Op de boerderijhoek Werkproces 2.1
Titel: op de boerderij-hoek Werkproces: 2.1 Vak: portfolio examen specialisatie Naam: Jordi Karnebeek Klas: OA3E Mentor: Trudy Boonk Stageschool: OBS de Hofmaat Inleverdatum: 19 juni 2013
Inhoudsopgave Informatie
blz.
Inleiding
3.
Opdrachtenplan
4.
Voorbereiding
5.
Benodigde materialen
6.
De bijbehorende les met de leerlingen.
7.
Foto´s
18.
Feedbackformulier
19.
Nawoord
21.
Inleiding Dit verslag heb ik gemaakt voor het specialisatie examen en het werkproces 2.1. Voor dit verslag heb ik een hoek ingericht in het klaslokaal. De hoek gaat over de boerderij. Ik heb voor dit onderwerp gekozen, omdat in de lente veel gebeurt in de landbouw. De boeren poten planten en zaaien zaden. En voor leerlingen is het leuk en leerzaam om te zien dat aan een plantje bijvoorbeeld een tomaat kan groeien. Ook komt het vee bij de boerderijhoek aan het licht. De leerlingen weten wel wat een koe is, maar nu wordt bij verschillende dieren ook het meervoud aangeboden en de benaming van geluiden. Jordi Karnebeek, 15 mei 2013
Op de boerderijhoek OPL: OA
Opdrachtenplan Onderwijsassistent Op de boerderijhoek Kerntaak: 2 keuze Feedback Competentie gericht Soort opdracht: Werkproces/competentie: 2.1 ( L S ) Kwalificatie: Naam opdracht:
Fase: 6
Richt in de klas een hoek/thema tafel in. Hierbij laat ik verschillende vakgebieden in aanbod komen. Zodat de leerlingen op verschillende manieren met het thema op de boerderij bezig zijn. L Materialen en middelen inzetten 2.1 De onderwijsassistent gebruikt en checkt materialen en middelen en gaat er zorgvuldig en netjes mee om, zodat er geen sprake is van verspilling en de materialen en middelen die door de onderwijsassistent worden gebruikt goed verzorgd zijn. S Kwaliteit leveren 2.1 De onderwijsassistent pakt de voorbereidende en afrondende werkzaamheden ordelijk en efficiënt aan gericht op een optimale voorbereiding of afronding.
Jordi
4
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
De voorbereiding Ik wilde eerst een kikkerhoek maken met levende kikkerdril en kikkervisjes. Helaas is het nog geen tijd voor kikkerdril. Daardoor moest ik met een ander onderwerp komen. Toen ik naar huis aan het fietsen was van stage zag ik dat er maïs uit de grond kwam. Ik kwam toen met het idee om een op de boerderij thema te gaan doen. Met landbouw producten en foto’s van dieren. Met dit idee ging ik naar Trudy toe mijn mentor. Zij keurde het idee goed en ik kon beginnen met de voorbereiding. Ik heb eerst nagedacht hoe ik de boerderijhoek wou inrichten. Ik kwam al snel met het idee om er landbouwplanten bij te zetten zoals tomaten en sla. Ook wilde ik de boerderijdieren laten zien, dit wou ik doen doormiddel van foto’s. Ik wilde niet dat het een hoek werd met alleen plantjes en foto’s, daarom heb ik ook een achtergrond en een ondergrond gemaakt voor de hoek die aansluiten bij elkaar. Zo heb ik op de muurkant van de hoek een boerderij met weilanden geschilderd. Tussen de weilanden lag een weg. Die weg kwam weer uit op de ondergrond, waar ik akkers op heb geschilderd. Door dit idee verder te ontwikkelen kon ik de foto’s van de dieren in de weilanden plakken. Veder moest ik ook nog landbouwplanten hebben. Ik heb de volgende groenteplanten gekocht, die van de: Cherry Tomaat, Maïs, Sla, Aubergine en Andijvie. Thuis had ik nog doorzichtige bakjes. Hier ging mijn voorkeur naar uit, zodat je ook de grond zacht waar de groenteplanten in stonden. Ook vond ik het belangrijk dat er bij de groenteplanten naamkaartjes stonden. Leerlingen in groep 3kunnen al lezen en ze weten ze altijd wat welke plant is. Bij op de naamkaartjes heb ik de vrucht als afbeelding geplakt, zodat de leerlingen ook een idee kunnen krijgen hoe de vrucht van de plant eruit ziet. Zo kunnen ze de groente ook sneller herkennen. Ook heb ik moeilijke en nieuwe woorden in de boerderijhoek naar voren laten komen. Zo heb ik de verzamelnamen het vee en de landbouw gebruikt. Bij deze woorden heb ik de lidwoorden toegevoegd, zodat leerlingen ook weten hoe ze het goed moeten uitspreken. De leerlingen weten natuurlijk wel wat een koe en een schaap is. Ook bied ik in mijn boerderijhoek aan wat het meervoud is van deze dierennamen. Leerlingen kennen natuurlijk ook de geluiden die de dieren maken, maar in bepaalde gevallen heet het geluid anders dan dat het klink, bijvoorbeeld denk maar aan de koe. Een koe loeit, maar zijn geluid is bmhoee.
Jordi
5
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Benodigde materialen Om de hoek te maken: - 6 A3 vellen - Lijm en plakband - Potloot en gum - Verf met kwasten en water Voor de aankleding van de hoek had ik 6 A3 vellen nodig. Deze heb ik aan elkaar geplakt met lijm en plakband. Daarna heb ik de boerderij met weilanden en akker erop geschetst. Als laatste moest ik alles in verven en de achter en ondergrond voor de hoek was af. Om het landbouw gedeelte te maken: - 5 verschillende akkerbouw platen (Cherry Tomaten, Sla, Maïs, Aubergine en Andijvie) - 5 poten/bakjes - Aarde/potgrond - Satéprikkers - Kaartjes met namen van de groente en een afbeelding erop. - Plakband. De plantjes zet je in de bakjes neer en de vul je verder aan met potgrond. Op de computer heb ik naamkaartjes gemaakt met de naam van de groente en een afbeelding erop. Deze lamineer je en de satéprikker plak je er aanvast met plakband. Tenslotte zet je het naamkaartje in het goede groentebakje neer. Om het vee gedeelte en naamkaarten te maken: - Foto’s van verschillende boerderij dieren (koeien, paarden, varkens, kippen en schapen) - Stiften - Dieren geluidenlijst van wikipedia - Lamineer apparaat - Plakband. Op internet zoek je verschillende afbeeldingen op van boerderij dieren. Deze zet je in een word bestandje. Verder zoek je ook op internet naar boerderijdieren geluiden. Dit werk je in het wordt bestandje verder uit. Ook maak je nog 3 grote gekleurde vakken en daar typ je in: op de boerderij, het vee en de landbouw. Dit print je allemaal uit en daarna knip je het uit. Met stift schrijf je bij de afbeeldingen wat het meervoud is van de verschillende dieren namen. Tenslotte ga je het allemaal lamineren en nog een keer uitknippen. Je plakt het met plakband vast op de hoek.
Jordi
6
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Bijbehorende les Lesonderwerp: Op de boerderij Aandachtspunten deelnemer: 1. Duidelijk en rustig praten 2. kinderen aansturen als ze inspiratie nodig hebben
3.
Beginsituatie: Doelgroep: De les wordt gegeven in groep 3. In groep 3 zitten 23 leerlingen, waar van er 10 meisjes zijn en 13 jongens. In groep 3 is er veel niveau verschil. Er zijn een paar die onder het niveau zitten. De werkvormen zijn bekend: Ja Kennen/ kunnen: De leerlingen kennen alle letters en kunnen daarmee al woorden en zinnen schrijven. Doelstelling: Proces: De leerlingen komen in aanrakingen met verschillende termen (het vee en de landbouw). De leerlingen komen in aanraking met verschillende soorten groenten en dieren. De leerlingen gaan voor het eerst een verhaaltje schrijven met als onderwerp boerderij. De leerlingen gaan aan de gang met hun eigen inspiratie. De leerlingen gaan meerdere zinnen schrijven die over het zelfde gaan. Product: De leerlingen weten nu meer over de boerderij en kunnen dit vertellen. Ze weten wat meer over dieren geluiden en over groenten die groeien op de boerderij. De leerlingen hebben een eigen verhaaltje geschreven. Dit hebben ze gedaan over het onderwerp boerderij. Voor de rest hebben ze alles in het verhaaltje zelf verzonnen.
Jordi
7
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Lesopzet Werkvorm
Middelen
interactie vorm Inleiding: Je maakt de leerlingen enkele dagen nieuwsgierig over de hoek die gaat komen in de klas. Langzamerhand geef je ze steeds meer tips.
Hd. bord > grijs schuif scherm
Op het digibord zet je een grijs schuif scherm. Achter het scherm staan de woorden: op de boerderij, het vee en de landbouw. Langzaam laatje ze het woord boerderij zien. Je prikkelt de leerlingen aan wacht hun reacties af.
De hoek met alleen de achtergrond
Kern: Wanneer ze het eerste woord hebben geraden, laat je de hoek zien en leg je uit wat er allemaal staat: boerderij huis, een stuk grond en weilanden. Je vraagt nu wat er allemaal op een boerderij hoort. De eerste reactie van de kinderen zijn dieren. De leerlingen komen met antwoorden als: koeien, paarden, kippen enz. Je vraagt aan de leerlingen hoe dat gezamenlijk bij elkaar heet (het vee). De meeste leerlingen weten dit niet. Je laat de term “het vee”langzaam zien op het Hd.- bord zien. Nu neem je de leerlingen mee naar de boerderij hoek. Zelf plak je de plakkaten op van de boerderij en het vee. Je kiest 5 leerlingen uit die de dierenplaten op de hoek mogen plakken. Ze moeten de platen wel in de weilanden plakken. Nu laatje ze allemaal weer zitten.
interactie vorm
Tijd 5 minuten
Digibord
Dieren plaatjes, plakband
10 á 15 minuten
5 verschillende groente planten. kaartjes met groente namen en afbeeldingen.
de woorden: de boerderij, het vee en de landbouw op een plakkaat.
Dieren maken ook geluiden je vraagt aan de leerlingen welke geluiden die dieren maken. Je vraagt ook hoe dat geluid heet. Bijvoorbeeld een koe loeit en zegt mhoee. Nu vraagje aan de leerlingen wat er nog meer te vinden is op een boerderij. Want de grond is nog leeg. Je laat tegelijk het woord landbouw langzaam te voorschijn komen. Je vraagt aan de leerlingen wat de landbouw is. Als de leerlingen Jordi
8
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
het niet weten help je ze met het antwoord zoeken van groenten die groeien op de boerderij. natuurlijk is er in de boerderij hoek een plek voor landbouw. Je haalt de groente planten op en vraagt of de leerlingen kunnen zien welke groenten er zijn. Sommige groenten zullen ze weten en anderen niet. Je bespreek ze met de leerlingen en tegelijk zet je de naamkaartjes met afbeelding van de groente erin. Je neemt de leerlingen voor de laatste keer mee naar de hoek. Je zet de groenteplanten erbij en zet de term “de landbouw”er ook bij. Slot: Je gaat nu de opdracht uitleggen die bij de hoek hoort. De leerlingen krijgen straks een blad. Op dit blad moeten ze een verhaal schrijven dat over de boerderij gaat. Ze mogen zelf helemaal weten hoe en wat. Boven in de wolk zie je een stippenlijn. Op die lijn moeten de leerlingen eerst hun naam schrijven. Hebben ze dat gedaan gaan ze hun verhaal schrijven. Als ze even geen inspiratie hebben mogen ze in de boerderij hoek gaan kijken. Zijn ze klaar met hun verhaal mogen ze de kleurplaat onderaan het verhaal inkleuren.
schrijf papier voor de opdracht
30 minuten
Op een gegeven moment zeg je tegen de leerlingen dat ze alles neer moeten leggen wat ze in hun handen hebben. Uit elk groepje noem je nu een naam. Die gaan wanneer jij het zegt alle verhalen van hun groepje verzamelen en op de inlevertafel leggen. De rest gaat dan alle spullen opruimen.
Jordi
9
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Organisatie van de les Vooraf: Ontwerp de boerderij hoek en zoek een geschikte ruimte in de klas. Koop verschillende groente platen en maak hierbij naam en afbeelding kaartjes. Zoek verschillende dieren plaatjes en maak een overzicht van hun geluiden. Maak een origineel schrijf en kleurblad. lamineer alle woorden en afbeeldingen. Start op het digibord het Hd.- bord programma. Zet hier de volgende termen in: op de boerderij, het vee en de landbouw. Vervolgens zet je hier een grijs schuifscherm overheen. Tijdens: Zorg dat alle materialen klaar zodat je het gemakkelijk kunt pakken. Zorg ervoor dat de leerlingen het niet kunnen zien. Na afloop: Ruim de boerderij hoek op. De platen kun je allemaal bewaren zodat je het een volgend schooljaar weer kunt gebruiken. De groente platen kun je eventueel in de groentetuin van de school zetten als de school dit heeft. Of neem het zelf mee naar huis. Alle verhalen bij elkaar verzamelen en maken tot een groot boerderijboek.
Jordi
10
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Bijlage met materialen:
De landbouw
Op de boerderij
Het vee Jordi
11
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Maïs Courgette
Sla
Jordi
12
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Cherry tomaten
Andijvie
Jordi
13
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Jordi
14
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Jordi
15
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Geluiden van boerderijdieren Een koe loeit en zegt Bmoee. Een paard hinnikt en zegt hihih. Een varken knort en zegt knor. Een kip kakelt en tokt en zegt tok. Een haan kraait en zegt kukeleku. Een schaap mekkert en zegt méé. Jordi
16
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Schrijfblad niet digitaal i.v.m. lijnen
Jordi
17
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Foto’s
Op de foto’s hierboven zie je de boerderijhoek een keer met achtergrond en een keer met groente planten erbij.
Op de foto’s hieronder zie je een leerling kijken naar de boerderijhoek. Op de andere foto staat het “op de boerderijboek” in dit boek zitten alle verhalen die de leerlingen hebben gemakt tijdens de les over de boerderijhoek
Jordi
18
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Feedbackformulier Onderwijsassistent op de boerderij-hoek Kerntaak: 2 keuze Feedback Competentie gericht Soort opdracht: Werkproces/competentie: 2.1 ( L S ) Kwalificatie: Naam opdracht:
Naam deelnemer BPV school Examen Reflectie deelnemer Voor de boerderijhoek had ik veel materialen nodig. Ik heb er zelf voor gezorgd dat de materialen allemaal in goede staat waren. Tijdens het lamineren heb ik gekeken hoe ik de minste lamineer vellen kon gebruiken. Zodat er niet te veel resten waren die uiteindelijk in de prullenbak belanden
Jordi Karnebeek obs De Hofmaat specialisatie Prestatie indicator L Materialen en middelen inzetten 2.1 De onderwijsassistent gebruikt en checkt materialen en middelen en gaat er zorgvuldig en netjes mee om, zodat er geen sprake is van verspilling en de materialen en middelen die door de onderwijsassistent worden gebruikt goed verzorgd zijn.
De boerderijhoek koste ook veel tijd met het voorbereiden. Het voorbereiden heb ik allemaal buiten schooltijd gedaan. Over de voorbereiding heb ik nagedacht, zodat ik meer kan aanbieden dan alleen plaatjes in de hoek. Ook de bepaalde termen van de boerderij heb ik erbij gedaan. Ik heb de termen het vee en de landbouw en bij gedaan en daarmee ook de lidwoorden toegevoerd. Zodat de leerlingen weten hoe ze het woord goed moeten uitspreken.
S Kwaliteit leveren 2.1 De onderwijsassistent pakt de voorbereidende en afrondende werkzaamheden ordelijk en efficiënt aan gericht op een optimale voorbereiding of afronding.
Jordi
19
Fase: 6
Feedback mentor Je kwam zelf met dit idee, leuk. Met nog een paar tips ben je aan de slag gegaan. De voorbereidingen waren goed en het geheel is dan ook goed geslaagd!
In deze boerderijhoek heb je ook woordenschat verwerkt. Je mag best hoge eisen stellen aan de kinderen zoals je ook deed. Erg leuk uitgewerkt, de kinderen (en ook ik) waren enthousiast! En jijzelf ook dus … goed geslaagd!
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Ik vond het leuk om de boerderijhoek te maken. Uiteindelijk heb ik er veel mee kunnen doen en de leerlingen zijn er enthousiast mee bezig.
Algemene indruk van de uitvoering van deze opdracht
Ook voor deze taak heb je je weer 100% ingezet. Het geheel ziet er goed uit. De doelen heb je bereikt. Je staat zelfs ontspannen en als een echte leraar voor de groep! Volhouden zo!
Ingevuld d.d. Naam mentor: Trudy Boonk Paraaf mentor:
Jordi
20
Karnebeek
Op de boerderijhoek OPL: OA
Nawoord Ik wilde eerst een kikkerhoek doen, maar uiteindelijk heb ik meer kunnen bereiken met mijn boerderij hoek. De leerlingen zijn er nog enthousiast meebezig en ze kijken er ook nog geregeld naar. Zelf de uitvoering vind ik goed gelukt. Zoals ik het in mijn hoofd had zitten is het ook geworden.
Naam mentor:
datum:
Paraaf mentor:
Jordi
21
Karnebeek