Onderwijs op de Passie Amsterdam September 2012
2
Inhoudsopgave Inhoudsopgave Inleidend Leerdoelen Periodeplanners Organisatie van het onderwijsproces Vaklessen Keuzelessen Tutoring Plusprogramma Verzuim Bijlage 1: reflectieformulier
blz. 03 blz. 04 blz. 05 blz. 05 blz. 07 blz. 08 blz. 08 blz. 10 blz. 11 blz. 12 blz. 13
3
Inleidend Voor je ligt een klein boekje waarin wordt uitgelegd hoe het onderwijs op de Passie Amsterdam werkt. Het doel is dat je weet waar je aan toe bent en wat je mag verwachten van de docenten en andere medewerkers, en dat deze medewerkers op hun beurt weten waar ze de leerlingen op aan mogen spreken. Het doel is dat iedereen dezelfde taal spreekt, zodat we er met elkaar voor zorgen dat jullie verder komen in jullie leerproces. Het uitgangspunt van het onderwijs is dat leerlingen verantwoordelijk zijn voor hun leerproces en docenten voor het onderwijsproces. Het onderwijsproces is dienstbaar aan het leerproces. Deze twee moeten op elkaar worden afgestemd. En zowel leerlingen als docenten hebben daarin dus een verantwoordelijkheid. We proberen dat met dit boekje duidelijk te maken. In ieder geval is leren breder dan onderwijs op school. Leren is een onderdeel van ons mens-zijn. We leren ons hele leven lang door! We zouden graag zien dat je het leuk vindt om verder te komen en dat school je erbij kan helpen om je belangstelling en talenten te ontwikkelen.
Doelen Wat we verder willen bereiken met dit onderwijsconcept is: -bieden van meer mogelijkheden voor een leerroute die past bij jouw persoonlijke mogelijkheden -vergroten van jouw verantwoordelijkheid voor je eigen keuzemogelijkheden en leerproces -aanbieden van meer persoonlijke begeleiding in het bovenstaande, waarmee je studiehouding- en vaardigheden worden verbeterd (bijlessen, vaardigheden onderwijs) als dat nodig is -vergroten van efficiëntie in de inzet van onderwijstijd en verhoging van de onderwijskwaliteit -bieden van mogelijkheden om je belangstelling en talenten te verdiepen en/of te verbreden
4
Leerdoelen Het is voor alles belangrijk om te weten waar je mee bezig bent en naar toe beweegt. Dat geldt zowel voor jullie als voor docenten. De Tomtom kan tenslotte de route ook niet uitrekenen, als je niet de eindbestemming hebt ingevoerd. Wat in het onderwijsproces geleerd moet worden is voor een belangrijk deel beschreven in wetten en bepalingen van de overheid. De vakdocenten hebben dit hele traject in stappen verdeeld. In leerdoelen is beschreven wat je bij elke stap moeten kennen en kunnen. Leerdoelen zijn daarom uitgangspunt voor het maken en leren van toetsen.
Periodeplanners Het schooljaar is in vijf perioden ingedeeld. Voor elke periode zijn per vak leerdoelen geformuleerd in de zgn. periodeplanner. Die zijn het uitgangspunt voor wat in de lessen geleerd en gedaan moet worden in de betreffende periode. Daarin is verschil gemaakt tussen vaklessen en keuzelessen. Verder wordt in de leerstofplanners waar mogelijk aangegeven wanneer welke toetsen zijn gepland en welke extra stof je kunt doen. Deze extra stof is eventuele extra oefening voor leerlingen die dat nodig hebben, maar ook verdiepings- en uitbreidingsstof voor leerlingen die meer uitdaging nodig hebben. De periodeplanners zijn opgedeeld in weken, niet per les. Per week wordt in de vaklessen bepaalde leerstof behandeld, waarbij werk past dat je tijdens de keuzelessen zelfstandig moet doen. Een deel van de lesstof moet je dus ook zelf doorwerken. Je kunt dat óók doen zonder dat je er al een vakles over hebt gehad, of als die vakles is uitgevallen (bijv. door ziekte van de docent). Aan het begin van elke periode worden de planners per klas gebundeld in een boekje en aan jou uitgereikt. Ze zijn ook in te zien via de ELO (Elektronische Leer Omgeving) in Magister. Je bent verplicht om dat boekje altijd bij je te hebben! Het is belangrijk om te weten wat je in de keuzelessen moet doen en voor het tutormoment.
Afwijkingen Het gaat om een planner, waarbij wordt gestreefd om het zo te doen. Maar er zijn altijd (onvoorziene) omstandigheden waardoor van de planning wordt afgeweken. In zulke gevallen is het goed om de instructies van de docenten op te volgen. Toetsen bijvoorbeeld staan wel in de planners vermeld, maar ze moeten nog wel worden opgegeven door de docent om een precies moment (dag, lesuur) af te spreken. Dit geldt alleen voor onderbouwklassen. In leerjaar 3 en hoger wordt gewerkt met toetsweken aan het einde van elke periode. Het is altijd goed om met je docenten en/of je mentor(en) in gesprek te gaan als de realiteit te ver achter loopt op de periodeplanner.
5
Organisatie van het onderwijsproces De belangrijkste reden waarom je op school zit is verrassend genoeg … leren. We willen daarom de tijd dat je op school bent, ook zo efficiënt mogelijk te benutten voor het onderwijsaanbod. Er zijn op elke dag vaste lestijden. Met uitzondering van de pauzes is het de bedoeling dat je elk lesuur in een lokaal aanwezig bent en onder toezicht ben van een medewerker om bezig te zijn met het bereiken van de leerdoelen. Dit zijn de lestijden: e
1 dagstart (D1) e 2 e 3 e 4 Pauze e 5 6e Pauze e 7 e 8 e 9 e 10 Tutormoment (D2) *)
van 8:45 8:55 9:55 10:25 10:55 11:15 12:15 12:45 13:15 14:15 14:45 15:15
tot 8:55 9:55 10:25 10:55 11:15 12:15 12:45 13:15 14:15 14:45 15:15 15:35
*) op maandag vindt deze plaats van 14.15 tot 14.35 uur op donderdag van 12.45 tot 13.05 uur Weekindeling: maandag dinsdag woensdag donderdag vrijdag
08.45 08.45 08.45 08.45 08.45
14.35 15.35 15.35 13.05 15.35 (lln. die het plusprogramma volgen zijn om 15.30 uur uit)
We werken met leseenheden van 30 minuten. Zoals je in de tabel kunt zien werken we ook met uren van 60 minuten e e e (het 2 , 5 en 7 ). Deze tellen in de lessentabellen mee als twee lesuren.
Dagstart Elke dag begint om 8.45 uur met de dagstart. Dit is een moment waarop je klas met de mentor de dag op christelijke wijze opent met Bijbel lezen en gebed. Er is dan gelegenheid om bijzonderheden met elkaar uit te wisselen, om afspraken te maken, etc. De dagstart is verplichte lestijd, je bent daar dus verplicht aanwezig.
Dagstop: tutormoment e
Elke dag wordt ook geëindigd met een dagstop. Deze is echter niet voor alle leerlingen gelijk. Aan het einde van het 9 lesuur wordt de dag voor alle leerlingen met een kort dankgebed beëindigd. Alle leerlingen van een klas zijn door de mentoren in groepjes ingedeeld (van 5 à 6 leerlingen). Voor elk groepje wordt een vast moment in de week ingepland waarop met de mentor wordt doorgesproken over de studievorderingen. Dit
6
moment is het tutormoment, die je dus één keer in de week hebt. Het tutormoment waarbij jij bent ingedeeld is dus ook verplichte lestijd voor jou, je hoort daar dus aanwezig te zijn. Dit moment bereid je wekelijks voor door een reflectieformulier in te vullen. (zie ook apart hoofdstuk: tutoring) Verder kennen we twee soorten lessen: vaklessen en keuzelessen. Ook is er een plusprogramma. In de volgende hoofdstukken hierover meer.
7
Vaklessen Tijdens vaklessen wordt inhoudelijke uitleg gegeven over de leerstof op basis van de leerdoelen en de periodeplanning. Verder worden instructies gegeven hoe je ermee verder kunt werken in de keuzelessen. Natuurlijk wordt ook gecheckt of de stof wordt begrepen en of het werk voor de keuzelessen ook gedaan wordt. Dit laatste gebeurt minstens één keer per week. Docenten vinken daarvoor aan in magister of het huiswerk is gedaan. Dit wordt gecheckt door de mentoren als voorbereiding op het tutormoment (zie apart hoofdstuk: tutoring). Vaklessen zijn bij uitstek de momenten om inhoudelijke vragen over de leerstof te stellen aan de docent. Dus ook de vragen die je hebt verzameld tijdens het maken van je werk in de keuzelessen, waar de begeleidende medewerker toen geen antwoord op kon geven. De vaklessen worden doorgaans ingeroosterd in lesgroepen en klassen via het basisrooster. Alle overige uren die binnen de lestijden vallen zijn keuzelessen.
Keuzelessen Keuzelessen heten zo, omdat je zelf mag kiezen naar welke keuzeles je gaat en aan welke leerstof je gaat werken. Keuzelessen (KL) zijn verplichte lestijd, je hoort dus altijd in een lokaal te zijn onder begeleiding van een medewerker (het is dus geen keuze of je wel of niet naar de les gaat ). Voor KL moet je je vooraf intekenen via Magister, de mentoren checken regelmatig of je dat ook hebt gedaan.
Soorten KL Er zijn verschillende soorten KL: voor maatschappijvakken (gs, ak, ec, ma, gd), voor exact (m&n, na, sk, wi, bi, anw), voor talen (ne, en, fa, du, la, gr) en stiltelessen (alle vakken). Er zijn geen KL voor expressievakken (mu, te, bv, ckv) omdat deze vakken extra ingeroosterde vaklessen hebben in verband met de praktische kant van deze vakken. Je kunt dus KL volgen met leerlingen uit andere klassen, leerjaren en niveaus, waar je normaal gesproken nooit les mee hebt. Er wordt wel onderscheid gemaakt tussen KL voor de onderbouw (OB) en die voor de bovenbouw (BB).
Inschrijven via Magister Inschrijven doe je uiterlijk op vrijdag voor de nieuwe week. Je kunt dat doen in Magister, elke leerling heeft daarvoor een eigen inlogcode. Als niet bent ingeschreven, word je niet toegelaten tot de les! Dat betekent dat je AO komt te staan in Magister en dat je mogelijk moet nablijven… (en dat wil je natuurlijk niet, toch?) (zie ook apart hoofdstuk: verzuim). Mochten er problemen zijn met inschrijven, bijvoorbeeld omdat er sprake is van overinschrijving of omdat er een probleem is met je account of met Magister zelf, dan kun je dat ’s morgens meteen aan de leerlingenbalie melden en de inschrijving alsnog regelen.
Docenten Docenten zorgen ervoor dat het tijdens de KL ordelijk is en bewaken de structuur van de KL. Zij zijn vooral ook aanwezig om je te coachen hoe je je werk het beste kunt aanpakken. Ze zullen je ook aansporen om aan het werk te gaan en verder te werken als dat nodig is. Vanzelfsprekend willen ze je helpen waar dat kan en nodig is, maar wellicht niet alle vragen kunnen beantwoorden als ze gaan over de inhoud van het vak waar je mee bezig bent. Ze zullen leerlingen die niet zijn ingeschreven niet toelaten tot de KL.
8
Leerlingen Jij zorgt ervoor dat je in die KL zit waarvoor je jezelf hebt ingetekend. Je hebt ook de boeken/spullen mee die voor die soort KL nodig is. Je werkt aan werk dat past bij het soort KL en hebt een werkhouding. Heb je vragen over hoe je het moet aanpakken? Stel ze gerust aan de begeleidende docent. Heb je inhoudelijke vragen over je werk (bijv. omdat je iets niet snapt) dan mag je het ook vragen, maar beter is het om een lijst te maken met zulke vragen en die tijdens vaklessen aan je vakdocent te stellen.
Structuur Vanaf het binnenkomen ga je snel zitten en pak je je spullen. Je gaat eerst 10 minuten stil en individueel aan het werk zodat de KL goed opgestart kan worden en je in je werkritme komt. Pas na 10 minuten mag je vragen stellen aan de docent. Ook mag je na 10 minuten eventueel rustig samenwerken met een andere leerling. In stiltelessen is het vanzelfsprekend helemaal stil en kun je ook niet samenwerken.
Wat doe je tijdens een KL? In KL werk je aan de leerstof die daarvoor is opgegeven in de periodeplanner. Daarnaast kan de docent vanuit de vaklessen nog extra taken opdragen die moeten gebeuren (huiswerk). Als je huiswerk af is, dan is er nog altijd werk dat gedaan hoort te worden uit de planner. Dit past bij de verantwoordelijkheid die jij hebt om aan de leerdoelen te (gaan) voldoen. Het is dus belangrijk om goed te plannen wat je gaat doen. Het is de bedoeling dat je in de KL werk doet dat bij de lessen past en dus bij de vakken hoort. In een KL exact kun je niet aan Frans werken, maar wel aan wiskunde bijvoorbeeld. Je kunt in KL dus niet werken aan PWS en expressievakken, tenzij hier afwijkende afspraken worden gemaakt. Deze afspraken kunnen worden gemaakt tijdens het tutormoment (zie apart hoofdstuk: tutoring). Bij stiltelessen mag je zelf weten aan welk vak je werkt, maar je moet wel iets bij je hebben en aan het werk zijn. Zorg bijv. dat je altijd ook een leesboek bij je hebt, zodat je als je klaar bent de overgebleven tijd goed invult.
Plannen Planning houdt in, dat je weet voor welke vakken je het meeste te doen hebt en dat je het inschrijven op soorten KL daarop afstemt. Ook weet je dus voor welke KL je je op een dag hebt ingeschreven en hebt daarvoor het werk bij je. Dat kun je niet tijdens de les gaan halen! Plan voor jezelf ook in je agenda in welk werk uit de periodeplanner (van de betreffende week) je precies gaat doen, zodat je het kunt afstrepen in je planner.
Vaardigheden In de onderbouw worden mentorlessen ingepland. Tijdens deze mentorlessen wordt gewerkt aan de vaardigheden die je nodig hebt om dit allemaal te kunnen doen. Het gaat om vaardigheden als: plannen, samenwerken, reflecteren op werk (van jezelf en evt. anderen), zelfreflectie, lezen, informatie zoeken en beoordelen, hoofd- en bijzaken onderscheiden, vragen stellen, het gebruik van de ELO (elektronische leeromgeving).
9
Tutoring Er wordt dus best wel wat zelfstandigheid van je verwacht en ook dat je je verantwoordelijkheid neemt. Om je daarbij e te helpen wordt voor elke leerling eens per week een tutormoment georganiseerd tijdens de dagstop (het 10 uur). Elke klas (mentorgroep) wordt in vijf groepjes ingedeeld. Elk groepje heeft op een verschillende dag het tutormoment.
Doelen van de tutoring Het uiteindelijke doel van het tutormoment is dat je uiteindelijk in staat bent om al het werk dat in de periodeplanners staat gedaan te hebben. Het is daarom belangrijk dat jullie tijdens het tutormoment door de mentor geholpen worden bij het plannen en maken van keuzes en dat je leert reflecteren op die keuzes, zodat het leerrendement verhoogd wordt. Het tutormoment is verplichte onderwijstijd. Je hoort hier dus bij aanwezig te zijn. Hieronder wordt de structuur beschreven.
Vooraf Je dient je op het tutormoment voor te bereiden door mee te nemen: o Een overzicht van je rooster en ingetekende KL o Een ingevuld reflectieformulier (zie bijlage I, lege reflectieformulieren zijn op de ELO te vinden) o Een voorstel voor het intekenen op de KL voor de week erop o Een periodeplanner waarop is afgevinkt welk werk je klaar hebt Mentoren bereiden zich voor door te checken in Magister: o Hoe de leerlingen zich uiteindelijk hebben ingeschreven voor KL i.v.m. het ingediende voorstel o Hoe het staat met de cijfers, AO, huiswerk, boeken mee
Tijdens Tijdens het tutormoment vindt een gesprek plaats waarin (o.a. aan de hand van het reflectieformulier) wordt teruggekeken en gereflecteerd op de keuzes die je hebt gemaakt, de voortgang van je werk, behaalde resultaten, etc. Ook wordt er vooruitgekeken naar je planning voor de week die eraan komt: welke keuzes zijn verstandig om te maken?
Na afloop Op basis van het gesprek kan je je planning eventueel aanpassen en doorvoeren bij het inschrijven voor KL in Magister. Als de mentor constateert dat jouw (studie)gedrag niet goed is en niet of onvoldoende verbetert, of als er zorgen zijn over de voortgang en de resultaten, dan neemt de mentor contact op met thuis. Onder onvoldoende (studie)gedrag verstaan we in ieder geval: o Het (regelmatig) onvoldoende voorbereiden van het tutormoment o Spullen geregeld niet mee of niet de juiste spullen in de juiste KL o Niet ingeschreven voor KL o Te vaak het huiswerk en/of het werk van de periodeplanner niet gedaan
10
Plusprogramma Niet alles wat je zou kunnen of willen leren past binnen de programma’s van de verschillende vakken. Ook is er niet altijd ruimte voor extra’s en leuke dingen. Toch is één van onze doelen om ook daar aandacht aan te geven. Daarom vindt op donderdagmiddag het plusprogramma plaats. Het heeft de naam plusprogramma omdat het extra’s biedt bovenop het ‘normale’ schoolprogramma. We willen graag dat je verbreed wordt in je belangstelling en je vaardigheden, dat je uitgedaagd wordt in kennis … Leren is meer dan de vakles. Tegelijkertijd biedt het ook mogelijkheden om bijlessen extra hulp te krijgen als je iets moeilijk vindt.
Hoe werkt het? Tijdens elke periode worden gedurende 6 weken verschillende modules aangeboden. Daarvoor is ruimte gemaakt in de lestijden. Om mee te doen aan een bepaalde module moet je je intekenen, je doet dan ook aan de hele module mee. Als je meedoet ben je elke donderdagmiddag dus twee klokuren bezig met de module. Doe je niet mee, dan ben je in die periode op donderdagmiddag na 13.05 uur vrij. Vanuit de modules kunnen opdrachten voortvloeien die je buiten de les van het plusprogramma moet doen, huiswerk dus. Aan het einde van de module krijg je een certificaat mee.
Lestijd De plusmodules zijn verplichte lestijd. Elke leerling dient per jaar 2 modules te volgen. Je mag zelf kiezen welke. Alleen examenklassen en derde klassen hoeven maar één module te kiezen. De examenklassen, omdat ze ook bezig moeten met het profiel- en sectorwerkstuk en één periode minder les hebben i.v.m. de examens. De derde klassen, omdat ze in de eerste helft van het jaar de cursus ‘Werkwijs’ volgen en daardoor minder periodes tot hun beschikking hebben en omdat in dat jaar ook maatschappelijke stage wordt gedaan. Voor het plusprogramma gelden dezelfde regels rond gedrag en verzuim als voor ‘normale’ lessen. Ben je tijdens een module te vaak afwezig, dan kun je je certificaat niet krijgen. In dat geval zul je aparte afspraken moeten maken met de mentor of de sectorcoördinator (seco) over hoe je de gemiste tijd in gaat halen. Als je ziek bent of om een andere reden niet aanwezig kunt zijn, moet dat op dezelfde manier worden geregeld als bij andere lessen.
Inschrijven Aan het begin van het jaar wordt een overzicht gemaakt van het plusprogramma van het hele jaar. In de eerste week wordt een soort markt gehouden waarbij alle leerlingen de gelegenheid krijgen om zich te informeren over de beschikbare modules. Je kunt je dan ook meteen inschrijven voor de modules. Om te voorkomen dat leerlingen naast het net vissen moet je ook een tweede en derde voorkeur invullen. We kunnen niet garanderen dat je altijd je eerste keus krijgt. Voor sommige modules vragen we een extra financiële bijdrage van je ouders, wanneer een bijzondere activiteit buiten de school gebeurt en/of wanneer er sprake is van gastdocenten.
11
Verzuim Onderwijs is zowel een recht als een plicht. Je hebt recht om goed onderwijs te krijgen en de overheid dient er dus voor te zorgen dat er scholen zijn waar je les kunt krijgen. Jij en je ouders hebben echter de leerplicht. Dat wil zeggen e dat je verplicht bent om tot je 18 naar school te gaan als je nog geen startkwalificatie hebt (dat houdt in: een diploma waarmee je toegang hebt tot beroepsonderwijs). Om deze reden is de school verplicht om voldoende onderwijstijd aan te bieden, maar ook om een verzuimregistratie bij te houden en de leerlingen en eventueel hun ouders op de hoogte te houden van het verzuim en daar maatregelen op te treffen als er teveel verzuimd wordt. Over dit laatste willen we een paar spelregels met je afspreken.
Aanwijzingen voor aanwezig zijn De lessen zijn er voor jou. Kom dus op tijd. Wat als dit niet lukt? o Kom je laat op school? Meld je dan bij de receptie zodat we weten dat je in school bent. (Ook als je bij ortho, dokter, enz. geweest bent.) o Er is natuurlijk geen reden om te laat in de les te komen als je als op school bent. Mocht dat toch gebeuren, dan ga je gewoon naar je les. De docent noteert je TO en dat wordt meegenomen in onze verzuimaanpak. Ben je meer dan 10 minuten te laat, dan heeft de docent het recht je de toegang tot de les te ontzeggen en meld je je bij de receptie. o Vergeten een KL in te vullen? Vraag je mentor of receptie om dit alsnog te doen. o Je wordt niet tot KL toegelaten waar je niet bent ingeschreven. Word je niet toegelaten, dan geldt dat als AO. o Fouten maken is menselijk en kan voorkomen. Sta je volgens jou ten onrechte AO of TO? Meld dit binnen 24 uur bij de receptie. Je krijgt dan nog tijd om dat met de betrokken docent(en) recht te zetten. Reageer je niet binnen 24 uur, dan wordt de melding definitief met alle bijbehorende gevolgen. o Ben je ziek? Dan melden je ouders je iedere dag ziek via mail/telefoon. o Bij teveel verzuim door TO en AO maakt de verzuimcoördinator (mevr. Buitendijk) een inhaalmoment aan in je agenda tijdens de inhaalmiddag. Tijdens de inhaalmiddag doe je schoolwerk. Je ouders worden op de hoogte gesteld. o Ben je er uit gestuurd? Meld je dan bij de receptie voor een uitstuurformulier. (School mag over jouw tijd beschikken van 8.30 – 16.00 uur. Mocht het nodig zijn om je later op school te houden, dan wordt daarover met thuis overlegd.)
Wat kan je zelf doen? o o o o o
Je reis naar school: tijdig van huis gaan. Het op tijd bekijken van je rooster en roosterwijzigingen. Inschrijven voor de keuzelessen (uiterlijk op vrijdag voor de week erna). Inschrijven op twee plusprogramma modules (uitzondering voor de examenleerlingen: één periode). Elke dag checken of je aanwezigheid en verzuim goed zijn geregistreerd.
12
Bijlage 1
Reflectieformulier Naam, klas : Datum :
Hoeveel KL had je deze week en hoe heb je ze verdeeld bij het inschrijven? Soort
aantal
Maatschappij Talen Exact Stilte Totaal: Geef aan waar je tijdens de verschillende soorten KL vooral aan hebt gewerkt (evt. mag je ook leerdoelen en werk coderen in je periodeplanner en daarnaar verwijzen). Soort
Wat?
Maatschappij
Talen
Exact
Stilte
Wat heb je thuis nog gedaan (ook hier kun je evt. verwijzen naar werk in je periodeplanner)
Wat heb je niet afgekregen van de leerstofplanning?
Waarom heb je dit niet afgekregen, leg uit
13
Wat had je kunnen doen om dit te voorkomen?
Wat ga je de volgende keer anders doen?
Welke cijfers heb je deze week gehaald? Vak
Cijfer (s)
Soort toets
Ben je hier tevreden over? Leg uit waarom wel of niet
Maak een planning voor de KL van volgende week op basis van de bovenstaande gegevens: Soort
aantal
Maatschappij Talen Exact Stilte Totaal: Wat ga je daar doen (op basis van dit reflectieformulier)? Soort
Wat?
Maatschappij
Talen
Exact
Stilte
14
15