^~^^^^^^^^^^^^^^"^^^^^^B
I
LIED VAN DEN ZWEMYEM Woorden van HANS DE REGT Langzaam
Muziek van EDDY NOORDIjK
-0 —w * f Nog een-maal slen-terd' ik van - nacht Ik zal gaan zwer-ven, ov'-ral heen
-o dijn woud,
0 9 Voorbij je lich-te ra-men. Ik zocht en gluur-de langs 't gorDoor bergen en door da-len. 'k Zal zwerven door het stil - 1c
No. 581 16 Maart r 1935
/J
-m Tot - dat er Door druk-ke
men - sehen ste - den
kwa - men dwa - len.
Toen heb 'k mij En kwelt mij
schuch-ter af-ge - wend, de her-in-ne - ring
Als - of ik Met fol. te-
J:2L
:\
\ Maar eenmaal keer ik toch terug, En als ik langzaam nader, Dan zal mijn hart wel sneller gaan En gloeien zal mijn ader. En mocht opnieuw de oude min Weer in mijn hart ontbranden. Dan zal ik sterk mijn levenslied Doen knarsen langs mijn tanden.
sj**
: -
De vraag naar goede Gramophone-opnamen wordt steeds grooter! Dagelijks komen aantallen Artisten voor onze Microphone omdat
N.V. Willem Sprenger's Studio, Passage 46, Den Haag artistieke Kunst-Gramophone-opnamen vervaardigt van af f. 3.50 ■
WANNEER KOMT U? GERTIE VON ELMPT, Coloratuurzanger«« v/h Hirtch Operette Gezelschap
Vooraf te bespreken wegens enorme belangstelling
Tel. ' 137/0
Verschont wekelyks — Prtys per kwartaal f. 1.95
Red. en Adm. Galaewater 22. Leiden. Tel. 760. Postrekening 41880 —m
_■
1_
'H.
■%(^i
Dan slenter ik nog ééns een nacht Voorbij je lichte ramen. Dan zal jk gluren langs 't gordijn En noemen alle namen, Waarmee je mij eens hebt gevleid. En in mijn kraag gedoken Zing ik mijn levenslied voor 't laatst, Gemarteld en gebroken.
■
IRENE HFRVEY
M G.M
Üler begint hef meestal, hier op deze plaats: met het dunner worden en verliezen van Uw haar. Laat U dat zoo zorgeloos, dan wordt even zoo zorgeloos het ..geleerdheidshoekje" grooter. En dan .... 7 Dat zou toch jammer zijn. Doet U er dus zoo vroeg mogelijk iets tegen — en direct, wanneer kenteelcenen reeds zichtbaar zijn. Die kleine uitgave voor .Sebald's
Haaiiinctuur'
zal
U
heusch niet berouwen. Sebald's Haartinctuur doet Uw haar weder groeien,
geneest
roos
en
kale
plekken. - '/, flacon f. 1.65, '/i (lacon f. 2.95, V, L. flacon f. 4.75. EN
NU
NOG
EEN
GOEDE
RAAD:
Voor Uw gazlcht; .Sobald'i GozichtiwaUr' ((»c»-totion), h«t meuwf ultilokond Mmongeftelde huidvvrzorglngtmlddal. H*t roinlgt d« pori«n, »p.nt dm huid. maakt haar frisch an b.hoadl galljktljdlg Uw lalnl. Par (lacon f 0,65 bij Drogiitan. Parfumarlazakan an Kapparf. _ Import: H. TEN MERKEL. HILVERSUM.
HAARTINCTUUR GEZICHTSWATER
SEBALD'S OVERTOLLIG HAAR v«rwijdercl door
ELECTROLUSE komt niet terug. Eenig afdoend systeem. Adviseer uw arts. Behandeling absoluut pijnloos. Laat geen lidteekens na. Gratis advies. Instlt. v. electr. ontharing E. Nooteboom. Goudsche Singel 83a — Rotterdam
N.V. D£ ËRV£ WIJSMULLER'S PAPIERHANDEL Huidenstraat 26
AMSTERDAM Opgericht in 1777
LEDERBEWERKING ALLE INSTRUMENTEN, MATERIALEN EN LE0ERSOORTEN VOOR DE LEDERBEWERKING Gratis Geïllustreerde Catalogus op aanvraag HANDENARBEID, PAPIER EN CARTON I
FANTASIEPAPIEREN, ALLE SOORTEN KARTON, BOEKBINDERSLINNEN ENZ. ENZ. Monsterboekje wordt aan koopers gratis verstrekt
^iiiiiiiiiiuiiiiiiiiiiiiiiiiKiiiiiiniiiiiiiiiiiiiiiifiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiiirr
LIJDERS AAN HUIDAANDOENINGEN wanhoopt- niet- /
N
Weest niet langer een prooi van de ondragelijke last en de folterende ieuk, wanneer een eenvoudig middel uitkomst kan brengen. Een paar druppels van de heidere vloeistof D.D.D. op de aangedane plek en de jeuk bedaart onmiddellijk, de aandrang tot krabben verdwijnt Denkt U eens in, weer rustig te kunnen slapen en 's morgens verkwikt aan den arbeid te kunnen gaan. Het D.D.D.-Recept van Dr. D. Dennis wordt sinds vele jaren met succes aangewend tegen Ekzeem. Open Beenen, Zweren, Puistjes en andere huidaandoeningen. Flacons è 75 cent en f. 2.50 bij Apothekers en Drog. A 25
fr ft |\
GENEESMIDDEL TEGEN
U.U.U. HUIDAANDOENINGEN - 2 -
Dr. H. NANNING's
Zetpillen tegen Aambeien werken pijnstillend en genezen in korten tijd de ontstoken slijmvliezen.
De
^
maakt het inbrengen zeer gemakkelijk. Verkrijgbaar bij alle Apothekers en Drog. ä f 1.50 per doosje van 12 stuks
De Roepstem oan hei Ceirmoud ZEN COMPLEET VERHAAL
DOOR
UALVAREZ
i. Het Jicht lag" al als een groene schiltering op het let water. Daarboven welfde zich zich het 1 bladerdak der boomen, maar het donkere water weerkaatste het niet - het dichte loof was een scherm tegen de doordringende zon Hoog boven het water droeg het slank geboomte vreemde, roode vrucnten onder de waaiervormige bladerende fijne carana met haar scherpe dorens belette de dieren naar boven te klimmen; de donsen bloesem der jupati gaf nog een helderder schittering dan het daglicht tegen de groene en roode bladeren en de bevallige, wuivende takken van den assai-palm. Tusschen de machtige rijen van stammen wond zich de stevige omstrengeling der hanen, prijkte een grillige tooverwereld van orchideeën. Beneden stond het net — bleek en stil. Slechts één flits brak plotseling over de roerlooze plas — gevoed door de trage wateren der boven-Amazone — waarop de geweldige bladeren der Victoria Regia met haar vroolijk-blauwc bloemen dreven. De bladeren bewogen /ich nu langzaam, majestueus, bijna zuchtend, naar den boeg van de boot die door twee Indianen voortgepeddeld werd, terwijl twee blanken, onder de ruwe beschutting van een dak van palmbladeren, in den achtersteven zaten en rookten. Een dorde, bleek en rillend van malaria, lag languit. Als op een onuitgesproken commando hielden de Indianen op met pagaaien. De blanken in de boot vormden een vreemdsoortige mengeling van rassen. Ue zieke, op wiens voorhoofd dikke koude zweetdroppels parelden, was een' iMigelschman. Een van die Engelschen wier drang om te reizen voortkomt uit een onbedwingbaren lust den vpet te zetten op het terrein, dat nog geen andere blanke heeft betreden. Een van het tweetal, dat rookte, allebei jong was afkomstig uit de Vereenigde Staten' de ander was een Braziliaan
je plantage in cultuur, verzorg je rubber — de wildernis zal je een handje helpen. Maar vertrouw haar niets toe wat je hef is, want als een boosaardiffe sport zal de jungle het er op toeleggen je van je schat te bcrooven." De opgeheven hand van den Braziliaan viel langs hem neer. De Engclschman bewoog zich onrustig. Met het aanbreken van den avond zakte zijn koorts en met het weer helder worden van zijn geest, liet de voorzichtigheid van den ervaren reiziger zich gelden „Jullie deed beter, die Indianen wat aan te porren, over een paar minuten is het donker."
DE PARAMOUNT-STER FRANCES DRAKE IN ZEER MODIEUZEN PANTERMANTEL.
EEN
Vraag driehonderd en negentien Door wie werden de wetten van de zwaartekracht ontdekt? Wij zullen een hoofdprijs en vijf troostprijzen verdeelen onder degenen, die ons vóór 23 Maart (Indische abonné's vóór 23 Mei) goede oplossingen op deze vraag zenden. Adresseeren aan: Redactie ,,Het Weekblad" Galgewater 22. Leiden. Op briefkaart of enveloppe s.v.p. duidelijk vermelden: Vraag De toekenning der prijzen en troostprijzen geschiedt volgens een systeem, ivaarbij alle inzenders van goede oplossingen gelijke kansen hebben op het verkrijgen der prijzen.
II. De halfbewuste gewaarwording van deze ongerepte geheimzinnigheid, van verborgen verschrikking, beheerschte hun gesprek, terwijl hun roeiers op hun peddels uitrustten en de spooka'btiffe eenzaamheid van den kleinen poel hin omgaf. De wildernis was stil en stom omdat de korte schemering van den evenaar zich er over legde en in den tijd, dat men honderd keer ademhaalt zou de duisternis volledig heerschen' De reizigers moesten een plek uitzoeken om te kampecren, doch zij aarzelden,' gebood luisterend naar den jongen Braziliaan met de ernstige oogen en de ernstige, gedempte stem, die de jungle kende en van haar gevaarlijke nukken sprak. „Eén ding is onmogelijk — om een vrouw hierheen mee te nemen. Breng
Vraag driehonderd en vijftien Een thermosflesch bezit twee wanden, waartusschen zich een luchtledige ruimte bevindt. Daar dit luchtledig de warmte zoo goed als niet geleidt, behouden de zich in de flesch bevindende dranken, als zij door een kurk van de buitenlucht zijn afgesloten, hun oorspronkelijke temperatuur geruimen tijd zoo goed als geheel. Met de juiste oplossing van deze vraag verwierf mevrouw D. W. Z. de Vries te Den Haag den hoofdprijs, terwijl de troostprijzen toegekend konden worden aan: den heer H. Snoey Kiewit, Rotterdam: den heer J. A. M. Peters, Deventer; den heer W. v. d. Laan, Zaandijk; den heer H. C. Middelkoop, Leiden; den heer M. W. Hoeks, Leiden.
mmM'
De Braziliaan riep een paar korte bevelen. In de glinsterende oppervlakte van den poel trokken duizend kleine rimpels, toen de peddels er in gestoken werden. Met een zwaar klapwieken der vleugels, verhief zich iets in degothische bogen van groen; en toen met een moeilijk te beschrijven plechtigheid vervulde een lieflijke, diepe, muzikale stem de lucht. De stem scheen van overal — en van nergens te komen. „Aemu, Aemu!" klonk het in het 1 upi-dialect. „Kameraden, uw broeders komen m vrede, brengen giften van vrede. . ." „T10 Lemosl" barstte de Braziliaan uit. De Engelschman veerde overeind met 'ien verbazing, voldoende om de laatste rest van zijn koorts weg te vagen „Hier?" hijgde hij. „Ik dacht, dat wc hem tweehonderdvijftig mijl vooruit waren." „Luister!" De diepe stem zweeg. Het scheen, dat ieder blad van de wildernis zichzelf m nog intenser zwijgen hulde De groene schemering over den poel leek tot een mysterieus purper te worden Langzaam, weifelend, werd een snaar in trilling gebracht — als van een guitaar klonk het. De stem kwam weer zong een smeekend, liefkoozend, oud' opaansch lied. „Princesital Princesita," — _ __ „Princesse — — princesse — met de azuren oogen — " „Het is Tio Lemos," bevcstbrde de Braziliaan. „Maar ik begrijp niet. .." begon de jongeman uit de Vereenigde Staten. „Het is oom Lemos van den Federalen Dienst voor de Indianen," verduidelijkte de Engelschman. ongeduldig. „Kom, we hoeven ons niet het hoofd te breken over een kampeerplaats voor vannacht." De „Dienst voor de Indianen", ingesteld en gesteund door het Centrale Bestuur van Brazilië, had zich een Utanenarbeid tot taak gesteld: het op vreedzame wijze in aanraking komen met de menigvuldige stammen der menschenctende, koppensnellende, kanmbaalsche Indianen, die het uitgestrekte labyrint der Amazone-jungle als hun domein hebben. Den mannen, die zich voor dit werk
'hl
m*r
-
4-
*/>■•€ :-'
■
'
.
^
^..tr&matm
.■'M*
*%*'- -^fiJl».
. .,..,,. :; 1
ÜP"
'M>Z *
^^^U.
*< *$L *^:^
■
m
IPAOL HUF,
(Polo HmnriM Blkan)
eeuwsche- tot en met hedendaagsehe dichte« WlfmeenlBn ?lt f« ^!noed«hS!P. geheele Nederlandsche pers heS, heeft aebScMl^rflf.^»*^?^"."^^^^ •
-•
S
£narbeid ^ZOTd\f? bepaalde
Sook land' rl °°1. , s.veld toegewezen, in iedere streek, waar zich een vertegenwoordiger van den dienst bevindt, is hoog in de boomen een kraaiennest gemaakt. Als de avond gevallen is en de stemmen van apen, papegaaien, jaguars en poema's verstorven zijn, roepen die on
en
Pr02a v,,n middelde.hulde, die de
—**'■ "° "»"""i ipi-aui nur-en „Columbia" bora 1' een
mensch van vlee ^h en bloed gemetamorphoseerd heeft. Met deze vriendelijke en rustige methode van pacificatie, slagen de niet gauw te ontmoedigen mannen vanden dienst er in de wildste, op denlaagsten trap van ontwikkeling staande stammen toe te KI" brengen hun moorddadige en
s
ÄÄisdÄE ^^^^sr»
de megaphoon hun boodschap van vrede en vriendschap in de huiveringwekkende stilte van den wilderpisnacht. Soms spelen ze viool en lokken zóó de inboorlingen, gedreven door nieuw-,gierigheid, om dezen vreemden zangvogel op te sporen, uit hun schuilhoeken. Dan vinden de Indianen geschenken, als onverwachte vruchten aan de boomen hangend, die er op berekend zijn, hun van de komst van den blanken man en van zijn goede bedoelingen jegens hen. Eerst neemt de verlegen en achterdochtige Indiaan deze gaven behoedzaam weg, maar later, als zijn vertrouwen grooter wordt, komt hij vrijmoedig en accepteert zè uit de handen van den drager der stem — die zich op wonderbaarlijke wijze tot
— hun uitsluitende bezigheid — op te geven en nuttige, arbeidzame en vredelievende burgers te worden van de Vereenigde' Staten van Brazilië. Het is een langdurig en moeizaam proces, dat groote gevaren voor den blanke met zich brengt, maar zoo worden jaarlijks groote gebieden van tot nog toe onbetreden wildernis bevrijd van den plaag van krijgszuchtige, elkaar staag bevech-
den strijd aangebonden heeft tegen de bedreiging der giftige insecten, die bewezen hebben, misschien een nóg grooter hinderpaal te zijn voor den vooruitgang dan de achterlijke inboorlingen. III. De geschiedenis van Martin Pereira de Lemos verschilde van die van tien- 6 —
tallen andere helden van den Braziüaansch-Indischen dienst in zooverre, dat hij de wildernis tartte door er een vrouw van zijn eigen ras en huidskleur neen te brengen. Dat vertelde Raoul, de jonge Braziliaan, terwijl ze de peddels het water sneUer Heten klieven, in de hoop spoedig beschutting te vinden en het gezelschap van een gelijksoortig men schelijk wezen. Smith, de Engelschman, verbaasde zich er over, dat die oude oom Lemos tot in zulke verlaten oorden was doorgedrongen. „Enfin, we zijn er aan gewend hem op de onmogelijkste plaatsen aan te treffen,'' gaf hij toe. „Hij is een soort padvinder voor den dienst, schuift altijd een honderd mijl of zoo voor den hoofdtroep uit. Hij heeft geweldig veel succes gehad — die stem van hem betoovert zelfs alligators!" „Wat heeft hij er mee voor — om zoo in zijn eentje vooruit te trekken? Grevaarhjke liefhebberij zou ik zeggen!" meende de Amerikaan. „Zeg dat wel!" beaamde Smith op een toon, die duidelijk te kennen gaf, dat hij er over oordeelen kon. „Even gevaarlijk als een hol met hongerige tijgers binnen te wandelen. Hij is op zoek naar .zijn vrouw." „Zijn vrouw ?" „Ja, dat bedoelde Raoul daarnet met zijn opmerking. Twintig jaar geleden bracht hij zijn jonge vrouw hier — een Spaansch meisje. Drie weken later kregen de Indianen haar te pakken! Daarom zmgt hij altijd van „Princesita". Denkt, dat ze hem ihisschien hooren zal en blijft hopen." „Maar ze zullen haar toch wel gedood hebben ... Twintig jaar!" De jonge Amerikaan was zeer onder den indruk van wat hij zoo juist vernomen had. De ander haalde de schouders op. „Er zijn vreemder dingen gebeurd..." En Raoul voegde er in het langzame en weloverwogen Engelsch van den vreemdeling aan toe: „De stammen ruilen hun gevangenen wel eens, dat wil je zeggen, nietwaar?" Achter een zilveren netwerk van maanlicht was de duisternis nu ingetreden. D.e rijzige boomen hadden plaats gemaakt voor een moeras, waar de kronkelige tronken van den wortelboom fantastisch opdoken. Zoo nu en dan klonk er een schichtig geschuifel of geplas, wanneer een alligator of een geweldige leguaan, opgeschrikt door hun voorbijgaan, in de rivier doken. De jonge Amerikaan zat in gepeins verzonken. Twintig jaar van vruchteloos zoeken, twintig jaar de klamme, sloopende hitte van de Amazone, twintig jaar geplaagd door vunze, gedrochtelijke insecten, twintig jaar van eindeloos geduld om de barbaren, die zijn liefste gestolen hadden, voor zachter zeden te winnen... Een licht doemde op aan den oever der rivier. Ze waren het moeras voorbij en een opening in de gigantische, ondoordringbare vegetatie toonde plotseling een vriendelijk, maanverlicht grasveld, dat de niets ontziende, woekerende plantengroei eeuwenlang als
REMBRANDT THEATER AMSTERDAM BRENGT STEEDS DE BESTE PROGRAMMA'S door een wónder onaangetast scheen te hebben gelaten. Smith gromde: „Wij zijn geloof ik in een kringetje gevaren. Moeten vier mijlen gepeddeld hebben, om op een plek te belanden, een halve mijl van het punt, waar we vertrokken. Dat is reizen op de Amazone, Dick!" De Indianen hadden weer met peddelen opgehouden en lieten de boot met een strooming mee naar den oever drijven. IV. Een lange gestalte, die bij een tent zat neergehurkt, stond op om hem te begroeten. Hun hart kromp ineen. De. man was door beri-beri ineengeschrompeld tot vel over been. Zijn huid was zoo geel als de schil van een banaan, behalve waar ze zwart gebrand was rondom den hals en op de jukbeenderen. Haar, schaarsch, uitgedroogd en kleurloos, was dun op zijn hoofd geplant. Maar zijn mond was streng door een fanatieke taaiheid en in zijn donkere oogen fonkelde een besliste schittering. Hij. begroette Raoul beleefd, maar met de terughouding van een man, in wien de lust tot ijdel gepraat sinds lang gestorven is. „Je volgt me overal, nietwaar, mijn vriend? De wildernis schijnt je niet los te laten, hè ? Aangenaam je in gezelschap van Mr. Smith te zien. Hij kan je veel leeren van deze streken." Met haast afgemeten Vormelijkheid wendde hij zich tot Dick. „Senhor Vansitter... Komt u onze rivier ook eens bezoeken? Het is mij een bijzonder genoegen u te leeren kennen." ./ Smith knikte in de richting van de duisternis buiten de maanbeschenen opening. „Welke stam is dit hier?" vroeg hij. Tio Lemos' zwarte oogen kregen een nadenkende uitdrukking. „Ik geloof, dat het de Parintins zijn. Kannibalen natuurlijk. Vanavond is het de zevende maal, dat ik ze toespreek. Ze blijven schuw, maar uit mijn uitkijkpost heb ik er een gezien." „Dus ze worden nog niet bepaald handelbaar?" bracht Smith in het midden.
BEZOEKT HET
iriHiE#.irm TE DEN
HAAG
„Neen... Toch is het goed zoo. Ik zie ze het liefst op hun slechtst zoodat ik het ergste weet... Ik voel, dat mij niet veel tijd meer gegeven is voor mijn taak." Dick liet den blik op hem rusten en was geïmponeerd door den zeldzamen heldenmoed van dezen man, door ziekte overmand, door den last van zijn kwaal op veertigjarigen leeftijd vermagerd tot een afgeleefden stakkerd, die de giftige pijlen van zijn vijanden met een glimlach van gelatenheid en vrede in ontvangst nam, zijn hart toegeknepen en dor door het verraad van deze eters van menschelijk vleesch, deze drinkers van menschelijk bloed. Dit was een man.... Bij het eerste ochtendgloren ontwaakte de jonge Amerikaan met een gevoel van onderbewusten afkeer. Een groote, monsterachtige spin klom lui langs den wand van de tent naar zijn hangmat. Half slapend nog, kwam er een gesmoorde kreet van walging over
PALL MALL D« goudgele, z o n r ij p e Virginia sigaret van Rothmans Ltd. London importeurs: „.ALVANA", Den Haag
zijn lippen. Smith, die aan het andere eind van de tent op een brits sliep, schrok op en greep oogenblikkelijk zijn geweer. Met een stuk muskietengaas vingen ze het walglijke ondier en sbngerden het de rivier in. Raoul voegde zich bij hen, terwijl ze terugliepen naar de tent. „Vroeg op, Raoul!" De Braziliaan keek ernstig, zooals gewoonlijk. {Vervolg op pa&na 121
VEREENIGDROTTERDAMSCH-HOFSTAD-TOONEEL
LUIGI
PIRANDELLO
„ALS MEN IEMAND IS" Een symbolisch spel, dat gespeeld wordt door menschen, die de werkelijkheid uitbeelden. Daarin ligt een dualisme, dat tot botsingen voert. Een spel, dat aan de speienden daarom buitengewoon hooge eischen stelt. Pirandello symboliseert in „Iemand" den ouder wordenden man, met zijn mannelijke en menschelijke begeerte naar jeugd en zijn vrees voor het ouder worden, het levend gestorven ziin. Daarbij is ' deze Iemand in werkelijkheid „iemand", een groot dichter en denker, over wiens werken boeken zijn geschreven vol diepzinnige beschouwingen. Het stuk speelt in Italië. De jonge generatie, de jeugd, het naar uiting zoekende leven, wordt vertegenwoordigd door den neef van Iemand, een in Amerika geboren jongeman van Italiaansche afkomst, diens vrouw en schoonzuster, beiden van Russische afkomst. Bij hen vindt de „groote" dichter de verandering, waarnaar hij innerlijk snakt en bij het schoonzusje (Veroccia) jeugd en liefde, waarvoor zijn. hart en zijn begeerten nog niet gesloten zijn. Onder hun invloed schrijft hij een bundel lyrische gedichten, die hij onder den schuilnaam Delagio uitgeeft. Deze bundel is als een relevatie, die de jongere Italianen in geestdrift doet ontbranden. Een nieuwe groep wordt gevormd: de Delagianen. Tegenover deze invloeden, staat Iemands vrouw, gedeeltelijk ook zijn kinderen, zeker zijn uitgever en de „officieele" bewonderaars van den grooten dichter en denker. De Delagio-episode speelt juist in de dagen kort voor den 50sten verjaardag van den grooten man, welke als aanleiding gebruikt wordt om den „groote" te huf^ digen, te beloonen met een verheffing in den adelstand. Iemand heeft den bundel gepubliceerd om te toonen, dat hij nog niet dood is, lichamelijk niet, geestelijk niet. Bij hem is geen opzet tot het nemen van een proef, innerlijke drang en dringende noodzakelijkheid, uit innerlijke drijfveeren geboren, hebben hem er, als het ware natuurlijkerwijze toegebracht om in de Delagio-hernieuwing zijn kracht te toonen. Om deze te bevestigen heeft hij een nieuwen bundel geschreven, dien hij onder ziin eigen naam wil uitgeven. Dan komt de controverse tusschen de twee richtingen nog sterker uit en blijkt
V.l.n.r.: E. Palm«r«. Anton Ro«in«r, Dirk Verbeek als lemend, Helene Berth*, Enny Meunier, T. v. Otterloo J Broedelet en Theo Frenkel In „AU men Iemand ir.'
hoe weinig de jongeren de hernieuwing van den grooten „ouden man" begrijpen en waardeeren kunnen. Het eerste bedrijf speelt in het huis van den Amerikaanschen neef, het tweede in de woning van den dichter. Het derde, veel sterker nog symboliseerend, in een paleis, door een overleden vereerster, aan den „dichter" ter beschikking gesteld. Aan het slot wordt de levende dichter, tot den versteenden gehuldigd, het standbeeld. Uit deze korte beschrijving zal men de moeilijkheden, verbonden aan de uitbeelding van zoo'n stuk, nog beter kunnen beerijpen. Dirk Verbeek, als Iemand, deed zijn uiterste best om de tegenstellingen en den strijd begrijpelijk te maken. Ik kreeg den indruk, dat deze taak boven zijn krachten ligt. Men moet hierin geen al te sterk verwijt zoeken. Verbeek had zeker goede momenten, doch de rol lijkt mij er een te zijn, die boven de kracht ligt van bijkans elkeen, die haar te spelen heeft. Anton Roemer beeldde de rol van uitgever zeer goed uit, Theo Frenkel was 'n alleszins prijzenswaardige jonge Italiaan. De voornaamste vrouwenrollen waren in handen van Helene Berthe (de vrouw van den dichter), Joekie Broedelet (Natascio, de vrouw van Pietro) en Enny Meunier (Verroccia). Karel Brückman verdiende de waardeering, welke het publiek uitte, om ziin voortreffelijke decors
Haro van Peski-productie der Ufa Regie: E. W. Emo Rolverdeeling:
WALZER
■tj
Somow, Russisch theaterdirecteur' .' ." ." .' .' ." Jacob Tiedtke ^^nTu^SÏ ^ ^P«'—ster .... AÄV^^ AKlaja, Oiga's zuster ..:•■■ ktika Str^h?^ Leibrock, bediende van Strauss . . \ \ \ \ " KaM IllingeJ
AM DER
De walsenkoning Johann Strauss wordt uitgenoodigd voor een Mik zifni0«" Ruslan^ doch t« weigert, daar hij ieder oogen m„;iw J benoeming tot een hooge positie in het Weensche 80 HlJ we et dat ^H^Ä^TK ?'W benoeming nog slecht! J ' onderteekend behoeft te worden, en hij heeft zijn vrienden reeds op een feest mtgenoodigd. - De regeering heeft echter andlrl zaken te behartigen. Het gaat er om, of men Rusland er toe krü ^ ^.ifneen nha^delSVerudra?met0os,enriJk en "^t met FrankrÏÏk f. 1 ienK De da? Vanu^t fee.st van Strauss "«dert meer en meer doch de benoeming blijft uit. Kwaad en diep gegriefd gaaf dé walsenkonmg toch naar Rusland. - In een heVblrg dichffa*-' dl Russische grens heeft Strauss een romantisch avomuur Äert daareenjonge Russin kennen.-Olga heet ze meerweet hiimet v»n haar-op wie hij dadeiyk verliefd wordt. H« geeft haar e^en kaar" voor zijn concert in Sint-Petersburg, doch op den morgen da?hH verder zal reizen bl^kt zij verdwenen. - In Sint-Petersbu^ s aat Strauss veel tegenwerking te wachten van wangunstfge colfega-S Dirigent Ptytschkm heeft een prachtig idee. Hij en de 1500 leden van' zijn muziekvereemgmg zullen alle kaarten voor het concert van Strauss opkoopen en . . .er niet heengaan concert van Op den avond van het conceit verdringen zich drommen menschen die den Krooten walsenkoning willen hooren, voor de lokeïïen doch ELa Zm.e, rf h"rt {? fer ^eer te k^
4-~-
'^ . *r
~
:
^^f^s
\
Pty.schkin, die zich eveneen. lussen ^^sS ^ndrwTüft'
!>•
\j — :
1
"^^■"\
vH
PP
*-"—■:'
^
n
«IS
«^^ÖBÜ
u
■ drag met Oos-
zich vergenoegd de handen over het welslagen van zKn pUn A^if» Olgas zuster, hoort echter zijn opmerkingen en doorziet de truc' Ze weet door een list in het bezit van dt» in Ptuf./i.ti— • borgen entree-biljetten te körnt?™ verde^lf„^rheW^eV dat in een oogwenk de zaa vuk. Het concert wordt een reusachtig illCvS- o S h^ s'orm?ch«i(re applaus bedaard is, zoeken St?«uss* blikken Olga, doch ze is weer verdwenen. - Strauss "fepëtersbu^ het onderwerp van alle gesprekken en zonder dat ze het zich bllust irfn, worden ook de ministers, die over het handelsverdrag beraad slagen door de Oostenrijksche stemming aangegrepen De wlê*! schaal, die eerst naar Frankrijk helde, begint nu naar de fiosienriiksche zijde door te slaan. - De minister van oorlog, vorst Waslftschikow is op het punt zich te verloven net Olga, gravin Woronloff On het verlovmgsfeest moet Strauss spelen. Zon ziet de meester Olga weer... als de verloofde van den Russischen m'nistar HH .üfi? en speelt totdat Olga het niet meer uithoudfen zich met e^en^ wendsel terugtrekt. Eerst echter heeft ze n..g kans ireTien Str..?.J een brlrffe te doen toekomen, waardoor ze? hem /ogd^nz^den avond bij zich laat komen. De vorst verrast Strauss echter b« HU bezoek en hecht geen geloof aan zijn excuus. H« neem? hem mee naar ztjn wapenverzameling en laat hem die bésicMgên HltrinMr d,e S , nia„USS ,0P 2Än toOUrnee ve^ezelt, vermoedt wlfnig golds en gaat Olga halen. Om Strauss het leven te redden, «peelt ,§ de toe" gewijde verloofde. — Den volgenden dag komt ze afscheid nemen van Strauss. Zoodr MflBn * ze weg is komt v rs, ^^ jB im^lB^. " Wassiltsrhikow Z n < r us ^^ Ji li^W^^Äi " !? " J maken ^^ mf^' '3@|ikMk "ver zijn gedrag van
1^.
Ä/-!U'V
terugreis, speelt Olga een wals van Strauss Dan treedt de vorst
r ^%3r Ä" ^«^
'^ïP^ l»KïA W )3
WTijm Weer rijdt de diligence langs de Russische wegen, weer overnacht Strauss in de kleine herberg aan de grens. En daar brengt de adjudant van . den vorst hem een bouquet roode rozen met een kaartje: „Vaarwel! O."
^:V.
^■■■■«■■■nSaHHRI
^êê^J
HHH - 9 -
■.«PV^
... ■.
^L «Égl^^^l B7>>M ^^ 's. ^Kmr,^^^:' • si^B W™-'^
f»«/«
T
der b^,1
'
8
ee
TA^ v Vh ^ f. " s h nnken ? 1 «rf H,j zeet n
'™mp„ni,nfeennt Denzelfden
zeon
"
dag
ooned/BêÊ DOOR EDUARD VETERMAN IL
al rijst daarbij de angstige vraag op: Het is een echt tijdsverschijnsel, dat men zich geneert voor zijn gevoelens hoe krijgt hij het allemaal weer in en soms zelfs een houding aanneemt, die er het tegendeel van suggereert, ' elkaar ? Want het gevaar is niet denklouter uit angst dat „men" een blik zal slaan in ons gemoedsleven. Ja, het beeldig, dat onder deze scherpzinnige wordt vaak burgerlijk en klein genoemd, wanneer men tóónt een dieper gevoels- operatie het gevoel een droeven dood leven te bezitten. Als een zweep ligt het woord „sentimenteel" op wacht, om sterft, en er niet anders overblijven, bij ieder blijk van gevoel los te knallen. Een koel, cynisch egoïsme heeft vele zooals Hamlet zegt, dan woorden, wooraanhangers gevonden. Een arme beproefde klaagt zijn nood, en men antwoordt den, woorden... hem met een beschrijving van de lente in Egypte. Deze moderne hersens zijn In den .grond verkiest Verkade dan vergroeid tot een kil mechaniek. Het gemoedsleven is teruggebracht tot een noodzakelijk minimum. ook duidelijke woorden boven onduidelijke gevoelens. Voor hem is het 't beEduard Verkade vertegenwoordigt sen, die worden geleid door zijn scherpe langrijkste, dat de acteur zijn taak bedit hersen-ras op het tooneel. Hij verstand. Het spontane gevoel schuwt grijpt en dit begrip op de toeschouwers is de man van het cynische inhij als sentimenteel; op zichzelf mag weet over te dragen. Van de schemerige, tellect, van de ontleding, van de geesmen zooveel gemoedsleven hebben als geheimzinnige wereld der gevoelens telijke acrobatiek. Een gevoel zonder men maar wil, doch naar buiten moet moet hij weinig hebben. „Ik hou meer zegt hem niets; hij moet het het worden gezeefd door de mazen 's avonds niet graag besprekingen," zei gevoel bespiegelen en uitpluizen. En van intellectueele critiek. Het is behij mij eens, „want dan komt men er zóó bereidt hij ook zijn werk voor. wonderenswaardig hem de vezels van licht toe aan stemmingen de vrije hand Verkades repetities zijn anatomische lesaandoening uit elkaar te zien rafelen — te laten, 's Morgens denkt men en pjaat men veel helderder en scherper." Hoe " (Polo Godfried de Groot) volkomen juist is deze opmerking, en hoe on-poëtisch I En toch is dit een markante schetslijn voor de wijze, waarop Verkade werkt. Zijn repetitielokaal is een laboratorium, waar men geestelijke speculaties de deur wijst. Als hij een rol begint op te zetten, heeft hij dan ook terstond een ruimen, maar scherpen omtrek van het karakter getrokken — en de tijd, dien hij er dän aan wijdt, wordt niet zoo zeer benut om de rol beter te spelen, dan wel, om haar beter te begrijpen. Verkades repetities zijn begrips-verdiepingen. Vandaar, dat hij, in de gloeiende belangstelling voor dit analytische werk, ook wel eens vergeet een rol te leeren — en ondanks, dat dit dan duidelijk op de voorstellingen blijkt, is hij tóch in staat een preciezen indruk te geven van het karakter, dat hij bedoelt. Maar men denke nu niet, dat al dit schitterende hersenwerk een bewijs vormt van het totaal ontbreken van eenig gevoelsleven bij dezen merkwaardigen kunstenaar. Wanneer hij niet een zeer bewogen innerlijk bezat, zou hij nooit in de tuinen der kunst zijn verdwaald, maar een zakentroon of een leerstoel hebben veroverd. Verkade is ook in dit opzicht een kind van zijn tijd, dat hij zich geneert voor rijn gevoelens, en ze met een pantser van cynisme omhult. Misschien krijgt hij daardoor iets satyr-achtigs — zijn De Duivel en De Faun niet twee van zijn
lievelingsrollen ? — maar aan den anderen kant is dit spel met zichzelf ook weer beminnelijk en zelfs jongensachüg. Borg Verkade in zijn diepste wezen niet deze, haast naïeve ontroering, dan zou hij zich in al die jaren al hebben dood-geanalyseerd I *** Tegengesteld tot dit beeld, in een rechte lijn, staat Johan Elsensohn. Zijn verstand is helder — maar volkomen in de macht van zijn sentiment. Zijn gevoelsleven domineert, beheerscht hem absoluut. Het woord zegt hem weinig, of niets. De ontroering komt in de eerste plaats. In dit opzicht is Elsensohn misschien niet van dézen tijd, misschien een beetje te romantisch. Maar het zou onredelijk zijn te zeggen, dat hij van een ouderen tijd is: ik geloof stellig, dat Elsensohns talent boven den tijd is uitgestegen en door alle variaties van den modernen mensch wordt aanvaard en vereerd. Zijn talent raakt dät in den mensch, waar iedereen nog wel een splinter van bezit; het is dan ook eenvoudig, ongecompliceerd, maar reageert ook het beste op het eenvoudige en ongecompliceerde. Daarom is Elsensohn de ideale vertolker van eenvoudige lieden. Men doet verkeerd door hier een etiket op te plakken van „volksacteur". Men is geen volksacteur, doordat men eenvoudige helden van het boerenboezeroen béter speelt dan helden in rok. Men is „volksacteur", wanneer men speculeert op primitieve en dikwijls ongezuiverde massa-instincten. Elsensohn is een gróót acteuF, die in lederen schouwburgbezoeker iets te ontroeren weet. Hij gaat ook — in markante tegenstelling tot Verkade — van de ontroering uit. Wanneer een rol langs hfcm heen glijdt, weet hij er, met zijn veeljarige routine, altijd nog wel iets van te maken, maar dan wordt het niet zoo goed en groot als hem waardig is. Er moet iets in een rol steken, dat hem aanpakt — 't zij in vroolijken, 't zij in tragischen zin — en dan kan men hem, voorzichtig, bang iets te kwetsen, zien tasten naar de uitbeelding er van. 't Is net of hij een kist met kostbaar porselein uitpakt, heel beleidvol de vloeitjes afwikkelend. En door de groote liefde, waarmee dat gebeurt, is het een genot op zichzelf Elsensohn te zien werken. Zoodra hij zich zekerder gaat voelen, ziet men de rol in verbinding treden met zijn eigen gemoed: men ziet die banden steeds nauwer aanhalen — en op een gegeven moment, als de polen dicht genoeg bij elkaar zijn gekomen, springen de vonken over: dan
begint hij te improviseeren en uit te breiden in het karakter van de rol, en ziet men, even snel, van dag tot dag, het nieuwe wezen groeien. Ik herinner mij, hoe ongelooflijk boeiend dat was bij de repetities van „De Drie Musketiers", waarin hij Porthos speelde: hoe er langzamerhand een dronkemansverhaal groeide van zóó dolzinnige dwaasheid (en toch geheel een voortzetting van het karakter van Porthos), dat de repetities tot ware voorstellingen werden. Maar zelfs als er geen bepaald karakter in een opgave aanwezig is, kan Elsensohn door een schilderachtige of folkloristische emotie worden gegrepen: wat hij van de Dikke Boer in „Kloris en Roosje" maakte, was een meesterwerk van improvisatie, van zuivere Commedia dell'Arte. Het spreekt vanzelf, dat men, om zich
zóó geheel en al door zijn sentiment te laten sturen, de techniek van het tooneelspelen door en door beheerschen moet. En waar Elsensohn niet zeker van zijn techniek is, probeert" hij het op allerlei wijzen: eerst fluisterend, dan zus, dan zoo, .. net zoo lang tot hij de oplossing heeft gevonden, waarbij hij van een goeden raad een goed gebruik weet te maken. Maar het woord van den regisseur kan hier alleen voorlichtend werken. Waar in het systeemVerkade de regisseur eigenlijk een soort prosector is, die van zijn stoel af de knoopen ontwart, kan hij tegenover een emotioneel kunstenaar als Elsensohn alleen maar zorgen, dat deze emotie niet buiten de grenzen treedt, of in verkeerde richting stroomt. En den stillen wensch koesteren, dat er vélen van dit soort mochten zijn.
JOHAlFüll ELSEIMSOIHIINl.
(Poto W. Corel)
[Dervolg van pagina 7) „Ik ben den heelen nacht bij Tio Lemos opgebleven. Hij is doodziek." „Wat scheelt hem? Een aanval van zijn oude kwaal ?" „Hij is hier te lang voor een blanke. Hij is zoo verzwakt, dat hij zich zoo nu en dan niet meer kan bewegen... Den heelen nacht heeft hij geijld over haar 1" „Waarom, voor de weerlicht, gaat hij dan hier niet vandaan ?" Dicks opgewonden zenuwachtigheid maakte hem prikkelbaar. „Wat voor nut heeft het... om hier weg te teren ... ter wille van een droom!" Smiths stem klonk droog en melancholiek-spottend, toen hij antwoordde: „Ja, wat voor nut heeft het voor ons allemaal, om hier rond te boemelen ? Het is de greep van de jungle, jongenlief. Wie de roepstem van het oerwoud gehoord heeft, zal zijn hoofd niet meer in vrede neerleggen in zijn eigen huis." V. De morgen aan de Amazone is, vóór de zon het gebladerte opdroogt en verschrompelt en de vochtige dampen van het moeras als stoom in de lucht hangen, een samenvatting van den glans
en de schoonheid van alle lente ter wereld. De lucht is helderblauw, de geur der orchideeën is van vreemde lieflijkheid, een witte magnolia schijnt in vuur te staan door de kleine roode insecten, die om de bloesems gonzen,-zonder er zich op neer te laten, vogels laten een uitbundig lied hooren en visschen springen dartel uit het water omhoog. Maar de zon komt op en het is gedaan met dit aardsche paradijs. De hemel wordt als koper, de varens knappen, de bloemen der magnolia hangen triest omlaag. In de drukkende, ontzenuwende hitte van den middag gingen de vier mannen op weg naar de minder dicht begroeide plekken in het oerwoud en legden de geschenken voor den avond op den grond en in de struiken. Dick verspreidde hier en daar ruwe schetsen van een Indiaan en een blanke, die tegenover elkaar staan met opgeheven handen, de wapens naast zich neergelegd. Tio Lemos liep rond als iemand in trance, gedreven en staande gehouden door zijn wil alleen. Hij scheen met moeite adem te halen, maar zijn oogen waren bijna koortsachtig in hun helderheid, glinsterend van verwachting. De avond viel zoo snel als een jaloezie, die omlaag wordt gelaten, toen de klagende tonen van „Princesita" door het groote zwijgen der natuur klonken. Verweg flitste het onophoudelijke, tropische lichten in de onaardsche stilte. Het was mogelijk een troep mieren te onderscheiden, die op een geweldigen stam van een ten doode
De camera-mannen in een filmstudio, zooals onze landgenoot Haro van Peski de bekende productieleider, regisseur en teekenaar, hen schetste.
-'■,;
HANDEN ONBRUIKBAAR Vrouw die hulpeloos was door rheumallek Nu werk! z!| weer als de besle „Nadat ik achttien jaar aan rheumatiek geleden had in mijn armen, handen, beenen en voeten, besloot ik twee maanden geleden Kruschen Salts eens te probeeren. Ik ben blij U te kunnen zeggen, dat ik er groote verbetering door gehad heb. Ik heb mij met electnciteit laten behandelen, en probeerde tallooze zoogenaamde anti-rheumatiek middelen, doch daarbij was er niet een, die mij eenig goed heeft gedaan. Mijn handen waren nu en dan zoo slecht, dat ik er onmogelijk iets mee kon vasthouden. Sinds ik Kruschen Salts gebruik, ben ik weer in staat praktisch gesproken alles te doen wat ik wil. Ik zal het altijd aanbevelen." Mevr. L. B. Indien de inwendige organen niet behoorlijk functionnceren, gaan bepaalde zure afvalstoffen zich in het lichaam ophoopen in plaats van verwijderd te worden; zij verontreinigen het bloed en veroorzaken lastige symptomen: rheumatiek, overmatige vermoeidheid, etc. Kruschen Salts heeft een stimuleerenden invloed op de inwendige organen, waardoor nieren en ingewanden eiken dag aangespoord worden alle schadelijke afvalstoffen uit het lichaam te verdrijven. Zoo zorgt de „kleine dagelijksche dosis" Kruschen er voor, dat de afvalstoffen zich nooit weer kunnen ophoopen, en zuiver, frisch bloed door Uw lichaam stroomt. Kruschen Salts is uitsluitend verkrijgbaar bij alle apothekers en drogisten voor f 0.90 en f 1.60 per flacon, omzetbelasting inbegrepen. Let op, dat op het etiket op de flesch, zoowel als op de buitenverpakking, de naam Rowntree Handels Maatschappij Amsterdam voorkomt.
gedoemde itauba kropen tegenover de tent, waar de vier^ mannen zaten in gespannen afwachting van hun wilde bezoekers. Zouden zij komen? Zou er voor den zooveelsten keer een overwinning worden behaald op wantrouwen en argwaan ? De uren gleden voorbij. Toen een lichte beweging in de boomen. Was 't het trage kronkelen van een machtige slang, of kwam het van menschen? Een aap schreeuwde schril... Er roerde zich iets in de schaduwen. De maan glinsterde plotseling op witte oogballen. Tio Lemos kwam langzaam overeind. De handen, die hij boven het hoofd hield, om te toonen, dat hij geen wapens had, trilden. De emotie en zijn doodelijke zwakheid overweldigden hem bijna. Op bevende knieën wankelde hij naar de open ruimte, aangezet door den vungen prikkel der hoop. Smith verplaatste heimelijk zijn geweer zóó, dat het op het woud gericht was. Dicks hand zocht de revolver in zijn jaszak. Alleen Raoul bleef onbeweeglijk, met schitterende oogen. Het was een hachelijk oogenblik. Of de boodschapper van den Indianen-dienst zou een [Veivolè op pagina 21}
■■■
INSPIRATIE, OF: WAAR EN HOE ON2E NIEUWSTE DANSEN ONTSTAAN
„Het verzamelen van vreemde munten is een heel bijzondere en pleizierige liefhebberij," schrijft ons een abonné. — Toch gelooven wij niet, dat eigenaars van automaten bij het natellen van de binnengekomen geldstukken, deze bewering zullen onderschrijven! „Het menschelijk lichaam," zoo zegt een bekend geleerde, „bevat ongeveer twee honderd beenderen, waarvan de doorsnee-mensch zich echter in 't geheel niet bewust is". — Behalve als hij leert schaatsenrijden natuurlijk. „De eerste prille lentedagen kunnen bij vele personen een tijdelijke krankzinnigheid veroorzaken", zegt een psycholoog. — Hij moet daarbij bepaald doelen op den man, die onlangs aan zijn vrouw vroeg, waarom zij nog niet aan de schoonmaak begon. „Pracht-uitvinding, mijnheer, die electrische haardrogers!"
„Wanneer zal de dokter haar eindelijk laten ophouden met die meik-baden?"
De verstrooide professor moet een dame van den trein halen, - 13 -
Wandelen is indigestie, zegt naar de keuken ontslaan werkt minste als men
buitenwoon goed tegen men. — Een wandeling om de keukenmeid te meestal veel uit, tener den moed toe heeft.
„Wanneer een jongeman verliefd is, begint hij meer geld uit te geven", lezen wij. — Daar staat tegenover, dat hij kan bezuinigen op zijn zolen en hakken, aangezien menschen in een dergelijken toestand altijd in de wolken zijn.
^
ALS HET LEVEN EEN MISLUKKING WORDT DE VAL VAN PINCOFFS.
•■•■'i
-^ Äv/
at kan er ui
W
t een leven al niet worden? Men gaat op weg — die weg schijnt lang en recht, effen, gemakkelijk begaanbaar - men stelt zich voor, hoe prettig en vlug d^ wandeling zal zijn, en hoe heerlijk het wordt om het doel te bereiken — maar dan; plotseling en schijnbaar nog vóórdat men halverwege is loopt die mooie, gladde weg dood. Dan blijft men staan. Het leven is onbeteekenend geworden. Of men gaat voort — breekt zich door de hindernissen en de woestheid van het terrein waar de weg in uitloopt — men verdwaalt en het leven wordt een mislukking. Anderen gaan voort, langs hün weg, die hun regelrecht voert naar een bodemloozen afgrond — zij storten er in en hun leven werd, door hun verbhndheid, een tragedie. Enkelen zijn er die de veilige hoogte bereiken; hun leven werd dat, wat al die anderen er van zochten te maken: een triomf. te maken'"00"5 Z0Cht Van '^ ^'^ "" tri0mf helling was, Tep' de^we^ 'dood^ VóórTToeÏ mj zou hi, _ hi, trachtte zich een baan te breken door de wildernis, maar verdwaalde ^a het groote succes, dat naar den tnomf beloofde te voeren, kwam de tragische mi^ agische mis lukking. -
,.^
Èmmi
^r^BgT!!^^^g*
J/ RP"
'^^ J L -^T
1 ^ffmm T ' MWÜTl* '
lïi « * --
E
*—BTMC. ■MÜ'^BIWK.-^ - S^W^fflral
- ■" '^ • - t^m' ->
Een Rotterdam na 1850 - de kleine provincieÄriTend%rb0emeÄUiment VeTbaZin veX'nt d'at^ ^d]^ ^ dat goed; de bankiers vert stad, schijnbaar zonder groei of beloften voor ^elfs schepen in kwamen^ dat er trouwden Pincoffs immers! Het was uitgesloten fL^ %et havenstadJe «et de locale beLr" *? l**0*** iets ™t 'n orde was! J Nü zijn deze havens niet zoo belanariik meertóngetjes vijftig- a zestigduizend inwoners de weilanden, waar zij in lagen moes envPr h f J? ^ bedra9«. die in deze wisselruiterij be tr0 ken w aren w Oogenschijnlijk ligt hier géén voedingsbodem fijnen om den bouw van een SeSTsSX' . ^ ; - , "den steeds grooter _ dl voor roem, voor groote successen. dat tegenwoordig eenige honderddurenden huS S^.ff f^ ^^f' " ** Skiers werEr was een beetje transito-verkeer, men ^ ^«Qelijk te maken; er kwamen rutae l^f "S Man9ZaTrhand minder blii ^t deze sukkelde met de verbinding naar zee; Galand haven-basins, die in belangrijk de oude httt 9eldswaardi9e PaPieren en in 1880 ontwierp het plan voor den Nieuwe Waterweg, fincoff-havens verre overtreffen - maar voor A ^ . waar het gemeentebestuur en de regeering lang ^et kleine stadje, dat tich zijn groei nog n^e n^JnZ? * ^ PinCoffs en ziJn i™** b en diep over moesten denken. En hier was het! ™ust was. was deze ondernemingsgeest on n. . ^ 9 l^ het nieuWe Beursstation. dat het gemeenteraadslid L. Pincoffs de eerste ^hoord- Pincoffs was dè zakenman van de stad tPn H Stf 10.ns-chef 9roe«e, de beambten groetPinCoffs «ap deed op den weg van successen, die hij ~ ™* ^htte hem, vreesde heni, vereerde hem lei de ÜZ 9r0e"en ' ie™* ZI n aa als de zakenman Pincoffs af zou leggen. Hi J nzien en macht stegen even snel aU R^' H?** terdara nep om spoed en betoogde, dat Rotterdam een öroeide, men gunde hem het groote ver n**?**? ^ ** 2ette zich in den fein mo en groote toekomst had; en hij deed dat zóó over9 - dat hij zich. met zijn dooS had "^ ^^"P6"tu.gend en doordringend, dat de gemeenteraad ^rworven en niets wees er op, dat het'leven hefmh^ deze wegreed groetten de chef, de opschrok. Nu ontstonden de plannen, de conces- hebben ^a" de^n man een ongunstig verloop Z 7^ '" ^ ^'^ WéérP een va sies; de regeering kwam los met een wet, en in "ntie-reiSje, zoo met ziin ( "^ ." 1868 was de Waterweg klaar - al duurde het ,, Maar wie kon ook vermoeden, dat reeds hier M^'r V^ A . dan ook nog jaren, voordat hij werd wat hij ^et einde van den rechten, gladden weg was door het .M^ T* de Stad ^"chrikt U 1S dien Pmcoffs tot , "u toe had begaan? Vóórt P^vJr nverb,uffend-sensationeele nieuws: U - u, oest ZOÜ hi me R0 dain Het bleek, dat Pincoffs een scherpen blik op ™ H' J " " sucessen behalen to äfna A sche HandelsvereeniA «" P de toekomst had gehad. de triomf van zijn leven volmaakt was h Afnkaansche HandelsvenootW Na den Fransch-Duitschen oorlog en het tot T lu,rhf | H geweigerd Pincoffs gest in de2en tl d stand komen van het Duitsche Rijk in 1871 r ' ) verkocht Leopold II aan zakenwP^W K f ' nat de Rotterdamsche R Be 91e 2ijn kwam de industrie aan den Rijn to een onge ! J Par«culiere bezitting; het Congo" » „T« A ^ vo,konlen ontwricht was kenden bloei en begon grondstoffen - onufg. ^ - ^et land van de du^ wouden, He^LeTzZ^TTT** ^^ WerdVOl9de 0p het andere het lijke hoeveelheden erts - te vragen. Rotter^V door S^nley's tochten bekend geworden h^dtuvJff ' r in het 9eSCh0 kt en dam alleen kon die gemakkelijk 'doorvoeren. ' Bekend RS ^ ^^ onbekende Afrika' hoon was nuT^^f " 9«n J Havenru.mte moest er nu zijn - de regeering 9eworden? Nu ja - men wist zoo onw£n, Tnit ^ f ■9TO?t VOOr dezen man. aan uit2a het. op den Zuidelijken MaLever, de Sr11™^°* ^ " 9^- -ie had er eemg SegTn weta^rtfe'ddanken ^ ^ ^^ paSWaSl voor den haven aanleggen en vond het toen welletjes. vermoeden van, wat voor schatten er in den man die J f l En de Rotterdammers, die dit een verbazina^T \0nden rUSten? Zo0 die er waren was van de LH "" Q? ^ meeSt 9eZiene bur9er beSCh afde wekkend werk vonden en bevreemd keÄ S t be be'kenT ^ ^ ^ Itzo^ttZ^^"^ '^^ *' If die haven, die daar temidden van de weilanden lf kend — een zakenman van internaNnn L™ u"" , r, tl0 ale r putatie en lag, vonden het óók schitterend Pinrof s niet S " beteekenis. zind V ? J" het lot Pincoffs 9unstig gef in Weer was hij het, die zijn goed^d ge me£ Ven^ \ '^ de Af"kaansche HandelsAmeriË t^tZj* f* *" ^ famiJie Venno tscha 9 bren9en het dan burgers wakker schudde en zei, dat RotterdaL o P op, teneinde het Congo-gebied m" verli« v^n f ' " ^ f te x loTeere 9 méér toekomst had, dat het kon groeeatot * P * ™ te exploiteeren. De vi'^ eeT'iort™ ™ aanzien. SChatten nieC die een havenstad van wereld-beteeW Men duS.T ATT"^ ' "" dat ste^ ThaÄen P^T•' ^ Rotterdam moest iets doen, vond hij, om het verkeer te Aitr Afnka kwamen; de Afrikaansche Hans aa pin M 9 J P: f1"00"5 val was niet in d trekken en mogelijkheden te scheppen voo f :V^nootschap bracht Pincoffs eer noch kSlen „? f SChade aan te richten- Er PP riikdom Hi bl PlannCn nieuwe have méér vervoer, méér welvaart. J eef doorzetten men kan nooft wTZL ' ' ns. nieuw Zoo richtte hij de Rotterdamsche H.nH I ^\^ de toekomst brengt. ' Y' ondernemingen - nieuwe vermogens wervereeniging op, met een - vooTdLdaoen zïer' ^ ^"t be90n het 9evaarlijke spel - een leven^Ä 0p f^ ^ in het handelsSpel met een hoo groot - kapitaal van f 15 000 000 II II 9en inzet - dat zijn onderaana £Z - Pincoffs werd vefgeten; en. na haar onts'taan begon deze^nïïrTem na o" T ^^ Had de AfrikaansX Haffi nerde m^n %%* H ^ ^^ dan herinder Pincoffs' leiding met het aanleggen en ex" Yf™00^*? fld noodig, dan trok p^J s den tü" ve^Lnl ', ^^ ^ de' al door WISSel 0p de R 9 9l n V n de eerste bloe ploiteeren van .wee nieuwe havens de B^nn^n otterdamsche Handels-Veriaren der „ ? if . V, ? f die daar na verlo 6 haven en de Entrepót-hTven De Rotterdam' ^^'A ^ op van tijd ' I„ 1911 W? ^deriandsche havenstad. mers, die niets andere gewend wïren dTsÏht Sffde^f Pi™\*'J*^ ™ Pincof ^as^toïven^"'3 ^ ^^ dat P AfrikaaM pen op de rivier, keken hun oogen uit, bewonsTh^p. che Handels-Vennoot..Pincoffs. .'"zeT' men pincoffs? O. ja diè."
- 14 -
.
-
_■,
■
'...
■
■■-. ■■
■
Fox-Film. Regie: JOHN FORD.ROLVERDEELING: Mary Madeleine Carroll Richard Franchot Tone Erik Reginald Denny Baron Von Gerhardt Siegfried Rumann Baronesse Von Gerhardt, Louise Dresser HenrTJ Ranul Roulien Warburton Lumsden Hare Manning Dudley Digges John Frank Melton Madame Girard . . Brenda Fowler Notaris Russell Simpson Een Franschman . . Walter McGrail Madame Girard II, Marcelle Corday Jacques (als jongen), Charles Bastin Jacques Barry Norton Charles Girard . . . George Irving Fritz . Ferdinand Schumann—Heink Jeanne .... Georgette Rhodes Biaithwaite Claude King Clumber Ivan Simpson Culbcrt Frank Moran Fctchit ...... Stepin Fetchit Vóór Sebastian Girard, de schatrijke katoen-magnaat uit NewOrleans, in 1825 stierf, heeft hij kans gezien met zijn vriend Gabriel Warburton, den mächtigsten fabrikant uit Manchester, een grootsche zakenovereenkomst te sluiten. Deze wereldfirma zal gevormd worden tusschen de zonen van Warburton en Girard en voortgezet door hun nakomelingschap. Richard, de oudste erfgenaam, moet de Amerikaansche deelgenoot zijn; Carlos, de Fransche; John, de Duitsche en Warburton, de Engelsche. Richard Girard en Mary, de lieftallige, jonge echtgenoote van den reeds op middelbaren leeftijd gekomen Warburton, voelen zich zeer tot elkander aang^etrokken, doch zij moeten voor eeuwig afscheid nemen, wanneer de familie-overeenkomst geteekend is en Warburton en zijn vrouw naar Engeland terugkeeren. Begin 191 4 bevindt zich een vroolijk groepje reizigers aan boord van de „Lusitania", op weg naar Amerika. Onder deze zien we: Sir John Warburton, lid van het parlement, den kleinzoon van den oorspronkelijken Warburton; zijn lieftallige dochter Mary, achterkleindochter van de Mary uit 1825; Erik Von Gerhardt, afstammeling van John Girard, die naar Duitschland ging; zijn moeder en vader, baron en "baronesse Von Gerhardt; Henri Girard, lijnrechte afstammeling van Carlos; zijn moeder, madame Girard; zijn kleine broertje Jacques en ten slotte bevindt zich ook aan boord Manning, Warburtons bedrijfsleider. Allen zijn op weg naar het oude New-Orleans, de bakermat van de wereld-firma, voor een familie-reunie. Erik" interesseert zich hevig voor Mary, zijn lieve Engelsche nichtje, doch bij aankomst in . New-Orleans ontmoet zij den jongen Richard Girard (Fran'chot Tone). Deze beide jonge menschen
voelen zich dadelijk tot elkaar aangetrokken en hebben het gevoel, alsof zij elkaar reeds in de grijze oudheid ontmoet hadden. Later heeft er een andere familie-reunie plaats, ditmaal op Von Gerhardts landgoed bij Düsseldorf, ter gelegenheid van het huwelijk tusschen Fritz von Gerhardt, commandant van een Duitschen onderzeeër en Jeanne Girard, afstammelinge van den Franschen tak der familie. Onder den indruk van deze gebeurtenis flapt Erik er het nieuws uit, dat hij zich met. Mary gaat verloven. Tot in zijn ziel getroffen door deze mededeeling, gaat Richard met Henri naar Parijs, waar beiden bij het uitbreken van den wereldoorlog dienst nemen in het Fransche vreemdelingenlegioen. Warburton en Charles Girard, Richards vader, komen te sterven, wanneer een Duitsche onderzeeër, onder commando van hun bloedverwant Fritz Von Gerhardt, den Oceaanstoomer/ waarmede zij naar Amerika oversteken, torpedeert. Fritz verdrinkt op zijn beurt, wanneer een kruiser zijn onderzeeër in den grond boort. Ten slotte, door den oorlog bevrijd van hun familieverplichtingen, trouwen Mary en Richard in Londen, tijdens een van zijn korte verloven. Wanneer Richard terugkeert naar het front, besluit Mary, dat zij haar fabrieken nimmer beschikbaar zal stellen voor het vervaardigen van oorlogsmateriaal en zweert zij, dat zij nooit mede zal werken aan het gruwelijke afslachten van mannen in den oorlog. Richard komt ten slotte terecht in een Duitsch hospitaal, terwijl Henri eveneens doodelijk gewond, in een Fransch wordt opgenomen. Na zijn herstel besluit deze laatste, geestelijke te worden. De Von Gerhardts ten gevolge van den oorlog vrijwel zonder middelen van bestaan, vernemen Richards ver' blijfplaats, zoeken hem op ei\ nemen hem mee naar hun huis tot herstel van zijn gezondheid. Intusschen zijn Mary's fabrieken door het Rijk geconfisqueerd, om als anununitie-fabrieken dienst te doen. Wanneer de vrede geteekend is, komen de leden van de internationale familie samen. Richard legt een groot organisatorisch talent aan den dag en richt een kolossale trust op, waardoor hij de geheele wereldkatoen-markt in rijn macht krijgt. De familie komt hierdoor weer tot welvaart, doch Mary, die haar op de geldjacht zijnden echt- ■ genoot weinig ziet,'is zeer ongelukkig. Samen met Henri, die nu priester is geworden, protesteert rij vergeefs tegen het materialisme, dat alleen maar tot een nieuwen oorlog kan leiden. Wanneer Richards kaartenhuis dan ■ ook in de crisisjaren ineen valt en hen allen geheel ruïneert, zoekt hij troost bij Mary. Samen gaan zij" dan terug naar het oude, iii verval geraakte familie-landgoed in New-Orleans, waar zij eennieuw geluk hopen, te vinden, nu echter gebaseerd op liefde en geloof, in plaats van op hebzucht en egoïsme.
•V\ "■
.. .. ■■; .-. ' *
. r-A -
DE MAN VAN MEVROUW Regie
van
ELLIOTT NUGENT.
ROL VERDEELING: Lisa Delia Robbia, Elissa Landi Gerard Fitzgerald . . . Gary Grant Mr. Farnham . . . Lynne Overman Flora Preston . Sharon Lynne Bice Michelette Burani Archimede Paul Porcasi De Dokter Adrian Rosley Aline CecUia Parker Johnnie .... Frank Albertson Zang van Nina Koshetz en Richard Bonclli. Paramount-film. idden in een prachtige aria van de opera „La Tosca" strijkt het JL JLlr, kostuum van de prima donna Lisa Delia Robbia, langs een vati de kaarsen op het toonecl en vat vlam. Eén der toeschouwers, Gerard Fitzgerald, springt uit zijn loge om hulp te verleenen, maar krijgt een leelijken slag van het snel neergelaten doek. Lisa wil, dat de bewustelooze jongeman naar haar villa gebracht wordt en dit geschiedt ook, ondanks de bezwaren van Mrs. Flora Preston, de jonge weduwe, waaree Gerard in zijn loge zat. Gerards verblijf in de villa van de :hoone Lisa, tot wier bewonderaars hij reeds lang behoorde, wordt een idylle en Gerard wijkt niet meer van de zijde der zangeres. Als het tweetal zijn intrek neemt in een gerenommeerd Venetiaansch hotel, worden er overal al praatjes verteld en Lisa's manager, Farnham, waarschuwt haar voor de gevolgen. Maar Gerard doet alle bezwaren vervliegen door de verrassende mededeeling, dat hij en Lisa man en vrouw zijn. Gerard is voornemens Lisa's Europeesche tournee tot een lange, verrukkelijke huwelijkreis te maken, maar äl te dikwijls wordt hij aangesproken als: mijnheer Delia Robbia en äl te vaak moet .hij op Lisa's schoothondje Toto passen, en de trouwe bedienden der prima donna toonen juist iets te weinig respect voor zijn rediten. Zoodoende is hij blij, als het einde van de tournee nadert, waarna hij met Lisa voor geruimen tijd naar zijn vaderland, Amerika, zal vertrekken. Op het laatste moment krijgt Lisa echter een té verleidelijk aanbod voor een tournee door Scandinavië en Gerard, baloorig, neemt alleen de boot naar de Ver. Staten, aan boord, waarvan hij zoowaar Flora Preston weer ontmoet. Terwijl Lisa overal op het tooneel groot succes behaalt, verliest zij intusschen haar echtgenoot aan Flora, zoodat zij plotseling een telegram van Gerard krijgt, dat hij wil scheiden. Doodehjk verschrikt, vertrekt Lisa onmiddellijk naar de Ver. Staten, waar zij zeer onverwacht tegenover Gerard staat. Hun eerste ontmoeting loopt uit op een hevige scène, maar Lisa geeft toch de hoop nog niet op, Gerard terug te zullen winnen. Wanneer Gerard haar telefonisch verzoekt bij zijn advocaat te komen voor een bespreking van de financieele zijde
MICHELETTE BURANI EN PAUL PORCASI.
CARY GRANT, ELISSA LANDI, CECILIA PARKER EN FRANK ALBERTSON.
der echtscheiding, weigert zij hierover te beraadslagen, zonder dat Flora er bij is, die immers als Gerards aanstaande vrouw belang heeft bij zijn financiën. Zij stelt voor de bespreking op haar kamers te houden en vraagt Gerard met Flora ten eten. In Lisa's vroolijken kring amuseert Gerard zich dien avond weer als van ouds, maar voor de twee vrouwelijke hoofdpersonen verstrijkt het diner natuurlijk in een eigenaardige spanning. Lisa slaagt intusschen in haar opzet Gerard te doen voelen, dat hij meer bij häär dan bij Flora hoort. Als het tijd van heengaan is, laat Gerard Flora alleen naar huis gaan, om thans met Lisa de bespreking te kunnen hebben, die er dien avond weer biji in is gegeschoten. De bespreking wprdt echter een wederzijdsche liefdesverklaring en de scheiding, zoowel als Lisa's nieuwe tournee door Zuid-Amerika, worden afgelast. Flora snelt den volgenden morgen naar Lisa's appartementen en maakt 'n hevige scène. Bij het verlaten van het hotel houden een paar reporters haar aan, die haar kennen als de rivale van de prima donna. Als die hooren, dat Flora's huwelijk met Gerard niet doorgaat, ruiken zij onmiddellijk kopij. Spoedig daarop verdringen zich de krantenmenschen voor Lisa's deur, maar niemand wordt binnengelaten.' Alleen Farnham iiiet kans, om via de keukenlift het huis binnen te dringen. De belegering neemt een dergelijken omvang aan, dat het jonge paar tot de vlucht door een achterdeur besluit... ja, Gerard is zelfs bereid, om naar Zuid-Amerika de wijk te nemen, als hij daarmede aan deze herrie kan ontkomen. En zoo dalen de prima donna en haar echtgenoot in de keukenlift omlaag. Als Lisa daarbij Toto weer aan Gerards hoede wil toevertrouwen, weigert deze dit op nadrukkelijke wijze en Lisa sluit haar man vol bewondering in haar armen...
did)
OO
U^To^MoW
zmKe /o#os
„Ik h*b «an «ardtg raadsel" Sprak meester tol de klas, Het Is misschien wat moeilijk, 'k Wad niemand raadt het ras. 'I Ruikt heerlijker dan roien, 't Is blanker dan Ivoor, Hel maakt je rein, al ben je Nog zwarter dan een Moor. E^B33IEBBi ^ stukken LUK aan Mevrouw | 3 stukken Lux aan den Heer | 3 stukken Lux aan Mevrouw { 3 stukken Lux aan den Heer ) 3 jtukken Lu« aan Mevr Dr
'iGeeh schuim, zo zacht en heilzaam Voor lichaam en gelaal. Het komt van eed'le stoffen; 't Is Hollands labrikaal . . . Maar voor hij ken vervolgen. Riep plots d« klas In koor; ,,U hoeft niets meer te zeggen, 'l Is Lux Toilet Zeep, hoor!"
Toilet Zeep per mfland gedurende 10 G. SeijHardt. Oettt. Toilet Zeep p«r maand gedurende 5 A. Bots. Rotterdam. Toilet Zeep per maand gedurende 3 H L Boersma, Enschede. Toilet Zeep per maand gedurende 2 Adr. de Munck Jr., Middelburg. Toilet Zeep per maand gedurende 1 K J. Cremer, Zevenhoven.
jaar jaar jaar jaar jaar
Van 6» 300 volffanda daalnamaMiian) ward* Lu. TaHal ZMP UrwÉ|I da »••rlga datar groi •antd«ag( aan da wnnaari -a-dan atgaionda Da -ollad.ga iljil mal alia nama da' bakroonda iniandaM lift t*r Iniaga (an hantora .an I Lavari Zaap MN N.V., Mutaiim ark 1. Rottardam Walt. Aan alUn d
LUX
TOILET ZEEP LTS 61 -0264»'
GODFRIED DE GROOT Met
deze
nieuwe ^
•
Gevaert Film kunt U QP/QW, zelfs thuis bij lamplicht jMMMSSUSMliM
goede foto's maken. VI
JAN LUYKENSTRAAT 2A TELEFOON
-
AMSTERDAM
28474
I
„Nog niet g-etrouwd?" „Neen." ^Maar ik dacht, dat je vues had op een bepaald meisje?" „Had ik ook, maar óp den avond, dat ik haar ten huwelijk vroeg, vertelde ze mij, dat ze dol was op Feith en Ten Cate en De Genestet. Wat voor kans heb je nou bij een meisje, dat op drie andere kerels verliefd is?"
SPECIALITEIT IN MODERNE EN ARTISTIEKE FOTO'S
MEN ZIE Di VELE REPRODUCTIES VAN ONS WERK IN .HET WEEKBLAD" CINEMA & THEATER.
„Watf Vijftien gulden brengt U mij in rekening voor 't trekken van een onnoozelen tand?'' „Het spijt mij, maar U hebt zoo hard geschreeuwd, dat U twee andere patiënten heeft weggejHagd f" SHARON LYNNE EN ELISSA LANDI.
VERWACHT:
HET JOUGE WEEUWTJE met Maurice Chevalier en Jeanette Mac Donald Regie: Ernst Lubitsch Muziek: Franz Léhar Een Metro - Goldwyn - Mayer Film ELISSA LANDI EN CARY GRANT.
- 18 -
Apent: „Ha-ha! Naar een gemaskerd bal geweest als inbreker . . . Nee man, dat praatje vertel je morgenochtend maar aan den commissarisl" Verdachte: „M-m-maar ik bèn de commissarisf
ILIEMÏIE- IEM Z€IMIE1BIM€IDIE 191351 PREMIE VOOR ONZE LEZERESSEN rri»'»""--
irt 1935
f Duross bAtmoux. ft HUI D-AITOOUT »HIS
Fori*>»al
25 , 36 eM. Formaat 24 x 32 cM
\A/ij zijn in de gelegenheid om onzen ▼ » lezeressen een bijzondere premie aan te bieden, bestaande uit een serie Fransche modebladen en wel het album Saisons, Lente-Zomer 1935, groot 36 pagina's folio-formaat; het album Tailleurs et Manteaux, Lente-Zomer 1 935, groot 24 pagina's folio-formaat. Deze albums bevatten een groot aantal der nieuwste Parijsche modellen, zoowel voor costuums, blouses, hoeden, als voor
mantels in verschillend genre. Beide albums tezamen tegen den prijs van slechts 55 cent franco huis. Tevens hebben wij een premie voor onze lezeressen, die een keurig overzicht der nieuwe kinder-modes willen bezitten. Het album draagt den naam: Les Jolies Modes d'Enfants, Lente-Zomer 1935. De prijs van dit album is voor haar slechts 25 cents franco per post.
Zij, die de drie albums bestellen, kunnen deze gezamenlijk voor 75 cent ontvangen.
BON
VOOR DE LEZERESSEN VAN „HET WEEKBLAD" C.NEMA «. THEAT ER
De ondergeteekende verlangt te ontvangen: ex. Saisons
ex. Les Jolies Modes d'Enfants
ex. Tailleurs et Manteaux
tegen den prijs van 25 cent
tegen den prijs van 55 cent voor beide albums
(Veivolè van pag. 12) verlegen nieuwsgierigheid en de hebzucht naar méér geschenken tegenover zich vinden of hij zou zich zoo aanstonds wentelen in krampachtige stervenspijn, wanneer de pijlen der wilden hun vergif door zijn aderen zonden. Wat Tio Lemos betreft, wie zal zeggen wat er in hem omging? Zijn lichaam, geschoold in de omzichtige, nauwkeurige, als terloopsche bewegingen, noodig om den angst der wilden te doen bedaren, bewoog zich kalm in de open plek. Met zijn uitgestrekte armen leek hij als aan een onzichtbaar kruis genageld — verscheurd en vertrokken door de smart van zijn gedachten. Hoe vele malen was hij zoo uitgegaan, zijn lichaam bloot gevend aan zijn vijanden, terwijl zijn hersens bezweken onder den last van een brandend verlangen ? Hoe dikwijls was de hoop, die zijn afgemartelde ledematen voortdreef in de duisternis van het onbekende, gestorven en weer opgevlamd in de asch van zijn teleurstelling ? Zijn uitgemergeld lichaam stond, groot en onbeweeglijk, in 't maanlicht. Zijn geoefende stem smolt in de stilte weg. ,,Aemu, Aemu.... kameraden, de blanke man begroet u met geschenken..." Een geritsel in de boomen, een gewaarwording, dat overal oogen waren — oogen, nieuwsgierig, begeerig, wantrouwend of glinsterend van bloeddorst. Een geritsel, dat tot geschuifel werd, een half angstig gegichel — — en een jonge held met een lans en een blaaspijp kwam uit het struikgewas te voorschijn. Het gegichel herhaalde zich en twee
Het bedrag is per postwissel aan u afgezonden - is gestort op het gironummer 418 80
rout UOßßlCEK irt
Dezen bon in te vullen en uit te knippen, In open enveloppe, geadresseerd aan de Adm. van Hel-Weekblad Cinema & Theater, Galgewater 22, Leiden, als drukwerk verzenden.
AH DER
LL — 20 -
DE NIEUWSTE OPNAME VAN DE PARAMOUNT-STER HELEN MACK.
andere Indianen voegden zich bij den eerste. Smith slaakte een zucht van opluchting. „Hebben hun vrouwen bij zich," mompelde hij. „De zaak schijnt in orde te zijn." Nu stond Raoul op, zijn handen vol goedkoope snuisterijen, kettingen, armbanden, messen, zeep. Zich bij zijn landgenoot voegend, legde hij zijn geweer op den grond en bood zijn geschenken aan. Een oogenblik van stilte, toen volgde de jonge Indiaan, die zich het eerst buiten de bescherming der boomen had gewaagd, Raouls voorbeeld en legde lans en blaaspijp terzijde. Daarna kwam hij naar voren, nam de geschenken in ontvangst en sprong naar zijn wapens terug. De betoovering was verbroken. Andere gestalten waagden het hun schuwheid te laten varen en slopen in den — 21 -
kring van bleek maanlicht. Donkcrhuidige mannen en vrouwen met platte Mongoolschc gezichten, gevlochten haar, glad en vet, met bloed doorloopcn oogen — bijziend door het angstige loeren in den schemer der wouden . . . allen, behalve een . . . een rijzige en blanke gedaante. Dick voelde zich verstijven . .. Hij had wel van spelingen der natuur gehoord... maar waren dat Andalusische, kastanjeIVervolg, op päQina 23)
BEZOEKT HET
TE ROTTERDAM
■™
VK&yt^'
GESPRJEKKEN MH MIJN
Is het waar, dat er in Nederland e film ,,Napoleon Bonaparte", welvoorloopig geen nieuwe bioscopen ke onder regie van Abel Gance te geopend mogen worden?" Parijs werd opgenomen, is thans „Inderdaad, Pietersen, heeft de Nedergereed. Regisseur Julien Duvivier werkt nog landsche Bioscoop Bond dit wijze besluit aan de film genomen. De nieuwe theaters rezen als pad„Het privé- destoelen uit den grond en er was niet direct leven van Na- behoefte aan. Om te Voorkomen, dat er een poleon I". teveel aan theaters en een tekort aan puLilian Har- bliek zou komen, heeft men besloten den veys tweede aanbouw van nieuwe bioscooppaleizen te • " Engelsche film verbieden." zal vervaardigd „Hoeveel toonfilm-theaters zijn er in ons worden naar land en hoeveel in de andere landen?" een sprookje „Dat kan ik je precies zeggen. Ik heb van Grimm. hier een opgave van einde 1934. Er waren Gustav Fröh- toen in Nederland 252 bioscopen voor gelich zal onder luidsfilms, in 1933 waren het er 240. In regie van Hans België zijn er 650, daar waren er in 1933 Deppe de maar 400. Je ziet, dat er bij onze buren hoofdrol ver- flink gebouwd wordt. Duitschland heeft LILIAN HARVEY tolken in „Een 4489 bioscopen, Engeland 4608, Frartkrijk carnavalsnacht". Het scenario is door Hans 2900, Italië 2095, Rusland 1800, Spanje Rameau geschreven. 1333. Zweden 843, Oostenrijk 650, ZwitHans Albers zal onder regie van Jacques serland 310, Noorwegen 204, Portugal 168 Feyder de hoofdrol spelen in „Michel Stro- en Turkije 60. In geheel Europa zijn 23460 goff'. De film wordt in Frankrijk opgebioscopen met geluidsweergave; in 1933 nomen. waren het er 20934." Rouben Mamoulian zal de film „The „En hoeveel theaters zijn er nu buiten forty days of Musa Dagh" voor de Metro- Europa?" Goldwyn-Mayer in scène zetten. „Van de Vereenigde Staten van Amerika Conrad Veidt is voor een film door heb ik de juiste gegevens nog niet. Maar ik Alexander Korzal je de getallen van verschillende andere da geëngageerd. landen noemen. Cuba heeft 150 bioscopen, Ann Harding Mexico 350, Brazilië 800, Uruguay 120, en Gary Cooper Panama 36, Salvador 24, China 157, Siapi zullen de hoofd12^ Japan 877, Palestina 22 en Irak 6." ' rollen vervullen „Is Brigitte Helm, nu ze uit de gevangein de Paranis ontslagen is, alweer aan het filmen?" mountfilm „Pe„Ze heeft verschillende engagementen, ter Ibbetson"; want ze werkt niet alleen meer voor de Ufa. regie van HenOp het oogenblik echter is ze ziek. Ze heeft ry Hathaway. een ernstigen griepaanval." Heinrich „Wat gaat Ramon Novarro nu doen? Hij George, Theois toch bij de Metro-Goldwyn-Mayer weg?" dor Loos, Willy Birgel, Ari„Hij wordt zelf directeur en gaat op eigen rekening een Spaansche film maken, waarbert Wäscher, ANN HARDING Erich Ponto en voor hij zelf het scenario heeft geschreven, Franz Nicklisch werden geëngageerd voor de getiteldr-'„Against the current". Ook de regie heeft hij op zich'genomen." film „St. Joan". Regie van Gustav Ucicky. „Is de film van Charlie Chaplin al geSeymour Hicks speelt de hoofdrol in de reed''" Engelsche film „A Christmas Carol". Harold Young gaat de Paramount-film „Nog niet. Zeer waarschijnlijk zal een „Jungle" met Gary Grant in de hoofdrol gedeelte van deze rolprent in Venetië worden regisseeren. opgenomen en Charlie met zijn staf zullen De Ufa zal een film doen opnemen, geti- dan ook binnenkort naar Italië vertrekken." teld „Die voll„Heb je gehoord van dat duel in Frankrijk ?" kommene Frau". „Je bedoelt zeker, dat duel tusschen den Paul Muni journalist Bertrand de Jouvenel en den respeelt de hoofd- gisseur Julien Duvivier. Het is gelukkig niet rol in „Man doorgegaan. Als alle filmmenschen de jout* against death". nalistcn zouden uitdagen, omdat ze een slechClaudette Col- te critiek hadden gegeven, Pietersen, nou, bert is geënga- dan ging ik gauw leeren schermen!" geerd voor de „Is Jan Kiepura al naar Hollywood verfilm „If you trokken?" could only „Nog niet. Hij maakt eerst nog een film cook". Al San- te Berlijn. Ernst Marischka schrijft het scetell zet de film nario. Men is in Duitschland erg kwaad, dat in scène. Ja.n Kiepura naar Hollywood wil, omdat hij PAUL MUNI . Dolly Haas zijn roem aan Duitschland te danken heeft, is wederom.door zooals men zegt. Maar Jan denkt blijkbaar dc British International te Londen geënga- meer aan den dollar en wil dolgraag eens in geerd voor een nieuwe film. echte, groote super-films spelen!"
B
N« «an korte ongeiteldhaid It da jonga Framcha (llmttar Edith Méra la Pariji ovarladan.
Da fllmactrlca Hanne Waag heeft door aan plot. sellnga zlakta haar opnamen moeten onderbraken.
Da (IlmrtarEllan Schwannacka II ta Weeren voor hat ondergaan van aan oparatla In aan xlakantiuli opgenomen.
Da bakanda clown Grock heeft aan operette gecomponeerd. Daia zal binnenkort la Pariji opgevoerd worden.
Da ragluaur Adrlaan v. d. Hont zal hal volganda lalzoen gaan daal maar uitmaken van hal Var. Rollerdamich-Hofslad-Toonaal.
Lilian Harvey an Hans Alben zijn balda waar door de Ufa geëngageerd.
[Vervolg van pag. 21) kleurige haar, die oogen van een Andalusisch blauw, een speling der natuur — die welhaast hoogmoedige gratie van een intuïtief zich verheven weten boven die waardelooze prullen ? Een kreet onderbrak de onsamenhangende keelgeluiden der inboorlingen. Een schreeuw uit de diepten van een menschenhart, die tot aan de sterren opklonk. „Mariposal" Twintig jaren van zorgvuldige zclftucht, twintig jaar van ijzeren zelfbedwang — verdwenen! „O, die vervloekte dwaas!" riep Smith, zijn geweer oprichtend. Raoul en Dick wierpen zich plat op den grond. Met het geluid van een zomersche regenbui op dicht loover, suisden pijlen door de open ruimte. De wantrouwende inboorlingen meenden verraad te speuren. Schreiend, lachend, strompelde Tio Lemos naar voren. Onder een donkere gedaante, hem vastgrijpend in waanzinnige verschrikking, viel het meisje op den grond. Een Zuidelijk accent, verbaasd, bedroefd, bij dezen heftigen tegenstand, waarschuwde fel. Drie schoten knetterden na elkaar uit Smiths geweer. Uit de duisternis klonk een kreet en een verstikt hijgen. „Aemu!" kreunde Tio Lemos en stilte dreef zachtjes over de open vlakte. VI. In de ongerepte rust van den vroegen morgen lagen twee kano's in de uitgestrektheid van een wijde watervlakte, zij aan zij, de Indiaansche roeiers van uitputting slapend als plokken lood. De eerste zonnestralen zonden een twinkelenden glans over de doffe wateren. De Victoria Regia's leken wel gloeiende saffieren. Onder de tent van de kleinste kano lag, door Raoul ondersteund, Tio Lemos, op zijn voorhoofd het klamme zweet van den stervende, maar in zijn oogen een nieuw licht van geloof en liefde. Smith, midscheeps de andere kano, spande zich in, om met nerveuze handen de beide booten bij elkaar te houden en in den achtersteven was Dicks aandachtige blik gericht op een slank figuurtje, waarvan de houding norsche berusting te kennen gaf, getemperd door een ondefinieerbaar iets, dat méér dan nieuwsgierigheid was en bijna een peinzende poging tot begrijpen. „Beur mij op, Raoul," klonk Tio Lemos' nu klanklooze stem, „ik heb niet veel tijd meer." Met voorzichtige teederheid zette Raoul hem overeind. De worsteling van Tio Lemos met het vergif van de pijlen was een heldenstrijd geweest, maar thans was zij haast voorbij. „Lees mij de boodschap nog eens voor, mijn zoon!" Met oogen, omfloerst door. niet terug te dringen tranen, staarde Raoul naar den blooten arm van het meisje. Verwrongen door haar groei tot rijper jaren, schemerden nauwelijks leesbare, getatouëerde letters donker door de olijfkleurige blankheid van haar huid.
„Esperanza, dochter van mijn beminden echtgenoot, Martin Pereira tf.e Lemos. Stervend beveel ik haar in de hoede van God en van U die dit leest." „Esperanza — —■ hoop! Ook in haar was de hoop levend gebleven!.... Je zult voor haar zorgen, mijn zoon, nietwaar ^ je zult haar meenemen naar Manaos ?" Onstuimig barstte Dick uit: „Ik zal haar meenemen, naar huis, naar de Vereenigde Staten. Ze zal het beste hebben, wat in de beschaafde wereld maar voor een jong meisje te krijgen is — —" Tio Lemos onderbrak hem met een zwak, vermoeid handgebaar. Zijn glimlach was onuitsorekelijk zacht. HLM-ENTHOU5IASTEN M. v. L. £e BIEBERG. Zend he.e scenario aan den heer Loet C. Barnstyn, Hoefkade 9, 's-Gravenhage of aan MajesticFilm, Westermarkt 2, Amsterdam. M. v. G. te SCHEVENINGEN. Wendt Q roet deze vragen tot de Paramount, Keizersgracht 399, Amsterdam. Beide films werden door deze maatschappij in ons land uitgebracht en ook het fotomateriaal is in hun bezit. H. V. te ROTTERDAM. Dergelijke vragen beantwoorden wij steeds in deze rubriek. Onnoodig dus postzegel voor ant" woord in te sluiten. Tegen betaling zijn bij ons seen foto's verkrijgbaar. M. D. te UTRECHT. Het adres van Janet Gaynor is 1401 Western Avenue, Los Angeles, Californië. Voor foto drie antwoord-coupons insluiten. T. v. d. L. te A55EN. Hierbij de gevraagde studio-adressen. Columbia-studios, 1438 Gower Street, Hollywood. United Artists-studios, 1041 North Formosa Avenue, Hollywood. Universal-studios, Universal-City, Californië. S. H. te 's-GRAVENHAGE. Bing Crosby is den 2den Mei jarig. Zijn adres is 5451 Marathon Street, Hollywood. L. G. D. te ROTTERDAM. Hierbij de gevraagde verjaardagen. Maurice Chevalier, 12 September. John Boles, 27 October. Sally O'Neill, 23 October. K. H. T. B. te 's-GRAVENHAGE. Georg Alexander is getrouwd. Zijn echtgenoote is geen actrice. Camilla Horn woont Jagowstrasse 12, Berlijn. Zij zal Uw brief zeker beantwoorden. T. v. L. te AMERSFOORT. Het adres van Dinah Grace is thans Waitzstrasse 17, Berlijn. Niet vergeten een antwoord-coupon
Ook U kunt zóó Slank worden wanneerU vanaf heden FACIL PASTILLES gaat gebruiken. Zelfs wanneer alle andere middelen hebben gefaald zult U spoedig tot Uw blijdschap bemerken, dat FACIL PASTILLES U de lang gewenschte resultaten zullen geven. FACIL PASTILLES zijn dan ook een ware uitkomst voor hen, die op een aangename, billijke en spoedige wijze slank willen worden. Zij zijn verkrijgbaar bij apothekers en drogisten voor den prijs van f 3.per buis van 1 00 stuks.
FACIL „U bent heel vriendelijk, Senhor Vansitter, en ik dank u. Maar het is onmogelijk. U ziet, mijn dochter is ook door den greep van de jungle gepakt — —, heeft den smaak van de wildernis geproefd, de roepstem van het oerwoud gehoord. Zooicts vergeet men maar heel langzaam. Raoul, neem haar mee naar de goede vaders in Manaos ... Ik wil, dat zij Mariposa genoemd zal worden — naar haar moeder; Esperanza — naar den wensch van mijn liefste — — en Dolores — naar onze smarten, alles volgens Spaansche gewoonte. Je zult dit voor me doen, nietwaar?" Drie hoofden knikten. „Wat mij aangaat, mijn vrienden, laat mijn lichaam hier, vertrouw het aan de Amazone toe — — de onweerstaanbare rivier heeft er al die jaren naar gehongerd. Richt mij hooger op, Raoul, dat ik mijn dochter kan zien ... Nu ik jou gezien heb, mijn kind, — hoe gemakkelijk zal het mij vallen je moeder te herkennen — mijn liefste, naar wie ik nu ga...."
in te sluiten. D. L. W. te AMSTERDAM. Greta Garbo is werkelijk niet verloofd. U moet haar schrijven Metro-Goldwyn-Mayer» studios, Culver-City, Californië. De regisseur, die met Lilian Harvey naar Europa teruggereisd is, was Paul Martin. Dorothea Wieck woont Hohenzollerndamm35, Berlijn. Zij is getrouwd. F. N. te AMSTERDAM. Käthe von Nagy is thans op reis. U moet haar schrijven per adres Eden Hotel, Berlijn. Voorloopig zal zij niet filmen. Zij is gescheiden van den regisseur Constantin David. Adolf Wohlbrück is niet getrouwd. I. W. K. L. te VENLO. Hierbij de gevraagde verjaardagen. Rudolf Forster, 30 October. Jessie Vihrog. 19 October. Willi Forst, 8 April. Niet vergeten een antwoordcoupon in te sluiten.
- 22 — — 23 -
Achter de verdwijnende kano's rees de zon steeds hooger; uit de dampigc moerassen stegen de muskieten en de roode vliegen op, om hun gonzende, eeuwen-heugende wacht te betrekken. De krokodillen strekten zich vadsig; met wijd-gapende kaken vingen ze op hun kleverige tongen de vliegen, die hun bestaan offerden, om hen in het leven te houden. De wateren lagen stil, cynisch, in rimpellooze onbewogenheid. Het was, alsof zij, wilder en bloeddorstiger dan eenig dier op hun oevers, voelden dat ze, door Tio Lemos' lichaam op te nemen, een strijd gewonnen hadden, die twintig jaar had geduurd.
van
^— .
voornamelijk toe op 't declameerenvasten onder leirfino- von u verzen. In zijn weinigen, vrijen tijd nam O, rnh A ^ a" Van Dalsum> Gllhu Cc>en hij nog les van Tan C de Vos rf^ ^ T y|' ^smk, Ger. Arbous
hem tot de realiteirterugbracht
Le^
n.lJaCq-
Sluyte
^-
dc^Tl SM ?Wam
nU Van
dus
Va
"
tT^oTo^T^^ , • , Rotterdamsch HnfSn ^r Um ^ het tad Tooneel hii ™H i -^ . waar oi H '/^^ ^ Van der Lu&t Caesar ' vervult"" BrUtUS " 'JuliUS
eTn tl ïot^nenlnlev^Tn Tat einsehe uiting ^T'^t
te ^ ^^^ in ^^ - Engeland Hafc.^tn San^ke ^
Niettemin gaf De Vos Sr hem ^n introductie voor Royaards die indien tijd, in i9o9, bezig Ls mk% iromë Vondel-ensceneeringcn. En zoo debuteerde Albert van Dalsum als de aartsengel in „Adam in Balling^hap" Een van de dingen, die Van Dalsum yich van dit debuu herinnert is Tat S zijn gezicht en hanSen'had moeten schminken, doch zijn handen vergeten had, zoodat deze donker afstakenfeïen zijn kostuum van aartsemS en Royaards hem op het TaSroogenbhk hierop attent moest maken I In die periode speeldeR^yaard biina uitsluitend\lassiek^of rlaml eh w k en na eenigen tijd begon Van Dakum
vT'i !? I924 ging Van Dalsum met trad o'H^ ^ .Amsterdam en t ^l ^ "Vereemgd^Tooneel". In 1929 begon Van Dalsum met Dr. Wynand Frans het Oost Nederlandsch Tooneel. Hij werkte Werkte samen met DefreTne eT'deze"'samcnw f™nmet *„; ' . erking was Van yCer t^l ""^ ^^ groote h^ V or het oo ^"^ t ° ; neel in Nederland, kwL J' Ver ^dreVen eXpreSsionisme deTanS ^u^- terUg' doch zaS . noodzakelijkheid in van een grooter ^Z^TTM Zn D T^ 9 v„ J l .m Van Dalsum met 6C artlstleke AZ^ J aiding van het inTo^ de ^^ •'ïïT1..^ zich- Nadat hJP Koninklijke Vereeniging omaamsche looncelverceniging" tot stand welke nog zoo kort geleden groote successen boekte. Voor tal van stukken heeft Van Ualsum ook de decors ontworpen Het decor moet een deel van de handeling zijn en moet de werkelijkheid slechts in zooverre benaderen, dat het r°v ^naderen, dat het de de hanhan1 maak? Ged^T ^ ™^^ hl f^V ^ f Cndc ^ toneel-carrière to^gepait ^^ ^ 0Ok Velemale11
AILBEIRTr VAIN1 DAILSUIM) in gesprek met den tooneeldecorateur Louis Richter. {Potv Godfried de Groot)
was
die verzenboekjes eenfïf ^ïand^ eer eerst eens een dialoog tusschen twee menschen," begon de oude Jan hem te zeggen. Hij bracht Van Dalsum het begfp bij, ^atmtn SS
van een anderen kant te leeren kennen Hij kreeg zijn eerste groote kans in Shaws „Mensch en Oppermensch". Daarna volgde de „Gijsbrecht". In het begin van den oorlog combineerden eenige tooneelspelers zich voor het geven van een zomerspel in het openluchttheater te Bergen fN H ^ Men speelde o.a. Vondels ToseDh in Doth-J'. Er werd pre Ui/ enPgaeS samengewerkt, zoodat men spoedi/be sloot het „Groot Tooneel" op te rich
16 Maart as. is de dag, waarop Albert van Dalsum vijfentwintig jaar geleden als tooneelspeler de planken betrad. In den Amsterdamschen Stadsschouwburg zal, met een door hem geregisseerde voorstelling van Shakespeares „Othello", dit feit feestelijk herdacht worden. Albert van Dalsum is den sden januari i»«9 te Amsterdam geboren. Hij Hep de driejarige H.B.S. af, tegelijk met tor Ruys en Adolf Bouwmeester Hierna trad hij in dienst bij de Nederlandsche Spoorwegen.
Dit
71J GfW Wij, moderne menschen, beschouwen de gemakken, waarmee wij omgeven zijn, zóó als vanzelfsprekend, dat we d'r eigenlijk maar heelemaal niet aan denken, dat hetgeen we nu hebben, vroeger heel anders was, en héél veel minder aangenaam. Een voorbeeld? Ik zal er u dadelijk een geven. Een, dat wel heel sterk illustreert, wat ik zeggen wilde.
Ons bed. Wanneer we 's avonds (hoe laat, dat moet u zeU maar weten I) naar bed gaan en genieten van de voordeelen, welke door techniek en smaak voor ons zijn gereed gemaakt, dan denken we er niet meer aan, dat de menschen het vroeger als het gewoonste ding ter wereld beschouwden om, hoogstens in een dierenvacht gehuld, zich op den harden vloer neer te leggen en te slapen. Wanneer ge wel erels in een museum de bedden van vroeger hebt bekeken, de veel te kleine, benauwde legersteden, dan zult ge zeker tot de conclusie zijn gekomen, dat er toch wèl wat is verbeterd. Hoeveel geriefelijker, gezonder, beter is het bed van tegenwoordig. Ook in de slaapkleedij is heel wat veranderd. Vooral voor de vrouw. Zij gaat niet meer in een onelegante of onpractlsche nachtjapon onder de wol. Zij kiest zich een luchtig, sierlijk nachthemd, of een pyama, welke het voordeel heeft, dat zij, 's morgens na het opstaan, zich gemakkelijk daarin kan bewegen en op haar gemak dehonderd en een dingen kan doen, die nu eenmaal moeten gedaan worden tusschen het moment van het wakker worden en het „gekleed" zijn. De pyama is van een slaapkamerkleedingstuk geleidelijk geworden tot de morgen- en strandkleedij. Dat deze verandering ook van invloed is geweest op de keuze van de stof, de versiering, den snit zal men heel wel kunnen begrijpen. Er is ,,mode", ook in de pyama's en in de nachtjaponnen. Waarom ook niet? De vrouw heeft het recht en de plicht om voor elk uur van den dag haar kleeding zoo goed, dat is zoo aangenaam mogelijk en zoo flatteerend als het kan, te kiezen. Op deze pagina laat ik u enkele van die variaties zien. Afwisseling genoeg om vast te stellen hoe aantrekkelijk ZIJ kan zijn wanneer zij gaat slapen of opstaat. L. E. KOS 1. Pyama van effen gekleurde stof, hoog aan den hals gesloten met eenvoudige versiering in dezelfde kleur. Nachthemd met Russische sluiting aan den hals en ceintuur van licht gestreepte stof met manteltje in dezelfde kleur.
Da,sum bi
J
Het is weer het oude liedje van ouders, die er op tegen zijn, dat hun zoon aan het tooneel gaat, omdat er zoo weinig vooruitzicht in zit, ook toen al! Daar stoorde hij zich heel weinig aan, want het stond bij hem vast dat zijn roeping het tooneel was. Zijn liefde voor het tooneel was buitengewoon groot; vooral de poëzie trok hem aan en hij Jegde zich dan ook
2. Een elegant nachthemd met kant en korte mouwen, in licht gekleurde stof met witte garneering. 3.
Pyama met jumper, jasje en broek, geschikt zoowel voor 's nachts als voor het strand.
4.
Eenvoudige, doch fiatteerende nachtkleeding, hoog sluitend en met wijden r
5.
Nachtkleeding van gebloemde stof, met losse ceintuur en jakje.
6. Nachtkleeding uit gebloemde stof, met lagen hals en korte mouwen, eenvoudig doch flatteus afgewerkt. 7. Links : pyama uit twee stukken gemaakt. Uitstekend geschikt ook voor morgenkleeding. Rechts: pyama met broek of rok, ook geschikt voor rtiorgenkleeding en aan het strand. Bij voorkeur uit effen Ücht gekleurde stof te maken.
treft, maar men moet toegeven, dat men over het algemeen wegens haar veelzijdige uitingen aan den smaak van het publiek kan voldoen." Bij de Warner Bros-filmmaatschappij worden circa 15000 verhalen per jaar gelezen, waarvan er misschien twaalf worden verfilmd. Men beschikt over een staf van medewerkers, die Fransch, Duitsch, Hongaarsch, Russisch, Spaansch, Zweedsch, Italiaansch, Nederlandsch en natuurlijk Engelsch lezen. De filialen der maatschappij zorgen, dat de romans, die in verschillende landen opgang maken, direct naar Hollywood worden opgezonden. Want veel gelezen romans blijven steeds een dankbaar onderwerp!
ïDe lofgeDalleiß oan een sceinarioschrijoer Er bestaan geen wetten, die het schrijven voor- de film verbieden, hetgeen jammer is," beweert Walther Mac Ewen, scenario-schrijver voor Warner Bros, wien het leven min of meer ondraaglijk wordt gemaakt door menschen, die hem lastig komen vallen met het laten doorlezen van hun pennevruchten, natuurlijk met het doel ze aan Warner Bros te verkoopen. Walther is een kalme, lankmoedige jongeman, wiens taak het is om het kaf van het koren te scheiden en die daarbij moet erkennen, dat hij helaas het grootste deel van den dag tusschen het kaf doorbrengt. ..Waarom denkt iedereen in 's hemelsnaam een scenario te kunnen schrijven?" vroeg hij mij onlangs. „Hier hebt u b.v. zoo'n gcestesproduct, dat wij zooeven met de post toegezonden kregen. De titel luidt: „THE PANAMA MYSTERY GIRL". De inhoud is als volgt: „Laat mij gaan, mijnheer Kelway, hoe durf je? O, hoe heb je den moed?" Het maanlicht beschijnt Ann Trevis' smalle en bleeke gezicht, waarin haar blauwe oogen fonkelden van toorn en angst. Hij lacht slechts rauw en cynisch. „Ik laat je niet gaan. Ik kan je niet laten gaan. Je hebt mij den laatsten tijd steeds gemeden." Dan duwt ze hem naar de sloot, die vol slijk en modder was van den pasgevallcn regen. Hij valt in het water met een harden plons. Vol afschuw ontvlucht zij de plaats der misdaad, terwijl zij beeft van agitatie en de koude ochtendwind door haar dunne kleeren waait. Ze neemt den trein naar Panama en bezoekt hij aankomst aldaar een restaurant. Ternauwernood is zij gezeten, of een man komt naar haar toe en zegt: ,,M,n naam is Jack Prune en ik zou het op prijs stellen, wanneer u in mijn nachtclub zoudt willen optreden." „Wel, daar voel ik wel iets voor!" en zij vertelt hem het verhaal van Kelway. Den "volgenden avond, als Ann voor het voetlicht treedt, ziet zij een vijftiental matrozen binnenkomen. Haar hart staat bijna stil van schrik, wanf aan een der tafels zit Henry Fulton, de matroos dien ze beloofd heeft te zullen trouwen, wanneer hij binnen twee jaren terug zou komen. Zij gaat naar hem toe en zegt: „Hallo Henry," en hij antwoordt: „Wat voer jij hier uit?" „Weet je dat niet?" zegt zij. „Ik ben degecn. die Kelway in het water smeet en nu is hij dood." Daarna bemoeit Jack er zich mede en verzoekt alle matrozen weg te gaan, doch zij weigeren. Dan roept Jack zijn mannen en als deze komen, ontspint zich een gevecht tusschen hen en de matrozen. Henry kust Ann en alle matrozen nemen hun muts af en zingen „Hail, Hail, the gang's all here"." De schrijver van dit kleine meesterstuk," voegt Mac Ewen er aan toe, beëindigt zijn brief met de mededeeling: „Wanneer u dit scenario kunt gebruiken, zendt me dan s.v.p. een' cheque." Dergelijke pennevruchten worden ons dagelijks toegezonden en ik zou u meer soortgelijke nonsens kunnen laten lezen. Het moeilijkste van het geval is, dat de schrijvers van deze epistels zelf gelooven, dat ze iets bijzonders hebben gewrocht en meenen, dat wanneer we hun werk niet koopen,
DE SCENARIOS WORDEN GELEZEN.
we het van hen stelen, m.a.w. dat we plagiaat plegen. Luister naar dit: Weled. Heer, Ik zou gaarne een roman, dien ik geschreven heb, willen verkoopen aan Warner Bros om te laten verfilmen. Ik ben er van overtuigd, dat u mijn roman zult waardeeren, want het is een goed verhaal. Indien u hem wenscht door te lezen, zal ik u hem toezenden, doch ik vertrouw, dat u mij niet in opspraak zult brengen, want ik ben van goeden huize. Wij vroegen de dame, die dezen brief schreef ons haar roman niet te willen toezenden, omdat wij haar niet in opspraak wenschten te brengen. Desondanks stuurde ze hem toch. Ik hoop slechts, dat haar afkomst van beter gehalte is dan haar story. Zelden ontvingen wij een goed gegeven, of ten minste een, dat voor ons geschikt is. Boeken, tooneelstukken en magazines kunnen goede „stuff" opleveren voor filmstories, terwijl er ook origineele scenario's worden geschreven door de schrijvers, die bij de groote filmmaatschappijen in dienst zijn. Dan zijn er ook nog journalisten en anderen, die met het filmwezen zijn opgegroeid, die talent hebben voor screenwriting. Vele menschen, die een film zien, welke is gemaakt naar den een of anderen roman, verwonderen er zich over, dat de film zooveel van het boek afwijkt. Maar zij vergeten, dat, wanneer wij den draad van het boek precies zouden volgen, de film meestal niet aannemelijk zou worden. Als voorbeeld moge het boek „British Agent" dienen, dat door ons werd verfilmd. Het is een uitstekend boek, doch niemand zou het, zooals het geschrewn is, voor film-scenario kunnen gebruiken. Er moesten coupures in worden aangebracht en het moest worden bewerkt, om het speelbaar te maken en gemakkelijker te kunnen volgen. Sommige karakter-types van het boek moesten anders worden geïnterpreteerd, ten einde ze geschikt te maken voor vertolking. Lange zinnen, die om te lezen niet gemist kunnen worden, moesten voor de film worden weggelaten, omdat ze te langdradig zouden zijn. Als voorbeeld noem ik die gedeelten, waarin een schrijver een psychologische ontleding geeft van een karakter. Een scenarioschrijver moet van het begin af aan zijn werk instellen op verfilming. Wij hebben werken van bekende schrijvers gekocht en om hun medewerking gevraagd voor het maken van het scenario, doch zij weigerden, omdat zij begrepen hun werk niet pasklaar voor de film te kunnen maken. De film is een zuiver en nauwkeurig afgestemd gevoelsapparaat en is bovendien een zeer volgzaam instrument, dat met haar combinatie van beeld en toon de twee belangrijkste elementen vormt voor een reproductie van het gegeven. Dat is de reden, waarom de film door millioenen menschen wordt begrepen. Het spreekt vanzelf, dat »iet iedere film den smaak van het publiek
l?l M ij
KN1PPUZZLE
was na een genoeglijk fuifje in een taxi naar huis gegaan. De taxi kwam echter in botsing met een groote autobus, zoodat mijn neef er bijna het leven bij had ingeschoten. „En ik ben al zoo laat! Wat zal mijn vrouw zeggen?" mopperde mijn neef. „Zal ik haar misschien even opbellen en zeggen, dat u een auto-ongeluk heeft gekregen?" bood de chauffeur bereidwillig aan. „Neen, laat maar. Met dat smoesje ben ik al zoo vaak bij haar aangekomen!"
Waarom zou ik hier weer de verklaring afleggen, dat ik groote bewondering voor de wetenschap heb? Dit heb ik al ereis een paar keer meer verteld en niets is vervelender dan herhalingen. Voor de wetenschap wel, voor die wetenschappelijke menschen niet altijd. Over die lui kan ik me soms duchtig ergeren. En om goede redenen. Neem nu maar ereis dat geval met die brieven van Mevr. de Wed. Toet-anch-Amon. Kent u niet? U vergist zich. Toet-anchAmon is de Egyptische Pharao, waarvan ze eenige jaren geleden het ^raf hebben gevonden en waarover zooveel pennen in beweging zijn gekomen. Mevr. Toet-anch-Amon was zijn vrouw, de Phara (niet de Vara, dat is heel wat anders!) van dien Pharao, die zoo jong stierf. Nu hebben ze weer nieuwe opgravingen gedaan en warempel, ze hebben brieven van het jonge wceuwtje gevonden. Heel intieme brieven, zóó intiem, dat ik het haast niet durf na te vertellen. Ik moet het wel doen, om aan te toonen, waarom ik mij terecht heb geërgerd. Mevr. de weduwe schreef aan den koning der Hitieten (een machtigen m'nheer in dien tijd), dat ze jong en mooi was en dat ze graag een anderen koning wilde hebben, nu haar lieve Toet dood was. Ze had gehoord, dat Z. M. der Hitieten zooveel knappe zoons had, of hij d'r nu niet een op zicht kon zenden. D'r was kans op een mooie positie: Pharao van Egypte. Stel je nu ereis voor, dat je in de tram zit en je vindt een damestaschje, dat een lieve dame, die net uitgestapt is, daar ha.d laten liggen. Je kijkt in het taschje, om te zien of je ook d'r adres kunt vinden en je treft in het taschje een brief aan, waaruit blijkt, dat het weeuwtje, het uitgestapte vrouwtje, in correspondentie is om een nieuwen man te krijgen. Zou je dan zoo'n brief overal publiceeren? Neen, natuurlijk niet. Daarvoor ken ik jullie te goed en weet ik wat ik voor lezers heb. Mevr. Toet-Andi-Amon is ook uitgestapt. Niet uit de tram, want daar reden de koninginnen van Egypte niet in, die hadden draagstoelen met slaven. Maar ze is uit het leven gestapt. Ze heeft ook haar „taschje" laten liggen ;de brief is gevonden. En nou erger ik me er over, dat die geleerden den brief van het jonge weeuwtje, die intieme correspondentie van een vrouw, ook al is ze duizenden jaren geleden gestorven, overal hebben gepubliceerd. Dat doet men niet. . . . ! PETRUS PRUTTELAAR
Inbreker: „Ik moet noodig een bril hebben." Zijn maat: „Waarom denk je dat?" Inbreker: „Nou, van de week draaide ik de knoppen van een brandkast om en toen begon er opeens een dans-orkest te spelen." Klant: „Wat hebt u me een afschuwelijk taaie kip gestuurd!" Poelier: „Maar mevrouw, weet u wel, dat het beest de laatste vijf jaar op alle pluimvee-tentoonstellingen eerste- en eereprijzen heeft behaald?" Barbier (fluisterend tot nieuwen bediende): „Daar is iemand om te scheren." Jongmaatje: „Laat mij het eens op hem probeeren." Barbier: „Goed, maar pas op, dat je je ijiet snijdt." „Een beroemd iemand heeft eens gezegd, dat vier uren slaap voor iedereen genoeg is." „Lieve hemel, dat heeft mijn zoontje van twee jaar al ontdekt, toen hij nog maar een paar maanden was!" Verslaggever: „Wat kijkt u somber?" Redacteur: „Gisteren ontving ik een brief, waarin men mij meedeelde, dat ik de erfgenaam was van een zeer groot legaat. En in de haast en uit gewoonte heb ik geantwoord: „Tot mijn spijt kan ik van uw bijdrage geen gebruik maken"." Trainer (den bokser moed insprekend) : „Je moet tot lederen prijs volhouden en dan zul je er zeker met vlag en wimpel door komen." Bokser: ..O ja, maar halfstok!"
Bovenstaande stukjes moeten uitgeknipt, samengevoegd en opgeplakt worden, tot een portret van een bekenden Fox-acteur. Onder degenen, die ons het resultaat van hun werk zenden en er bij vermelden, hoe de acteur heet, loven wij tien folo's van hem uit. De oplossingen moeten vóór 2 April gezonden worden aan: Red..Het Weekblad ,Galgewater 22, Leiden. Onze abonné's uit overzeesche gewesten hebben tot den 2den Juni gelegenheid ons hun oplossingen te doen toekomen. Op de enveloppe gelieve men duidelijk te vermelden: C. ä Th.puzzles No. 581. Degenen, die het blad liever niet willen beschadigen, kunnen volstaan met de stukjes over te trekken op een doorzichtig papiertje, of te calqueeren. Dit laatste geschiedt door middel van een velletje carbonpapier, dat men onder deze pagina legt. Als men nu onder het carbon nog een stukje wit papier legt en dan de omtrekken van de op deze pagina afgedrukte stukjes met potlood natrekt, zal het carbonpapier deze op het witte papier overdrukken. De aldus gevormde en uitgeknipte stukjes papier moeten ook als een portret worden opgeplakt. Zü, die ook de Wekelijksche Vraag, op wenschen te lossen, kunnen die desgewênscht tegelijk met deze puzzles inzenden, doch zij gelieven de oplossingen dan op een apart, eveneens volledig van naam en adres voorzien velletje papier te schrijven. De toekenning der prijzen en troostprijzen geschiedt volgens een systeem, waarbtf alle inzenders van goede oplossingen gelffke kansen hebben op het verkregen der pryzen.
KNIPPUZZLE
-
--■^■-
^
1. De naam van een Amerikaansch acteur bekend als tefenspeler van ilian Harvey. 5 2. De achter6 naam van een lersch - Ameri7 kaanscheactrice. 3. De naam 9 van 'n Duitsch acteur. 4. De 9 naam van een 10 Duitsche actriceuitkomische Ulms. 5. De naam van een jongen Amerikaansehen filmspeler. 6. Een bekend Amerikaansch regisseur. 7. De naam van een jeugdige Hollandsche tooneelspeelster. 8. Een bekende Fransche actrice. 9. Een Duitsche filmspeelster. 10. Een Amerikaansche filmster. Te gebruiken letters: a-a-a-a-a-a-a-a-a-a-a-a-a-b-b-c-c-c-d-d-d-e-e ee-f-g-h•h-i-i-i-i-i-i-j-k-k-k-l-l■l-l-l-m-m-m-m-mn-n-n-n-n-n-n-n-n-n-n-n-n -o-o-o-o-o-o-o-o-o-r r-r-r-r-r-r-s-s-s-s-s-t-u-v-v-v-y-y. Wij loven een hoofdprijs van f. 2.50 en drie troostprijzen uit om te verdeelen onder de goede oplossers.
De tien foto's vielen ten deel aan: den heer J. van Drunen, Hillegersberg; mejuffrouw C. Rorije, Zwolle; mejuffrouw Greta Finster, Den Haag; mevrouw W. W. Bonekamp-Bezuyen, Den Haag; den heer W. Hoek, Schiedam ; mejuffrouw Ger Jansen, Deventer; mejuffrouw J. v. Keulen, Sloten >.mejuffrouw T. Munnik, Den Haag; mejuffrouw Gr. v. Beurden, Tilburg; mejuffrouw D. Mellema, Rotterdam.
INVULRAADSEL
Anna Sten
— 27 —
2 3 4
1. Albin Skoda 2. Ida Wüst. 3. Karin Hardt 4. Loretta Young 5. George Arltss 6. Maurice Chevalier 7. Jeanette MacDonald 8. Brigitte Helm 9. Viktor de Kowa 10. John Boles
„Wat! U zit dik in de schulden en u hebt de onbeschaamdheid, om mijn dochter ten huwelijk te vragen?!" „Ja, natuurlijk — of u moet een andere manier weten om uit de moeilijkheden te raken!"
— 26-
Vul in horizontale richting in:
OPLOSSINGEN C. & Th.-PÜZZLES No. 578
„Wie was er geduldiger dan Job, wijzer .dan Socrates, schooner dan Apollo en moediger dan Hercules?" „O, heb je mijn vrouw haar eersten man niet gekend?"
Dokter: „Wat is uw beroep?" Patiënt (parvenu): „Ik heb geen beroep, dokter, ik ben een heer!" Dokter: „Zoo, dan zult u iets anders moeten beginnen, want 't is heelemaal niet goed voor u."
INVULRAADSEL 1
11. 12. 13. 14. 15. 16. 17. 18. 19. 20.
Camilla Horn Una Merkel Gene Raymond Käthe von Napy Carl Brisson Marlene Dietrich Willy Fritsch Brigitte Helm Karl Ludwig Diehl Paul Kemp.
De uitgeloofde prijzen vielen ten deel aan ; mejuffrouw B. v. d. Knaap, Hamburg (hoofdprijs); mejuffrouw A. Wachfr, Rotterdam (troostprijs); mevrouw Bals-Rotgans, NieuwHelvoet (troostprijs); den heer G. A. de Boer, Amsterdam (troostprijs).
O-tAU'IUWIbEtWDb Parker opende het gesprek. „Zoo ontmoeten we elkaar dus weer!' sprak hij luchtig. „Je zult er voor betalen, jij schurk!" beet Morgan hem vinnig toe. „Dat is mijn antwoord, snap je?" „Dat antwoord is even goed als ieder ander," klonk het tergend, „hoewel het me niet overtuigt. En, tusschen haakjes, het is beter, je handen in vol zicht te houden, Morgan. Die neiging om ze in je zijzakken te laten glijden, lijkt me werkelijk een beetje onopgevoed." „Slechte relaties zijn fnuikend voor goede manieren," repliceerde Morgan giftigMaar het twistgesprek werd gestoord — de voordeur vloog weer open en een roode en booze politie-chauffeur verscheen, die door Mousson in de hall gevolgd werd. „Hallo!" sprak de Franschman. „Nog hier? Mooi! Parker, zorg jij nu voor dezen knaap. Ik zal Morgan "vsi voor mijn rekening nemen. De '..agen is goed verborgen." Parker aarzelde, verliet toen zijn plaatsje bij den muur en duwde zijn revolver in den rug van den chauffeur. „Recht vooruit!" commandeerde hij scherp. „Marsch." Morgan wendde zich tot Mousson, wiens wapen hem in bedwang hield. „Ik verheug me er op met den Chef kennis te maken." „Clark?" spotte Mousson. „Niet precies." De Franschman staarde hem met groote oogen aan. „Maar je vertelde McCoy...." „Natuurlijk! Zou hij geluisterd hebben als ik hem de waarheid verteld had?" Mousson barstte plotseling in lachen uit. „Wel, wel. Monsieur Morgan, ik moet zeggen — U is werkelijk 'n waardig tegenstander! En als de Chef van „The Pink Stocking" terugkomt, zult U zeker kennis met hem maken. Inmiddels zult u den echten monsieur LeToque ontmoeten — een aardige kerel, maar een moeilijke gast. Als u rechtuit wilt gaan? — O, neen, na u, alstublieft."
lustere kringen bekend als „gladde lipton". Zonder omwegen kwam de inspecteur tot het doel van zijn bezoek. Hij stelde voor, dien avond een dozijn detectives in de „Pink Socking" te deponeeren en hij gaf in het bijzonder den wensch te kennen, dat de „club" zich zou gedragen als gewoonlijk. „Waarschijnlijk wel eens van den Chef gehoord?" besloot hij zijn inleiding. Upton knikte en likte aan zijn droge lippen. Hij had zooveel wetten gebroken, moreele en staatswetten, dat alleen reeds de tegenwoordigheid van McCoy hem zwaar op de maag lag. „Welnu, dat is de man die den inval komt doen. Hij is van. plan U vanavond een visite te brengen en U met gasten en al uit te schudden. Ik heb me voorgenomen hem in de club te pakken en als alles niet zijn gewonen gang gaat, zal hij lont ruiken. Begrepen?" Upton „begreep" het, waar het 't meeste pijn deed — in zijn zak. Kort daarna inspecteerde McCoy de verlaten lokaliteiten van de nachtclub, die gevestigd was in de parterre en op de eerste etage van een oud huis in West Forties. In de benedenverdieping bevonden zich de keukens, dienstvertrekken en toiletten; van de heele eerste etage was één lange eetzaal gemaakt met ramen aan lederen kant. In het midden van den achterwand was een podium geconstrueerd in den vorm van een halven cirkel. Het stak ongeveer
nnderhalven nieter boven den vloer uit. Dit podium moest dienst doen als een strategisch punt in McCoy's aanvalsplannen. De achtergrond er van was gestoffeerd met donkerrood fluweel, het plankier zelf bekleed met harder materiaal van de zelfde kleur, dat tusschen het voetlicht uitvloeide i-n neerhing op den vloer van de eetzaal en dat de schragen, waarop het podium steunde, aan het gezicht onttrok. Geen half uur ■ later had een zwijgende timmerman, die vreemde karweitjes vooi de politie placht op te knappen, een ondiepe gang tusschen de schragen aangebracht. De „Pink Stocking' opende omstreeks negen uur. Dien avond om half negen werden zes stevige rechercheurs loor de achterdeur het établissement binnengesmokkeld, naar boven geloodst en via de geïmproviseerde doorgang onder het podium op hun plaats gebracht. McCoy twijfelde er geen oogenblik aan, of een of meer van de koks en kellners, waren spionnen van den Chef, maar het verbergen van deze rechercheurs was een manoeuvre om de aandacht van zijn andere plannen af te leiden, wat niet wegnam, dat de 1eserve onder het podium toch eventueel goede diensten zou kunnen bewijzen. De inspecteur hing de draperie weer op zijn plaats —- maar zóó dat zijn mannen door een spleet in de zaal konden zien — en vertrok. Hij bracht zijn bezoek aan Morgan en om half elf zat hij met Millson aan een
HOOFDSTUK XXIV LEBO, DE TOOVENAAR Dien middag, acht uur voordat Morgan en LeToque naar Weston vertrokken, bezocht McCoy den eigenaar van „The Pink Stocking" in zijn suite in het Astorhotel. Dat wil zeggen, hij bracht een bezoek aan den werkelijken bezitter van dat behaaglijk établissement. Het publiek wist niet beter, of de „club" behoorde aan een bekenden tangodanser en zijn partner, maar het was McCoy bekend, dat die twee het alleen maar beheerden. De „man op den achtergrond" was een lichtelijk onguur type, in zijn il-
SYBILLE SCHMITZ
De Fransche filmster Annabella en Hans Albers in hun nieuwe film „Variété", welke te Jolnvllle wordt opgenomen.
FOTO UFA
- 29 —
^
BH
en deed een klein zwart masker voor ,Jr™ O0(rtnbIik rlater was "J«* dronkenschap van hem afgevallen en had hii het geweer geeicht op den verborgen doorgang onder het podium. McCoy en Millson veerden op, hun handen naar hun heupzak grijpend. Maar Lebos metgezellen waren nog sneller De vrouwen aan zijn tafel waren tusschenhet publiek gaan staan, de mannen, gemaskerd eensklaps, hadden revolvers getrokken en sprongen op stoelen, den onthutsten gasten bevelend weer te gaan zitten, ten van deze mannen hield, vóór ze kans hadden gezien heelemaal overeind te komen en hun wapens te voorschijn te halen, McCoy en Millson met zijn pistool in be-
ILLUSIE! Woorden en Muziek van GUUS BETLEM Jr
i9 i^P 1. 2.
'
klem, eemgrszins afgezonderd tafeltje achter m de groote zaal van de nachtclub. De kellner die hen bediende, een vermoe.d en cynisch uitziende jongeman met een bleek gezicht en sluik zwart haar scheen op lederen wensch van de beide' politie-mannen te letten, maar Mc.Cov maakte hem duidelijk, dat hij liever geen onnoodige aandacht op zich had Bbevestigd. Om elf uur was de „Pink Stocking" aevuld aan alle tafeltjes een glinsterend mozaïek van afwisselend zwart en vroolijke J kleuren. Spijzen en dranken werden Millson en McCoy - die zich als gasten van de directie mochten beschouwen — als 't ware opgedrongen. Het kostbare en luidruchtijre festijn gmg zonder onderbreking door en van de gebeurtenis waarop de beide detectives wachtten, viel geen spoor of schaduw te bemerken. Tegen een uur of één, aan het einde van een dansnummer, brak plotseling 'n luide twist los aan een groote tafel, niet ver van McCoy. De danser-gérant en twee kellners gmgen er op af. Vóór ze het tafeltje bereikt hadden, stond een der mannen op en vroeg met dubbelslaande ton* de aandacht van de aanwezigen. De man had zijn rug naar de beide detectives gekeerd, maar zijn woorden waren verstaanbaar genoeg. D eS heerenr riep hi Sta J- "Lebo mij fn;' ^ If ^ toe m.jzelf voor te stellen. Ik ben de Wenaar! U hebt allemaal van mij 'ge-
Hij hield op, als om tegenspraak of biival uit te lokken en die kwam ook prompt „Gooi hem er uitf" „Ga zitten, vervelende vent! „Zeker! Laat 'm kletsen.'" „Dames en heerenl" hernam Lebo, toen he rumoer luwde, „mijn vriend hier zegt, JL i KK1" t';UCS' die dui2endeo geamuseerd hebben, kan ontmaskeren. Ik zeg u U hij kan het niét!" ' Het laatste woord kwam met een plotselinge stemverheffing. Luide kreten antwoordden.
foto W.rn.r Broi S
,et
opI
ha fj? " ^ "Natuurlijk kan h.j datl en Neen, hij kan het niet!" Lebo wuifde met de hand „Dames en heeren! Ik stel voor te bewijzen, dat hij het niet kan. Ik heb beneden een j^i ^ mater.aal koffer
he^le, 1
esti de
vdr^'A T * kerel die den detective
~
^
i
«"
gemaskerde bedwang hield.
in „Probeer dus geen kunsten!" Het waakzaam oog van den toovenaar merkte beweging in de draperie voor het podium. Hij richtte de monding van het machinegeweer iets omlaag en geen seconde later spuwde het wapen een venijnig „tet-tet-tet-tet- uit. „O Connor! Fergusson!" riep Mc.Coy, „blijf waar je bent! Probeer niet er uit te komen!
Met uw permissie stel ik voor te bewijzen, dat er niemand onder jullie is, die mijn trucs kan verklaren. Daar!" Hij zwaaide vooruit en balde zijn vujst. Ditmaal was er eenstemmigheid in de antwoorden Het vooruitzicht te worden beziggehouden door een dronken goocheaar, die waarschijnlijk zijn trucs zou verrLf0 k?erd! ,Z,ich om en booe ironisch. 1 oen onder dekking van de revolvers van knoeien, was niet te versmaden. hun kornuiten, gingen enkelen van de Lebo schokte weer overeind. bende langs de gasten en beroofden de „Vrienden, ik ga mijn koffer halen!" dames van hun juweelen, met feillooze schreeuwde hij en viel op hetzelfde monauwkeurigheid imitaties negeerend De ment in zijn stoel terug. mannen lieten zij ongemoeid - het scheen Een van de mannen uit zijn > gezelschap uitsluitend om edelsteenen te doen stond op en strompelde naar buiten, om Vlug, terwijl de beide detectives 'hulpeweldra terug te keeren met twee vrii loos stonden toe te zien, keerden de roogroote langwerpige kisten en een drievers naar Lebo terug en overhandigden poot. Zijn komst werd met gejuich behem den buit. Zonder zijn oogen af te groet door de andere gasten. Zulke scènes houden van de draperie, nam de toovewaren hier niet ongewoon en Millson en ^fv i J™66161?' deed ze in een leeren McCoy keken toe, intusschen op hun qui tabakszak en stak dien weer bij zich De vive voor de ernstiger evenementen van omvang van het geroofde was klein in den avond. verhouding tot de waarde. Een tafeltje voor het podium werd op„En thans" verklaarde Lebo met ironizij geschoven en in de zoo ontstane open sche goedgeluimdheid, „heeft u mijn trucs rmmte zette Lebo's assistent den driepoot gezien! Bent u voldaan?" neer. Met dronkemanswaardigheid stapte Er steeg een gemompel van woede uit de toovenaar naar voren, tilde een van de kisten behoedzaam op, zette haar op den K f8^ ^P- Te midden daarva" Volbracht McCoy een van de moedigste dadriepoot en schroefde haar vast Toen den uit zijn loopbaan. Onder de oogen raakte hij het deksel van de kist aan, dat van den man, die hem bedreigde, liet hij kletterend in tweeën op den grond viel. zijn hand op de tafel neerkomen, pakte ten plotselinge ontzetting ging door de den hals van een zware karaf en gooide starende aanwezigen. deze over zijn schouder door een jaam Op den lagen driepoot geschroefd stond achter hem, met een goed gemikten worp, een huiveringwekkend echt machine-gerakelings den kellner missend. weer, met een drie meter langen patronenMaar de op hem gerichte revolver ginjr band in golvende plooien er onder iremet af, want Lebo's laatste woorden waren vouwen. Het moorddadige wapen was een signaal geweest. Juist toen de vensterrecht op het tooneel gericht. Terwijl alle ruit knapte, floepten alle lichten in de zaal andere oogen in de zaal als gehecht wauit, roovers en beroofden met een mantel ren aan deze onverwachte en verbijsterenvan inktzwarte duisternis bedekkend. de ontdekking, stapte Lebo snel achteruit (Wordt vervolgd).
^
i
kom ik „hèèr" hier te - gen. En gra-tie en vol char-me, Ik
m 9 i i3
wm
^^ krach - tig... Maar mou - wen, Hoè
^
1
m
ÜS
^m
-#T
ook — o, wis - sei - val - lig - held! — wil ik — naast me - zei - ve dan —
WT%PW
p
IF^
*
t
3. Toch zou ik alles wat ik had, Voor haar wel willen geven. Want zij, zij is het ideaal Van heel mijn eenzaam leven! Haèr zie ik voor mijn geestesoog, In slapelooze nachten... Dan scheld ik m'n bestaan — en moet Mezelf er om verachten.. I
i
Vaak Ook
iPS
i
-diep en diep neer - slach - tig! hèar nog on >- der - hou - ên ?
mm
W=i t7
a^ïr^
&.
4. Want hoé — hoe durf ik, menschenkind. Die niets nog mocht bereiken. Naar — 'k vroeg het me in wanhoop af — Haèr schoonheid zelfs maar kijken? Het oudste Fordje kan ik zelfs Nog immers niet betalen?? Wäär denk ik voor... zóó'n auto dan Het geld vandaan te halen???
MAISON ODIOT Tï^z Fabriek van
#
i
Ik voel me sterk, veerGe - ra-feld zijn m'n
3S
iüürt m
ii——--
m
mm m
heeft op - eens m'n sleur-beben een-vou - dig - weg ver-
t=t
Weer kleur en glans ge - kre-gen. Dan voel ik me'weer blij ge - stemd. Ver - lièfd op haèr —ik ar-me! Want ach, de tij -den zijn zoo slecht.
m
^^
*—*
^m mm
wm
m
fe
%=4
staan llèfd,
de
Dan Vol
^^
^
het is een ov
tijd, zien.
"ir M—
20
d2OU?vK Khanden °mhoo«lDe eerste man die zich beweegt, krijgt een kogel door s zijn maag! McCoy's cynische kellner achter hem, gaf een g^l, half van angst, half van op-
Zirmg'
JÉÏ
Haast ie-d'ren och-tend, vas-ten Zij is een schoon-heid om te
=3
Ontnuchterd en zwijgend, op hier en daar een vrouwelijken snik en wat gemompel onder de verst verwijderde gasten na voldeden de aanwezigen aan het bevel. In de plotselinge stilte sprak Lebo hen toe, rustig en koel, maar op dreigen8 den toon. „Dit is geen grap," waarschuwde hii.
Al Jolson en zijn echtgenoote Ruby KeelerTaarv!^!^^T^^^ ' " " scheid/n. in ^l^^^^ ** ?* f* '-ten
3E
^
E DE L.A MADELEINE. PARIJS
ui
Specialiteit voor geschenken in zilvei en verzilverd
1690
metaal
Artistiek Zilverwerk Gevestigd
GROOTE KEUZE IN KUNSTVOORWERPEN UITGEVOERD NAAR ONTWERPEN UIT ELKE STIJLPERIODE
- 30 -
L
Oordeel zelf maar! De lavendergeur van alle Old Cottage toiletartikelen is zoo decent, dat van de vrouw, die Old Cottage op haar toilettafel heeft, ookjn het meest exclusieve gezelschap,'n bizondere aantrekkingskracht uitgaat. Sprenkel eens 'n paardruppels Old Cottage Lavenderwater op uw linnengoed voor U het in de kast bergt. Dagen en maanden later is 't, alsof uw linnen in een oud-Engelschen tuin werd gebleekt, de frissche opwekkende geur van het lavenderkruid waait U tegen! Imp.: RICHARD WERNEKINCK & Co., Huddestraat 9, Amsterdam-C.
VeRHEOLtCO
l&witder Seep en ^ Slater Na ontvangst aan bovenstaand adres van '50 cent in postzegels of postwissel ontvangt U ter kenmsmakmg een keur.g doosje Lavender Water. Poeder en Crème ter waarde van 70 cent. Verschynt wekelijks - PrUs per kwartaal f. I.95
H
Red. en Adm. Galflewater 22. Lelden. Tel. 760. Postrekenlnfl 41880 _.
;
■ —
■
l.