www.researchportal.be - 10 Jul 2016 12:38:17
Onderzoeksprojecten (1 - 50 van 156) Zoekfilter: Classificaties: Sociale veranderingen, agologie
Belgische pioniers van de moderne fotografie versus de pioniers van de theorie van de fotografie Vrije Universiteit Brussel Abstract: In het kader van ons lopend onderzoek rond "beeldeducatie" gaat ook de bijzondere aandacht near de studie van de geschiedenis en de theorie van de fotografie. Momenteel vormen een twintigtal belangrijke Belgische fotografen, geboren voor 1930, een levende getuigenis over de "modernistische" periode van de fotografie, de eerste maal dat de fotografie in België een bloeiperiode kende (de jaren vijftig). Volgens de methode van de vale geschiedenis worden deze getuigenissen opgenomen. De theorie van de fotografie kwam laat op gang. Tegenover de praktijk van de fotografen wordt een overzicht geplaatst van de belangrijkste stromingen die ontstaan zijn van 1930 tot 1980. Organisaties: • Agogiek
Onderzoekers: • JOHAN SWINNEN • WILLEM ELIAS
Echtscheiding bij vrouwen van middelbare leetijd: een analyse van het aanpassingsproces als dynamisch en transactioneel beoordelingsproces. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In een eerder verricht (doctoraats)onderzoek werd een theoretisch-analytisch schema ontwikkeld (zie intra) waarbinnen het aanpassingsproces aan levensgeteurtenissen kan beschre~en en geanalyseerd worden. Een volgende fase binnen onze kennisontwikheling terzake betrett het onderzoek naar de toepassingsmcgelijkheden van dit schema m.b.t. bepaalde levensgeteurtenissen. Via dit onderzoek willen we inzicht verkrijgen in de verscheidenheid van het aanpassingsproces van de echtscheiding bij vrouwen van middelbare leeltijd. Er wordt ingegaan op de irhoudelijke duiding en descriptie van dit aanpassingsproces, hetgeen aansluit bij het pleidooi binnen de gerontologie voor een inductieve kennisverwerving. Bovendien zal ook worden ingegaan op de empirische onderbouw van dit aanpassingsproces. Hierbij komen vragen aan bod als: met welke factoren hangt het slagen van dit proces samen? en welke veranderingen doen zich voor tijdens dit proces ? Organisaties: • Agogiek
Onderzoekers: • CHRISTEL GEERTS
De individuele en maatschappelijke betekenis van vrijwilligerswerk Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het vrijwilligerswerk maakt de laatste jaren een evolutie door. Het aantal vrijwilligers neemt toe en er is sprake van een zekere "professionalisering" van het voluntariaat: steeds hogere kwaliteitseisen worden gehanteerd, men praat over vergoedingen, er ontstaan organisaties als het Platform voor voluntariaat. Dit onderzoeksvoorstel wil nagaan wat de betekenis is van vrijwilligerswerk: (a) op individueel vlak. Is vrijwilligerswerk vooral een uitvloeisel van de morele druk die mensen in onze maatschappij aanspoort om "zich nuttig te maken"? Of is hier eerder sprake van een vorm van vrijtijdsbesteding nl. een doel op zich waaromtrent geen morele verantwoordeing dient afgelegd te worden.. (b) op maatschappelijk vlak. Betekent vrijwilligerswerk het in stand houden van de sociale en culturele infrastructuur van onze maatschappij, of is het eerder een nieuwe vorm van minderwaardig of "ersatz"-werk. In dit onderzoek zal gewerkt worden met het leefstijl-concept van P. Bourdieu. Organisaties: • Bewegingsagogiek, Sport- en Vrijetijdsbeleid
Onderzoekers: • LIVIN BOLLAERT
Cirriculumontwikkeling voor kunstreducatie bij leerkrachten Vrije Universiteit Brussel Abstract: "Er is te weinig kunst/cultuur op school", maar is dit wel zo? Schooldirecties blijken alvast grote belangstelling te tonen voor kunsteducatie. Echter de motivatie bij de leerkrachten blijkt een belemmering te zijn. In ons onderzoek zullen we vertrekken vanuit volgende veronderstelling: het gebrek aan motivatie is in grote mate afhankelijk van een tekort aan kennis bij de leerkrachten omtrent hedendaagse kunst (zie ons onderzoek nr. 1911140960, zie ons Onderzoek naar het effect van educatieve tentoonstellingen). Als dit tekort door een navorming kan verholpen worden, kan de motivatie om kunst bij het onderwijs te betrekken verhogen. Vermits het onderwijsbeleid geen toename van speciale lesuren kunst voorziet, is het nodig dat dit in verschillende vakken aan bod kan komen. Het is de bedoe!ing om :1° de houding van leerkrachten tegenover hedendaagse kunst te bestuderen; 2° de gegevens te verzamelen van de leerkrachten die een ruime ervaring op dit gebied hebben; 3° Op basis hiervan een curriculum voor navorming uit te werken.Aanvulling:In de wereld van het beeldend kunstonderwijs heerst grote onzekerheid: men vindt er immers geen afdoend antwoord meer op de vraag hoe studenten dienen voorbereid te worden op het kunstenaarschap. De leermodellen waarrond studieprogramma's worden opgebouwd, blijken verouderd. Het onderwijsaanbod van kunstscholen zou steeds minder aansluiting vinden met wat zich afspeelt binnen de werkelijke kunstpraktijk.Vanuit deze vaststellingen wil het onderzoek bijdragen tot een inzicht in de problematiek van het huidig hoger beeldend kunstonderwijs. Het onderzoek wil zich concentreren op de Vlaamse situatie en stelt zich als hoofddoel na te gaan welke vandaag de doelstellingen van het kunstonderwijs kunnen zijn. Meer specifiek wil het onderzoek via kwalitatieve intervieuws peilen naar de opvattingen die beeldende kunstenaars over dit thema hebben. Organisaties: • Pedagogiek en Orthopedagogiek • Agogiek
Onderzoekers: • ARNOBIUS LIBOTTON • Sofie VAN DEN BUSSCHE • WILLEM ELIAS
Zichzelf zijn en zichzelf ontplooien in Vlaanderen:een cultuursociologische analyse Vrije Universiteit Brussel Abstract: In ruim tien jaar tijd, ontwikkelde de Vakgroep Sociologie een gereputeerde onderzoeksexpertise rond het onderwerp 'individualisme'. Eén van de opmerkelijke bevindingen uit ons onderzoek, is de ruime instemming onder de bevoking met expressief individualistische vertogen rond zelfontplooiing. Deze bevinding sluit aan bij onderzoek uit andere landen, waarin de opkomst van het expressief individualisme wordt omschreven als een culturele tendens met verstrekkende gevolgen. Wat in de literatuur rond zelfontplooiing echter vooral opvalt, is de veelheid aan betekenissen en interpretaties die het concept 'zelfontplooiing' kenmerken. Daarom is een exploratief-kwalitatieveonderzoeksfase wenselijk. De bedoeling van dit ondezoek is tweeledig. Ten eerste willen we nagaan welke betekenissen en inhouden er bij de bevolking aan het concept
'zelfontplooiing' toegekend worden. Dit zal gebeuren met behulp van het Atlas-ti programma voor inhoudsanalyse. Ten tweede willen we, op basis van de resultaten van het onderzoek, nieuwe schalen voor kwantitatief onderzoek ontwerpen, die de verschillende varianten van het expressief individualisme kunnen meten in survey-onderzoek. Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS
Het probleem van de verandering en de synthese - profilering van CLEA op de internationale scene en binnen de VUB (opvolging 2e jaar) Vrije Universiteit Brussel Abstract: CLEA wil het probleem van de verandering en de synthese benaderen vanuit 7 verschillende basisbewegingen, waarbij dit project vooral de omkadering van deze bewegingen verzorgt, om zo een synthese mogelijk te maken. In een eerste fase werden actuele problemen met wetenschappelijke kennis daaromtrent geconfronteerd (zie o.m. lezingenreeks "foundations", lessen- en lezingenreeks "stemmen"). De verschillende basisbewegingen zijn: (1) Het Socio-Cultureel Aspect, (2) Het Socio- Economisch Aspect (SEA), (3) Het wereldbeelden Aspect (WEA), (4) Het Biologisch-Ontologisch Aspect (BOA), (5) Het Fysisch-Ontologisch Aspect( FOA), (6) Het Historisch-paradigmatisch Aspect en (7) Het Algemene Systeemtheorie Aspect (ASA). Sinds het succesvolle congres "Einstein meets Magritte" (1995) en de publicatie van 8 volumes erover (1997-1998), heeft deze omkadering een dynamiek gekregen die zich nog steeds manifesteerd : (1) in het onderzoek naar similariteiten en ontgrenzing van kunst en wetenschap, en de historische wereldbeelden in kunst en wetenschap (onderzoek Ernest Mathijs), (2) in de internationale onderzoeksgemeenschap, gecoördineerd door CLEA, (3) in het interuniversitair onderzoeksproject (VUB-KUL-RUG) naar de gelaagde structuur van de realiteit, (4) in publicaties (special volume "foundations of science" 1998), in de onderzoeken die in de verschillende werkgroepen worden gevoerd, (6) in de verderzetting van de "foundations"-reeks, (7) en in verdere internationale contacten. CLEA streeft aldus naar de verdere uitbouw van een expertise die op efficiente wijze de problematiek van de verandering en de synthese onderzoekt. Organisaties: • Centrum Leo Apostel • Wijsbegeerte-Moraalwetenschappen
Onderzoekers: • FRANCIS HEYLIGHEN • Diederik AERTS
Op zoek naar nieuwe vormen van individualisme. Vertooganalyse en schaalconstructie. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onze onderzoeksgroep verricht sinds 1988 empirisch onderzoek naar de verspreiding van individualistische opvattingen en vertogen in Vlaanderen. Het utilair individualisme combineert een negatief en wantrouwend mensbeeld met de opvatting dat het natuurlijk en zelfs wenselijk is individueel het eigenbelang na te streven. Dit vertoog wordt voornamelijk gedragen door lager opgeleiden en is geassocieerd met gevoelens van individuele machteloosheid. Hoger opgeleiden combineren gevoelens van individuele handelingsbekwaamheid met een afwijzing van het utilair individualisme. Empirisch onderzoek wees uit dat hoger opgeleiden, ondanks hun afwijzing van het utilair individualisme, geen gepriviligeerde band te hebben met de traditionele collectivistische vertogen (zoals gedragen door sociaal-democratische en christen-democratische bewegingen), maar dat hier nieuwe vormen van individualisme, die gericht zijn op zelfontplooing en authenticiteit, gestalte krijgen. Het doctoraatsonderzoek van Anton Derks gaat na in welke mate deze opvattingen uitgekristalliseerd zijn in één of meerdere consistentevertogen en hoe deze opvattingen zich verhouden tot sociaal-culturele en politiek-maatschappelijke waarden en opinies. De analyse van kwantitatief surveymateriaal wordt gecombineerd met kwalitatief veldwerk (diepte-interviews). Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS • ANTON DERKS
Vrouwen v. middelbare leeftijd: v. onzichtbaar nr onmisbaar. Onderzoek m.b.t. particip. op niveau v/d middenveld- & emancipatiebew.'n, gericht o/h formuleren v. beleidsrelevante & sociaal-agogische implement.'s Beleidsdom: Gelijkekansenbel. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Van alle vrouwen in Vlaanderen behoort vrijwel één op vijf tot de leeftijdsgroep van 50-65 jarigen. Onder meer vanwege hun lege opleiding en de traditionele rolverdeling waarmee ze volwassen geworden zijn, is deze groep op diverse domeinen van het maatschappelijk leven ondervertegenwoordigd. Door een samenspel van demografische en gezinssociologische invloeden is deze generatie vrouwen echter op velerlei vlak een echte scharniergeneratie. in dit onderzoek willen we deze vrouwen hun participatie op het niveau van de middenveldbewegingen ( in casu vrouwenverenigingen en bejaardenbonden) en de emancipatiebewegingen (in casu de gemeentelijke seniorenadviesraden) analyseren: hierbij worden zowel kwantitatieve, motivationele als intentionele parameters van hun participatie in beschouwing genomen. Deze keuze is ingegeven omwille van het feit dat er juist vanuit deze middenveld- en emancipatiebewegingen belangrijke accenten gelegd worden naar het welzijns, gezondheids en specifiek seniorenbeleid. Vermits deze groep van vrouwen hiermee in bijzondere mate te maken heeft (als zorgverleenster en zorgvraagster) is het belangrijk dat ze erover kunnen waken dat hun belangen gehoord worden. op basis van de bevindingen zullen beleidsrelevante en sociaal-agogische implementaties geformuleerd worden. Organisaties: • Ontwikkelings- en Levenslooppsychologie • Agogiek
Onderzoekers: • INGRID KRISTOFFERSEN • CHRISTEL GEERTS
Conflictgedrag en copingstrategiëen bij etnische minderheden in Vlaanderen en Brussel Vrije Universiteit Brussel Abstract: Uit vroeger surveyonderzoek en bijkomend kwalitatief onderzoek bij etnische minderheden in België omtrent gezinsvorming en waardenpatronen, kwamen reeds een aantal conflictgeladen thema's naar voor, zowel op gezinsniveau als op gemeenschapsniveau. Een goed voorbeeld hiervan is de partnerkeuze die vaak onder vorm van geregelde huwelijken plaatsvindt. Van etnische gemengdde huwelijken is vooralsnog weinig sprake en het huwelijk zorgt voor kettingmigratie. De mate waarin deze topic conflictmatig wordt ervaren of hoe conflict juist vermeden wordt, evenals hoe er mee wordt omgegaan door de betrokken partijen, wordt in onderhavig project verder onderzocht, dmv. groepsdiscussies en diepte-interviews. Naast de gezinsvorming stricto sensu wordt eveneens ingegaan op de uit de gezinsvorming voortkomende vorm van extended family, i.c. het inwonen van het jonggehuwde koppel bij de ouders van de bruidegom, zoals volgens de virilocale traditie gangbaar is. Hierbij gaat vooral aandacht naar de manier waarop dit vanuit oogpunt van de jongeren zelf ervaren wordt, in vergelijking met de verwachtingen die de ouders en de gemeenschap t.a.v. het koppel stellen. Er wordt onderzocht hoe daarbij conflicten ontstaan en voorkomen
worden, en welke implicaties dit heeft op de opvoeding en de mate van integratie in de Belgische samenleving. Organisaties: • Sociaal Onderzoek
Onderzoekers: • RONNY LESTHAEGHE
UItdetaillering van de tijdsbudgetenquête naar mobiliteit. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In opdracht van de Mobiliteitscel van het Departement Leefmilieu en Infrastructuur van het Ministerie van de Vlaamse Gemeenschap voert de Vakgroep Sociologie - Onderzoeksgroep TOR van de VUB op de tijdsbudget-databank TOR'99 bijkomende analyses uit naar de mobiliteit van de Vlaming. De TOR'99 databank omvat een representatief staal van 1533 Vlamingen, die in 1999 gedurende een volle week hun tijdsbesteding bijhielden. Waar mogelijk worden vergelijkingen met de tijdsbudget-databank TOR'88 die de onderzoeksgroep TOR in 1988 verzamelde. Deze databank bevat een beperkter staal van de Vlaamse bevolking, dat zijn tijdsbesteding gedurende een kortere periode (2 dagen) registreerde. Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX • SUZANA KOELET • MAARTEN MOENS
Intergenerationeel onderzoek naar de communicatie over seksualiteit Vrije Universiteit Brussel Abstract: Jongeren kunnen met vele problemen terecht bij hun ouders, maar als het om vragen of dilemma's met betrekking tot seksualiteit gaat, is de rol van de ouders als gesprekspartners niet duidelijk. De jongeren klagen over het feit dat hun ouders enkel de gevaren van seksuele ervaringen beklemtonen en dat relationele en gevoelsaspecten van seksualiteit weinig aan bod komen. De doelstelling van het project is te onderzoeken op welke manier ouders informatie doorgeven aan hun kinderen over seksualiteit (welke attituden, waarden, normen worden impliciet en expliciet overgedragen doorheen zowel de directe als de indirecte communicatie), alsook na te gaan welke factoren deze intergenerationele transmissie van attituden, waarden en normen beïnvloeden. Hierbij dient rekening gehouden met de opvoeding die de ouders zelf kregen, met de kwaliteit vand e relatie tussen de ouders en met de kwaliteit van de relatie tussne ouders en het kind. Uit een model van Belsky (1984) en Gerris (1989) blijkt immers dat deze relaties een invloed hebben op de intergenerationele transmissie van attituden, gedrag en kennis omtrent seksualiteit. Organisaties: • Ontwikkelings- en Levenslooppsychologie
Onderzoekers: • INGRID KRISTOFFERSEN
Sportieve vernieuwing als instrument voor sociale verneiuwing. Vrije Universiteit Brussel Abstract: In nogal wat Europese staten wordt sinds een aantal jaar een prioriteit gemaakt van "grote stedenbeleid". Dit beleid heeft ondermeer tot doel het sociaal weefsel van kansarme stadsbuurten te herstellen. In een aantal landen (Frankrijk, Groot-Brittannië, Nederland) maken programma's van "sportieve vernieuwing" - een sportbeleidgericht op specifieke achtergestelde doelgroepen - integraal deel uit van dit beleid. In het kader van dit project wordt vooreerst een inventaris en analyse van deze programma's gemaakt. Vervolgens wordt op basis van een delphionderzoek gepeild naar de houding van Vlaamse stedelijke beleidsmakers ten aanzien van sport als instrument van samenlevingsopbouw. Tot slot worden concrete beleidsaanbevelingen voorzien voor een stedelijk beleid van sportieve vernieuwing. Organisaties: • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • PATRICK STOUTHUYSEN
Politieke socialisatie van jongeren in Vlaanderen. De rol van de school, de leerkrachten en de leerkrachtencultuur in de opbouw van de Vlaamse politieke cultuur. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De invloed van verschillende socialisatiecontexten op politieke houdingen zal worden nagegaan. Daarnaast zal worden nagegaan wat de respectievelijke invloeden zijn van de leerkrachten en de scholen. We willen hierbij te weten komen of de leerkrachten medieren tussen de achtergrond van de jongeren enerzijds, de politieke waarden, opvattingen of cultuurpraktijken anderzijds. Vervolgens zal bekeken worden of het bestaan van een leerkrachtencultuur met een eigen symbolische logica, ons toelaat om "goede" politieke socialisatiecontexten van "slechte" contexten te onderscheiden. Organisaties: • Politieke Wetenschappen
Onderzoekers: • CHRISTIAN DESCHOUWER
"Community policing" als nieuwe visie op de maatschappelijke functie van de politie: betekenis, grenzen en implementatie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Sinds een tiental jaren zijn in binnen- en buitenland vrij omvangrijke veranderingen aan de hand bij de politie. De dominante theorie die daarbij wordt gehanteerd wordt omschreven als community policing. Onderzocht wordt of dit concept van community policing een fundamentele verandering inluidt van de doelstellingen van politie en haar rol in de samenleving. Een belangrijk element in de rol van politie vormt de sociale controle. Verandert deze mee en in welke zin? Community policing propageert meer inbreng van de bevolking en andere sociale organisaties. Hoever reikt deze inbreng? Verbetert de relatie politie- bevolking door de community policing veranderingen? Waarom vinden de veranderingen nu plaats? Is er een verband tussen het toenemend appel op de politie als beheersing- en controle instrument van maatschapelijke problemen en de opeenvolgende crisissen van de westerse welvaartsstaat? Verder wordt onderzocht hoe de veranderingsdoelen inzake community policing in de politieorganisatie worden vertaald naar de werkvloer? welke aanpassingen in het management en de organisatiestructuur blijken daarbij nu essentiële vereisten. De interactie tussen centrale overheid, lokaal bestuur, politiediensten en justitie en alle andere partners die belast zijn met de uitvoering van het politionele en veiligheidsbeleid heeft grote invloed op de uiteindelijke implementatie van het beleid inzake community policing. Dit bestuursproces wordt in het onderzoek betrokken. Vooral het huidige focussen van het beleid op specifieke doelgroepen (cf. jongeren) of probleemwijken (cf. 'zero-telorance') zal gevolgen hebben voor de taakuitoefening van de politie. ook de evolutie in de rechtshandhaving van justitie door onder andere snelrecht kan een welbepaalde oriëntatie van het politiewerk met zich meebrengen. Kunnen deze maatregelen in verband worden gebracht met beleidsevoluties in het buitenland (cf. Nederland, Frankrijk)? Ook op het vlak van beleid en visie is een vergelijkend onderzoeksgedeelte dus van belang.
Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • CHRISTIAN ELIAERTS
Naar een psychologie van de postmoderniteit. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De postmoderniteit beherst meer en meer de feitelijkheid van ons persoonlijk en sociaal leven. Terwijl de sociologie langzamerhand een 'sociologie van de postmoderniteit' ontwikkeld, is het op het terrein van de psychologie vrij rustig, al valt het postmodernisme rechtstreeks basisbegrippen van de psychologie aan. terwijl de psychologie als technologie in het maatschappelijk leven floreert, stellen we vast dat meer en meer potentiële psychologische onderzoeksobjecten verschuiven naar andere disciplines zoals de antropologie, de psychoanalyse, het breinonderzoek en de 'cognitive-science'. Een zeker theoretisch verweer van de psychologie lijkt dan ook gepast. Zo is het 'postmoderne Zelf' een regelrechte ontkenning van begrippen die in de persoonlijkheidspsychologie en sociale psychologie worden gebruikt zoals 'zelf, ego, identiteit. Diverse veranderingen in het sociale leven lijker erop te wijzen dat het mansbeeld dat de psychologie hanteert 'postmodern' moet worden bijgestuurd. Dit gebeurt in zekere mate in het sociaal constructionisme van de groep sociale psychologen rond Kenneth gergen, maar de vraag stelt zich of we moeten streven naar een 'postmoderne psychologie ofwel naar een psychologie van de postmoderniteit die de psychologische facetten van de postmoderntit min of meer afstandelijk beschouwt en analyseert ,binnen een beperkte aanpassing van haar wetenschapsfilosofie. Howel beide vormen niet noodzakelijk hoeven en analyseet, binnen een beperkte aanpassig van haar wetenschapsfilosofie. Hoewel beide vormen niet noodzakelijk hoeven gepolariseerd te worden, stellen wij ons op het standpunt dat de ontwikkeling van een 'psychologie van de postmoderniteit het meest aangewezen is. Organisaties: • Arbeids- en Organisatiepsychologie
Onderzoekers: • ERIC ROSSEEL
Focus groups met Turkse vrouwen in Vlaanderen omtrent conflictgedrag en copingstrategieën. Vrije Universiteit Brussel Abstract: De triangulatie van surveyonderzoek bij etnische minderheden in België omtrent gezinsvorming en waardenpatronen, met focus groups, leverde reeds meer diepgang en bijkomende inzichten op, en vormden alsdusdanig een aanzet tot bijkomende kwantitatieve analyses. Een ander resultaat was dat de doelgroep andere thema's aangaf, zoals hoe om te gaan met opvoedings-, relatie-, en samenlevingsconflicten, zowel binnen het gezin; als met se eigen gemeenschap en de Belgische samenleving. Onderhavig voorstel behelst ten eerste de finalisering van de methodologische uitwerking van de methode van focus groups, vergeleken en getrainguleerd met andere vormen van kwalitatie onderzoek, ald groepsdiscussies en diepte-interviews, teneinde een antwoord te vinden op de vragen: welk onderzoeksopzet tot welke toepassings-mogelijkheden leidt en welke darbij de consequenties zijn zowel op interactieniveau als op inhoudelijk niveau. Beide hangen samen, in die zin dat de inhoudelijke uitdieping van conflicthantering, als gevoelig thema de grenzen verduidelijkt van focus groups ams groepsmethode, wat dus weer informatie geeft op het interactieniveua. Thema's waarrond gewerk werd zijn: het conflictmatig ervaren van de partnerkeuze en het inwonen van het jonggehuwde koppel bij de ouders van de bruidegom, zoals volgens de virilicale traditie gangbaar is. Hierbij gaat vooral aandacht naar de manier waarop dit vanuit oogpunt van de jongeren zelf ervaren wordt, in vergelijking met de veerwachtingen die de ouders en de gemeenschap t.a.v. het koppel stellen. Er wordt onderzocht doe daarbdij conflicten ontstan en voorkomen worden, en welke implicaties dit heeft op de opvoeding, de positie van de vrouw en de mate van integratie in de Belgische samenleving. Organisaties: • Sociaal Onderzoek
Onderzoekers: • RONNY LESTHAEGHE
De generatiekloof revisited? Verschillen en overeenkomsten in waarden en smaken van jongeren en hun ouders. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Het hier vooropgestelde project stelt zich tot doel om na te gaan of er nog sprake kan zijn van een generatiekloof in Vlaanderen. Bovendien wil het onderzoeken welke vorm deze generatiekloof aanneemt. Hiervoor worden er twee socioculturele domeinen onderzocht: de waarden en smaken van jongeren en van hun ouders. Het onderzoek bestaat uit een kwantitatieve analyse van gegevens verzameld bij een 16.00 Vlaamse jongeren, uit het vierde en zesde jaar van het secundair onderwijs, afkomstig uit 90 scholen in Vlaanderen en Brussel. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Sociologie
Onderzoekers: • MARK ELCHARDUS • Frank STEVENS
De Islamisering van de moderniteit: Islamisme en/of Islamitisch reveil bij studenten en rond plaatsen van eredienst van Marokkaanse en Turkse herkomst in België Universiteit Antwerpen Abstract: Met dit onderzoek gaan we na in hoeverre Islamisme een factor is in het leven van studenten van Marokkaanse en Turkse herkomst aan Vlaamse universiteiten en ten tweede in hoeverre islamisme verklaard kan worden als een middenklasse fenomeen dat optreedt in periodes van versnelde sociale en maatschappelijke verandering. We onderzoeken in hoeverre deze Islambeleving zich concreet vertaalt in de sociale netwerken van de jongeren, zowel op nationaal als internationaal niveau. Daarnaast richten we ons op vier specifieke plaatsen van collectief uitgedrukte eredienst-fundamentalisme, i.c. moskeeën, en integreren dat in zijn ruimer weefsel. De specificiteit van de Islambeleving bij jongens en meisjes en de invloed vanuit het land van herkomst op deze Islambeleving worden eveneens onderzocht. Dit gebeurt aan de hand van een veldonderzoek op basis van de methode van participerende observatie en netwerkanalyse. Hierbij maken we gebruik van theoretische ontwikkelingen met betrekking tot Islam, sociale netwerken en ethno-nationalisme. Organisaties: • OASeS - ONDERZOEKSGROEP ARMOEDE, SOCIALE UITSLUITING EN DE STAD • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Evolutie van het amateurtoneel te Brussel in de na oorlogse peroide en onderzoek naar de educatieve en maatschappelijke politieke functies. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Voorliggend onderzoeksvooorstel heeft een dubbele doelstelling. Ten eerste zal het nederlandstalig amateurtoneel te Brussel na WO II in kaart worden gebracht. Ten tweede zal er onderzoek gedaan worden naar twee belangrijke functies van deze tak binnen het
volksontwikkelingswerk. Enerzijds vervult het amateurtoneel een educatieve functie die inspeelt op de persoonlijke invloedssfeer van de mens. Hierin onderscheiden we het sociaal-culturele aspect (de ontplooiing van de mens als individueel en sociaal wezen)en het aspect van de kunstzinnige vorming (mensen vormen in het begrijpen van kunst). Anderzijds heeft het amateurtoneel te Brussel steds een ruime maatschappelijke-politieke functie gehad inzake de uitbouw van het nederlandstalige identiteitsgevoel. Organisaties: • Agogiek
Onderzoekers: • WILLEM ELIAS
Conceptualisering en effectenbepaling van een vormingsinterventiemodel bij 50-plussers Vrije Universiteit Brussel Abstract: De 50-plussers vormen een kwantitatief zeer belangrijke groep (1 op 3 is 50+). Ook op kwalitatief vlak vormen zij een belangrijke groep daar zij over heel wat competenties beschikken. Om deze kwalificaties op maatschappelijk vlak te realiseren, is het aangewezen de particiatie van die doelgroep te optimaliseren. Dit impliceert agogische veranderingsprocessen waarbij vormings- en leerprocessen een centrale plaats innemen. Toch kunnen wij stellen dat kennis en onderzoek dienaangaande beperkt is en dat de professionalisering binnen het werkveld ontbreekt. In het kader van dit onderzoek wensen wij derhalve een analyse te maken naar structuur en opbouw van het vormingstraject en dit zowel binnen het sociaal cultureel vormingswerk als binnen de beroepsorganisaties. Vervolgens zullen wij een theoretisch intervantiemodel ontwikkelen die wij in een laatste fase zullen toetsen aan de praktijk, zijnde de sociaal culturele verenigingen en de beroepsorganisaties die zich richten tot de 50-plussers. Organisaties: • Agogiek
Onderzoekers: • WILLEM ELIAS • CHRISTEL GEERTS
"Community policing" als nieuwe visie op de maatschappelijke functie van de politie: betekenis, grenzen en implementatie Vrije Universiteit Brussel Abstract: Sinds een tiental jaren zijn in binnen- en buitenland vrij omvangrijke veranderingen aan de hand bij de politie. De dominante theorie die daarbij wordt gehanteerd wordt omschreven als community policing. Onderzocht wordt of dit concept van community policing een fundamentele verandering inluidt van de doelstellingen van politie en haar rol in de samenleving. Een belangrijk element in de rol van politie vormt de sociale controle. Verandert deze mee en in welke zin? Community policing propageert meer inbreng van de bevolking en andere sociale organisaties. Hoever reikt deze inbreng? Verbetert de relatie politie- bevolking door de community policing veranderingen? Waarom vinden de veranderingen nu plaats? Is er een verband tussen het toenemend appel op de politie als beheersing- en controle instrument van maatschapelijke problemen en de opeenvolgende crisissen van de westerse welvaartsstaat? Verder wordt onderzocht hoe de veranderingsdoelen inzake community policing in de politieorganisatie worden vertaald naar de werkvloer? welke aanpassingen in het management en de organisatiestructuur blijken daarbij nu essentiële vereisten. De interactie tussen centrale overheid, lokaal bestuur, politiediensten en justitie en alle andere partners die belast zijn met de uitvoering van het politionele en veiligheidsbeleid heeft grote invloed op de uiteindelijke implementatie van het beleid inzake community policing. Dit bestuursproces wordt in het onderzoek betrokken. Vooral het huidige focussen van het beleid op specifieke doelgroepen (cf. jongeren) of probleemwijken (cf. 'zero-telorance') zal gevolgen hebben voor de taakuitoefening van de politie. ook de evolutie in de rechtshandhaving van justitie door onder andere snelrecht kan een welbepaalde oriëntatie van het politiewerk met zich meebrengen. Kunnen deze maatregelen in verband worden gebracht met beleidsevoluties in het buitenland (cf. Nederland, Frankrijk)? Ook op het vlak van beleid en visie is een vergelijkend onderzoeksgedeelte dus van belang. Organisaties: • Criminologie
Onderzoekers: • CHRISTIAN ELIAERTS
Oudere vrouwen: van onzichtbaar naar onmisbaar. Een onderzoek mbt het ontwerpen van sociaal-agogische impulsen om de participatie op het niveau van de middenveld- en emancipatiebeweging te verhogen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Aan de VUB loopt in opdracht van het Ministerie van Gelijke-Kansenbeleid een exploratief onderzoek naar de participatie van de ouder wordende vrouw in het maatschappelijk leven: 'Vrouwen van middelbare leeftijd: van onzichtbaar naar onmisbaar'. Onze voorlopige bevindingen tonen aan dat deze bevolkingscategorie gekenmerkt wordt door discriminatie, zowel op vlak van 'ageism' (leeftijd) als op vlak van 'sexism' (geslacht). Deze marginale positie komt tot uiting in de participatie in de middenveld- en de emancipatorische beweging. Verder onderzoek is wenselijk om de hiaten in de kennis over dit segment van de samenleving in te vullen. Het Vlaamse beleid stelde in navolging van de Vierde Wereldconferentie te Peking de participatie van vrouwen op haar politieke agenda en legde een accent op de senioren. Het ontwikkelen van sociaal-agogoische impulsen is wenselijk. Dit omdat het optimaliseren van de betrokkenheid van vrouwen, in het bijzonder de ouder wordende vrouw, zowel bijdraagt tot haar individueel welzijn als tot de uitbouw van de voorzieningen op meso-niveau in onze samenleving. Organisaties: • Agogiek
Onderzoekers: • CHRISTEL GEERTS
Media emancipatie effect rapportage (MEER). De ontwikkeling van een genderassessmentinstrument voor audiovisuele mediaproducten.
Universiteit Antwerpen Abstract: In dit project willen wij het reeds bestaande onderzoek over media & gender doelmatig benutten: we zullen de reeds ontwikkelde analyseinstrumenten integreren om een praktisch evaluatie-instrument, de MEER, te ontwikkelen waarmee audiovisuele mediaproducten (radio- en televisieprogramma's en in verkennende fase websites) geëvalueerd kunnen worden op gender en emancipatierelevantie. Het definitieve en afgewerkte eindproduct, de MEER, zal bestaan uit een handboek met een gebruiksvriendelijke softwareapplicatie en een trainingsaanbod voor de eindgebruikers- Hiermee willen we positieve beeldvorming m/v bespreekbaar maken in een breed forum van mediamakers en beleidsmensen: attitudeverandering, ontwikkeling van gendersensitieve vaardigheden, aanpassing van de professionele codes van mediamakers aan de vereisten van genderbeeldvorming is 0.1. noodzakelijk om genderassessment van mediaproducten op langere termijn zowel maatschappelijk als binnen de professies aanvaardbaar te maken. Organisaties: • Vrouwenstudies • Departement Sociologie - overige
Onderzoekers: • Magda Michielsens
De draagwijdte van de intergenerationele solidariteit in het Belgische pensioensysteem. Babybusters versus babyboomers. Universiteit Antwerpen Abstract: De vergrijzing vormt een fundamentele uitdaging voor de houdbaarheid van het Belgisch pensioensysteem dat hoofdzakelijk gefinancierd wordt via repartitie. We onderzoeken of het gevoerde beleid de lasten niet teveel afwentelt op de babybust-generatie. We baseren ons hiervoor niet alleen op de registratie van de geldstromen maar ons inspirerend op het werk van Louise Russell brengen we ook het economische traject dat de generaties achter de rug hebben in rekening. Organisaties: • Media, middenveld en politiek (M2P)
Onderzoekers: • Peter Thijssen
De islamisering van de moderniteit: Islamisme en/of Islamitisch reveil bij studenten en rond plaatsen van eredienst van Marokkaanse en Turkse herkomst in België. Universiteit Antwerpen Abstract: Het gaat om een verlenging van een eerder goedgekeurd FWO-project (zie P105/P00527) die gelegitimeerd wordt door het verder uitwerken van de bestaande vraagstelling en anderzijds door het invoegen van enkele bijkomende onderzoeksvragen en onderzoekstechnieken (islambeleving op het organisatorisch niveau van moskeën) Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES)
Onderzoekers: • Jean Vranken
Welzijn van ouderen: onderzoek naar determinanten van succesvol ouder worden. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Onderzoek omtrent succesvol ouder worden toonde aan dat mensen niet op een identieke wijze oud worden enDat de invulling van deze levensfase sterk afhankelijk is van de persoonlijkheid, de individuele zingeving, de mate Waarin men geconfronteerd wordt en omgaat met stressvolle levensgebeurtenissen, e.d.m. Hoewel ouderen vaak Geconfronteerd worden met verliessituaties (pensionering, lege nest, statusverlies, weduwschap, verlies van sociale Relaties, daling van inkomsten, fysieke veranderingen, e.d.m.) deze niet bij iedereen dezelfde gevolgen hadden. Sommige ouderen bleken het erg moeilijk te hebben om met deze gebeurtenissen om te gaan en vertoonden een vrij Lage graad van welzijn (vaak met depressieve symptomen), terwijl anderen er zich vrij snel konden over heen zetten. We willen in ons onderzoek 1) het welzijn van ouderen nagaan, 2) welke verschillen inzake welzijn bij ouderen aangetroffen worden en 3) welke variabelen deze verschillen kunnen verklaren.Om een antwoord te vinden op bovenvermelde onderzoeksvragen willen wij een verkennend onderzoek uitvoeren bij 500 ouderen. Om de afhankelijke variabele (welzijn) te operationaliseren worden twee instrumenten gebruikt (ACSA & MOS).Als afhankelijke variabelen, wordt naast demografische kenmerken, ook nagegaan welke zingevingsbronnen ouderen hanteren, hoe zij omgaan met stress, in hoeverre zij het gevoel hebben greep te hebben op hun leven en hoe uitgebreid het sociaal netwerk is waarop zij een beroep kunnen doen. Organisaties: • Ontwikkelings- en Levenslooppsychologie
Onderzoekers: • INGRID KRISTOFFERSEN
Het artistieke als middel ter bestrijding van achterstellings-situaties: onderzoek naar de effectiviteit van het artistieke in vergelijking met andere sociaal-culturele middelen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Fundamenteel onderzoek naar het gebruik van artistieke middelen in de strijd tegen sociale achterstellingssituaties is voorm-lopig nog quasi onbestaande. Met dit onderzoekproject willen we dieper ingaan op twee beschrijvende studies die werden uitgevoerd en waarin men aan het gebruik van artistieke middelen een aantal specifieke sociale effecten toeschrijft. We willen onderzoeken in welke mate de beschreven effecten specifiek toe te schrijven zijn aan de artistieke middelen, in vergelijking met de effecten van meer algemene sociaal-culturele middelen. Hiervoor zulen we een pre-post assessment onderzoek uitvoeren bij drie groepen, één groep bestaande uit personen die deelnamen aan artistieke activiteiten, een tweede groep bestaande uit personen die deelnemen aan sociaal-culturele activiteiten en een derde controle gorpe met de personen die noch aan het ene noch aan het andere deelnemen. Bij deze drie groepen zal voor en nar participatie een individuele vragenlijst afgenomen worden
Onderzoekers: • WILLEM ELIAS • Marie VAN LOOVEREN
Informatiebeleid voor de jeugd. Universiteit Antwerpen
Abstract: Tegenwoordig worden jongeren, door de groeiende kennis ¿ en informatiemaatschappij, overspoeld door informatie over tal van onderwerpen. Er is een overaanbod aan informatie waardoor zij het bos door de bomen niet meer zien. Dit bemoeilijkt het nemen van de juiste beslissingen. Immers, niet alle informatie is even objectief en duidelijk, noch gerelateerd aan hun informatiebehoeften. Bovendien is de informatie niet altijd bereikbaar of toegankelijk. Jongeren hebben nood aan meer op hen toegespitste informatie om duidelijkheid te krijgen over wat hun mogelijkheden zijn om er vervolgens zelf iets mee te kunnen doen. Adequate informatie is daarom een eerste vereiste opdat jongeren hun weg in de huidige samenleving vinden. Dit onderzoek, inventariserend en verkennend van aard, beoogt de ontwikkeling van een samenhangend informatiebeleid voor de jeugd. Meer bepaald wordt er op basis van een veldbeschrijving nagegaan welke actoren een expliciete functie vervullen met betrekking tot jeugdinformatie en binnen welke beleidsdomeinen expliciete informatie-initiatieven worden opgezet. Daarnaast wordt met behulp van diepte-interviews onderzocht in welke mate de informatie terecht komt bij de beoogde doelgroep en op welke wijze de doelgroep wordt betrokken bij de totstandkoming van informatie. Op basis van de onderzoeksresultaten zullen beleidsaanbevelingen worden geformuleerd aan de Vlaamse overheid over het huidige aanbod. Bovendien zullen er suggesties worden geleverd om de participatie van jongeren in het informatieaanbod te verhogen. Organisaties: • Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)
Onderzoekers: • Dimitry Mortelmans • Michel Walrave • Heidi Vandebosch
Op zoek naar 'Nieuwe emotionele bewegingen'. Een internationaal en comparatief onderzoek naar een potentieel nieuw type van sociale bewegingen Universiteit Antwerpen Abstract: In dit onderzoek wordt vertrokken van de sociologische eigenheid van de Belgische witte beweging. Heel wat van die eigenschappen wijken af van de klassieke bewegingstheorie: bondgenootschap met de media, heterogene achterban, weinig of geen organisatie, slachtoffers als centrale actoren' Vanuit deze kenmerken wordt onderzocht of een aantal andere sociale bewegingen in andere landen en die op het eerste gezicht gelijkaardige kenmerken hebben, als een gelijkaardig soort beweging kunnen worden getypeerd. Organisaties: • Politieke wetenschappen • Media, middenveld en politiek (M2P)
Onderzoekers: • Stefaan Walgrave
Inzicht verwerven in het fenomeen van de "nieuwe vrijwilliger" in vergelijking met het traditionele vrijwilligerstype. Universiteit Antwerpen Abstract: Net als de rest van de samenleving is de sector van vrijwilligerswerk onderworpen aan de processen van culturele diversificatie. Steeds meer vervaagt het traditionele beeld van de jeugdwerkvrijwilliger onder de druk van de recente maatschappelijke transformaties. Zowel in de wetenschappelijke literatuur als in de vaktaal komt men de term "nieuwe vrijwilliger" tegen, hetgeen naar de vrijwilliger verwijst met een compleet nieuwe set van motivaties, waarden en verwachtingen. De bedoeling van dit onderzoek, dat in samenwerking met de Stedelijke Jeugddienst Antwerpen wordt georganiseerd, ligt in de exploratie en in zowel theoretische als empirische onderbouw van het fenomeen van de nieuwe vrijwilliger. Wat beweegt deze mensen, wat hopen ze te vinden en welke obstakels komen ze tegen op de weg naar de realisatie van deze hopen ? Organisaties: • Centrum voor Longitudinaal en Levensloop Onderzoek (CELLO)
Onderzoekers: • Dimitry Mortelmans
Lokale duurzaamheidsindicatoren voor Tsjechische Steden en Gemeenten Universiteit Gent Abstract: Het doel van het project is het bevorderen van het gebruik van duurzaamheidsindicatoren in Tsjechische steden en gemeenten. Het voorwerp van het project is de organisatie van ervaringsuitwisseling over het participatief ontwerpen van duurzaamheidsindicatoren. In diverse workshops gaan de partners dieper in op de ervaringen in de opmaak van een duurzaamheidsbarometer voor de regio Kortrijk. Organisaties: • Vakgroep Wijsbegeerte en Moraalwetenschap
Onderzoekers: • Ruddy Doom
Voorstudie Gemeenschappelijk Electronisch Discussieforum over Gender. Universiteit Antwerpen Abstract: Voorstudie Gemeenschappelijk Electronisch Discussieforum over Gender. Organisaties: • Departement Sociologie - overige
Onderzoekers: • Magda Michielsens
Maatschappelijk georiënteerd werkprogramma voor het langetermijnbeheer van categorie B en C afval en CARL project. Universiteit Antwerpen Abstract: Deeltaak 1: Begeleiden en adviseren van NIRAS bij de voorbereiding en uitwerking van een maatschappelijk georiënteerd werkprogramma voor het langetermijnbeheer van categorie B en C afval. De focus ligt daarbij op het uitwerken van voorstellen voor de concrete invulling van een participatieproces rond deze thematiek en de uitwerking daarvan in de praktijk; en dit in nauwe samenwerking met de betrokkenen. Deeltaak 2: Onderzoek en coördinatie van het CARL project, een internationaal sociaal wetenschappelijk onderzoeksproject rond publieke participatie in het beheer van radioactief afval. Dit komt neer op het opmaken van een landenrapport over de huidge stand van zaken in België en het in een verdere fase verder uitdiepen van bepaalde, nog af te bakenen topics, in een comparatieve studie over de deelnemende landen (België, Canada, Slovenië, Zweden en het Verenigd Koninkrijk) heen. Organisaties: • Milieu en Samenleving (M&S)
Onderzoekers: • Erik A O J Van Hove • Ilse Loots
Een geïntegreerde benadering van empowerment in het welzijnswerk: individuele en organisatieverschillen Universiteit Gent Abstract: Het onderzoek gaat over empowerment in het welzijnswerk en focust op die welzijnsorganisaties, -werkvormen en cliëntwelzijnswerkercontacten waarin het thema 'werk' centraal staat. Het opzet is enerzijds de extra verklarende kracht na te gaan van oragnisatie- en werkvormkenmerken op psychologische empowerment van cliënten/deelnemers bovenop de verklarende kracht van welzijnswerker- en cliënt/deelnemerkenmerken en anderzijds te onderzoeken welke kenmerken van welzijnswerkorganisaties en -werkvormen meer/minder empowerend zijn. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Piet Bracke
Wetenschappelijke, logistieke en administratieve voorbereiding en uitvoering van een zomercursus met als thema : "Faith-based Radicalism : Christianity, Islam and Judaism between constructive activism and destructive fanaticism". Universiteit Antwerpen Abstract: Wetenschappelijke, logistieke en administratieve voorbereiding en uitvoering van een zomercursus met als thema : "Faith-based Radicalism : Christianity, Islam and Judaism between constructive activism and destructive fanaticism". Organisaties: • Onderzoekscentrum Ongelijkheid, Armoede, Sociale Uitsluiting en de Stad (OASES) • Centrum voor Migratie en Interculturele Studies (CeMIS)
Onderzoekers: • Christiane Timmerman
Steunpunt voor beleidsrelevant onderzoek voor het thema milieu en gezondheid- Toegepast sociaal en gezondheidseconomisch onderzoek. Universiteit Antwerpen Abstract: Afstemming van het sociaal-wetenschappelijk onderzoek op milieu- en gezondheidsbeleid impliceert de opbouw van sociaalwetenschappelijke expertise in drie domeinen: ° inzicht in milieu en gezondheid risicopercepties en risicobeoordelingen door het publiek; ° inzicht in adequate manieren van communiceren over risico's en risicoinschattingen; ° inzicht in de nieuwe communicatie rol van overheden bij een meer proactieve en preventieve opstelling inzake milieu en gezondheidrisico's. Daarbij moet de aandacht uitgaan naar de wijze waarop deze inzichten kunnen vertaald worden naar toepasbare werkvormen binnen bestaande instituties, netwerken van actoren en procedures in het beleidsveld van milieu- en gezondheid. Organisaties: • VAKGROEP MILIEU, TECHNOLOGIE EN TECHNOLOGIEMANAGEMENT • Engineering Management
Onderzoekers: • Ilse Loots • Lieve Goorden • Aviel Verbruggen
Steunpunt voor beleidsrelevant onderzoek voor het thema milieubeleidswetenschappen - Interactieve en argumentatieve besluitvorming in het milieubeleid. Universiteit Antwerpen Abstract: Gegeven de wetenschappelijk en maatschappelijke complexiteit die actuele milieubeleidskwesties kenmerken, heeft het Vlaamse milieubeleid nood aan innovatie op het vlak van besluitvorming. Dit project streeft ernaar om beloftevolle concepten en methoden inzake interactieve en argumentatieve besluitvorming aan te reiken. Vergelijkende gevalstudies van buitenlandse en Vlaamse ervaringen met de toepassing van dergelijke concepten in de praktijk, resulteren in een voor ambtenaren bruikbare checklist met aandachtspunten voor het ontwerp van processen van interactieve en argumentatieve besluitvorming. Finaal streeft dit project naar het testen en bijstellen van deze checklist in actieonderzoek gericht op de interactieve ontwikkeling van een lange termijn visie op duurzame ontwikkeling en van milieubeleidsplanning in Vlaanderen. Organisaties: • VAKGROEP MILIEU, TECHNOLOGIE EN TECHNOLOGIEMANAGEMENT • Engineering Management
Onderzoekers: • Ilse Loots • Lieve Goorden • Aviel Verbruggen
Publieksprijs 2006 - voorstudie 2007. Universiteit Antwerpen Abstract: Publieksprijs 2006 - voorstudie 2007. Organisaties: • Departement Sociologie - overige
Onderzoekers: • Magda Michielsens
Gender en Reclame. Universiteit Antwerpen Abstract: Gender en Reclame. Organisaties: • Departement Sociologie - overige
Onderzoekers: • Magda Michielsens
Stadsmonitor 2006 - valorisatie Universiteit Gent Abstract: We valoriseren de stadsmonitor voor leefbare en duurzame Vlaamse steden op de volgende manier: presentaties op schepencolleges en managementteams van de betrokken centrumsteden. Bovendien geven we inhoudelijke toelichting op theamtische sessies over de stadsmonitor editie 2006 met betrekking tot het thema 'wonen' aan de betrokken ambtenaren en andere belanghebbenden.
Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Herwig Reynaert
Overdracht van stadsmonitor voor leefbare en duurzame Vlaamse steden met het oog op een 2e editie in 2008 Universiteit Gent Abstract: Op basis van een algemene toekomstvisie werd op een participatieve manier indicatoren voor een duurzame en leefbare stad ontwikkeld: een stadsmonitor die de 13 Vlaamse centrumsteden als meet- en leerinstrument kunnen gebruiken. In 2006 wordt gewerkt aan de actualisering. Om de overdracht van het beheer van de stadsmonitor aan een partner wordt een draaiboek opgesteld. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Herwig Reynaert
Indicatorenontwikkeling voor de stadsmonitor op het domein van 'zorg & opvang' Universiteit Gent Abstract: Het luik 'Zorg en Opvang' van de stadsmonitor wordt verder onderzocht en uitgewerkt, zodat relevante indicatoren daarover in de stadsmonitor kunnen worden opgenomen. Deze moeten ook relevant zijn voor het lokaal sociaal beleid in de Vlaamse centrumsteden. Dit gebeurt op basis van overleg en participatie met de 13 steden, zodat ze de stadsmonitor als meet- en leerinstrument kunnen gebruiken. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Herwig Reynaert
Politiek in sociaal werk met groepen? Een actualisatie en reconstructie van de relatie tussen sociaal werk met groepen en politieke actie Universiteit Gent Abstract: Via een geneste meervoudige gevallenstudie formuleren we antwoorden op volgende vragen: - hoe ziet politisering in sociaal werk met groepen er vandaag uit? - hoe komt politisering in sociaal werk met groepen tot stand? - in welke contexten zien we politisering in sociaal werk met groepen (niet) voorkomen of ontstaan? De doelstelling is tot een geactualiseerde typologie te komen van politisering in sociaal groepwerk. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Piet Bracke
Sociaal-artistieke projecten als discursieve constructie Universiteit Gent Abstract: Sociaal-artistieke projecten problematiseren sociaal- en cultuurwetenschappelijke concepten als cultuurdemocratisering, identiteitsvorming, welzijn en soicale cohesie. De centrale onderzoeksvraag van dit onderzoek is 'Hoe verhoudt het sociaal-artistieke discours zich tot het culturele- en het welzijnsdiscours?' We voeren een discoursanalyse van wetenschappelijke-, beleids-, pers- en praktijkargumenten die het sociaal-artistieke discours vormgeven. Interpretatieve repertoires worden hierbij gebruikt als methdologisch framework, binaire opposities en metaforen als analytische tools. Organisaties: • Vakgroep Onderwijskunde
Onderzoekers: • Ronald Soetaert • Jan Blommaert
Kwalitatief onderzoek sociale effecten basismobiliteit. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Geen abstract beschikbaar Organisaties: • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX
Leeftijdsgenoten en AIDS preventie. Het ontwikkelen en testen van invloedsmodellen voor de verspreiding van HIVpreventie gerelateerde kennis en houdingen onder Vlaamse scholieren Universiteit Gent Abstract: AIDS-preventie impliceert gedragsverandering. Voor jongeren zijn leeftijdsgenoten een belangrijke referentiegroep. Dit project onderzoekt de mechanismen van sociale invloed onder jongeren mbt AIDS-preventie kennis, houdingen en gedrag. Verschillende netwerk modellen van sociale invloed worden ontwikkeld en getest op een grote steekproef van Vlaamse middelbare scholieren. Organisaties: • Vakgroep Sociologie
Onderzoekers: • Ronan Van Rossem
Kenmerken en positie van niet-formele educatie in Vlaanderen. Vrije Universiteit Brussel Abstract: Informeel leren en niet-formele educatie kennen een stijgend belang in het discours over levenslang en levensbreed leren. Deze tendens is te merken in de theorievorming, het onderzoekswerk en de educatieve praktijk. In Vlaanderen is de sector van het sociaal-cultureel werk voor volwassenen een van de belangrijkste aanbieders van niet-formele volwasseneneducatie. Binnen deze sector zijn, sinds 2003, dertien regionale volkshogescholen actief. Ze kregen de roepnaam Vormingplus mee. Zij zorgen in Vlaanderen en Brussel voor de uitbouw, spreiding, coördinatie en communicatie van het niet-formeel educatief werk. Binnen dit onderzoek worden de evoluties en kenmerken van niet-formele educatie binnen de volkshogescholen in kaart gebracht en geanalyseerd. Een literatuurscreening diept het begrip 'niet-formele educatie' uit en toetst het aan het huidige volkshogeschoolwerk. Een documentanalyse gaat de eigenschappen en positie(s) van de volkshogescholen na. Een delphi-onderzoek met medewerkers uit de verschillende volkshogescholen
resulteert in suggesties om de positionering en legitimering van de volkshogescholen in Vlaanderen te versterken Organisaties: • Agogiek • Educatiewetenschappen
Onderzoekers: • Rudy MACHIELS • Tom VANWING
De professionele identiteit van de maatschappelijk assistent vanuit legitimatieperspectief Hogeschool Gent Abstract: Onderzoek naar de professionele identiteit van maatschappelijk assistenten als reccurent en contexgebonden gegeven, vanuit legitimatieperspectief. Analyse van de prescriptieve visies omtrent professionele identiteit uit sociologie, agogiek, filosofie. Empirisch onderzoek naar de facto legitimaties van professionele identiteit aan de hand van casuïstiek in focusgroepen. Descriptieve analyse van deze 'practice wisdom'. Synthese van prescriptief buiten- en descriptief binnenperspectief. Organisaties: • Departement Sociaal-agogisch werk • Vakgroep Sociale wetenschappen
Onderzoekers: • Agnes Verbruggen
Duurzame ontwikkeling, de ontwikkeling van een lokale participatiebarometer (bestek nr. Stafdienst/DO/2007/004) Universiteit Gent Abstract: De participatiebarometer is een instrument om de verschillende vormen van beleidsparticipatie van de individuele burgers en de lokale civiele maatschappij in kaart te brengen en te monitoren. Er wordt een indicatorenlijst uitgewerkt en ingevuld voor een pilootgemeente. Organisaties: • Vakgroep Politieke wetenschappen
Onderzoekers: • Herwig Reynaert
Realisatie onderzoeksrapport Gender en tijdsbesteding" en een bijdrage aan de publicatie "Vrouwen mannen in België. Genderstatistieken en genderindicatoren" Editie 2008. Vrije Universiteit Brussel Abstract: We koesteren graag het beeld dat hedendaagse vrouwen en mannen zich hebben bevrijd uit hun traditionele keurslijf, dat de traditionele rollenpatronen met sterk verschillende gedragsvoorschriften voor vrouwen en mannen in grote mate verleden tijd zijn. Vrouwen hebben nu ook alle kansen om te studeren en carrière te maken en mannen helpen zonder schroom in het huishouden. Nieuwe mannen, zorgende vaders en lieve mama's die het moederschap combineren met een veeleisende carrière zijn de nieuwe cultuurhelden van onze tijd. Ze voeden het idee dat de gedragspatronen van vrouwen en mannen sterk naar elkaar zijn toegegroeid, dat de kloof tussen de leefwereld van vrouwen en mannen erg klein geworden is. Populaire denkbeelden, metaforen, iconen en helden zijn belangrijke signalen die een beeld geven van opvattingen, houdingen en verzuchtingen, ze mogen echter niet verward worden met feitelijke gedragingen of reële omstandigheden. In deze bijdrage gaan we na in welke mate de tijdsbesteding en taakverdeling van vrouwen en mannen daadwerkelijk naar elkaar zijn toegegroeid. Daarvoor analyseren we niet wat vrouwen en mannen daarover denken of vertellen, maar proberen we een zicht te krijgen op hoe ze zich in hun dagelijks leven gedragen. Om een realistisch en vrij genuanceerd beeld van het dagelijks handelen van vrouwen en mannen te vormen, maken we gebruik van het tijdsbestedingsonderzoek 2005 (TBO'05) dat werd uitgevoerd door de Algemene Directie Statistiek en Economische Informatie (ADSEI) van de FOD Economie. Voor dit onderzoek hielden 6.400 Belgen vanaf 12 jaar uit 3.474 huishoudens gedurende 2 dagen hun tijdsbesteding bij in een dagboekje. Een gelijkaardig onderzoek werd uitgevoerd in 1999 en de cijfers zijn ook vergelijkbaar met Belgische tijdsbestedingsgegevens uit 1966. Daar waar mogelijk en opportuun gebruiken we deze gegevens om trends in de tijd te analyseren. Het tijdsbestedingsonderzoek uit 1999 heeft betrekking op 8.382 Belgen van 12 jaar of ouder, uit 4.275 gezinnen. De dataset uit 1966 bevat gegevens van 2.077 Belgen tussen 19 en 65 jaar. De onderzoeksgroep TOR van de Vrije Universiteit Brussel analyseerde de tijdsbestedingsgegevens. Organisaties: • Tempus Omnia Revelat • Sociologie
Onderzoekers: • IGNACE GLORIEUX • Theun-pieter VAN TIENOVEN