpakket als prioriteit gesteld. Anderzijds is er veel energie gestoken om de bedrijfsprocessen en de ondersteunende processen neer te zetten. Taakstelling en producten De ODRN voert een gemêleerd takenpakket uit dat bestaat uit een verplicht basistakenpakket (het volledige milieupakket) voor alle opdrachtgevers. Voor de gemeente Nijmegen en de provincie Gelderland worden bovendien vrijwillige taken op het gebied van de WABO uitgevoerd. Recentelijk is bestuurlijk besloten dat in het kader van de herindeling van de gemeenten Groesbeek, Millingen aan de Rijn en Beek Ubbergen ook de WABO taken van deze gemeenten door de ODRN uitgevoerd gaan worden. Hiermee starten wij naar verwachting op 1 januari 2015. De wijze waarop de opdrachtgevers de uitvoering ingericht willen zien ligt vast in door de colleges van B&W en het college van Gedeputeerde Staten van Gelderland vastgestelde dienstverleningsovereenkomsten. Begin 2014 wordt door de ODRN met de deelnemende partners het gesprek gestart om deze dienstverleningsovereenkomsten te harmoniseren. Nu de ODRN bijna een jaar functioneert is die harmonisatie zeer wenselijk, omdat we zo met de productcatalogus (die nagenoeg gereed is) aan de opdrachtgevers een uniform productenpalet aan kunnen bieden. Qua beprijzing hebben die producten voor alle opdrachtgevers een zelfde opbouw. Daarmee ontstaat voor de opdrachtgevers een keuzemogelijkheden naar de aard en omvang van af te nemen producten. Voor de ODRN geeft het de mogelijkheid om efficiënt processen in te richten en zo de producten ook tegen een aantrekkelijke prijs te leveren. 2015 zal het proefjaar zijn voor de implementatie van deze productcatalogus. In 2016 wordt er naar verwachting dan echt mee gewerkt waarmee op dat moment de inputfinanciering wordt ingeruild voor productfinanciering. Om dit traject serieus in te kunnen vullen is een verdergaande harmonisering van producten nodig. Dat traject is eind 2013 ingezet en is een belangrijk gespreksthema tussen opdrachtgevers en ODRN. Bestuursrapportage De ODRN verantwoordt zijn prestaties in een bestuursrapportage [BERAP]. De rapportage laat in de breedte zien hoe de ODRN reilt en zeilt. De BERAP is zó ingericht, dat de geplande activiteiten per opdrachtgever afgezet zijn tegen de daadwerkelijke realisatie. Ook laten we in de BERAP zien waar de ODRN, voor iedere opdrachtgever, met de besteding van het budget staat. Ten opzichte van de rapportages in 2013 zijn de systemen nu beter ingeregeld, medewerkers zijn zich bewuster van het tijdschrijven en er lekt minder menskracht weg 4
Jaarverslag 2013 ODRN aan activiteiten die niet direct te maken hebben met het primaire proces. Daarmee wordt de rapportage inzichtelijker voor alle partijen. In 2014 zijn wij voornemens een traject in te zetten waarbij wij als dienst ook de outcome, oftewel het effect van onze inspanningen, onderwerp van gesprek willen laten zijn. Werkgeverschap De ODRN wil een frisse, veilige en uitdagende werkgever zijn. Wat we daar als organisatie belangrijk in vinden staat beschreven in onze missie en visie verwoord in het uitvoeringsplan. Om dat te realiseren is intensief met bestuurders en medezeggenschap samengewerkt. Een van de belangrijke uitdagingen is om de HRM-cyclus in te vullen. In 2013 hebben we een eerste oefening gedaan door met onze medewerkers in het kader van de planning van het werk in 2014 ook een eerste, nog wat informeel, gesprek te voeren over hoe ze kwantitatief en kwalitatief hebben gefunctioneerd. Dit levert grosso modo een zeer bevredigend beeld op. Onze medewerkers hebben zich in 2013 ook zeer ingespannen van de ODRN een goed functionerende dienst te maken. Dienstverleningsovereenkomst met de gastheer De huisvesting en de belangrijke PIOFACH-taken worden door gastheer Nijmegen tegen een vast bedrag geleverd. Afgesproken is om de dienstverleningsovereenkomst waarin is vastgelegd wat de gastheer levert in het najaar van 2013/voorjaar 2014 te evalueren. Deze evaluatie is inmiddels van start gegaan.
3. Bestuur ODRN De ODRN kent de volgende drie bestuursorganen: Algemeen Bestuur, Dagelijks Bestuur en de Voorzitter. Het Algemeen Bestuur Het Algemeen Bestuur bestaat uit 8 leden: de leden van de Colleges van Burgemeester en Wethouders van de deelnemende gemeenten en een vertegenwoordiger namens het College van Gedeputeerde Staten van Gelderland. Er zijn evenzoveel plaatsvervangende leden aangewezen. Aan het Algemeen Bestuur komt de bevoegdheid toe die in de gemeente toekomt aan de Raad en in de provincie aan de Staten, met dien verstande dat de verhoudingen bij de gemeenschappelijke regeling niet volledig zijn gedualiseerd. De leden die namens de gemeenten en de provincie Gelderland gedurende het jaar 2013 deel hebben uitgemaakt van het Algemeen Bestuur zijn in bijlage 9.4 van dit verslag vermeld. Het Algemeen Bestuur is in 2013 drie keer bij elkaar geweest. Het Dagelijks Bestuur Het Dagelijks Bestuur telt vier leden inclusief de voorzitter. Conform de wet en de regeling komt het Dagelijks Bestuur de bevoegdheid toe die in de gemeente toekomt aan het College van Burgemeester en Wethouders dan wel het College van Gedeputeerde Staten bij de provincie. Het Dagelijks Bestuur is in 2013 acht keer bij elkaar geweest. De leden die deel uitgemaakt hebben van de het Dagelijks Bestuur zijn, namens de deelnemers: Provincie Gelderland, de gemeenten Nijmegen, Groesbeek en Beuningen. De Voorzitter De Voorzitter wordt door en uit het Algemeen Bestuur benoemd. De voorzitter is belast met de leiding van de vergaderingen van het Dagelijks en het Algemeen Bestuur. Hij 5
Jaarverslag 2013 ODRN vertegenwoordigt de regeling in en buiten rechte. De vertegenwoordiger van de Provincie Gelderland, dhr. J.J. van Dijk, bekleedt het voorzitterschap. Onderwerpen ter beraadslaging en besluitvorming Na de oprichting van de ODRN in november 2012 hebben de vergaderingen van het Dagelijks en Algemeen Bestuur in 2013 vooral in het teken gestaan van de opbouw en de inrichting van de organisatie. In dat kader zijn vele regelingen, verordeningen en overeenkomsten, die voor een organisatie als de ODRN nodig zijn, de revue gepasseerd en door de besturen vastgesteld. Organisatieverordening Voor wat de inrichting van de organisatie betreft is een organisatieverordening vastgesteld die in het kort een beschrijving geeft van de organisatie ODRN, een delegatie en mandaatsbesluit en overige benodigde besluiten ten behoeve van de inrichting. Personele regelingen Op het vlak van de personele regelingen zijn door het Algemeen Bestuur de CAR UWO voor de Gelderse omgevingsdiensten en het Gelders Sociaal Plan (GSP) van de Gelderse omgevingsdiensten van toepassing verklaard op de ODRN. Ook zijn verschillende regelingen op het vlak van P&O vastgesteld of van toepassing verklaard zoals onder meer een gedragscode, een regeling algemene dienst en verzuimprotocol maar ook een regeling voor de afhandeling van klachten door derden tegen personeel van de ODRN. Informatie over het primaire proces Op het inhoudelijke vlak is het bestuur geregeld geïnformeerd de BRZO (Besluit Risico’s Zware Ongevallen) en de ontwikkelingen daarin. Dit onderwerp staat volop in de belangstelling na het verschijnen van de rapporten over de firma Odfjell en de daarop volgende discussie in de Tweede Kamer. De ODRN blijft voor het gebied Regio Oost (de provincies Overijssel en Gelderland) dé omgevingsdienst voor de BRZO. Daarnaast is op verschillende momenten het bestuur geïnformeerd over de stand van zaken van de voortgang van het primaire proces, onder meer in de kwartaalrapportages zoals de BERAP (bestuursrapportage) ten behoeve van het bestuur en de MARAP (managementsrapportage) ten behoeve van de deelnemers. Het afgelopen jaar heeft de ODRN in het kader van de stelseltaak BRZO en complexe vergunningverlening van verschillende omgevingsdiensten en gemeenten de benodigde mandaten ontvangen en de daarbij behorende overeenkomsten afgesloten. Het Dagelijks Bestuur heeft met de aan de directeur verleende mandaten ingestemd. Financiën Op het financiële vlak is de begroting 2014 ODRN in behandeling geweest. De deelnemers hebben hun zienswijzen ingediend en deze zijn bij de behandeling door het Algemeen Bestuur op 24 juni 2013 meegenomen. Het bestuur heeft de begroting ongewijzigd vastgesteld. Vervolgens is deze aan het ministerie van BZK toegezonden binnen de daarvoor gestelde datum. De begroting 2014 is in evenwicht en is qua opzet gelijk aan de begroting 2013. Door het bestuur zijn onder meer een Financiële verordening, een Controle verordening, een Treasury statuut als ook een accountantsprotocol voor de controle van de jaarstukken vastgesteld. Daarnaast heeft het bestuur tevens gesproken en ingestemd met de Nota Weerstandsvermogen en risico inventarisatie ODRN.
6
Jaarverslag 2013 ODRN
4. Uitvoering programma 4.1 Vergunningverlening Wat doen we? Voor de gemeente Nijmegen en de Provincie verzorgen we ‘Wabo-breed’ de vergunningverlening. Dat betekent dat we zowel de vergunningverlening voor de zogenaamde BRIKS-taken (bouwen, reclame, inritten, kappen en slopen) verzorgen en ook de vergunningverlening voor milieu. Voor de gemeenten Millingen aan de Rijn, Ubbergen, Groesbeek, Beuningen, Heumen, Druten en Wijchen verzorgen we alleen de vergunningverlening voor het onderdeel milieu. Voor meerdere gemeenten geven we specialistische milieu-adviezen. Deze adviezen, worden vaak gegeven in het kader van een RO-procedure en hebben bijvoorbeeld betrekking op de bodemkwaliteit, geluidshinder, de luchtkwaliteit of het voorkomen van overlast als gevolg van de aanwezigheid van bedrijvigheid. De ODRN stelt voor de hele provincie voor de zogenaamde complexe bedrijven en voor de BRZO bedrijven de omgevingsvergunningen op voor het onderdeel milieu. De verantwoording van deze activiteiten vindt plaats in hoofdstuk 4.3. Wat hebben we bereikt? Inmiddels zijn met alle deelnemers werkafspraken gemaakt over de te volgen werkwijzen en te hanteren procedures in het kader van vergunningverlening. Wat hierbij opvalt is dat er een grote verscheidenheid is aan processen en systemen. Hierdoor is de werkwijze voor iedere deelnemer verschillend. Gemeenten In onderstaande tabel is per gemeente een overzicht gegeven van de afgeronde werkzaamheden op het gebied van milieuvergunningverlening per 31 december 2013
REGIO afgerond 2013
Beu
Dru
Gro
Heu
Mil
Nij
Ubb
Wij
Totaal
Uitgebreide Vergunning
2
0
0
0
1
14
1
2
20
3
4
2
2
1
18
1
2
33
8
17
6
14
4
83
5
26
80
Milieu-advies
10
4
0
0
0
5
2
1
22
Vooroverleg
0
1
1
0
0
5
0
0
7
23
26
9
16
6
125
9
31
245
procedure Reguliere vergunning procedure Melding Activiteiten besluit
Totaal
7
Jaarverslag 2013 ODRN
In onderstaande tabel het overzicht van het actuele werk per 31 december 2013. REGIO Onder handen
Beu
Dru
Gro
Heu
Mil
Nij
Ubb
Wij
Totaal
Uitgebreide vergunning
2
4
2
3
0
10
1
6
29
3
1
0
1
0
4
0
0
10
8
7
7
7
1
34
2
6
67
Milieu-advies
10
4
0
3
0
17
1
3
40
Vooroverleg
0
1
1
0
0
6
1
2
11
23
17
10
14
1
71
5
17
157
procedure Reguliere vergunning procedure Melding Activiteiten besluit
Totaal
Uit de 2 tabellen blijkt dat het aantal meldingen in het kader van het Activiteitenbesluit het grootst is. Dit is een logisch gevolg van de dereguleringsmaatregelen waarbij voor veel branches de algemene regelgeving uit het Activiteitenbesluit van toepassing is en bedrijven geen milieuvergunning hoeven aan te vragen. Verder valt het aantal milieu-adviezen op. Deze worden veelal gegeven in het kader van een RO procedure, maar ze kunnen ook betrekking hebben op incidentele casuïstiek (bijvoorbeeld geluidsadvies in het kader van de APV, bodemadvies). Omgevingsvergunningen met activiteit bouwen in gemeente Nijmegen In het afgelopen jaar dat de Omgevingsvergunningen (BRIKS) voor de gemeente Nijmegen zijn behandeld, zijn er in totaal 1307 zaken ingekomen. Hiervan zijn 50 zaken aangemerkt als uitgebreide procedure Wabo, met een behandeltermijn van 26 weken (in plaats van de standaard 8 weken). In dit jaar zijn 277 gebruiksmeldingen brandveiligheid behandeld en 814 sloopmeldingen. Voor de Leegstandswet zijn 138 beschikkingen afgegeven. Door aangepaste regelgeving van de Leegstandswet zullen de aantallen naar verwachting met de helft afnemen omdat er nauwelijks nog verlengingsaanvragen afgegeven hoeven te worden. De Wabo-besluiten van 7 reguliere procedures zijn niet binnen de wettelijke termijn afgehandeld. Anders gezegd is 99,5% wel binnen de wettelijke termijn afgehandeld.
4.2 Handhaving en toezicht Wat doen we? Alle partners hebben een lijst met te controleren bedrijven aangeleverd bij de ODRN. Deze lijst kan worden gezien als het Handhavingsuitvoeringsprogramma (HUP) voor 2013 (1april-31 december). Het HUP omvat 1078 controles voor 2013. Alle bedrijven zijn ingedeeld in categorieën (A1 t/m D4/5). Per categorie wordt een kengetal gebruikt conform de regionale maatlat. Op basis van het tijdschrijfsysteem zullen de kengetallen 8
Jaarverslag 2013 ODRN worden geverifieerd en aangepast. De nieuwe kengetallen worden verwerkt in een productencatalogus. Wat hebben we bereikt? In de eerste maanden van de ODRN is er een forse achterstand op getreden bij de invoer van handhavingszaken in het ICT-systeem. Eind 2013 is dat onder controle en kan gesteld worden dat nagenoeg alle bedrijfsbezoeken geregistreerd zijn. In totaal staan 948 initiële controles geregistreerd. Onder initiële controle wordt verstaan: integrale controles, aspectcontroles, opleveringscontroles en inspecties naar aanleiding van een klacht. Hiermee zit de ODRN op 88% van het volledige uitvoeringsprogramma 2013. Per opdrachtgever kan het percentage afwijken. Zo is in de gemeente Millingen aan de Rijn 68% van het uitvoeringsprogramma afgerond. In absolute zin gaat het hier om 7 controles. Op basis van de accountgesprekken met de opdrachtgevers zijn de overzichten daar waar mogelijk verbeterd. De overzichten bieden steeds meer inzicht. Er is zoveel mogelijk rekening gehouden met de wensen die de opdrachtgevers naar voren hebben gebracht. In de onderstaande tabel staan de toezicht- en handhavingsactiviteiten opgesomd. Het geplande aantal is afkomstig uit het HUP. De gerealiseerde getallen geven de werkzaamheden over de periode 1 april tot en met 31 december 2013 weer. Verderop in dit jaarverslag worden per opdrachtgever de cijfers nader uitgewerkt. Sinds medio 2013 worden milieugerelateerde meldingen / klachten van burgers opgevoerd in de webapplicatie S@men. Sinds oktober zijn hier ook de bouwgerelateerde meldingen aan toegevoegd. In 2013 zijn in totaal 322 klachten binnengekomen. Dagelijks worden deze klachten opgepakt en in behandeling genomen. Er is altijd contact met de klager en het merendeel van deze klachten kon mondeling worden afgedaan. Uiteindelijk hebben 20 klachten geleid tot een handhavingsbrief.
Producten milieu
Aantal controles Aantal meldingen in S@men Aantal klachten leidend tot handhaving Aantal hercontroles Aantal beoordelingen EPRTR Aantal Voornemen LOD Aantal LOD
Producten bouw
Aantal inspecties Aantal hercontroles Aantal klachten
Gepland voor 2013 1.081
werkelijk uitgevoerd 2013 958 322 20 354 37 49 5
Gepland voor 2013
Werkelijk Uitgevoerd 2013 1.715 861 84
2.000
9
Jaarverslag 2013 ODRN
4.3 BRZO en complexe vergunningverlening BRZO Wat doen we? De ODRN is verantwoordelijk voor de uitvoering van de werkzaamheden op het gebied van risicobedrijven. Het gaat om bedrijven die vallen onder het Besluit Risico's Zware Ongevallen (BRZO) voor zowel milieu als bouwen (dit laatste alleen als het bevoegd gezag dit daadwerkelijk aan de ODRN heeft gemandateerd) in Oost Nederland (Overijssel en Gelderland). Daarnaast gaat het om bedrijven die vallen onder de IPPC categorie 4. Het gaat op dit moment om in totaal 54 bedrijven (50 BRZO en 4 IPPC categorie 4). Er spelen in Oost Nederland een aantal initiatieven op basis waarvan de inschatting wordt gemaakt dat er zo'n 3 à 4 bedrijven zullen bijkomen. Maar de verwachting is ook dat er een paar bedrijven zullen afvallen. Uniformiteit bij 6 BRZO-diensten De ontwikkelingen op het gebied van BRZO worden zoveel mogelijk door de zes BRZO omgevingsdiensten in Nederland op uniforme wijze opgepakt. De zes directeuren komen maandelijks bijeen, waarbij andere instanties zoals ILT, SZW, OM en een vertegenwoordiger van de veiligheidsregio's ook aanschuiven. Inmiddels is een leidraad voor de samenwerking tussen de zes omgevingsdiensten vastgesteld, waarin de ambities en werkwijze op het gebied van BRZO zijn vermeld. De voorzitters van de dagelijkse besturen van de betreffende omgevingsdiensten staan ook achter deze leidraad. Zij hebben met elkaar afgesproken om ook een aantal keer per jaar bijeen te komen om de bestuurlijke ontwikkelingen met elkaar af te stemmen. Samenwerkingsverband Oost Nederland Voor Oost Nederland is een managementoverleg geïnitieerd, waarbij de Veiligheidsregio's, inspectie SZW, ILT, Openbaar Ministerie, Waterschappen en Rijkswaterstaat aanwezig zijn. Het doel van dat overleg is implementeren van landelijke ontwikkelingen, integraal samenwerken en programmeren van de werkzaamheden in Oost Nederland Wat hebben we bereikt? De afgelopen maanden heeft de ODRN veel tijd besteed aan het verkrijgen van de mandaten op het gebied van BRZO van 22 gemeenten en 2 provincies. Inmiddels heeft de ODRN het mandaat ontvangen van de provincies Gelderland en Overijssel en van de gemeenten Barneveld, Wageningen, Scherpenzeel, Nijkerk, Tiel, Ede, Overbetuwe, Kampen, Aalten, Arnhem, Putten, Nijmegen, Duiven, Zutphen, Deventer, Wierden, Enschede, Hengelo, Zwolle en Almelo. De verwachting is dat de ODRN de resterende mandaten van Apeldoorn en Brummen in het eerste kwartaal 2014 zal ontvangen. Met de betreffende bevoegde gezagen of omgevingsdiensten worden ook dienstverleningsovereenkomsten gesloten. In het eerste kwartaal 2014 zullen deze overeenkomsten worden afgerond. 10
Jaarverslag 2013 ODRN
Nulmeting Zoals uit het overzicht blijkt, hebben de BRZO inspecteurs het inspectieprogramma uitgevoerd door de BRZO bedrijven te controleren. Daarnaast hebben de inspecteurs ook een nulsituatie-onderzoek uitgevoerd dat betrekking heeft op de BRZO bedrijven in Oost Nederland. Het doel van dat onderzoek is inzicht krijgen in de eventuele risico' s bij de betreffende bedrijven. De resultaten van deze nulmeting zijn besproken met de opdrachtgevers: de provincies Gelderland en Overijssel. De aanbevelingen die voortvloeien uit dat onderzoek worden meegenomen in het uitvoeringsprogramma van 2014. In het managementoverleg Oost Nederland zijn ook afspraken gemaakt op welke wijze het programma in 2014 gezamenlijk wordt vormgegeven. Momenteel bevordert de ODRN dat de landelijke Handhavingstrategie BRZO door de colleges van de bevoegde gezagen wordt vastgesteld. De verwachting is dat medio 2014 ieder bevoegd gezag de strategie heeft vastgesteld. Voorts is een kennispunt externe veiligheid opgericht. In dit kennispunt zitten vergunningverleners afkomstig van de omgevingsdiensten in Overijssel en de ODRN met een bijzondere expertise op het gebied van externe veiligheid. Zij adviseren onder meer ingeval van vergunningprocedures bij BRZO bedrijven. In de onderstaande tabel staan de toezicht- en handhavingsactiviteiten opgesomd met betrekking tot de BRZO-inspecties. De tabel laat het geplande aantal uit de BRZO jaarplanning zien naast de gerealiseerde getallen, zodat het beeld ontstaat van de werkzaamheden van het eerste kwartaal door de provincie/ inspectiepool en van de rest van jaar door de ODRN. BRZO Oost
Aantal BRZO controles Gelderland Overijssel Aantal controles onaangekondigd Beoordeling VR
e
e
e
Gepland in 2013
Gereed per 31-12
1 kwartaal
51 33 18
55 36 19
15 8 7
2 +3 kwartaal ODRN 20 15 5
6
7 1
0 0
4 1
VERGUNNINGVERLENING BIJ COMPLEXE BEDRIJVEN Wat doen we? De ODRN verzorgt de vergunningverlening voor het onderdeel milieu voor complexe bedrijven in Gelderland. Het gaat hierbij vaak om IPPC en BRZO bedrijven. We verzorgen deze vergunningverlening voor de Provincie en voor de 6 overige Omgevingsdiensten (OD’s) in Gelderland. Voor de BRZO bedrijven werken we rechtstreeks voor de bevoegde gezagen. Voor de provincie Gelderland worden vergunningprocedures uitgevoerd bij bedrijven die vallen onder bevoegd gezag van de provincie. Het kan hier gaan om BRZO bedrijven uit de hele provincie, maar ook om bedrijven onder bevoegd gezag van de provincie in het werkgebied van de ODRN. Voor de 6 Gelderse OD’s zijn wij verantwoordelijk voor de inhoud en totstandkoming van de vergunning terwijl de OD waar de aanvraag wordt gedaan (geografische dienst) 11
Jaarverslag 2013 ODRN verantwoordelijk is voor het proces. De vergunningen worden door ons aangeleverd in de vorm van een advies. De geografische omgevingsdienst verzorgt (afhankelijk van mandaat) onder andere de publicatie en verzending van de vergunning. Wat hebben we bereikt? Provincie Gelderland In onderstaande tabel staan de afgeronde werkzaamheden per 31-12-2013 en de stand van de actuele werkzaamheden per 1-102014.
omschrijving Uitgebreide Vergunningprocedure Reguliere Vergunningprocedure Melding Activiteitenbesluit Milieu- advies Vooroverleg Totaal
Afgeronde werkzaamheden per 31-12-2013
Onderhanden werk per 1-1-2014
4
11
20
9
6 1 2
3 2 7
33
32
Omgevingsdiensten Gelderland Vanaf de start van de omgevingsdiensten per 1 april 2013 is het Gelders stelsel van Omgevingsdiensten in werking. Voor het onderwerp complexe vergunningverlening bekent dit dat er per 1 april een grote variatie in mandaten en bevoegdheden aanwezig is. De provincie heeft haar mandaat verdeeld over 7 omgevingsdiensten en voor de ruim 50 gemeenten bestaan er met name voor vergunningverlening grote verschillen in mandaat. Veel tijd en energie is dan ook gestoken in het maken van werkafspraken met andere omgevingsdiensten die recht doet aan deze variatie in bevoegdheden en mandaten. Hiertoe is bij de ODRN een accountmanager aangesteld die wekelijks, of zo vaak als noodzakelijk, contact heeft met de andere omgevingsdiensten om onduidelijkheden en knelpunten in lopende procedures te bespreken en waar mogelijk op te lossen. Belangrijk hierbij is om elkaar te kennen en om elkaar weten te vinden als er onduidelijkheden zijn. Veel tijd is besteed aan de uitwisseling van informatie tussen de verschillende organisaties. Met name in de beginfase is gewerkt aan oplossingen die het mogelijk maakt om grote bestanden eenvoudig uit te wisselen. Het OLO is hierin een krachtig hulpmiddel gebleken. Gedurende deze ‘verbouwing’ ging het werk gewoon door. In onderstaande tabel is een overzicht gegeven van de afgeronde vergunningenprocedures in het kader van het stelsel. Voor een deel zijn deze procedures voor 1 april gestart in de latende organisaties en afgerond na 1 april in de omgevingsdiensten.
12
Jaarverslag 2013 ODRN
Tabel aantal afgeronde procedures(adviezen) in het stelsel Afgeronde procedures in 2013 Uitgebreide vergunningenprocedure Reguliere Vergunningenprocedure Melding Activiteitenbesluit Milieu-advies Vooroverleg Totaal
ODA = OddV= ODNV = ODR = ODRA = OVIJ =
ODA 5 5 2 0 1 13
OddV ODNV 3 0 2 8 0 0 1 1 0 1 6 10
ODR 1 7 0 0 2 10
ODRA OVIJ 4 0 13 0 2 1 0 1 0 0 19 2
totaal 13 35 5 3 4 60
Omgevingsdienst Achterhoek Omgevingsdienst de Vallei Omgevingsdienst Noord Veluwe Omgevingsdienst Rivierenland Omgevingsdienst Regio Arnhem Omgevingsdienst Veluwe IJssel
Onderstaande tabel geeft het actuele werk weer per 1-1-2014. Lopende procedures per 1-1-2014 Uitgebreide vergunningenprocedure Reguliere Vergunningenprocedure Melding Activiteitenbesluit Milieu-advies Vooroverleg Totaal
ODA OddV 13 5 2 3 0 0 3 2 9 6 27 16
ODNV 5 1 0 2 7 15
ODR ODRA OVIJ 11 6 3 3 11 7 0 1 0 4 6 2 11 9 6 29 33 18
totaal 43 27 1 19 48 138
Uit de tabellen is grosso-modo de logische conclusie te trekken dat bij OD’s met grotere bedrijvenbestanden / meer complexe bedrijven ook meer procedures spelen op dit vlak. Deze OD’s zijn de ODRA, de ODR en de ODA. Hoewel de reguliere procedures, de meldingen en vooroverleggen van belang zijn, zijn het met name de uitgebreide procedures die de aandacht trekken. Zoals bijvoorbeeld de oprichtingsvergunning voor een nieuwe melkpoederfabriek voor Friesland Campina, de oprichting van mestvergistingsinstallaties op industriële schaal of de aanvraag voor de grootste vuurwerkopslag in Nederland. Met het goed doorlopen van dergelijke procedures worden initiatieven gefaciliteerd en activiteiten mogelijk gemaakt.
13
Jaarverslag 2013 ODRN 4.4 Projecten Extern Een belangrijk project in het Nijmeegse is ‘Ruimte voor de rivier’. De ODRN heeft hier een behoorlijke stevige klus om vergunningverlening, toezicht en handhaving uit te voeren. Omdat voor dit project een enorme hoeveelheid aan vergunningen verleend moeten worden, is een grote coördinatielast binnen de ODRN gelegen. Denk hierbij aan afstemming met andere overheden zoals het Rijk (rijkscoördinatieregeling ), Provincie, Waterschap en RWS, maar ook met afdelingen van gemeente Nijmegen. Het afgeven van een omgevingsvergunning door de ODRN heeft raakvlakken met verkeersbesluiten of milieukundig bodemtoezicht van de gemeente. Daarnaast geeft een aanvraag voor een Omgevingsvergunning (met diverse activiteiten als kappen, inrit, bouwen, rijksmonumenten) een bijzondere dynamiek, omdat de aanvragen urgent en politiek gevoelig zijn. Voor dit project is dan ook een projectleider compleet vrijgespeeld om de processen te stroomlijnen. Daarnaast zijn nog een groot aantal interne- en externe adviseurs betrokken bij dit project. Het zwaartepunt heeft het merendeel van het jaar bij vergunningverlening gelegen, maar sinds oktober is een verschuiving zichtbaar naar inspectie. De contouren van nevengeul, waterkering en bruggen worden nu voor iedereen zichtbaar. Intern Om optimalisatie te bereiken in de administratieve processen is een intern project gestart met als doel een nog efficiënter werkproces te ontwikkelen. Een ander project binnen de ODRN is het opstellen van een productencatalogus voor 2016. Het doel is om in 2014 een concept producten- en dienstencatalogus (PDC) op te stellen en deze in 2015 verder kunnen specificeren. Het opstellen van een PDC kost veel interne uren om tot een goed en werkbaar product te komen.
14
Jaarverslag 2013 ODRN
4.5 Wat heeft het gekost? lasten nr. Omschrijving
begroting 2013
werkelijk 2.013
resultaat
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
5.779.500 105.000 105.000 64.500 242.475 712.500 -450.000 427.125 308.250 299.250 177.000 21.225
4.956.685 105.271 103.824 79.642 711.885 712.500 -450.000 450.000 262.282 35.105 175.446 15.000 31.192 9.866 58.864
822.815 -271 1.176 -15.142 -469.410 0 0 -22.875 45.968 264.145 1.554 6.225 -31.192 -9.866 -58.864 118.500 -11.001 641.762 0 641.762
Salarissen en sociale lasten Opleidingskosten Overige personeelskosten Mobiliteitskosten Inhuur Piofah taken gastheer Piofah gastheercompensatie Piofah gastheer minus compensatie Huisvesting en verzekeringen Kapitaallasten ICT kosten Accountant Overige materiele kosten via gastheer Representatiekosten Overige materiele kosten via derden Budget externe veiligheid Bijdrage regionaal stelsel subtotaal lasten 18 opstartkosten totaal lasten
0 118.500 99.750 8.010.075 991.000 9.001.075
110.751 7.368.314 991.000 8.359.314
baten
nr. Omschrijving
begroting 2013
werkelijk 2013
resultaat
19 Subsidie externe veiligheid 20 Baten bovenregionale taken 21 Deelnemersbijdragen Subtotaal baten Eenmalige baten: 22 -opstartkosten 23 -subsidies Totaal baten
118.500 1.414.324 6.477.251 8.010.075
74.637 1.376.721 6.477.251 7.928.609
43.863 37.603 0 81.466
991.000
991.000 48.890 8.968.499
0 -48.890 32.576
Resultaat -voordelig-
9.001.075
609.185
Voor toelichting op de verschillen wordt verwezen naar paragraaf 7.4 van dit jaarverslag.
15
Jaarverslag 2013 ODRN
5. Geleverde prestaties naar deelnemers De start van de ODRN per 1 april 2013 is er één geweest met een inhoudelijk prioriteit bij de kwalitatieve voortgang van lopende en nieuwe procedures. Onze medewerkers hebben opdracht gekregen alle zeilen bij te zetten om het lopende werk op kwalitatief niveau af te handelen. Dat betekent dat zeker de maanden tot en met de zomervakantie volop is ingezet op deze prioriteit. (Administratieve) zoektochten naar de juiste stukken binnen de gemeenten en de andere omgevingsdiensten in Gelderland zijn daarbij voor lief genomen. Het betekent dat er ‘lekverlies’ is geweest op de directe uren van ODRN medewerkers. Ook het onmiddellijk juist en adequaat tijdschrijven op lopende projecten is de eerste maanden na de start van de ODRN niet altijd in alle gevallen goed gegaan. Om in 2013 binnen de afgesproken marges te presteren (hoger of gelijk aan 90 % van de prestatieindicator), zijn in een aantal gevallen (= gemeenten) extra directe uren ingezet. Op het moment dat de ODRN naar een output gestuurde organisatie gaat, per 1 januari 2016, zal ieder van de opdrachtgevers 100% van de afgesproken prestatie geleverd hebben gekregen. Dit uitgangspunt laat onverlet dat uit de gegevens van de ODRN de conclusie lijkt te moeten worden getrokken dat in enkele gevallen bij opdrachtgevers sprake is van een te grote vraag naar producten in relatie tot de bij de start van de ODRN geleverde menskracht/ middelen. Indien dit structureel blijkt te zijn, zijn er dus opdrachtgevers die te weinig hebben ingebracht. In die gevallen zal de vraag door de betreffende opdrachtgever moeten worden bijgesteld dan wel zal er extra moeten worden gefinancierd. Met de betrokken opdrachtgevers zijn wij hierover in gesprek. In 2014 zijn wij veel beter in staat te sturen op onze prestaties. Uiteraard is dit een gevolg van het feit dat ons tijdschrijfsysteem werkt, onze organisatie na de woelige oprichtingsperiode in rustiger vaarwater terecht is gekomen en onze processen ‘lean’ gemaakt zijn. Daarmee is de balans tussen de planning van onze werkzaamheden op het gebied van vergunningverlening, toezicht en handhaving en de realisatie daarvan in een stabiele en optimalere situatie terecht gekomen. Op de volgende pagina wordt een overzicht geschetst van de werkzaamheden in de periode 1 april tot 31 december 2013. In paragraaf 9.3 zijn deze cijfers per gemeente nogmaals opgenomen met een verklarende toelichting
16
jaarverslag ODRN Geleverde prestaties naar deelnemers omschrijving
Beuningen
Druten
Groesbeek
Heumen
Millingen
Nijmegen
Ubbergen
Wijchen
Provincie
Inbreng 2013 (9 maanden)
261.015
168.268
121.327
84.860
29.717
4.250.175
26.562
197.922
1.494.730
Bedrag geschreven
252.553
255.067
134.449
117.032
30.383
4.443.491
49.079
260.978
1.431.411
Planning HUP 2013
100
121
95
44
28
322
46
207
118
Controles uitgevoerd (aantal)
117
120
95
81
24
236
33
153
101
Aantal hercontroles
36
49
32
31
12
132
16
40
16
Aantal klachten in S@men
28
5
10
7
2
202
4
15
49
2
0
1
0
0
14
2
1
Aantal klachten leidend tot handhaving
Aantal bouwinspecties Aantal hercontroles bouw Aantal klachten bouw
1.715 861 84
Aantal bouwaanvragen
1.307
Aantal sloopmeldingen
814
Aantal gebruiksmeldingen
277
Aantal leegstandswet aanvragen
138
Aantal kapaanvragen Aantal reclameaanvragen
19
6
89 51
17
jaarverslag ODRN
6. Bedrijfsvoering 6.1 De mens in de organisatie In 2013 hebben we ernaar gestreefd dat de ODRN een dienst is waar medewerkers met betrokkenheid en inzet werkzaam zijn. Het behoeft geen betoog dat een adequaat personeelsbeleid de cruciale succesfactor is voor het ook op langere termijn kunnen blijven realiseren van de aan de ODRN gevraagde prestaties. Wat wilden we bereiken In 2013 hebben we ernaar gestreefd dat de ‘juiste mens op de juiste plaats in de organisatie’ zou komen te zitten, omgeven door heldere transparante arbeidsvoorwaarden en regelingen en faciliteiten in een prettig en gezond werkklimaat. Dat moest zorgen voor een medewerker die goed is toegerust voor zijn taak. Dat wilden we realiseren in een organisatie die qua omvang (fte’s) en kwaliteit op maat is en goed toegerust is op haar taak, oftewel een organisatie en medewerkers die voldoen aan de kwaliteitscriteria 2.1. Wat hebben we bereikt? We hebben geprobeerd medewerkers te helpen en te faciliteren in hun persoonlijke professionele ontwikkeling. Dit is gedaan door het voeren van evaluatiegesprekken, die de basis vormen voor een Vlootschouw in januari 2014. Daarmee willen we een duidelijk beeld krijgen van de kwaliteit van de medewerkers. Ook is de medewerkers gevraagd na te denken over de besteding van het hen ter beschikking staande Individueel Loopbaan Budget (ILB) van jaarlijks 500 euro. Hiervan is in 2013 nog maar mondjesmaat gebruikt gemaakt, vandaar dat onder het budget opleidingskosten een reservering van bijna 40.000 euro is opgenomen. Dit bedrag wordt overgeheveld naar 2014. Ook is er aan integriteit gewerkt door het laten afleggen van de ambtseed en het organiseren van een geslaagde en praktisch ingestoken integriteitsworkshop. In de Expertgroep P&O, waarin de P&O’ers van de verschillende Gelderse Omgevingsdiensten samenwerken, wordt er gewerkt aan een gezamenlijke HRgesprekkencyclus en een gezamenlijke Visie op HRM. In 2013 zijn de eerste stappen gezet op weg naar een strategische personeelsplanning: er zijn afspraken gemaakt en dit zal in 2014 verder worden uitgewerkt. In het kader van de kwaliteitscriteria is er in 2013 gekeken naar de mogelijkheden voor opleiding en scholing, om in 2014 te starten met het waar nodig bijscholen van medewerkers.
18
Jaarverslag 2013 ODRN Arbeidsverzuim als gevolg van ziekte 1 In de begroting 2013 is voor arbeidsverzuim als gevolg van ziekte de norm gesteld op 5%. De registratie vanaf de start van de ODRN in april 2013 t/m december 2013 toont aan dat het daadwerkelijke verzuim erg laag is: 0,96%. Uitgesplitst naar verzuimduur ziet dit er als volgt uit: Verzuimduur kort [t/m 7 dagen] middel [8 t/m 42 dagen] lang [43 t/m 365 dagen] Totaal
percentage 0,23 0,34 0,39 0,96
Meldingsfrequentie De meldingsfrequentie is het totaal aantal ziekmeldingen in één kalenderjaar gedeeld door het gemiddeld aantal personeelsleden in één kalenderjaar. De (landelijke) norm hiervoor is 1,5: dus elke medewerker meldt zich gemiddeld anderhalf keer per jaar ziek. De werkelijke meldingsfrequentie voor de ODRN is 0,42. Dat is dus ook erg laag. Omdat dit getal gebaseerd is op de cijfers vanaf april 2013 (dus niet voor een heel jaar), is het niet een getal waar al conclusies aan verbonden kunnen worden. Dit geldt overigens ook voor de andere hier genoemde verzuimcijfers. Daarvoor is de registratie vanaf april te kort. Planningsgesprekken e De planningsgesprekken hebben plaatsgevonden zoals voorgenomen bij onze 1 rapportage. Ons streven was om in 2013 minimaal met 90% van de medewerkers een dergelijk gesprek te hebben. Het werkelijk percentage medewerkers waarmee 2 planningsgesprekken gevoerd is, ligt op 98,34% .Hiermee is de doelstelling voor 2013 dus ruim behaald. Evaluatiegesprekken In het laatste kwartaal 2013 hebben de evaluatiegesprekken (in de MARAP nog beoordelingsgesprekken genoemd) plaatsgevonden. Ons streven was om in 2013 minimaal met 90% van de medewerkers een dergelijk gesprek te hebben. Het werkelijk percentage medewerkers waarmee evaluatiegesprekken gevoerd is, ligt op 98,34%. Hiermee is de doelstelling voor 2013 dus ruim behaald.
1
Bij het verzuim gaat het om de medewerkers die een formeel dienstverband hebben bij de ODRN. Alle medewerkers die bij de ODRN werkzaam zijn via bijvoorbeeld de Gastheer Nijmegen, de Provincie Gelderland of via een andere constructie, tellen niet mee bij dit getal. 2 Het gaat bij zowel de planningsgesprekken en de evaluatiegesprekken om de medewerkers die een formeel dienstverband hebben bij de ODRN. Alle medewerkers die bij de ODRN werkzaam zijn via bijvoorbeeld de Gastheer Nijmegen, de Provincie Gelderland of via een andere constructie, tellen niet mee bij dit getal.
19
Jaarverslag 2013 ODRN 6.2 Communicatie Op het gebied van communicatie speelden, in het oprichtingsjaar van deze nieuwe organisatie, veel onderwerpen. Twee sporen waren én zijn van essentieel belang. Externe communicatie Samen met de gastheerorganisatie, de gemeente Nijmegen, is een aantal sessies georganiseerd om de externe relaties van de ODRN in kaart te brengen. Daarbij is gelet op belangen, aard van de relaties en communicatieboodschappen. Doel van deze sessies was om per stakeholder te inventariseren hoe we de externe communicatie op de verschillende doelgroepen kunnen afstemmen: willen we de lokale politiek benaderen, dan is daarvoor immers een andere aanpak vereist dan dat we bedrijven, gelieerde instanties of burgers willen informeren. De output van de sessies wordt verder uitgewerkt en verankerd in een strategische communicatievisie voor de ODRN, aangevuld met een communicatiekalender 2014 en de daaropvolgende jaren. Behalve de strategische component van interne communicatie wordt er ook in praktischer zin gewerkt aan het optimaliseren van de relatie tussen de ODRN en haar werkomgeving en relaties. Zo werken de communicatieadviseurs van de diensten in Gelderland samen in een regionaal georganiseerd communicatieplatform (met deelnemers van alle Gelderse Omgevingsdiensten) waarin onderwerpen als strategie, onderlinge informatieuitwisseling en persbeleid op de agenda staan. Ook timmert de ORDN verder aan de extern gerichte website en herschrijven we de brieven die de afdelingen vergunningverlening en handhaving versturen. Ook het inhoudelijk en facilitair (factsheets, presentaties) voorbereiden van de directeur op bezoeken aan lokale bestuursorganen is een belangrijke communicatietaak, net als het voorbereiden van de organisatie op de impact van de resultaten van de gemeenteraadsverkiezingen, in maart. Tevens wil de ODRN investeren in een onderzoek naar de kwaliteit van haar dienstverlening in het directe ‘umfeld’. Interne communicatie De ODRN is een jonge organisatie die bestaat uit medewerkers van verschillende overheidsorganisaties. Het wordingsproces van een eigen interne identiteit en organisatiecultuur staat of valt bij de kwaliteit van interne communicatie. Daarom vestigden we daar in het ontstaansjaar van de dienst dan ook veel aandacht op. De interne middelenmix bestaat op dit moment -naast de reguliere lijncommunicatie- uit een intranet, nieuwsbrief en 'zeepkist'-bijeenkomsten. Het intranet wordt in 2014 volledig vernieuwd: van een vrijblijvend medium voor het ophalen van actualiteit naar een interactief en onmisbaar onderdeel van het werk van de ODRN'ers. Er is straks van alles te vinden: actualiteit, inhoudelijke informatie voor het uitvoeren van de dagelijkse taken, documenten, praktische info, een P&O-desk, medewerkersprofielen, contactinformatie en dergelijke. Ook op regionaal niveau wordt gewerkt aan interne communicatie. Medio november 2013 is, tijdens een breed opgezette Omgevingsdag in Apeldoorn, een voor alle in de regio werkzame omgevingsdienst-medewerkers te gebruiken kennisnetwerk gepresenteerd. Behalve de doorontwikkeling van intranet en het opzetten van een regionaal netwerk, wordt er vanuit communicatie ook praktisch ondersteuning geboden bij informatievoorziening op onderwerpen die voor de interne organisatie van belang zijn. Denk daarbij bijvoorbeeld aan een themabijeenkomst rond integriteit, die eind 2013 heeft 20
Jaarverslag 2013 ODRN plaatsgevonden.
6.3 Juridische kwaliteitszorg Onder juridische kwaliteitszorg verstaan wij het ontwerpen, implementeren, toepassen en controleren van alle instrumenten die nodig zijn om de taken die onder mandaat van de opdrachtgevers worden uitgevoerd op een juridisch verantwoorde manier uit te oefenen. Vanuit het besef dat het tot de hoofddoelen van de overheid behoort om rechtmatig te handelen willen wij de bestuurlijke slagkracht en flexibiliteit zo groot mogelijk houden. In dat verband dragen wij zorg voor een adequate juridische inbreng op de juiste momenten in de vergunningen- en handhavingsprocessen. Analyse in 2013 Wij hebben de aan ons verstrekte mandaten door de aan de ODRN deelnemende partners geanalyseerd. Hieruit blijkt dat er grote verschillen bestaan in de opzet en omvang van de aan ons verstrekte mandaten. Deze verschillen brengen (juridische) risico’s met zich mee en werken belemmerend op een efficiënte bedrijfsvoering van zowel ons als onze partners. Aan de hand van de door ons uitgevoerde analyse zullen wij de partners voorstellen om de aan ons verstrekte mandaten zo uniform mogelijk van opzet en omvang te laten zijn. BRZO-mandaat Daarnaast hebben wij veel werk besteed aan het de totstandkoming van een zo uniform mogelijke mandaatverstrekking aan ons door de gemeenten/omgevingsdiensten waarin BRZO bedrijven gelegen zijn. Deze inspanningen hebben erin geresulteerd dat de ODRN nu beschikt over een toereikend ‘BRZO-mandaat van bijna alle Gelderse en Overijsselse gemeenten en Omgevingsdiensten. Bezwaar en beroep Tenslotte hebben wij in het kader van de juridische kwaliteitszorg afspraken gemaakt over de behandeling van bezwaar- en beroepschriften met zowel de aan de ODRN deelnemende partners als de Omgevingsdienst Regio Arnhem (die behandelt de bezwaaren beroepschriften tegen de door ons onder mandaat van de provincie Gelderland genomen besluiten).
6.4 Kwaliteitscriteria Zelfevaluatietool De kwaliteitscriteria 2.1 zijn bedoeld om de uitvoering van vergunningverlening, toezicht en handhaving te professionaliseren. Alle bevoegde gezagen worden geacht hieraan te voldoen per 1-1-2015. Voor de ODRN is in het voorjaar van 2013 een nulmeting gedaan conform de systematiek van de zelfevaluatietool. Hiermee wordt voor de opdrachtgevers van de ODRN duidelijk voor welke van de 28 deskundigheidsgebieden de ODRN voldoet aan de kwaliteitscriteria.
21
Jaarverslag 2013 ODRN
Scores Bij 10 van de 13 generieke deskundigheidsgebieden scoort de ODRN goed, bij de overige 3 (VV en HH agrarisch en HH Bodem) wordt de samenwerking gezocht of wordt ingezet op een opleidingstraject. Bij de 5 juridische deskundigheidsgebieden scoort de ODRN op 3 terreinen goed. De overige twee taken, ketentoezicht en buitengewone opsporing, worden in samenwerking met de andere omgevingsdiensten ingevuld. Bij zeven van de 10 specialistische deskundigheidsgebieden kan de ODRN medio 2013 niet volledig voldoen aan de kwaliteitscriteria (Bouwfysica-Complex, Brandveiligheid, Sloop en Asbest, Afvalwater (indirecte lozingen), Geluid Complex, ‘Stedenbouw en inrichting openbare ruimte’ en Cultuurhistorie). Voor de specialisaties Geluid, Stedenbouw en Cultuurhistorie geldt dat een groot deel van de capaciteit is achtergebleven bij de opdrachtgevers. Brandveiligheid wordt in samenwerking met de veiligheidsregio ingevuld. Het thema ‘Sloop en Asbest’ vereist een kleine aanpassing in de capaciteitstoedeling. Procescriteria Om de uitvoering van de VTH-taken mogelijk te maken en deze aan te sturen bevatten de kwaliteitscriteria zogenaamde procescriteria. Op onderdelen daarvan wordt in de huidige situatie nog niet in zijn geheel voldaan. In grote lijnen betekent dit het volgende; bestaand beleid op gebied van VTH taken actualiseren en aanpassen aan kwaliteitscriteria bijscholing van medewerkers systematiek ontwikkelen voor rapportage en monitoring uniforme processen en protocollen vaststellen kwaliteitszorg waarborgen In samenwerking met de opdrachtgevers zal de globale meting verder worden uitgewerkt en leiden tot verbeterplan(en zodat de uitvoering van de VTH taken redelijkerwijs per 1 januari 2015 aan het vereist kwaliteitsniveau voldoet. De eindmeting zal in november/december 2014 plaatsvinden.
6.5 Dienstverleningsovereenkomsten De aan de ODRN deelnemende partners zijn onze opdrachtgevers. In dienstverleningsovereenkomsten worden de aard en omvang van de door opdrachtgevers aan ons over te dragen werkzaamheden vastgelegd. Tevens worden in de dienstverleningsovereenkomst de randvoorwaarden opgenomen, waarbinnen wij deze werkzaamheden kunnen uitvoeren. In 2013 zijn met alle aan de ODRN deelnemende partners deze dienstovereenkomsten gesloten. In het kader van de accountgesprekken met de partners wordt gekeken of aanpassing van de dienstverleningsovereenkomst noodzakelijk is. In 2013 is het (nog) niet nodig gebleken de dienstverleningsovereenkomsten aan te passen Daarnaast zijn/worden wij bevoegd om in mandaat besluiten te nemen ten aanzien van de in de provincie Gelderland en Overijssel gelegen bedrijven die onder de werkingssfeer van het Besluit Risico’s Zware Ongevallen (BRZO)vallen. Met de Gelderse en Overijsselse gemeenten en/of omgevingsdiensten, waarbinnen deze bedrijven zijn gevestigd, hebben wij veelvuldig overleg gevoerd met diverse overheden over de wijze waarop wij de verstrekte mandaten gaan uitvoeren. Inmiddels bevinden deze overleggen zich in een 22
Jaarverslag 2013 ODRN afrondende fase en zullen de gemaakte afspraken vastgelegd worden in een aantal dienstverleningsovereenkomsten Tenslotte is binnen het kader van Gelderse stelsel van de omgevingsdiensten afgesproken dat wij de advisering op milieutechnisch terrein verrichten bij vanuit milieuoogpunt complexe bedrijven, die binnen het werkgebied van de andere Gelderse omgevingsdiensten zijn gevestigd. De in dit verband gemaakte afspraken zullen ook vastgelegd worden in een dienstverleningsovereenkomst. Vanzelfsprekend streven wij ernaar waar mogelijk de dienstverleningsovereenkomsten zo uniform mogelijk van inhoud en opzet te laten zijn, zodat wij onze werkzaamheden in dat verband zo efficiënt mogelijk kunnen invullen.
6.6 Processen en werkwijzen Om kwalitatief beter, sneller en goedkoper te werken zijn over de ‘breedte’ van de uitvoering van de ODRN taken inhoudelijke afspraken gemaakt. De wijze waarop deze taken worden uitgevoerd en de momenten van afstemming in het proces met de opdrachtgevers, is in eerste aanleg vastgelegd in werkprocessen. Er is in het afgelopen kwartaal hard gewerkt om de werkprocessen op orde te krijgen. De werkprocessen worden zo ingericht dat maatwerk per deelnemer mogelijk is. Een aantal zaken vraagt specifieke aandacht: Onduidelijkheden over rolverdeling, bijvoorbeeld bij meervoudige vergunningverlening en uitvoering van bovenregionale taken Beperkte (digitale) beschikbaarheid van dossiers en werken in diverse verschillende applicaties en systemen Snelheid van informatie-uitwisseling Ontbreken van eenduidig beleid en Uniformiteit in de toezichtstrategie Verschillen in mandatering Archivering Bovenstaande factoren leiden tot onnodig tijdverlies aan de voorkant en achterkant van het werkproces, waardoor een efficiënte uitvoering van onze taken onder druk komen te staan. De afgelopen maanden zijn de processen geoptimaliseerd. Daar waar nodig en mogelijk zullen ook gedurende het komende jaar de processen verder worden geoptimaliseerd en gedigitaliseerd. Daarbij is afstemming met onze opdrachtgevers over gemaakte afspraken en gekozen uitgangspunten van groot belang en zal in nauwe samenwerking met onze gastheer het automatiseringssysteem op onderdelen heringericht worden.
6.7 Informatievoorziening Archivering De ODRN valt voor wat de archivering betreft onder het toezicht van de Archiefinspecteur van de gemeente Nijmegen. Deze zal in de toekomst op geregelde momenten de archivering van de ODRN doorlichten en komen met een rapport daarover. Om een goede start te kunnen maken is door het Regionaal Archief Nijmegen (RAN) een zogenaamde nulmeting gedaan als basis voor de toekomstige inspecties. Begin 2014 zullen de bevindingen daarvan gereed zijn. 23
Jaarverslag 2013 ODRN Systeem voor het primaire proces De ODRN heeft diverse systemen in gebruik voor het primaire proces. Het betreft WRS voor het registreren van vergunningprocedures en bouwinspecties, Powerforms voor milieuhandhaving en MyCorsa als documentmanagementsysteem. Deze systemen zijn volop in ontwikkeling. Sinds de start van de ODRN zijn er circa 30 systeemaanpassingen gerealiseerd en momenteel zijn er zo’n 35 in uitvoering. Voor Handhaving is op 1 april meteen begonnen met zaakgericht werken in Powerforms. Dat wil zeggen dat alle milieucontroles worden geregistreerd en afgehandeld in Powerforms. Daarnaast is de koppeling tussen Powerforms en MyCorsa verbeterd. De koppeling tussen Powerforms en de Basisregistratie Adressen en Gebouwen is nog niet operationeel. De verwachting is dat deze begin 2014 in productie genomen kan worden. De strategische visie van de ODRN ten aanzien van de informatiestructuur is grotendeels bepaald. Hierbij wordt sterk rekening gehouden met de visie vanuit het Gelderse Stelsel en de partners. In oktober 2013 is met een project gestart om de informatievoorziening voor de stelseltaken van de Gelderse Omgevingsdiensten uit te werken. Doelstelling is om te komen tot één stelsel(zaak)systematiek (geharmoniseerde werkprocessen en gestandaardiseerde informatiearchitectuur) waarbij alle informatie over complexe inrichtingen op een centrale plek beschikbaar is voor alle Gelderse omgevingsdiensten. Op de volgende pagina is dit schematisch weergegeven
Informatiearchitectuur stelseltaken Gelderse Omgevingsdiensten fase 1
24
Jaarverslag 2013 ODRN 6.8 Productiviteit3 De gerealiseerde productiviteit over 2013 is uitgekomen op 69%. In de begroting 2013 is de norm voor de productiviteit bepaald op 75% voor een heel jaar. De norm is dus niet gehaald. De lagere productiviteit hangt samen met: ste De start van de ODRN per 1 april waardoor we het meest productieve 1 kwartaal in de cijfers missen De onvermijdelijke startperikelen die horen bij een nieuwe organisatie De onwennigheid van de medewerkers om consequent op tijd, de tijd te verantwoorden. In onderstaande grafiek is de productiviteit per afdeling en totaal (TOT) weergegeven. De norm is als horizontale zwarte lijn aangegeven.
Productiviteit ODRN cumulatief 2013 90% t/m april
80%
t/m mei
70%
t/m juni
60%
t/m juli
50%
t/m aug
40%
t/m sept
30%
t/m okt
20%
t/m nov
10%
t/m dec
0%
norm
HH1
HH2
VV1
VV2
JA
TOT
6.9 Klachten In 2013 zijn 4 klachten ingediend. In separaat jaarverslag zal hierover worden gerapporteerd.
3
De definitie die we voor productiviteit gebruiken: productiviteit zijn de uren die medewerkers direct op de producten schrijven.
25
Jaarverslag 2013 ODRN
7. Jaarrekening 2013 7.1 Algemeen Begroting 2013 De begroting 2013 is in de vergadering van het Algemeen Bestuur van 11 maart 2013 vastgesteld en ter goedkeuring verzonden aan het Ministerie van Binnenlandse Zaken. Grondslagen voor waardering en resultaatbepaling De volgende grondslagen, waarop de waardering van activa en passiva en de resultaatbepaling zijn gebaseerd, zijn bedoeld als leidraad voor een juiste interpretatie van de financiële overzichten. De jaarrekening is opgesteld volgens de voorschriften van het BBV. De waardering van de activa en passiva en de bepaling van het resultaat vinden plaats op basis van historische kosten. Tenzij bij de desbetreffende balanspost anders vermeld, worden de activa en passiva opgenomen tegen nominale waarde. Voor zover het BBV niet anders voorschrijft, zijn de baten en lasten toegerekend aan het jaar waarop zij betrekking hebben. Winsten worden slechts opgenomen voor zover zij op balansdatum zijn gerealiseerd. Verliezen en risico’s die hun oorsprong vinden voor het einde van het begrotingsjaar, worden in acht genomen indien zij voor het opmaken van de jaarrekening bekend zijn geworden. Materiële vaste activa De vaste activa worden geactiveerd tegen verkrijgingprijs. Er wordt annuïtair afgeschreven. De looptijden zijn 3, 5 of 10 jaar en variëren omdat ze afhankelijk zijn van de soort investering. Financiële vaste activa De financiële vaste activa zijn gewaardeerd tegen verkrijgingprijs (nominale waarde). Leningen tegen de nominale waarde opgenomen, verminderd met de reeds gedane aflossingen. Uitzettingen en overlopende activa Vorderingen worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. Liquide middelen De liquide middelen zijn tegen de nominale waarde opgenomen en omvat het banksaldo. Bestemmingsreserve Onder een bestemmingsreserve wordt verstaan een reserve, waaraan door het bestuur een bepaalde bestemming is gegeven. Nog te bestemmen rekeningresultaat Het nog te bestemmen rekeningresultaat is het resultaat in het boekjaar. Het nog te bestemmen rekeningresultaat wordt ter bestemming voorgelegd aan het algemeen bestuur.
26
Jaarverslag 2013 ODRN
Vaste schulden De leningen met een looptijd langer dan een jaar worden hieronder tegen de nominale waarde opgenomen, verminderd met de reeds gedane aflossingen. Vlottende passiva De vlottende passiva hebben een looptijd korter dan een jaar. De vlottende passiva zijn gewaardeerd tegen nominale waarde. Borg- en garantstellingen Buiten de balanstelling wordt – voor zover van toepassing – het bedrag genoemd waarvoor er borg- of garantstellingen zijn afgegeven. Resultaat na bestemming Het resultaat na bestemming is het resterende resultaat na reeds bestemde mutaties in de reserves. Het resultaat wordt ter besluitvorming voorgelegd aan het Algemeen Bestuur. Verordeningen De diverse verordeningen op basis van het Besluit Begroting en Verantwoording zijn door het Algemeen Bestuur van de ODRN vastgesteld. Het Algemeen Bestuur heeft Ernst en Young de opdracht tot controle verstrekt en heeft daarbij ingestemd met het accountantsprotocol 2013. Rechtmatigheid: normenkader Voor wat de toetsing aan de rechtmatigheid betreft is door het Algemeen Bestuur bij het vaststellen het accountantsprotocol het normenkader vastgesteld waaraan de rekening dient te worden getoetst. Wet gemeenschappelijke regelingen; Gemeenschappelijke regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen; Gemeentewet; Provinciewet; Algemene wet bestuursrecht; Besluit begroting en verantwoording voor provincies en gemeenten; Fiscale wetgeving; Wet financiering decentrale overheden; Europese aanbestedingsregels; Besluit accountantscontrole decentrale overheden; Wet BIBOB; SISA-protocol; Ambtenarenwet; Fiscale wetgeving; Sociale verzekeringswetten; Arbeidsomstandighedenwet; CAR/UWO. Wet milieubeheer; Wet investeringsbudget stedelijke vernieuwing; Wet bodembescherming; 27
Jaarverslag 2013 ODRN
Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; Wet openbaarheid van bestuur en alle krachtens deze wetgeving vastgestelde AMvB's; Aanbestedingswet Wet normering Topinkomens
Overige in de gemeenschappelijke regeling van de ODRN en de jaarprogramma’s voor de gemeenten en provincie opgenomen wetten en verordeningen waarvan de uitvoering is opgedragen aan de ODRN Daarnaast is nadere (interne) regelgeving vastgesteld door het Algemeen Bestuur. De interne verordeningen c.q. regelgeving vallen voor het jaar 2013 onder het normenkader van de Financiële Rechtmatigheid: Tekst Gemeenschappelijke Regeling Omgevingsdienst Regio Nijmegen; Financiële verordening ODRN (212); Controleverordening ODRN (213); Treasurystatuut; Notitie inzake het weerstandsvermogen; AB- en DB besluiten. Controletoleranties Hierbij wordt aangesloten bij de maximale goedkeuring- en rapportagetoleranties, zoals die wettelijk in het BAPG zijn vastgesteld, te weten 1% van de lasten voor fouten en voor onzekerheden in de controle 3%. Deze toleranties gelden zowel voor de getrouwheid als voor de rechtmatigheid. Elke fout of onzekerheid boven 50.000 euro wordt gerapporteerd.
7.2 Balans
28
jaarverslag ODRN bedragen in euro's
Balans ODRN 2013 Activa
ultimo 2013
VASTE ACTIVA
TOTAAL VASTE ACTIVA
eigen vermogen 401.534
401.534
algemene reserve
0
bestemmingsreserve
0
nog te bestemmen rekeningsresultaat
609.185
TOTAAL VASTE PASSIVA
609.185
VLOTTENDE ACTIVA
VLOTTENDE PASSIVA
uitzettingen met een rentetypische looptijd <1 jaar
netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd <1 jaar
-vorderingen op openbare lichamen
637.083
-overige vorderingen Liquide middelen
-schulden aan openbare lichamen
540.110
-overige schulden
151.031
765.251
overlopende activa vooruitbetaalde bedragen
ultimo 2013
VASTE PASSIVA
materiele vaste activa investeringen met een economisch nut
Passiva
overlopende passiva 617.000
-verplichtingen
293.897
-vooruitontvangen bedragen
826.644
TOTAAL VLOTTENDE ACTIVA
2.019.333
TOTAAL VLOTTENDE PASSIVA
1.120.541
TOTAAL
2.420.867
TOTAAL
2.420.867
29
Bedragen in euro’s
7.3 Toelichting op de balans VASTE ACTIVA Materiele vaste activa
401.533
Investeringen met een economisch nut. Onderstaand is een overzicht gegeven van de gedane investeringen in het boekjaar. In 2013 is gerekend met een half jaar afschrijving en rente.
Omschrijving Boekwaarde 1 april 2013 Aanschaffingen in het jaar: Aanpassing en inrichting kantoorpand Ict applicaties ICT: pc’s en laptops Totaal aangeschaft Af: afschrijving 2013 Boekwaarde per 31 december 2013
euro 0 340.298 39.111 46.580 425.989 24.455 401.534
VLOTTENDE ACTIVA Uitzettingen met een rente typische looptijd van < 1 jaar Vorderingen op openbare lichamen -debiteurensaldo per ultimo 2013 -Omzetbelasting 2013 Totaal vorderingen op openbare lichamen
Liquide middelen
637.083
450.242 186.841 637.083
765.251
Bank Het betreft hier het saldo van de (enige) rekening-courant van de ODRN bij de BNG. Dit saldo stemt overeen met het desbetreffende bankafschrift.
Vooruitbetaalde bedragen
617.000
Betreft kosten van het vertrekarrangement van ex-medewerkers van de gemeente Nijmegen. Deze kosten worden zo spoedig mogelijk, in overleg met de gemeente Nijmegen, verrekend via de in de begroting 2014 en verder ontstane vrijval op de post salarissen.
30
VASTE PASSIVA Nog te bestemmen rekeningresultaat
649.185
Betreft het positieve gerealiseerde resultaat over 2013. Het Algemeen bestuur dient hierover nog te bestemmen.
VLOTTENDE PASSIVA
Netto vlottende schulden met een rentetypische looptijd <1jaar Schulden aan openbare lichamen -crediteurensaldo e -Loonheffing 4 kwartaal 2013 Totaal schulden aan openbare lichamen
Overige schulden -Crediteurensaldo -Verrekening netto salarissen via periode 13 Totaal overige schulden
Overlopende passiva Transitorische passiva -verplichtingen -BRZO bijdrage nog te betalen aan gemeenten -reservering Individueel loopbaanbudget
691.141 200.704 339.406 540.110
140.056 10.975 151.031
293.897 194.227 60.000 39.670 293.897
Vooruit ontvangen bedragen Opstartbudget, restant per 31 december 2013 Nog te besteden subsidies Ontvangen VT rechten ex medewerkers gemeente Nijmegen Nog te betalen Totaal vooruit ontvangen
826.644 573.636 91.920 160.038 1.050 826.644
31
7.4 Programmarekening Onderstaand een overzicht van de uitgaven en inkomsten versus begroting over 2013. Het jaar 2013 is afgesloten met een voordelig resultaat van 609.185. Het voordeel is hoofdzakelijk ontstaan door overschotten op de budgetten voor salarissen en kapitaallasten. Er zijn echter bij de budgetten voor materiële kosten ook overschrijdingen opgetreden. In 2014 zal uit nadere analyse, onder andere door evaluatie van de verrekeningen met de Gastheer, moeten blijken in hoeverre deze overschrijdingen structureel zijn. Is een structurele component inderdaad aan de orde dan zal begroting 2014 e.v. gewijzigd moeten worden waarbij budgettaire neutraliteit het uitgangspunt is en blijft. Een hogere bijdrage van de deelnemers ligt dus niet in de rede. Lasten
nr. Omschrijving
begroting 2013
werkelijk 2.013
resultaat
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15 16 17
5.779.500 105.000 105.000 64.500 242.475 712.500 -450.000 427.125 308.250 299.250 177.000 21.225
4.956.685 105.271 103.824 79.642 711.885 712.500 -450.000 450.000 262.282 35.105 175.446 15.000 31.192 9.866 58.864
822.815 -271 1.176 -15.142 -469.410 0 0 -22.875 45.968 264.145 1.554 6.225 -31.192 -9.866 -58.864 118.500 -11.001 641.762 0 641.762
Salarissen en sociale lasten Opleidingskosten Overige personeelskosten Mobiliteitskosten Inhuur Piofah taken gastheer Piofah gastheercompensatie Piofah gastheer minus compensatie Huisvesting en verzekeringen Kapitaallasten ICT kosten Accountant Overige materiele kosten via gastheer Representatiekosten Overige materiele kosten via derden Budget externe veiligheid Bijdrage regionaal stelsel subtotaal lasten 18 opstartkosten totaal lasten
0 118.500 99.750 8.010.075 991.000 9.001.075
110.751 7.368.314 991.000 8.359.314
32
Baten
nr. Omschrijving
begroting 2013
werkelijk 2013
resultaat
19 Subsidie externe veiligheid 20 Baten bovenregionale taken 21 Deelnemersbijdragen Subtotaal baten Eenmalige baten: 22 -opstartkosten 23 -subsidies Totaal baten
118.500 1.414.324 6.477.251 8.010.075
74.637 1.376.721 6.477.251 7.928.609
43.863 37.603 0 81.466
991.000
991.000 48.890 8.968.499
0 -48.890 32.576
9.001.075
Resultaat -voordelig-
609.185
Toelichting op de verschillen groter dan 25.000 euro. 1 Salarissen en sociale lasten Per 31 december is er, zoals ook aangegeven in de BERAP per 1 oktober, een voordeel op de betaalde salarissen en sociale lasten. Tegenover dit voordeel staat een nadeel op de post inhuur omdat daar voor het overgrote deel de kosten geboekt worden die wij uit de flexibele schil [=vacatureruimte] betalen. Per saldo is er echter nog sprake van een geraamd voordeel van ruim 350.000 euro. Dit als gevolg van het niet volledig benutten van de flexibele schil. In de BERAP per 1 oktober zat een ruime aanname voor nog te betalen kosten van detacheringen via andere omgevingsdiensten en gemeente Nijmegen. De verwachting dat het uiteindelijke voordeel wellicht nog wat hoger kon uitvallen dan het eerder aangekondigde voordeel van 123.000 euro is uitgekomen. 2 Opleidingskosten Aan kosten van opleidingen is een bedrag van 65.600 euro uitgegeven. Daarnaast is een reservering van bijna 40.000 opgenomen voor de door de medewerkers nog niet bestede Individueel Loopbaan Budget (ILB) van jaarlijks 500 euro per medewerkers. Zie ook het gestelde onder hoofdstuk 6.1. 4 Mobiliteitskosten Op dit budget is een overschrijding van ruim 15.000 euro aan de orde. Het overgrote deel van de uitgaven is betaald aan OV vergoeding en conform het Gelders Sociaal Plan en daarnaast aan gedeclareerde kilometervergoedingen. Het tekort wordt gecompenseerd door het voordeel op de salarissen en sociale lasten. 5 Inhuur Aan inhuur is meer uitgegeven dan in de begroting geraamd, maar dat wil niet zeggen dat er sprake is van een budgettaire overschrijding. De dekking voor deze kosten zit namelijk in de vorm van de flexibele schil bij de begrotingspost ‘salarissen en sociale lasten’. Op die post salarissen en sociale lasten worden echter alleen kosten verantwoord die via de salarisadministratie lopen en omdat kosten van tijdelijke personeel voor het overgrote deel via een factuur bij de ODRN in rekening worden gebracht worden deze op inhuur verantwoord.
33
7 en 8 Piofach gastheercompensatie Hier is sprake van een tekort ad 22.875. Dit is conform de begroting 2013. Het tekort wordt gecompenseerd door het voordeel op de kapitaallasten. De hier geraamde bedragen houden verband met enerzijds de compensatiebetaling aan de deelnemers voor frictiekosten van 450.000 euro en anderzijds de berekening van het budget daarvoor: verschil tussen de norm (voor 2013: 9/12 * 1.500.000) en het werkelijk te betalen bedrag aan de gastheer ( voor 2013: 9/12 * 950.000). 9 Huisvesting en verzekeringen Verwantwoord is hier de huur van het kantoorpand, maar ook de kosten van beveiliging, schoonmaak e.d. Het ontstane overschot wordt nu gebruikt om de verschillende tekorten op de materiele kosten af te dekken. Het begrote bedrag lijkt hier niet in overeenstemming met de werkelijke hier te verantwoorde uitgaven en zal in de analyse zoals vermeld in de aanhef van dit hoofdstuk worden meegenomen. 10 Kapitaallasten In de begroting is gerekend met rente en afschrijving over de ter beschikking gestelde investeringskredieten. Per 31 december is nog maar een klein gedeelte van de beschikbare kredieten uitgegeven waardoor er een voordeel op de kapitaallasten is ontstaan. 13 overige materiele kosten Betreft abonnements- en gesprekskosten van mobiele telefonie. In de begroting was hier nog geen rekening mee gehouden. Zie het gestelde in de aanhef van dit hoofdstuk 15 overige materiële kosten via derden Betreft kosten van kantoorbehoeften, drukwerk, licenties, abonnementen e.d. in de begroting was hiermee geen rekening gehouden. Zie het gestelde in de aanhef van dit hoofdstuk 16 Budget externe veiligheid De kosten hiervoor zijn opgenomen onder de salarissen en sociale lasten. 18 en 22 opstartkosten Zie hiervoor hoofdstuk 7.5. 19 subsidie externe veiligheid Bij de MARN zijn de kosten die wij voor externe veiligheid hebben gemaakt overeenkomstig de afspraak gedeclareerd en ontvangen. 20 baten bovenregionale taken. Betreft verrekeningen met de andere omgevingsdiensten binnen het Gelders Stelsel voor verrichtte werkzaamheden op het gebied van BRZO en complexe vergunningsverlening. Het blijkt dat wij over de gehele linie iets minder in rekening hebben kunnen brengen dan waarmee in de begroting was rekening gehouden. Voor 2013 kan het ontstane nadeel van ruim 37.000 worden gecompenseerd door de ontvangen subsidies opgenomen onder punt 23. In 2014 zal ook hier nadere analyse plaatsvinden of het nadeel structureel is. 23 subsidies In 2013 hebben wij van de provincie een tweetal subsidies ontvangen 34
voor de invulling van de BRZO taak is 50.000 ontvangen. Per 31 december was hiervan 10.000 besteed en als bate in de jaarrekening opgenomen. Het restant ad 40.000 is naar 2014 overgeheveld omdat de werkzaamheden dan pas plaatsvinden. voor aanvullende werkzaamheden t.b.v. provincie die optreden bij overheveling van taken naar een nieuwe organisatie is 90.810 euro ontvangen. Per 31 december is hiervan 38.890 euro besteed. De rest van de aanvullende werkzaamheden vindt in 2014 plaats zodat ook hier het restant ad 51.920 naar 2014 is overgeheveld.
7.5 Wet normering topinkomen De Wet normering topinkomens (WNT) is van toepassing op de ODRN. Op grond van de WNT moet de ODRN een aantal zaken publiceren bij de jaarrekening. Dit betreft onder meer wie topfunctionarissen zijn in de zin van de WNT. Op basis van de WNT kwalificeren de bestuursleden zich als topfunctionarissen van de ODRN (zowel personen in dienstbetrekking (secretaris/directeur) als personen anders dan in dienstbetrekking, de bestuursleden. Bij de ODRN ontvangen de bestuurders geen bezoldiging. De secretaris/directeur heeft een ambtelijke aanstelling bij de ODRN en valt binnen bezoldigingsstructuur van de ODRN die afgeleid is van de CAR – UWO en de ambtelijke schalen voorkomende bij gemeenten. Deze bezoldiging komt niet boven het maximumbedrag uit noch zijn er door de ODRN beëindigingsuitkeringen gedaan aan topfunctionarissen. De GR ODRN kent geen toezichthouders (RvC/RvT) zoals in de WNT omschreven. Bij de ODRN heeft in 2013 geen beëindiging van de werkzaamheden van topfunctionarissen en doorbetaling van salaris plaatsgehad noch zijn in 2013 afspraken gemaakt met betrekking tot non-activiteitsregelingen. Op basis van het voorgaande, en rekening houdend met de bepalingen in de WNT, gelden geen overgangsregelingen en termijnen voor topfunctionarissen bij ODRN. De ODRN kent geen bonussen en andere variabele beloningen en heeft die in 2013 dan ook niet gedaan aan topfunctionarissen. Aangezien er geen betalingen zijn gedaan aan bonussen zijn er ook geen onverschuldigde betalingen ingevolgde de WNT gedaan bij de ODRN en zijn er geen acties door de ODRN hoeven te worden ondernomen om de bedragen aan onverschuldigde betalingen terug te vorderen van de topfunctionaris. Op basis van de WNT dient de ODRN van de topfunctionaris ook al worden de normen niet overschreden toch enkele gegevens te publiceren. Voor wat de ODRN betreft kwalificeert alleen de secretaris/directeur zich als zodanig. Onderstaand zijn de door de WNT vereiste gegevens weergegeven: Dhr. G.J.W. Bouman, secretaris/directeur. Dhr. Bouman is vanaf 1 april 2013, is de oprichtingsdatum van de ODRN, verder gedurende het hele jaar 2013 in dienst geweest van de ODRN tegen een salaris van 69.355,-- euro. Daarnaast is er aan sociale verzekeringspremies 5230,-- euro betaald en aan pensioenpremie 12 855,--. De totale loonsom bedraagt derhalve 87.440,-- euro . Naschrift: Het normenkader rondom de ‘’Wet Normering bezoldiging Topfunctionarissen Publieke en Semipublieke Sector (hierna :WNT) is bekrachtigd in het Besluit van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 26 februari 2014, nr. 2014-0000106049 en de Regeling van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties van 26 februari 2014, 35
nr. 2014-0000 104920. De Aanpassingswet WNT is als onderdeel van dit normenkader nog niet formeel aangenomen door de Eerste Kamer. Voor het opmaken van de jaarrekening is in lijn met de mededeling van de minister van BZK d.d. 12 februari 2014, gepubliceerd in de Staatscourant d.d. 18 februari 2014, de Aanpassingswet WNT wel als onderdeel van het normenkader gehanteerd. Ten aanzien van interim-functionarissen die geen topfunctie vervullen heeft de ODRN gebruik gemaakt van de mogelijkheid die de kamerbrief d.d. 27 februari 2014 van de Minister van Binnenlandse Zaken en Koninkrijksrelaties biedt inzake de volledige openbaarmaking van deze functionarissen. Op basis van deze brief kán en hoeft de ODRN niet volledig te voldoen aan de verplichting voor openbaarmaking van deze interim-functionarissen zoals voorgeschreven in artikel 4.2 lid 2c van de Aanpassingswet WNT.
36
7.6 Initiële kosten ten laste van opstartbudget
budget Omschrijving P&O ondersteuning financiële ondersteuning Ontwikkelingsassessment secretariële ondersteuning (incl.BOR) ICT kosten systeemaanpassingen communicatiekosten bureaukosten reis en verblijfkosten representatie diverse kosten totaal uitgaven tot 1 april 2013
991.000 Uitgaven 2013 97.980 16.920 11.514 19.497 9.513 24.598 5.720 2.899 1.320 448 190.410
nog beschikbaar per 1 april 2013
-190.410
800.590
uitgaven na 1 april 2013 infomarkt en (start)bijeenkomsten personeel mandaatbesluiten P&O ondersteuning communicatiekosten secretariële ondersteuning (incl.BOR) Detacheringskst. directeur sept 2012-mrt 2013 archiefinspectie capaciteitsscan diversen totaal uitgaven 1 april-31 december
16.949 31.661 49.853 41.837 7.038 68.500 6.785 3.000 1.332 226.954
-226.954
totaal uitgaven 2013 nog beschikbaar per 31 december 2013
417.364
overheveling van het restant naar 2014
573.636
-573.636
totaal
991.000
0
573.636
37
8. Paragrafen 8.1 Financiële paragraaf Uitgangspunten De gemeenschappelijke regeling houdt zich voor wat het financieel beleid betreft aan de Begrotingsrichtlijnen Regio Nijmegen. Het resultaat, positief dan wel negatief, wordt op basis van het vastgestelde jaarverslag door het algemeen bestuur bestemd. Treasury In de vergadering van het Algemeen Bestuur van d.d. 13 december 2012 is het treasurystatuut van de gemeenschappelijke regeling vastgesteld. Op verzoek van het ministerie van BZK is nog een kleine technische wijziging doorgevoerd. Het gewijzigde statuur is op 18 oktober 2013 door het Algemeen bestuur vastgesteld. Verslag over het jaar 2013 Het treasurystatuut bepaalt dat elk jaar bij het jaarverslag verslag wordt gedaan van de ontwikkelingen daarin gedurende het jaar. Refererend aan de Wet fido wordt in het statuut de treasuryfunctie omschreven als: “het sturen en beheersen van, het verantwoorden over en het toezicht houden op de financiële vermogenswaarden, de financiële geldstromen, de financiële posities en de hieraan verbonden risico’s.” De gelden die de gemeenschappelijke regeling niet direct nodig heeft gehad voor haar exploitatie staan op de rekeningcourant rekening bij de BNG. Risicoparagraaf In deze paragraaf worden alle risico’s opgenomen en toegelicht. Omzetbelasting Ten aanzien van de BTW geldt dat de ODRN volledig in de BTW heffing is betrokken en voor 100% vooraftrek geniet.
8.2 Risicoparagraaf en weerstandsvermogen De toenemende complexiteit van de samenleving, het complexe stelsel van afspraken waarbinnen wij opereren en de snel veranderende wet- en regelgeving dwingt ons tot groot risicobewustzijn. Het is van belang inzicht te hebben in de risico’s die zich manifesteren bij de uitvoering van onze taken, de oorzaken op te sporen en om daarbij passende maatregelen te treffen. In veel gevallen is er bij daadwerkelijk optreden van het risico ook sprake van financiële schade bij de ODRN en dus ook voor de deelnemers daarin. WEERSTANDSCAPACITEIT De weerstandscapaciteit bestaat uit middelen en mogelijkheden om niet begrote kosten, die onverwacht en substantieel zijn, op te vangen. Binnen de ODRN zou aanwezige weerstandscapaciteit uit twee posten kunnen worden berekend: Post onvoorzien (structurele weerstandscapaciteit) Reserves (a-structurele weerstandscapaciteit) 38
Aanvankelijk was voor de opbouw van een weerstandsvermogen in de begroting een 1% storting opgenomen, maar die is inmiddels als gevolg van een besluit van het AB via begrotingswijziging teruggeraamd. Belangrijk motief daarvoor was dat de ODRN eerst een identificatie van de risico’s diende te plegen. Ook de post onvoorzien is als gevolg van dat besluit teruggeraamd. Binnen de ODRN is dus nog geen weerstandscapaciteit aanwezig. De opbouw van de a-structurele weerstandscapaciteit is afhankelijk van toekomstige voordelige jaarrekeningresultaten. Opbouw van structurele weerstandscapaciteit is op dit moment helemaal niet mogelijk omdat we niet beschikken over een post onvoorzien. Het feit dat [onvermijdbare] tegenvallers niet opgevangen kunnen worden schept een zorgelijk perspectief voor de ODRN. RISICOANALYSE Voor de analyse van de risico’s binnen ODRN zijn het bedrijfsplan, uitvoeringsplan, MJB 20132016 en de MJB 2014-2017 als uitgangspunt genomen aangevuld met de tot nu opgedane praktijkkennis. Het benoemen van risico’s is goed te doen, maar het kwantificeren van risico’s is normaal gesproken al moeilijk maar krijgt bij de vorming van een nieuwe organisatie een extra dimensie omdat er nog geen specifieke bedrijfservaring is opgedaan c.q. aanwezig is. De nu bekende risico’s opgenomen met vermelding of het risico financieel [1] dan wel niet financieel [2] is. Vervolgens is aangegeven wat de gevolgen zijn als het risico zich voordoet en wat de te nemen beheersmaatregel dient te zijn. Beheersmaatregelen Om de risico’s te kunnen beheersen moeten beheersmaatregelen worden genomen. Deze maatregelen moeten leiden tot risicobewustzijn van medewerkers en management van de ODRN en daarna tot bepaalde vaardigheden binnen de ODRN. Voorbeelden hiervan zijn proactiviteit of continu monitoring. Soms kan een risico makkelijk worden ondervangen door een verzekering, voor andere risico’s dienen meer ingewikkelde oplossingen te worden gezocht. Ook kan het zijn dat bewust een risico wordt aanvaard omdat de kosten van de beheermaatregel in de buurt komen van het feitelijke risico. Feit is dat [bijna] elke beheersmaatregel geld kost en het dan ook noodzakelijk is dat voor elke maatregel een kosten/baten analyse wordt gemaakt. Restrisico Ook al zijn er beheersmaatregelen genomen dan nog kan het zijn dat er een risico overblijft: het zogenoemde restrisico. Zaak is dan dit restrisico zo nauwkeurig mogelijk te kwantificeren: Kwantificering van de risico’s In de bijlage zijn de nu bekende risico’s beschreven met vermelding van de beheersmaatregel en tevens aangegeven of er nog sprake is van een restrisico. Dit restrisico is vervolgens gekwantificeerd: a. Welk bedrag is ermee gemoeid Om tot een waardering van een risico te komen dienen ook de [financiële] gevolgen/ impact van een risico te worden geschat. Vaak is niet exact aan te geven wat de omvang van een risico in financiële zin zal zijn en zal met een schatting moeten worden volstaan. b. Hoe groot is de kans dat het zich voordoet Voor elk risico is een inschatting gemaakt van de kans dat zich een risico voordoet. Daarbij is gebruik gemaakt van de volgende kans-klasse indeling: 39
klasse 1 2 3 4 5
waarschijnlijkheid zeer klein klein gemiddeld groot zeer groot
kans 10% 25% 50% 75% 90%
Normaal gesproken vindt de inschatting van de kans voor de verschillende risico’s ook plaats op basis van eigen historische gegevens, maar die ontbreken nu nog, waardoor het kanspercentage nog redelijk grof is gehouden. In de toekomst zal dit verder verfijnd worden en gaat er gewerkt worden met een procentenrange binnen de klassen. Als bijvoorbeeld voor klasse 1 van 0% tot 10%; klasse 2 van 11% tot 25% etc. waardoor de kans in de risico inventarisatie ook bijvoorbeeld op 3% gezet kan worden WEERSTANDSVERMOGEN Het totaal van de risico’s is becijferd op 985.000 euro. Er mag echter van worden uitgegaan dat niet alle risico’s zich tegelijkertijd zullen voordoen. Er kan dan ook rekening gehouden worden met een dempingsfactor. Deze dempingsfactor geeft de kans aan dan dat alle risico’s tegelijkertijd optreden. Omdat specifieke bedrijfservaring nog ontbreekt is met het vaker in den lande gehanteerde getal van 0,6 gerekend. De benodigde weerstandscapaciteit is dan: 0,6 * 985.000 = 591.000 euro Aangezien de beschikbare weerstandscapaciteit 0 is, is het weerstandsvermogen van de ODRN ruim onvoldoende. Gebruiken we de formule en waarderingstabel van de NAR [zie paragraaf 2.3] dan ziet dit er als volgt uit: 0 591.000
=
0
Waarderingscijfer : F Betekenis: ruim onvoldoende
8.3 Bedrijfsvoering Verwezen wordt naar hoofdstuk 3 voor het bestuur en naar hoofdstuk voor de overige onderdelen betrekking hebbende op deze paragraaf.
40
8.4 Onderhoud kapitaalgoederen Investeringen die omgevingsdiensten hebben, zitten regulier in huisvesting, ICT en wagenpark. Dit geldt ook voor de ODRN. De paragraaf kapitaalgoederen heeft tot doel om te laten zien hoe de ODRN de instandhouding van de kapitaalgoederenvoorraad waarborgt. Aangezien er geen panden in bezit zijn, betreffen dit de huurdersinvesteringen in de nieuwe werkplekken en de ICT-investeringen. Deze worden tegen een reële termijn annuïtair afgeschreven zodat er na het einde van de levensduur een vrijval is die gelijk is aan de jaarlast en enkel nog voor prijsontwikkelingen geïndexeerd hoeft te worden.
41
jaarverslag ODRN
9. bijlagen
9.1 Overzicht formatie Afdeling OD00 Directie OD10 Staf OD20 Handhaving 1 OD30 Handhaving 2 OD40 Vergunningverlening 1 OD50 Vergunningverlening 2 OD60 Juridisch Advies Eindtotaal
Formatie 1,00 3,50 25,00 20,50 23,80 23,20 15,25 112,25
Bezetting 1,00 3,87 18,76 14,49 19,17 20,97 13,27 91,53
flex. schil 0,00 -0,37 6,24 6,01 4,63 2,23 1,98 20,72
Toelichting De formatie van de ODRN bedraagt 112,25 fte. Daarvan is momenteel 91,053 fte bezet met vaste formatie. Het verschil ad 20,72 fte is de flexibele schil. Deze flexibele schil is grotendeels bezet met tijdelijk personeel o.a. via detachering maar ook via inhuur. Binnen de ODRN wordt nu maar ook in de toekomst bewust gewerkt met een flexibele schil om de pieken en dalen in de uitvoeringsvraag op te kunnen vangen.
9.2 Staat van activa 2013 boek- vermeerderaktiva
verminder- afschrijving
waarde
ingen
ingen
1-4-2013
in het jaar
in het jaar
in het
boek
rente
totaal
waarde
5%
kapitaal
jaar 31-12-2013
lasten
inrichting (meubilair vloerbedekking e.d.) jaar 2013
340.298
13.528
326.770
8.507
22.035
39.111
3.539
35.572
978
4.517
46.580
7.388
39.192
1.165
8.553
24.455
401.534
10.650
35.105
ICT applicaties jaar 2013 ICT integraal systeem GLD jaar 2013 ICT servers jaar 2013 ICT Pc's laptops en printers jaar 2013 Totaal
425.989
0
42
9.3 Nadere toelichting van geleverde prestatie naar de deelnemers Onderstaand wordt per deelnemer een eerste overzicht geschetst van de werkzaamheden in de periode 1 april tot en met 31 december 2013. Nagenoeg alle gegevens staan in de systemen van de ODRN. Door de opstartfase en het feit dat er medewerkers uit 9 verschillende organisaties bij elkaar zijn gebracht (en daarmee ook 9 verschillende werkprocessen) is de administratieve afhandeling/registratie in de beginperiode niet 100% op orde geweest. Sinds het laatste kwartaal is de registratie beter op orde. Dat kan echter nog wel betekenen dat niet alle handhavingsbezoeken in het systeem van de ODRN zijn ingevoerd. Gemeente Beuningen omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Controles uitgevoerd Aantal hercontroles Aantal klachten Aantal voornemens LOD Aantal LOD Aantal procedures afgerond in 2013 Aantal procedures onder handen per 01/01/2014
waarde € 261.015 € 252.553 97% 100 117 36 28 7 2 23 22
De inbreng van de gemeente Beuningen voor 2013 bedraagt € 261.015,-. In deze periode is er voor € 252.553,- arbeid verricht in de gemeente Beuningen. Er is dus 97% gerealiseerd. In de tabel is een overzicht gegeven waaraan het geschreven bedrag is besteed. In totaal zijn 117 milieucontroles uitgevoerd. Dit is meer dan de totaalplanning van 100 bedrijven. Daarnaast zijn 36 hercontroles uitgevoerd en zijn er 28 klachten / meldingen binnengekomen. Het hercontrolepercentage ligt op 31% (36 op 117 controles). Dit is nagenoeg gelijk aan het percentage hercontroles in het kental van de regionale maatlat (30%). Van de klachten hebben er 2 geleid tot een handhavingsbezoek. Er zijn 45 vergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 23 in 2013 afgerond en 22 zijn onder handen per 1 januari 2014. Gemeente Druten omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Controles uitgevoerd Aantal hercontroles Aantal klachten Aantal voornemens LOD Aantal LOD Aantal procedures afgerond in 2013 Aantal procedures onder handen per 01/01/2014
waarde € 168.268 € 255.067 151% 121 120 49 5 5 0 26 17
43
De inbreng van de gemeente Druten voor het restant van 2013 bedraagt € 168.268,-. In deze periode is er voor € 255.067,- arbeid verricht in de gemeente Druten. Er is dus 151% gerealiseerd. In gemeente Druten zijn meer uren ingezet dan gepland. De inzet van deze extra uren is binnen de bestaande bedrijfsvoering van de ODRN opgevangen. In 2014 zullen we nog meer sturen op het realiseren van de geplande inzet van alle partners (zowel regionaal als binnen het stelsel ven Gelderse Omgevingsdiensten). In de tabel is een overzicht gegeven waaraan het geschreven bedrag is besteed. In totaal zijn 120 milieucontroles uitgevoerd. Dit is 99% van de totaalplanning van 121 bedrijven. Daarnaast zijn 49 hercontroles uitgevoerd en zijn er 5 klachten/meldingen binnengekomen. Het hercontrolepercentage ligt op 41% (49 op 121 controles). Dit is hoger dan het percentage hercontrole in het kental van de regionale maatlat (30%). Geen van de klachten heeft geleid tot een handhavingsbezoek. In de gemeente Druten is de urenbesteding tussen vergunningverlening en handhaving ongeveer gelijk, in tegenstelling tot de andere regionale partners waar de verhouding op 0,33 : 0,67 ligt. Dit komt omdat Druten expliciet de bodemtaak heeft belegd bij de ODRN. Deze uren worden geboekt onder het product vergunningverlening. Er zijn 43 vergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 26 in 2013 afgerond en 17 zijn onder handen per 1 januari 2014. Gemeente Groesbeek omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Controles uitgevoerd Aantal hercontroles Klachten Aantal voornemen LOD Aantal LOD Aantal procedures afgerond in 2013 Aantal procedures onder handen per 01/01/2014
waarde € 121.327 € 134.449 111% 95 95 32 10 4 1 9 10
De inbreng van de gemeente Groesbeek voor het restant van 2013 bedraagt € 121.327,-. In deze periode is er voor € 134.449,- arbeid verricht in de gemeente Groesbeek. Er is dus 111% gerealiseerd. In gemeente Groesbeek zijn meer uren ingezet dan gepland. De inzet van deze extra uren is binnen de bestaande bedrijfsvoering van de ODRN opgevangen. In 2014 zullen we nog meer sturen op het realiseren van de geplande inzet van alle partners (zowel regionaal als binnen het stelsel ven Gelderse Omgevingsdiensten). In totaal zijn 95 milieucontroles uitgevoerd. Dit is 100% van de totaalplanning van 95 bedrijven. Daarnaast zijn 32 hercontroles uitgevoerd en zijn er 10 klachten/meldingen binnengekomen. Het hercontrolepercentage ligt op 34% (32 op 95 controles). Dit is hoger dan het percentage hercontrole in het kental uit de regionale maatlat (30%). Een aantal klachten betrof geluidkachten bij de horeca. In opdracht van de ODRN zijn daar geluidmetingen uitgevoerd. Bij de overige klachten zijn geen handhavingsbezoeken uitgevoerd. Er zijn 19 vergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 9 in 2013 afgerond en 10 zijn onder handen per 1 januari 2014.
44
Gemeente Heumen omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Controles uitgevoerd Aantal hercontroles Aantal klachten Aantal voornemen LOD Aantal LOD Aantal procedures afgerond in 2013 Aantal procedures onder handen per 01/01/2014
waarde € 84.860 € 117.032 138% 44 81 31 7 9 1 16 14
De inbreng van de gemeente Heumen voor het restant van 2013 bedraagt € 84.860, -. In deze periode is er voor € 117.032,- arbeid verricht in de gemeente Heumen. Er is dus 138% gerealiseerd. In gemeente Heumen zijn meer uren ingezet dan gepland. De inzet van deze extra uren is binnen de bestaande bedrijfsvoering van de ODRN opgevangen. In 2014 zullen we nog meer sturen op het realiseren van de geplande inzet van alle partners (zowel regionaal als binnen het stelsel ven Gelderse Omgevingsdiensten). In de tabel is een overzicht gegeven waaraan het geschreven bedrag is besteed. In totaal zijn 81milieucontroles uitgevoerd. Dit is beduidend hoger dan de planning. In dit aantal zijn ook de controles opgevoerd in het kader van een bedrijfsterreininventarisatie en het project 24-uur blauw. Daarnaast zijn 31 hercontroles uitgevoerd en zijn er 7 klachten/meldingen binnengekomen. Het hercontrolepercentage ligt op 38% (31 op 81 controles). Dit is hoger dan het percentage hercontrole in het kental van de regionale maatlat (30%). Eén van de klachten heeft geleid tot een handhavingsbezoek. Er zijn 30 vergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 16 in 2013 afgerond en 14 zijn onder handen per 1 januari 2014. Gemeente Millingen aan de Rijn omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Controles uitgevoerd Aantal hercontroles Aantal klachten Aantal voornemen LOD Aantal LOD Aantal procedures afgerond in 2013 Aantal procedures onder handen per 01/01/2014
waarde € 29.717 € 30.383 102% 28 24 12 2 2 1 6 1
45
De inbreng van de gemeente Millingen aan de Rijn voor het restant van 2013 bedraagt € 29.717,-. In deze periode is er voor € 30.383,- arbeid verricht in de gemeente Millingen aan de Rijn. Er is dus 102% gerealiseerd. In gemeente Millingen aan de Rijn zijn iets meer uren ingezet dan gepland. De inzet van deze extra uren is binnen de bestaande bedrijfsvoering van de ODRN opgevangen. In 2014 zullen we nog meer sturen op het realiseren van de geplande inzet van alle partners (zowel regionaal als binnen het stelsel ven Gelderse Omgevingsdiensten). In de tabel is een overzicht gegeven waaraan het geschreven bedrag is besteed. In totaal zijn 24 milieucontroles uit het jaarprogramma uitgevoerd. Daarnaast zijn 12 hercontroles uitgevoerd en zijn er 2 klachten/meldingen binnengekomen. Het hercontrolepercentage ligt op 50% (12 op 24 controles). Dit is hoger dan het percentage hercontrole in het kental uit de regionale maatlat (30%). Er zijn 2 klachten/meldingen binnengekomen. Geen van die klachten heeft geleid tot een handhavingsbezoek. Er zijn 7 vergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 6 in 2013 afgerond en is er nog 1 onder handen per 1 januari 2014.
Gemeente Nijmegen omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Milieucontroles uitgevoerd Aantal hercontroles milieu Aantal klachten milieu Aantal voornemen LOD Aantal LOD Aantal milieuprocedures afgerond in 2013 Aantal milieuprocedures onder handen per 01/01/2014 Aantal bouwinspecties Aantal hercontroles bouw Aantal klachten bouw Aantal bouwaanvragen
waarde € 4.250.175 € 4.443.491 105% 322 236 132 202 13 0 125 71 1.715 861 84 1.307
De inbreng van de gemeente Nijmegen voor het restant van 2013 bedraagt € 4.250.175,-. In deze periode is er voor € 4.443.491,- arbeid verricht in de gemeente Nijmegen. Er is dus 105% gerealiseerd. In gemeente Nijmegen zijn iets meer uren ingezet dan gepland. De inzet van deze extra uren is binnen de bestaande bedrijfsvoering van de ODRN opgevangen. In 2014 zullen we nog meer sturen op het realiseren van de geplande inzet van alle partners (zowel regionaal als binnen het stelsel ven Gelderse Omgevingsdiensten). In de tabel is een overzicht gegeven waaraan het geschreven bedrag is besteed. Voor de gemeente Nijmegen is het merendeel van de tijd geschreven op Wabo-producten. In totaal zijn 236 milieucontroles uitgevoerd. Dit is 73% van de totaalplanning van 322 bedrijven. Daarnaast zijn er 132 hercontroles uitgevoerd. Het hercontrolepercentage ligt op 56% (132 op 236 controles). Dit is veel hoger dan het percentage hercontrole in het kental van de regionale maatlat (30%). 14 Klachten hebben geleid tot een handhavingsbezoek. In totaal zijn 1.307 Wabo-vergunningprocedures met de activiteit bouwen opgestart. 1.257 Zaken vallen binnen de reguliere procedure van de Wabo, met een termijn van 8 weken. 50 Zaken zijn aangemerkt als uitgebreide procedure Wabo, met een behandeltermijn van 26 weken. De overige dossiers zijn vergunningaanvragen voor de Leegstandswet, gebruiksmeldingen en sloopmeldingen. 46
Daarnaast hebben 1.715 inspecties plaatsgevonden. In totaal zijn 84 bouwgerelateerde klachten opgepakt. Er zijn 196 milieu vergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 125 in 2013 afgerond en 71 zijn onder handen per 1 januari 2014.
Gemeente Ubbergen omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Controles uitgevoerd Aantal hercontroles Aantal voornemens LOD Aantal LOD Aantal klachten Aantal milieuprocedures afgerond in 2013 Aantal milieuprocedures onder handen per 01/01/2014
waarde € 26.562 € 49.079 185% 46 36 16 1 0 4 9 5
De inbreng van de gemeente Ubbergen voor het restant van 2013 bedraagt € 26.562,-. In deze periode is er voor € 49.079,- arbeid verricht in de gemeente Ubbergen. Er is dus 185% gerealiseerd. In gemeente Ubbergen zijn meer uren ingezet dan gepland. De inzet van deze extra uren is binnen de bestaande bedrijfsvoering van de ODRN opgevangen. In 2014 zullen we nog meer sturen op het realiseren van de geplande inzet van alle partners (zowel regionaal als binnen het stelsel ven Gelderse Omgevingsdiensten). In de tabel is een overzicht gegeven waaraan het geschreven bedrag is besteed. In totaal zijn 36 milieucontroles uitgevoerd. Hierbij dient een nuancerende opmerking. Op de planningslijst staan tevens 16 controles bij propaangastanks aan de Vlietberg. Deze zijn uitgevoerd echter nog niet allemaal ingevoerd in het systeem. Bij 14 van de 16 controles bleek iets niet in orde en zullen hercontroles worden uitgevoerd. Daarnaast zijn 16 hercontroles uitgevoerd en zijn er 4 klachten/meldingen binnengekomen. Het hercontrolepercentage ligt op 44% (16 op 36 controles). Dit is hoger dan het percentage hercontrole in het kental van de regionale maatlat (30%). Geen van de klachten heeft geleid tot een handhavingsbezoek. Er zijn 14 vergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 9 in 2013 afgerond en 5 zijn onder handen per 1 januari 2014.
Gemeente Wijchen omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Controles uitgevoerd Aantal hercontroles Aantal klachten Aantal voornemen LOD Aantal LOD Aantal milieuprocedures afgerond in 2013 Aantal milieuprocedures onder handen per 01/01/2014
waarde € 197.922 € 260.978 132% 207 153 40 15 5 0 31 17 47
De inbreng van de gemeente Wijchen voor het restant van 2013 bedraagt € 197.922,-. In deze periode is er voor € 260.978,- arbeid verricht in de gemeente Wijchen. Er is dus 132% gerealiseerd. In gemeente Wijchen zijn meer uren ingezet dan gepland. De inzet van deze extra uren is binnen de bestaande bedrijfsvoering van de ODRN opgevangen. In 2014 zullen we nog meer sturen op het realiseren van de geplande inzet van alle partners (zowel regionaal als binnen het stelsel ven Gelderse Omgevingsdiensten). In de tabel is een overzicht gegeven waaraan het geschreven is besteed. In totaal zijn 153 milieucontroles uitgevoerd. Daarnaast zijn 40 hercontroles uitgevoerd en zijn er 15 klachten / meldingen binnengekomen. Het hercontrolepercentage ligt op 26% (40 op 153 controles). Dit is wat lager dan het percentage hercontrole in het kental (30%). Twee van de klachten hebben geleid tot een handhavingsbezoek. Er zijn 48 vergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 31 in 2013 afgerond en 17 zijn onder handen per 1 januari 2014. Provincie Gelderland omschrijving Inbreng 2013 (9 maanden) Bedrag geschreven Realisatie (percentage) Planning HUP 2013 Milieucontroles uitgevoerd Aantal hercontroles milieu Aantal klachten milieu Aantal voornemen LOD Aantal LOD Aantal milieuprocedures afgerond in 2013 Aantal milieuprocedures onder handen per 01/01/2014 Aantal bouwinspecties Aantal procedures vv geregistreerd in ODRN systeem
waarde € 1.494.730 € 1.431.411 96% 118 101 16 49 3 0 33 32 19? 96?
De inbreng van de provincie Gelderland voor het restant van 2013 bedraagt € 1.494.730,-. In deze periode is er voor € 1.431.411,- arbeid verricht voor provinciale bedrijven. Er is dus 96% gerealiseerd. In de tabel is een overzicht gegeven waaraan het geschreven bedrag is besteed. In totaal zijn 101 milieucontroles uitgevoerd. Dit is 86% van de totaalplanning van 118 geplande bedrijfsbezoeken. Daarnaast zijn 16 hercontroles uitgevoerd en zijn er 49 klachten / meldingen binnengekomen. Eén van die klachten heeft geleid tot een handhavingsbezoek. Er zijn 65 milieuvergunningverleningsprocedures in het systeem van de ODRN geregistreerd. Hiervan zijn er 33 in 2013 afgerond en 32 zijn onder handen per 1 januari 2014.
48
9.4 Leden Algemeen Bestuur
Naam o
Mw. M.A. Barber (Ubbergen)
o
Dhr. H.A.M. van den Berg (Heumen)
o
Dhr. M.J.F.J. Thijsen (Wijchen)
o
Dhr. J.J. van Dijk (Prov. Gelderland) (voorzitter) (DB)
o
Dhr. P. de Klein (Beuningen) (DB)
o
Mw. H. Kunst (Nijmegen) (DB)
o
Dhr. M.H.T. Lepoutre (Druten)
o
Dhr. J.G.M. Thijssen (Groesbeek) (vicevoorzitter) (DB)
o
Dhr. P. Wassink (Millingen aan de Rijn)
49
9.5 Controleverklaring Ernst & Young Accountants LLP
50
9.6 Verklarende woordenlijst afkorting B&W BERAP BOR BRIKS BRZO DVO E-PRTR FTE HUP ICT ILT IPPC LOD MARAP OD’s ODRN OM P&O PIOFAH SZW VNG VR VTH WABO WNT
voluit Burgemeester en Wethouders BEstuursRAPportage Bijzondere OndernemingsRaad Bouw, Reclame, Inrit, Kap en Sloop Besluit Risico’s Zware Ongevallen DienstVerleningsOvereenkomst Europese Pollutant Release Transfer Register. Verplichting van Milieujaarrapportage door industriële bedrijven FullTime Equivalent HandhavingsUitvoeringsProgramma Informatie en CommunicatieTechnologie Inspectie Leefomgeving en Transport Integrated Pollution Prevention and Control. Geïntegreerde preventie en bestrijding van verontreiniging Last Onder Dwangsom MAnagementRAPportage OmgevingsDiensten OmgevingsDienst Regio Nijmegen Openbaar Ministerie Personeel en Organisatie Personeel, Informatievoorziening, Organisatie, Financiën, Administratie en Huisvesting Ministerie van Sociale Zaken en Werkgelegenheid Vereniging Nederlandse Gemeenten VeilgheidsRapport Vergunningen, Toezicht en Handhaving Wet Algemene Bepalingen Omgevingsrecht Wet Normering Topinkomens
51
9.7 Risico-inventarisatie
52
Jaarverslag 2013 ODRN
53
54
55