Onderwijs- en kennisnetwerken Schiedamse haven
TU Delft & Innovation Quarter
Onderwijs- en kennisnetwerken Schiedamse haven Verslag deelsessie tijdens de Werkconferentie Schiedamse haven, d.d. 29 oktober 2015. Geregistreerde deelnemers: dhr. I. Plakman, dhr. B. Hooijer, dhr. D. Bierhuizen, dhr. G. Peek, dhr. A. Vonk, dhr. M. Wiersma, dhr. P. Grootenboer, dhr. G. Beukema, dhr. C. van Stoppenburg, mevr. I. de Vries, mevr. A. Sour, mevr. B. van Goolen, mevr. C. Berends, dhr. W. Rosenboom, dhr. E. Gilding, mevr. S. van der Marel, dhr. J. de Prez, dhr. R. op den Brouw, dhr. P. Hennekam, dhr. H. van der Voorn, dhr. M. Jak, dhr. R. Brans, mevr. M. de koning, dhr. P. Lakens, mevr. L. Brussaard- den Boer, dhr. W. van Wieren.
Introductie deelsessie De Gemeente Schiedam wil onderwijs/kennis deel laten uitmaken van de (her)ontwikkeling WiltonWilhelminahaven. Een aantal kennisinstellingen zoals het Albeda/STC hebben aangegeven graag in de gemeente Schiedam te willen vestigen om hun markt te vergroten. Wat ‘de bedrijven’ echter in het gebied willen en waar de behoeften liggen omtrent onderwijs/kennis is nog onduidelijk. Wel bekend is dat: een deel van de bedrijven een ‘mismatch’ heeft tussen de vraag en aanbod van technisch- en/of operationeel personeel (zowel nu als in de toekomst i.v.m. vergrijzing; participatiewet); er verschillende banden zijn met scholen, hogescholen en universiteiten op specifieke onderwerpen/thema’s; er grote diversiteit is in de bedrijfspopulatie van Schiedam, inclusief grote samenhang in de regio (=kracht). Tijdens de workshop op 29 oktober gingen de gemeente, kennisinstellingen en bedrijven met elkaar in gesprek over wat er al in het gebied aanwezig is qua onderwijs- en kennisnetwerken, waar de behoefte ligt vanuit de verschillende partijen, wat de ambities zijn, wat de mismatch is en hoe de ambities (gezamenlijk) te verwezenlijken. Dit met als gemeentelijk doel om de behoeften van het Schiedamse (haven)bedrijfsleven te faciliteren, op het vlak van opleidingsaanbod, kennisnetwerken en eventuele ‘shared facilities’. Dit document doet verslag van de deelsessie Onderwijs- en kennisnetweken Schiedamse haven. Het verslag is tevens input en zal onderdeel zijn van een adviesrapport dat vroeg in 2016 zal verschijnen.
Wat is er al in het gebied aanwezig? Onderwijs- en kennisnetwerken In de gemeente Schiedam en de nabije omgeving (met als afbakening van de omgeving de universiteiten van Delft en Rotterdam) zijn veel onderwijs- en kennisinstellingen gevestigd. Dit in tegenstelling tot het gebied Wilton-Wilhelminahaven. In het gebied is een klein aantal regulier en specialistisch onderwijs gehuisvest. Het gebied bestaat grotendeels uit bedrijvigheid met vaak eigen specialistische opleidingen met de nodige faciliteiten, of een langer intern opleidingstraject. Dit is deels ontstaan in reactie op de mismatch met de arbeidsmarkt en deels omdat zij graag hun eigen mensen opleiden. Tijdens de tafelgesprekken kwamen verschillende opleidingen/lopende initiatieven naar voren:
1/6
Onderwijs- en kennisnetwerken Schiedamse haven
TU Delft & Innovation Quarter
Opleidingen Reguliere opleiding Stream, gehuisvest op het terrein van ‘Damen Shiprepair’. Huisman academie. Werken samen met andere bedrijven in een soort academie ‘friends’. Er is aanbod van faciliteiten en opleidingsinfrastructuur. Bieden open dagen aan voor (lagere) scholen. Lopende initiatieven Kennismakingsgesprekken over ‘Hoe samen lesmateriaal ontwikkelen?’, initiatief gemeente Schiedam. Programma’s technisch onderwijs voor de regio, een samenwerking tussen Royal Dalhmann/Mammoet/HbO/PO. Diverse gastcolleges binnen onderwijsinstellingen, door Huisman. Ook al zijn in het gebied wat opleidingen aanwezig en lopen er een aantal initiatieven, de deelnemers van de tafelgesprekken zijn het eens over de kloof tussen aanwezige scholen in Schiedam en de haven. De scholen liggen in het noordelijke deel, de haven in het zuidelijke deel. De haven als werkgever is daarnaast ook nog onbekend of onbemind.
Welke wensen en behoeften leven er binnen de Schiedamse Haven? De behoefte van de gemeente is om erachter te komen wat het bedrijfsleven wenst. “Er is vraag naar meer samenwerking met het bedrijfsleven”, aldus Warner Rosenboom van Goflex. Ook vanuit onderwijsinstellingen heerst die behoefte. Tijdens de tafelgesprekken viel op dat ‘de bedrijven’ zeker bereid zijn om mogelijke samenwerkingen en samenwerkingspartners te verkennen en dat de urgentie er is om tot oplossingen te komen. De volgende behoeftes zijn waargenomen: Urgentie Bij bedrijven leeft de urgentie om goed personeel te vinden. Echter zien werkgevers in nabije toekomst een groot tekort aan werknemers; er is een grote vervangingsvraag. Enkele bedrijven in de haven geven eveneens aan meer hoger opgeleiden in dienst te hebben. Deze hebben niet altijd binding met Schiedam/de regio. Samenwerking met onderwijs- en kennisinstellingen Meerdere bedrijven gaven aan hun arbeidsmarktbehoeften nog beter met onderwijs te willen afstemmen. Hierbij geldt eveneens de behoefte dit met bedrijven in de omgeving te doen, om een ‘gezamenlijke marktvraag’ te definiëren. Vice versa bestond er ook behoefte om dit vanuit het onderwijs te organiseren. Zodoende hierbij een match is. Er zijn wel netwerken op gebied van onderwijs en kennis, maar deze zouden kunnen worden versterkt. Zo zijn er ook andere bedrijven die veel relevante kennis ontwikkelen (bijv. VRO engineering), maar die maken geen deel uit van de bestaande netwerken. Vraag is wie deze taak oppakt.
2/6
Onderwijs- en kennisnetwerken Schiedamse haven
TU Delft & Innovation Quarter
Educatie Flexibele curricula Vanwege doelstellingen in het onderwijs is de vrijheid naar bedrijfsspecifieke educatie beperkt. Er is een behoefte naar flexibelere curricula. “Er zou samen met het bedrijfsleven ruimte binnen de bestaande dossiers gecreëerd en ingevuld moeten worden”, aldus Grootenboer (Mammoet).
3/6
Onderwijs- en kennisnetwerken Schiedamse haven
TU Delft & Innovation Quarter
Jonge werknemers Reguliere opleidingen sluiten onvoldoende aan bij wat vandaag de dag van werknemers wordt verwacht. Scholieren missen met name nieuwe basisvaardigheden, bijvoorbeeld t.a.v. computergebruik, communicatie, schriftelijke vaardigheden en kennis van de Engelse taal, maar ook de werkhouding en het ‘zelfstartend vermogen’ is onvoldoende toegesneden op behoefte werkgever. Ook klassieke vaardigheden, zoals metaalbewerking, zijn onvoldoende ontwikkeld. Daarbij is er druk in het onderwijs om goede leerlingen een niveau hoger te laten doen (neiging om van een goede mavo-leerling een zwakke havist te maken). Een spanningsveld is logischerwijs het ontwikkelen van eigentijdse ‘basisvaardigheden’ terwijl men tegelijkertijd ook de inhoudelijke klassieke vaardigheden zoals metaalbewerking eveneens wil ontwikkelen. Daarnaast signaleert een deel van de deelnemers de behoefte van bedrijven aan hoger opgeleide werknemers, vanaf niveau 3. Andere deelnemers zien nog wel werkgelegenheid voor niveau 2. Tot slot signaleren bedrijven gebrek aan motivatie bij jonge werknemers om door te leren. Als zij op niveau 2 binnenkomen, zou je ze willen laten doorgroeien naar niveau 3 of 4, maar daar hebben jonge werknemers vaak geen zin in. Docenten Er is behoefte naar coöperatie van docenten. De bedrijven vinden dat docenten geregeld niet mee willen werken als het komt tot goede begeleiding bij stages. Het is erg persoonsgebonden en afhankelijk van de docent. Professionals Er is een behoefte voor bijscholing en nascholing van professionals. En de vraag naar slimme combinaties. Imago Er is ook een behoefte om het imago van de haven te verbeteren. Aanwas voor toekomstige werknemers zit in bekendheid genereren onder jeugd en de lokale bevolking. Er is een hardnekkige beeld uit het verleden dat vanuit (groot)ouders werken in de haven afgeraden moet worden! Verder wordt een specialistische opleiding gezien als te specifiek gericht op 1 bedrijf; dit past niet bij huidige wens van werknemers om flexibel inzetbaar te zijn op de arbeidsmarkt. Er is discussie in hoeverre de specialistische opleidingen echt opleiden voor 1 bedrijf of dat deze werknemers met enige omscholing ook elders inzetbaar zijn. Ambitie Waar zijn wij over vijf jaar? Volgens Bert Hooijer dient het bedrijfsleven zich te koppelen aan educatie en samen de theorie vorm te geven. Dit betekent een investering van beide partijen. Hij ziet daar grote mogelijkheden in. Ook de bedrijven zijn het ermee eens dat het bedrijfsleven een deel moet vormen van het onderwijs. Gezamenlijk werd tijdens een van de tafelgesprekken de volgende ambitie geformuleerd:
Ambitie: SMARTI, waarbij de I staat voor Inspirerend - Creëren van een nieuw onderwijsaanbod - Meer vrouwen in de techniek - Binnen vijf jaar geen onderwijs zonder bedrijfsleven - Innovatie - Koppelen aan model waar 5O’s! Onderwijs, Onderzoek, Overheid, Ondernemers en Ouders.
4/6
Onderwijs- en kennisnetwerken Schiedamse haven
TU Delft & Innovation Quarter
Mismatch Als we kijken naar de huidige en toekomstige vraag in relatie tot het huidige aanbod en de ambities dan worden tijdens de tafelgesprekken de volgende mismatches geconstateerd: Urgentie Er is een urgentie voor goed personeel, maar er wordt een tekort verwacht aan jonge werknemers. Ook is er een ambitie voor meer vrouwen in de techniek, deze worden nu te weinig vertegenwoordig. Samenwerking Bedrijfsleven moet een blijvende stem leveren voor het onderwijs. Dit is op het moment niet het geval, op dit vlak zijn veel meters te maken en bruggen te slaan tussen de verschillende partijen. Educatie Bestaande curricula worden gekwalificeerd als inflexibel (welke precies moet nader gecheckt worden). Er is weinig keuzeruimte en het curriculum raakt snel verouderd. Op het gebied van innovatie kunnen nog veel stappen worden gemaakt. Daarnaast sluit het niveau van de opleidingen onvoldoende aan bij wat er verwacht wordt van werknemers. Daarbij komt dat de bereidwilligheid van docenten om de verbinding te leggen met bedrijven toe erg persoonsgebonden is, wat de stagemogelijkheden beperkt. Vice versa kunnen bedrijven meer investeren in het onderwijs, dat zodoende meer praktijkgericht kan worden gemaakt en lessons learned kunnen worden meegenomen. Te denken valt hierbij aan werknemers voor de klas, of meer intensievere bedrijf/onderwijs projecten. Tot slot moeten, naast jonge werknemers, ook professionals bijgeschoold en nageschoold worden. Voor deze groep is nog weinig aandacht. Imago Het imago van de haven en de inzet op ‘specialistisch’ onderwijs trekt scholieren onvoldoende.
Hoe de ambitie te verwezenlijken? (Deze verslaglegging wordt nog nader uitgewerkt) Urgentie Meer samenwerking met andere partijen vormgeven. Samenwerking: triple helix Er is een mindshift nodig, het bedrijfsleven en het onderwijs moeten een match zijn. Bedrijven en scholen signaleren kans voor samenwerking om opleidingen beter aan te laten sluiten bij behoefte werkgevers; gezamenlijk een concept ontwikkelen. Partijen (bedrijven en onderwijsinstellingen) zijn geïnteresseerd deel te nemen in vervolgsessies rond de havenontwikkeling, mits er op den duur een concrete en helder ambitie wordt gedefinieerd. Een eerste stap zou zijn om met enkele bedrijven die willen en kunnen een vervolgsessie te organiseren. Educatie: gezamenlijk concept Tijdens de tafelgesprekken worden verschillende oplossingen aangedragen. Er wordt gedacht aan een curriculum Schiedamse haven, leertrajecten met werkgaranties, een platform voor innovatie, het aanbieden van docenten plus scholieren.
5/6
Onderwijs- en kennisnetwerken Schiedamse haven
TU Delft & Innovation Quarter
Imago Een aantal praktische acties wordt genoemd om onbekendheid en onbemindheid te adresseren: sponsoring van de lokale voetbalclub, branding van het gebied, excursies scholieren. Ook de nieuwe faciliteit van Huisman kan als landmark worden benut. Ook een kans is omwonenden bekend te maken met high-tech/ondernemerschap uit/in de haven. Verder zijn er ideeën als de jeugd op onconventionele wijze te betrekken bij (technische) bedrijvigheid in de haven. Een van de ideeën is samenwerking met de lokale scouting uit de haven, om hier bijvoorbeeld technische workshops te verzorgen. ================================================ einde verslag. Voorzitters/organisatie Ellen van Bueren - TU Delft Edward Gilding - Innovation Quarter Bert Hooijer - RDM Liesbeth Roeles - gemeente Schiedam Mirela Milosevic - TU Delft Deelnemers Onderwijs Ivo Plakman Harry van der Toorn - Zadkine Sander van der Marel - Life / Lentiz Michiel Jak - TNO Bedrijven Philip Grootenboer - Mammoet Linda Brussaard-Den Boer - GustoMSC Manon de Koning- Wartsila Ruud op den Brouw - Damen Shiprepair Gerard Beukema - Royal Dahlmann Wim van Wieren - Huisman Dolf Bierhuizen - Automotive Management Rian van Noord - Technetkring Overheid Rob Christiaanse - Gemeente Schiedam Warner Rosenboom - Goflex Cees van Stoppelenburg – Metropoolregio Rotterdam Den Haag Enkele deelnemers zijn onbekend en worden gevraagd hun gegevens te mailen aan:
[email protected].
6/6