ONTWERPBESLUIT
Datum
:
Ons kenmerk
: 2011.0.
Zaaknummer
: 101002028
Contactpersoon : mw. T. Bod Doorkiesnr.
: 0900-1809
Omgevingsvergunning Burgemeester en Wethouders hebben op 15 oktober 2010 een aanvraag voor een omgevingsvergunning ontvangen voor het bouwen van 40 zorgwoningen, 9 groepswoningen, een wijkcentrum, een loopbrug en een stallingsgarage gelegen aan de Hemonylaan, gemeente Arnhem. Besluit Burgemeester en wethouders besluiten, gelet op artikel 2.1 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht de omgevingsvergunning te verlenen. De omgevingsvergunning wordt verleend overeenkomstig de ingezonden en nader overgelegde gewaarmerkte stukken zoals hieronder aangegeven bij ‘Gewaarmerkte stukken’ en deze stukken maken deel uit van de vergunning. De omgevingsvergunning is verleend onder de hieronder opgenomen voorschriften. Als u niet aan de gestelde voorschriften voldoet kan geen gebruik worden gemaakt van deze omgevingsvergunning. De omgevingsvergunning wordt verleend voor de volgende activiteiten: 1. 2.
Bouwen (Art.2.1 lid 1a Wabo) Strijd Gebruik gronden met Ruimtelijke Ordening (Art. 2.1 lid 1c Wabo)
Procedure De besluitvormingsprocedure is uitgevoerd overeenkomstig het bepaalde in artikel 3.7 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. De aanvraag is beoordeeld voor het bouwen van een bouwwerk aan artikel 2.1 lid 1 onder a en c, artikel 2.10 en artikel 2.12 lid 1 onder a sub 3 van de Wet algemene bepalingen omgevingsrecht. Voorts is de aanvraag getoetst aan de Woningwet, het Bouwbesluit, het bestemmingsplan, het Besluit omgevingsrecht en de Ministeriele regeling omgevingsrecht, de Bouwverordening van de gemeente Arnhem en de Welstandsnota.
Eusebiusbuitensingel 53 • Postbus 9200 • 6800 HA ARNHEM Telefoon 0900 - 1809 • Fax 026 - 3774224 • E-mail:
[email protected]
DIENST STADSBEHEER
Ontwerpbesluit paginanr. 2
Verklaring van geen bedenkingen Voor de strijdigheid met het bestemmingsplan op de maximaal toegestane hoogte en het maximale bebouwingspercentage van dit perceel moet op grond van artikel 2.27 Wet algemene bepalingen omgevingsrecht en artikel 6.5 Besluit omgevingsrecht een ontwerp-verklaring van geen bedenkingen worden verleend door de Raad van de gemeente Arnhem. Op 23 mei 2011 heeft de Raad van de gemeente Arnhem aangegeven geen bedenkingen te hebben tegen het verlenen van de gevraagde vergunning voor onderhavig project. De inhoud van de verklaring van geen bedenkingen behoort bij en maakt onderdeel uit van de omgevingsvergunning. Gewaarmerkte stukken De volgende documenten maken deel uit van het besluit en zijn als gewaarmerkt stuk bijgevoegd: • aanvraagformulier met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Boekje A4 DO met stemepldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Situatietekening met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Tekening terreininrichting met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Plattegronden Blok A tek.nr. 101 t/m 106 met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Plattegronden Blok B tek.nr. 121 t/m 126 met stempeldtum ontvangst 15 oktober 2010; • Gevelaanzichten Blok A en B tek.nr. 201 t/m 203 met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Doorsnedetekeningen Blok A en B tek.nr. 301 t/m 303 met stempeldatum 4 maart 2011; • Principe details met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Bouwbesluittekeningen Blok A met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • EPC berekening Blok A met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Bouwbesluittekeningen Blok B met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • EPC berekening Blok B met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Daglichtberekeningen met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Geluidsrapportage met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Ventialtieberkeningen met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Rapport betreffende brandveiligheid met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Rapport betreffende brandveiligheid met stempeldatum ontvangst 4 maart 2011; • Rapport betreffende brandveiligheid met stempeldatum ontvangst 31 maart 2011; • Verkennend bodemonderzoek juli 2007en maart 2010 met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Constructietekeningen Blok A tek.nr. A001-A t/m A004-A met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Constructietekeningen Blok B tek.nr. A001-B t/m A004-B met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Constructieberekening A 401 met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Hydrologische advies met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Geotechnish advies met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; • Tekening E-installaties Blok A tek.nr. BE-01 t/m BE-03 met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010;
Ontwerpbesluit paginanr. 3
•
Tekening hemel- en vuilwaterafvoer Blok A tek.nr. BS-01 t/m BS-03 met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; Tekening E-installaties Blok B tek.nr. BE-01 t/m BE-03 met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010; Tekening hemel- en vuilwaterafvoer Blok B tek.nr. BS-01 t/m BS-03 met stempeldatum ontvangst 15 oktober 2010;
• •
Het navolgende deel bevat informatie over de afzonderlijke activiteiten.
Voor het bouwen van een bouwwerk geldt het volgende. Voorschriften De volgende voorschriften zijn van toepassing: •
Gegevens en bescheiden met betrekking tot belastingen en belastingcombinaties (sterkte en stabiliteit) en de uiterste grenstoestand van alle (te wijzigen) constructieve delen van het bouwwerk alsmede van het bouwwerk als geheel, voor zover het niet de hoofdlijn van de constructie dan wel het constructieprincipe betreft. Hieronder is begrepen: - Palenplan, waarop aangegeven: rapportnummer geotechnisch rapport; plaats van de sondeerpunten; gemaatvoerde paallocaties; de rekenwaarden van de paalbelastingen; paalpuntniveaus en het bouwpeil in m+NAP; type en afmetingen van funderingspalen; paalkopdetail met aansluiting op de fundering - Overzichtstekening van de fundering; - Wapeningsberekeningen en-tekeningen van in het werk gestorte of prefab funderingsbalken, -stroken, –poeren en -palen; - Wapeningsberekeningen en – tekeningen van in het werk gestorte en geprefabriceerde betonconstructies; - Detailberekeningen en – tekeningen van staal-, hout-, steen- en glasconstructies; - Detailberekeningen en –tekeningen van verbindingen en verankeringen van beton-, staal-, hout- en glasconstructies; - Berekening van de brandwerendheid van beton-, staal-, steen-, hout- en glasconstructies - Nadere uitwerking van het Bouwveiligheidsplan (indien van toepassing), waarin maatregelen ten behoeve van de veiligheid van de weg, de in de weg gelegen werken, de weggebruikers, de naburige bouwwerken, open erven en terreinen en hun gebruikers nader worden uitgewerkt. - Nadere uitwerking in berekeningen en tekeningen van de bouwputconstructie, waarin ten minste opgenomen: a. faseringsplan van de werkzaamheden; b. overzicht van de bodemopbouw; c. aangenomen minimale en maximale grondwaterstanden; d. een bemalingsplan; e. overzichtstekening van peilbuizen; f. berekening van de stabiliteit van de bouwkuip (taluds);
Ontwerpbesluit paginanr. 4
g. h. i. j. k. l. m. o. p. q. r. s.
berekening van de stabiliteit van de bouwputbodem; constructieve uitwerking in tekeningen en berekeningen van de bouwputwanden; constructieve uitwerking in tekeningen en berekeningen van de stempel- en/of verankeringsconstructies; berekeningen en tekeningen van de fundering van de bouwkraan. de detaillering van de wand-, pui-, deur- en plafond/vloerconstructies met een wbdbo-eis (wbdbo = weerstand tegen branddoorslag en brandoverslag); de vluchtwegaanduidingen; de noodverlichtingsinstallatie; PvE en tekeningen van de brandmeldinstallatie, met goedkeuring van een erkend inspectie-instelling/branddetectiebedrijf; de mechanische ventilatie-installatie; de luchtbehandelinginstallatie; de ventilatie van de parkeergarage; de CO- en LPG- detectie van de parkeergarage.
Het is noodzakelijk dat u het Wijkservicecentrum van blok A voorziet van een niet-automatische brandmeldinstallatie met doormelding naar de regionale alarmcentrale. Het overige gebruik van Blok A wordt op eigen verzoek voorzien van een automatische brandmeldinstallatie zonder doormelding (Gebruiksbesluit artikel 2.2.1 en artikel 2.3.6).Blok B wordt op eigen verzoek voorzien van een automatische brandmeldinstallatie met doormelding naar de regionale alarmcentrale. De uitvoering van de brandmeldinstallatie moet voldoen aan de volgende punten: a) b) c) d)
e) f) g)
h) i)
uitvoering voldoet aan de NEN 2535 en 2575; uitvoering met volledige en niet-automatische bewaking. uitvoering ontruimingsalarm als type B (met slow-whoop); het is verplicht dat het brandweerpaneel een afschakelingsmogelijkheid heeft voor het ontruimingssignaal. Het is daarbij van belang dat het afschakelen gebeurt met maximaal 1 knop; de inspectiefrequentie staat vast op laag; een erkende inspectie-instelling inspecteert 1 op 1 voor een certificering; om aan de voorwaarden te voldoen ontvangen wij graag minimaal drie weken voor aanvang van de werkzaamheden het ontwerp van de installatie. Daarnaast ontvangen wij graag een Programma van Eisen van de brandmeldinstallatie; na oplevering stuurt u ons een certificaat; na oplevering stuurt u ons een installatieattest.
Bodem • Dat op basis van de onderzoeksgegevens er geen bodemhygiënische redenen zijn die een beletsel of beperking vormen voor de bouwplannen op de locatie. • Dat eventueel te ontgraven grond niet vrij in gebruik is. Dat voor meer informatie over grondverzet verwezen wordt naar de website Riolering • dat op grond van het bepaalde in artikel 2.7.4. van de Bouwverordening het huishoudwater en de drekstoffen moeten worden afgevoerd op te maken aansluitingen op het gemeente riool, het hemelwater moet op eigen terrein worden verwerkt;
Ontwerpbesluit paginanr. 5
Aandachtspunten Nader te overleggen gegevens • De in de voorschriften genoemde gegevens en bescheiden moeten uiterlijk drie weken voor de start van de uitvoering van de betreffende handeling ter goedkeuring aan de gemeente worden overlegd. De gegevens kunnen digitaal aangeleverd worden via www.omgevingsloket.nl Brandtechnische opmerkingen vanuit Bouwbesluit en Gebruiksbesluit • openbare bluswater voorziening moet worden uitgevoerd met een minimum capaciteit van 90 m3/h conform DIN 3222. De brandkraan moet worden aangesloten op een voldoende zware voeding van de waterleiding en worden voorzien van genormaliseerde 2 1/2" Storz-koppelingen. De voeding moet zodanig met gebruikstoestellen in het gebouw worden verbonden dat waterdoorstroming van de leiding is gewaarborgd. De brandkraan moet tevens voldoen aan het gestelde in NEN 6087. Naar aanleiding van artikel 2.5.3. van de Bouwverordening, zal (zullen) de bovengrondse brandkra(a)n(en) moeten worden uitgevoerd met een minimum capaciteit van 90m3/h conform DIN 3222. De brandkraan moet worden aangesloten op een voldoende zware voeding van de waterleiding en worden voorzien van genormaliseerde 2 1/2" Storz-koppelingen. De voeding moet zodanig met gebruikstoestellen in het gebouw worden verbonden dat waterdoorstroming van de leiding is gewaarborgd. De brandkraan moet tevens voldoen aan het gestelde in NEN 6087; • deuren in vluchtroutes moeten voldoen aan het gestelde in de publicatie "Brandbeveiligingsinstallaties" van de Nederlandse Vereniging voor Brandweerzorg en Rampenbestrijding • de toe te passen brandweerliften moeten voldoen aan het gestelde in de NEN-EN 81-72; • de droge blusleiding naast het gestelde in afdeling 2.21 van het Bouwbesluit tevens te voldoen aan het gestelde en de publicatie “Brandbeveiligingsinstallaties” van de Nederlandse Brandweer Federatie. • de benodigde brandslanghaspel moet naast het gestelde in artikel 2.193 lid 3 van het Bouwbesluit, zijn uitgevoerd overeenkomstig NEN-EN 671-1 en moet zijn aangesloten op een voldoende zware waterleiding. Indien de brandslanghaspel achter deuren worden aangebracht moet deze overeenkomstig artikel 2.4.3 van het Gebruiksbesluit, aangeduid worden middels een pictogram overeenkomstig NEN 3011; Constructie dat voor de constructieve bescheiden nog een aantal aanvullende voorwaarden gelden: 1. Berekeningen en tekeningen van een zelfde onderdeel of onderdelen moeten gelijktijdig worden ingediend; 2. Bij indiening moeten de volgende gegevens duidelijk vermeld worden: • onderdeel / onderdelen waarop de indiening betrekking heeft; • indien van toepassing: wijk-, veld-, blok-, kavel- en/of typeaanduiding; 3. Alle berekeningen, tekeningen en rapportages moeten door de respectieve opstellers ondertekend dan wel gewaarmerkt zijn;
Ontwerpbesluit paginanr. 6
4. De samenhang tussen de verschillende onderdelen en de samenhang in relatie tot de totale constructie moet duidelijk uit de ingediende bescheiden blijken; 5. Bij wijzigingen dient de aard van de wijzigingen ten opzichte van een eerder ingediende versie duidelijk op tekening te worden aangegeven; Riolering • dat voor het aansluiten van de benodigde (tijdelijke) rioolaansluiting(en) op het gemeenteriool minimaal drie weken tevoren een melding dient te worden ingediend bij de gemeente. Voor meer informatie hierover en voor de indiening van de melding kunt u terecht bij het Digitale Loket op www.arnhem.nl, of bij het loket Bouwen, Wonen en Leefomgeving, gevestigd op de begane grond van het stadhuis aan de Koningstraat 38; Bodem • dat indien er grond op de bouwlocatie wordt toegepast van buiten de bouwlocatie dit minimaal één week voor de daadwerkelijke toepassing moet worden gemeld aan de afdeling Handhaving van de gemeente Arnhem (0900-1809); • dat als de bouwer bij de grondwerkzaamheden duidelijk afwijkend (bodem)materiaal en/of verontreiniging waarneemt, hij de volgende acties onderneemt: het bevoegd gezag, in deze de afdeling Handhaving van de dienst Stadsbeheer van de gemeente Arnhem, in kennis stellen via 0900-1809; het werk op de betreffende plaats stilleggen; het afwijkende bodemmateriaal apart houden en dit te laten onderzoeken. Op grond hiervan kan de verwerking/ verwijdering bepaald worden; • dat indien het een vermoedelijk geval van ernstige bodemverontreiniging betreft de verontreiniging gemeld dient te worden op basis van artikel 28 van de Wet Bodembescherming bij de afdeling Handhaving van de dienst Stadsbeheer; • dat de aanwijzingen van de toezichthouder Wbb van de gemeente Arnhem opgevolgd dienen te worden; • Dat voor informatie over de te ontgraven grond en eventueel grondverzet verwezen wordt naar de website www.arnhem.nl. Uitzetten bouwplannen: • voor bouwplannen in de overige gebieden (indien Geo-informatie een toegevoegde waarde heeft, dus NIET bij bv het centrum, inbreidingsplannen etc) dat voor het uitzetten van de gevellijnen contact opgenomen dient te worden met de afdeling GEOinformatie van de dienst Stadsbeheer van de Gemeente Arnhem;
Ontwerpbesluit paginanr. 7
Overwegingen Bij het nemen van het besluit hebben wij het volgende overwogen: Bestemmingsplan dat gebleken is dat het project (op onderdelen) in strijd is met het ter plaatse vigerende bestemmingsplan "Klarendal-Sint Marten". dat de strijdigheid kan worden opgeheven indien medewerking kan worden verleend aan de planologische afwijking die voor de realisering van dit project noodzakelijk is; dat voor de verleende medewerking aan de planologische afwijking naar de hieronder opgenomen deeltoestemming wordt verwezen. Welstand De architect is tijdens de vergadering aanwezig om de materiaalkeuze nader toe te lichten. Tevens is de heer Hanegraaf namens de ontwikkelaar aanwezig. Toetsingskader Het bouwplan is getoetst aan de criteria zoals omschreven in de gemeentelijke welstandsnota. Het welstandsniveau van deze locatie is nog niet vastgesteld, omdat het een nieuwe ontwikkeling betreft. In dit geval wordt er beoordeeld op basis van de Algemene criteria zoals omschreven in hoofdstuk 3 van de nota. Beoordeling Naar aanleiding van het positieve advies van 16 augustus 2010 en 20 december 2010 m.b.t. het gebouwontwerp wordt de commissie wat de materiaalkeuze betreft een lichtere gevelsteen inclusief de kleuren voor het keimwerk en een monster van het hekwerk voor de galerijen voorgelegd. De architect licht toe dat het karakter van de steen al was bepaald in de vorm van een handvormsteen. Op basis van de gevelsteenkleur van de Hemonylaan is uiteindelijk gekozen voor de voorliggende steen (286H013) met een lichtere voeg. De steenkeuze voor de bestrating is helaas niet aanwezig tijdens de vergadering maar de architect meldt dat deze steen lichter is dan de metselwerk steen. De commissie kan zich vinden in de voorgestelde steenkeuze evenals in de overige kleurvoorstellen. Zij vraagt de architect of de kleur van het voegwerk nog iets lichter uitgevoerd kan worden. Afgesproken wordt dat er op de bouwplaats te zijner tijd een proefmuurtje met een lichtere voeg zal worden opgezet. De commissie zal de kleurkeuze van het voegwerk in het werk beoordelen. Conclusie Gelet op het ontwerp en de situering voldoet het bouwplan, op zichzelf en in samenhang met de omgeving, aan redelijke eisen van welstand. De definitieve kleur van het voegwerk zal in het werk worden beoordeeld. •
dat ons college zich conformeert aan het uitgebrachte welstandsadvies;
Ontwerpbesluit paginanr. 8
Voor het gebruiken van gronden in strijd met een bestemmingsplan geldt het volgende: Overweging Bij het nemen van het besluit hebben wij het volgende overwogen: Bestemmingsplan Grote planologische afwijking • dat in het ter plaatse vigerende bestemmingsplan ''Klarendal-Sint Marten” aan het onderhavige perceel de bestemming “Maatschappelijke doeleinden” is toegekend en dat ingevolge artikel 2.2 van de regels behorende bij het bestemmingsplan deze locatie mag worden gebruikt voor onderwijs, welzijn, cultuur, levensbeschouwelijke doeleinden, sport, dienstwoningen, geïnstitutionaliseerde zorg en therapeutische doeleinden. • dat derhalve het project in strijd is met het van kracht zijnde bestemmingsplan; • dat deze strijdigheid in aanmerking komt voor de toepassing van de afwijkingsmogelijkheid van het geldende bestemmingsplan op grond van artikel 2.12 lid 1 onderdeel a sub 3 van Wet algemene bepalingen omgevingsrecht; Overige aspecten Dat op grond van artikel 6.12 lid 2 onder a is besloten dat de kosten van de grondexploitatie over de in de vergunning begrepen gronden anderszins is verzekerd, middels een anterieure overeenkomst. Dat de anterieure overeenkomst op 27 april 2011 is gepubliceerd in de Arnhemse Koerier. Inwerkingtreding Meer informatie over de inwerkingtreding staat in de bijgevoegde brochure ‘Een omgevingsvergunning ontvangen’.
Hoogachtend, Het college van burgemeester en wethouders van Arnhem, namens het college, hoofd afdeling Vergunningen
ing. A.T. Lamers
i.a.a.:
archief, werkdossier,