Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
Betreft
:
Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40 te OOSTKAPELLE
Opdrachtgever
:
Siban Beheer B.V. Park Reeburg 6 5261 GC VUGHT NL
Behandeld door :
ir. M.A. Borst (010 - 50 30 237)
Kenmerk
:
R1500854-RH_3
Datum
:
1 mei 2015
MOS GRONDMECHANICA B.V. Rhoon
Kleidijk 35
Helmond Rijssen
Postbus 801
3160 AA
Rhoon
Vossenbeemd 90B
5705 CL
Helmond
Het Wendelgoor 13
7604 PJ
Almelo
Amsterdam
Gyroscoopweg 120
1042 AZ
Suriname
Ds Martin Luther Kingweg 150 District Wanica -
Tel. 088-5130200
Amsterdam Suriname
Tel. +597-488188
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
Inhoudsopgave Pagina
1. INLEIDING ................................................................................................................................ 3 2. PROJECTINFORMATIE .............................................................................................................. 3 3. UITGEVOERD GRONDONDERZOEK ........................................................................................... 4 4. SCHEMATISERING VAN DE ONDERGROND ............................................................................... 4 4.1
Geotechnisch profiel...................................................................................................... 4
4.2
Geohydrologische schematisering................................................................................. 4
4.3
Grondwaterstanden en stijghoogten ............................................................................ 5
5. BEMALINGSADVIES .................................................................................................................. 7 5.1
Algemeen ....................................................................................................................... 7
5.2
Bemalingssysteem ......................................................................................................... 7
5.3
Prognose van het debiet................................................................................................ 7
6. INVLOED OP DE OMGEVING .................................................................................................... 8 6.1
Algemeen ....................................................................................................................... 8
6.2
Verlaging van de grondwaterstand ............................................................................... 8
6.3
Zettingen ........................................................................................................................ 8
6.4
Landbouw, natuur en stedelijk groen ............................................................................ 9
6.5
Verplaatsen van grond(water)verontreinigingen .......................................................... 9
6.6
Invloed op het zoet/zout grensvlak ............................................................................... 9
6.7
Overige grondwateronttrekkingen ................................................................................ 9
6.8
Archeologie .................................................................................................................. 10
7. REGELGEVING BOUWPUTBEMALING ..................................................................................... 11 7.1
Waterwet ..................................................................................................................... 11
7.2
Onttrekken van grondwater ........................................................................................ 11
7.3
Lozen van bronneringswater ....................................................................................... 12
8. CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN ........................................................................................... 13
Bijlage A
Grondonderzoek
Bijlage B
Grondwaterstanden TNO
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
-3-
1. INLEIDING Dit rapport betreft het bemalingsadvies voor de aanleg van een kelder onder een nieuw te bouwen woning aan de Oude Domburgseweg 40 te Oostkapelle. Voor dit plan heeft Mos Grondmechanica de volgende rapporten uitgebracht: -
Rapportage grondonderzoek (R1500854-RH_1, d.d. 20 april 2015);
-
Rapportage grondonderzoek (R1500854-RH_2, d.d. 23 april 2015).
Tevens zal een funderingsadvies worden opgesteld.
Als constructeur is Ingenieursburo Ulehake b.v. bij dit project betrokken.
2. PROJECTINFORMATIE Door de opdrachtgever is de volgende projectinformatie aangeleverd: -
Tekening: 'Nieuwbouw woning met bijgebouwen a/d Oude Domburgseweg te Oostkapelle'; getekend door: Ingenieursburo Ulehake; kenmerk: 13652-01; datum: 13 april 2015.
Vooralsnog is geen bouwpeil opgegeven. Ten behoeve van het opstellen van het bemalingsadvies is daarom in overleg met de constructeur uitgegaan van een bouwpeil van 0,1 à 0,2 m boven huidig maaiveld. Ter plaatse van het woonhuis is een maaiveldhoogte van NAP +0,43 m tot NAP +0,33 m vastgesteld. Het bouwpeil wordt daarom geschat op NAP +0,5 m.
Uit de projectinformatie en uit mondelinge mededelingen van de opdrachtgever zijn de volgende projectgegevens afgeleid: -
bouwpeil (indicatief):
NAP +0,5 m;
-
afmetingen van de kelder:
15 m bij 9 m;
-
onderkant keldervloer:
peil -3,44 m (circa NAP -3,0 m);
-
ontgravingsniveau:
NAP -3,3 m (grondverbetering).
Vooralsnog is uitgegaan van toepassing van een 0,3 m dikke laag grondverbetering, bestaande uit zand, ten behoeve van de begaanbaarheid en ontwaterbaarheid van de bouwputbodem. Hierbij is ervan uitgegaan dat de palen vanaf een hoger niveau worden aangebracht. Vooralsnog is geen startdatum en bemalingsduur opgegeven voor dit project.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
-4-
3. UITGEVOERD GRONDONDERZOEK Op 14 april 2015 zijn door Mos Grondmechanica de sonderingen 1 tot en met 6 uitgevoerd tot een diepte van maaiveld -29 m (maximaal NAP -28,7 m). Naast de conusweerstand (qc) is de plaatselijke wrijving (fs) gemeten. Uit de plaatselijke wrijving en de conusweerstand is het wrijvingsgetal (Rf) berekend. Dit getal geeft nader inzicht in de aanwezige grondsoorten. De sondeergrafieken zijn opgenomen in bijlage A. Ter plaatse van sonderingen 1 en 5 zijn boringen uitgevoerd tot maximaal maaiveld -2 m. De tijdens het boren vrijgekomen grondslag is visueel geclassificeerd en tot boorprofiel verwerkt. De boorstaten zijn opgenomen in bijlage A. De sondeer- en boorlocaties zijn door onze landmeetkundige afdeling in het terrein uitgezet en gewaterpast ten opzichte van NAP. Voor de locaties van de sonderingen en boringen wordt verwezen naar bijlage A.
4. SCHEMATISERING VAN DE ONDERGROND 4.1
Geotechnisch profiel
Aan de hand van het uitgevoerde grondonderzoek is het volgende geotechnische profiel opgesteld: -
De hoogte van het maaiveld ter plaatse van de sondeerlocaties varieert van NAP +0,4 m tot NAP +0,3 m.
-
Vanaf maaiveld tot circa NAP -2,5 m is een klei/veen pakket aangetroffen.
-
Hieronder is tot NAP -5,5 à -6,5 m een wadzandachtig pakket (zand en klei in lagen) aangetroffen.
-
Daaronder is tot NAP -18,5 à -19,0 m een zandpakket aangetroffen, gevolgd door een wadzandachtig pakket tot NAP -21,5 m.
-
Hieronder tot aan de maximaal verkende diepte van NAP -23,8 m is een overwegend zandig pakket aangetroffen.
4.2
Geohydrologische schematisering
Uit het uitgevoerde grondonderzoek, uit de grondwaterkaart van Nederland (TNO) en uit RegisII.1 is de geohydrologische schematisering afgeleid. In RegisII.1 is het gehele pakket tot NAP -24 m beschreven als deklaag. Hiervoor zijn geen parameters opgegegeven. Uit de grondwaterkaart blijkt dat in het gebied grote variaties in de ligging van de watervoerende en waterremmende lagen verwacht moeten worden. De vermelde doorlaatvermogens zijn laag. De parameters voor de deklaag zijn ingeschat aan de hand van het beschikbare grondonderzoek. In tabel 4-1 is de gehanteerde geohydrologische schematisering aangegeven.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
Tabel 4-1:
-5-
Gehanteerde geohydrologische schematisering grondlaag
geohydrologische eenheid
geohydrologische parameter
van
tot
doorlaatvermogen
[m + NAP]
[m + NAP]
[m²/d]
+0,4 (=maaiveld)
-1
-2
-2
-10
-10
-10
-10
-19
-19
-24
-24
-41
-41
[d] 350
-1
(1)
weerstand
en verder
5 100 deklaag
80 3 90 50
formaties van Eem / Maassluis (1)
formatie van Oosterhout
150 ∞
De formatie van Oosterhout wordt in deze situatie beschouwd als de geohydrologische basis
Om de voeding door neerslag en open water in de omgeving te simuleren, is aan maaiveld een voedingsweerstand van 350 dagen gehanteerd. In het model is geen rekening gehouden met exacte locaties van oppervlaktewater. De geohydrologische parameters zijn ingeschat aan de hand van het grondonderzoek. Met name het doorlaatvermogen van de deklaag (watervoerende en waterremmende deel) is in dit geval van belang voor de prognose van het debiet. Afwijkingen van deze parameters zijn goed mogelijk; dit heeft dan ook consequenties op de prognose van het debiet.
4.3
Grondwaterstanden en stijghoogten
Uit de grondwaterkaart van Nederland (TNO; 1985) is af te leiden dat de stijghoogte in het eerste watervoerend pakket op 28 augustus 1983 circa NAP -0,3 m bedroeg.
Uit het grondwaterarchief van TNO DinoLoket zijn de gegevens van peilbuizen in de omgeving van het project opgevraagd. Van enkele relevante peilbuizen zijn in het grondwaterarchief gegevens aanwezig. De locaties van de peilbuizen zijn in bijlage B op een topografische ondergrond aangegeven. Ook zijn in bijlage B de tijdstijghoogtelijnen van de peilbuizen opgenomen. In tabel 4-2 is een aantal kenmerken van de peilbuizen aangegeven. Tevens is in deze tabel een aantal statistische grootheden van de gemeten grondwaterstanden opgenomen.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
Tabel 4-2:
peilbuis
-6-
Statistische uitwerking van een aantal peilbuizen van TNO DinoLoket in de omgeving van het project maaiveld
filter
statistische eigenschappen
van
tot
HG
GHG
Gemiddelde
GLG
[m + NAP]
[m + NAP]
[m + NAP]
[m + NAP]
[m + NAP]
[m + NAP]
[m + NAP]
B42C0134_2
+2,29
-2,63
-3,63
+1,40
+1,0
+0,7
+0,4
B42C0137_2
+1,87
-30,13
-31,13
+1,12
+0,9
+0,7
+0,5
B48A0125_1
+0,37
-21,21
-22,21
-0,40
-0,7
-1,0
-1,3
B48A0138_1
+0,97
-24,17
-25,17
-0,09
-0,3
-0,7
-1,0
B48A0140_1
+0,26
-34,54
-35,54
-0,50
-0,8
-1,0
-1,4
B48A0168_1
-0,74
-11,95
-12,95
-0,62
o.g.
-1,1
o.g.
B48A0181_1
+1,15
-25,35
-26,35
+0,42
+0,3
+0,1
-0,1
B48A0182_1
+1,49
-6,20
-7,20
+0,57
+0,2
-0,1
-0,4
B48A0191_2
+2,23
-4,10
-5,10
+0,81
+0,6
+0,3
+0,0
B48A0193_2 +2,04 -3,03 -4,03 +1,54 +0,6 +0,3 +0,0 o.g. = onvoldoende gegevens HG = hoogst gemeten grondwaterstand GHG = gemiddeld hoogste grondwaterstand GLG = gemiddeld laagste grondwaterstand Definitie gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) en gemiddeld laagste grondwaterstand (GLG): Om de gemiddeld hoogste grondwaterstand (GHG) te bepalen is een meetreeks noodzakelijk van ten minste acht hydrologische jaren, waarbij op of omstreeks de 14de en 28ste van iedere maand de grondwaterstand of stijghoogte is bepaald. Vervolgens wordt per hydrologisch jaar (van 1 april tot en met 31 maart) het rekenkundig gemiddelde van de drie hoogste grondwaterstanden bepaald (HG3). De gemiddeld hoogste grondwaterstand is de gemiddelde waarde van tenminste de HG3's van acht jaren. De bepaling van de gemiddeld laagste grondwaterstand gaat identiek, alleen voor de laagste grondwaterstanden. Uit de definitie van de gemiddeld hoogste en de gemiddeld laagste grondwaterstand valt af te leiden dat deze met een bepaalde frequentie worden over- en onderschreden. Dit betekent dat de GHG niet als absoluut maximum grondwaterstand kan worden gehanteerd. En de GLG kan niet worden gehanteerd als absoluut minimum grondwaterstand. Ook de hoogst gemeten grondwaterstand kan niet worden beschouwd als een absoluut maximum grondwaterstand. Het is namelijk niet waarschijnlijk dat juist een meting van de grondwaterstand plaatsvindt als de grondwaterstand op het hoogste niveau staat.
De meetreeksen vallen uiteen in twee groepen: aan de noordwestzijde van Oostkapelle in het duingebied worden hoge grondwaterstanden gemeten. Oostkapelle zelf ligt buiten de duinen, in het poldergebied waar aanzienlijk lagere grondwaterstanden zijn gemeten. Op basis van informatie uit AHN2 wordt het polderpeil in het gebied ingeschat op circa NAP -0,3 m.
Ten behoeve van de berekeningen voor het maximale debiet wordt in dit advies uitgegaan van een ingeschatte maatgevend hoge grondwaterstand van NAP -0,2 m. De actuele grondwaterstand dient voorafgaand aan de uitvoering te worden vastgesteld. Hiervoor is het gewenst om op de locatie een peilbuis te plaatsen, deze te waterpassen en regelmatig te peilen.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
-7-
5. BEMALINGSADVIES 5.1
Algemeen
Bij het opstellen van het bemalingsadvies is uitgegaan van een uitvoering van de ontgraving onder talud. Dit is in principe goed mogelijk, ervan uitgaande dat voldoende werkruimte aanwezig is. Daar waar de werkruimte beperkt is, kan een berlinerwand of korte damwand worden toegepast. Wel dient, gezien de ondergrond, een relatief flauw talud worden toegepast van 1:1,8 à 1:2 (verticaal:horizontaal). Het algemeen ontgravingsniveau voor de aanleg van de kelder bedraagt circa NAP -3,3 m (onderzijde grondverbetering). Ten behoeve van een goed begaanbare bodem van de bouwput dient de grondwaterstand tot de onderzijde van de grondverbetering te worden verlaagd (tot NAP -3,3 m). Uitgaande van een geschatte maatgevend hoge grondwaterstand van NAP -0,2 m bedraagt de benodigde verlaging circa 3,1 m.
5.2
Bemalingssysteem
Geadviseerd wordt om een bemaling met behulp van verticale filters toe te passen. De filters dienen rondom de bouwput nabij de insteek van het talud te worden geplaatst op onderlinge afstanden (h.o.h.) van circa 2 à 3 meter. De filters dienen te reiken tot NAP -8 m en om een goed droog talud te verkrijgen dienen de filters over de onderste 5 m te worden omstort/omhuld. De filters dienen te worden voorzien van inhangers die worden aangesloten op een ringleiding en vervolgens op een pomp. Eventueel kan bij het aanbrengen van de grondverbetering met zand horizontale drains worden aangebracht om overtollig (hemel)water versneld afvoeren. Deze drains kunnen via een verzamelleiding uitmonden in twee of meer pompputten, waarvandaan het toestromende water kan worden verpompt.
5.3
Prognose van het debiet
Met behulp van het eindige elementenprogramma MicroFEM is een model voor de grondwaterstroming gemaakt waarin de parameters uit paragraaf 4.2 zijn verwerkt. De straal van het model bedraagt circa 4 km. Met dit model zijn stationaire berekeningen uitgevoerd. Op basis van de genoemde uitgangspunten en de nu bekende projectgegevens bedraagt de prognose van het debiet om de grondwaterstand met 3,1 m te verlagen circa 50 m³/u. Opgemerkt wordt dat deze prognose hoofdzakelijk afhangt van het doorlaatvermogen van de deklaag. De werkelijke grootte van deze parameter (en dus van het debiet) kan afwijken. Eventueel kan door middel van een pompproef of proefbemaling vooraf deze waarde met een hogere mate van zekerheid worden bepaald.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
-8-
6. INVLOED OP DE OMGEVING 6.1
Algemeen
Ten gevolge van de bemaling kunnen ook de grondwaterstanden in de omgeving worden beïnvloed. Beoordeeld dient te worden of dit kan leiden tot negatieve effecten, zoals het optreden van (maaiveld)zettingen, invloed op landbouw, natuur of stedelijk groen, het verplaatsen van verontreinigingen of het verplaatsen van het zoet/zout grensvlak. In onderstaande paragrafen worden deze zaken behandeld.
6.2
Verlaging van de grondwaterstand
De verlaging van de grondwaterstand (in de watervoerende laag) in de omgeving is berekend met behulp van hetzelfde grondwatermodel in MicroFEM waarmee ook het debiet is berekend (zie ook paragraaf 5.3). In tabel 6-1 staat een prognose van de verlaging van de grondwaterstand in de omgeving bij een verlaging van 3,1 m (onttrekking van 50 m³/u) ter plaatse van de bouwput. De vermelde verlagingen betreffen de stationaire situatie.
Tabel 6-1:
6.3
Prognose van de verlagingen van de grondwaterstand in de omgeving
Verlaging
Afstand tot rand bouwput
[m]
[m]
3,1
1
2,5
5
2,0
25
1,5
40
1,0
80
0,5
200
0,2
400
0,1
600
0,05
820
Zettingen
Door het verlagen van de grondwaterstand neemt de korrelspanning in de ondergrond toe. Dit kan in samendrukbare lagen leiden tot zettingen. In het algemeen treden pas zettingen op indien de grondwaterstand wordt verlaagd tot onder het niveau van de gemiddeld laagste grondwaterstand (GLG). Uit de sonderingen is niet geheel duidelijk of de toplaag uit klei dan wel veen bestaat. Met name bij aanwezigheid van veen moet rekening worden gehouden met zetting ten gevolge van bemaling. Voorgesteld wordt daarom om een boring tot maaiveld -4 m uit te voeren om na te gaan of in het toppakket veen aanwezig is.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
-9-
Geadviseerd wordt om na te gaan in hoeverre in de nabijheid van de projectlocatie op staal gefundeerde panden aanwezig zijn. Vervolgens kan worden bepaald in hoeverre ten gevolge van zetting door de bemaling kans op schade aanwezig is.
6.4
Landbouw, natuur en stedelijk groen
Het Natura2000 gebied Manteling van Walcheren bevindt zich op circa 880 m ten noordwesten van de projectlocatie. Uitgaande van een invloedsgebied van 820 m ligt het Natura2000 gebied dus juist buiten het invloedsgebied van de bemaling. In de directe nabijheid van de projectlocatie zijn landbouw, stedelijk groen en bomen aanwezig. Gelet op de samenstelling van de toplaag (klei/veen) zal de bemaling geen negatief effect hebben op de beschikbaarheid van water voor landbouw, groen en bomen.
6.5
Verplaatsen van grond(water)verontreinigingen
Ten aanzien van het verplaatsen van eventueel aanwezige (grondwater)verontreinigingen wordt aanbevolen bij de gemeente en de provincie na te vragen of binnen een straal van 400 m tot het project grondwaterverontreinigingen bekend zijn. In het algemeen mag een grondwateronttrekking geen (negatieve) invloed hebben op bekende verontreinigingen. Indien binnen het invloedsgebied grondwaterverontreinigingen aanwezig zijn, dienen mogelijk aanvullende maatregelen te worden genomen of dient de bemalingswijze te worden aangepast.
6.6
Invloed op het zoet/zout grensvlak
Het zoet/zout grensvlak wordt op basis van de grondwaterkaart op minder dan 5 m diepte verwacht. Gelet op de geohydrologie van het gebied betekent dit dat direct onder de klei/veenlaag zout water aanwezig is. Onder invloed van neerslag zal het grondwater bovenin de klei/veenlaag mogelijk enigszins zoeter zijn. Het zoet/zout grensvlak wordt dus in de veenlaag verwacht. Aangezien in het te bemalen pakket zout water wordt verwacht, wordt geconcludeerd dat de bemaling geen effect zal hebben op de liggen van het zoet/zout grensvlak.
6.7
Overige grondwateronttrekkingen
In het kader van deze opdracht is geen navraag gedaan naar andere grondwateronttrekkingen in het gebied. Deze kunnen worden opgevraagd bij de provincie en/of het waterschap.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
6.8
- 10 -
Archeologie
Uit de Archeologische Monumenten Kaart volgt dat het dichtstbijzijnde archeologisch waardevolle object op circa 130 m ten noorden van de projectlocatie is gelegen. In een nader stadium dient te worden uitgewerkt wat het effect van de voorgenomen bemaling op de betreffende objecten is.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
- 11 -
7. REGELGEVING BOUWPUTBEMALING 7.1
Waterwet
Op 22 december 2009 is de Waterwet in werking getreden. In deze wet wordt een aantal wetten met betrekking tot water samengevoegd. Ook wordt er in de Waterwet een aantal bevoegdheden herverdeeld. Eén daarvan is het bevoegd gezag ten aanzien van grondwateronttrekkingen ten behoeve van het drooghouden van bouwputten. Dit is nu een verantwoordelijkheid van de waterschappen (in plaats van de provincies). Volgens de Waterwet wordt voortaan één vergunning afgegeven voor zowel de onttrekking als de lozing.
7.2
Onttrekken van grondwater
Volgens de artikelen 6.4 en 6.5 van de Waterwet is het onder andere verboden zonder vergunning grondwater te onttrekken. Voor industriële onttrekkingen boven 150.000 m³/jaar, voor openbare drinkwatervoorziening en bodemenergiesystemen is de provincie het bevoegd gezag. Voor de overige onttrekkingen, waaronder bouwputbemalingen, worden vergunningen verleend door het bestuur van het waterschap. De regelgeving is per waterschap vastgelegd in de Keur. Voor beperkte inrichtingen zijn voor verschillende categorieën algemene regels opgesteld. Indien de inrichting binnen deze algemene regels valt, hoeft geen vergunning te worden aangevraagd. In dat geval dient de inrichting bij het waterschap te worden gemeld. De onttrekking vindt plaats in een gebied aangewezen in de bufferzone rond kwetsbaar gebied. Het gebied is niet aangewezen als gebied met zoet water. In dat geval zijn in het Waterschap Scheldestromen bemalingen ten behoeve van het drooghouden van een bouwput niet vergunningsplichtig, indien: - De onttrekkingshoeveelheid kleiner is dan 1.000 m³/maand (= gemiddeld 1,3 m³/u); - Het onttrekkingsdebiet kleiner is dan 100 m³/uur; - De onttrekking niet langer duurt dan 6 maanden;
Op grond van het verwachte te onttrekken debiet (circa 50 m³/u) wordt al binnen 1 dag de grenswaarde van 1.000 m³/maand overschreden. Geconcludeerd wordt daarom dat voor de voorgenomen onttrekking een vergunning moet worden aangevraagd. De behandelingstermijn na indienen van een onderbouwde aanvraag bedraagt 8 of 26 weken, afhankelijk van de door het waterschap te volgen procedure. Waterschap Scheldestromen gaat in het algemeen uit van een termijn van 8 weken.
Provinciale heffingen Op grondwateronttrekkingen zijn 'provinciale heffingen' van toepassing. In het algemeen is sprake van een heffingsvrije voet. Ook bij projecten die onder een melding vallen, kunnen provinciale heffingen van toepassing zijn. Voor de aanvraag van een vergunning zijn meestal apart legeskosten verschuldigd. De grondwaterheffing blijft een verantwoordelijkheid van de provincie. Ook in de Waterwet is deze bevoegdheid exclusief voor de provincie.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
7.3
- 12 -
Lozen van bronneringswater
Waterkwantiteit De afvoercapaciteit van het open water en van het riool is gelimiteerd. Met name het debiet dat op het riool mag worden geloosd, is in veel gevallen beperkt. Het debiet dat op het open water mag worden geloosd is onder andere afhankelijk van de grootte van het open water, de afvoermogelijkheden en de functie van het oppervlaktewater. In de meeste gevallen mag op het open water een duidelijk groter debiet worden geloosd dan op het riool. In veel gevallen gaat de voorkeur van het bevoegd gezag uit naar het lozen van het bronneringswater op het open water boven het lozen op het riool. Er moet wel rekening mee worden gehouden dat in de (directe) omgeving van het project een geschikte locatie aanwezig moet zijn voor het lozen op het open water. Waterkwaliteit Zowel bij een lozing op het open water als bij een lozing op het riool wordt naast het debiet ook de kwaliteit van het bronneringswater beoordeeld. Als de kwaliteit van het bronneringswater niet direct aan de lozingseisen voldoet, dient in veel gevallen een waterzuivering te worden geplaatst. Vooralsnog wordt de kans groot geacht dat het te onttrekken grondwater zout is. Dit kan vergaande consequenties hebben voor de lozingsmogelijkheden. Geadviseerd wordt daarom om vooraf een monster van het grondwater te nemen en te analyseren op het standaard pakket voor water en op de lozingsparameters om een indicatie van de waterkwaliteit van het te lozen water te verkrijgen. Vervolgens kunnen de analyseresultaten ter beoordeling aan de waterkwaliteitsbeheerder worden voorgelegd. Regelgeving ten aanzien van de lozing De voorgenomen bronbemaling wordt niet gezien als een inrichting in de zin van de Wet Milieubeheer. Derhalve valt de bij de bronbemaling behorende lozing onder het Besluit Lozen buiten inrichtingen. Dit besluit is per 1 juli 2011 in werking getreden. Dit besluit geldt voor zowel voor lozing op riolering als voor lozing op oppervlaktewater. Bevoegd gezag voor lozing op oppervlaktewater is het waterschap. Voor lozing op de riolering zijn zowel de gemeente (kwantiteit) als het waterschap (kwaliteit) bevoegd gezag. De proceduretijd voor het verkrijgen van toestemming om het bronneringswater te mogen lozen bedraagt volgens het Besluit Lozen Buiten Inrichtingen 4 weken.
Kosten lozen bronneringswater Aan het lozen van bronneringswater zijn in het algemeen kosten verbonden.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
- 13 -
8. CONCLUSIE EN AANBEVELINGEN Voor de aanleg van een kelder onder een nieuw te bouwen woning aan de Oude Domburgseweg 40 te Oostkapelle zal een bemaling worden toegepast. De bemaling kan bestaan uit verticale filters. Gelet op de ligging in de bufferzone is een zeer lage vergunninggrens van 1.000 m³/maand van kracht. Op grond van het te onttrekken debiet (circa 50 m³/u) wordt geconcludeerd dat voor de voorgenomen onttrekking een vergunning moet worden aangevraagd. Verder wordt opgemerkt dat het te onttrekken grondwater vermoedelijk zout is; dit kan vergaande consequenties hebben voor het bepalen van de lozingswijze. Geadviseerd wordt om het bemalingsadvies verder uit te werken tot een vergunningonderbouwende effectenstudie.
Belangrijkste aandachtspunten: -
Advies: plaatsen van een peilbuis op de projectlocatie met het filter afgesteld in de zandlaag op circa NAP -8 m; inmeten van de peilbuis t.o.v. NAP;
-
Het nemen van een monster van het grondwater voor het bepalen van de waterkwaliteit (analyse op het standaard pakket voor water en op de lozingsparameters);
-
Mogelijkheden onderzoeken voor het lozen van bronneringswater;
-
Uitvoeren van een boring tot maaiveld -4 m om vast te stellen of in de toplaag veen aanwezig is;
-
Advies: frequenter aflezen van de geplaatste peilbuizen (verifiëren van de uitgangspunten);
-
Uitwerken van het bemalingsadvies tot een vergunningonderbouwende effectenstudie, met daarin: •
Inventarisatie verontreinigingen binnen een straal van 400 m tot het project;
•
Inventarisatie overige onttrekkingen binnen het invloedsgebied van de bemaling;
•
Uitwerking zetting en effect op zettingsgevoelige bebouwing;
•
Uitwerken effect van de bemaling op archeologische waarden.
In een aanvullende opdracht kunnen de bovenstaande punten door Mos Grondmechanica worden uitgevoerd.
ir. M.A. Borst (010 - 50 30 237)
Rhoon, 1 mei 2015 Mos Grondmechanica B.V.
Contr. : h.t.
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
Bijlage A Grondonderzoek
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
parkeerplaats
HB1
1
4
2
3
HB5
5
6
H:\projecten\2015\1500854 - Oostkapelle - Oude Dombrugseweg\S-1500854.dwg, 24-4-2015 7:50:06, DWG To PDF.pc3
Sondering 1 Opdracht Plaats Datum Project
: : : :
1500854 Oostkapelle 14-04-2015 Oude Dombrugseweg
Conus nummer : S10-CFII.1069 Soort conus : Elektrisch 2 Opp. conuspunt : 1000 mm
Conusweerstand qc [MPa] 10 20
0
NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit : SR2 Blad : 1 van 1 α [°]
30
10
Wrijvingsgetal Rf [%] 8 6 4 2
0
MV = NAP + 0.39 m NAP
0.4 0.8 1.0 1.2 1.5
-5
1.8 2.2 2.7 3.3 3.8
-10
4.4
Hoogte z [m] t.o.v. NAP
4.8 5.7 6.2 6.6
-15
7.1 7.5 7.7 8.4 8.9
-20
9.4 10.1 10.7 11.4 12.2
-25
13.0 13.8 14.9 15.4
Coördinaten RD-stelsel X = 27206.590 Y = 399092.320
-30
1 0.75
0.50 0.25 Plaatselijke wrijving fs [MPa]
MOS GRONDMECHANICA B.V.
0.00
MRSV v3.00 (c) 2012
Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Tel: 088 51 30 200 - www.mosgeo.com
Sondering 2 Opdracht Plaats Datum Project
: : : :
1500854 Oostkapelle 14-04-2015 Oude Dombrugseweg
Conus nummer : S10-CFII.1069 Soort conus : Elektrisch 2 Opp. conuspunt : 1000 mm
Conusweerstand qc [MPa] 10 20
0
NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit : SR2 Blad : 1 van 1 α [°]
30
10
Wrijvingsgetal Rf [%] 8 6 4 2
0
MV = NAP + 0.38 m NAP
0.2 0.3 0.5 0.8 1.2
-5
1.6 2.1 2.5 2.8 3.4
-10
3.8
Hoogte z [m] t.o.v. NAP
4.4 5.1 5.8 6.3
-15
6.9 7.6 8.6 9.4 10.2
-20
10.9 11.4 12.1 12.8 13.5
-25
13.9 14.7 15.3 15.9
Coördinaten RD-stelsel X = 27218.160 Y = 399079.880
-30
2 0.75
0.50 0.25 Plaatselijke wrijving fs [MPa]
MOS GRONDMECHANICA B.V.
0.00
MRSV v3.00 (c) 2012
Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Tel: 088 51 30 200 - www.mosgeo.com
Sondering 3 Opdracht Plaats Datum Project
: : : :
1500854 Oostkapelle 14-04-2015 Oude Dombrugseweg
Conus nummer : S15-CFII.699 Soort conus : Elektrisch 2 Opp. conuspunt : 1500 mm
Conusweerstand qc [MPa] 10 20
0
NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit : SR2 Blad : 1 van 1 α [°]
30
10
Wrijvingsgetal Rf [%] 8 6 4 2
0
MV = NAP + 0.33 m NAP
0.3 0.5 0.7 0.9 0.9
-5
1.1 1.2 1.3 1.6 1.7
-10
1.7
Hoogte z [m] t.o.v. NAP
2.0 2.2 2.1 2.3
-15
2.5 2.9 3.0 3.3 3.3
-20
3.5 3.8 3.9 4.1 4.2
-25
4.4 4.4 4.6 4.7
Coördinaten RD-stelsel X = 27209.870 Y = 399069.600
-30
3 0.75
0.50 0.25 Plaatselijke wrijving fs [MPa]
MOS GRONDMECHANICA B.V.
0.00
MRSV v3.00 (c) 2012
Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Tel: 088 51 30 200 - www.mosgeo.com
Sondering 4 Opdracht Plaats Datum Project
: : : :
1500854 Oostkapelle 14-04-2015 Oude Dombrugseweg
Conus nummer : S10-CFII.1069 Soort conus : Elektrisch 2 Opp. conuspunt : 1000 mm
Conusweerstand qc [MPa] 10 20
0
NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit : SR2 Blad : 1 van 1 α [°]
30
10
Wrijvingsgetal Rf [%] 8 6 4 2
0
MV = NAP + 0.43 m NAP
1.1 1.7 2.0 2.2 2.3
-5
2.7 3.2 3.7
4.7
-10
5.3
Hoogte z [m] t.o.v. NAP
5.8 6.7 7.5 8.3
-15
8.9 10.0 10.8 11.6 12.5
-20
13.1 13.8 14.6 15.5 15.7
-25
16.1 16.8 17.2
Coördinaten RD-stelsel X = 27196.050 Y = 399080.920
-30
4 0.75
0.50 0.25 Plaatselijke wrijving fs [MPa]
MOS GRONDMECHANICA B.V.
0.00
MRSV v3.00 (c) 2012
Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Tel: 088 51 30 200 - www.mosgeo.com
Sondering 5 Opdracht Plaats Datum Project
: : : :
1500854 Oostkapelle 14-04-2015 Oude Dombrugseweg
Conus nummer : S10-CFII.1069 Soort conus : Elektrisch 2 Opp. conuspunt : 1000 mm
Conusweerstand qc [MPa] 10 20
0
NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit : SR2 Blad : 1 van 1 α [°]
30
10
Wrijvingsgetal Rf [%] 8 6 4 2
0
MV = NAP + 0.27 m NAP 1.0 1.4 1.5 1.7
-5
2.0 2.4 2.8 3.2 3.9
-10
4.4
Hoogte z [m] t.o.v. NAP
5.2 5.9 6.4 7.0
-15
7.4 7.9 8.5 9.3 9.7
-20
10.0 10.7 11.2 11.7 12.2
-25
13.0 13.5 14.0
Coördinaten RD-stelsel X = 27204.080 Y = 399055.200
-30
5 0.75
0.50 0.25 Plaatselijke wrijving fs [MPa]
MOS GRONDMECHANICA B.V.
0.00
MRSV v3.00 (c) 2012
Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Tel: 088 51 30 200 - www.mosgeo.com
Sondering 6 Opdracht Plaats Datum Project
: : : :
1500854 Oostkapelle 14-04-2015 Oude Dombrugseweg
Conus nummer : S10-CFII.1069 Soort conus : Elektrisch 2 Opp. conuspunt : 1000 mm
Conusweerstand qc [MPa] 10 20
0
NEN-EN-ISO-22476-1 Klasse 3, type TE1 Sondeerunit : SR2 Blad : 1 van 1 α [°]
30
10
Wrijvingsgetal Rf [%] 8 6 4 2
0
MV = NAP + 0.25 m NAP 0.6 0.6 0.9 1.1
-5
1.4 1.6 1.9 1.8 2.1
-10
2.5
Hoogte z [m] t.o.v. NAP
2.9 3.3 3.9 4.6
-15
5.2 5.8 6.2 6.8 7.3
-20
7.5 7.9 8.5 9.0 9.4 37
-25
9.4 10.0 10.4 10.7
Coördinaten RD-stelsel X = 27195.100 Y = 399051.820
-30
6 0.75
0.50 0.25 Plaatselijke wrijving fs [MPa]
MOS GRONDMECHANICA B.V.
0.00
MRSV v3.00 (c) 2012
Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Tel: 088 51 30 200 - www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Oude Dombrugseweg BORING
: HB1
Datum
: 22-04-2015
X
: 27206.590
Boormeester
: YB
GWS
: NAP -1.61 m
Y
: 399092.320
Beschrijver
: YB
Maaiveld
: NAP +0.39 m
Norm
: NEN5104
Opmerking
:
Boorprofiel
Diepte [m t.o.v. NAP] van tot
Laag nr.
0.00
-1.00
Omschrijving grondlaag
Kleur
1
1
+0.39
-0.46
Klei
bruin
2
2
-0.46
-0.66
Klei, zandig (zeer fijn)
grijs
3
3
-0.66
-1.61
Klei, zandig (zeer fijn), zwak veenhoudend
grijs
BORING
: HB5
Datum
: 22-04-2015
X
: 27204.080
Boormeester
: YB
GWS
: NAP -0.93 m
Y
: 399055.200
Beschrijver
: YB
Maaiveld
: NAP +0.27 m
Norm
: NEN5104
Opmerking
:
Boorprofiel 0.00
Diepte [m t.o.v. NAP] van tot
Laag nr.
Omschrijving grondlaag
Kleur
1
1
+0.27
-0.43
Klei
bruin
2
2
-0.43
-0.93
Klei, zandig (zeer fijn)
grijs
MOS GRONDMECHANICA B.V.
Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Tel: 088 51 30 200 - www.mosgeo.com
Legenda (conform NEN 5104) Grind
Leem Grind, siltig
Leem, zwak zandig
Grind, zwak zandig
Leem, sterk zandig
Grind, matig zandig
Grind, sterk zandig
Overige toevoegingen Zwak humeus
Grind, uiterst zandig
Matig humeus
Sterk humeus
Zand Zand, kleiïg
Zwak grindig
Zand, zwak siltig
Matig grindig
Zand, matig siltig
Sterk grindig
Zand, sterk siltig
Zand, uiterst siltig
Overig Hout
Puin
Klei Klei, zwak siltig
Slib Klei, matig siltig Water Klei, sterk siltig
Klei, uiterst siltig lege monsterbus Klei, zwak zandig bus met ongeroerd monster Klei, matig zandig
Klei, sterk zandig
grondwaterstand tijdens boren
stijghoogte in peilbuis
Veen peilbuisfilter Veen, mineraalarm
Veen, mineraalarm, zwak kleiïg
Veen, mineraalarm, matig kleiïg
Veen, mineraalarm, sterk kleiïg
Veen, mineraalarm, uiterst kleiïg
MOS GRONDMECHANICA B.V.
Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Tel: 088 51 30 200 - www.mosgeo.com
Opdracht : 1500854 Plaats : Oostkapelle Project : Bemalingsadvies voor aanleg kelder Oude Domburgseweg 40
Bijlage B Grondwaterstanden TNO
MOS GRONDMECHANICA B.V. Postbus 801, 3160 AA Rhoon - Telefoon: 010 - 50 30 200 - URL: www.mosgeo.com
Grondwaterstanden TNO +1,5
+1,0
+0,5
Stijghoogte [m + NAP]
+0,0
-0,5
-1,0
B42C0134_2 B48A0125_1 B48A0140_1 B48A0181_1 B48A0191_2
-1,5
-2,0 1-1-1984
1-1-1989
1-1-1994
1-1-1999 Datum
1-1-2004
1-1-2009
B42C0137_2 B48A0138_1 B48A0168_1 B48A0182_1 B48A0193_2 1-1-2014
MOS GRONDMECHANICA B.V. Hieronder treft u de dienstverlening van Mos Grondmechanica B.V. aan. Voor specifieke diensten die niet direct in het overzicht terug zijn te vinden kunt u uiteraard vrijblijvend contact met ons opnemen. VELDWERK
GEOTECHNISCH ADVIES
Sonderen op land, water en in beperkte ruimte, elektrisch, met waterspanning, dissipatie, seismisch, magnetisch, geleidbaarheid, videoconus, bolconus, T-bar en slagsonderen
Paalfundering
Geotechnisch boren en (on)geroerde monstername
Fundering op staal Grondkerende constructies Bouwputontwerp Omgevingsbeïnvloeding (Plaxis)
Sonisch boren Peilbuizen en waterspanningsmeters plaatsen X, Y en Z metingen en Lintvoegmetingen
Zettingsanalyse (bouwrijp maken, opslagtanks) Taludstabiliteit Tankbouwadvies
Plaatdruk- en CBR-proeven In situ doorlatenheidsproeven
Trillingsprognose Schade expertise Review en 2nd Opinion
LABORATORIUM Classificatie proeven (o.a. vol. gewicht, KVD, PI) Samendrukkingsproeven (Oedometer en CRS)
GEOHYDROLOGISCH ADVIES Bemalingen (incl. retourbemalingen)
Triaxiaalproeven
Vergunningsaanvragen
DS en DSS-proeven
Pompproeven
Doorlatendheidsproeven Dichtheidsbepaling (Proctor en CBR) Cementbentoniet onderzoek
Warmte Koude Opslag Omgekeerde Osmose Barrièrewerking Drainage
GEOMONITORING Deformatiemeting (inclino- en extensometing)
Infiltratie hemelwater
(Grond)waterspanningsmeting MILIEU (MOS MILIEU B.V.)
Zettingsmonitoring
Verkennend-, nader- en saneringsonderzoek
Trillingsmonitoring (SBR) Akoestische doormeten van palen (CUR 109) Online meetgegevens via portal Tankmonitoring (conform EEMUA 159)
Partijkeuringen besluit bodemkwaliteit (Bbk) Saneringsbegeleiding Waterbodem onderzoek. Vergunning aanvragen. 2nd Opinion / Contra-Expertise Bodemonderzoeken.
OVERIG Funderingsonderzoek (F3O) Heitoezicht Uitvoeringsbegeleiding
Mos Grondmechanica opereert structureel vanuit 4 vestigingen in Nederland en 1 in Suriname. Via het zusterbedrijf Mosgeo B.V. worden wereldwijd projecten uitgevoerd, daar waar onze specifieke kennis en ervaring wordt gevraagd. In Liberia heeft Mosgeo B.V. een dochtermaatschappij: Mosgeo Liberia Inc. Meer weten?
Bezoek onze website www.mosgeo.com
Vragen?
Mail ons op
[email protected] of voor een offerte op
[email protected]
MOS GRONDMECHANICA B.V. Correspondentieadres :
Postbus 801, 3160 AA Rhoon
Centraal telefoonnummer :
+31(0)88-5130200
Hoofdkantoor Rhoon
Kleidijk 35
3161 EK
Rhoon
Vestiging Helmond
Vossenbeemd 90B
5705 CL
Helmond
Vestiging Almelo
Het Wendelgoor 13
7604 PJ
Almelo
Vestiging Amsterdam
Gyroscoopweg 120
1042 AZ
Amsterdam
Vestiging Suriname
Ds Martin Luther Kingweg 150
District Wanica
Suriname
Tel. +597-488188
Mosgeo B.V.
Kleidijk 35
3161 EK
Rhoon
+31(0)88-5130200