Vakoverstijgend onderwijs
Arnoud de Bok
s1062976
Erwin van Koppen
s1062409
Eveline Mulder
s1062650
Opdracht kernsituaties 17-06-2013
Inhoudsopgave
Inhoudsopgave......................................................................................................................................... 2 Inleiding .................................................................................................................................................. 4 Onderzoeksopzet ..................................................................................................................................... 5 Hoofdvraag .......................................................................................................................................... 5 Deelvragen........................................................................................................................................... 5 Vakoverstijgend vs. traditioneel onderwijs ............................................................................................. 6 Historie ................................................................................................................................................ 6 Welke voorwaarden zijn er voor succesvol vakoverstijgend onderwijs? ................................................ 7 Jaarplanning......................................................................................................................................... 7 Enthousiasme....................................................................................................................................... 7 Keuze van het thema ........................................................................................................................... 7 Welke voordelen heeft vakoverstijgend werken op een basisschool? ..................................................... 8 Constructivisme ................................................................................................................................... 8 Meervoudige intelligenties .................................................................................................................. 8 Contextgebonden onderwijs ................................................................................................................ 8 Vooruitstrevend ................................................................................................................................... 9 Hersenvriendelijk leren ....................................................................................................................... 9 Vaardigheden....................................................................................................................................... 9 Welke nadelen kan vakoverstijgend onderwijs hebben? ....................................................................... 10 Kerndoelen ........................................................................................................................................ 10 Feitenkennis....................................................................................................................................... 10 Welke leerkrachtvaardigheden dient een leerkracht te hebben om vakoverstijgend onderwijs te kunnen bieden? .................................................................................................................................................. 11 Lesmethoden ..................................................................................................................................... 11 Aanpassing vaardigheden .................................................................................................................. 11 Wat is de rol van de leerkracht binnen een thema? ........................................................................... 12
2
Conclusie ............................................................................................................................................... 13 Literatuurlijst ......................................................................................................................................... 15
3
Inleiding In onze zoektocht naar de ideale school of onderwijsvorm (visie) zijn wij erop uitgekomen om ‘ons onderwijs’ vorm te geven door middel van vakoverstijgend onderwijs. De voor- en nadelen daarvan hebben wij bestudeerd en beschreven in deze literatuurstudie. Dit hebben wij gedaan in het kader van de opdrachten: kindvisie, een keuzeonderwerp binnen vernieuwend onderwijs en de rijke leeromgeving. Wij verbeelden de rijke leeromgeving middels een website, waarop door een virtuele school gelopen kan worden en verschillende lokalen en andere ruimten bekeken kunnen worden, waarbij de praktische uitwerking van vakoverstijgend onderwijs duidelijk wordt. Ons keuzeonderwerp binnen het vernieuwend onderwijs bestaat uit dit onderzoek en enkele ruimtes binnen de virtuele school waar je binnen kan gaan en kunt kijken naar en lezen over de schoolvisie. De visie is in deze ruimted uitgewerkt in: - Een digitale flyer voor de ouders; - De uitwerking van een thema in verschillende stappen; - Een geheel uitgewerkte les binnen dit thema volgens het vakoverstijgend onderwijs. Het grote voordeel van VOO is wat ons betreft dat alle vakken samenhang hebben en een grote betrokkenheid van de leerlingen stimuleren. Door een overlap in de vakken te creëren kun je een tijdsbesparing realiseren. Dat is in het huidige onderwijs met de toenemende tijdsdruk een welkome factor. Als deze tijdsbesparing dan ook nog eens verdiepend, betrokkenheid vergrotend en betekenisvol is, is het niet moeilijk de waarde hiervan in te zien. De conclusie van dit onderzoek zal daar uitsluitsel over geven.
4
Onderzoeksopzet
Dit onderzoek zal bestaan uit een hoofdvraag en deelvragen. Deze zullen onderzocht worden door middel van het bestuderen van literatuur. Door het beantwoorden van de deelvragen verwacht ik de hoofdvraag te kunnen beantwoorden.
Hoofdvraag Wegen de voordelen van het vakoverstijgend onderwijs in het basisonderwijs op tegen de eventuele nadelen?
Deelvragen -
Welke voorwaarden zijn er voor succesvol vakoverstijgend onderwijs?
-
Welke voordelen heeft vakoverstijgend werken op een basisschool?
-
Welke nadelen kan vakoverstijgend onderwijs hebben?
-
Wat verandert er voor de leerkracht, oftewel welke leerkrachtvaardigheden dient een leerkracht te hebben om vakoverstijgend onderwijs te kunnen bieden?
5
Vakoverstijgend vs. traditioneel onderwijs
Bij traditioneel onderwijs wordt de lesstof klassikaal, dus aan de gehele klas, aangeboden. Tevens kenmerkend is dat er wordt uitgegaan van feiten, objectieve kennis en kennisoverdracht. Vakoverstijgend onderwijs is onderwijs waarbij verschillende vakken samenvallen binnen één centraal thema. Kennis en vaardigheden die bij het ene vak wordt opgedaan kunnen binnen een ander vak toegepast worden.
Historie De roep om samenhangend onderwijs in welke vorm dan ook is niets nieuws. In de negentiende eeuw werd de het begrip integratie al gebruikt. Dit deed o.a. de Duitse filosoof Johann Herbart (1776- 1881), die wordt gezien als een van de grondleggers van de pedagogiek als academische discipline. Een heel bekende Amerikaanse filosoof, John Dewey (1859- 1952), was fel tegenstander van het gangbare curriculum in vakken en was voorstander van een methode waarbij leerinhouden als samenhangende thema’s worden aangeboden die aansluiten bij de belevingswereld van het kind. Het streven naar vakintegratie was ook de kern van veel vernieuwingsscholen die voortkwamen uit de reformpedagogiek en meer kindgericht onderwijs bepleitten. Dit werd in veel gevallen uitgevoerd in de vorm van projectonderwijs. Volgens Klein (2006) is er een verschil in de mate waarin vakken geïntegreerd kunnen worden. zij heeft het over drie benaderingen van vakintegratie, namelijk multidisciplinair, interdisciplinair en transdisciplinair. Een multidisciplinaire aanpak voegt vaardigheden en kennis en methodes samen, maar er blijven dan aparte disciplines bestaan. Er kunnen dan bij een thema aardrijkskunde en geschiedenis aan de orde komen maar er is geen verband/ synthese. Het blijven losse lessen over hetzelfde thema. Een interdisciplinaire aanpak houdt in dat er aan de hand van een thema, probleem of vraagstuk verschillende disciplines behandeld worden. Bij een thema kunnen diverse vakken aan de orde komen die gezamenlijk meehelpen aan de oplossing van het vraagstuk. De sterkste vorm van integratie is de transdisciplinaire aanpak. De grenzen tussen de verschillende disciplines zijn dan niet meer duidelijk. Hierbij wordt uitgegaan van levensechte contexten die betekenisvol en relevant zijn. Leerlingen kunnen ook inspraak hebben in de keuze van de thema’s.
6
Welke voorwaarden zijn er voor succesvol vakoverstijgend onderwijs?
Jaarplanning Om vakoverstijgend onderwijs succesvol te laten zijn en meerwaarde te laten hebben moet er aan bepaalde voorwaarden voldaan worden. Zo moet er in de jaarplanning rekening worden gehouden met grote evenementen die dat jaar gehouden worden. Denk aan grote sportevenementen, feestdagen en bijvoorbeeld grote muzikale evenementen. In de jaarplanning worden negen thema’s opgenomen, die elk ongeveer vier tot vijf lesweken beslaan.
Enthousiasme Enthousiasme is een heel belangrijke voorwaarde voor succesvol vakoverstijgend onderwijs. De inzet van docenten is voor succesvol vakoverstijgend onderwijs onontbeerlijk. Volgens onderzoek van het Interfacultair Instituut voor Lerarenopleiding, Onderwijsontwikkeling en Studievaardigheden (IVLOS) van de Universiteit Utrecht zijn veel leerkrachten niet bereid veel te investeren in vakoverstijgend onderwijs, omdat ze angstig zijn voor teveel vernieuwingen. (IVLOS, 2009). Door deze terughoudendheid bij sommige leerkrachten is er niet altijd voldoende draagvlak om tot volledig vakoverstijgend onderwijs te komen. Een andere reden voor het tekort aan draagvlak ligt in het feit dat veel leerkrachten opzien tegen de tijd die het kost om de ideeën en thema’s uit te werken. Onwetendheid en angst voor nieuwe ideeën kunnen ook bijdragen aan de terughoudendheid van leerkrachten. (Mulder, 2013)
Keuze van het thema Een thema zou men kunnen omschrijven als een belangrijk onderwerp dat dicht bij de belevingswereld van kinderen ligt, waar kinderen waardevolle ervaringen mee op kunnen doen als ze eraan werken. Kinderen kunnen alleen maar leerervaringen opdoen die van fundamenteel belang zijn voor hun ontwikkeling, als ze werkelijk betrokken zijn bij het onderwerp. Om die betrokkenheid zo optimaal mogelijk te maken is het van belang te starten bij de ervaringen van de leerlingen, het zogenaamde ‘aansluiten bij de leef - en belevingswereld’. Het is echter cruciaal om te beseffen dat ‘aansluiten’ ook betekent dat er gebruik gemaakt wordt van de natuurlijke nieuwsgierigheid van kinderen, van hun drang de wereld te onderzoeken en daarin een eigen plek te verwerven. Er moet dus zeker niet gestopt worden bij de al aanwezige ervaring en beleving.
7
Welke voordelen heeft vakoverstijgend werken op een basisschool?
Constructivisme De belangrijkste reden voor scholen om voor vakoverstijgend onderwijs te kiezen is wat het de leerlingen biedt. Volgens het constructivisme moeten de leerlingen een zogenaamd ‘eigenaarschap’ ontwikkelen ten aan zien van de lesstof. Dit ‘eigenaarschap’ gaat ervan uit dat iedere leerling nieuwe informatie op zijn eigen manier verwerkt en laat aansluiten bij de aanwezige kennis van een bepaald onderwerp. Dit sluit ook mooi aan bij de zone van naaste ontwikkeling van Vygotsky. Het komt er dus op neer dat iedere leerling zijn kennis op zijn eigen manier uitbreidt. Door de diversiteit aan opdrachten binnen een thema is het voor de leerlingen makkelijker om bestaande kennis uit te breiden.
Meervoudige intelligenties Een ander voordeel van vakoverstijgend onderwijs is, dat door de gevarieerdheid van de opdrachten relatief eenvoudig recht kan worden gedaan aan de meervoudige intelligenties zoals Gardner ze omschreven heeft in zijn theorie. Behalve het makkelijker opnemen van informatie door het gebruik van meervoudige intelligenties, wordt het leggen van verbanden tussen de lesstof van de verschillende vakken voor veel leerlingen ook makkelijker. Door het vaak voorkomende coöperatief werken binnen vakoverstijgend onderwijs kunnen de leerlingen hun sociale vaardigheden beter ontwikkelen.
Contextgebonden onderwijs Doordat de thema’s aansluiten bij de belevingswereld van de kinderen zal de betrokkenheid groot zijn. deze levensechte situaties worden niet gecreëerd, zoals bijvoorbeeld bij het realistisch rekenen, maar zijn noodzakelijk om verder te kunnen gaan met de opdrachten. Het zijn dus geen activiteiten die bedacht zijn om de leerlingen met contextgebonden materialen bezig te laten zijn, maar activiteiten die de leerlingen ‘zelf’ verzinnen om met het project/ de opdracht verder te kunnen gaan. Deze betrokkenheid wordt verder gestimuleerd door de logische samenhang tussen de activiteiten. De lessen zullen interactief zijn zodat de leerlingen ruimte en verantwoordelijkheid krijgen voor eigen inbreng, ideeën en suggesties. Door de diversiteit aan werkvormen zullen de leerlingen zich niet gaan vervelen en kunnen ze allemaal op eigen niveau aan de opdrachten werken.
8
Vooruitstrevend Ook in het onderwijs is stilstand achteruitgang. In de huidige informatiemaatschappij, waar het cruciaal is om te kunnen werken met ‘nieuwe’ media, zijn vaardigheden als samenwerken, informatie verzamelen, beoordelen en selecteren en het volgen van en reflecteren op de eigen ontwikkeling en het oplossingsgericht werken zeer belangrijke vaardigheden. Door deze vakoverstijgend aan te bieden wordt de betrokkenheid van leerlingen vastgehouden. Leerlingen leren over hun eigen voorkeuren en welke strategieën hen helpen beter te leren. Dit is gebaseerd op het hersenvriendelijk leren en de meervoudige intelligentietheorie van Gardner (IPC, 2008).
Hersenvriendelijk leren Vakoverstijgend onderwijs hangt nauw samen met het hersenvriendelijk leren. Een van de kernwaarden van hersenvriendelijk leren is niet voor niets: “Hersenvriendelijk leren is verbanden leggen en begrip kweken. Net zoals Vygotsky al beschreef in zijn theorie over de zone van naaste ontwikkeling is het zo dat kinderen dingen beter begrijpen als ze deze in verband brengen met iets dat ze ooit eerder geleerd of gedaan hebben. Dat is ook de reden dat vergelijkingen zo goed werken. Als we vergelijken, leggen de hersenen letterlijk een verband. Door bij vakoverstijgend onderwijs het thema van tevoren bekend te maken zullen kinderen makkelijker ‘The big picture’ zien. Dit geeft de kinderen overzicht. Dit overzicht maakt het voor de kinderen makkelijker om de nieuwe informatie aan te laten sluiten bij de zone van actuele ontwikkeling (IPC, 2001).
Vaardigheden Vakoverstijgend onderwijs biedt nog een groot voordeel voor zowel leerlingen als docenten. Zo zou een goede vakoverstijgende afstemming op het gebied van vaardigheden kunnen leiden tot een tijdsbesparing en een versterkt leereffect. Eén van de struikelblokken die men vaak tegenkomt in de lespraktijk is tijdsgebrek. (Leenders, 2003). Het leereffect wordt versterkt doordat de vaardigheden bij de verschillende vakken aan bod komen. Het is van belang dat de leerkracht de leerlingen duidelijk maakt dat het hier vaardigheden betreft die bij andere vakken aan bod zijn gekomen of nog gaan komen.
9
Welke nadelen kan vakoverstijgend onderwijs hebben?
Kerndoelen Een van de nadelen volgens ‘de tegenstanders’ van vakoverstijgend werken is dat de basiskennis en specifieke kennis verloren kan gaan, doordat de nadruk meer op vaardigheden dan vakinhoudelijke kennis komt te liggen. Een andere angst is dat in het streven naar vakoverstijgend werken het ene onderdeel het andere overschaduwd zodat niet alle (kern) doelen evenredig aan bod komen. (Cone, Werner & Cone, 2009) Dit blijkt ook uit het artikel over vakoverstijgend onderwijs van de IVLOS docentenopleiding. Docenten zien als ongewenst gevolg van “Vakoverstijgend onderwijs” dat basiskennis en specifieke vaardigheden verloren gaan. Als zorgelijke tendens zien zij vaardigheden teveel nadruk krijgen in vergelijking met vakinhoudelijke kennis. (IVLOS, 2008).
Feitenkennis Een mogelijk nadeel is dat het lastig kan zijn om zicht te krijgen op wat er geleerd is, feitenkennis en chronologie krijgen volgens tegenstanders minder aandacht. Ook het gevaar voor oppervlakkigheid en enige onzekerheid over de eigen expertise kunnen nadelen zijn vanwege de breedte van het leergebied.
10
Welke leerkrachtvaardigheden dient een leerkracht te hebben om vakoverstijgend onderwijs te kunnen bieden?
Lesmethoden Lesmethoden zijn lang niet altijd afgestemd op het ‘Vakoverstijgend onderwijs’ en zullen door de leerkrachten zelf aangepast en bijgesteld moeten worden. Veel lesmateriaal zal door de docenten zelf ontwikkeld moeten worden. Leerkrachten zouden ook eens bij andere collega’s kunnen gaan kijken om van elkaar te leren op didactisch en pedagogisch gebied. Er zijn wel methodes gericht op het vakoverstijgend werken zoals IPC, maar daar richt men zich vooral op de zaakvakken en is dus niet allesomvattend. Een andere methode is ‘Alles- in- 1’. Bij deze methode komen de projectthema’s uit de vakgebieden aardrijkskunde, geschiedenis, techniek, cultuur en natuur. Er wordt aandacht besteed aan taal en lezen, Engels, wereldoriëntatie en alle expressievakken. Ieder jaar worden vijf projecten integraal behandeld en ieder project duurt vijf weken. Afhankelijk van het thema komen alle vakken in samenhang aan bod, met uitzondering van rekenen, handschriftontwikkeling en bewegingsonderwijs.
Aanpassing vaardigheden Niet alle leerlingen ontwikkelen zich in hetzelfde tempo en hebben dezelfde mogelijkheden op het cognitieve, sociale, of emotionele vlak. Zij hebben ook verschillende behoeften aan hulp en ondersteuning. De leerkracht zorgt ervoor dat iedere leerling op het juiste moment de gewenste begeleiding en nieuwe impulsen krijgt. Dat betekent dat een leerkracht veel moet observeren en nadenken over wat er gebeurt en met welke activiteiten en materialen de leerling verder geholpen kan worden. De begeleiding die de leerkracht geeft, verschilt daardoor per leerling maar kan worden geclusterd als de behoeftes van de leerlingen elkaar overlappen (Koppen, 2013). Om dit te kunnen realiseren moet een leerkracht zijn werkwijze en vaardigheden daarop richten. Het leren van de leerkracht is net zo belangrijk als het leren van de leerlingen. Zo zullen er minder klassikale instructies zijn en zullen de instructiemomenten meer verdeeld zijn over de dag. De instructie zal veelal gegeven worden op basis van vraag en niet van aanbod, zoals het in het traditionele onderwijs vaak gebeurt. De leraar faciliteert meer dan dat hij doceert. De leerkracht moet ook de ruimte krijgen om zich aan te passen. Hij moet de gelegenheid krijgen een rijke leeromgeving te creëren. Ook moet er tijd ingepland worden om met collega’s te overleggen en nascholing te volgen die gericht is op het lesgeven in een geïntegreerd curriculum. Als aan deze
11
voorwaarden voldaan wordt, zal het draagvlak binnen het team groter zijn, wat weer een voorwaarde is voor een succesvollere invoering van vakoverstijgend onderwijs.
Wat is de rol van de leerkracht binnen een thema? De voorbereiding van de leerkracht wordt binnen het vakoverstijgende onderwijs misschien nog wel belangrijker dan binnen het regulier onderwijs. Uit de volgende stappen blijkt dat de leraar meer faciliteert dan doceert. -
De voorbereiding van het thema: het bepalen van specifieke doelen, het maken van een plan van aanpak, inclusief organisatie;
-
Startmoment en introductie : het bepalen van het startmoment en een, bij de belevingswereld van de leerlingen passende, introductie van het thema: ‘The big picture’;
-
Leiding en begeleiding: het wekken en voeden van de belangstelling van de leerlingen, plannen, gestelde doelen bewaken, informatie verwerven, ontwikkeling stimuleren en ondersteunen en reflecteren op ervaringen;
-
De afronding: er zijn verschillende manieren mogelijk om een thema af te ronden, zoals maken van een tentoonstelling, het houden van presentaties of het geven van een voorstelling, het samenstellen van een projectboek, het maken en presenteren van een website of het organiseren van een excursie. Per thema kan besloten worden of andere groepen, scholen of de ouders uitgenodigd worden bij de afsluiting.
12
Conclusie
In dit onderzoek hebben wij door middel van een literatuurstudie onderzocht wat de voor en nadelen van vakoverstijgend of volledig geïntegreerd onderwijs zouden kunnen zijn. Dit hebben wij gedaan in het kader van de opdracht waarin wij ons ideale onderwijs vorm moesten geven. Naarmate het onderzoek vorderde zijn wij toch tot de conclusie gekomen dat vakoverstijgend onderwijs een aantal absolute voordelen biedt ten opzichte van het curriculumgestuurde onderwijs. Er schuilen ook gevaren in het geven van vakoverstijgende onderwijs, zoals de kans op het verloren gaan van basiskennis en specifieke kennis. Dit denken wij te ondervangen door heel gericht de kerndoelen voor het basisonderwijs te handhaven en op basis hiervan specifieke doelen vast te stellen binnen de thema’s. Een ander nadeel zou het gevaar van oppervlakkigheid en de onzekerheid van leerkrachten over hun eigen expertise kunnen zijn. Door leerkrachten goed te sturen en ze de gelegenheid geven bij te scholen, daar waar nodig of gewenst, moet dit nadeel ook prima te ondervangen zijn. Wanneer er om de goede redenen en met een correcte instelling wordt gestart met vakoverschrijdend onderwijs, is er geen reden om aan te nemen dat de vakinhoudelijke kwaliteit achteruit gaat, integendeel. Dit houdt in twee zaken in: projectwerk moet een gezonde verhouding praktisch werk – kennis hebben en het opstarten en uitvoeren van een project moet een didactische meerwaarde hebben (BON). Deze nadelen wegen wat ons betreft dan ook niet op tegen de voordelen van vakoverstijgend onderwijs. Het grootste voordeel is de betrokkenheid van de leerlingen die je creëert met vakoverstijgend werken, waardoor leerlingen met meer plezier leren, wat voornamelijk komt door: -
de aansluiting bij de belevingswereld van de kinderen;
-
de mogelijkheden tot eigen initiatief en inbreng van de kinderen;
-
het werken op eigen niveau en tempo voor ieder kind;
-
de focus op vaardigheden als samenwerken, het verzamelen, beoordelen en selecteren van informatie en het reflecteren, naast het ontwikkelen van cognitieve vaardigheden.
-
de grote diversiteit aan werkvormen;
-
de rijke leeromgeving, die ook nog eens elke maand (met elk thema) verandert, mede door de inbreng van de leerlingen zelf;
-
de logische samenhang tussen vakken en activiteiten;
-
de, bij de belevingswereld van de kinderen passende, introductie en afronding van elk thema.
13
Een ander voordeel is dat door de veelzijdigheid aan werkvormen, instructievormen en verwerkingsvormen meerdere van de meervoudige intelligenties aan bod komen. Dit sluit op die manier aan bij het hersenvriendelijk leren waarbij het begrip kweken en het leggen van verbanden kernpunten zijn. De nadelen wegen niet op tegen de voordelen, omdat deze goed te ondervangen zijn en de voordelen vele malen groter zijn. Daarmee kunnen wij de, in onze ogen ideale onderwijsvorm VOO, ruimschoots verantwoorden.
14
Literatuurlijst
Arts, K. & Rijneveld-Ockers, M. (2007). Voorwaarden voor succesvol vakoverstijgend projectonderwijs. Voor het laatst geraadpleegd op 20-06-2013 via: http://igitur-archive.library.uu.nl/student-theses/2008-0109200221/artikel%20vakoverstijgend%20projectonderwijs.doc
Beter Onderwijs Nederland. (2006). Voor het laatst geraadpleegd op 18-06-2013 via: http://www.beteronderwijsnederland.nl/forum/projectgericht-onderwijs-en-vakoverstijgend-leren-nietten-koste-van-vakinhoudelijke-kwaliteit.
Cone, T. Werner, P. Cone, S. (2009) Interdisciplinary Elementary Physical Education. Sheridan books: United States of America.
Globe - Vakoverstijgend onderwijs. (2010). Voor het laatst geraadpleegd op 21-06-2013 via: http://www.leraar24.nl/leraar24-portal/video/1236/globe-vakoverstijgend-onderwijs.
Hmelo- Silver, C. Problem based learning, what and how do students learn. Voor het laatst geraadpleegd op 14-06-2013 via: http://link.springer.com/article/10.1023/B%3AEDPR.0000034022.16470.f3#page-1
IPC Nederland (2013). Voor het laatst geraadpleegd op 16-06-2013 via:: http://www.ipcnederland.nl/het-ipc/wat-is-het-ipc en: http://www.ipcnederland.nl/docs/uploads/doc_repository/H8_map_0.8_-_Hersenvriendelijk_leren.pdf
IVLOS docentenopleiding. (2009). Vakoverstijgend onderwijs, wat werkt, wat niet. Voor het laatst geraadpleegd op 21-06-2013 via: http://igitur-archive.library.uu.nl/student-theses/2009-0421200644/vakoverstijgendonderwijs%20artikel%20_%20juli%202008_.pdf
15
Klein, J.T. (2006). A platform for a shared discourse of interdisciplinary education. Journal of social science education. Voor het laatst geraadpleegd op 21-06-2013 via: http://www.jsse.org/index.php/jsse/article/view/1026/929
Konigs, W. & Riedeman, H. (2007). Palet van kleuren. Edux Onderwijs Advies. Voor het laatst geraadpleegd op 21-06-2013 via: http://www.edux.nl/site_files/uploads/Redax%20NR3.4_Palet%20van%20kleuren.pdf
Landelijk expertisecentrum. (2009). Voor het laatst geraadpleegd op 21-06-2013 via:: http://www.expertisecentrumeconomie.nl/wpcontent/uploads/2013/01/Vakintegratie_LEMMV_webversie2.pdf
Leenders, F. (2003).Invoering van Algemene Vaardigheden. Onderzoek in opdracht van OC&W.
16