OBS Op Koers. hoofdvestiging: Oranjestraat AK Varsseveld. nevenvestiging: Kapelweg BB Sinderen

OBS Op Koers hoofdvestiging: Oranjestraat 72-74 7051 AK Varsseveld nevenvestiging: Kapelweg 58 7065 BB Sinderen www.obsopkoers.nl

OBS Op Koers maakt deel uit van Reflexis Openbaar Basisonderwijs

Inhoudsopgave Voorwoord……………………………………………….. 2 Hoofdstuk 1 Algemeen………………………….. 3 Het bestuur van de school Uitgangspunten van het bestuur Structuur De geschiedenis in vogelvlucht Visie Oriëntatie Toelating en verwijdering van leerlingen Groepering Leerplicht Na de basisschool Het schoolteam De resultaten van het onderwijs Schoolontwikkeling Sponsoring Sponsoring op onze school Hoofdstuk 2 De schoolvakken………………11 Verplichte schoolvakken Computergebruik Zelfstandig werken Nakijken schriftelijk werk Godsdienstige vorming Sporttoernooien Huiswerk Hoofdstuk 3 Leerlingenzorg………………….14 Passend Onderwijs Leerlingenzorg Zorgroute Sociale verhoudingen/vaardigheden Interne Begeleiding Remedial teacher Rapportage Begeleiding (hoog)begaafde leerlingen Plusklas Doubleren Langdurig zieken Protocol rouwverwerking Verwijsindex

OBS Op Koers

Hoofdstuk 4 De Veilige school…………..19 Algemeen Reflexisplan Protocol tegen pesten Gedragsregels Brand-vluchtplan Scholing van teamleden i.v.m. veiligheid Risico-inventarisatie Advies-en meldpunt Kindermishandeling Pleinregels Verkeersopvoeding Veiligheid tijdens activiteiten buiten het gebouw Algemene klachtenregeling en regeling machtsmisbruik Intern vertrouwenspersoon Extern vertrouwenspersoon Landelijke klachtencommissie Hoofdstuk 5 Diversen…………………….….23 Niet kunnen deelnemen aan een les Bestrijding lesuitval Schoolvoorstellingen Kleding Gymkleding Schade aan schoolmaterialen Inzamelen Pauze Tussenschoolse opvang (overblijven) Buitenschoolse opvang Pleinwacht Verzekeringen Verjaardagen Feesten en vieringen Schoolreisjes Hoofdstuk 6 Ouders en school…….…….26 Algemeen Medezeggenschapsraad (MR) Oudervereniging (OR) Info-avond 15-minutengesprekken SEO-gesprekken Kijkochtenden Huisbezoek Schoolkrant en nieuwsbrief Website Privacy van leerling-gegevens Ouderhulp Klankbordgroep Hoofdluiswerkgroep

Schoolgids 2015-2016

pagina 1

Voorwoord. De school speelt in het leven van ieder kind een belangrijke rol. Gedurende acht jaar, vijf dagen per week, brengt het daar een groot deel van de dag door. Met alle activiteiten, klasgenoten en leerkrachten bepaalt de school in grote mate het geluk van alledag en de toekomst. Scholen verschillen in manier van werken, in sfeer en resultaten. Dat maakt het kiezen van een geschikte school moeilijk. De school heeft voor u deze gids samengesteld om u te helpen bij het kiezen van een school voor uw kind. In de schoolgids beschrijven wij waarvoor wij staan, welke uitgangspunten wij hanteren, hoe wij proberen de kwaliteit te verbeteren en wat u als ouder van de school verwachten kunt. Daarnaast beschrijven we belangrijke onderwerpen als leerlingenzorg, rapportage en de veilige school. Uiteraard is deze gids ook bedoeld voor ouders die nu kinderen op onze school hebben. Voor hen is het een praktische informatiebron. De school heeft gekozen voor een schoolgids die uit twee onderdelen bestaat. Deze gids is het eerste onderdeel van de schoolgids. Daarnaast maken we een schoolgidskalender. De schoolgidskalender bestaat uit een info-deel en een kalenderdeel. Ouders krijgen de gids met bijbehorende kalender bij aanmelding van hun kind. Verder kan iedere belangstellende de documenten raadplegen op onze website (www.obsopkoers.nl/schoolgids) We hopen dat u onze schoolgids met plezier leest. Als u tijdens of na het lezen vragen, opmerkingen of suggesties heeft, vertel het ons. Rob Luimes, directeur.

OBS Op Koers


pagina

2

Hoofdstuk 1 Algemeen. Het bestuur van de school. OBS Op Koers maakt samen met 7 andere openbare basisscholen in de gemeenten Aalten, Montferland, Oude IJsselstreek en Oost Gelre onderdeel uit van Reflexis Openbaar Basisonderwijs. Het bestuur bestuurt op hoofdlijnen en komt jaarlijks circa 5 keer bijeen om de beleidskaders vast te stellen en het algemeen toezicht uit te voeren. De dagelijkse leiding, de voorbereiding en uitvoering van het beleid, het beheer van de middelen en de vertegenwoordiging van de organisatie is overgedragen aan een algemeen directeur. Gegevens bestuurskantoor: Algemeen directeur: Frans Stieber Eerste medewerker: Carin Hemel Postadres: Postbus 107, 7060 AC Terborg Bezoekadres: Middelgraaf 46 Ulft Telefoon: 0315 - 641563 Email: [email protected] website: www.reflexis.org

Uitgangspunten van het bestuur: Naast de kenmerken van het openbaar onderwijs (toegankelijk voor alle mensen, ongeacht maatschappelijke, godsdienstige of culturele achtergrond met aandacht voor respect en actieve tolerantie) werken de scholen vanuit hun eigen profilering en eigen onderwijskundige identiteit. Elke school volgt een eigen ontwikkelingstraject, maar werkt waar mogelijk ook samen met de andere scholen om de doelen van Reflexis Openbaar Basisonderwijs te realiseren.

Als gevolg van de zich snel veranderende maatschappij dient de dynamiek een belangrijke rol te spelen in ons openbaar onderwijs. Leren van elkaar op alle niveaus is daarbij een voorwaarde. Kennis is het gereedschap om creatief met de veranderende wereld om te gaan.

De openbare school vormt de basis voor een leven lang leren. Structuur Iedere school wordt geleid door een schooldirecteur, die verantwoordelijk is voor de ontwikkelingen en de goede gang van zaken binnen de eigen school. De schooldirecteur is vooral een onderwijskundig leider en houdt zich in praktijk bezig met de verdere onderwijskundige ontwikkeling van de school en de begeleiding van het schoolteam. Ook is de schooldirecteur het eerste aanspreekpunt voor de ouders/ verzorgers. De inzet van de bovenschoolse structuur staat ten dienste van het onderwijs en dient duidelijk meerwaarde te bieden voor het functioneren van de scholen (het geven van goed en adequaat onderwijs). Bij de uitvoerende taken als huisvesting en financiën worden de schooldirecteuren vanuit de bovenschoolse structuur ondersteund. Door deze taakverlichting kunnen schooldirecteuren zich extra richten op hun primaire taak: het onderwijskundig management. De algemeen directeur is eindverantwoordelijk voor de gehele organisatie en beheert daarnaast ook de portefeuilles personeel en financiën.

Betrokkenheid van ouders is van wezenlijk belang. Een goede begeleiding van een kind is alleen mogelijk als er sprake is van een samenwerking tussen school en ouders, waarbij de school de ouders bij het onderwijsproces kan betrekken. Ouders kunnen gemakkelijk de school binnenstappen om hun vragen en opmerkingen kenbaar te maken.

OBS Op Koers


pagina

3

In een schema ziet de structuur er als volgt uit:

de school in Varsseveld als ontwerp

De geschiedenis in vogelvlucht. De geschiedenis van de openbare school in Varsseveld gaat terug tot 1838. De school stond altijd in het centrum van Varsseveld, aan het begin van de Eikenlaan. In 1838 besloot men een nieuwe OBS Op Koers

school te bouwen in het centrum bij de kerk. In 1886 verhuisde men naar een nieuw gebouw op de plaats waar nu het zwembad staat en vanaf 1968 staat de openbare lagere school Varsseveld aan de Klaproosstraat (Essenkamp). Begin jaren zeventig nam het leerlingenaantal zo snel toe, dat bij het gemeentebestuur werd aangedrongen op een tweede openbare school. De toenmalige wethouder Berkhoff wist de raad te overtuigen van het nut. In 1976 werd de Wethouder Berkhoffschool gesticht aan de Oranjestraat. Bij deze nieuwbouw werd direct rekening gehouden met nieuwe ontwikkelingen, n.l. kleuter- en lageronderwijs in één gebouw. De Wethouder Berkhoffschool bestond dus uit een kleuterschool en een lagere school. Formeel werden deze in 1985 samengevoegd tot één basisschool. In diezelfde periode fuseerden de kleuterschool Klein Duimpje en de lagere Essenkampschool. Sindsdien heet de school o.b.s. De Essenkamp. De wijk waarin de school staat heet De Essenkamp. Deze naam is afkomstig van een boerderij die vroeger tussen Varsseveld en Westendorp stond en De Essecamp heette. Begin jaren negentig werd het voor veel kleine basisscholen moeilijk zelfstandig te blijven bestaan. Schaalvergroting is dan het parool in Den Haag. Om die reden vonden twee fusies plaats. In 1994 fuseerde De Essenkamp met de openbare basisschool Prinses Irene te Heelweg, waarbij het niet mogelijk bleek de Ireneschool als nevenvestiging te handhaven. Alle leerlingen uit Heelweg kwamen naar Varsseveld.


pagina

4

In 1995 vond de fusie plaats tussen de o.b.s. Wethouder Berkhoff te Varsseveld en de o.b.s. De Wegwijzer in Sinderen. Deze fusie maakte het mogelijk om de locatie in Sinderen als volwaardige school voor het dorp Sinderen te behouden. Niet als zelfstandige school, maar als nevenvestiging van de Wethouder Berkhoffschool. In 2003 nam het gemeentebestuur het besluit om een nieuw gebouw te zetten voor De Essenkamp. Het schoolbestuur Reflexis, waaronder beide scholen vallen, greep dit besluit aan om van De Essenkamp en Wethouder Berkhoff één school voor openbaar basisonderwijs te maken. Dit besluit werd genomen op basis van de inschatting van het leerlingenaantal in de toekomst. Volgens de prognoses loopt het leerlingenaantal in Varsseveld de komende jaren terug. De school is in 2006-2007 gebouwd op het terrein van de Berkhoffschool aan de Oranjestraat. De officiële fusiedatum werd 1 augustus 2007. Een nieuwe naam werd ook bedacht. Eén van ouders stelde de naam Coers voor. Coers is de naam van een boerderij (erf) in de buurt van de school, zoals ook Den Es en De Bettekamp dat waren. Deze laatste twee zijn al vernoemd in een wijk en een zorgcentrum. De toevoeging Op koers was snel gemaakt, omdat je dan kunt zeggen dat de school Op Koers gebouwd is en we met onze school ook Op Koers zijn. Er is dus een historische en een onderwijskundige onderbouwing

Visie. Een openbare school in ontwikkeling. Onze openbare basisschool is een school die toegankelijk is voor alle kinderen, ongeacht de levensbeschouwelijke, politieke of maatschappelijke achtergronden. De openbare school probeert de kinderen inzicht bij te brengen in bestaande waarden en normen. Centraal daarbij staat het wederzijdse respect voor opvattingen en ideeën. Belangrijk is dat geen mens gelijk is, maar dat mensen wel gelijkwaardig aan elkaar zijn. Onze school is een basisschool die zich steeds wil ontwikkelen. We volgen de nieuwe onderwijskundige ideeën actief en kritisch. De ontwikkelingen die wij belangrijk vinden, maken wij ons eigen en OBS Op Koers

voeren we in. Hierbij zorgen we dat we de kwaliteit bewaken door systematisch onze opbrengsten en leerresultaten te analyseren en er leerpunten ter verbetering van ons onderwijs uit te halen. De teamleden werken zo ook voortdurend aan de verbetering van het professioneel handelen. Op eigen wijze. Kinderen ontwikkelen zich verschillend. Er zijn verschillen in ontwikkeling (sociaal, emotioneel, cognitief, creatief en motorisch), begaafdheid, belangstelling, motivatie en milieu. We vinden het belangrijk dat een kind met al zijn mogelijkheden, eigenaardigheden en beperkingen zich geaccepteerd voelt door medeleerlingen en teamleden. Dit noodzaakt de school differentiatie toe te passen. Het bevorderen van de zelfstandigheid en zelfredzaamheid bij kinderen en ze leren verantwoordelijkheid te dragen is daarom belangrijk binnen onze school. Wij stemmen ons onderwijs zoveel mogelijk af op de mogelijkheden van elk individueel kind. Samen. Wij streven naar een sfeer, waarbij kinderen en teamleden zich veilig en prettig voelen in een rustige omgeving met duidelijke afspraken en aandacht voor sociale vaardigheden. We vinden het belangrijk dat kinderen waardering hebben voor elkaars prestaties en dat fouten bespreekbaar zijn en gecorrigeerd worden. Het accepteren en geven van hulp, de zorg voor het goed verlopen van groepswerk, de zorg voor elkaar en de omgeving zijn aandachtspunten. We stimuleren samenwerking actief. Een goede begeleiding van een kind is alleen mogelijk als er sprake is van samenwerking tussen ouders en school, waarbij de school de ouders bij het onderwijsproces kan betrekken en waarbij de ouders gemakkelijk de school binnenstappen met vragen en/of opmerkingen. De school speelt een belangrijke rol in de dorpsgemeenschap. We zoeken naar zinvolle en structurele samenwerkingsverbanden met buitenschoolse partners en lokale organisaties, zoals verenigingen en buitenschoolse opvang. De beschreven visie levert het volgende profiel van de school op: OBS Op Koers, het kompas naar jouw toekomst. Met de kenmerken:  De school waar goed geleerd wordt.  Een veilige haven, met rust, structuur en aandacht.  Gericht op de toekomst om sociaalemotioneel en cognitief goed te kunnen functioneren in de maatschappij.  De school die aandacht heeft voor verschillende levensovertuigingen en levensstijlen.


pagina

5



De school die streeft naar actieve betrokkenheid met de omgeving.

De visie en het profiel worden gekleurd door onze kernwaarden: Respect Veiligheid Samenwerking Kwaliteit Zelfstandigheid We hopen elk kind met de uitvoering van onze visie zoveel mogelijk zelfvertrouwen te geven, zodat het zich optimaal en vooral met veel plezier kan ontwikkelen tot een respectvol en gerespecteerd individu. Ons motto is dan ook:

“Samen op eigen wijze”.

Toelating en verwijdering van leerlingen. Aanmelding en zorgplicht. Op het moment dat een leerling schriftelijk wordt aangemeld bij een basisschool met het verzoek om toelating gaat voor deze school de zorgplicht in. Binnen 6 weken na deze aanmelding dient het bevoegd gezag van de school te beslissen over toelating. Een aanmelding moet dus altijd schriftelijk en kan worden gedaan vanaf de dag dat het kind 3 jaar is, maar zo mogelijk uiterlijk 10 weken voor de datum waarop de toelating tot de school wordt gevraagd. Ouders dienen bij de aanmelding aan te geven of zij hun kind ook bij een andere school en zo ja welke school hebben aangemeld. Dit betekent dat de school van aanmelding verantwoordelijk is voor de zorg van deze leerling. Mocht de school niet in staat zijn de leerling op de eigen school voldoende te begeleiden dan is het de plicht van de school om samen met de ouders een andere (reguliere) basisschool te zoeken die wel aan de onderwijsbehoefte van de leerling voldoet, aan de hand van de ondersteuningprofielen. De termijn hiervoor is 6 weken. Dit kan in sommige gevallen één maal verlengd worden met 4 weken. Voor plaatsing op het SBO of SO is het aan het bevoegd gezag van de school om bij het Samenwerkingsverband een toelaatbaarheidsverklaring aan te vragen (zie ook hoofdstuk 3) Weigering. Een leerling mag pas geweigerd worden als de school aan bovengenoemde zorgplicht heeft voldaan. Een andere reden kan zijn dat er op de school van aanmelding geen plaatsruimte is of als de ouders weigeren te verklaren de grondslag van het onderwijs van de school te respecteren.

Oriëntatie. Als een kind drie jaar is geworden kan het al worden aangemeld bij onze basisschool. Wij kunnen ons voorstellen dat u voor die aanmelding eerst wat meer over onze school wilt weten. Dat kan door:  het lezen van deze schoolgids, de bijbehorende kalender en onze schoolkrant,  een bezoekje aan onze website: www.obsopkoers.nl  een kennismakingsbezoekje af te spreken. Kiest u voor onze school, dan volgt de aanmelding via een aanmeldingsformulier. Na toelating wordt u enkele weken voor de vierde verjaardag van uw kind uitgenodigd om samen op school te komen. We kijken dan in de groep, lopen even door het hele gebouw. Ook spreken we de wenmomenten af. Dit zijn twee dagdelen die we kunnen plannen vanaf het moment dat de kleuter 3 jaar en 10 maanden is. OBS Op Koers

Tijdelijke verwijdering. Er kunnen 2 vormen van tijdelijke verwijdering worden genomen:  Time-out, ernstige incidenten leiden tot een time-out met onmiddellijke ingang. De leerling wordt de toegang voor de rest van de dag door de schooldirecteur ontzegd.  Schorsing, schooldirecteur kan (namens het bevoegd gezag) besluiten een leerling te schorsen voor een bepaalde periode. Dit gebeurt indien er sprake is van een dusdanige verstoring van rust, orde en veiligheid op school. Het kan ook voorkomen dat een leerling meerdere malen is gewaarschuwd en zich steeds niet aan de afspraken houdt. De directeur deelt dit de ouders schriftelijk en gemotiveerd mee. Voordat er tot schorsing wordt overgegaan is er een gesprek geweest met de ouders/verzorgers. Aan de hand van een dossier geeft de directeur aan wat er al gedaan is door de school. Dit dossier bevat verslagen van acties en afsprakenlijst-


pagina

6

jes van gesprekken met de leerling en ouders/verzorgers. Verwijdering. Als er sprake is van herhaaldelijke ernstige incidenten waarbij de veiligheid en onderwijskundige voortgang van de school in gevaar komt, kan worden overgegaan tot verwijdering. Hierbij gelden voorwaarden die vastgelegd zijn in het beleid Toelating en Verwijdering. Verwijdering van een leerling van school is een beslissing die genomen wordt door de algemeen directeur (namens het bevoegd gezag). Indien deze hiertoe besluit dan wordt er gezocht naar een andere school binnen of buiten Reflexis. Als er na 8 weken geen andere school is gevonden volgt alsnog verwijdering. Ouders worden in de gelegenheid gesteld hun visie te geven en kunnen ook tegen het besluit in bezwaar en beroep gaan. Procedures en reglementen. Procedures en reglementen die de grondslag vormen voor de toelating en verwijdering van leerlingen zijn:  Zorgroutes van de school en het Samenwerkingsverband Doetinchem,  Zorgovereenkomsten/Zorg-arrangementen,  Stappenplan voor communicatie ouders,  Gedragsregels (zie deze schoolgids). Groepering. De leerlingen worden naar leeftijd in een groep ingedeeld, de zgn. jaargroep. Deze jaargroep moet gezien worden als een basisgroep. Zo’n basisgroep zit alleen in een lokaal of gecombineerd met een (deel van een) andere jaargroep. Binnen de basisgroep kennen we verschillende werkvormen zoals individueel werk, klassikaal werk, groepswerk met dezelfde of verschillende opdrachten. Op verschillende momenten werken we ook basisgroepdoorbrekend. U moet dan denken aan niveaugroepen voor instructie en verwerking of keuzegroepen. Niveaugroepen worden over het algemeen samengesteld door de leerkrachten, terwijl keuzegroepen tot stand komen door keuzes van kinderen zelf. Naast het groepslokaal gebruiken we ook de overige ruimtes van onze school. Leerplicht. Het toezicht op de naleving van de leerplicht wordt door leerplichtambtenaren uitgevoerd in samenwerking met de directeur. De ouders van leerplichtige kinderen kunnen in bepaalde omstandigheden vrijstelling van de leerplicht aanvragen. Zo kan een leerling een dag vrij krijgen voor: - een huwelijk of huwelijksjubileum van directe familie, - ernstige ziekte of overlijden van een familielid, - geboorte van een broertje of zusje, - verhuizing. OBS Op Koers

Voor een geneeskundig onderzoek krijgt een leerling ten hoogste de daarvoor benodigde tijd vrij. Er komen regelmatig verzoeken om extra vakantiedagen bij ons binnen. Op grond van de leerplichtwet is het voor ons bijna onmogelijk deze verzoeken te honoreren. Ook van vierjarigen verwachten wij dat deze kinderen de lessen volgen en niet onnodig thuisblijven. Ná de Basisschool. Vanaf het schooljaar 2014-2015 is het voor alle leerlingen van groep 8 verplicht om een eindtoets te maken. Een school kan uit enkele verschillende toetsen kiezen. OBS Op Koers heeft gekozen voor de Centrale Eindtoets van Cito. Deze toets bouwt voort op de Eindtoets Basisonderwijs van dezelfde firma (de bekende CITO-TOETS). Met de komst van de verplichte eindtoets heeft deze toets wel een andere positie gekregen t.o.v. het schooladvies. De basisschool formuleert voor 1 maart een schooladvies. Hierin staat welk type voortgezet onderwijs het beste bij de leerling past. De school kijkt daarvoor naar leerprestaties, aanleg, ontwikkeling en motivatie gedurende de hele basisschoolperiode. Met dit schooladvies kunnen ouders zich bij de passende school voor voortgezet onderwijs aanmelden. Voor deze scholen is het advies van de basisschool leidend. De verplichte eindtoets wordt daarna in april afgenomen. De uitslag dient dan ook alleen als objectief tweede gegeven. Het schoolteam. Elke groep heeft één of meerdere leerkrachten. Voor kinderen met leerproblemen organiseren we extra hulp. Daarnaast zijn er aparte leerkrachten voor levensbeschouwelijke lessen en vakleerkrachten voor bewegingsonderwijs. Soms werken we met interne vakleerkrachten. Dit zijn leerkrachten van onze eigen school die in meerdere groepen hetzelfde vak geven. De school heeft twee interne begeleiders voor de coördinatie van de leerlingenzorg en er is een conciërge. De dagelijkse leiding is in handen van de schooldirecteur. Deze school werkt daarnaast met drie bouw(locatie)coördinatoren. Deze leerkrachten coördineren de activiteiten van een aantal groepen (onderbouw, bovenbouw, Sinderen). Regelmatig zult u stagiaires in de school tegenkomen. Dit zijn toekomstige leerkrachten of onderwijsassistenten, die op onze school gelegenheid krijgen praktijkervaring op te doen. De coördinatie en begeleiding van alle stagiaires wordt door onze eigen Interne Opleider gedaan.


pagina

7

De resultaten van het onderwijs. Regelmatig wordt door het team nagegaan welke resultaten met het onderwijs op onze school bereikt worden. We volgen de gang van zaken op school nauwkeurig, omdat we het onderwijs willen verbeteren en vernieuwen in het belang van de kinderen. Gedurende de gehele schoolperiode wordt gevolgd hoe de kinderen zich ontwikkelen. We gebruiken hiervoor verschillende toetsen en observaties. Als het nodig is, wordt speciale ondersteuning gegeven. De leerlingen die deze hulp krijgen noemen we zorgleerlingen. Het kan bij deze leerlingen gaan om vrij beperkte eenvoudige extra zorg tot intensieve extra zorg met inschakeling van meerdere externe deskundigen. Bij de leerlingen die extra zorg nodig hebben horen ook leerlingen die meer- of hoogbegaafd zijn. Ook voor deze leerlingen is soms een eigen aanpak nodig. De resultaten op diverse toetsen uit het leerlingvolgsysteem op tussenmomenten (eind groep 3, 4 en 6) liggen gemiddeld de laatste drie jaar op voldoende niveau. Evenals de inspectie gebruiken we hier twee waarderingen: voldoende of onvoldoende.

In groep 8 nemen de leerlingen deel aan de Citoeindtoets Cito-eindtoets OBS Op Koers. meetjaar 2013 2014 landelijk 534,7 534,4 scholen met de535,9 536,0 zelfde leerlingenpopulatie schoolscore 537,1 539,7 deelnemende leerl. 54 57

2015 534.8 536.2 535.1 52

De doorstroming van leerlingen van alle locaties naar de verschillende vormen van voortgezet onderwijs is in de tabel hieronder weergegeven. Doorstroming van leerlingen. Varsseveld + Sinderen

meetjaar

2013

2014

2015

aantal leerlingen Internat.schakelklas Praktijkonderwijs LWOO Beroeps/Kader Kader/Gemengd Gemengd/ Theoretisch HAVO / VWO

55 0 1 7 8 0 13

59 0 1 3 5 1 21

53 0 1 7 3 0 10

26

28

37

Verklaring afkortingen: VMBO= Voorbereidend Middelbaar Beroepsonderwijs LWOO= VMBO-leerwegondersteunend Beroeps= VMBO-beroepsgerichte leerweg Kader= VMBO-kadergerichte leerweg Gemengd= VMBO-gemengde leerweg Theoretisch= VMBO-theoretische leerweg

OBS Op Koers


pagina

8

Schoolontwikkeling. Net als alles in het leven is ook onze school aan constante veranderingen onderhevig. Wij staan open voor nieuwe ontwikkelingen, willen daarvan kennis nemen en mogelijk toepassen. Om richting te geven aan onze schoolontwikkeling stelt de school elk jaar een jaarplan op. Afgelopen jaar hebben we het volgende afgerond en/of opgepakt en verbeterd:  Het Leesprogramma LisT is uitgevoerd in de groepen 1 t/m 8. Borgingsafspraken zijn toegepast, geëvalueerd en bijgesteld.  Implementatie van de methodes voor schrijven, Engels en Begrijpend Lezen (Nieuwsbegripversie XL).  We hebben ParnasSys ingezet om de eerste stappen naar een digitaal rapport te zetten.  De zorgstructuur is verbeterd, o.a door Handelingsgericht Werken (HGW) toe te passen, te evalueren en nieuwe inzichten te oefenen. Op die manier zijn gesprekken gevoerd binnen het ondersteuningsteam van de school. De aandacht lag bij gesprekken met ouders en gesprekken met kinderen.  Het project Opleidingsschool (begeleiding van stagiaires met een eigen Interne Opleider) is verder geprofessionaliseerd. We hebben ons georiënteerd op de Academische Pabo en academische studenten begeleid.  In teambijeenkomsten hebben we analyses gemaakt van onze opbrengsten (CITOtoetsen) om ons onderwijs te verbeteren. Hiervoor zijn groepsplannen opgesteld voor rekenen en spelling. Deze opbrengstvergaderingen hebben een structurele plaats gekregen.  We hebben teambreed een opfriscursus voor Leefstijl georganiseerd.  Er zijn digiborden aangeschaft. De groepen 3 t/m 8 beschikken over zo’n bord. In Varsseveld hebben de groepen 1 en 2 de beschikking over één verrijdbaar exemplaar.  De vervangingscyclus ICT-hardware is uitgevoerd.  Er is materiaal ontwikkeld/verzameld voor kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong (rekenen/techniek voor kleuters, verrijkingsmap voor plusklas-kinderen).  Als observatie- en volgsysteem voor kleuters is PRAVOO-digitaal gekozen en ingevoerd.  Het thema ouderbetrokkenheid is structureel op de agenda gezet.

 

  



 

  

standiger verwerking, coöperatief leren, werken met weektaken en een meer begeleidende rol van de leerkracht is het gevolg. Dit blijft jaarlijks onderwerp van verbetering. Het leesbevorderingsproject LisT (Lezen is Top) blijven we voortzetten. De borgingsafspraken staan daarvoor garant. Het systeem van kwaliteitszorg aanpassen en verbeteren. Hierbij maken we steeds meer bewust gebruik van de resultaten van onze school om te reflecteren en het onderwijs te verbeteren. (Opbrengstgericht Werken). Voor vastgestelde periodes worden groepsplannen opgesteld voor de hoofdvakken Rekenen en Taal. Uitvoeren en verder ontwikkelen van beleid voor cultuureducatie en de creatieve middagen. Oriëntatie op een nieuwe taalmethode. Vervolg van het project Opleidingsschool. Ook academische studenten doen mee. We nemen deel aan een netwerk met het ontwikkelthema “Verbetering van het stelonderwijs”. Binnen het samenwerkingsverband Doetinchem invulling geven aan de invoering van passend onderwijs. Daarnaast volgt het team de vervolgscholing HandelingsGericht Werken (HGW) en Oplossingsgericht communiceren. Werken aan de profilering van de school. Verder onderzoek naar de juiste werkwijze en groeperingsvorm binnen onze school voor de kleuters. Stroomlijnen van thema’s, observatieinstrumenten en rapportage. Optimaliseren van de aansluiting Voorschool (peuters) en Basisschool. Plusklas verder vormgeven, inclusief verrijkingsmateriaal. Het thema ouderbetrokkenheid voorzien van actiepunten en deze uitvoeren.

Schoolontwikkeling wordt o.a. vormgegeven door overleg in het team (teamstudiedagen, teambijeenkomsten, collegiaal overleg) en het volgen van nascholingscursussen.

In het komende schooljaar zullen enkele nieuwe zaken onze aandacht vragen, maar concentreren we ons vooral op verbetering van reeds ingezette ontwikkelingen, zoals:  Bevorderen van de zelfstandigheid van leerlingen. Hierbij hoort ook een verandering in het lesgeven. Een andere instructie, een zelfOBS Op Koers


pagina

9

Sponsoring. Voor het bedrijfsleven is een school aantrekkelijk voor sponsoractiviteiten. De jeugd is een boeiende doelgroep, de jeugd heeft de toekomst en vertegenwoordigt een potentiële markt. Maar kinderen vormen ook een beïnvloedbare en kwetsbare groep. Als school moeten we ons daarvan terdege bewust zijn als we op één of andere manier sponsoractiviteiten toelaten. Landelijk is de aandacht voor sponsoractiviteiten opgepakt door alle landelijke onderwijsorganisaties van besturen, personeel, ouders en leerlingen, alsmede het ministerie. Er is een convenant opgesteld. In dit convenant zijn uitgangspunten rond sponsoring geformuleerd, waarin onze school zich kan vinden. Hierdoor is het voor ouders duidelijk waar we staan betreffende sponsoring. De uitgangspunten worden hieronder in een apart hoofdstukje beschreven.

Wat is sponsoring? Bij sponsoring gaat het om geld, goederen of diensten die een sponsor verstrekt aan de school, waarvoor de sponsor een tegenprestatie verlangt waarmee leerlingen of hun ouders in schoolverband worden geconfronteerd.

Sponsoring op onze school. Op dit moment komt sponsoring op beide locaties zeer beperkt voor.  In Sinderen kunnen bedrijven ruimte “kopen” in de schoolkrant. Voor een bepaald bedrag (door de oudervereniging bepaald) plaatst de redactie één schooljaar lang de advertentie van het bedrijf in de schoolkrant.  In Varsseveld en Sinderen verspreiden we via school jeugdbladen van educatieve uitgevers, waarvan we denken dat het voor kinderen verantwoorde bladen zijn.  In Varsseveld en Sinderen werken we mee aan het verspreiden van boekpakketten en ICTpakketten van educatieve uitgevers.  In Varsseveld en Sinderen liggen soms “strooifolders” van bedrijven en instellingen. Het zijn vaak bedrijven en instellingen die een link hebben met onderwijs, zoals computerprogramma’s voor thuisgebruik. Deze folders worden niet actief aan alle kinderen uitgedeeld, maar liggen op een vaste plek. Kinderen en/of ouders kunnen de folder meenemen.  Er kunnen incidenteel acties gehouden worden waarbij we sponsorgelden aanvaarden. Bijvoorbeeld acties om geld in te zamelen voor speeltoestellen. Dit soort acties worden in samenwerking met de oudervereniging opgezet. Indien werkgroepen binnen onze school acties voorbereiden waarbij sponsoring een rol speelt, wordt het actieplan ter goedkeuring aan de Medezeggenschapsraad voorgelegd.

Uitgangspunten.  Sponsoring moet verenigbaar zijn met de pedagogische en onderwijskundige taak en doelstelling van de school. Er mag geen schade worden berokkend aan de geestelijke en/of lichamelijke gesteldheid van leerlingen. Sponsoring moet in overeenstemming zijn met de goede smaak en het fatsoen.  Sponsoring mag niet de objectiviteit, de geloofwaardigheid, de betrouwbaarheid en de onafhankelijkheid van het onderwijs, de scholen en de daarbij betrokkenen in gevaar brengen.  Sponsoring mag niet de onderwijsinhoud en/of de voortgang van het onderwijs beïnvloeden. Het primaire onderwijsproces op onze school mag op geen enkele wijze afhankelijk zijn van sponsormiddelen. OBS Op Koers


pagina

10

concreet wat uit onze methodes gebruikt wordt. Ook ander bronmateriaal wordt vermeld. De leerlijnen worden centraal bewaard.

Hoofdstuk 2 De schoolvakken. Verplichte schoolvakken. De Wet op het Primair Onderwijs schrijft voor wat de kinderen op de basisschool moeten leren. De manier waarop dat wordt gedaan is een zaak van de school zelf. Om ervoor te zorgen dat er eenheid komt in wat de kinderen kennen en kunnen als ze de basisschool verlaten, heeft de overheid kerndoelen geformuleerd en voor taal en rekenen referentieniveaus bepaald. Onze school gebruikt voor de elementaire vakken methoden die aan de kerndoelen voldoen en voor taal en rekenen zijn de referentieniveaus in de leerstof verwerkt. De verplichte vakken voor een basisschool zijn:  zintuiglijke en lichamelijke oefening.  Nederlandse taal (taal, lezen, schrijven).  rekenen en wiskunde.  Engelse taal.  expressieactiviteiten (bevordering van taalgebruik, muziek, tekenen, handvaardigheid, spelen en bewegen).  bevordering van sociale redzaamheid, waaronder gedrag in het verkeer.  bevordering van gezond gedrag.  enkele kennisgebieden waaronder: aardrijkskunde, geschiedenis, natuur, maatschappelijke verhoudingen en geestelijke stromingen. De verplichte vakken worden dus gegeven aan de hand van methoden. Deze methoden volgen de leerlijnen voor de betreffende vakken. In de groepen 1 en 2 worden geen complete methodes gebruikt. De leerstof wordt geordend in thema’s, waarvoor veel bronmateriaal beschikbaar is. Registratie is belangrijk. Dit wordt gedaan om goed te plannen en te bewaken dat alle ontwikkelingsaspecten en materialen voldoende en evenwichtig verdeeld aan de orde komen bij alle leerlingen gedurende de kleuterperiode. Leerlijnen taal-lezen-rekenen groepen 1 en 2. Voor het plannen van activiteiten (thema’s) worden leerlijnen taal/lezen en leerlijnen wiskundige oriëntatie gebruikt. De leerlijnen bevatten beschreven tussendoelen, welke bakens zijn van kenmerkende ontwikkelingslijnen die jonge kinderen bereiken in het proces van ontluikende geletterdheid en ontluikende gecijferdheid. De leerlijnen bevatten formulieren om zaken te plannen, zodat de geplande tussendoelen aan de orde komen binnen de thema’s. Daarnaast zijn er per tussendoel formulieren waarin te zien is welke soorten activiteiten bij de tussendoelen passen. Op dit zelfde formulier staan handreikingen voor concrete activiteiten en kunnen eigen activiteiten ingevuld worden. Tot slot kan op deze formulieren worden aangegeven welke methodes en materialen worden ingezet. Hier noteert de leerkracht OBS Op Koers

Naast deze leerlijnen worden themamappen aangelegd om per thema alle gebruikte materialen te verzamelen. Dit kunnen kopieën zijn uit boeken, verwijzingen naar leesboekjes, videomateriaal, websites enz. Aan het begin van het schooljaar organiseren we een info-avond. U kunt dan alle lesmaterialen bekijken en de leerkracht is aanwezig om informatie te geven.

Computergebruik. Het computergebruik in de basisschool wordt aangegeven met de afkorting I.C.T. (informatieen communicatie technologie). De school heeft een groot aantal computers, welke zijn aangesloten op een netwerk. Via het netwerk is er verbinding met internet. In de afgelopen schooljaren is er veel geïnvesteerd in de hardware. Zo zijn er digitale schoolborden (Activ-boards) geplaatst en zijn alle werkstations op beide vestigingen in een vervangingscyclus opgenomen. Verdere ontwikkelingen zijn afhankelijk van de keuzes die binnen Reflexis op het gebied van ICT worden gemaakt. De werkgroep ICT van OBS Op Koers heeft voor de komende schooljaren een vijftal speerpunten vastgelegd (zie ICT Beleidsplan van 2014):  Zo optimaal mogelijk gebruik maken van de digitale schoolborden.  Een doorgaande lijn in het gebruik van methodegebonden software bewerkstelligen.  Leerlingencursus Word en Power Point.  Mediawijsheid bewust en regelmatig aan de orde stellen.  Oriëntatie op de mogelijkheden van nieuwe hardware (tablets, chromebooks). Voor- en nadelen afwegen ten opzichte van de werkstations en laptops. Naast deze speerpunten zal ParnasSys steeds meer gebruik worden voor rapportage, administratie, verantwoording en contacten met ouders. Dit vergt training en overleg.


pagina

11

In de praktijk wordt er gewerkt op drie niveaus binnen de school, n.l. de leerlingen, de leerkrachten, de directie. De leerlingen kunnen tekstverwerken, zoeken informatie (internet), maken presentaties en communiceren (e-mail) via de computer. Daarnaast is de computer bij de schoolvakken een didactisch hulpmiddel, waarmee de leerlingen zelfstandig kunnen oefenen, herhalen en toetsen. Voor dit doel is goede software beschikbaar, passend bij onze methodes. Tevens gaat onze aandacht uit naar programma’s voor kinderen die op één of ander terrein uitvallen. De leerkrachten behoren de vaardigheden die de leerlingen moeten kennen te beheersen. Daarnaast worden resultaten en planningen op de computer bijgehouden (ParnasSys). De leerkrachten volgen nascholing voor een goed gebruik van hardware en software en werken samen voor een goede invoering en gebruik. De directie houdt de leerlingenadministratie, de financiële en personele administratie digitaal bij. Daarnaast is de interne communicatie waar mogelijk digitaal (teaminfo’s, agenda’s en notulen). De website en ParnasSys ontwikkelt zich steeds meer tot het middel om ouders te informeren over de gang van zaken op school.

Zelfstandig werken. Op onze school leren we de kinderen zelfstandig werken. Bij zelfstandig werken moet u denken aan de situatie waarbij kinderen individueel of in kleine groepjes zonder uitgebreide hulp van de leerkracht met verschillende vakken lerend bezig zijn. Het algemene doel hiervan is tweeledig: 1. De zelfstandigheid van kinderen bevorderen, waardoor kinderen leren samen te werken, zelf problemen op te lossen, omgaan met uitgestelde aandacht, zichzelf taken te stellen en keuzes te maken. 2. De leerkracht heeft meer tijd om kinderen die dat nodig hebben extra hulp of aandacht te geven. Zelfstandig werken lukt niet zomaar. Het is een leerproces voor kinderen maar ook voor leerkrachten, waaraan wij met veel aandacht werken. Hierbij speelt het leren omgaan met een weektaak ook een rol. De weektaak is een overzicht van de leerstof per dag/week waarmee de leerlingen vanaf groep 5 leren plannen. In groep 1 en 2 start dit zelfstandig plannen met een kiesbord. Groep 3 start halverwege het schooljaar met een eenvoudige weektaak. Vanaf groep 4 wordt de weektaak structureel ingezet. Nakijken schriftelijk werk. Het schoolteam leert de kinderen zelf nakijken. Dit hoort ook bij het leren zelfstandig te werken. En leert het kind zelf verantwoordelijk te zijn voor het werk. De leerkracht houdt natuurlijk regelmatig steekproeven ter controle en overzicht op de verzorging. De leerkracht kijkt altijd de toetsen en proefwerken na. Godsdienstige vorming. “Openbaar onderwijs wordt gegeven met eerbiediging van ieders godsdienst of levensbeschouwing”, zo stelt de Wet op het Basisonderwijs. Die eerbiediging gaat zelfs zo ver dat er binnen het lesrooster van de openbare school ruimte is om kinderen op te voeden in die levensbeschouwelijke opvatting die de ouders wensen. Het wordt dus gegeven op verzoek van de ouders. Dit godsdienstig vormingsonderwijs op school wordt in Varsseveld verzorgd door de Hervormde Gemeente, de Nederlandse Protestanten Bond, de R.K. Parochie (35 of 45 min. per week). Daarnaast streven we er naar om Humanistisch Vormingsonderwijs te realiseren. In Sinderen kunnen de kinderen de lessen van de Hervormde Gemeente en de R.K. Parochie volgen. De verantwoording van de lessen berust bij de instantie die deze lessen verzorgt en niet bij de leerkrachten van onze school. De leerlingen die niet aan het vormingsonderwijs deelnemen, worden in principe door een groepsleerkracht opgevangen.

OBS Op Koers


pagina

12

Sporttoernooien. De school doet mee aan de plaatselijke (gemeentelijke) sporttoernooien voor de groepen (6) 7 en 8. Deze toernooien vinden meestal onder schooltijd plaats, soms na schooltijd (dammen). Als onze teams uitgenodigd worden voor regionale en/of landelijke vervolgkampioenschappen doen wij daaraan niet mee.

Huiswerk. Op onze school is bewust gekozen voor het geven van huiswerk. Niet zomaar willekeurig als een leerkracht het zo uit komt. Het team heeft de doelstellingen onder woorden gebracht en door de leerjaren heen een opbouw afgesproken. Onder huiswerk verstaan wij werk dat van school meegegeven wordt naar huis om daar te worden geleerd, gemaakt of uitgewerkt. Het werk veronderstelt een positief effect op de leerprestaties. Huiswerk is een middel om de zelfstandigheid te vergroten en is bedoeld de leerprestaties te verbeteren. Door het geven van huiswerk kan de school de ouders betrekken bij de school. Het versterkt de band tussen school en thuis. Het is belangrijk dat leerlingen op school leren hoe ze moeten omgaan met huiswerk; hoe ze zo efficiënt mogelijk kunnen werken en hoe ze problemen die ze tegenkomen zelf kunnen oplossen. Het is de taak van de leerkracht de leerlingen te motiveren, duidelijke afspraken over huiswerk te maken en te controleren. Daarnaast vinden we het belangrijk de ouders te informeren over onze bedoelingen met huiswerk. Ook is er schriftelijke informatie beschikbaar met ‘Huiswerktips voor leerlingen’ en ‘Huiswerktips voor ouders’. Voor een aantal huiswerkonderdelen zijn werklijsten ontwikkeld als steun bij de uitvoering thuis. Er bestaan werklijsten voor boekbesprekingen, voor spreekbeurten en werkstukken.

OBS Op Koers


pagina

13

Hoofdstuk 3 Leerlingenzorg. Passend Onderwijs. Met ingang van 1 augustus 2014 is de wet Passend Onderwijs operationeel. Het doel van de wet is dat alle leerlingen, dus ook de leerlingen die extra ondersteuning in de klas nodig hebben, een passende onderwijsplek krijgen. De essentie van het onderwijs blijft hetzelfde: iedere leerling uitdagen het beste uit zichzelf te halen. Uitgangspunt bij passend onderwijs is: regulier als het kan, speciaal als het moet. Om alle leerlingen een passende plek te bieden werken scholen en hun besturen in een regio met elkaar samen. Daarvoor zijn in Nederland 75 samenwerkingsverbanden ingericht. Onze school doet mee in het Samenwerkingsverband Primair Passend Onderwijs Doetinchem (voorheen WSNS Doetinchem). Voor het Samenwerkingsverband (SWV) en de samenwerking gelden de volgende uitgangspunten:  Het doel van de samenwerking in het SWV is om een dekkende ondersteuningsstructuur te realiseren die het mogelijk maakt dat elk kind handelingsgerichte ondersteuning en onderwijs op maat krijgt en wel zo thuisnabij mogelijk, zo snel mogelijk, zo verantwoord mogelijk, zo passend en deskundig mogelijk en zo veel mogelijk in scholen voor basisonderwijs.  Schoolbesturen(en hun scholen) zijn verantwoordelijk voor de zorgplicht en het vormgeven van passend onderwijs binnen wettelijke en financiële kaders.  Inhoudelijk betekent dit, dat zij zich binden aan de afspraken die zijn vastgelegd in het Ondersteuningsplan van het SWV. Het gaat dan om afspraken over het niveau van basisondersteuning en de afspraken over de inhoudelijke verbinding en afstemming tussen basisonderwijs, speciaal basisonderwijs en speciaal onderwijs. Meer informatie vindt u op de website van het Samenwerkingsverband. De basis is het ondersteuningsplan en het handboek Passend Onderwijs. Basisondersteuning. Passend onderwijs vraagt om de definiëring van de basisondersteuning op de scholen. De basisondersteuning is het kwaliteitsniveau van de ondersteuning dat elke school minimaal aan een leerling kan bieden. De beschrijving van de basisondersteuning is voor alle scholen binnen het SWV gelijk. U vindt de beschrijving hiervan in het ondersteuningsplan van het SWV. OBS Op Koers

Schoolondersteuningsprofiel (SOP). Elke school heeft een SOP. Hierin vindt u informatie over:  de mate waarin de school voldoet aan de eisen voor de basisondersteuning,  welke deskundigheden de school beschikt en welke deskundigheden van buiten beschikbaar zijn,  welke ondersteuningsvoorzieningen beschikbaar zijn,  welke partners er zijn met wie in de keten wordt samengewerkt,  welke plannen er zijn ter ontwikkeling van bovenstaande punten. Het schoolondersteuningsprofiel is op de website beschikbaar. Het profiel wordt elk jaar bijgesteld, want we zijn bezig om de kennis en vaardigheden van onze teamleden steeds te ontwikkelen. Om de extra ondersteuning voor kinderen die dat nodig hebben goed in te richten gebruiken we een stappenplan van zorg, de zorgroute. De beschrijving leest u hierna in dit hoofdstuk.

Zorgplicht en aanmelding. Eén van de nieuwe aspecten binnen passend onderwijs is dat het schoolbestuur/de school zorgplicht heeft. Dit houdt in dat scholen ervoor moeten zorgen dat iedere leerling een passende onderwijsplek krijgt. Als de school de leerling niet de extra ondersteuning kan bieden die hij/zij nodig heeft, is het verplicht om in overleg met de ouders een passend aanbod op een andere school te bieden. Meer over toelating is te lezen in hoofdstuk 1 onder “Toelating en verwijdering van leerlingen”. Leerlingenzorg. Kinderen zijn nieuwsgierig en willen steeds iets nieuws leren. Alle leerlingen verdienen aandacht en zorg, maar zeker de kinderen die moeite hebben met het leren of die juist erg goed zijn. Wie moeite heeft met een bepaald onderdeel krijgt extra hulp en extra oefenstof. Wie goed kan leren krijgt extra uitdagende opdrachten. Kinderen van eenzelfde leeftijd zitten meestal in dezelfde groep. De leerkrachten proberen de leerstof te geven die bij uw kind past, maar dat lukt niet altijd. Soms zijn de problemen bij kinderen complex en divers en soms is het voor een leer-


pagina

14

kracht niet mogelijk om optimaal in te spelen op de individuele behoeften van het kind. De zorgroute van onze school (en Samenwerkingsverband WSNS) geeft dan richting aan de ondersteuning die noodzakelijk is. Als u als ouder problemen over uw kind wilt bespreken, doet u dat in eerste instantie met de groepsleerkracht. Hij/zij maakt het kind de hele dag mee en heeft een goede kijk op de ontwikkeling van het kind in de groep. Daarnaast kunt u de interne begeleider daarover aanspreken.

Zorgroute. Het komt voor dat kinderen om de één of andere reden extra zorg of aandacht nodig hebben. Het is dan belangrijk om deze behoefte op tijd te ontdekken. Dat doen wij op verschillende manieren, zoals: * observatie door de leerkracht * gesprekken met kinderen * gesprekken met de ouders * gesprekken met de schoolarts, logopedist of andere hulpverlenende instanties * toetsen uit de methodes * toetsen waarvan de uitslag te vergelijken is met landelijke gegevens. * schriftelijk en mondeling werk. Merken wij dat een kind dreigt vast te lopen, dan kunnen wij direct hulp bieden in de groep. De uitleg wordt herhaald, gevolgd door aangepaste of extra oefenstof. De leerkracht geeft wat meer uitleg in een kleine groep of individueel. Soms merken wij dat de hulp in de groep toch onvoldoende resultaat heeft. In zo’n geval bespreekt de leerkracht dit met collega’s en met de intern begeleider. Meerdere teamleden buigen zich dan over de mogelijke oplossingen. Het kind kan dan extra hulp krijgen buiten de groep of in de groep werken met een speciaal opgesteld hulpprogramma. Uiteraard gebeuren deze zaken pas na overleg met de betrokken ouders. Na verloop van tijd wordt gekeken wat de extra hulp heeft opgeleverd. Wanneer de problemen zijn overwonnen, wordt de extra zorg beëindigd. Enkele kinderen kunnen vrij ernstige leer- en/of gedragsproblemen hebben. Om de ondersteuning te OBS Op Koers

krijgen waar deze kinderen behoefte aan hebben is soms hulp van buiten nodig. Via een stappenplan, waarbinnen overleg en toestemming van ouders belangrijk is, volgt dan bespreking in het ondersteuningsteam van de school. Dit team bestaat uit ouders, leerkracht, IB-er, leerlingbegeleider van IJsselgroep, Jeugdverpleegkundige, vaak Schoolmaatschappelijk werk en eventueel andere deskundigen. Er wordt dan besproken wat de wenselijke stappen zijn en dit wordt vastgelegd in het handelingsplan. Als na een afgesproken periode blijkt dat de ondersteuning binnen school niet voldoende werkt, zoeken we samen met de ouders naar een oplossing. Het gaat dan om een beter toegeruste opvang te vinden. De leerling wordt dan aangemeld bij het OnderwijsZorgloket (OZL) van het Samenwerkingsverband. Er volgt daarna een advies, bijvoorbeeld met speciale begeleiding toch op de eigen school blijven, plaatsing op een speciale school voor basisonderwijs (SBO) of plaatsing op een andere basisschool. Het komt ook voor dat we de afspraak maken, dat een kind voor een bepaald vak met een aangepast programma gaat werken. Zo'n leerling haalt op dat gebied niet het eindniveau van de basisschool, maar we stellen het aangepast programma (individuele leerlijn) zo op dat er aansluiting is bij het vervolgonderwijs. Het OZL speelt ook een rol bij het aanvragen van een Indicatie voor het Speciaal Onderwijs (SO). Indien de specifieke expertise die de leerling nodig heeft niet binnen het samenwerkingverband voor handen is kan het OZL via de Commissie van Indicatiestelling dan een “Verklaring Ontoereikende Zorg” verkrijgen. Hiermee kan een leerling bij het SO aangemeld worden. Van alle rapporten en onderzoeken krijgen de ouders een kopie.

Zoals hierboven is aangegeven, is het volgen van de ontwikkeling (en leerresultaten) van de kinderen


pagina

15

een essentiële voorwaarde om tijdig hulp te kunnen bieden. De resultaten van het dagelijks werk in de groep en de Cito toetsen verwoorden wij in de 15-minutengesprekken en op de rapporten. Cito toetsen zijn toetsen die vergelijkingen met landelijke normen mogelijk maken. Onze school gebruikt in dat kader: *CITO taal voor kleuters (gr.1-2) *CITO rekenen voor kleuters (gr.1-2) *CITO begrijpend lezen (gr. 3 t/m 8) *CITO technisch lezen AVI-DMT(gr.3 t/m 8.) *CITO spellingvaardigheidstoets(gr.3 t/m 8.) *CITO rekenen-wiskundetoets (gr. 3 t/m 8) *Centrale eindtoets basisonderwijs. Vooral de CITO-eindtoets is bekend als de CITOtoets, maar u ziet dat het CITO er meer maakt. Genoemde toetsen zijn vooral van belang voor intern gebruik. De toetsresultaten worden binnen het team besproken (Toetsbespreking). Voor de hoofdvakken Rekenen en Taal worden groepsplannen opgesteld. Tijdens 15-minutengesprekken worden de toetsresultaten besproken . Op de verslagformulieren en rapporten wordt gebruik gemaakt van de volgende niveau-aanduiding: Niveau A goed tot zeer goed. Niveau B ruim voldoende tot goed Niveau C matig tot voldoende Niveau D zwak tot matig Niveau E zwak tot zeer zwak

Sociale verhoudingen/vaardigheden. We werken met de methode Leefstijl voor de sociaal emotionele ontwikkeling van kinderen. Om de sociale verhoudingen en/of vaardigheden in beeld te brengen en objectief te toetsen is ingewikkeld. Het team gebruikt PRAVOO en EGGO-lijsten, maar blijft zoeken naar meer complete instrumenten. Tot die tijd hebben we natuurlijk het observatievermogen van de leerkracht. Daarnaast gebruiken we in de groepen 3, 5 en 7 vragenlijsten die de kinderen invullen. Hiermee krijgen we een completer beeld van de sociale verhoudingen in een groep. Opvallende uitkomsten worden in het team en met de betrokken kinderen en ouders besproken.

OBS Op Koers

Interne begeleiding. Op onze school zijn twee Interne Begeleiders (I.B.ers) aangesteld. De I.B.-ers zijn verantwoordelijk voor de leerlingenzorg op school. De leerlingenzorg is voor die leerlingen die, om welke reden dan ook, het normale programma en/of tempo van de basisschool niet of moeilijk kunnen volgen of voor de leerlingen die juist meer mogelijkheden hebben. Deze algemene taak is in de volgende deeltaken te splitsen:  opstellen van toetskalender,  resultaten van toetsen bespreken met leerkrachten en team,  in overleg met Remedial Teacher (R.T.-er) een leerkracht op weg helpen met hulpplannen voor zorgleerlingen,  samen vastleggen en controleren of deze worden nagekomen,  samen met de leerkracht zoeken naar oplossingen bij problemen,  groepsbesprekingen houden, voorafgegaan door groepsobservaties,  voorbereiden en voorzitten van het ondersteuningsteam en ander zorgoverleg.  overleg met het ondersteuningsteam,  overleg met externe adviseurs,  bijhouden van de orthotheek,  helpen bij het opstellen van onderwijskundige rapporten. De Interne Begeleider is, evenals de hierna beschreven Remedial Teacher, geschoold en houdt door middel van nascholing de kennis op peil en volgt zo nieuwe ontwikkelingen. Regelmatig is er overleg met andere I.B.-ers, zodat er een uitwisseling van ideeën en ervaringen plaatsvindt.

Remedial teacher. Onze Remedial Teacher (R.T.-er) heeft binnen de school verschillende taken. De meest bekende is het geven van hulp aan individuele leerlingen of kleine groepjes leerlingen. Deze hulp betreft dan leerlingen met problemen op emotioneel- en/of leergebied, vooral bij taal, lezen en rekenen. De hulp wordt gedurende een afgebakende tijd gegeven, met als doel het wegwerken van de problemen.


pagina

16

Daarnaast heeft de R.T.-er de taak om leerkrachten te ondersteunen bij het zoeken naar hulpprogramma’s voor leerlingen die gedurende langere tijd speciale hulp nodig hebben of zelfs geheel met een eigen programma werken. Ook is de R.T.-er vraagbaak voor teamleden betreffende de materialen in onze orthotheek. De orthotheek is een verzameling van toetsen en hulpmaterialen om achterstanden en problemen bij leerlingen op te sporen, in kaart te brengen en te verhelpen. Voor dit werk is de R.T.-er geschoold en blijft door nascholing op de hoogte van nieuwe ontwikkelingen.

sprek heeft als onderwerp de sociaal emotionele ontwikkeling van het kind en vooral de ouders vertellen a.d.h.v. vragenlijsten hun ervaringen. De voortgang van de leerlingen op de leergebieden wordt tijdens 15-minutengesprekken aan ouders gerapporteerd. Als blijkt dat ouders tussentijds schriftelijk en/of mondeling informatie over hun kind willen, kan dat. Een vorm van externe rapportage is ook het maken van een onderwijskundig rapport voor een andere school. Bijvoorbeeld in geval van verhuizing of overgang naar het voortgezet onderwijs. Van deze rapporten krijgen de ouders een kopie. Begeleiding (hoog)begaafde leerlingen. Ook leerlingen die gemakkelijk kunnen leren, hebben speciale aandacht nodig. Het is belangrijk dat deze leerling uitgedaagd wordt om goed te blijven presteren. Binnen de methodes is extra oefenstof aangegeven, die deze leerlingen kunnen maken. Bovendien gebruiken we voor deze leerlingen speciale leerstof waaraan ze zelfstandig kunnen werken. Soms stromen leerlingen versneld door. Het schoolbestuur is in 2010 gestart met een plusklas voor leerlingen van Reflexisscholen.

Rapportage. Onder rapportage verstaan wij het bijhouden en noteren van resultaten en ontwikkelingen van leerlingen en het doorgeven van deze gegevens aan ouders, leerlingen, teamleden, andere scholen en hulpverlenende instanties. Wij onderscheiden hierbij een interne rapportage en een externe rapportage. Intern is het doorgeven en doorspreken van gegevens tussen leerkrachten van onze school zelf. Wanneer de gegevens buiten de schoolmuren gaan, noemen we dat externe rapportage. Intern gebruiken we een groepsmap en een zorgmap. Deze mappen (vanaf 2012 grotendeels digitaal via ParnasSys) bevatten overzichtslijsten met rapportcijfers en resultaten van toetsen, schriftelijk werk en mondeling werk, maar ook observatiegegevens. Naast de overzichtslijsten worden in de groepsmap ook persoonlijke gegevens verzameld m.b.t. de ontwikkeling, gesprekken met leerlingen, leerlingbesprekingen, contacten met ouders, bijzondere gebeurtenissen e.d Deze gegevens uit de interne rapportage gaan nooit naar derden zonder toestemming van ouders. De externe rapportage is de rapportage aan ouders en leerlingen. Deze rapportage vindt zowel schriftelijk als mondeling plaats. Schriftelijke rapportage vindt plaats door observatielijsten en rapporten. De kinderen krijgen 2 keer per jaar een schriftelijke rapportage. Ook krijgen de ouders regelmatig een uitnodiging voor een gesprek. Aan het begin van het schooljaar vindt er een SEO-gesprek plaats. Dit geOBS Op Koers

Plusklas. Het schoolbestuur heeft in 2010 het beleidsstuk “Kinderen met een ontwikkelingsvoorsprong en (hoog)begaafde leerlingen” aangenomen. Daarna is gestart met twee plusklassen voor leerlingen met een ontwikkelingsvoorsprong. In het beleidsstuk is een duidelijk stappenplan opgesteld met voorwaarden waaraan kinderen van onze school moeten voldoen om te kunnen deelnemen aan de plasklas. Er is een plusklas in Aalten en één in Varsseveld. Eén dag per week gaat een plusleerling naar Aalten of Varsseveld. De rest van de week zit hij/zij op de eigen school.

Doubleren. Doubleren, of te wel zitten blijven, komt op onze school voor. Wij zijn niet per definitie voor- of tegenstanders van doubleren. Zitten blijven kan een goede oplossing zijn wanneer het leren, de sociale, emotionele of lichamelijke


pagina

17

ontwikkeling stagneert. Het herhalen van een leerjaar is alleen zinvol als er gericht gewerkt kan worden aan de problemen en de rest van de ontwikkeling niet stilstaat. Aan het besluit tot doubleren gaat een heel proces vooraf, waarbij ouders vanaf het begin zijn betrokken. Ook wordt een leerling altijd via diverse vormen van leerlingenoverleg onder de aandacht van het team gebracht. Bij een verschil van mening tussen de visie van de ouders en die van de school, neemt de directeur het besluit in welke groep het kind geplaatst wordt. Dit nadat hij de ouders en de leerkracht heeft gehoord. De procedure tot besluitvorming ligt op school ter inzage.

Langdurig zieken. In de wet Ondersteuning Onderwijs aan Zieke Leerlingen van 1999 is nog eens duidelijk aangegeven dat ook zieke leerlingen recht hebben op onderwijs. Voor kinderen die in een ziekenhuis zijn opgenomen of ziek thuis zijn, is het belangrijk dat het gewone leven zoveel mogelijk doorgaat. Onderwijs hoort daar zeker bij. Onderwijs aan zieke leerlingen is o.a. om de volgende redenen van belang:  Het leerproces wordt voortgezet. (een onnodige leerachterstand wordt zo veel mogelijk voorkomen)  De zieke leerling houdt een belangrijke verbinding met de buitenwereld (regelmatig sociale contacten) Ook tijdens een ziekteperiode van een leerling blijft de school verantwoordelijk voor het onderwijs aan die leerling. De leerkrachten staan er echter niet alleen voor. Zij kunnen voor deze onderwijsbegeleiding aan de zieke leerling een beroep doen op de ondersteuning van een Consulent Onderwijs aan Zieke Leerlingen. (COZL). De leerkracht van de school en de consulent maken in overleg met de ouders van de leerling afspraken over de inhoud van de ondersteuning. Het accent kan daarbij liggen op begeleiding en advisering, maar ook kan een deel van het onderwijsprogramma van school worden overgenomen. Het belang van de zieke leerling wordt daarbij steeds als uitgangspunt genomen. Aanmelden voor deze vorm van onderwijsbegeleiding kan door de ouders of de school. Voorafgaand overleg is daarbij wel aan te bevelen. Voor OBS Op Koers

meer informatie kunt u contact opnemen met het centrale kantoor van Onderwijs aan Zieke Leerlingen IJsselgroep ( 0546-536583). Protocol rouwverwerking. Het schoolleven kan plotseling verstoord worden door ernstige gebeurtenissen, zoals het overlijden van een kind of van een van de ouders van een leerling van de school. Om op enige wijze voorbereid te zijn heeft het team een protocol rouwverwerking opgesteld. Verwijsindex. Onze school is vanaf mei 2010 aangesloten bij de Verwijsindex Achterhoek. De Verwijsindex is een digitaal systeem waarin professionals van verschillende organisaties en instellingen (bijvoorbeeld intern begeleiders en hulpverleners) een signaal kunnen afgeven wanneer zij zich zorgen maken over een kind tussen 0 en 23 jaar dat zij onder hun hoede hebben. Wanneer meerdere hulpverleners een signaal over hetzelfde kind afgeven in de Verwijsindex, dan krijgen zij elkaars contactgegevens. Zo kunnen professionals elkaar makkelijker en sneller vinden, maar ook beter afstemmen en samenwerken in de hulpverlening aan jeugdigen. Indien het gebruik van de Verwijsindex bij uw kind aan de orde is, informeren wij u daarover. Meer informatie over de Verwijsindex kunt u vinden op www.verwijsindex-achterhoek.nl


pagina

18

5.

Hoofdstuk 4 De Veilige School. Algemeen Reflexisplan. Kinderen moeten zich op school veilig en op hun gemak voelen. Niet alleen in hun eigen lokaal, maar in het hele gebouw en op het schoolplein. Zelfs de weg van school naar huis moet zo veilig mogelijk zijn. Werken aan een veilige school zien wij als een wezenlijke taak. Een taak waarbij wij als school een belangrijke rol spelen en waar wij met kinderen, ouders en anderen zoals gemeente en politie samen aan werken. Een belangrijke voorwaarde voor een veilig gevoel is het totale schoolklimaat. Omgangsvormen, voorbeeldgedrag, consequent optreden, goede omgang met regels en de pedagogische benadering zijn belangrijk. Deze krijgen tijdens de dagelijkse gang van zaken in de school aandacht. Soms bewust en met een bepaald doel. Soms verweven in de vakken en andere gebeurtenissen. Ook de ARBO-wet stelt eisen aan de school wat betreft Veiligheid, Gezondheid en Welzijn. Door deze wet zijn scholen op het spoor gezet meer structurele aandacht aan veiligheid, gezondheid en welzijn te schenken. Niet alleen voor leerlingen maar ook voor leerkrachten en anderen in en om de school. Op onze school hebben zo de volgende onderdelen aandacht gekregen:  protocol tegen pesten.  gedragsregels.  brand-vluchtplan.  scholing (ongevallen op school en bedrijfshulpverlening).  risico inventarisatie (ARBO-dienst).  Advies- en Meldpunt Kindermishandeling.  pleinregels.  verkeersopvoeding.  Veiligheidsbeleidsplan Reflexis met bijbehorende protocollen en klachtenregeling. Protocol tegen pesten. We hebben afspraken gemaakt met leerlingen, leerkrachten en ouders over pesten op school. Wij hebben daarvoor een protocol tegen pesten opgesteld. De volgende algemene voorwaarden zijn belangrijk. 1.

2. 3. 4.

Alle vijf betrokken partijen - de pester, het gepeste kind, de rest van de klas (de zwijgende middengroep) de leerkrachten en de ouders - zien pesten als een probleem. De school beschikt over een preventieve aanpak. (bijv. het groepscontract) Als pesten toch optreedt, moeten leerkrachten kunnen signaleren. Als leerkrachten zien dat leerlingen worden gepest, nemen ze duidelijk stelling.

OBS Op Koers

In 2015-2016 voeren we “Sta op tegen pesten” in. Een aantal teamleden zijn speciaal geschoold om deze aanpak van een pestprobleem uit te voeren. 6. Wanneer het probleem niet op de juiste wijze wordt aangepakt of de aanpak niet het gewenste resultaat oplevert dan is de inschakeling van een vertrouwenspersoon nodig. De preventieve aanpak is belangrijk. Daarvoor gebruiken we een groepscontract. De Kapstokregels van het groepscontract zijn: 1. Voor groot en klein, zullen wij aardig zijn! 2. De school is van binnen een wandelgebied en buiten hoeft dat lekker niet! 3. We zullen goed voor de spullen zorgen, dan zijn ze weer te gebruiken morgen! De inzet van de methode Leefstijl werkt preventief t.a.v. pestgedrag. Wanneer het ondanks onze methode toch fout loopt en er pestgedrag ontstaat, wordt de aanpak ‘Sta op tegen pesten’ toegepast. Belangrijk binnen deze aanpak is dat niemand wordt beschuldigd of gestraft. Wel krijgen kinderen onder leiding van een volwassene de taak en verantwoordelijkheid om samen te werken aan een oplossing. Gedragsregels. Algemeen. Op onze school bestaat een klachtenregeling met klachtencommissie en contactpersoon. Dit is een noodzakelijke voorwaarde om tot preventie en eventueel bestrijding van ongewenste (seksuele) intimidatie en machtsmisbruik te komen. Belangrijker is echter een zodanig veilig schoolklimaat dat seksuele intimidatie en machtsmisbruik noch door leerkrachten noch door leerlingen getolereerd wordt. Om een dergelijk klimaat te scheppen heeft ons team o.a. omgangsvormen binnen de school besproken en in gedragsregels vastgelegd. Deze gedragsregels komen periodiek aan de orde in vergaderingen van team en medezeggenschapsraad en worden op het niveau van de kinderen ook met hen besproken. Dit is belangrijk om ze onder de aandacht te houden en waar nodig bij te stellen. Een voordeel van het hebben van gedragsregels is, dat er nu periodiek over wordt gesproken en dat leerkrachten elkaar en andere bij de school betrokkenen, kunnen aanspreken op het naleven ervan. Ook kan de school door middel van deze gedragsregels naar buiten toe duidelijk maken hoe het team met de aan hen toevertrouwde leerlingen omgaat. Onderstaande lijst is niet volledig en kan dat per definitie ook niet zijn. Toch hopen we dat de geest waarin we met elkaar omgaan eruit naar voren komt.


pagina

19

Pedagogisch klimaat.  Iedereen binnen de school gaat respectvol met elkaar om. Dit uit zich ook in de manier waarop we elkaar op school aanspreken. Leerkrachten spreken leerlingen aan bij de voornaam. Leerlingen spreken leerkrachten aan met juf of meester, met daaraan eventueel de voornaam toegevoegd.  Met elkaar doen we ons best om kwetsende, neerbuigende of discriminerende taal te voorkomen. (in woord en gebaar). Daarbij hoort ook het voorkomen van seksistisch taalgebruik of seksueel getinte grappen en toespelingen.  Mensonvriendelijke afbeeldingen worden op school niet gebruikt.  Films met buitensporig veel geweld en/of blootscenes worden niet getoond.  Pestgedrag wordt niet getolereerd. Op school gebruiken we een protocol tegen pesten waaraan kinderen en leerkrachten zich houden.  Kinderen moeten met plezier naar school kunnen en zich daar ook veilig voelen.  We helpen elkaar zoveel mogelijk. Troosten en belonen.  Bij goed gedrag en/of goede resultaten worden geen buitensporige beloningen uitgedeeld. Ook worden kinderen in gelijke omstandigheden gelijk behandeld.  Om te troosten of te belonen is het mogelijk een aai over de bol of een schouderklopje te geven, behalve wanneer blijkt dat een kind daartegen aversie heeft.  Kinderen op schoot nemen of een knuffel geven, is in de onderbouwleeftijd geen probleem. Het liefst wel in het bijzijn van anderen en uiteraard weer alleen als het kind hiertegen geen aversie heeft.

Lichamelijke hulp.  Hulp van leerkrachten kan nodig zijn bij: -aan-en uitkleden na zwemmen of gymnastiek, -ongevallen, -leerlingen met een bepaalde handicap. Deze hulp zal zoveel mogelijk gegeven worden door de eigen groepsleerkracht en/of onderwijsassistent. In geval van een bepaalde handicap zal met de ouders (en kind) afgesproken worden welke hulp precies nodig is.  Indien mogelijk wordt hulp gegeven in het bijzijn van meerdere volwassenen. Persoonlijk contact tussen leerkracht en leerling.  Een leerling blijft nooit alleen na, zonder de aanwezigheid van meer collega’s op school.  Het is niet gewenst als leerlingen alleen bij leerkrachten thuis komen voor schoolzaken. Is dit toch nodig, dan maakt de leerkracht heel duidelijke afspraken met de ouders.  Een leerkracht is nooit alleen met een leerling in een afgesloten ruimte. De ruimte is altijd toegankelijk voor anderen. Indien mogelijk staat de deur open. Buitenschoolse activiteiten.  Alle bovenstaande afspraken gelden natuurlijk ook voor buitenschoolse activiteiten als schoolreisjes, schoolkampen, excursies en sportdagen. Juist in deze situaties waar de omgang wat losser is moet iedereen zich hiervan zeer bewust zijn.  In geval van overnachten in groepsverband, slapen jongens en meisjes in aparte slaapzalen.

Toezicht in kleed- en doucheruimte of toiletten.  De groepen 1 en 2 kleden zich gezamenlijk om voor de gymles. Hierbij is toezicht van de leerkracht.  In de groepen 3 t/m 8 kleden meisjes en jongens zich in aparte kleedkamers om.  Het is ongewenst om bedoelde ruimtes zomaar binnen te lopen. Leerkrachten betreden de ruimte alleen in noodzakelijke gevallen (ordemaatregel, hulp bij problemen of ongelukken en eindcontrole). We gaan niet naar binnen zonder waarschuwing. In de groepen 3 en 4 gaan we soepel met deze regel om, het middel moet niet erger zijn dan de kwaal.

OBS Op Koers


pagina

20

Brand-vluchtplan. De school heeft een brand-vluchtplan opgesteld om de school snel en veilig te kunnen ontruimen in geval van brand of andere noodsituaties. Het plan bevat afspraken over vluchtroute, plaats van blusmiddelen, taakverdeling, nummers van hulpverleners e.d. Aan het begin van elk schooljaar wordt geoefend met alle kinderen en aanwezige volwassenen. Scholing van teamleden i.v.m. veiligheid. Volgens het Besluit Bedrijfshulpverlening van de Arbo-wet moet iedere instelling voldoende in staat zijn om bij ongevallen en calamiteiten de gevolgen zoveel mogelijk te beperken, totdat de hulpverleners aanwezig zijn. Voor dit doel worden jaarlijks voldoende teamleden geschoold als bedrijfshulpverlener. De bedrijfshulpverleners zijn geschoold in:  eerste hulp  reanimatie  evacuatie  alarmering en communicatie  brandbestrijding. Risico-inventarisatie. Om goed te kunnen inzien waar problemen met veiligheid, gezondheid en welzijn zich kunnen voordoen, zijn er verschillende mogelijkheden. Periodiek wordt het schoolplein met de speeltoestellen bekeken op veiligheid. Daarnaast voert het schoolbestuur regelmatig een RIE (Risico Inventarisatie) uit. Via een vragenlijst wordt de school doorgenomen op de volgende punten:  schoolklimaat (gedragsregels e.d.).  schoolbeleid en opvang en begeleiding na incidenten.  schoolgebouw en terrein. Van al deze onderzoeken verschijnen verslagen. Hiermee wordt in overleg met het bestuur en in overeenstemming met de financiële middelen geprobeerd de knelpunten op te lossen. Advies- en Meldpunt Kindermishandeling. Naast bovengenoemde bestuurlijke klachtenregeling bestaat er altijd al de mogelijkheid te bellen met het Advies- en Meldpunt kindermishandeling. Hierin hebben het Bureau Vertrouwensarts inzake kindermishandeling en de Raad voor de Kinderbescherming in hun optreden tegen kindermishandeling de krachten gebundeld.  0900-1231230  026-4424222

OBS Op Koers

Pleinregels. Om te zorgen dat alle kinderen veilig en plezierig op het plein kunnen spelen, hanteren wij de volgende afspraken: Voor schooltijd mogen de kinderen op het hele plein spelen en is er (vanaf 8.15 uur en 12.45 uur) altijd pleinwacht. In de ochtendpauze wordt er door meerdere teamleden pleinwacht gehouden. In Varsseveld is de ochtendpauze gesplitst voor onder-en bovenbouw. Daarnaast staan pleinregels op papier. De pleinregels worden regelmatig behandeld in de groep. De regels hebben relatie met ons protocol tegen pesten. Wij hebben teamafspraken die regelmatig besproken worden. Wij proberen leerlingen actief aan te zetten tot ‘sociale’ pleinspelletjes. Verkeersopvoeding. Naast de normale verkeerslessen, waarin verkeersopvoeding aan de orde komt, doet onze school mee aan de jaarlijkse fietsencontrole. De fietsencontrole wordt georganiseerd door de plaatselijke afdeling van 3VO en de politie. Groep 8 neemt elk jaar deel aan het verkeersexamen (theoretisch en praktisch). Bij het praktisch examen wordt een route gereden met verschillende controlepunten. Na afloop wordt de uitslag met de leerlingen besproken en worden de problemen in kaart gebracht.


pagina

21

Veiligheid tijdens activiteiten buiten het schoolgebouw. Als wij met een groep kinderen op stap gaan, bijvoorbeeld naar de gym, een voorstelling, sportdag, schoolreis of het schoolkamp zorgen wij voor de volgende veiligheidsmaatregelen:  Wanneer we met een groep lopen zorgen we voor een ordelijke groep wandelaars.  Wanneer we met een groep fietsen wordt er voor gezorgd dat we opvallen door het dragen van veiligheidshesjes vooraan en achteraan in de rij.  Wanneer we de kinderen in auto’s vervoeren hanteren we de veiligheidsnormen voorgeschreven door de ANWB. Dit houdt in, dat alle kinderen onder de 1.35 m gebruik moeten maken van een stoelverhoger. Toch is er voor incidentele gevallen een uitzondering op deze regelgeving. Indien de afstand van een schoolactiviteit minder dan 50 km is, mogen de kinderen plaatsnemen op een zitplaats met autogordel, zonder gebruik te maken van een stoelverhoger. Wij vragen u als rijdende ouders toch zoveel mogelijk gebruik te maken van de stoelverhogers. Het is raadzaam geen kinderen op de passagiersstoel te vervoeren met een ingeschakelde airbag. Kunt u de airbag niet uitschakelen, zet dan de autostoel zo ver mogelijk naar achteren.  We zorgen voor voldoende begeleiders.  We maken gebruik van vervoerders die voldoen aan de geldende keurmerken.

Klachten kunnen gaan over begeleiding van leerlingen, toepassen van strafmaatregelen, beoordeling van leerlingen, inrichting van de schoolorganisatie, seksuele intimidatie, discriminerend gedrag, pesten, agressie en geweld. Binnen de school is een intern vertrouwenspersoon (contactpersoon) aangesteld. Deze persoon heeft als taak het aanhoren van de klacht en klager/klaagster te wijzen op de mogelijkheid voor het indienen van een klacht bij de extern vertrouwenspersoon. Tevens heeft de intern vertrouwenspersoon een taak t.a.v. de voorlichting aan iedereen op school. Daarnaast is een extern vertrouwenspersoon aangesteld. Deze begeleidt de klager/klaagster en zoekt samen met hem/haar naar oplossingen en geeft informatie over de mogelijk te volgen procedures en de consequenties daarvan. Indien de klacht door de vertrouwenspersoon, na het inwinnen van informatie, niet kan worden afgehandeld, wordt deze klacht doorverwezen naar de landelijke klachtencommissie. De klachtencommissie onderzoekt en behandelt de bij haar ingediende klacht en rapporteert hierover aan het bestuur. Het bestuur kan uiteindelijk handelend optreden. Het bestuur van Reflexis Openbaar Onderwijs heeft zich aangesloten bij de landelijke klachtencommissie. De namen en telefoonnummers van de intern vertrouwenspersoon, de extern vertrouwenspersoon en de klachtencommissie staan hieronder. De volledige beschrijving van de klachtenprocedure en het reglement van de landelijke klachtencommissie zijn op school aanwezig en voor een ieder toegankelijk. Intern vertrouwenspersoon. Varsseveld: Liesbeth Kemps, Annet Wolsink, Uschi Braun. Sinderen: Doortje Ynsen.

Algemene klachtenregeling en regeling machtsmisbruik. Ingevolge de Kwaliteitswet zijn schoolbesturen verplicht een klachtenregeling te hebben. Op basis van deze wet kunnen ouders en leerlingen klachten indienen over gedragingen en beslissingen of het nalaten daarvan van het bevoegd gezag en het personeel. De klachtenregeling, die het bestuur heeft vastgesteld, gaat verder dan de Kwaliteitswet voorschrijft. Naast ouders en leerlingen kan een ieder die deel uitmaakt of uitgemaakt heeft van de schoolgemeenschap klachten indienen. Hierbij wordt o.a. gedacht aan stagiaires, vrijwilligers die geen ouder zijn, leerkrachten en directie OBS Op Koers

Extern vertrouwenspersoon. Mevrouw Yvonne Kamsma 2e Wormenseweg 80 7331VG Apeldoorn tel. 088 - 0931439 (“IJsselgroep”) 06-14001672 [email protected] Landelijke klachtencommissie (LKC). Postbus 85191 3508 AD Utrecht Tel. 030-2809590 Contactpersoon, vertrouwenspersonen en leden van de klachtencommissie zijn verplicht tot geheimhouding. Anonieme klachten worden niet in behandeling genomen.


pagina

22

Hoofdstuk 5. Diversen Niet kunnen deelnemen aan een les. Soms komt het voor dat kinderen niet kunnen deelnemen aan bepaalde lessen. Meestal betreft het dan de gymlessen. We willen als school de reden graag schriftelijk of via persoonlijk contact van de ouders of verzorgers vernemen. De kinderen zullen in dergelijke gevallen van de eigen leerkracht opdrachten of taken krijgen om deze onder toezicht van een andere leerkracht uit te voeren. Het kan dus voorkomen dat de kinderen tijdens gym van de eigen groep naar een andere groep gaan met het opgegeven werk. Ook kan het gebeuren dat de kinderen toch meegaan naar de gymzaal, maar daar van de eigen leerkracht een zinvolle taak krijgen. Bestrijding lesuitval. Voor het inplannen van invallers heeft ons schoolbestuur Reflexis alle scholen aangesloten bij een invallerspool. De invallerspool heeft een aantal leerkrachten in vaste dienst. Deze mensen zijn de eersten, die de afwezige leerkracht vervangen en ook moeten worden ingezet. Voor onze school zijn het nu nog vaak nieuwe en ook veelal wisselende personen. Dat kan voor sommige kinderen en ouders als een probleem worden ervaren, vooral omdat in het verleden eigen parttimers van de school als invaller optraden, en dat zijn natuurlijk vertrouwde gezichten. We denken echter dat de invallerspool met de vaste groep van capabele invallers op dit moment een stabiele oplossing is. Lukt het niet om via de pool vervangers te krijgen, dan worden de volgende stappen genomen: 1. De directeur probeert of er parttime leerkrachten van eigen of andere scholen bereid zijn om in te vallen. 2. De directeur probeert of er door interne verschuivingen (in roosters of werkdagen van leerkrachten) leerkrachten van de eigen school hun zieke collega kunnen vervangen. 3. Is er geen aanvaardbare oplossing, dan gaat de betreffende groep naar huis. Hierbij volgen we de richtlijnen van de hoofdinspectie met de volgende afspraken: * De groep wordt niet de eerste dag naar huis gestuurd. De eerste dag wordt de groep verdeeld over de andere groepen of zorgt de directeur, de interne begeleider of remedial teacher voor opvang. * Ouders krijgen schriftelijk bericht.

Schoolvoorstellingen. Met schoolvoorstellingen bedoelen wij voorstellingen op het gebied van dans, muziek, toneel, poppenspel e.d. Onze school maakt gebruik van de culturele schoolactiviteiten die gecoördineerd worden door een kunstcommissie, die bestaat uit leerkrachten van diverse scholen. De meeste groepen gaan één keer per jaar naar een schoolvoorstelling. Data volgen in de nieuwsbrief.

Kleding. Wij raden ouders dringend aan de naam van de kinderen in de kleding te zetten, in jassen, in gymnastiekkleding en vooral in laarzen. Elk jaar blijven er weer vele kledingstukken op school liggen. Bent u iets kwijt, kom dan eens op school kijken. U kunt oude kleding kwijt in de kledingcontainers bij de school. (zie ook onder het kopje “Inzamelen”). Gymkleding. De kinderen van groep 1 en 2 spelen in het gymlokaal in hun ondergoed en op gymschoentjes. Deze schoentjes worden op school bewaard. Wilt u ervoor zorgen dat het schoenen zonder veters zijn? De kinderen van groep 3 t/m 8 moeten een sportbroek, een T-shirt/hemd of gympakje en gymschoenen meenemen. De gymschoenen die in de zaal gedragen worden, mogen niet buiten gebruikt worden en geen zwarte zolen hebben. De kinderen zijn verplicht om na de gymles hun gymnastiekkleding mee naar huis te nemen in verband met de hygiëne. Voor de veiligheid sieraden s.v.p. thuis laten op gymdagen. Schade aan schoolmaterialen. Op school krijgen de kinderen een aantal materialen uitgedeeld, die tot en met groep 8 in gebruik blijven. Bij verlies of moedwillige vernieling moeten deze spullen via school nieuw worden gekocht. Het betreft een vulpen, liniaal, multomap, lijmpotje, aandachtsblokje, schaar en etui.

OBS Op Koers


pagina

23

Inzamelen. Om kinderen bewust te maken van een schoon milieu zamelt de school de volgende zaken in:  Batterijen (tonnen bij de ingang voor huishoudbatterijen tot 1 kg)  Oud papier (ophaaldata staan op onze kalender en in de huis aan huis bladen)  Catridges/oude mobieltjes (afgeven op school)  Kleding ( In de speciale containers bij de school) Natuurlijk is het een bijkomend voordeel dat deze acties soms ook de nodige middelen opleveren. Pauze. Tijdens de pauze en natuurlijk ook voor schooltijd mogen de kinderen op het schoolplein spelen. Het is noodzakelijk voor de concentratie en bewegingsdrang, dat de kinderen in de pauze even een frisse neus kunnen halen. Alleen onder barre weersomstandigheden blijven de leerlingen binnen; een buitje wordt getrotseerd.

Tussenschoolse Opvang (het overblijven). Met ingang van 1 augustus 2006 is het bestuur formeel verantwoordelijk voor het overblijven. Het bestuur biedt, met goedkeuring van de GMR, de medezeggenschapsraden van de afzonderlijke Reflexis scholen twee mogelijkheden om de tussenschoolse opvang te regelen. Of er wordt een overeenkomst met de oudervereniging (ouderraad) gesloten of de tussenschoolse opvang wordt uitbesteed aan een professionele organisatie voor kinderopvang. De Ouderverenigingen en de MR hebben voor zowel de vestiging in Varsseveld als Sinderen ervoor gekozen om de opvang te laten regelen door de oudervereniging. Buitenschoolse opvang. Vanuit de verplichting van het basisonderwijs vanaf 1 augustus 2007 aan zijn leerlingen een programma aan te bieden van 7.30 tot 18.30 uur, waarbij onderwijs en opvang deze dag vullen, biedt ook deze school de mogelijkheid tot Buitenschoolse Opvang. Voor én na schooltijd bestaat er OBS Op Koers

de mogelijkheid uw kind op te laten vangen door Humanitas, een gecertificeerde organisatie voor kinderopvang, die voldoet aan de eisen die de Wet Kinderopvang stelt. De opvang vindt bij voldoende vraag plaats in groepsverband. Afhankelijk van de vraag naar opvang en de mogelijkheden en wensen van de school wordt de opvang op school of op een locatie van Humanitas geboden. Op dit moment organiseert Humanitas onder de naam DONDERSTRALEN voorschoolse- en naschoolse opvang in het schoolgebouw te Varsseveld. Voorschoolse opvang wordt aangeboden van 7.30 uur - 8.30 uur, naschoolse opvang van 15.15 uur -18.30 uur en in de schoolvakanties en studiedagen van 7.30 uur – 18.30 uur. Humanitas kent een vervoersregeling waar u indien nodig tegen betaling gebruik van kunt maken, zodat de kinderen veilig van school naar de opvang komen. Naast het mogelijke aanbod in groepsverband kunnen ouders altijd kiezen voor opvang in gastgezinnen. Deze meer kleinschalige manier van opvang (maximaal 4 kinderen) vindt plaats bij een gastouder. De gastouder en de ouders maken met elkaar afspraken over opvangtijden, het ophalen en bijvoorbeeld het mee-eten. Humanitas heeft aangegeven ten behoeve van een samenhang tussen de schooldag en de vrije tijd, in de vorm van dagarrangementen, inhoudelijk intensief samen te willen werken met de school. Op de website www.kinderopvanghumanitas.nl is te vinden hoe de Buitenschoolse Opvang (welke locaties en mogelijkheden) voor de school is gerealiseerd. Voor nadere informatie, vragen en aanmeldingen kunt u zich wenden tot Kinderopvang Humanitas in Gendringen: 0315 - 641443, of per mail: [email protected] Pleinwacht. Elke dag wordt er vóór schooltijd en in de pauzes toezicht gehouden door één of meer leerkrachten. 's Ochtends vanaf kwart over acht en 's middags vanaf kwart voor één is er iemand buiten. Kinderen die te vroeg op school komen, spelen dus zonder toezicht. Na schooltijd is er geen toezicht op het plein. (11.45 uur en 15.15 uur) Ouders zijn dan zelf verantwoordelijk voor de kinderen. In de middagpauze zien we de kinderen na een ‘snelle hap’ al weer heel vroeg op school. We willen u verzoeken de kinderen niet voor 12.45 uur naar school te laten gaan. Ze worden niet op het plein toegelaten. Voor de overblijfouders wordt het toezicht anders erg moeilijk.


pagina

24

Verzekeringen. Collectieve schoolongevallenverzekering. Voor alle scholen van Reflexis openbaar basisonderwijs is een collectieve schoolongevallenverzekering afgesloten die alle leerlingen verzekert. Ook personeelsleden, stagiaires en ouderparticipanten vallen onder deze verzekering. De verzekering is geldig op weg van huis naar school, gedurende het verblijf op school, alsmede tijdens de activiteiten buiten de school en op weg van school naar huis. De verzekering geldt dus ook tijdens het overblijven op school, excursies, sportevenementen, schoolreisjes, schoolkampen, die onder toezicht staan en door of namens de school zijn georganiseerd. Het betreft een dekking die betrekking heeft op lichamelijk letsel. De verzekerde bedragen kunt u opvragen bij het bestuurskantoor Voor ouders die voorzieningen hebben getroffen (zorgverzekering, fonds of stichting e.d.) zijn de bedragen voor geneeskundige behandeling en tandbeschadiging beschikbaar als aanvulling op die voorzieningen. Materiële schade wordt op basis van deze verzekering dus nooit vergoed. Indien uw kind onverhoopt iets overkomt tijdens de hiervoor genoemde situaties, zal de directie een begeleidende rol spelen bij het indienen van de schadeclaim. W.A.-verzekering. Het schoolbestuur heeft zichzelf en het personeel verzekerd tegen de gevolgen van wettelijke aansprakelijkheid. Dit houdt in, dat indien er schade ontstaat door het doen en laten van de school of haar personeel deze verzekering kan worden aangewend. Ook geldt de verzekering bij schade, welke is ontstaan door toedoen van vrijwilligers die in functie van de school taken verrichten. De verzekering is van kracht vanaf een kwartier voor schooltijd tot einde schooltijd. De persoonlijke aansprakelijkheid van leerlingen is niet verzekerd krachtens deze collectieve verzekering. Bijvoorbeeld: uw kind beschadigt moedwillig (dus niet tijdens spel) onder schooltijd een eigendom van een ander. Als het incident redelijkerwijs niet door het schoolpersoneel voorkomen had kunnen worden, zult u voor de schade aansprakelijk kunnen worden gesteld. U kunt voor dit soort gevallen (of ze nu onder schooltijd of op andere momenten gebeuren) een verzekering voor particuliere aansprakelijkheid (W.A.-verzekering) afsluiten.

Verjaardagen. Wanneer uw kind jarig is, mag het op school trakteren. Wij vragen u te laten trakteren op een kleinigheid. Een gezonde traktatie heeft de voorkeur, probeer het snoepen zoveel mogelijk te beperken. Er zijn genoeg alternatieven te vinden. Leerkrachten kunnen van diezelfde traktatie genieten. Wanneer uw kind gaat trakteren vragen we u rekening te houden met kinderen in de groep die een bepaald dieet volgen. De groepsleerkracht kunt u altijd om informatie vragen. Feesten en vieringen. Gedurende het schooljaar vinden verschillende feesten en vieringen plaats zoals:  sintviering  kerstfeest  pasen  verjaardagen van leerkrachten  toneel / musical  afsluiting schooljaar (zomerfeest/pleinfeest) Wij organiseren deze feesten om de sociale contacten binnen de school te vergroten, samen verantwoordelijk te zijn voor een goede opzet, een goed verloop, op een andere manier met elkaar, met de leerkrachten en met de ouders om te gaan. Hierbij vergeten wij zeker niet aandacht te geven aan de achtergronden en proberen wij tot een betekenis geven te komen die wat dieper gaat dan het louter feestvieren. Schoolreisjes. Alle groepen gaan elk jaar op schoolreisje. Meestal vinden de reisjes in het voorjaar plaats en hebben dezelfde doelstellingen als de feesten en vieringen. Elk schoolreisje kent momenten van leren en momenten van ontspanning.

De school kan niet aansprakelijk gesteld worden voor verlies of diefstal van bezittingen van leerlingen, ook niet voor schade aan fietsen, e.d.

OBS Op Koers


pagina

25

toe te sturen. Vergaderingen van beide groepen zijn openbaar.

Hoofdstuk 6 Ouders en school. Algemeen. Goede contacten tussen ouders en school zijn van belang voor het goed functioneren van de leerlingen op school. We maken gebruik van verschillende mogelijkheden van contact, die te verdelen zijn in:  formele contacten via medezeggenschapsraad, oudervereniging, SEO-gesprekken, 15minutengesprekken, info-avonden, werkgroepen en huisbezoeken.  schriftelijke contacten via nieuwsbrief, schoolgids, schoolgidskalender, schoolkrant, website email en groepsbrief.  informele contacten via ouderraad, werkgroepen, klankbordgroep, spontane contacten voor- en na schooltijd, tijdens feesten, vieringen en uitstapjes. Medezeggenschapsraad (MR.). De medezeggenschapsraad bestaat uit acht leden, namelijk vier ouders gekozen uit en door de ouders, en vier leerkrachten, gekozen uit en door de personeelsleden. De leden van de medezeggenschapsraad houden zich bezig met het beleid van de school, zoals personeelsformatieplan, klachtenregeling, vakantieregeling en schoolplan. In die zin beslist de medezeggenschapsraad mee over het onderwijs op onze school. De medezeggenschapsraad is door twee leden vertegenwoordigd in de gemeenschappelijke medezeggenschapsraad (GMR). In de GMR zitten vertegenwoordigers van alle Reflexisscholen. In de GMR bespreekt men het gemeenschappelijk beleid voor alle scholen. Oudervereniging (ouderraad – OR.). De oudervereniging wordt ook gekozen uit en door de ouders van de leerlingen van onze school. De samenstelling wordt elk jaar gepubliceerd op het info-deel van onze kalender. Samen met het schoolteam organiseren de leden van de oudervereniging allerlei activiteiten, zoals het kerstfeest, Sinterklaas, Pasen. De ouderraadsleden zijn een belangrijke schakel tussen ouders en school. De leden van de oudervereniging worden gekozen voor een periode van drie jaar. Zij kunnen daarna voor nog een periode van drie jaar herkozen worden. De jaarlijkse verkiezing vindt plaats op de ouderavond in oktober/november. De oudervereniging doet verslag van haar activiteiten en legt verantwoording af over de besteding van de gelden van het schoolfonds. De kascontrolecommissie brengt verslag uit. Elk jaar treden volgens een door de oudervereniging op te stellen rooster leden af en door de aanwezige ouders worden nieuwe leden gekozen. De oudervereniging en medezeggenschapsraad houden elkaar op de hoogte door elkaars notulen OBS Op Koers

Info-avond. Aan het begin van elk schooljaar organiseert het team een info-avond voor alle ouders. De organisatie en uitvoering kan jaarlijks verschillen, maar heeft altijd de volgende doelen:  informatie geven over methodes en materialen  kennismaking  bekijken gebouw/lokaal

15-Minuten gesprekken. Onder 15- minutengesprekken verstaan wij gesprekken tijdens contactavonden, die twee keer per jaar plaatsvinden. Voor ons zijn deze gesprekken contactmomenten met ouders op vastgestelde tijden. Ouders en leerkrachten praten dan met elkaar over de vorderingen, de ontwikkeling en het welbevinden van de kinderen. Tijdens zo’n gesprek blijkt soms dat er meer tijd nodig is om zaken goed te bespreken. Omdat een 15minutenavond toch vaak aan een redelijk strak tijdschema is gebonden, kunnen we eigenlijk niet uitlopen. We verzoeken u daarom om de 15minutengesprekken ook echt te gebruiken als contactmoment. Zijn er dingen te bespreken die meer tijd vergen op een rustiger moment, maak dan daarvoor met de leerkracht een aparte afspraak. Wacht daarmee ook niet te lang, maar maak zo’n afspraak op het moment dat het voor u belangrijk is. Ook de leerkrachten zullen de 15minutengesprekken als contactmoment gebruiken en voor ‘grotere zaken’ met u een afspraak maken op een ander tijdstip. Tijdens de 15-minutenavonden plannen de leerkrachten tussen de gesprekken van twee kinderen uit één gezin altijd 15 minuten looptijd. Deze tijd is bedoeld om van lokaal te wisselen en schriften van de kinderen in te zien. Sommige ouders hebben dit opgevat als een bewuste keuze van de leerkracht om 30 minuten voor het eerste kind te plannen. Zonder overleg met u plannen we niet bewust meer tijd voor een leerling. Het is goed om daar rekening mee te houden.


pagina

26

Ouders die een gesprek met onze vakleerkrachten gymnastiek willen, kunnen zelf een afspraak maken met mevr. Marlou Jansen of dhr. Karel Driever. Ditzelfde kan ook met de Godsdienstleerkrachten, dhr. Harrie Jorna of mevr. Lily Mulder.

Kijkochtenden. Ouders van nieuwe leerlingen van groep 1 mogen een ochtend in de groep van hun kind komen kijken. De groepsleerkracht hangt daarvoor intekenlijsten op bij het lokaal.

Seo-gesprekken. Aan het begin van het schooljaar worden alle ouders van de groepen 2 t/m 8 (Sinderen groepen 2,4 en 6) uitgenodigd voor een gesprek van 15 minuten met de groepsleerkracht(en). Het gesprek gaat over de sociaal-emotionele ontwikkeling van het kind. De rol van de ouders is in dit gesprek van groot belang. Als ouder kent u uw kind het beste en u weet hoe het kind thuis is en hoe hij/zij tegen school aankijkt. Vanwege de nadruk op de sociaal-emotionele ontwikkeling noemen we dit gesprek een SEO gesprek. Het is een extra oudercontact naast de 15 minutengesprekken en de huisbezoeken in groep 1-2.

Huisbezoek. Ongeveer drie maanden na de start van uw kind in groep 1 maakt de leerkracht een afspraak voor een huisbezoek. Een week van tevoren ontvangt u een kijklijst om in te vullen. Op deze lijst kunt u met kruisjes en eventuele opmerkingen aangeven hoe u uw kind ziet. De leerkracht vult een zelfde lijst in en meldt de bevindingen met uw kind op onze school. Tijdens het huisbezoek vormen beide lijsten een leidraad voor het gesprek. Ook met nieuwe gezinnen waarvan de kinderen in een hogere groep beginnen, maken wij een afspraak voor een huisbezoek.

Misschien krijgt u nu de indruk dat er gedurende de eerste periode niet over de prestaties op het gebied van taal en rekenen (cognitieve ontwikkeling) gesproken wordt. Ook buiten de officiële oudergesprekken mag u er als ouders echter op rekenen dat de leerkrachten contact met u opnemen als zich opvallende zaken voordoen, zowel op het gebied van leerprestaties als op het gebied van welbevinden en samenwerken. Het initiatief tot een gesprek kunt u als ouder uiteraard ook altijd nemen.

Schoolkrant & Nieuwsbrief. Eén van de manieren om contact tussen school en thuis te bevorderen en te onderhouden, is het regelmatig uitgeven van een schoolkrant en een nieuwsbrief. De schoolkrant verschijnt twee of drie keer per jaar op papier en wordt gemaakt door een redactie bestaande uit ouders, leerlingen en leerkrachten. Onze nieuwsbrief verschijnt gemiddeld om de 14 dagen en bevat het meest actuele nieuws, belangrijk voor alle ouders. De nieuwsbrief ontvangen ouders digitaal (mail). Verder ontvangt u waar nodig een mail van de groepsleerkracht met nieuws voor de groep van uw kind.

Waarom doen we dit? Belangrijke pijlers van onze visie op onderwijs zijn: omgaan met verschillen, zelfstandigheid en samenwerking. Daarom is het belangrijk dat ouders op de hoogte zijn van de ontwikkeling van hun kinderen op die gebieden. Een kind dat zich op school veilig voelt, lekker in zijn vel zit en zich door de groep en de leerkrachten geaccepteerd voelt, ontwikkelt zich beter op cognitief gebied. Voor de leerkracht is het belangrijk om te weten wat uw kind bezighoudt. Voor u als ouder is het goed om op de hoogte te zijn hoe het met uw kind op school gaat en wat we samen (leerkracht en ouders) kunnen doen om het zo te houden of te verbeteren.

OBS Op Koers

Website. (www.obsopkoers.nl) Het adres is: www.obsopkoers.nl Met deze website willen we informatie over onze school verstrekken aan iedereen die er naar op zoek is op internet. De informatie op de website bestaat uit onze schoolgids, nieuwsbrieven en algemene informatie. Daarnaast publiceren we een kalender, maar ook verslagen en werkstukjes van kinderen en foto’s van evenementen, excursies en groepsactiviteiten. Privacy van leerling-gegevens. Wanneer de kinderen bij ons op school komen, leggen wij persoonlijke gegevens van het kind en de ouders/verzorgers vast. Sinds 1 februari 2006 zijn wij wettelijk verplicht om bij inschrijving van nieuwe leerlingen naar het sofinummer te vragen. Alleen de leerkrachten en de directie mogen deze gegevens inzien. Op verzoek kunt u als ouder/verzorger deze gegevens in het leerlingdossier inzien. U dient dan een afspraak met de directeur te maken.


pagina

27

Van veel schoolactiviteiten worden foto’s gemaakt. Deze worden op de website geplaatst, maar ook gebruikt voor het opfleuren van de nieuwsbrief, de schoolkrant en de schoolgids. Indien u er bezwaar tegen heeft dat foto’s van schoolactiviteiten waar uw kind op staat voor deze doeleinden gebruikt worden, dient u dit schriftelijk te melden bij de directie. Leerlingen van onze school mogen niet zomaar (zonder toestemming) door ouders in de klas of in de school worden gefilmd, ook niet als een kind bijvoorbeeld jarig is. Dit heeft te maken met de privacy van onze leerlingen binnen de reguliere leeromgeving. Een uitzondering maken we bij feesten en vieringen, min of meer “openbaar” toegankelijke activiteiten, zoals een musical of zomerfeest. Deze opnames mogen uitsluitend in huiselijke kring vertoond worden. Als school filmen we soms in de groepen om leerlingen leerkrachtinteracties vast te leggen zodat deze met de betreffende leerkracht besproken kunnen worden. We gaan als school altijd vertrouwelijk om met dergelijk materiaal. Wanneer we een specifieke leerling met behulp van video willen observeren, dan zullen we hiervoor altijd toestemming van de ouders vragen.

ken die we 'klussen' kunnen noemen. Over het algemeen zult u hulpoproepen van de groepsleerkrachten van uw kinderen ontvangen. Dat kan schriftelijk of mondeling gebeuren. Voor veel activiteiten heeft de ouderraad een aansturende rol. Het schoolbestuur Reflexis heeft een WAverzekering afgesloten voor ouders die behulpzaam zijn bij schoolactiviteiten.

Klankbordgroep. Twee keer per jaar is er een bijeenkomst van de klankbordgroep. De klankbordgroep is een laagdrempelige, rechtstreekse manier om met een (wisselende) groep ouders in gesprek te gaan over schoolzaken. Op deze manier kan de mening van ouders gepeild worden door team/MR/OR. De bijeenkomsten van de klankbordgroep leveren adviezen en verbeterpunten op die in een verslag worden opgenomen. De ouders worden op de hoogte gehouden van verdere besluitvorming en uitvoering. Hoofdluiswerkgroep. Het blijkt dat er af en toe hoofdluis voorkomt op school. Wij waarderen het zeer dat ouders melden wanneer er “ongewenste gasten” geconstateerd worden. Wij verzoeken u alert te blijven en uw kinderen te blijven controleren voor een goede bestrijding is dit uiterst belangrijk. Op school is een hoofdluiswerkgroep actief. Deze werkgroep bestaat uit ouders. Zij controleren op woensdag na elke langere vakantie alle leerlingen op hoofdluis. Wordt er iets gevonden dan krijgen de ouders persoonlijk bericht en in de groep wordt een info-brief uitgedeeld. Na enkele weken volgt dan een nacontrole.

Ouderhulp. Ouderhulp en ouderparticipatie zijn erg belangrijk voor onze school. Voor enkele onderdelen van het schoolgebeuren kunnen wij niet zonder ouders. Ook is het handig dat ouders willen helpen bij za-

OBS Op Koers


pagina

28

OBS De Wegwijzer Sinderen

OBS Op Koers Varsseveld

OBS Op Koers


pagina

29

OBS Op Koers. hoofdvestiging: Oranjestraat AK Varsseveld. nevenvestiging: Kapelweg BB Sinderen

Recommend Documents