g n i k r e w n e m a s s g n Ontwikkeli
jler i p 4 n go de
vzw
begroting subsidies
prakti handle sche idi voor ng vereni gingen
Voorwoord Inhoud
FMDO vzw is een federatie van verenigingen van mensen met een migratieachtergrond. In onze dagelijkse werking ontmoeten wij vele verenigingen die sociaal-
1.
Wat is ontwikkelingssamenwerking?. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 5
2.
Verschil tussen een ngo en een 4de pijlerorganisatie . . . . . 6 2.1 Niet-Gouvernementele Organisatie (ngo). . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 6
cultureel actief zijn in België.
2.2 4de pijler. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 7
Daarnaast onderhouden zij ook vaak
3.
Verschil tussen een vzw en een feitelijke vereniging . . . . 9
een band met hun geboorteland via een
4.
Millenniumdoelstellingen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 12
ontwikkelingssamenwerkingsproject.
5.
Zelf een project starten.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Dit boekje is specifiek gericht aan deze
5.1
verenigingen en wil een hulpmiddel zijn
5.2 Uitvoeringsfase. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 26
om hun ideeën verder te ontwikkelen
6.
en goede projecten te realiseren.
Voorbereidingsfase.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 14
Subsidies en fondsenwerving.. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 32 6.1 Koning Boudewijnstichting. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33 6.2 Noord-zuiddienst van je provincie. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 33
Met dank aan de Vierde Pijler en de Noord-Zuiddiensten van de stad
6.3 Noord-zuiddienst van je stad/gemeente. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 34 7.
Brugge en Kortrijk om de inhoud van
7.1 Fiscaal attest . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
dit boekje na te lezen.
7.2 Kleur Bekennen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 37 8.
-2-
FAQ’s . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 36
Bronnen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 38
-3-
oxfam
nGO
unicef
stedenb
anden
wat is ontwikkelingssamenwerking?
1
Ontwikkelingssamenwerking is de samenwerking tussen 2 of meerdere partners die samen willen werken aan betere leefomstandigheden voor mensen in het Zuiden.
enzen
nder gr o z n e s t r a
Er bestaan verschillende vormen van ontwikkelingssamenwerking, we kunnen ze opdelen in 4 categorieën naargelang de aard van de partners. •
1ste pijler: De 1ste pijler zijn ontwikkelingsprogramma’s die uitgaan van de Europese Commissie, de Wereldbank of de Verenigde Naties. Projecten die Unicef uitvoert zijn hiervan een voorbeeld.
•
2de pijler: Daarnaast zijn er ook overheden die aan ontwikkelingssamenwerking doen. Dit kunnen twee landen zijn die besluiten samen te werken zoals België en Congo maar ook Vlaanderen of steden zoals Oostende, Brugge, Kortrijk, Antwerpen, etc. hebben hun eigen programma rond ontwikkelings samenwerking. Een stad kan bijvoorbeeld een partnerschap hebben met een stad in het Zuiden en projecten in die stad in het Zuiden ondersteunen. Zo heeft bijvoorbeeld Kortrijk een stedenband met Cebu City, een stad in de Filipijnen.
•
3de pijler: De niet-gouvernementele organisaties, afgekort de ngo’s. In België wordt er, in tegenstelling tot andere landen, een onderscheid gemaakt tussen NGO’s en vzw’s. Ngo’s zijn erkend door de Belgische overheid om te werken rond ontwikkelingssamenwerking. Bekende voorbeelden zijn Artsen Zonder Grenzen en Oxfam. De procedure om erkend te worden als NGO is zeer moeilijk.
•
4de pijler: De 4de pijlers zijn alle initiatieven rond ontwikkelingssamenwerking van privépersonen. Dit kan een groepje vrienden zijn die samen een project in India willen starten, of een school, een ziekenhuis, een bank, een vzw, een feitelijke vereniging, etc… 4de pijlerorganisaties kunnen dus ook met veel andere zaken bezig zijn buiten ontwikkelingssamenwerking. In Vlaanderen is er specifiek voor deze 4de pijlerinitiatieven een steunpunt opgericht waar je terecht kan met al je vragen. Later komen we hier op terug (zie pagina 7)
r e l j i p 4 de
Wij willen met deze map een handleiding aanbieden voor verenigingen die projecten in het Zuiden willen opzetten en uitvoeren. Deze map gaat dus over ontwikkelings samenwerking van 4de pijlerinitiatieven, met andere woorden ontwikkelingssamenwerking door verenigingen. -4-
-5-
2
verschil tussen een ngo en een 4de pijlerorganisatie 2.1 Niet-Gouvernementele Organisatie (ngo) Een ngo is een organisatie die erkend wordt door de overheid van een land. Bekende ngo’s zijn Artsen Zonder Grenzen, Caritas International en Oxfam. Ze worden erkend door de overheid maar toch werken ze onafhankelijk van die overheid. Ze voeren hun eigen programma’s uit en zijn een evenwaardige partner van de overheid. Indien nodig lobbyen de ngo’s bij de overheid en kaarten ze problemen aan. Ngo’s hebben geen commercieel doel en mogen dus geen winst maken, gelijkaardig aan een VZW. NGO’s kunnen ook gesubsidieerd worden door de overheid. In het Zuiden wordt de term ‘ngo’ vaak vertaald in het Frans door ‘ong’, ‘organisation non-gouvernemental’. Dit is de correcte vertaling maar vaak wordt de term ong gebruikt wanneer men het eigenlijk over een 4de pijlerbeweging heeft want als men het in België over een ngo heeft, heeft men het heel specifiek over een erkende organisatie voor ontwikkelingssamenwerking door het Ministerie voor Ontwikkelingssamenwerking. Vandaar de verwarring tussen het hebben van een vzw of een ngo. De thema’s en de doelgroep waarmee ngo’s werken verschillen. Zo bestaan er ngo’s die werken rond gezondheid, vluchtelingen, milieu, kinderrechten, enz. In Vlaanderen wordt de term ngo vooral gebruikt voor organisaties die zich met ontwikkelingssamenwerking bezighouden. Ngo’s voor ontwikkelingssamenwerking komen niet op voor de belangen van hun eigen achterban, maar voor mensen in het Zuiden. Daarom hebben ze vaak een heel sterke band met partners in het Zuiden. Deze ngo’s hebben recht op project- of programmasubsidies van de overheid. Vlaamse ngo’s krijgen ongeveer de helft van hun werkingsbudget voor ontwikkelingssamenwerking van de overheid. Het grootste deel komt van de Belgische overheid. Een kleiner deel komt van Europa, Vlaanderen, provincies, steden en gemeenten. Daarnaast halen ngo’s eigen middelen uit giften tijdens straatacties, campagnes en ledenacties. In België zijn er 107 erkende ngo’s voor ontwikkelingssamenwerking. De criteria om erkend te worden zijn zeer veeleisend: je moet reeds meerdere jaren actief zijn en kunnen aantonen dat je een professionele organisatie bent die niet enkel lokaal actief is.
-6-
Wij raden aan om te beginnen met het oprichten van een feitelijke vereniging, en eventueel later een vzw, wanneer je samen met een partner in het Zuiden een project wilt opstarten en uitvoeren.
Meer informatie over de erkenningscriteria voor ngo’s lees je op de website van de Belgische Ontwikkelingssamenwerking: http://diplomatie.belgium.be/nl/Beleid/Ontwikkelingssamenwerking/ Partnerschappen/Niet-gouvernementeel/Erkende_ngos/ Alle informatie over de activiteiten en projecten van erkende ngo’s vind je ook op www.ngo-openboek.be
2.2 4de pijler De 4de pijlerorganisaties zijn alle Vlaamse organisaties en instellingen die op eigen initiatief aan ontwikkelingssamenwerking willen doen. Alle ontwikkelingssamenwerkingsinitiatieven die niet vanuit een ngo of de overheid komen, zijn dus 4de pijler initiatieven, ook 4de pijlers genoemd. Die groep van 4de pijlers is zeer divers. De initiatieven van verenigingen zoals de lidverenigingen van FMDO vallen hieronder. Zo werkt de vereniging Yaakaaré uit Brugge al enkele jaren aan een project over onderwijs en gezondheid in Senegal. In Kortrijk werkt de vereniging TYSEA samen met een partner in Haïti aan de bouw van een weeshuis en werkt de vereniging SAC vzw aan de bouw van een waterput in Congo. Ook scholen, kerken, privépersonen, families, vriendengroepen, etc. die aan ontwikkelingssamenwerking doen, zijn 4de pijlerorganisaties. Meestal gaat het om mensen die zelf de handen uit de mouwen willen steken en de leefomstandigheden van een bepaalde groep mensen, waar ze vaak een persoonlijke band mee hebben, wil verbeteren. Zij zoeken zelf manieren om hun eigen doel te bereiken. Hun steun is meestal een combinatie van financiële en/of materiële steun en/of hulp ter plaatse. In Vlaanderen is er specifiek voor deze 4de pijlerinitiatieven met een eigen ontwikkelingsproject een steunpunt opgericht waar je terecht kan met al je vragen. Zij organiseren vormingen, geven advies en helpen je bij het schrijven van je projecten. Ook organiseren ze ontmoetingsmomenten waar ervaringen kunnen worden uitgewisseld. Het steunpunt helpt je ook met de bekendheid van je organisatie of project. Je kan je project zelf ook gratis registreren in de databank op de website van de 4de pijler. Op deze website vind je alle informatie: http://www.4depijler.be/
-7-
Via deze website kunnen 4de pijlers en andere actoren elkaar vinden en beter leren kennen, informatie vergaren, ervaringen uitwisselen, kennis delen, vragen stellen en tips geven. Je kan je eigen 4depijler-initiatief ook registreren in de databank van het steunpunt 4depijler. De geregistreerde organisaties verschijnen onder de rubriek 4de pijlers. Elke organisatie heeft een eigen fiche met informatie over het initiatief en de nodige contactgegevens. Je bent zelf verantwoordelijk voor de inhoud van hetgeen je registreert. Dankzij de uitgebreide zoekfunctie kan je initiatieven terugvinden die in een bepaald land actief zijn, rond een specifiek thema werken of gesitueerd zijn in een bepaalde provincie in Vlaanderen. Als geregistreerde 4de pijler kan je bovendien reageren op artikels, kan je evenementen bekendmaken en kan je snel zien welke 4de pijlers er in dezelfde regio actief zijn. Stel dat je in Somalië wil starten met een landbouwproject, maar je bent op zoek naar een betrouwbare lokale partner. Dan kan je op de website van de 4de pijler een andere organisatie zoeken die in dezelfde regio actief is en je eventueel raad kan geven. Zo kunnen samenwerkingen ontstaan. Het is wel heel erg belangrijk om te vermelden dat registratie van een organisatie niet beschouwd mag worden als enige vorm van goedkeuring of erkenning door 11.11.11, noch door de Vlaamse Overheid. Het 4de pijlersteunpunt is dus niet verantwoordelijk voor de activiteit van de geregistreerde organisaties. De helpdesk van het 4de pijlersteunpunt kan je contacteren voor al je praktische vragen over je project. De medewerkers van het steunpunt zijn beschikbaar om je gratis advies te geven. Ook indien je ondersteuning nodig hebt bij het registreren van je initiatief, kan je zeker contact opnemen met het 4de pijlersteunpunt.
www.4depijler.be -8-
3
verschil tussen een vzw en een feitelijke vereniging Mensen die zelf de handen uit de mouwen willen steken en samen met iemand uit het Zuiden een project willen opstarten, komen vaak naar ons toe met de vraag hoe ze een vzw kunnen oprichten om hun doelen te realiseren. Er bestaat echter nog een andere organisatievorm, namelijk een feitelijke vereniging. Onder beide organisatievormen kan je activiteiten organiseren, geld inzamelen, een bankrekening openen en subsidies aanvragen voor een maatschappelijk doel. Een feitelijke vereniging opstarten is heel eenvoudig: je hebt minimum twee personen nodig die het bestuur vormen van de vereniging, je hebt een naam nodig voor je vereniging, één of meerdere doelstellingen en je kan van start. Een vzw oprichten is moeilijker: je moet met minstens drie personen zijn, je moet statuten opstellen en ze laten publiceren in het Belgische staatsblad. Het indienen van de statuten kost ongeveer 160 euro. Bij iedere wijziging van de statuten betaal je ongeveer 120 euro. Dit geldt zowel voor nieuwe leden als een gewijzigd adres, een andere naam, … Daarnaast moet je aan een aantal verplichtingen voldoen. Per jaar moet er 1 algemene vergadering worden gehouden waar alle leden van de vzw per brief voor uitgenodigd moeten worden en waarop ¾ van de leden aanwezig moet zijn. Als bewijs moet je een verslag van de jaarlijkse algemene vergadering kunnen voorleggen en een aanwezigheidslijst. Ook ben je verplicht om aan het begin van het jaar een begroting op te stellen. In die begroting staan alle geplande subsidieaanvragen en activiteiten vermeld met een schatting van de inkomsten en uitgaven. Daarnaast moet je een boekhouding bijhouden onder de vorm van een kasboek. Alle inkomsten en uitgaven moeten daarin genoteerd worden met de correcte datum en een verwijzing naar het bewijsstuk. Een bewijsstuk kan een factuur, een kassaticket, onkostennota, etc. zijn. Als vzw moet je geen belasting betalen maar je bent wel administratief verplicht je belastingformulier in te dienen. Doe je dit niet, dan loop je het risico een boete te betalen dat kan oplopen tot 625 euro en meer. Een belangrijk verschil tussen een vzw en een feitelijke vereniging is de rechts persoonlijkheid. Een vzw is een rechtspersoon en een feitelijke vereniging niet. Dit betekent dat de bestuurders van de vzw in principe niet persoonlijk aansprakelijk zijn voor de schulden van de vzw. Aangezien de vzw een rechtspersoon op zijn eigen is ben je in principe als bestuurder niet aansprakelijk. Een feitelijke vereniging wordt voor de wet niet gezien als een aparte rechtspersoon waardoor je als bestuurder wel rechtstreeks aansprakelijk bent. Wanneer een feitelijke vereniging schulden heeft, gaan de bestuurders deze moeten betalen. -9-
In dit overzicht vind je de belangrijkste verschillen: feitelijke vereniging
vzw
aard
aard
Een feitelijke vereniging is een groepje mensen die samen iets organiseren. Kan snel opgestart en ontbonden worden zonder enige vorm van administratie of officiële registratie.
Een groep van minstens drie mensen die een bepaald maatschappelijk doel willen realiseren en daarvoor activiteiten organiseren.
rechtspersoonlijkheid
rechtspersoonlijkheid
vzw e k j i l e t fei ging vereni
WEL
GEEN
Kan in eigen naam en voor eigen rekening optreden, dagvaarden en gedagvaard worden.
Individuele leden kunnen elk afzonderlijk aansprakelijk gesteld worden voor de totale vereniging.
organisatie
organisatie
Geen wettelijke regeling.
Wettelijke bepalingen over een algemene vergadering, een raad van bestuur, de werking, het ledenregister, enz.
bezittingen
bezittingen Heeft een eigen vermogen dat duidelijk is afgebakend van het persoonlijke vermogen van de leden.
Kan geen verbintenissen aangaan, eigendommen bezitten of schenkingen aanvaarden. Alle bezittingen zijn eigendom van iedereen of eigendom van de persoon die kan aantonen dat de eigendom van hem is.
aansprakelijkheid
aansprakelijkheid Kan aansprakelijk gesteld worden, als er gehandeld wordt als ‘goede huisvader’. Let op: bij een grove fout of nalatigheid blijf je wel persoonlijk aansprakelijk.
Individuele leden kunnen elk afzonderlijk aansprakelijk gesteld worden voor de totale vereniging.
- 10 -
- 11 -
4
millenniumdoelstellingen In 2000 verzamelden alle regeringsleiders tijdens een vergadering van de Verenigde Naties (VN). Daar werden 8 doelstellingen voor alle landen die lid zijn van de VN geformuleerd in de millenniumverklaring, opdat in 2015 mensen in een betere wereld zouden leven. De landen komen om de vijf jaar samen om te zien wat reeds werd bereikt en wat nog moet gebeuren. Jaarlijks moet elk land een rapport binnenbrengen met de resultaten van hun land.
Wie zelf een project wil opstarten houdt best rekening met de millennium doelstellingen. Wanneer je financiële steun aanvraagt bij de lokale overheid is het een meerwaarde als je project streeft naar één of meerdere millennium doelstellingen. Meer info vind je op www.detijdloopt.be. Momenteel wordt er gewerkt aan de opvolgers van de millenniumdoelstellingen.
www.detijdloopt.be
Dit zijn de 8 millenniumdoelstellingen waaraan ook cijfers zijn verbonden die voor het jaar 2015 moeten gehaald worden: 1 Véél minder honger en armoede in de wereld 2 Alle kinderen naar de basisschool 3 Gelijke rechten voor mannen en vrouwen 4 Minder kindersterfte 5 Minder moedersterfte 6 Bestrijding HIV/Aids, malaria en andere ziektes 7 Milieubescherming, veilig drinkwater en minder mensen in sloppenwijken 8 Er moeten wereldwijd afspraken komen over hoe Noord en Zuid beter kunnen samenwerken Als alle landen die de millenniumverklaring ondertekenden deze doelen realiseren, dan vermindert het aantal armen en mensen dat honger lijdt met de helft. Er is basisonderwijs voor alle kinderen. Ziektes zoals aids en malaria zijn teruggedrongen. Het aantal moeders dat een zwangerschap of een geboorte niet overleeft, vermindert met drie vierden. Ook de sterfte van kinderen onder de vijf jaar daalt tot een vierde. Het aantal mensen zonder toegang tot drinkbaar water wordt tot de helft teruggebracht. De ongelijkheid tussen mannen en vrouwen is uitgevlakt. De druk op het ecosysteem verlicht.
VN - 12 -
verga
derin
g 200
0
- 13 -
zelf een project starten
5
5.1 Voorbereidingsfase Als organisatie heb je waarschijnlijk al een goed beeld van wat je wil doen en waar je dit wil doen. Meestal heb je als organisatie ook een speciale band met het land/ de regio waar je je project wil uitvoeren. Daardoor denk je misschien dat alles wel vanzelf zal gaan.Toch is een goede voorbereiding uitermate belangrijk.
Voorbeeld 1:
Met subsidies heeft men een waterput gebouwd in Sinthiane, Senegal, maar men heeft geen geld voor het onderhouden van deze waterput. Hierdoor zal de waterput na enkele jaren niet meer gebruikt kunnen worden. Men heeft een ziekenhuis gebouwd in Malawi, maar men heeft geen geld meer voor materiaal en/of het loon van de verplegers/dokters. Ook de lokale overheid kan hier niet in helpen zodat het ziekenhuis nooit gebruikt zal worden. Voorbeeld 2:
Soms zijn er echter reeds organisaties actief in de regio waar jij je project wil doen. Soms bestaan er al zeer goede projecten met de doelgroep waarmee jij wil werken. Daarom kan het in bepaalde gevallen beter zijn om aan te sluiten bij reeds bestaande initiatieven in plaats van zelf iets te beginnen. Indien er toch echt nood is aan een nieuw project, probeer dan zeker eerst een antwoord te vinden op volgende vragen voordat je van start gaat. •
In welke regio/wijk/land wil ik mijn project uitvoeren?
•
Ken ik bepaalde partnerorganisaties waarmee ik kan samenwerken in die regio?
•
Hoe betrouwbaar en competent zijn deze partnerorganisaties? Op welke manier zou het contact kunnen verlopen tussen jullie en deze partnerorganisatie?
•
Is het project dat wij willen lanceren een meerwaarde voor de plaatselijke bevolking? Hebben zij zelf aangegeven dat er een nood is aan jullie project? Vb. Je investeert met je project in gasovens voor een dorp in Kenia, maar er is geen gas aanwezig zodat de lokale bevolking deze ovens niet kan gebruiken.
Een goede voorbereiding betekent ook dat we zeer goed nadenken hoe het project kan verder leven als wij er niet meer zijn. De meeste projecten (met subsidies) duren gemiddeld 1 tot 3 jaar. Na deze periode stoppen de subsidies en moet het project zelfstandig blijven bestaan. In projectoproepen spreekt men vaak over duurzaamheid van een project.
- 14 -
6fondsen 5 - begroting 4 - werkwijze
3 - algemene en concrete doelstellin gen
2 - contacten in de regio
1 - organi satie in belgië
stappenplan - 15 -
In deze handleiding trachten we een stappenplan mee te geven die je kan helpen om goed voorbereid te starten met je project. Stap 1 Gedragen door de organisatie in België Een project uitvoeren in het Zuiden vraagt heel veel tijd en energie. Daarom doe je dit best samen met andere gemotiveerde mensen. Wanneer je als organisatie een projectsubsidie aanvraagt is het belangrijk dat jij niet de enige bent binnen de organisatie die hiermee bezig is. Samen over een project nadenken en dit samen uitschrijven zorgt er voor dat je project nog beter wordt! Een vereniging zijn is vaak ook een voorwaarde wanneer je een subsidie wilt aanvragen voor een noord-zuid project.
Stap 2 Contacten in de regio/wijk/land waar je je project zou willen uitvoeren De initiatiefnemers van een project zijn meestal zelf afkomstig van het land/de regio waar ze het project willen uitvoeren.Vaak wonen zij echter al enkele jaren in België en is de situatie in hun land van herkomst al grondig veranderd.Vooraleer je beslist in welke regio/wijk/land je je project wil uitvoeren zijn er dus enkele belangrijke zaken waaraan je moet denken.
Bij de meeste projectoproepen is het noodzakelijk om te werken met een partner organisatie ter plaatse. Deze organisatie is verantwoordelijk voor de opvolging van het project ter plaatse. Als zelforganisatie uit België volg je het project vanop een afstand. Het is daarom zeer belangrijk dat je een betrouwbare partner in het Zuiden hebt. Informeer of je partnerorganisatie al ervaring heeft met dergelijke projecten. Hebben zij een goed contact met de plaatselijke bevolking, met de lokale overheden? Hoe zijn zij georganiseerd, hoe groot zijn ze, werken ze met vrijwilligers? Hoe gaan ze contact onderhouden met jou? (via mail, telefoon, …) Want zij voeren het project uit, maar jij blijft de financiële eindverantwoordelijke. Maak dus zéér goede afspraken. Je zet deze afspraken ook best op papier. Een betrouwbare partner in het Zuiden is een organisatie die zelf goed gestructureerd is en liefst erkend is in het land waar je actief bent. Vermijd het beste om uitsluitend samen te werken met privépersonen. Het is altijd aangewezen om je privé-aanwezigheid in een land en je project uit elkaar te houden. Je gaat er zelf misschien van uit gaan dat familieleden of vrienden de meeste betrouwbare personen om mee samen te werken, maar voor externe sponsors of subsidiegevers kom je vaak geloofwaardiger over als je met een gestructureerde organisatie samenwerkt. Het steunpunt 4de pijler heeft een overzicht van Belgische zelforganisaties met projecten in het Zuiden. Via hen kan je in contact komen met zelforganisaties die reeds in dezelfde regio een project hebben uitgevoerd. Zo kan je ervaringen uitwisselen en informatie bekomen over geschikte partnerorganisaties in het Zuiden. Een andere belangrijke actor is de lokale overheid. Aangezien de meeste gesub sidieerde projecten tijdelijk van aard zijn is het belangrijk dat de lokale overheid ook overtuigd is van je project en dit mee ondersteunt. Dit is echter niet altijd mogelijk.
1 • Contact met de plaatselijke bevolking Zoals hierboven reeds beschreven moet het project dat je wilt uitvoeren in de eerste plaats een meerwaarde zijn voor de plaatselijke bevolking. Het heeft geen zin om met goede ideeën te komen wanneer deze niet gedragen worden door de plaatselijke bevolking. Daarom zou je je projectidee best in samenspraak met hen uitwerken. Indien dit praktisch niet mogelijk is, hou hen dan zeker op de hoogte en vraag hen naar hun mening. De meeste projecten zijn tijdelijk van aard. Na enkele jaren is het aan de plaatselijke bevolking om het project verder te ondersteunen. Daarom is het belangrijk dat ze er volledig achter staan.
2 • Analyseren wie wat doet in de omgeving waar je je project wil uitvoeren Het is van groot belang om zeer goed te analyseren wie wat doet in de omgeving. Je maakt het beste een overzicht van alle actoren die relevant zijn voor jouw project. Organisaties die rond hetzelfde thema werken, lokale overheden, overheidsdiensten, kerken, … - 16 -
Voorbeeld:
Met subsidies wordt er een lagere school gebouwd en schoolmateriaal aangekocht. De school kan echter pas starten als er leerkrachten zijn. Worden deze betaald door de overheid? Naast partnerorganisaties en lokale overheden kunnen er voor je project nog andere relevante actoren zijn. Werk niet enkel samen met woordvoerders van de lokale bevolking, maar probeer ook kwetsbare groepen te bereiken zoals vrouwen, kinderen, ouderen, …
Voorbeeld: Er
wordt een naaiatelier opgericht waar vrouwen gratis kledij kunnen maken en verkopen om in hun eigen levensonderhoud te kunnen voorzien. Er moet elektriciteit worden voorzien. Is er hiervoor contact opgenomen met de energieleverancier en zijn zij bereid om hierin te investeren?
- 17 -
3 • Analyseren van de huidige politieke, economische, ecologische situatie in de regio waar je je project wilt uitvoeren. Sommige projectdossiers vragen een beschrijving van de situatie in de regio waar jij je project wil uitvoeren. Het is niet de bedoeling om hier een grondige politieke of sociaaleconomische analyse te maken, maar wel om na te denken over relevante omgevingsfactoren voor je project. Dit kan gaan over de politieke situatie (burger oorlog, democratie), over veiligheid, over klimaat, over de samenstelling van de bevolking (zeer veel weeskinderen, weduwen, straatkinderen, …), … Voorbeeld 1: Tijdens een burgeroorlog in Damascus, Syrië is het geen goed idee om te starten met de bouw van een ziekenhuis. Voorbeeld 2: Wanneer
er zeer veel corruptie is in de regio bij lokale overheden vertrouw je best niet te veel op hen bij de uitvoering van je project.
Voorbeeld 3: Wanneer
ze in een regio te kampen hebben met een periode van zeer erge droogte, is het geen goed moment om te starten met een landbouwproject. Voorbeeld 4: Wanneer ¾ van de bevolking niet kan lezen of schrijven, start je best niet met een cursus informatica, maar richt je je eerst op alfabetisering van de bevolking.
Stap 3 Algemene en concrete doelstellingen Je start je project meestal met een goed idee. Je wil bijvoorbeeld weduwen en wezen helpen in Zuid-Afrika of je wil een landbouwproject starten in Burundi. Denk dan even na over onderstaande vragen. •
Welk probleem hebben we gedetecteerd dat we willen aanpakken? Voorbeeld:Voor het dichtstbijzijnde ziekenhuis moet men meer dan 3 uur rijden.
•
Wat wil je hier uiteindelijk mee bereiken? Dit idee zou je nu zo concreet mogelijk moeten krijgen. Hiervoor stel je jezelf best enkele vragen. ›› Wat gaan we doen? Zeer concreet en in detail. ›› Voor wie gaan we dit doen? Welke mensen wil je helpen met je project. In subsidiedossier spreken ze vaak van je doelgroep. Het is niet voldoende om ‘weduwen en wezen’ te schrijven omdat dit veel te algemeen is. Voorbeeld: Met dit project willen we 100 zwangere vrouwen een vorming rond gezonde voeding in Kara te Togo laten volgen. ›› Wanneer ga je dit doen? Voorbeeld van een concrete doelstelling: Naast het sensibiliseren rond gezonde voeding van een 100-tal zwangere vrouwen via 3 infomomenten in juli 2012 in Kara (Togo), gaan we voor elke zwangere vrouw van Kara die in 2012 moet bevallen een pakket voorzien met spullen voor de moeder en haar kind.
- 18 -
- 19 -
Stap 4
Stap 5 Begroting opstellen
Werkwijze
Het is zeer belangrijk om goed in te schatten welke middelen je hebt en hoeveel je nodig hebt om je project goed uit te voeren. Je maakt hiervoor een begroting waarbij je zowel de inkomsten als de uitgaven vermeldt.
Van zodra je doelstellingen bekend zijn maak je het beste een plan op van hoe je die doelstellingen gaat realiseren. Hiervoor stel je volgende vragen. •
Hoe ga je te werk gaan? Welke acties ga je concreet ondernemen om je resultaat te bereiken?
•
Inkomsten: Eigen middelen van de organisatie in België via ledenbijdragen, giften, opbrengst van activiteiten, opbrengst van verkoop tijdens braderies of markten, sponsoring door bedrijven, andere organisaties, …
•
Subsidies voor noord-zuidprojecten van gemeente, provincie, koning Boudewijnstichting, …
•
Middelen van de partnerorganisatie in het Zuiden: besef dat je het project niet eeuwig zal kunnen steunen. Zoek daarom van in het begin al naar mogelijkheden om ook inkomsten te verwerven in het Zuiden.
•
Financiële steun van lokale overheden in het Zuiden
Wat heb je nodig om je resultaat te bereiken?
•
Uitgaven
Voorbeeld: Een lokaal waar de informatiesessies kunnen plaatsvinden. Een overzicht van alle zwangere vrouwen in Kara. Didactisch materiaal voor de informatiesessies. Materiaal voor de pakketten.
Deze begroting maak je best zo concreet mogelijk. Zo heb je minder kans op onvoorziene kosten. Bij subsidiedossiers vraagt men vaak een begroting in euro en een begroting in de lokale munt.
Voorbeeld: De lokale partnerorganisatie gaat samen met de lokale priester promotie maken in het dorp voor het project. Ze bezoeken alle zwangere vrouwen (een 100-tal) en nodigen hen uit voor de informatiesessies. De informatie sessies over het project worden in juli gegeven. Na de informatiesessies worden de pakketten voor de vrouwen samengesteld. Vanaf augustus wordt er gestart met individuele bezoeken bij de vrouwen die net bevallen zijn en de informatiesessie gevolgd hebben. Op dat moment zal het pakket ook afgegeven worden. Voor de inhoudelijke uitwerking van de sessies werken we samen met een expert van artsen zonder grenzen. •
•
Wanneer wil ik wat realiseren? Je maakt een stappenplan op met een haalbare timing. Hou zeker rekening met vertragingen in je stappenplan. Dit stappenplan is best zo gedetailleerd mogelijk en wordt samen met de partnerorganisatie opgesteld.
uitgaven subsidies
en
inkomst - 20 -
lokale overheid
partner
- 21 -
Voorbeeld van het uitgavendeel van een begroting voor een waterput in Congo: Stap 6 Benaming
Cement
Eenheid
Aantal
Prijs per eenheid
Totale prijs
Fondsen zoeken
Houten bekisting Ijzeren stang van 6 Ijzeren stang van 8 Gloeidraad
Zak Ton M³ Per stuk Per stuk Kg
35 20 5 30 15 20
20 $ 7,5 $ 60 $ 5$ 7$ 2$
700 $ 150 $ 300 $ 150 $ 105 $ 40 $
Stofzuiger en
Per stuk
1
1000 $
1000 $
Per stuk
1
300 $
300 $
Kg Per stuk M³
10 1 1
5$ 2500 $ 360 $
50 $ 2500 $ 360 $
Per stuk
1
175 $
175 $
Zand
een generator Onkosten voor bacteriologische analyse Calcium Complete pomp Basisbeton Trousse coupante (metalen koker om te boren) Betonnen verbindingsringen Handenarbeid werknemers Loon ingenieur Transport
Per stuk
15
50 $
Om een noord-zuidproject tot een goed einde te brengen heb je voldoende financiële middelen nodig. Je opent hiervoor best eerst een bankrekening op naam van je organisatie. Om een bankrekening als feitelijke vereniging te openen moet je met minstens 2 personen zijn die geen familie zijn van elkaar. Hou zeker ook een boekhouding bij specifiek voor je Noord-Zuid -project. Er bestaan verschillende mogelijkheden om geld in te zamelen. •
Fondsenwerving bij bedrijven, organisaties, … Je kan bedrijven of organisaties vragen of zij je noord-zuidproject willen sponsoren. Aangezien bedrijven en organisaties zeker willen weten dat hun geld goed terechtkomt is het erg belangrijk dat je hier zo duidelijk en transparant mogelijk bent. Bedrijven of organisaties die reeds een link hebben met je project zullen meer geneigd zijn om je project te ondersteunen. Voorbeeld: Ziekenhuis AZ Groeninge in Kortrijk ondersteunt een lokaal ziekenhuisproject in Kameroen.
•
Eigen middelen Door de organisatie van benefietfeesten,het verkopen van eten op een noord-zuidmarkt, ledenbijdragen, filmvertoningen, …. kan je als organisatie ook zelf je project financieel ondersteunen. Je bent dus zeker niet alleen afhankelijk van subsidies of fondsenwerving.
•
Subsidiedossiers In bijna elke gemeente of provincie in België kan je subsidies vragen voor een noord-zuidproject. Je moet hiervoor een subsidieaanvraag voor een bepaalde datum indienen. Het subsidiereglement en de projectaanvraag kan je meestal online vinden of bij je gemeente/provincie aanvragen. Daarnaast heb je ook de Koning Boudewijn-stichting waar je soms interessante projectoproepen voor Noord-Zuid projecten kan vinden.
750 $ 800 $ 400 $ 200 $ 7.980 $
In deze begroting wordt zowel het materiaal, het transport en de werkuren in opgenomen. In sommige projecten moet je ook nog de huur, energiekosten, … vermelden. In je begroting moet je evenveel voorzien bij uitgaven als bij inkomsten.
- 22 -
Subsidies zijn echter niet voldoende om je volledige project te realiseren. Naast subsidies heb je ook altijd eigen inkomsten nodig. Ook de Vlaamse en de Federale overheid geven subsidies voor ontwikkelingssamenwerking, maar als kleine organisatie is het zeer moeilijk om hier subsidies te krijgen. Indien je hulp nodig hebt bij het invullen van je projectaanvraag kan je je steeds richten tot het 4de pijler steunpunt.
- 23 -
Invullen subsidiedossier
•
Omschrijf bondig de specifieke context waarin het project wordt uitgevoerd. Het is niet de bedoeling om hier een grondige politieke of sociaal-economische analyse te maken, maar wel om na te denken over relevante omgevingsfactoren voor je project. Dit kan gaan over de politieke situatie (burgeroorlog, democratie), over veiligheid, over klimaat, over de samenstelling van de plaatselijke bevolking (zeer veel weeskinderen, weduwen, straatkinderen, …), …
•
Omschrijf de doelstelling van je project
•
Omschrijf de aanpak en timing van je project
•
Omschrijf voor wie je project bedoeld is (de doelgroep).
•
Op welke manier betrek je de lokale bevolking bij je project?
•
Op welke manier zorg je voor de duurzaamheid en continuïteit van je project? Wie wordt er later eigenaar van eventuele infrastructuur? Hoe ga je de verpleegsters verder betalen?
•
Op welke manier en door wie zal de inhoudelijke en financiële opvolging gebeuren tijdens het project?
In dit deel bekijken we enkele vragen die vaak terugkomen in subsidiedossiers. Wees altijd zo concreet en gedetailleerd mogelijk bij je antwoorden. •
Gegevens organisatie in België
•
Gegevens contactpersoon organisatie in België
•
Gegevens partnerorganisatie in het Zuiden
•
Gegevens contactpersoon partnerorganisatie in het Zuiden
•
Hoe is de organisatie in België georganiseerd? Hoe is zijn structuur? Hoe groot zijn ze? Wat zijn de hoofdactiviteiten? Wat is hun missie/doel? Welke activiteiten reeds georganiseerd? Welke activiteiten zijn er gepland?
•
Hoe is de partnerorganisatie in het Zuiden georganiseerd? Hoe is zijn structuur? Hoe groot zijn ze? Wat zijn de hoofdactiviteiten? Wat is hun missie/doel? Hoe is hun contact met de lokale bevolking, met de lokale overheden?
•
Naam van je project
•
Duur van je project? Hoe lang duurt je project? Is het een project van één jaar of meerdere jaren?
•
Totaal geraamde kost van je project? Hoeveel denk je dat je project in het totaal gaat kosten?
•
Gevraagde subsidie aan de stad? Hoeveel van de totale kost vraag je als subsidie aan de stad? Sommige subsidiegevers vinden het belangrijk dat je als organisatie ook zorgt voor eigen financiële middelen. De gevraagde subsidie is dan minder dan de totale kost van je project.
aanpak
?
heid
duurzaam
ing?
doelstell - 24 -
- 25 -
5.2 Uitvoeringsfase 1) Goede Afspraken
2) Eigenaarschap
Wanneer je een project wilt uitvoeren, maak je het beste goede afspraken met je contactpersoon.
Wanneer je een project uitvoert in het Zuiden, denk dan op lange termijn en steeds in functie van de lokale bevolking.
Werk samen een plan uit waarin staat wie voor wat verantwoordelijk is en welke taken iedereen heeft. Maak een stappenplan met duidelijke realistische deadlines. Hou zowel rekening met de uitvoering als de evaluatie van het project. Spreek op voorhand enkele momenten af waarbij je samen het stappenplan kan evalueren en eventueel bijsturen. Wanneer iets fout dreigt te lopen, heeft het geen zin te wachten tot de deadline is verstreken. Het is beter aan elkaar te signaleren wanneer je ziet dat iets niet op tijd zal afraken. Spreek af wanneer je op bezoek komt, en/of hoe je best kan communiceren met elkaar (telefoon, internet, fax, etc.)
Zo heeft het bijvoorbeeld geen zin een waterput te bouwen als daar volgens de betrokken inwoners geen nood aan is. Bouw ook geen school als je niet weet welke plannen de overheid heeft. Als je een ziekenhuis wil bouwen, ga dan ook na of er personeel is om in het ziekenhuis te werken.
Voor de donoren van het project is het belangrijk dat je op regelmatige basis een inhoudelijk en financieel verslag aan hen bezorgt. Zonder deze verslagen ontvang je geen geld. Leg uit aan de contactpersoon en andere betrokkenen in het project hoe je geld hebt verzameld en welke voorwaarden daaraan zijn verbonden. Toon hen of vertaal het evaluatieformulier dat jij zelf zal moeten invullen voor je subsidiegever.Vertel aan alle betrokkenen van het project hoe je fondsen zoekt en welke activiteiten gepland staan ten voordele van het project. Zo weet de partner in het Zuiden dat fondsen werven niet evident is en hoe lang hij moet wachten om geld te kunnen uitgeven voor het project. Maak samen met hen een nieuwsbrief op voor de mensen in België die het project steunen. Hou je contactpersoon in het Zuiden steeds op de hoogte van hoeveel steun en financiering ze kunnen rekenen en onder welke voorwaarden. Deadlines halen is niet altijd makkelijk. Het is belangrijk dat zowel jij als je contactpersoon op regelmatige basis communiceren tijdens de uitvoering van het project. Indien je contactpersoon zich niet aan het afgesproken stappenplan houd, dan kan je eventueel eventjes de financiële steun stoppen. Overleg en zoek samen een oplossing voor het probleem waarvoor de deadline niet is gehaald.
- 26 -
Het bouwen van een school of een ziekenhuis kan nooit het einddoel van een project zijn. Het einddoel is het verbeteren van onderwijs of gezondheid en daarvoor heb je een gebouw nodig maar ook leerkrachten of dokters die na het zetten van het gebouw kunnen blijven werken. Denk reeds bij het begin van een project over hoe de situatie zal zijn wanneer jij er niet meer bent of jouw financiële steun stopt. Het ultieme doel van een geslaagd project is dat jouw hulp overbodig wordt. Voorzie dus middelen voor het vergroten van kennis, vaardigheden en motivatie van personeel. Maar werk ook een systeem uit waardoor onderhoud van bijvoorbeeld een school of ziekenhuis verzekerd is. Je kan de schoolgaande kinderen of zieken laten betalen maar beter is via de opbrengst van een commerciële activiteit ter plaatse in onderhoud te voorzien. Of je kan afspraken maken met de lokale overheden dat zij na de uitvoering van je project in onderhoud blijven voorzien of personeel blijven betalen. Verken de ideeën en plannen van de lokale bevolking, overheid en bestaande organisaties. Jouw idee voor een project in het Zuiden kan goed zijn, maar toets het altijd af met de lokale bevolking. Wat denken zij van jouw idee? Welke ideeën hebben zij? Welke taken kunnen ze zelf uitvoeren? Organiseer gesprekken met verschillende groepen en bespreek de noden van de bevolking. Vraag je ook af welke inspanningen de overheid al in de regio doet waar jij je project wilt uitvoeren? Hoe wordt onderwijszorg-en/of gezondheidszorg gefinancierd? Welke opleidingen zij er voor onderwijzers en verplegers? Zoek ook steeds op welke andere organisaties al actief zijn in de regio. Soms is het voordeliger samen te werken en niet dezelfde soort projecten uit te voeren. Maak een lijst met alle actieve organisaties in de buurt en beschrijf wat zij doen. Het is niet altijd nodig samen te werken maar wel interessant elkaar op de hoogte te houden van waarmee je bezig bent.
- 27 -
Probeer zoveel mogelijk materiaal aan te kopen in de regio waar je je project wilt uitvoeren. Het heeft geen zin materiaal aan te kopen in België en te verschepen via containers. Wanneer je ter plaatse materiaal aankoopt, steun je de lokale economie en bespaar je duizenden euro’s aan vervoerskosten voor containers. Laat zoveel mogelijk werken uitvoeren door lokale aannemers, gecoördineerd door de lokale partner.
s ziekenhui materiaal ? opleiding
steun?
verplegers
le loka esse? inter
dokters
- 28 -
Zorg dat je meerdere contactpersonen hebt waarbij je kunt informeren naar de evolutie van het project. Wanneer je slecht één contactpersoon hebt, hoor je maar één stem. Wanneer je meningen hoort van verschillende mensen krijg je een beter beeld van hoe het echt verloopt met het project. Zorg er ook voor dat je op regelmatige basis zelf het project kunt bezoeken. Als het project over een lange tijd loopt, spreek dan vooraf enkele data af met je partner ter plaatse waarop je samen zal evalueren. Maak een soort vragenlijst op die je samen met de partner op die afgesproken data invult. Maak dan ook telkens een overzicht van de gemaakte kosten en uitgaven en vraag aan je partner de bewijsstukken. Krijg je die bewijsstukken niet, dan kan het soms goed zijn te wachten om nieuw geld te investeren. Luister wel waarom je de bewijsstukken niet hebt gekregen. Is er een geldige reden? Is er een probleem bij de bevolking? Heeft de aannemer een probleem? Bespreek alle knelpunten. Door regelmatig samen te zitten kan je eventuele problemen tijdig aanpakken en blijf je steeds op de hoogte.
verbeteren gezondheidszorg lokale
3) Controle
a) evaluatie 1• Inhoudelijk De evaluatie van een project is heel belangrijk. Je moet niet enkel evalueren voor je subsidiegever maar vooral voor jezelf en voor de doelgroep van het project. Door een goede evaluatie kan je je project nog bijsturen waar nodig en de samenwerking met de lokale partner verbeteren. Als je later nog projecten wilt uitvoeren, zal je die beter uitvoeren door de evaluatie van vroegere projecten. Volgende vragen kunnen je helpen om te evalueren: •
Zijn de doelstellingen die je had aan het begin van het project bereikt?
•
Welke doelstelling zijn bereikt? Welke niet?
•
Wat is goed verlopen tijdens het project en wat minder goed?
•
Hoe verliep de samenwerking met de partners?
- 29 -
•
Hoe hielden jullie elkaar op de hoogte?
•
Wat is niet gelukt en hoe komt dit?
•
Wat kan er beter in de toekomst?
•
Is het project ten voordele van de doelgroep?
•
Heeft de doelgroep inspraak gehad bij het opstellen en uitvoeren van de plannen?
•
Voelt de doelgroep zich verantwoordelijk voor het project?
•
Wordt er samengewerkt of informatie uitgewisseld met relevante partners?
•
Kan het project nu zelfstandig voortbestaan?
Dit zijn vragen die je snel kan beantwoorden en de antwoorden erop zijn concreet. Je kan zeggen of er nu een schoolgebouw is of niet, opsommen welke activiteiten werden georganiseerd, vertellen waarom bepaalde activiteiten niet plaatsvonden, enzovoort.
2 • Financieel Het geld dat besteed wordt aan het project komt van verschillende bronnen. Zo kan er geld verzameld worden via fondsenwerving, sponsoring of subsidie. Tegenover de mensen die je geld schenken is het belangrijk aan te tonen aan wat hun geld werd besteed. Mensen die giften geven vinden het leuk op de hoogte gesteld te worden van de evolutie van het project. Zo kan je hen af en toe een foto sturen of op regelmatige basis een nieuwsbrief sturen over het project. Wanneer zij een concreet beeld voor ogen hebben van het project, zullen zij in de toekomst ook sneller steunen. Voor subsidiegevers is het heel belangrijk alle facturen van de uitgaven bij te houden. Dit levert vaak problemen op waardoor organisaties hun project moeten stop zetten. Wanneer dit gebeurt, is de kans om nog eens een subsidie te krijgen kleiner en wordt ook het vertrouwen met de partner geschaad. Daarom leg je best voor de uitvoering van een project uit aan je lokale partner hoe jouw subsidiegever werkt. Lees het reglement van de subsidiegever vooraf grondig. Niet voor alle kosten krijg je geld terug, ook al zijn het kosten die te maken hebben met het project. Lees dit goed en maak vooraf een begroting op met de kosten waarvoor je subsidies kan krijgen.
Maar je moet ook de effecten van je doelstellingen evalueren. Dat wil zeggen dat je moet bestuderen wat de directe gevolgen zijn van je project. Stel dat je een ziekenhuis hebt gebouwd, dan moet je de vraag stellen of er nu voldoende personeel is om het ziekenhuis goed te laten werken. Maar ook andere vragen zijn belangrijk om de effecten van je project te evalueren: •
Wat is er veranderd voor de doelgroep?
•
Sterven er minder moeders en kinderen nu er betere omstandigheden in het zieken huis zijn tijdens bevallingen?
•
Gaan er meer kinderen naar school?
•
Wordt de nieuwe waterpomp gebruikt door het doelpubliek?
Tenslotte moet je ook de impact van je project op lange termijn evalueren. Je kan de lokale partner vragen hierbij te helpen maar hiervoor is ervaring en deskundigheid vereist.
- 30 -
- 31 -
6
subsidies en fondsenwerving Wanneer je een project in het Zuiden wilt opstarten, heb je geld nodig. Er bestaan verschillende mogelijkheden om geld in te zamelen. Zo zijn er de klassiekers zoals een filmavond, spaghettiavond, een pannenkoeken verkoop, tombola, een fuif, een wereldontbijt, etc.. Deze activiteiten zijn belangrijk om geld in te zamelen maar ook om reclame te maken voor je project en/of vereniging. Eenmaal je project bekender is, zal je merken dat het ook makkelijker is om geld in te zamelen. Om deze activiteiten te organiseren heb je vaak al een startbudget nodig. Als je bijvoorbeeld een ontbijt wilt organiseren ten voordele van je project kan je vragen aan je lokale bakker of hij je vereniging niet wilt sponsoren in ruil voor het logo van de bakkerij op jullie flyer. Vaak zijn dit kleine bedragen maar dit loont toch de moeite. Als je een tombola organiseert, kan je de grote winkelketens zoals Colruyt, Delhaize, C&A, etc. maar ook de lokale winkels die je kent contacteren en vragen of ze geen prijs schenken ten voordele van de tombola die jij zal organiseren. Zo heb je geen kosten aan de prijzen maar wel inkomsten door de verkoop van tombolaticketjes.
De mogelijkheden tot subsidies zijn divers. We zetten ze hieronder even op een rijtje. 6.1 Koning Boudewijnstichting De Koning Boudewijnstichting doet regelmatig projectoproepen waarmee ze goede doelen willen ondersteunen. Hou de website www.kbs-frb.be goed in het oog en kijk of er projectoproepen zijn waar jouw project voor in aanmerking komt.
6.2 Noord-zuiddienst van je provincie Antwerpen •
Werk je een project rond gezondheid of onderwijs, is het altijd een goed idee naar een school of ziekenhuis uit je buurt te stappen en je plannen uit te doeken te doen. Wie weet willen zij wel een extra inspanning leveren en samen met jou mee in je project stappen omdat je gezamenlijke doelen nastreeft. Eén van de belangrijkste bron van inkomsten voor 4de pijlerorganisaties zijn vaak subsidies. Maar één van de belangrijkste voorwaarden om subsidies te kunnen ontvangen is dat je eerst zelf activiteiten organiseert en ook aandacht hebt voor de sensibilisering van de bevolking hier. Het heeft geen zin enkel en alleen subsidies aan te vragen als je uit eigen initiatief niets onderneemt om ook zelf geld in te zamelen. Dit noemt men vaak de Noordwerking van een organisatie. Sensibilisering betekent dat je hier in België de mensen op de hoogte brengt van de situatie in het land waar jij je project uitvoert, dat je hen uitlegt waarom ontwikkelingssamenwerking belangrijk is, dat zij het land waar jij je project uitvoert leren kennen.
4de pijlerinitiatieven kunnen bij de provincie Antwerpen een subsidie aanvragen ter ondersteuning van hun project in het Zuiden. Meer info over de voorwaarden en de procedure vind je hier: http://www.provincieantwerpen.be.Vervolgens klik je op ‘Provinciebestuur’, ‘Departementen’, ‘Ontwikkeling en Educatie’ en ‘Dienst Noord-Zuidbeleid’.
West-Vlaanderen •
Via de Noord-Zuiddienst van de provincie West-Vlaanderen kan je een subsidie aanvragen wanneer jij met je vereniging een project in het Zuiden wil uitwerken. Meer info vind je op http://www.west-vlaanderen.be/overdegrens/pnzc/ Paginas/default.aspx.
Wanneer je eenmaal subsidies hebt gekregen is het ook zeer belangrijk om de subsidiegever op de hoogte te houden van je project. Laat regelmatig weten wat je al gedaan hebt en stuur eventueel foto’s op.
- 32 -
- 33 -
6.3 Noord-zuiddienst van je stad/gemeente
Brussel
Antwerpen
•
•
Antwerpse verenigingen die een ontwikkelingsproject willen opstarten of uitwerken in het Zuiden, kunnen hiervoor een subsidie aanvragen bij de dienst Ontwikkelingssamenwerking van de stad Antwerpen. Er zijn jaarlijks twee indiendata voor de projectaanvragen, nl. 1juni en 1 november. Meer info: Noord-Zuiddienst Antwerpen, Francis Wellesplein 1, 2018 Antwerpen, tel: 03/338.65.13.
Meer info: Cel Internationale Solidariteit, Anspachlaan 6, 1000 Brussel, tel: 02/279.21.10,
[email protected]
Kortrijk •
Brugge •
•
Brugse organisaties met een project in het Zuiden kunnen een aanvraag indienen voor projectsteun bij de stichting Brugs Fonds voor Ontwikkeling en Samenwerking (BFOS). Eén zelfde project kan maximaal drie opeenvolgende kalenderjaren een subsidie krijgen. De aanvraag en het reglement vind je op www.brugge.be. Vervolgens klik je op ‘Wonen en Leven’, ‘Diversiteit –en Noord –Zuidbeleid’, ‘Subsidies voor een project in het Zuiden’. Daarnaast kunnen Brugse organisaties ook steun krijgen wanneer ze activiteiten opzetten die Bruggelingen informeren en sensibiliseren rond de Noord-Zuidverhoudingen, ontwikkelingsproblematiek en – samenwerking. De activiteit moet plaatsvinden in Brugge, sensibiliseren en informeren over ontwikkelingslanden mag niet louter fondsenwervend zijn. Het aanvraag formulier vind je hier: www.brugge.be. Vervolgens klik je op ‘Wonen en Leven’, ‘Diversiteit –en Noord –Zuidbeleid’, ‘Subsidie Noord-Zuidactiviteit’. Noord-Zuiddienst Brugge, Oostmeers 105, 8000 Brugge, tel: 050/44.82.44,
[email protected]
Meer info:
Br u gg e
Antwerpen - 34 -
De stad Brussel ondersteunt Noord-Zuid projecten van Brusselse verenigingen. Deze subsidie geldt enkel voor verenigingen die actief zijn op het grondgebied van Brussel stad (postcode 1000). De deadline voor deze aanvraag is telkens 30 maart.
De stad Kortrijk geeft ook Noord-Zuidsubsidies aan Kortrijkse verenigingen. Deze subsidie geldt enkel voor verenigingen met hun officiële adres in Kortrijk en subsidieert een eenmalig project of activiteit waar een duidelijke begin –en einddatum aan vasthangt. De deadline voor deze aanvraag is telkens 1 juni. Het aanvraagformulier vind je hier: http://www.kortrijk.be/producten/subsidies-projecten-noord-zuid. Meer info: Noord-Zuiddienst
Kortrijk, Grote markt 54, 8500 Kortrijk, tel: 056/27.72.80,
[email protected].
Oostende •
Je kan één maal per jaar subsidies aanvragen bij de Stedelijke Raad voor Ontwikkelingssamenwerking van Oostende voor projecten in het Zuiden. Om subsidies aan te vragen moet je minstens één jaar lid zijn van de Stedelijk Raad. Zowel een vereniging als een individu kan een schriftelijke aanvraag doen om lid te worden van de Stedelijke Raad. Er is geen vast bepaalde deadline. Het aanvraagformulier vind je hier: http://www.oostende.be/product.aspx?id=4068. Noord-Zuiddienst Oostende,Vindictivelaan 1, 8400 Oostende, tel: 059/80.55.00,
[email protected].
Meer info:
Brussel
kort
rijk - 35 -
oo st en de
7
faq’s
7.2 Kleur Bekennen Als organisatie die bezig is met ontwikkelingssamenwerking, heb je vaak veel kennis en ervaringen die interessant zijn om te delen.
7.1 Fiscaal attest Enkel vzw’s die aan ontwikkelingssamenwerking doen kunnen worden erkend om fiscale attesten af te leveren wanneer zij giften van meer dan 40 euro ontvangen. Zo kunnen mensen die een goed doel willen steunen met meer dan 40 euro een belastingvermindering aanvragen met het attest. Dat is enkel mogelijk indien de vzw wordt erkend door de minister van Financiën. Een erkenning aanvragen voor fiscale attesten is niet eenvoudig. Het vraag heel veel tijd en administratief werk. Voor kleine vzw’s raden wij dan ook af erkenning aan te vragen. Het voordeel van de fiscale attesten weegt niet op tegen het werk dat je erin stopt. Wel kan een organisatie of vereniging voor een bijzonder project een projectrekening aanvragen bij de Koning Boudewijnstichting. Voorwaarde is wel dat dit specifiek project beperkt is in tijd en een duidelijk realiseerbaar budget heeft. Je kan dus een aanvraag indienen voor een specifiek project, maar niet voor de algemene werking van vzw. De projectrekening kan maximum 18 maanden bestaan. Deze projectrekening helpt je om geld in te zamelen. De projectrekening wordt beheerd door de Koning Boudewijnstichting, waardoor het project meer erkenning en zichtbaarheid krijgt. De schenkers ontvangen dan een fiscaal attest voor giften vanaf 40 euro.
Je kan die kennis en ervaring verwerken in een workshop of een lezing die je dan kan aanbieden aan een andere organisatie zoals bijvoorbeeld een school. Scholen zijn op hun beurt vaak op zoek naar organisaties die sensibiliserende activiteiten over noord-zuidverhoudingen organiseren. Daarom werd door de Belgische overheid het programma Kleur Bekennen opgericht. Kleur Bekennen wil scholen ondersteunen en stimuleren om jongeren tussen 10 en 18 jaar te sensibiliseren over noord-zuidverhoudingen. Als vereniging met een aanbod over noord-zuidthema’s kan je je inschrijven op de website van Kleur Bekennen: www.kleurbekennen.be. Op deze website vind je een databank waarin je jouw gegevens kunt ingeven waarna scholen je kunnen contacteren. Stel bijvoorbeeld dat je een workshop kan geven over onderwijs in Congo, dan kan je die workshop op de website beschrijven.
www.kleurbekennen.be
Drie maal per jaar doet de KBS een oproep wanneer je een aanvraag voor een projectrekening kan indienen. Het aanvraagformulier vind je op volgende website: http://dossier.kbs-frb.be/ kol-start.aspx?id=0&appId=433&callId=293304&langtype=2067 Opgelet: De procedure voor de aanvraag van fiscale attesten is niet eenvoudig en je moet voldoen aan veel voorwaarden.Vraag dus zeker eerst uitleg aan ons wanneer je van plan bent een projectrekening aan te vragen. Bovendien is er aan het openen van een projectrekening een opstartkost verbonden. Voor projecten beneden de 10 000 euro is dat 100 euro, voor projecten boven de 10 000 euro moet je vooraf 500 euro betalen. Het gaat over het totaalbudget van het project en niet het bedrag dat verwacht wordt via de projectrekening.
- 36 -
- 37 -
bronnen
8 •
Eerste hulp bij ontwikkelingswerk.Vossen, Mirjam. 2008. Uitgeverij Wereldpodium.
•
http://www.ngo-federatie.be/index.php?option=com_content&view=article&id=1263:nuttige-achtergrondinformatie&catid=90&Itemid=280
•
http://www.4depijler.be/handboek/organisatievormen/ngo
•
http://www.2015ikloopmee.be/watzijn.html
Colofon: Dit boekje is een uitgave van FMDO vzw en werd gemaakt met steun van de dienst Internationale Solidariteit van de stad Brussel.
Tekst:
FMDO vzw
Vormgeving en illustraties: Bieke Vanhoorne Informatie:
- 38 -
FMDO vzw (landelijke zetel), Bondgenotenstraat 52, 1190 Vorst 02/344 69 92 •
[email protected] • www.fmdo.be - 39 -
www.fmdo.be