INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Jaarverslag 2006
H O M E - PAG I N A
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Inhoudsopgave 1 Organisatie, missie, doelstellingen 1.1 Organisatie 1.2 Missie 1.3 Doelstellingen en Balanced Score Card
4 5 6 7
2 De dienstverlening aan doelgroepen 2.1 Inleiding 2.2. Octrooiverlening 2.2.1 Rijksoctrooiwet 1995 2.2.2 Internationale octrooiaanvragen 2.2.3 Europese octrooiaanvragen 2.3 Kennisverspreiding 2.3.1 Promotie 2.3.2 Voorlichting 2.3.3 Oriëntatie
9 9 13 13 16 18 20 20 22 22
3 De wensen en doelstellingen van de opdrachtgevers 3.1 Inleiding 3.2 Professioneel uitvoeren van de opdrachten 3.2.1 Omzet bij het Ministerie van Economische Zaken 3.2.2 Overige opdrachten 3.2.3 Overzicht van octrooitaksen over 2006 3.2.4 Nieuw octrooibeleid 3.3 Participatie in internationale organen 3.3.1 World Intellectual Property Organization 3.3.2 Europees Octrooi Bureau 3.3.3 Bureau voor de Harmonisatie van de Interne Markt (te Alicante) 3.3.4 Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom 3.3.5 Europese Unie
25 25 28 28 30 31 32 32 33 33 34 35 35
>
HOME
IN H O U D - PAG I N A
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
4 De uitgangspunten van de eigenaar 4.1 Inleiding 4.2 Financieel beheer 4.3 Jaarrekening 2006 4.3.1 Balans en toelichting 4.3.2 Resultatenrekening en toelichting
36 36 38 39 40 45
5 De kwaliteit van de interne organisatie 5.1 Inleiding 5.2 Human Resources Management 5.3 Automatisering 5.4 Corporate Communicatie 5.5 Huisvesting
48 48 50 52 54 55
6 Overige gegevens 6.1 Managementverklaring 6.2 Accountantsverklaring
56 57 58
Octrooicentrum Nederland is niet verantwoordelijk voor de gevolgen van verminking van (delen van) bestanden op deze CD-rom.
HOME
IN H O U D - PAG I N A
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
1 Organisatie, missie, doelstellingen
HOME
H O O F D S T U K 1 - PAG I N A
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD HOOFDSTUK
HOOFDSTUK
1
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
1.1 Organisatie De basistaken van Octrooicentrum Nederland (www.octrooicentrum.nl) vormen tevens de pijlers waarop de lijnafdelingen zijn gebaseerd: - kennis beschermen c.q. het uitvoeren van de wettelijke taken met als kern de Rijksoctrooiwet 1995 (ROW 1995), - kennis verspreiden c.q. ontsluiten en kennis- en relatiemanagement in meer algemene zin. De wettelijke taken worden uitgevoerd door de afdeling Octrooiverlening en het ontsluiten van kennis en kennismanagement door de afdeling Kennisontwikkeling & Voorlichting. De twee lijnafdelingen worden ondersteund door de stafafdeling Financiën, Facilitair Beheer, Informatisering & Automatisering en door de afdeling Algemene Zaken. In deze laatste afdeling, met een zekere nadruk op de internationale (bestuurlijke) zaken, is onder andere het cluster Personeel & Organisatie ondergebracht. De organisatie zag er per 31 december 2006 als volgt uit:
Directeur Dr. G.A.A.M. Broesterhuizen Algemene Zaken Dr. G.A.A.M. Broesterhuizen
Financiën, Facilitair Beheer, Informatisering & Automatisering (tevens plv. directeur) A.J.M. Kerkvliet RE RA
Kennisontwikkeling & Voorlichting
Octrooiverlening Mr. D.J. de Groot
Drs. M. Heimens Visser MBA
HOME
H O O F D S T U K 1 - PAG I N A
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Tot 4 juli 2006 was drs. H.F.G. Geijzers directeur van Octrooicentrum Nederland. Hij is per 7 juli 2006 opgevolgd door dr. G.A.A.M. Broesterhuizen, die daarvoor plaatsvervangend directeur-generaal bij DG ET van het Ministerie van Economische Zaken was. Tot 1 maart 2006 was drs. L. Borg manager van de afdeling Kennisontwikkeling & Voorlichting. Hij is per 14 augustus 2006 opgevolgd door mevrouw drs. M. Heimens Visser, die daarvoor als directeur werkzaam was bij de Kennisalliantie Zuid-Holland. De heer mr. D.J. de Groot is per 1 maart 2006 benoemd tot manager van de afdeling Octrooiverlening. De heer Geijzers heeft Octrooicentrum Nederland door een lastige periode geloodst. Het bureau moest gereorganiseerd worden en kreeg een nieuwe naam. De noodzakelijke veranderingen om Octrooicentrum Nederland toe te rusten op zijn nieuwe opdracht werden onder zijn leiding doorgevoerd: te groeien naar excellent octrooidienstverlener en toonaangevend kenniscentrum op het gebied van industriële eigendom. Zijn afscheid in de Rolzaal van het Binnenhof werd bijgewoond door vele relaties vanuit verschillende ministeries en internationale gremia. Van het Europees Octrooi Bureau ontving de heer Geijzers een prestigieuze medaille uit handen van president Pompidou. Octrooicentrum Nederland dankt hem om wat hij was: hard en gedreven bij onderhandelingen en het doorvoeren van vernieuwingen. Maar met een scherp oog voor privé-omstandigheden van zijn personeel.
1.2 Missie De lidstaten van de Europese Unie (EU) hebben in 2000 in Lissabon afgesproken dat de EU binnen tien jaar de meest concurrerende en dynamische kenniseconomie van de wereld moet zijn (http://www.ez.nl/content.jsp?objectid=149076). Nederland werkt met het nieuwe innovatiebeleid hard mee aan het bereiken van die doelstelling. De rol van octrooien in het innovatiebeleid is meervoudig: 1 Het geeft de uitvinder een exclusief recht op exploitatie. Hiermee kunnen investeringen beter worden terugverdiend. Dit moet bedrijven stimuleren te investeren in onderzoek en innovatie. 2 Omdat een octrooiaanvraag na een beperkte periode openbaar wordt gemaakt, kan de kennis worden gedeeld. Zo kunnen bedrijven door octrooi-informatie op bepaalde ideeën worden gebracht. Ook kan deze informatie bijdragen aan het voorkomen van R&D-inspanningen, die reeds elders zijn verricht. Octrooicentrum Nederland vervult een spilfunctie bij de uitvoering van het octrooibeleid. Dit gebeurt door kennis te beschermen met octrooien, maar ook door kennis die in octrooien is beschreven te verspreiden. Voorts wordt er kennis ontwikkeld gebaseerd op octrooien, zoals te verwachten trends in de techniek. Daarnaast wordt Nederland vertegenwoordigd in internationale gremia op het gebied van industriële eigendom.
HOME
H O O F D S T U K 1 - PAG I N A
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Centraal staat de ambitie om het octrooiverleningsproces goed te laten verlopen, het ‘octrooikenniscentrum’ te zijn en een goede octrooidienstverlener. De missie van Octrooicentrum Nederland is dan ook: ‘Het leveren van een optimale bijdrage aan het innovatief vermogen in ons land door: • een efficiënte en professionele uitvoering van de (inter)nationale octrooiregelgeving, • een klantvriendelijke digitale ontsluiting van alle aanwezige kennis op het terrein van octrooien, • voorlichting te geven en zich te ontwikkelen tot het nationale kennis- en informatiecentrum voor opdrachtgever en doelgroepen, • adequate vertegenwoordiging van Nederland in het bestuur van internationale organisaties.’
1.3 Doelstellingen en Balanced Score Card Octrooicentrum Nederland heeft vier strategische doelstellingen die voortvloeien uit de missie, het optimaal bijdragen aan het innovatief vermogen in ons land. Deze doelstellingen zijn: 1 Verbeteren van de dienstverlening aan de doelgroepen van Octrooicentrum Nederland (MKB, particuliere uitvinders, universiteiten, hogescholen en de overheid zelf). 2 Inspelen op de wensen en doelstellingen van de opdrachtgever. 3 Voldoen aan de uitgangspunten die gesteld worden door de eigenaar, het Ministerie van Economische Zaken. 4 Verbeteren van de kwaliteit van de interne organisatie. De doelstellingen worden getoetst met behulp van de methode van de Balanced Score Card. Hiervoor zijn vanuit het perspectief van de doelgroepen, de opdrachtgever, de eigenaar en de interne organisatie kritische succesfactoren (KSF’en) bepaald.
HOME
H O O F D S T U K 1 - PAG I N A
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Doelgroepen
Eigenaar
KSF • Naamsbekendheid bij doelgroepen • Hoge klanttevredenheid • Goede telefonische bereikbaarheid • Klantvriendelijke ontsluiting on line van octrooi-informatie • Aanbieden van moderne zoeksystemen
KSF • Integriteit • Positief resultaat uit bedrijfsuitoefening • Efficiënte uitvoeringsorganisatie • Ordelijk en controleerbaar financieel beheer
Octrooicentrum Nederland Opdrachtgever
Interne Organisatie
KSF • Professionele uitvoerder (octrooideskundigheid) • Efficiënte uitvoering van de opdracht • Leveren van input voor beleidsvoorbereiding • Ontwikkelen en uitvoeren van trajecten voor overdracht van kennis
KSF • Deskundig en gemotiveerd personeel • Adequate faciliteiten
De KSF’en zijn vertaald naar meetbare prestatie-indicatoren. Omdat het Jaarverslag van Octrooicentrum Nederland is ingedeeld naar de invalshoeken van de Balanced Score Card wordt in de afzonderlijke hoofdstukken nader ingegaan op de streefwaarden en realisaties van de indicatoren over 2006.
HOME
H O O F D S T U K 1 - PAG I N A
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
2 De dienstverlening aan doelgroepen
2.1 Inleiding Een goede dienstverlening is voor alle doelgroepen (MKB, particuliere uitvinders, universiteiten, hogescholen en de overheid) van belang. Niet alleen het professioneel uitvoeren van de Rijksoctrooiwet is aan de orde, maar ook het verzamelen, analyseren en het voor derden toegankelijk maken van octrooi-informatie. Klantvriendelijkheid staat hier voorop. De kritische succesfactoren (KSF’en) zijn dan ook: naamsbekendheid bij de doelgroepen, klanttevredenheid, telefonische bereikbaarheid, klantvriendelijke ontsluiting van informatie en het aanbieden van moderne, geautomatiseerde octrooi zoeksystemen. In onderstaande tabel zijn de prestatie-indicatoren (streefwaarde en realisatie) over 2006 weergegeven.
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
HOOFDSTUK
2
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Doelgroepen KSF
Prestatie-indicatoren
Streefwaarde 2006
Realisatie 2006
Naamsbekendheid bij doelgroepen
Imago-onderzoek eens per drie jaar
45%
Imago onderzoek 2006: gemiddeld 68% (alle doelgroepen scoren boven de 45%)
Hoge klanttevredenheid
- Periodieke meting klanttevredenheid per product van kwaliteit dienstverlening - Overleg met Commissie van Acht
- Gemiddelde score 7,5 op een schaal van 10
- Het eerstvolgende onderzoek wordt in 2007 uitgevoerd. Score 2005: 7,3
- Vier keer per jaar
- Vier keer
Periodieke meting hoofdnummers: 1 In gesprek 2 Niet opgenomen 3 Wachttijd
Voldoen aan normen SNT: 1 Minder dan 2% 2 Minder dan 2% 3 95% < 15 sec
1 5% 2 2% 3 93%
Klantvriendelijke ontsluiting on line van octrooi-informatie
- Aantal bezoeken website - Aantal externe bezoekers octrooiregister
- 175.000 - 16.000
- 176.798 - 16.459
Aanbieden van moderne zoeksystemen
Aantal users sessions esp@cenet via website
≥ 120.000
131.271
Goede telefonische bereikbaarheid
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 1 0
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Imago-onderzoek Begin 2006 heeft een extern bureau een imago-onderzoek uitgevoerd voor Octrooicentrum Nederland. Octrooicentrum Nederland scoorde in het rapport goed. Als organisatie is Octrooicentrum Nederland redelijk bekend. Mensen hebben een algemeen beeld van de werkzaamheden en associëren de organisatie met het verlenen van octrooien en het verstrekken van informatie. Verder zijn de medewerkers van Octrooicentrum Nederland klantvriendelijk en professioneel. De organisatie is gedegen en efficiënt. Daarnaast zijn er verbeterpunten die in het rapport naar voren komen. Klanten hebben een goed beeld van het octrooisysteem maar zijn onvoldoende bekend met de concrete producten en diensten van Octrooicentrum Nederland. Dit geldt met name voor het innovatieve MKB. Ook scoren niet alle producten en diensten even hoog op de dimensie meerwaarde en toepasbaarheid. Aan deze verbeterpunten zal in 2007 gewerkt worden. Commissie van Acht In de zogeheten Commissie van Acht overleggen het Ministerie van Economische Zaken en Octrooicentrum Nederland met belanghebbende organisaties (Orde van Octrooigemachtigden, HBO-Raad, NOVU, VNO-NCW, VSNU, Vereniging I.E. en de Contactgroep Vrije Octrooigemachtigden). Voor zowel overheid als stakeholders is dit overleg nuttig. Het maakt goede inhoudelijke discussies mogelijk en zorgt voor afstemming van standpunten. Dat laatste draagt er zeker ook aan bij dat de Nederlandse inbreng in de internationale context zoveel mogelijk consistent is. In 2006 werd vier maal overlegd over uiteenlopende octrooizaken, zowel nationaal als internationaal. Nationaal vergde bijvoorbeeld de evaluatie van de Rijksoctrooiwet 1995 de nodige aandacht. Wat Europa betreft ging het met name om het Strategiedebat dat gaande is over herijking van de relatie tussen het Europees Octrooi Bureau (www.epo.org) en nationale octrooibureaus. In relatie tot de EU is stilgestaan bij de Nederlandse reacties op de questionnaire van Eurocommissaris McCreevy over de toekomst van het Europees octrooibestel. Ten aanzien van de WIPO (www.wipo.org) ging het vooral om de voorgenomen harmonisatie van het materiële octrooirecht door middel van een Substantive Patent Law Treaty en de informele besprekingen die een groep van 41 Westers georiënteerde landen daarover buiten WIPO voert. Goede telefonische bereikbaarheid De streefwaardes voor telefonische bereikbaarheid zijn op de punten ‘in gesprek’ en ‘wachttijd’ praktisch gehaald. De scores hebben betrekking op vier centrale nummers die periodiek – via een belscan – op bereikbaarheid worden getoetst. In 2007 worden alle nummers in een onderzoek betrokken. Klantvriendelijke ontsluiting octrooi-informatie Wereldwijd neemt de hoeveelheid openbaar toegankelijke octrooi-informatie toe. Octrooicentrum Nederland wil digitale octrooi-informatie zo transparant mogelijk toegankelijk maken. De website en de toegang die deze geeft tot octrooidatabanken,
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 11
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
wordt hiervoor gebruikt. Een van de databanken is het Nederlandse Octrooiregister (http://register.octrooicentrum.nl). Deze bevat gegevens van alle gepubliceerde Nederlandse octrooiaanvragen en in Nederland geldende octrooirechten. In januari is de nieuwe website van Octrooicentrum Nederland ‘live’ gegaan. Gebleken is dat het nieuwe navigatiemenu klanten sneller naar de gewenste informatie leidt. In december is een Engelstalige website aan het publiek ter beschikking gesteld. Veel informatie is nu ook in het Engels beschikbaar. Ruim 600 bezoekers hebben zich aangemeld voor de alerteringsdienst mijn.octrooicentrum.nl. Er zijn zes nieuwsbrieven verstuurd over uiteenlopende onderwerpen. Aanbieden moderne, geautomatiseerde octrooisystemen Het EOB ontwikkelt en beheert het octrooizoeksysteem esp@cenet ® (http://nl.espacenet.com). Dit, via internet openbaar, en gratis toegankelijke systeem bevat zo’n zeventig miljoen octrooidocumenten van 72 landen. Octrooicentrum Nederland stelt esp@cenet beschikbaar via haar website en beheert de Nederlandstalige teksten. Op de startpagina zijn de Nederlandse helpteksten vereenvoudigd en uitgebreid. In 2007 zal – in brochurevorm – een handleiding voor het zoeken in esp@cenet verschijnen. Bij voorlichtingsactiviteiten en oriënterende onderzoeken in de octrooiliteratuur gebruiken de octrooi-adviseurs van Octrooicentrum Nederland esp@cenet als hét zoeksysteem bij uitstek. Klantenberaad Octrooicentrum Nederland wil haar producten optimaal laten aansluiten bij de behoefte van de individuele klant. Dat vereist vraaggestuurd werken en luisteren naar de klant. Vanuit dit perspectief is het zogenaamde klantenberaad ingericht. Hier nemen vertegenwoordigers uit de doelgroepen van Octrooicentrum Nederland aan deel. Per doelgroep wordt gesproken over de kwaliteit van de producten en over het serviceniveau. In 2006 vond het klantenberaad voor het hoger onderwijs plaats. Vertegenwoordigers van verschillende HBO-instellingen waren aanwezig. Er bestond enthousiasme over de octrooimodule die Octrooicentrum Nederland heeft ontwikkeld en beschikbaar stelt. Waardering was er voor gastcolleges en begeleiding van studenten en docenten. In 2007 wordt het octrooi-onderwijs bij meer HBO-instellingen ingebed in onderwijsprogramma’s. Platform Innovatie & Industriële Eigendomsrechten Vijftien organisaties die werkzaam zijn in het innovatieveld hebben zich, onder leiding van Octrooicentrum Nederland, verenigd in het communicatieplatform ‘Innovatie & Industriële Eigendomsrechten’. Samen voeren zij promotie- en voorlichtingsactiviteiten uit voor het midden- en kleinbedrijf, de kennisinfrastructuur en de overheid. Het platform maakt hen bekend met het innovatieproces en de mogelijkheden voor (financiële) ondersteuning bij productvernieuwing. In 2006 hebben de vijftien
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 12
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
organisaties onder één vlag deelgenomen aan verschillende beurzen en evenementen. Besloten is de gezamenlijke website anders vorm te geven. De Nederlandse Orde Van Uitvinders (NOVU) heeft in samenwerking met Octrooicentrum Nederland een instrument ontwikkeld dat de ondernemer uitleg geeft over de kosten en termijnen bij het brengen van een uitvinding naar de markt (http://www.novuster.nl). Dit instrument wordt op de website van het platform geplaatst (http://www.innovatiewijzer.nl).
2.2. Octrooiverlening 2.2.1 Rijksoctrooiwet 1995 Tabel 2.1 Rijksoctrooiwet 1995 2005
2006
Totaal ingediende octrooiaanvragen ROW 1995
2.850
2.715
Verzoeken voor stand der techniek onderzoeken (VNO)
1.942
1.830
602
568
1.771
1.793
Bezwaarschriften
21
13
Verzoekschrift art. 23 ROW 1995 (herstel in de vorige toestand)
54
58
Verzoekschrift art. 76/84 ROW 1995 (advies aan derde)
10
13
2
-
Aanvragen om aanvullend beschermingscertificaat (geneesmiddelen en gewasbeschermingsmiddelen)
48
45
Verleende aanvullende beschermingscertificaten
38
37
4
3
Totaal verleende Nederlandse registratie-octrooien: 6-jarig Totaal verleende Nederlandse registratie-octrooien: 20-jarig
Advies aan rechter art. 87 ROW 1995
Ingeschreven topografieën van halfgeleiderproducten
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 1 3
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Ingediende octrooiaanvragen Het aantal in Nederland ingediende octrooiaanvragen in 2006 is iets lager ten opzichte van 2005. Octrooicentrum Nederland ontving in 2006 totaal 2.715 aanvragen. Het aantal aanvragen ligt vlak onder het vijfjarig gemiddelde over 2001-2005 dat 2.736 bedraagt. Aanvragen en verleningen Onder de Rijksoctrooiwet zijn octrooien met een maximale geldigheidsduur van zes jaar en twintig jaar mogelijk. Voor een twintigjarig octrooi is een stand der techniek onderzoek vereist. Het aantal verzoeken hiervoor bedroeg 1.830 in 2006. Het aantal verleende 20-jarige octrooien is – afgezet tegen het aantal indieningen – percentueel gestegen ten opzichte van 2005. Het aantal verleende Nederlandse registratie-octrooien daalde licht tot 2.361. Het aantal verzoekschriften om herstel in de vorige toestand (artikel 23 ROW 1995) nam enigszins toe tot 58. Nietigheidsadviezen Het aantal in 2006 gevraagde adviezen op grond van art. 84 ROW 1995 bedroeg dertien. Van deze adviezen zijn er vijf in 2006 verstrekt, is er één in 2007 verstrekt, zijn er vier ingetrokken en zijn er drie nog in behandeling. Octrooicentrum Nederland heeft in 2006 in totaal acht adviezen verstrekt. Van de acht uitgebrachte adviezen luidde bij vijf het advies ‘vernietigbaar’. Eenmaal luidde het advies dat het octrooi in stand diende te blijven en éénmaal werd de verzoeker niet ontvankelijk verklaard. In één geval werd het advies afhankelijk gesteld van de door de Rechtbank in behandeling te nemen stukken. Advies aan de Rechtbank In het verslagjaar heeft Octrooicentrum Nederland geen technisch advies (art. 87 ROW 1995) aan de Rechtbank Den Haag verstrekt. In 2006 is Octrooicentrum Nederland door de Rechtbank Rotterdam verzocht een deskundigenbericht te verstrekken (30.01.2007 verstrekt). Eveneens is een deskundigenbericht verstrekt aan de Rechtbank Den Haag (verzoek uit 2005). Aanvullende beschermingscertificaten Sinds de inwerkingtreding in 1992 van de Verordening nr. 1768/92 betreffende een aanvullend beschermingscertificaat voor geneesmiddelen worden in Nederland jaarlijks gemiddeld 30 aanvragen ingediend. Het jaar 2006 kende 45 aanvragen. De octrooihouder krijgt zes maanden verlenging van de octrooiduur ter compensatie van de tijd die gemoeid is met het uitvoeren van testen om een marktvergunning te krijgen. Top 10 – Van kracht zijnde octrooien in Nederland per 31 december 2006 naar land van herkomst Het aantal voor Nederland geldende octrooien is ten opzichte van het jaar 2005 licht gestegen en bedraagt per 31 december 2006 136.494. Nederland neemt bij de in ons land geldende octrooien, net als in 2004 en 2005, de derde plaats in als land van herkomst.
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 1 4
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
HOOFDSTUK
2
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Het aantal geldende octrooien met een Nederlandse herkomst is 16.845. Dit is 12% van het totale aantal voor Nederland geldende octrooien (Diagram 2.1.) De plaatsen één en twee worden ingenomen door de Verenigde Staten respectievelijk Duitsland. Diagram 2.1 Top 10 - Van kracht zijnde octrooien in Nederland 2004, 2005, 2006
(*%%%
'%%+ '%%*
(%%%%
'%%)
'*%%% '%%%% &*%%% &%%%% *%%%
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 1 5
7Za\^
OlZYZc
>iVa^
Ol^ihZgaVcY
;gVc`g^_`
?VeVc
CZYZgaVcY
9j^ihaVcY
KZgZc^\YZHiViZc
%
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
2.2.2 Internationale octrooiaanvragen World Intellectual Property Organization (WIPO) WIPO is een organisatie van de Verenigde Naties en is gevestigd in Genève. WIPO is belast met de internationale bescherming van de intellectuele eigendomsrechten en voert 23 verschillende verdragen uit. Daaronder de Patent Cooperation Treaty (PCT) waarbij 136 landen zijn aangesloten. Octrooiaanvragen onder de Patent Cooperation Treaty In 2006 werd een record aantal internationale octrooiaanvragen bij WIPO ingediend, ruim 145.000, een toename van 6.4% ten opzichte van 2005 (Diagram 2.2). Het aantal aanvragen ingediend met herkomst Nederland bedroeg 4.393, een afname van 2.7% ten opzichte van 2005. Nederland was als aanvrager nummer zeven in het landenklassement, eenzelfde positie als in 2005.
De meest opmerkelijke groeicijfers werden gerealiseerd door de Noord- en Oostaziatische landen. Zij representeerden meer dan een kwart (25.3%) van alle internationale aanvragen onder de PCT. Korea maakte een groei door van 26.6% ten opzichte van 2005 en streefde Groot-Brittannië en Frankrijk voorbij. China realiseerde een groei van zelfs 56.8% in vergelijking met 2005, en passeerde Zwitserland en Zweden. WIPO meldt dat het aantal aanvragen afkomstig van ontwikkelingslanden met 27.6% groeide tot 8.2% van het totaal aantal aanvragen. De top-5 aanvragers bleef onveranderd. Op nummer één Philips Electronics N.V. Nederland (2.495 aanvragen), vervolgens Matsushita Japan (2.344), Siemens Duitsland (1.480), Nokia Finland (1.036) en Bosch Duitsland (962).
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 1 6
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
HOOFDSTUK
2
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Diagram 2.2. Top 10 – Aanvragen bij de WIPO naar land van herkomst (2006)
'%#&..&(!.
KZgZc^\YZHiViZc ?VeVc
(#&'('!& (#)%('!( (#.&%'!,
).#***()!&
9j^ihaVcY @dgZV ;gVc`g^_`
)#(.((!%
*#%)*(!*
CZYZgaVcY 8]^cV
*#.%')!&
Ol^ihZgaVcY *#.(*)!&
OlZYZc DkZg^\ &+#.'.&&!,
'+#.%+&-!*
Totaal 145.300 (aantal onder voorbehoud)
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 17
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Bij Octrooicentrum Nederland kunnen ook internationale aanvragen onder de PCT ingediend worden. Als PCT-ontvangend bureau ontving Octrooicentrum Nederland 1.006 aanvragen (in 2005: 995). Vanaf september 2005 is het mogelijk om aanvragen online of per diskette in te dienen. Van de 1.006 PCT-aanvragen werden er 327 online ingediend en 289 per diskette. Dat is 61% ten opzichte van het totaal aantal aanvragen. Ter vergelijking, in 2005 betrof het aantal elektronische indieningen 39% van het totale aantal. Octrooicentrum Nederland verwacht in 2007 een verdere stijging van het aantal elektronische indieningen.
2.2.3 Europese octrooiaanvragen De Europese Octrooi Organisatie is een internationale organisatie met als uitvoerend orgaan het Europees Octrooi Bureau (EOB). Het Europees Octrooi Bureau heeft kantoren in Duitsland, Nederland en Oostenrijk. Op grond van het Europees Octrooi Verdrag (EOV) ontvangt en behandelt het EOB Europese octrooiaanvragen. Na verlening vallen deze uiteen in een nationaal octrooi in één of meer van de 31 lidstaten die daarvoor – door de octrooiaanvrager – kunnen worden aangewezen. Octrooiaanvragen onder het EOV kunnen direct bij het EOB of via de WIPO worden ingediend (Diagram 2.3). De aanvrager van zo’n WIPO-aanvraag (PCT-internationale fase) kan na een termijn, waarbinnen een stand der techniek onderzoek plaatsvindt, besluiten om Europa aan te wijzen. De aanvraag komt dan in de Euro-PCT regionale fase. Het EOB toetst de aanvraag op industriële toepasbaarheid en inventiviteit. Na verlening valt het octrooi onder het regime van de nationale octrooiwetgeving van het land waarin het octrooi van kracht moet worden. Dit laatste wordt bepaald door de octrooiaanvrager. De administratie en de handhaving vindt in elk van de aangewezen landen plaats.
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 1 8
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Diagram 2.3. Top 10 – Aanvragen bij het EOB en bij de WIPO naar land van herkomst (2006)
'-#*&.&(!-
KZgZc^\YZHiViZc ?VeVc
)#&.)'!% *#(++'!+ +#*-'(!&
*.#'%&'-!+
9j^ihaVcY ;gVc`g^_` @dgZV
+#+*+(!'
CZYZgaVcY
-#&-%)!%
.#+&')!+
>iVa^
&%#%&%)!.
8]^cV DkZg^\ (%#-..&*!%
(,#,+'&-!'
Totaal 206.981 (aantal onder voorbehoud)
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 1 9
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
In 2006 verleende het EOB 38.649 octrooien waarbij Nederland werd aangewezen als land waarvoor de aanvrager het octrooirecht vraagt. Dit is een forse stijging van ruim 21% ten opzichte van 2005. Het aantal Europese octrooien dat van kracht was in Nederland op 31 december 2006 bedraagt 122.283. In de periode 2001 tot en met 2006 steeg het aantal verleende Europese octrooien waarbij Nederland werd aangewezen van 17.655 tot 38.649. Het aantal Europese octrooien dat in Nederland van kracht is geworden, groeide in deze periode van 12.050 tot 15.460.
2.3 Kennisverspreiding Octrooicentrum Nederland (www.octrooicentrum.nl) onderscheidt vijf doelgroepen: ondernemingen in het MKB, particuliere uitvinders, universiteiten en technologische instituten, (hoge)scholen en de overheid. Zij hebben ieder een eigen behoefte aan informatie over octrooien en het octrooisysteem. De afdeling Kennisontwikkeling & Voorlichting (K&V) is verantwoordelijk voor de benadering van de doelgroepen. De werkwijze van de afdeling is vastgelegd in een businessplan. Daarin staan ook de producten en diensten beschreven die Octrooicentrum Nederland de klant kan bieden. Het businessplan is verder uitgewerkt in accountplannen per doelgroep. Klanten worden door Octrooicentrum Nederland direct benaderd of in samenwerking met brancheverenigingen en koepelorganisaties. Het businessplan verdeelt de te leveren producten onder in drie fasen of instapmomenten voor de klant: de promotiefase, de voorlichtingsfase en de oriëntatiefase. In de eerste fase gaat het om het wekken van interesse voor octrooien. In de tweede fase om het verstrekken van basisinformatie. In de oriëntatiefase wordt een verdere verdieping in de octrooimaterie gezocht. Dit gebeurt zoveel mogelijk in overeenstemming met de wensen van de klant. Doel van de activiteiten is tweeledig. Enerzijds is het doel de klant een bewuste keuze te laten maken ten aanzien van het wel of niet aanvragen van octrooibescherming. Anderzijds moet het gebruik van informatie uit octrooien ondersteuning bieden in het innovatieproces dat de klant doorloopt.
2.3.1 Promotie Promotie is gericht op vergroting van het gebruik van het octrooisysteem. De promotieactiviteiten hebben als doel de klant inzicht te geven in het belang van het gebruik van octrooi-informatie bij innovatief ondernemen. Het benadrukt de relevantie en het praktische nut van octrooi-informatie, en van kennis over het octrooisysteem. De activiteiten zijn doorgaans gericht op collectieven, op doelgroepen als geheel. In 2006 heeft Octrooicentrum Nederland in het kader van promotie een aantal evenementen georganiseerd.
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 2 0
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Octrooicongres Bij het in juni georganiseerde octrooicongres (ruim 200 deelnemers), presenteerde de Staatssecretaris van Economische Zaken, mevrouw C.E.G. van Gennip MBA, een samenhangend pakket maatregelen om het Nederlandse octrooisysteem op vier fronten flink te verbeteren (zie hoofdstuk 3.2.4). De heer Prof. A. Pompidou, President van het Europees Octrooi Bureau, ging in zijn toespraak in op de globaliserende markt en de effecten hiervan op octrooibescherming en het functioneren van het octrooisysteem. Verder sprak hij over de rol en samenwerking tussen het Europees Octrooi Bureau en de nationale lidstaten. Mevrouw Mr. J. Minor, Directeur Knowledge-based Economy bij de Europese Commissie, sprak over het octrooigedrag van het Europese midden- en kleinbedrijf. Zij liet de struikelblokken die van doen hebben met het Gemeenschapsoctrooi de revue passeren. De heer Mr. B.E.M. Wientjes, voorzitter van VNO-NCW, ging in zijn betoog in op het octrooisysteem als bron voor innovatieve ideeën, en op de noodzaak van heldere voorlichting aan het MKB over het gebruik van het octrooisysteem. Hij toonde zich andermaal voorstander van het invoeren van het Gemeenschapsoctrooi. Seminar Technisch Wetenschappelijke Attachés (TWA) In november vond het seminar ‘Kennisbescherming en handhaving in de High Tech Sector’ van het TWA-netwerk (www.twanetwerk.nl) in samenwerking met Octrooicentrum Nederland plaats. In het plenaire ochtendgedeelte hielden de genodigde sprekers voordrachten over de mogelijkheden van het Nederlandse en het Europese octrooisysteem voor het hightech segment. In de middag werden drie goedbezochte workshops gehouden over respectievelijk ICT, nano- en biotechnologie. In totaal bezochten circa 200 personen de TWA-dag. Beste Idee van Nederland Ook in 2006 nam Octrooicentrum Nederland deel aan het tv-programma ‘Het Beste Idee van Nederland’ (www.bin.nl). In het programma presenteerden studenten, particulieren en bedrijven nieuwe vindingen. De voorselectie vond plaats in het bezoekerscentrum van Octrooicentrum Nederland. Ruim 900 mensen hebben gedurende drie dagen 750 voorstellen gepresenteerd. Hier zijn 200 voorstellen uit geselecteerd voor de TV-uitzendingen. Octrooicentrum Nederland gaf in elke uitzending adviezen over de noodzaak van octrooi-onderzoek bij de ontwikkeling van een nieuw idee. De deelnemers werden ondersteund bij het zoeken in de octrooiliteratuur. Winnaar in 2006 was Jan Toonssen met de montage draadstang. Nederland Innovatief In december 2006 kwamen ondernemers, uitvinders, kennisinstellingen en overheidsinstanties die kansen voor vernieuwing willen aanpakken bij elkaar op Nederland Innovatief (www.nederlandinnovatief.nl). Dit jaarlijkse innovatie-evenement was een gezamenlijk initiatief van de Gemeente Dordrecht, Kennisalliantie Zuid-Holland, Octrooicentrum Nederland, Stichting Innovatiecentrum ID-NL, de Nederlandse Orde van Uitvinders en het Innovatie Platform. De eerste dag organiseerde Octrooicentrum Nederland in
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 21
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Rijswijk een innovatiedebat en diner waarvoor ruim 300 mensen waren uitgenodigd. Premier Balkenende gaf als voorzitter van het Innovatieplatform acte de présence, en benadrukte het belang van innovatie voor duurzame economische groei. De tweede dag bezochten ruim 1.700 ondernemers, uitvinders en investeerders de beurs en de workshops in Dordrecht.
2.3.2 Voorlichting Voorlichting is gericht op het aanreiken van standaardinformatie op verzoek. De informatie die geleverd wordt heeft betrekking op de beschermingsfunctie van octrooien en op het gebruik van kennis die in de octrooiliteratuur is beschreven. De informatie wordt uniform en snel geleverd. Interactie is doorgaans gericht op een individuele klant, niet op een collectief. Voorlichting vindt plaats via de afdeling Publieksvoorlichting, door het geven van presentaties en workshops en via de website met moderne zoeksystemen. Publieksvoorlichting De eerstelijns voorlichtingsunit ontving in 2006 bijna 7.000 vragen over octrooien en andere industrieel eigendomsrechten: telefonisch, via e-mail, of naar aanleiding van een bezoek. Beleid en uitvoering van Octrooicentrum Nederland zijn erop gericht om basisinformatie zoveel mogelijk elektronisch aan te bieden, via de website. Veel inzet is dan ook gericht geweest op het plaatsen van meer kerninformatie op de website. Verder kregen klanten met de zogeheten digitale adviseur basisvragen beantwoord. Beoogd wordt eerstelijns dienstverlening langs elektronische weg de komende jaren verder te versterken. Octrooicentrum Nederland verzorgde op elf universiteiten presentaties, gastcolleges en workshops. Meer dan 1.000 studenten en onderzoekers van technische-, medische- en bedrijfseconomische faculteiten kregen voorlichting over het octrooisysteem en het gebruik van octrooi-informatie. Het betrof met name studenten in de eindfase van hun bachelorstudie of aan het begin van hun masterfase.
2.3.3 Oriëntatie Aan klanten wordt zoveel mogelijk maatwerk geleverd. Naast individuele gesprekken waarin verdieping in het octrooisysteem centraal staat, worden onderzoeken uitgevoerd in de octrooiliteratuur. Klanten willen een overwogen besluit nemen om wel, of bewust niet octrooibescherming aan te vragen. Zij blijken dan een sterke behoefte te hebben aan één op één gesprekken over bijvoorbeeld de voor- en nadelen van octrooibescherming. Veelal gaat zo’n gesprek vergezeld van zoekacties in de octrooiliteratuur, waarbij de octrooieerbare aspecten van een vinding worden verkend. In 2006 zijn in totaal 1.163 individuele gesprekken gehouden en 824 onderzoeken in databanken uitgevoerd. Medewerkers van Octrooicentrum Nederland geven op locatie – bij organisaties werkzaam in het innovatieveld – voorlichting. Dit gebeurt onder meer op vestigingen van Syntens en bij de NOVU. Daarnaast is meegewerkt aan het project van de stichting Jong Ondernemen en aan de ondernemerswedstrijd van New Venture.
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 22
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Innovatie door Octrooi-Informatie (IOI) Octrooicentrum Nederland heeft in juli het IOI-project afgerond. Sinds 2001 wordt samen met Syntens (www.syntens.nl) voorlichting gegeven aan innovatieve ondernemers over de toegevoegde waarde van intellectueel eigendom. Vanuit een aantal over Nederland verspreide Syntens vestigingen hebben adviseurs van Octrooicentrum Nederland in de regio op maat voorlichting gegeven aan innovatieve bedrijven. Het aantal ondernemingen dat voorlichting ontving in het kader van dit project is in de eerste zes maanden van 2006 gegroeid van 1.951 naar 2.341, 17% boven de prognose. Op verzoek van ondernemers werden door adviseurs van Octrooicentrum Nederland gedurende de eerste zes maanden van 2006 zo’n 250 onderzoeken in de octrooiliteratuur uitgevoerd, 40% meer dan verwacht.
Het aantal ondernemingen dat een workshop heeft gevolgd bedroeg 181. Tijdens de workshops wordt voorlichting gegeven over de rol van octrooi-informatie tijdens het innovatieproces. Tevens wordt gewezen op de rol van marktpartijen: octrooigemachtigde bureaus en octrooirecherche bureaus. Vanaf juli 2006 heeft het succes van het project zich vertaald in het integreren van de IOI-formule in het reguliere voorlichtingsproces van Octrooicentrum Nederland. Dat betekent voorlichting op regionaal niveau en in samenwerking met Syntens. Samenwerking met de NOVU De Nederlandse Orde Van Uitvinders (www.novu.nl) is de beroepsorganisatie van professioneel werkende uitvinders in Nederland. Het behartigt de belangen van particuliere uitvinders door overdracht van kennis en kunde, en door uitvinders terzijde te staan bij het zoeken naar samenwerking en naar mogelijkheden uitvindingen in productvorm op de markt te brengen. Bij de NOVU geeft een adviseur van Octrooicentrum Nederland voorlichting. Dit behelst gesprekken met uitvinders over hun octrooisituatie en het voeren van oriënterende onderzoeken voor hen in de octrooiliteratuur. Tevens publiceert Octrooicentrum Nederland met regelmaat artikelen in het vakblad Vindingrijk dat de NOVU uitgeeft. Er is grote waardering voor dit type laagdrempelige voorlichting. NOVU leden raken er meer en meer van overtuigd dat goed octrooionderzoek cruciaal is in het innovatietraject. In 2006 is de samenwerking met de NOVU verder versterkt. Het mondde uit in gezamenlijke ontwikkeling van nieuwe instrumenten voor de doelgroepen particulieren en MKB. Stichting Jong Ondernemen In 2006 is opnieuw geparticipeerd in het project van de stichting Jong Ondernemen (www.jongondernemen.nl). Studenten richtten een onderneming op met als doel een nieuw idee of product in de markt te zetten. Octrooicentrum Nederland ondersteunde de studenten in de fase waarin nieuwe ideeën en producten werden ontwikkeld (hulp o.a. bij het zoeken in de octrooiliteratuur). In 2006 werden zo’n 600 studentbedrijven opgericht met gemiddeld tien deelnemers per bedrijf. Octrooigemachtigde bureaus
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 2 3
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
waren op verzoek van Octrooicentrum Nederland bereid studentbedrijven kosteloos te helpen bij het opstellen van een octrooiaanvraag. Studenten leerden zodoende het traject van idee naar productvernieuwing en marktintroductie kennen. New Venture New Venture (www.newventure.nl) is een jaarlijks terugkerende wedstrijd om een innovatief idee te ontwikkelen tot een succesvol ondernemingsplan. In drie rondes werden de ingezonden ideeën, de degelijkheid van de haalbaarheidsstudie en van het ondernemingsplan beoordeeld. Octrooicentrum Nederland heeft de deelnemers tijdens de ideeronde gecoacht en ondersteunde hen bij onderzoek in de octrooiliteratuur.
HOME
H O O F D S T U K 2 - PAG I N A 2 4
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
3 De wensen en doelstellingen van de opdrachtgevers 3.1 Inleiding Octrooicentrum Nederland wil op professionele wijze maximaal bijdragen aan het realiseren van de doelstellingen van de opdrachtgevers en met name van het Directoraat Generaal Ondernemen & Innovatie (DG O&I). Dit betekent: een hoge kwaliteit tegen zo laag mogelijke kosten. Daarnaast streeft Octrooicentrum Nederland naar het leveren van input door kennisontsluiting en beleidsinteractie voor de voorbereiding van innovatiebeleid. In nauwe samenwerking met het moederdepartement participeert Octrooicentrum Nederland in de bestuurlijke werkzaamheden van internationale organen. De KSF’en zijn: deskundige uitvoerder, efficiënte uitvoering, optimale hulp bij beleidsvoorbereiding en kennisoverdracht.
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 2 5
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Opdrachtgevers
HOME
KSF
Prestatie-indicatoren
Streefwaarde 2006
Realisatie 2006
Professionele uitvoerder (octrooideskundigheid)
Percentage stand der techniek onderzoeken dat zelf uitgevoerd wordt
75%
74%
Efficiënte uitvoering van de opdracht
Daling van behandelnormen per product (met behoud van kwaliteit)
Daling van nagenoeg alle behandelnormen
Daling van alle behandelingsnormen m.u.v. het nationaal stand der techniek onderzoek
Leveren van input voor beleidsvoorbereiding
Aantal beleidsinteractieve onderzoeken
6 grote onderzoeken en 35 kleinere onderzoeken
9 grote onderzoeken en 58 kleinere onderzoeken
Ontwikkelen en uitvoeren van trajecten voor overdracht van kennis
Aantal samenwerkingsrelaties met intermediaire en brancheorganisaties
20-25
17
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 2 6
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Uitgevoerde stand der techniek onderzoeken Voor een twintigjarig octrooi moet volgens de Rijksoctrooiwet binnen dertien maanden na eerste indiening van de aanvraag een verzoek tot onderzoek naar de stand der techniek worden ingediend. Het onderzoek leidt tot een stand der techniek rapport. In 2006 is het grootste gedeelte van dit type onderzoek door Octrooicentrum Nederland zelf uitgevoerd (74%). Wil de aanvrager zijn octrooirecht ook in landen buiten Nederland laten gelden, dan is een internationaal stand der techniek onderzoek noodzakelijk. Het daadwerkelijke onderzoek wordt verplicht uitgevoerd door het Europees Octrooi Bureau. De administratieve afhandeling voor Nederlandse octrooiaanvragers geschiedt door Octrooicentrum Nederland. Leveren van input voor beleidsvoorbereiding Binnen de afdeling Kennisontwikkeling & Voorlichting is het cluster Kennisontsluiting en Beleidsinteractie (KOB) verantwoordelijk voor het genereren van beleidsrelevante kennis. De studies die KOB oplevert zijn vaak gericht op onderwerpen die bij de ministeries op de beleidsagenda staan. In 2006 zijn uitgebreide studies uitgevoerd op het gebied van High Tech Automotive, Life Sciences en Gezondheid, het Maritieme Cluster en Nieuwe Materialen. Een uitgebreid onderzoek naar de karakteristieken van de verlening van Europese octrooiaanvragen is in de eerste helft van 2006 afgerond. Daarnaast zijn er diverse kleinere onderzoeken uitgevoerd op verschillende terreinen. Deze onderzoeken hadden deels het karakter van het beantwoorden van ad-hoc (beleids)vragen en deels van technologiescans. Het betreft onderzoeken op onder andere het gebied van milieu, energietechnologie, bouwen, genomics, bedrijfsprofielen en het octrooiprofiel van de Top-100 van WBSO-aanvragers. Opdrachten komen voor een groot deel vanuit het Ministerie van Economische Zaken en haar diensten en dan met name van SenterNovem (www.senternovem.nl). Daarnaast zijn of worden ook onderzoeken uitgevoerd voor het Ministerie van VROM en voor het Ministerie van VWS. Ontwikkelen van trajecten voor overdracht van kennis Ter versterking van het EZ-beleid vervult Octrooicentrum Nederland een antennefunctie door trends, behoeften en knelpunten te signaleren bij gebruikers van het octrooisysteem. Om een groot en breed bereik te realiseren, wil Octrooicentrum Nederland samenwerken met deze intermediaire organisaties die actief zijn binnen het innovatieveld. Via deze organisaties moet de uiteindelijke klant bereikt worden. Om de samenwerking met andere organisaties te verstevigen worden samenwerkingsverbanden afgesloten.
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 27
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Om het gebruik van octrooipublicaties aan universiteiten te bevorderen, stationeerde Octrooicentrum Nederland vanaf maart 2006 een technisch adviseur bij de TU Delft (www.tudelft.nl). Met de TU Delft is in een overeenkomst de samenwerking vastgelegd. De adviseur houdt spreekuren, voert onderzoeken uit en is betrokken bij workshops met als doel onderzoekers bekend te maken met octrooien en het octrooisysteem. Ook de Radboud Universiteit Nijmegen heeft interesse getoond in een tijdelijke stationering van een octrooiadviseur. Realisatie zal in 2007 plaatsvinden. Met de Stichting voor Technologie en Wetenschap (STW) zijn vergelijkbare afspraken gemaakt. STW (www.stw.nl) houdt zich bezig met kennisvalorisatie en onderschrijft het belang van het gebruik van informatie uit octrooipublicaties. Gezamenlijk worden valorisatie workshops gehouden. Voor STW worden eveneens onderzoeken in de octrooiliteratuur uitgevoerd. Doel is het vergroten van het gebruik van octrooi-informatie door STW medewerkers en onderzoekers die werkzaam zijn in door STW gefinancierde projecten. De samenwerking zal in 2007 bekrachtigd worden door het tekenen van een samenwerkingsovereenkomst.
3.2 Professioneel uitvoeren van de opdrachten 3.2.1 Omzet bij het Ministerie van Economische Zaken Voor het uitvoeren van de werkzaamheden is door DG Ondernemen & Innovatie van het Ministerie van Economische Zaken voor 2006 een opdracht verleend voor EUR 13,8 miljoen aan Octrooicentrum Nederland.
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 2 8
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
De omzet van Octrooicentrum Nederland bij het moederdepartement is als volgt over de productgroepen verdeeld (x EUR 1.000):
++,
,+' @Zcc^hWZhX]Zgb^c\ @Zcc^hkZghegZ^Y^c\ @Zcc^hdcihaj^i^c\!WZaZ^Yh^ciZgVXi^ZZcVciZccZ[jcXi^Z 7ZaZ^Yh^cWgZc\Zc>ciZgcVi^dcVaZKZgiZ\ZclddgY^\^c\ Egd_ZXiZc
'#.,& +#),,
'#(),
Totaal per productgroep 13.224
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 2 9
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
3.2.2 Overige opdrachten Samenwerking met de United Kingdom Patent Office (UKPO) In 2006 was het UKPO (www.patent.gov.uk) zeer tevreden over de kwaliteit van het werk dat Octrooicentrum Nederland voor haar verrichtte. Het ging om 170 stand der techniek onderzoeken en beoordelingen waarbij is voldaan aan de hoge kwaliteitsnormen. Voor Octrooicentrum Nederland is dit werk van belang voor het meten en op peil houden van de beoordelingsexpertise. In 2007 worden opnieuw stand der techniek onderzoeken uitgevoerd voor het UKPO. Octrooigemachtigdenopleiding en -examens Aan de voor 2006-2007 benoemde examencommissie voor de octrooigemachtigden heeft Octrooicentrum Nederland wederom twee van de zes leden geleverd. De examencommissie heeft in 2006 de volgende tentamens afgenomen (tussen haakjes het aantal deelnemers): - de juridische examenonderdelen ‘Recht Algemeen’ (22), ‘Octrooirecht’ (23), en ‘Overige IE-rechten en Europees Recht/ mededinging’ (21); - de tentamens praktische vaardigheden ‘Schrijven van conclusies en een beschrijvingsinleiding van een octrooiaanvrage’ (29), ‘Het bespreken van een stand der techniek onderzoek afgegeven voor een ingediende octrooiaanvrage’ (28) en ‘Het opstellen van een (verzoek om) advies omtrent de toepasselijkheid van de nietigheidsgronden, en/of een inbreukadvies, en/of een vrijgaveadvies’ (31).
Twee deelnemers hebben een bezwaar ingesteld tegen een tentamenuitslag: één kandidaat werd daarbij in het gelijk gesteld; het tweede bezwaar werd niet-ontvankelijk verklaard. In totaal zijn 21 personen geslaagd voor het gehele octrooigemachtigdenexamen. Voor de tweejarige gemachtigdenopleiding, die in maart 2006 is gestart, hebben zich in totaal 23 aspirant-octrooigemachtigden aangemeld. Plaatsvervangend rechter/raadsheer Bij Octrooicentrum Nederland is één juridisch adviseur actief als rechter-plaatsvervanger bij de Rechtbank Den Haag. Deze heeft in 2006 éénmaal bijgedragen aan de beoordeling van een geschil over een Europees, voor Nederland geldig octrooi.
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 3 0
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
3.2.3 Overzicht van octrooitaksen over 2006 In 2006 heeft Octrooicentrum Nederland ruim EUR 51 miljoen aan taksen ontvangen. Daarvan is totaal EUR 21,9 miljoen aan het EOB afgedragen in het kader van Europees verleende octrooien die in Nederland van kracht zijn geworden. Circa 2,4 miljoen EUR heeft betrekking op af te dragen taksen aan het EOB én de World Intellectual Property Organization (WIPO) in het kader van de Patent Cooperation Treaty. Het onderstaande overzicht geeft de omvang aan van de over 2006 ontvangen taksen.
Opbrengsten taksen (x1.000) Bruto opbrengst taksen Afdracht EOB: EP/NL taksen Afdracht EOB: PCT Afdracht WIPO: PCT Netto opbrengst taksen EZ over 2006
Realisatie over 2006 51.342 -21.901 -1.507 -858 27.076
De netto opbrengst is als volgt verdeeld: Jaartaksen Indiening
1.420
Akten
79
Verzoekschriften
14
Taksen voor ingediende vertalingen EP/NL Totaal netto opbrengst taksen EZ over 2006
HOME
25.160
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 31
403 27.076
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
3.2.4 Nieuw octrooibeleid De evaluatie van het Nederlandse octrooisysteem onder de ROW 1995 door het Ministerie van Economische Zaken (www.minez.nl) en Octrooicentrum Nederland is medio 2006 afgerond met een brief van Staatssecretaris Van Gennip aan de Tweede Kamer. In een speech tijdens het door Octrooicentrum Nederland georganiseerde octrooicongres heeft zij haar beleidsplannen publiekelijk toegelicht. In die plannen gaat het erom de toegang en het gebruik van het octrooisysteem voor met name het MKB te verbeteren. De maatregelen betreffen in de eerste plaats de inmiddels per 1 juli 2006 ingevoerde ‘schriftelijke opinie’ bij het onderzoek naar de stand van de techniek. Verder gaat het om afschaffing van het zesjarig registratie-octrooi dat in de praktijk tot rechtsonzekerheid leidt. Beide maatregelen komen de kwaliteit van het Nederlandse systeem zeer ten goede. Rest dan onder de ROW 1995 alleen het octrooi dat maximaal twintig jaar in stand kan worden gehouden. Daarnaast bestaat het voornemen om de drempelkosten te verlagen, waardoor het MKB extra gestimuleerd wordt om actief gebruik te maken van het octrooisysteem. Ook komt er de mogelijkheid om aanvragen in de Engelse taal in te dienen (met conclusies vertaald naar het Nederlands), waardoor de vertaalkosten zullen afnemen. Tegelijkertijd zullen octrooihouders extra (financieel) worden geprikkeld om bewust de afweging te maken hun octrooien al dan niet in stand te houden door een progressiever stelsel van instandhoudingstaksen. Tot slot zal door het geven van meer voorlichting het octrooibewustzijn van het innovatieve MKB worden verhoogd. Het ziet ernaar uit dat de verschillende maatregelen per 1 januari 2008 in werking kunnen treden. Gewaarmerkte vertaling Met ingang van 1 augustus 2006 is de plicht tot waarmerking (door een octrooigemachtigde) van een Nederlandse vertaling van een Europees octrooi vervallen. Deze afschaffing vermindert de hieraan verbonden financiële en administratieve last voor octrooihouders. Nederland was nog het enige land in Europa dat deze waarmerkplicht kende.
3.3 Participatie in internationale organen Vanwege het open karakter van onze economie, heeft Nederland veel belang bij mondiale harmonisatie en samenwerking op het terrein van de industriële eigendomsrechten. Bovendien zijn veel octrooiaanvragen van Nederlandse herkomst. Wereldwijd staat Nederland op de zesde plaats. Octrooicentrum Nederland speelt van oudsher een belangrijke rol op het internationale terrein van de industriële eigendomsrechten.
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 32
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
3.3.1 World Intellectual Property Organization WIPO (www.wipo.org) is een agentschap van de Verenigde Naties, gericht op effectieve bescherming en gebruik van intellectueel eigendom. Het aantal lidstaten bedraagt 184. Op octrooigebied is het wereldwijde Patent Cooperation Treaty (PCT), dat voorziet in een internationaal octrooisysteem, van groot belang. Het aantal PCT-lidstaten is in 2006 met vijf toegenomen tot 136. Het aantal jaarlijkse aanvragen onder PCT neemt voortdurend toe. In 2006 ging het om ruim 145.000 aanvragen. Ter vergelijking: in 1996 ging het om minder dan 50.000 aanvragen, in 1986 om minder dan 5.000. In geografisch opzicht komen de aanvragen voor éénderde uit Europa en voor éénderde uit de Verenigde Staten. Noord-Oost Azië (Japan, China, Korea) is echter op weg Europa en de VS in te halen. Onderhandelingen over harmonisatie van het materiële octrooirecht in de vorm van een Substantive Patent Law Treaty (SPLT) liggen feitelijk stil door politieke (Noord/Zuid) verschillen van inzicht. Belangrijk op dit moment is het informele overleg dat daardoor buiten WIPO om is ontstaan tussen 41 Westers georiënteerde landen over een alternatief SPLT. In 2006 was er bij die besprekingen een stroomversnelling waarneembaar. Eind 2006 bleek echter dat het nog de nodige tijd zal kosten om alleen al deze landen (uit Amerika, Europa, Azië) op één lijn te brengen.
3.3.2 Europees Octrooi Bureau De Administrative Council (AC, de Raad van Bestuur) heeft in 2006 in het kader van het Strategiedebat besluiten genomen over het zogeheten European Patent Network (EPN) in wording. Centraal hierin staat een zekere herijking van de samenwerking tussen het Europees Octrooi Bureau (EOB) (www.epo.org) en de octrooibureaus in de lidstaten. Overigens binnen de bestaande structuur van de Europese samenwerking, met daarin het EOB als de centrale octrooiverlenende instantie. Onderdeel van het debat is dat het EOB zich in die rol steviger moet focussen op octrooiverlening als zijn echte core business. In de eerste plaats heeft de AC ingestemd met een project om de kwaliteit van het octrooisysteem te verbeteren. Daarbij gaat het om een standaard voor een European Quality Management System (EQMS). Lidstaten die een rol willen spelen in het EPN in wording zouden dit EQMS moeten toepassen. Nederland heeft deelgenomen aan dit project. In de tweede plaats heeft de AC het Utilisaton Pilot Project (UPP) goedgekeurd. Dit zal eerst in 2007 goed van de grond komen. Het gaat erom te beoordelen of stand der techniek onderzoeken van nationale octrooibureaus gebruikt kunnen worden door het EOB, ter voorkoming van dubbel werk aldaar. Hierbij speelt de kwaliteit van deze producten een grote rol. Ten derde heeft de AC ermee ingestemd de user support activities van het EOB te laten bekijken. Het oogmerk is om activiteiten (daaronder re-classificatie, verschillende soorten searches, studies) over te dragen aan (een consortium van) nationale octrooibureaus. Ook aan deze discussie doet Nederland mee. Voorts besloot de AC tot een vernieuwde cooperation policy. Hieronder valt een uitgebreide verzameling aan programma’s en thema’s. Belangrijk is dat voor financiële ondersteuning vanuit
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 3 3
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
het EOB nu vooral kleinere en nieuwe lidstaten in aanmerking komen. Tot slot heeft de AC afgesproken dat in 2007 het onderwerp future workload (gegeven de scope en kwaliteit van octrooiaanvragen en de aantallen claims) concreet aandacht krijgt, in afstemming met de stakeholders. Tijdens een korte plechtigheid bij het EOB in München is op 8 maart 2006 de ‘Werkovereenkomst tussen de Europese Octrooiorganisatie en het Koninkrijk der Nederlanden’ ondertekend door EOB-President Pompidou en directeur Geijzers van Octrooicentrum Nederland. Met de werkovereenkomst die op 1 juli 2006 van kracht is geworden verzekert Nederland er zich van dat het EOB op verzoek van Octrooicentrum Nederland stand der techniek onderzoeken verricht onder de ROW 1995. De door het EOB opgestelde onderzoeksrapporten zullen vergezeld gaan van een schriftelijke opinie over de vraag of de uitvinding octrooieerbaar is. De schriftelijke opinie bij onderzoeksrapporten van het internationale type als bedoeld in art. 34, tweede lid, ROW 1995 zullen in het Engels gesteld zijn. Die op basis van art 32 ROW 1995 in het Nederlands.
3.3.3 Bureau voor de Harmonisatie van de Interne Markt (te Alicante) Het Bureau voor de Harmonisatie van de Interne Markt (BHIM) (http://oami.europa.eu) van de Europese Unie registreert gemeenschapsmerken en -modellen of tekeningen die gelden in de hele EU. Het grote succes van dit Europese systeem heeft geleid tot een debat over de rol van en de samenwerking met nationale bureaus die merken en modellen registreren. Als gevolg hiervan draagt het BHIM in de vorm van technical co-operation programmes bij aan programma’s van de lidstaten op het gebied van opleiding/training, informatietechnologie en promotie en voorlichting. Gebleken is dat de ontvangsten van het BHIM structureel hoger uitvallen dan de noodzakelijke uitgaven. Deze situatie vergt een meer stabiele begrotingspraktijk dan nu het geval is. Eind 2006 heeft de Europese Commissie een mededeling uitgebracht over de lange-termijnfinanciering van het BHIM. Taksenverlaging ligt als gevolg van de financiële situatie voor de hand, zij het dat zo’n aanpak tot gevolg heeft dat er op méér nationale markten rechten worden gevestigd dan voor het functioneren van de Europese interne markt wenselijk is. Nationale bureaus zouden bovendien in de problemen kunnen komen, ten nadele van hun gebruikers, daaronder met name het MKB. Het aantal merkdepots bij het BHIM bedroeg in 2006 totaal 77.460. Het totaal aantal ingediende Europese merkdepots vanaf 1996 is daarmee gekomen op zo’n 553.973. In 2006 werden totaal 69.178 modeldepots ingediend. Dit is een stijging ten opzichte van 2005 (63.657). Deposanten maken volop gebruik van de mogelijkheid om in één keer binnen de hele Europese Gemeenschap modelbescherming te genieten.
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 3 4
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
3.3.4 Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom Op 1 september 2006 is het nieuwe Benelux-Verdrag inzake de Intellectuele Eigendom (merken, tekeningen of modellen) in werking getreden. In de Nederlandse Goedkeuringswet bij dit verdrag is een instemmingsrecht voor beide Kamers van het parlement opgenomen bij besluiten van het Comité van Ministers. Met de inwerkingtreding van het verdrag zijn het Benelux-Merkenbureau en het Benelux-Bureau voor Tekeningen of Modellen gefuseerd tot het Benelux-Bureau voor de Intellectuele Eigendom (BBIE) (www.boip.int). Tegen de achtergrond van het Nederlandse kabinetsbesluit over de opvang van internationale organisaties, wordt gestreefd naar een seat agreement tussen het BBIE en de Nederlandse Staat. Op 13 oktober is de Raad van Bestuur (RvB) van het nieuwe BBIE voor het eerst bijeen geweest. Het per drie jaar roulerende voorzitterschap van de RvB wordt in mei 2007 door Nederland overgenomen van Luxemburg. Het aantal merkdepots bij het BBIE bedroeg in 2006 totaal 27.216 (in 2005 waren dat er 30.700). Het aantal modeldepots steeg licht (van 1.100 in 2005 naar 1.131 in 2006).
3.3.5 Europese Unie Na een eerdere période de réflexion stond 2006 in het teken van de consultaties van Eurocommissaris McCreevy over het Europese octrooisysteem. Deze consultaties omvatten niet alleen het Gemeenschapsoctrooi maar ook het octrooisysteem onder het Europees Octrooi Verdrag en mogelijke verbeteringen daarvan via het Vertalingenprotocol en het European Patent Litigation Agreement (EPLA). Deze aanpak weerspiegelt het besef dat Europa er alsnog werk van moet maken om gebruikers een efficiënt octrooisysteem te bieden. In het debat is duidelijk dat in Europa onverkort grote betekenis wordt toegekend aan de totstandkoming van een Gemeenschapsoctrooi. Tegelijkertijd ontwikkelt het debat zich zo, dat het op korte termijn vinden van een Europese oplossing voor de beslechting van octrooigeschillen topprioriteit moet hebben. Gebleken is in 2006 dat de Europese landen daar geen eensluidende visie op hebben. Belangrijk is dat de Europese Commissie eind 2006 heeft uitgesproken een EG-onderhandelingsmandaat met betrekking tot het EPLA voor te leggen aan de Raad. Nieuwe voorstellen van de Commissie voor een Gemeenschapsoctrooi zullen pas in een volgende fase van het debat te verwachten zijn.
HOME
H O O F D S T U K 3 - PAG I N A 3 5
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
4 De uitgangspunten van de eigenaar
4.1 Inleiding De eigenaar, het Ministerie van Economische Zaken, verlangt dat voldaan wordt aan de kwaliteits- en integriteitsnormen, die de samenleving aan een overheidsorganisatie stelt. Daarnaast is een sluitende exploitatie van belang. Octrooicentrum Nederland besteedt daarom voortdurend aandacht aan verbetering van doelmatigheid en beheersing van de kosten om een positief bedrijfsresultaat te waarborgen. De KSF’en zijn: integriteit, bedrijfsresultaat, efficiency en financieel beheer.
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 3 6
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Eigenaar KSF
Prestatie-indicatoren
Streefwaarde 2006
Realisatie 2006
Integriteit
Inbreuk op integriteitsbeleid
Geen inbreuken
Geen inbreuken
Positief resultaat uit bedrijfsuitoefening
Resultaat uit bedrijfsuitoefening
≥ EUR 0
EUR 478.000
Efficiënte uitvoeringsorganisatie
- Productiviteit (directe uren/totaal) - Gunstige tariefontwikkeling
- 67%
- 68,1%
- Tariefstijging sinds 2002 ≤ inflatie
- Daling van 5,6% in reële termen sinds 2002
- Accountantsverklaring ADEZ
- Goedkeurende verklaring (score ≥ 3,5)
- Toezichtsverslag FEZ
- Positief toezichtsverslag
- Score financieel en materieel beheer 4,2 van het maximaal te behalen aantal van 5 - Positief toezichtsverslag
Ordelijk en controleerbaar financieel beheer
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 37
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Integriteit Inbreuken op het integriteitsbeleid van het Ministerie van Economische Zaken mogen niet voorkomen. In 2006 vond geen inbreuk plaats. Resultaat uit bedrijfsvoering Octrooicentrum Nederland streeft naar een positief resultaat uit bedrijfsvoering. Deze doelstelling is in 2006 ruimschoots gehaald en is nader toegelicht in de jaarrekening (zie hoofdstuk 4.3). Efficiënte bedrijfsvoering Efficiency wordt mede bepaald door de productiviteit. Deze wordt uitgedrukt als een percentage van het totaal aantal uren besteed aan directe opdrachten. Dit percentage kwam in 2006 uit op 68,1% en ligt hoger dan de streefwaarde (65%). Daarnaast was sprake van een gunstige tariefontwikkeling. Sinds 2002 (start agentschap) zijn de tarieven met 5,6% gedaald in reële termen (gecorrigeerd voor inflatie). Ordelijk en controleerbaar financieel beheer Octrooicentrum Nederland moet voldoen aan de eisen van ordelijk en controleerbaar financieel beheer, getoetst door de Auditdienst van het ministerie. Aan deze eisen is voldaan (goedkeurende verklaring en een score van 4.2 op een 5-puntsschaal voor het financieel en materieel beheer).
4.2 Financieel beheer Implementatie nieuw boekhoudsysteem Exact Als gevolg van de uitfasering van het AS400-platform bij Octrooicentrum Nederland, diende ook het boekhoudpakket FMS vervangen te worden. Daarbij waren schaalgrootte, beheersbaarheid en gebruiksvriendelijkheid belangrijke criteria voor het nieuwe boekhoudpakket. Met ingang van het boekjaar 2006 wordt Exact gebruikt voor de registratie en verantwoording van de bedrijfsadministratie en de administratie van de wettelijke taken (de taksen).
In het tweede halfjaar van 2006 is in vervolg hierop het goedkeuren van de inkoopfacturen door middel van workflow onderzocht. Dit heeft geleid tot de uitbreiding van de bestaande Exact licentie met Exact-Synergy, waardoor het goedkeuringsproces als integrale oplossing binnen het boekhoudpakket beschikbaar komt. In het vierde kwartaal van 2006 is de benodigde software geïnstalleerd. Na afronding van de testfase in het eerste kwartaal van 2007 zal deze werkwijze in gebruik genomen worden.
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 3 8
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Interne controle In 2006 is gestart met het gebruik van werkprogramma’s voor de verbijzonderde interne controle. Dit leidde tot een kwaliteitsverbetering van het interne controleproces. Verdere uitbouw hiervan vindt plaats in 2007. Regeling Baten- en lastendiensten In de tweede helft van 2006 heeft het Ministerie van Financiën de nieuwe Regeling Baten- en lastendiensten in concept opgeleverd. In deze regeling wordt BW2 titel 9 (ook gangbaar voor private rechtspersonen) van toepassing verklaard. Dit heeft tot gevolg dat de verslagleggingsregels op enkele punten aangepast worden, nadat de regeling definitief is vastgesteld. Dit zal effect hebben vanaf het verslagjaar 2007. De jaarrekening 2006 is nog volgens de huidige verslaggevingregels opgesteld.
4.3 Jaarrekening 2006 Algemeen De jaarrekening is een financiële verantwoording en bestaat uit de balans, resultatenrekening en de toelichting hierop. Octrooicentrum Nederland legt hiermee jaarlijks verantwoording af aan de eigenaar (Bureau SG van het Ministerie van Economische Zaken).
De waardering van de posten op de balans en de resultatenrekening zijn gebaseerd op de Comptabiliteitswet en de regelgeving zoals de Regeling Departementale Begrotingsadministratie en de Regeling Vermogensvoorschriften Baten- en lastendiensten 2001, opgenomen in het handboek Financiële Informatie en Administratie Rijksoverheid. De daarin gestelde eisen vertonen grote gelijkenis met de regels van het Burgerlijk Wetboek 2, titel 9. Alle opgenomen cijfers worden gepresenteerd in € 1.000,-. De materiële vaste activa zijn gewaardeerd op basis van de historische verkrijgingsprijs, onder aftrek van een jaarlijks lineaire afschrijving. De vorderingen en kortlopende schulden worden gewaardeerd tegen de nominale waarde. De omzet en de overige opbrengsten zijn gewaardeerd tegen de opbrengstwaarde en worden als gerealiseerd beschouwd in de periode waarin de diensten zijn verricht en/of de producten zijn geleverd.
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 3 9
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
HOOFDSTUK
4
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
4.3.1 Balans en toelichting De balans biedt inzicht in de bezittingen, vorderingen, schulden en het vermogen van Octrooicentrum Nederland per balansdatum.
31 december 2005
31 december 2006
904
626
Onderhanden werk
630
618
Vorderingen
390
502
Liquide middelen
7.437
5.820
TOTAAL ACTIVA
9.361
7.566
ACTIVA Vaste activa Materiële vaste activa
Vlottende activa
>
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 4 0
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
HOOFDSTUK
4
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
31 december 2005
31 december 2006
PASSIVA Agentschapsvermogen
HOME
Exploitatiereserve
742
691
Onverdeeld resultaat
496
660 1.238
1.351
Voorzieningen
2.668
2.961
Kortlopende schulden
5.455
3.254
TOTAL PASSIVA
9.361
7.566
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 41
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Materiële vaste activa De investeringen in materiële vaste activa in 2006 ad € 251 betreffen voornamelijk meubilair, hardwareservers, software voor de workflow van inkoopfacturen en software voor de nieuwe multi functionele printers. Vlottende activa Onderhanden werk De post onderhanden werk betreft de kosten van gemaakte uren gedurende de verschillende bewerkingsfases van producten, die in de volgende jaren aan de opdrachtgever in rekening worden gebracht. Vorderingen De vorderingen bestaan uit de posten debiteuren (€ 167), nog te ontvangen bedragen/ vooruitbetaalde kosten (€ 321) en uit overige vorderingen (€ 14). De post debiteuren is het saldo van de openstaande vorderingen, verminderd met een voorziening wegens mogelijke oninbaarheid voor posten ouder dan een halfjaar. De post nog te ontvangen bedragen/vooruitbetaalde kosten bestaat voornamelijk uit vooruitbetaalde onderhoudskosten voor automatisering, uit kosten voor abonnementen op toegang van databanken (voor het uitvoeren stand der techniek onderzoeken) en uit vooruitbetaalde kosten voor personeelsabonnementen voor openbaar vervoer. Liquide middelen De post liquide middelen betaat uit een Rekening-courant bij de Rijkshoofdboekhouding (rentedragende rekening die Octrooicentrum Nederland aanhoudt bij het Ministerie van Financiën) en uit een nieuwe deposito afgesloten bij het Ministerie van Financiën ter grootte van € 5.000 met een looptijd van zes maanden. Agentschapsvermogen Het agentschapsvermogen bestaat uit een exploitatiereserve en het onverdeelde resultaat. De resultaatbestemming 2005 is conform de vaststelling door de plaatsvervangend secretaris-generaal (PSG) van EZ verwerkt. Dit houdt in dat in 2006 € 296 is uitgekeerd aan de eigenaar en € 200 is beschikbaar gesteld aan de opdrachtgever voor mogelijk aanvullende werkzaamheden. De exploitatiereserve bedraagt maximaal 5% van de gemiddelde totale omzet over de afgelopen drie jaar. Omdat sprake is van een daling van de omzet gedurende deze periode dient € 51 te worden teruggestort aan de eigenaar. Deze post is onder de kortlopende schulden opgenomen.
Ieder jaar doet Octrooicentrum Nederland een voorstel voor de bestemming van het resultaat aan de PSG. De resultaatbestemming 2006 is in dit verslag nog niet verwerkt. Deze dient eerst goedgekeurd te worden door de PSG.
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 42
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Voorzieningen De samenstelling van de voorzieningen per 31 december 2006 is als volgt:
Personeel
1.281
Automatisering
682
Huisvesting
675
Aansprakelijkheid
200
Archief
123
Totaal
2.961
De voorziening Personeel bestaat voornamelijk uit de op balansdatum bestaande wachtgeldverplichtingen, inschalingsverschillen als gevolg van opgedragen werkzaamheden en uit verplichtingen voor het doorbetalen van loonkosten aan medewerkers, die (gedeeltelijk) langdurig ziek zijn. De voorziening Automatisering is voornamelijk bestemd voor de dekking van de kosten voor de projecten Soprano en Machine Translation. Deze projecten zouden oorspronkelijk in 2006 worden uitgevoerd en de hiermee gemoeide kosten zijn derhalve niet opgenomen in de offerte aan de opdrachtgever over 2007. De voorziening Huisvesting zijn huurkosten die gerelateerd zijn aan de exploitatiekosten van het gehuurde pand. Hierdoor bestaat de verwachting dat deze kosten vanaf 2008 aanzienlijk zullen stijgen als gevolg van voorgenomen plannen tot nieuwbouw in Rijswijk. Om grote tariefschokken in de komende jaren te voorkomen is in 2004 begonnen met de vorming van een voorziening huisvesting. Kortlopende schulden De kortlopende schulden bestaan uit de posten crediteuren (€ 190) en overige schulden/nog te betalen kosten (€ 3.064).
De post overige schulden/nog te betalen kosten bestaat voornamelijk uit te betalen bedragen aan de opdrachtgever (DG O&I) ad € 2.015. Dit betreft ontvangsten van de Rijksgebouwendienst (RGD) en het EOB in verband met teveel betaalde huur- en servicekosten in het verleden. Daarnaast bevat deze post het minderwerk betreffende de reguliere opdracht 2006 van het
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 4 3
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Ministerie van Economische Zaken. De post overige schulden/nog te betalen kosten bestaat verder nog uit een te betalen bedrag aan Syntens ad € 302 die betrekking heeft op de in 2006 uitgevoerde werkzaamheden in het kader van het project “Innovatie door Octrooi-Informatie”, waarvan nog geen factuur is ontvangen. Een bedrag ad € 275 heeft betrekking op de opgebouwde (oude) rechten inzake spaarverlof (€ 26) en inzake vakantiegeld (€ 249) over de periode juni 2006 tot en met december 2006. Dit bedrag maakt deel uit van het vakantiegeld dat in mei 2007 over de periode juni 2006 tot en met mei 2007 wordt uitgekeerd. Niet uit de balans blijkende verplichtingen Huur- en gebruikersovereenkomsten kantoorruimte De gebruikersvergoeding voor het huurcontract met de RGD bedroeg in 2006 € 417. De kosten van de gebruikersovereenkomst met het EOB voor servicekosten bedroegen in 2006 € 536.
Overige contracten en financiële verplichtingen Contracten zijn afgesloten voor automatiseringskosten, kantoorkosten (inclusief huur apparatuur) en PR-kosten. De jaarlijkse kosten bedragen circa € 1.258.
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 4 4
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
HOOFDSTUK
4
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
4.3.2 Resultatenrekening en toelichting De resultatenrekening biedt informatie over de gerealiseerde baten en lasten over 2006. Jaarwerkplan 2006
Realisatie 2006
BATEN
13.830
13.224
Opbrengst derden
100
87
Overige omzet
155
217
14.085
13.528
Personele kosten
7.219
7.103
Materiële kosten
6.306
5.171
Af te dragen omzet derden
100
87
Mutatie voorzieningen/onderhanden werk
200
689
13.825
13.050
260
478
33
181
-
1
293
660
Omzet Ministerie van Economische Zaken
Som der bedrijfsopbrengsten
LASTEN
Som der bedrijfslasten
Resultaat uit gewone bedrijfsuitoefening Rente Buitengewone baten NETTO RESULTAAT
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 4 5
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Baten De realisatie van de omzet van het moederdepartement is € 606 lager dan begroot. Dit wordt veroorzaakt door een lagere realisatie van de omzet out of pocket (rechtstreeks door te berekenen materiële kosten). Belangrijkste redenen hiervoor zijn het uitvoeren van minder stand der techniek onderzoeken door het Europees Octrooi Bureau en het besluit om geen afzonderlijk octrooimagazine uit te brengen.
De overige omzet van € 217 betreft voornamelijk opbrengsten met betrekking tot werkzaamheden voor het Engelse octrooibureau (€ 187) en voor het Project Turkije (€ 24). Het Project Turkije is bedoeld om het Turkish Patent Office te helpen bij het opzetten van een strategie voor promotie- en voorlichtingactiviteiten gericht op het bevorderen van het octrooibewustzijn van het Turkse MKB. Het project wordt geleid door de Economische Voorlichtings Dienst (EVD). Lasten De personele kosten zijn ten opzichte van het werkplan 2006 € 116 lager, voornamelijk veroorzaakt door minder loonkosten ambtelijk personeel (minder fte’s werkzaam dan begroot). Loonkosten van inhuur van derden is hoger, omdat vaste medewerkers zijn ingezet op het project Soprano en daardoor extra inzet benodigd was voor de reguliere werkzaamheden. Opleidingskosten zijn iets lager dan begroot waardoor de doelstelling van minimaal 2% van de loonsom in 2006 niet geheel is gerealiseerd.
De overige personele kosten bestaan voornamelijk uit kosten voor aardigheidjes personeel, kinderopvang, kosten werving en selectie en arbokosten. De uitputting van de materiële kosten ten opzichte van het werkplan over 2006 bedraagt 82%. Hieronder worden posten die significant afwijken toegelicht. Uitvoeringskosten EOB De uitvoeringskosten EOB (€ 1.783) over geheel 2006 zijn 8% lager dan begroot door het achterblijven van opgeleverde nationale stand der techniek onderzoeken door het EOB. Ook is er een hoger bedrag aan restituties ontvangen dan aanvankelijk berekend. Het grootste gedeelte van deze kosten (€ 1.500) heeft overigens betrekking op Internationale stand der techniek onderzoeken, die op grond van het Europees Octrooi Verdrag niet uitgevoerd mogen worden door Octrooicentrum Nederland.
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 4 6
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Brochures en drukwerk De lagere realisatie van de OOP-kosten is het gevolg van het zelf vervaardigen van de voorbladen voor NL-octrooien en een voldoende aanwezige voorraad van brochures voor kennisverspreidende doeleinden, waardoor nieuw drukwerk in 2006 niet noodzakelijk werd geacht. PR-kosten De lagere realisatie van de indirecte PR-kosten wordt verklaard door onderuitputting op de budgetten voor onderzoeken op het gebied van imago en klanttevredenheid. Daarnaast zijn de kosten voor het maken van het externe jaarverslag lager uitgevallen. Beurzen, workshops, gastcolleges & seminars De lagere realisatie van de OOP-kosten is veroorzaakt doordat het uitbrengen van een octrooimagazine is uitgesteld in het kader van de ontwikkelingen rondom Synergie Uitvoeringsorganisaties EZ (SUEZ) en de gezamenlijke initiatieven daaruit voortvloeiend, het relatief goedkope octrooicongres en de kostenbesparende samenwerking met onder andere de gemeente Dordrecht en het Innovatie Platform bij het organiseren van Nederland Innovatief. Automatisering De realisatie van de automatiseringskosten wordt in belangrijke mate beïnvloed door de voortgang van het Sopranoproject, omdat ook andere projecten zoals Machine translation en Backlog scanning hiermee samenhangen. Deze laatste twee projecten zijn niet in 2006 uitgevoerd, maar worden doorgeschoven naar 2007, na de afronding van het project Soprano. Daardoor zijn de automatiseringskosten lager uitgevallen dan begroot. Afschrijvingen De oorzaak van de lagere realisatie van de afschrijvingskosten is een lager investeringsniveau in 2006 dan begroot en een te hoge inschatting van de afschrijvingen bij het opstellen van het werkplan. Rente De ontvangen rente heeft betrekking op de afgesloten deposito’s gedurende het jaar en op de rentevergoeding over een positief saldo bij de Rijkshoofdboekhouding.
HOME
H O O F D S T U K 4 - PAG I N A 47
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
5 De kwaliteit van de interne organisatie
5.1 Inleiding Opdrachtgevers en doelgroepen verwachten kwaliteit. Daarom moet de organisatie van Octrooicentrum Nederland op orde zijn: een inspirerend werkklimaat in een open cultuur, gericht op onderlinge samenwerking met een hoge mate van eigen verantwoordelijkheid. Daarom zijn de gedefinieerde KSF’en: deskundig en gemotiveerd personeel en adequate faciliteiten.
HOME
H O O F D S T U K 5 - PAG I N A 4 8
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
HOOFDSTUK
INHOUD
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Personeel KSF
Prestatie-indicatoren
Streefwaarde 2006
Realisatie 2006
Deskundig en gemotiveerd personeel
- Opleidingskosten als % van de loonsom - Gemiddeld aantal opleidingsuren per medewerker - Ziekteverzuim
- 2,0%
- 1,6%
- 40 uren
- 49 uren
- < 5,25%
- 5,29%
- Aantal storingsmeldingen helpdesk - Percentage oplossingen binnen normtijd
- < 450
- 478
- 90%
- 88.9%
Adequate faciliteiten
HOME
H O O F D S T U K 5 - PAG I N A 4 9
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Deskundig en gemotiveerd personeel In 2006 is 1,6% van de loonsom uitgegeven aan opleidingskosten (streefwaarde 2,0%) en gemiddeld is 49 uur per medewerker besteed aan opleidingen. Door het intensieve opleidingstraject in 2004 en 2005 voor het voltallige personeel (in het kader van het cultuurtraject), is in 2006 minder uitgegeven aan opleidingskosten. Adequate faciliteiten Om goed te kunnen functioneren dienen de medewerkers te beschikken over adequate faciliteiten. Deze liggen met name op ICT-gebied. Het aantal storingscalls bij de helpdesk ligt met de realisatie van 478 calls net iets boven de streefwaarde van < 450 calls. Het percentage waarbinnen storingsmeldingen moeten zijn opgelost binnen de normtijd is iets lager dan de streefwaarde. Dit wordt onder andere veroorzaakt door de vervanging van printers en kopieermachines door multi functionele printers, waarbij zich enige aanloopproblemen hebben voorgedaan.
5.2 Human Resources Management Activiteiten voortvloeiend uit de reorganisatie 2004 Met de start van de nieuwe organisatie in 2004 is ook een cultuurtraject gestart, met een focus op de thema’s samenwerken, communiceren, klantgericht handelen en resultaatgericht handelen. In 2006 is het cultuurtraject officieel afgesloten. Aandacht voor cultuur is vanaf die datum onderdeel van het reguliere proces, en zal vanaf 2007 onderdeel uitmaken van de afspraken die in het kader van de HRM-cyclus gemaakt worden. Het begeleidingstraject voor de herplaatsers is in 2006 met succes afgerond. Ook voor de laatste van de elf herplaatsers is een passende werkkring gevonden.
Gemiddeld waren in 2006 121 fte werkzaam bij Octrooicentrum Nederland. Competentie- & Employabilitymanagement In 2006 is met alle medewerkers gesproken over hun persoonlijke ontwikkeling. In veel gevallen heeft dit geleid tot concrete ontwikkelplannen voor de korte en langere termijn. Ontwikkeling van medewerkers is ook een item tijdens de vlootschouw. Deze is met ingang van eind 2006 organisatiebreed ingevoerd. In 2006 zijn negen medewerkers vertrokken en zijn zes nieuwe medewerkers aangetrokken.
HOME
H O O F D S T U K 5 - PAG I N A 5 0
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Overhevelen P-administratie naar P-Direkt Vooruitlopend op P-Direkt (rijksbrede personeelsadministratie) zijn in 2006 alle personeeldossiers gecontroleerd, gescand en digitaal beschikbaar gesteld aan de medewerkers van de afdeling P&O. Dit traject is voorspoedig verlopen. Ook het digitaal raadplegen verloopt naar wens. Risico-inventarisatie & evaluatie In het kader van de arbeidsomstandighedenwet is in de periode januari-maart 2005 bij Octrooicentrum Nederland door de ArboUnie een Risico-inventarisatie & evaluatie (RI&E) uitgevoerd. Deze RI&E is onderdeel van een EZ-brede inventarisatie. Op basis van de RI&E is een plan van aanpak opgesteld. De onderwerpen ziekteverzuim en welzijn hadden voor 2006 de hoogste prioriteit. In dit kader is het verzuimprotocol aangepast en opnieuw onder de aandacht van de medewerkers gebracht. Er is intensiever contact met medewerkers die langdurig of regelmatig verzuimen of die risico lopen. Er is een beleids-SMT ingesteld (Sociaal Medisch Team). Het thema werkdruk wordt besproken op het werkoverleg en tijdens het functioneringsgesprek. Lunchlezingen en andere algemene bijeenkomsten worden gebruikt om een ieder te informeren over ontwikkelingen die effect kunnen hebben op werk en medewerkers. In dit kader blijft het management benadrukken dat het voor iedereen belangrijk is om te blijven investeren in employability. Het medewerkerstevredenheidsonderzoek is doorgeschoven naar 2007. Periodiek Arbeidsgeneeskundig Onderzoek Eind 2005 is door de ArboUnie een Periodiek Arbeidsgeneeskundig Onderzoek naar beeldschermwerk uitgevoerd (PAGO). Voor Octrooicentrum Nederland zijn risico’s gesignaleerd ten aanzien van afwisseling in houding, en tempo/ hoeveelheid van het werk. Het belang van afwisseling in werkhouding wordt regelmatig onder de aandacht van medewerkers gebracht tijdens regulier werkplekonderzoek. Ook nieuwe medewerkers worden geïnformeerd over zaken die te maken hebben met werkplek en –houding. De resultaten van de PAGO geven geen aanleiding tot extra activiteiten. Ziekteverzuim Het ziekteverzuimpercentage voor geheel 2006 bedraagt 5,29 %. Ondanks het feit dat het een fractie uitkomt boven de doelstelling (5,25 %), is het een goed resultaat in vergelijking met voorgaande jaren. Het kortdurend verzuim is ten opzichte van vorig jaar opnieuw gedaald. Octrooicentrum Nederland staat daarmee in de top-5 van het Ministerie van EZ. Het sinds 2005 ingevoerde beleid voor het kortdurend ziekteverzuim lijkt zijn vruchten af te werpen. Voor 2007 wordt een verdere daling van het langdurig verzuim verwacht.
HOME
H O O F D S T U K 5 - PAG I N A 51
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Overzicht verzuim van de afgelopen vier jaar
2003
2004
2005
2006
Kort verzuim
2,55
2,73
1,94
1,60
Lang verzuim
3,16
4,71
3,76
3,69
Totaal verzuim
5,71
7,44
5,70
5,29
Infotheek De infotheek is een laagdrempelig informatiecentrum dat de medewerkers pro-actief voorziet van publicaties (boeken, tijdschriften en digitale bronnen) die nodig zijn voor de uitoefening van het werk. In 2006 is het diensten- en productenpakket - mede in overleg met een interne klantenraad - verder aangescherpt. Met name literatuuronderzoeken, e-mailattendering en elektronische informatiedossiers werden positief gewaardeerd. Een selectie van nieuwsberichten verschijnt op intranet en website.
5.3 Automatisering Het jaar 2006 stond in het teken van de afronding van de nog openstaande ontwikkelingen van de strategie zoals in 2003 opgesteld. Deze strategie behelst het uitbreiden van de elektronische dienstverlening, het moderniseren van de kantoorautomatisering en het verregaand standaardiseren en (met het Ministerie van EZ) harmoniseren van de infrastructuur. Daarnaast is in 2006 aandacht besteed aan kennismanagement, waarvoor eind 2005 al een vooronderzoek was gestart. Invoering Soprano EPTOS (Electronic Patent and Trademark Office System) vormt het platform voor de applicaties die het Europees Octrooi Bureau ter beschikking stelt aan nationale bureaus om het proces van octrooiverlening digitaal te ondersteunen. Op basis van dit platform is sinds begin 2006 het elektronisch indienen van ROW 1995 aanvragen mogelijk. De software voor het elektronisch indienen (eOLF) is volledig geïntegreerd met het digitale dossiersysteem e-Phoenix dat sinds het tweede kwartaal van 2004 in gebruik is. De laatste schakel in deze keten betreft de implementatie van het registratie- en taksensysteem Soprano. Nederland vervult in dit kader een pilotrol, samen met enkele andere landen. Ter vervanging van het huidige systeem Recht door Soprano is in het eerste kwartaal van 2005 gestart met een GAP analyse. Daarbij werden de verschillen tussen de twee informatiesystemen uitgelicht. Het heeft geleid
HOME
H O O F D S T U K 5 - PAG I N A 52
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
tot de oplevering van het Site Implementation Document. Begin 2006 is een eerste versie van Soprano opgeleverd op basis waarvan de werkzaamheden voor migratie en implementatie konden starten. Gedurende 2006 is Soprano uitvoerig getest, zijn modelbrieven en rapportages ontwikkeld en is een aanzet tot de migratie van gegevens gedaan. Daarbij zijn allerlei problemen in Soprano geconstateerd die door het EOB moeten worden verholpen. Hierdoor lopen werkzaamheden voor de invoering van Soprano nog door tot in 2007. Kennismanagement Met kennismanagement wordt binnen Octrooicentrum Nederland bedoeld de wijze waarop kennis en informatie op een efficiënte en eenduidige manier wordt opgeslagen en - deels ook voor derden - toegankelijk wordt gemaakt en beheerd. In het kader van kennismanagement is een Google Search Appliance aangeschaft waarmee de afdelings- en projectmappen op het netwerk voor de medewerkers afzoekbaar zijn gemaakt. Daarnaast zijn pilots gestart met Wiki software (bekend van de Internet encyclopedie Wikipedia) voor collaborative writing en met software voor collaborative bookmarking. Een andere ontwikkeling op dit gebied is het opzetten van een website voor internationale vertegenwoordiging waarop vergaderdata, vergaderstukken etc. geplaatst en teruggevonden kunnen worden. Modernisering leeszaal De werkstations in de leeszaal zijn vervangen door nieuwe PC’s met Windows XP. Daarnaast is in de leeszaal een hotspot geplaatst zodat bezoekers met WiFi apparatuur de beschikking hebben over een internet verbinding. Modernisering kantooromgeving In het kader van de modernisering van de kantooromgeving vonden in 2006 drie ontwikkelingen plaats. De eerste betrof een pilot met Blackberry’s zoals deze ook bij het Ministerie van EZ in gebruik zijn. Resultaat van de pilot is dat begin 2007 de Blackberry breder in de organisatie gebruikt zal gaan worden. De tweede ontwikkeling betrof de aanbesteding en plaatsing van de Multi Functionel Printers (MFC’s). De aanbesteding vond plaats in samenwerking met het kerndepartement en overige dienstonderdelen. Octrooicentrum Nederland heeft als eerste dienstonderdeel de nieuwe MFC’s geplaatst. De derde ontwikkeling betrof het invoeren van een met Outlook/Exchange geïntegreerde faxvoorziening. Gegevensopslag In 2005 is een start gemaakt met consolidatie van servers door gebruik te maken van de virtualisatiesoftware VMWare. Inmiddels zijn alle productieservers naar VMWare gemigreerd met uitzondering van EPTOS. Met het oog op de consolidatie van gegevensopslag is begin 2006 een SAN (Storage Area Network) in gebruik genomen met een totale opslagcapaciteit van 3 TB netto. Door de koppeling met EPTOS en start met VMWare moest deze capaciteit in 2006 al worden uitgebreid naar 6 TB netto.
HOME
H O O F D S T U K 5 - PAG I N A 5 3
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Klantrelatiesysteem WinRis Alle klantcontacten en geleverde producten worden vastgelegd in het systeem WinRIS: vraag-en-antwoord, deelname aan presentaties, workshops, gastcolleges, individuele gesprekken, zoekadviezen en onderzoeken. In 2006 is een begin gemaakt met een grote opschoonactie met als doel NAW-gegevens (Naam, Adres, Woonplaats) te actualiseren, ontbrekende gegevens aan te vullen en overbodige gegevens te verwijderen. De informatie uit WinRIS wordt gebruikt als ondersteuning in de direkte interactie met de klant. Ook vormt het systeem een goede basis voor het bijwerken van voorlichtingsinformatie op de website, en voor aanpassingen in het productenpakket.
5.4 Corporate Communicatie De doelstellingen voor wat betreft Corporate Communicatie voor 2005-2007 zijn als volgt vastgesteld: “Het plannen, programmeren en uitvoeren van het in- en externe communicatiebeleid, met als doel het optimaliseren van de klantrelaties en het verkrijgen van een positief imago onder haar relaties.” De belangrijkste activiteiten in 2006 betroffen: - de organisatie van het octrooicongres, het seminar voor Technisch Wetenschappelijke Attachés en het seminar Nederland Innovatief; - een publiciteitscampagne rond de grote evenementen en seminars; dit resulteerde in artikelen in o.a. de Staatscourant, de Volkskrant, NRC Handelsblad, het Algemeen Dagblad, Elsevier, het Financieele Dagblad, het Technisch Weekblad; - het imago-onderzoek resulteerde in een gemiddelde naamsbekendheid, gemeten over alle doelgroepen, van 68%. Bij de doelgroep MKB was de naamsbekendheid iets boven de 45%. Klanten hebben een goed algemeen beeld van de werkzaamheden van de organisatie en associëren Octrooicentrum Nederland met het verlenen van octrooien en het verstrekken van informatie; - in de voorselectie van het tv-programma Het Beste Idee van Nederland namen ruim 900 mensen deel. Zij presenteerden hun voorstel in het bezoekerscentrum van Octrooicentrum Nederland. Zoals in 2005 was het bereik in kijkcijfers ook dit jaar hoog; - grote delen van de website zijn in het Engels vertaald; zij bieden de buitenlandse klanten inzicht in octrooiprocedures en producten en diensten.
HOME
H O O F D S T U K 5 - PAG I N A 5 4
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
5.5 Huisvesting Nieuwbouw Rijswijk Na de ondertekening van een nieuwe zetelovereenkomst tussen het Europees Octrooi Bureau en de Staat der Nederlanden bestaat de verwachting dat nieuwbouw van het pand van het EOB, waarin ook Octrooicentrum Nederland is gehuisvest, ter hand zal worden genomen. De beslissing daartoe in de Administrative Council van het EOB is uitgesteld naar de zomer van 2007 in verband met mogelijke onzekerheden over het selectietraject van de architect. Presentatieruimte In 2006 is een gedeelte van de leeszaal omgebouwd tot een moderne presentatieruimte die gebruikt kan worden bij lunchlezingen, personeelsbijeenkomsten en presentaties aan derden.
HOME
H O O F D S T U K 5 - PAG I N A 5 5
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
6 Overige gegevens
HOME
H O O F D S T U K 6 - PAG I N A 5 6
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
6.1 Managementverklaring De risicobeheer- en controlesystemen van Octrooicentrum Nederland betreffen onder meer het Beheer- en controleplan, de producten in de planning & controlcyclus en de Afhankelijkheids- en Kwetsbaarheidsanalyses in het kader van het Voorschrift Informatiebeveiliging Rijksdienst. De systemen hebben tot doel een redelijke mate van zekerheid te verschaffen dat de risico’s waaraan de organisatie bloot staat, worden onderkend en beheerst, gericht op het behalen van operationele en financiële doelstellingen, in overeenstemming met toepasselijke wet- en regelgeving. De opzet van de administratieve organisatie en de daarin opgenomen maatregelen van interne controle dienen de kans op eventuele onrechtmatigheden te minimaliseren. De doelstellingen, zoals opgenomen in het jaarwerkplan 2006 van Octrooicentrum Nederland, zijn nagenoeg allemaal gerealiseerd binnen het hiervoor beschikbaar gestelde budget. Uitzondering hierop is de implementatie van een nieuw systeem voor de registratie en afhandeling van octrooiaanvragen (Soprano). Reden hiervoor is de afhankelijkheid van het Europees Octrooi Bureau, waarmee op automatiseringsgebied een intensief samenwerkingsprogramma loopt. Doordat Nederland hierbij als pilot-office fungeert is relatief veel tijd besteed aan het in kaart brengen van de gewenste functionaliteiten en het testen van opgeleverde tussenversies. Naar verwachting kan dit systeem in de loop van 2007 in productie worden genomen, nadat is vastgesteld dat het systeem stabiel werkt en voldaan is aan gestelde eisen op het gebied van betrouwbaarheid en continuïteit. Jaarlijks worden in het Beheer- en controleplan de risico’s op het gebied van de bedrijfsvoering gestructureerd in kaart gebracht. Op basis hiervan vinden gedurende het jaar diverse interne audits plaats, waarbij de nadruk ligt op het vaststellen of interne controlemaatregelen adequaat hebben gewerkt. Daarnaast worden door de Auditdienst van het Ministerie van Economische Zaken audits uitgevoerd, onder andere op het gebied van financieel en materieel beheer. Uit de uitgevoerde audits in 2006 en de managementrapportage van de directie Financieel Economische Zaken van het Ministerie van Economische Zaken blijkt dat het financieel en materieel beheer voldoet aan de eraan te stellen eisen. Hierbij zijn geen onrechtmatigheden geconstateerd buiten de vooraf overeengekomen toleranties. Aanbevelingen zijn het meer transparant maken van uitgevoerde controlewerkzaamheden, het aanpassen van een aantal beschrijvingen van de Administratieve Organisatie en mogelijke verbeteringen bij de administratieve verwerking en de controle daarop van het huidige octrooiproces. Deze aanbevelingen dienen als input voor het Beheer- en controleplan 2007 en zullen in 2007 worden opgevolgd.
HOME
H O O F D S T U K 6 - PAG I N A 57
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
6.2 Accountantsverklaring Aan: Octrooicentrum Nederland Postbus 5820 2280 HV Rijswijk (ZH)
Status jaarrekening De verkorte jaarrekening van Octrooicentrum Nederland over 2006 zoals opgenomen in dit jaarverslag, is gebaseerd op het departementale jaarverslag 2006 van het Ministerie van Economische Zaken en de interne jaarrekening van Octrooicentrum Nederland over 2006. De Algemene Rekenkamer, die het departementale jaarverslag jaarlijks onderzoekt, zal op de derde woensdag in mei haar oordeel hierover in een rapport aan de Staten-Generaal aanbieden. In dit rapport kunnen opmerkingen worden gemaakt over het financiële beheer en/of de jaarrekening van Octrooicentrum Nederland. De auditdienst van het Ministerie van Economische Zaken heeft deze interne jaarrekening in het kader van de controle, bedoeld in artikel 66 van de comptabiliteitswet, gecontroleerd en hierbij een goedkeurende verklaring verstrekt.
Accountantsverklaring Wij hebben de in dit jaarverslag opgenomen financiële overzichten (verkorte jaarrekening) die deel uitmaken van de interne jaarrekening van Octrooicentrum Nederland over 2006 gecontroleerd. Deze financiële overzichten bestaan uit: - de in paragraaf 4.3 opgenomen jaarrekening 2006 bestaande uit de gespecificeerde staat van baten en lasten over 2006, de balans per 31 december 2006, alsmede de daarbij behorende toelichtingen; - de in paragraaf 6.1 opgenomen managementverklaring over de bedrijfsvoering en de comptabele rechtmatigheid van de uitkomsten van de begrotingsuitvoering over 2006.
HOME
H O O F D S T U K 6 - PAG I N A 5 8
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Verantwoordelijkheid van de leiding van de baten-lastendienst De leiding van de baten-lastendienst is verantwoordelijk voor het opmaken van de financiële overzichten die zowel het vermogen en de baten en lasten als de comptabele rechtmatigheid van de baten, lasten en balansmutaties getrouw dienen weer te geven, alsmede voor het opstellen van de overige onderdelen van het jaarverslag, beiden in overeenstemming met de van toepassing zijnde verslaggevingsvoorschriften. Deze verantwoordelijkheid omvat onder meer het ontwerpen, invoeren en in stand houden van een intern beheersingssysteem relevant voor het opmaken van en getrouw weergeven in de financiële overzichten van zowel vermogen en baten en lasten als de comptabele rechtmatigheid van de baten, lasten en balansmutaties, zodanig dat deze geen afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten bevatten, het kiezen en toepassen van aanvaardbare grondslagen voor financiële verslaggeving en het maken van schattingen die onder de gegeven omstandigheden redelijk zijn. Verantwoordelijkheid van de accountant Onze verantwoordelijkheid is het geven van een oordeel over de financiële overzichten op basis van onze controle. Wij hebben onze controle verricht in overeenstemming met Nederlands recht. Dienovereenkomstig zijn wij verplicht te voldoen aan de voor ons geldende gedragsnormen en zijn wij gehouden onze controle zodanig te plannen en uit te voeren dat een redelijke mate van zekerheid wordt verkregen dat de financiële overzichten geen afwijkingen van materieel belang bevatten.
Een controle omvat het uitvoeren van werkzaamheden ter verkrijging van controle-informatie over de bedragen en de toelichtingen in de financiële overzichten. De keuze van de uit te voeren werkzaamheden is afhankelijk van de professionele oordeelsvorming van de accountant, waaronder begrepen zijn beoordeling van de risico’s van afwijkingen van materieel belang als gevolg van fraude of fouten. In die beoordeling neemt de accountant in aanmerking het voor het opmaken van en getrouw weergeven in de financiële overzichten van zowel vermogen en baten en lasten als de comptabele rechtmatigheid van de baten, lasten en balansmutaties relevante interne beheersingssysteem teneinde een verantwoorde keuze te kunnen maken van de controlewerkzaamheden die onder de gegeven omstandigheden adequaat zijn maar die niet tot doel hebben een oordeel te geven over de effectiviteit van het interne beheersingssysteem van de baten-lastendienst. Tevens omvat een controle onder meer een evaluatie van de aanvaardbaarheid van de toegepaste grondslagen voor financiële verslaggeving en van de redelijkheid van schattingen die de leiding van de baten-lastendienst heeft gemaakt, alsmede een evaluatie van het algehele beeld van de financiële overzichten. Wij zijn van mening dat de door ons verkregen controle-informatie voldoende en geschikt is als basis voor ons oordeel.
HOME
H O O F D S T U K 6 - PAG I N A 5 9
< VORIGE PAGINA
VOLGENDE PAGINA >
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN
INHOUD
HOOFDSTUK
1
HOOFDSTUK
2
HOOFDSTUK
3
HOOFDSTUK
4
HOOFDSTUK
5
HOOFDSTUK
6
OCTROOICENTRUM NEDERLAND
Oordeel Wij zijn van oordeel dat de verkorte jaarrekening op alle materieel van belang zijnde aspecten in overeenstemming is met de jaarrekening waaraan deze is ontleend. Voor het inzicht dat vereist is voor een verantwoorde oordeelsvorming omtrent de getrouwe weergave van de financiële informatie van de baten-lastendienst en voor een toereikend inzicht in de reikwijdte van onze controle dient de verkorte jaarrekening te worden gelezen in samenhang met de volledige jaarrekening, waaraan deze is ontleend, alsmede met de door ons daarbij op 9 maart 2007 verstrekte goedkeurende accountantsverklaring.
Den Haag, 27 maart 2007 Auditdienst van het Ministerie van Economische Zaken
P.H.M. Verschoore RA Auditmanager Financial Audit
HOME
H O O F D S T U K 6 - PAG I N A 6 0
< VORIGE PAGINA
ZOEKEN OP WOORDEN
SLUITEN