Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied 2009
Deelrapportages provincies Flevoland, Fryslân, Gelderland, Noord-Holland en Overijssel
Lelystad, december 2009
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Deelrapportage provincie Flevoland
2009
Lelystad, december 2009
Voorwoord Dit rapport geeft inzicht in de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied inclusief Randmeren, hierna te noemen ‘IJsselmeergebied’. Extra aandacht wordt besteed aan de ontwikkelingen in het tot de provincie Flevoland behorende deel van het gebied. Sinds 1994 wordt in opdracht van de meeste omringende provincies, jaarlijks onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied. Voorheen werden de resultaten vooral op vaargebied gegroepeerd, waardoor de ontwikkelingen op provinciaal niveau maar beperkt zichtbaar werden. Dit jaar is de rapportage ingrijpend veranderd en wordt niet meer één rapportage voor het IJsselmeergebied gemaakt, maar krijgen de provincies ieder een op hun grondgebied toegesneden rapportage. De gevolgde meetmethodiek is onveranderd. Alle jachthavens in het gebied worden benaderd tot een respons van (nagenoeg) 100% is bereikt. Veranderingen in bijvoorbeeld ligplaatscapaciteit, bezettinggraad, type boot, herkomst ligplaatshouders en winterstallingmogelijkheden worden hierdoor direct zichtbaar. Niet alleen de ontwikkelingen in het afgelopen jaar worden gemeten, ook wordt gevraagd naar uitbreidingsplannen, zowel aan bestaande havens als aan gemeenten en projectontwikkelaars. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden jaarlijks besproken met de (36) jachthavens verenigd in het ‘Platform jachthavens IJsselmeergebied’. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen en fungeert als ‘klankbordgroep’ voor Waterrecreatie Advies. Er zijn ook een aantal havens uit de Waddenzee die aan dit overleg deelnemen, zodat effecten van het ene gebied op het andere gebied kunnen worden besproken. De resultaten van het overleg zijn voor zover relevant in deze rapportage verwerkt. Het verzamelen en analyseren van cijfers is noodzakelijk om inzicht te krijgen in hetgeen zich in de watersport afspeelt. Dit is belangrijk voor de sector, voor overheden en het ontwikkelen van beleid, maar ook om eventuele effecten op de in het gebied te beschermen natuurwaarden te kunnen inschatten. 15 jaar geleden, in 1994, wist niemand hoeveel ligplaatsen en boten er in het IJsselmeergebied waren. Die situatie is gelukkig veranderd. Dank zijn wij verschuldigd aan de opdrachtgevers, dit jaar de provincies Noord-Holland, Fryslân, Flevoland, Overijssel, Gelderland en aan Rijkswaterstaat. Ook dank aan de jachthavens die weer bereid waren ons van geactualiseerde gegevens te voorzien. Gelet op het belang hopen wij dat dit onderzoek, ondanks de huidige economische situatie, in de komende jaren kan worden voortgezet.
Foto omslag: De Bataviahaven in Lelystad met een nieuw gebouw als icoon aan de kust tijdens de 13e editie van de Bataviahavendagen en de Nationale Sloepenshow.
Opdrachtgever:
Provincie Flevoland Afdeling Economische Zaken Postbus 55 Contactpersoon: Dhr. S. Broekhuizen Tel: 0320 265310
Opgesteld door:
Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
Inhoudsopgave: 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.
Algemeen Doelstelling Definities Gebiedsindeling Methodiek
1 1 1 1 2
2. 2.1. 2.2. 2.2.1. 2.2.2. 2.2.3. 2.3. 2.3.1. 2.3.2. 2.3.3. 2.4.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009 Aantal jachthavens en exploitatievorm Verhuur vaste ligplaatsen Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot Herkomst ligplaatshouders Passanten Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten Aantal persoonsovernachtingen Winterstalling
3 3 4 4 5 5 6 6 7 7 8
3. 3.1 3.2
Trends Ontwikkeling van de watersport (1960 – 2009) Toekomstverwachting
10 10 11
4. 4.1 4.2
Uitbreidingsplannen Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens Plannen voor nieuwe jachthavens
13 13 13
5. 5.1. 5.2.
Chartervaart en riviercruisevaart Traditionele chartervaart en motorchartervaart Riviercruisevaart
14 14 14
6.
Sluizen en sluispassages
15
7.
Conclusies
18
Bijlagen: • • • • • •
Brief aan de jachthavens Tabel: Kengetallen IJsselmeergebied 2009 Tabel: Kengetallen subregio Randmeren Tabel: Kengetallen aandeel provincie Flevoland in het IJsselmeergebied 2009 Tabel: Kengetallen aandeel provincie Flevoland in de subregio’s Overzicht vuilwaterstations in het Flevolandse deel van het IJsselmeergebied (bron: www.vuilwater.info)
19
1.
Algemeen
1.1.
Doelstelling
Inzicht geven in de ontwikkeling van de grote watersport door onderzoek te doen bij de jachthavens in het IJsselmeergebied. De resultaten worden vergeleken met de ontwikkelingen in het tot de provincie Flevoland behorende deel van het gebied. Waar mogelijk of relevant worden gesignaleerde verschillen verklaard. Om meer inzicht te krijgen in de vaarbewegingen, zijn dit jaar voor het eerst ook de sluispassages in het IJsselmeergebied in deze rapportage opgenomen.
1.2.
Definities
De door Waterrecreatie Advies gehanteerde definitie van een jachthaven is als volgt: er is sprake van “een jachthaven”, als er verhuur van lig- en/of passantenplaatsen voor de recreatievaart en/of chartervaart dan wel winterstallingactiviteiten plaatsvinden. Daarbij wordt geen ondergrens voor het aantal ligplaatsen gehanteerd. Een jachtmakelaar die in een jachthaven een verkoopsteiger huurt wordt niet als zelfstandige “jachthaven” geteld, maar een jachtwerf die bijvoorbeeld winterstallingmogelijkheden biedt wel. Door uit te gaan van deze definitie is het aantal “jachthavens” meestal groter dan men verwacht. Het geeft echter wel een volledig beeld en ook inzicht in hetgeen er in de winter met de recreatievloot gebeurt. Schepen bij eigen woningen of in sloten en kanalen vallen buiten het onderzoek. Met passantenplaatsen in jachthavens worden “specifieke passantenplaatsen” bedoeld. Dit zijn plaatsen die niet op seizoen- of jaarbasis worden verhuurd. Niet verhuurde of tijdelijk vrijgekomen ligplaatsen (ligplaatshouder op vakantie of een weekend weg) worden in de praktijk meestal eerst als passantenplaats benut.
1.3.
Gebiedsindeling
Het IJsselmeergebied is geen vast afgebakende regio. Het is een grootschalig en uniek zoetwater gebied, van internationale betekenis voor de watersport. Het biedt openheid en ruimte. Meer ruimte dan op de binnenwateren en meer beschutting dan op zee. Lekker zeilen, rust en genieten van de ruimte worden door watersporters genoemd als belangrijkste motieven om in het IJsselmeergebied te varen1. Behalve IJsselmeer, Markermeer, Gouwzee en IJmeer worden ook de Randmeren en het Ketelmeer en Zwarte Meer tot het IJsselmeergebied gerekend. De grens tussen kustzone en binnengebied is niet scherp. In 1994, bij de start van dit monitoronderzoek is aan de jachthavens gevraagd of hun ligplaatshouders voornamelijk op het grote water van het IJsselmeergebied of op de binnenwateren waren gericht. Op basis daarvan is destijds de begrenzing van het gebied bepaald.
# Makkum
# #
Workum
# Hindeloopen
Den Oever Stavoren
#
# Warns
Lemmer #
#
Medemblik
Tot op heden is aan die indeling weinig veranderd. Bijna alle havens doen dus al 15 jaar mee. Nu ook bij een aantal provincies het binnengebied wordt “gemonitord”, is het mogelijk dat de gebiedsindeling nog wat wordt aangepast. Vooralsnog is dit niet gebeurd om een trendbreuk te voorkomen.
Emmeloord #
Enkhuizen #
Urk
#
Kampen #
#
Volendam #
Zwolle
Lelystad
#
# Elburg
Monnickendam Almere #
#
Amsterdam
# Harderwijk
#
Muiden #
Huizen
# Nijkerk
Amersfoort #
1
Vollenhove #
#
# Hoorn
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 -1-
Het blauwe water op bovenstaand kaartje wordt tot het IJsselmeergebied gerekend. Havens die hieraan grenzen, ook al liggen ze achter de sluis doen mee aan het jaarlijks onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied 2. Het water grenst aan de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht, Gelderland, Overijssel en Fryslân. Vanaf aanvang doen alle havens in Flevoland mee, dus inclusief de havens ‘binnen de dijk’. Deze rapportage betreft dus de hele provincie Flevoland. In de tabellen in de bijlage wordt de provincie nog verdeeld in 3 subgebieden: Flevolandse havens die grenzen aan ‘groot water’ (IJmeer, Markermeer, IJsselmeer en Ketelmeer), havens die grenzen aan de Randmeren (Gooimeer t/m Vossemeer) en havens ‘binnen de dijk’ incl. 2 jachthavens in de regio Zwarte Meer. In Fryslân doen alle havens in de steden langs de kust mee, ook de havens achter de sluis zoals in Lemmer. In Workum zijn dit de havens tot de spoorbrug en bij Stavoren de havens aan het Johan Frisokanaal tot en met Marina Friesland bij Warns. In Overijssel doen de havens aan de IJssel in Kampen mee. Verder wordt het Zwarte Meer tot het gebied gerekend, de havens aan het Kadoelermeer t/m Vollenhove en de havens aan het Zwarte Water tot Zwolle. Ook Roggebotsluis hoort bij Overijssel. In Gelderland betreft het de havens die aan de Randmeren grenzen (Elburg, Nunspeet, Harderwijk, Ermelo, Nulde en Nijkerk). Onder de provincie Utrecht vallen de havens in Bunschoten en de havens langs de rivier de Eem vanaf Amersfoort. Net als in Fryslân doen in Noord-Holland alleen de havens mee in de steden die aan het IJsselmeergebied grenzen (al dan niet achter de sluis). In Amsterdam is een grens getrokken. De havens achter de Oranjesluis aan de noordkant van het IJ t/m de Sixhaven doen mee en de havens aan het Bovendiep aan ‘de monding van het Amsterdam-Rijnkanaal. De overige havens in de stad niet.
1.4.
Methodiek
Op 24 juni 2009 is aan alle jachthavens een vragenformulier met begeleidende brief verzonden, waarna op 1 september 2009 een 'herinneringsmailing' volgde. De bedrijven kennen de procedure en erkennen het belang van dit onderzoek. De spontane respons op de eerste mailing was ondanks de drukte van het hoogseizoen 52%. Na een herinneringsmailing steeg de respons naar 67%. Niet respondenten zijn daarna telefonisch benaderd, waarna het onderzoek in oktober met een respons van nagenoeg 100% is afgesloten. Naast de bestaande jachthavens worden ook gemeenten en projectontwikkelaars benaderd, waarvan bekend is of het vermoeden bestaat dat zij plannen hebben voor het ontwikkelen van nieuwe jachthavens. Deze groep wordt jaarlijks gebeld met de vraag of er ontwikkelingen zijn. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden besproken met de (36) jachthavens verenigd in het Platform jachthavens IJsselmeergebied. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen.
2
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied, Waterrecreatie Advies, jaarlijkse rapportages 1994 t/m 2008 -2-
2.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009
2.1.
Aantal jachthavens en exploitatievorm Aantal jachthavens Aandeel provincie Flevoland in het Provinciaal IJsselmeergebied Aantal jachthavens aandeel in % 130 29 22,3 % 25 2 8,0 % 2 0 % 15 3 20,0 % 49 11 22,4 %
Exploitatievorm Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging Totaal
221
45
20,4 %
Er zijn in het IJsselmeergebied in 2009 twee nieuwe jachthavens bijgekomen. De belangrijkste nieuwkomer is de haven van de Watersportvereniging IJburg, maar ook in Lelystad is op Noordersluis Jachthaven De Noordvaarder geopend. Er zijn geen jachthavens verdwenen, zodat het aantal jachthavens in het Flevolandse deel van het IJsselmeergebied met één is toegenomen tot 45. In 2009 behoorde ruim 20% van de jachthavens in het IJsselmeergebied tot de provincie Flevoland. Zoals ook uit onderstaande grafiek blijkt, zijn er in Flevoland relatief weinig (4%) havens die door een gemeente worden geëxploiteerd en relatief veel commerciële havens (64%). De havens in Dronten en Swifterbant zijn door de gemeente verkocht aan de plaatselijke watersportvereniging. Verandering van exploitatievorm komt vaker voor. De enige twee door het Rijk geëxploiteerde havens in het IJsselmeergebied liggen in Noord-Holland, te weten de passantenhaven in Marken en de museumhaven in Enkhuizen.
Exploitatievorm van de jachthavens Totaal IJsselmeergebied Deel provincie Flevoland 0%
20%
40%
60%
80%
Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging
100%
Voor een deel van de 221 deelnemers aan het onderzoek is de exploitatie van de haven ook de hoofdactiviteit. Onderstaande tabel laat zien dat 176 van de 221 jachthavens meer dan 20 ligplaatsen hebben. Deze 176 havens beheren 99,3% van de ligplaatscapaciteit in het gebied. Dit is vergelijkbaar met het Flevolandse deel, waar 35 van de 45 havens met meer dan 20 ligplaatsen 99,3% van de capaciteit beheren. Deze havens in Flevoland hebben gemiddeld 271 ligplaatsen. Dat is veel meer dan in het totale IJsselmeergebied, waar de jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen gemiddeld 202 ligplaatsen hebben.
IJsselmeergebied Soort jachthaven
Jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen Jachthavens met maximaal 20 ligplaatsen Passantenhaven, geen vaste ligplaatsen Alleen winterstallingactiviteiten Alleen vaste plaatsen historische schepen Gehele monitorbestand
Aantal jachthavens 176 21 10 13 1 221
-3-
Totaal aantal ligplaatsen 35.499 265 0 0 0 35.764
Aandeel provincie Flevoland Aantal jachthavens 35 5 1 4 0 45
Totaal aantal ligplaatsen 9.479 71
9.550
2.2.
Verhuur vaste ligplaatsen
2.2.1.
Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad Aantal schepen op een wachtlijst Drukfactor
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 32.674 91,4 % 3.711 10 %
Aandeel provincie Flevoland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 45 20,4 % 9.550 26,7 % 8.232 25,2 % 86,2 % 513 13,8 % 5%
In het IJsselmeergebied is de gemiddelde bezettingsgraad 91,4%. Dat ligt iets onder de 92% die door HISWA Vereniging als noodzakelijke ondergrens wordt beschouwd om op economisch verantwoorde wijze een jachthaven te kunnen exploiteren. In de provincie Flevoland is de gemiddelde bezettingsgraad, zowel aan de kust als in de Randmeren en het binnengebied, nog aanzienlijk lager. Toch staan er in Flevoland ruim 500 boten op een wachtlijst. Dit geeft aan dat er booteigenaren zijn die geen passende ligplaats kunnen vinden. Afmetingen van de (nieuwe) boot, gewenste box en prijs kunnen daarbij een rol spelen. De hoogte van de wachtlijst gedeeld door de beschikbare capaciteit wordt ‘de drukfactor’ genoemd. Hoe hoger de drukfactor, hoe groter het probleem. Een drukfactor van 5% is niet hoog. Het probleem met wachtlijsten speelt zich hoofdzakelijk af in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied waar de drukfactor 17% bedraagt. Verschillen met 2008
Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad in % Aantal schepen op een wachtlijst
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Flevoland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 221 2 0,9 % 45 1 2,3 % 35.764 242 0,7 % 9.550 91 1,0 % 32.674 10 0,0 % 8.232 -2 0,0 % 91,4 % - 0,6 86,2 % - 0,8 3.711 40 1,1 % 513 35 7,3 %
In het IJsselmeergebied zijn er in 2009 2 jachthavens, 242 ligplaatsen en 10 boten bijgekomen. Omdat er meer ligplaatsen bijkwamen dan boten, is de gemiddelde bezettingsgraad gedaald van 92,0% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is in het IJsselmeergebied ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. In het Flevolandse deel van het IJsselmeergebied zijn er 91 ligplaatsen bijgekomen. Dit komt niet alleen door het nieuwe haventje in Lelystad. Ook elders, verspreid over de hele provincie hebben diverse jachthavens een aantal ligplaatsen bijgebouwd. Het aantal boten is nagenoeg gelijk gebleven, waardoor de gemiddelde bezettingsgraad met 0,8% is gedaald naar 86,2%. De toename van het aantal schepen op een wachtlijst wordt veroorzaakt door de gemeentelijke havens op Urk en in Almere.
-4-
2.2.2.
Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal zeilboten Aantal motorboten Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 22.265 10.409 68,1 % 31,9 % 9,6 m
Aandeel provincie Flevoland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 8.232 25,2 % 5.537 24,9 % 2.695 25,9 % 67,3 % 32,7 % 9,7 m
Gemiddeld komt het percentage zeil- en motorboten in Flevoland nagenoeg overeen met de verdeling in het IJsselmeergebied. De verschillen in Flevoland zijn echter aanzienlijk Het percentage zeilboten langs de IJssel- en Markermeerkust incl. het Ketelmeer bedraagt bijna 90%. Dit zijn ook de uitgesproken zeilgebieden. In de Randmeren zijn de zeil- en motorboten procentueel ongeveer gelijk verdeeld. In de binnenwateren van Flevoland bedraagt het percentage zeilboten slechts 10%. Dit is dan ook een uitgesproken vaarregio voor motorboten. Verschillen met 2008
Aantal zeilboten Aantal motorboten Totaal aantal boten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Flevoland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 22.265 - 301 - 1,3 % 5.537 - 93 - 1,7 % 10.409 311 3,1 % 2.695 91 3,5 % 32.674 10 0.0 % 8.232 -2 0,0 % 9,6 m 0,05 m 0,5 % 9,7 m 0,09 m 1,0 %
Het aandeel motorboten is in het IJsselmeergebied toegenomen van 30,9% in 2008 naar 31,9% in 2009. De gemiddelde bootlengte is met 5 cm gestegen. De gemiddelde bootlengte is met 5 cm gestegen. De conclusie is dat het totaal aantal boten niet veel verandert. Er komen boten bij en er verdwijnen boten, waarbij het percentage motorboten stijgt en de gemiddelde lengte toeneemt. In de provincie Flevoland daalt het percentage zeilboten iets sneller dan in het IJsselmeergebied. De gemiddelde lengte van de boten is in Flevoland met gemiddeld 9 cm flink gestegen. Kennelijk heeft Flevoland nog plaats voor grotere schepen. Het kan zijn dat de diverse uitbreidingen hier debet aan zijn, maar de Flevolandse havens zijn gemiddeld ook nieuwer / moderner (en qua capaciteit groter) dan in de rest van het IJsselmeergebied.
2.2.3.
Herkomst ligplaatshouders
Boten op vaste ligplaatsen Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders uit overige landen
Totaal in het IJsselmeergebied Verdeling Aantal in % 32.674 26.760 81,9 % 5.437 16,6 % 112 0,3 % 365 1,1 %
Aandeel provincie Flevoland Verdeling Aantal in % 8.232 6.829 83,0 % 1.318 16,0 % 23 0,3 % 62 0,8 %
Bijna 82% van de ligplaatshouders in het IJsselmeergebied is afkomstig uit Nederland. Naast de Nederlanders zijn vooral de Duitse ligplaatshouders belangrijk. Flevoland biedt plaats aan bijna 25% van de Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied.
-5-
Verschillen met 2008 De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. Zo was in 2008 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Flevoland is ten opzichte van 2008 het enige deel van het IJsselmeergebied waar het percentage Duitse ligplaatshouders een klein beetje is gestegen, van 15,9 naar 16%. In het Ketelmeer is tegen alle trends in, dit jaar het percentage Duitsers toegenomen. Het aandeel Duitse ligplaatshouders in het hele IJsselmeergebied daalt echter en dit proces loopt al een aantal jaren. Ook in de provincie Zeeland is het percentage Duitse ligplaatshouders sinds 2003 met 0,5% gedaald naar 11,2% in 20083. Duitsers in het zuidelijk deel van het IJsselmeergebied komen vooral uit het Ruhrgebied, in het noordelijk deel ook uit Noord- en Midden Duitsland (globaal tot Hamburg). Er is geen specifiek onderzoek naar gedaan, maar aangenomen wordt dat het aantal Duitsers dat de boot verplaatst naar de Oostzee, Mecklenburg – Vorpommern en Brandenburg beperkt is. In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaald naar aantallen ligplaatshouders. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten uit het gebied verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. Het saldo is daardoor +10. Uit deze cijfers blijkt dat er meer in het gebied aan de hand is dan uit het saldo kan worden afgeleid. Nader onderzoek naar het vertrek van Duitse ligplaatshouders uit het IJsselmeergebied is gewenst om de negatieve ontwikkeling te kunnen keren.
Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders overige landen Totaal
2.3.
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Flevoland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 26.760 158 0,6 % 6.829 - 18 - 0,3 % 5.437 - 183 - 3,3 % 1.318 6 0,4 % 112 - 10 - 8,2 % 23 - 7 - 23 % 365 45 14,1 % 62 17 40 % 32.674 10 0.0 % 8.232 -2 0,0 %
Passanten
Passanten zijn de bezoekende boten die tegen betaling in een jachthaven verblijven. Gebruikelijk is dat passanten tijdelijk vrijgekomen of niet verhuurde vaste ligplaatsen gebruiken. Sommige historische havensteden of steden met een bijzonder achterland trekken meer passanten dan het aantal uitvarende ligplaatshouders. Enkhuizen, Stavoren en Hindeloopen zijn daar voorbeelden van, maar ook Batavia Stad begint meer passanten te trekken. Voor deze bezoekers worden speciale plaatsen gereserveerd. Deze plaatsen worden ‘specifieke passantenplaatsen’ genoemd en worden niet op jaarof seizoensbasis verhuurd. Ook komt het voor dat passanten tegen een speciaal tarief in de vorm van een week- of maandkaart langer in een haven verblijven. In die gevallen wordt de boot vaak voor een periode onbemand achtergelaten. Niet alle jachthavens weten hoeveel bootovernachtingen aan deze “langpassanten” moeten worden toegerekend. Bij de bepaling van de gemiddelde verblijftijd worden deze langpassanten zonder persoonsovernachtingen niet meegeteld.
2.3.1.
Aantal specifieke passantenplaatsen
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen 3
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 3.090 3.898
Aandeel provincie Flevoland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 45 20,4 % 9.550 26,7 % 1.318 42,7 % 907 23,3 %
Evaluatie watersportbeleid provincie Zeeland 2000 – 2008, Waterrecreatie Advies, april 2009
-6-
Het betreft hier specifieke passantenplaatsen in jachthavens. Flevoland heeft in verhouding tot de ligplaatscapaciteit een redelijk deel van het aantal specifieke passantenplaatsen. Aanlegplaatsen in het landelijk gebied, zoals de plaatsen van de Stichting Gastvrij(e) Meren zitten hier niet in.
2.3.2.
Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten
Op het moment dat het monitoronderzoek werd gehouden, zomer 2009, konden de havens nog geen bezoekersaantallen voor heel 2009 opgeven. Daarom wordt standaard gevraagd naar de bezoekende schepen in het voorgaande jaar. Onderstaande tabellen gaan dan ook over de passanten in 2008.
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddelde verblijftijd
Totaal in het IJsselmeergebied 221 384.222 1,3
Aandeel provincie Flevoland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 45 20,4 % 52.826 13,7 % 1,4
Als de gemiddelde verblijftijd in het IJsselmeergebied gemiddeld 1,3 dagen is, gaat het dus om 384.222 bootovernachtingen / 1,3 verblijfsdagen = ca. 300.000 bezoekende boten. Uit diverse onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters4 is gebleken, dat 60-70% van de passanten hun thuishaven elders in het IJsselmeergebied heeft. Daarnaast zijn belangrijke herkomstgebieden de Friese binnenwateren en de Hollandse Plassen. Verschillen met 2007 Het aantal passanten het IJsselmeergebied is in 2008 ten opzichte van 2007 licht gedaald (-1,3%). In Flevoland is het aantal passanten met 2,9% gestegen. Verder is de gemiddelde verblijfstijd van passanten in de jachthavens toegenomen van 1,35 naar 1,38 dagen. Een gemiddelde verblijftijd van afgerond 1,4 is voor Flevoland een uitstekend resultaat. De gemiddelde verblijfstijd van passanten in de Randmeren is gestegen van 1,41 naar 1,45 dagen.
2.3.3.
Aantal persoonsovernachtingen
In voorgaande jaren zijn door Waterrecreatie Advies diverse onderzoeken uitgevoerd, waarbij toervaarders rechtstreeks werden benaderd met een reeks vragen over hun vaargedrag, waaronder de vraag: “Met hoeveel personen bent u meestal aan boord?” In navolgende tabel staan de resultaten van deze onderzoeken. Het aantal personen aan boord is niet over het gehele jaar constant. In de schoolvakanties varen er veel meer gezinnen met kinderen, dan in het voor- en naseizoen. De onderzoeken zijn verdeeld over het gehele vaarseizoen uitgevoerd. Vaargebied
Zeilboten
IJsselmeergebied & Waddenzee5 Noordzee6 Randmeren en binnenwateren Flevoland7 Amsterdam8 Fryslân en Leeuwarden9 Deltagebied10
Motorboten
2,5 2,7
2,5 2,1 2,7 2,4 2,8
2,9
4
2,6
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003; Onderzoek vaargedrag Randmeren en binnenwateren van Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006; Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007 5 Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 6 Onderzoek vaargedrag Noordzee, Waterrecreatie Advies, januari 2004 7 Onderzoek vaargedrag Randmeren en Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006 8 Onderzoek watersport Amsterdam, Waterrecreatie Advies, oktober 2006 9 Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007 10 Onderzoek vaargedrag Deltagebied, Waterrecreatie Advies, januari 2004
-7-
In 2008 werd 51% van de bootovernachtingen geboekt in de regio “Lelystad, Urk en het Ketelmeer”. De jachthavens aan de Randmeren telden 34% van de overnachtingen, het binnengebied 9% en het IJmeer 7%. Rekening houdend met genoemde verdelingen zijn in Flevoland gemiddeld 2,5 personen aan boord. Daarmee genereren de bezoekende boten in de jachthavens ruim 132.000 persoonsovernachtingen (= 52.826 bootovernachtingen x 2,5 personen). In de Randmeren bestaat de mogelijkheid om tegen betaling te overnachten op de aanlegplaatsen van de Stichting Gastvrij(e) Meren. Bij het Onderzoek vaargedrag Randmeren en binnenwateren Flevoland (2006) is vastgesteld dat van de overnachtingen in het gebied 61% in een jachthaven plaatsvindt en 39 % op een aanlegplaats. Aannemelijk is dan ook dat er in de Randmeren en het binnengebied naast de overnachtingen in de jachthavens nog ca. 35.000 persoonsovernachtingen plaatsvinden op de diverse aanlegplaatsen. Langs de IJssel- en Markermeerkust zijn nauwelijks aanlegplaatsen en bijbehorende overnachtingen verwaarloosbaar. Het aantal persoonsovernachtingen door passanten in Flevoland kan dan ook worden geschat op ca. 170.000. Niet alleen de bezoekende boten generen overnachtingen, ook de ligplaatshouders verblijven gedurende het vaarseizoen een aantal nachten in de eigen haven aan boord, al dan niet na afloop van een dagtocht. Op basis van een onderzoek in Aalsmeer wordt gerekend met gemiddeld 20 overnachtingen per seizoen in de eigen haven11. Daarmee genereren de 8.232 verhuurde ligplaatsen nog ca. 400.000 persoonsovernachtingen (= 8.232 boten x 20 overnachtingen x 2,5 personen). Het totale aantal persoonsovernachtingen in de Flevolandse jachthavens en op de diverse aanlegplaatsen kan derhalve worden geschat op ca. 570.000.
2.4.
Winterstalling
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter Percentage boten dat in gebied blijft
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 13.461 5.528 10.211 29.200 89 %
Aandeel provincie Flevoland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 8.232 25,2 % 3.613 26,8 % 912 16,5 % 2.710 26,5 % 7.235 24,8 % 88 %
Uit de tabel blijkt dat in de winter 24,8% van alle boten in het IJsselmeergebied in het Flevoland overwinteren. Het aanbod aan winterstallingmogelijkheden in loodsen in Flevoland is verhoudingsgewijs beperkt. Verschillen met 2008 Het aantal boten dat in de winter in het IJsselmeergebied verblijft, is toegenomen van 28.960 in 2008 tot 29.200 in 2009. Ook het percentage overwinteraars ten opzichte van het aantal boten in de zomer stijgt, zowel in het IJsselmeergebied als in Flevoland. Dit betekent dat steeds meer mensen hun schip in de winter niet meer ‘mee naar huis’ nemen, maar het schip in het gebied achterlaten. In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaald naar aantal boten.
Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter
11
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Flevoland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 13.461 - 173 - 1,3 % 3.613 1 0,0 % 5.528 85 1,6 % 912 -28 - 3,0 % 10.211 328 3,3 % 2.710 120 4,6 % 29.200 240 0,8 % 7.235 93 1,3 %
Onderzoek gemeente Aalsmeer over verblijf aan boord in verband met Toeristenbelasting
-8-
In het IJsselmeergebied zijn waarschijnlijk dankzij een reeks zachte winters meer boten in de winter in het water gebleven. Dit gaat ten koste van de droge winterstalling buiten op de wal. Het aantal boten in loodsen is toegenomen. In Flevoland is het aantal boten in het water wel toegenomen, maar het aantal schepen op de wal is gelijk gebleven en het aantal boten in loodsen is gedaald. In de winter van 2008 op 2009 kon eindelijk weer worden geschaatst. Welke verschuivingen dat veroorzaakt in de komende winter moet worden afgewacht, maar het ligt voor de hand dat het aantal boten op de wal zal toenemen.
-9-
3.
Trends
3.1.
Ontwikkeling watersport 1960 - 2009
Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen tot 35.764. Hiervan heeft de provincie Flevoland 9.550 ligplaatsen. In onderstaande grafiek is te zien hoe de ligplaatscapaciteit in het IJsselmeergebied (zwart) in de periode 1960 – 2009 is toegenomen. De historische lijn (1996 – 1994) is afgeleid van de gegevens die door de jachthavens bij aanvang van het monitoronderzoek in 1994 werden verstrekt. Vanaf de start van de monitor zijn zowel de ligplaatscapaciteit (ronde stip, linker as) als de gemiddelde bezettingsgraad (driehoekjes, rechter as) bekend. In dezelfde grafiek is het aandeel van de provincie Flevoland (blauw) getekend.
Ontwikkeling watersport (2009) Aantal ligplaatsen
Totaal IJsselmeergebied en het provincie Flevoland deel Bezettingsgraad
40.000
35.000
In 2009 in het IJsselmeergebied: 35.764 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 91,4%
100
30.000
95
25.000
20.000
90 15.000
In 2009 in de provincie Flevoland: 9.550 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 86,2%
10.000
85
5.000
80
0
1960
1970
1980
1990
2000
Jaar
2010
Historische groei ligplaatscapaciteit IJsselmeergebied Gemeten aantal ligplaatsen IJsselmeergebied Historische groei ligplaatscapaciteit Flevoland Gemeten aantal ligplaatsen Flevoland Bezettingsgraad IJsselmeergebied Bezettingsgraad provincie Flevoland
De introductie van polyester in de jachtbouw maakte het mogelijk jachten in serie te gaan bouwen tegen een, ten opzichte van hout en staal, concurrerende prijs. In heel Nederland werden globaal vanaf de 60-er jaren van de vorige eeuw jachthavens gebouwd om de groeiende recreatievloot op te vangen. Verder speelt de aanleg van Flevoland en het ontstaan van de recreatiemogelijkheden in de Randmeren een rol in de toename van het aantal schepen in het IJsselmeergebied. De grafiek laat deze ontwikkeling prachtig zien. Ook de dip / recessie in de 80-er jaren is zichtbaar en het daarop volgend herstel. Flevoland heeft in de afgelopen 40 jaar een flink aandeel gehad in de groei van de watersport in het IJsselmeergebied. Fluctuaties in de bezettingsgraad worden vooral veroorzaakt door uitbreiding van bestaande of oplevering van nieuwe havens.
- 10 -
3.2.
Toekomstverwachting
Het is lastig om op dit moment een goede verwachting voor de toekomst te bepalen. In de afgelopen jaren werd in het Overlegplatform jachthavens IJsselmeergebied uitgegaan van een langzame afname van de groei, mede in verband met de vergrijzing en een afname van de groei van de bevolking. Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen van ca. 5.000 naar bijna 36.000 nu, een toename van ruim 30.000 ligplaatsen in ca. 45 jaar. In de komende 20 jaar (tot 2030) werd tot nu toe uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen met ca. 6.000 tot 42.000. Door de huidige crisis stagneert de toename van het aantal boten. In de 80-er jaren is dit tijdens de toenmalige (olie)crisis ook gebeurd. Als er geen boten bijkomen, daalt de vraag naar ligplaatsen en de ontwikkeling van het aanbod. Plannen worden uitgesteld. De groei die resteert zal niet evenwichtig over het gebied worden verdeeld. Het aantal boten in sommige delen van het IJsselmeergebied zal stabiliseren, Naar verwachting zal de grootste groei voornamelijk plaatsvinden in de Randstad, globaal de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals (de Schaalsprong van) Almere en IJburg (2e Fase) spelen daarin een rol. Ook Lelystad groeit en is bezig haar waterfront te ontwikkelen. De belangstelling voor wonen aan het water neemt toe, ook in het zuidelijk IJsselmeergebied. De ontwikkeling van waterfronten en mogelijkheden voor wonen aan het water spelen in op de groeiende behoefte om het water te kunnen beleven. De schaal en de kwaliteit van het water spelen daarbij een belangrijke rol. Bij de ontwikkeling van waterfronten loopt de Friese IJsselmeerkust voorop. In Lemmer, Makkum en Workum (en vele andere plaatsen in Fryslân) zijn in de afgelopen decennia duizenden vakantiewoningen en woningen voor permanent verblijf met een eigen ligplaats aan het water gebouwd. Dat sommige jachthavens hier wel eens problemen mee hebben is begrijpelijk. Zij zien potentiële of bestaande ligplaatshouders ‘weglekken’ en dat gaat ten koste van hun eigen bezettingsgraad of groei. Anderzijds zijn er in Fryslân ontzettend veel boten bijgekomen en daar profiteert iedereen van, ook bestaande havens (o.a. winterstalling, passanten en vooral imago).
Aantal ligplaatsen, boten en passanten in het IJsselmeergebied
Aantal ligplaatsen en boten
Aantal passanten 380.000 360.000
35.000
340.000 320.000 300.000 280.000 260.000
25.000 1995
2000
2005
Jaar 2010
Toename van het aantal ligplaatsen en boten in jachthavens betekent niet dat automatisch ook het aantal vaarbewegingen toeneemt. De grafiek hiernaast toont aan dat het aantal passanten in het IJsselmeergebied stabiel is, zelfs licht daalt terwijl het aantal ligplaatsen en het aantal boten toeneemt. Vroeger ging men meerdere weken achter elkaar met de boot op vakantie. Tegenwoordig is niet alleen sprake van vakantiespreiding, maar onderneemt men ook meerdere soorten (kortere) vakanties.
Aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied Aantal boten met een vaste ligplaats Aantal geregistreerde passanten
Natura 2000 zorgt op dit moment vooral in het zuidelijk IJsselmeergebied voor vertraging bij de uitbreiding van bestaande en aanleg van nieuwe jachthavens. Het blijkt moeilijk te zijn om objectief de gevolgen van de verschillende vormen van waterrecreatie op de natuurwaarden in te schatten12. In opdracht van het Ministerie van LNV is een belangrijke stap gemaakt met de Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’13. Behalve problemen met de uitbreiding van jachthavens heeft men in het zuidelijk 12 13
Jachthaven Muiden, ‘Second opinion’ significante effecten Natura 2000, Waterrecreatie Advies, april 2008 Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’, Omgaan met onzekerheden in effectbeoordelingen’, Kenniscentrum Recreatie, november 2009
- 11 -
IJsselmeergebied problemen met waterplanten. Vooral in de Randmeren en langs de NoordHollandse Markermeerkust neemt de overlast jaarlijks toe. De wens om te gaan varen hangt verder af van de kwaliteit van de voorzieningen. Ook de ‘ruimtelijke kwaliteit’ krijgt meer aandacht, vooral in de provincie Fryslân. Is het mooi, ‘klopt het’, is het leuk, wat valt er te beleven? De concurrentie met andere vormen van vrijetijdsbesteding al dan niet in het buitenland neemt toe. Daarom is meer aandacht nodig voor de kwaliteit en belevingswaarde van watersportgebieden en vaardoelen zoals steden en dorpen. De invloed op de kwaliteit en belevingswaarde van het IJsselmeer door de voorgenomen bouw van het windmolenpark Noordoostpolder moet derhalve niet worden onderschat. Watersport is breder dan het varen met een boot en levert een belangrijke bijdrage aan de regionale en lokale economie. De omzet van de watersportindustrie in het IJsselmeergebied kan worden geschat op € 630 miljoen per jaar en de bijbehorende werkgelegenheid op 6.000 arbeidsplaatsen (Fte)14. De gevolgen van de recessie zijn ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar geworden. Jachtwerven, makelaars en importeurs maken zware tijden door. De verkoop van boten stagneert, net als de verkoop van huizen en auto’s. Toch blijkt uit deze monitor dat nog steeds boten van eigenaar en plaats veranderen. De recessie had afgelopen zomer ook een positieve kant. Vakantie in eigen land werd gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Deelnemers aan het Platform jachthavens IJsselmeergebied verwachten in 2009 een groei van 5 tot 10%. Behalve de toename van het aantal inwoners in de Randstad (incl. Almere en Lelystad) is er ook al jaren een ‘trek naar groter water’. Eigenlijk is de hele groei in het IJsselmeergebied in de afgelopen decennia daar een voorbeeld van. Watersporters verleggen hun vaargebied telkens verder, tegenwoordig gaan velen in het hoogseizoen naar de Waddenzee en de Noordzee. Daardoor stijgen de sluisbewegingen in de Afsluitdijk (zie ook hoofdstuk 6). Verder zorgt vergrijzing in de vloot voor veranderingen en voor kansen. Het juiste product moet op de juiste plaats worden aangeboden zoals voorzieningen voor passanten in de Waddenzee om de toenemende druk uit het IJsselmeergebied op te vangen. Een toename van het percentage motorboten is vervelend voor de havens aan het IJsselmeer, maar biedt kansen voor de binnenwateren van Overijssel, Flevoland en voor de Randmeren. Seizoensverlenging is een kans, maar men moet de watersporter in die periode wel iets kunnen bieden. Zoals blijkt is de toekomstverwachting afhankelijk van veel factoren. Veranderingen kunnen worden gemeten en sommige ontwikkelingen kunnen worden beïnvloed. Het aantal niet-werkenden en gepensioneerden zal in de komende jaren toenemen. Het is aan de sector en aan de diverse overheden om ervoor te zorgen dat het IJsselmeergebied een concurrerend en een onderscheidend ‘toeristisch product’ blijft.
14
Bewerking Kerncijfers Toerisme Noord-Holland 2002 op basis cijfers NML uit 1999
- 12 -
4.
Uitbreidingsplannen
4.1
Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens
6 bestaande jachthavens in Flevoland hebben concrete uitbreidingsplannen voor in totaal 1.205 nieuwe ligplaatsen. 2 havens geven aan problemen te hebben met de gewenste uitbreiding. Realisatie van veel plannen in het IJsselmeergebied worden voor een belangrijk deel vertraagd door (procedures rond) de nieuwe natuurwetgeving. Naast genoemde 6 havens zijn er nog 8 havens die aangeven binnen hun havenkom uitbreidingsmogelijkheden te hebben, maar nog geen concrete (realisatie)plannen. Het gaat bij deze 8 havens in totaal om ca. 1.000 plaatsen. Omdat dit onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport jaarlijks plaats vindt, is ook goed zichtbaar dat havens plannen uitstellen. Procedures zorgen voor vertraging. Daarnaast wordt ook rekening gehouden met de uitkomsten van dit onderzoek (ontwikkeling capaciteit en bezettingsgraad) en met de economie. Op dit moment stabiliseert het aantal boten en ligt het voor de hand plannen uit te stellen. Realisatie van de nieuwe jachthaven in Hoorn is daar een voorbeeld van. De gemiddelde scheepslengte neemt wel bijna overal toe. Dit heeft gevolgen voor de ‘boxmix’, de procentuele verdeling van de ligplaatsen qua lengte. Veel, vooral oudere havens moeten eigenlijk herinrichten. Om hetzelfde aantal schepen plaats te kunnen bieden is ruimte nodig, los van eventuele wensen om de capaciteit te vergroten. Soms zijn uitbreidingen nodig om de gewenste of noodzakelijke kwaliteit of voldoende rendement te kunnen (blijven) leveren. De gemiddelde bezettingsgraad in Flevoland is (te) laag. Toch staan er ca. 500 schepen bij de verschillende havens op een wachtlijst. Deels gaat het om verplaatsingen vanwege prijs of kwaliteit, of omdat men qua afmetingen geen passende ligplaats kan krijgen voor een (nieuwe) boot. Soms staat men op meerdere wachtlijsten genoteerd, maar het kan ook zijn dat men zich niet inschrijft, omdat de gewenste ligplaats in een bepaalde haven toch niet op een redelijke termijn beschikbaar zal komen. Wachtlijsten moeten in ieder geval niet worden gezien als ‘absoluut getal’ of ‘tekort’ aan ligplaatsen. Er zit meer achter. Hoe actueel zijn wachtlijsten, worden ze geregeld opgeschoond? Moet men jaarlijks een bijdrage betalen om op een wachtlijst te blijven staan? Het aantal schepen op een wachtlijst gedeeld door de capaciteit, de ‘drukfactor’, geeft wel een indicatie van de (lokale) ernst van het capaciteitsprobleem (zie hoofdstuk 2.2.1.).
4.2.
Plannen voor nieuwe jachthavens
Zoals te verwachten, zijn er in Flevoland vrij veel plannen voor nieuwe jachthavens. Het gaat vooral om de gemeenten Almere en Lelystad, plannen die onder andere deel uitmaken van de Schaalsprong Almere en de Kustvisie van Lelystad. Deze plannen zijn nog niet erg concreet, maar in aantal ligplaatsen wel omvangrijk. Op één plan na, is realisatie gepland (ver) na 2015. Het gaat dus om toekomstige ruimtelijke reserveringen.
- 13 -
5.
Chartervaart en riviercruisevaart
5.1.
Traditionele chartervaart en motorchartervaart
De ‘traditionele chartervaart’ betreft historische schepen die op commerciële basis worden verhuurd. Veelal gaat het om klippers en tjalken. In de afgelopen jaren zijn er ook nieuwe schepen gebouwd die onder deze categorie vallen. De vroeger wel gebruikte term ‘bruine vloot’ gaat niet meer op. De meeste schepen hebben hun bruine zeilen vervangen door witte zeilen. Het gaat om een volwassen bedrijfstak die kwalitatief goede voorzieningen biedt. Naast de zeilende chartervaart is ook de motorchartervaart belangrijk geworden. Het gaat dan veelal om historische- of voormalige vrachtschepen die zijn verbouwd om groepen mensen te vervoeren. Bekend zijn o.a. de ‘fietsboten’. Het schip fungeert als ‘varend hotel’ en de gasten fietsen van locatie naar locatie. De chartervaart, zowel de zeilende- als de motorchartervaart kennen het begrip ‘vaste ligplaats’ nauwelijks. Er wordt gewerkt met begrippen als ‘thuishaven’, ‘opstapplaats’ en ‘vaargebied’. Een ‘opstapplaats’ is een plaats in een haven waar de gasten aan boord komen. De meeste traditionele charterschepen hebben een vaste ‘opstapplaats’. Een deel van de vloot uit Kampen is een aantal jaren geleden verhuisd naar Lelystad als gevolg van de aanleg van de Eilandbrug ten noorden van Kampen (N50) over de IJssel. Deze schepen varen voor charterkantoor Naupar en hebben hun vaste opstapplaats in de Bataviahaven. Ook in LelystadHaven en bij Flevo Marina hebben een aantal traditionele charterschepen een ‘vaste opstapplaats’. Nadat de schepen hun gasten aan boord hebben, gedragen zij zich als ‘passant’ en ontstaat ruimte voor bezoekende schepen. Het aantal plaatsen voor deze schepen wordt bepaald door lokale omstandigheden en de beschikbare meters kade. Hierbij wordt rekening gehouden met de gemiddelde lengte van de schepen en het aantal schepen dat naast elkaar kan en mag afmeren. In de provincie Flevoland zijn door de jachthavens in totaal 86 plaatsen voor traditionele charterschepen opgegeven. Een overzicht van het aantal charterschepen, gemiddelde omzet en weekprijzen, totale capaciteit en aantal overnachtingen is verkrijgbaar bij de Belangenvereniging Beroepschartervaart (BBZ) in Enkhuizen.
5.2.
Riviercruisevaart
De oorsprong van de riviercruisevaart ligt in Duitsland, het bekende ‘reisje langs de Rijn’. De schepen zijn groter geworden en tegenwoordig is een lengte van 130 meter geen uitzondering meer. Ook in het IJsselmeergebied neemt het aantal riviercruiseschepen toe. Een aantal komt het gebied binnen via de IJssel, maar ook Amsterdam is voor veel schepen zowel vaardoel als opstapplaats. De riviercruisevaart kent veel internationale passagiers. Als een schip een haven aandoet wordt dit een ‘call’ genoemd. Amsterdam Cruise Port (ACP) in Amsterdam registreert het aantal ‘calls’ van schepen in de provincie Noord-Holland. Bekende havens voor dergelijke schepen in het IJsselmeergebied zijn Amsterdam, Enkhuizen, Hoorn en Kampen. Stavoren is als haven in opkomst. Vaak worden bustochten ondernomen of steden bekeken. De bestedingen van de passagiers aan land kunnen aanzienlijk zijn als men de passagiers (via de rederijen) kan verleiden tot een bezoek aan de stad. De schepen zijn georganiseerd via een aantal grote, veelal buitenlandse rederijen, die overtuigd moeten worden een stad of provincie aan te doen. Schepen passeren regelmatig de Houtribsluizen, maar slechts weinig schepen leggen aan. Het aantal ‘calls’ in Lelystad bij de Bataviahaven bedraagt volgens de havenmeesters dit jaar ca. 20. Lelystad wordt op dit moment alleen aangedaan om bijvoorbeeld water te tanken of afval kwijt te raken. De passagiers gaan niet van boord. De lengte van riviercruise- en passagiersschepen in de Randmeren wordt begrensd door de afmetingen van de sluizen (Roggebotsluis en Nijkerk, scheepslengte max. 85 meter). Harderwijk en Elburg worden regelmatig bezocht, ook omdat daar een aantal rederijen gevestigd zijn.
- 14 -
6.
Sluizen en sluispassages
Het jaarlijkse onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport geeft inzicht in de ontwikkeling van het aantal boten, ligplaatsen, passanten, bezettingsgraad etc. Om meer inzicht te krijgen in bijbehorende vaarbewegingen, zijn voor het eerst ook de sluispassages in het gebied bijeen gebracht. De passagecijfers zijn afkomstig van de betrokken beheerders. Bij de grotere sluizen wordt beroepsen recreatievaart apart geteld, bij de kleinere vaak niet. Slechts een deel van de in dit overzicht opgenomen sluizen kunnen als toegangspoorten tot het IJsselmeergebied worden beschouwd, de overigen liggen in het gebied en geven inzicht in de intensiteit van de vaarbewegingen ter plaatse.
Kaart: Beleidsvisie Recreatietoervaart Nederland 2008. De nummers corresponderen met de sluizen in de tabel op de volgende bladzijde.
- 15 -
Sluispassages in de provincie Flevoland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Houtribsluizen Roggebotsluis Nijkerkersluis Zuidersluis Vaartsluis Noordersluis Larsersluis De blauwe Dromer Kampersluis Ketelsluis Voorstersluis Friesesluis Urkersluis Marknessersluis Almere-Haven sluis 1
Lelystad Dronten Nijkerk Almere Almere Lelystad Zeewolde Zeewolde Ketelhaven Ketelhaven Kraggenburg Lemmer Urk Marknesse Almere
24.123 26.703 25.812 3.649 2.535 3.353 1.365 2.629 2.774 5.633 6.578 5.001 2.880 5.310 3.000
21.205 25.331 24.230 3.628 2.512 3.313 1.432 2.620 2.748 5.666 7.047 5.284 2.936 5.662 3.000
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -2.918 -12,1% -1.372 -5,1% -1.582 -6,1% -21 -0,6% -23 -0,9% -40 -1,2% 67 4,9% -9 -0,3% -26 -0,9% 33 0,6% 469 7,1% 283 5,7% 56 1,9% 352 6,6%
Sluispassages in de provincie Fryslân Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
16 17 18 19 20 21 22 23
Lemstersluis2 Prinses Margrietsluis Johan Frisosluis Sylroedeslûs1 Sluis Workum2 Sluis Makkum2 Lorentzsluizen Linthorst Homansluis
Lemmer Lemmer Stavoren Hindeloopen Workum Makkum Kornwerderzand Nijetrijne
14.631 27.411 39.082 1.000 13.696 3.219 38.127 26.724
15.696 26.463 39.212 1.000 13.894 3.943 38.758 26.979
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % 1.065 7,3% -948 -3,5% 130 0,3% 198 724 631 255
1,4% 22,5% 1,7% 1,0%
Sluispassages in de provincie Noord-Holland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
24 25 26 27 28 29 30 31 32
Stevinsluis Stontelersluis2 Westerhavensluis2 Zeesluis Edam2 Kloosterdijksluis2 Grafelijkheidssluis2 Oranjesluizen Groote Zeesluis2 Naviduct
Den Oever Den Oever Medemblik Edam Monnickendam Monnickendam Amsterdam Muiden Enkhuizen
33.364 244 4.029 4.064 8.393 58.111 26.008 69.296
30.165 356 4.369 4.910 5.647 5.645 56.072 25.375 66.746
onbekend
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -3.199 -9,6% 112 45,9% 340 8,4% 846 20,8%
-2.039 -633 -2.550
-3,5% -2,4% -3,7%
Sluispassages in de provincie Overijssel Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
33 34 35 36 37
Sluis Kuinre Sluis Blokzijl Arembergersluis Beukerssluis Ganzensluis
Kuinre Blokzijl Zwartsluis Wanneperveen IJsselmuiden
4.284 17.305 11.483 19.534 11.560
4.058 17.087 12.093 19.829 11.212
1
2
Sluispassages zijn bij benadering Sluispassages zijn totaaltelling, beroepsvaart niet of minimaal
- 16 -
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -226 -5,3% -218 -1,3% 610 5,3% 295 1,5% -348 -3,0%
In de zomer van 2008 liet het weer door veel regen en wind te wensen over. Dit heeft effect gehad op het gedrag van watersporters. In 2008 laten in het IJsselmeergebied de doorvaart in Lemmer, de vaart door de Noordoostpolder en de doorvaart bij Zwartsluis de grootste “plus” zien. Ook de Larsersluis bij Zeewolde en de verbindingen vanaf het IJsselmeergebied met de binnenwateren van Noord-Holland, Edam, Monnikendam en Den Oever hebben het goed gedaan. Hieruit zou kunnen worden geconcludeerd dat het binnengebied dus van het slechte weer heeft geprofiteerd. Lelystad, Enkhuizen en de Lorentzsluis bij Den Oever hebben geen goed jaar gehad. De sluisbewegingen bij Kornwerderzand daarentegen zijn wel iets toegenomen. Het is onduidelijk waardoor dit wordt veroorzaakt. Onderstaande grafiek geeft een overzicht van de passages naar de Waddenzee over een reeks jaren. Het is duidelijk dat het aantal schepen dat richting Waddenzee (en Noordzee) vaart stijgt15. Vanaf globaal 1985 namen vooral de passages via Kornwerderzand toe. Vanaf 2000 is ook een sterk stijgende lijn waarneembaar ten aanzien van de sluispassages bij Den Oever. Deze groei heeft te maken met het instellen van een 24-uurs bediening in Den Oever en het ondieper worden van de Boontjes tussen Kornwerderzand en Harlingen.
50.000 45.000 40.000 Den Helder
35.000
Den Oever
30.000
Kornwerderzand
25.000
Harlingen
20.000
Lauwersoog
15.000
Delfzijl
10.000 5.000 0 1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
Het bijhouden van sluispassages in het IJsselmeergebied, bij voorkeur over een reeks van jaren, geeft belangrijke aanvullende informatie over (de gevolgen van) de ontwikkeling van de watersport, veranderingen in het gebruik en de invloed van het weer.
15
Concept Havenvisie Wadden, Verantwoord Varen op het Wad, Oranjewoud en Waterrecreatie Advies, juli 2009
- 17 -
7.
Conclusies
De watersport in het IJsselmeergebied is in de afgelopen decennia flink gegroeid. Het aantal ligplaatsen in jachthavens is van ca. 5.000 in 1965 gestegen naar 35.764 in 2009. Er zijn in het afgelopen jaar 2 nieuwe jachthavens bijgekomen en 242 ligplaatsen. Een van deze nieuwkomers is de jachthaven van WSV IJburg met 115 plaatsen en een haventje in Lelystad op Noordersluis. Per saldo is het aantal boten in het IJsselmeergebied in 2009 met slechts 10 toegenomen. De toename van het aantal boten houdt geen gelijke tred met de ontwikkeling van de capaciteit, waardoor de gemiddelde bezettingsgraad is gedaald van 92% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. In Flevoland zijn 45 jachthavens met 9.550 ligplaatsen. De gemiddelde bezettingsgraad bedraagt 86,2%. De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. In 2008 was 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Alleen in Flevoland is het percentage Duitse ligplaatshouders licht gestegen, van 15,9 naar 16%. Het aandeel Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied daalt al een aantal jaren. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. Nader onderzoek naar het vertrek van Duitse ligplaatshouders uit het IJsselmeergebied is gewenst. In 2008 werden in de jachthavens in het IJsselmeergebied ca. 300.000 passanten (boten) geboekt. In Flevoland resulteert dit bij een gemiddeld aantal opvarenden van 2,5 per boot in ca. 132.000 persoonsovernachtingen. Het aantal overnachtingen op de openbare aanlegplaatsen in de Randmeren en de binnenwateren van Flevoland kan worden geschat op 35.000. Daarnaast genereren de 8.323 verhuurde ligplaatsen nog ca. 400.000 persoonsovernachtingen. Het totale aantal persoonsovernachtingen in de havens en op de openbare aanlegplaatsen in Flevoland kan derhalve worden geschat op ca. 570.000. In de winter van de 2008 op 2009 overwinterden 29.200 boten in het IJsselmeergebied, waarvan 24,8% in Flevoland. Door de zachte winters blijven steeds meer boten in het water liggen. Dit gaat ten koste van de winterstalling buiten op de wal. Het aantal boten in loodsen is in de afgelopen jaren wel toegenomen. Wat de winter van 2009 op 2010 gaat brengen, nadat er afgelopen winter eindelijk weer eens geschaatst kon worden, moet worden afgewacht. Het aanbod aan winterstallingmogelijkheden in loodsen in Flevoland is verhoudingsgewijs beperkt. 6 bestaande jachthavens in Flevoland hebben concrete uitbreidingsplannen voor in totaal 1.205 nieuwe ligplaatsen. 8 havens hebben aangegeven ruimte te hebben voor ca. 1.000 ligplaatsen, maar geen plannen deze te realiseren. Verder zijn er nog diverse plannen voor nieuwe jachthavens (Lelystad en Almere). Tot nu toe werd uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied met ca. 6.000 tot 42.000 in 2030. Een belangrijk deel hiervan zal worden gerealiseerd in de Randstad, globaal in de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals de Schaalsprong van Almere, de tweede fase van IJburg en het waterfront in Lelystad spelen daarin een rol. Wonen aan het water voorziet in een groeiende behoefte het water te kunnen beleven. De gevolgen van de recessie zijn echter ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar; de verkoop van boten stagneert. Wanneer de markt zich gaat herstellen is nog niet te overzien. Vakantie in eigen land werd dit jaar gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Verwacht wordt een toename van het aantal passanten in 2009 van 5 tot 10%. Of de goede zomer ook een effect heeft op de verkoop van schepen moet worden afgewacht. In Flevoland bevinden zich 86 plaatsen voor traditionele charterschepen. Dit is 14% van het totale aantal plaatsen in het IJsselmeergebied. De traditionele chartervaart en de riviercruisevaart spelen vooral in Noord-Holland een belangrijke rol.
- 18 -
Bijlagen:
Waterrecreatie Advies B.V. Het Ravelijn 1 Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 Rek. nr. 50.51.79.431 ABN-AMRO K.v.K. Lelystad nr. 39066758 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
Naambedrijf T.a.v. contactpersoon Adres Postcode en woonplaats
Lelystad, 24 juni 2009 Betreft: Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Geachte directie, geacht bestuur, beste mensen, Dit is het 15e opeenvolgende jaar dat wij de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeer- en Randmerengebied meten. Bijgaand treft u weer het bekende vragenformulier. Wij verzoeken u de gegevens te controleren, eventuele wijzigingen aan te geven en niet te vergeten om het aantal passanten en passantenovernachtingen in 2008 te vermelden. Vervolgens graag het ingevulde formulier per fax of in bijgesloten antwoordenvelop terugsturen. Als dank voor uw medewerking krijgt u dit keer niet alleen een overzicht van de belangrijkste resultaten van het afgelopen jaar maar ook een terugblik naar de situatie in 1994. Wat zijn nu in dit jubileumjaar opvallende veranderingen in het IJsselmeergebied sinds 1994. Wat opvalt is het brede draagvlak dat dit onderzoek in de loop der jaren heeft verworven. Al in het eerste zwart-wit briefje van de Stichting Waterrecreatie in 1994 wordt het belang van dit onderzoek voor beleidsmakers èn jachthavens benadrukt. Uw respons na de 1e en 2e mailing is in de loop der jaren gegroeid tot 60% resp. 80%, waardoor de kosten van dit onderzoek beheersbaar konden blijven. Ook onze informatieverschaffing aan u is sterk verbeterd. Kleurrijke grafieken en nadere details via de websites www.waterrecreatieadvies.nl en www.stichtingwaterrecreatie.nl houden u nu uitgebreid op de hoogte van alles wat er zoal speelt in het IJsselmeergebied, een begrip anno 2009, waar in 1994 nog werd gesproken over ‘het gebied rond de voormalige Zuiderzee’. Bijgaande grafiek laat zien dat de watersport sinds 1994 een flinke groei heeft doorgemaakt. De ligplaatscapaciteit groeide met 19,3% iets sneller dan het totale aantal boten, dat met 16,5% toenam. De gemiddelde bezettingsgraad was 94,2% in 1994, en schommelt nu rond de 92%. In het afgelopen jaar was er geen groei. Het aantal ligplaatsen bij de 219 bedrijven, verenigingen, stichtingen en gemeentehavens is met 168 gedaald tot 35.472. Twee jachthavens zijn verdwenen en ook herinrichting is een belangrijke oorzaak. Kleinere boxen worden opgeofferd en dat gaat ten koste van de capaciteit. Ook het aantal boten daalde met 69 tot 32.614. De bezettingsgraad liep iets op naar 91,7% - 19 -
Er zijn grote regionale verschillen. In onderstaande grafieken is het IJsselmeergebied (inclusief Randmeren, Ketelmeer en Zwarte Water) onderverdeeld naar provincie. Het betreft hier alle op dit groot water gerichte havens in de kustgebieden van Noord-Holland, Friesland, tegenwoordig Fryslân, Utrecht, Gelderland en Overijssel en de hele provincie Flevoland. Met 12.000 heeft de provincie Noord-Holland de meeste ligplaatsen in het IJsselmeergebied. De capaciteit is daar met 24% gegroeid. De grootste groei, 36% vond plaats in de provincie Flevoland, die met 9.459 ligplaatsen in grootte op de 2e plaats komt. Op de 3e plaats staat de provincie Fryslân met een ligplaatsgroei van 19% en een huidige capaciteit van 6.299 ligplaatsen. In de provincies Gelderland, Overijssel en Utrecht is weinig veranderd.
In de provincies Flevoland en Fryslân is de bezettingsgraad lager dan in de overige regio’s. De ligplaatscapaciteit is gemiddeld jaarlijks met 1,3% en het aantal boten met 1,1% gegroeid. Deze groei neemt af. Het gemiddelde voor de afgelopen 3 jaar was 0,9% voor de ligplaatsen en 0,7% voor de boten. Op die boten varen steeds minder Duitsers. In 1994 was het aandeel Nederlandse boten in het IJsselmeergebied 76,7% en in 1998 het laagst met 75,8%. Mede door economische problemen in Duitsland, is het aandeel Nederlanders sindsdien langzaam opgelopen naar 81,4% nu. Vooral in Fryslân is deze verschuiving groot, 64,8% Duitsers in 1994 en 49,2% nu. In de provincies NoordHolland en Utrecht zijn meer dan 90% van de ligplaatshouders afkomstig uit Nederland. Hoewel het aantal boten in het gebied dus aanzienlijk is gegroeid kan dat niet worden gezegd van het aantal passanten. Gemiddeld waren het er in de afgelopen jaren ruim 360.000, maar het gemiddelde van de afgelopen 3 jaar ligt bijna 20.000 lager. Het aantal passanten in 2007 was met 338.000 het laagst sinds 1996. De verwachting is dat door de economische crisis het aantal passanten weer toeneemt, omdat men dichter bij huis vakantie gaat vieren. Laten we hopen dat het een mooie zomer wordt! 47% van de passanten wordt in Noord-Holland geregistreerd, Fryslân staat op de 2e plaats met 28% en Flevoland volgt met 12%. De verdeling van de passanten over de diverse provincies is in de loop der jaren nauwelijks veranderd. Sinds 2000 meten we ook de verdeling zeil- en motorboot en de gemiddelde bootlengte. Het percentage zeilboten daalt, het sterkst in Noord-Holland. De gemiddelde bootlengte stijgt in alle provincies. In 2000 was de gemiddelde bootlengte 9,35 meter, nu 9,60. Wij hopen u weer wat nuttige informatie te hebben aangereikt en danken u, mede namens de provincies Noord-Holland, Flevoland, Fryslân, Overijssel, Gelderland en Rijkswaterstaat, voor uw medewerking aan dit onderzoek. Met vriendelijke groet, Waterrecreatie Advies BV
R. Steensma
- 20 -
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
25 130 15 49 2 ---------------221
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
35.764 91,4
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
68,1 31,9 9,6
% % m
: : : : :
81,9 16,6 0,3 1,1 3.711
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
3.090 3.898 384.222 1,3
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
13.461 5.528 20.557 92,4 10.211
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
30 2.618 26 3 11
:
605
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 21 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen subregio Randmeren 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
6 32 4 11 0 ---------------53
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
11.521 91,8
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
57,0 43,0 8,6
% % m
: : : : :
84,8 13,9 0,3 1,0 1.061
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
950 912 67.320 1,4
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
5.093 1.152 6.727 92,8 3.078
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
16 1.099 13 1 8
:
77
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 22 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen aandeel provincie Flevoland in het IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
2 29 3 11 0 ---------------45
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
9.550 86,2
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
67,3 32,7 9,7
% % m
: : : : :
83 16 0,3 0,8 513
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
1.318 907 52.826 1,4
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
3.613 912 5.097 88,8 2.710
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
6 1.205 6 2 0
:
86
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 23 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen aandeel provincie Flevoland subregio IJsselmeergebied, groot water 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
1 7 2 4 0 ---------------14
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
4.695 87,6
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
90,0 10,0 10,9
% % m
: : : : :
84,1 14,4 0,4 1,0 389
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
583 360 30.455 1,2
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
1.540 278 2.060 88,3 1.177
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
2 450 2 1 0
:
76
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 24 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen aandeel provincie Flevoland subregio Randmeren 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
1 9 1 2 0 ---------------13
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
3.815 84,5
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
53,4 46,6 8,6
% % m
: : : : :
77,1 22,2 0,2 0,5 99
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
591 420 17.855 1,8
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
1.366 270 1.818 90,0 1.019
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
3 750 3 1 0
:
7
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 25 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen aandeel provincie Flevoland subregio Flevoland binnen en Zwarte Meer
1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
0 13 0 5 0 ---------------18
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
1.040 86,2
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
12,5 87,5 8,6
% % m
: : : : :
98,8 0,9 0,1 0,2 25
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
144 127 4.516 1,4
: : : : :
707 364 1.219 87,9 514
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
1 5 1 0 0
:
3
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 26 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Vuilwaterstations provincie Flevoland volgens www.vuilwater.info Indien onderstaande gegevens incompleet of achterhaald zijn, graag contact opnemen met: Stichting Recreatietoervaart Nederland Contactpersoon: Manon van Meer Postbus 102 3970 AC Driebergen T 0343 52 47 57 M 06 51 22 58 56 E
[email protected] ++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Jachthaven Lelystadhaven Aqua Centrum Bremerbergse Hoek Oostvaardersdijk 59a Bremerbergdijk 35 8244 PB LELYSTAD 8056 RD BIDDINGHUIZEN Tel. 0320 26 03 26 Tel. 0321 33 16 25 WV Lelystad Houtribhaven 2 8242 PC LELYSTAD Tel. 0320 26 01 98 Kanaal: 31
Jachthaven Flevostrand Strandweg 1 8256 RX BIDDINGHUIZEN Tel. 0320 28 84 57 Gemeente Almere/Tisset bv Sluiskade 30 1353 BV ALMERE Tel. 036 531 72 84
Marina Schokkerhaven Schokkerhaven 2 8308 PX NAGELE Tel. 0527 65 27 97
Marina Muiderzand IJmeerdijk 4 1309 BA ALMERE Tel. 036 536 91 51
Gemeentehaven Urk Postbus 77 8320 AB URK Tel. 0527 68 99 70
Zuiderzee Yachting Het Hooiveld 10 8302 AN EMMELOORD Tel. 0527 69 96 00
Jachthaven De Eemhof Slingerweg 9 3896 LD ZEEWOLDE Tel. 036 522 85 21
Watersportvereniging Dronten Kruidendreef 3 8355 BK DRONTEN Tel. 0321 38 25 23
Jachthaven Wolderwijd Strandweg 125 3891 AJ ZEEWOLDE Tel. 036 522 12 20
Stichting Jachthaven Ketelmeer Vossemeerdijk 31 8251 PM DRONTEN Tel. 0321 31 22 71 Kanaal: 31
Recreatiegebied Erkemederstrand Erkemederweg 79 3896 LB ZEEWOLDE Tel. 036 522 84 21 Gemeente Elburg Postbus 70 8080 AB ELBURG
Jachthaven Flevo Marina IJsselmeerdijk 1-13 8221 RC LELYSTAD Tel. 0320 27 98 03 Kanaal: 31
Pasterkamp B.V. Het Hooiveld 10-12 8302 AN EMMELOORD
Jachthaven Deko Marine Parkhaven 3 8242 PE LELYSTAD Tel. 0320 27 98 58
- 27 -
- 28 -
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Deelrapportage Friese IJsselmeerkust
2009
Lelystad, december 2009
Voorwoord Dit rapport geeft inzicht in de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied inclusief Randmeren, hierna te noemen ‘IJsselmeergebied’. Extra aandacht wordt besteed aan de ontwikkelingen in het tot de provincie Fryslân behorende deel van het gebied, de Friese IJsselmeerkust. Sinds 1994 wordt in opdracht van de meeste omringende provincies, jaarlijks onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied. Voorheen werden de resultaten vooral op vaargebied gegroepeerd, waardoor de ontwikkelingen op provinciaal niveau maar beperkt zichtbaar werden. Dit jaar is de rapportage ingrijpend veranderd en wordt niet meer één rapportage voor het IJsselmeergebied gemaakt, maar krijgen de provincies ieder een op hun grondgebied toegesneden rapportage. De gevolgde meetmethodiek is onveranderd. Alle jachthavens in het gebied worden benaderd tot een respons van (nagenoeg) 100% is bereikt. Veranderingen in bijvoorbeeld ligplaatscapaciteit, bezettinggraad, type boot, herkomst ligplaatshouders en winterstallingmogelijkheden worden hierdoor direct zichtbaar. Niet alleen de ontwikkelingen in het afgelopen jaar worden gemeten, ook wordt gevraagd naar uitbreidingsplannen, zowel aan bestaande havens als aan gemeenten en projectontwikkelaars. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden jaarlijks besproken met de (36) jachthavens verenigd in het ‘Platform jachthavens IJsselmeergebied’. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen en fungeert als ‘klankbordgroep’ voor Waterrecreatie Advies. Er zijn ook een aantal havens uit de Waddenzee die aan dit overleg deelnemen, zodat effecten van het ene gebied op het andere gebied kunnen worden besproken. De resultaten van het overleg zijn voor zover relevant in deze rapportage verwerkt. Het verzamelen en analyseren van cijfers is noodzakelijk om inzicht te krijgen in hetgeen zich in de watersport afspeelt. Dit is belangrijk voor de sector, voor overheden en het ontwikkelen van beleid, maar ook om eventuele effecten op de in het gebied te beschermen natuurwaarden te kunnen inschatten. 15 jaar geleden, in 1994, wist niemand hoeveel ligplaatsen en boten er in het IJsselmeergebied waren. Die situatie is gelukkig veranderd. Dank zijn wij verschuldigd aan de opdrachtgevers, dit jaar de provincies Noord-Holland, Fryslân, Flevoland, Overijssel, Gelderland en aan Rijkswaterstaat. Ook dank aan de jachthavens die weer bereid waren ons van geactualiseerde gegevens te voorzien. Gelet op het belang hopen wij dat dit onderzoek, ondanks de huidige economische situatie, in de komende jaren kan worden voortgezet.
Foto omslag: De Lemstersluis in Lemmer, de sluis met de grootste toename van het aantal passages in het IJsselmeergebied in 2008.
Opdrachtgever:
Provincie Fryslân Postbus 20120 8900 HM Leeuwarden Contactpersoon: Dhr. W.D.C. van der Vegt Tel: 058-2925263
Opgesteld door:
Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
Inhoudsopgave: 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.
Algemeen Doelstelling Definities Gebiedsindeling Methodiek
1 1 1 1 2
2. 2.1. 2.2. 2.2.1. 2.2.2. 2.2.3. 2.3. 2.3.1. 2.3.2. 2.3.3. 2.4.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009 Aantal jachthavens en exploitatievorm Verhuur vaste ligplaatsen Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot Herkomst ligplaatshouders Passanten Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten Aantal persoonsovernachtingen Winterstalling
3 3 4 4 4 5 6 6 7 7 8
3. 3.1 3.2
Trends Ontwikkeling van de watersport (1960 – 2009) Toekomstverwachting
9 9 10
4. 4.1 4.2
Uitbreidingsplannen Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens Plannen voor nieuwe jachthavens
12 12 12
5. 5.1. 5.2.
Chartervaart en riviercruisevaart Traditionele chartervaart en motorchartervaart Riviercruisevaart
13 13 13
6.
Sluizen en sluispassages
14
7.
Conclusies
17
Bijlagen: • • • •
Brief aan de jachthavens Tabel: Kengetallen IJsselmeergebied 2009 Tabel: Kengetallen aandeel provincie Fryslân in het IJsselmeergebied 2009 Overzicht vuilwaterstations in het Friese deel van het IJsselmeergebied (bron: www.vuilwater.info)
18
1.
Algemeen
1.1.
Doelstelling
Inzicht geven in de ontwikkeling van de grote watersport door onderzoek te doen bij de jachthavens in het IJsselmeergebied. De resultaten worden vergeleken met de ontwikkelingen in het tot de provincie Fryslân behorende deel van het gebied. Waar mogelijk of relevant worden gesignaleerde verschillen verklaard. Om meer inzicht te krijgen in de vaarbewegingen, zijn dit jaar voor het eerst ook de sluispassages in het IJsselmeergebied in deze rapportage opgenomen.
1.2.
Definities
De door Waterrecreatie Advies gehanteerde definitie van een jachthaven is als volgt: er is sprake van “een jachthaven”, als er verhuur van lig- en/of passantenplaatsen voor de recreatievaart en/of chartervaart dan wel winterstallingactiviteiten plaatsvinden. Daarbij wordt geen ondergrens voor het aantal ligplaatsen gehanteerd. Een jachtmakelaar die in een jachthaven een verkoopsteiger huurt wordt niet als zelfstandige “jachthaven” geteld, maar een jachtwerf die bijvoorbeeld winterstallingmogelijkheden biedt wel. Door uit te gaan van deze definitie is het aantal “jachthavens” meestal groter dan men verwacht. Het geeft echter wel een volledig beeld en ook inzicht in hetgeen er in de winter met de recreatievloot gebeurt. Schepen bij eigen woningen of in sloten en kanalen vallen buiten het onderzoek. Met passantenplaatsen in jachthavens worden “specifieke passantenplaatsen” bedoeld. Dit zijn plaatsen die niet op seizoen- of jaarbasis worden verhuurd. Niet verhuurde of tijdelijk vrijgekomen ligplaatsen (ligplaatshouder op vakantie of een weekend weg) worden in de praktijk meestal eerst als passantenplaats benut.
1.3.
Gebiedsindeling
Het IJsselmeergebied is geen vast afgebakende regio. Het is een grootschalig en uniek zoetwater gebied, van internationale betekenis voor de watersport. Het biedt openheid en ruimte. Meer ruimte dan op de binnenwateren en meer beschutting dan op zee. Lekker zeilen, rust en genieten van de ruimte worden door watersporters genoemd als belangrijkste motieven om in het IJsselmeergebied te varen16. Behalve IJsselmeer, Markermeer, Gouwzee en IJmeer worden ook de Randmeren en het Ketelmeer en Zwarte Meer tot het IJsselmeergebied gerekend. De grens tussen kustzone en binnengebied is niet scherp. In 1994, bij de start van dit monitoronderzoek is aan de jachthavens gevraagd of hun ligplaatshouders voornamelijk op het grote water van het IJsselmeergebied of op de binnenwateren waren gericht. Op basis daarvan is destijds de begrenzing van het gebied bepaald.
# Makkum
# #
Workum
# Hindeloopen
Den Oever Stavoren
#
# Warns
Lemmer #
#
Medemblik
Tot op heden is aan die indeling weinig veranderd. Bijna alle havens doen dus al 15 jaar mee. Nu ook bij een aantal provincies het binnengebied wordt “gemonitord”, is het mogelijk dat de gebiedsindeling nog wat wordt aangepast. Vooralsnog is dit niet gebeurd om een trendbreuk te voorkomen.
Emmeloord #
Enkhuizen #
Urk
#
Kampen #
#
Volendam #
Zwolle
Lelystad
#
# Elburg
Monnickendam Almere #
#
Amsterdam
# Harderwijk
#
Muiden #
Huizen
# Nijkerk
Amersfoort #
16
Vollenhove #
#
# Hoorn
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 -1-
Het blauwe water op bovenstaand kaartje wordt tot het IJsselmeergebied gerekend. Havens die hieraan grenzen, ook al liggen ze achter de sluis doen mee aan het jaarlijks onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied 17. Het water grenst aan de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht, Gelderland, Overijssel en Fryslân. Vanaf aanvang doen alle havens in Flevoland mee, dus inclusief de havens ‘binnen de dijk’ in de Noordoostpolder en in Oostelijk en Zuidelijk Flevoland. Qua vaargebied zijn deze havens grotendeels aangewezen op het omringende water in het IJsselmeergebied. In Fryslân doen alle havens in de steden langs de kust mee, ook de havens achter de sluis zoals in Lemmer. In Workum zijn dit de havens tot de spoorbrug en bij Stavoren de havens aan het Johan Frisokanaal tot en met Marina Friesland bij Warns. Het gebied wordt in de verdere rapportage aangeduid als ‘Friese IJsselmeerkust’. In Overijssel doen de havens aan de IJssel in Kampen mee. Verder wordt het Zwarte Meer tot het gebied gerekend, de havens aan het Kadoelermeer t/m Vollenhove en de havens aan het Zwarte Water tot Zwolle. Ook Roggebotsluis hoort bij Overijssel. In Gelderland betreft het de havens die aan de Randmeren grenzen (Elburg, Nunspeet, Harderwijk, Ermelo, Nulde en Nijkerk). Onder de provincie Utrecht vallen de havens in Bunschoten en de havens langs de rivier de Eem vanaf Amersfoort. Net als in Fryslân doen in Noord-Holland alleen de havens mee in de steden die aan het IJsselmeergebied grenzen (al dan niet achter de sluis). In Amsterdam is een grens getrokken. De havens achter de Oranjesluis aan de noordkant van het IJ t/m de Sixhaven doen mee en de havens aan het Bovendiep aan ‘de monding van het Amsterdam-Rijnkanaal. De overige havens in de stad niet.
1.4.
Methodiek
Op 24 juni 2009 is aan alle jachthavens een vragenformulier met begeleidende brief verzonden, waarna op 1 september 2009 een 'herinneringsmailing' volgde. De bedrijven kennen de procedure en erkennen het belang van dit onderzoek. De spontane respons op de eerste mailing was ondanks de drukte van het hoogseizoen 52%. Na een herinneringsmailing steeg de respons naar 67%. Niet respondenten zijn daarna telefonisch benaderd, waarna het onderzoek in oktober met een respons van nagenoeg 100% is afgesloten. Naast de bestaande jachthavens worden ook gemeenten en projectontwikkelaars benaderd, waarvan bekend is of het vermoeden bestaat dat zij plannen hebben voor het ontwikkelen van nieuwe jachthavens. Deze groep wordt jaarlijks gebeld met de vraag of er ontwikkelingen zijn. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden besproken met de (36) jachthavens verenigd in het Platform jachthavens IJsselmeergebied. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen. De havens in het binnengebied van de provincie Fryslân maken geen onderdeel uit van het IJsselmeergebied. In opdracht van Toerdata Noord, een samenwerkingsverband van de provincies Groningen, Fryslân en Drenthe, worden een aantal parameters jaarlijks gemeten door het Instituut Service Management van de Stenden Hogeschool in Leeuwarden.
17
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied, Waterrecreatie Advies, jaarlijkse rapportages 1994 t/m 2008 -2-
2.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009
2.1.
Aantal jachthavens en exploitatievorm Aantal jachthavens Aandeel provincie Fryslân in het Provinciaal IJsselmeergebied Aantal jachthavens aandeel in % 130 39 30,0 % 25 7 28,0 % 2 0 % 15 0 % 49 2 4,1 %
Exploitatievorm Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging Totaal
221
48
21,7 %
Er zijn in het IJsselmeergebied in 2009 twee nieuwe jachthavens bijgekomen. De belangrijkste nieuwkomer is de haven van de Watersportvereniging IJburg, maar ook in Lelystad is er een haventje binnendijks bijgekomen. Er zijn geen jachthavens verdwenen. Het aantal havens dat grenst aan de Friese IJsselmeerkust, is 48 gebleven. In 2009 behoorde 21,7% van de jachthavens in het IJsselmeergebied tot de provincie Fryslân. Zoals uit onderstaande grafiek blijkt, zijn er langs de Friese IJsselmeerkust veel commerciële havens (81%), een flink aantal gemeentehavens (15%), bijna geen verenigingshavens (4%) en helemaal geen havens die door een stichting worden geëxploiteerd. De enige twee door het Rijk geëxploiteerde havens in het IJsselmeergebied liggen in Noord-Holland, te weten de passantenhaven in Marken en de museumhaven in Enkhuizen.
Exploitatievorm van de jachthavens Totaal IJsselmeergebied Deel provincie Fryslân 0%
20%
40%
60%
80%
Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging
100%
Voor een deel van de 221 deelnemers aan het onderzoek is de exploitatie van de haven ook de hoofdactiviteit. Onderstaande tabel laat zien dat 176 van de 221 jachthavens meer dan 20 ligplaatsen hebben. Deze 176 havens beheren 99,3% van de ligplaatscapaciteit in het gebied. Dit is vergelijkbaar met de Friese IJsselmeerkust, waar 38 van de 48 havens met meer dan 20 ligplaatsen 99,1% van de capaciteit beheren. Deze havens hebben gemiddeld 164 ligplaatsen. Dat is aanzienlijk minder dan in het totale IJsselmeergebied, waar de jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen gemiddeld 202 ligplaatsen hebben. De 21 bedrijven met maximaal 20 ligplaatsen hebben gemiddeld 13 plaatsen.
IJsselmeergebied Soort jachthaven
Jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen Jachthavens met maximaal 20 ligplaatsen Passantenhaven, geen vaste ligplaatsen Alleen winterstallingactiviteiten Alleen vaste plaatsen historische schepen Hele monitorbestand
Aantal jachthavens 176 21 10 13 1 221
-3-
Totaal aantal ligplaatsen 35.499 265 0 0 0 35.472
Aandeel provincie Fryslân Aantal jachthavens 38 4 2 4 0 48
Totaal aantal ligplaatsen 6.249 55
6.304
2.2.
Verhuur vaste ligplaatsen
2.2.1.
Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad Aantal schepen op een wachtlijst Drukfactor
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 32.674 91,4 % 3.711 10 %
Aandeel provincie Fryslân Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 48 21,7 % 6.304 17,6 % 5.485 16,8 % 87,0 % 178 4,8 % 3%
In het IJsselmeergebied is de gemiddelde bezettingsgraad 91,4%. Dat ligt iets onder de 92% die door HISWA Vereniging als noodzakelijke ondergrens wordt beschouwd om op economisch verantwoorde wijze een jachthaven te kunnen exploiteren. Langs de Friese IJsselmeerkust is de gemiddelde bezettingsgraad 87%. Bij de jachthavens staan weinig boten op een wachtlijst. De hoogte van de wachtlijst gedeeld door de beschikbare capaciteit wordt ‘de drukfactor’ genoemd. Hoe hoger de drukfactor, hoe groter het probleem. Een drukfactor van 3% is laag. Het probleem met wachtlijsten speelt zich hoofdzakelijk af in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied waar de drukfactor 17% bedraagt. Verschillen met 2008
Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad in % Aantal schepen op een wachtlijst
Totaal in het Aandeel provincie Fryslân IJsselmeergebied Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 221 2 0,9 % 48 0 0 % 35.764 242 0,7 % 6.304 5 0,1 % 32.674 10 0,0 % 5.485 22 0,4 % 91,4 % - 0,6 87,0 % 0,3 % 3.711 40 1,1 % 178 73 70 %
In het IJsselmeergebied zijn er in 2009 2 jachthavens, 242 ligplaatsen en 10 boten bijgekomen. Omdat er meer ligplaatsen bijkwamen dan boten, is de gemiddelde bezettingsgraad gedaald van 92,0% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is in het IJsselmeergebied ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. Langs de Friese IJsselmeerkust zijn 5 ligplaatsen en 22 boten bijgekomen waardoor de gemiddelde bezettingsgraad iets is gestegen, van 86,2% naar 87%. De toename van het aantal personen op een wachtlijst is een positief signaal. 70% lijkt veel, maar het percentage is gerelateerd aan de uiterst kleine wachtlijst van 105 in 2008. Drie van de vier jachthavens met een groeiende wachtlijst liggen in Lemmer.
2.2.2.
Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal zeilboten Aantal motorboten Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 22.265 10.409 68,1 % 31,9 % 9,6 m
-4-
Aandeel provincie Fryslân Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 5.485 16,8 % 4.672 21,0 % 813 7,8 % 85,2 % 14,8 % 10,7 m
De Friese IJsselmeerkust is met een aandeel zeilboten van 85% een uitgesproken zeilregio. Ook zijn de boten veel groter dan in de rest van het IJsselmeergebied. Verschillen met 2008
Aantal zeilboten Aantal motorboten Totaal aantal boten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het Aandeel provincie Fryslân IJsselmeergebied Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 22.265 - 301 - 1,3 % 4.672 - 9 - 0,2 % 10.409 311 3,1 % 813 31 4,0 % 32.674 10 0.0 % 5.485 22 0,4 % 9,6 m 0,05 m 0,5 % 10,7 m 0,16 m 1,5 %
Het aandeel motorboten is in het IJsselmeergebied toegenomen van 30,9% in 2008 naar 31,9% in 2009. De gemiddelde bootlengte is met 5 cm gestegen. De conclusie is dat het totaal aantal boten niet veel verandert. Er komen boten bij en er verdwijnen boten, waarbij het percentage motorboten stijgt en de gemiddelde lengte toeneemt. Ook langs de Friese IJsselmeerkust daalt het aantal zeilboten licht en neemt het aantal motorboten toe. Het meest opvallend is echter de toename van de gemiddelde lengte van de boten. Kennelijk is in deze regio nog voldoende plaats voor grotere boten. In de rest van het IJsselmeergebied is of wordt dit een probleem.
2.2.3.
Herkomst ligplaatshouders
Boten op vaste ligplaatsen Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders uit overige landen
Totaal in het IJsselmeergebied Verdeling Aantal in % 32.674 26.760 81,9 % 5.437 16,6 % 112 0,3 % 365 1,1 %
Aandeel provincie Fryslân Verdeling Aantal in % 5.485 2.762 50,4 % 2.593 47,3 % 25 0,4 % 105 1,9 %
Bijna 82% van de ligplaatshouders in het IJsselmeergebied is afkomstig uit Nederland. Naast de Nederlanders zijn vooral de Duitse ligplaatshouders belangrijk. Fryslân biedt plaats aan bijna 50% van alle Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied, Flevoland heeft 25%. Verschillen met 2008 De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. Zo was in 2008 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Al jaren is een daling van het aandeel Duitse ligplaatshouders in het hele IJsselmeergebied zichtbaar. Ook in de provincie Zeeland is het percentage Duitse ligplaatshouders sinds 2003 met 0,5% gedaald naar 11,2% in 200818. Duitsers in het zuidelijk deel van het IJsselmeergebied komen vooral uit het Ruhrgebied, in het noordelijk deel ook uit Midden- en Noord-Duitsland (globaal tot Hamburg). Er is geen specifiek onderzoek naar gedaan, maar aangenomen wordt dat het aantal Duitsers dat de boot verplaatst naar de Oostzee, Mecklenburg – Vorpommern en Brandenburg beperkt is.
18
Evaluatie watersportbeleid provincie Zeeland 2000 – 2008, Waterrecreatie Advies , april 2009
-5-
In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaalt naar aantallen ligplaatshouders. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten uit het IJsselmeergebied verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. Het saldo is daardoor +10. In Fryslân speelt dit fenomeen ook volop. In 1994 kwam 64,8% van de ligplaatshouders langs de Friese IJsselmeerkust uit Duitsland, nu nog 47,3%. Ook dit jaar zijn weer 89 Duitse ligplaatshouders vertrokken, gelukkig gecompenseerd door 93 boten van Nederlanders en een aantal andere buitenlanders. Uit deze cijfers blijkt dat er meer in het gebied aan de hand is dan uit het saldo van het aantal boten kan worden afgeleid. Nader onderzoek naar het vertrek van Duitse ligplaatshouders uit het IJsselmeergebied is gewenst om de negatieve ontwikkeling te kunnen keren.
Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders overige landen Totaal
2.3.
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Fryslân Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 26.760 158 0,6 % 2.762 93 3,5 % 5.437 - 183 - 3,3 % 2.593 - 89 - 3,3 % 112 - 10 - 8,2 % 25 9 62 % 365 45 14,1 % 105 9 9,8 % 32.674 10 0.0 % 5.485 22 0,4 %
Passanten
Passanten zijn bezoekende boten die tegen betaling in een jachthaven verblijven. Gebruikelijk is dat passanten tijdelijk vrijgekomen of niet verhuurde vaste ligplaatsen gebruiken. Sommige historische havensteden of steden met een bijzonder achterland trekken veel passanten, meer dan het aantal uitvarende ligplaatshouders. Hindeloopen is daar een voorbeeld van en uiteraard de Waddeneilanden. Voor de bezoekers worden speciale plaatsen gereserveerd. Deze plaatsen worden ‘specifieke passantenplaatsen’ genoemd en worden niet op jaar- of seizoensbasis verhuurd. Ook komt het voor dat passanten tegen een speciaal tarief in de vorm van een week- of maandkaart langer in een haven verblijven. In die gevallen wordt de boot vaak voor een periode onbemand achtergelaten. Niet alle jachthavens weten hoeveel bootovernachtingen aan deze “langpassanten” moeten worden toegerekend. Bij de bepaling van de gemiddelde verblijftijd worden deze langpassanten zonder persoonsovernachtingen niet meegeteld.
2.3.1.
Aantal specifieke passantenplaatsen
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 3.090 3.898
Aandeel provincie Fryslân Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 48 21,7 % 6.304 17,6 % 819 26,5 % 906 23,2 %
Het betreft hier specifieke passantenplaatsen in jachthavens. De aanlegplaatsen van de Marrekrite zitten hier dus niet bij in. Fryslân heeft een evenredig deel van de specifieke passantenplaatsen.
-6-
2.3.2.
Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten
Op het moment dat het monitoronderzoek werd gehouden, zomer 2009, konden de havens nog geen bezoekersaantallen voor heel 2009 opgeven. Daarom wordt standaard gevraagd naar de bezoekende schepen in het voorgaande jaar. Onderstaande tabellen gaan dan ook over de passanten in 2008.
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddelde verblijftijd
Totaal in het IJsselmeergebied 221 384.222 1,3
Aandeel provincie Fryslân Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 48 21,7 % 106.557 27,7 % 1,2
Als de gemiddelde verblijftijd in het IJsselmeergebied gemiddeld 1,3 dagen is, gaat het dus om 384.222 bootovernachtingen / 1,3 verblijfsdagen = ca. 300.000 bezoekende boten. Uit diverse onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters19 is gebleken, dat 60-70% van de passanten hun thuishaven elders in het IJsselmeergebied heeft. Daarnaast zijn belangrijke herkomstgebieden de Friese binnenwateren, Overijssel en de Hollandse Plassen. Verschillen met 2007 Het aantal passanten het IJsselmeergebied is in 2008 ten opzichte van 2007 licht gedaald (-1,3%). In Fryslân nam het aantal passanten met 2,2%% toe. Ook de gemiddelde verblijfstijd nam iets toe, van 1,22 naar 1,23 dagen (IJsselmeergebied gemiddeld 1,29 dagen). Het Friese Merenproject (2e fase) is i.s.m. de gemeenten bezig de kwaliteit en functionaliteit van de toegangspoorten te verbeteren en (daarmee) de verblijfstijd te verlengen. Uit deze cijfers blijkt dat dit ook nodig is. De gemiddelde verblijfstijd van een passant in een jachthaven in Overijssel is met 1,44 dagen het hoogst.
2.3.3.
Aantal persoonsovernachtingen
In voorgaande jaren zijn door Waterrecreatie Advies diverse onderzoeken uitgevoerd, waarbij toervaarders rechtstreeks werden benaderd met een reeks vragen over hun vaargedrag, waaronder de vraag: “Met hoeveel personen bent u meestal aan boord?” In navolgende tabel staan de resultaten van deze onderzoeken. Het aantal personen aan boord is niet over het gehele jaar constant. In de schoolvakanties varen er veel meer gezinnen met kinderen, dan in het voor- en naseizoen. De onderzoeken zijn verdeeld over het gehele vaarseizoen uitgevoerd. Aantal personen aan boord, volgens de diverse onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters: Vaargebied
Zeilboten
IJsselmeergebied & Waddenzee20 Noordzee21 Randmeren en binnenwateren Flevoland22 Amsterdam23 Fryslân en Leeuwarden24 Deltagebied25
Motorboten
2,5 2,7
2,5 2,1 2,7 2,4 2,8
2,9
19
2,6
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003; Onderzoek vaargedrag Randmeren en binnenwateren van Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006; Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007 20 Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 21 Onderzoek vaargedrag Noordzee, Waterrecreatie Advies, januari 2004 22 Onderzoek vaargedrag Randmeren en Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006 23 Onderzoek watersport Amsterdam, Waterrecreatie Advies, oktober 2006 24 Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007 25 Onderzoek vaargedrag Deltagebied, Waterrecreatie Advies, januari 2004
-7-
In 2007 bleek dat in het binnengebied van de provincie Fryslân gemiddeld meer personen aan boord waren dan in 2003 in het IJsselmeergebied werd gemeten. Dit hogere gemiddelde kwam voornamelijk door het aantal kinderen aan boord. Bij de berekeningen hierna wordt uitgegaan van de voor het IJsselmeergebied gevonden waarde van gemiddeld 2,5 personen. Daarmee genereren de bezoekende boten in de jachthavens ruim 265.000 persoonsovernachtingen (= 106.557 bootovernachtingen x 2,5 personen) langs de Friese IJsselmeerkust. Niet alleen de bezoekende boten generen overnachtingen, ook de ligplaatshouders verblijven gedurende het vaarseizoen een aantal nachten in de eigen haven aan boord, al dan niet na afloop van een dagtocht. Op basis van een onderzoek in Aalsmeer wordt gerekend met gemiddeld 20 overnachtingen per seizoen in de eigen haven26. Daarmee genereren de 5.485 verhuurde ligplaatsen nog ca. 275.000 persoonsovernachtingen (= 5.485 boten x 20 overnachtingen x 2,5 personen). Het totale aantal persoonsovernachtingen in de havens langs de Friese IJsselmeerkust kan daarom worden geschat op ca. 540.000.
2.4.
Winterstalling
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter Percentage boten dat in gebied blijft
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 13.461 5.528 10.211 29.200 89 %
Aandeel provincie Fryslân Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 5.485 16,8 % 16,1 % 2.162 39,6 % 2.188 12,8 % 1.312 5.662 19,4 % 103 %
Uit de tabel blijkt dat in de winter 19,4% van alle boten in het IJsselmeergebied langs de Friese IJsselmeerkust overwinteren. Het gebied trekt in de winter dus meer boten dan in de zomer. Vooral het segment winterstalling in loodsen is bijzonder sterk vertegenwoordigd. Verschillen met 2008 Het aantal boten dat in de winter in het IJsselmeergebied verblijft, is toegenomen van 28.960 in 2008 tot 29.200 in 2009. Ook het percentage overwinteraars ten opzichte van het aantal boten in de zomer stijgt. Dat betekent dat steeds meer mensen hun schip in de winter niet meer ‘mee naar huis’ nemen, maar het schip in het vaargebied achterlaten. In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaald naar aantal boten.
Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Fryslân Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 13.461 - 173 - 1,3 % - 147 - 6,4 % 2.162 5.528 85 1,6 % 100 4,8 % 2.188 10.211 328 3,3 % 54 4,3 % 1.312 29.200 240 0,8 % 5.662 7 0,3 %
In het IJsselmeergebied zijn waarschijnlijk dankzij een reeks zachte winters meer boten in de winter in het water gebleven. Dit gaat ten koste van de droge winterstalling buiten op de wal. Het aantal boten in loodsen is toegenomen. In Fryslân is het aantal overwinteraars stabiel. Het aantal boten op de wal buiten is gedaald en het aantal boten in het water en in loodsen is toegenomen. In de winter van 2008 op 2009 kon eindelijk weer worden geschaatst. Welke verschuivingen dat veroorzaakt in de komende winter moet worden afgewacht, maar het ligt voor de hand dat het aantal boten op de wal zal toenemen.
26
Onderzoek gemeente Aalsmeer over verblijf aan boord in verband met Toeristenbelasting
-8-
3.
Trends
3.1.
Ontwikkeling watersport 1960 - 2009
Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen tot 35.764. Hiervan heeft de provincie Fryslân 6.304 ligplaatsen. In onderstaande grafiek is te zien hoe de ligplaatscapaciteit in het IJsselmeergebied (zwart) in de periode 1960 – 2009 is toegenomen. De historische lijn (1996 – 1994) is afgeleid van de gegevens die door de jachthavens bij aanvang van het monitoronderzoek in 1994 werden verstrekt. Vanaf de start van de monitor zijn zowel de ligplaatscapaciteit (ronde stip, linker as) als de gemiddelde bezettingsgraad (driehoekjes, rechter as) bekend. In dezelfde grafiek is het aandeel van de provincie Fryslân (blauw) getekend.
Ontwikkeling watersport (2009) Totaal IJsselmeergebied en het provincie Fryslân deel Aantal ligplaatsen
Bezettingsgraad
40.000
35.000
In 2009 in het IJsselmeergebied: 35.764 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 91,4%
100
30.000
95
25.000
20.000
90 15.000
In 2009, aandeel provincie Fryslân 6.304 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 87,0%
10.000
5.000
85
80
0
1960
1970
1980
1990
2000
Jaar
2010
Historische groei ligplaatscapaciteit IJsselmeergebied Gemeten aantal ligplaatsen IJsselmeergebied Historische groei ligplaatscapaciteit IJsselmeerkust Fryslân Gemeten aantal ligplaatsen IJsselmeerkust Fryslân Bezettingsgraad IJsselmeergebied Bezettingsgraad IJsselmeerkust Fryslân
De introductie van polyester in de jachtbouw maakte het mogelijk jachten in serie te gaan bouwen tegen een, ten opzichte van hout en staal, concurrerende prijs. In heel Nederland werden globaal vanaf de 60-er jaren van de vorige eeuw jachthavens gebouwd om de groeiende recreatievloot op te vangen. Verder speelt de aanleg van Flevoland en het ontstaan van de recreatiemogelijkheden in de Randmeren een rol in de toename van het aantal schepen in het IJsselmeergebied. De grafiek laat deze ontwikkeling prachtig zien. Ook de dip / recessie in de 80-er jaren is zichtbaar en het daarop volgend herstel. De Friese IJsselmeerkust heeft in de afgelopen 40 jaar een flink aandeel gehad in de groei van de watersport in het IJsselmeergebied. Niet alleen het aantal ligplaatsen in jachthavens is toegenomen, in Fryslân zijn ook veel woningen aan het water met een eigen ligplaats gebouwd. Deze ligplaatsen (en boten) zijn in de grafiek niet zichtbaar. Fluctuaties in de bezettingsgraad worden vooral veroorzaakt door uitbreiding van bestaande of oplevering van nieuwe havens.
-9-
3.2.
Toekomstverwachting
Het is lastig om op dit moment een goede verwachting voor de toekomst te bepalen. In de afgelopen jaren werd in het Overlegplatform jachthavens IJsselmeergebied uitgegaan van een langzame afname van de groei, mede in verband met de vergrijzing en een afname van de groei van de bevolking. Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen van ca. 5.000 naar bijna 36.000 nu, een toename van ruim 30.000 ligplaatsen in ca. 45 jaar. In de komende 20 jaar (tot 2030) werd tot nu toe uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen met ca. 6.000 tot 42.000. Door de huidige crisis stagneert de toename van het aantal boten. In de 80-er jaren is dit tijdens de toenmalige (olie)crisis ook gebeurd. Als er geen boten bijkomen, daalt de vraag naar ligplaatsen en de ontwikkeling van het aanbod. Plannen worden uitgesteld. De groei die resteert, zal niet evenwichtig over het gebied worden verdeeld. Het aantal boten in sommige delen van het IJsselmeergebied zal stabiliseren, Naar verwachting zal de grootste groei voornamelijk plaatsvinden in de Randstad, globaal de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals (de Schaalsprong van) Almere en IJburg (2e Fase) spelen daarin een rol. Ook Lelystad groeit en is bezig haar waterfront te ontwikkelen. De belangstelling voor wonen aan het water neemt toe, ook in het zuidelijk IJsselmeergebied. De ontwikkeling van waterfronten en mogelijkheden voor wonen aan het water spelen in op de groeiende behoefte om het water te beleven. De schaal en de kwaliteit van het water spelen daarbij een belangrijke rol. Bij de ontwikkeling van waterfronten loopt de Friese IJsselmeerkust voorop. In Lemmer, Makkum en Workum (en vele andere plaatsen in Fryslân) zijn in de afgelopen decennia duizenden vakantiewoningen en woningen voor permanent verblijf met een eigen ligplaats aan het water gebouwd. In Lemmer liggen volgens de gemeente ca. 3.000 boten waarvan slechts een deel in de bestaande jachthavens. Dat sommige jachthavens hier wel eens problemen mee hebben is begrijpelijk. Zij zien potentiële of bestaande ligplaatshouders ‘weglekken’ en dat gaat ten koste van hun eigen bezettingsgraad of groei. Anderzijds zijn er in Fryslân ontzettend veel boten bijgekomen en daar profiteert iedereen van, ook bestaande havens (o.a. winterstalling, passanten en vooral imago).
Aantal ligplaatsen, boten en passanten in het IJsselmeergebied
Aantal ligplaatsen en boten
Aantal passanten 380.000 360.000
35.000
340.000 320.000 300.000 280.000 260.000
25.000 1995
2000
2005
Jaar 2010
Aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied
Toename van het aantal ligplaatsen en boten in jachthavens betekent niet dat automatisch ook het aantal vaarbewegingen toeneemt. De grafiek hiernaast toont aan dat het aantal passanten in het IJsselmeergebied stabiel is of zelfs licht daalt terwijl het aantal ligplaatsen en het aantal boten toeneemt. Vroeger ging men meerdere weken achter elkaar met de boot op vakantie. Tegenwoordig is niet alleen sprake van vakantiespreiding, maar onderneemt men ook meerdere soorten (kortere) vakanties.
Aantal boten met een vaste ligplaats Aantal geregistreerde passanten
Natura 2000 zorgt op dit moment vooral in het zuidelijk IJsselmeergebied voor vertraging bij de uitbreiding van bestaande en aanleg van nieuwe jachthavens. Het blijkt moeilijk te zijn om objectief de gevolgen van de verschillende vormen van waterrecreatie op de natuurwaarden in te schatten27. In opdracht van het Ministerie van LNV is een belangrijke stap gemaakt met de Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’28. Behalve problemen met de uitbreiding van jachthavens heeft men in het zuidelijk 27 28
Jachthaven Muiden, ‘Second opinion’ significante effecten Natura 2000, Waterrecreatie Advies, april 2008 Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’, Omgaan met onzekerheden in effectbeoordelingen’, Kenniscentrum
- 10 -
IJsselmeergebied problemen met waterplanten. Vooral in de Randmeren en langs de NoordHollandse Markermeerkust neemt de overlast jaarlijks toe. De wens om te gaan varen hangt verder af van de kwaliteit van de voorzieningen. Ook de ‘ruimtelijke kwaliteit’ krijgt meer aandacht, vooral in de provincie Fryslân. Is het mooi, ‘klopt het’, is het leuk, wat valt er te beleven? De concurrentie met andere vormen van vrijetijdsbesteding al dan niet in het buitenland neemt toe. Daarom is meer aandacht nodig voor de kwaliteit en belevingswaarde van watersportgebieden en vaardoelen zoals steden en dorpen. De invloed op de kwaliteit en belevingswaarde van het IJsselmeer door de voorgenomen bouw van het windmolenpark Noordoostpolder moet daarom niet worden onderschat. Watersport is breder dan het varen met een boot. Deze vorm van recreatie levert een belangrijke bijdrage aan de regionale en lokale economie. De omzet van de watersportindustrie in het IJsselmeergebied kan worden geschat op € 630 miljoen per jaar en de bijbehorende werkgelegenheid op 6.000 arbeidsplaatsen (Fte)29. De gevolgen van de recessie zijn inmiddels ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar geworden. Jachtwerven, makelaars en importeurs maken zware tijden door. De verkoop van boten stagneert, net als de verkoop van huizen en auto’s. Toch blijkt uit deze monitor dat nog steeds boten van eigenaar en plaats veranderen. De recessie had afgelopen zomer ook een positieve kant. Vakantie in eigen land werd gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Deelnemers aan het Platform jachthavens IJsselmeergebied verwachten in 2009 een groei van 5 tot 10%. Behalve de toename van het aantal inwoners in de Randstad (incl. Almere en Lelystad) is er ook al jaren een ‘trek naar groter water’. Eigenlijk is de hele groei in het IJsselmeergebied in de afgelopen decennia daar een voorbeeld van. Watersporters verleggen hun vaargebied telkens verder, tegenwoordig gaan velen in het hoogseizoen naar de Waddenzee en de Noordzee. Daardoor stijgen de sluisbewegingen in de Afsluitdijk (zie ook hoofdstuk 6). Verder zorgt vergrijzing in de vloot voor veranderingen en voor kansen. Het juiste product moet op de juiste plaats worden aangeboden zoals voorzieningen voor passanten in de Waddenzee om de toenemende druk uit het IJsselmeergebied op te vangen. Een toename van het percentage motorboten is vervelend voor de havens aan het IJsselmeer, maar biedt kansen voor de binnenwateren van Fryslân, Overijssel, Flevoland en voor de Randmeren. Seizoensverlenging is een kans, maar men moet de watersporter in die periode wel iets kunnen bieden. Zoals blijkt is de toekomstverwachting afhankelijk van veel factoren. Veranderingen kunnen worden gemeten en sommige ontwikkelingen kunnen worden beïnvloed. Het aantal niet-werkenden en gepensioneerden zal in de komende jaren toenemen. Het is aan de sector en aan de diverse overheden om ervoor te zorgen dat het IJsselmeergebied een concurrerend en een onderscheidend ‘toeristisch product’ blijft.
29
Recreatie, november 2009 Bewerking Kerncijfers Toerisme Noord-Holland 2002 op basis cijfers NML uit 1999
- 11 -
4.
Uitbreidingsplannen
4.1
Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens
3 bestaande jachthavens in Fryslân hebben concrete uitbreidingsplannen voor in totaal 173 nieuwe ligplaatsen. 2 havens geven aan problemen te hebben met de gewenste uitbreiding. Realisatie van veel plannen in het IJsselmeergebied worden voor een belangrijk deel vertraagt door (procedures rond) de nieuwe natuurwetgeving. Naast genoemde 3 havens zijn er nog 7 havens die aangeven binnen hun havenkom uitbreidingsmogelijkheden te hebben, maar nog geen concrete (realisatie)plannen. Het gaat bij deze 7 havens in totaal om ca. 450 plaatsen. Omdat dit onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport jaarlijks plaats vindt, is ook goed zichtbaar dat havens plannen uitstellen. Procedures zorgen voor vertraging. Daarnaast wordt ook rekening gehouden met de uitkomsten van dit onderzoek (ontwikkeling capaciteit en bezettingsgraad) en met de economie. Op dit moment stabiliseert het aantal boten en ligt het voor de hand plannen uit te stellen. De gemiddelde scheepslengte, vooral langs de Friese IJsselmeerkust, neemt wel toe. Dit heeft gevolgen voor de ‘boxmix’, de procentuele verdeling van de ligplaatsen qua lengte. Veel havens moeten dus eigenlijk herinrichten. Om hetzelfde aantal schepen plaats te kunnen bieden is ruimte nodig, los van eventuele wensen om de capaciteit te vergroten. Soms zijn uitbreidingen nodig om de gewenste of noodzakelijke kwaliteit of voldoende rendement te kunnen (blijven) leveren. De gemiddelde bezettingsgraad in Fryslân is (te) laag, dus uitbreidingen liggen niet erg voor de hand. Toch staan er ca. 200 schepen bij de verschillende havens op een wachtlijst. Deels gaat het om verplaatsingen op basis van prijs of kwaliteit, of omdat men qua afmetingen geen passende ligplaats kan krijgen voor een (nieuwe) boot. Soms staat men op meerdere wachtlijsten genoteerd, maar het kan ook zijn dat men zich niet inschrijft, omdat de gewenste ligplaats in een bepaalde haven toch niet op een redelijke termijn beschikbaar zal komen. Wachtlijsten moeten in ieder geval niet worden gezien als ‘absoluut getal’ of ‘tekort’ aan ligplaatsen. Er zit meer achter. Hoe actueel zijn wachtlijsten, worden ze geregeld opgeschoond? Moet men jaarlijks een bijdrage betalen om op een wachtlijst te blijven staan? Het aantal schepen op een wachtlijst gedeeld door de capaciteit, de ‘drukfactor’, geeft wel een indicatie van de (lokale) ernst van het capaciteitsprobleem (zie hoofdstuk 2.2.1.).
4.2.
Plannen voor nieuwe jachthavens
Er zijn langs de Friese IJsselmeerkust geen plannen voor nieuwe jachthavens bekend.
- 12 -
5.
Chartervaart en riviercruisevaart
5.1.
Traditionele chartervaart en motorchartervaart
De ‘traditionele chartervaart’ betreft historische schepen die op commerciële basis worden verhuurd. Veelal gaat het om klippers en tjalken. In de afgelopen jaren zijn er ook nieuwe schepen gebouwd die onder deze categorie vallen. De vroeger wel gebruikte term ‘bruine vloot’ gaat niet meer op. De meeste schepen hebben hun bruine zeilen vervangen door witte zeilen. Het gaat om een volwassen bedrijfstak die kwalitatief goede voorzieningen biedt. Naast de zeilende chartervaart is ook de motorchartervaart belangrijk geworden. Het gaat dan veelal om historische- of voormalige vrachtschepen die zijn verbouwd om groepen mensen te vervoeren. Bekend zijn o.a. de ‘fietsboten’. Het schip fungeert als ‘varend hotel’ en de gasten fietsen van locatie naar locatie. De chartervaart, zowel de zeilende- als de motorchartervaart kennen het begrip ‘vaste ligplaats’ nauwelijks. Er wordt gewerkt met begrippen als ‘thuishaven’, ‘opstapplaats’ en ‘vaargebied’. Een ‘opstapplaats’ is een plaats in een haven waar de gasten aan boord komen. De meeste traditionele charterschepen hebben een vaste ‘opstapplaats’. In bijna alle havens langs de Friese IJsselmeerkust liggen wel charterschepen. De meeste schepen liggen in Lemmer en Stavoren, thuishaven van respectievelijk de Frisian Sailing Compagnie, de Friese Vloot en Zeilvloot Lemmer – Stavoren. Nadat de schepen hun gasten aan boord hebben, gedragen zij zich als ‘passant’ en ontstaat ruimte voor bezoekende schepen. Het aantal plaatsen voor deze schepen wordt bepaald door lokale omstandigheden en de beschikbare meters kade. Hierbij wordt rekening gehouden met de gemiddelde lengte van de schepen en het aantal schepen dat naast elkaar kan en mag afmeren. Langs de Friese IJsselmeerkust zijn door de havens in totaal 152 plaatsen voor traditionele charterschepen opgegeven. Een overzicht van het aantal charterschepen, gemiddelde omzet en weekprijzen, totale capaciteit en aantal overnachtingen is verkrijgbaar bij de Belangenvereniging Beroepschartervaart (BBZ) in Enkhuizen.
5.2.
Riviercruisevaart
De oorsprong van de riviercruisevaart ligt in Duitsland, het bekende ‘reisje langs de Rijn’. De schepen zijn groter geworden en tegenwoordig is een lengte van 130 meter geen uitzondering meer. Ook in het IJsselmeergebied neemt het aantal riviercruiseschepen toe. Een aantal komt het gebied binnen via de IJssel, maar ook Amsterdam is voor veel schepen zowel vaardoel als opstapplaats. De riviercruisevaart kent veel internationale passagiers. Als een schip een haven aandoet wordt dit een ‘call’ genoemd. Amsterdam Cruise Port (ACP) in Amsterdam registreert het aantal ‘calls’ van schepen in de provincie Noord-Holland. Bekende havens voor dergelijke schepen in het IJsselmeergebied zijn Amsterdam, Enkhuizen, Hoorn en Kampen. Stavoren is als haven in opkomst, het aantal ‘calls’ bedraagt volgens de havenmeester ca. 150. Als er voor deze schepen goede voorzieningen zijn, kunnen de passagiers van boord en worden bustochten ondernomen of steden bekeken (o.a. Workum, Hindeloopen en Franeker). De bestedingen van de passagiers aan land kunnen aanzienlijk zijn als men de passagiers (via de rederijen) kan verleiden tot een bezoek aan de stad. De schepen zijn georganiseerd via een aantal grote, veelal buitenlandse rederijen, die overtuigd moeten worden een stad of provincie aan te doen.
- 13 -
6.
Sluizen en sluispassages
Het jaarlijkse onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport geeft inzicht in de ontwikkeling van het aantal boten, ligplaatsen, passanten, bezettingsgraad etc. Om meer inzicht te krijgen in bijbehorende vaarbewegingen, zijn voor het eerst ook de sluispassages in het gebied bijeen gebracht. De passagecijfers zijn afkomstig van de betrokken beheerders. Bij de grotere sluizen wordt beroepsen recreatievaart apart geteld, bij de kleinere vaak niet. Slechts een deel van de in dit overzicht opgenomen sluizen kunnen als toegangspoorten tot het IJsselmeergebied worden beschouwd, de overigen liggen in het gebied en geven inzicht in de intensiteit van de vaarbewegingen ter plaatse.
Kaart: Beleidsvisie Recreatietoervaart Nederland 2008. De nummers corresponderen met de sluizen in de tabel op de volgende bladzijde.
- 14 -
Sluispassages in de provincie Flevoland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Houtribsluizen Roggebotsluis Nijkerkersluis Zuidersluis Vaartsluis Noordersluis Larsersluis De blauwe Dromer Kampersluis Ketelsluis Voorstersluis Friesesluis Urkersluis Marknessersluis Almere-Haven sluis 1
Lelystad Dronten Nijkerk Almere Almere Lelystad Zeewolde Zeewolde Ketelhaven Ketelhaven Kraggenburg Lemmer Urk Marknesse Almere
24.123 26.703 25.812 3.649 2.535 3.353 1.365 2.629 2.774 5.633 6.578 5.001 2.880 5.310 3.000
21.205 25.331 24.230 3.628 2.512 3.313 1.432 2.620 2.748 5.666 7.047 5.284 2.936 5.662 3.000
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -2.918 -12,1% -1.372 -5,1% -1.582 -6,1% -21 -0,6% -23 -0,9% -40 -1,2% 67 4,9% -9 -0,3% -26 -0,9% 33 0,6% 469 7,1% 283 5,7% 56 1,9% 352 6,6%
Sluispassages in de provincie Fryslân Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
16 17 18 19 20 21 22 23
Lemstersluis2 Prinses Margrietsluis Johan Frisosluis Sylroedeslûs1 Sluis Workum2 Sluis Makkum2 Lorentzsluizen Linthorst Homansluis
Lemmer Lemmer Stavoren Hindeloopen Workum Makkum Kornwerderzand Nijetrijne
14.631 27.411 39.082 1.000 13.696 3.219 38.127 26.724
15.696 26.463 39.212 1.000 13.894 3.943 38.758 26.979
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % 1.065 7,3% -948 -3,5% 130 0,3% 198 724 631 255
1,4% 22,5% 1,7% 1,0%
Sluispassages in de provincie Noord-Holland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
24 25 26 27 28 29 30 31 32
Stevinsluis Stontelersluis2 Westerhavensluis2 Zeesluis Edam2 Kloosterdijksluis2 Grafelijkheidssluis2 Oranjesluizen Groote Zeesluis2 Naviduct
Den Oever Den Oever Medemblik Edam Monnickendam Monnickendam Amsterdam Muiden Enkhuizen
33.364 244 4.029 4.064 8.393 58.111 26.008 69.296
30.165 356 4.369 4.910 5.647 5.645 56.072 25.375 66.746
onbekend
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -3.199 -9,6% 112 45,9% 340 8,4% 846 20,8%
-2.039 -633 -2.550
-3,5% -2,4% -3,7%
Sluispassages in de provincie Overijssel Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
33 34 35 36 37
Sluis Kuinre Sluis Blokzijl Arembergersluis Beukerssluis Ganzensluis
Kuinre Blokzijl Zwartsluis Wanneperveen IJsselmuiden
4.284 17.305 11.483 19.534 11.560
4.058 17.087 12.093 19.829 11.212
1
2
Sluispassages zijn bij benadering Sluispassages zijn totaaltelling, beroepsvaart niet of minimaal
- 15 -
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -226 -5,3% -218 -1,3% 610 5,3% 295 1,5% -348 -3,0%
In de zomer van 2008 liet het weer door veel regen en wind te wensen over. Dit heeft effect gehad op het gedrag van watersporters. In 2008 laten in het IJsselmeergebied de doorvaart in Lemmer, de vaart door de Noordoostpolder en de doorvaart bij Zwartsluis de grootste “plus” zien. Ook de Larsersluis bij Zeewolde en de verbindingen vanaf het IJsselmeergebied met de binnenwateren van Noord-Holland, Edam, Monnikendam en Den Oever hebben het goed gedaan. Hieruit kan worden geconcludeerd dat het binnengebied van het slechte weer profiteert. Lelystad, Enkhuizen en de Lorentzsluis bij Den Oever hebben geen goed jaar gehad. De sluisbewegingen bij Kornwerderzand daarentegen zijn wel iets toegenomen. Het is onduidelijk waardoor dit wordt veroorzaakt. Onderstaande grafiek geeft een overzicht van de passages naar de Waddenzee over een reeks jaren. Het is duidelijk dat het aantal schepen dat richting Waddenzee (en Noordzee) vaart stijgt30. Vanaf globaal 1985 namen vooral de passages via Kornwerderzand toe. Vanaf 2000 is ook een sterk stijgende lijn waarneembaar ten aanzien van de sluispassages bij Den Oever. Deze groei heeft te maken met het instellen van een 24-uurs bediening in Den Oever en het ondieper worden van de Boontjes tussen Kornwerderzand en Harlingen.
50.000 45.000 40.000 Den Helder
35.000
Den Oever
30.000
Kornwerderzand
25.000
Harlingen
20.000
Lauwersoog
15.000
Delfzijl
10.000 5.000 0 1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
Het bijhouden van sluispassages in het IJsselmeergebied, bij voorkeur over een reeks van jaren, geeft belangrijke aanvullende informatie over (de gevolgen van) de ontwikkeling van de watersport, veranderingen in het gebruik en de invloed van het weer.
30
Concept Havenvisie Wadden, Verantwoord Varen op het Wad, Oranjewoud en Waterrecreatie Advies, juli 2009
- 16 -
7.
Conclusies
De watersport in het IJsselmeergebied is in de afgelopen decennia flink gegroeid. Het aantal ligplaatsen in jachthavens is van ca. 5.000 in 1965 gestegen naar 35.764 in 2009. Er zijn in het afgelopen jaar 2 nieuwe jachthavens bijgekomen en 242 ligplaatsen. Een van deze nieuwkomers is de jachthaven van WSV IJburg bij Amsterdam met 115 plaatsen en een haventje in Lelystad op Industrieterrein Noordersluis. Per saldo is het aantal boten in het IJsselmeergebied in 2009 met slechts 10 toegenomen. De toename van het aantal boten houdt geen gelijke tred met de ontwikkeling van de capaciteit, waardoor de gemiddelde bezettingsgraad is gedaald van 92% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. In Fryslân zijn 48 jachthavens met 6.304 ligplaatsen. De gemiddelde bezettingsgraad bedraagt 87,0%. De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. In 2008 was 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Het aandeel Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied daalt al een aantal jaren. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. In het Friese deel van het IJsselmeergebied zijn 89 Duitse ligplaatshouders verdwenen en er zijn 111 Nederlandse en enkele andere buitenlandse ligplaatshouders bijgekomen. Het percentage Duitse ligplaatshouders langs de Friese IJsselmeerkust bedraagt nu 47,3%. Dit is bijna de helft van alle Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied. Flevoland heeft een kwart. Nader onderzoek naar het vertrek van Duitse ligplaatshouders uit het IJsselmeergebied is gewenst. In 2008 werden in de jachthavens in het IJsselmeergebied bijna 300.000 passanten (boten) geboekt. Langs de Friese IJsselmeerkust resulteert dit bij een gemiddeld aantal opvarenden van 2,5 per boot in ca. 265.000 persoonsovernachtingen. Daarnaast genereren de 5.485 verhuurde ligplaatsen nog ca. 275.000 persoonsovernachtingen. Het totale aantal persoonsovernachtingen in de jachthavens langs de Friese IJsselmeerkust kan daarom worden geschat op ca. 540.000. De gemiddelde verblijfstijd van passanten in de jachthavens langs de Friese IJsselmeerkust is laag ten opzichte van de rest van het IJsselmeergebied. In de winter van de 2008 op 2009 overwinterden 29.200 boten in het IJsselmeergebied, waarvan 19,4% in Fryslân. Opvallend is dat er in de winter (5.662) meer boten langs de Friese IJsselmeerkust liggen dan in de zomer (5.485). Het aanbod aan winterstallingmogelijkheden is groot. Door de zachte winters blijven steeds meer boten in het water liggen. Dit gaat ten koste van de winterstalling buiten op de wal. Het aantal boten in loodsen is in de afgelopen jaren wel toegenomen. Wat de winter van 2009 op 2010 gaat brengen, nadat er afgelopen winter eindelijk weer eens geschaatst kon worden, moet worden afgewacht. 3 bestaande jachthavens langs de Friese IJsselmeerkust hebben concrete uitbreidingsplannen voor in totaal 173 nieuwe ligplaatsen. 7 havens hebben aangegeven dat zij ruimte hebben voor ca. 450 ligplaatsen, maar geen plannen deze te realiseren. Er zijn geen plannen voor nieuwe jachthavens. Tot nu toe werd uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied met ca. 6.000 tot 42.000 in 2030. Een belangrijk deel hiervan zal worden gerealiseerd in de Randstad, globaal in de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals de Schaalsprong van Almere, de tweede fase van IJburg en het waterfront in Lelystad spelen daarin een rol. Wonen aan het water voorziet in een groeiende behoefte het water te kunnen beleven. De gevolgen van de recessie zijn echter ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar; de verkoop van boten stagneert. Wanneer de markt zich gaat herstellen is nog niet te overzien. Vakantie in eigen land werd in 2009 gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Verwacht wordt een toename van het aantal passanten van 5 tot 10%. Of de goede zomer ook een effect heeft op de verkoop van schepen moet worden afgewacht. Langs de Friese IJsselmeerkust bevinden zich 152 plaatsen voor traditionele charterschepen. Dit is ca. 25% van het totale aantal plaatsen in het IJsselmeergebied. De traditionele chartervaart speelt vooral in Noord-Holland en Fryslân een belangrijke rol. Daarnaast neemt het aantal riviercruiseschepen toe die het IJsselmeergebied in hun hebben vaarprogramma opgenomen.
- 17 -
Bijlagen:
Waterrecreatie Advies B.V. Het Ravelijn 1 Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 Rek. nr. 50.51.79.431 ABN-AMRO K.v.K. Lelystad nr. 39066758 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
Naambedrijf T.a.v. contactpersoon Adres Postcode en woonplaats
Lelystad, 24 juni 2009 Betreft: Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Geachte directie, geacht bestuur, beste mensen, Dit is het 15e opeenvolgende jaar dat wij de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeer- en Randmerengebied meten. Bijgaand treft u weer het bekende vragenformulier. Wij verzoeken u de gegevens te controleren, eventuele wijzigingen aan te geven en niet te vergeten om het aantal passanten en passantenovernachtingen in 2008 te vermelden. Vervolgens graag het ingevulde formulier per fax of in bijgesloten antwoordenvelop terugsturen. Als dank voor uw medewerking krijgt u dit keer niet alleen een overzicht van de belangrijkste resultaten van het afgelopen jaar maar ook een terugblik naar de situatie in 1994. Wat zijn nu in dit jubileumjaar opvallende veranderingen in het IJsselmeergebied sinds 1994. Wat opvalt is het brede draagvlak dat dit onderzoek in de loop der jaren heeft verworven. Al in het eerste zwart-wit briefje van de Stichting Waterrecreatie in 1994 wordt het belang van dit onderzoek voor beleidsmakers èn jachthavens benadrukt. Uw respons na de 1e en 2e mailing is in de loop der jaren gegroeid tot 60% resp. 80%, waardoor de kosten van dit onderzoek beheersbaar konden blijven. Ook onze informatieverschaffing aan u is sterk verbeterd. Kleurrijke grafieken en nadere details via de websites www.waterrecreatieadvies.nl en www.stichtingwaterrecreatie.nl houden u nu uitgebreid op de hoogte van alles wat er zoal speelt in het IJsselmeergebied, een begrip anno 2009, waar in 1994 nog werd gesproken over ‘het gebied rond de voormalige Zuiderzee’. Bijgaande grafiek laat zien dat de watersport sinds 1994 een flinke groei heeft doorgemaakt. De ligplaatscapaciteit groeide met 19,3% iets sneller dan het totale aantal boten, dat met 16,5% toenam. De gemiddelde bezettingsgraad was 94,2% in 1994, en schommelt nu rond de 92%. In het afgelopen jaar was er geen groei. Het aantal ligplaatsen bij de 219 bedrijven, verenigingen, stichtingen en gemeentehavens is met 168 gedaald tot 35.472. Twee jachthavens zijn verdwenen en ook herinrichting is een belangrijke oorzaak. Kleinere boxen worden opgeofferd en dat gaat ten koste van de capaciteit. Ook het aantal boten daalde met 69 tot 32.614. De bezettingsgraad liep iets op naar 91,7% - 18 -
Er zijn grote regionale verschillen. In onderstaande grafieken is het IJsselmeergebied (inclusief Randmeren, Ketelmeer en Zwarte Water) onderverdeeld naar provincie. Het betreft hier alle op dit groot water gerichte havens in de kustgebieden van Noord-Holland, Friesland, tegenwoordig Fryslân, Utrecht, Gelderland en Overijssel en de hele provincie Flevoland. Met 12.000 heeft de provincie Noord-Holland de meeste ligplaatsen in het IJsselmeergebied. De capaciteit is daar met 24% gegroeid. De grootste groei, 36% vond plaats in de provincie Flevoland, die met 9.459 ligplaatsen in grootte op de 2e plaats komt. Op de 3e plaats staat de provincie Fryslân met een ligplaatsgroei van 19% en een huidige capaciteit van 6.299 ligplaatsen. In de provincies Gelderland, Overijssel en Utrecht is weinig veranderd.
In de provincies Flevoland en Fryslân is de bezettingsgraad lager dan in de overige regio’s. De ligplaatscapaciteit is gemiddeld jaarlijks met 1,3% en het aantal boten met 1,1% gegroeid. Deze groei neemt af. Het gemiddelde voor de afgelopen 3 jaar was 0,9% voor de ligplaatsen en 0,7% voor de boten. Op die boten varen steeds minder Duitsers. In 1994 was het aandeel Nederlandse boten in het IJsselmeergebied 76,7% en in 1998 het laagst met 75,8%. Mede door economische problemen in Duitsland, is het aandeel Nederlanders sindsdien langzaam opgelopen naar 81,4% nu. Vooral in Fryslân is deze verschuiving groot, 64,8% Duitsers in 1994 en 49,2% nu. In de provincies NoordHolland en Utrecht zijn meer dan 90% van de ligplaatshouders afkomstig uit Nederland. Hoewel het aantal boten in het gebied dus aanzienlijk is gegroeid kan dat niet worden gezegd van het aantal passanten. Gemiddeld waren het er in de afgelopen jaren ruim 360.000, maar het gemiddelde van de afgelopen 3 jaar ligt bijna 20.000 lager. Het aantal passanten in 2007 was met 338.000 het laagst sinds 1996. De verwachting is dat door de economische crisis het aantal passanten weer toeneemt, omdat men dichter bij huis vakantie gaat vieren. Laten we hopen dat het een mooie zomer wordt! 47% van de passanten wordt in Noord-Holland geregistreerd, Fryslân staat op de 2e plaats met 28% en Flevoland volgt met 12%. De verdeling van de passanten over de diverse provincies is in de loop der jaren nauwelijks veranderd. Sinds 2000 meten we ook de verdeling zeil- en motorboot en de gemiddelde bootlengte. Het percentage zeilboten daalt, het sterkst in Noord-Holland. De gemiddelde bootlengte stijgt in alle provincies. In 2000 was de gemiddelde bootlengte 9,35 meter, nu 9,60. Wij hopen u weer wat nuttige informatie te hebben aangereikt en danken u, mede namens de provincies Noord-Holland, Flevoland, Fryslân, Overijssel, Gelderland en Rijkswaterstaat, voor uw medewerking aan dit onderzoek. Met vriendelijke groet, Waterrecreatie Advies BV
R. Steensma
- 19 -
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
25 130 15 49 2 ---------------221
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
35.764 91,4
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
68,1 31,9 9,6
% % m
: : : : :
81,9 16,6 0,3 1,1 3.711
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
3.090 3.898 384.222 1,3
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
13.461 5.528 20.557 92,4 10.211
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
30 2.618 26 3 11
:
605
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 20 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen aandeel provincie Fryslân in het IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
7 39 0 2 0 ---------------48
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
6.304 87
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
85,2 14,8 10,7
% % m
: : : : :
50,4 47,3 0,4 1,9 178
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
819 906 106.557 1,2
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
2.162 2.188 4.821 90,2 1.312
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
3 173 3 1 1
:
152
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 21 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Vuilwaterstations aan/ nabij de Friese IJsselmeerkust volgens www.vuilwater.info Indien onderstaande gegevens incompleet of achterhaald zijn, graag contact opnemen met: Stichting Recreatietoervaart Nederland Contactpersoon: Manon van Meer Postbus 102 3970 AC Driebergen T 0343 52 47 57 M 06 51 22 58 56 E
[email protected] ++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Jachthaven Hindeloopen Oosterstrand 3 8713 JS HINDELOOPEN Tel. 0514 52 45 54
Aquatel Yachtservice Strânwei 15 8754 HA MAKKUM Tel. 0515 23 16 28
Vereniging Hylper Haven Oosterstrand Hindeloopen Tel. 0514 52 20 09 Kanaal: 10
Marina Friesland Ymedam 1 8722 HP MOLKWERUM Tel. 0514 68 14 32
Gemeente Lemsterland Binnenjachthaven Postbus 2 8530 AA LEMMER Tel. 0514 56 19 79
Buitenhaven Marina Stavoren Postbus 10 8715 ZH STAVOREN
Gemeente Lemsterland Buitenjachthaven Postbus 2 8530 AA LEMMER Tel. 0514 56 33 43 Jachthaven Friese Hoek Lemmer bv Vuurtorenweg 19 8531 HJ LEMMER Tel. 0514 56 13 46 Marine Center De Fundatie Vuurtorenweg 2 8531 HJ LEMMER Tel. 0514 56 27 77
Gemeentehaven Stavoren Noord 16 8715 HR STAVOREN Jachthaven/Camping de Roggebroek Koeweg 44 8715 EN STAVOREN Jachthaven It Soal Suderseleane 23 - 27 8711 GX WORKUM Workumer Jachthaven Parallelweg 6 - 7 8711 CH WORKUM
Watersportcentrum De Brekken Brekkenweg 10 8531 PM LEMMER Tel. 0514 56 21 15 Watersportcentrum Tacozijl Plattedijk 20 8531 PE LEMMER Tel. 0514 56 20 03 Marina Makkum Sûderseewei 6-8 8754 GK MAKKUM Tel. 0515 23 28 28 Kanaal: 31
- 22 -
Vuilwaterstations aan/ nabij de Friese IJsselmeerkust volgens www.vuilwater.info Indien onderstaande gegevens incompleet of achterhaald zijn, graag contact opnemen met: Stichting Recreatietoervaart Nederland Contactpersoon: Manon van Meer Postbus 102 3970 AC Driebergen T 0343 52 47 57
-1-
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Deelrapportage provincie Gelderland
2009
Lelystad, december 2009
Voorwoord Dit rapport geeft inzicht in de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied inclusief Randmeren, hierna te noemen ‘IJsselmeergebied’. Extra aandacht wordt besteed aan de ontwikkelingen in het tot de provincie Gelderland behorende deel van het gebied. Als bijlage is een overzicht opgenomen met de kengetallen in de Randmeren. Af en toe wordt hieraan gerefereerd. Sinds 1994 wordt in opdracht van de meeste omringende provincies, jaarlijks onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied. Voorheen werden de resultaten vooral op vaargebied gegroepeerd, waardoor de ontwikkelingen op provinciaal niveau maar beperkt zichtbaar werden. Dit jaar is de rapportage ingrijpend veranderd en wordt niet meer één rapportage voor het IJsselmeergebied gemaakt, maar krijgen de provincies ieder een op hun grondgebied toegesneden rapportage. De gevolgde meetmethodiek is onveranderd. Alle jachthavens in het gebied worden benaderd tot een respons van (nagenoeg) 100% is bereikt. Veranderingen in bijvoorbeeld ligplaatscapaciteit, bezettinggraad, type boot, herkomst ligplaatshouders en winterstallingmogelijkheden worden hierdoor direct zichtbaar. Niet alleen de ontwikkelingen in het afgelopen jaar worden gemeten, ook wordt gevraagd naar uitbreidingsplannen, zowel aan bestaande havens als aan gemeenten en projectontwikkelaars. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden jaarlijks besproken met de (36) jachthavens verenigd in het ‘Platform jachthavens IJsselmeergebied’. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen en fungeert als ‘klankbordgroep’ voor Waterrecreatie Advies. Er zijn ook een aantal havens uit de Waddenzee die aan dit overleg deelnemen, zodat effecten van het ene gebied op het andere gebied kunnen worden besproken. De resultaten van het overleg zijn voor zover relevant in deze rapportage verwerkt. Het verzamelen en analyseren van cijfers is noodzakelijk om inzicht te krijgen in hetgeen zich in de watersport afspeelt. Dit is belangrijk voor de sector, voor overheden en het ontwikkelen van beleid, maar ook om eventuele effecten op de in het gebied te beschermen natuurwaarden te kunnen inschatten. 15 jaar geleden, in 1994, wist niemand hoeveel ligplaatsen en boten er in het IJsselmeergebied waren. Die situatie is gelukkig veranderd. Dank zijn wij verschuldigd aan de opdrachtgevers, dit jaar de provincies Noord-Holland, Fryslân, Flevoland, Overijssel, Gelderland en aan Rijkswaterstaat. Ook dank aan de jachthavens die weer bereid waren ons van geactualiseerde gegevens te voorzien. Gelet op het belang hopen wij dat dit onderzoek, ondanks de huidige economische situatie, in de komende jaren kan worden voortgezet.
Foto omslag: Het nieuwe waterfront van Harderwijk
Opdrachtgever:
Provincie Gelderland Postbus 9090 6800 GX Arnhem Contactpersoon: Dhr. G.M. Nijenhuis Tel: 026 3599543
Opgesteld door:
Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
Inhoudsopgave: 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.
Algemeen Doelstelling Definities Gebiedsindeling Methodiek
1 1 1 1 2
2. 2.1. 2.2. 2.2.1. 2.2.2. 2.2.3. 2.3. 2.3.1. 2.3.2. 2.3.3. 2.4.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009 Aantal jachthavens en exploitatievorm Verhuur vaste ligplaatsen Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot Herkomst ligplaatshouders Passanten Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten Aantal persoonsovernachtingen Winterstalling
3 3 4 4 4 5 6 6 7 7 8
3. 3.1 3.2
Trends Ontwikkeling van de watersport (1960 – 2009) Toekomstverwachting
9 9 10
4. 4.1 4.2
Uitbreidingsplannen Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens Plannen voor nieuwe jachthavens
12 12 12
5. 5.1. 5.2.
Chartervaart en riviercruisevaart Traditionele chartervaart en motorchartervaart Riviercruisevaart
13 13 13
6.
Sluizen en sluispassages
14
7.
Conclusies
17
Bijlagen: • • • • •
Brief aan de jachthavens Tabel: Kengetallen IJsselmeergebied 2009 Tabel: Kengetallen aandeel provincie Gelderland in het IJsselmeergebied 2009 Tabel: Kengetallen subregio Randmeren Overzicht vuilwaterstations in het Gelderse deel van het IJsselmeergebied (bron: www.vuilwater.info)
18
1.
Algemeen
1.1.
Doelstelling
Inzicht geven in de ontwikkeling van de grote watersport door onderzoek te doen bij de jachthavens in het IJsselmeergebied. De resultaten worden vergeleken met de ontwikkelingen in het tot de provincie Gelderland behorende deel van het gebied. Waar mogelijk of relevant worden gesignaleerde verschillen verklaard. Om meer inzicht te krijgen in de vaarbewegingen, zijn dit jaar voor het eerst ook de sluispassages in het IJsselmeergebied in deze rapportage opgenomen.
1.2.
Definities
De door Waterrecreatie Advies gehanteerde definitie van een jachthaven is als volgt: er is sprake van “een jachthaven”, als er verhuur van lig- en/of passantenplaatsen voor de recreatievaart en/of chartervaart dan wel winterstallingactiviteiten plaatsvinden. Daarbij wordt geen ondergrens voor het aantal ligplaatsen gehanteerd. Een jachtmakelaar die in een jachthaven een verkoopsteiger huurt wordt niet als zelfstandige “jachthaven” geteld, maar een jachtwerf die bijvoorbeeld winterstallingmogelijkheden biedt wel. Door uit te gaan van deze definitie is het aantal “jachthavens” meestal groter dan men verwacht. Het geeft echter wel een volledig beeld en ook inzicht in hetgeen er in de winter met de recreatievloot gebeurt. Schepen bij eigen woningen of in sloten en kanalen vallen buiten het onderzoek. Met passantenplaatsen in jachthavens worden “specifieke passantenplaatsen” bedoeld. Dit zijn plaatsen die niet op seizoen- of jaarbasis worden verhuurd. Niet verhuurde of tijdelijk vrijgekomen ligplaatsen (ligplaatshouder op vakantie of een weekend weg) worden in de praktijk meestal eerst als passantenplaats benut.
1.3.
Gebiedsindeling
Het IJsselmeergebied is geen vast afgebakende regio. Het is een grootschalig en uniek zoetwater gebied, van internationale betekenis voor de watersport. Het biedt openheid en ruimte. Meer ruimte dan op de binnenwateren en meer beschutting dan op zee. Lekker zeilen, rust en genieten van de ruimte worden door watersporters genoemd als belangrijkste motieven om in het IJsselmeergebied te varen31. Behalve IJsselmeer, Markermeer, Gouwzee en IJmeer worden ook de Randmeren en het Ketelmeer en Zwarte Meer tot het IJsselmeergebied gerekend. De grens tussen kustzone en binnengebied is niet scherp. In 1994, bij de start van dit monitoronderzoek is aan de jachthavens gevraagd of hun ligplaatshouders voornamelijk op het grote water van het IJsselmeergebied of op de binnenwateren waren gericht. Op basis daarvan is destijds de begrenzing van het gebied bepaald.
# Makkum
# #
Workum
# Hindeloopen
Den Oever Stavoren
#
# Warns
Lemmer #
#
Medemblik
Tot op heden is aan die indeling weinig veranderd. Bijna alle havens doen dus al 15 jaar mee. Nu ook bij een aantal provincies het binnengebied wordt “gemonitord”, is het mogelijk dat de gebiedsindeling nog wat wordt aangepast. Vooralsnog is dit niet gebeurd om een trendbreuk te voorkomen.
Emmeloord #
Enkhuizen #
Urk
#
Kampen #
#
Volendam #
Zwolle
Lelystad
#
# Elburg
Monnickendam Almere #
#
Amsterdam
# Harderwijk
#
Muiden #
Huizen
# Nijkerk
Amersfoort #
31
Vollenhove #
#
# Hoorn
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 -1-
Het blauwe water op bovenstaand kaartje wordt tot het IJsselmeergebied gerekend. Havens die hieraan grenzen, ook al liggen ze achter de sluis doen mee aan het jaarlijks onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied 32. Het water grenst aan de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht, Gelderland, Overijssel en Fryslân. Vanaf aanvang doen alle havens in Flevoland mee, dus inclusief de havens ‘binnen de dijk’ in de Noordoostpolder en in Oostelijk en Zuidelijk Flevoland. Qua vaargebied zijn deze havens grotendeels aangewezen op het omringende water in het IJsselmeergebied. In Fryslân doen alle havens in de steden langs de kust mee, ook de havens achter de sluis zoals in Lemmer. In Workum zijn dit de havens tot de spoorbrug en bij Stavoren de havens aan het Johan Frisokanaal tot en met Marina Friesland bij Warns. Het gebied wordt in de verdere rapportage aangeduid als ‘Friese IJsselmeerkust’. In Overijssel doen de havens aan de IJssel in Kampen mee. Verder wordt het Zwarte Meer tot het gebied gerekend, de havens aan het Kadoelermeer t/m Vollenhove en de havens aan het Zwarte Water tot Zwolle. Ook Roggebotsluis hoort bij Overijssel. In Gelderland betreft het de havens die aan de Randmeren grenzen (Elburg, Nunspeet, Harderwijk, Ermelo, Nulde en Nijkerk). Onder de provincie Utrecht vallen de havens in Bunschoten en de havens langs de rivier de Eem vanaf Amersfoort. Net als in Fryslân doen in Noord-Holland alleen de havens mee in de steden die aan het IJsselmeergebied grenzen (al dan niet achter de sluis). In Amsterdam is een grens getrokken. De havens achter de Oranjesluis aan de noordkant van het IJ t/m de Sixhaven doen mee en de havens aan het Bovendiep aan ‘de monding van het Amsterdam-Rijnkanaal. De overige havens in de stad niet.
1.4.
Methodiek
Op 24 juni 2009 is aan alle jachthavens een vragenformulier met begeleidende brief verzonden, waarna op 1 september 2009 een 'herinneringsmailing' volgde. De bedrijven kennen de procedure en erkennen het belang van dit onderzoek. De spontane respons op de eerste mailing was ondanks de drukte van het hoogseizoen 52%. Na een herinneringsmailing steeg de respons naar 67%. Niet respondenten zijn daarna telefonisch benaderd, waarna het onderzoek in oktober met een respons van nagenoeg 100% is afgesloten. Naast de bestaande jachthavens worden ook gemeenten en projectontwikkelaars benaderd, waarvan bekend is of het vermoeden bestaat dat zij plannen hebben voor het ontwikkelen van nieuwe jachthavens. Deze groep wordt jaarlijks gebeld met de vraag of er ontwikkelingen zijn. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden besproken met de (36) jachthavens verenigd in het Platform jachthavens IJsselmeergebied. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen.
32
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied, Waterrecreatie Advies, jaarlijkse rapportages 1994 t/m 2008 -2-
2.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009
2.1.
Aantal jachthavens en exploitatievorm Aantal jachthavens Aandeel provincie Gelderland in het Provinciaal IJsselmeergebied Aantal jachthavens aandeel in % 130 11 8,5 % 25 2 8,0 % 2 0 % 15 0 % 49 5 10,2 %
Exploitatievorm Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging Totaal
221
18
8,1 %
Er zijn in het IJsselmeergebied in 2009 twee nieuwe jachthavens bijgekomen. De belangrijkste nieuwkomer is de haven van de Watersportvereniging IJburg, maar ook in Lelystad is er een klein haventje binnendijks bijgekomen. Er zijn geen jachthavens verdwenen. Het aantal havens in dit deel van de provincie Gelderland is 18 gebleven. In 2009 behoorde 8,1% van de jachthavens in het IJsselmeergebied tot de provincie Gelderland. Zoals uit onderstaande grafiek blijkt, zijn er in het Gelders deel van het IJsselmeergebied geen havens die door een stichting worden geëxploiteerd. 28% wordt door een vereniging geëxploiteerd. De enige twee door het Rijk geëxploiteerde havens in het IJsselmeergebied liggen in Noord-Holland: te weten de passantenhaven in Marken en de museumhaven in Enkhuizen.
Exploitatievorm van de jachthavens Totaal IJsselmeergebied Deel provincie Gelderland 0%
20%
40%
60%
80%
Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging
100%
Voor een deel van de 221 deelnemers aan het onderzoek is de exploitatie van de haven ook de hoofdactiviteit. Onderstaande tabel laat zien dat 176 van de 221 jachthavens meer dan 20 ligplaatsen hebben. Deze 176 havens beheren 99,3% van de ligplaatscapaciteit in het gebied. Dit is vergelijkbaar met het deel van de provincie Gelderland, waar 16 van de 18 havens met meer dan 20 ligplaatsen 99,5% van de capaciteit beheren. Deze havens hebben gemiddeld 200 ligplaatsen. Dat is vergelijkbaar met het totale IJsselmeergebied, waar de jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen gemiddeld 202 ligplaatsen hebben.
IJsselmeergebied Soort jachthaven
Jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen Jachthavens met maximaal 20 ligplaatsen Passantenhaven, geen vaste ligplaatsen Alleen winterstallingactiviteiten Alleen vaste plaatsen historische schepen Gehele monitorbestand
Aantal jachthavens 176 21 10 13 1 221
-3-
Totaal aantal ligplaatsen 35.499 265 0 0 0 35.764
Aandeel provincie Gelderland Aantal jachthavens 16 1 1 0 0 18
Totaal aantal ligplaatsen 3,198 18 0 0 0 3.216
2.2.
Verhuur vaste ligplaatsen
2.2.1.
Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad Aantal schepen op een wachtlijst Drukfactor
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 32.674 91,4 % 3.711 10 %
Aandeel provincie Gelderland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 18 8,1 % 3.216 9,0 % 3.057 9,4 % 95,1 % 353 9,5 % 11 %
In het IJsselmeergebied is de gemiddelde bezettingsgraad 91,4%. Dat ligt iets onder de 92% die door HISWA Vereniging als noodzakelijke ondergrens wordt beschouwd om op economisch verantwoorde wijze een jachthaven te kunnen exploiteren. In het Gelders deel van het IJsselmeergebied is de gemiddelde bezettingsgraad 95,1%. Dit is relatief hoog. Verder staan er ruim 350 boten op een wachtlijst. Dit geeft aan dat er booteigenaren zijn die geen passende ligplaats kunnen vinden. Afmetingen van de (nieuwe) boot, gewenste box en prijs kunnen daarbij een rol spelen. De hoogte van de wachtlijst gedeeld door de beschikbare capaciteit wordt wel ‘de drukfactor’ genoemd. Hoe hoger de drukfactor, hoe groter het probleem. Een drukfactor van 11% komt redelijk overeen met het gemiddelde in het IJsselmeergebied. Het probleem met wachtlijsten speelt zich hoofdzakelijk af in het Noord-Hollandse deel van het gebied waar de drukfactor 17% bedraagt. Verschillen met 2008
Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad in % Aantal schepen op een wachtlijst
Totaal in het Aandeel provincie Gelderland IJsselmeergebied Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 221 2 0,9 % 18 0 0 % 35.764 242 0,7 % 3.216 0 0 % 32.674 10 0,0 % 3.057 -21 - 0,7 % 91,4 % - 0,6 95,1 % -0,6 3.711 40 1,1 % 353 - 4 - 1,1 %
In het IJsselmeergebied zijn er in 2009 2 jachthavens, 242 ligplaatsen en 10 boten bijgekomen. Omdat er meer ligplaatsen bijkwamen dan boten, is de gemiddelde bezettingsgraad gedaald van 92,0% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is in het IJsselmeergebied ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. In het Gelderse deel van het IJsselmeergebied is geen ligplaatscapaciteit bijgebouwd. Er zijn wel en aantal boten uit het gebied vertrokken waardoor de gemiddelde bezettingsgraad is gedaald van 95,7% naar 95,1%.
2.2.2.
Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal zeilboten Aantal motorboten Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 22.265 10.409 68,1 % 31,9 % 9,6 m
-4-
Aandeel provincie Gelderland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 3.057 9,4 % 1.390 6,2 % 1.667 16,0 % 45,5 % 54,5 % 8,3 m
Het percentage motorboten bedraagt 54,5%. In het hele IJsselmeergebied is dit 31,9% en in de Randmeren 43,0%. Gelderland heeft dus relatief veel motorboten. De gemiddelde bootlengte bedraagt 8,3 m. In het Randmerengebied is dit 8,6 m. Dat de schepen wat kleiner zijn wordt vooral veroorzaakt door de jachthavens in het Veluwemeer. De diepgang is ter plaatse beperkt en daardoor kan vanuit deze havens alleen met open boten worden gevaren. Verschillen met 2008
Aantal zeilboten Aantal motorboten Totaal aantal boten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het Aandeel provincie Gelderland IJsselmeergebied Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 22.265 - 301 - 1,3 % 1.390 - 120 - 7,9 % 10.409 311 3,1 % 1.667 99 6,3 % 32.674 10 0.0 % 3.057 -21 - 0,7 % 9,6 m 0,05 m 0,5 % 8,3 m 0,05 m 0,5 %
Het aandeel motorboten is in het IJsselmeergebied toegenomen van 30,9% in 2008 naar 31,9% in 2009. De gemiddelde bootlengte is met 5 cm gestegen. De conclusie is dat het totaal aantal boten niet veel verandert. Er komen boten bij en er verdwijnen boten, waarbij het percentage motorboten stijgt en de gemiddelde lengte is toeneemt. De afname van het percentage zeilboten in Gelderland met 7,9% is hoog. Dit wordt niet gecompenseerd door nieuwe motorboten waardoor het aantal boten dus afneemt. Het aandeel motorboten stijgt van 50,9% in 2008 naar 54,5% in 2009. De gemiddelde bootlengte is net als in de rest van het IJsselmeergebied met 5 cm gestegen.
2.2.3.
Herkomst ligplaatshouders
Aantal boten op vaste ligplaatsen Aandeel ligpl. houders uit Nederland Aandeel ligpl.houders uit Duitsland Aandeel ligpl.houders uit België Aandeel ligpl.houders overige landen
Totaal in het IJsselmeergebied Verdeling Aantal in % 32.674 26.760 81,9 % 5.437 16,6 % 112 0,3 % 365 1,1 %
Aandeel provincie Gelderland Verdeling Aantal in % 3.057 2.545 83,3 % 489 16,0 % 5 0,2 % 18 0,6 %
Bijna 82% van de ligplaatshouders in het IJsselmeergebied is afkomstig uit Nederland. Naast de Nederlanders zijn vooral de Duitse ligplaatshouders belangrijk. Fryslân biedt plaats aan bijna de helft van de Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied, Flevoland heeft 25%, Overijssel 7% en Gelderland 9%. Het beeld van de verdeling naar herkomst verschilt in Gelderland weinig met het gemiddelde in het IJsselmeergebied. Verschillen met 2008 De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. Zo was in 2008 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Al jaren is een daling van het aandeel Duitse ligplaatshouders in het hele IJsselmeergebied zichtbaar. Ook in de provincie Zeeland is het percentage Duitse ligplaatshouders sinds 2003 met 0,5% gedaald naar 11,2% in 200833. Duitsers in het zuidelijk deel van het IJsselmeergebied komen vooral uit het Ruhrgebied, in het noordelijk deel ook uit Noord- en Midden Duitsland (globaal tot Hamburg). Er is geen specifiek onderzoek naar gedaan, maar aangenomen wordt dat het aantal Duitsers dat de boot verplaatst naar de Oostzee, Mecklenburg – Vorpommern en Brandenburg beperkt is.
33
Evaluatie watersportbeleid provincie Zeeland 2000 – 2008, Waterrecreatie Advies , april 2009
-5-
In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaalt naar aantallen ligplaatshouders. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten uit het IJsselmeergebied verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. Het saldo is daardoor +10. In Gelderland is het saldo niet positief, maar - 21. Het aantal Duitse ligplaatshouders daalt, maar er zijn geen Nederlanders of andere buitenlanders die dit op konden vangen. Uit deze cijfers blijkt dat er meer in het gebied aan de hand is dan uit het saldo van het aantal boten kan worden afgeleid. Nader onderzoek naar het vertrek van Duitse ligplaatshouders is, gezien het belang voor Fryslân en Flevoland, gewenst. Ook Overijssel en Gelderland hebben hiermee te maken.
Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders overige landen Totaal
2.3.
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Gelderland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 26.760 158 0,6 % 2.545 22 0,9 % 5.437 - 183 - 3,3 % 489 -43 - 8,0 % 112 - 10 - 8,2 % 5 0 0 % 365 45 14,1 % 18 0 0 % 32.674 10 0.0 % 3.057 -21 - 0,7 %
Passanten
Passanten zijn bezoekende boten die tegen betaling in een jachthaven verblijven. Gebruikelijk is dat passanten tijdelijk vrijgekomen of niet verhuurde vaste ligplaatsen gebruiken. Sommige historische havensteden of steden met een bijzonder achterland trekken veel passanten, meer dan het aantal uitvarende ligplaatshouders. Harderwijk is daar een voorbeeld van, net als Hindeloopen en Enkhuizen, en uiteraard de Waddeneilanden. Voor de bezoekers worden speciale plaatsen gereserveerd. Deze plaatsen worden ‘specifieke passantenplaatsen’ genoemd en worden niet op jaar- of seizoensbasis verhuurd. Ook komt het voor dat passanten tegen een speciaal tarief in de vorm van een week- of maandkaart langer in een haven verblijven. In die gevallen wordt de boot vaak voor een periode onbemand achtergelaten. Niet alle jachthavens weten hoeveel bootovernachtingen aan deze “langpassanten” moeten worden toegerekend. Bij de bepaling van de gemiddelde verblijftijd worden deze langpassanten zonder persoonsovernachtingen niet meegeteld.
2.3.1.
Aantal specifieke passantenplaatsen
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 3.090 3.898
Aandeel provincie Gelderland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 18 8,1 % 3.216 9,0 % 159 5,1 % 267 6,8 %
Het betreft hier specifieke passantenplaatsen in jachthavens. De aanlegplaatsen van de Stichting Gastvrij(e) Meren horen hier dus niet bij.
-6-
2.3.2.
Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten
Op het moment dat het monitoronderzoek werd gehouden, zomer 2009, konden de havens nog geen bezoekersaantallen voor heel 2009 opgeven. Daarom wordt standaard gevraagd naar de bezoekende schepen in het voorgaande jaar. Onderstaande tabellen gaan dan ook over de passanten in 2008.
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddelde verblijftijd
Totaal in het IJsselmeergebied 221 384.222 1,3
Aandeel provincie Gelderland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 18 8,1 % 24.558 6,4 % 1,3
Als de gemiddelde verblijftijd in het IJsselmeergebied gemiddeld 1,3 dagen is, gaat het dus om 384.222 bootovernachtingen / 1,3 verblijfsdagen = ca. 300.000 bezoekende boten. Uit diverse onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters34 is gebleken, dat 60-70% van de passanten hun thuishaven elders in het IJsselmeergebied heeft. Daarnaast zijn belangrijke herkomstgebieden de Friese binnenwateren, Overijssel en de Hollandse plassen. Een gemiddelde verblijftijd van 1,3 dagen is gelijk aan het gemiddelde in het hele IJsselmeergebied. In de Randmeren is de gemiddelde verblijftijd van passanten in de jachthavens 1,4 dagen. Verschillen met 2007 Het aantal passanten het IJsselmeergebied is in 2008 ten opzichte van 2007 licht gedaald (-1,3%). In de Randmeren is het aantal passanten met 0,6% gedaald en in het Gelders deel met 3,0%. Omdat de gemiddelde verblijftijd iets is toegenomen, daalde het aantal bootovernachtingen in Gelderland met 2,2%.
2.3.3.
Aantal persoonsovernachtingen
In voorgaande jaren zijn door Waterrecreatie Advies diverse onderzoeken uitgevoerd, waarbij toervaarders rechtstreeks werden benaderd met een reeks vragen over hun vaargedrag, waaronder de vraag: “Met hoeveel personen bent u meestal aan boord?” In navolgende tabel staan de resultaten van deze onderzoeken. Het aantal personen aan boord is niet over het gehele jaar constant. In de schoolvakanties varen er veel meer gezinnen met kinderen, dan in het voor- en naseizoen. De onderzoeken zijn verdeeld over het gehele vaarseizoen uitgevoerd. Aantal personen aan boord, volgens de vaargedrag onderzoeken in diverse vaargebieden Vaargebied
Zeilboten
IJsselmeergebied & Waddenzee35 Noordzee36 Randmeren en binnenwateren Flevoland37 Amsterdam38 Fryslân en Leeuwarden39 Deltagebied40
Motorboten
2,5 2,7
2,5 2,1 2,7 2,4 2,8
2,9
34
2,6
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003; Onderzoek vaargedrag Randmeren en binnenwateren van Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006; Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007 35 Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 36 Onderzoek vaargedrag Noordzee, Waterrecreatie Advies, januari 2004 37 Onderzoek vaargedrag Randmeren en Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006 38 Onderzoek watersport Amsterdam, Waterrecreatie Advies, oktober 2006 39 Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007 40 Onderzoek vaargedrag Deltagebied, Waterrecreatie Advies, januari 2004
-7-
Dit deel van Gelderland grenst aan de Randmeren. Op basis hiervan kan het aantal opvarenden per boot worden geschat op gemiddeld 2,7 personen. Daarmee genereren de bezoekende boten in de jachthavens ruim 65.000 persoonsovernachtingen (= 24.558 bootovernachtingen x 2,7 personen). Niet alleen de bezoekende boten generen overnachtingen, ook de ligplaatshouders verblijven gedurende het vaarseizoen een aantal nachten in de eigen haven aan boord, al dan niet na afloop van een dagtocht. Op basis van een onderzoek in Aalsmeer wordt gerekend met gemiddeld 20 overnachtingen per seizoen in de eigen haven41. Daarmee zouden de 3.057 verhuurde ligplaatsen nog ca. 165.000 persoonsovernachtingen (= 3.057 boten x 20 overnachtingen x 2,7 personen) genereren. Omdat de gemiddelde scheepslengte kleiner is dan de schepen van bezoekende passanten en omdat een deel van de ligplaatshouders in het Veluwemeer bestaat uit open boten zonder slaapmogelijkheid, moet het aantal overnachtingen van ligplaatshouders in jachthavens naar beneden worden bijgesteld. Het totale aantal persoonsovernachtingen in de havens in Gelderland die tot het IJsselmeergebied worden gerekend kan na correctie worden geschat op ca. 190.000.
2.4.
Winterstalling
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter Percentage boten dat in gebied blijft
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 13.461 5.528 10.211 29.200 89 %
Aandeel provincie Gelderland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 3.057 9,4 % 10,6 % 1.432 10,6 % 587 6,7 % 689 2.708 9,3 % 89%
Uit de tabel blijkt dat in de winter 9,3% van alle boten in het IJsselmeergebied in het Gelders deel overwinteren. Het percentage droge stalling buiten aan land en overdekt in loodsen is hoog. Dit wordt voor een belangrijk deel veroorzaakt door Jachtcenter Elburg, specialist in winterstalling in Elburg. Het percentage boten dat in het water blijft liggen is relatief laag. Verschillen met 2008 Het aantal boten dat in de winter in het IJsselmeergebied verblijft is gestegen van 28.960 in 2008 tot 29.200 in 2009. Ook het percentage overwinteraars ten opzichte van het aantal boten in de zomer stijgt (van 88,7 naar 89,4%). Dat betekent dat steeds meer mensen hun schip in de winter niet meer ‘mee naar huis’ nemen, maar het schip in het gebied achterlaten. In de Gelderse jachthavens is dit percentage ook 89%. In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaald naar aantal boten.
Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Gelderland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 13.461 - 173 - 1,3 % 5 0,4 % 1.432 5.528 85 1,6 % 0 0 % 587 10.211 328 3,3 % 2 0,3 % 689 29.200 240 0,8 % 2.708 7 0,3 %
In het IJsselmeergebied zijn waarschijnlijk dankzij een reeks zachte winters meer boten in de winter in het water gebleven. Dit gaat ten koste van de droge winterstalling buiten op de wal. In Gelderland zijn eigenlijk geen opvallende veranderingen ten opzichte van 2008. In de winter van 2008 op 2009 kon eindelijk weer worden geschaatst. Welke verschuivingen dat veroorzaakt in de komende winter moet worden afgewacht, maar het ligt voor de hand dat het aantal boten op de wal zal toenemen. 41
Onderzoek gemeente Aalsmeer over verblijf aan boord in verband met Toeristenbelasting
-8-
3.
Trends
3.1.
Ontwikkeling watersport 1960 - 2009
Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen tot 35.764. Hiervan heeft de provincie Gelderland 3.216 ligplaatsen. In onderstaande grafiek is te zien hoe de ligplaatscapaciteit in het IJsselmeergebied (zwart) in de periode 1960 – 2009 is toegenomen. De historische lijn (1996 – 1994) is afgeleid van de gegevens die door de jachthavens bij aanvang van het monitoronderzoek in 1994 werden verstrekt. Vanaf de start van de monitor zijn zowel de ligplaatscapaciteit (ronde stip, linker as) als de gemiddelde bezettingsgraad (driehoekjes, rechter as) bekend. In dezelfde grafiek is het aandeel van de provincie Gelderland (blauw) getekend.
Ontwikkeling watersport (2009) Totaal IJsselmeergebied en provincie Gelderland deel Aantal ligplaatsen
Bezettingsgraad
40.000
35.000
In 2009 in het IJsselmeergebied: 35.764 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 91,4%
100
30.000
95
25.000
20.000
90 15.000
In 2009, aandeel provincie Gelderland: 3.216 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 95,1%
10.000
85
5.000
80
0
1960
1970
1980
1990
2000
Jaar
2010
Historische groei ligplaatscapaciteit IJsselmeergebied Gemeten aantal ligplaatsen IJsselmeergebied Historische groei ligplaatscapaciteit in het Gelderse deel Gemeten aantal ligplaatsen in het Gelderse deel Bezettingsgraad IJsselmeergebied Bezettingsgraad provincie in het Gelderse deel
De introductie van polyester in de jachtbouw maakte het mogelijk jachten in serie te gaan bouwen tegen een, ten opzichte van hout en staal, concurrerende prijs. In heel Nederland werden globaal vanaf de 60-er jaren van de vorige eeuw jachthavens gebouwd om de groeiende recreatievloot op te vangen. Verder speelt de aanleg van Flevoland en het ontstaan van de recreatiemogelijkheden in de Randmeren een rol in de toename van het aantal schepen in het IJsselmeergebied. De grafiek laat deze ontwikkeling prachtig zien. Ook de dip / recessie in de 80-er jaren is zichtbaar en het daarop volgend herstel. Het deel van het IJsselmeergebied dat tot de provincie Gelderland wordt gerekend heeft in de afgelopen 40 jaar een beperkt aandeel gehad in de groei van de watersport. Het aantal plaatsen is al sinds het begin van de 60-er vrij jaren stabiel. Ook de bezettingsgraad verandert weinig. Gelderland heeft dus nauwelijks geprofiteerd van de ontwikkeling van de watersport in de Randmeren en het IJsselmeergebied. -9-
3.2.
Toekomstverwachting
Het is lastig om op dit moment een goede verwachting voor de toekomst te bepalen. In de afgelopen jaren werd in het Overlegplatform jachthavens IJsselmeergebied uitgegaan van een langzame afname van de groei, mede in verband met de vergrijzing en een afname van de groei van de bevolking. Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen van ca. 5.000 naar bijna 36.000 nu, een toename van ruim 30.000 ligplaatsen in ca. 45 jaar. In de komende 20 jaar (tot 2030) werd tot nu toe uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen met ca. 6.000 tot 42.000. Door de huidige crisis stagneert de toename van het aantal boten. In de 80-er jaren is dit tijdens de toenmalige (olie)crisis ook gebeurd. Als er geen boten bijkomen, daalt de vraag naar ligplaatsen en de ontwikkeling van het aanbod. Plannen worden uitgesteld. De groei die resteert zal niet evenwichtig over het gebied worden verdeeld. Het aantal boten in sommige delen van het IJsselmeergebied zal stabiliseren, Naar verwachting zal de grootste groei plaatsvinden in de Randstad, globaal de driehoek tussen Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals (de Schaalsprong van) Almere en IJburg (2e Fase) spelen daarin een rol. Ook Lelystad groeit en is bezig haar waterfront te ontwikkelen. De belangstelling voor wonen aan het water neemt toe, ook in het zuidelijk IJsselmeergebied. De ontwikkeling van waterfronten en mogelijkheden voor wonen aan het water spelen in op de groeiende behoefte om het water te kunnen beleven. De schaal en de kwaliteit van het water spelen daarbij een belangrijke rol. Bij de ontwikkeling van waterfronten loopt de Friese IJsselmeerkust voorop. In Lemmer, Makkum en Workum (en vele andere plaatsen in Fryslân) zijn in de afgelopen decennia duizenden vakantiewoningen en woningen voor permanent verblijf met een eigen ligplaats aan het water gebouwd. In Lemmer liggen volgens de gemeente ca. 3.000 boten waarvan slechts een deel in de bestaande jachthavens. Dat sommige jachthavens hier wel eens problemen mee hebben is begrijpelijk. Zij zien potentiële of bestaande ligplaatshouders ‘weglekken’ en dat gaat ten koste van hun eigen bezettingsgraad of groei. Anderzijds zijn er in Fryslân ontzettend veel boten bijgekomen en daar profiteert iedereen van, ook bestaande havens (o.a. winterstalling, passanten en vooral imago). Ook in de Randmeren ontstaan telkens meer plannen om vakantiewoningen en woningen voor permanent verblijf aan het water te realiseren. Na de aanleg van Flevoland zijn veel jachthavens, campings en recreatiestranden aangelegd. Het gebied heeft zich ontwikkeld tot toeristische bestemming en verblijfsgebied. Het aantal vaste ligplaatsen in de 53 jachthavens in de Randmeren bedraagt ruim 11.500. Dat is ruim 30% van de capaciteit in het hele IJsselmeergebied. Een aantal voormalige Zuiderzeesteden zijn bezig waterfronten te ontwikkelen en/of te revitaliseren.
Aantal ligplaatsen, boten en passanten in het IJsselmeergebied
Aantal ligplaatsen en boten
Aantal passanten 380.000
Vooral Harderwijk heeft grote plannen met talloze mogelijkheden voor de watersport42, maar ook Elburg en Nijkerk en de voormalige Recreatiegemeenschap Veluwe, tegenwoordig RGV zijn bezig plannen te ontwikkelen.
360.000 340.000
35.000
320.000 300.000 280.000 260.000
25.000 1995
2000
2005
Jaar 2010
Aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied Aantal boten met een vaste ligplaats Aantal geregistreerde passanten
42
Toename van het aantal ligplaatsen en boten in jachthavens betekent niet dat automatisch ook het aantal vaarbewegingen toeneemt. De grafiek hiernaast toont aan dat het aantal passanten in het IJsselmeergebied stabiel is of zelfs licht daalt terwijl het aantal ligplaatsen en het aantal boten toeneemt. Vroeger ging men meerdere weken achter elkaar met de boot op vakantie. Tegenwoordig is niet alleen sprake van vakantiespreiding, maar onderneemt men ook meerdere soorten (kortere) vakanties.
Waterfront Harderwijk, Ontwikkeling havens Waterfront Zuid, Waterrecreatie Advies, november 2009
- 10 -
Natura 2000 zorgt op dit moment vooral in het zuidelijk IJsselmeergebied voor vertraging bij de uitbreiding van bestaande en aanleg van nieuwe jachthavens. Het blijkt moeilijk te zijn om objectief de gevolgen van de verschillende vormen van waterrecreatie op de natuurwaarden in te schatten43. In opdracht van het Ministerie van LNV is een belangrijke stap gemaakt met de Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’44. Behalve problemen met de uitbreiding van jachthavens heeft men in het zuidelijk IJsselmeergebied problemen met waterplanten. Vooral in de Randmeren en langs de NoordHollandse Markermeerkust neemt de overlast jaarlijks toe. De wens om te gaan varen hangt verder af van de kwaliteit van de voorzieningen. Ook de ‘ruimtelijke kwaliteit’ krijgt meer aandacht, vooral in de provincie Fryslân. Is het mooi, ‘klopt het’, is het leuk, wat valt er te beleven? De concurrentie met andere vormen van vrijetijdsbesteding al dan niet in het buitenland neemt toe. Daarom is meer aandacht nodig voor de kwaliteit en belevingswaarde van watersportgebieden en vaardoelen zoals steden en dorpen. Watersport is breder dan het varen met een boot en levert een belangrijke bijdrage aan de regionale en lokale economie. De omzet van de watersportindustrie in het IJsselmeergebied kan worden geschat op € 630 miljoen per jaar en de bijbehorende werkgelegenheid op 6.000 arbeidsplaatsen (Fte)45. De gevolgen van de recessie zijn inmiddels ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar geworden. Jachtwerven, makelaars en importeurs maken zware tijden door. De verkoop van boten stagneert, net als de verkoop van huizen en auto’s. Toch blijkt uit deze monitor dat nog steeds boten van eigenaar en plaats veranderen. De recessie had afgelopen zomer ook een positieve kant. Vakantie in eigen land werd gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Deelnemers aan het Platform jachthavens IJsselmeergebied verwachten in 2009 een groei van 5 tot 10%. Behalve de toename van het aantal inwoners in de Randstad (incl. Almere en Lelystad) is er ook al jaren een ‘trek naar groter water’. Eigenlijk is de hele groei in het IJsselmeergebied in de afgelopen decennia daar een voorbeeld van. Watersporters verleggen hun vaargebied telkens verder, tegenwoordig gaan velen in het hoogseizoen naar de Waddenzee en de Noordzee. Daardoor stijgen de sluisbewegingen in de Afsluitdijk (zie ook hoofdstuk 6). Verder zorgt vergrijzing in de vloot voor veranderingen en voor kansen. Het juiste product moet op de juiste plaats worden aangeboden. Een toename van het percentage motorboten is vervelend voor de havens aan het IJsselmeer, maar biedt kansen voor de binnenwateren van Overijssel, Flevoland en voor de Randmeren. Seizoensverlenging is een kans, maar men moet de watersporter in die periode wel iets kunnen bieden. Zoals blijkt is de toekomstverwachting afhankelijk van veel factoren. Veranderingen kunnen worden gemeten en sommige ontwikkelingen kunnen worden beïnvloed. Het aantal niet-werkenden en gepensioneerden zal in de komende jaren toenemen. Het is aan de sector en aan de diverse overheden om ervoor te zorgen dat het IJsselmeergebied een concurrerend en een onderscheidend ‘toeristisch product’ blijft.
43
Jachthaven Muiden, ‘Second opinion’ significante effecten Natura 2000, Waterrecreatie Advies, april 2008 Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’, Omgaan met onzekerheden in effectbeoordelingen’, Kenniscentrum Recreatie, november 2009 45 Bewerking Kerncijfers Toerisme Noord-Holland 2002 op basis cijfers NML uit 1999 44
- 11 -
4.
Uitbreidingsplannen
4.1
Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens
Vier jachthaven in dit deel van Gelderland hebben concrete uitbreidingsplannen. Drie noemen een aantal. Het gaat dan om 171 nieuwe ligplaatsen. Twee geven aan problemen te hebben met de uitbreiding. Verder zijn er nog 4 havens die aangeven ruimte te hebben voor in totaal 170 extra ligplaatsen, maar ze hebben geen concrete realisatieplannen. Realisatie van veel plannen in het IJsselmeergebied worden voor een belangrijk deel vertraagt door (procedures rond) de nieuwe natuurwetgeving. Omdat dit onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport jaarlijks plaats vindt, is ook goed zichtbaar dat havens plannen uitstellen. Procedures zorgen voor vertraging. Daarnaast wordt ook rekening gehouden met de uitkomsten van dit onderzoek (ontwikkeling capaciteit en bezettingsgraad) en met de economie. Op dit moment stabiliseert het aantal boten en ligt het voor de hand plannen uit te stellen. De gemiddelde scheepslengte neemt wel bijna overal toe. Dit heeft gevolgen voor de ‘boxmix’, de procentuele verdeling van de ligplaatsen qua lengte. Veel, vooral oudere havens moeten eigenlijk herinrichten. Om hetzelfde aantal schepen plaats te kunnen bieden is ruimte nodig, los van eventuele wensen om de capaciteit te vergroten. Soms zijn uitbreidingen nodig om de gewenste of noodzakelijke kwaliteit of voldoende rendement te kunnen (blijven) leveren. De gemiddelde bezettingsgraad in dit deel van Gelderland is met 95,1% hoger dan het gemiddelde in het IJsselmeergebied. Verder staan 353 schepen bij verschillende havens op een wachtlijst voor een ligplaats. Deels gaat het om verplaatsingen vanwege prijs of kwaliteit, of omdat men qua afmetingen geen passende ligplaats kan krijgen voor een (nieuwe) boot. Soms staat men op meerdere wachtlijsten genoteerd, maar het kan ook zijn dat men zich niet inschrijft, omdat de gewenste ligplaats in een bepaalde haven toch niet op een redelijke termijn beschikbaar zal komen. Wachtlijsten moeten in ieder geval niet worden gezien als ‘absoluut getal’ of ‘tekort’ aan ligplaatsen. Er zit meer achter. Hoe actueel zijn wachtlijsten, worden ze geregeld opgeschoond? Moet men jaarlijks een bijdrage betalen om op een wachtlijst te blijven staan? Het aantal schepen op een wachtlijst gedeeld door de capaciteit, de ‘drukfactor’, geeft wel een indicatie van de (lokale) ernst van het capaciteitsprobleem (zie hoofdstuk 2.2.1.).
4.2.
Plannen voor nieuwe jachthavens
In dit deel van Gelderland zijn geen plannen voor nieuwe jachthavens bekend (buiten de geplande verplaatsingen in het waterfront van Harderwijk).
- 12 -
5.
Chartervaart en riviercruisevaart
5.1.
Traditionele chartervaart en motorchartervaart
De ‘traditionele chartervaart’ betreft historische schepen die op commerciële basis worden verhuurd. Veelal gaat het om klippers en tjalken. In de afgelopen jaren zijn ook nieuwe schepen gebouwd die onder deze categorie vallen. De vroeger wel gebruikte term ‘bruine vloot’ gaat niet meer op. De meeste schepen hebben hun bruine zeilen vervangen door witte zeilen. Het gaat om een volwassen bedrijfstak die kwalitatief goede voorzieningen biedt. Naast de zeilende chartervaart is ook de motorchartervaart belangrijk geworden. Het gaat dan veelal om historische- of voormalige vrachtschepen die zijn verbouwd om groepen mensen te vervoeren. Bekend zijn o.a. de ‘fietsboten’. Het schip fungeert als ‘varend hotel’ en de gasten fietsen van locatie naar locatie. De chartervaart, zowel de zeilende- als de motorchartervaart kennen het begrip ‘vaste ligplaats’ nauwelijks. Er wordt gewerkt met begrippen als ‘thuishaven’, ‘opstapplaats’ en ‘vaargebied’. Een ‘opstapplaats’ is een plaats in een haven waar de gasten aan boord komen. De meeste traditionele charterschepen hebben een vaste ‘opstapplaats’. De zeilende chartervaart zoals hierboven beschreven, concentreert zich in het IJsselmeergebied en op de Waddenzee en komt in de Randmeren eigenlijk niet voor. De Randmeren zijn te kleinschalig, te ondiep en de Stichtse en Hollandse brug zijn te laag. In Zwartsluis (Zeilvloot Zwartsluis) en in Kampen (een deel van de vloot van Naupar, voorheen Hanzestad Compagnie) liggen nog wel een aantal charterschepen. Een groot deel van de vloot uit Kampen is een aantal jaren geleden verhuisd naar de Bataviahaven in Lelystad als gevolg van de aanleg van de Eilandbrug ten noorden van Kampen (N50) over de IJssel. De motorchartervaart en dan in het bijzonder de fietsboten in de Randmeren nemen wel in aantal toe. Een groot deel van de historische bottervloot ligt in de Randmeren, vooral in Elburg, Harderwijk, Bunschoten en Huizen. In de Randmeren zijn 72 plaatsen voor dergelijke schepen, waarvan 30 in Gelderland. Met de schepen worden geregeld dagtochten gevaren.
5.2.
Riviercruisevaart
De oorsprong van de riviercruisevaart ligt in Duitsland, het bekende ‘reisje langs de Rijn’. De schepen zijn groter geworden en tegenwoordig is een lengte van 130 m geen uitzondering meer. Ook in het IJsselmeergebied neemt het aantal riviercruiseschepen toe. Een aantal komt het gebied binnen via de IJssel, maar ook Amsterdam is voor veel schepen zowel vaardoel als opstapplaats. De riviercruisevaart kent veel internationale passagiers. Als een schip een haven aandoet wordt dit een ‘call’ genoemd. Amsterdam Cruise Port (ACP) in Amsterdam registreert het aantal ‘calls’ van schepen in de provincie Noord-Holland. Bekende havens voor dergelijke schepen in het IJsselmeergebied zijn Amsterdam, Enkhuizen, Hoorn en Kampen. Stavoren is als haven in opkomst. Vaak worden bustochten ondernomen of steden bekeken. De bestedingen van de passagiers aan land kunnen aanzienlijk zijn als men de passagiers (via de rederijen) kan verleiden tot een bezoek aan de stad. De schepen zijn georganiseerd via een aantal grote, veelal buitenlandse rederijen, die overtuigd moeten worden een stad of provincie aan te doen. Het aantal ‘calls’ in Harderwijk en Elburg is beperkt. De lengte van riviercruiseschepen in de Randmeren wordt begrensd door de afmetingen van de sluizen (Roggebotsluis en Nijkerk, scheepslengte max. 85 m). Vanuit Harderwijk en Elburg vinden in het seizoen veel rondvaarten plaats met verschillende soorten passagiersschepen. In Harderwijk zijn een aantal rederijen gevestigd.
- 13 -
6.
Sluizen en sluispassages
Het jaarlijkse onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport geeft inzicht in de ontwikkeling van het aantal boten, ligplaatsen, passanten, bezettingsgraad etc. Om meer inzicht te krijgen in bijbehorende vaarbewegingen, zijn voor het eerst ook de sluispassages in het gebied bijeen gebracht. De passagecijfers zijn afkomstig van de betrokken beheerders. Bij de grotere sluizen wordt beroepsen recreatievaart apart geteld, bij de kleinere vaak niet. Slechts een deel van de in dit overzicht opgenomen sluizen kunnen als toegangspoorten tot het IJsselmeergebied worden beschouwd, de overigen liggen in het gebied en geven inzicht in de intensiteit van de vaarbewegingen ter plaatse.
Kaart: Beleidsvisie Recreatietoervaart Nederland 2008. De nummers corresponderen met de sluizen in de tabel op de volgende bladzijde.
- 14 -
Sluispassages in de provincie Flevoland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Houtribsluizen Roggebotsluis Nijkerkersluis Zuidersluis Vaartsluis Noordersluis Larsersluis De blauwe Dromer Kampersluis Ketelsluis Voorstersluis Friesesluis Urkersluis Marknessersluis Almere-Haven sluis 1
Lelystad Dronten Nijkerk Almere Almere Lelystad Zeewolde Zeewolde Ketelhaven Ketelhaven Kraggenburg Lemmer Urk Marknesse Almere
24.123 26.703 25.812 3.649 2.535 3.353 1.365 2.629 2.774 5.633 6.578 5.001 2.880 5.310 3.000
21.205 25.331 24.230 3.628 2.512 3.313 1.432 2.620 2.748 5.666 7.047 5.284 2.936 5.662 3.000
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -2.918 -12,1% -1.372 -5,1% -1.582 -6,1% -21 -0,6% -23 -0,9% -40 -1,2% 67 4,9% -9 -0,3% -26 -0,9% 33 0,6% 469 7,1% 283 5,7% 56 1,9% 352 6,6%
Sluispassages in de provincie Fryslân Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
16 17 18 19 20 21 22 23
Lemstersluis2 Prinses Margrietsluis Johan Frisosluis Sylroedeslûs1 Sluis Workum2 Sluis Makkum2 Lorentzsluizen Linthorst Homansluis
Lemmer Lemmer Stavoren Hindeloopen Workum Makkum Kornwerderzand Nijetrijne
14.631 27.411 39.082 1.000 13.696 3.219 38.127 26.724
15.696 26.463 39.212 1.000 13.894 3.943 38.758 26.979
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % 1.065 7,3% -948 -3,5% 130 0,3% 198 724 631 255
1,4% 22,5% 1,7% 1,0%
Sluispassages in de provincie Noord-Holland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
24 25 26 27 28 29 30 31 32
Stevinsluis Stontelersluis2 Westerhavensluis2 Zeesluis Edam2 Kloosterdijksluis2 Grafelijkheidssluis2 Oranjesluizen Groote Zeesluis2 Naviduct
Den Oever Den Oever Medemblik Edam Monnickendam Monnickendam Amsterdam Muiden Enkhuizen
33.364 244 4.029 4.064 8.393 58.111 26.008 69.296
30.165 356 4.369 4.910 5.647 5.645 56.072 25.375 66.746
onbekend
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -3.199 -9,6% 112 45,9% 340 8,4% 846 20,8%
-2.039 -633 -2.550
-3,5% -2,4% -3,7%
Sluispassages in de provincie Overijssel Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
33 34 35 36 37
Sluis Kuinre Sluis Blokzijl Arembergersluis Beukerssluis Ganzensluis
Kuinre Blokzijl Zwartsluis Wanneperveen IJsselmuiden
4.284 17.305 11.483 19.534 11.560
4.058 17.087 12.093 19.829 11.212
1
2
Sluispassages zijn bij benadering Sluispassages zijn totaaltelling, beroepsvaart niet of minimaal
- 15 -
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -226 -5,3% -218 -1,3% 610 5,3% 295 1,5% -348 -3,0%
In de zomer van 2008 liet het weer door veel regen en wind te wensen over. Dit heeft effect gehad op het gedrag van watersporters. In 2008 laten in het IJsselmeergebied de doorvaart in Lemmer, de vaart door de Noordoostpolder en de doorvaart bij Zwartsluis de grootste “plus” zien. Ook de Larsersluis bij Zeewolde en de verbindingen vanaf het IJsselmeergebied met de binnenwateren van Noord-Holland, Edam, Monnikendam en Den Oever hebben het goed gedaan. Hieruit kan worden geconcludeerd dat het binnengebied van het slechte weer profiteert. Lelystad, Enkhuizen en de Lorentzsluis bij Den Oever hebben geen goed jaar gehad. De sluisbewegingen bij Kornwerderzand daarentegen zijn wel iets toegenomen. Het is onduidelijk waardoor dit wordt veroorzaakt. Onderstaande grafiek geeft een overzicht van de passages naar de Waddenzee over een reeks jaren. Het is duidelijk dat het aantal schepen dat richting Waddenzee (en Noordzee) vaart stijgt46. Vanaf globaal 1985 namen vooral de passages via Kornwerderzand toe. Vanaf 2000 is ook een sterk stijgende lijn waarneembaar ten aanzien van de sluispassages bij Den Oever. Deze groei heeft te maken met het instellen van een 24-uurs bediening in Den Oever en het ondieper worden van de Boontjes tussen Kornwerderzand en Harlingen. Het bijhouden van sluispassages in het IJsselmeergebied, bij voorkeur over een reeks van jaren, geeft belangrijke aanvullende informatie over (de gevolgen van) de ontwikkeling van de watersport, veranderingen in het gebruik en de invloed van het weer.
50.000 45.000 40.000 Den Helder
35.000
Den Oever
30.000
Kornwerderzand
25.000
Harlingen
20.000
Lauwersoog
15.000
Delfzijl
10.000 5.000 0 1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
De sluizen in de Randmeren bij Nijkerk en Roggebotsluis laten een daling zien van het aantal passages met 5 tot 6%. Dit beeld kwam ook al uit de afname van het aantal passanten. In theorie hadden de Randmeren als beschut vaarwater van het slechte weer moeten profiteren. De binnenwateren van Flevoland deden dit wel, de Randmeren zelf niet.
46
Concept Havenvisie Wadden, Verantwoord Varen op het Wad, Oranjewoud en Waterrecreatie Advies, juli 2009
- 16 -
7.
Conclusies
De watersport in het IJsselmeergebied is in de afgelopen decennia flink gegroeid. Het aantal ligplaatsen in jachthavens is van ca. 5.000 in 1965 gestegen naar 35.764 in 2009. Er zijn in het afgelopen jaar 2 nieuwe jachthavens bijgekomen en 242 ligplaatsen. Een van deze nieuwkomers is de jachthaven van WSV IJburg bij Amsterdam met 115 plaatsen en een haventje in Lelystad. Per saldo is het aantal boten in het IJsselmeergebied in 2009 met slechts 10 toegenomen. De toename van het aantal boten houdt geen gelijke tred met de ontwikkeling van de capaciteit, waardoor de gemiddelde bezettingsgraad is gedaald van 92% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. In het deel van Gelderland dat tot het IJsselmeergebied wordt gerekend, zijn 18 jachthavens met 3.216 ligplaatsen. De gemiddelde bezettingsgraad bedraagt 95,1%. De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. In 2008 was 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Het aandeel Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied daalt al een aantal jaren. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. In het Gelders deel van het IJsselmeergebied zijn 43 Duitse ligplaatshouders verdwenen en er zijn 22 Nederlandse ligplaatshouders bijgekomen. Per saldo is het aantal boten dus met 21 gedaald. In 2008 werden in de jachthavens in het IJsselmeergebied bijna 300.000 passanten (boten) geboekt. In Gelderland resulteert dit bij een gemiddeld aantal opvarenden van 2,7 per boot in ca. 65.000 persoonsovernachtingen. Daarnaast genereren de 3.057 verhuurde ligplaatsen nog ca. 145.000 persoonsovernachtingen. Het totale aantal persoonsovernachtingen in de jachthavens in het Gelders deel van het IJsselmeergebied kan derhalve worden geschat op ca. 200.000. In de winter van de 2008 op 2009 overwinterden 29.200 boten in het IJsselmeergebied, waarvan 9,3% in Gelderland. Door de zachte winters blijven steeds meer boten in het water liggen. Dit gaat ten koste van de winterstalling buiten op de wal. Wat de winter van 2009 op 2010 gaat brengen, nadat er afgelopen winter eindelijk weer eens geschaatst kon worden, moet worden afgewacht. Drie havens hebben concrete uitbreidingsplannen voor 171 nieuwe ligplaatsen en één haven wil wel uitbreiden, maar heeft geen aantal gespecificeerd. Twee havens geven aan problemen te hebben met de gewenste uitbreiding. In Gelderland zijn geen plannen voor nieuwe jachthavens. In het waterfront van Harderwijk worden wel havens en ligplaatsen verplaatst. Tot nu toe werd uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied met ca. 6.000 tot 42.000 in 2030. Een belangrijk deel hiervan zal worden gerealiseerd in de Randstad, globaal in de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals de Schaalsprong van Almere, de tweede fase van IJburg en het waterfront in Lelystad spelen daarin een rol. Wonen aan het water voorziet in een groeiende behoefte het water te kunnen beleven. Ook Harderwijk speelt hierop in. De gevolgen van de recessie zijn echter ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar; de verkoop van boten stagneert. Wanneer de markt zich gaat herstellen is nog niet te overzien. Vakantie in eigen land werd dit jaar gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Verwacht wordt een toename van het aantal passanten in 2009 van 5 tot 10%. Of de goede zomer ook een effect heeft op de verkoop van schepen moet worden afgewacht. In het Gelders deel van het IJsselmeergebied bevinden zich 30 plaatsen voor traditionele charterschepen. In feite worden deze plaatsen bezet door historische vaartuigen zoals botters. Verder liggen er in Harderwijk en Elburg nog een aantal passagiersschepen. Riviercruisevaart komt in de Randmeren niet voor.
- 17 -
Bijlagen:
Waterrecreatie Advies B.V. Het Ravelijn 1 Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 Rek. nr. 50.51.79.431 ABN-AMRO K.v.K. Lelystad nr. 39066758 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
Naambedrijf T.a.v. contactpersoon Adres Postcode en woonplaats
Lelystad, 24 juni 2009 Betreft: Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Geachte directie, geacht bestuur, beste mensen, Dit is het 15e opeenvolgende jaar dat wij de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeer- en Randmerengebied meten. Bijgaand treft u weer het bekende vragenformulier. Wij verzoeken u de gegevens te controleren, eventuele wijzigingen aan te geven en niet te vergeten om het aantal passanten en passantenovernachtingen in 2008 te vermelden. Vervolgens graag het ingevulde formulier per fax of in bijgesloten antwoordenvelop terugsturen. Als dank voor uw medewerking krijgt u dit keer niet alleen een overzicht van de belangrijkste resultaten van het afgelopen jaar maar ook een terugblik naar de situatie in 1994. Wat zijn nu in dit jubileumjaar opvallende veranderingen in het IJsselmeergebied sinds 1994. Wat opvalt is het brede draagvlak dat dit onderzoek in de loop der jaren heeft verworven. Al in het eerste zwart-wit briefje van de Stichting Waterrecreatie in 1994 wordt het belang van dit onderzoek voor beleidsmakers èn jachthavens benadrukt. Uw respons na de 1e en 2e mailing is in de loop der jaren gegroeid tot 60% resp. 80%, waardoor de kosten van dit onderzoek beheersbaar konden blijven. Ook onze informatieverschaffing aan u is sterk verbeterd. Kleurrijke grafieken en nadere details via de websites www.waterrecreatieadvies.nl en www.stichtingwaterrecreatie.nl houden u nu uitgebreid op de hoogte van alles wat er zoal speelt in het IJsselmeergebied, een begrip anno 2009, waar in 1994 nog werd gesproken over ‘het gebied rond de voormalige Zuiderzee’. Bijgaande grafiek laat zien dat de watersport sinds 1994 een flinke groei heeft doorgemaakt. De ligplaatscapaciteit groeide met 19,3% iets sneller dan het totale aantal boten, dat met 16,5% toenam. De gemiddelde bezettingsgraad was 94,2% in 1994, en schommelt nu rond de 92%. In het afgelopen jaar was er geen groei. Het aantal ligplaatsen bij de 219 bedrijven, verenigingen, stichtingen en gemeentehavens is met 168 gedaald tot 35.472. Twee jachthavens zijn verdwenen en ook herinrichting is een belangrijke oorzaak. Kleinere boxen worden opgeofferd en dat gaat ten koste van de capaciteit. Ook het aantal boten daalde met 69 tot 32.614. De bezettingsgraad liep iets op naar 91,7% - 18 -
Er zijn grote regionale verschillen. In onderstaande grafieken is het IJsselmeergebied (inclusief Randmeren, Ketelmeer en Zwarte Water) onderverdeeld naar provincie. Het betreft hier alle op dit groot water gerichte havens in de kustgebieden van Noord-Holland, Friesland, tegenwoordig Fryslân, Utrecht, Gelderland en Overijssel en de hele provincie Flevoland. Met 12.000 heeft de provincie Noord-Holland de meeste ligplaatsen in het IJsselmeergebied. De capaciteit is daar met 24% gegroeid. De grootste groei, 36% vond plaats in de provincie Flevoland, die met 9.459 ligplaatsen in grootte op de 2e plaats komt. Op de 3e plaats staat de provincie Fryslân met een ligplaatsgroei van 19% en een huidige capaciteit van 6.299 ligplaatsen. In de provincies Gelderland, Overijssel en Utrecht is weinig veranderd.
In de provincies Flevoland en Fryslân is de bezettingsgraad lager dan in de overige regio’s. De ligplaatscapaciteit is gemiddeld jaarlijks met 1,3% en het aantal boten met 1,1% gegroeid. Deze groei neemt af. Het gemiddelde voor de afgelopen 3 jaar was 0,9% voor de ligplaatsen en 0,7% voor de boten. Op die boten varen steeds minder Duitsers. In 1994 was het aandeel Nederlandse boten in het IJsselmeergebied 76,7% en in 1998 het laagst met 75,8%. Mede door economische problemen in Duitsland, is het aandeel Nederlanders sindsdien langzaam opgelopen naar 81,4% nu. Vooral in Fryslân is deze verschuiving groot, 64,8% Duitsers in 1994 en 49,2% nu. In de provincies NoordHolland en Utrecht zijn meer dan 90% van de ligplaatshouders afkomstig uit Nederland. Hoewel het aantal boten in het gebied dus aanzienlijk is gegroeid kan dat niet worden gezegd van het aantal passanten. Gemiddeld waren het er in de afgelopen jaren ruim 360.000, maar het gemiddelde van de afgelopen 3 jaar ligt bijna 20.000 lager. Het aantal passanten in 2007 was met 338.000 het laagst sinds 1996. De verwachting is dat door de economische crisis het aantal passanten weer toeneemt, omdat men dichter bij huis vakantie gaat vieren. Laten we hopen dat het een mooie zomer wordt! 47% van de passanten wordt in Noord-Holland geregistreerd, Fryslân staat op de 2e plaats met 28% en Flevoland volgt met 12%. De verdeling van de passanten over de diverse provincies is in de loop der jaren nauwelijks veranderd. Sinds 2000 meten we ook de verdeling zeil- en motorboot en de gemiddelde bootlengte. Het percentage zeilboten daalt, het sterkst in Noord-Holland. De gemiddelde bootlengte stijgt in alle provincies. In 2000 was de gemiddelde bootlengte 9,35 meter, nu 9,60. Wij hopen u weer wat nuttige informatie te hebben aangereikt en danken u, mede namens de provincies Noord-Holland, Flevoland, Fryslân, Overijssel, Gelderland en Rijkswaterstaat, voor uw medewerking aan dit onderzoek. Met vriendelijke groet, Waterrecreatie Advies BV
R. Steensma
- 19 -
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
25 130 15 49 2 ---------------221
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
35.764 91,4
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
68,1 31,9 9,6
% % m
: : : : :
81,9 16,6 0,3 1,1 3.711
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
3.090 3.898 384.222 1,3
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
13.461 5.528 20.557 92,4 10.211
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
30 2.618 26 3 11
:
605
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 20 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen aandeel provincie Gelderland in het IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
2 11 0 5 0 ---------------18
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
3.216 95,1
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
45,5 54,5 8,3
% % m
: : : : :
83,3 16,0 0,2 0,6 353
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
159 267 24.558 1,3
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
1.432 587 2.126 95 689
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
4 171 3 0 2
:
30
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 21 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen subregio Randmeren 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
6 32 4 11 0 ---------------53
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
11.521 91,8
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
57,0 43,0 8,6
% % m
: : : : :
84,8 13,9 0,3 1,0 1.061
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
950 912 67.320 1,4
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
5.093 1.152 6.727 92,8 3.078
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
16 1.099 13 1 8
:
77
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 22 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Vuilwaterstations provincie Gelderland, Randmerenkust (bron: www.vuilwater.info ) Indien onderstaande gegevens incompleet of achterhaald zijn, graag contact opnemen met: Stichting Recreatietoervaart Nederland Contactpersoon: Manon van Meer Postbus 102 3970 AC Driebergen T 0343 52 47 57 M 06 51 22 58 56 E
[email protected] ++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Gemeente Elburg Postbus 70 8080 AB ELBURG Tel. 0525 68 21 00 Jachthaven Strand Horst Palmbosweg 18 3853 LB ERMELO Tel. 0341 56 13 33 Kanaal: 31 WSV Flevo/ Jachthaven De Knar Postbus 333 3840 AH HARDERWIJK Tel 0341 42 32 71 WSV Nulde Strandboulevard 5 3882 RN PUTTEN Tel. 0341 35 27 32
- 23 -
-1-
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Deelrapportage provincie Noord-Holland
2009
Lelystad, december 2009 -2-
Voorwoord Dit rapport geeft inzicht in de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied inclusief Randmeren, hierna te noemen ‘IJsselmeergebied’. Extra aandacht wordt besteed aan de ontwikkelingen in het tot de provincie Noord-Holland behorende deel van het gebied. Sinds 1994 wordt in opdracht van de meeste omringende provincies, jaarlijks onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied. Voorheen werden de resultaten vooral op vaargebied gegroepeerd, waardoor de ontwikkelingen op provinciaal niveau maar beperkt zichtbaar werden. Dit jaar is de rapportage ingrijpend veranderd en wordt niet meer één rapportage voor het IJsselmeergebied gemaakt, maar krijgen de provincies ieder een op hun grondgebied toegesneden rapportage. De gevolgde meetmethodiek is onveranderd. Alle jachthavens in het gebied worden benaderd tot een respons van (nagenoeg) 100% is bereikt. Veranderingen in bijvoorbeeld ligplaatscapaciteit, bezettinggraad, type boot, herkomst ligplaatshouders en winterstallingmogelijkheden worden hierdoor direct zichtbaar. Niet alleen de ontwikkelingen in het afgelopen jaar worden gemeten, ook wordt gevraagd naar uitbreidingsplannen, zowel aan bestaande havens als aan gemeenten en projectontwikkelaars. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden jaarlijks besproken met de (36) jachthavens verenigd in het ‘Platform jachthavens IJsselmeergebied’. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen en fungeert als ‘klankbordgroep’ voor Waterrecreatie Advies. Er zijn ook een aantal havens uit de Waddenzee die aan dit overleg deelnemen, zodat effecten van het ene gebied op het andere gebied kunnen worden besproken. De resultaten van het overleg zijn voor zover relevant in deze rapportage verwerkt. Het verzamelen en analyseren van cijfers is noodzakelijk om inzicht te krijgen in hetgeen zich in de watersport afspeelt. Dit is belangrijk voor de sector, voor overheden en het ontwikkelen van beleid, maar ook om eventuele effecten op de in het gebied te beschermen natuurwaarden te kunnen inschatten. 15 jaar geleden, in 1994, wist niemand hoeveel ligplaatsen en boten er in het IJsselmeergebied waren. Die situatie is gelukkig veranderd. Dank zijn wij verschuldigd aan de opdrachtgevers, dit jaar de provincies Noord-Holland, Fryslân, Flevoland, Overijssel, Gelderland en aan Rijkswaterstaat. Ook dank aan de jachthavens die weer bereid waren ons van geactualiseerde gegevens te voorzien. Gelet op het belang hopen wij dat dit onderzoek, ondanks de huidige economische situatie, in de komende jaren kan worden voortgezet.
Foto omslag: Nieuwe jachthaven van WSV IJburg vlak voor oplevering bij de officiële opening van de toegangssluis op 28 mei 2009 .
Opdrachtgever:
Opgesteld door:
Provincie Noord-Holland Sector: Economie, Landbouw en Toerisme Postbus 3007 2001 DA Haarlem Contactpersoon: Dhr. J.P. Neuteboom Tel: 023-5143665
Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
-3-
Inhoudsopgave: 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.
Algemeen Doelstelling Definities Gebiedsindeling Methodiek
1 1 1 1 2
2. 2.1. 2.2. 2.2.1. 2.2.2. 2.2.3. 2.3. 2.3.1. 2.3.2. 2.3.3. 2.4.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009 Aantal jachthavens en exploitatievorm Verhuur vaste ligplaatsen Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot Herkomst ligplaatshouders Passanten Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten Aantal persoonsovernachtingen Winterstalling
3 3 4 4 5 6 7 7 7 8 9
3. 3.1 3.2
Trends Ontwikkeling van de watersport (1960 – 2009) Toekomstverwachting
10 10 11
4. 4.1 4.2
Uitbreidingsplannen Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens Plannen voor nieuwe jachthavens
13 13 13
5. 5.1. 5.2.
Chartervaart en riviercruisevaart Traditionele chartervaart en motorchartervaart Riviercruisevaart
14 14 14
6.
Sluizen en sluispassages
16
7.
Conclusies
19
Bijlagen: • • • •
20
Brief aan de jachthavens Tabel: Kengetallen IJsselmeergebied 2009 Tabel: Kengetallen aandeel provincie Noord-Holland in het IJsselmeergebied 2009 Overzicht vuilwaterstations in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied (bron: www.vuilwater.info)
-4-
1.
Algemeen
1.1.
Doelstelling
Inzicht geven in de ontwikkeling van de grote watersport door onderzoek te doen bij de jachthavens in het IJsselmeergebied. De resultaten worden vergeleken met de ontwikkelingen in het tot de provincie Noord-Holland behorende deel van het gebied. Waar mogelijk of relevant worden gesignaleerde verschillen verklaard. Om meer inzicht te krijgen in de vaarbewegingen, zijn dit jaar voor het eerst ook de sluispassages in het IJsselmeergebied in deze rapportage opgenomen.
1.2.
Definities
De door Waterrecreatie Advies gehanteerde definitie van een jachthaven is als volgt: er is sprake van “een jachthaven”, als er verhuur van lig- en/of passantenplaatsen voor de recreatievaart en/of chartervaart dan wel winterstallingactiviteiten plaatsvinden. Daarbij wordt geen ondergrens voor het aantal ligplaatsen gehanteerd. Een jachtmakelaar die in een jachthaven een verkoopsteiger huurt wordt niet als zelfstandige “jachthaven” geteld, maar een jachtwerf die bijvoorbeeld winterstallingmogelijkheden biedt wel. Door uit te gaan van deze definitie is het aantal “jachthavens” meestal groter dan men verwacht. Het geeft echter wel een volledig beeld en ook inzicht in wat er in de winter met de recreatievloot gebeurt. Schepen bij eigen woningen of in sloten en kanalen vallen buiten het onderzoek. Met passantenplaatsen in jachthavens worden “specifieke passantenplaatsen” bedoeld. Dit zijn plaatsen die niet op seizoen- of jaarbasis worden verhuurd. Niet verhuurde of tijdelijk vrijgekomen ligplaatsen (ligplaatshouder op vakantie of een weekend weg) worden in de praktijk meestal eerst als passantenplaats benut.
1.3.
Gebiedsindeling
Het IJsselmeergebied is geen vast afgebakende regio. Het is een grootschalig en uniek zoetwater gebied, van internationale betekenis voor de watersport. Het biedt openheid en ruimte. Meer ruimte dan op de binnenwateren en meer beschutting dan op zee. Lekker zeilen, rust en genieten van de ruimte worden door watersporters genoemd als belangrijkste motieven om in het IJsselmeergebied te varen47. Behalve IJsselmeer, Markermeer, Gouwzee en IJmeer worden ook de Randmeren en het Ketelmeer en Zwarte Meer tot het IJsselmeergebied gerekend. De grens tussen kustzone en binnengebied is niet scherp. In 1994, bij de start van dit monitoronderzoek is aan de jachthavens gevraagd of hun ligplaatshouders voornamelijk op het grote water van het IJsselmeergebied of op de binnenwateren waren gericht. Op basis daarvan is destijds de begrenzing van het gebied bepaald.
# Makkum
# #
Workum
# Hindeloopen
Den Oever Stavoren
#
# Warns
Lemmer #
#
Medemblik
Tot op heden is aan die indeling weinig veranderd. Bijna alle havens doen dus al 15 jaar mee. Nu ook bij een aantal provincies het binnengebied wordt “gemonitord”, is het mogelijk dat de gebiedsindeling nog wat wordt aangepast. Vooralsnog is dit niet gebeurd om een trendbreuk te voorkomen.
Emmeloord #
Enkhuizen #
Urk
#
Kampen #
#
Volendam #
Zwolle
Lelystad
#
# Elburg
Monnickendam Almere #
#
Amsterdam
# Harderwijk
#
Muiden #
Huizen
# Nijkerk
Amersfoort #
47
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 -1-
Vollenhove #
#
# Hoorn
Het blauwe water op bovenstaand kaartje wordt tot het IJsselmeergebied gerekend. Havens die hieraan grenzen, ook al liggen ze achter de sluis doen mee aan het jaarlijks onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied 48. Het water grenst aan de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht, Gelderland, Overijssel en Fryslân. Vanaf aanvang doen alle havens in Flevoland mee, dus inclusief de havens ‘binnen de dijk’. In Fryslân doen alle havens in de steden langs de kust mee, ook de havens achter de sluis zoals in Lemmer. In Workum zijn dit de havens tot de spoorbrug en bij Stavoren de havens aan het Johan Frisokanaal tot en met Marina Friesland bij Warns. In Overijssel doen de havens aan de IJssel in Kampen mee. Verder wordt het Zwarte Meer tot het gebied gerekend, de havens aan het Kadoelermeer t/m Vollenhove en de havens aan het Zwarte Water tot Zwolle. Ook Roggebotsluis hoort bij Overijssel. In Gelderland betreft het de havens die aan de Randmeren grenzen (Elburg, Nunspeet, Harderwijk, Ermelo, Nulde en Nijkerk). Onder de provincie Utrecht vallen de havens in Bunschoten en de havens langs de rivier de Eem vanaf Amersfoort. Net als in Fryslân doen in Noord-Holland alleen de havens mee in de steden die aan het IJsselmeergebied grenzen (al dan niet achter de sluis). In Amsterdam is een grens getrokken. De havens achter de Oranjesluis aan de noordkant van het IJ t/m de Sixhaven doen mee en de havens aan het Bovendiep aan ‘de monding van het Amsterdam-Rijnkanaal. De overige havens in de stad niet. De havens in het binnengebied van de provincie Noord-Holland hebben in 2003 en 2007 aan een vergelijkbare monitor van Waterrecreatie Advies meegedaan49. Er is toen een verdeling per WGRgebied gemaakt. Af en toe zal in deze rapportage aan die indeling worden gerefereerd.
1.4.
Methodiek
Op 24 juni 2009 is aan alle jachthavens een vragenformulier met begeleidende brief verzonden, waarna op 1 september 2009 een 'herinneringsmailing' volgde. De bedrijven kennen de procedure en erkennen het belang van dit onderzoek. De spontane respons op de eerste mailing was ondanks de drukte van het hoogseizoen 52%. Na een herinneringsmailing steeg de respons naar 67%. Niet respondenten zijn daarna telefonisch benaderd, waarna het onderzoek in oktober met een respons van nagenoeg 100% is afgesloten. Naast de bestaande jachthavens worden ook gemeenten en projectontwikkelaars benaderd, waarvan bekend is of het vermoeden bestaat dat zij plannen hebben voor het ontwikkelen van nieuwe jachthavens. Deze groep wordt jaarlijks gebeld met de vraag of er ontwikkelingen zijn. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden besproken met de (36) jachthavens verenigd in het Platform jachthavens IJsselmeergebied. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen.
48 49
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied, Waterrecreatie Advies, jaarlijkse rapportages 1994 t/m 2008 Ontwikkeling watersport provincie Noord-Holland 2000/2002 – 2007, Waterrecreatie Advies, maart 2008 -2-
2.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009
2.1.
Aantal jachthavens en exploitatievorm Aantal jachthavens Aandeel provincie Noord-Holland in het Provinciaal IJsselmeergebied Aantal jachthavens aandeel in % 130 33 25,4 % 25 10 40,0 % 2 2 100 % 15 5 33,3 % 49 22 44,9 %
Exploitatievorm Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging Totaal
221
72
32,6 %
Er zijn in het IJsselmeergebied in 2009 twee nieuwe jachthavens bijgekomen. De belangrijkste nieuwkomer is de haven van de Watersportvereniging IJburg die dit jaar in gebruik is genomen. Er zijn geen jachthavens verdwenen. Het aantal jachthavens in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied is met één toegenomen tot 72. In 2009 behoorde bijna 33% van de jachthavens in het IJsselmeergebied tot de provincie NoordHolland. Zoals ook uit onderstaande grafiek blijkt, zijn er in Noord-Holland relatief weinig (46%) commerciële havens en relatief veel (31%) verenigingshavens. De enige twee door het Rijk geëxploiteerde havens in het IJsselmeergebied liggen in Noord-Holland, te weten de passantenhaven in Marken en de museumhaven in Enkhuizen. In 2008 werd jachthaven Hemmeland tot de exploitatievorm “Rijk of provincie” gerekend, maar die is nu ingedeeld bij de gemeentelijke havens. Verandering van exploitatievorm komt vaker voor. Zo wordt de eerder als stichting geregistreerde Compagnieshaven in Enkhuizen nu tot de commercieel geëxploiteerde havens gerekend.
Exploitatievorm van de jachthavens Totaal IJsselmeergebied Deel provincie Noord-Holland 0%
20%
40%
60%
80%
Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging
100%
Voor een deel van de 221 deelnemers aan het onderzoek is de exploitatie van de haven ook de hoofdactiviteit. Onderstaande tabel laat zien dat 176 van de 221 jachthavens meer dan 20 ligplaatsen hebben. Deze 176 havens beheren 99,3% van de ligplaatscapaciteit in het gebied. Dit is vergelijkbaar met het Noord-Hollandse deel, waar 56 van de 72 havens met meer dan 20 ligplaatsen 99,5% van de capaciteit beheren. Deze havens in Noord-Holland hebben gemiddeld 216 ligplaatsen.
IJsselmeergebied Soort jachthaven Aantal jachthavens 176 21 10 13 1 221
Jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen Jachthavens met maximaal 20 ligplaatsen Passantenhaven, geen vaste ligplaatsen Alleen winterstallingactiviteiten Alleen vaste plaatsen historische schepen Gehele monitorbestand
-3-
Totaal aantal ligplaatsen 35.499 265 0 0 0 35.472
Aandeel provincie Noord-Holland Aantal jachthavens 56 6 4 5 1 72
Totaal aantal ligplaatsen 12.102 63
12.165
2.2.
Verhuur vaste ligplaatsen
2.2.1.
Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad Aantal schepen op een wachtlijst Drukfactor
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 32.674 91,4 % 3.711 10 %
Aandeel provincie Noord-Holland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 72 32,6 % 12.165 34,0 % 11.651 35,7 % 95,8 % 2.110 56,9 % 17 %
In het IJsselmeergebied is de gemiddelde bezettingsgraad 91,4%. Dat ligt iets onder de 92% die door HISWA Vereniging als noodzakelijke ondergrens wordt beschouwd om op economisch verantwoorde wijze een jachthaven te kunnen exploiteren. In de provincie Noord-Holland is de gemiddelde bezettingsgraad veel hoger. Het probleem met wachtlijsten speelt zich dan ook hoofdzakelijk af in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied. De hoogte van de wachtlijst gedeeld door de beschikbare capaciteit wordt ‘de drukfactor’ genoemd. Hoe hoger de drukfactor, hoe groter het probleem. Ook wanneer naar de kustzones van de verschillende WGR-gebieden wordt gekeken, is de gemiddelde bezettingsgraad hoog. De drukfactor is het hoogst in West Friesland. In hoofdstuk 4.1. wordt verder op de achtergronden van wachtlijsten ingegaan.
Kengetallen
Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad Aantal schepen op een wachtlijst Drukfactor
Tot het IJsselmeergebied behorend aandeel van de Noord-Hollandse WGR-gebieden Kop van WestAgglomeratie Gooi- en NoordFriesland Amsterdam Vechtstreek Holland 1 20 39 12 340 3.834 4.996 2.995 330 3.700 4.715 2.906 97,1% 96,5% 94,4 % 97,0 % 0 900 770 440 0% 23 % 15 % 15 %
Verschillen met 2008
Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad in % Aantal schepen op een wachtlijst
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Noord-Holland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal In % Aantal 221 2 0,9 % 72 1 1,4 % 35.764 242 0,7 % 12.165 115 1,0 % 32.674 10 0,0 % 11.651 30 0,3 % 91,4 % -0,6 % 95,8 % - 0,7 % 3.711 40 1,1 % 2.110 20 1,0 %
In het IJsselmeergebied zijn er in 2009 2 jachthavens, 242 ligplaatsen en 10 boten bijgekomen. Omdat er meer ligplaatsen bijkwamen dan boten, is de gemiddelde bezettingsgraad gedaald van 92,0% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. Bijna 50% van de capaciteitsgroei in het IJsselmeergebied komt voor rekening van de provincie Noord-Holland. Watersportvereniging IJburg, gelegen binnen de Agglomeratie Amsterdam is hiervoor verantwoordelijk. De haven was bij de opening meteen 100% bezet en heeft al een wachtlijst. Alleen inwoners van IJburg kunnen in deze haven een ligplaats krijgen. -4-
In de Agglomeratie Amsterdam zijn 45 en in de Gooi- en Vechtstreek 11 boten bijgekomen. In WestFriesland zijn 26 boten uit het gebied verdwenen. In het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied zijn 30 boten bijgekomen. Het aantal ligplaatsen is echter sneller toegenomen dan het aantal boten waardoor de gemiddelde bezettingsgraad met 0,7% is gedaald tot 95,8%.
2.2.2.
Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal zeilboten Aantal motorboten Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
Kengetallen
Percentage zeilboten Percentage motorboten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 22.265 10.409 68,1 % 31,9 % 9,6 m
Aandeel provincie Noord-Holland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 11.651 35,7 % 8.794 39,5 % 2.857 27,4 % 75,5 % 24,5 % 9,6 m
Tot het IJsselmeergebied behorend aandeel van de Noord-Hollandse WGR-gebieden Kop van WestAgglomeratie Gooi- en NoordFriesland Amsterdam Vechtstreek Holland 97 % 91 % 63 % 74 % 3% 9% 37 % 26 % 11,0 m 10,4 m 9,4 m 8,9 m
Gemiddeld zijn er in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied wat meer zeilboten, vooral in de noordelijke regio’s Kop van Noord-Holland en West-Friesland. Daar zijn de boten gemiddeld ook langer. Verschillen met 2008
Aantal zeilboten Aantal motorboten Totaal aantal boten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Noord-Holland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 22.265 - 301 - 1,3 % 8.794 - 30 - 0,3 % 10.409 311 3,1 % 2.857 60 2,1 % 32.674 10 0.0 % 11.651 30 0,3 % 9,6 m 0,05 m 0,5 % 9,6 m - 0,01 m - 0,1 %
Het aandeel motorboten is in het IJsselmeergebied toegenomen van 30,9% in 2008 naar 31,9% in 2009. De gemiddelde bootlengte is met 5 cm gestegen. De conclusie is dat het totaal aantal boten niet veel verandert. Er komen boten bij en er verdwijnen boten, waarbij het percentage motorboten stijgt en de gemiddelde lengte toeneemt. De gemiddelde lengte van de boten in Noord-Holland verandert nauwelijks, net als in Overijssel. In de rest van het IJsselmeergebied neemt de gemiddelde lengte wel toe. Een verklaring kan zijn dat havens hun ‘boxmix’ niet aanpassen, waardoor geen ruimte ontstaat voor grotere boten. Deze boten wijken mogelijk uit naar andere gebieden. Nader onderzoek is gewenst.
-5-
2.2.3.
Herkomst ligplaatshouders
Boten op vaste ligplaatsen Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders uit overige landen
Totaal in het IJsselmeergebied Verdeling Aantal in % 32.674 26.760 81,9 % 5.437 16,6 % 112 0,3 % 365 1,1 %
Aandeel provincie Noord-Holland Verdeling Aantal in % 11.651 10.817 92,8 % 635 5,5 % 52 0,4 % 147 1,3 %
Naast Nederlanders, Duitsers en Belgen zijn in het IJsselmeergebied nog 365 ligplaatshouders afkomstig uit andere landen. 40% van deze ligplaatshouders uit de categorie ‘overige landen’ , bijvoorbeeld Engelsen, heeft een ligplaats in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied vanwege de gunstige geografische ligging en de bereikbaarheid.
Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders uit overige landen
Tot het IJsselmeergebied behorend aandeel van de Noord-Hollandse WGR-gebieden Kop van WestAgglomeratie Gooi- en NoordFriesland Amsterdam Vechtstreek Holland 99 % 90 % 95 % 92 % 1% 9% 4% 4% 0% 0% 0% 1% 0% 1% 1% 3%
Verschillen met 2008 De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. Zo was in 2008 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Voor Noord-Holland geldt in dezelfde periode een verschuiving van 92,7% naar 92,8%. Het aandeel Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied daalt, dit proces loopt al een aantal jaren. Ook in de provincie Zeeland is het percentage Duitse ligplaatshouders sinds 2003 met 0,5% gedaald naar 11,2% in 200850. Duitsers in het zuidelijk deel van het IJsselmeergebied komen vooral uit het Ruhrgebied, in het noordelijk deel ook uit Midden- en Noord-Duitsland (globaal tot Hamburg). Er is geen specifiek onderzoek naar gedaan, maar aangenomen wordt dat het aantal Duitsers dat de boot verplaatst naar de Oostzee, Mecklenburg – Vorpommern en Brandenburg beperkt is. In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaald naar aantallen ligplaatshouders. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten uit het gebied verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. Het saldo is daardoor +10. Uit deze cijfers blijkt dat er meer in het gebied aan de hand is dan uit het saldo kan worden afgeleid. Nader onderzoek naar het vertrek van Duitse ligplaatshouders is gewenst om de negatieve ontwikkeling te kunnen keren.
Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders overige landen Totaal 50
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Noord-Holland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 26.760 158 0,6 % 10.817 44 0,4 % 5.437 - 183 - 3,3 % 635 - 13 - 2,0 % 112 - 10 - 8,2 % 52 - 9 - 15 % 365 45 14,1 % 147 8 5,9 % 32.674 10 0.0 % 11.651 30 0,3 %
Evaluatie watersportbeleid provincie Zeeland 2000 – 2008, Waterrecreatie Advies, april 2009
-6-
2.3.
Passanten
Passanten zijn de bezoekende boten die tegen betaling in een jachthaven verblijven. Gebruikelijk is dat passanten tijdelijk vrijgekomen of niet verhuurde vaste ligplaatsen gebruiken. Sommige historische havensteden of steden met een bijzonder achterland trekken meer passanten dan het aantal uitvarende ligplaatshouders. Voor deze bezoekers worden speciale plaatsen gereserveerd. Deze plaatsen worden ‘specifieke passantenplaatsen’ genoemd en worden niet op jaar- of seizoensbasis verhuurd. Ook komt het voor dat passanten tegen een speciaal tarief in de vorm van een week- of maandkaart langer in een haven verblijven. In die gevallen wordt de boot vaak voor een periode onbemand achtergelaten. Niet alle jachthavens weten hoeveel bootovernachtingen aan deze “langpassanten” moeten worden toegerekend. Bij de bepaling van de gemiddelde verblijftijd worden deze langpassanten zonder persoonsovernachtingen niet meegeteld.
2.3.1.
Aantal specifieke passantenplaatsen
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen
Kengetallen
Aantal specifieke passantenplaatsen
2.3.2.
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 3.090 3.898
Aandeel provincie Noord-Holland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 72 32,6 % 12.165 34,0 % 514 16,6 % 1.465 37,6 %
Tot het IJsselmeergebied behorend aandeel van de Noord-Hollandse WGR-gebieden Kop van WestAgglomeratie Gooi- en NoordFriesland Amsterdam Vechtstreek Holland 0 902 413 150
Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten
Op het moment dat het monitoronderzoek werd gehouden, zomer 2009, konden de havens nog geen bezoekersaantallen voor heel 2009 opgeven. Daarom wordt standaard gevraagd naar de bezoekende schepen in het voorgaande jaar. Onderstaande tabellen gaan dan ook over de passanten in 2008.
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddelde verblijftijd (dagen)
Totaal in het IJsselmeergebied 221 384.222 1,3
Aandeel provincie Noord-Holland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 72 32,6 % 167.021 43,5 % 1,3
Als de gemiddelde verblijftijd in het IJsselmeergebied gemiddeld 1,3 dagen is, gaat het dus om 384.222 bootovernachtingen / 1,3 verblijfsdagen = ca. 300.000 bezoekende boten. Uit diverse onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters51 is gebleken, dat 60-70% van de passanten hun thuishaven elders in het IJsselmeergebied heeft. Daarnaast zijn belangrijke herkomstgebieden de Friese binnenwateren en de Hollandse Plassen.
51
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003; Onderzoek vaargedrag Randmeren en binnenwateren van Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006; Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007.
-7-
Kengetallen
Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddelde verblijftijd
Tot het IJsselmeergebied behorend aandeel van de Noord-Hollandse WGR-gebieden Kop van WestAgglomeratie Gooi- en NoordFriesland Amsterdam Vechtstreek Holland 4.560 86.897 54.103 21.461 1,2 1,2 1,3 1,4
Verschillen met 2007 Het aantal passanten het IJsselmeergebied is in 2008 ten opzichte van 2007 licht gedaald (-1,3%). In Noord-Holland is het aantal passanten gedaald met 4,8%. Dit is fors en heeft deels te maken gehad met het weer (zie ook hoofdstuk 6, sluizen en sluispassages). De gemiddelde verblijfstijd van passanten in de jachthavens is gelijk gebleven, 1,28 dagen.
2.3.3.
Aantal persoonsovernachtingen
In voorgaande jaren zijn door Waterrecreatie Advies diverse onderzoeken uitgevoerd, waarbij toervaarders rechtstreeks werden benaderd met een reeks vragen over hun vaargedrag, waaronder de vraag: “Met hoeveel personen bent u meestal aan boord?” In navolgende tabel staan de resultaten van deze onderzoeken. Het aantal personen aan boord is niet over het gehele jaar constant. In de schoolvakanties varen er veel meer gezinnen met kinderen, dan in het voor- en naseizoen. De onderzoeken zijn verdeeld over het gehele vaarseizoen uitgevoerd.
Aantal personen aan boord, volgens de diverse onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters: Vaargebied
Zeilboten
IJsselmeergebied & Waddenzee52 Noordzee53 Randmeren en binnenwateren Flevoland54 Amsterdam55 Fryslân en Leeuwarden56 Deltagebied57
Motorboten
2,5 2,7
2,5 2,1 2,7 2,4 2,8
2,9
2,6
Het gemiddeld aantal personen aan boord van recreatievaartuigen in het tot het IJsselmeergebied behorende deel van de provincie Noord-Holland is 2,5. Daarmee genereren de bezoekende boten in de jachthavens ca. 418.000 persoonsovernachtingen (= 167.021 bootovernachtingen x 2,5 personen). Niet alleen de bezoekende boten generen overnachtingen, ook de ligplaatshouders verblijven gedurende het vaarseizoen een aantal nachten in de eigen haven aan boord, al dan niet na afloop van een dagtocht. Op basis van een onderzoek in Aalsmeer wordt gerekend met gemiddeld 20 overnachtingen per seizoen in de eigen haven58. Daarmee genereren de 11.651 verhuurde ligplaatsen nog ca. 580.000 persoonsovernachtingen (= 11.651 boten x 20 overnachtingen x 2,5 personen). Het totale aantal persoonsovernachtingen in de havens in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied kan derhalve worden geschat op ca. 1 miljoen.
52
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 Onderzoek vaargedrag Noordzee, Waterrecreatie Advies, januari 2004 54 Onderzoek vaargedrag Randmeren en Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006 55 Onderzoek watersport Amsterdam, Waterrecreatie Advies, oktober 2006 56 Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007 57 Onderzoek vaargedrag Deltagebied, Waterrecreatie Advies, januari 2004 58 Onderzoek gemeente Aalsmeer over verblijf aan boord in verband met Toeristenbelasting 53
-8-
2.4.
Winterstalling
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter Percentage boten dat in gebied blijft
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 13.461 5.528 10.211 29.200 89 %
Aandeel provincie Noord-Holland Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 11.651 35,7 % 33,0 % 4.444 24,3 % 1.345 37,4 % 3.821 9.610 32,9 % 82 %
Uit de tabel blijkt dat in de winter 32,9% van alle boten in het IJsselmeergebied in het NoordHollandse deel overwinteren. Het aanbod aan winterstallingmogelijkheden in loodsen in het NoordHollands deel van het IJsselmeergebied is verhoudingsgewijs beperkt.
Kengetallen
Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter Percentage boten dat in gebied blijft
Tot het IJsselmeergebied behorend aandeel van de Noord-Hollandse WGR-gebieden Kop van WestAgglomeratie Gooi- en NoordFriesland Amsterdam Vechtstreek Holland 330 3.700 4.715 2.906 70 1.015 2.235 1.124 70 509 539 227 130 1.322 1.605 764 270 2.846 4.379 2.115 82 % 77 % 93 % 73 %
Verschillen met 2008 Het aantal boten dat in de winter in het IJsselmeergebied verblijft, is gestegen van 28.960 in 2008 tot 29.200 in 2009. Ook het percentage overwinteraars ten opzichte van het aantal boten in de zomer stijgt (van 88,7% naar 89,4%). Dat betekent dat steeds meer mensen hun schip in de winter niet meer ‘mee naar huis’ nemen, maar het schip in het vaargebied achterlaten. In de Noord-Hollandse havens is dit percentage gestegen van 81,2% in 2008 naar 82,5% in 2009. In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaald naar het aantal boten.
Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Noord-Holland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 13.461 - 173 - 1,3 % 2.235 - 31 - 0,7 % 5.528 85 1,6 % 539 0 0 % 10.211 328 3,3 % 1.605 204 5,6 % 29.200 240 0,8 % 4.379 173 1,8 %
In het IJsselmeergebied zijn waarschijnlijk dankzij een reeks zachte winters meer boten in de winter in het water gebleven. Dit gaat ten koste van de droge winterstalling buiten op de wal. Het aantal boten in loodsen is wel toegenomen. Ook binnen de provincie Noord-Holland is deze trend zichtbaar. In de winter van 2008 op 2009 kon eindelijk weer worden geschaatst. Welke verschuivingen dat veroorzaakt in de komende winter moet worden afgewacht, maar het ligt voor de hand dat het aantal boten op de wal zal toenemen.
-9-
3.
Trends
3.1.
Ontwikkeling watersport 1960 - 2009
Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen tot 35.764. Hiervan heeft de provincie Noord-Holland 12.165 ligplaatsen. In onderstaande grafiek is te zien hoe de ligplaatscapaciteit in het IJsselmeergebied (zwart) in de periode 1960 – 2009 is toegenomen. De historische lijn (1996 – 1994) is afgeleid van de gegevens die door de jachthavens bij aanvang van het monitoronderzoek in 1994 werden verstrekt. Vanaf de start van de monitor zijn zowel de ligplaatscapaciteit (ronde stip, linker as) als de gemiddelde bezettingsgraad (driehoekjes, rechter as) bekend. In dezelfde grafiek is het aandeel van de provincie Noord-Holland (blauw) getekend.
Ontwikkeling watersport (2009) Totaal IJsselmeergebied en het provincie Noord-Holland deel Aantal ligplaatsen
Bezettingsgraad
40.000 35.000
In 2009 in het IJsselmeergebied: 35.764 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 91,4%
100
30.000 95
25.000 20.000
90
In 2009, aandeel provincie Noord-Holland: 12.165 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 95,8%
15.000 10.000
85 5.000 80
0 1960
1970
1980
1990
2000
Jaar
2010
Historische groei ligplaatscapaciteit IJsselmeergebied Gemeten aantal ligplaatsen IJsselmeergebied Historische groei ligplaatscapaciteit in het Noord-Hollandse deel Gemeten aantal ligplaatsen in het Noord-Hollandse deel Bezettingsgraad IJsselmeergebied Bezettingsgraad in het Noord-Hollandse deel
De introductie van polyester in de jachtbouw maakte het mogelijk jachten in serie te gaan bouwen tegen een, ten opzichte van hout en staal, concurrerende prijs. In heel Nederland werden globaal vanaf de 60-er jaren van de vorige eeuw jachthavens gebouwd om de groeiende recreatievloot op te vangen. Verder speelt de aanleg van Flevoland en het ontstaan van de recreatiemogelijkheden in de Randmeren een rol in de toename van het aantal schepen in het IJsselmeergebied. De grafiek laat deze ontwikkeling prachtig zien. Ook de dip / recessie in de 80-er jaren is zichtbaar en het daarop volgend herstel. Opvallend is dat sinds de 80-er jaren de groei in Noord-Holland achterblijft bij de rest van het IJsselmeergebied. Fluctuaties in de bezettingsgraad worden vooral veroorzaakt door de oplevering van nieuwe havens. In de grafiek van Noord-Holland is bijvoorbeeld het effect van de oplevering van Marina Volendam en de haven van WSV IJburg duidelijk zichtbaar.
- 10 -
3.2.
Toekomstverwachting
Het is lastig om op dit moment een goede verwachting voor de toekomst te bepalen. In de afgelopen jaren werd in het Overlegplatform jachthavens IJsselmeergebied uitgegaan van een langzame afname van de groei, mede in verband met de vergrijzing en een afname van de groei van de bevolking. Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen van ca. 5.000 naar bijna 36.000 nu, een toename van ruim 30.000 ligplaatsen in ca. 45 jaar. In de komende 20 jaar (tot 2030) werd tot nu toe uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen met ca. 6.000 tot 42.000. Door de huidige crisis stagneert de toename van het aantal boten. In de 80-er jaren is dit tijdens de toenmalige (olie)crisis is dit ook gebeurd. Als er geen boten bijkomen, daalt de vraag naar ligplaatsen en de ontwikkeling van het aanbod. Plannen worden uitgesteld. In het begin van de 90-er jaren volgde een inhaalslag. De groei die resteert, zal niet evenwichtig over het gebied worden verdeeld. Het aantal boten in sommige delen van het IJsselmeergebied zal stabiliseren, Naar verwachting zal de grootste groei plaatsvinden in de Randstad, globaal in de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals (de Schaalsprong van) Almere en IJburg (2e Fase) spelen daarin een rol. Ook Lelystad groeit en is bezig haar waterfront te ontwikkelen. De belangstelling voor wonen aan het water neemt toe, ook in het zuidelijk IJsselmeergebied. De ontwikkeling van waterfronten en mogelijkheden voor wonen aan het water spelen in op de groeiende behoefte om het water te kunnen beleven. De schaal en de kwaliteit van het water spelen daarbij een belangrijke rol. Nieuwe bewoners zullen het water willen benutten, de populariteit van WSV IJburg is daar een goed voorbeeld van. Bij de ontwikkeling van waterfronten loopt de Friese IJsselmeerkust voorop. In Lemmer, Makkum en Workum (en vele andere plaatsen in Fryslân) zijn in de afgelopen decennia duizenden vakantiewoningen en woningen voor permanent verblijf met een eigen ligplaats aan het water gebouwd. Dat sommige jachthavens hier wel eens problemen mee hebben is begrijpelijk. Zij zien potentiële of bestaande ligplaatshouders ‘weglekken’ en dat gaat ten koste van hun eigen bezettingsgraad of groei. Anderzijds zijn er in Fryslân ontzettend veel boten bijgekomen en daar profiteert iedereen van, ook bestaande havens (o.a. winterstalling, passanten en vooral imago).
Aantal ligplaatsen, boten en passanten in het IJsselmeergebied
Aantal ligplaatsen en boten
Aantal passanten 380.000 360.000
35.000
340.000 320.000 300.000 280.000
25.000 1995
260.000 2000
2005
Jaar 2010
Toename van het aantal ligplaatsen en boten in jachthavens betekent niet dat automatisch ook het aantal vaarbewegingen toeneemt. De grafiek hiernaast toont aan dat het aantal passanten in het IJsselmeergebied stabiel is of zelfs licht daalt terwijl het aantal ligplaatsen en het aantal boten toeneemt. Vroeger ging men meerdere weken achter elkaar met de boot op vakantie. Tegenwoordig is niet alleen sprake van vakantiespreiding, maar onderneemt men ook meerdere soorten (kortere) vakanties.
Aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied Aantal boten met een vaste ligplaats Aantal geregistreerde passanten
Natura 2000 zorgt op dit moment vooral in het zuidelijk IJsselmeergebied voor vertraging bij de uitbreiding van bestaande en aanleg van nieuwe jachthavens. Het blijkt moeilijk te zijn om objectief de gevolgen van de verschillende vormen van waterrecreatie op de natuurwaarden in te schatten59.
59
Jachthaven Muiden, ‘Second opinion’ significante effecten Natura 2000, Waterrecreatie Advies, april 2008
- 11 -
In opdracht van het Ministerie van LNV is een belangrijke stap gemaakt met de Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’60. Behalve problemen met de uitbreiding van jachthavens heeft men in het zuidelijk IJsselmeergebied problemen met waterplanten. Vooral in de Randmeren en langs de NoordHollandse Markermeerkust neemt de overlast jaarlijks toe. De wens om te gaan varen hangt verder af van de kwaliteit van de voorzieningen. Ook de ‘ruimtelijke kwaliteit’ krijgt meer aandacht, vooral in de provincie Fryslân. Is het mooi, ‘klopt het’, is het leuk, wat valt er te beleven? De concurrentie met andere vormen van vrijetijdsbesteding al dan niet in het buitenland neemt toe. Daarom is meer aandacht nodig voor de kwaliteit en belevingswaarde van watersportgebieden en vaardoelen zoals steden en dorpen. De invloed op de kwaliteit en belevingswaarde van het IJsselmeer door de voorgenomen bouw van het windmolenpark Noordoostpolder moet daarom niet worden onderschat. Watersport is breder dan het varen met een boot en levert een belangrijke bijdrage aan de regionale en lokale economie. De omzet van de watersportindustrie in het IJsselmeergebied kan worden geschat op € 630 miljoen per jaar en de bijbehorende werkgelegenheid op 6.000 arbeidsplaatsen (Fte)61. De gevolgen van de recessie zijn ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar geworden. Jachtwerven, makelaars en importeurs maken zware tijden door. De verkoop van boten stagneert, net als de verkoop van huizen en auto’s. Toch blijkt uit deze monitor dat nog steeds boten van eigenaar en plaats veranderen. De recessie had afgelopen zomer ook een positieve kant. Vakantie in eigen land werd gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Deelnemers aan het Platform jachthavens IJsselmeergebied verwachten in 2009 een groei van 5 tot 10%. Behalve de toename van het aantal inwoners in de Randstad (incl. Almere en Lelystad) is er ook al jaren een ‘trek naar groter water’. Eigenlijk is de hele groei in het IJsselmeergebied in de afgelopen decennia daar een voorbeeld van. Watersporters verleggen hun vaargebied telkens verder, tegenwoordig gaan velen in het hoogseizoen naar de Waddenzee en de Noordzee. Daardoor stijgen de sluisbewegingen in de Afsluitdijk (zie ook hoofdstuk 6). Verder zorgt vergrijzing in de vloot voor veranderingen en voor kansen. Het juiste product moet op de juiste plaats worden aangeboden. Een toename van het percentage motorboten is vervelend voor de havens aan het IJsselmeer, maar biedt kansen voor de binnenwateren van Noord-Holland, Overijssel, Flevoland en voor de Randmeren. Seizoensverlenging is een kans, maar men moet de watersporter in die periode wel iets kunnen bieden. Zoals blijkt is de toekomstverwachting afhankelijk van veel factoren. Veranderingen kunnen worden gemeten en sommige ontwikkelingen kunnen worden beïnvloed. Het aantal niet-werkenden en gepensioneerden zal in de komende jaren toenemen. Het is aan de sector en aan de diverse overheden om ervoor te zorgen dat het IJsselmeergebied een concurrerend en een onderscheidend ‘toeristisch product’ blijft.
60
Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’, Omgaan met onzekerheden in effectbeoordelingen’, Kenniscentrum Recreatie, november 2009 61 Bewerking Kerncijfers Toerisme Noord-Holland 2002 op basis cijfers NML uit 1999
- 12 -
4.
Uitbreidingsplannen
4.1
Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens
8 bestaande jachthavens in het Noord-Hollands deel van het IJsselmeergebied hebben concrete uitbreidingsplannen voor in totaal 795 nieuwe ligplaatsen. Realisatie van deze plannen wordt voor een belangrijk deel vertraagd door (procedures rond) de nieuwe natuurwetgeving. Naast genoemde 8 havens zijn er nog 7 havens die aangeven binnen hun havenkom uitbreidingsmogelijkheden te hebben, maar nog geen concrete (realisatie)plannen. Het gaat bij deze 7 havens in totaal om ruim 400 plaatsen. Omdat dit onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport jaarlijks plaats vindt, is ook goed zichtbaar dat havens plannen uitstellen. Procedures zorgen voor vertraging. Daarnaast wordt ook rekening gehouden met de uitkomsten van dit onderzoek (ontwikkeling capaciteit en bezettingsgraad) en met de economie. Op dit moment stabiliseert het aantal boten en ligt het voor de hand plannen uit te stellen. Realisatie van de nieuwe jachthaven in Hoorn is daar een voorbeeld van. De gemiddelde scheepslengte neemt wel bijna overal toe. Dit heeft gevolgen voor de ‘boxmix’, de procentuele verdeling van de ligplaatsen qua lengte. Veel, vooral oudere havens moeten eigenlijk herinrichten. Om hetzelfde aantal schepen plaats te kunnen bieden is ruimte nodig, los van eventuele wensen om de capaciteit te vergroten. Soms zijn uitbreidingen nodig om de gewenste of noodzakelijke kwaliteit of voldoende rendement te kunnen (blijven) leveren. De gemiddelde bezettingsgraad in het Noord-Hollandse deel van het gebied is hoog. Verder staan ruim 2.000 schepen bij de verschillende havens op een wachtlijst. Deels gaat het om verplaatsingen vanwege prijs of kwaliteit, of omdat men qua afmetingen geen passende ligplaats kan krijgen voor de (nieuwe) boot. Soms staat men op meerdere wachtlijsten genoteerd, maar het kan ook zijn dat men zich niet inschrijft, omdat de gewenste ligplaats in een bepaalde haven toch niet op een redelijke termijn beschikbaar zal komen. Wachtlijsten moeten in ieder geval niet worden gezien als ‘absoluut getal’ of ‘tekort’ aan ligplaatsen. Er zit meer achter. Hoe actueel zijn wachtlijsten, worden ze geregeld opgeschoond? Moet men jaarlijks een bijdrage betalen om op een wachtlijst te blijven staan? Het aantal schepen op een wachtlijst gedeeld door de capaciteit, de ‘drukfactor’, geeft wel een indicatie van de (lokale) ernst van het capaciteitsprobleem (zie hoofdstuk 2.2.1.).
4.2.
Plannen voor nieuwe jachthavens
In het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeer zijn een aantal plannen voor nieuwe jachthavens (Oude Zeug, Hoorn, Amsterdam, Muiden en Blaricum). Door uiteenlopende omstandigheden wordt de aanleg van deze havens vertraagd (zie ook hoofdstuk 3.2), of verkeert de planvorming nog in een pril stadium en gaat het vooral om ruimtelijke reserveringen. De toekomst van de Metropoolregio Amsterdam, ontwikkelingen rond het IJmeer (2e Fase IJburg, Schaalsprong Almere, OV SAAL, TMIJ), het toekomstig peilbeheer en uiteraard de ontwikkeling van de economie en de huizenmarkt zijn van grote invloed op de kansen voor de aanleg van nieuwe jachthavens.
- 13 -
5.
Chartervaart en riviercruisevaart
5.1.
Traditionele chartervaart en motorchartervaart
De ‘traditionele chartervaart’ betreft historische schepen die op commerciële basis worden verhuurd. Veelal gaat het om klippers en tjalken. In de afgelopen jaren zijn er ook nieuwe schepen gebouwd die onder deze categorie vallen. De vroeger wel gebruikte term ‘bruine vloot’ gaat niet meer op. De meeste schepen hebben hun bruine zeilen vervangen door witte zeilen. Het gaat om een volwassen bedrijfstak die kwalitatief goede voorzieningen biedt. Naast de zeilende chartervaart is ook de motorchartervaart belangrijk geworden. Het gaat dan veelal om historische- of voormalige vrachtschepen die zijn verbouwd om groepen mensen te vervoeren. Bekend zijn o.a. de ‘fietsboten’. Het schip fungeert als ‘varend hotel’ en de gasten fietsen van locatie naar locatie. De chartervaart, zowel de zeilende- als de motorchartervaart, kent het begrip ‘vaste ligplaats’ nauwelijks. Er wordt gewerkt met begrippen als ‘thuishaven’, ‘opstapplaats’ en ‘vaargebied’. Een ‘opstapplaats’ is een plaats in een haven waar de gasten aan boord komen. De meeste traditionele charterschepen hebben een vaste ‘opstapplaats’. Enkhuizen, Hoorn, Monnikendam en Muiden zijn bekende thuishavens en opstapplaatsen voor de traditionele chartervaart in Noord-Holland. Nadat de schepen hun gasten aan boord hebben, gedragen zij zich als ‘passant’ en ontstaat ruimte voor bezoekende schepen. Het aantal plaatsen voor deze schepen wordt bepaald door de lokale omstandigheden en de beschikbare meters kade. Hierbij wordt rekening gehouden met de gemiddelde lengte van de schepen en het aantal schepen dat naast elkaar kan en mag afmeren. In het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied zijn door de (jacht)havens in totaal 262 plaatsen voor traditionele charterschepen opgegeven, 43% van het totale aantal plaatsen in het IJsselmeergebied. De traditionele chartervaart speelt hier dan ook een belangrijke rol. Een overzicht van het aantal charterschepen, gemiddelde omzet, weekprijzen, totale capaciteit en het aantal overnachtingen is verkrijgbaar bij de Belangenvereniging Beroepschartervaart (BBZ) in Enkhuizen.
5.2.
Riviercruisevaart
De oorsprong van de riviercruisevaart ligt in Duitsland, het bekende ‘reisje langs de Rijn’. De schepen zijn groter geworden en tegenwoordig is een lengte van 130 meter geen uitzondering meer. Ook in het IJsselmeergebied neemt het aantal riviercruiseschepen toe. Een aantal komt het gebied binnen via de IJssel, maar ook Amsterdam is voor veel schepen zowel vaardoel als opstapplaats. De riviercruisevaart kent veel internationale passagiers. Als een schip een haven aandoet wordt dit een ‘call’ genoemd. Amsterdam Cruise Port (ACP) in Amsterdam registreert het aantal ‘calls’ van schepen in de provincie Noord-Holland. Bekende havens voor dergelijke schepen in het IJsselmeergebied zijn Amsterdam, Enkhuizen, Hoorn en Kampen. Stavoren is als haven in opkomst. Vaak worden bustochten ondernomen of steden bekeken. De bestedingen van de passagiers aan land kunnen aanzienlijk zijn als men de passagiers (via de rederijen) kan verleiden tot een bezoek aan de stad. De schepen zijn georganiseerd via een aantal grote, veelal buitenlandse rederijen, die overtuigd moeten worden een stad of provincie aan te doen. De lengte van de riviercruise- en passagiersschepen in de Randmeren wordt begrensd door de afmetingen van de sluizen (Roggebotsluis en Nijkerk, scheepslengte max. 85 meter). Harderwijk en Elburg worden regelmatig bezocht, ook omdat daar een aantal rederijen gevestigd zijn. Door de provincie Noord-Holland zijn ten behoeve van deze rapportage de cijfers van Amsterdam Cruise Port (ACP) over de riviercruisevaart in de provincie Noord-Holland in 2008 beschikbaar gesteld. In het overzicht van ACP op de volgende bladzijde zijn ook havens opgenomen die niet in het IJsselmeergebied liggen.
- 14 -
havengeld schepen schepen incl. BTW per M of reserveren < 55 m. > 55m. 2009 >55 per M² > 55m Havenmeester '08 '08 m meter 2009
Alkmaar
Rob van Kasteel 06-52493000
Jaap Finnema Amsterdam 06-51746599
74
21
€
0,70
M
geen opgave mogelijk
968
€
0,12
M²
€ 0,25/m
water
per
elektra per kWh
€ 2,00
m3
€
0,25
€
vanaf € leveren 132 tot € geen 313 water
afval
n.v.t.
vuilwater
n.v.t.
toeristen- gebruik belasting douche
gebruik toilet
n.v.t.
€
0,50 Gratis
zelf geen geen 0,45 inzameling inzameling
n.v.t.
geen geen faciliteiten faciliteiten
Den Helder
Ellen Boers 06-10324095
51
27
€
1,05
M²
n.v.t.
€ 0,50
150 liter
€
0,25
n.v.t.
n.v.t.
€ 1,05
€
0,50 €
0,50
Enkhuizen
Alma van de Ven 0228-312444
40
183
€
1,09
M
€ 117,94 € 0,25
100 liter
€
0,45
0,50 p.p.
n.v.t.
€ 1,00
€
1,00 €
0,20
Haarlem
Eric Noom 023-5310904
500
1
€
24,00
M
n.v.t.
€ 6,48 n.v.t. per dag
n.v.t.
muntje van € 3,50 n.v.t.
€
1,30 €
0,80
Hoorn
Martin Seinen 06-54202828
64
155
€
1,25
M
€ 123,45 € 2,00
m3
n.v.t.
Gratis
n.v.t.
n.v.t.
Rob van Wieren 06-53416795
1475
22
€
0,92
M
€ 103,00 € 2,50
m3
€
0,25
Gratis
kosten niet bekend € 0,75
€
0,25
M
n.v.t.
€ 1,75
m3
bij WSP
gratis
geen faciliteiten
n.v.t.
geen geen faciliteiten faciliteiten
1,14
M
n.v.t
€ 1,70
m3
€
0,25
Gratis
n.v.t.
€ 1,20
€
1,88
M²
n.v.t
Beperkt
x
Beperkt
Gratis
n.v.t.
n.v.t.
n.v.t.
Medemblik
geen geen Harry Buseman opgave opgave Purmerend 0299-452568 mogelijk mogelijk € Jan Horden 06-53872850 86 4 € Waterland Richard Hultink 072-6816523 95 55 € Zaanstad
n.v.t.
Bron: Amsterdam Cruise Port, project “Riviercruise en Motorchartervaart Noord-Holland, bijgewerkt 26-03-2009 - 15 -
n.v.t.
n.v.t.
1,00 n.v.t.
1,50 € n.v.t.
0,50
6.
Sluizen en sluispassages
Het jaarlijkse onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport geeft inzicht in de ontwikkeling van het aantal boten, ligplaatsen, passanten, bezettingsgraad etc. Om meer inzicht te krijgen in bijbehorende vaarbewegingen, zijn voor het eerst ook de sluispassages in het gebied bijeen gebracht. De passagecijfers zijn afkomstig van de betrokken beheerders. Bij de grotere sluizen wordt beroepsen recreatievaart apart geteld, bij de kleinere vaak niet. Slechts een deel van de in dit overzicht opgenomen sluizen kunnen als toegangspoorten tot het IJsselmeergebied worden beschouwd, de overigen liggen in het gebied en geven inzicht in de intensiteit van de vaarbewegingen ter plaatse.
Kaart: Beleidsvisie Recreatietoervaart Nederland 2008. De nummers corresponderen met de sluizen in de tabel op de volgende bladzijde.
- 16 -
Sluispassages in de provincie Flevoland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Houtribsluizen Roggebotsluis Nijkerkersluis Zuidersluis Vaartsluis Noordersluis Larsersluis De blauwe Dromer Kampersluis Ketelsluis Voorstersluis Friesesluis Urkersluis Marknessersluis Almere-Haven sluis 1
Lelystad Dronten Nijkerk Almere Almere Lelystad Zeewolde Zeewolde Ketelhaven Ketelhaven Kraggenburg Lemmer Urk Marknesse Almere
24.123 26.703 25.812 3.649 2.535 3.353 1.365 2.629 2.774 5.633 6.578 5.001 2.880 5.310 3.000
21.205 25.331 24.230 3.628 2.512 3.313 1.432 2.620 2.748 5.666 7.047 5.284 2.936 5.662 3.000
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -2.918 -12,1% -1.372 -5,1% -1.582 -6,1% -21 -0,6% -23 -0,9% -40 -1,2% 67 4,9% -9 -0,3% -26 -0,9% 33 0,6% 469 7,1% 283 5,7% 56 1,9% 352 6,6%
Sluispassages in de provincie Fryslân Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
16 17 18 19 20 21 22 23
Lemstersluis2 Prinses Margrietsluis Johan Frisosluis Sylroedeslûs1 Sluis Workum2 Sluis Makkum2 Lorentzsluizen Linthorst Homansluis
Lemmer Lemmer Stavoren Hindeloopen Workum Makkum Kornwerderzand Nijetrijne
14.631 27.411 39.082 1.000 13.696 3.219 38.127 26.724
15.696 26.463 39.212 1.000 13.894 3.943 38.758 26.979
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % 1.065 7,3% -948 -3,5% 130 0,3% 198 724 631 255
1,4% 22,5% 1,7% 1,0%
Sluispassages in de provincie Noord-Holland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
24 25 26 27 28 29 30 31 32
Stevinsluis Stontelersluis2 Westerhavensluis2 Zeesluis Edam2 Kloosterdijksluis2 Grafelijkheidssluis2 Oranjesluizen Groote Zeesluis2 Naviduct
Den Oever Den Oever Medemblik Edam Monnickendam Monnickendam Amsterdam Muiden Enkhuizen
33.364 244 4.029 4.064 8.393 58.111 26.008 69.296
30.165 356 4.369 4.910 5.647 5.645 56.072 25.375 66.746
onbekend
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -3.199 -9,6% 112 45,9% 340 8,4% 846 20,8%
-2.039 -633 -2.550
-3,5% -2,4% -3,7%
Sluispassages in de provincie Overijssel Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
33 34 35 36 37
Sluis Kuinre Sluis Blokzijl Arembergersluis Beukerssluis Ganzensluis
Kuinre Blokzijl Zwartsluis Wanneperveen IJsselmuiden
4.284 17.305 11.483 19.534 11.560
4.058 17.087 12.093 19.829 11.212
1
2
Sluispassages zijn bij benadering Sluispassages zijn totaaltelling, beroepsvaart niet of minimaal
- 17 -
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -226 -5,3% -218 -1,3% 610 5,3% 295 1,5% -348 -3,0%
In de zomer van 2008 liet het weer door veel regen en wind te wensen over. Dit heeft effect gehad op het gedrag van watersporters. In 2008 laten in het IJsselmeergebied de doorvaart in Lemmer, de vaart door de Noordoostpolder en de doorvaart bij Zwartsluis de grootste “plus” zien. De verbindingen vanaf het IJsselmeergebied met de binnenwateren van Noord-Holland, Edam, Monnikendam en Den Oever hebben het ook goed gedaan. Hieruit zou kunnen worden geconcludeerd dat het binnengebied dus van het slechte weer heeft geprofiteerd. Lelystad, Enkhuizen en de Lorentzsluis bij Den Oever hebben geen goed jaar gehad. De sluisbewegingen bij Kornwerderzand daarentegen zijn wel iets toegenomen. Het is onduidelijk waardoor dit wordt veroorzaakt. Onderstaande grafiek geeft een overzicht van de passages naar de Waddenzee over een reeks jaren. Het is duidelijk dat het aantal schepen dat richting Waddenzee (en Noordzee) vaart stijgt62. Vanaf globaal 1985 namen vooral de passages via Kornwerderzand toe. Vanaf 2000 is ook een sterk stijgende lijn waarneembaar ten aanzien van de sluispassages bij Den Oever. Deze groei heeft te maken met het instellen van een 24-uurs bediening in Den Oever en het ondieper worden van de Boontjes tussen Kornwerderzand en Harlingen.
50.000 45.000 40.000 Den Helder
35.000
Den Oever
30.000
Kornwerderzand
25.000
Harlingen
20.000
Lauwersoog
15.000
Delfzijl
10.000 5.000 0 1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
Het bijhouden van sluispassages in het IJsselmeergebied, bij voorkeur over een reeks van jaren, geeft belangrijke aanvullende informatie over (de gevolgen van) de ontwikkeling van de watersport, veranderingen in het gebruik en de invloed van het weer.
62
Concept Havenvisie Wadden, Verantwoord Varen op het Wad, Oranjewoud en Waterrecreatie Advies, juli 2009
- 18 -
7.
Conclusies
De watersport in het IJsselmeergebied is in de afgelopen decennia flink gegroeid. Het aantal ligplaatsen in jachthavens is van ca. 5.000 in 1965 gestegen naar 35.764 in 2009. Er zijn in het afgelopen jaar 2 nieuwe jachthavens bijgekomen en 242 ligplaatsen. Een van deze nieuwkomers is de jachthaven van WSV IJburg met 115 plaatsen. Per saldo is het aantal boten in het IJsselmeergebied in 2009 met slechts 10 toegenomen. De toename van het aantal boten houdt geen gelijke tred met de ontwikkeling van de capaciteit, waardoor de gemiddelde bezettingsgraad is gedaald van 92% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. In het NoordHollandse deel van het IJsselmeergebied zijn 72 jachthavens met 12.165 ligplaatsen. De gemiddelde bezettingsgraad bedraagt 95,8%. De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. In 2008 was 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Voor Noord-Holland geldt in dezelfde periode een verschuiving van 92,7% naar 92,8%. Het aandeel Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied daalt al een aantal jaren. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. Nader onderzoek naar het vertrek van Duitse ligplaatshouders is gewenst. In 2008 werden in de jachthavens in het IJsselmeergebied bijna 300.000 passanten (boten) geboekt. In het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied resulteert dit bij een gemiddeld aantal opvarenden van 2,5 per boot in ca. 418.000 persoonsovernachtingen. Daarnaast genereren de 11.651 verhuurde ligplaatsen ca. 580.000 persoonsovernachtingen. Het totale aantal persoonsovernachtingen in de havens in het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied kan derhalve worden geschat op bijna 1 miljoen. In de winter van de 2008 op 2009 overwinterden 29.200 boten in het IJsselmeergebied, waarvan 32,9% in het Noord-Hollandse deel. Door de zachte winters blijven steeds meer boten in het water liggen. Dit gaat ten koste van de winterstalling buiten op de wal. Het aantal boten in loodsen is in de afgelopen jaren wel toegenomen. Wat de winter van 2009 op 2010 gaat brengen, nadat er afgelopen winter eindelijk weer eens geschaatst kon worden, moet worden afgewacht. Het aanbod aan winterstallingmogelijkheden in loodsen in het Noord-Hollands deel van het IJsselmeergebied is verhoudingsgewijs beperkt. 8 bestaande jachthavens in het Noord-Hollands deel van het IJsselmeergebied hebben concrete uitbreidingsplannen voor in totaal 795 nieuwe ligplaatsen. 7 havens hebben aangegeven dat zij ruimte hebben voor 400 ligplaatsen, maar geen concrete plannen deze te realiseren. Verder zijn er nog diverse plannen voor nieuwe jachthavens (Oude Zeug, Hoorn, Amsterdam, Muiden en Blaricum). Tot nu toe werd uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied met ca. 6.000 tot 42.000 in 2030. Een belangrijk deel hiervan zal worden gerealiseerd in de Randstad, globaal in de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals de Schaalsprong van Almere, de tweede fase van IJburg en het waterfront in Lelystad spelen daarin een rol. Wonen aan het water voorziet in een groeiende behoefte het water te kunnen beleven. De gevolgen van de recessie zijn echter ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar; de verkoop van boten stagneert. Wanneer de markt zich gaat herstellen is nog niet te overzien. Vakantie in eigen land werd dit jaar gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Verwacht wordt een toename van het aantal passanten in 2009 van 5 tot 10%. Of de goede zomer ook een effect heeft op de verkoop van schepen moet worden afgewacht. In het Noord-Hollandse deel van het IJsselmeergebied bevinden zich 262 plaatsen voor traditionele charterschepen. Dit is 43% van het totale aantal plaatsen in het IJsselmeergebied. De traditionele chartervaart en de riviercruisevaart spelen een belangrijke rol in Noord-Holland.
- 19 -
Bijlagen:
Waterrecreatie Advies B.V. Het Ravelijn 1 Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 Rek. nr. 50.51.79.431 ABN-AMRO K.v.K. Lelystad nr. 39066758 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
Naambedrijf T.a.v. contactpersoon Adres Postcode en woonplaats
Lelystad, 24 juni 2009 Betreft: Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Geachte directie, geacht bestuur, beste mensen, Dit is het 15e opeenvolgende jaar dat wij de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeer- en Randmerengebied meten. Bijgaand treft u weer het bekende vragenformulier. Wij verzoeken u de gegevens te controleren, eventuele wijzigingen aan te geven en niet te vergeten om het aantal passanten en passantenovernachtingen in 2008 te vermelden. Vervolgens graag het ingevulde formulier per fax of in bijgesloten antwoordenvelop terugsturen. Als dank voor uw medewerking krijgt u dit keer niet alleen een overzicht van de belangrijkste resultaten van het afgelopen jaar maar ook een terugblik naar de situatie in 1994. Wat zijn nu in dit jubileumjaar opvallende veranderingen in het IJsselmeergebied sinds 1994. Wat opvalt is het brede draagvlak dat dit onderzoek in de loop der jaren heeft verworven. Al in het eerste zwart-wit briefje van de Stichting Waterrecreatie in 1994 wordt het belang van dit onderzoek voor beleidsmakers èn jachthavens benadrukt. Uw respons na de 1e en 2e mailing is in de loop der jaren gegroeid tot 60% resp. 80%, waardoor de kosten van dit onderzoek beheersbaar konden blijven. Ook onze informatieverschaffing aan u is sterk verbeterd. Kleurrijke grafieken en nadere details via de websites www.waterrecreatieadvies.nl en www.stichtingwaterrecreatie.nl houden u nu uitgebreid op de hoogte van alles wat er zoal speelt in het IJsselmeergebied, een begrip anno 2009, waar in 1994 nog werd gesproken over ‘het gebied rond de voormalige Zuiderzee’. Bijgaande grafiek laat zien dat de watersport sinds 1994 een flinke groei heeft doorgemaakt. De ligplaatscapaciteit groeide met 19,3% iets sneller dan het totale aantal boten, dat met 16,5% toenam. De gemiddelde bezettingsgraad was 94,2% in 1994, en schommelt nu rond de 92%. In het afgelopen jaar was er geen groei. Het aantal ligplaatsen bij de 219 bedrijven, verenigingen, stichtingen en gemeentehavens is met 168 gedaald tot 35.472. Twee jachthavens zijn verdwenen en ook herinrichting is een belangrijke oorzaak. Kleinere boxen worden opgeofferd en dat gaat ten koste van de capaciteit. Ook het aantal boten daalde met 69 tot 32.614. De bezettingsgraad liep iets op naar 91,7% - 20 -
Er zijn grote regionale verschillen. In onderstaande grafieken is het IJsselmeergebied (inclusief Randmeren, Ketelmeer en Zwarte Water) onderverdeeld naar provincie. Het betreft hier alle op dit groot water gerichte havens in de kustgebieden van Noord-Holland, Friesland, tegenwoordig Fryslân, Utrecht, Gelderland en Overijssel en de hele provincie Flevoland. Met 12.000 heeft de provincie Noord-Holland de meeste ligplaatsen in het IJsselmeergebied. De capaciteit is daar met 24% gegroeid. De grootste groei, 36% vond plaats in de provincie Flevoland, die met 9.459 ligplaatsen in grootte op de 2e plaats komt. Op de 3e plaats staat de provincie Fryslân met een ligplaatsgroei van 19% en een huidige capaciteit van 6.299 ligplaatsen. In de provincies Gelderland, Overijssel en Utrecht is weinig veranderd.
In de provincies Flevoland en Fryslân is de bezettingsgraad lager dan in de overige regio’s. De ligplaatscapaciteit is gemiddeld jaarlijks met 1,3% en het aantal boten met 1,1% gegroeid. Deze groei neemt af. Het gemiddelde voor de afgelopen 3 jaar was 0,9% voor de ligplaatsen en 0,7% voor de boten. Op die boten varen steeds minder Duitsers. In 1994 was het aandeel Nederlandse boten in het IJsselmeergebied 76,7% en in 1998 het laagst met 75,8%. Mede door economische problemen in Duitsland, is het aandeel Nederlanders sindsdien langzaam opgelopen naar 81,4% nu. Vooral in Fryslân is deze verschuiving groot, 64,8% Duitsers in 1994 en 49,2% nu. In de provincies NoordHolland en Utrecht zijn meer dan 90% van de ligplaatshouders afkomstig uit Nederland. Hoewel het aantal boten in het gebied dus aanzienlijk is gegroeid kan dat niet worden gezegd van het aantal passanten. Gemiddeld waren het er in de afgelopen jaren ruim 360.000, maar het gemiddelde van de afgelopen 3 jaar ligt bijna 20.000 lager. Het aantal passanten in 2007 was met 338.000 het laagst sinds 1996. De verwachting is dat door de economische crisis het aantal passanten weer toeneemt, omdat men dichter bij huis vakantie gaat vieren. Laten we hopen dat het een mooie zomer wordt! 47% van de passanten wordt in Noord-Holland geregistreerd, Fryslân staat op de 2e plaats met 28% en Flevoland volgt met 12%. De verdeling van de passanten over de diverse provincies is in de loop der jaren nauwelijks veranderd. Sinds 2000 meten we ook de verdeling zeil- en motorboot en de gemiddelde bootlengte. Het percentage zeilboten daalt, het sterkst in Noord-Holland. De gemiddelde bootlengte stijgt in alle provincies. In 2000 was de gemiddelde bootlengte 9,35 meter, nu 9,60. Wij hopen u weer wat nuttige informatie te hebben aangereikt en danken u, mede namens de provincies Noord-Holland, Flevoland, Fryslân, Overijssel, Gelderland en Rijkswaterstaat, voor uw medewerking aan dit onderzoek. Met vriendelijke groet, Waterrecreatie Advies BV
R. Steensma
- 21 -
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
25 130 15 49 2 ---------------221
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
35.764 91,4
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
68,1 31,9 9,6
% % m
: : : : :
81,9 16,6 0,3 1,1 3.711
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
3.090 3.898 384.222 1,3
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
13.461 5.528 20.557 92,4 10.211
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
30 2.618 26 3 11
:
605
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 22 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen aandeel provincie Noord-Holland in het IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
10 33 5 22 2 ---------------72
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
12.165 95,8
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
75,5 24,5 9,6
% % m
: : : : :
92,8 5,5 0,4 1,3 2.110
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
514 1.465 167.021 1,3
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
4.444 1.345 6.059 95,5 3.821
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
8 795 7 0 1
:
262
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 23 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Vuilwaterstations provincie Noord-Holland, in- of grenzend aan het IJsselmeergebied volgens www.vuilwater.info Indien onderstaande gegevens incompleet of achterhaald zijn, graag contact opnemen met: Stichting Recreatietoervaart Nederland Contactpersoon: Manon van Meer Postbus 102 3970 AC Driebergen T 0343 52 47 57 M 06 51 22 58 56 E
[email protected] +++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ KLPD Waterpolitie Westerdoksdijk 2 - 10 1013 AE AMSTERDAM Tel. 020 523 02 30 Stichting Jachthaven Andijk Nieuwehaven 1 1619 JW ANDIJK Tel. 0228 59 30 75 WV De Kreupel Koopmanspolder 1 1619 JV ANDIJK Tel. 0228 59 23 50 WSV De Broekerhaven Zuiderdijk 1a 1611 MC BOVENKARSPEL Tel. 0228 51 87 98 Marina Den Oever Noorderdijkweg 25a 1771 MJ WIERINGERWERF Tel. 0227 51 17 89 Compagnieshaven Compagnieshaven 7 1601 ZA ENKHUIZEN Tel. 0228 31 33 53 KNZR De Buyshaven Flevolaan 6 1601 MA ENKHUIZEN Tel. 0228 31 56 60 Kanaal: 31 Havendienst Enkhuizen Havenweg 3 1601 GA ENKHUIZEN Tel. 0228 31 24 44 Kanaal: 12
Scheeps- en Jachtwerf Stofberg & Zn Volmolen 2 1601 ET ENKHUIZEN Tel. 0228 31 26 52
Regatta Center Medemblik Vooroever 3 1671 SG MEDEMBLIK Tel. 0227 54 77 81 kanaal: 31
De Watersport Enkhuizen Havenweg 9 1601 GA ENKHUIZEN Tel. 0228 32 11 27
Jachtwerf Dudink Nijverheidsweg 17 1671 GC MEDEMBLIK Tel. 0227 54 34 93
Stichting Jachthaven 't Huizenhoofd Postbus 282 1270 AG HUIZEN Tel. 035 525 86 22
Jachthaven Naarden Onderwal 4 1411 LV NAARDEN Tel. 035 695 60 50
Gemeentehaven Huizen Energieweg 3 1271 EC HUIZEN Tel. 035 528 12 22 Kanaal: 31 Watersportcentrum De Zeilbeek Hoogedijk 6-7 1145 PM KATWOUDE Tel. 0299 65 14 63 Jachthaven Hemmeland Hemmeland 1 1141 LA MONNICKENDAM Tel. 0299 65 55 55 Kanaal: 31 Fa. Kool & Co Oosterhaven 22 1671 AB MEDEMBLIK Tel. 0227 54 12 65
- 24 -
Atalante Scheeps- en Jachtservice Mallegomsteeg 3 1621 BJ HOORN Tel. 0229 21 22 28 Stichting Jachthaven Hoorn Visserseiland 1622 AB HOORN Tel. 0229 21 52 08 WSV Hoorn Postbus 206 1620 AE HOORN Tel. 0229 21 35 40 Gemeente Werken Edam/Volendam Postbus 180 1130 AD VOLENDAM Tel. 0299 37 14 77 KNZRV Muiden Westzeedijk 7 1398 BB MUIDEN
-1-
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Deelrapportage provincie Overijssel
2009
Lelystad, december 2009 -2-
Voorwoord Dit rapport geeft inzicht in de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied inclusief Randmeren, hierna te noemen ‘IJsselmeergebied’. Extra aandacht wordt besteed aan de ontwikkelingen in het tot de provincie Overijssel behorende deel van het gebied. Sinds 1994 wordt in opdracht van de meeste omringende provincies, jaarlijks onderzoek gedaan naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied. Voorheen werden de resultaten vooral op vaargebied gegroepeerd, waardoor de ontwikkelingen op provinciaal niveau maar beperkt zichtbaar werden. Dit jaar is de rapportage ingrijpend veranderd en wordt niet meer één rapportage voor het IJsselmeergebied gemaakt, maar krijgen de provincies ieder een op hun grondgebied toegesneden rapportage. De gevolgde meetmethodiek is onveranderd. Alle jachthavens in het gebied worden benaderd tot een respons van (nagenoeg) 100% is bereikt. Veranderingen in bijvoorbeeld ligplaatscapaciteit, bezettinggraad, type boot, herkomst ligplaatshouders en winterstallingmogelijkheden worden hierdoor direct zichtbaar. Niet alleen de ontwikkelingen in het afgelopen jaar worden gemeten, ook wordt gevraagd naar uitbreidingsplannen, zowel aan bestaande havens als aan gemeenten en projectontwikkelaars. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden jaarlijks besproken met de (36) jachthavens verenigd in het ‘Platform jachthavens IJsselmeergebied’. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen en fungeert als ‘klankbordgroep’ voor Waterrecreatie Advies. Er zijn ook een aantal havens uit de Waddenzee die aan dit overleg deelnemen, zodat effecten van het ene gebied op het andere gebied kunnen worden besproken. De resultaten van het overleg zijn voor zover relevant in deze rapportage verwerkt. Het verzamelen en analyseren van cijfers is noodzakelijk om inzicht te krijgen in hetgeen zich in de watersport afspeelt. Dit is belangrijk voor de sector, voor overheden en het ontwikkelen van beleid, maar ook om eventuele effecten op de in het gebied te beschermen natuurwaarden te kunnen inschatten. 15 jaar geleden, in 1994, wist niemand hoeveel ligplaatsen en boten er in het IJsselmeergebied waren. Die situatie is gelukkig veranderd. Dank zijn wij verschuldigd aan de opdrachtgevers, dit jaar de provincies Noord-Holland, Fryslân, Flevoland, Overijssel, Gelderland en aan Rijkswaterstaat. Ook dank aan de jachthavens die weer bereid waren ons van geactualiseerde gegevens te voorzien. Gelet op het belang hopen wij dat dit onderzoek, ondanks de huidige economische situatie, in de komende jaren kan worden voortgezet.
Foto omslag: Nieuwe passantenhaven bij de Mr. H.P. Linthorst Homansluis, een sluis met bijna 27.000 passages tussen de kop van Overijssel en Fryslân in 2008.
Opdrachtgever:
Opgesteld door:
Provincie Overijssel Postbus 10078 8000 GB Zwolle Contactpersoon: Mw. J.C.D. Vrolijk Tel: 038-4997567
Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
-3-
Inhoudsopgave: 1. 1.1. 1.2. 1.3. 1.4.
Algemeen Doelstelling Definities Gebiedsindeling Methodiek
1 1 1 1 2
2. 2.1. 2.2. 2.2.1. 2.2.2. 2.2.3. 2.3. 2.3.1. 2.3.2. 2.3.3. 2.4.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009 Aantal jachthavens en exploitatievorm Verhuur vaste ligplaatsen Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot Herkomst ligplaatshouders Passanten Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten Aantal persoonsovernachtingen Winterstalling
3 4 4 4 5 5 6 7 7 7 8
3. 3.1 3.2
Trends Ontwikkeling van de watersport (1960 – 2009) Toekomstverwachting
10 10 11
4. 4.1 4.2
Uitbreidingsplannen Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens Plannen voor nieuwe jachthavens
13 13 13
5. 5.1. 5.2.
Chartervaart en riviercruisevaart Traditionele chartervaart en motorchartervaart Riviercruisevaart
14 14 14
6.
Sluizen en sluispassages
15
7.
Conclusies
18
Bijlagen: • • • •
19
Brief aan de jachthavens Tabel: Kengetallen IJsselmeergebied 2009 Tabel: Kengetallen aandeel provincie Overijssel in het IJsselmeergebied 2009 Overzicht vuilwaterstations in het Overijsselse deel van het IJsselmeergebied (bron: www.vuilwater.info)
-4-
1.
Algemeen
1.1.
Doelstelling
Inzicht geven in de ontwikkeling van de grote watersport door onderzoek te doen bij de jachthavens in het IJsselmeergebied. De resultaten worden vergeleken met de ontwikkelingen in het tot de provincie Overijssel behorende deel van het gebied. Waar mogelijk of relevant worden gesignaleerde verschillen verklaard. Om meer inzicht te krijgen in de vaarbewegingen, zijn dit jaar voor het eerst ook de sluispassages in het IJsselmeergebied in deze rapportage opgenomen.
1.2.
Definities
De door Waterrecreatie Advies gehanteerde definitie van een jachthaven is als volgt: er is sprake van “een jachthaven”, als er verhuur van lig- en/of passantenplaatsen voor de recreatievaart en/of chartervaart dan wel winterstallingactiviteiten plaatsvinden. Daarbij wordt geen ondergrens voor het aantal ligplaatsen gehanteerd. Een jachtmakelaar die in een jachthaven een verkoopsteiger huurt wordt niet als zelfstandige “jachthaven” geteld, maar een jachtwerf die bijvoorbeeld winterstallingmogelijkheden biedt wel. Door uit te gaan van deze definitie is het aantal “jachthavens” meestal groter dan men verwacht. Het geeft echter wel een volledig beeld en ook inzicht in wat er in de winter met de recreatievloot gebeurt. Schepen bij eigen woningen of in sloten en kanalen vallen buiten het onderzoek. Met passantenplaatsen in jachthavens worden “specifieke passantenplaatsen” bedoeld. Dit zijn plaatsen die niet op seizoen- of jaarbasis worden verhuurd. Niet verhuurde of tijdelijk vrijgekomen ligplaatsen (ligplaatshouder op vakantie of een weekend weg) worden in de praktijk meestal eerst als passantenplaats benut.
1.3.
Gebiedsindeling
Het IJsselmeergebied is geen vast afgebakende regio. Het is een grootschalig en uniek zoetwater gebied, van internationale betekenis voor de watersport. Het biedt openheid en ruimte. Meer ruimte dan op de binnenwateren en meer beschutting dan op zee. Lekker zeilen, rust en genieten van de ruimte worden door watersporters genoemd als belangrijkste motieven om in het IJsselmeergebied te varen63. Behalve IJsselmeer, Markermeer, Gouwzee en IJmeer worden ook de Randmeren en het Ketelmeer en Zwarte Meer tot het IJsselmeergebied gerekend. De grens tussen kustzone en binnengebied is niet scherp. In 1994, bij de start van dit monitoronderzoek is aan de jachthavens gevraagd of hun ligplaatshouders voornamelijk op het grote water van het IJsselmeergebied of op de binnenwateren waren gericht. Op basis daarvan is destijds de begrenzing van het gebied bepaald.
# Makkum
# #
Workum
# Hindeloopen
Den Oever Stavoren
#
# Warns
Lemmer #
#
Medemblik
Tot op heden is aan die indeling weinig veranderd. Bijna alle havens doen dus al 15 jaar mee. Nu ook bij een aantal provincies het binnengebied wordt “gemonitord”, is het mogelijk dat de gebiedsindeling nog wat wordt aangepast. Vooralsnog is dit niet gebeurd om een trendbreuk te voorkomen.
Emmeloord #
Enkhuizen #
Urk
#
Kampen #
#
Volendam #
Zwolle
Lelystad
#
# Elburg
Monnickendam Almere #
#
Amsterdam
# Harderwijk
#
Muiden #
Huizen
# Nijkerk
Amersfoort #
63
Vollenhove #
#
# Hoorn
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 -1-
Het blauwe water op bovenstaand kaartje wordt tot het IJsselmeergebied gerekend. Havens die hieraan grenzen, ook al liggen ze achter de sluis doen mee aan het jaarlijks onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeergebied 64. Het water grenst aan de provincies Flevoland, Noord-Holland, Utrecht, Gelderland, Overijssel en Fryslân. Vanaf aanvang doen alle havens in Flevoland mee, dus inclusief de havens ‘binnen de dijk’ in de Noordoostpolder en in Oostelijk en Zuidelijk Flevoland. Qua vaargebied zijn deze havens grotendeels aangewezen op het omringende water in het IJsselmeergebied. In Fryslân doen alle havens in de steden langs de kust mee, ook de havens achter de sluis zoals in Lemmer. In Workum zijn dit de havens tot de spoorbrug en bij Stavoren de havens aan het Johan Frisokanaal tot en met Marina Friesland bij Warns. Het gebied wordt in de verdere rapportage aangeduid als ‘Friese IJsselmeerkust’. In Overijssel doen de havens aan de IJssel in Kampen mee. Verder wordt het Zwarte Meer tot het gebied gerekend, de havens aan het Kadoelermeer t/m Vollenhove en de havens aan het Zwarte Water tot Zwolle. Ook Roggebotsluis hoort bij Overijssel. In Gelderland betreft het de havens die aan de Randmeren grenzen (Elburg, Nunspeet, Harderwijk, Ermelo, Nulde en Nijkerk). Onder de provincie Utrecht vallen de havens in Bunschoten en de havens langs de rivier de Eem vanaf Amersfoort. Net als in Fryslân doen in Noord-Holland alleen de havens mee in de steden die aan het IJsselmeergebied grenzen (al dan niet achter de sluis). In Amsterdam is een grens getrokken. De havens achter de Oranjesluis aan de noordkant van het IJ t/m de Sixhaven doen mee en de havens aan het Bovendiep aan ‘de monding van het Amsterdam-Rijnkanaal. De overige havens in de stad niet.
1.4.
Methodiek
Op 24 juni 2009 is aan alle jachthavens een vragenformulier met begeleidende brief verzonden, waarna op 1 september 2009 een 'herinneringsmailing' volgde. De bedrijven kennen de procedure en erkennen het belang van dit onderzoek. De spontane respons op de eerste mailing was ondanks de drukte van het hoogseizoen 52%. Na een herinneringsmailing steeg de respons naar 67%. Niet respondenten zijn daarna telefonisch benaderd, waarna het onderzoek in oktober met een respons van nagenoeg 100% is afgesloten. Naast de bestaande jachthavens worden ook gemeenten en projectontwikkelaars benaderd, waarvan bekend is of het vermoeden bestaat dat zij plannen hebben voor het ontwikkelen van nieuwe jachthavens. Deze groep wordt jaarlijks gebeld met de vraag of er ontwikkelingen zijn. De uitkomsten van het onderzoek, trends in de watersport en toekomstverwachtingen worden besproken met de (36) jachthavens verenigd in het Platform jachthavens IJsselmeergebied. Het platform komt 3 keer per jaar bijeen.
64
Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied, Waterrecreatie Advies, jaarlijkse rapportages 1994 t/m 2008 -2-
2.
Resultaten jachthavenmonitor in 2009
2.1.
Aantal jachthavens en exploitatievorm Aantal jachthavens Aandeel provincie Overijssel in het Provinciaal IJsselmeergebied Aantal jachthavens aandeel in % 130 11 8,5 % 25 2 8,0 % 2 0 % 15 5 33,3 % 49 5 10,2 %
Exploitatievorm Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging Totaal
221
23
10,4 %
Er zijn in het IJsselmeergebied in 2009 twee nieuwe jachthavens bijgekomen. De belangrijkste nieuwkomer is de haven van de Watersportvereniging IJburg, maar ook in Lelystad is er een haventje binnendijks bijgekomen. Er zijn geen jachthavens verdwenen. Het aantal havens dat onder de provincie Overijssel valt, is 23 gebleven. In 2009 behoorde ruim 10% van de jachthavens in het IJsselmeergebied tot de provincie Overijssel. Zoals uit onderstaande grafiek blijkt, zijn er in het Overijsselse deel van het IJsselmeergebied relatief weinig commerciële havens (48%), opvallend veel (22%) als stichting geëxploiteerde jachthavens en een gemiddeld aantal (22%) verenigingshavens. De enige twee door het Rijk geëxploiteerde havens in het IJsselmeergebied liggen in Noord-Holland, te weten de passantenhaven in Marken en de museumhaven in Enkhuizen.
Exploitatievorm van de jachthavens Totaal IJsselmeergebied Deel provincie Overijssel 0%
20%
40%
60%
80%
Commercieel Gemeente Rijk of provincie Stichting Vereniging
100%
Voor een deel van de 221 deelnemers aan het onderzoek is de exploitatie van de haven ook de hoofdactiviteit. Onderstaande tabel laat zien dat 176 van de 221 jachthavens meer dan 20 ligplaatsen hebben. Deze 176 havens beheren 99,3% van de ligplaatscapaciteit in het gebied. Dit is vergelijkbaar met het deel van de provincie Overijssel, waar 19 van de 23 havens met meer dan 20 ligplaatsen, 98,9% van de capaciteit beheren. Deze havens hebben gemiddeld 153 ligplaatsen. Dat is aanzienlijk minder dan in het totale IJsselmeergebied, waar de jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen gemiddeld 202 ligplaatsen hebben.
IJsselmeergebied Soort jachthaven
Jachthavens met meer dan 20 ligplaatsen Jachthavens met maximaal 20 ligplaatsen Passantenhaven, geen vaste ligplaatsen Alleen winterstallingactiviteiten Alleen vaste plaatsen historische schepen Gehele monitorbestand
Aantal jachthavens 176 21 10 13 1 221
-3-
Totaal aantal ligplaatsen 35.499 265 0 0 0 35.764
Aandeel provincie Overijssel Aantal jachthavens 19 3 1 0 0 23
Totaal aantal ligplaatsen 2.909 31
2.940
2.2.
Verhuur vaste ligplaatsen
2.2.1.
Aantal vaste ligplaatsen, aantal boten, bezettingsgraad en wachtlijsten
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad Aantal schepen op een wachtlijst Drukfactor
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 32.674 91,4 % 3.711 10 %
Aandeel provincie Overijssel Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 23 10,4 % 2.940 8,2 % 2.717 8,3 % 92,4 % 258 7,0 % 9%
In het IJsselmeergebied is de gemiddelde bezettingsgraad 91,4%. Dat ligt iets onder de 92% die door HISWA Vereniging als noodzakelijke ondergrens wordt beschouwd om op economisch verantwoorde wijze een jachthaven te kunnen exploiteren. In de provincie Overijssel is de gemiddelde bezettingsgraad 92,4%. Toch staan er in dit deel van Overijssel ruim 250 boten op een wachtlijst. Dit geeft aan dat er booteigenaren zijn die geen passende ligplaats kunnen vinden. Afmetingen van de (nieuwe) boot, gewenste box en prijs kunnen daarbij een rol spelen. De hoogte van de wachtlijst gedeeld door de beschikbare capaciteit wordt ‘de drukfactor’ genoemd. Hoe hoger de drukfactor, hoe groter het probleem. Een drukfactor van 9% komt redelijk overeen met het gemiddelde in het IJsselmeergebied. Het probleem met wachtlijsten speelt zich hoofdzakelijk af in het Noord-Hollandse deel van het gebied waar de drukfactor 17% bedraagt. Verschillen met 2008
Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal boten op vaste ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad in % Aantal schepen op een wachtlijst
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Overijssel Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 221 2 0,9 % 23 0 0 % 35.764 242 0,7 % 2.940 34 1,2 % 32.674 10 0,0 % 2.717 - 24 - 0,9 % 91,4 % - 0,6 92,4 % - 1,9 3.711 40 1,1 % 258 - 46 - 15 %
In het IJsselmeergebied zijn er in 2009 2 jachthavens, 242 ligplaatsen en 10 boten bijgekomen. Omdat er meer ligplaatsen bijkwamen dan boten, is de gemiddelde bezettingsgraad gedaald van 92,0% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. In het Overijsselse deel van het IJsselmeergebied zijn 34 ligplaatsen bijgebouwd. Daarnaast zijn 24 boten uit het gebied vertrokken. De gemiddelde bezettingsgraad is hierdoor met bijna 2% gedaald. Ook de wachtlijsten zijn korter geworden. In de Kampen zijn een aantal jachthavens gestopt met wachtlijsten.
-4-
2.2.2.
Aantal zeil- en motorboten, lengte van de boot
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal zeilboten Aantal motorboten Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 22.265 10.409 68,1 % 31,9 % 9,6 m
Aandeel provincie Overijssel Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 2.717 8,3 % 959 4,3 % 1.758 16,9 % 35,3 % 64,7 % 9,1 m
Uit bovenstaande tabel blijkt dat vooral motorboten (65%) in het Overijssels deel van het IJsselmeergebied varen. Verschillen met 2008
Aantal zeilboten Aantal motorboten Totaal aantal boten Gemiddelde bootlengte
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Overijssel Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal In % Aantal 22.265 - 301 - 1,3 % 959 - 19 - 1,9 % 10.409 311 3,1 % 1.758 - 5 - 0,3 % 32.674 10 0.0 % 2.717 - 24 - 0,9 % 9,6 m 0,05 m 0,5 % 9,1 m - 0,01 m - 0,1 %
Het aandeel motorboten is in het IJsselmeergebied toegenomen van 30,9% in 2008 naar 31,9% in 2009. De gemiddelde bootlengte is met 5 cm gestegen. De conclusie is dat het totaal aantal boten niet veel verandert. Er komen boten bij en er verdwijnen boten, waarbij het percentage motorboten stijgt en de gemiddelde lengte toeneemt. In de provincie Overijssel is de daling van het aantal zeilboten wat groter dan in de rest van het IJsselmeergebied, maar opvallend is dat in de provincie ook het aantal motorboten daalt. De gemiddelde lengte van de boten verandert nauwelijks, terwijl die in de rest van het IJsselmeergebied toeneemt. Een verklaring kan zijn dat havens hun ‘boxmix’ niet aanpassen, waardoor geen ruimte ontstaat voor grotere boten. In het verlengde kunnen wachtlijsten dalen omdat op redelijke termijn waarschijnlijk toch geen passende ligplaats beschikbaar zal komen. Deze boten wijken mogelijk uit naar andere gebieden. Nader onderzoek is gewenst, want dit is uitzonderlijk.
2.2.3.
Herkomst ligplaatshouders
Aantal boten op vaste ligplaatsen Aandeel ligpl. houders uit Nederland Aandeel ligpl.houders uit Duitsland Aandeel ligpl.houders uit België Aandeel ligpl.houders overige landen
Totaal in het IJsselmeergebied Verdeling Aantal in % 32.674 26.760 81,9 % 5.437 16,6 % 112 0,3 % 365 1,1 %
Aandeel provincie Overijssel Verdeling Aantal in % 2.717 2.306 84,9 % 374 13,8 % 4 0,2 % 33 1,2 %
Bijna 82% van de ligplaatshouders in het IJsselmeergebied is afkomstig uit Nederland. Naast de Nederlanders zijn vooral de Duitse ligplaatshouders belangrijk. Bijna 7 % van alle Duitsers in het IJsselmeergebied hebben een ligplaats in Overijssel. Het beeld van de verdeling naar herkomst verschilt in Overijssel weinig met het gemiddelde in het IJsselmeergebied.
-5-
Verschillen met 2008 De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. Zo was in 2008 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Al jaren is een daling van het aandeel Duitse ligplaatshouders in het hele IJsselmeergebied zichtbaar. Ook in de provincie Zeeland is het percentage Duitse ligplaatshouders sinds 2003 met 0,5% gedaald naar 11,2% in 200865. Duitsers in het zuidelijk deel van het IJsselmeergebied komen vooral uit het Ruhrgebied, in het noordelijk deel ook uit Noord- en Midden Duitsland (globaal tot Hamburg). Er is geen specifiek onderzoek naar gedaan, maar aangenomen wordt dat het aantal Duitsers dat de boot verplaatst naar de Oostzee, Mecklenburg – Vorpommern en Brandenburg beperkt is. In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaald naar aantallen ligplaatshouders. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten uit het IJsselmeergebied verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. Het saldo is daardoor +10. In Overijssel is het saldo niet positief, maar - 24. Dit komt omdat het aantal Duitse ligplaatshouders is gedaald en de vrijgekomen plaatsen niet door Nederlanders of andere buitenlanders zijn gevuld. Uit deze cijfers blijkt dat er meer in het gebied aan de hand is dan uit het saldo van het aantal boten kan worden afgeleid. Nader onderzoek naar het vertrek van Duitse ligplaatshouders uit het IJsselmeergebied is gewenst om de negatieve ontwikkeling te kunnen keren.
Ligplaatshouders uit Nederland Ligplaatshouders uit Duitsland Ligplaatshouders uit België Ligplaatshouders overige landen Totaal
2.3.
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Flevoland Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal Aantal In % 26.760 158 0,6 % 2.306 17 0,7 % 5.437 - 183 - 3,3 % 374 - 47 -11,1 % 112 - 10 - 8,2 % 4 - 4 - 48 % 365 45 14,1 % 33 10 46 % 32.674 10 0.0 % 2.717 - 24 - 0,9 %
Passanten
Passanten zijn bezoekende boten die tegen betaling in een jachthaven verblijven. Gebruikelijk is dat passanten tijdelijk vrijgekomen of niet verhuurde vaste ligplaatsen gebruiken. Sommige historische havensteden of steden met een bijzonder achterland trekken meer passanten dan het aantal uitvarende ligplaatshouders. Vollenhove is daar een voorbeeld van, net als Hindeloopen en Enkhuizen. Voor deze bezoekers worden speciale plaatsen gereserveerd. Deze plaatsen worden ‘specifieke passantenplaatsen’ genoemd en worden niet op jaar- of seizoensbasis verhuurd. Ook komt het voor dat passanten tegen een speciaal tarief in de vorm van een week- of maandkaart langer in een haven verblijven. In die gevallen wordt de boot vaak voor een periode onbemand achtergelaten. Niet alle jachthavens weten hoeveel bootovernachtingen aan deze “langpassanten” moeten worden toegerekend. Bij de bepaling van de gemiddelde verblijftijd worden deze langpassanten zonder persoonsovernachtingen niet meegeteld.
65
Evaluatie watersportbeleid provincie Zeeland 2000 – 2008, Waterrecreatie Advies , april 2009
-6-
2.3.1.
Aantal specifieke passantenplaatsen
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal vaste ligplaatsen Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen
Totaal in het IJsselmeergebied 221 35.764 3.090 3.898
Aandeel provincie Overijssel Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 23 10,4 % 2.940 8,2 % 223 7,2 % 248 6,4 %
Het betreft hier specifieke passantenplaatsen in jachthavens. Aanlegplaatsen in het buitengebied horen hier dus niet bij.
2.3.2.
Aantal bootovernachtingen en verblijftijd bezoekende boten
Op het moment dat het monitoronderzoek werd gehouden, zomer 2009, konden de havens nog geen bezoekersaantallen voor heel 2009 opgeven. Daarom wordt standaard gevraagd naar de bezoekende schepen in het voorgaande jaar. Onderstaande tabellen gaan dan ook over de passanten in 2008.
Kengetallen Aantal jachthavens Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddelde verblijftijd
Totaal in het IJsselmeergebied 221 384.222 1,3
Aandeel provincie Overijssel Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 23 10,4 % 22.100 5,8 % 1,4
Als de gemiddelde verblijftijd in het IJsselmeergebied gemiddeld 1,3 dagen is, gaat het dus om 384.222 bootovernachtingen / 1,3 verblijfsdagen = ca. 300.000 bezoekende boten. Uit diverse onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters66 is gebleken, dat 60-70% van de passanten hun thuishaven elders in het IJsselmeergebied heeft. Daarnaast zijn belangrijke herkomstgebieden de Friese binnenwateren, Overijssel en de Hollandse Plassen. Met een gemiddelde verblijftijd van 1,4 dagen doet Overijssel het goed. Verschillen met 2007 Het aantal passanten het IJsselmeergebied is in 2008 ten opzichte van 2007 licht gedaald (-1,3%). In Overijssel was het aantal passanten stabiel (+ 0,1%). De gemiddelde verblijfstijd van passanten in de jachthavens daalde van 1,45 naar 1,44 dagen. Dit is de hoogste gemiddelde verblijfstijd in het IJsselmeergebied (gemiddeld 1,29). Op basis daarvan vormt de kwaliteit van het gebied dus geen verklaring voor de afname van het aantal ligplaatshouders.
2.3.3.
Aantal persoonsovernachtingen
In voorgaande jaren zijn door Waterrecreatie Advies diverse onderzoeken uitgevoerd, waarbij toervaarders rechtstreeks werden benaderd met een reeks vragen over hun vaargedrag, waaronder de vraag: “Met hoeveel personen bent u meestal aan boord?” In navolgende tabel staan de resultaten van deze onderzoeken. Het aantal personen aan boord is niet over het gehele jaar constant. In de schoolvakanties varen er veel meer gezinnen met kinderen, dan in het voor- en naseizoen. De onderzoeken zijn verdeeld over het gehele vaarseizoen uitgevoerd.
66
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003; Onderzoek vaargedrag Randmeren en binnenwateren van Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006; Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007
-7-
Aantal personen aan boord, volgens de diverse onderzoeken naar het vaargedrag van watersporters: Vaargebied
Zeilboten
IJsselmeergebied & Waddenzee67 Noordzee68 Randmeren en binnenwateren Flevoland69 Amsterdam70 Fryslân en Leeuwarden71 Deltagebied72
Motorboten
2,5 2,7
2,5 2,1 2,7 2,4 2,8
2,9
2,6
Het vaargebied in en rond de IJsseldelta kan het beste worden vergeleken met de Randmeren en de binnenwateren van Flevoland. Op basis hiervan kan het aantal opvarenden per boot worden geschat op gemiddeld 2,7 personen. Daarmee genereren de bezoekende boten in de jachthavens in Overijssel die tot het IJsselmeergebied worden gerekend, bijna 60.000 persoonsovernachtingen (= 22.100 bootovernachtingen x 2,7 personen). Niet alleen de bezoekende boten generen overnachtingen, ook de ligplaatshouders verblijven gedurende het vaarseizoen een aantal nachten in de eigen haven aan boord, al dan niet na afloop van een dagtocht. Op basis van een onderzoek in Aalsmeer wordt gerekend met gemiddeld 20 overnachtingen per seizoen in de eigen haven73. Daarmee genereren de 2.717 verhuurde ligplaatsen nog ca. 147.000 persoonsovernachtingen (= 2.717 boten x 20 overnachtingen x 2,7 personen). Het totale aantal persoonsovernachtingen in de havens in Overijssel die tot het IJsselmeergebied worden gerekend kan derhalve worden geschat op ruim 200.000.
2.4.
Winterstalling
Kengetallen Aantal boten op vaste ligplaatsen Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter Percentage boten dat in gebied blijft
Totaal in het IJsselmeergebied 32.674 13.461 5.528 10.211 29.200 89 %
Aandeel provincie Overijssel Totaal in de Provinciaal provincie aandeel in % 2 717 8,3 % 5,3 % 715 6,7 % 371 10,3 % 1.054 2.140 7,3 % 79 %
Uit de tabel blijkt dat in de winter 7,3% van alle boten in het IJsselmeergebied in het Overijsselse deel overwinteren. Het percentage stalling buiten op de wal is laag. Daarentegen is het percentage boten in het water hoog. Het kan zijn dat schepen ook ondergebracht worden bij particuliere stallingen (loodsen van boeren). Dit aanbod wordt niet geïnventariseerd. Verschillen met 2008 Het aantal boten dat in de winter in het IJsselmeergebied blijft is gestegen van 28.960 in 2008 tot 29.200 in 2009. Ook het percentage overwinteraars ten opzichte van het aantal boten in de zomer stijgt (van 88,7 naar 89,4%). Dat betekent dat steeds meer mensen hun schip in de winter niet meer ‘mee naar huis’ nemen, maar het schip in het vaargebied achterlaten. In de Overijsselse havens is dit percentage gestegen van 78,0% in 2008 naar 78,8% in 2009.
67
Onderzoek vaargedrag IJsselmeergebied & Waddenzee, Waterrecreatie Advies, februari 2003 Onderzoek vaargedrag Noordzee, Waterrecreatie Advies, januari 2004 69 Onderzoek vaargedrag Randmeren en Flevoland, Waterrecreatie Advies, december 2006 70 Onderzoek watersport Amsterdam, Waterrecreatie Advies, oktober 2006 71 Onderzoek vaargedrag Fryslân en Leeuwarden, Waterrecreatie Advies, oktober 2007 72 Onderzoek vaargedrag Deltagebied, Waterrecreatie Advies, januari 2004 73 Onderzoek gemeente Aalsmeer over verblijf aan boord in verband met Toeristenbelasting 68
-8-
In onderstaande tabel wordt zichtbaar hoe bovenstaand zich vertaald naar aantal boten.
Aantal boten buiten op de wal Aantal boten binnen in een loods Aantal boten dat in het water blijft Totaal aantal boten in de winter
Totaal in het Aandeel provincie IJsselmeergebied Overijssel Verschil Verschil Aantal Aantal in 2009 - 2008 2009 - 2008 in 2009 In % 2009 Aantal In % Aantal 13.461 - 173 - 1,3 % 1 0,1 % 715 5.528 85 1,6 % 14 3,9 % 371 10.211 328 3,3 % - 13 - 1,2 % 1.054 29.200 240 0,8 % 2.140 2 0,1%
In het IJsselmeergebied zijn waarschijnlijk dankzij een reeks zachte winters meer boten in de winter in het water gebleven. Dit gaat ten koste van de droge winterstalling buiten op de wal. In Overijssel is het aantal boten in loodsen gestegen en het aantal boten in het water gedaald. In de winter van 2008 op 2009 kon eindelijk weer worden geschaatst. Welke verschuivingen dat veroorzaakt in de komende winter moet worden afgewacht, maar het ligt voor de hand dat het aantal boten op de wal zal toenemen.
-9-
3.
Trends
3.1.
Ontwikkeling watersport 1960 - 2009
Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen tot 35.764. Hiervan heeft de provincie Overijssel 2.940 ligplaatsen. In onderstaande grafiek is te zien hoe de ligplaatscapaciteit in het IJsselmeergebied (zwart) in de periode 1960 – 2009 is toegenomen. De historische lijn (1996 – 1994) is afgeleid van de gegevens die door de jachthavens bij aanvang van het monitoronderzoek in 1994 werden verstrekt. Vanaf de start van de monitor zijn zowel de ligplaatscapaciteit (ronde stip, linker as), als de gemiddelde bezettingsgraad (driehoekjes, rechter as) bekend. In dezelfde grafiek is het aandeel van de provincie Overijssel (blauw) getekend.
Ontwikkeling watersport (2009) Totaal IJsselmeergebied en het provincie Overijssel deel Aantal ligplaatsen
Bezettingsgraad
40.000
35.000
In 2009 in het IJsselmeergebied: 35.764 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 91,4%
100
30.000
25.000
95
20.000 90 15.000
In 2009, aandeel provincie Overijssel: 2.940 ligplaatsen gemiddelde bezettingsgraad: 92,4%
10.000
85
5.000
0 1960
80 1970
1980
1990
2000
2010
Jaar Historische groei ligplaatscapaciteit IJsselmeergebied Gemeten aantal ligplaatsen IJsselmeergebied Historische groei ligplaatscapaciteit in het Overijsselse deel Gemeten aantal ligplaatsen in het Overijsselse deel Bezettingsgraad IJsselmeergebied Bezettingsgraad in het Overijsselse deel
De introductie van polyester in de jachtbouw maakte het mogelijk jachten in serie te gaan bouwen tegen een, ten opzichte van hout en staal, concurrerende prijs. In heel Nederland werden globaal vanaf de 60-er jaren van de vorige eeuw jachthavens gebouwd om de groeiende recreatievloot ligplaatsen te bieden. Verder speelt de aanleg van Flevoland en het ontstaan van de recreatiemogelijkheden in de Randmeren een rol in de toename van het aantal schepen in het IJsselmeergebied. De grafiek laat deze ontwikkeling prachtig zien. Ook de dip / recessie in de 80-er jaren is zichtbaar en het daarop volgend herstel. Het deel van het IJsselmeergebied dat tot de provincie Overijssel wordt gerekend heeft in de afgelopen 40 jaar een beperkt aandeel gehad in de groei van de watersport. Het aantal plaatsen is sinds het begin van de 70-er jaren stabiel en langzaam daalt de bezettingsgraad. In vergelijking met de rest van het IJsselmeergebied gaat het in de provincie Overijssel dus niet goed met de ontwikkeling van de watersport. - 10 -
3.2.
Toekomstverwachting
Het is lastig om op dit moment een goede verwachting voor de toekomst te bepalen. In de afgelopen jaren werd in het Overlegplatform jachthavens IJsselmeergebied uitgegaan van een langzame afname van de groei, mede in verband met de vergrijzing en een afname van de groei van de bevolking. Sinds 1965 is het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied toegenomen van ca. 5.000 naar bijna 36.000 nu, een toename van ruim 30.000 ligplaatsen in ca. 45 jaar. In de komende 20 jaar (tot 2030) werd tot nu toe uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen met ca. 6.000 tot 42.000. Door de huidige crisis stagneert de toename van het aantal boten. In de 80-er jaren is dit tijdens de toenmalige (olie)crisis ook gebeurd. Als er geen boten bijkomen, daalt de vraag naar ligplaatsen en de ontwikkeling van het aanbod. Plannen worden uitgesteld. De groei die resteert zal niet evenwichtig over het gebied worden verdeeld. Het aantal boten in sommige delen van het IJsselmeergebied zal stabiliseren, Naar verwachting zal de grootste groei plaatsvinden in de Randstad, globaal in de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals (de Schaalsprong van) Almere en IJburg (2e Fase) spelen daarin een rol. Ook Lelystad groeit en is bezig haar waterfront te ontwikkelen. De belangstelling voor wonen aan het water neemt toe, ook in het zuidelijk IJsselmeergebied. De ontwikkeling van waterfronten en mogelijkheden voor wonen aan het water spelen in op de groeiende behoefte om het water te kunnen beleven. De schaal en de kwaliteit van het water spelen daarbij een belangrijke rol. Bij de ontwikkeling van waterfronten loopt de Friese IJsselmeerkust voorop. In Lemmer, Makkum en Workum (en vele andere plaatsen in Fryslân) zijn in de afgelopen decennia duizenden vakantiewoningen en woningen voor permanent verblijf met een eigen ligplaats aan het water gebouwd. Dat sommige jachthavens hier wel eens problemen mee hebben is begrijpelijk. Zij zien potentiële of bestaande ligplaatshouders ‘weglekken’ en dat gaat ten koste van hun eigen bezettingsgraad of groei. Anderzijds zijn er in Fryslân ontzettend veel boten bijgekomen en daar profiteert iedereen van, ook bestaande havens (o.a. winterstalling, passanten en vooral imago).
Aantal ligplaatsen, boten en passanten in het IJsselmeergebied
Aantal ligplaatsen en boten
Aantal passanten 380.000 360.000 340.000
35.000
320.000 300.000 280.000 260.000
25.000 1995
2000
2005
Jaar 2010
Toename van het aantal ligplaatsen en boten in jachthavens betekent niet dat automatisch ook het aantal vaarbewegingen toeneemt. De grafiek hiernaast toont aan dat het aantal passanten in het IJsselmeergebied stabiel is of zelfs licht daalt terwijl het aantal ligplaatsen en het aantal boten toeneemt. Vroeger ging men meerdere weken achter elkaar met de boot op vakantie. Tegenwoordig is niet alleen sprake van vakantiespreiding, maar onderneemt men ook meerdere soorten (kortere) vakanties.
Aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied Aantal boten met een vaste ligplaats Aantal geregistreerde passanten
Natura 2000 zorgt op dit moment vooral in het zuidelijk IJsselmeergebied voor vertraging bij de uitbreiding van bestaande en aanleg van nieuwe jachthavens. Het blijkt moeilijk te zijn om objectief de gevolgen van de verschillende vormen van waterrecreatie op de natuurwaarden in te schatten74. In opdracht van het Ministerie van LNV is een belangrijke stap gemaakt met de Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’75. Behalve problemen met de uitbreiding van jachthavens heeft men in het zuidelijk IJsselmeergebied problemen met waterplanten. Vooral in de Randmeren en langs de NoordHollandse Markermeerkust neemt de overlast jaarlijks toe. 74 75
Jachthaven Muiden, ‘Second opinion’ significante effecten Natura 2000, Waterrecreatie Advies, april 2008 Audit ‘Pleziervaart en Natura 2000’, Omgaan met onzekerheden in effectbeoordelingen’, Kenniscentrum Recreatie, november 2009
- 11 -
De wens om te gaan varen hangt verder af van de kwaliteit van de voorzieningen. Ook de ‘ruimtelijke kwaliteit’ krijgt meer aandacht, vooral in de provincie Fryslân. Is het mooi, ‘klopt het’, is het leuk, wat valt er te beleven? Daarnaast neemt de concurrentie met andere vormen van vrijetijdsbesteding al dan niet in het buitenland, toe. Daarom is meer aandacht nodig voor de kwaliteit en belevingswaarde van watersportgebieden en vaardoelen zoals steden en dorpen. De invloed op de kwaliteit en belevingswaarde van het IJsselmeer door de voorgenomen bouw van het windmolenpark Noordoostpolder moet derhalve niet worden onderschat. Watersport is breder dan het varen met een boot en levert een belangrijke bijdrage aan de regionale en lokale economie. De omzet van de watersportindustrie in het IJsselmeergebied kan worden geschat op € 630 miljoen per jaar en de bijbehorende werkgelegenheid op 6.000 arbeidsplaatsen (Fte)76. Bedrijven als Royal Huisman, Romar, Rondal en Klaver in Vollenhove leveren hier een flinke bijdrage aan. De gevolgen van de recessie zijn inmiddels ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar geworden. Jachtwerven, makelaars en importeurs maken zware tijden door. De verkoop van boten stagneert, net als de verkoop van huizen en auto’s. Toch blijkt uit deze monitor dat nog steeds boten van eigenaar en plaats veranderen. De recessie had afgelopen zomer ook een positieve kant. Vakantie in eigen land werd gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Deelnemers aan het Platform jachthavens IJsselmeergebied verwachten in 2009 een groei van 5 tot 10%. Behalve de toename van het aantal inwoners in de Randstad (incl. Almere en Lelystad) is er ook al jaren een ‘trek naar groter water’. Eigenlijk is de hele groei in het IJsselmeergebied in de afgelopen decennia daar een voorbeeld van. Watersporters verleggen hun vaargebied telkens verder, tegenwoordig gaan velen in het hoogseizoen naar de Waddenzee en de Noordzee. Daardoor stijgen de sluisbewegingen in de Afsluitdijk (zie ook hoofdstuk 6). Verder zorgt vergrijzing in de vloot voor veranderingen en voor kansen. Het juiste product moet op de juiste plaats worden aangeboden. Een toename van het percentage motorboten is vervelend voor de havens aan het IJsselmeer, maar biedt kansen voor de binnenwateren van Overijssel, Flevoland en voor de Randmeren. Seizoensverlenging is een kans, maar men moet de watersporter in die periode wel iets kunnen bieden. Zoals blijkt is de toekomstverwachting afhankelijk van veel factoren. Veranderingen kunnen worden gemeten en sommige ontwikkelingen kunnen worden beïnvloed. Het aantal niet-werkenden en gepensioneerden zal in de komende jaren toenemen. Het is aan de sector en aan de diverse overheden om ervoor te zorgen dat het IJsselmeergebied een concurrerend en een onderscheidend ‘toeristisch product’ blijft.
76
Bewerking Kerncijfers Toerisme Noord-Holland 2002 op basis cijfers NML uit 1999
- 12 -
4.
Uitbreidingsplannen
4.1
Uitbreidingsplannen bij bestaande jachthavens
Eén jachthaven in dit deel van Overijssel heeft concrete uitbreidingsplannen voor in totaal 100 nieuwe ligplaatsen. Een andere haven wil wel, maar geeft niet op met hoeveel plaatsen hij uit wil breiden. Beiden geven aan problemen te hebben met de gewenste uitbreiding. Er is nog een derde haven die aangeeft ruimte te hebben voor 6 extra plaatsen, zonder concrete realisatieplannen te hebben. Realisatie van veel plannen in het IJsselmeergebied worden voor een belangrijk deel vertraagt door (procedures rond) de nieuwe natuurwetgeving. Omdat dit onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport jaarlijks plaats vindt, is ook goed zichtbaar dat havens plannen uitstellen. Procedures zorgen voor vertraging. Daarnaast wordt ook rekening gehouden met de uitkomsten van dit onderzoek (ontwikkeling capaciteit en bezettingsgraad) en met de economie. Op dit moment stabiliseert het aantal boten en ligt het voor de hand plannen uit te stellen. De gemiddelde scheepslengte neemt wel bijna overal toe. Dit heeft gevolgen voor de ‘boxmix’, de procentuele verdeling van de ligplaatsen qua lengte. Veel, vooral oudere havens moeten eigenlijk herinrichten. Om hetzelfde aantal schepen plaats te kunnen bieden is ruimte nodig, los van eventuele wensen om de capaciteit te vergroten. Soms zijn uitbreidingen nodig om de gewenste of noodzakelijke kwaliteit of voldoende rendement te kunnen (blijven) leveren. De gemiddelde bezettingsgraad in Overijssel is met 92,4% hoger dan het gemiddelde in het IJsselmeergebied. Verder staan ruim 250 schepen bij verschillende havens op een wachtlijst voor een ligplaats. Deels gaat het om verplaatsingen vanwege prijs of kwaliteit, of omdat men qua afmetingen geen passende ligplaats kan krijgen voor een (nieuwe) boot. Soms staat men op meerdere wachtlijsten genoteerd, maar het kan ook zijn dat men zich niet inschrijft, omdat de gewenste ligplaats in een bepaalde haven toch niet op een redelijke termijn beschikbaar zal komen. Wachtlijsten moeten in ieder geval niet worden gezien als ‘absoluut getal’ of ‘tekort’ aan ligplaatsen. Er zit meer achter. Hoe actueel zijn wachtlijsten, worden ze geregeld opgeschoond? Moet men jaarlijks een bijdrage betalen om op een wachtlijst te blijven staan? Het aantal schepen op een wachtlijst gedeeld door de capaciteit, de ‘drukfactor’, geeft wel een indicatie van de (lokale) ernst van het capaciteitsprobleem (zie hoofdstuk 2.2.1.).
4.2.
Plannen voor nieuwe jachthavens
In dit deel van Overijssel zijn geen plannen voor nieuwe jachthavens bekend.
- 13 -
5.
Chartervaart en riviercruisevaart
5.1.
Traditionele chartervaart en motorchartervaart
De ‘traditionele chartervaart’ betreft historische schepen die op commerciële basis worden verhuurd. Veelal gaat het om klippers en tjalken. In de afgelopen jaren zijn ook nieuwe schepen gebouwd die onder deze categorie vallen. De vroeger wel gebruikte term ‘bruine vloot’ gaat niet meer op. De meeste schepen hebben hun bruine zeilen vervangen door witte zeilen. Het gaat om een volwassen bedrijfstak die kwalitatief goede voorzieningen biedt. Naast de zeilende chartervaart is ook de motorchartervaart belangrijk geworden. Het gaat dan veelal om historische- of voormalige vrachtschepen die zijn verbouwd om groepen mensen te vervoeren. Bekend zijn o.a. de ‘fietsboten’. Het schip fungeert als ‘varend hotel’ en de gasten fietsen van locatie naar locatie. De chartervaart, zowel de zeilende- als de motorchartervaart kennen het begrip ‘vaste ligplaats’ nauwelijks. Er wordt gewerkt met begrippen als ‘thuishaven’, ‘opstapplaats’ en ‘vaargebied’. Een ‘opstapplaats’ is een plaats in een haven waar de gasten aan boord komen. De meeste traditionele charterschepen hebben een vaste ‘opstapplaats’. In Overijssel liggen een aantal charterschepen in Zwartsluis (Zeilvloot Zwartsluis) en in Kampen (een deel van de vloot van Naupar, voorheen Hanzestad Compagnie). Een deel van de vloot uit Kampen is een aantal jaren geleden verhuisd naar de Bataviahaven in Lelystad als gevolg van de aanleg van de Eilandbrug ten noorden van Kampen (N50) over de IJssel. Het aantal plaatsen voor traditionele charterschepen wordt bepaald door lokale omstandigheden en de beschikbare meters kade. Hierbij wordt rekening gehouden met de gemiddelde lengte van de schepen en het aantal schepen dat naast elkaar kan en mag afmeren. In dit deel van de provincie Overijssel zijn door de (jacht)havens in totaal 35 plaatsen voor traditionele charterschepen opgegeven. Een overzicht van het aantal charterschepen, gemiddelde omzet en weekprijzen, totale capaciteit en aantal overnachtingen is verkrijgbaar bij de Belangenvereniging Beroepschartervaart (BBZ) in Enkhuizen.
5.2.
Riviercruisevaart
De oorsprong van de riviercruisevaart ligt in Duitsland, het bekende ‘reisje langs de Rijn’. De schepen zijn groter geworden en tegenwoordig is een lengte van 130 meter geen uitzondering meer. Ook in het IJsselmeergebied neemt het aantal riviercruiseschepen toe. Een aantal komt het gebied binnen via de IJssel, maar ook Amsterdam is voor veel schepen zowel vaardoel als opstapplaats. De riviercruisevaart kent veel internationale passagiers. Als een schip een haven aandoet wordt dit een ‘call’ genoemd. Amsterdam Cruise Port (ACP) in Amsterdam registreert het aantal ‘calls’ van schepen in de provincie Noord-Holland. Bekende havens voor dergelijke schepen in het IJsselmeergebied zijn Amsterdam, Enkhuizen, Hoorn en Kampen. Stavoren is als haven in opkomst. Vaak worden bustochten ondernomen of steden bekeken. De bestedingen van de passagiers aan land kunnen aanzienlijk zijn als men de passagiers (via de rederijen) kan verleiden tot een bezoek aan de stad. De schepen zijn georganiseerd via een aantal grote, veelal buitenlandse rederijen, die overtuigd moeten worden een stad of provincie aan te doen. Het aantal ‘calls’ in Kampen is onbekend. Vooral Deventer richt zich op de riviercruisevaart. De lengte van de riviercruise- en passagiersschepen in de Randmeren wordt begrensd door de afmetingen van de sluizen (Roggebotsluis en Nijkerk, scheepslengte max. 85 meter). Harderwijk en Elburg worden regelmatig riviercruise- en passagiersschepen bezocht, ook omdat daar een aantal rederijen gevestigd zijn.
- 14 -
6.
Sluizen en sluispassages
Het jaarlijkse onderzoek naar de ontwikkeling van de watersport geeft inzicht in de ontwikkeling van het aantal boten, ligplaatsen, passanten, bezettingsgraad etc. Om meer inzicht te krijgen in bijbehorende vaarbewegingen, zijn voor het eerst ook de sluispassages in het gebied bijeen gebracht. De passagecijfers zijn afkomstig van de betrokken beheerders. Bij de grotere sluizen wordt beroepsen recreatievaart apart geteld, bij de kleinere vaak niet. Slechts een deel van de in dit overzicht opgenomen sluizen kunnen als toegangspoorten tot het IJsselmeergebied worden beschouwd, de overigen liggen in het gebied en geven inzicht in de intensiteit van de vaarbewegingen ter plaatse.
Kaart: Beleidsvisie Recreatietoervaart Nederland 2008. De nummers corresponderen met de sluizen in de tabel op de volgende bladzijde.
- 15 -
Sluispassages in de provincie Flevoland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Houtribsluizen Roggebotsluis Nijkerkersluis Zuidersluis Vaartsluis Noordersluis Larsersluis De blauwe Dromer Kampersluis Ketelsluis Voorstersluis Friesesluis Urkersluis Marknessersluis Almere-Haven sluis 1
Lelystad Dronten Nijkerk Almere Almere Lelystad Zeewolde Zeewolde Ketelhaven Ketelhaven Kraggenburg Lemmer Urk Marknesse Almere
24.123 26.703 25.812 3.649 2.535 3.353 1.365 2.629 2.774 5.633 6.578 5.001 2.880 5.310 3.000
21.205 25.331 24.230 3.628 2.512 3.313 1.432 2.620 2.748 5.666 7.047 5.284 2.936 5.662 3.000
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -2.918 -12,1% -1.372 -5,1% -1.582 -6,1% -21 -0,6% -23 -0,9% -40 -1,2% 67 4,9% -9 -0,3% -26 -0,9% 33 0,6% 469 7,1% 283 5,7% 56 1,9% 352 6,6%
Sluispassages in de provincie Fryslân Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
16 17 18 19 20 21 22 23
Lemstersluis2 Prinses Margrietsluis Johan Frisosluis Sylroedeslûs1 Sluis Workum2 Sluis Makkum2 Lorentzsluizen Linthorst Homansluis
Lemmer Lemmer Stavoren Hindeloopen Workum Makkum Kornwerderzand Nijetrijne
14.631 27.411 39.082 1.000 13.696 3.219 38.127 26.724
15.696 26.463 39.212 1.000 13.894 3.943 38.758 26.979
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % 1.065 7,3% -948 -3,5% 130 0,3% 198 724 631 255
1,4% 22,5% 1,7% 1,0%
Sluispassages in de provincie Noord-Holland Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
24 25 26 27 28 29 30 31 32
Stevinsluis Stontelersluis2 Westerhavensluis2 Zeesluis Edam2 Kloosterdijksluis2 Grafelijkheidssluis2 Oranjesluizen Groote Zeesluis2 Naviduct
Den Oever Den Oever Medemblik Edam Monnickendam Monnickendam Amsterdam Muiden Enkhuizen
33.364 244 4.029 4.064 8.393 58.111 26.008 69.296
30.165 356 4.369 4.910 5.647 5.645 56.072 25.375 66.746
onbekend
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -3.199 -9,6% 112 45,9% 340 8,4% 846 20,8%
-2.039 -633 -2.550
-3,5% -2,4% -3,7%
Sluispassages in de provincie Overijssel Nr
Sluisnaam
Plaatsnaam
2007
2008
33 34 35 36 37
Sluis Kuinre Sluis Blokzijl Arembergersluis Beukerssluis Ganzensluis
Kuinre Blokzijl Zwartsluis Wanneperveen IJsselmuiden
4.284 17.305 11.483 19.534 11.560
4.058 17.087 12.093 19.829 11.212
1
2
Sluispassages zijn bij benadering Sluispassages zijn totaaltelling, beroepsvaart niet of minimaal
- 16 -
Verschil 2008 - 2007 Aantal In % -226 -5,3% -218 -1,3% 610 5,3% 295 1,5% -348 -3,0%
In de zomer van 2008 liet het weer door veel regen en wind te wensen over. Dit heeft effect gehad op het gedrag van watersporters. In 2008 laten in het IJsselmeergebied de doorvaart in Lemmer, de vaart door de Noordoostpolder en de doorvaart bij Zwartsluis de grootste “plus” zien. Ook de Larsersluis bij Zeewolde en de verbindingen vanaf het IJsselmeergebied met de binnenwateren van Noord-Holland, Edam, Monnikendam en Den Oever hebben het goed gedaan. Hieruit kan worden geconcludeerd dat het binnengebied van het slechte weer profiteert. Lelystad, Enkhuizen en de Lorentzsluis bij Den Oever hebben geen goed jaar gehad. De sluisbewegingen bij Kornwerderzand daarentegen zijn wel iets toegenomen. Het is onduidelijk waardoor dit wordt veroorzaakt. Onderstaande grafiek geeft een overzicht van de passages naar de Waddenzee over een reeks jaren. Het is duidelijk dat het aantal schepen dat richting Waddenzee (en Noordzee) vaart stijgt77. Vanaf globaal 1985 namen vooral de passages via Kornwerderzand toe. Vanaf 2000 is ook een sterk stijgende lijn waarneembaar ten aanzien van de sluispassages bij Den Oever. Deze groei heeft te maken met het instellen van een 24-uurs bediening in Den Oever en het ondieper worden van de Boontjes tussen Kornwerderzand en Harlingen.
50.000 45.000 40.000 Den Helder
35.000
Den Oever
30.000
Kornwerderzand
25.000
Harlingen
20.000
Lauwersoog
15.000
Delfzijl
10.000 5.000 0 1980
1985
1990
1995
2000
2005
2010
Het bijhouden van sluispassages in het IJsselmeergebied, bij voorkeur over een reeks van jaren, geeft belangrijke aanvullende informatie over (de gevolgen van) de ontwikkeling van de watersport, veranderingen in het gebruik en de invloed van het weer.
77
Concept Havenvisie Wadden, Verantwoord Varen op het Wad, Oranjewoud en Waterrecreatie Advies, juli 2009
- 17 -
7.
Conclusies
De watersport in het IJsselmeergebied is in de afgelopen decennia flink gegroeid. Het aantal ligplaatsen in jachthavens is van ca. 5.000 in 1965 gestegen naar 35.764 in 2009. Er zijn in het afgelopen jaar 2 nieuwe jachthavens bijgekomen en 242 ligplaatsen. Een van deze nieuwkomers is de jachthaven van WSV IJburg bij Amsterdam met 115 plaatsen en een haventje in Lelystad. Per saldo is het aantal boten in het IJsselmeergebied in 2009 met slechts 10 toegenomen. De toename van het aantal boten houdt geen gelijke tred met de ontwikkeling van de capaciteit, waardoor de gemiddelde bezettingsgraad is gedaald van 92% naar 91,4%. Het aantal schepen op een wachtlijst is ten opzichte van 2008 met 1% gestegen. In het deel van Overijssel dat tot het IJsselmeergebied wordt gerekend, zijn 23 jachthavens met 2.940 ligplaatsen. De gemiddelde bezettingsgraad bedraagt 92,4%. De herkomst van de ligplaatshouders in het totale IJsselmeergebied verschuift. In 2008 was 81,4% afkomstig uit Nederland, tegen 81,9% nu. Het aandeel Duitse ligplaatshouders in het IJsselmeergebied daalt al een aantal jaren. Er zijn 183 boten van Duitse ligplaatshouders en 10 Belgische boten verdwenen. Anderzijds zijn er 158 boten van Nederlanders en 45 boten van andere buitenlanders bijgekomen. In het Overijssels deel van het IJsselmeergebied zijn 47 Duitse en 4 Belgische ligplaatshouders verdwenen en er zijn 27 Nederlandse en andere buitenlandse ligplaatshouders bijgekomen. Per saldo is het aantal boten dus met 24 gedaald. In 2008 werden in de jachthavens in het IJsselmeergebied bijna 300.000 passanten (boten) geboekt. In Overijssel resulteert dit bij een gemiddeld aantal opvarenden van 2,7 per boot in ca. 60.000 persoonsovernachtingen. Daarnaast genereren de 2.717 verhuurde ligplaatsen nog ca. 145.000 persoonsovernachtingen. Het totale aantal persoonsovernachtingen in de jachthavens in het Overijssels deel van het IJsselmeergebied kan derhalve worden geschat op ca. 200.000. In de winter van de 2008 op 2009 overwinterden 29.200 boten in het IJsselmeergebied, waarvan 7,3% in Overijssel. Door de zachte winters blijven steeds meer boten in het water liggen. Dit gaat ten koste van de winterstalling buiten op de wal. Het aantal boten in loodsen is in de afgelopen jaren wel toegenomen. Opvallend is dat het percentage overwinteraars in de havens in het Overijssels deel van het gebied 10% lager is dan gemiddeld. Wat de winter van 2009 op 2010 gaat brengen, nadat er afgelopen winter eindelijk weer eens geschaatst kon worden, moet worden afgewacht. Eén haven heeft concrete uitbreidingsplannen voor 100 nieuwe ligplaatsen en één haven wil wel uitbreiden, maar heeft geen aantal gespecificeerd. Beiden hebben aangegeven problemen te hebben met de gewenste uitbreiding. In Overijssel zijn geen plannen voor nieuwe jachthavens. Tot nu toe werd uitgegaan van een toename van het aantal ligplaatsen in het IJsselmeergebied met ca. 6.000 tot 42.000 in 2030. Een belangrijk deel hiervan zal worden gerealiseerd in de Randstad, globaal in de driehoek Hoorn, Lelystad, Amsterdam. Ontwikkelingen zoals de Schaalsprong van Almere, de tweede fase van IJburg en het waterfront in Lelystad spelen daarin een rol. Wonen aan het water voorziet in een groeiende behoefte het water te kunnen beleven. De gevolgen van de recessie zijn echter ook binnen de waterrecreatiesector zichtbaar; de verkoop van boten stagneert. Wanneer de markt zich gaat herstellen is nog niet te overzien. Vakantie in eigen land werd dit jaar gestimuleerd en in combinatie met een mooie zomer vertaalde zich dat in extra vaarbewegingen en passantenovernachtingen. Verwacht wordt een toename van het aantal passanten in 2009 van 5 tot 10%. Of de goede zomer ook een effect heeft op de verkoop van schepen moet worden afgewacht. In het Overijssels deel van het IJsselmeergebied bevinden zich 35 plaatsen voor traditionele charterschepen. Dit is ca. 6% van het totale aantal plaatsen in het IJsselmeergebied. Daarnaast neemt het aantal riviercruiseschepen toe die het IJsselmeergebied in hun vaarprogramma hebben opgenomen.
- 18 -
Bijlagen:
Waterrecreatie Advies B.V. Het Ravelijn 1 Postbus 123, 8200 AC Lelystad Tel. 0320 21 88 47, fax 0320 28 13 08 Rek. nr. 50.51.79.431 ABN-AMRO K.v.K. Lelystad nr. 39066758 E-mail:
[email protected] Website: www.waterrecreatieadvies.nl
Naambedrijf T.a.v. contactpersoon Adres Postcode en woonplaats
Lelystad, 24 juni 2009 Betreft: Ontwikkeling watersport IJsselmeergebied Geachte directie, geacht bestuur, beste mensen, Dit is het 15e opeenvolgende jaar dat wij de ontwikkeling van de watersport in het IJsselmeer- en Randmerengebied meten. Bijgaand treft u weer het bekende vragenformulier. Wij verzoeken u de gegevens te controleren, eventuele wijzigingen aan te geven en niet te vergeten om het aantal passanten en passantenovernachtingen in 2008 te vermelden. Vervolgens graag het ingevulde formulier per fax of in bijgesloten antwoordenvelop terugsturen. Als dank voor uw medewerking krijgt u dit keer niet alleen een overzicht van de belangrijkste resultaten van het afgelopen jaar maar ook een terugblik naar de situatie in 1994. Wat zijn nu in dit jubileumjaar opvallende veranderingen in het IJsselmeergebied sinds 1994. Wat opvalt is het brede draagvlak dat dit onderzoek in de loop der jaren heeft verworven. Al in het eerste zwart-wit briefje van de Stichting Waterrecreatie in 1994 wordt het belang van dit onderzoek voor beleidsmakers èn jachthavens benadrukt. Uw respons na de 1e en 2e mailing is in de loop der jaren gegroeid tot 60% resp. 80%, waardoor de kosten van dit onderzoek beheersbaar konden blijven. Ook onze informatieverschaffing aan u is sterk verbeterd. Kleurrijke grafieken en nadere details via de websites www.waterrecreatieadvies.nl en www.stichtingwaterrecreatie.nl houden u nu uitgebreid op de hoogte van alles wat er zoal speelt in het IJsselmeergebied, een begrip anno 2009, waar in 1994 nog werd gesproken over ‘het gebied rond de voormalige Zuiderzee’. Bijgaande grafiek laat zien dat de watersport sinds 1994 een flinke groei heeft doorgemaakt. De ligplaatscapaciteit groeide met 19,3% iets sneller dan het totale aantal boten, dat met 16,5% toenam. De gemiddelde bezettingsgraad was 94,2% in 1994, en schommelt nu rond de 92%. In het afgelopen jaar was er geen groei. Het aantal ligplaatsen bij de 219 bedrijven, verenigingen, stichtingen en gemeentehavens is met 168 gedaald tot 35.472. Twee jachthavens zijn verdwenen en ook herinrichting is een belangrijke oorzaak. Kleinere boxen worden opgeofferd en dat gaat ten koste van de capaciteit. Ook het aantal boten daalde met 69 tot 32.614. De bezettingsgraad liep iets op naar 91,7% - 19 -
Er zijn grote regionale verschillen. In onderstaande grafieken is het IJsselmeergebied (inclusief Randmeren, Ketelmeer en Zwarte Water) onderverdeeld naar provincie. Het betreft hier alle op dit groot water gerichte havens in de kustgebieden van Noord-Holland, Friesland, tegenwoordig Fryslân, Utrecht, Gelderland en Overijssel en de hele provincie Flevoland. Met 12.000 heeft de provincie Noord-Holland de meeste ligplaatsen in het IJsselmeergebied. De capaciteit is daar met 24% gegroeid. De grootste groei, 36% vond plaats in de provincie Flevoland, die met 9.459 ligplaatsen in grootte op de 2e plaats komt. Op de 3e plaats staat de provincie Fryslân met een ligplaatsgroei van 19% en een huidige capaciteit van 6.299 ligplaatsen. In de provincies Gelderland, Overijssel en Utrecht is weinig veranderd.
In de provincies Flevoland en Fryslân is de bezettingsgraad lager dan in de overige regio’s. De ligplaatscapaciteit is gemiddeld jaarlijks met 1,3% en het aantal boten met 1,1% gegroeid. Deze groei neemt af. Het gemiddelde voor de afgelopen 3 jaar was 0,9% voor de ligplaatsen en 0,7% voor de boten. Op die boten varen steeds minder Duitsers. In 1994 was het aandeel Nederlandse boten in het IJsselmeergebied 76,7% en in 1998 het laagst met 75,8%. Mede door economische problemen in Duitsland, is het aandeel Nederlanders sindsdien langzaam opgelopen naar 81,4% nu. Vooral in Fryslân is deze verschuiving groot, 64,8% Duitsers in 1994 en 49,2% nu. In de provincies NoordHolland en Utrecht zijn meer dan 90% van de ligplaatshouders afkomstig uit Nederland. Hoewel het aantal boten in het gebied dus aanzienlijk is gegroeid kan dat niet worden gezegd van het aantal passanten. Gemiddeld waren het er in de afgelopen jaren ruim 360.000, maar het gemiddelde van de afgelopen 3 jaar ligt bijna 20.000 lager. Het aantal passanten in 2007 was met 338.000 het laagst sinds 1996. De verwachting is dat door de economische crisis het aantal passanten weer toeneemt, omdat men dichter bij huis vakantie gaat vieren. Laten we hopen dat het een mooie zomer wordt! 47% van de passanten wordt in Noord-Holland geregistreerd, Fryslân staat op de 2e plaats met 28% en Flevoland volgt met 12%. De verdeling van de passanten over de diverse provincies is in de loop der jaren nauwelijks veranderd. Sinds 2000 meten we ook de verdeling zeil- en motorboot en de gemiddelde bootlengte. Het percentage zeilboten daalt, het sterkst in Noord-Holland. De gemiddelde bootlengte stijgt in alle provincies. In 2000 was de gemiddelde bootlengte 9,35 meter, nu 9,60. Wij hopen u weer wat nuttige informatie te hebben aangereikt en danken u, mede namens de provincies Noord-Holland, Flevoland, Fryslân, Overijssel, Gelderland en Rijkswaterstaat, voor uw medewerking aan dit onderzoek. Met vriendelijke groet, Waterrecreatie Advies BV
R. Steensma
- 20 -
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
25 130 15 49 2 ---------------221
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
35.764 91,4
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
68,1 31,9 9,6
% % m
: : : : :
81,9 16,6 0,3 1,1 3.711
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
3.090 3.898 384.222 1,3
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
13.461 5.528 20.557 92,4 10.211
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
30 2.618 26 3 11
:
605
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 21 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Waterrecreatie Advies, Postbus 123, 8200 AC Lelystad 2009 Kengetallen aandeel provincie Overijssel in het IJsselmeergebied 1. Aantal havens (exploitatievorm): Gemeente haven(s) Commerciële haven(s) Stichtingshaven(s) Verenigingshaven(s) Rijks- / provinciale haven(s)
: : : : :
Totaal
:
2 11 5 5 0 ---------------23
Totaal aantal beschikbare ligplaatsen Gemiddelde bezettingsgraad
: :
2.940 92,4
%
Aandeel zeilboten Aandeel motorboten Gemiddelde bootlengte
: : :
35,3 64,7 9,1
% % m
: : : : :
84,9 13,8 0,2 1,2 258
% % % %
2. Recreatievaart: a. Ligplaatsen:
Herkomst ligplaatshouders
Nederland Duitsland België Overig
Aantal schepen op wachtlijsten
b. Passantenplaatsen: Aantal niet verhuurde ligplaatsen Aantal specifieke passantenplaatsen Aantal bootovernachtingen in 2008 Gemiddeld aantal nachten per boot
: : :
223 248 22.100 1,4
c. Winterberging: Aantal schepen buiten aan land Aantal schepen in loodsen Aantal beschikbare plaatsen Bezettingsgraad droge stalling Aantal schepen in het water
: : : : :
715 371 1.191 91,2 1.054
%
d. Uitbreidingsplannen t.a.v. lig- en/of passantenplaatsen: Aantal havens met uitbreidingsplannen Verwachte / gewenste uitbreiding totaal Aantal gespecificeerd door Bezwaren, niet gespecificeerd Bezwaren, gemeente / overheid
: : : : :
2 100 1 0 2
:
35
3. Zeilende ‘traditionele chartervaart’: Aantal lig- en/of passantenplaatsen
- 22 -
ligplaatsen haven(s) haven(s) haven(s)
Vuilwaterstations provincie Overijssel, omgeving IJsseldelta volgens www.vuilwater.info Indien onderstaande gegevens incompleet of achterhaald zijn, graag contact opnemen met: Stichting Recreatietoervaart Nederland Contactpersoon: Manon van Meer Postbus 102 3970 AC Driebergen T 0343 52 47 57 M 06 51 22 58 56 E
[email protected] ++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++++ Jachthaven De Molenwaard Van Nahuysweg 43 8061 EZ HASSELT Tel. 038 477 16 51 Jachthaven-Camping Roggebotsluis Reeveweg 1 8265 PR KAMPEN Tel. 038 331 24 02 WSV De Buitenhaven Noordweg 1 8262 BM KAMPEN Tel. 038 332 35 33 VVV Vollenhove Aan Zee 2-4 8325 ZG VOLLENHOVE Tel. 0527 24 17 00 Jachthaven De Kraneweerd bv Het Oude Diep 5-7 8064 PN ZWARTSLUIS Tel. 038 386 73 51 Jachthaven Stichting Ketelmeer Vossemeerdijk 31 8251 PM DRONTEN Gemeente Zwarte Waterland Postbus 23 8060 AA HASSELT
- 23 -
- 24 -