nr. 5 2007 Nieuwsbrief van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
●
Nieuw instrument voor evaluatie van zorg: het dossieronderzoek pag 5
●
Prikaccidenten en HIV-test bij patiënten onder anesthesie of in coma pag 8
●
NVA bestaat 60 jaar! pag 15
En verder: Voorwoord van de voorzitter ● Uit de media ● Wetenschap: Zomergasten ● Vierde Wetenschapsdag WFSA ● CAGA ● Familieportret ● Anesthesiologendagen 2007 ● WVTK ● Congresagenda
de anesthesioloog 5 • 2007
1
4 Wetenschapsdag Anesthesiologie e
Presentatie van actuele klinische en fundamentele wetenschap binnen Nederlandse ziekenhuizen
2 november 2007 AMC Amsterdam Keynote Speakers:
Mervyn Maze & Nick Franks • Voordrachten en posterpresentaties • Award voor beste voordracht Aanmelden? Kijk op: www.anesthesiologie.nl of bel NVA: 030 28 23 270
Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie
COLOFON
INHOUD
Redactieraad
Verandering Voorwoord van de voorzitter
4
Nieuw instrument voor evaluatie van zorg: het dossieronderzoek Nieuws uit de CKAP
5
Uit de media Bevallen
7
Prikaccidenten en HIV-test bij patiënten onder anesthesie of in coma Van de Commissie Juridische Zaken
8
Redactieraad J. Klein M. Bijkerk J.W. Kallewaard C.J. van Oort S.A.B. Gijtenbeek
Bureauredactie J. Quadekker
Druk Graficiënt Printmedia, Laren De NVA Nieuwsbrief is een officieel orgaan van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie en wordt maximaal zesmaal per jaar gratis aan de leden toegestuurd.
jaargang 3 • nummer 4 • juli 2007
Wetenschap: ‘Zomergasten’ Column van dr. Crista Boer
10
Vierde Wetenschapsdag in zicht Aankondiging Wetenschapsdag
11
Deadline inzenden kopij voor volgende Nieuwsbrief 12 november 2007
World Federation of Societies of Anaesthesiologists (WFSA) Wat betekent deze het voor de Nederlandse anesthesioloog?
12
Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie opgericht 24 januari 1948
CAGA Vijf vragen aan de CAGA
15
Bureau NVA
Mamma, ik wil anesthesioloog worden NVA bestaat 60 jaar!
16
Familieportretten Vader en zoon Lo
17
Anesthesiologendagen 2007 Een terugblik in beeld
18
Fietstour door Limburg Verslag door Leon Timmerman
19
Laudatio prof.dr. Jaap de Lange Uitgesproken tijdens de NVA ledenvergadering op 11 mei 2007
20
Wat verder ter tafel komt Nieuwsbrief in een nieuw jasje Vacature: penningmeester bestuur Ingezonden brief: Weerzien met Nine
22
Congreskalender
23
Young Investigator Grant 2008 Oproep
24
Mercatorlaan 1200 3528 BL Utrecht
Correspondentieadres Postbus 20063 3502 LB Utrecht
Telefoon 030 282 3385 030 282 3855 030 282 3387 030 282 3270 030 282 3880 030 282 3878
Algemeen nummer Patricia Liem Janine Spruit Sandra Gijtenbeek Marjolein Swinkels Carla Entrop
Fax 030 282 3856
E-mail:
[email protected]
Website www.anesthesiologie.nl
de anesthesioloog 5 • 2007
3
Verandering
O
oit geweten dat er in Rotterdam Formule I bolides door de binnenstad scheuren en dat we hier carnaval vieren? Ik schrijf dit stukje op de anders zo rustige zondagochtend terwijl de racewagens op de achtergrond gieren. Ons carnaval vieren we midden in de zomer, samen met ruim 900.000 anderen. Zojuist heb ik mijn vijftienjarige dochter naar de veerboot in Harlingen gebracht omdat zij samen met een vriendin een weekje op Vlieland wilde kamperen. Uiteindelijk bleken er nog vier meisjes en achttien jongens mee te gaan. De veerboot kon niet tijdig vertrekken omdat er 120 mensen door de haven zwommen in het kader van een lange-afstandzwemwedstrijd. Net buiten Harlingen zag ik een weiland met kamelen. Dacht u de Nieuwsbrief te ontvangen, krijgt u De Anesthesioloog in de bus. Gaat u op zoek naar de zeer gewaardeerde rubriek ‘Van de voorzitter’ van Aart van Rheineck Leyssius, blijkt die vervangen door deze beperkte bijdrage van uw nieuwe voorzitter. Is de wereld gek geworden? Ik denk van niet. De wereld verandert echter wel en deze veranderingen lijken steeds sneller te gaan. Zo is de afdeling waar ik verantwoordelijk voor ben, de afdeling Anesthesiologie van het Erasmus MC,
4
de anesthesioloog 5 • 2007
in korte tijd enorm gegroeid qua staf, onder andere door het parttimen. Momenteel werken we met 57 stafleden. Door de krapte op de arbeidsmarkt hebben we vooral anesthesiologen uit het buitenland aangetrokken met als resultaat 24 nationaliteiten. Ook dat hadden we nooit kunnen denken. Al gaan de veranderingen in ons vakgebied snel, minister Klink vindt het nog niet snel genoeg gaan. Hij verwacht een halvering van het aantal vermijdbare sterfgevallen en andere schades binnen vijf jaar. Ook de Inspectie voor de Gezondheidszorg vindt dat er het een en ander moet veranderen, in ieder geval de organisatie van het preoperatieve traject. De per- en postoperatieve delen komen nog aan de orde, maar ook hier zal het nodige verbeterd moeten worden. In de tussentijd dreigen de intensive care en de urgentiegeneeskunde zich af te splitsen van ons vakgebied. Kortom: niet iedere verandering is een verbetering, maar veranderen moet, anders zouden we tenslotte nog in berenvellen rondlopen. Ik vind het een eer om in deze dynamische en spannende tijd uw voorzitter te mogen zijn. Jan Klein
Nieuw instrument voor evaluatie van zorg: het dossieronderzoek Commissie Kwaliteitsbewaking Anesthesiologische Praktijkvoering (CKAP) Hans Harbers
W
e hebben al eerder kenbaar gemaakt dat het visitatiemodel dat de CKAP hanteert gefaseerd wordt omgebouwd tot een nieuw model. Hierin staan vier domeinen centraal: zorgevaluatie, patiëntenperspectief, maatschapsfunctioneren en professionele ontwikkeling. Voor elk van deze domeinen zijn of worden door de Orde instrumenten ontwikkeld die gebruikt kunnen worden bij de visitaties. De CKAP gaat elk van die instrumenten toespitsen op de anesthesiologische praktijkvoering en heeft vorig jaar een begin gemaakt met de introductie van de Quickscan voor evaluatie van het maatschapsfunctioneren. Dit jaar staat de evaluatie van zorg centraal en introduceert de CKAP een tweede instrument in de vorm van een zelfevaluatie met betrekking tot de dossiervoering. In februari jl. presenteerde de IGZ immers het rapport Preoperatief traject ontbeert multidisciplinaire en gestandaardiseerde aanpak en teamvorming, waarin zij meldde dat de (preoperatieve) dossiervoering onvoldoende scoort. Uiteraard zijn dit algemene bevindingen, gebaseerd op een onderzoek met een steekproef van twintig ziekenhuizen. Daarom stelt dit instrument u in de gelegenheid om te onderzoeken hoe de dossiervoering in uw praktijk ervoor staat. De CKAP heeft de keuze gemaakt om een en ander toe te spitsen op de overdracht van gegevens vanuit het preoperatief onderzoek naar het
peroperatieve proces. Doel van het dossieronderzoek is: bevorderen dat medisch specialisten zo goed en volledig mogelijk de patiëntendossiers bijhouden. Hierbij staat de vraag centraal of degene die de anesthesie moet toedienen volledig over de patiënt geïnformeerd is, zodat de anesthesiologische zorg op een veilige wijze kan plaatsvinden. Er kan op twee manieren naar dossiers worden gekeken: 1 procedureel, waarbij de volledigheid centraal staat, 2 inhoudelijk, waarbij het gaat om toetsen van toepassing van protocollen/richtlijnen. Deze laatste zijn echter nog onvoldoende ontwikkeld, zodat het onderzoek enkel procedureel blijft. Andere specialismen als heelkunde, interne geneeskunde, gynaecologie en longziekten gebruiken een dergelijk instrument al langer voor het beoordelen van de (poli)klinische status. De zelfevaluatie die wij ontwikkeld hebben bevat een aantal items met betrekking tot het vastleggen van gegevens tijdens het preoperatief onderzoek. Beoordeeld wordt of de gegevens compleet, leesbaar en overzichtelijk zijn met een kwalificatie ‘goed’, ‘te verbeteren’ of ‘onvoldoende’. Binnenkort komt dit instrument via de NVA-website beschikbaar als een Excelbestand, waarin de beoordelingsscores van diverse dossiers ingevoerd kunnen worden.
de anesthesioloog 5 • 2007
5
Uiteindelijk is het de bedoeling dat de maatschap/vakgroep het dossieronderzoek zelf regelmatig (eens in de zoveel jaar) gaat uitvoeren, waarbij dan niet ieder zijn eigen dossiers beoordeelt, maar dat van elkaar. De resultaten hiervan zouden dan in een vergadering moeten worden besproken, waarna een actieplan wordt opgesteld. Dit dient dan weer te worden geëvalueerd. De eerste keer zal het dossieronderzoek waarschijnlijk plaatsvinden enige tijd voor een visitatie. De resultaten kunnen dan ook met de visitatiecommissie besproken worden, waarbij aan de orde komt hoe het dossieronderzoek is uitgevoerd, wat de inhoudelijke bevindingen zijn en hoe het verbeterplan eruitziet. Daarnaast zal de visitatiecommissie een beoordeling geven aan de hand van het volgende schema: 1 er is geen dossieronderzoek gedaan, 2 er is een dossieronderzoek gedaan en de resultaten zijn besproken, 3 de resultaten zijn besproken en er is een actieplan opgesteld, 4 de actie is uitgevoerd en er is geëvalueerd, 5 er wordt structureel onderzoek gedaan met consequenties voor het beleid. Omdat dit dossieronderzoek nu al het tweede instrument is (naast de Quickscan) en tamelijk wat werk met zich meebrengt, adviseren wij om de beide instrumenten reeds vooruitlopend op een volgende visitatie ter hand te nemen en hier in totaal zeker een jaar voor uit te trekken. Er zullen nog meer instrumenten volgen,
1
2
6
waarbij het volgende instrument dat de CKAP wil gaan uitwerken het patiëntenperspectief is: door middel van gerichte patiëntenenquêtes een beeld krijgen van de anesthesiologische zorgverlening. Het is de bedoeling dat u uiteindelijk in een cyclus jaarlijks ongeveer één instrument uitvoert en een verbeterplan opstelt. In de tabel wordt een voorbeeld gegeven van de te scoren items.
Beoordeling dossiervoering Beoordeling van de gegevens verkregen bij poliklinische beoordeling van de patiënt 1 2 3 4 5 6 7 8 9 10 11 12 13 14 15
Datum onderzoek ingevuld? Naam anesthesioloog ingevuld? Ingreep vermeld? Anamnese volledig? 1 Lichamelijk onderzoek volledig? 2 Beoordeling luchtweg volledig? Resultaten consulten/aanvullend onderzoek aanwezig? Anesthesietechniek ingevuld? ‘Complicaties/bijwerkingen besproken’ afgevinkt? ‘Medicatieafspraken met patiënt gemaakt’ afgevinkt? Instructies voor afdeling genoteerd? Is aangegeven of patiënt al dan niet is goedgekeurd? Is aangegeven of informed consent is verkregen? Is aangegeven dat de behandelend anesthesioloog een ander kan zijn? Is het een overzichtelijk/leesbaar geheel?
Ten minste wordt melding gemaakt van: voorgeschiedenis, bijzonderheden vorige anesthesieën, tractus circulatorius, tractus respiratorius, medicatie, allergie, alcohol- en drugsgebruik, roken, bloedingsneiging, bijzonderheden in de familie. Ten minste wordt vermeld: gewicht, lengte, bloeddruk, hartfrequentie, harttonen, ademgeruis, status gebit.
de anesthesioloog 5 • 2007
Uit de media Dagblad De Limburger Zaterdag 16 juni 2007
Bevallen Bevallen is leuk. Dat heb ik in Amerika geleerd: it’s fun. Van mijn vrouw heb ik iets anders geleerd. Bevallen is een marteling die om onverklaarbare redenen over het hoofd is gezien door de Geneefse Conventie. Ze hoopt vurig dat de wetenschap het ooit mogelijk maakt dat mannen het karwei kunnen overnemen. Dan hoeven onze dochters er niet aan te geloven. In de VS begrijpen ze weinig van die angst voor het baren. ‘Hier vragen vrouwen al om een ruggenprik als de zwangerschapstest positief uitvalt’, vertelde een vriendin. Pijn hoort niet meer bij bevallen. Het moet een happening zijn, liefst bijgewoond door ouders, schoonouders, vrienden en andere cheerleaders. De prik van de peridurale anesthesie maak het allemaal mogelijk. Mijn vrouw is nog niet helemaal geïntegreerd. Ze heeft Nederlandse boeken waarin staat dat er nadelen zijn verbonden aan de ruggenprik. Ze wilde dan ook liever niet verdoofd worden. Dat maakte van haar een rariteit in het ziekenhuis. Op de gang hoorden we verpleegsters fluisteren over ‘die vrouw’ in kamer vier: ‘ze doet het zonder verdoving.’ We vertelden dat in Nederland een onverdoofde bevalling standaard is. Een medewerkster van het ziekenhuis vroeg zich af of het misschien diende als een vorm van geboortebeperking, een variatie op het Chinese verbod om een tweede kind te krijgen. ‘Wie wil er nog een tweede kind krijgen als je de eerste zonder verdoving moet baren?’ Niet alleen de verdoving maakt dat baren in Amerika fun is. Ziekenhuizen concurreren met elkaar om zoveel mogelijk bevallingen binnen te halen. Het ene ziekenhuis heeft diners bij kaarslicht in de aanbieding, de ander een jacuzzi, de volgende een gratis masseur. Ons ziekenhuis was ons aanbevolen door meerdere kennissen. Iemand noemde het ‘een soort Sheraton’. ‘Ik heb na de valling gesmeekt of ik langer mocht blijven.’ Toen mijn vrouw met hevige weeën haar intrek nam in het ziekenhuis stond de televisie in de
kamer aan. Geen verpleegster die er aan dacht om de aflevering van Law & Order uit te zetten. Mijn hersenen stonden van de zenuwen al lang op standby, dus uiteindelijk moest mijn vrouw tussen de weeën door vragen of ‘dat ding’ alsjeblieft uit kon. Niet meer gestoord door de verwikkelingen bij Law & Order, verliep de bevalling van ons dochtertje voorspoedig. Het was pijnlijk en uitputtend, maar mijn vrouw kon het wonder zonder ruggenprik volbrengen. Daarna leerde ik nog iets: bevallen in Amerika is ook business. Amper twee uur na de geboorte van onze dochter kreeg mijn vrouw, op dat moment alleen op de kamer, haar eerste bezoek. Het was Mary van de financiële afdeling. Mary kwam met een zakelijk voorstel: als mijn vrouw nu via creditcard of cheque de rekening van 8600 dollar zou betalen, kreeg ze een korting van 30 procent. Het was een eenmalig aanbod. Mijn vrouw was nog groggy, maar wakker genoeg om de deal af te slaan. Vooraf hadden we namelijk gevraagd naar de kosten van ons ziekenhuis, annex Sheraton. Voor de geïnteresseerden: een gewone bevalling kost 3973,45 dollar, een keizersnede 6195,15 dollar. Tenminste, dat was ons verteld. Even later zat ik bij Mary op de kamer om af te dingen op mijn vrouw en pasgeboren dochtertje. Ze hield voet bij stuk. “Uw kind kost 1200 dollar”, zei Mary, terwijl ze demonstratief op haar rekenmachine tikte, ‘Uw vrouw kost 7400 dollar. Dit maakt samen 8600 dollar.’ Ik wierp tegen dat mijn vrouw een gewone bevalling had gehad. Zonder complicaties. Zelfs zonder ruggenprik! Uiteindelijk betaalde ik met mijn creditcard 3943,45 dollar, de prijs die we vooraf te horen hadden gekregen. Mary zou gaan overleggen met haar baas. Een week later stuurden het ziekenhuis nog een rekening van duizend dollar voor de twee dagen die mijn dochtertje na de bevalling het ziekenhuis moest blijven. Daarmee stond het vast: mijn vrouw en kind waren volgens het ziekenhuis 4973,45 dollar waard. Veel geld, maar als u het mij vraagt een koopje. Frank Hendrikx
de anesthesioloog 5 • 2007
7
Prikaccidenten en HIV-test onder anesthesie of in coma Commissie Juridische Zaken Dirk van Diejen
werken aan de test zodat (bij negatieve uitslag) de rik- en snij-incidenten doen zich geregeld hulpverlener niet onnodig de met bijwerkingen voor, zowel op de operatiekamer als op gepaard gaande antivirale kuur behoeft te onderde intensive care. Bij artsen en medewergaan? Recente jurisprudentie geeft een oplossing. kers geeft dat begrijpelijkerwijs aanleiding tot In 2003 doet de Hoge Raad uitspraak in een zaak gevoelens van onrust en onzekerheid, vooral waarbij een kaakchirurg zich tijdens de behanwanneer de patiënt geacht wordt tot een risicodeling heeft gesneden; de patiënt behoort gezien groep te behoren. Overdracht van bloed of ander zijn verleden (drugsgebruik) tot de HIV-posilichaamsmateriaal van de patiënt via een scherp tieve risicogroep. De eis van de chirurg dat de instrument of een holle naald naar het eigen patiënt meewerkt aan een HIV-test wordt geholichaam met de kans op besmetting met hepatinoreerd omdat in dit geval slechts een geringe tis-B- of -C-virus of met het humaan immunodeinbreuk hoeft te worden gedaan op de lichameficiëntievirus (HIV) is dan een mogelijkheid. lijke integriteit van de patiënt om te voorkomen Met de komst van een snelle test op HIV (uitslag dat de hulpverlener nodeloos preventief PEP binnen twee uur) is de vraag naar voren gekohoeft te slikken. men of het dan nog wel In 2005 vindt de rechtnodig is om te starten Enerzijds heeft de patiënt recht op bank Leeuwarden dat met de antivirale midvoorlichtingalvorens hij/zij toestem- een verdachte die tijdens delen (post exposure ming geeft tot een bepaalde behande- zijn arrestatie een agent prevention, PEP). Het ling, anderzijds heeft de patiënt ook heeft gebeten een HIVis immers mogelijk om test moet ondergaan. het recht om ‘niet te weten’. een bloedmonster van Zowel in deze zaak als de patiënt op de aanwezigheid van HIV te laten in de vorige laat de rechter de belangen van het testen; mocht de test positief uitvallen, dan kan slachtoffer zwaarder wegen dan het grondrecht binnen de gewenste termijn van vier uur na van degene die mogelijk met HIV is besmet en het incident de kuur worden gestart, en indien oordeelt dat er in deze casus een medewerkingsde test negatief is kan men met een gerust hart plicht bestaat tot het afnemen van een bloedverder werken. monster voor de test.
Besmettingsrisico
P
8
Jurisprudentie
Leidraad
De geschetste situatie is echter niet zonder meer toepasbaar op elke situatie waarin een prik- of snijincident heeft plaatsgevonden. Het recht op privacy en op de onaantastbaarheid van het lichaam verzet zich tegen het zonder toestemming van de patiënt verrichten van medische handelingen (anders dan waarvoor de behandeling is bedoeld), en wanneer de patiënt onder anesthesie is kan die toestemming niet (direct) worden gevraagd. Anderzijds: is de patiënt niet verplicht mee te
Hoe nu om te gaan met de netelige situatie dat u of een van de medewerkers zich heeft verwond met een naald of instrument dat in contact is geweest met bloed van een (onbekende) patiënt? 1 Vraag toestemming van de patiënt. 2 Indien toestemming wordt geweigerd: a weeg (samen met een arts van de arbo- en milieudienst of een internist-infectioloog) de belangen van de medewerker en de patiënt af;
de anesthesioloog 5 • 2007
bij patiënten
b c
3 a b
c
4
van belang bij de afweging zijn, onder andere, of de patiënt al dan niet behoort tot een risicogroep, en de fysieke en psychische belasting voor de medewerker van de PEP-kuur. indien de belangen van de medewerker prevaleren: de patiënt hiervan proberen te overtuigen; bij blijvende weigering van de patiënt: eventueel een kort geding aanspannen om vervangende toestemming van de rechter te verkrijgen; omdat een rechtszaak niet in enkele uren kan worden georganiseerd zal degene die zich heeft verwond intussen wel de PEP-kuur moeten starten. Indien de patiënt wilsonbekwaam/niet aanspreekbaar is: moet toestemming worden gevraagd aan een wettelijke vertegenwoordiger; wanneer toestemming wordt verkregen mag de uitslag van de test niet met de vertegenwoordiger worden besproken (privacy van de patiënt); wordt toestemming geweigerd, voer dan toch de test uit; ook hier moet eerst een afweging van belangen worden gemaakt en moet worden voldaan aan de zorgvuldigheidseisen (zie onder 2a.); bij een eventueel heftig protest van de vertegenwoordiger valt een kort geding te overwegen. Voor kinderen jonger dan 12 jaar moet toestemming van de ouder(s) worden gevraagd; voor kinderen tussen 12 en 16 jaar is zowel toestemming van de ouders als van het kind vereist.
Het bovenstaande geeft een leidraad: van belang is dat alle facetten van de gebeurtenis, het risico van besmetting, de mogelijke bijwerkingen van de antivirale middelen en de psychische
belasting van u of de medewerker bij het in het ongewisse blijven worden meegewogen in de uiteindelijke beslissing. Hulp en steun van een deskundige buitenstaander (een internist-infectioloog of een arts van de arbo- en milieudienst) die als behandelaar van het ‘slachtoffer’ optreedt is essentieel. De beslissing van de Hoge Raad, die voor de betreffende kaakchirurg gunstig uitviel, is ook voor andere gevallen van belang. Men moet echter bedenken dat een al te lichtvaardig besluit tot het zonder (poging tot verkrijging van) toestemming afnemen van bloed voor een HIV-test bij een wilsonbekwame patiënt in voorkomende gevallen bij een rechter mogelijk toch niet wordt gehonoreerd: de privacy en integriteit van het lichaam blijven fundamentele waarden in het rechtssysteem.
Tot slot Enerzijds heeft de patiënt recht op voorlichting alvorens hij/zij toestemming geeft tot een bepaalde behandeling, anderzijds heeft de patiënt ook het recht om ‘niet te weten’. De patiënt heeft daarmee ook het recht om niet van de uitslag van de HIV-test op de hoogte te worden gebracht.
de anesthesioloog 5 • 2007
9
Zomergasten Crista Boer PhD, Research Coördinator Perioperative Care, VU Medisch Centrum
Z
ondagavond keek ik naar pelijk vakgebied? Basale kennis over wetenschap een interview met de wisin het algemeen maakt het tenslotte voor iedere kundige dr. Rinnooy Kan, academicus of perifere anesthesioloog mogelijk die door de VPRO als Zomergast om invalide bevindingen te onderscheiden van was uitgenodigd. Rinnooy Kan versteekhoudende resultaten. Daarnaast biedt juist telde dat muziek en wetenschap het multidisciplinaire karakter van de anesthesiovoor hem hoopgevend zijn. Vrij logie mogelijkheden tot innovatief en klinisch vertaald gaf hij aan dat muziek en relevant onderzoek, zeker in samenwerking met wetenschap synoniem staan voor andere specialismen. Reves stelt als oplossing vooruitgang. Een van de eerste vraeen praktisch plan voor, waarin moet worden gen die ik mijzelf stelde toen ik gestreefd naar uitbreiding van de wetenschapafgelopen voorjaar als onderzoekspelijke mogelijkheden van aios en stafleden, staflid anesthesiologie begon, was een betere beloning voor onderzoekers, en het inderdaad op welk onderzoek het vakgebied aanstellen van fulltime onderzoekers zonder anesthesiologie zit te wachten. Waar liggen klinische taken. onze kansen om vooruitgang te boeken binnen Hoewel het plan van Reves een structurele het specialisme? Toevallig publiceerde Anestheoplossing biedt, gaan zijn suggesties voorbij aan siology ook in dit voorjaar de 45e Rovenstine één belangrijk punt, zoals ook wordt beschreven Lecture, gehouden door dr. J.G. Reves en getiteld in de bijbehorende editorial van Evers en Mil‘We are what we make: transforming research in ler. We moeten ons mijns inziens namelijk eerst anesthesiology’. Hierin richt Reves zich op het richten op het vinden van een stimulans om niveau van het wetenschappelijk onderzoek binonderzoek te willen doen. Een aantal jaren gelenen de anesthesiologie. Hij verwijst naar gegeden was bijvoorbeeld het verlagen van de perivens van het Amerikaanse National Institute of operatieve mortaliteit een belangrijke motivatie Health (NIH) die laten zien dat het vakgebied om te zoeken naar verbeteringen. Maar nu de anesthesiologie een magere 24e plaats inneemt perioperatieve mortaliteit nog maar minimaal op de lijst van 25 medische specialismen in het is, is het de vraag waar onderzoek zich nu op verkrijgen van researchsubsidies. moet richten. Hoewel de Nederlandse anesthesiologie een Eigenlijk is het allereerst belangrijk om erachter klein aantal zeer sterke onderzoeksgroepen te komen waardoor u wordt gefascineerd, wat kent, zijn de NIH-gegevens toch een teleurstelu nieuwsgierig maakt. Weet u bijvoorbeeld iets lende afspiegeling van de gezondheidsvan de status die Hoe komt het dat de anesthesiologie zich toestand van een onderzoek binnen nog niet heeft ontplooid als volwaardig patiënt wanneer deze ons vakgebied heeft. alweer op zaal ligt? wetenschappelijk vakgebied? Waarom lijken deze En hebt u wel eens gegevens aan te geven dat het vakgebied zich stilgestaan bij de relatie die het perioperatieve niet bekommert om wetenschap, om vooruitbeleid mogelijk heeft met het optreden van postgang? Het is tevens opmerkelijk, omdat juist het operatieve insulineresistentie, nierfunctiestoorvakgebied anesthesiologie aan de basis heeft nissen, onbegrepen longoedeem, systemische gestaan van nieuwe ontwikkelingen zoals pijn inflammatoire reacties en cognitieve disfunctie? en pijnbestrijding, intensive-caregeneeskunde, Volgens Evers en Miller zal het specialisme, reanimatietechnieken, klinische simulatie en voordat het zich kan gaan richten op onderzoek, patiëntveiligheid. erachter moeten komen welke problemen er zijn Hoe komt het dat de anesthesiologie zich nog en welke moeten worden opgelost. Deze oplosniet heeft ontplooid als volwaardig wetenschapsingen kunnen leiden tot verbetering van het
10
de anesthesioloog 5 • 2007
medisch handelen. Zo wordt wetenschap een onmiskenbaar deel van de dagelijkse klinische praktijk, wat leidt tot vooruitgang en hoop op een optimaal resultaat voor de patiënt. Hoewel de artikelen van Reves en van Evers en Miller gericht zijn op de Amerikaanse wetenschap, zijn veel genoemde aspecten ook van toepassing op de Nederlandse anesthesiologie. De NVA heeft deze ontwikkeling al vroegtijdig herkend en daarom een aantal initiatieven genomen om het wetenschappelijk klimaat te stimuleren. Deze bestaan o.a. uit ondersteuning van het NTvA, de oprichting van een wetenschapscommissie, het organiseren van de wetenschapsdag, het beschikbaar stellen van een researchsubsidie en het uitreiken van een proefschriftprijs. Met deze activiteiten wil de NVA duidelijk maken dat wetenschappelijk onderzoek essentieel is voor de vooruitgang van het vakgebied. Daarnaast maakt wetenschappelijke ontplooiing het mogelijk om mee te denken over multidiscipli-
nair onderzoek dat is geïnitieerd door andere specialismen zoals cardiologie, fysiologie, chirurgie en longziekten. Uiteindelijk is een nationaal gedragen wetenschappelijk platform binnen de anesthesiologie een voorwaarde om te komen tot bundeling van onderzoekskrachten, het verkrijgen van voldoende patiëntenaantallen in klinische trials, het verwerven van onderzoekssubsidies en het versterken van onze internationale positie binnen de wetenschap. In de komende columns wil ik u kennis laten maken met onderzoekers binnen de Nederlandse anesthesiologie, en illustreren op welke wijze onderzoek kan leiden tot vooruitgang. Het is mijn hoop dat kennisgeving over de activiteiten van deze collega-onderzoekers leidt tot een stimulans voor aios en (jonge) anesthesiologen om na te denken over en deel te nemen aan onderzoek. Mocht u bepaalde onderwerpen graag aan bod zien komen in deze column, dan kunt u uw reactie sturen naar
[email protected].
Reves JG. We are what we make: transforming research in anesthesiology. The 45th Rovenstine Lecture. Anesthesiology 2007; 106: 826-35. Evers AS, Miller RD. Can we get there if we don’t know where we’re going? Anesthesiology 2007; 106: 651-2.
Vierde Wetenschapsdag: schrijf tijdig in Jurgen de Graaff en Arthur Bouwman, Organiserend Comité Wetenschapsdag Op 2 november 2007 zal voor de vierde keer de jaarlijkse Wetenschapsdag georganiseerd worden in het AMC te Amsterdam. De Wetenschapsdag begint inmiddels al een goede traditie te worden en het aantal deelnemers – 260 in 2006 – vertoont tot nu toe een gestaag stijgende lijn. Tevens blijkt uit de enquêtes dat de Wetenschapsdag door de meeste bezoekers zeer gewaardeerd wordt. De Wetenschapsdag geeft een overzicht van het anesthesiologisch onderzoek in Nederland en biedt onderzoekers en andere geïnteresseerden de mogelijkheid elkaar te ontmoeten om kennis en ervaring uit te wisselen. De presentaties zullen plaatsvinden door middel van een aantal voordrachten en posterpresentaties. Daarnaast
zullen Mervyn Maze en Nick Franks (Imperial College, Londen) een interessante bijdrage leveren: Franks geeft een update over moleculair mechanisme (met de nadruk op xenon) en Maze verzorgt een presentatie over het gebruik van xenon als neuroprotector. Gezien het aantal deelnemers van vorig jaar en de beperkte ruimte verzoeken wij u nadrukkelijk om vooraf in te schrijven (deadline inschrijving 26 oktober). Dit kan meteen al via de website: www.anesthesiologie.nl. U kunt ook proberen in te schrijven op de dag zelf, maar de toegang kan dan niet gegarandeerd worden. Wij hopen u allen in groten getale te mogen ontvangen op de Vierde Wetenschapsdag.
de anesthesioloog 5 • 2007
11
World Federation of Societies Anaesthesiologists (WFSA) Wat betekent deze voor de Nederlandse anesthesioloog? Anneke Meursing, WFSA-President
H
et volgende wereldcongres (www. wca2008.com) is aanstaande: 2-7 maart 2008 in Kaapstad. Alle nationale anesthesiologenverenigingen komen daar in twee algemene ledenvergaderingen samen. Ik neem afscheid als president bij de sluitingsceremonie en daarmee vertrekt de laatste Nederlander uit de WFSA-gemeenschap. Ik roep het bestuur en jullie, collegae en leden van de Vereniging, op om je aan te melden als lid voor een commissie of werkgroep. Dit artikel beoogt enig inzicht en verheldering te scheppen over de organisatie.
Structuur en bestuur Het zwaartepunt en belang voor de 28 landen (26 verenigingen) die de WFSA in 1955 oprichtten (waaronder wij in Nederland) lag in het lidmaatschap van nationaal erkende verenigingen, in tegenstelling tot een individueel lidmaatschap. De belangrijkst doelen waren (en zijn): • anesthesiologie als medisch erkend specialisme wereldwijd op de kaart te zetten en diepgang daarvan verder te stimuleren, • de vorming van nationale verenigingen aan te moedigen (van 28 leden in 1955 naar 122 in 2007), • landelijk een anesthesiecurriculum en -opleiding te helpen opzetten en uit te bouwen waar wenselijk en nodig, • veiligheid in de uitoefening van de praktijk en kwaliteit van zorg te bevorderen, • als aanspreekpunt te fungeren voor andere medische wereldfederaties en organisaties zoals de WHO en de UN. Tot 1988 leidde de WFSA een min of meer slapend bestaan, behalve voor en tijdens het wereldcongres (WCA) dat een van de zusterverenigingen organiseert. Sinds 1960 vindt het
12
de anesthesioloog 5 • 2007
WCA iedere vier jaar op een ander continent plaats. Iedere nationale vereniging die lid is van de WFSA heeft recht op een vastgesteld aantal vertegenwoordigers in de ledenvergadering. Deze noemt men delegates. Als erkend vertegenwoordiger van je nationale vereniging heb je niet alleen stemrecht in de algemene ledenvergaderingen maar kun je ook in het bestuur of permanente commissies gekozen worden. Niet iedere vertegenwoordiger is in staat om beide ledenvergaderingen bij te wonen en daarom zijn er evenveel vervangende vertegenwoordigers, alternates genoemd. Allebei de vertegenwoordigers worden door de NVA op officieel briefpapier formeel gecertificeerd als formele NVAvertegenwoordigers. Het aantal vertegenwoordigers wordt bepaald volgens een verdeelsleutel van door de NVA opgegeven (en voor hen betaalde) leden anesthesiologen. • 12-250 leden: 1 delegate (+ 1 alternate), • 251-500 leden: 2 delegates (+ 2 alternates), • 501-1000 leden: 3 delegates (+3 alternates), • voor iedere volgende 1000 leden: + 1 delegate (+ net zoveel vervangende vertegenwoordigers). Tijdens ieder wereldcongres zijn er twee ledenvergaderingen: op zondagmiddag voor de opening en op dinsdagmiddag. De eerste vergadering houdt zich vooral bezig met de vraag wat er in de afgelopen vier jaar gebeurd is en wat er in de komende vier jaar moet gaan gebeuren. In de tweede ledenvergadering worden de nieuwe bestuursleden en commissies benoemd. Zo kunnen de nieuwgekozen commissies elkaar nog ontmoeten voor iedereen weer voor vier jaar naar huis vertrekt. De president zit beide keren de General Assembly voor.
of
De vertegenwoordigers van de nationale verenigingen regeren feitelijk de WFSA. De nationale verenigingen (leden) worden ongeveer een jaar voor het wereldcongres en de eerste General Assembly schriftelijk benaderd om de vertegenwoordigers en hun plaatsvervangers aan te wijzen. Ook wordt het bestuur verzocht om kandidaten voor het bestuur, voor de vaste commissies (Education, Publication, Safety and Quality of Practice, Statutes & Bylaws, en Foundation) en voor de specialistcommissies (Obstetrics, Paediatrics, Pain and Regional Anesthesia, Technology (w.o. apparatuur), Resuscitation and Critical Care Medicine) en de verkiezing/ benoeming commissie. Om in het WFSA-bestuur en de vaste commissies benoemd te worden moet je (plaatsvervangend) vertegenwoordiger zijn op het wereldcongres van verkiezing. Voor leden van de specialistcommissies bestaat deze eis niet. Doorgaans worden daar collegae van een specifiek aandachtsgebied voor gevraagd en zijn die niet noodzakelijkerwijs bestuurlijk actief. De benoemingscommissie wordt gewoonlijk voorgezeten door een niet-betrokken bestuurslid (zoals de vice-voorzitter) en stelt met 10 vertegenwoordigers van nationale verenigingen een voordracht samen voor de nieuwe president (normaliter 1 kandidaat) en de nieuw te benoemen leden van het bestuur. Zij vergaderen normaliter na de eerste General Assembly (omdat je dan pas weet wie de delegates zijn) en stellen de kandidaten voor aan de tweede General Assembly. We (WFSA) zijn van plan om de eerste ronde (vraag om kandidaten) deze keer schriftelijk te doen zodat je al aan het begin van het wereldcongres weet of en zo ja in welke commissie je bent gekozen. Het WFSA-bestuur (Executive Committee) stelt
vier maanden voor de eerste General Assembly de secretaris en penningmeester per post voor aan de nationale verenigingen. Zij kunnen tot 1 maand tevoren een tegenkandidaat indienen samen met drie andere verenigingen. Het WFSA-bestuur stelt de voorzitter van de vaste commissies (en hun leden) voor aan de tweede WFSA General Assembly. Het (nieuw gevormde) bestuur benoemt bijzondere vertegenwoordigers en voorzitters (en leden) van de specialistcommissies. Bestuursleden en vaste commissieleden en voorzitters zijn altijd nationale verenigingvertegenwoordiger (of plaatsvervangend) of zijn dat in het verleden geweest. Iedere termijn is 4 jaar. Alleen de president is niet herkiesbaar. Niemand mag meer dan twee termijnen dezelfde functie vervullen.
‘Education’-commissie Opleiding- en onderwijsprogramma’s spelen zich af op drie niveaus: 1 basisopleiding voor artsen uit die landen waar (nog) geen nationaal curriculum is (Mongolië, Cambodja, Vietnam, Sierra Leone e.d.), 2 aandachtsgebieden fellowship voor collegae (obstetrie, cardiac, neuro, kinderen), 3 CME in nauwe samenwerking met de FEEA.
‘Safety and Quality of Practice’ Veiligheid en kwaliteit van zorg is iets moeilijker in niveaus onder te brengen. Op dit moment ontwikkelt men met GE en onder voorzitterschap van Alan Merry een goedkope oximeter. Een subwerkgroep brengt in kaart wie waar en met welke opleiding anesthesie toedient.
de anesthesioloog 5 • 2007
13
Financiën
Er zijn vragen. Ik noem:
De WFSA-activiteiten worden mogelijk gemaakt door de opbrengst van contributies en de helft van een eventueel overschot van het wereldcongres. Sinds 1988 is het grootste deel van de wereldcongresoverschotten geïnvesteerd in de VS waar de WFSA een officiële charitatieve status heeft. Alle sprekers, bestuurs- en commissieleden verrichten hun WFSA-activiteiten om niet en krijgen onkosten (apex economy, driesterrenhotel) vergoed tegen betaalbewijzen.
a De aandachtsgebieden: inmiddels is er al een wereldcongres regionale anesthesie, zullen andere volgen? b Moet er wel of niet een centraal bureau komen en in welk land dan wel? c WFSA-sessies, sprekers of cursussen binnen de nationale bijeenkomsten beleggen. d Opleiding: komt er een basisanesthesioloog en een specialist-anesthesioloog of gaan we met elkaar meer de richting van nurse practitioners op? Hoe gaan we dat dan wereldwijd vormgeven? e Gaan we minimum opleidingseisen stellen om globalisering van anesthesiologie te faciliteren?
Statuten en huishoudelijk reglement De WFSA is de afgelopen 55 jaar qua structuur niet veel veranderd en voldoet niet meer aan de eisen van deze tijd: flexibel, korte lijnen en aantoonbare kosten-bateneffectiviteit. Daarom is besloten tot een redelijk ingrijpende wijziging van de statuten. Deze voorgestelde verandering wordt binnenkort rondgestuurd. Ik ben als president van plan dat voorstel met de nationale verenigingen in voorrondes te bespreken en vooral uit de discussies die punten mee te nemen die niet naar wens zijn. Het doel van dit vooroverleg is een zo effectief mogelijke General Assembly te hebben omdat de volgende besluitvormende bijeenkomst pas over vier jaar is. Wat zou er in de ogen van de leden (in uw ogen dus!) beter kunnen en moeten met de wereldfederatie? De gedachte ‘vrijwillig en charitatief’ waarop de WFSA indertijd is opgericht lijkt niet meer in overeenkomst met deze tijd. Tot nu toe is er m.i. nogal slap omgegaan met wanbetalers. Past het in het kader van het motto ‘We zijn op de wereld om elkaar te helpen’ om daar verandering in te brengen? Op dit moment is de contributie per erkend lid 2 US dollars per jaar. Dat dekt net de administratieve kosten van een klein kantoor en een fulltime secretaresse. Wil je echter meer doen zoals opleiding en onderwijs, dan heb je inderdaad een financieel overschot van het eens in de vier jaar gehouden wereldcongres hard nodig! Zou je daarvoor iets aan de contributie moeten en willen doen of zou je een en ander juist moeten houden in de sfeer van vrijwillige bijdragen op projectbasis zoals tot nu toe?
14
de anesthesioloog 5 • 2007
Met deze vragen kunnen we tegelijkertijd ons voordeel doen: • betrekken bij de specialistcommissies, • het wereldcongres maken tot een gezamenlijk congres van alle aandachtsgebieden plus... vul zelf maar in.
Wat willen we als NVA met en in de WFSA? Na mijn ambtstermijn hebben er geen NVAleden meer zitting in commissies. Kandidaatstelling en benoeming vergen naams- en deskundigheidsbekendheid. Mijn advies is: begin er vroeg mee, de vraag om kandidaten vanuit de WFSA komt binnenkort en bedenk dat kandidaten voor het WFSA-bestuur en vaste commissies formele NVA-vertegenwoordigers moeten zijn. Het verdient aanbeveling de tijd ruim te nemen: mijn WFSA-loopbaan nam 24 jaar (8 jaar kinderanesthesie, 4 jaar bestuur, 8 jaar secretaris en 4 jaar president). Mijn advies zou daarom zijn: kom met jonge, enthousiaste kandidaten die er vooral zelf zin in en tijd voor hebben, dat is het allerbelangrijkst!
Vijf vragen aan de CAGA
1
Welke onderwerpen domineren de agenda van de CAGA? Bovenaan de agenda staan momenteel de ontwikkelingen rondom de wens van de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care Geneeskunde een eigen opleiding tot intensivist, buiten de moederspecialismen om, te realiseren. De CAGA is hier fel tegen gekant. We vrezen voor terreinverlies van ons specialisme, maar zijn bovenal bezorgd over verlies aan kwaliteit van de IC-geneeskunde zonder multidisciplinaire input van intensivisten met verschillende specialistische achtergronden. Met de assistentenvertegenwoordiging van de Nederlandse Internisten Vereeniging is een gemeenschappelijk standpunt geformuleerd, dat ter ondersteuning van het standpunt van de NVA namens meer dan duizend assistenten aangeboden zal worden aan de beoordelende instanties. Verder heeft de CAGA zitting in diverse commissies van de NVA, zodat lopende zaken op de voet worden gevolgd en kritisch worden besproken in de CAGA-vergaderingen.
2
Hoe communiceert de CAGA naar de achterban? Elke A-opleidingskliniek heeft twee assistent-vertegenwoordigers in de CAGA. Besluiten en nieuwtjes worden door hen via de assistentenvergaderingen van de klinieken of per email aan de assistenten gemeld. Andersom kunnen op deze wijze ook zaken bij de CAGA aanhangig worden gemaakt. Uiteraard wordt ook veel nieuws vergaard in de wandelgangen. We proberen onze antenne uit te steken voor meningen, problemen enzovoort.
3
Heeft de CAGA momenteel concrete doelstellingen? Zo ja, wat is het plan van aanpak? Zoals gezegd is het hot topic de IC-opleiding. Het doel is om de postspecialistische intensive-care-opleiding toegankelijk te houden voor anesthesiologen. Verder, en meer in het algemeen, behartigen en bewaken we de belangen van aios anesthesiologie binnen de NVA.
4
Hoe positioneert de CAGA zich binnen de vereniging? We nemen deel aan diverse commissies, zoals de CBRA, de commissie voor opleidingsvernieuwing, de werkgroep voor probleemgestuurd onderwijs, het Concilium en het bestuur. We proberen in deze organen proactief mee te werken. Daarnaast nemen we deel aan de visitaties van opleidingsklinieken. Verder is er in mei een borrel georganiseerd op de avond voor de anesthesiologendagen, om assistenten meer met elkaar in contact te brengen.
5
Welke andere zaken zijn een CAGA-aangelegenheid en hoe kunnen aios jullie bereiken? Eigenlijk alles wat in verband staat met de opleiding tot anesthesioloog is een CAGA-aangelegenheid. Als assistenten knelpunten, problemen of goede ideeën hebben met betrekking tot de opleiding kunnen ze contact opnemen met hun assistent-vertegenwoordigers of met de secretaris van de CAGA (
[email protected]).
de anesthesioloog 5 • 2007
15
Mamma, ik wil anesthesioloog worden 26 januari 12e lustrum NVA Marieke Staatsen, aios anesthesiologie Nijmegen, namens de Lustrumcommissie
I
n 2008 viert de NVA het 12e lustrum van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie en bij een lustrum horen een congres en een feest. Daarom is er op zaterdag 26 januari 2008 een feestelijk congres in Fort Voordorp te Groenekan. De lustrumcommissie is inmiddels al weer een tijdje bezig met de voorbereidingen. Momenteel krijgt het programma ‘Mamma, ik wil anesthesioloog worden’ gestalte. De laatste sprekers worden gezocht, de locatie en het avondprogramma zijn inmiddels geregeld. Een paar weken geleden ontving u ook al de flyer met de vooraankondiging van het congres. Er komt een luchtig programma waarbij gekeken wordt naar de verschillende generaties artsen en hun verwachtingen van vroeger en nu. Zijn de verwachtingen van de oudere generatie
anesthesiologen anders dan die van de jonge artsen? En zijn de verwachtingen van de oudere anesthesiologen uitgekomen? Het congres is bedoeld voor alle NVA-leden en voor hun partners. Het zal een middag- en avondvullend programma zijn. Tipje van de sluier: de middag wordt afgesloten door cabaretier Ernst van der Pasch. De avond eindigt met een spetterend feest. De definitieve invulling van het programma zal nog bekend worden gemaakt via de NVA-website en via een flyer per post. De lustrumcommissie hoopt u allen 26 januari 2008 in Groenekan te mogen begroeten! De Lustrumcommissie bestaat uit: Egbert Hidding (vz), Jan Klein (vz NVA), Marieke Staatsen (CAGA), Sandra Gijtenbeek (Bureau).
Get A Life Een real-life soap over hoe het leven had kunnen zijn Het is fijn dat er in deze roerige tijden mensen zijn die het overzicht behouden. Mensen die de besluitelozen een schop onder hun kont kunnen geven of die richting kunnen geven aan de stuurlozen. Mensen die troost bieden aan de verdrietigen, schoonheid aan de verbitterden en relativering aan de zwaarmoedigen onder ons. Het is, kortom, fijn dat Ernst van der Pasch programma’s maakt. Is hij de nieuwe Messias? Nee, waarschijnlijk niet. Hij is net zo stuurloos, zwaarmoedig en verdrietig als de rest. Hij kan er alleen wel verdomd mooi over vertellen. Bovendien is het altijd makkelijker om anderen te helpen dan jezelf. Get a Life is het vijfde programma van Ernst van der Pasch. Van de liedjes uit zijn eerste vier programma’s kwamen twee cd’s uit die hij opnam met zijn gelegenheidsband de Amateurs, waarmee hij in 2006 een korte tour maakte. Van der Pasch is verder columnist, parttime wereldreiziger, kroegfilosoof en presenteerde de afgelopen vijf jaar het tvprogramma Het Klokhuis.
16
de anesthesioloog 5 • 2007
‘Mamma, ik wil anesthesioloog worden’
26 januari 2008 12e Lustrum www.anesthesiologie.nl
Familieportretten
Familie Dit is het eerste interview in een miniserie familieportretten binnen de anesthesiologie. Dit eerste interview betreft een vader en zoon.
Vader: G.L. Lo (1946): werkzaam in Streekziekenhuis Koningin Beatrix te Winterswijk. Hij is geboren in Indonesië en volgde zijn geneeskundestudie en opleiding tot anesthesioloog in Duitsland. Zoon: Dr. B. Lo (1974): assistent in opleiding tot anesthesioloog in het Universitair Medisch Centrum Utrecht. Begin dit jaar is hij gepromoveerd op Activation of hemostasis after off-pump coronary artery bypass graft surgery. In 2008 start hij een fellowship chronische pijnbestrijding.
W
aarom koos Lo sr. voor het specialisme anesthesiologie? Dat had vooral een praktische reden. ‘Natuurlijk heb ik eerst coschappen gelopen, waaronder chirurgie. Toen er in de jaren zeventig een tekort was aan anesthesisten, werd ook in kleinere ziekenhuizen door de arts-assistenten narcose gegeven en dat sprak mij wel aan. Bovendien sprak ik toen nog niet zo goed Nederlands en als anesthesioloog hoefde je toen niet veel te praten.’ De familie was groot, maar Lo sr. was de eerste arts, zijn zoon de tweede. Thuis werd er niet veel gesproken over het werk, maar het werk van zijn vader ging Lo jr. niet ongemerkt voorbij. ‘Wat ik vooral meekreeg was dat mijn vader veel werkte en ook ’s nachts regelmatig op pad moest. Niet meteen een vak dat ik voor ogen had.’ Voor Lo jr. lag het dus niet voor de hand dat hij anesthesioloog zo worden. Wel was hij goed in alle bètavakken. Destijds was vanzelfsprekender om voor informatica te kiezen: dat was bekender en bood meer toekomstmogelijkheden. ‘Ik ben naar een open dag geweest, keek om me heen en dacht, nee, dit is mijn wereld niet, hier voel ik mij niet thuis. Ook ander bètavakken vond ik niet concreet genoeg en ik wilde bovendien iets sociaals doen. Zo kwam ik uiteindelijk toch terecht bij de geneeskunde.’ Tijdens zijn wetenschappelijke stage in Amerika (bij collega M.Durieu) werd Lo jr. wegwijs gemaakt in de anesthesiologie. ‘Na terugkomst in Nederland heb ik coschappen gelopen en ook andere richtingen leuk gevonden, maar ik heb toch gekozen voor anesthesiologie, waarschijnlijk omdat daar door mijn onderzoek toch de meeste
achtergrond in had. Uiteraard is de opleiding flink veranderd, wat Lo sr. betreft een aanzienlijke verbetering. ‘Vroeger leerden wij het met name in de praktijk. Dat was op zich goed, al maakten we wel veel uren. Vroeger draaide ik drie dagen dienst. Nu er een cao is, is dat ondenkbaar. De assistenten nu krijgen veel meer onderwijs en hoeven minder hard te werken. Ook het feit dat er meer contact is met de patiënten is een goede zaak.’ Hoewel in huize Lo niet uitgebreid over het vak gesproken wordt, wordt er zo nu en dan wel informatie uitgewisseld over de verschillen in werkwijze in ieders ziekenhuis. ‘In zijn studententijd en tijdens zijn opleiding heb ik Bernard wel eens meegenomen naar mijn ziekenhuis om mee te kijken naar bijvoorbeeld regionale blokken,’ vertelt Lo sr. ‘Omdat hij in een academisch ziekenhuis werkt vraag ik ook wel eens hoe iets bij hem gedaan wordt.’ In januari van dit jaar promoveerde Lo jr. Het is overduidelijk dat Lo sr. zeer trots is op zijn zoon. ‘Van kleins af aan was hij aan het experimenteren en hij was goed in alle vakken. Toen hij aan zijn opleiding anesthesiologie begon heb ik altijd gezegd: ik hoop dat ik meemaak dat hij gaat promoveren.’ Lo jr. vertelt dat zijn vader intens heeft meegeleefd in de periode dat zijn proefschrift tot stand kwam. ‘Vooral de frustraties waar ik tegenaanliep tijdens het onderzoek heb ik met mijn vader besproken.’ Hoe ziet de familie Lo de toekomst van het vak? ‘Het is allemaal bureaucratischer geworden en er zijn meer protocollen,’ vertelt sr. ‘Vroeger spraken we voornamelijk over medische zaken, nu gaat het vaak over management en geld.’ Lo jr. denkt dat de er in de toekomst zeker wat gaat veranderen. ‘Ik zie de anesthesioloog in de toekomst steeds meer als manager van de OK, de centrale persoon in het perioperatieve proces. Je hebt toch een ander idee als je aan het begin van je studie staat, er komt veel meer bij kijken in dit vak. Hopelijk blijven het patiëntencontact en de handelingen op de OK op de voorgrond staan.
de anesthesioloog 5 • 2007
17
Terugblik Anesthesiologendagen 2007 Terwijl de organisatie voor de anesthesiologendagen in 2008 alweer in gang gezet is, blikken wij in beeld nog even terug op de afgelopen A-dagen. Gezellige drukte op de exposantenvloer.
Dit jaar viel de eer aan prof.dr. Hans Leusink de Professor Vermeulen-Cranchlezing te houden. Traditioneel ontving hij hiervoor de Vermeulen-Cranchpenning. Iedereen was zeer verheugd dat mevrouw Vermeulen bij de lezing aanwezig was. Publicatieprijs 2006 De prijs voor de beste wetenschappelijke publicatie in het NTVA is door prof. dr. Marco Marcus uitgereikt aan mw. E.J. Bosch. De titel van haar publicatie is: Negative pressure pulmonary edema: een onderschat probleem. Beste wetenschappelijke voordracht De prijs voor de beste wetenschappelijke voordracht gehouden in 2006 door een assistentgeneeskundige in opleiding is door dr. Robert-Jan Stolker uitgereikt aan mw. L.B. Verbrugge. Titel van haar voordracht: Ernstige toxische schade van het konijnenruggenmerg na intrathecale toediening van conserveringsmiddelvrij S(+)-ketamine bij konijnen. NVA Young Investigator Grant 2007 Voor het eerst werd dit jaar de NVA Young Investigator Grant uitgereikt. Mw. dr. Elise Sarton uit het LUMC kreeg de Grant uit de handen van prof. dr. Gert Jan Scheffer. De titel van haar project is: Prediction of the opioid exposure-effect relationships using in vivo intra-cerebral microdialysis and mechanism-based pharmacokinetic-pharmacodynamic modeling. NVA Abbott publicatie-award De commissie wetenschap van de NVA beoordeelde afgelopen jaar alle gepubliceerde proefschriften van NVA-leden. Gerard Jasperse van Abbott reikte de publicatie-award uit aan dr. Andre Wolff voor zijn proefschrift Diagnostic segmental nerve root blocks in patients with chronic radiating low back pain: bringing light to the darkness?
18
de anesthesioloog 5 • 2007
Fietstour door Limburg Leon Timmerman Na twee dagen wetenschap werd op de zaterdag na de anesthesiologendagen de traditionele NVA-wielertour door het prachtige Limburgse heuvelland gereden. Vanuit Valkenburg vertrok de groep fanatieke anesthesiologen en arts-assistenten in een (voor mij) sportief tempo het groene landschap in. Limburgkenner Jos Jansen had opnieuw gezorgd voor een prachtige en gevarieerde route. Met zijn auto voorop werden de kilometers door het peloton verslonden. De dames in de volgauto zorgden enthousiast voor mentale ondersteuning, reikten de nodige calorieën aan en gaven professionele hulp bij pech. De voorspelde langdurige regenval en storm, die herinneringen opriepen aan het vorige fietsevenement, bleven uit. Een voorzichtige zon scheen over de velden en de wind gaf een extra uitdaging aan het geheel. Halverwege genoten we van een heerlijke Limburgse vlaai met koffie. De laatste etappe van de dag eindigde natuurlijk, na een tocht van vijfentachtig kilometer, op de top van de Cauberg. Bart van Wijck kan opnieuw trots zijn op dit geslaagde initiatief, en graag meld ik me al aan voor volgend jaar.
De afdeling Anesthesiologie van het UMC Groningen viert op zaterdag 10 november a.s. haar 60ste verjaardag!
Alle anesthesiologen (in opleiding), anesthesiemedewerkers en andere medewerkers, die op deze afdeling werken of hebben gewerkt, worden van harte uitgenodigd deze verjaardag mee te vieren. Ook de partners zijn van harte welkom. De ontvangst is van 13.00 tot 13.55 uur in het UMCG, gevolgd door een symposium of partnerprogramma en een feestelijk avondprogramma. Informatie en inschrijving:
www.anest2007.nl
de anesthesioloog 5 • 2007
19
Laudatio prof.dr. Jaap de Lange Uitgesproken als voordracht voor zijn benoeming tot erelid tijdens de ledenvergadering van de NVA op 11 mei 2007
J
acob Jan de Lange is geboren in 1947 in Den Haag. Na het eindexamen gymnasium-E aan het Christelijk Gymnasium Sorghvliet in Den Haag ging hij in 1967 geneeskunde studeren aan de Vrije Universiteit. Hij slaagde in 1972 cum laude voor het doctoraalexamen en legde in 1973 het artsexamen af. Hij vervulde de militaire dienst en was daarna een korte periode huisarts in Zandvoort, sportkeuringsarts in Haarlem en bedrijfskeuringsarts bij Werkspoor. In 1976 startte hij met de opleiding anesthesiologie bij professor Pearce in het Academisch Ziekenhuis van de Vrije Universiteit. In dezelfde tijd werkte hij aan zijn promotie. Dit resulteerde in 1979 in het proefschrift Drukmeting in de kleine circulatie tijdens beademing, een experimenteel onderzoek. In 1980 werd hij als anesthesioloog ingeschreven. Na zijn specialisatie werd hij wetenschappelijk hoofdmedewerker in het Academisch Ziekenhuis van de Vrije Universiteit met de opdracht het onderwijs, onderzoek en patiëntenzorg op het gebied van de neuroanesthesiologie te verzorgen. Daarna ging het snel met zijn carrière. In 1981 werd hij waarnemend afdelingshoofd, in 1983 chef de clinique, in 1986 universitair hoofddocent. Inmiddels was prof. Pearce als hoofd van de afdeling opgevolgd door prof. Booij. Na het vertrek van Booij in 1989 werd Jaap de Lange na enkele maanden benoemd tot opleider en hoogleraar-afdelingshoofd. Kort daarna haalde hij Wouter Zuurmond naar de VU als buitengewoon hoogleraar in de anesthesiologie en in het bijzonder de pijnbestrijding. Jaap de Lange heeft veel onderzoek gedaan op diverse gebieden van de anesthesiologie. Zijn interesse ging met name uit naar monitoring, inhalatieanesthesie, pijn en de geschiedenis van de anesthesiologie. Hij heeft zo’n 500 publicaties op zijn naam staan, waarvan 116 vermeldingen in Pubmed. Hij heeft 21 promovendi begeleid
20
de anesthesioloog 5 • 2007
en op dit moment begeleidt hij nog een laatste promovendus. In de laatste jaren heeft hij zich vooral op de opleiding en het wetenschappelijk onderzoek gericht. Vorige week vrijdag op 4 mei hield hij zijn afscheidscollege met de titel ‘Over de invloed van de omgeving op cholera en op chloroform’. Naast deze activiteiten is Jaap de Lange altijd heel betrokken geweest in de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie. Hij heeft veel verschillende functies bekleed, te veel om hier allemaal te noemen. Hij was onder andere lid van het bestuur van 1983 tot 1990 en een tijd lang was hij secretaris van de Vereniging. Ook was hij van 1989 tot 2006 lid van de CCA-cursus- en examencommissie. Hij was tweemaal voorzitter van de examencommissie. Hij stond mede aan de wieg van de CKAP, was van 1989 tot 1993 lid van de CKAP en van 1991 tot 1992 voorzitter. Vanaf 1997 tot nu was hij lid van het Concilium. Daarnaast was hij nog vertegenwoordiger bij de WFSA en de UEMS. In de laatste twee jaren was hij vertegenwoordiger bij de MSRC voor ons specialisme. Vanaf 1997 tot 2000 was hij voorzitter van de Commissie Herziening Opleidingseisen IV, die het huidige curriculum anesthesiologie heeft opgesteld. Hij was lid van de begeleidingscommissie van het project Morbiditeit/Mortaliteit. Hij moet altijd een warm plekje gehad hebben voor de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie, want hij vervulde al deze taken altijd met enthousiasme en plichtsgetrouwheid. Hij meldde zich vaak als vrijwilliger als er lastige en tijdrovende zaken opgelost moesten worden, zoals het herzien van het examenreglement en het opstellen van de eindtermen voor het vijfde jaar. In de jaren tachtig was Jaap hoofdredacteur van het blad Inhalatieanesthesie, onder andere met
Prof.dr. Jaap J. de Lange benoemd tot Erelid. De indrukwekkende laudatio werd uitgesproken door dr. Aart T. Rheineck Leyssius. Na zijn benoeming sprak De Lange een dankwoord uit.
Willem van der Ham. Dit blad was de basis voor het Nederlands Tijdschrift voor Anesthesiologie, waarvoor hij een van de initiatiefnemers was. Hij was de eerste hoofdredacteur van 1989 tot 1992. De redactie droeg met Jaap de Lange, Arie van Loenen en Henk Ros een sterk VU-karakter. Rond 1980 was hij een van de oprichters van het Nederlands Gezelschap voor Neuroanesthesiologie. Eind jaren tachtig was hij de kracht op de achtergrond toen Frans Boersma met enkele anderen de Sectie Pijnbestrijding oprichtte. Deze Sectie heeft veel bijgedragen aan de emancipatie van de anesthesioloog-pijnbestrijder. Tussendoor vervulde hij nog vele andere functies, zoals o.a. het voorzitterschap van het Centraal College, hij was redactielid van het Nederlands Tijdschrift voor Geneeskunde, hij was lid van
het Tuchtcollege en hij was vele malen getuigedeskundige in rechtzaken tegen anesthesiologen, waarbij de anesthesiologische kant van de zaak goed voor het voetlicht kwam. In 1998 werd hij lid van verdienste van de NVA vanwege zijn werk als hoofdredacteur van de twee geschiedenisboeken van de Nederlandse anesthesiologie. In 1988 verscheen bij het veertigjarig bestaan van de NVA Van aether naar beter en tien jaar later Maar het kan nog beter. Bij zijn afscheid als actief anesthesioloog is voor ons het moment gekomen om Jaap de Lange de eer te geven die hem als uitzonderlijk anesthesioloog toekomt, namelijk het toekennen van het erelidmaatschap van de Nederlandse Vereniging voor Anesthesiologie.
de anesthesioloog 5 • 2007
21
Wat verder ter tafel komt Nieuwsbrief wordt De Anesthesioloog Zoals u kunt zien heeft de nieuwsbrief een nieuw jasje en een nieuwe naam gekregen. Over concrete getallen beschikken we niet, maar uit de wandelgangen weten wij dat u de nieuwsbrief graag leest. Al zijn opmaak en naam nieuw, ook De Anesthesioloog wordt voor en door anesthesiologen gemaakt. Wij krijgen dus nog steeds graag uw bijdrage. Wel is de NVA voornemens deze nieuwsbrief verder uit te breiden. Wilt u zelf een artikel plaatsen? Neem dan contact op met het bureau van de NVA, Sandra Gijtenbeek 030-2823270 of
[email protected].
Vacature penningmeester Het bestuur van de vereniging zoekt een nieuwe penningmeester, vanwege het aflopen van de maximale zittingstermijn van Michiel Bijkerk, de huidige penningmeester. Leden die zich ook
in het eigen ziekenhuis bezig houden met het financieel beleid wordt gevraagd te solliciteren naar de functie. Het bestuur zou het zeer waarderen als ook vrouwen op de vacature willen reageren. Uw sollicitatiebrief kunt u tot 1 november sturen naar het bureau van de vereniging, ter attentie van mw. P.L.T. Liem. De taakomschrijving van de penningmeester vindt u in het huishoudelijk reglement artikel 7. De penningmeester is lid van het dagelijks bestuur en participeert daarbij in de maandelijkse bestuursvergaderingen te Utrecht. Ook heeft hij qualitate qua zitting in andere commissies als het organiserend comité anesthesiologendagen en de financiële commissie, verantwoordelijk voor het beheer van de gelden van Stichting Wetenschappelijk Fonds. Voor inhoudelijke informatie kunt u contact opnemen met Michiel Bijkerk, tel. 0314-32 99 11 (Slingeland Ziekenhuis Doetinchem) of 0314-381 308 (thuis).
Weerzien met Nine mr. Jochem Overdijk, anesthesioloog, mediator
Ingezonden brief
Op het programma had ik het al gezien: Nine van der Vange zou tijdens de Anesthesiologendagen 2007 als gastspreker optreden. Het leek me aantrekkelijk haar na 25 jaar weer terug te zien: ik had goede herinneringen aan Nine: zij was toentertijd in opleiding tot gynaecoloog en ik uiteraard tot anesthesioloog.We hebben samen goede tijden gehad, maar na het voltooien van mijn opleiding zijn we elkaar uit het oog verloren. In Maastricht zou de voor haar onverwachte hereniging plaatsvinden. Wat een teleurstelling was het voor mij dat de sessievoorzitter mededeelde dat mevrouw Van der Vange zich in verband met ziekte moest laten vervangen! Wat zou er aan de hand zijn? Ik herinner me Nine niet bepaald als een aanstelster! Uiteindelijk was Nine toch ‘gewoon’ present en hield zij zelf de voordracht. Vanuit mijn positie – zo’n beetje halverwege de zaal – was ze ogenschijnlijk niet veranderd: nog altijd diezelfde Kate Bush-achtige verschijning. Naast gynaecoloog is Nine tegenwoordig ook directeur van een adviesbureau voor werving en selectie van nieuwe (medische) collega’s. Haar voordracht was hierop gericht. Gelet op de talrijke litanieën aangaande maatschaps- en vakgroepperikelen die mij in de wandelgangen ter ore kwamen, was het logisch dat Nine zich in een goed gevuld auditorium mocht verheugen. Maar datzelfde groot auditorium zou in de loop van haar voordracht voor ongeveer eenderde leeglopen: hele rijen verlieten voortijdig de zaal! Je zou deze massale uitstroom als schaamteloos kuddegedrag kunnen betitelen. Voor diegenen echter die zich voor de inhoud van de voordracht interesseerden, zal dit blijk van desinteresse slechts een illustratie zijn van het door Van der Vange geponeerde statement dat anesthesiologen ‘sterk vakinhoudelijk georiënteerd’ zijn: in dit verbeterpunt ligt de uitdaging. Na afloop van de voordracht ben ik uiteraard naar Nine toegegaan en hebben we vliegensvlug wel en wee uitgewisseld. Ze is nog altijd die stoere meid, zoals ze ook nu weer dacht dat ze in directe aansluiting op een oncologische behandeling toch nog wel even zelf die voordracht kon houden. Nine, het ga je goed. Ga door met de wetenschappelijk verantwoorde selectie van toekomstige collega’s en blijf vooral jezelf! Ingezonden brieven vallen buiten de verantwoordelijkheid van de redactie.
22
de anesthesioloog 5 • 2007
Congreskalender
kalender 2007
De volledige congreskalender en meer informatie over de hieronder genoemde congressen en bijeenkomsten vindt u op NVA website. www.anesthesiologie.nl 3 3 4 7
oktober oktober - 5 oktober – 10 oktober
10 – 11 oktober 11 oktober 13 oktober 21 oktober 30 oktober 1 november 1 november 2 november 8 november 8 november 8 november 11 november 12 november 14 november 14 november 19 november
2008
22 november 28 november 30 november 1 december 7 december 8 december 21 december
17 januari 26 januari 2 maart 13 maart 2 april 9 april 22 mei
Rode Hoed Symposium: Medisch specialist 2008 FEEA cursus III Advanced Life Support 20th Annual Congress of the European Society of Intensive Care Medicine Nationale Pijndagen: thema ‘Woman and Pain” KNMG congres: Hoe dokters goed opgeleid worden…en blijven ASA annual meeting Third Interuniversity Course in Algology Individueel functioneren medisch specialisten objectief effectief en…onafwendbaar ZZP’s in de AWBZ Toegang tot de luchtweg 2007 NVA 4e Wetenschapsdag Anesthesiologie SKA vergadering NVIC Infectiecongres 2007 Advanced Life Support 7e Kinderanesthesie Symposium, The Brain: Something to Think About De eerste klap is een daalder waard NVMO Congres Jaarlijks congres Nederlandse Vereniging van Medisch Onderwijs Symposium: Status en eerste praktijkervaringen van het Beheersplan Luchtbehandeling voor de Operatieafdeling Polytrauma Rapid Echo-evaluation Programme (PREP) Management Essentials voor Anesthesiologen 50 Years of Anesthesia, Past, Present, Future 9e Congres De anesthesioloog als pijnbestrijder PGA: 61st PostGraduate Assembly in Anesthesiology Anaesthesia and the child anno 2007 8th Cristmas Echo
EURONEURO 2008, Maastricht NVA Lustrumcongres: ‘Mamma, ik wil anesthesioloog worden’ WFSA World Congress of Anaesthesia 2008 Toegang tot de luchtweg FEEA Cursus FEEA II Cursus NVA 12e Anesthesiologendagen 2008
Amsterdam Antwerpen Houten Berlijn Apeldoorn Utrecht San Francisco Spa België Utrecht Den Haag Groningen Amsterdam Ede Houten Utrecht Amsterdam Egmond aan Zee Egmond aan Zee
Utrecht Houten Garderen Nijmegen Antwerpen New York Antwerpen Brussel
Groenekan Kaapstad Groningen Den Haag Den Haag Maastricht
de anesthesioloog 5 • 2007
23
Oproep tot het indienen van aanvragen voor een
NVA Young Investigator Grant 2008
€ 50.000 voor een periode van twee jaar De onderzoeker, het onderzoek en de infrastructuur De aanvrager is gepromoveerd, lid van de NVA, heeft wetenschappelijke ambitie en een duidelijk en goed uitgewerkt plan voor een vervolgonderzoek. De resultaten van het voorgestelde onderzoek dienen voor de anesthesiologie belangrijke klinische of fundamentele onderzoeksvragen te beantwoorden. Multidisciplinaire onderzoeksamenwerking wordt sterk aangemoedigd. Op de afdeling of binnen de vakgroep waar hij/zij werkt is een goede infrastructuur voor onderzoek en is er een senioronderzoeker die als begeleider en klankbord functioneert. ‘Matching’: De afdeling draagt bij in de kosten van het onderzoek Omdat een dergelijke persoonsgebonden tweejarige NVA-subsidie slechts voor een deel kostendekkend kan zijn, wordt van de instelling waar de onderzoeker werkzaam is verwacht dat deze een bijdrage levert aan het project welke minimaal gelijk is aan de toegekende subsidie (‘matching’). Deze bijdrage kan bestaan uit het ter beschikking stellen van (een deel van) de onderzoektijd, onderzoekassistentie (research nurse) of laboratoriumfaciliteiten. Aanvragen, inclusief begroting, dienen vóór vrijdag 18 januari 2008 12.00 uur elektronisch (Adobe pdf) te worden gemaild naar de NVA: NVA@anesthesiologie. nl. Het aanvraagformulier kan via de website worden gedownload. De uitreiking vindt plaats tijdens de Anesthesiologendagen 2008. Namens het Bestuur van de NVA, de Commissie Wetenschap