Nieuwsbrief Defensie Vrouwen Netwerk
Jaargang 3, december 2003
3
In dit nummer: • Van het Bestuur • Genderbeleid • Afscheid Anne Lay • Flexibilisering Arbeidsduur • Interview met Ria Korf • Even voorstellen • ALV en Themadag • Women in Nato Forces • 25 jaar vrouwen KMA • Gelezen • Leestips • DVN in de Pers
eze Nieuwsbrief staat weer boordevol informatie. Enkele nieuwe bestuursleden stellen zich voor, van anderen nemen we afscheid. Afgelopen zomer is er veel aandacht geweest van de pers naar aanleiding van uitspraken van de minister van Defensie en de reactie daarop van onze voorzitter. Wij hebben een selectie gemaakt van deze persberichten. Ter gelegenheid van het symposium ‘25 jaar Vrouwen op het KMA’ in augustus werd door menig journalist weer eens de aandacht gevestigd op het genderbeleid van Defensie. De redactie hoopt dat er in dit nummer wederom voldoende te lezen valt over en aangaande het Defensie Vrouwen Netwerk. Helaas krijgen we nog steeds erg weinig feedback van onze lezers. Mocht je schrijversambities hebben, of vind je dat er aan een bepaald onderwerp meer of minder aandacht besteed zou moeten, laat het ons weten. Wie weet kun je er zelf een artikeltje aan wijden in de volgende Nieuwsbrief. Overigens zijn wij ook nog op zoek naar mensen die de redactie willen komen versterken! Tot slot wensen wij alle Nieuwsbrieflezers prettige feestdagen en natuurlijk een heel goed 2004.
D
Van het het bestuurbestuur Van iehier alweer de laatste Nieuwsbrief van dit jaar. Het lijkt me een goed gevuld exemplaar te worden! Lijkt me zeg ik omdat ik bij het (vroeg i.v.m. vakantie) schrijven van dit voorwoord nog geen volledig beeld heb van de inhoud. Ik laat het dan ook aan de redactie over om exact aan te geven wat u kunt verwachten in dit nummer. In ieder geval zal ik u op de hoogte brengen van het verloop en de uitkomsten van het gesprek met de staatssecretaris van Defensie. Tevens zal ik u weer bijpraten over de subsidieperikelen. Bovendien wil ik van deze gelegenheid gebruik maken om te wijzen op de intranetsite van het DVN. Dit om een belofte in te los-
Z
sen; het rapport met daarin de uitslagen, conclusies en aanbevelingen van de door het DVN gehouden enquête is op de site in te zien! Mijn oproep in de vorige Nieuwsbrief heeft gewerkt! Er zijn een aantal dames die zich hebben opgegeven voor een bestuursfunctie, waarvoor mijn hartelijke dank. Zij zullen zich verderop in deze Nieuwsbrief aan u voorstellen. Ik wens u veel leesplezier. Tevens wens ik u, al lijkt het bij het schrijven dezes (begin oktober) wat voorbarig, goede en gezonde feestdagen en een fijne jaarwisseling toe. Tot ziens in 2004!
11
Naast de staatssecretaris (Stas) waren van de zijde van de Centrale Organisatie aanwezig: KTZA F.J. Marcus, DGPM/H-DPBO; drs. F.J.M. Speel, beleidsmedewerker DGPM/DPBO en dhr K.A. Meijer, CO/DV. Namens DVN waren aanwezig: lkol mr. H.C.M. Snellen, voorzitter DVN; maj arts drs. A.M. Hume, bestuurslid DVN; mw. drs. J.A. Verhagen, bestuurslid DVN; mevr. drs. D. van Ommeren, lid Denktank DVN.
lkol Henny Snellen
Voortgang subsidieperikelen In voorgaande nummers van de Nieuwsbrief heb ik u beloofd op de hoogte te houden van de voortgang van de subsidieperikelen. Welnu: kort samengevat zijn deze als volgt. Door de staatssecretaris (Stas) van Defensie was voor het jaar 2003 een subsidie toegezegd van 20.000,00 euro. Door het DVN is echter een onderbouwde begroting voor 25.000,00 euro ingediend. Als gevolg van de bezuinigingen bij Defensie heeft de Stas besloten om voor het jaar 2003 echter slechts 15.000,00 euro toe te kennen. Hiertegen heb ik namens het DVN bezwaar ingediend. Op 3 juli jl. heeft ter behandeling van dit bezwaarschrift een hoorzitting plaatsgevonden. Uiteindelijk is door de directeur-generaal Personeel en Materieel een aanbod gedaan. Dit aanbod komt er (kort) op neer dat de subsidie voor 2003 weliswaar wordt vastgesteld op 15.000,00 euro, maar dat er een suppletie van 3.000,00 euro wordt verstrekt uit de onderbesteding van 2002. Voor het jaar 2004 wordt de subsidie vastgesteld op 14.000,00 euro met een suppletie van 4.000,00 euro. Voor zowel 2003 als 2004 komt daarmee de subsidie op 18.000,00 euro.
2
Onder de mededeling dat het DVN het principieel oneens is met de korting op de subsidie heb ik toch besloten (na overleg met de Algemene Ledenvergadering) in te stemmen met dit (deel van het) voorstel. In het voorstel werd echter ook impliciet melding gemaakt van een voorgenomen subsidietoekenning voor 2004 en de daaropvolgende jaren van 14.000,00 euro. Hiervan heb ik aangegeven dat het DVN zich daar vooralsnog niet bij neerlegt en dat het DVN zich het recht voorbehoudt om telkenmale (elk jaar) een onderbouwd verzoek om subsidie in te dienen voor een bedrag zoals het DVN dat denkt nodig te hebben om goed te kunnen blijven functioneren en voortbestaan. Tot op heden heb ik hierop geen reactie ontvangen, maar wellicht hierover in de volgende Nieuwsbrief meer. Terugkoppeling van het gesprek met de staatssecretaris Op 26 augustus jl. heeft het jaarlijkse gesprek tussen een afvaardiging van het DVN en de staatssecretaris van Defensie, dhr. C. van der Knaap plaatsgevonden.
Na de voorstelronde werd gesproken over de enorme publiciteit die is ontstaan rondom uitspraken van de Stas en de minister over de streefcijfers van vrouwen bij Defensie in relatie tot de komende bezuinigingen. De voorzitter DVN gaf aan dat dit onderwerp ook de aandacht heeft van DVN en reeds enige tijd geleden als punt is ingebracht voor dit overleg. De Stas benadrukte dat het streefpercentage vrouwen van 12% voor militair personeel en 30 % burgerpersoneel inzet is van beleid op politiek niveau. Hierover heeft overleg plaatsgevonden met de DGPM dhr B.H.J.J.M. Völkers. De Stas benadrukte tevens dat bij herplaatsing van defensiepersoneel bij gelijke geschiktheid de voorkeur uitgaat naar de vrouw. Er zullen voor wat betreft ‘gelijke geschiktheid’ duidelijke criteria komen die weinig ruimte bieden in de uitwerking. De Stas verwacht van DVN, dat wanneer DVN op enigerlei wijze signaleert dat het beleid niet conform wordt uitgevoerd dit met concrete voorbeelden aan hem meldt.
Drempels en barrières, erkenning en herkenning • De Stas benadrukte het belang van het behoud van vrouwelijk personeel. In dat kader werd uitvoerig gesproken over de drempels en barrières voor vrouwen in een loopbaan bij Defensie. Hierbij wordt gesproken over stafdienst, hogere militaire vorming en kinderopvang. Het standpunt van DVN is dat vrouwen bij Defensie werken omdat ze daar nodig zijn en over kwaliteiten beschikken om defensietaken uit te voeren op alle niveaus binnen de organisatie. Deze kwaliteiten vragen erkenning en herkenning en identificatie van belemmerende factoren om b.v. streefcijfers te bereiken. DVN noemde het rigide plaatsings- en loopbaanbeleid een factor die vrouwen belemmert door te stromen naar hogere functies. De daaraan gekoppelde scholing/studie is gebonden aan een cultuur van institutioneel leren. B.v. een opleiding stafdienst, HSV, HMV vraagt veel avondstudie en de deelnemers zijn dan veelal gedurende maanden alleen de weekenden thuis. Met de huidige ICTmiddelen en zelfstudiemogelijkheden kan de opleiding effectiever worden ingericht en valt vervolgens te combineren met zorgtaken, waarmee vrouwen én mannen te maken hebben. De Stas noemde dit een organisatieprobleem en zag dit inderdaad als een belemmerende factor in carrièremogelijkheden voor de vrouw. De Stas vond dat meer inzicht nodig is en verzocht de aanwezige beleidsmedewerkers een notitie te maken.
Nieuwsbrief 3 - 2003 DVN ging verder in op het gegeven dat ook voor vrouwen winst valt te behalen door meer flexibel met functiepatronen om te gaan. Het moet mogelijk en bespreekbaar zijn voor een vrouw om b.v. binnen zeven in plaats van acht jaar kolonel te worden. De Stas benadrukte het belang van een kritische massa aan vrouwen in de organisatie en duidelijke vaandeldragers in de vorm van vrouwelijke officieren en een generaal voor 2010. Hij had echter van zijn (defensie)staf vernomen dat in het huidige potentiële bestand geen ‘generabele’ vrouwen beschikbaar zijn. Bovendien zal het aantal vlag- en opperofficiersfuncties de komende jaren worden gereduceerd. De Stas vond dat zo snel mogelijk een vrouwelijke generaal beschikbaar moet zijn. Een militaire achtergrond achtte hij niet per se noodzakelijk. De Stas wilde in ieder geval het ‘old boys network’ doorbreken, desnoods door zij-instromers van buiten de organisatie. Deze gedachte wordt niet door DVN ondersteund.
Werk voor de DVN-Denktank DVN gaf aan dat gerichte registratie van kwaliteiten zou moeten plaatsvinden. Een mogelijkheid is het als vast item onder te brengen in het functioneringsgesprek. Verder kent de CO een MD-begeleidingstraject dat mogelijk defensiebreed toegepast zou kunnen worden. De krijgsmachtdelen kennen een MD-traject maar doen er niets mee voor wat betreft burgerpersoneel. Ook kinderopvang is facilitair voor een carrièrepatroon voor vrouwen. Het blijkt dat Defensie alle mogelijkheden van tijd om gebruik te maken van kinderopvang nodig heeft(van enkele uren tot en met 24 uur per dag). De locaties binnen de Koninklijke Luchtmacht die een goede kinderopvang gerealiseerd hadden en hierin een goed voorbeeld waren, worden helaas opgeheven. • Ter afsluiting van dit onderwerp gaf HBO de opdracht in samenwerking met het DVN te komen tot een analyse van de vraag "welke faciliteiten zijn noodzakelijk om een normaal carrièrepatroon voor vrouwen te realiseren". Hierbij gaat het zowel om materiële en immateriële zaken. Dit zal binnen de denktank van DVN worden opgepakt.
Vervolgens werd gesproken over genderbewustzijn op de werkvloer. DVN gaf aan dat er nog steeds voorbeelden zijn dat commandanten en leidinggevenden vrouwelijk personeel niet serieus nemen en dat er sprake is van incorrecte bejegening. De Stas gaf aan dat dit soort situaties op geen enkele wijze te tolereren valt. Het blijkt enorm complex om dit soort gedrag te beïnvloeden. Dit blijkt uit gesprekken met o.a. betrokken functionarissen. Genomen maatregelen vinden geen borging. Hij is van mening dat maatregelen op dit gebied beginnen bij de leiding. De vraag is ook welke rol de genderambassadeur hierin kan hebben. DVN gaf aan dat genderbewustzijn in relatie tot diversiteitsbeleid als meetbaar item opgenomen zou kunnen worden bij functioneringsgesprekken, opleidingen, agenda’s van leidinggevenden. Evenals het regelmatig onder de aandacht brengen van de gedragscode. De brochure integriteit is al weer enige tijd geleden uitgekomen. De staatssecretaris heeft periodiek een gesprek met de genderambassadeurs. Dit gesprek zal dit najaar plaatsvinden. • Het verzoek aan DVN is ter voorbereiding op dit gesprek suggesties aan te dragen. Dit zal binnen de Denktank van het DVN worden opgepakt. Aangezien de tijd het niet toeliet de verdere punten af te handelen, stelde de Stas voor om een nieuwe afspraak te maken. Dan kunnen tevens de suggesties voor de bijeenkomst met de genderambassadeurs worden besproken. De volgende punten komen in het volgende gesprek met de Stas op 13 november 2003 nog aan de orde: • Aspecten die onderbelicht zijn gebleven in het gesprek op 26 augustus (functie rolmodel). • Suggesties ter voorbereiding op het gesprek van de Stas met de genderambassadeurs. • Ongewenst gedrag. • Veiligheidsraad resolutie 1325: Vrouwen, Vrede en Veiligheid. De DVN-vertegenwoordigers hebben het overleg als positief ervaren. Er was sprake van een open en prettig gesprek waaruit voor zowel DVN als de aanwezige beleidsmedewerkers van Defensie concrete acties zijn voortgekomen. Lkol mr. Henny Snellen, Voorzitter
3
Gesprek staatssecretaris en bestuur DVN. Foto: Peter Wiezoreck, fotojournalist Defensiekrant
Foto: Mediacentrum KMS
Genderbeleid Brief aan Tweede Kamer over het personeelsbeleid van Defensie in de komende jaren. Genderparagraaf. Nr P/2003005426 d.d. 16 september 2003
4
‘Verantwoord verkleinen, voortvarend vernieuwen’ Defensie heeft vrouwen én mannen nodig om haar taken te kunnen uitoefenen. Juist in deze tijd van verkleining van het personeelsbestand moet het belang van meer vrouwen bij Defensie worden onderstreept. Defensie wil het vrouwelijk deel van het arbeidsmarktpotentieel maximaal benutten. Bij de komende reorganisatie zal bij herplaatsing aandacht worden gegeven aan vrouwelijke defensiemedewerkers om - tegen de druk van de reducties in de vastgestelde streefpercentages te halen in 2010. Deze aandacht kan inhouden dat, bij wijze
van uitgangspunt, bij gelijke geschiktheid een vrouwelijke herplaatsingskandidaat voor gaat. Voor vrouwelijk burgerpersoneel is dit reeds vastgelegd in het burgerlijk ambtenarenreglement Defensie.1 Ik ben voornemens deze benadering analoog voor vrouwelijke militairen toe te passen. Op deze wijze wordt, rekening houdend met een beperkte instroom, invulling gegeven aan de motie-Van Ardenne-Van der Hoeven en Albayrak, waarin wordt opgeroepen tot een strategisch actieplan om de gestelde streefcijfers van 12 procent vrouwelijke militairen en 30 procent vrouwelijk burgerpersoneel in 2010 te halen.2 De inspanning om deze streefpercentages te halen, blijft onverminderd noodzakelijk.
De doorstroming van vrouwelijke defensiemedewerkers naar hogere functies neemt geleidelijk toe. Om deze ontwikkeling te ondersteunen, worden de streefcijfers voor 2010 voor vrouwen in hogere functies aangescherpt: zes procent vrouwelijke militairen vanaf de rang van majoor, drie procent vrouwelijke militairen vanaf de rang van kolonel en zes procent vrouwelijk burgerpersoneel vanaf schaal 14. In 2002 is bij ieder defensieonderdeel een genderambassadeur aangesteld. Deze functie wordt bekleed door de plaatsvervangend bevelhebbers van de Koninklijke Landmacht, de Koninklijke Luchtmacht en Koninklijke Marechaussee, de plaatsvervangend directeur personeel bij de Koninklijke Marine, de plaatsvervangend commandant Dico en de plaatsvervangend secretaris-generaal. De ambassadeurs spelen een belangrijke rol door genderaspecten en emancipatiebeleid binnen het eigen defensieonderdeel te agenderen en door middel van specifieke initiatieven. Zo hebben de ambassadeurs de afspraak gemaakt het
Nieuwsbrief 3 - 2003 onderwerp gender als aandachtspunt mee te nemen in functioneringsgesprekken. De ambassadeurs kunnen op dit onderwerp ook worden aangesproken door de medewerkers. Daarnaast zijn onlangs een groot symposium en verschillende workshops gehouden om het genderbewustzijn in de defensieorganisatie te vergroten. De verdere vergroting van dit bewustzijn en van de genderdeskundigheid binnen Defensie blijft in de toekomst een punt van aandacht. Door uitvoering te geven aan de VNVeiligheidsraadresolutie 1325 ‘Vrouwen, Vrede en Veiligheid’ maken genderaspecten ook deel uit van de voorbereiding van vredesoperaties. Bij de huidige operatie in Irak is dit onder meer gebeurd door op iedere grotere post minimaal twee vrouwelijke militairen te plaatsen. Over de uitvoering van VN-resolutie 1325 is de Tweede Kamer reeds geïnformeerd in een gezamenlijke brief van 26 maart 2003 van de ministeries van Buitenlandse Zaken en van Defensie.3 Het beleid wordt aangescherpt door het onderwerp gender expliciet te betrekken bij de voorbereiding en de uitvoering van vredesoperaties, alsmede door aandacht te besteden aan de samenstelling van de uit te zenden eenheden. In het voorjaar van 2003 heeft de Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht (IGK) de resultaten van een evaluatie van het emancipatiebeleid van Defensie gepresenteerd. Uit deze evaluatie blijkt dat veel van de in 1997 aangekondigde initiatieven zijn uitgewerkt in formeel beleid, maar dat de operationalisering van en de controle op deze maatregelen verbetering behoeft. Dit is een van de actiepunten voor de genderambassadeurs. Drs. I. Ter Laak Beleidsmedewerker Emancipatie
1Burger
Ambtenaren Reglement Defensie,
artikel 116, lid 2. 2Kamerstuk
28 000 X, nr. 15, 31 oktober 2001.
3Kamerbrief
DEF-03-45, 26 maart 2003.
Afscheid Anne Anne heeft vele jaren de functie van secretaris vervuld binnen het DVN-bestuur. Ze heeft in die jaren enorm veel werk verricht, zo veel dat het bestuur besloten heeft haar werkzaamheden te verdelen over een aantal nieuwe bestuursleden. Op de algemene ledenvergadering is formeel afscheid genomen van Anne. Wij maken graag wat ruimte vrij om haar nog een keer aan het woord te laten. Beste DVN-sters, Er is een tijd van komen en er is een tijd van gaan. Mijn tijd om te gaan is nu gekomen. Na ruim 5 jaar met veel plezier als secretaris voor het DVN gewerkt te hebben, vind ik het tijd geworden om het stokje aan iemand anders over te dragen. Ondanks dat het soms best wel eens druk was, heb ik van het secretarisschap veel geleerd. Zo ben ik me in onderwerpen gaan verdiepen waarover ik anders nooit zou nadenken. Mede daardoor ben ik zelfs interculturele psychologie gaan studeren aan de Open Universiteit. Ik hoop dat mijn opvolger het secretarisschap ook zo zal ervaren. Tot slot wil ik langs deze weg iedereen en met name het bestuur en oud bestuursleden heel hartelijk bedanken voor jullie steun, collegialiteit en vriendschap. Ik wens jullie allen veel sterkte en succes. Met vrouwelijke groet Anne M. Lay
Flexibilisering arbeidsduur (5) e staatssecretaris van Defensie heeft op 11 juni 2003 een brief (kenmerk P/2003003581) doen uitgaan aan de secretaris-generaal, de bevelhebbers en de commandant Defensie Interservice Commando met als onderwerp ‘Voorlopige voorziening inzake flexibilisering arbeidsduur voor burgerambtenaren aangesteld in deeltijd’. De tekst kunt u terugvinden op de website van de Directie Arbeidsvoorwaardenbeleid (DAVB),
D
die u op de intranetpagina van de Centrale Organisatie vindt onder het tabblad ‘afdelingen’. Citaat uit de brief: “Tot de wijziging zijn beslag krijgt geldt voor kalenderjaar 2003 de voorlopige voorziening voor burgerambtenaren die zijn aangesteld in deeltijd”. Dit houdt in dat per 1 januari 2004 ook deeltijdwerkers – naar evenredigheid – kunnen ‘flexen’. Nagekomen: bovenstaande geldt nu ook voor militairen die in deeltijd werken.
5
Interview Het zal niemand zijn ontgaan: vanwege de bezuinigingen moeten er vele banen bij Defensie verdwijnen. Een aantal durven wij (red.) niet eens meer te noemen, want er worden steeds andere cijfers naar voren gebracht, zodat niemand nog weet wat ons te wachten staat. Voor een van onze actieve DVN-leden, Ria Korf, werd het afgelopen zomer al duidelijk. De voortzetting van haar dienstverband bij Defensie stond op losse schroeven, omdat het project Scout waar ze aan verbonden was, niet gecontinueerd zou worden. Zij kon gebruik maken van een afvloeiingsregeling en sinds 1 september is zij niet meer in dienst van Defensie, dus ook geen ‘Denktanker’ en DVN-‘steunpunter’ meer. Met spijt nemen wij afscheid van haar in de vorm van onderstaand interview dat wij (red.) met haar hadden op 9 oktober j.l.
6
Hoe lang werkte je al bij het ministerie van Defensie en in welk functies? “Ik ben op 1 september 1969 bij de Koninklijke Luchtmacht in dienst getreden als Luva. Mijn eerste functie was die van telexist bij de Luchtmachtstaf in Den Haag. In 1973 ben ik de onderofficiersopleiding gaan volgen in Gilze-Rijen en daarna werd ik geplaatst op de Vliegbasis Twenthe als eerste Luva. Er waren al wel wat Regionale Luva’s geplaatst. Mijn functie was specialist communicatie en in 1976 werd dat specialist verbindingen. Het verschil zit ‘m in extra opleidingen en sneller kunnen seinen (radiotelegrafie). Toen mijn eerste kind werd geboren in 1984 heb ik ontslag genomen... Deeltijd en herintreding waren toen nog niet aan de orde, laat staan het recht op ouderschaps- en zorgverlof. In mijn tijd bestonden die ‘rechten’ niet, maar toch bleek het voor aardig wat vrouwen mogelijk om zorg / kinderen / een (militaire) carrière te combineren. Het is ook een kwestie van aanpakken, planning, goede verdeling van taken met je partner, en proberen dingen geregeld te krijgen. Helaas ben je wel afhankelijk van je commandant: durft hij het
aan vrouwen gelijke kansen te geven, heeft hij voldoende vertrouwen in de goede afloop ervan, en natuurlijk zijn er de specifieke omstandigheden. In 1990 ben ik heringetreden in een operationele functie, wat eigenlijk niet kon, maar ik mocht het proberen. Vier jaar later werd ik een half jaar uitgezonden naar Villafranca in Italië in het kader van operatie Deny Flight. Deze uitzending heeft geduurd tot en met 1 april 1995. Dat was wel heel bijzonder, mijn kinderen waren toen 8 en 10 jaar oud. In 2000 ben ik overgestapt naar de personeelsdienst van de vliegbasis. Ik had toen ‘arbeid en zorg’ in mijn pakket en het pilotproject Inpandige Kinderopvang. Ik ben er eigenlijk best trots op dat dit project resulteerde in de eerste inpandige defensiecrèche. In september werd ik overgeplaatst naar het Instituut Keuring en Selectie in Amsterdam voor het zogenoemde project Scout, en dat liep dus in 2003 af.” Je latere werk sloot mooi aan bij je activiteiten voor DVN; wat motiveerde jou om actief te worden binnen DVN? “Mijn motivatie was eigenlijk netwerken. Ik kwam er wel
Nieuwsbrief 3 - 2003 achter dat binnen Defensie heel veel ‘voor zichzelf ’ werd gewerkt. Bij de krijgsmachtonderdelen en ook de onderdelen daarvan... En daar gebeurde alles dan net even iets anders. Ik denk dat je moet samenwerken en zeker op het gebied van emancipatie.” Heb je het gevoel dat DVN invloed heeft op het personeelsbeleid van Defensie? “Misschien wel een beetje, maar dat heeft ook te maken met wie er op dat moment in de top opereren. De ene bevelhebber is gevoeliger voor de zaken die DVN behartigt dan de andere. Soms denk ik wel eens dat dit aan iemands thuissituatie ligt. Het succes zal dus met het wisselen van een bevelhebber groter of kleiner kunnen worden.” Wat vind je van de uitspraak van minister Kamp: “Vrouwen worden ontzien bij de komende ontslagronde?” “Zulke uitspraken moet je niet doen; dat werkt averechts voor vrouwen in de organisatie. De mensen op de werkvloer snappen daar niets van en dan moeten de vrouwelijke collega’s het ontgelden. Je schiet daar dus niets mee op. Het zet velen op een verkeerd been. Ik heb trouwens ook meer dan eens gemerkt dat veel defensievrouwen absoluut geen lid van DVN willen zijn, omdat ze er niet mee geassocieerd willen worden. Ze willen op eigen kracht bereiken wat ze willen bereiken, door een goede prestatie neer te zetten en beslist niet omdat ze vrouw zijn. Helaas is ook de solidariteit tussen vrouwen onderling soms ver te zoeken.”
Blijf vooral jezelf Denk je actief te blijven op het gebied van emancipatie? “Ik denk het wel. Ben al benaderd om in een andere ‘Denktank’, ook op het gebied van emancipatie, te gaan zitten. Mijn hart ligt daar toch wel.”
Heb je tot slot nog een goede raad voor defensievrouwen in het algemeen ? “Ja, dat heb ik wel. Blijf vooral jezelf in deze organisatie. Wil je meedenken en meepraten, wordt dan actief in een vakbond (daar zie ik nog steeds te weinig vrouwen). Hetzelfde geldt voor de medezeggenschapsraden en natuurlijk DVN. In 1984 ben ik met ontslag gegaan en onder meer met hulp van de vakbond kon ik herintreden in 1990. Daarna ben ik in die vakbond actief gebleven op het gebied van emancipatie. Vrouwen moeten veel actiever worden en niet alles overlaten aan de mannen binnen de organisatie, want het is nu eenmaal algemeen bekend: mannen en vrouwen denken heel verschillend over allerlei zaken...” Nabrander van Ria: “Enige tijd geleden kreeg ik van de Koninklijke Luchtmacht een uitnodiging voor een dienstverlatersprogramma van de KLu om samen met mijn partner naar Beukbergen te komen. Samen met nog zeven andere echtparen, waarvan de mannen bij de KLu hadden gewerkt. Het werd dus een gezelschap van zeven mannen en één vrouw en hun partners (zeven vrouwen en één man). Zo werden wij ook ingedeeld bij diverse onderdelen van het programma. Wel grappig hoor, mijn echtgenoot had er overigens absoluut geen probleem mee, maar het leverde de eerste keer wel verbaasde gezichten op. Er werd veel gefilosofeerd over specifieke vrouwen- en mannenrollen thuis en op het werk. Dan blijkt maar weer eens al te meer hoe verschillend het denkproces is van mannen en vrouwen. En natuurlijk werd er teruggekeken op je loopbaan. Een van de opdrachten, die me heel goed is bijgebleven, was het uitzoeken van twee foto’s uit een serie met uiterst verschillende onderwerpen. De ene foto moest symbool staan voor je werkzame periode bij Defensie, de andere voor hoe je je op dat moment voelde. Op mijn eerste foto stond een kanovaarder die met heel veel krachtsinspanning probeerde stroomopwaarts te komen, mijn tweede foto was een vogel die vrij door de lucht zeilde...”
7
Even voorstellen Anke van Loon, secretaris Graag wil ik me hierbij aan jullie voorstellen. Mijn naam is Anke van Loon en ik ben sinds 1998 werkzaam bij Defensie, eerst als militair jurist (BBT) bij de Afdeling Juridische Aangelegenheden bij DP&O in Den Haag en sinds 1 september 2002 als jurist (burger) bij de Afdeling Juridische Zaken van de Militaire Inlichtingen en Veiligheidsdienst (MIVD). Tijdens mijn rechtenstudie had het gebied gender al mijn belangstelling en heb ik ook een aantal specialisaties vrouw en recht gedaan, waarin ik onder meer onderzoek heb gedaan naar vrouwen in detentie. Toen ik bij Defensie kwam werken, was toen ik eenmaal hoorde van het bestaan van DVN, mijn interesse dan ook al snel gewekt. Na een aantal jaren de activiteiten van DVN langs de zijlijn te hebben gevolgd, vind ik het nu de hoogste tijd om me actief in te zetten voor DVN. Ik denk dat het juist in onze defensieorganisatie belangrijk is dat vrouwen (zowel militair als burger) zich bewust zijn/worden van hun positie en daartoe gebruik kunnen maken van een stevig netwerk. En daarnaast zullen meer in het algemeen thema’s op het gebied van gender altijd wel actueel blijven. DVN kan daarin in informatie voorzien. Zo vond ik zelf bijvoorbeeld de artikelen in de Nieuwsbrief over VN-Resolutie Vrouwen, Vrede en Veiligheid erg verhelderend en informatief, zeker gelet op de Conferentie van de Europese Vrouwenlobby over dit onderwerp op 24 oktober jl. Er is natuurlijk al een heleboel werk verzet door diverse leden van DVN, maar in de toekomst zal dit zeker ook nodig blijven. En daar wil ik graag een steentje aan bijdragen. En last but not least vind ik het natuurlijk ook gewoon altijd gezellig en informatief om de themadagen te bezoeken en ervaringen uit te wisselen onder het genot van een drankje. Belangrijk is dat vanaf heden ook het adres van het secretariaat gewijzigd is. Het nieuwe post - en mailadres van DVN kun je hieronder en in de colofon vinden. Hierbij wil ik van de gelegenheid gebruik maken om iedereen er nog even aan te herinneren om tijdig adreswijzigingen (zowel privé als werk) en functieverplaatsingen aan mij door te geven, zodat je altijd op de hoogte kunt worden gehouden van alle komende DVN-activiteiten en Nieuwsbrieven. En als je nog andere vragen of opmerkingen hebt, bel of mail me gerust.
Sylvia Fonkert, coördinator steunpunters Als nieuw bestuurslid wil ik mijzelf even voorstellen: mijn naam is Sylvia Fonkert en ik werk sinds juni 2001 bij de Koninklijke Landmacht als burgermedewerker. Ik werk bij het Regionaal Militair Commando Midden (RMC-M) als Account Manager Integrale Veiligheidszorg (IVZ), met als standplaats Amersfoort. Het RMC verzorgt de facilitaire dienstverlening voor de provincies Utrecht en Flevoland, dit alles d.z.v. de Facilitaire Diensten van Utrecht, Amersfoort en Soesterberg. Mijn werkzaamheden bestaan onder andere uit het gevraagd en ongevraagd advies uitbrengen op het gebied van Integrale Veiligheidszorg, het samenstellen van Veiligheids Informatie Pakketten en het houden van audits (op het gebied van IVZ) bij de diverse eenheden binnen het verzorgingsgebied van het RMC-M.
8
VERHUISD? ANDERE WERKPLEK? Geef je nieuwe adres door aan de ledenadministratie DVN: Mw. mr. A.C.J. van Loon (persoonlijk) o.v.v. DVN Militaire Inlichtingen & Veiligheidsdienst Postbus 20701 2500 ES Den Haag of: outlook mail: Loon, A.C.J. van
Vrij snel na mijn indiensttreding ben ik lid geworden van DVN om andere vrouwen binnen Defensie te ontmoeten en met hun van gedachten te kunnen wisselen. Ik heb echter ontdekt dat mijn werkomstandigheden absoluut anders zijn en de “problemen” die ik verneem op bijeenkomsten van DVN, mij niet bekend voorkomen. Ik prijs mijzelf dan ook zeer gelukkig in mijn eigen werkomgeving. Hetgeen natuurlijk niet betekent dat je dan ook je oren en ogen moet sluiten voor de zaken waar DVN zich mee bezighoudt. Ik ben mij ervan bewust dat het zeker bij bepaalde onderdelen voor vrouwen niet makkelijk is en daarom denk ik dat het heel goed is dat DVN er is om zo af en toe de mannelijke collega’s wakker te schudden. Er zijn vrouwen en mannen en wij vrouwen zijn absoluut anders, maar niet minder dan mannen. Ik hoop dan ook een bijdrage te kunnen leveren binnen het bestuur van DVN, juist omdat mijn omstandigheden erg plezierig zijn. Buiten Defensie houd ik mij graag bezig met golf, lezen, reizen, lekker koken en eten. Verder ben ik bijna 30 jaar getrouwd en (nog steeds) een trotse moeder van een zoon van 28 en een schoondochter van 27.
Nieuwsbrief 3 - 2003 die geschiedenis ook nog eens zien. Daarna de bus in voor een uitgebreide rondrit over de vliegbasis met als eindbestemming de hangaar waar een aantal Apache helikopters stond. Kap Marco Drost, elnt Jorrit de Gruijter en elnt Klaas Trouwborst van het 301 Squadron wisten ons over dit indrukwekkende toestel veel te vertellen.
Algemene ledenvergadering en themadag DVN 26 september 2003, vliegbasis Gilze-Rijen e Algemene Ledenvergadering werd weer als vanouds voorafgaande aan een themadag gehouden. Hoewel het bestuur heel blij is dat vijf leden zich bereid hebben verklaard het bestuur te komen versterken, hebben we helaas ook van drie actieve leden afscheid genomen: Ria Korf-ten Dam, Elleke Overbeke en Anne M. Lay. Ria heeft zich jarenlang als steunpunter en lid van de Denktank voor het DVN ingezet, Elleke was vijf jaar algemeen bestuurslid en Anne was vijf jaar secretaris.
D
De volgende leden hebben zich bereid verklaard om het bestuur te versterken: Anke van Loon, HermaJozé Blaauwgeers, Margreet Hoogervorst, Sylvia Fonkert en Winny Hübben. Normaliter draait een potentieel bestuurslid een maand mee en besluiten daarna beide partijen of een samenwerking wenselijk is. Deze tijd hebben de potentiële bestuursleden niet gehad en er kon dus tijdens deze vergadering niet aan de leden om acceptatie gevraagd worden. Wel zijn de namen bekendgemaakt en als niemand bij de voorzitter bezwaar aantekent, hoeven de leden over een maand niet meer bij elkaar te komen om te stemmen.
Verder zijn kort het gesprek met de staatssecretaris, de subsidie en de verslagen aan de orde geweest, waarna de vergadering gesloten werd en de themadag kon beginnen. De toekomst begint nu! Na de algemene ledenvergadering en de welkomstwoorden van de plaatsvervangend commandant van de vliegbasis, lkol Willem van der Borg, en onze voorzitter, Henny Snellen, werd de groep in tweeën gedeeld. De ene groep ging met de heer Leo Klerks mee voor een rondleiding over de vliegbasis, de andere begon aan de workshop. Rondleiding De rondleiding begon in de zogeheten traditiekamer alwaar de heer Klerks vol enthousiasme over de geschiedenis van de vliegbasis vertelde en dankzij de foto’s en allerlei materiaal konden we een deel van
Workshop Onder leiding van Ria van Baalen (CO/Loopbaancentrum) begon de andere groep de workshop door degene die naast je zat twintig seconden zonder te praten aan te kijken. Dit is de tijd waarin de eerste indruk van iemand gevormd wordt. Normaliter gebeurt dit onbewust, maar nu we het bewust moesten doen, was het toch wel een beetje vreemd. Probeer dat zelf maar eens. Ik zou het overigens niet op een vreemde in een Haagse tram uitproberen. Het effect van communicatie wordt grotendeels bepaald door het nonverbale gedrag, wat je uitstraalt. Het is niet alleen wat je zegt, maar hoe je het zegt, in de ruimste zin des woords. Autonome reacties, zoals blozen, trillende handen, etc, ‘verraden’ je gevoel. Door trainingen en oefeningen is het wel mogelijk om meer bewust gebruik te maken van non-verbale aspecten, maar daarvoor heb je meer dan twee uurtjes nodig. Nu was er alleen tijd om te proeven waarvoor en voor wie dergelijke trainingen van belang kunnen zijn. Na een voortreffelijke lunch wisselden de groepen. Met een borrel en dank aan Lisette Adelaar voor de buitengewoon goede organisatie werd deze leervolle dag afgesloten. Anne M. Lay
9
De vijf vrouwen die gestreden hebben voor vrouwenstemrecht. Op het blad dat een van hen vasthoudt staat: "Women are persons".
Conferentie Committee on Women in the Nato Forces Canada, juni 2003 Door het Committee on Women in the NATO Forces (CWINF) wordt ieder jaar een conferentie georganiseerd. Het voorzitterschap van het CWINF wordt elke twee jaar door een ander land gedragen, waarbij de conferentie telkens het eerste jaar gehouden wordt in het hoofdkwartier van de North Atlantic Treaty Organisation (NATO) in Brussel en het tweede jaar in het thuisland van de voorzitter. Dit jaar was Canada gedurende één week het gastland voor het CWINF. 10
Namens Nederland hebben aan de conferentie deelgenomen luitenant-kolonel Edith Schrijver (CO), Ingeborg ter Laak (CO) en Kim van den Heuvel (KMar). Het behoud van vrouwen voor de krijgsmacht was dit jaar het centrale thema. Doel en werkwijze Het CWINF is opgericht in 1961 en vanaf 1976 formeel georganiseerd als een NATO committee. Doel van de conferentie ‘Committee on Women in the NATO Forces’ is het uitwisselen van ervaringen van NAVOlanden met betrekking tot de integratie van vrouwen of genderbeleid in de afzonderlijke krijgsmachten. Iedere delegatie verzamelt zo interessante informatie om mee te
nemen naar het thuisland. Net zo belangrijk is het leggen van contacten en het vergroten van de genderdeskundigheid door nieuwe ontwikkelingen en initiatieven te volgen. Maar ook het comité zelf maakt als geheel aanbevelingen die aan het NAVO-hoofdkwartier worden aangeboden. Tijdens de conferentie werden alle aanwezigen verdeeld in drie werkgroepen met verschillende subthema’s, te weten training & development, recruitment & employment en quality of life. In ieder van de drie werkgroepen is aan de hand van vooraf geformuleerde vragen gesproken over het betreffende thema van de werkgroep in relatie tot het hoofdthema ‘behoud van vrouwen in de krijgsmacht’. Tijdens de discussies in de werkgroepen werd al snel duidelijk dat de verschillende deelnemende landen vanuit zeer diverse invalshoeken het onderwerp ‘behoud’ benaderen. Met name de verschillende economische situaties in de landen bleek van grote invloed te zijn op de mate waarin problemen met behoud van vrouwen worden ervaren. Maar ook verschillen in de status van een baan bij Defensie en de positie van de vrouw op de arbeidsmarkt in het algemeen maakten discussie over kernproblemen ten aanzien van ‘behoud’ moeilijk. Belangrijke sprekers Het grootste deel van de conferentie bestond uit voordrachten van een verscheidenheid aan sprekers die uiteenlopende onderwerpen aan de orde brachten. De volgende twee sprekers sprongen er met name uit. Luitenant-generaal Kennedy United States Army (bd) Luitenant-generaal Kennedy is de eerste en enige vrouw in de United States die de rang van drie-sterren generaal heeft bereikt. Haar naam staat onder andere genoemd in een lijst met ‘Beste vrouwelijk rolmodellen’ en met de ‘100 Meest belangrijke vrouwen’; voorts is zij door Vanity
Nieuwsbrief 3 - 2003 Fair uitgeroepen tot ‘Meest invloedrijk’. In september 2001 is haar boek ‘Generally Speaking’ uitgekomen. Mevrouw Kennedy waarschuwde de leden van het CWINF onder andere voor de negatieve gevolgen van het gelijkmatig spreiden van vrouwen over de organisatie, een neiging die veel organisaties hebben.
Hoofdthema: behoud van vrouwen Minderheidsgroepen zullen tenminste circa 20 procent van de totale populatie moeten bedragen, alvorens problemen van deze doelgroepen werkelijk serieus worden genomen en energie wordt gestoken in het wegnemen van problemen. In haar loopbaan heeft zij veel met vrouwen binnen de krijgsmacht gesproken. Concluderend valt haar op dat die vrouwen veelal met name één spijt uiten en wel dat zij zich veel te veel hebben gericht op hun eigen overleving als vrouw binnen een organisatie die voornamelijk bestaat uit mannen en dat zij niet of nauwelijks hun vrouwelijke collega’s kenden en hebben gesteund. Kennedy benadrukt dat vrouwen het effectiefst zijn als zij met elkaar communiceren en elkaar steunen. Zij eindigde haar toespraak met de opmerking de rang van luitenant-generaal te hebben bereikt ten koste van een huwelijk en kinderen. Dit laatste is overigens een ervaring die meerdere vrouwelijke sprekers met hoge rangen met haar deelden.
Effectiviteit van vrouwen: communiceren en elkaar steunen Ms King, UN special Advisor on Women De Secretaris-generaal van de Verenigde Naties, mr. Kofi Annan, benoemde in maart 1997 mevrouw Angela King als Assistent Secretaris-generaal, speciaal adviseur op het gebied van genderaspecten en ontwikkeling van vrouwen. Momenteel is zij voorzitter van de Inter-agency Committee on Women and Gender and Equality. De bijdrage van Angela King betrof voornamelijk informatie over Resolutie 1325 van de Veiligheidsraad (aangenomen op 31 oktober 2000), Vrouwen, Vrede en Veiligheid. Terwijl de link tussen gender en vrede niet nieuw is, brengt resolutie 1325 een radicale verandering teweeg in het internationale denken over gender en vredesaspecten. Met name vrouwen en kinderen lijden onder conflicten in verband met hun status in de maatschappij. In moderne oorlogen is zo’n 85 procent van de slachtoffers burger, waarvan het grootste deel vrouwen en kinderen. Terwijl al enige vooruitgang is geboekt, is volgens mevrouw King versnelling van het gezamenlijke werk van de NAVO en de VN noodzakelijk en moeten verdere stappen genomen worden om gendergelijkheid te bereiken bij zowel de VN, de NAVO als bij andere vergelijkbare organisaties. De Veiligheidsraad, een van de vijf hoofdorganen van de VN, erkent voor het eerst in haar 57-jarige geschiedenis de rol van vrouwen als actieve deelnemers in vredesoperaties, ‘vredesbuilding’ en onder-
handeling in plaats van als alleen slachtoffers van oorlog. Secretaris-generaal mr. Kofi Annan zei eerder: “Als vrouwen buitenproportioneel lijden onder conflicten, dan zijn zij eveneens de sleutel tot de oplossing van het conflict.” Toch moest hij vaststellen dat desondanks, enkele uitzonderingen daargelaten, vrouwen geen plaats hebben aan de formele onderhandelingstafels en bij de formele vredesonderhandelingen. Als slotbetoog benadrukte ms King een aantal belangrijke strategieën voor het bereiken van gendergelijkheid die we hoog op onze agenda’s moeten houden. Zo noemde ze nog eens het belang van het hanteren van streefcijfers ten behoeve van het vergroten van het aantal vrouwen op alle niveaus en bij alle onderdelen bij Defensie. Ook positieve actie of speciale maatregelen voor vrouwen bij Defensie noemde zij als essentieel agendapunt. Tenslotte pleitte ze voor blijvende betrokkenheid voor het hebben van vrouwen op de hoogste niveaus omdat we de veranderingen waar we reeds jaren naar streven anders nooit zullen meemaken.
Kofi Annan:Vrouwen zijn sleutel tot oplossing conflict Rol van Nederland Vanaf het jaar 2000, het jaar dat ook Italië haar krijgsmacht heeft opengesteld voor vrouwen, worden in alle NAVO-landen vrouwen toegelaten tot de krijgsmacht. De verschillen tussen die landen zijn echter zeer groot, niet alleen op het gebied van emancipatie maar ook economisch. Met name Nederland kan in een forum als CWINF veel, voor andere NAVO-landen bruikbare, informatie inbrengen. Het gaat dan in het bijzonder om informatie op het gebied van arbeidsvoorwaarden, zoals werken in deeltijd, ouderschapsverlof en gezinsbeleid bij uitzendingen. Maar ook informatie omtrent hoe om te gaan met ongewenst gedrag, waarbij de klachtenregeling ongewenst gedrag en onze netwerken vertrouwenspersonen als voorbeeld kunnen dienen. Ook onze uitwerking van VN-resolutie 1325 kreeg veel belangstelling van andere landen. Nederland kan op het gebied van integratie van vrouwen weer leren van landen als Noorwegen en Canada. Zo blijkt de jaarlijkse uitreiking van een genderaward voor de meest gendersensitieve commandant in Noorwegen een groot succes te zijn. Datzelfde geldt voor het mentorprogramma voor vrouwen in de hogere rangen, waar Noorwegen recent mee van start is gegaan. Canada heeft sinds 2001 haar Onderzeedienst opengesteld voor vrouwen. De ervaringen die Canada hiermee opdoet en dan met name met het omgaan met de weerstanden die hiermee samengaan, zijn een goede les voor Nederland. Meer informatie over Women in NATO Forces is te vinden op http://www.nato.int/docu/facs/cwinf.htm. Kim van den Heuvel, Staf Kmar, Afdeling Personeels- & Organisatiebeleid
11
De eerste lichting haalt de PGU op (v.l.n.r. Hanneke Kools, Cobie van Soeren en Christa Beumer) Foto: Afdeling
Persbericht 25 jaar KMA
25 jaar vrouwen in opleiding aan de KMA
Communicatie, KMA
e KMA bestaat dit jaar 175 jaar. In 1978 kwamen de eerste vrouwelijke cadetten in opleiding aan de KMA. Destijds een bijzondere gebeurtenis die ook samenviel met een jubileum. Nu, alweer 25 jaar verder gaat de KMA tijdens de viering van dit jubileum uiteraard aandacht besteden aan de huidige stand van zaken.
D 12
Op donderdag 21 augustus wordt op de KMA een symposium georganiseerd met de titel: “Geaccepteerd en geïntegreerd!?”. Gratis toegankelijk voor iedere belangstellende na aanmelding bij:
[email protected] of op 076 5273718 Waar begonnen we en waar staan we nu. Wat is er gebeurd in die tijd. Lag 25 jaar geleden de nadruk nog op acceptatie, de laatste jaren gaat het veel meer om integratie. Het symposium heeft een brede opzet. Niet alleen historisch en sociologisch, met een kijkje over het hek bij de politie, maar vooral ook met een blik naar de toekomst. Zijn we er al? Wat ontbreekt nog? Wat kunnen we nog verbeteren en vervolmaken? Ontvangst in de Grote Zaal van het Kasteel (0845u). Het programma vindt plaats in de Aula van de KMA en duurt tot 16.45u (officieel). Dagvoorzitter is mw. Drs. M. Gout, plaatsvervangend secretaris generaal van het Ministerie
van Defensie. Sprekers zijn o.a. Dhr. C. van der Knaap, Staatssecretaris Ministerie van Defensie, Generaalmajoor J. van Diepenbrugge, Genderambassadeur van de Koninklijke Landmacht, Drs H. Rozenbeek, Instituut Militaire Geschiedenis, Mw. Drs. J. Bosch, docent Sociale en gedragswetenschappen KMA, Commissaris Mw. M. Christophe MPA, Hoofd Professionalisering en Innovatie Politie Amsterdam-Amstelland, Mw. Prof. Dr. D. Winslow, Hoofd Afdeling Sociale en Culturele Antropologie van de Faculteit SCW Met medewerking van het Cadettencabaret: “Het Gewoon”.
Nieuwsbrief 3 - 2003
Middle-aged Girls Network Overpeinzingen naar aanleiding van het KMA-symposium op 21 augustus 2003, door Ingeborg Nugteren-Broeksema
ekker gaat af, ik kijk richting gordijnen, kijk vervolgens op mijn wekker, oeps dat wordt weer rennen (de gebruikelijke ochtendstress van een werkende moeder). Ik schuif de gordijnen open en geef mezelf een verklaring waarom ik niet eerder wakker werd. Bioklok in de war. De eerste donkere druilerige herfstochtend heeft zijn intrede gedaan. In de herfst kondigen niet alleen buien zich aan, het is ook de tijd van congressen en symposia. Verklaring daarvoor? Geen idee. Of toch, tijdens een fikse regenbui zie je het vee in de weilanden ook dicht bij elkaar staan. Saamhorigheid in koude tijden.
W
Op de hindernisbaan Foto: Afdeling Communicatie, KMA
Saamhorigheid dat is ook wat ik waargenomen heb tijdens het congres ‘KMA 25 jaar vrouwelijke cadetten’. Dit was overigens een nazomercongres. In een pauze vang ik terloops op “nu voel je wel wat al die vrouwen moeten voelen”, dan vervolgen de heren cadetten hun gang richting de koffie. Wat is nu de historie van al die vrouwen die een kwart eeuw geleden op de KMA kwamen? Leuke anekdotes zijn die van het zoeken naar de geschikte (gescheiden) ruimte om de dames vooral maar ver weg te houden van alles wat maar enigszins in de buurt van het begrip ‘man’ kwam. Voorbeelden tijdens oefeningen waar op krampachtige wijze rekening werd gehouden met de dames, wat dan weer resulteerde in scheve verhoudingen ten opzichte van de mannelijke collega’s. Dat was 25 jaar geleden, maar hoe is het nu? Een cadet-vaandrig vertelt dat de overgang van een beschermde omgeving thuis naar de KMA toch een behoorlijke cultuurshock teweegbrengt. En ook de weg naar acceptatie en intergratie gaat niet van een leien dakje: “Je moet je niet gedragen als een manwijf, maar ook niet ‘miepen’.” Je bent flink zoekende om de acceptatie en intergratie vorm te geven. Uiteindelijk komen er in de loop van je opleiding ook situaties waarin je op gelijke voet staat met de mannelijke collega’s zoals bijvoorbeeld tijdens de training bij het Korps Commando Troepen (KTC); iedereen wordt mentaal aangepakt en ondergaat veelal dezelfde psychische en mentale reacties. Eigenlijk kun je stellen dat tijdens de algemene militaire opleiding, waarin alle dienstvakken vertegenwoordigd zijn, de acceptatie er is. De verschillen en vooroordelen gaan pas spelen tijdens de vaktechnische opleiding.
Terugkijken in de tijd, historie of juist hysterie? Hoe keek men tegen deze ontwikkeling aan en in het bijzonder; hoe zagen de mannen dit nieuwe fenomeen? Citaten uit de tijdschriften van 1978 genoemd tijdens de presentatie van plv. secretaris-generaal mw. drs. M. Gout, gaan van ‘Naaldhakken in het leger’ tot zelfs de opmerking ‘Bedreiging voor positie en carrière van de man.’ Het bewaren van de vrede is niet een taak van één geslacht. Juist ja, volgens mij raken we hier de kern van de zaak. Zag men in ’78 de vrouw nog in de moederrol, nu is er een wezenlijk verschil. Het vertrouwd raken met een nieuwe en andere rolverdeling van vrouwen en mannen. In onze huidige tijd is uiterlijk aanzien, status, etc. toch wel heel belangrijk voor velen en toon je je bijvoorbeeld al zwak als je als man zegt dat je een dag minder gaat werken om te zorgen voor de kinderen. Ik denk ook dat daar het gevaar schuilt, het is maar net wat voor voorbeelden je hebt in je directe privé- en/of werkomgeving. Men spiegelt wat af tegenwoordig, gevoed door een scala aan externe factoren. Het gezegde ‘wie niet sterk is moet slim zijn’ is toepasselijk. Moet je ‘old’ zijn om een netwerk te ontwikkelen en te gebruiken in je voordeel? Nee, we moeten ze een stapje voor zijn, middle-aged girls network, wie lijkt dat wat? U zegt het maar.. Wordt vervolgd
13
Gelezen
Gelezen
Civiel/Militair nr 2, zomer 2003. Irak en de gender gap, Venus voor vrede. Artikel van Norbert-Jan Nuij over het traditionele verschil tussen de seksen in hun opvattingen over oorlog.Vrouwen zetten zich sneller schrap tegen de inzet van geweld, ook al is het onder VN-vlag.
voerster van het AFMP. Ook de voorzitter van VBM/NOV, de Vakbond voor Defensiepersoneel is verontwaardigd en vindt het seksediscriminatie. De voorzitter van DVN is het wel eens met van der Kamp, mits... (Zie rubriek DVN in de pers)
Aaneen nr 6, 27 juni 2003. Man hoort eigen klok niet tikken. Een slimme meid krijgt haar kind op tijd. Om die reden lassen veel vrouwen rond hun dertigste een carrièrepauze in. Mannen niet. Zij stomen gewoon door naar de top. Ten onrechte, blijkt uit Amerikaans onderzoek. Heren kennen evengoed een biologische klok, alleen horen ze het tikken niet. Mannen die na hun veertigste een kind verwekken, hebben twee keer zoveel kans op een kind met het syndroom van Down, schrijft het Amerikaanse tijdschrift Journal of Urology. Kortom: ook een verstandige man maakt voor het kinderen krijgen een plan. Of dat consequenties heeft voor hún carrière?
Defensiekrant 4 september 2003. Voor 2010 een vrouwelijke generaal! Verslag van het symposium ‘ 25 jaar vrouwelijke officieren KMA: geaccepteerd en geïntegreerd?’ op 21 augustus 2003 te Breda.
Minister Kamp (uit Defensiekrant 16 september)
Christa Oppers-Beumer (rechtsboven) met collega-cadetten. Foto: Afdeling Communicatie KMA
Defensiekrant 7 augustus 2003, pag 8. In het artikel ‘Ik zou het zo overdoen’ komt majoor Christa OppersBeumer, de eerste vrouwelijk cadet van het KMA, aan het woord. Zij voelde zich destijds gedoogd, van geïntegreerd was toen al helemaal geen sprake, maar zij is positief over haar ervaring.
14
BN/De Stem, 21 augustus 2003. Nog altijd geen vrouwelijke generaal. 25 Jaar vrouwelijke officieren op de KMA. Artikel naar aanleiding van het symposium “geaccepteerd & geïntegreerd?!” Hierin wordt de geschiedenis van vrouwen op de KMA beschreven en omvat ook de reacties van vrouwelijke officieren van het eerste uur. Algemeen Dagblad 22 augustus 2003. ‘Het is tijd voor een vrouwelijke generaal’. Staatsecretaris sprak op het symposium over 25 jaar vrouwelijke officieren op het KMA “geaccepteerd & geïntegreerd?!” en verklaarde onder meer dat hij het ‘old boys network’ van generaals in de krijgsmacht openbreken. Algemeen Dagblad, 26 augustus 2003. Kamp wil vrouwen ontzien. De Algemene Federatie van Militair personeel (AFMP) is verontwaardigd over deze uitspraak van de minister: “Dit is geen emancipatie maar discriminatie”, aldus de woord-
Opzij, 11 september 2003. Zonder mouwplankje kan ik niet werken. Henk Kamp langs de feministische meetlat. In deze vaste rubriek ditmaal een interview met de minster van defensie. Zijn uitspraken over het ontzien van vrouwen bij de bezuinigingen en over de eerste vrouwelijke generaal in 2010 hebben nogal wat stof doen opwaaien. Hier de vragen en antwoorden: Opzij: “Worden de vrouwen ontzien bij de ontslagen? Er zitten toch al zo weinig vrouwen in de krijgsmacht.” Kamp: “Ja, dat is zeker de bedoeling. Ons streefcijfer van 12 procent in 2010 blijft gehandhaafd en dat betekent dat we nu geen vrouwen willen ontslaan, want we zitten net op zo’n 8,5 procent.” Opzij: “Wanneer krijgen we de eerste vrouwelijke generaal?” Kamp: “Als alles gaat zoals het er nu uitziet in 2010. Maar dan moeten die paar vrouwelijke kolonels die in de operationele dienst zitten, niet voortijdig opstappen.” Oplinie 10, oktober 2003. In een interview met VVDwoordvoerder van Defensie Hans van Baalen over de reorganisatieplannen van minister Kamp zegt van Baalen, dat hij een voorkeursbehandeling voor militairen bij herplaatsing bij bijvoorbeeld de politie wil: “Bij gelijke geschiktheid heeft iemand die van Defensie komt, wat mij betreft voorrang.” (Hoe valt dit te rijmen met het standpunt van de VVD die af wil van het voorkeursbeleid voor vrouwen en allochtonen?) Landmacht 1, oktober 2003. Vrouwen willen op eigen kracht integreren. Persoonlijke reacties van vrouwen op de vraag of vrouwen moeten worden ontzien bij de bezuinigingen, opgetekend tijdens het symposium ’25 jaar vrouwelijke officieren op de KMA’.
Nieuwsbrief 3 - 2003
Leestips Leestips
Symposia Symposia
Kernvraag, 2003/2 Nr 130. Uitgave van de Diensten Geestelijke Verzorging bij de krijgsmacht. Dit hele nummer is gewijd aan ‘Diversiteit in de krijgsmacht’ en is samengesteld naar aanleiding van de vergadering op 4 maart 2003 van het Diversiteitsoverleg Defensie (DOD) en het verslag van de Inspecteur-Generaal der Krijgsmacht (IGK) vlak daarvoor aan de genderambassadeurs van Defensie omtrent zijn bevindingen op het gebied van vijf jaar emancipatiebeleid. Onder meer artikelen van drs. Ingeborg ter Laak (‘Geslaagd geslacht’) en mr. Henny Snellen in samenwerking met drs. Jolanda Bosch (‘Het Defensie Vrouwen Netwerk Defensie. Op weg naar een WAT-relatie?!). Kernvraag wordt op aanvraag gratis toegezonden: tel 070 3162931.
1. Vrouwennetwerk Nederland organiseert een openbaar debat met o.a. Sybilla Dekker over het doel en de positie van vrouwennetwerken. Tijd/plaats: dinsdag 9 december 2003 van 16.00 tot 20.00 in de Raadzaal van het stadhuis Den Haag. Kosten: 50 euro.
CARRÉ, oktober 2003. Dit themanummer is gewijd aan het symposium op de KMA, inclusief de integrale toespraak van de staatssecretaris van Defensie, Cees van der Knaap, en het nawoord van de dagvoorzitter, de plaatsvervangend secretarisgeneraal van Defensie, Marion Gout.
2. Het Landelijk Bureau ter bestrijding van Rassendiscriminatie en het bureau Bezemer en Kuiper organiseren een symposium over discriminatie vanwege etnische afkomst op het werk. Er wordt actuele informatie gegeven over de nieuwe Europese Regelgeving die per 19 juli 2003 van kracht is geworden (Rassenrichtlijn) alsmede de resultaten van een onderzoek naar gedragscodes in de praktijk. O.a. de heer drs. F. Speel, clustercoördinator personeelszorg en diversiteit (Defensie) zal een lezing verzorgen. Daarnaast zijn er diverse workshops. Tijd/plaats: donderdag 5 februari 2004 van 9.30 tot 16.30 in vergadercentrum Meeting Circle te Utrecht (Hoog Catharijne). Kosten: 490 euro p.p. excl. BTW, incl. lunch. 3. Museon, Den Haag. Het Grote Sekse-Experiment, de meiden tegen de jongens. Over de verschillen tussen mannen en vrouwen. Periode 27 september 2003 t/m 21 maart 2004.
HP de Tijd, 3 oktober 2003. Vrouwen uit het Leger. Achtergrondartikel met als strekking dat ten gevolge van de feministische golf van de jaren zestig de militaire effectiviteit is verlaagd en de ‘robuuste mannengemeenschap’ ontregeld. De schrijver van het artikel wil de klok terugdraaien.
Volkskrant, 24 oktober 2003. Vrouwenstrijd. Recensie van het boek Corsets to Camouflage; Women and War, Kate Adie. ISBN 0340820594. Oud-oorlogscorrespondente Kate Adie beschrijft de rol van de vrouw in oorlogstijd.Wat aan hen knaagde was het totale gebrek aan erkenning na de oorlog.Via de expositie Women at War in het Imperial War Museum in Londen (tot 15 april 2004) krijgen zij alsnog die erkenning. Drs. G.J. Knippers en drs. S. Kruyswijk-Van Thiel, twee boeken over de korte geschiedenis van het VK-KNIL (VrouwenKorps) Het eerste boek bevat de dissertatie voor het doctoraal examen van mw Knippers in 1985 en het tweede is als dissertatie uitgegeven in 2003. Over het wel en wee van jonge vrouwen van weleer die in militair verband baanbrekend werk verrichtten. Webite www.vrouwenpensioen.nl Deze site is medeontwikkeld door de FNV die vrouwen informeert over hun persoonlijke pensioensituatie.
4. Expositie Women at War in het Imperial War Museum in Londen (tot 15 april 2004).
15
DVN in de pers
DVN in de pers
16
Volkskrant 26 augustus 2003. Binnen paar jaar vrouwelijke generaal. Henny Snellen van Vrouwen Defensie Netwerk is blij met voorstel minister Kamp. Dit is een interview met onze voorzitter Henny Snellen naar aanleiding van de opmerking van minister Kamp in Opzij dat hij vrouwen wil ontzien in de bezuinigingsronde. Het streefcijfer van twaalf procent vrouwen bij de krijgsmacht in 2010 blijft gehandhaafd (is nu 8,5 procent). Henny reageert hierop dat wij (vrouwen) niet willen blijven omdat we vrouw zijn, maar omdat we goed zijn.Wel vindt zij net als de minister dat in het herplaatsingstraject bij gelijke geschiktheid de voorkeur moet worden gegeven aan vrouwen. Nu zorgt het old boys network ervoor dat bij gelijke geschiktheid de vrouw moet bewijzen dat ze beter is dan die man.Volgens de minister kan de eerste vrouwelijke generaal in 2010 worden benoemd, als de vrouwelijke kolonels niet voortijdig weglopen. Henny antwoordt hierop dat enkele vrouwelijke kolonels al binnen een paar jaar generaal kunnen worden. Dat hoeft niet nog eens zeven jaar te duren. Bovendien gaan vrouwen meestal weg omdat er bijvoorbeeld geen kinderopvang is. Kolonels zijn ouder dan 45 en hebben dat probleem niet meer; als zij weggaan, dan is dat omdat beloften over hun vooruitzichten niet worden ingelost.
opmerking van de Commissie Gelijke Behandeling, dat de wet voorkeursbeleid toestaat bij werving, selectie en ontslag, komt lkol Henny Snellen uitgebreid aan het woord. Zij zegt onder meer: “ Het is niet zo dat er geen vrouwen worden ontslagen. Dat gaat ons ook te ver. Het gaat om herplaatsing bij ontslag. Dán moeten vrouwen bij gelijke geschiktheid de voorkeur krijgen...Als je één op één die paar vrouwen (nog geen 5 procent van de militairen is een vrouw met een vast contract en bij de landmacht zelfs geen drie procent) tegen die duizenden mannen wegstreept, houd je geen vrouwen meer over.” Voorts zegt ze dat vrouwen een meerwaarde bieden, waarbij ze verwijst naar VN-resolutie 1325 (NvR: zie vorige Nieuwsbrief), waarin juist heel erg gepleit wordt voor de vrouwelijke bijdrage in crisissituaties.
Het Parool 25 augustus 2003.Vrouw in het leger wordt niet ontslagen. In deze krant de reacties van de vakbond voor defensiepersoneel VBM/NOV (“Seksediscriminatie; we gaan hier niet mee akkoord.”), van DVN, Henny Snellen (“We juichen de streefcijfers van Kamp toe, al is twaalf procent niet genoeg. De regel van voorrang bij gelijke geschiktheid is prima, maar we zitten niet te wachten op positieve discriminatie; je moet geen slecht functionerende vrouw binnen houden en een goed functionerende man ontslaan.”) en van de Nederlandse Vereniging van Vrouwenbelangen,Vrouwenarbeid en Gelijk Staaatsburgerschap (“Positieve discriminatie mag om gelijkheid tussen man en vrouw te bereiken.”).
Civiel Militair nr 3, najaar 2003. Positieve discriminatie? De redactie van dit blad geeft ‘commentaar’ op het vraaggesprek in Opzij met minister Kamp. De volgens hen volkomen terechte opmerking van de voorzitter van DVN in het AD van 26 augustus wordt hierin aangehaald.
Nederlands Dagblad, 26 augustus 2003. Vrouwen wapen tegen machocultuur leger. Naast de negatieve reacties van de vakbonden en de
Trouw 26 augustus 2003. In 2010 heeft leger zijn eerste vrouwelijke generaal. Algemeen Dagblad 26 augustus 2003. Kamp wil vrouwen ontzien. Ook in deze kranten staan de reacties van o.a. de VBM/NOV en DVN. (“Wanneer je bijvoorbeeld het weinige aantal vrouwen dat voor onbepaalde tijd in de landmacht dient, evenredig reduceert, blijft er bijna niemand over.”)
Defensiekrant 4 september 2003. Vóór 2010 een vrouwelijke generaal! Een verslag van het symposium ’25 jaar vrouwelijk officieren KMA’ . Op dezelfde pagina een foto gemaakt tijdens het gesprek van staatssecretaris Van der Knaap met vertegenwoordigers van het DVN-bestuur (zie verslag elders in deze Nieuwsbrief). Telegraaf 13 september 2003. Pagina 3 is bijna geheel gewijd aan ‘Een legertje vrouwen’, met onder meer een interview met de voorzitter DVN, Henny Snellen.
Een plaatje zegt meer dan... Foto’s of illustraties bij de artikelen zijn zeer welkom. Echter, bij het drukwerk gelden bepaalde eisen. • Foto’s graag glanzend afgedrukt. • Digitale foto’s minimaal 200 kb in een jpg-formaat (origineel). • Foto’s of illustraties van het internet ‘geplukt’, zijn helaas niet bruikbaar omdat de resolutie hiervan te laag is. Dus, stuur foto’s of illustratiemateriaal van harte mee met de kopij maar denk wel aan bovenstaande punten.
Colofon Het DVN-bestuur en de redactie van de Nieuwsbrief DVN zijn niet verantwoordelijk voor de inhoud van de door leden ingezonden teksten. De redactie behoudt zich echter het recht voor teksten in te korten of plaatsing te weigeren. Deadlines 2004: 25 februari, 25 juni, 22 oktober
Contributie DVN 2003: 15 euro Per acceptgiro of op rekeningnummer 6334014 t.n.v. Defensie Vrouwen Netwerk Nieuwsbrief DVN Verschijnt driemaal per jaar Nummer 3, december 2003 Redactie: Marion van Drunen Ina Beusekamp Ingeborg Nugteren-Broeksema Kopij en correspondentie: Ina Beusekamp EOCKL, Gutenbergweg 10 4104 BA Culemborg tel.: 0345-543314 mdtn:*06-677-314 fax: 0345-543333 e-mail:
[email protected] outlook mail: EOCKL/STAFenIZ/INLNenDOC/VAL/ HfdenVert of Ingeborg Nugteren-Broeksema KMS, D-Compagnie tel. 0495-462913 mdtn: *06-578-62913 e-mail:
[email protected] Secretariaat DVN: Mw. mr. A.C.J. van Loon (persoonlijk) Militaire Inlichtingen- en Veiligheidsdienst Afdeling Juridische Zaken o.v.v. DVN Postbus 20701 2500 ES Den Haag tel. 070-4419112 outlook mail: Loon, A.C.J. van e-mail:
[email protected] Vormgeving: Maarten Slooves, Grafische Vormgeving, Grave Het volgende nummer verschijnt in april 2004 Sluitingsdatum kopij: 25 februari 2004