www.researchportal.be - 8 Feb 2016 04:37:13
Onderzoeksprojecten (120 - 140 van 265) Zoekfilter: Classificaties: Fysiologie van vasculaire planten
Identificatie en functionele evaluatie van Arabidopsis metacaspase substraten Universiteit Gent Abstract: Dit project ambieert een bijdrage te leveren in het onderzoek naar de functionaliteit van de metacaspasen in planten. Hiertoe zullen volgende concrete doelen nagestreefd worden: - Een gedetailleerde fenotypische en moleculaire analyse van transgene planten met verstoorde expressie niveaus van AtMC9 en AtMC4. De identificatie en validatie van chemische inhibitoren van type-II metacaspase-activiteit. - Proteoomwijde identificatie van eiwitsubstraten voor AtMC9 en AtMC4. - Functionele analyse van AtMC9/4 substraten. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Frank Van Breusegem • Kris Gevaert
Celtype-specificiteit in plantenhormoonwerking. Universiteit Gent Abstract: Het doel van dit project is bij te dragen tot de kennis van de regulatie van plantenhormoonsignalisatie pathways. De specifieke objectieven zijn de celspecifieke effecten van ethyleen en gibberellines in scheutgroei te ontsluieren en een licht te werpen op de rol van bepaalde sleutelfactoren in dit proces. De analyses zullen zich toespitsen op foto- en skotomorfogenese van zaailingen en hun fototropische respons. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dominique Van Der Straeten
Signaaltransductie en oxidatieve stress in Arabidopsis thaliana na blootstelling aan toxische concentraties cadmium en/of koper. Universiteit Hasselt Abstract: Zware metalen worden meer en meer een belangrijke abiotische stressfactor voor levende organismen omwille van het toenemende gebruik in de (agro)industrie en bijgevolg de verspreiding ervan in het milieu. Een verminderde biomassaproductie als gevolg van metaaltoxiciteit wordt vaak geobserveerd bij planten die op met metalen aangerijkte bodems groeien. Een betere kennis betreffende de onderliggende mechanismen van deze metaaltoxiciteit is daarom van essentieel belang. Om een beter inzicht te krijgen in de onderliggende cellulaire en moleculaire processen van metaaltoxiciteit en signaaltransductiemechanismen, zullen volgende onderzoekstopics bestudeerd worden: 1. Het kinetisch verloop van het samenspel tussen (a) de ROS (reactieve zuurstofvormen) signatuur en (b)signaaltransductie-componenten (MAPKinasen, Ca-afhankelijke kinasen, jasmonaten) in Arabidopsis Thaliana zaailingen onmiddellijk na blootstelling aan verschillende Cd en Cu concentraties in wortel en blad. 2. Moleculaire regulatiemechanismen van de genexpressie na blootstelling van Arabidopsis thaliana zaailingen aan verschillende Cd en Cu concentraties. 3. Regulatie en signaaltransductie van cellulaire responsen in Arabidopsis thaliana zaailingen na blootstelling aan metalen in een multipollutie context. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Ann CUYPERS
Luchtverontreiniging door fijne stofdeeltjes en merkers van inflammatie en hemostase bij oudere personen met diabetes. Universiteit Hasselt Abstract: Doelstellingen: 1. Het bestuderen van de kortetermijneffecten van fijne stofdeeltjes op pulmonale en cardiovasculaire parameters (endotheel en plaatjesfunctie) bij personen met diabetes en ouderen waarbij parameters worden gemeten bij dezelfde persoon tijdens verschillende seizoenen en tijdens periodes met relatief hoge en lage concentraties aan fijn stof in de buitenlucht. 2. Nagaan of personen met diabetes die medicatie met een anti-inflammatoire werking nemen (o.a. stanines) minder gevoelig zijn voor de effecten van luchtverontreiniging (indien hiervoor de power groot genoeg is). Onze doelgroep behelst relatief gezonde personen met diabetes die regelmatig op de diabetesconsultatie van Gasthuisberg komen. Exclusiecriteria omvatten actief roken, ernstige cardiovasculaire complicaties en astma. Ouderen worden gerekruteerd via service-flats waarbij een veldlaboratorium ter plaatsen zal worden ingericht. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Tim NAWROT
Lokale en systemische effecten van verhoogde metaalconcentraties op Arabidopsis thaliana: integratie van genexpressie en wortelgroei in een mono- en multipollutiecontext ter bepaling van moleculaire parameters met ecologische relevantie. Universiteit Hasselt Abstract: De doelstelling van dit project is de preciezere bepaling van de rol van een aantal genen die in de transcriptoomanalyse naar voor gekomen zijn, waarbij ook het fysiologisch/ecologische aspect aan bod zal komen. De studie zal verder uitgebreid worden door ook Zn op de nemen, vermits Zn meestal samen met Cd voorkomt in vervuilde bodems.In gepubliceerde studies worden planten meestal blootgesteld aan één enkel metaal. Vermits Cu en Zn redox-actief zijn en daardoor direct oxidatieve stress veroorzaakt, is het interessant een vergelijking te maken van de specifieke moleculaire responsen die de verschillende metalen veroorzaken, zowel afzonderlijk als in een multipollutiecontext. De uitkomsten van het project.
De preciezere bepaling van de rol van genen in de moleculaire en cellulaire mechanismen van metaaltoxiteit is interessant vanuit fundamenteel biologisch standpunt. Er zal bijkomende kennis vergaard worden betreffende reactie van de plant op verschillende metalen en specificiteit van de onderliggende signalisatiemechanismen in een multipollutiecontext. Vermits een aantal genen en mutanten bestudeerd kan worden , kan een hiërachie van de responsen opgesteld worden. Dit sluit aan bij de "forward genetics approach" en draagt bij tot het ophelderen van vroege responsen op metaalstress. Het bestuderen en vergelijken van de effecten van Cd, Cu en Zn tesamen is een meer realistische situatie naar de problematiek van vervuiling toe. De mogelijkheid bestaat om de resultaten te valideren op een aantal gekarakteriseerde vervuilde bodems, en voor de expressie van orthologe genen in planten die zouden gebruikt kunnen worden als alternatieve gewassen op deze bodems (vb. populier). Dit kan bijdragen tot het onderzoek naar monitoring van vervuiling en fytoremediatie, een speerpunt van het onderzoek binnen de groep milieubiologie. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Tony REMANS
De interactie tussen planten-geassocieerde bacterieën en populier onder cadmiumstress: effecten van inoculatie met PGPB (plant growth promoting bacteria) op het proteoomniveau en op de biomassaproductie in functie van fytoextractie. Universiteit Hasselt Abstract: Fytoextractie, zijnde het gebruik van planten met inbegrip van plant-geassocieerde micro-organismen voor het verwijderen van schadelijke contaminanten uit bodems en water, wordt dikwijls naar voor geschoven als een kosteneffectief milieuvriendelijk alternatief voor de remidiatie van gronden verontreinigd met zware metalen en zou een belangrijke bijdrage kunnen leveren tot het aanpakken van de grootschalige verontreiniging van België.Kennis en begrip van de aangesproken metabole pathways,kan ons een beter beeld geven van de manier waarop plantgeassocieerde bacteriën, meer bepaalde groeistimulerende endofyten (PGPB: Plant Growth Promoting Bacteria), het fytoextractieproces kunnen verbeteren. De grote troef van dit project is dat het enkele belangrijke onderliggende mechanismen van fytoextractie zal ophelderen en zo de inzichten in het proces tracht te verruimen. Het hoofddoel van dit project is om na te gaan of populieren in staat zijn meer Cd op te nemen in de aanwezigheid van PGPB en welke metabole pathways/responsen hierbij een rol spelen. Hiervoor zal het proteoom van volgende condities met elkaar vergeleken te worden: onbehandelde populieren (controle), populieren gegroeid op subletale Cd concentraties, populieren gegroeid in de aanwezigheid van PGPB en populieren gegroeid op subletale Cd concentraties in aanwezigheid van PGPB. Tenslotte zal dit project ook oog hebben voor de fytoextractie efficiëntie van Populus trichocarpa x deltoides. Er zal worden nagegaan of bepaalde endofyten een verschil in extractie efficiëntie kunnen bewerkstelligen tijdens de Cd blootstelling. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Jaak VANGRONSVELD • Joke DUPAE
Impact van troposferische ozon op de voedsel- en voederkwaliteit van Brassicaceae. (OFFQ) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject heeft als doel na te gaan wat de gevolgen kunnen zijn van de toenemende troposferische ozonverontreiniging op veranderingen in het gehalte aan antioxidantia en glucosinolaten (natuurlijk toxine) in Brassica gewassen. Beide componenten hebben immers een belangrijke functie met betrekking tot de gezondheids- en veiligheidsaspecten van de menselijk voeding en dierlijk voeder. Doelstellingen : 1. bepalen van de invloed van stijgende troposferische ozonconcentraties op de antioxidant en glucosinolaat samenstelling van Brassica species 2. evaluatie van de invloed van ozon op het menselijk dieet en de voedselopname door dieren door de veranderingen in antioxidant en glucosinolaat niveaus in de voedselketen in rekening te brengen 3. identificeren van fysiologische en biochemische 'biomarkers' voor ozonstress door de interactie tussen stressinductie en veranderingen in secundaire metabolieten te onderzoeken 4. opheldering van de interactie tussen abiotische stressinductie, verdedigingsmechanismen en veranderingen in secundaire metabolieten door middel van transcriptoom analyse 5. evalutie van het effect van ozon-geïnduceerde veranderingen in glucosinolaatconcentraties en ¿samenstelling in relatie tot plantpathogeen/insekt interacties door middel van een literatuurstudie 6. bepalen van de opbrengstverliezen en veranderingen in opbrengstkwaliteit 7. bijdragen tot ozonflux modellering door gegevens te leveren van stomatale geleidbaarheid in functie van omgevingscondities In functie van het vooropgestelde objectief, zullen koolzaad of canola (Brassica napus L.) en broccoli (Brassica oleracea L. cv. Italica) gedurende het ganse groeiseizoen aan verschillende ozonconcentraties blootgesteld worden. Hiervoor zal gebruik gemaakt worden van 15 Open-Top kamers (OTCs) waarin de gewassen kunnen opgroeien onder condities die de veldomstandigheden zeer dicht benaderen. Deze faciliteiten bevinden zich op de terreinen van het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie (CODA). Voor een betrouwbare extrapolatie van de gegevens dienen deze experimenten minstens over 3 jaar herhaald te worden zodanig dat met de nodige klimaatsvariatie kan rekening gehouden worden. Voor een evaluatie van het "kamereffect" en bepaling van de ozonflux op bladniveau worden open veldplots gebruikt. De Onderzoeksgroep Planten- en Vegetatie-Ecologie van de Universiteit Antwerpen is verantwoordelijk voor het opvolgen van de fysiologische conditie van de planten gedurende het ganse groeiseizoen door metingen van fotosynthese en chlorophyll fluorescentie op bladniveau. Het hoofddoel hierbij is een identificatie van de momenten waarop de heersende ozonconcentraties ook effectief een fysiologische stressrespons bij de planten veroorzaken zodat deze evenementen kunnen teruggekoppeld worden aan de biochemische wijzigingen. Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Reinhart Ceulemans
Impact van troposferische ozon op de voedsel- en voederkwaliteit van Brassicaceae. (OFFQ) Universiteit Antwerpen Abstract: Dit onderzoeksproject heeft als doel na te gaan wat de gevolgen kunnen zijn van de toenemende troposferische ozonverontreiniging op veranderingen in het gehalte aan antioxidantia en glucosinolaten (natuurlijk toxine) in Brassica gewassen. Beide componenten hebben immers een belangrijke functie met betrekking tot de gezondheids- en veiligheidsaspecten van de menselijk voeding en dierlijk voeder. Doelstellingen :
1. bepalen van de invloed van stijgende troposferische ozonconcentraties op de antioxidant en glucosinolaat samenstelling van Brassica species 2. evaluatie van de invloed van ozon op het menselijk dieet en de voedselopname door dieren door de veranderingen in antioxidant en glucosinolaat niveaus in de voedselketen in rekening te brengen 3. identificeren van fysiologische en biochemische 'biomarkers' voor ozonstress door de interactie tussen stressinductie en veranderingen in secundaire metabolieten te onderzoeken 4. opheldering van de interactie tussen abiotische stressinductie, verdedigingsmechanismen en veranderingen in secundaire metabolieten door middel van transcriptoom analyse 5. evalutie van het effect van ozon-geïnduceerde veranderingen in glucosinolaatconcentraties en ¿samenstelling in relatie tot plantpathogeen/insekt interacties door middel van een literatuurstudie 6. bepalen van de opbrengstverliezen en veranderingen in opbrengstkwaliteit 7. bijdragen tot ozonflux modellering door gegevens te leveren van stomatale geleidbaarheid in functie van omgevingscondities In functie van het vooropgestelde objectief, zullen koolzaad of canola (Brassica napus L.) en broccoli (Brassica oleracea L. cv. Italica) gedurende het ganse groeiseizoen aan verschillende ozonconcentraties blootgesteld worden. Hiervoor zal gebruik gemaakt worden van 15 Open-Top kamers (OTCs) waarin de gewassen kunnen opgroeien onder condities die de veldomstandigheden zeer dicht benaderen. Deze faciliteiten bevinden zich op de terreinen van het Centrum voor Onderzoek in Diergeneeskunde en Agrochemie (CODA). Voor een betrouwbare extrapolatie van de gegevens dienen deze experimenten minstens over 3 jaar herhaald te worden zodanig dat met de nodige klimaatsvariatie kan rekening gehouden worden. Voor een evaluatie van het "kamereffect" en bepaling van de ozonflux op bladniveau worden open veldplots gebruikt. De Onderzoeksgroep Planten- en Vegetatie-Ecologie van de Universiteit Antwerpen is verantwoordelijk voor het opvolgen van de fysiologische conditie van de planten gedurende het ganse groeiseizoen door metingen van fotosynthese en chlorophyll fluorescentie op bladniveau. Het hoofddoel hierbij is een identificatie van de momenten waarop de heersende ozonconcentraties ook effectief een fysiologische stressrespons bij de planten veroorzaken zodat deze evenementen kunnen teruggekoppeld worden aan de biochemische wijzigingen. Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Yves Guisez
Zoutgewassen voor het overwinnen van bodemsaliniteit in het oosten van Cuba: insitutionele versterking en capaciteitsopbouw voor onderzoek en ontwikkeling. Universiteit Antwerpen Abstract: Dit project handelt over het belangrijke verziltingsprobleem in de Cauto Vallei in Oost-Cuba, waar het de voedselproductie ernstig reduceert. Dit gebied is van groot belang voor de Cubaanse landbouw omdat het de grootste productie van het land kent van bijvoorbeeld suikerbiet, wortelgewassen en groenten. De doelstelling van dit project is: (i) om voedselzekerheid en leefkwaliteit te verbeteren in oostelijk Cuba (Granma Province) via selectie van zouttolerante soorten en genotypes van drie voedselplanten (tarwe, tomaat en boon) en (ii) om het ecofysiologisch en biochemisch zoutstressonderzoek aan de Universiteit van Granma (GU) te versterken, en de opleidingscapiteit over dit onderwerp te verbeteren. Organisaties: • Milieu Ecologie en Microbiologie (ENdEMIC)
Onderzoekers: • Roeland Samson
Impact van warmte- en droogte-extremen in experimentele graslanden. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoek omvat drie luiken: - Wat is de afzonderlijke en de gecombineerde invloed van warmte- en droogte-extremen op graslandgemeenschappen, en hoe verschillen de responsen seizoenaal? - Hoe reageren planten in een klimaat met meerdere periodes van uitzonderlijke warmte en/of droogte in hetzelfde jaar, en hoe bepalend is de tijd tussen zulke herhaalde extremen? - Hoe belangrijk zijn nabuurschappen (con- of interspecifiek) bij de stressrespons, en hoe veranderen competitieve interacties als gevolg van extremen? Organisaties: • Planten- en vegetatie-ecologie (PLECO)
Onderzoekers: • Ivan Nijs • Hans De Boeck
Groei of geen groei, welke genen reguleren de wortelcelelongatie in Arabidopsis thaliana? Universiteit Antwerpen Abstract: De grootte en vorm van planten wordt in grote mate bepaald door het expansie-proces dat cellen doormaken na hun ontstaan in meristemen. Het project beoogt de studie van de elongatiezone-specifieke genen van de Arabidopsis wortel welke via micro-arrays op uitgeprepareerde elongatiezones geïdentificeerd werden. Een 'reverse genetics' aanpak gekoppeld aan een diepgaande analyse van de genen zal hun rol in het elongatieproces verduidelijken. Organisaties: • Plantengroei en -ontwikkeling
Onderzoekers: • Kris Vissenberg
Systeembiologie en orgaangroei. Universiteit Antwerpen Abstract: Het onderzoeksplan "Systeembiologie van orgaangroei" verwijst naar het enorme belang van plantengroei voor de maatschappij en economie (onder andere een belangrijke bron van hernieuwbare energie). De vraag is hoe het mogelijk is dat planten aan de ene kant sterk en op een heel voorspelbare manier kunnen reageren op genetische variaties en omgevingsfactoren en aan de andere kant een morfologie kunnen genereren die voldoende karakteristiek is dat de hele taxonomie erop kan worden gebaseerd. De systeembiologische benadering zal worden uitgewerkt met een sterke focus op de rol van celdeling en celexpansie. Het onderzoeksplan beoogt om om een complete kwantitatieve beschrijving van fenotypes veroorzaakt door genetische veranderingen of verschillen in omgevingsfactoren mogelijk te maken en vervolgens de opgedane kennis om te zetten in dynamische en mechanistische simulatiemodellen waarin nieuwe hypothesen in detail kunnen worden getest en om uiteindelijk dit inzicht te gebruiken om het belangrijke landbouwgewas maïs te verbeteren.
Organisaties: • Moleculaire Plantenfysiologie en Biotechnologie
Onderzoekers: • Gerardus Beemster
Molecular-genetisch onderzoek naar ligninebiosynthese en houtvorming teneinde plantenbiomassa te optimaliseren voor de conversie to biobrandstof Universiteit Gent Abstract: Lignine is één van de belangrijkste limiterende factoren in de conversie van plantenbiomassa tot pulp en biobrandstof. Het ligninebiosynthese, het maken van planten met gewijzigd lignine, en het analyseren van de relatie tussen celwandcompositie en saccharificatiepotentieel. Verder zullen genen worden opgespoord die diktegroei in bomen bepalen. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Wout Boerjan
Identificatie van de moleculaire netwerken van bladgroei via een systeembiologische benadering Universiteit Gent Abstract: De groei van planten en de invloed van de omgeving op deze groei zijn belangrijke aspecten van de plantenfysiologie. Ondanks het fundamenteel belang van plantengroei is weinig bekend over de moleculaire netwerken die de grootte en groeisnelheid van organen zoals bladeren reguleren. Dit project beoogt de regulatorische pathways die bladgroei sturen op te helderen via een systeembiologische aanpak. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dirk Inzé
Folaatrecyclage in planten Universiteit Gent Abstract: Fundamentele kennis omtrent folaatrecyclage in planten zal bekomen worden, vertrekkende van transgene rijstplanten (GA-lijnen) met verhoogde folaatconcentraties. Het effect van neerregulatie en overexpressie van pterine aldehyde reductase (PTAR), enzymen betrokken bij folaatrecyclage, op de folaatniveaus zal nagegaan worden. Transgene rijstplanten, waarin PTAR een neerregulatie kent, zullen bekomen worden aan de hand van PTAR insertiemutanten en RNAi. Organisaties: • Vakgroep Plantenbiotechnologie en Genetica
Onderzoekers: • Dominique Van Der Straeten
Risicogebaseerde bodemsanering in de Kempen, gestoeld op een reductie van de mobiliteit en de biobeschikbaarheid van zware metalen in de bodem. Universiteit Hasselt Abstract: In situ immobilisatie van metalen, met behulp van metaalimmobiliserende bodemadditieven, is een potentiële saneringsstrategie voor metaalverontreinigde bodems. Diverse mechanismen zoals sorptie- en (co)precipitatiereacties, geïnduceerd door het toevoegen van een additief aan de bodem, kunnen een verlaging teweegbrengen van de biobeschikbaarheid van metalen en zo ook van de risicos geassocieerd met de contaminatie. Voornamelijk voor grootschalige diffuse verontreinigingen, zoals deze in de Belgische (en Nederlandse) Kempen, is deze techniek, door zijn relatief lage kost en de weinig ingrijpende impact op de omgeving, een aantrekkelijke optie. Tal van verschillende produkten zijn reeds onderzocht als potentiële bodemadditieven in deze context,maar vergelijken van de efficiëntie van de verschillende bodemadditieven doorheen de talrijke studies over metaalimmobilisatie, om zo te komen tot een selectie van het beste additief of tot een rangschikking volgens toenemende immobilisatiecapaciteit, is echter niet evident of zelfs onmogelijk. Deze moeilijkheid heeft hoofdzakelijk te maken met het feit dat door verschillende onderzoeksgroepen vaak verschillende evaluatiemethoden gebruikt werden, maar daarnaast blijkt de werking van bodemadditieven tevens bodemafhankelijk. Een doorgedreven literatuurstudie levert dus geen pasklare oplossing op voor de 700 m² verontreinigde bodems in de Kempen. Het project beoogt een risicogebaseerde bodemsanering in de Kempen, gebaseerd op de reductie van de mobiliteit en de biobeschikbaarheid van zware metalen in de bodem. Het onderzoeksproject omvat 2 onderdelen: (i) de uitwerking van een geoptimaliseerd en gestandardiseerd evaluatieprotocol met een fysicochemisch (UGent), milieubiologisch (UHasselt) en exotoxicologisch luik (PHL), en (ii) de geschiktheidsananlyse van een aantal potentiële metaalimmobiliserende bodemadditieven en hun commercialisatie. Resultaten uit dit onderzoek worden finaal getoetst aan de grondbeginselen van risico-gebaseerde sanering in nauw overleg met OVAM. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Kristin ADRIAENSEN
Cleantech: duurzame oplossingen voor meer welvaart Universiteit Hasselt Abstract: Het Cleantech platform wil cleantech activiteiten in Limburg en Vlaanderen versterken en verder uitbouwen op basis van een visie en door onderlinge interactie, coördinatie en samenwerking van bedrijven, investeerders, overheden, consumenten en kenniscentra. Belangrijk hierbij is de oprichting van een Cleantech kennisplatform waar alle actoren elkaar ontmoeten en samenwerken aan duurzame innovatie, en de oprichting van een Cleantech business met optimaal gebruik van onze hulpbronnen en minimale milieu-impact. Daarnaast wordt een degelijke Cleantech management structuur opgezet die zorgt voor een efficiënte en effectieve aanpak. Tenslotte zal de ervaring en kennis van Cleantech Limburg toegepast worden bij uitbouw van Cleantech Vlaanderen. Organisaties: • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Jaak VANGRONSVELD
Samenwerkingsovereenkomst in het kader van EFRO-Project: Cleantech Universiteit Hasselt Abstract: Het Cleantech platform wil cleantech activiteiten in Limburg en Vlaanderen versterken en verder uitbouwen op basis van een visie en door onderlinge interactie, coördinatie en samenwerking van bedrijven, investeerders, overheden, consumenten en kenniscentra. Belangrijk hierbij is de oprichting van een Cleantech kennisplatform waar alle actoren elkaar ontmoeten en samenwerken aan duurzame innovatie, en de oprichting van een Cleantech business met optimaal gebruik van onze hulpbronnen en minimale milieu-impact. Daarnaast wordt een degelijke Cleantech management structuur opgezet die zorgt voor een efficiënte en effectieve aanpak. Tenslotte zal de ervaring en kennis van Cleantech Limburg toegepast worden bij uitbouw van Cleantech Vlaanderen. Organisaties: • Milieueconomie • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Steven VAN PASSEL
Voedselkarakterisering FaseI Universiteit Gent Abstract: De voornaamste objectieven van dit project zijn: Het definiëren van de voorwaarden voor een voedselproductie en bereidingssysteem voor planetaire missies; Bepaling van de technische, analytische en operationele vereisten voor de metabolische en nutritionele karakterisering van 4 gewassen (op 4 cultivars); Testen van 5 voedselbereidingsstappen per cultivar; nutritionele en preliminaire sensoriële evaluatie; Ontwikkeling van een eenvoudig mathematisch model voor plantengroei; Voorontwerp van een gecontroleerde plantengroeikamer voor de karakterisering van de cultivars. Organisaties: • Vakgroep Fysiologie
Onderzoekers: • Dominique Van Der Straeten
Duurzame stedelijke buurten Universiteit Hasselt Abstract: Dit project heeft één centraal en operationeel doel: het verbeteren van de levenskwaliteit door middel van duurzame ontwikkeling in een aantal verarmde stedelijke buurten van belangrijke steden aan de Euregio Maas-Rijn. "Sustainable Urban Neighbourhoods" richt zicht op drie noodzakelijke speerpunten van duurzame ontwikkeling: economie, milieu en sociaal kapitaal. Organisaties: • Milieueconomie • Milieubiologie • Centrum voor Milieukunde
Onderzoekers: • Steven VAN PASSEL