Notitie Uitwerking arbeidsmatige activering en beschut werk in Ede Status stuk en proces - Deze notitie is een uitwerking van de Themanotitie transitie AWBZ ‘Verder bouwen aan het Sociaal Domein: Kanteling vraagt een zet’, voor het onderdeel arbeidsmatige activering en beschut werk - De notitie is een verdere uitwerking van de reeds vastgestelde kaders uit ‘Het is mensenwerk’ en de Beleidsnota “Participatiewet” - De notitie wordt in het besluitvormingsproces samengevoegd met de themanotitie transitie AWBZ - De notitie is ter kennisname aan het college met het verzoek deze ook ter kennis te brengen aan de gemeenteraad en adviesraden - Deze uitwerking geldt als voorbeeld van innovatie zoals opgenomen in de nota ‘Het is Mensenwerk’
Aansluiting met themanotitie AWBZ: In de themanotitie ‘transitie AWBZ Verder bouwen aan het Sociaal Domein: Kanteling vraagt een zet’ staat het volgende verwoord over de uitwerking van arbeidsmatige activering en beschut werk: Arbeidsmatige activering: hierbij gaat het om activiteiten op het gebied van (passend) onbetaald werk, empowerment en het ontwikkelen van arbeidsvaardigheden. Hier ligt een duidelijke link met de Participatiewet en het streven van de gemeente Ede om mensen naar vermogen mee te laten doen in de samenleving. Deze vorm van activering is niet zozeer bestemd voor de cliëntgroep ouderen, maar als de activiteiten voor een bepaalde oudere de juiste vorm van dagbesteding bieden, dan kan een oudere ook hier welkom zijn. Het streven is om – met uitzondering van de cliëntgroep ouderen – deze vorm van dagbesteding maximaal te ontwikkelen, zodat deze geschikt is voor zo veel mogelijk cliënten. Een belangrijk verschil met de mensen die via de Participatiewet werken – en dan met name de cliëntgroep Beschut binnen de Participatiewet – is dat de cliëntgroep voor Arbeidsmatige activering (nog) over te weinig verdiencapaciteit (<20%) en/of sociale- en arbeidsvaardigheden beschikt om in een Beschutte werkomgeving te kunnen werken. Arbeidsmatige activering is dus primair gericht op het bieden van een zinvolle daginvulling en het ontwikkelen van sociale en arbeidsvaardigheden. Doorstromen naar (betaald) beschut werk is een doel, maar zal niet voor iedereen haalbaar zijn. Vanwege het arbeidsmatige karakter van deze dagbesteding en de nauwe relatie met Beschut werk kijken we naar mogelijkheden om dit gezamenlijk vorm te gaan geven, bij voorkeur zo lokaal mogelijk in de wijken. Toegang is mogelijk na toets door middel van een deskundig oordeel. Voor het onderdeel arbeidsmatige activering is een aparte notitie in voorbereiding, waarin een visie op de samenhang met beschut werken vanuit de Participatiewet wordt uitgewerkt. We willen een goed ketenproces inrichten tussen zorg en werk, gericht op maximale ontplooiing en participatie van burgers, waar mogelijk richting werk.
1
1. Inleiding Dit is de notitie voor het onderdeel arbeidsmatige activering, waarin een visie op de samenhang met beschut werken vanuit de Participatiewet wordt uitgewerkt. We willen een goed ketenproces inrichten tussen zorg en werk, gericht op maximale ontplooiing en participatie van burgers, waar mogelijk richting werk. Met de decentralisatie van onderdelen van de AWBZ (begeleiding) en de Participatiewet komen er nieuwe doelgroepen over naar de gemeente. Hieronder ook een groep mensen die gelet op de aard van hun beperking is aangewezen op arbeidsmatige activering of beschut werk. Binnen de Wmo ligt de opgave om met minder middelen op innovatieve wijze de participatie van mensen te stimuleren. Ook binnen de Participatiewet staat het meedoen naar vermogen voorop, bij voorkeur via regulier werk. In de Participatiewet is ook geregeld dat gemeenten een voorziening voor beschut werken moeten organiseren, omdat de instroom in de Wsw stopt per 1 januari 2015. In de visie op begeleiding beogen we een driedeling van laagdrempelige voorziening, dagopvang en arbeidsmatige activering. In dit voorstel beperken we ons tot arbeidsmatige activering en beschut werk. Bij arbeidsmatige activering gaat het om om passend onbetaald werk, empowerment en ontwikkelen van collectief verdienvermogen. Hier ligt een duidelijke link met de Participatiewet. Deze vorm van activering is enkel van toepassing voor de groep 67min. Het streven is om het aantal deelnemers in deze vorm van activering zo groot mogelijk te maken ten opzichte van de dagactiviteiten, om zo een maximaal mogelijk collectief verdienvermogen te creëren. We doen dit in de context van nieuwe regelgeving, waarbij de nadruk ligt op zelfredzaamheid en zo veel mogelijk wordt uitgegaan van de mogelijkheden en ontwikkeling van de burger. We stimuleren het meedoen naar vermogen en participeren aan de samenleving, bij voorkeur via werk. Waar gaat het over? Dagbesteding is een (zoveel mogelijk) zinvolle gestructureerde en in principe niet-vrijblijvende vorm van besteding van de dag. Voor de groep die daartoe in staat is, is arbeidsmatige activering aan de orde. Begeleiders en deelnemers maken afspraken over de werkzaamheden die verricht zullen worden. De activiteiten zijn zo mogelijk gericht op het opdoen van arbeidsvaardigheden en -ervaring. De zorginstelling kan een functie vervullen in de begeleiding van cliënten die aan het werk willen in het reguliere arbeidsproces. Het gaat hierbij om onbetaalde werkzaamheden, soms wordt een beperkte onkostenvergoeding verstrekt. Er zijn duidelijke afspraken gemaakt over het aantal dagdelen dat de cliënt werkzaam is en het tijdstip waarop de werkzaamheden verricht worden. Gemeenten krijgen met de Participatiewet zelf de ruimte om een voorziening voor beschut werk te organiseren. Het gaat om de doelgroep die door hun beperking een zodanige mate van begeleiding op en aanpassing van de werkplek nodig hebben dat niet van een reguliere werkgever verwacht mag worden dat hij deze mensen zomaar in dienst neemt. Met een hoge mate van (structurele) ondersteuning en aanpassing van het werk zijn deze mensen wel in staat om loonvormende arbeid te verrichten. Mensen die voor een voorziening beschut werken in aanmerking komen krijgen een dienstverband voor een caoloon van 100% WML. Hoe de gemeente de dienstbetrekking organiseert is aan de gemeente. Dit kan bij een reguliere werkgever (via detachering) in een beschutte omgeving. Gemeenten kunnen ook het instrument loonkostensubsidie inzetten. Het werk in arbeidsmatige activering en beschut werk is (deels) vergelijkbaar. De doelgroep heeft ofwel medische, fysieke, zintuiglijke, verstandelijke of psychische beperkingen, de loonwaarde van het werk is laag en er is in meer of mindere mate begeleiding nodig . De begeleiding tijdens de dagbesteding en het beschut werken richt zich steeds meer op de ontwikkeling van mensen, ook gerelateerd aan werk. Er zijn ook verschillen. Bij beschut werken gaat het om werknemers die een dienstverband hebben van max 130% WML (oud) of 100% WML (nieuw) en er is sprake van een Wsw-indicatie (oud) of een indicatiestelling van het UWV (nieuw). Bij arbeidsmatige activering is een CIZ-indicatie nodig (oud), vanaf 1 januari 2015 worden er geen CIZ-indicaties meer gegeven voor de functie begeleiding en regelt de gemeente zelf de toegang en de toekenning. Deelnemers aan dagbesteding hebben geen dienstverband en ontvangen vaak een kleine onkostenvergoeding.
2
Over wie hebben we het? Bij arbeidsmatige activering gaat het over mensen met een zeer grote afstand tot de arbeidsmarkt. De grootste groep binnen deze vorm van dagbesteding heeft of een psychiatrische stoornis of een verstandelijke beperking. Voor de categorie beschut werken bestaat de doelgroep uit mensen met een Wsw-indicatie die gelet op de mate van begeleiding moeilijk plaatsbaar zijn bij reguliere werkgevers. Het is niet altijd even duidelijk waarom iemand een Wsw-indicatie heeft of juist een AWBZ-indicatie voor dagbesteding. In onderstaande tabel hebben we samen gebracht om welke aantallen het in Ede gaat, welke sectoren en welke aanbieders: Wsw (Wet sociale werkvoorziening), VG (Verstandelijk Gehandicaptenzorg), NAH (niet-aangeboren hersenletsel) en GGZ (Geestelijke Gezondheidszorg).
Organisatie
Beschut werk
Permar Nader te bepalen
Beschut binnen (oud) Beschut (nieuw)
Organisatie
Arbeidsmatige activering
Philadelphia Siza ‘s Heerenloo Nieuwland Zorgboeren
VG VG/NAH VG GGZ GGZ/jeugd/VG
Aantal 150 (pj) 15
Aantal 35 15 135 115 60
Wat zijn de financiële kaders? Op termijn is de landelijke korting op het budget voor begeleiding 25%. In Ede is ervoor gekozen om de korting van 25% door te voeren. Daarnaast hanteert de gemeente een transformatiebudget. Dit betekent dat van de beschikbare middelen 10% wordt gereserveerd voor dit transformatiebudget. Voor aanbieders die een aantoonbare bijdrage leveren aan innovatie en transformatie bestaat de mogelijkheid om uit dit budget te putten voor innovatie. Hoeveel budget nu besteed wordt aan arbeidsmatige activering en om hoeveel dagdelen begeleiding het gaat is nog niet exact duidelijk. We gaan er daarbij vanuit dat op dit moment gemiddeld zo’n 10 tot 20% van de cliënten actief is in arbeidsmatige dagbesteding. Bij de uitwerking betrekken we ook het uitgangspunt dat de klant geen last heeft van de verschillende financieringsstromen (Wmo en Participatiebudget). Wat is er tot nu vastgelegd? In de nota Mensenwerk hebben we de keuze gemaakt om de ondersteuning aan burgers integraal op te pakken en waar mogelijk te ontschotten. Voor de mensen die zijn aangewezen op arbeidsmatige activering of beschut werken geeft dit uitgangspunt de mogelijkheid om werk- en zorgstructuur bij elkaar te brengen. Door arbeidsmatige activering en beschut werk te combineren kunnen middelen efficiënter worden ingezet en ontstaan meer keuzemogelijkheden voor burgers, onder andere door organisaties gebruik te laten maken van elkaars infrastructuur en expertise. Daarnaast is de nota Mensenwerk aangegeven dat we uitgaan van maatwerk vanuit de vraag van de burger. Dat betekent in beginsel keuzevrijheid: ruimte voor ondersteuning die aansluit bij de persoonlijke ambities. Dit betekent ook toegang op maat die passend is bij de antwoorden die burgers zoeken op hun vraag. In het beleidsplan Participatiewet heeft de gemeenteraad het volgende vastgesteld: “We willen vernieuwende vormen van (arbeidsmatige) dagbesteding ontwikkelen. Hier verbinden we doelen en doelgroepen van Wmo en Wwb met elkaar. Voor de start van dit ontwikkeltraject willen we om tafel met Permar, de huidige aanbieders van dagbesteding (voor de meer kwetsbaren) en maatschappelijke partners in de wijk. We verkennen daarbij de mogelijkheid om het concept van Ons Bedrijf (gemeente Barneveld) ook in de gemeente Ede toe te passen. Het concept komt er op neer dat voor mensen die (arbeidsmatige) dagbesteding nodig hebben die plek gezocht wordt die het beste bij iemands mogelijkheden en wensen past. Het vraagt ondernemerschap om voor deze gedifferentieerde doelgroep plekken te organiseren binnen een gezond financieel construct. Voor mensen voor wie een beschutte omgeving nodig is, binnen of buiten de muren van een werkbedrijf willen we ook vernieuwende vormen van beschut werken ontwikkelen, al dan niet gekoppeld aan arbeidsmatige activering. Het gaat om een relatief kleine groep, door de wetgever geduid als de groep met loonwaarde < 30%. Mensen die we indiceren voor beschut werken krijgen een dienstverband. Hoe de gemeente de dienstbetrekking organiseert is aan de gemeente en de wetgever en moeten we nog ontwikkelen (bijvoorbeeld onderbrengen in een aparte stichting). We gaan voorzieningen voor beschut werken organiseren met maximale kostenbeheersing. Dit kan door zaken zo slim mogelijk met elkaar te verbinden. 3
Voor het inrichten van de voorziening beschut werken staat ook maatwerk en een gedifferentieerde aanpak centraal. We willen verschillende plekken organiseren, zodat we kunnen inspelen op de mogelijkheden en wensen van mensen die werk in een beschutte omgeving nodig hebben. Voorbeelden zijn het vinden van werk bij reguliere werkgevers in een beschutte vorm of bepaalde activiteiten in de wijken die onder begeleiding plaats vinden. Slimme combinaties met (arbeidsmatige) dagbesteding zijn ook mogelijk. Het is van belang om in cocreatie met onze partners de mogelijkheden van vernieuwende vormen van beschut werken te verkennen en te bezien waar relatie gelegd kan worden met ontwikkeling regionaal werkbedrijf”.
2. Visie op arbeidsmatige activering en werk We gaan uit van volwaardig burgerschap voor mensen met een beperking. Iedereen draagt bij aan de samenleving waar hij of zij deel van uitmaakt. Ondersteuning is gericht op mogelijkheden en niet op beperking. Dit uitgangspunt heeft ook gevolgen voor arbeidsmatige activering en werk. Bij de ondersteuning staat centraal dat iedereen naar vermogen meedoet en zoveel mogelijk in het normale leven. Voor het kunnen leveren van een bijdrage staat (arbeids)participatie centraal. Daarvoor zoeken we dagbesteding/werk dat gewaardeerd wordt, zinvol is en past bij de mogelijkheden van de cliënt. De ondersteuning die hiervoor nodig is ontwikkelen we samen en in dialoog met onze partners. Centraal staat de ontwikkeling van de mogelijkheden van de cliënt. Daardoor komt de eigen regie en het meedoen dichterbij. De mogelijkheden om deel te nemen aan dagbesteding of om te werken laten zich uitbeelden in een waaier van activiteiten. Het gaat daarbij enerzijds om een beweging te krijgen gericht op de verdere ontwikkeling van de cliënt. Anderzijds doet de plek en de contacten die daaruit kunnen voortvloeien ertoe: een werkplek bij een werkgever of een winkel in het dorp geeft meer kans op contacten buiten het (zorg)netwerk dan een geïsoleerde plek. De begeleiding is afgestemd op de mogelijkheden van de cliënt en op de mate van maatschappelijke participatie.
Maatschappelijke participatie
Geïntegreerd in samenleving Geheel buiten zorgnetwerk en ondersteuning op afstand Ten dele buiten zorgnetwerk en ondersteuning op afstand Beschermde omgeving met contacten buiten Binnen met contacten buiten Binnen met contacten binnen
geen
persoonlijk welbevinden
persoonlijk welbevinden + ontwikkeling
pers. welbev. + arbeidsmatig
puur arbeidsmatig
reguliere omgeving zonder loon + onderst
werk met loonwaarde + directe onderst
werk met loonwaarde +onderst op afstand
werk
Persoonlijke ontwikkeling rond (arbeids)participatie
4
Ambitie Onze ambitie is om arbeidsmatige activering en beschut werken horizontaal (passend bij persoonlijke ontwikkeling) en verticaal (passend bij mate van maatschappelijke participatie) te organiseren. Horizontaal omdat daarmee de arbeidsmatige activering en beschut werken toegankelijk wordt op basis van persoonlijke talenten en mogelijkheden. We willen komen tot een doorgaande ontwikkellijn (stijging op de Participatieladder) voor de inwoner gericht op maximale ontplooiing en participatie, en zo mogelijk richting (betaald) werk. Verticaal omdat we ook willen investeren in maatschappelijke participatie met zoveel mogelijk plekken “buiten”. We willen daarbij de relatie leggen met andere activiteiten die participatie stimuleren zoals vrijwilligerswerk, sport, educatie en welzijnswerk. Om dit te doen benutten we de dwarsverbanden tussen arbeidsmatige activering, beschut werken en toeleiding naar werk en geven deze in samenhang vorm. Dit kan omdat er een zekere overlap in doelgroep is: bij arbeidsmatige activering zitten ook mensen (bovenkant) met hetzelfde (of meer) verdienvermogen als bij WSW (onderkant) en een overlap qua infrastructuur: er zijn verschillende werkplaatsen voor verschillende groepen vanuit verschillende organisaties. Uitgangspunten zijn: - de vraag van de burgers naar zinvolle activiteiten die dagstructuur bieden en de ontwikkeling (mogelijkheden en wensen) van de deelnemers stimuleert; waarbij het levensplezier van de deelnemers voorop staat; - een daarbij passende structuur van arbeidsmatige activering en beschut werken ontwikkelen, die zoveel mogelijk in het normale leven is georganiseerd bij bedrijven, instellingen, in de wijken etc; - dit zoveel mogelijk ontschot doen, door te stimuleren dat het SW-bedrijf en de zorgaanbieders elkaars infrastructuur gebruiken (expertise, begeleiding) en de scheiding tussen werk en zorg slechten; - het aanbod in samenhang ontwikkelen en organiseren in een waaier van zinvolle activiteiten in de wijk en dat verder uitbouwen op innovatieve wijze; - dat deelnemers zich blijven ontwikkelen waardoor doorstroom van arbeidsmatige setting naar werksetting mogelijk blijft (en vice versa als het niet anders kan). De centrale vraag is hoe we de keten van arbeidsmatige activering, beschut werk en toeleiding naar regulier werk zo vormgeven dat er sprake is van: - een doorgaande ontwikkellijn, - gericht op maximale participatie en ontplooiing, aansluitend bij de competenties van de deelnemer en - waar mogelijk richting betaald werk. Bij het inrichten van de keten betrekken we ook de vindplaatsen van potentiële klanten. Dit is vaak het onderwijs. Vanuit de keten leiden we bij voorkeur toe naar regulier werk. Dit betekent dat ook werkgevers deel uitmaken van deze keten. Binnen de keten is het belangrijk zo samen te werken dat er in geval van terugval snel ingegrepen kan worden. Er is speciale aandacht nodig voor jongeren die zonder startkwalificatie uitvallen in het onderwijs. Bij de ontwikkeling van de keten wordt in ieder geval aan deze vraagstukken aandacht besteed. Een tweetal concepten kunnen behulpzaam zijn bij het antwoord op deze centrale vraag en zullen we betrekken bij de verdere uitwerking. Concept Ons Bedrijf Ons Bedrijf (Barneveld) begeleidt mensen met een (gedeeltelijke) arbeidsbeperking naar een passende werk(ervarings)plek of participatieplek en faciliteert arbeidsmatige activering, beschut werken, activering, jobcoaching en coaching, training en ontwikkeling en re-integratie. Binnen het concept van Ons Bedrijf liggen succesvolle elementen die goed toepasbaar zijn voor de door ons gewenste inclusieve aanpak, waarbij we inspelen op de vraag van burgers en gericht zijn op vergroten participatie en zelfredzaamheid. De ontwikkeling van de cliënt staat in dit concept centraal. Een leven lang leren wordt in de praktijk gebracht door nauw samen te werken met het onderwijs. De plek waar iemand werkt/bezig is aan de eigen ontwikkeling is van betekenis voor de samenleving en de cliënt, ongeacht of er al dan niet sprake is van loonwaarde. De sleutel van het succes van dit concept ligt in een combinatie van zaken: zij zijn sterk verbonden met en verankerd in de samenleving, er is samenwerking met diverse partners en er wordt geïnvesteerd in netwerken en relatiebeheer. Er is een ondernemende cultuur: marktgevoelig, op zoek naar nieuwe kansen, durf en lef om nieuwe dingen te doen. Partners die risico willen dragen worden beloond voor innovatie. Ze voeren activiteiten uit in de geest van de Participatiewet en werken op deze manier aan een keten van arbeidsmatige activering, beschut werken, beschermd werken en regulier werken. 5
Concept Werken&Jij Werken&Jij kan een tool zijn om inhoud te geven aan de vraag hoe we de verbinding met de samenleving kunnen zoeken. Het is een landelijk platform dat mensen met een arbeidsbeperking zichtbaar maakt voor bedrijven, verenigingen en andere instanties in de gemeente of regio. Iedere dag stimuleren we medewerkers, klanten en relaties om het beste in mensen naar boven te halen. Dit geldt ook voor mensen met een arbeidsbeperking. Werken&Jij is een tool om mensen met een arbeidsbeperking zichtbaar te maken voor bedrijven en instellingen. Als er een succesvolle match plaatsvindt kan de kandidaat zich verder ontwikkelen op de gevonden plek. Om uitwerking te geven aan dit concept is het van belang in de gemeente Ede met de zorgaanbieders te verkennen of deze tool helpt om arbeidsmatige activering meer in de samenleving te brengen en zo de zelfregie van burgers te versterken.
3. Hoe en met wie gaan we bouwen aan de vormgeving van arbeidsmatige activering, beschut werken en toeleiding naar regulier werk? De gemeente voert de regie op de uitwerking van de visie op arbeidsmatige activering en beschut werken. De uitwerking doen we in cocreatie met de huidige aanbieders van arbeidsmatige activering en beschut werken. Dat zijn de Permar, Philadelphia, Siza, ’s Heerenloo, Nieuwland, Leger des Heils en een vertegenwoordiger vanuit de zorgboeren. Er staat ons het volgende te doen, waarbij we onderscheid maken tussen het transitiejaar 2015 en de transformatie die op langere termijn nodig is. Transitie: Voor het jaar 2015 wordt dagbesteding ingekocht bij aanbieders volgens het inkoopplan van de gemeente Ede. Dit is inclusief het onderdeel arbeidsmatige activering. Ook voor beschut werken (nieuw) is 2015 een transitiejaar. We geven voor 2015 Permar de opdracht voor mensen die voor beschut werken in aanmerking komen werkplekken bij werkgevers te realiseren en daar de benodigde begeleiding op te regelen. Voor toegang en toeleiding sluiten we aan op wat in de themanotite Transitie AWBZ hierover is opgenomen. Daarbij is 2015 nadrukkelijk een overgangs- en leerjaar. Voor bestaande cliënten (degenen die nu al arbeidsmatige activering ontvangen van een aanbieder) krijgen de aanbieders in het eerste jaar de bevoegdheid om de ‘herindicering’ of indien nodig de verbreding van de indicering (bijvoorbeeld gericht op de verdere ontwikkeling van de cliënt) te doen. Dit sluit goed aan bij de rechten die bestaande cliënten in dat overgangsjaar hebben gekregen. Mensen die in aanmerking komen voor beschut werken hebben indicatie nodig van het UWV. Voor nieuwe cliënten verloopt de toegang tot en toekenning van arbeidsmatige activering en beschut werken via het gemeentelijk WPI loket. Deze toegang wordt geflankeerd door experts op het betreffende terrein. Als er sprake is van meervoudige problematiek wordt er geschakeld op het sociaal team. Aanbieders schakelen direct met de consulenten van WPI (of het sociaal team) voor bestaande klanten. Transformatie: Tegelijkertijd bouwen we ten behoeve van de transformatie aan de keten van arbeidsmatige activering en beschut werken. Dit doen we samen met onze partners. Er is ondertussen een eerste inhoudelijke verkenning geweest met alle partijen. Als follow up bekijken we wat de ingrediënten zijn voor een plan van aanpak. De gemeente voert de regie op dit proces, en het is aan de instellingen om met een innovatief en passend aanbod te komen. Het ligt voor de hand dat Permar binnen deze constellatie een trekkende rol te geven. We bezien met de andere partijen of hier voldoende draagvlak voor is. Er komt een plan van aanpak, dat begin september bestuurlijk wordt geaccordeerd door alle deelnemende partijen. Onderdeel van dit plan van aanpak is de opdrachtformulering, de procesplanning en wie wat wanneer doet.
6
4. Procesplanning
wanneer juni
wat presentatieWerken&Jij, een matchingstool voor mensen met een arbeidsbeperking
resultaat - pilot met aanbieders en gemeente
juni
voorbereiding opdrachtverstrekking plan van aanpak
- plan van aanpak
september
bestuurlijk commitment plan van aanpak
- geaccordeerd plan van aanpak
september
start uitvoering plan van aanpak
- uitvoering
7
Bijlage Visualisatie van dienstverlening
Een spectrum aan vormen van dienstverlening en begeleiding in % loonwaarde
Eigen en overlappende terreinen van dienstverlening bij de uitvoeringsorganisaties
8