Onderwijstijd; een middel om kwaliteit te genereren
Els de Ruijter Maartje van den Burg
1 oktober 2015
Onderwerp workshop 1. 2. 3. 4.
Wetgeving per 01-08-2014 Toezicht BOT & Beroepspraktijkvorming Afwijken
Wetgeving per 1 augustus 2014 • • • •
Focus op Vakmanschap Doelmatige leerwegen Onderwijstijd: een middel om kwaliteit te genereren Geen bekostigingsparameter meer
Kwaliteit is het leidend principe naast • onderwijskundig leiderschap • professionaliteit van het team • intensiveren en verkorten opleidingen Kortom: De lat omhoog en gaan voor KWALITEIT
Heldere normen “Goed beroepsonderwijs moet in de visie van dit kabinet voldoen aan scherpe kwaliteitseisen, aansluiten bij behoeften van studenten en afgestemd zijn op de vragen van de regionale arbeidsmarkt. Het gaat om beroepsonderwijs dat onze studenten uitdaagt en opleidt tot hoogwaardig vakmanschap (….) Dat vraagt om heldere normen die genoeg ruimte laten voor nieuwe ontwikkelingen en nieuwe inzichten, om professionele onderwijsteams die garant staan voor goed onderwijs, om intensieve onderwijsprogramma’s en stevige begeleiding, om herkenbare scholen en een herkenbaar opleidingenaanbod dat aansluit bij de regio, en om sterk bestuur van instellingen, dat verantwoordelijkheid kan nemen voor een overzichtelijke en uitvoerbare opdracht.” Bron: Kamerbrief Wetsvoorstel ‘Doelmatige leerwegen en het moderniseren van de bekostiging van het beroepsonderwijs‘, d.d. 30 januari 2013, ref. nummer 478972.
Toezicht onderwijstijd • •
•
•
•
Inventarisatie afwijken bij Staat van de instelling (kwaliteitsborging) Bij de Staat van de instelling en een specifieke opleiding: bij wel of niet afwijken en kwaliteit op orde: klaar Bij onvoldoende kwaliteit en toestemming van de deelnemersraad wordt eerst een analyse gepleegd - wordt het tekort veroorzaakt door te weinig onderwijstijd? - nader onderzoek op hoofdlijnen Bij onvoldoende kwaliteit en de deelnemersraad heeft niet ingestemd met de afwijking van de urennorm volgt onderzoek naar de onderwijstijd op uurniveau De jaarlijkse risicomonitoring kan leiden tot onderzoek naar onderwijstijd als er sprake is van ernstige signalen van studenten, lage tevredenheid en lage opbrengsten
Toezicht onderwijstijd* - werkwijze • • • • • • •
Integratie met kwaliteit Focus op leerjaar 1 Focus op niveau 1 en 2 Beoordelen van de realisatie achteraf Kijken naar het afgelopen jaar Sancties proportioneler Handhaven op grond van de wet en doelstelling focus op vakmanschap
* Toezicht op onderwijstijd: werkwijze van de inspectie (bijlage 1 van brief 12 juni 2013 van de minister aan de Tweede Kamer Toezegging wetsvoorstel doelmatige leerwegen, referentie-nummer 519580)
Begeleide onderwijstijd • Artikel 7.2.7 van de WEB: ‘onder verantwoordelijkheid en met actieve betrokkenheid van onderwijspersoneel’ • Urennorm in de wet opgenomen • Eerste leerjaar staat vast, verdere leerjaren kunnen compenseren over de jaren heen • Achtergrond 700 uur norm eerste leerjaar • Mogelijkheid tot afwijken
Begeleide onderwijstijd – actieve betrokkenheid •
• • • •
Actieve betrokkenheid onderwijspersoneel (Art. 7.2.7 lid 5 en 6 WEB) Interactie met student Sturen op leerproces Door middel van mogelijke interventie Directe begeleiding
Begeleide onderwijstijd-onderwijspersoneel •
• •
•
Het onderwijsteam heeft heldere afspraken gemaakt over de begeleiding van de studenten Bevoegde docenten maken deel uit van het onderwijsteam Ieder leerjaar/cohort heeft te allen tijde bevoegde docenten in het team; het onderwijsteam functioneert adequaat. Dat blijkt uit bekwaamheden, bevoegdheden en de kwaliteit van het werk. De waardering van studenten en het onderwijzend personeel over de geboden opleiding wordt meegewogen De begeleiding vindt plaats door een bevoegde docent of door een onderwijsgevende die werkt onder de verantwoordelijkheid van een bevoegd docent. De begeleiders en docenten dienen bovendien binnen hetzelfde team te werken dat bij het leerjaar van de opleiding hoort. De bevoegde docent verzorgt ook zelf (een deel van het) onderwijs van dat leerjaar.
Begeleide onderwijstijd – bpv •
•
• • •
• •
De beroepspraktijkvorming, is begeleiding op de werkplek, is altijd al onderdeel van de begeleide onderwijstijd geweest In de huidige wetgeving is de beroepspraktijkvorming dan ook apart benoemd als onderdeel van de begeleide onderwijstijd Ook voor de bpv zijn er nu heldere normen opgenomen Onderricht in de beroepspraktijk Leerdoelen, leeractiviteiten, leerresultaten gerelateerd aan het kwalificatiedossier Reële begeleiding door de praktijkopleider op de werkplek Regelmatige begeleiding door onderwijsinstelling op voortgang en aansluiting op de gestelde leerdoelen in relatie tot het kd
Afwijken Primair: De kwaliteit van het onderwijs moet aantoonbaar voldoende zijn (rendementen, tevredenheid, geen signalen) (artikel 7.2.7, derde lid, WEB)
Daarnaast • Toestemming deelnemersraad (art. 8a.2.2. lid 3 sub m WEB) • Verantwoording Jaarverslag (art. 7.2.7. lid 3 WEB) • Gebaseerd op onderwijsvisie: “Dan moet de instelling wel kunnen aantonen dat hier een onderwijsinhoudelijke visie over kwaliteit aan ten grondslag ligt, mede in relatie tot de doelgroep die het betreft en dat die kwaliteit ook wordt gerealiseerd. Er moet dus op grond van de behaalde resultaten en de tevredenheid daarover van studenten en hun toekomstige werkgevers kunnen worden vastgesteld dat de kwaliteit van de opleiding op orde is.” Bron: Kamerbrief Wetsvoorstel ‘Doelmatige leerwegen en het moderniseren van de bekostiging van het beroepsonderwijs‘, d.d. 30 januari 2013, ref. nummer 478972
Afwijken: vrijstellingen op grond van de Leerplichtwet 1969 •
•
• •
Individuele vrijstellingen i.v.m. bijvoorbeeld (psychische) ziekte en eerder behaalde resultaten Voldoende en aantoonbare onderbouwing Art. 11 Lpw 1969 (art. 11 onder f en 11 onder g) Art. 15 Lpw 1969