Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica goedkoop speelgoed en grote huishoudelijke apparaten
Datum Status
1 september 2011 Definitief
Definitief | Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica | 1 september 2011
Colofon VROM-Inspectie Directie Uitvoering Bodem en Afval Nationaal Nieuwe Uitleg 1 Postbus 16191 2500 BD Den Haag Publicatienummer: VI-2011-110 Deze publicatie is een uitgave van de VROM-Inspectie en is ook te downloaden via www.vrominspectie.nl
Pagina 2 van 9
Definitief | Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica | 1 september 2011
Inhoud
Samenvatting ................................................................................................................ 4 1
Inleiding ........................................................................................................... 5
1.1
Achtergrond ....................................................................................................................... 5
1.2
Doel .................................................................................................................................. 5
1.3
Afbakening ......................................................................................................................... 5
2
Uitvoering / Werkwijze ....................................................................................... 6
2.1
Vooronderzoek ................................................................................................................... 6
2.2
Selectie bedrijven ............................................................................................................... 6
2.3
Selectie producten .............................................................................................................. 6
2.4
Indicatief bemonsteren ........................................................................................................ 6
2.5
Fysisch-/ chemisch analyseren .............................................................................................. 7
3
Resultaten ........................................................................................................ 8
3.1
2010 ................................................................................................................................. 8
3.2
2011 ................................................................................................................................. 8
4
Conclusies ........................................................................................................ 9
4.1
Conclusies .......................................................................................................................... 9
Pagina 3 van 9
Definitief | Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica | 1 september 2011
Samenvatting
Elektrische en elektronische apparaten mogen geen gevaarlijke stoffen bevatten zoals lood, kwik, cadmium, chroom en enkele brandvertragers boven een bepaalde concentratie. Die maxima zijn vastgelegd in Europese regels met het oog op bescherming van de gezondheid en om afgedankte oude apparatuur verantwoord te kunnen verwerken. Het verbod is in Nederland opgenomen in het Besluit beheer Elektrische en Elektronische Apparatuur (BEEA). Deze regels gelden sinds juli 2006. De VROM-Inspectie houdt toezicht op de naleving van dit besluit. In navolging op de onderzoeken in 2007, 2008 en 2009 heeft de VROM-Inspectie ook in 2010 en 2011 een handhavingproject uitgevoerd op dit onderwerp. Ongeveer 140 elektr(on)ische apparaten zijn getest op de aanwezigheid van de verboden stoffen (90 in 2010, 50 in 2011). Dit is gebeurd bij een 24-tal importeurs (9 in 2010, 15 in 2011). In 2010 is met name gekeken naar goedkoop speelgoed uit Azië, het zogenaamde “kermis- en braderiespeelgoed”, aangezien deze categorie in eerder onderzoek grote naleeftekorten liet zien. In 2011 is er gekeken naar grote huishoudelijke apparaten. In 2010 is bij het onderzoek van goedkoop speelgoed bij 90% (8 van de 9) van de onderzochte bedrijven elektr(on)ische apparaten aangetroffen met een te hoog gehalte aan gevaarlijke stoffen. In totaal ging het om 61% van alle geteste apparatuur. Van het “kermis- en braderiespeelgoed” bleek 74% niet te voldoen, van het overige geteste speelgoed 35% niet. In (bijna) alle gevallen ging het om teveel lood in soldeerverbindingen in het binnenwerk van het apparaat. De VROM-Inspectie heeft afgedwongen, dat de betreffende apparatuur die niet voldeed, door de bedrijven van de markt is gehaald. Deze apparatuur is vervolgens vernietigd of retour oorspronkelijke producent gestuurd. In 2011 is bij het onderzoek van grote huishoudelijke apparaten geen normoverschrijding van zware metalen aangetroffen.
Pagina 4 van 9
Definitief | Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica | 1 september 2011
1
Inleiding
1.1
Achtergrond In de Europese richtlijn 2002/95/EC – Restriction of Hazardous Substances (RoHS) is bepaald dat vanaf 1 juli 2006 bepaalde gevaarlijke stoffen niet meer gebruikt mogen worden in elektr(on)ische apparatuur. In Nederland is deze richtlijn geïmplementeerd door middel van het Besluit beheer Elektrische en Elektronische Apparatuur (BEEA). De VROM-Inspectie is belast met het toezicht op dit Besluit. In artikel 2 van het BEEA is een verbod (boven een maximale concentratie) opgenomen voor bepaalde gevaarlijke stoffen. Het gaat om de volgende stoffen: lood, kwik, cadmium, zeswaardig chroom en de brandvertragers polybroombifenylen (PBB) en polybroomdifenylethers (PBDE’s). Dit gedeelte van het besluit is op 1 juli 2006 is van kracht geworden. Door dit verbod is het niet toegestaan om in Nederland apparatuur met concentraties boven de toegestane norm in te voeren, voor handelsdoeleinden voorhanden te hebben, aan een ander ter beschikking te stellen of uit te voeren. Iedereen in de keten, van importeur tot detaillist, is derhalve verantwoordelijk en kan op onvolkomenheden aangesproken worden.
1.2
Doel In navolging van de onderzoeken in 2007, 2008 en 2009 is een gerichter onderzoek gedaan naar goedkoop speelgoed uit China, met name naar het zogenaamde “kermis- en braderiespeelgoed” (2010) en naar “groot huishoudelijke apparatuur” (2011). Het doel van deze onderzoeken was: (spontane) naleving van de betreffende regelgeving verhogen; inzicht verkrijgen in de nalevingniveau voor deze productgroep(en).
1.3
Afbakening In beginsel kan de VROM-Inspectie bij ieder bedrijf dat elektr(on)ische apparatuur voorhanden heeft controleren. Om het werk zo efficiënt mogelijk te houden en om zo dicht mogelijk bij bron (de buitenlandse producent) te zitten, is er voor gekozen om met name importeurs te bezoeken. Uit eerder onderzoek van de VI blijkt, dat de naleving bij goedkope elektr(on)ische apparatuur uit China slecht is. 100% van het onderzochte speelgoed uit deze categorie in 2009 voldeed niet. Tevens is groot huishoudelijke apparatuur onderzocht, omdat de naleving van de regelgeving daarbij onbekend was.
Pagina 5 van 9
Definitief | Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica | 1 september 2011
2
Uitvoering / Werkwijze
2.1
Vooronderzoek In 2007 is een onderzoek gedaan naar de keten van elektr(on)ische apparatuur. Met dit onderzoek is meer inzicht verkregen in de keten en de kennis over de RoHSrichtlijn in deze keten. In 2008 en 2009 zijn elektr(on)ische apparaten getest. Het eerste jaar is geen selectie gemaakt in productcategorieën. Een gemiddelde van 10% van de apparaten voldeed niet aan artikel 2 van het BEEA (zie ook “De laatste loodjes”1). In 2009 is gerichter onderzoek gedaan naar de categorieën 2, 4 en 7 van bijlage 1A van de WEEE-richtlijn (respectievelijk klein huishoudelijk, consumenten apparatuur en speelgoed). Gemiddeld voldeed 20% van de geteste apparaten niet aan het Besluit. Echte uitschieter was het zogenaamde “kermis- en braderiespeelgoed”. Hierbij werd bij 100% van de geteste apparaten een overschrijding aangetroffen (zie ook “Loodzwaar”2). De opgedane kennis en ervaringen uit de vooronderzoeken is bij de uitwerking van dit onderzoek meegenomen in de selectie van productcategorie en bedrijven.
2.2
Selectie bedrijven Door de VROM-Inspectie zijn de volgende systemen geraadpleegd om een keuze te maken van de te controleren bedrijven: DSI (Douane Sagitta Invoer); Kamer van Koophandel; Internet. Alle bedrijven zijn vooraf ingelicht over het bedrijfsbezoek. Hierin werd het project, het wettelijk kader en de daadwerkelijke controle toegelicht.
2.3
Selectie producten De selectie van producten werd in bijna alle gevallen gedaan tijdens het bedrijfsbezoek. In een enkel geval werd de selectie vooraf gedaan door de producten te selecteren die op de website van het bedrijf stonden.
2.4
Indicatief bemonsteren In de meeste gevallen is het indicatief bemonsteren van de elektr(on)ische apparatuur uitgevoerd bij het bedrijf. In een enkel geval heeft het bedrijf de producten opgestuurd naar de VROM-Inspectie en zijn de producten op kantoor getest. De indicatieve bemonstering is uitgevoerd met een draagbare XRF 3. Indien een apparaat indicatief een overschrijding leek te hebben, is het apparaat door KEMA Nederland B.V. op de door ons aangeven spot fysisch/chemisch geanalyseerd.
1
2
3
“De laatste loodjes”, gepubliceerd in juni 2009. In dit rapport worden de resultaten van het onderzoek in 2008 gepubliceerd. “Loodzwaar”, gepubliceerd in december 2009. In dit rapport worden de resultaten van het onderzoek in 2009 gepubliceerd. XRF staat voor X-Ray Fluorescence. Door middel van laag energetische röntgenstralen kunnen de verboden zware metalen worden gemeten. Pagina 6 van 9
Definitief | Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica | 1 september 2011
2.5
Fysisch-/ chemisch analyseren De apparaten met een indicatieve overschrijding zijn tijdens het bedrijfsbezoek gefotografeerd en het relevante onderdeel is verzegeld. Per bedrijf is een document gemaakt met daarop de foto’s van de onderdelen die met de XRF een overschrijding hadden. De spot die geanalyseerd diende te worden was gemarkeerd met een rode cirkel (zie Figuur 2-1)
Figuur 2-1: printplaat met rode cirkel om de juiste spot aan te geven
Pagina 7 van 9
Definitief | Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica | 1 september 2011
3
Resultaten
3.1
2010 Voor 2010 stond het zogenaamde “kermis- en braderiespeelgoed” op het programma. De selectie van bedrijven uit het systeem van de douane, DSI 4 bleek erg lastig, aangezien elektr(on)isch “kermis- en braderiespeelgoed” niet onder een douanegoederencode valt (vaak wordt de term “speelgoed” gebruikt en maar een klein deel daarvan is elektr(on)isch). Uit de duizenden regels die uit DSI gehaald zijn, is een lijst van ongeveer 100 bedrijven opgesteld. Van al deze 100 potentieel te bezoeken bedrijven is getracht via internet te kijken of ze apparatuur in hun assortiment hadden die onder onze doelgroep viel. Uiteindelijk zijn er 30 bedrijven geselecteerd. Na het eerste contact (via telefoon of bij het bedrijf zelf) bleek echter, dat er maar 9 bedrijven waren die aan de doelgroep voldeden. In totaal zijn er 89 speelgoedproducten getest. Hiervan vielen er 58 binnen de groep “kermis- en braderiespeelgoed” zoals lichtzwaarden, walkie talkies, mini fans etc.. 31 Stuks vielen wel in categorie 7 van de richtlijn 2002/95/EC, “speelgoed, apparatuur voor sport en ontspanning”, maar niet onder het “kermis- en braderiespeelgoed”. In totaal voldeed 61% van de geteste apparatuur niet aan artikel 2 van het BEEA.
Verdeling goed/fout per productgroep 100% 90%
35%
80% 70%
61%
60%
74%
50%
Fail
40%
65%
30% 20%
39%
10%
Pass
26%
0% Totaal
Kermis- en braderiespeelgoed
Overig cat. 7
Figuur 3-1: Percentage goed (groen) en fout (rood) per onderzochte productgroep (alles categorie 7)
3.2
2011 In 2011 zijn grote huishoudelijke apparaten getest. Er is met name gekeken naar koel- en vriesapparatuur. De helft van de geteste apparaten voldeed aan deze beschrijving, de andere helft waren willekeurige apparaten uit de betreffende categorie. Alle geteste apparaten voldeden op de door ons gecontroleerde spots aan artikel 2 van het BEEA. 4
DSI: Douane Sagitta Invoer Pagina 8 van 9
Definitief | Onderzoek naar gevaarlijke stoffen in elektronica | 1 september 2011
4
Conclusies
4.1
Conclusies 61% van de geteste speelgoedapparaten bevatte een te veel aan zware metalen (in 1 geval cadmium en de rest allemaal lood) en voldeed daarmee niet aan artikel 2 van het BEEA; o 74% van het “kermis- en braderiespeelgoed” voldeed niet; o 35% van de overige geteste elektr(on)ische speelgoed voldeed niet; 90% (8 van de 9) bezochte bedrijven had één of meerdere apparaten in handelsvoorraad die niet voldoen aan de regelgeving van het BEEA; In de categorie “grote huishoudelijke apparaten” is het naleefgedrag hoog; alle gecontroleerde apparaten voldeden aan de regelgeving.
Pagina 9 van 9