Olympische Steden Olympic Cities
39
future requirements of the IOC, or was it to facilitate all those chomping at the bit to contribute to improving the Netherlands? It also underlay the ill-fated discussion in the spring of 2102 about the costs and benefits to the community. Minister Schippers of Health, Welfare and Sports received a vote of no confidence for allegedly failing to fully inform the Lower House as to the costs of hosting the Games. And although all those involved knew then that it was far too early to calculate the costs of such an event in any detail, this didn t wash with the Opposition: Then what are you doing calculating it? And, lastly, this seemed to be the dividing line when it came to choosing the candidate city: Hurry up and choose so that we can get on with it versus We don t need to choose yet, so why create oppositions at this early stage? In the meantime, however, the decision in favour of Amsterdam had been made, albeit hastily. The fact that this choice had not been given full consideration was brought to light some months later when the Amsterdam camp got together to discuss the consequences of the decision. They were left scratching their heads. The choice of Amsterdam for submission as host city seemed to consolidate the patronage vacuum rather than resolve it. Was Amsterdam about to draw up a plan of action? No, it was still too early for that. With the consequences of that choice still unclear – would it mean a transfer of responsibilities? – it was equally unclear what the City of Amsterdam s new role as client would entail. There was a prevailing sense of starting from scratch. For the record, this feeling was heavily influenced by what was then a dwindling support base, not least aided by all the yahoo about costs and benefits. It has to be something our citizens can feel is theirs , was a common conclusion. Some even felt that the authorities and the Alliance should adopt a low profile to make it possible. And this they did, but perhaps a little sooner than was meant. The business of getting Amsterdam ready
combineren tot een eensgezind verhaal. Veel lijkt terug te voeren op die ene vraag: gaan we nu voor de Spelen of niet? Voor de een is de organisatie van de Olympische Spelen altijd het doel geweest, terwijl dat ‘feestje’ voor de ander slechts een middel was om Nederland beter te maken. Diezelfde vraag geldt voor de Olympische Hoofdstructuur: is het nu een plan om straks aan de eisen van het IOC te kunnen voldoen, of staat het ten dienste van al die mensen die staan te trappelen om hun bijdrage te leveren aan een beter Nederland? Ook aan de uiteindelijk toch geëxplodeerde discussie over de maatschappelijke kosten en baten in het voorjaar van 2012 lag dit ten grondslag. Minister Schippers van Volksgezondheid, Welzijn en Sport kreeg een motie van wantrouwen vanwege het vermeend niet volledig informeren van de Tweede Kamer over de kosten van de Spelen. En hoewel alle betrokkenen op dat moment wisten dat het veel te vroeg was om in dergelijk detail de kosten van zo’n evenement te kunnen uitrekenen, viel dat aan de oppositie natuurlijk maar moeilijk te verkopen: ‘Anders laat je het toch niet uitrekenen’. En tot slot leek dit bij de keuze voor de naamgevende stad ook de scheidslijn: ‘Snel kiezen want dan kunnen we doorpakken’, versus: ‘We hoeven nog helemaal niet te kiezen dus waarom zouden we dan nu al tegenstellingen gaan creëren?’ Ondertussen was de keuze voor Amsterdam op de valreep nog wel gemaakt. Dat die keuze niet echt ten volle doordacht was bleek enkele maanden later toen men in Amsterdam bij elkaar kwam om te bespreken wat dit besluit nu eigenlijk voor gevolgen had. Eigenlijk wist men het niet. Met de keuze voor Amsterdam als naamgevende stad leek het vacuüm in het opdrachtgeverschap eerder versterkt dan opgelost. Want ging Amsterdam dan nu een plan maken? Nee, daarvoor was het eigenlijk nog steeds te vroeg. Doordat niet duidelijk was wat de consequenties zijn van de keuze, of er sprake zou zijn van overdracht van verantwoordelijkheden, werd ook
45
niet duidelijk wat nu de nieuwe rol was van de stad Amsterdam als opdrachtgever. Het ‘eigenlijk beginnen we weer van voren af aan’-gevoel overheerste. Dat werd overigens sterk beïnvloed door het inmiddels afnemende draagvlak, niet in de laatste plaats geholpen door de commotie rondom de kosten en baten. ‘Het moet vooral weer iets van de burger worden’, was dan ook een gedeelde conclusie. Sommigen zeiden zelfs dat de overheid en de Alliantie zich maar even gedeisd moesten houden om dat mogelijk te maken. Ze werden alleen iets sneller bediend dan waarschijnlijk de bedoeling was. Het werken aan de kandidatuur maakte veel moois los in de samenleving, maar liet ook zien hoe een ‘coalitie van the willing elkaar voor de voeten ging lopen, omdat het fundamentele gesprek over de vraag ‘waarom en wat‘ niet werd gevoerd. Althans: niet op politiek-bestuurlijk niveau. De verbindende kracht maakte ook dat mensen en organisaties uit alle hoeken van de samenleving in de Olympische Spelen een vehikel zagen voor hun ambities. Maar louter wensen en gevoelens zijn een wankel fundament voor een gedeelde agenda. Het onderzoek van XML houdt Nederland een spiegel voor, over onze gezondheid, de kwaliteit van de dagelijkse leefomgeving, de competitie tussen steden. Maar het werk van XML houdt ons vooral ook een spiegel voor over ‘hoe’ we het nu doen. En dat is ook een onprettige spiegel: over de manier waarop we langetermijnplannen organiseren, ambities te klein en versnipperd houden en verkeerde boegbeelden in retoriek laten sneven.
46
for nomination gave rise to many great things in the community but also showed how a coalition of the willing could be mutually obstructive because it failed to broach the fundamental discussion of why and what – at least not at a political-administrative level. The unifying force caused people and organizations from all segments of the community to see in the Olympic Games a vehicle for their ambitions. But wishes and feelings alone are a shaky foundation for a common agenda. XML s study holds a mirror up to the Netherlands that reflects our health, the quality of our daily living environment and the competition between cities. Yet XML s work more particularly holds up a mirror that reflects not why and what but how we are going about things today: the way we organize long-term plans, cramping and fragmenting ambition, adopting the wrong figureheads and drowning them in rhetoric. It s not a pretty sight.
47
Olympische Steden Olympic Cities XML In het internationaal vergelijkend onderzoek naar Olympische kandidaturen worden de Nederlandse inspanningen voor het eerst in een internationaal perspectief geplaatst. De ruimtelijke modellen in de (Nederlandse) Olympische Hoofdstructuur worden vergeleken met de voorgenomen kandidaturen van Madrid, Istanbul, Doha, Tokyo en Zuid-Afrika. In samenwerking met lokale correspondenten zijn de bids op verschillende onderdelen vergeleken. Onder de noemer ‘Cultural Pride & Marketing’ is allereerst gekeken naar de achtergrond van de bids en de verhalen waarmee de steden de wereld proberen te overtuigen van hun kandidatuur. In het onderdeel ‘Economy, Infrastructure & Design’ zijn de ruimtelijke concepten van de bids onderzocht. Hoe koppelen de steden het accommoderen van de Olympische Spelen aan andere ruimtelijke ontwikkelingen in de stad? Tenslotte is gekeken naar de
The international comparative study of Olympic candidacy is the first to lend a global perspective to the Dutch efforts in this direction. The study compares the proposals for the Dutch Olympic Main Structure with the candidacies of Madrid, Istanbul, Doha, Tokyo and South Africa. The study researches significant aspects of the bids, using local correspondents as a valuable source of information. First, ‘Cultural Pride & Marketing’ describes the background of the bids and the narratives used to present bids that are persuasive. Then, ‘Economy, Infrastructure & Design’ analyses the spatial concepts of the bids and demonstrates how hosting the Games relates to the city’s spatial planning and development with a view to the envisaged legacy. The study concludes with the ‘Power Geographies’ of the various bids, describing how the city’s bid relates to major stakeholders and how international
XML The Netherlands 2028 Superpool Istanbul 2020 Gianpiero Venturini Madrid 2020
Mirai Morita Tokyo 2020 Todd Reisz Doha 2020
Gillian Benjamin South Africa 2024
48
forces play a significant role in awarding the Olympics. The study therefore provides a clear understanding of the international competition faced by the Netherlands should it make a bid for the 2028 Olympic Games.
‘Power Geography’ van het bid: wat zijn de belangrijkste stakeholders? Maar ook: hoe verhouden de steden en hun bids zich tot het internationale krachtenveld waarin beslist wordt over de toewijzing van de Olympische Spelen? Het onderzoek geeft inzicht in de internationale competitie waarin Nederland zich begaf bij haar mogelijke kandidatuur voor de Olympische Spelen van 2028.
Tokyo
Istanbul
Doha
Cape Town
Durban
Madrid
Rotterdam
Amsterdam
Randstad
49
Cultural Pride & Marketing
Madrid De opeenvolgende Olympische bids van Madrid in 2012, 2016 en 2020 kiezen een verschillend verhaal om de wereld te overtuigen van de kandidatuur. Is dat in 2012 nog als ‘Spelen van de Stad’, geïntegreerd in de historische stad van Madrid, en in 2016 als ‘hoofdstad’ van de hele Spaanstalige wereld, in 2020 is het verhaal vooral gepositioneerd als motor van economisch herstel. Madrid The consecutive Olympic bids by Madrid for 2012, 2016 and 2020 chose different narratives to persuade the world of its eligibility. If for 2012 this was ‘The Games of the City’, integrated in the old city centre, and for 2016 Madrid as ‘capital’ of the entire Spanishspeaking world, for 2020 the narrative is mainly positioned as an engine for economic recovery.
50
Istanbul In het verhaal van Istanbul wordt sterk ingezet op de groeiende rol van Turkije in de wereld. In de aankondiging van de kandidatuur sprak premier Erdogan over Istanbul als de enige plek waarbij de Spelen op twee continenten tegelijk kunnen plaatsvinden, daarmee expliciet verwijzend naar de geopolitieke betekenis van Turkije als verbinding tussen Oost en West. Istanbul Istanbul’s bid focuses strongly on the growing role of Turkey in the world. When announcing its candidacy, Prime Minister Erdogan emphasized the fact that Istanbul is the only place where the Games could be held in two continents simultaneously, thereby explicitly referring to the geopolitical significance of Turkey as a place where East and West meet.
Doha In de kandidatuur voor de organisatie van de Spelen manifesteert Doha zich als verbinding tussen de wereld en de regio. Doha heeft zich het ‘gaststad-zijn’ tot identiteit gemaakt. Het is zowel thuisbasis voor Al Jazeera als voor het Central Command, het regionale hoofdkwartier van het Amerikaanse leger. De diplomatieke rol van Qatar tijdens de Arabische lente – zo kwam de contactgroep voor Libië samen in Doha – is een ander voorbeeld. Doha In bidding to host the Games, Doha seeks to manifest itself as a city that connects the region to the world. Doha is reinventing its identity as that of ‘host city’. It provides a home base for both Al Jazeera and Central Command, the regional headquarters of the US army. The diplomatic role of Qatar during the Arab Spring – the contact group for Libya convened in Doha – is a further example.
Tokyo Hoewel vrij snel na het mislopen van de Spelen in 2016 werd besloten tot een doorstart van het bid richting 2020, gaf de tsunami van maart 2011 Japan plotseling een verhaal. Het Japans Olympisch Comité presenteert het Tokyo 2020-bid als symbool van de herrijzenis na de tsunami en de daaropvolgende kernramp in Fukushima. Tokyo Even though it was decided quickly after missing out on the Games of 2016 to resume a bid for 2020, the tsunami of March 2011 gave Japan an instant additional narrative. The Japanese Olympic Committee is presenting the Tokyo 2020 bid as a symbol of resurrection after the tsunami and the nuclear disaster it caused in Fukushima.
Zuid-Afrika Het presidentschap van Mandela (1994-1999) bevestigde de terugkeer van Zuid-Afrika in de wereldgemeenschap. Na het Wereldkampioenschap rugby, het (misgelopen) kandidaatschap voor de Spelen van 2004 en het succesvol verlopen WK voetbal in 2010 dacht men na over een nieuwe kandidatuur voor de Spelen van 2020. De discussie verwerd echter al snel tot een tweestrijd tussen Kaapstad en Durban als naamgevende stad. De strijd liep zo hoog op dat Zuid-Afrika besloot af te zien van een kandidatuur voor de Spelen van 2020.
Nederland Het Nederlandse Olympisch Plan formuleert acht maatschappelijke ambities waarbij het vergezicht naar de Spelen wordt ingezet om de hele samenleving naar ‘Olympisch niveau’ te brengen. Anders dan een plan dat puur inzet op de organisatie van het evenement zelf, hebben in deze aanpak ook de voorbereidingen van een eventueel bid een blijvend effect op de samenleving. Voorafgaand aan het daadwerkelijke indienen van het bid, is er toch al een maatschappelijke legacy. Deze aanpak wordt door het IOC de ‘Dutch Approach’ genoemd.
South Africa The presidency of Nelson Mandela (1994-1999) affirmed South Africa’s re-entry into the world community. After the World Championships rugby, the (failed) candidacy for the Games of 2004 and the success of the World Championships football in 2010, a possible South African candidacy for the Games of 2020 was discussed. However, the debate soon developed into a duel between Cape Town and Durban as name city. This became so intense that South Africa ultimately decided to abstain from candidacy for the 2020 Games.
The Netherlands The Dutch ‘Olympic Plan’ presents eight social ambitions whereby the prospect of the Games is used to elevate society to an ‘Olympic level’. In this approach the preparations for the candidacy have a permanent effect on improving society, other than in a plan that focuses solely on organizing the event. The essence of the Olympic Plan is to create a social legacy, even before actual submission of the bid. The IOC calls this the ‘Dutch Approach’.
51
Power Geographies
NOC Secretary General Victor Sanchez Naranjo Executive Committee Foundation Madrid 2020 Mayor of Madrid Ana Botella Serrano
Prime Minister of Spain Mariano Rajoy Spanish Government
Trade Unions
Government of Region of Madrid NOC President Alejandro Blanco
Madrid City Council
NOC Vice-President Theresa Zabell
Madrid Business Association
Spanish Olympic Committee
IOC
Council of Administration
IOC Member Juan Antonio Samaranch jr
IOC Honorary Member HRH the Infanta Dona Pilar de Borbon
IOC Member José Perurena
IOC Member Marisol Casado
Bid Office
Madrid Istanbul Olympic Games Preparation Committee & Olympic Council
Turkish Government Prime Minister of Turkey Recep Tayyip Erdogan
TOKI Housing Development Administration
Ministry of Transport, Marine Affairs & Communication
President of Turkey Abdullah Gul
Goveneur Istanbul Province Hüseyin Avni Mutlu
Ministry of Culture and Tourism
Istanbul Metropolitan Government
Minister of Youth and Sports
Mayor of Istanbul Kadir Topbas
City of Istanbul
Ministry of Foreign Affairs
Ministry of Interior
Ministry of Environment and Urban Planning
Ministry of Finance President of TOKI Erdogan Bayraktar
Turkish Olympic Committee Minister of Youth and Sports, Suat Kiliç
IOC
Ministry of Transport, Marine Affairs & Communication Minister Binali Yildirim
Istanbul
52
IOC Member & NOC President Ugur Erdener
NOC Secretary General Nese Gundogan
CEO Japanese Bid Committee Masato Mizuno
Governor of Tokyo Shintaro Ishihara
Executive Board Member, Chairman of International Relations Com, JOC Yoshiji Nogami
Head of the Bureau of Sports, Tokyo Metropolitan Government Masaru Hosio
Japanese President Yoshihiko Noda Tokyo 2020 Bid Committee
Tokyo 2020 Council
Senior Director of International Relations, JOC Yasuhiro Nalamori
Tokyo Metropolitan Government
Japanese Government
Japanese Olympic Committee JOC President President Japanese bid Committee Tsunekaza Takeda
JOC Secretary General Noriyuki Ichihara
IOC
Executive Board Member of JOC Ichiro Kono
Olympian, JOC Seiko Hashimoto
IOC Honorary Member Chiharu Igaya
IOC Honorary Member Shun-Ichiro Okano
Tokyo
Emir of Qatar, QOC President Emir Sheikh Hamad bin Khalifa Al Thani
Mayor of Doha, NOC Secretary General, IOC Member, Head of the Doha 2020 Olympic Bid Committee Heir Apparent Sheikh Tamim bin Hamad Al Thani
Emir Sheikh Hamad Bin Khalifa Al Thani
The Heir Apparent Sheikh Tamin Bin Hamad Al Thani
Doha 2020 Bid Committee
City of Doha
Qatar Olympic Committee
Vice-President Qatar Bid Committee Al-Mayassa bint Hamad bin Khalifa Al-Thani
Secretary General QOC, Vice Chairman Doha 2020 H.E. Sheikh Saoud Bin Abdulrahman Al-Thani
IOC
Doha
53
President Jacob Zuma
Minister of Sport and Recreation Fikile Mbalula
South Africa National Government
Marketing Office
Marketing Office
Cape Town
Durban Mayor of Durban James Nxumalo
Mayor of Cape Town Patricia de Lille
Ministry of Sport and Recreation
IOC SASCOC
NOC Secretary General Tubby Reddy
IOC Member Sam Ramsamy
NOC President Gideon Sam
Zuid-Afrika South Africa
Chairman Olympic Flame Alliance Camiel Eurlings
Prime Minister Mark Rutte
Director Olympic Flame Alliance Eric Eijkelberg
Chairman NOV/NCW Bernard Wientjes
Chairperson FNV Agnes Jongerius
MKB Chairman Hans Biesheuvel
Chairman VNSU Sijbolt Noorda
Chairman MBO Raad Jan van Zijl
Chairman HBO Raad Thom de Graaf
Minister of I&M Melanie Schultz van Haegen
Olympic Flame Alliance
Dutch National Government
Minister of EL&I Maxime Verhagen
Minister of VWS Edith Schippers
Ministry of Infrastructure & Environment
Ministry of Health, Wellbeing & Sport
Ministry of Economic affairs, Argiculture & Innovation
Province of Noord Holland
Dutch Regional Government
Municipality of Amsterdam
Province of Zuid Holland Municipality of Municipality of Den Haag Rotterdam
FNV
IPO Mayor of Amsterdam Eberhard van der Laan
Mayor of Utrecht Aleid Wolfsen
Municipality of Utrecht
MBO raad
VNSU
VNO/ NCW
HBO raad
VNG MKB NL
Province of Utrecht
NOC * NSF Mayor of Rotterdam Ahmed Aboutaleb
Mayor of The Hague Jozias van Aartsen
NOC President André Bolhuis IOC
VNG Chairperson Annemarie Jorritsma
Chairman IPO Johan Remkes
Nederland The Netherlands
54
IOC Honorary Member Hein Verbruggen
IOC Member Prince of Orange
NOC Secretary General Gerard Dielessen
Economy, Infrastructure & Design
0
5 Km
Madrid
0
5 Km
Istanbul
55
3.Economy, Infrastructure & Design 3. 0 o yo
0
134
5 Km
135
Tokyo Voor elke stad is in rood aangegeven hoe het Olympisch programma is geprojecteerd, en in zwart wat de belangrijkste ruimtelijke ontwikkelingen zijn in de onderzochte steden. Zo is te zien hoe de Olympische Spelen en de langetermijnontwikkelingen van de stad al dan niet gekoppeld zijn. For each city all Olympic venues are mapped in red and other major developments are mapped in black. The maps reveal how long-term spatial developments and the spatial concepts for the Olympics are related.
0
Doha
56
5 Km
Legenda Olympische ontwikkeling Stedelijke ontwikkeling Stedelijk gebied Luchthaven Water Wegen Spoorwegen Wegen in ontwikkeling Spoorwegen in ontwikkeling
Legend Olympic development Urban development Urban area Airport Water Roads Railways Road development Rail development
146
0
5 Km
0
5 Km
147
Kaapstad Cape Town
Amsterdam
57
Nederland als Game Changer De Olympische Spelen zijn geen neutraal, autonoom, onveranderlijk evenement, maar zijn in de loop van de geschiedenis nauw verbonden geweest met politieke, economische en sociale ontwikkelingen. In elke historische periode betekenen de Spelen iets anders. Elk van deze periodes vormt een eigen paradigma voor de betekenis van de Spelen in hun tijd. Aanvankelijk waren de Olympisch Spelen een idealistisch project, georganiseerd vanuit het ideaal dat sportieve competitie kon bijdragen aan internationale vrede en verbroedering. Daarna werden de Spelen gebruikt voor het versterken van nationale trots in de organiserende natiestaat: een publiek project gericht op een legacy die zich materialiseerde in het bouwen aan de (hoofd)steden van de organiserende landen. Nadat in 1984 de Spelen opnieuw waren uitgevonden, ditmaal als privaat project, zetten de Olympische Spelen in op een legacy van economische groei. De Olympische bids die in het onderzoek zijn vergeleken, inclusief het Nederlandse, worden allemaal ontwikkeld vanuit het huidige paradigma: de Spelen als mega-event. Het is sterk de vraag of Nederland in staat is de financiële, bestuurlijke en ruimtelijke inspanningen te leveren die noodzakelijk zijn voor een succesvolle kandidatuur op basis van dit model en of er voldoende draagvlak is voor deze inspanningen. Bovendien is het in het licht van de Olympische geschiedenis niet onwaarschijnlijk dat rond 2028 een nieuwe cyclus begint. Voortbouwend op de conclusies van het vergelijkend onderzoek zijn drie ruimtelijke modellen ontwikkeld voor de manier waarop Nederland met de Spelen van 2028 zou kunnen reageren op de langetermijnontwikkelingen in de wereld. Deze drie modellen reageren elk op een eigen manier op de vraag naar nieuwe stedelijkheid. Behalve als ruimtelijk model voor het accommoderen van een sportevenement, zijn ze daarom ook te lezen als stedelijke denkmodellen.
58
The Netherlands as Game Changer The Olympic Games are not a neutral, autonomous, immutable event, but historically have always been closely tied to political, economic and social developments. Moreover, the Games have had a different meaning in different eras. Each period creates its own paradigm for the meaning of the Games in that era. Initially, the Olympic Games were based on idealism and embraced the idea that sports competitions could contribute to international peace and brotherhood. After that, they were used for strengthening pride in the country hosting it. The Games became a public project that aspired to leave a legacy of urban development. Since 1984, when the Games were reinvented as a privately financed project, the legacy aspired to has been one of economic growth. The Olympic bids researched in this study, including the proposals for the Dutch bid, are based on the current paradigm of the Olympic Games as a mega-event. However, it is extremely doubtful whether the Netherlands can meet the financial, administrative and environmental commitments required for a successful candidacy and, if so, whether these commitments will have sufficient public support. Moreover, given the historical development of the Games, it is not improbable that a new twenty-year cycle will start in 2028 or thereabouts. The three spatial models presented here elaborate on the conclusions of the comparative study to demonstrate how a Dutch bid for the 2028 Olympics could be used to respond to longterm global developments. All three models serve the urban agenda of the 21st century, each in their own way. Hence, the models are not only spatial concepts for a major sports event; they can also be understood as conceptualizations of new forms of urbanity.
Deltapolis Spelen Deltapolis Games
Now City Building a suburb Centre Masterplan Opposition between city and landscape Car or public transport Consumer Blueprint Decision making Noordvleugel vs. Zuidvleugel Disneyland Centre vs. Periphery Zoning Fossil Fuels Provincial governance
Then Region Reusing the suburb Network Collaborative plan Diffuse borders Integrated network Reuser Narrative Inspired participation Deltapolis Grand Tour Polycentric Patchwork Renewable energy Greater Deltapolis Authority
59
Virtuele Spelen Virtual Games
Now Urban map NBC Viewer Attend Admission tickets Bigness Broadcasting Live Postmodern City Randstad Centralization Mega-Event Real Estate Games
60
Then Information layers Twitter User Play Foursquare check-in Multiplication Narrowcasting Personal Augmented Reality Posthuman Village Netherlands Decentralization Virtual Event Smart Games
Mondiale Spelen Global Games
Now Nation Exclusive Hub Paternalistic idealism Concentration Corporation Shareholders Investment Window on a nation Static brand Uniform Destination Bus One size fits all Sprint National pride Time zones Prime time Old boys’ club
Then City(state) Inclusive Network Pragmatic idealism Distribution Cooperation Sharing Trade Global mosaic Thematic event Heterogenic Voyage Airplaine Distinctive diversity Relay Global confidence Global time 24 Hours Transparent network
61