Onderzoeksnummer : Datum schoolbezoek : 12 maart 2012 Rapport vastgesteld te Tilburg op 16 mei 2012

RAPPORT Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011-2012 bij R.K. basisschool De Bongerd

Plaats BRIN-nummer Onderzoeksnummer Datum schoolbezoek Rapport vastgesteld te Tilburg

DEFINITIEF

: Nederweert : 03HG : 124686 : 12 maart 2012 op 16 mei 2012

Rapport Onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag 2011 | 2012 | R.K. basisschool De Bongerd | 12 March 2012

Inhoud 1

Inleiding 5

2

Bevindingen 7

3

Conclusie 13 Bijlage 15

pagina 3 van 17


1

Inleiding Op 12 maart 2012 heeft de inspectie basisschool De Bongerd bezocht in het kader van een landelijk onderzoek naar de staat van het primair onderwijs in Nederland. Het doel van dit onderzoek is het verzamelen van informatie over een aantal indicatoren, waarover de inspectie rapporteert in het Onderwijsverslag 2011-2012. Deze indicatoren hebben betrekking op de opbrengsten, het onderwijsleerproces, de zorg en begeleiding en de kwaliteitszorg. Conform de uitgangspunten van het programmatisch handhaven is tevens standaard gecontroleerd of de school voldoet aan bepaalde wettelijke voorschriften, waaronder de onderwijstijd. De bijlage bij dit rapport bevat een overzicht van de indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover. De bevindingen uit het onderzoek in het kader van het Onderwijsverslag worden gebruikt om te bezien of het reeds aan de school toegekende basisarrangement kan worden gehandhaafd. Eventueel geconstateerde tekortkomingen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse. Toezichthistorie Op 11 en 29 januari 2010 bezocht de inspectie basisschool De Bongerd voor een kwaliteitsonderzoek. Aanleiding vormden de dalende eindresultaten. Als oorzaken voerde de inspectie aan dat het ingevoerde concept van het 'groepsdynamisch onderwijs' tot onbedoeld neveneffect had, dat de instructie aan de leerlingen, zeker aan hen die ervan afhankelijk zijn, op de achtergrond was geraakt. Ook de gewijzigde samenstelling van de leerlingenpopulatie speelde hierbij een rol. Daarnaast bleek de leerlingenzorg niet in staat een vangnet te zijn voor de groeiende groep uitvallers. De kwaliteit van de probleemanalyse en de evaluatie van de geboden zorg was niet toereikend. Ook oordeelde de inspectie, dat een verdere verbetering van de kwaliteitszorg nodig was. Gelet op de fors teruglopende eindresultaten gaf de inspectie aan dat een planmatige aanpak van het versterken van de kwaliteit van de instructie en een goede borging hoge prioriteit moesten hebben. Bovendien pleitte de inspectie voor meer aandacht voor de voorwaarden om tot een goed kwaliteitsbeleid te komen. Onderzoeksopzet Het onderzoek bestond uit de volgende activiteiten: • Een controle van de aanwezigheid van de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan bij de inspectie. • Een toets op de aanwezigheid van informatie over enkele wettelijk verplichte onderdelen in de schoolgids, het schoolplan en het zorgplan. • Een controle op de onderwijstijd die de school heeft gepland. • Onderzoek en analyse van andere documenten en gegevens over de school die bij de inspectie aanwezig zijn. • Schoolbezoek, waarbij • schooldocumenten en handelingsplannen zijn bestudeerd. • in een aantal groepen de onderwijspraktijk is geobserveerd door het bijwonen van lessen Nederlandse taal en rekenen en wiskunde. Deze lesbezoeken vonden plaats in de groepen 1-2A, 1-2B, 3, 4, 6, 7 en 8. • gesprekken met de directie, de intern begeleider en met leraren zijn gevoerd. • Een eindgesprek met de directie en een vertegenwoordiging van het bevoegd gezag, na afloop van het schoolbezoek.

pagina 5 van 17


Toezichtkader De inspectie heeft zich bij haar onderzoek onder andere gebaseerd op het Toezichtkader po/vo 2011 en de notitie Analyse en waarderingen van opbrengsten primair onderwijs. Beide documenten zijn te vinden op www.onderwijsinspectie.nl. Opbouw rapport In hoofdstuk 2 van dit rapport beschrijft de inspectie de bevindingen die uit haar onderzoek op basisschool De Bongerd naar voren zijn gekomen. Bij de geconstateerde verbeterpunten is tevens een onderbouwing opgenomen. In hoofdstuk 3 volgt de conclusie.

pagina 6 van 17


2

Bevindingen De bijlage van dit rapport bevat een overzicht van de bij dit onderzoek gebruikte indicatoren en de bevindingen van de inspectie daarover. Uit dit overzicht valt op te maken dat op basisschool De Bongerd de kwaliteit van het onderwijs op een groot deel van de onderzochte indicatoren op orde is. Het betreft hier vooral de aspecten opbrengsten, onderwijstijd, schoolklimaat en veiligheid, het didactisch handelen en het merendeel van de indicatoren van het leerstofaanbod. Vooral de doorgaande lijn in het aanbod, naast het aanbod voor systematisch woordenschatonderwijs, de afstemming en de planmatige zorg en begeleiding vragen nog om verdere ontwikkeling. Deze kwaliteitsaspecten zijn de afgelopen jaren grotendeels opgepakt maar voldoen nog niet aan de normen van de inspectie. De kwaliteitszorg en de voorwaarden in de school om de kwaliteit te verbeteren zijn aanmerkelijk verbeterd ten opzichte van het vorige inspectieonderzoek. De borging ervan staat nu centraal. Dit is een goede prestatie van zowel het bevoegd gezag, als van de directie, de intern begeleider en de leraren. De afgelopen jaren heeft de school veel geïnvesteerd in het verbeteren van de interne condities om de kwaliteitszorg in de school beter op de inhoud te kunnen richten. Doorlopend geeft de directie het team een impuls om de professionele schoolcultuur en de verandercapaciteit verder te ontwikkelen. Het team heeft hard gewerkt aan de noodzakelijke schoolverbetering. De opbrengsten zijn nu over het geheel genomen voldoende. Dat is een knappe prestatie van het team. Ook is de kwaliteit van het lesgedrag van de leraren ten opzichte van het vorige inspectieonderzoek verbeterd en zijn de leraren nu actief om de zorg en begeleiding verder te versterken. Het handelingsgericht werken vormt daarbij een goed uitgangspunt om de kwaliteit van de afstemming en zorg te optimaliseren. Deze aanpak vraagt echter een verdere borging en meer aandacht om tot een doorgaande lijn in het team te komen. Een stevig accent op het doelmatig en beredeneerd aanbieden van de zorg en begeleiding in een groepsplan en zo nodig individuele handelingsplannen is daarbij voorwaardelijk. Hieronder licht de inspectie de verschillende kwaliteitsaspecten nader toe. Daarbij gaat ze zowel in op de positief beoordeelde onderdelen als de onderdelen waarvan de kwaliteit verbetering behoeft. Toelichting onderwijskwaliteit en verbeterpunten Opbrengsten De kwaliteit van de gemiddelde eindresultaten is als geheel voldoende. Er is sprake van wisselende leerresultaten aan het eind van de basisschool. Daarom blijft er sprake van risico. De inspectie gaat hierbij uit van de Cito Eindtoets over de jaren 2010, 2011 en 2012. In 2010 zijn de eindresultaten voldoende, die van 2011 zijn onvoldoende en in 2012 weer voldoende. De tussenopbrengsten, afgeleid van de toetsen voor technisch lezen (groep 3 en 4), begrijpend lezen (groep 6) en rekenen en wiskunde (groep 4 en 6), zijn gemiddeld voldoende. Vier van de vijf toetsen voldoen aan de normen. De resultaten voor begrijpend lezen in groep zes vallen onder de norm van de inspectie. De intern begeleider heeft daarom samen met de betrokken leraren een trendanalyse opgesteld en heeft op basis daarvan maatregelen getroffen om het leesonderwijs in betrokken groep te optimaliseren. Een nieuwe methode voor begrijpend lezen wordt momenteel ingevoerd en het leesonderwijs vindt op meerdere tijden plaats in betrokken groep dan voorheen.

pagina 7 van 17


Het werken met een ontwikkelingsperspectief voor leerlingen met meer dan een jaar leerachterstand of een beschikking voor het speciaal (basis)onderwijs is volop in ontwikkeling. De school heeft in groep 8 nu echter geen leerlingen met een eigen leerlijn. Daarom is de inspectie niet tot een oordeel overgegaan. De sociale opbrengsten zijn, afgeleid van drie meetmomenten, voldoende. De school werkt al enkele jaren met een betrouwbaar en valide instrument om de sociaal-emotionele ontwikkeling systematisch in beeld te brengen. Onderwijsleerproces Het onderwijsleerproces voldoet aan de basisnormen van goed lesgeven. De leraren hebben de afgelopen jaren geïnvesteerd in het eigen maken van doelmatig lesgedrag: de directe instructie. Dat is goed werk. Elementen van samenwerkend leren komen in verschillende groepen positief aan de orde. Er is echter wel sprake van verschillen tussen de leraren. Het team heeft een kentering in gang gezet om het onderwijs aan vooral de leerlingen die instructieafhankelijk zijn meer effectief te doen verlopen. De leraren zijn met de in gang gezette ontwikkelingen op de goede weg om het onderwijs op basisschool De Bongerd te optimaliseren. De interne begeleider en de directeur zijn hierbij een belangrijke inspiratiebron. Er zijn echter nog tekortkomingen in het didactisch handelen. Het verbetertraject is in volle gang. De directeur neemt daarbij -in samenspraak met het managementteam en een extern adviseur- doorlopend het initiatief, wat ook nodig is voor de voortgang in de schoolontwikkeling. Allereerst schiet de doorgaande lijn in het leerstofaanbod nog tekort. De leraren hebben weliswaar afgelopen periode goed geïnvesteerd in een beredeneerd aanbod in de onderbouw, maar de invoering ervan is nog in volle gang. Op dit moment is sprake van een persoonsgebonden aanpak, waaruit tevens blijkt dat niet in alle projecten vanuit de gestelde tussendoelen en leerlijnen beredeneerd en doelmatig gewerkt wordt. De aansluiting van het leerstofaanbod in de andere groepen dient tevens verder verbeterd te worden door goede afspraken te maken over de planning van de tussendoelen die in elk leerjaar aan bod moeten komen. Vooral het werken met tussendoelen en leerlijnen in de groepsplannen voor een langere periode is daarbij een belangrijk aandachtspunt. De huidige groepsplannen, in de vorm van een mindmap, kunnen worden aangevuld met een meer expliciete omschrijving van de activiteiten en leerstofinhouden, zoals die in de groep worden aangeboden. Het doelmatig en beredeneerd aanbod wordt op deze wijze meer specifiek vastgelegd. Ten tweede pakken de leraren de procesgerichte feedback aan de leerlingen over de geleverde prestaties of taakwerkhouding nog te weinig planmatig aan. Dat geldt tevens voor de aanmoediging van de leraren om de leerlingen te laten reflecteren over het geleerde, naast het gebruik van verschillende oplossingsstrategieën. Mogelijk dat deze onderdelen onderbelicht blijven, omdat niet alle leraren expliciet de doelen van de les aangeven, terwijl zij dat vanuit het eigen maken van de directe instructie wel degelijk in elke les zouden moeten aanreiken. De leraren worden bij de uitgezette koers om het onderwijsleerproces te versterken steeds meer eigenaar van de beoogde veranderingen. Wel verschillen leraren daarbij onderling en is het nodig dat de directie de coaching van de leraren nadrukkelijk in persoonlijke ontwikkelingstrajecten op maat uitwerkt. Het opbrengstgericht werken en het planmatig om kunnen gaan met verschillen tussen leerlingen blijft daarbij de nodige aandacht vragen. Klassenbezoeken in combinatie met kwaliteitsnormen waar elke leraar aan dient te voldoen blijven nodig. Schoolklimaat De sociale veiligheid van de leerlingen, leraren en ouders is doorlopend een aandachtspunt in de school. Met steeds terugkerende tevredenheidonderzoeken brengt de directie geregeld de veiligheidsbeleving in beeld. pagina 8 van 17


Het team werkt met het concept van 'effectieve conflicthantering' om het gedrag en omgang tussen de leerlingen goed te reguleren. De directeur is op schoolniveau de conflictbemiddelaar, ook als er buitenschoolse aanvaringen tussen de leerlingen zijn. Ze kunnen op school altijd met hun problemen terecht. Wekelijks organiseren de leraren in hun groep een SEO-kring waarbij de leerlingen hun ervaringen in de omgang met elkaar inbrengen. De leraar bespreekt naar aanleiding van deze kring de aandachtspunten voor de week en werkt daar systematisch aan. In de school ontbreekt echter nog een systematisch programma om de sociaal-emotionele ontwikkeling ter hand te nemen. De 'gouden regels' die voor alle leerlingen gelden, bieden hiertoe wel een goed vertrekpunt. De uitwerking is echter nog leraargebonden. Daarom oriënteert de directie zich op een programma dat nauw aansluit bij het instrument om de sociaal-emotionele ontwikkeling van de leerlingen te meten om een doorgaande lijn in de aanpak te stimuleren. Zorg en begeleiding De zorg en begeleiding is en blijft hét centrale verbeterthema in de school en heeft afgelopen jaren een positieve impuls gekregen. De intern begeleider heeft vooral geïnvesteerd in een versterking van de signalering, de analyse en de evaluatie. Verbeteringen die aan het eind van dit schooljaar hun neerslag krijgen in een schoolgebonden zorgplan. Het team is vooral deskundiger geworden in een cyclische aanpak van de zorg en begeleiding mede op basis van het handelingsgerichte werken. De afstemming van het onderwijs ontwikkelt zich meer en meer in de gewenste richting. Het beredeneerd planmatig werken aan de hand van groepsplannen en zo nodig individuele handelingsplannen afgestemd op de hulpvraag van risicoleerlingen met specifieke onderwijsbehoeften vraagt vooral nog een verdere ontwikkeling. Ook vragen de meerbegaafde leerlingen om meer doelmatige uitdaging. Allereerst is het nodig dat de leraren de positief in gang gezette ontwikkeling in het realiseren van de afstemming van hun onderwijs op de hulpvragen van de leerlingen verder vervolmaken. Ondanks het feit dat de leraren al met drie subgroepen werken vraagt de afstemming nog verbetering. Dit betreft vooral de afstemming in de instructie op de onderwijsbehoeften van de meerbegaafde leerlingen en de risicoleerlingen, die ook specifieke zorg vragen. De criteria welke leerlingen dit betreft, vragen een verdere aanscherping. Ook is een verdere differentiatie nodig van de onderwijstijd. Vooral de opzet van het werken met weektaken kan hiertoe een opmaat zijn. Zo kunnen de leraren meer variatie in de taken aanbrengen op basis van de onderwijsbehoeften van de leerlingen. Meer beredeneerde doelmatige uitdaging voor leerlingen met reserves is daarbij tevens belangrijk. Ook kunnen leraren, in de tijd dat de leerlingen dagelijks met de weektaken aan de slag gaan, meer ruimte inbouwen voor extra instructie aan de leerlingen die meer zorg behoeven. Ten derde is het relevant dat de leraren voor die leerlingen met meer dan drie maanden leerachterstand of een achteruitgang in de vaardigheidsscores planmatige zorg ook aan de hand van een (groeps)handelingsplan beredeneerd uitwerken. De nu ontwikkelde werkwijze waarbij elke leraar op basis van foutenanalyses een 'groepsmindmap' opstelt biedt hierbij een goed kader voor gedifferentieerd planmatig handelen. Een doelmatige verantwoording ervan in een groepsplan of individuele handelingsplannen waaruit een cyclische aanpak blijkt aan de hand van smartgeformuleerde doelen en een daaruit afgeleid ontbreekt nu echter. Daarbij is tevens een verdere aandacht nodig voor een meer integrale aanpak in de planmatige zorg voor geïndiceerde leerlingen als leerlingen met adhd en dyslexie.

pagina 9 van 17


Kwaliteitszorg en voorwaarden De voorwaarden om de kwaliteit van het onderwijs te verbeteren waren na het laatste inspectieonderzoek in 2010 ongunstig. Met de gerichte aandacht die het bestuur, de directie en het managementteam voor de school hebben is de ontwikkeling naar een professioneel schoolklimaat versterkt. De eilandencultuur wordt meer en meer doorbroken en het lerend vermogen van het team wordt stevig gestimuleerd. Er blijft echter een stapsgewijze systematische aandacht nodig om het team probleemeigenaar te laten blijven van het in gang gezette verbetertraject. De kwaliteitszorg heeft daarbij een positieve ontwikkeling doorgemaakt in het bijzonder in de aansturing van de schoolopbrengsten vanuit de leerresultaten en het opbrengstgerichte werken en de planmatige aanpak van de verbeteringen. Twee indicatoren beantwoorden niet aan de normen van de inspectie; een andere indicator is weliswaar als voldoende beoordeeld maar vraagt een verdere verfijning. Allereerst acht de inspectie het nodig dat de zelfevaluatie van het onderwijs en leren meer systematisch in een cyclus van vier jaar aan de hand van een objectief instrumentarium gericht aan bod komt. Dit betekent niet alleen dat de klassenobservaties aan de hand van kijkwijzers goed teruggekoppeld blijven worden aan de individuele leraren, zoals nu gebeurt, maar dat er ook trends op schoolniveau benoemd blijven. Zo houdt het team inzicht in de noodzaak van gedragsverandering, de urgentie ervan en de noodzakelijke verbeteringen waar het aan moet werken. Ten tweede vraagt de borging verdere aandacht. De systematische klassenbezoeken bieden weliswaar al een goed beeld of veranderingen doorgevoerd zijn, maar de gerealiseerde verbeteringen vragen ook dat afspraken hierover vastgelegd worden. Ze bieden vervolgens een kader waarmee de leraren elkaar kunnen aanspreken of zij ook doen wat ze beloven. De analyse van de leerlingenpopulatie (indicator 9.1) waarbij voor de school al helder is wat de achtergronden en onderwijsbehoeften van de leerlingen op basisschool De Bongerd zijn, kan meer systematisch uitgewerkt worden wat betreft de talige achtergrond van de leerlingen. Nogal wat leerlingen, die nu namelijk niet in aanmerking komen voor een extra facilitering op grond van gezinskenmerken, hebben een taalachterstand. Ook heeft de school een aantal, dat vaak de Nederlandse taal niet machtig is. Het team neemt nu sinds dit schooljaar de Cito woordenschattoets af. Ook wil de directie nu de thuistaal en de meertalige achtergrond van de leerlingen beter in beeld brengen. De school kan op basis van een dergelijk aanvullende zelfevaluatie meer werk maken van het noodzakelijke aanbod voor systematisch woordenschatonderwijs. Burgerschap en sociale integratie De school verantwoordt haar visie en aanpak van burgerschap en sociale integratie in haar schoolplan. Het aanbod voor onderdelen van burgerschap zoals een methode voor levensbeschouwelijke vorming en voor de wereldoriënterende vakken is er wel, maar is nog weinig beredeneerd uitgewerkt. Positief is dat er een leerlingenraad is waardoor democratische principes als gekozen worden of een groep vertegenwoordigen in de praktijk aan bod komen. Ook investeert het team in het samenwerkend leren. Hierdoor leren de leerlingen hoe ze respectvol met elkaar om kunnen gaan en rekening met elkaar kunnen houden. Gelet op het feit dat er steeds meer kinderen zijn van een andere etniciteit of cultuur, kan de school alerter zijn de kinderen kennis te laten maken met andere culturen. De school kan daar bewuster werk van maken.

pagina 10 van 17


Naleving Ten aanzien van de naleving van wettelijke voorschriften heeft de inspectie geconstateerd dat niet wordt voldaan aan onderstaande wettelijke voorschriften: • NT1b In de schoolgids is informatie opgenomen over een of meer standaard gecontroleerde onderdelen (art. 13, WPO). • NT2b In het schoolplan is informatie opgenomen over een of meer standaard gecontroleerde onderdelen (art. 12, WPO).

pagina 11 van 17


3

Conclusie Kwaliteit De inspectie concludeert dat de kwaliteit van het onderwijs op basisschool De Bongerd op de onderzochte onderdelen grotendeels op orde is. Uit het onderzoek is gebleken dat de school op die gebieden weinig tekortkomingen kent. Ten aanzien van de eindresultaten blijft alertheid geboden omdat deze per schooljaar wisselend zijn. De inspectie handhaaft het al aan de school toegekende basisarrangement. Het bevoegd gezag vervolgt de monitoring van het in gang gezette schoolontwikkelingstraject. De bevindingen zullen worden betrokken bij de eerstvolgende risicoanalyse, waarbij opnieuw de vraag aan de orde is of het toezichtarrangement eventueel moet worden aangepast. Naleving Er zijn tekortkomingen geconstateerd in de naleving van wettelijke voorschriften, die vanwege het programmatisch handhaven standaard zijn gecontroleerd. Ten aanzien van de schoolgids Er is een onvolledigheid in de inhoud van de schoolgids geconstateerd. Het document geeft geen informatie over de volgende onderdelen: • Een passage over de verantwoording van de wettelijke vereisten van de onderwijstijd ontbreekt. Deze informatie bevat in ieder geval: de schooltijden en de vakantie, vrije en studiedagen. Het beleid van de inspectie is de genoemde onvolkomenheden op dit moment nog niet als tekortkoming te beoordelen bij de betreffende indicator over het naleven van wet- en regelgeving. Wel heeft de inspectie met het bevoegd gezag afgesproken dat in de volgende versie van dit schooldocument het ontbrekende onderdeel is opgenomen. Ten aanzien van het schoolplan Er is een onvolledigheid in de inhoud van het schoolplan geconstateerd. Het document geeft geen informatie over de volgende onderdelen: • Een weergave van hoe het systeem van de zorg en begeleiding is ingericht ontbreekt. Het beleid van de inspectie is de genoemde onvolkomenheden op dit moment nog niet als tekortkoming te beoordelen bij de betreffende indicator over het naleven van wet- en regelgeving. Wel heeft de inspectie met het bevoegd gezag afgesproken dat er een aanvulling komt op het huidige schoolplan en dat deze naar de inspectie wordt gestuurd.

pagina 13 van 17


Bijlage In onderstaande tabellen vermeldt de inspectie welke indicatoren in dit onderzoek zijn betrokken en tot welke bevindingen het onderzoek heeft geleid. De nummering in de tabellen verwijst naar het volledige waarderingskader primair onderwijs 2011. Indicatoren die bij een kwaliteitsonderzoek de doorslag geven of een school (zeer) zwak is, de zogeheten normindicatoren, zijn gemarkeerd met een asterisk. Voor een overzicht van alle normindicatoren zie het Toezichtkader po/vo 2011 op www.onderwijsinspectie.nl. De bevindingen zijn weergegeven in de vorm van een score. De score geeft aan in welke mate de betreffende indicator gerealiseerd is. Legenda: 1. slecht 2. onvoldoende 3. voldoende 4. goed 5. niet te beoordelen (alleen bij opbrengsten) In verband met het programmatisch handhaven heeft de inspectie daarnaast enkele controles uitgevoerd op bepaalde wettelijke voorschriften. Of de school wel of niet voldoet aan deze wettelijke vereisten wordt tot uitdrukking gebracht met de score 'ja' of 'nee'. Kwaliteitsaspect 1 Opbrengsten 1.1 * De resultaten van de leerlingen aan het eind van de basisschool liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.2 * De resultaten van de leerlingen voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde tijdens de schoolperiode liggen ten minste op het niveau dat op grond van de kenmerken van de leerlingenpopulatie mag worden verwacht. 1.5 De sociale competenties van de leerlingen liggen op een niveau dat mag worden verwacht.

Kwaliteitsaspect 2 Leerstofaanbod 2.1 * Bij de aangeboden leerinhouden voor Nederlandse taal en rekenen en wiskunde betrekt de school alle kerndoelen als te bereiken doelstellingen. 2.2 * De leerinhouden voor Nederlandse taal en voor rekenen en wiskunde worden aan voldoende leerlingen aangeboden tot en met het niveau van leerjaar 8. 2.3 De leerinhouden in de verschillende leerjaren sluiten op elkaar aan. 2.4 * De school met een substantieel aantal leerlingen met een leerlinggewicht biedt bij Nederlandse taal leerinhouden aan die passen bij de onderwijsbehoeften van leerlingen met een taalachterstand. 2.6 De school heeft een aanbod gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit in de samenleving.

1

2

3

4

5

3

4

z

z z

1

2

z z z z

z

Kwaliteitsaspect 3 Tijd 3.1 De leraren maken efficiënt gebruik van de geplande onderwijstijd.

1

2

3 z

pagina 15 van 17

4


Kwaliteitsaspect 4 Schoolklimaat 4.4 De school heeft inzicht in de veiligheidsbeleving van leerlingen en personeel en in de incidenten die zich op het gebied van sociale veiligheid op de school voordoen. 4.5 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op het voorkomen van incidenten in en om de school. 4.6 De school heeft een veiligheidsbeleid gericht op de afhandeling van incidenten in en om de school.

Kwaliteitsaspect 5 Didactisch handelen 5.1 * De leraren geven duidelijke uitleg van de leerstof. 5.2 * De leraren realiseren een taakgerichte werksfeer. 5.3 * De leerlingen zijn actief betrokken bij de onderwijsactiviteiten.

1

2

3

4

z z z

1

2

3 z z z

4

1

2

3

4

Kwaliteitsaspect 6 Afstemming 6.1 De leraren stemmen de aangeboden leerinhouden af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.2 De leraren stemmen de instructie af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.3 De leraren stemmen de verwerkingsopdrachten af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen. 6.4 De leraren stemmen de onderwijstijd af op verschillen in ontwikkeling tussen de leerlingen.

z z z z

Kwaliteitsaspect 7 Begeleiding 7.1 * De school gebruikt een samenhangend systeem van genormeerde instrumenten en procedures voor het volgen van de prestaties en de ontwikkeling van de leerlingen. 7.2 De leraren volgen en analyseren systematisch de voortgang in de ontwikkeling van de leerlingen.

Kwaliteitsaspect 8 Zorg 8.1 De school signaleert vroegtijdig welke leerlingen zorg nodig hebben. 8.2 Op basis van een analyse van de verzamelde gegevens bepaalt de school de aard van de zorg voor de zorgleerlingen. 8.3 * De school voert de zorg planmatig uit. 8.4 De school evalueert regelmatig de effecten van de zorg.

Kwaliteitsaspect 9 Kwaliteitszorg 9.1 De school heeft inzicht in de onderwijsbehoeften van haar leerlingenpopulatie. 9.2 De school evalueert jaarlijks de resultaten van de leerlingen. 9.3 De school evalueert regelmatig het onderwijsleerproces. 9.4 De school werkt planmatig aan verbeteractiviteiten. 9.5 De school borgt de kwaliteit van het onderwijsleerproces. 9.6 De school verantwoordt zich aan belanghebbenden over de gerealiseerde onderwijskwaliteit. 9.7 De school draagt zorg voor de kwaliteit van het onderwijs gericht op bevordering van actief burgerschap en sociale integratie, met inbegrip van het overdragen van kennis over en kennismaking met de diversiteit van de samenleving.

1

2

3

4

z z

1

2

3

4

z z z z

1

2

3 z z

z z z z z

pagina 16 van 17

4


Naleving wet- en regelgeving NT1a De inspectie is in het bezit gesteld van de geldende schoolgids (art. 16, lid 2 en 3, WPO). NT2a De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende schoolplan (art. 16, lid 1 en 3, WPO) NT3a De inspectie is in het bezit gesteld van het geldende zorgplan (art. 19, lid 3, WPO). NT4a Er is voldoende onderwijstijd geprogrammeerd om te kunnen voldoen aan de daarvoor gestelde minima (art. 8, lid 7 onder b, WPO). NT4b Er is maximaal zevenmaal een onvolledige schoolweek geprogrammeerd voor de groepen 3 t/m 8 (artikel 8, lid 7 onder b, WPO).

ja

nee

z z z z z

pagina 17 van 17

Onderzoeksnummer : Datum schoolbezoek : 12 maart 2012 Rapport vastgesteld te Tilburg op 16 mei 2012

Recommend Documents