11
ONLINE NIEUWSBRIEF
NOVEMBER 2013
WOORD VOORAF
SYMPOSIUM HERBESTEMMING
Waar wij als Boerderij & Erf A-V ons al vijftien jaar sterk voor maken blijkt steeds meer aandacht te krijgen. Vooral ook op provinciaal en landelijk niveau. Ook van de overheid. Terecht, want de boerderijen zijn de iconen van ons landschap en de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden is wat deze specifieke bebouwing betreft een uniek gebied. Twee conclusies uit het deze maand gehouden symposium, die we graag delen. Natuurlijk schenken we in deze nieuwsbrief aandacht aan dit symposium Herbestemming en Herontwikkeling. We hebben ook een nieuwe publicatie. En - niet onbelangrijk - de fusie tussen de vereniging en de stichting is een feit. Daarnaast treft u informatie aan over het aanbrengen van zonnepanelen op daken. Dat moet als het om boerderijen gaat wel met verstand gebeuren, willen we ons prachtige landschap geen geweld aan doen. Voor de toekomst nodigen we alle lezers uit om: 1. Een naam te bedenken voor de nieuwsbrief. 2. Ideeën en artikelen in te zenden voor de volgende edities van deze nieuwsbrief. 3. Hulp aan te bieden om artikelen e.d. uit te typen.
Op 14 november 2013 was een flink aantal geïnteresseerden aanwezig op het Symposium Herbestemming en Herontwikkeling, in De Til in Giessenburg. De basis voor deze bijeenkomst is het rapport ‘Boerderijen in Bestemmingsplannen – een vergelijking en analyse van de bestemmingsplannen voor het landelijk gebied in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden’. Voor wie daar niet bij kon zijn volgt hier een thematische opsomming van wat daar door de verschillende sprekers onder meer is gezegd. Het geeft zeker geen totaalbeeld, maar wel voldoende informatie om de sfeer van de dag te kunnen proeven.
Dick de Jong Onze huidige samenleving heeft zich een cultuur aangemeten van discussieren in plaats ‘de handen uit de mouwen steken’. Wagenmaker Van Peet, hier op de foto bezig met het maken van een wiel voor een boerenwagen, was een man van weinig woorden. Een ‘Rotterdammer’, zouden we dat nu sociografisch noemen. In goed ondernemersjargon: kijken naar je doel en hoe je er komt. 15 jaar Boerderij & Erf A-V hebben bewezen dat het kan!
online nieuwsbrief
Helemaal in het westen van ons gebied.
PROGRAMMA Na de ontvangst met koffie en thee, volgde om tien uur het openingswoord door de heer Kees Bakker, voorzitter van de Stichting Boerderij & Erf A-V. Deze gaf de leiding van de vergadering in handen van de heer drs. Cees Koomen, de dagvoorzitter. Achtereenvolgens kwamen daarna de volgende sprekers aan bod: De heer ing. Piet den Hertog - Bureau Helsdingen, die een toelichting gaf op het door hem en de heer Bert Hartman uitgevoerde onderzoek naar bestemmingsplannen van de gemeenten in het werkgebied. De heer ir. Steven Slabbers, directeur van BoschSlabbers-Landschapsarchitecten.
1
editie 11 – november 2013
hierbij worden betrokken. Daling van het aantal boerenbedrijven en groei van de bedrijven op zich vraagt aandacht. Daar moet op worden ingespeeld. Bij behoud en ontwikkeling moet je vooral vooraf goed nadenken. Dan voorkom je dat er een herbestemming ontstaat die tot mislukking gedoemd is.
De heer drs. Gerwin Gabry, senior planoloog van Kuiper Compagnons. Mevrouw drs. Gemma Smid-Marsman, directeur Ruimte en Mobiliteit van de provincie Zuid-Holland. De heer Dirk van der Borg, burgemeester van de gemeente Molenwaard. Tijdens de lunch en in de pauzes draaide er een diapresentatie van de Beeldbank van Boerderij & Erf A-V. Daarna vond er een interessante paneldiscussie plaats onder leiding van de dagvoorzitter, directeur van de Stichting Boerderij en Landschap. De dag werd afgesloten met aanbevelingen voor provincie en gemeenten om tot praktische oplossingen te komen, waarna er gelegenheid was voor een hapje en een drankje. KARAKTERISTIEK De streek kent veel karakteristieke boerderijen, waarbij het opvalt dat de gemeenten hierop geen beleid hebben bepaald. Het is zelfs niet duidelijk waar de classificatie karakteristiek op is gebaseerd. Wat zijn de criteria? Dat kan allemaal beter. De plaatselijke overheden zouden vooraf moeten nadenken en vervolgens regels moeten stellen, waarbinnen veel mogelijk kan zijn. Het behoud en de herbestemming van de in de linten staande boerderijen moet hierbij gegarandeerd worden. De gemeenten moeten zelf een ambitie hebben, onder andere door de bestemmingsplannen op de juiste wijze te beheren. Boerderijeigenaren moeten mogelijkheden krijgen voorgelegd en geen verboden opgelegd krijgen. Zeker als het gaat om historische panden, die toch al de nodige zorgen met zich meebrengen.
Ook relatief nieuwe bebouwing heeft ons aller aandacht nodig.
HERBESTEMMING Bezint eer je begint is zeker op de boerderijen van toepassing. Ook bij een herbestemde boerderij moet je nog herkennen dat het om een boerderij gaat. Een boerderij verdelen in acht gelijke eengezinswoningen, met allemaal een voordeur, allemaal een dakkapel en allemaal een door tuinschermen omgeven tuin(tje) mag niet gebeuren. De boerderij moet zijn ‘boerderij-aanzicht’ houden. Ook als die voorwaarde er is kan er nog heel veel. Je moet echter wel zorgen voor een visie. In feite een missie. Een stip op de horizon. Herbestemmen van bestaande panden vergt een constante bijsturing. OVERHEIDSVISIE De primaire verantwoordelijkheid voor de regelgeving ligt bij de gemeenten. Die moeten beleid maken voor het ontwikkelen, herontwikkelen en gebruiken van de gebouwen. De provincie Zuid-Holland staat achter de inhoud van het rapport dat de basis vormt voor deze bijeenkomst. De agrarische functie is de drager van het gebied. Daar moet rekening mee worden gehouden. Daarbij is duurzaam perspectief gewenst. Feiten als krimp en daling nopen tot nadenken. Ook inzake het landelijk houden van de streek. Industrieterreinen in het hart van de streek nopen tot de aanpassing van de karakteristieke wegen, waardoor er veel moois verloren gaat. Dat wordt voorkomen door meer samen te werken met andere gemeenten. Er is vooral veel meer overleg nodig. Het provinciaal beleid ten aanzien van woningcontigenten hoeft geen probleem te zijn. Zolang het om kleinschalige aanpassingen gaat is er veel mogelijk.
Kleine landschapselementen zijn ook het behouden waard.
IDENTITEIT De boerderijen zijn de iconen van de streek. Als je de linten in het gebied goed bekijkt, zie je helaas veel onderbrekingen tussen de van oorsprong aan elkaar grenzende boerderijen. Overal staan villa’s en andere panden tussen de iconen. Het is daarom van belang dat er een identiteit wordt vastgesteld. Simpelweg door te bepalen wat er is en wat het kan of moet worden. Daar is beleid voor nodig. Ook jonge boerderijbebouwing moet
online nieuwsbrief
2
editie 11 – november 2013
De zichtlijnen in het open gebied zijn van groot belang; die moeten worden bewaard en bewaakt. Dat is in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden hard nodig, want het is in meerdere opzichten een uitzonderlijk gebied.
Geruime tijd was dit probleem bekend bij B&E A-V. In het Masterplan Behoud Agrarisch Erfgoed zijn doelbewust drie deelprojecten meegenomen op dit gebied: Participatie beleid van overheden. Stimulering passende nieuwbouw in landelijk gebied Publieksdiensten aan overheden en andere dienstverlening. Voor de daadwerkelijke uitvoering van de doelstellingen op dit gebied is onder meer het Symposium Herbestemming en Herontwikkeling belegd, zoals hiervoor is beschreven. Hier volgt de samenvatting van het uitgebreide rapport over de bestemmingsplannen. Het gehele rapport is te vinden op de website van Boerderij & Erf A-V. SAMENVATTING De Stichting Boerderij & Erf A-V beijvert zich sinds 1998 voor het behoud, het herstel en de ontwikkeling van de streekeigen boerderijen en erven in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. In dit gebied is een hoge concentratie van cultuurhistorie in het landelijk gebied. Zowel archeologische, landschappelijke en monumentale waarden bepalen het ruimtelijk karakter van de streek. Langs de dijken en in de polders liggen de boerderijen als linten door het landschap. Het erfgoed in het landelijk gebied is voornamelijk agrarisch erfgoed, bestaande uit streekeigen, historische boerderijen die samen met de bijgebouwen en de erven waardevolle ensembles vormen. Die waarden wordt erkend door de provincies Zuid-Holland en (voor Vianen) Utrecht en door de tien gemeenten in het gebied. In de wereld van de monumentenzorg en het erfgoed zijn de laatste jaren enkele tendensen waarneembaar. Het gaat niet meer uitsluitend om het behoud van een individueel monument, maar het monument wordt beschouwd in zijn context. De omgeving is van belang, omdat erkend wordt dat het object en zijn omgeving elkaar wederzijds beïnvloeden. Een monumentaal object heeft een positieve uitstraling op zijn omgeving en andersom heeft ook de omgeving uitwerking op de belevingswaarde van een monument. Hetzij positief, hetzij negatief.
De Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden vormen een uniek gebied.
CONCLUSIE Uit met name het ochtendprogramma zijn enkele belangrijke conclusie te trekken: 1. Er moet veel meer gecommuniceerd worden, tussen gemeenten onderling, tussen gemeenten en provincie, tussen belangenorganisatie(s), gemeenten en provincie enzovoort (wellicht kan Boerderij & Erf A-V hierin een intermediair vormen). 2. Gemeenten moeten beleid maken op het gebied van behoud en herbestemming van boerderijen (ligt daar niet een mooie taak voor Boerderij & Erf A-V?). 3. De boerderijen moeten als iconen in de streek gekoesterd worden op alle mogelijke manieren (dat doet B&E A-V al jaren). 4. De agrarische functie is de drager van de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden (daarom is B&E A-V opgericht). 5. Boierderij & Erf A-V heeft de intentie om per gemeente een gesprek aan te gaan, waar onder meer de diversiteit van de bestemmingsplannen zal worden aangekaart.
RAPPORT BESTEMMINGSPLANNEN VOORAFGAAND Al in een vroeg stadium van het bestaan van Boerderij & Erf A-V werd er geconstateerd dat veel gemeenten werken met oude en verouderde bestemmingsplannen. Naarmate de jaren verstreken werd de situatie niet beter. Door regelgeving van hogere overheid is er intussen een inhaalslag gemaakt. Maar kenmerkend aan inhaalslagen is dat ‘gauw en goed’ twee onverenigbare zaken zijn, die de kwaliteit over het algemeen niet ten goede komen.
Het gaat niet meer om het monument alleen; ook om de omgeving.
online nieuwsbrief
3
editie 11 – november 2013
Een andere tendens is dat het niet zozeer gaat om de restauratie van een enkel monument, maar om de manier waarop wij, de mensen van nu, daar mee omgaan. Het gaat niet alleen om de restauratie van een enkel object, in dit geval een historische boerderij, maar dat object moet ook een plaats hebben in de samenleving van nu. De historische waarde alleen is niet genoeg, maar de boerderij moet ook nu betekenis hebben voor de omgeving en gebruikswaarde voor de eigenaar. Zo ontstond aan het begin van deze eeuw de slogan ‘behoud door ontwikkeling en ontwikkeling door behoud’. Daarmee is er een coalitie ontstaan tussen de monumentenzorg, de eigenaar en het publiek, waarbij alle partijen profijt moeten kunnen hebben van de boerderij. Deze veranderende kijk op het erfgoed heeft geleid tot veranderend overheidsbeleid. De accenten voor het behoud van het erfgoed zijn gekoppeld aan de ruimtelijk ordening en de verantwoordelijkheid is gaandeweg verschoven van rijk via provincie naar gemeente. Naast deze decentralisatiegedachte is er ook een politieke tendens voor minder regelgeving. Alles bij elkaar betekent dit dat de sleutel voor het behoud van de historische boerderijen terecht is gekomen in het gemeentelijk bestemmingsplan. Het gaat dan zowel om de boerderijen die zijn aangewezen als rijks- of gemeentelijk monument, de waardevaste boerderijen, als de waardevolle boerderijen. Dat zijn de boerderijen met cultuurhistorische of karakteristieke waarden, die met elkaar de waardevolle boerderijenlinten en ensembles vormen.
Uit een inventarisatie van de bestemmingsplannen ‘landelijk gebied’ in de Alblasserwaard-Vijfheerenlanden blijkt dat de gemeenten deze opgave heel verschillend invullen. Slechts een klein aantal gemeenten heeft het beleid gebaseerd op een inventarisatie van waardevolle boerderijen. En wanneer die inventarisatie er is, dan is deze meestal niet compleet en evenmin transparant. Dat wil zeggen dat niet duidelijk wordt wat de criteria zijn voor de cultuurhistorische waarde en welke panden wel / niet zo worden aangeduid en waarom.
Het behouden meer dan waard.
In de jongere bestemmingsplannen (vanaf 2012) is het verplicht om in de toelichting aandacht te geven aan de cultuurhistorie. Het blijkt dat de jongere bestemmingsplannen op dat punt niet beter zijn dan de oudere. De vraag of er aandacht is voor cultuurhistorie wordt meer bepaald door de gemeentelijke ambitie dan door de verplichting. Gemeenten die ruimte scheppen voor het behoud van historische boerderijen richten zich doorgaans alleen op het hoofdgebouw. Voor vrijkomende boerderijen zijn veelal voldoende mogelijkheden voor een (dubbele of drievoudige) woonfunctie, al dan niet gecombineerd met werken, zoals een praktijkruimte of beroep en bedrijf aan huis. Voor het ensemble met bijgebouwen is vrijwel geen aandacht. Het aantal mogelijkheden voor herbestemming van bijgebouwen is beperkt. Bij het vervallen van de agrarische functie is meestal reductie van bijgebouwen verplicht. Daarbij bestaat het risico dat ook cultuurhistorisch waardevolle bijgebouwen en passant worden opgeruimd. De ruimte voor ruimte regeling die bedoeld is om de ruimtelijke kwaliteit te verbeteren, dreigt door te schieten en vormt bij rigide toepassing een bedreiging voor de boerderijensembles. Het nieuwe begrip ‘plattelandswoning’ begint langzaam door te dringen in de bestemmingsplannen en biedt mogelijkheden voor extra woonfuncties bij agrarische bedrijven. Ook voor historische boerderijen is dat nu en dan een oplossing. Boerderij & Erf A-V is in de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden bij uitstek de deskundige partij op het gebied
Het kan hem allemaal weinig schelen, maar het gaat wel om hem…
In het bestemmingsplan worden ongewenste ontwikkelingen ingedamd en worden gewenste ontwikkelingen gestimuleerd. De waardevaste boerderijen worden beschermd door de monumentenregelgeving. Voor het veel grotere aantal waardevolle boerderijen geldt ‘behoud door ontwikkeling’, waarbij in het bestemmingsplan mogelijkheden geboden worden zodat er voor historische boerderijen een levensvatbare toekomst is.
online nieuwsbrief
4
editie 11 – november 2013
van het agrarisch erfgoed. Bovendien heeft deze stichting een groot draagvlak in het gebied. De gemeenten zouden die deskundigheid en dat draagvlak beter moeten benutten voor het behoud en de herbestemming met kwaliteit van de boerderijen. In dit rapport worden daarom de volgende aanbevelingen gedaan: 1. Op de verbeelding / plankaart van het bestemmingsplan moeten de waardevaste en de waardevolle boerderijen worden aangegeven. 2. Bij de bijzondere erven en boerderijen moet het behoud van de verschijning voorop staan. Veel bestemmingen zijn mogelijk, zolang de uiterlijke verschijningsvorm niet wordt aangetast. 3. Voor de overige erven en boerderijen zijn meer mogelijkheden mits rekening gehouden is met de cultuurhistorische en landschappelijke waarden. Gehele of gedeeltelijke passende (ver)nieuwbouw is mogelijk. 4. De agrarische sector moet voldoende mogelijkheden krijgen. Alleen zo kan het landschap onderhouden worden. 5. De uiterlijke verschijningsvorm is bepalend. Meerdere woningen in een voormalig agrarisch complex in een passende context moet kunnen. 6. In regioverband samenwerken aan bestemmingsregels.
BOEK ONDERHOUD EN RESTAURATIE Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden heeft een nieuw boek uitgebracht. Een boek dat boerderijeigenaren en andere plattelandsbewoners informatie geeft over de juiste wijze van restaureren, verbouwen, onderhouden en isoleren. Samensteller is Meine Mollema, die aan de hand van tekeningen, teksten en foto’s de kneepjes van het vak laat zien. Initiatiefnemer tot de publicatie is de Werkgroep Advies & Voorlichting van De Stichting Boerderij & Erf A-V.
Boerderij & Erf A-V heeft al veel inventarisaties uitgevoerd en gegevens verzameld. Dit kan de basis vormen voor de informatie op de bestemmingsplankaarten. Boerderij & Erf kan eveneens de gemeentebesturen adviseren over herbestemming en verbouw van boerderijen. Bij gemeenten is doorgaans te weinig expertise aanwezig om dit te doen. Beide vormen van dienstverlening verbeteren de ruimtelijke kwaliteit en worden uitgevoerd tegen een tarief wat voor de gemeenten interessant is. Dat schept voor Boerderij & Erf A-V financiële ruimte voor andere taken uit de doelstelling zoals adviserende en stimulerende acties voor het behoud van agrarisch erfgoed zoals cursussen en publicaties.
In het boek vindt u ook heel veel mooie en unieke foto’s.
INHOUD Het boek is gepresenteerd op het symposium Herbestemming en Herontwikkeling van 14 november 2013. Het richt zich op twee belangrijke doelgroepen. Enerzijds de aannemers, architecten en andere bouwkundigen of overheden die planbeoordelingen uitvoeren. Anderzijds de geïnteresseerden in de boerderij en de overige plattelandsbebouwing als gebouw. Het boek geeft informatie over veel bouwkundige elementen van de gebouwen, zoals de ramen, deuren, daken, muren en wanden. Maar ook over de juiste wijze van isoleren en het maken van aansluitingen met het dak. Over muurankers, makelaars, blinden, dorpels en nog veel meer. Het is door zijn opzet naast een praktische handleiding vooral ook een kijkboek, dat door zijn prachtige detailtekeningen en de vele mooie foto’s (meestal van Rien van den Toren) een ieder laat genieten van detailelementen van de boerderijen en vergelijkbare gebouwen.
Als u meer wilt weten kunt u contact opnemen met het secretariaat. Met dank aan Bert Hartman en Piet den Hertog (Bureau Helsdingen te Vianen).
VERDWENEN KENNIS Aanleiding tot het samenstellen van het boek is de ervaring van de Werkgroep Advies & Voorlichting, die zich binnen Boerderij & Erf A-V met regelmaat buigt over binnengekomen vragen om advies. Daarbij blijkt dat in de hedendaagse tijd bij zowel de als opdrachtgeMooi door zijn eenvoud. online nieuwsbrief
5
editie 11 – november 2013
Hierop zonnepanelen zou een ramp zijn.
vers opererende eigenaren als bij de daadwerkelijke uitvoerenden van onderhoud en restauraties de kennis ontbreekt, die nodig is om iets in de bestaande toestand terug te brengen. Te vaak wordt er na rigoureuze sloop iets weggegooid, dat later nodig blijkt te zijn om precies na te kunnen maken. Het boek geeft tal van tips en adviezen, die voor iedereen, ook voor degenen die het dagelijks schoonmaakwerk verrichten, interessant zijn. Daarnaast vermeldt het veel wetenswaardigheden, die leuk zijn om te weten. Zoals het ontstaan van glasruiten in de loop van de tijd en waar de woorden kozijn, raam en venster vandaan komen. Een heel belangrijk stuk informatie is de juiste verhouding tussen breedte en hoogte van de kleine ruitjes, die zich in een raamwerk met roedeverdeling bevinden, de zogenaamde gulden snede.
Als voorwaarde geldt dat de sanering moet worden gecombineerd met het plaatsen van zonnepanelen op de asbestvrij gemaakte daken. Hiermee wordt dan bijgedragen aan een groei van duurzaam opgewekte energie. Er zijn ook aanvullende voorwaarden: De regeling is bedoeld voor agrariërs met een bedrijf in Zuid-Holland met tenminste een standaard opbrengst van tenminste 25.000. De zonnepanelen moeten in hetzelfde bouwblok geplaatst worden en hebben een vermogen van tenminste 15 kiloWatt-piek. Het aantal te verwijderen vierkante meters asbest bedraagt tenminste 400 m2. Het subsidiebedrag per vierkante meter bedraagt: € 3,--. Het maximum subsidiebedrag per bedrijf bedraagt: € 7.500 (de-minimusregeling). Met vragen kunt u terecht bij de helpdesk, die speciaal voor deze regeling is opgezet. Voor het contactformulier kijkt u op http://www.asbestvanhetdak.nl. Wilt u de subsidie schriftelijk aanvragen? Dan kunt u het aanvraagformulier downloaden en met de vereiste bijlagen opsturen naar: Meer Met Minder, Postbus 340, 2700 AH Zoetermeer. De subsidieregeling 'Asbest eraf zonnepanelen erop Zuid-Holland' is op 1 juli 2013 opengesteld. De regeling loopt tot 1 september 2014. Daarna heeft u nog 2 maanden de tijd om de activiteiten uit te voeren.
VERKRIJGBAAR Het boek is te koop in de boekhandels in de Alblasserwaard en Vijfheerenlanden en in Museum De Koperen Knop in Hardinxveld-Giessendam. Het is voorzien van een harde kaft, bevat 40 tekeningen, ruim 150 kleurenfoto’s en telt 108 pagina’s. De prijs is € 14,95. De financiering van het boek komt van de Europese Commissie en van de Provincie Zuid-Holland, die samen met cofinanciering door de Regio AlblasserwaardVijfheerenlanden via een leadersubsidie de realisatie van het Masterplan Behoud Agrarisch Erfgoed Alblasserwaard-Vijfheerenlanden mogelijk hebben gemaakt. U kunt het ook bestellen: www.boerderijenerf.nl. Als het moet worden toegestuurd betaalt u inclusief porti en verpakking € 19,50, Als u voor uw bedrijf of als kerstattentie meerdere exemplaren wilt afnemen, kunt u contact opnemen over een eventuele korting. De secretaris van Stichting Boerderij & Erf A-V is graag bereid uw vragen te beantwoorden. Zijn adres is Sluis 57, 2964 AT Groot-Ammers, telefoon 0184-661425 of 0653759618 en e-mail
[email protected].
ASBEST ERAF ZONNEPANELEN EROP Wat een dakvlak voor zonnepanelen; maar liever niet!
De provincie Zuid-Holland wil, met het oog op de volksgezondheid, stimuleren dat asbestdaken op landbouwbedrijfsgebouwen worden gesaneerd. Voor de subsidie is beschikbaar: in 2013 € 1.000.000 en in 2014 € 863.720.
B&E A-V NU ÉÉN ORGANISATIE De vijftienjarige organisatie Boerderij & Erf Alblasserwaard-Vijfheerenlanden heeft haar krachten gebundeld. Tijdens een extra ledenvergadering op 5 november 2013 werd bij acclamatie besloten tot opheffing van de Vereniging Vrienden van Boerderij & Erf A-V en gaat de als vijftien jaar bestaande Stichting Boerderij & Erf A-V op dezelfde wijze door. Hiermee ontstaat een nog krachtdadiger organisatie, die zich voor 100 procent inzet voor het behoud en de ontwikkeling van boerderijen in de streek.
online nieuwsbrief
6
editie 11 – november 2013
TEGENGAAN TELOORGANG Op initiatief van de provincie Zuid-Holland is er in de streek sinds 1998 een stichting actief die zich bezighoudt met het wel en wee van de boerderijen en de andere landelijke bebouwing in de Alblasserwaard en de Vijfheerenlanden. Tot dan toe waren oude boerenhofsteden vogelvrij en overal werd gesloopt of dreigde sloop, om plaats te maken voor nieuwbouw. Het mooie platteland van de streek begon hierdoor al te snel in kwaliteit af te nemen. Door schaalvergroting in de veeteelt werden boerenbedrijven beëindigd, kwamen boerderijen leeg te staan, verhabbezakten en vielen al te gemakkelijk ten prooi aan de slopershamer. Daarmee was een ogenschijnlijk onomkeerbaar feit ontstaan. Daar moest iets tegen gebeuren. Omdat de meeste boerderijen het behoud meer dan waard zijn. De meeste hofsteden bevinden zich in de karakteristieke linten in het prachtige landschap. Door de sloop of door een andere bestemming, die ter plekke niet past, ontstaan situaties, die de streek ontsieren. Boerderij & Erf A-V kreeg als taak het behoud te waarborgen van de markante boerderijen, maar nog belangrijker was dat leegkomende boerenhofsteden een andere bestemming kregen, die past in het bestaande landschap.
is gekomen. De laatste tijd bleek steeds meer dat met het samengaan van beide instellingen er een krachtiger Boerderij & Erf A-V zou ontstaan, waarbij bestuursfuncties ineen zouden kunnen vloeien en waardoor een instelling ging ontstaan die nog beter aan de weg kon timmeren, zonder dat er voor de inwoners van de streek en andere belangstellenden onduidelijkheid was welke organisatie zij moesten benaderen met vragen en voor tips en adviezen.
Vanuit een centraal punt de drager van de agrarische cultuurhistorie.
DE PRAKTIJK Boerderij & Erf A-V kan terugzien op de nodige successen. De afgelopen vijftien jaar is er heel veel gebeurd en hebben tal van boerderijeigenaren, instellingen en overheden een beroep gedaan op de organisatie. Veel eigenaren en bewoners van boerderijen hebben de stichting benaderd met vragen over onderhoud, verbouw en restauratie. Boerderij & Erf A-V heeft ook veel geadviseerd op het gebied van subsidieverlening en daarbij vaak de aanvragen geheel in behandeling genomen. Door de opgebouwde kennis binnen het bestuur, de werkgroepen en de adviseurs kan er veelal een bevredigend antwoord worden gegeven. Soms is inschakeling van deskundigen nodig, waarbij door bemiddeling van Boerderij & Erf A-V altijd zeer acceptabele tarieven worden berekend. Ook steeds meer overheden doen een beroep op de organisatie op het gebied van de beleidsvorming, uitvoering en registratie. De beeldbank op de website van Boerderij & Erf A-V wordt veelvuldig geraadpleegd. Door middel van een kleine dertig projecten heeft de organisatie aandacht weten te krijgen voor onderwerpen rondom de boerderij, het boerenerf en tal van andere aspecten.
Daar doen we het allemaal voor.
VERENIGING ERBIJ De stichting ging voortvarend aan de slag en een van de eerste activiteiten was het creëren van betrokkenheid van de bewoners van de streek en alle anderen, die de boerderij een warm hart toedragen. Daardoor is er in 1998 naast de stichting een Vereniging Vrienden van Boerderij & Erf A-V opgericht. Deze had als taak de belangstelling onder de leden van de vereniging te vergroten en daarmee de betrokkenheid bij de activiteiten van de stichting. Daarnaast was de vereniging een soort kweekvijver voor vrijwilligers en werkgroep- en bestuursleden en tevens een denktank, waaraan de stichting zaken kon voorleggen. Een aantal jaren heeft dat op de gedachte wijze goed gefunctioneerd. Echter de samenleving staat niet stil. De ene ontwikkeling haalt de vorige in voordat deze goed van de grond
online nieuwsbrief
INFORMATIE De stichting blijft de voormalige leden van de Vereniging op dezelfde wijze informeren en bedienen zoals gebruikelijk was. Er worden vergaderingen georganiseerd en er is een nieuwsbrief. De begunstigers van Boerderij & Erf A-V krijgen hiervoor uitnodigingen en daarnaast informatie thuisgestuurd. Daarnaast is er
7
editie 11 – november 2013
STEEDS WEER NIEUWBOUW Dat leidt ertoe dat er nog steeds wordt bijgebouwd op erven, tot het moment van opvolging zich aandient. Bij gebrek aan een jonge generatie die het boerenbedrijf wil overnemen, komen de panden geleidelijk leeg. Gronden en melkquota worden overgedragen aan andere boeren die daarmee op hun beurt nieuwbouw plegen.
een regelmatig verschijnende online nieuwsbrief, waarop u zich gratis kunt abonneren. Secretaris Paul Eikelenboom is graag bereid u als begunstiger te noteren of u op de verzendlijst van de online nieuwsbrieven te plaatsen: Sluis 57, 2964 AT Groot-Ammers, telefoon 0184-661425 of 06-53759618 en e-mail
[email protected]. U kunt de website raadplegen via www.boerderijenerf.nl
GEEN PRIKKEL OM TE SLOPEN In relatief nieuwe stallen en schuren zie je nog wel andere functies verschijnen, zoals een opslagloods of caravanstalling. Maar die zijn er nu ook wel genoeg. De oudere panden hebben geen economische functie meer. Ze zijn meestal afgeschreven, bevatten vaak asbest. De eigenaar zal weinig motivatie hebben om ze te onderhouden, maar er is ook geen enkele prikkel om ze te slopen.’ De Ruimte voor Ruimteregeling, waarbij sloop wordt gefinancierd door het terugbouwen van woningen, bood een oplossing. Maar als gevolg van de huizencrisis is daar ook weinig vraag meer naar, zegt Gies.
LEEGSTAND BOERDERIJEN Het tijdschrift Binnenlands Bestuur heeft onder de titel ‘leegstand in buitengebied groter dan bij kantoren' aandacht gevraagd voor een niet onderkend probleem. Gelukkig hebben wij hier in de streek Boerderij & Erf AV, die overheden met daadkracht kan bijstaan in de aanpak van de geconstateerde problemen.
FLEXIBELER OPSTELLING GEMEENTEN Volgens Gies was leegstand op het platteland tot nog toe bij veel gemeenten een blinde vlek. Wellicht dat zij mede daarom weinig soepel zijn met nieuwe plannen voor de lege stallen. ‘In gesprekken met mensen uit het veld horen wij dat een flexibeler opstelling van gemeenten zeer wenselijk is’, zegt Gies. Ze zouden bijvoorbeeld ruimte kunnen geven aan ict-bedrijfjes, de plaatselijke loodgieter of het huisvesten van arbeidsmigranten. ‘Ons pleidooi is om je niet op voorhand vast te leggen op functies, kijk liever waar de markt mee komt. Het moet natuurlijk wel passen binnen de schaal van het landelijk gebied. Je kunt niet dagelijks twintig vrachtwagens voor een distributiecentrum over landweggetjes laten rijden.
Zo’n oud pand vraagt veel aandacht…
VERLOEDERING De leegstand van agrarische bedrijven op het platteland neemt de komende jaren toe tot circa 30 miljoen m2. Daarmee wordt die leegstand - in elk geval in omvang - een nog veel groter probleem dan de kantorenleegstand die nu hoog op de agenda van de regering staat en ‘slechts’ 7 miljoen m2 bedraagt. Dat blijkt uit onderzoek van Edo Gies van Alterra, onderdeel van Wageningen UR. Gies adviseert gemeenten om zich flexibeler op te stellen bij het zoeken naar alternatieve functies voor de lege gebouwen op boerenerven. ‘De kans is anders groot dat stallen leeg blijven staan en niet worden onderhouden. Dan treedt verloedering op.’ SCHAALVERGROTING EN GEEN OPVOLGING Hoe groot op dit moment de leegstand is op het platteland, is onbekend. Gies beschikt niet over cijfers. Voor zijn onderzoek maakte hij een inschatting van de toekomstige leegstand op basis van twee belangrijke trends in de landbouw: schaalvergroting en gebrek aan opvolging. ‘Schaalvergroting in de landbouw vindt al decennialang plaats en wij zien geen reden waarom die trend zou worden afgeremd. Weliswaar zie je ook steeds meer kleinschalige, biologische ontwikkelingen, maar voor het grootste deel van de landbouwbedrijven is groei nog steeds de strategie.’
online nieuwsbrief
CURSUS De op dit moment lopende cursus blijkt met bijna vijftig cursisten een groot succes. U kunt nog aanschuiven; informatie bij het secretariaat.
8
editie 11 – november 2013
COLOFON:
BEGUNSTIGER WORDEN? Meldt u aan bij het secretariaat. Voor slechts € 17,50 per jaar draagt u al bij aan het behoud van de streek.
ISSN 1568-9190 Redactie Dick de Jong Foto’s Collectie Boerderij & Erf A-V en enkele oudere uitgaven, waarvan geen bronvermelding is opgenomen. Iedereen die meent rechten te hebben op afbeeldingen in deze uitgave kan zich melden bij de redactie. Reacties
[email protected] of
[email protected] SECRETARIAAT:
Sluis 57 2964 AT Groot-Ammers 0184-661425 06-53759618
[email protected]
Europa investeert in het platteland
online nieuwsbrief
9
editie 11 – november 2013