Nieuwsbrief
december 2013
HO, HO, HO, HO!!! Het jaar nadert zijn einde. Toen ik één van de laatste bladen van de scheurkalender verwijderde, las ik de toepasselijke spreuk: “Het is vervelend als iemand maar het halve verhaal kent, vooral als je niet weet welke helft”. Dit bevestigt maar weer het belang van deze nieuwsbrief, die wij u met regelmaat toezenden. Wij vertellen u graag over onze prestaties, over onze wapenfeiten en besteden daarbij natuurlijk ook aandacht aan de medewerkers van het IBD. “Be good !”, maar nog belangrijker: “Tell about it !”, adviseerde Ronald Bandell ons immers al jaren geleden.Toch is ook dat in onze ogen niet voldoende. Als IBD willen we niet alleen “good” zijn, maar “steeds beter” om de verwachtingen van onze opdrachtgevers te blijven waarmaken en overtreffen. “Denken om te doen, bouwen van ideeën” is het motto van ons ingenieursbureau. Maar net zo goed als we dit voor onze opdrachtgevers doen, bouwen we ook voortdurend aan het IBD zelf. Het is onze uitdaging om perfect aan te blijven sluiten bij de veranderende behoeften van opdrachtgevers. Dat betekent onder meer dat we steeds sterker inzetten op zaken als communicatie, projectbeleving, pro-actief handelen, kwalitatief hoogwaardige rapportages, risicomanagement en financiële controle op projecten. Dat vraagt nogal wat van onze medewerkers. Het getuigt dan ook van grote professionaliteit als je, zoals zij, tijdens zo’n verandertraject met dezelfde gedrevenheid je werk blijft doen, met maximale betrokkenheid bij het project en de opdrachtgever. Ik wil de medewerkers van het IBD daarvoor dan ook graag complimenteren. En ik ben niet de enige! Afgelopen jaar werden we verrast met bedankbrieven van ondernemers, cadeautjes van opdrachtgevers, mooie complimenten bij feestelijke openingen, schouderkloppen en omhooggestoken duimen. Het doet goed om zo rond de feestdagen daarop terug te kunnen kijken. In 2014 gaan we u weer maandelijks deze nieuwsbrief toezenden, maar om u nog een completer beeld van het IBD te bieden, zullen er ook andere activiteiten ontplooit worden. U hoort van ons. Rest mij tot slot alleen nog een welgemeende Kerstwens: Ik wens alle Drechtstedenaren mede namens de medewerkers van het IBD een prachtig Kerstfeest en een gelukkig Nieuwjaar. Bart van Nies
Nieuwsbrief
december 2013 - 2
EO Filmploeg in de Grote Kerk De Grote Kerk van Dordrecht is ‘slechts’ 65 meter hoog, maar de tocht naar boven in de toren is toch een hele klim. Dat ervoer ook de cameraploeg van de EO die in de toren kwam filmen voor het Programma ‘ Geloven op twee’. De onderhoudsdienst van het IBD begeleidde de cameraploeg – en eerder al de geluidstechnici – tijdens hun werk in de kerk. Frank Hofman was erbij en vertelt erover. “Het waren leuke dagen. Er gebeurt natuurlijk van alles. De eerste dag was burgemeester Brok er bijvoorbeeld bij. Hij was de eerste ‘torengast’. De EO heeft hem ’s ochtends vroeg de toren van de Grote Kerk laten beklimmen.” De stad Dordrecht en Dordtenaren waren vier dagen in beeld in het programma rond de klok van vijf uur. De actualiteit van de dag kwam in het programma steeds van de torengast, die op de dag van de uitzending werd gefilmd. ‘Wat zou u van de toren willen schreeuwen’, was telkens de slotvraag voor de torengast. Frank: “Bij het bezoek van zo’n cameraploeg is het gebruikelijk dat er iemand van de gemeente bij is. Gewoon uit voorzorg. Het eerste stuk van de toren is nog vrij makkelijk, maar daarna moet je verder met een smalle draaitrap. Dat valt niet mee, zeker niet met filmcamera’s en geluidsapparatuur. Bovendien zat het weer ook niet mee. Er was veel regen en wind en daarboven waait het behoorlijk door.” Voor Frank en zijn collega’s is het echter een bekend klimmetje. Als de vlag wordt uitgehangen op de kerk, doen zij dat. Dat is natuurlijk bijzonder werk en tegenwoordig gebeurt het best vaak. Onder de vorige burgemeester ging de vlag eigenlijk alleen uit bij feestdagen, verjaardagen van het Koninklijk Huis en bij dodenherdenking. De huidige burgemeester heeft een wat ander beleid. Nu gaat op speciale dagen, zoals bij het filmen door de EO en tijdens de aanstaande kerstmarkt, ook vaak de Dordtse vlag uit. “Best leuk,” vindt Frank. “Maar soms ook behoorlijk pittig. De vlag is bijvoorbeeld ongeveer 3 bij 6 meter. Als het dan behoorlijk waait, dan staat daar een flinke kracht op. Dat moet je echt met z’n tweeën aan gaan hangen.” Als de windkracht boven de 6 beaufort komt, gaan de mannen van de onderhoudsdienst helemaal niet naar boven. Te gevaarlijk. En in de zomer betekent het vaak vroeg opstaan: “De vlag gaat uit voor zonsopgang. Dat betekent dat je in de zomer soms om half vijf daarboven moet staan. En dat is vroeg hoor!”
Uitwisseling medewerkers tussen IBD en Alblasserdam Vanaf begin januari 2014 wisselen Ad Barnhoorn van de afdeling Buitenruimte van de gemeente Alblasserdam en Fazli Karasahin van het IBD voor een periode van 6 tot 12 maanden van werkplek. Ad en Fazil zijn allebei werkvoorbereider. In die functie houden ze zich bezig met het opstellen van civieltechnische bestekken, het uitwerken van ontwerptekening tot gedetailleerde bestekstekeningen en met technische advisering binnen civieltechnische projecten. De mannen zien de uitwisseling als een uitdagende mogelijkheid om zich persoonlijk verder te kunnen ontwikkelen en kijken ernaar uit om te kunnen starten op hun nieuwe werkplek. Het initiatief voor de uitwisseling kwam vanuit Alblasserdam en het IBD zag er ook meteen de meerwaarde van in. Herman Schnitker, afdelingshoofd Buitenruimte van de gemeente Alblasserdam “Voor de medewerkers is het een kans om hun netwerk en hun expertise uit te breiden, zowel vakinhoudelijk als op het gebied van projectmatig werken. Voor de beide organisaties kan zo’n uitwisseling bijdragen aan het optimaliseren van de samenwerking en het (her)kennen ven benutten van elkaars expertise. Zo heeft Ad veel ervaring met aanvragen van provinciale subsidies voor projecten en Fazli neemt kennis mee op gebied van rioleringsberekeningen.”
Nieuwsbrief
december 2013 - 3
Drie vragen aan… Anton van Alphen Onder het motto ‘Drie vragen aan…’ vertelt steeds een andere medewerker van het IBD over zijn of haar werk. In deze aflevering: Anton van Alphen 1. Waarom ben je bij het IBD gaan werken en wat doe je? Voordat ik deze zomer bij het IBD terechtkwam, werkte ik vijf jaar bij het Ingenieursbureau Breda. Ze doen daar ongeveer hetzelfde als wij hier en ik had het er als teamleider eigenlijk prima naar mijn zin. Maar na vijf jaar zocht ik toch naar wat meer uitdaging. Het IBD kende ik al, onder meer vanuit het G17-overleg, en toen ik hier de mogelijkheid kreeg om Sectorhoofd Ontwerp, Voorbereiding en Uitvoering te worden, heb ik die kans met beide handen aangegrepen. De functie betekent voor mij in meerdere opzichten een verbreding van mijn horizon. Ik heb meer verantwoordelijkheden, maar ook het regionale aspect van het IBD is erg leuk: het feit dat je meerdere opdrachtgevers hebt dan alleen de eigen gemeente. Wat ook nieuw voor me is en wat ik heel uitdagend vind, is dat we hier bij sommige projecten concurreren met de markt. Dat vraagt ook weer om andere manieren van denken en doen: je moet heel duidelijk kunnen maken wat je toegevoegde waarde is. Waarom moet de klant nou juist voor ons kiezen? En die belofte moeten we dan natuurlijk vervolgens ook waarmaken! 2. Wat gaat goed en wat kan beter? Toen ik hier binnenkwam was ik in negatieve zin verbaasd over de ICT-omgeving, die niet up-to-date was. Inmiddels weet ik daar het verhaal achter en is men gelukkig hard bezig om de hele infrastructuur weer op orde te brengen. Ik ben daar vanuit het IBD ook nauw bij betrokken. Als we straks toegang hebben tot de nieuwe systemen kunnen de mensen makkelijker hun werk doen en kunnen we ook gaan vernieuwen en verder professionaliseren. Het wordt dan bijvoorbeeld veel eenvoudiger om informatie digitaal te delen met klanten. Wat me in positieve zin is opgevallen is de manier waarop bij het IBD in teamverband wordt samengewerkt. De teams functioneren zeer zelfstandig en tonen verantwoordelijkheid, betrokkenheid en ondernemerszin. Het is een enthousiast team, met ook veel jonge mensen. Iedereen denkt actief en constructief mee over de richting die we opgaan en over hoe we nieuwe opdrachten voor het bureau kunnen binnenhalen. 3. Wat is je belangrijkste project dit jaar? Ik werk nu ongeveer 6 maanden bij het IBD. De eerste periode heb ik vooral veel moeten leren. De activiteiten van het bureau waren weliswaar vergelijkbaar met die in Breda, maar de omgeving is anders, de mensen zijn anders en de namen zijn anders. Nu ben ik in de fase terechtgekomen dat ik me echt kan gaan bezighouden met de verdere ontwikkeling van de afdeling: hoe kunnen we onze mensen optimaal faciliteren om hun werk goed te doen? Daarbij speelt op de achtergrond natuurlijk ook de discussie mee over de toekomstige ontwikkeling van het IBD als geheel. Als daar binnenkort meer over bekend is, kunnen we onze rol en taken ook gerichter gaan invullen. Wat voor mij de afgelopen maanden ook bovenaan mijn lijst stond was de businesscase CAD-systemen. Dat traject speelde al jaren en lag toen ik binnenkwam al een jaar stil. Daar hebben we hard aan getrokken en de verwachting is nu dat er eind dit jaar een besluit ligt welke CAD-systemen (of CAD-systeem) we voortaan standaard gaan gebruiken binnen de GrD. Dat zou een mooie afsluiting van het jaar zijn!
Nieuwsbrief
december 2013 - 4
“Innovatief aanbesteden brengt de markt weer in beweging” Sinds 1 april is de nieuwe aanbestedingswet van kracht voor overheidsaanbestedingen. Die bepaalt onder meer dat EMVI (Economisch Meest Voordelige Inschrijving) nu hoofdregel is voor gunning. Het IBD heeft die nieuwe benadering van ‘gunnen op waarde’ al in een vroeg stadium omarmt en heeft inmiddels flinke stappen gemaakt. Een enthousiast gesprek met Joris van de Looij, Peter Muller en Peter van den Eijnden over hoe het verlaten van de ‘comfort zone’ kan leiden tot een grotere betrokkenheid, meer kwaliteit, lagere kosten en een nieuw elan in de infrastructuur, ruimtelijke inrichting en gebouwen. Het toepassen van EMVI bij aanbestedingen is een ontwikkeling die vanuit de markt is ingezet. Het idee erachter is dat het vertrouwen en de kwaliteit weer terug moeten keren en dat we met z’n allen dus af moeten van het aanbesteden puur op laagste prijs. Joris: “Kiezen voor de laagste prijs leidt bijna standaard tot veel gedoe in de uitvoering. De kwaliteit laat te wensen over, je krijgt te maken met onvoorspelbare meerwerkkosten en een hoop geruzie over kleine lettertjes. Omdat we als IBD willen staan voor kwaliteit, zijn we de uitgangspunten van EMVI eigenlijk al intuïtief gaan toepassen voordat het wettelijk verplicht werd.”
Inmiddels hanteert het IBD voor de meeste aanbestedingen bij de beoordeling een verhouding minimaal 60% kwaliteit en 40% prijs. “Maar soms kiezen we ook voor 100% EMVI met een vaste prijs,” vult Peter van den Eijnden aan. “We calculeren dan eerst zelf de kosten van het project, waarbij we uitgaan van een redelijke prijs. Vervolgens vragen we de aannemers anoniem een Plan van Aanpak voor het project op basis van die som. Dat plan laten we dan door een team van mensen uit verschillende disciplines individueel beoordelen. Overigens lenen niet alle aanbestedingen zich voor 100% EMVI, legt Peter uit. “Elk project kent andere prioriteiten en risico’s. Je moet van tevoren bedenken wat je zelf wil doen en wat je wil uitbesteden aan de markt. En het loont ook om te kijken op welke punten aannemers zich écht kunnen onderscheiden. Zaken die inmiddels gemeengoed zijn geworden in de sector, hoef je niet meer uit te vragen. Die zet je gewoon als ondergrens of ‘knock out-criterium’ in de aanbesteding. Daardoor dwing je de markt eigenlijk om met écht vernieuwende ideeën te komen. Na verloop van tijd zul je zien dat die ideeën en ‘best practices’ ook weer breed worden opgepakt, waardoor uiteindelijk het kwaliteitsniveau van de hele sector omhoog gaat.” “Voor die kwaliteitsverbetering ligt echter ook een grote verantwoordelijkheid bij de aanbestedende partijen,” gaat Peter Muller verder. “We zitten zelf ook in een leercurve. Om aannemers op de juiste manier ‘uit te dagen’ in EMVI-aanbestedingen, moet je bijvoorbeeld de juiste vragen weten te stellen: ze moeten ‘SMART’ zijn en je moet bijvoorbeeld niet teveel ‘weggeven’ van wat je hoopt terug te krijgen. En om de inschrijvingen - die bij EMVI sterk uiteen kunnen lopen - eerlijk te kunnen beoordelen is het heel belangrijk dat de criteria duidelijk zijn. We bouwen hier zelfs onze eigen ‘bibliotheek’ met criteria en subcriteria en sub-subcriteria.” Daarbij zien de drie heren ook dat er nog een belangrijke taak ligt bij het meenemen van opdrachtgevers in de ontwikkeling. Joris: “We zien nog best vaak dat opdrachtgevers kiezen voor de vertrouwde weg en hun bestekken baseren op standaarmethodieken als RAW en STABU met laagste prijs. Die zijn echter zo ‘dichtgetimmerd’ dat er weinig ruimte overblijft voor eigen, innovatieve inbreng vanuit de markt. Terwijl juist ook voor opdrachtgevers veel te winnen valt. Door zwaarder in te zetten op EMVI, kun je als opdrachtgever veel meer sturen op je eigen beleid. Bovendien moeten aannemers zich veel meer verdiepen in de situatie ter plaatse en in het totale project, waardoor de faalkosten aanzienlijk lager worden. In grote lijnen kun je zeggen dat EMVI alle betrokken partijen stimuleert om al in het voortraject veel beter over het project na te denken. Dat bevordert niet alleen de kwaliteit en duurzaamheid, maar ook de betrokkenheid. En dat geeft een hoop positieve energie.”
Nieuwsbrief
december 2013 - 5
Mart van Leeuwen 40 jaar in overheidsdienst “De veelzijdigheid is leuk, maar de mensen zijn het leukst” Mart zit 40 jaar in het vak. Als je hem ziet, zou je denken dat hij dan meteen na de basisschool moet zijn begonnen. Toch heeft hij ook nog keurig de middelbare school afgerond en de MEAO. Als begin twintiger ging hij vervolgens aan de slag bij het Rijkskadaster in de Visstraat in Dordrecht. Even ging hij mee naar Rotterdam, toen zijn werk daarheen verhuisde, maar als snel was hij terug in zijn vertrouwde stad; nu bij het Gemeentekadaster. Als geboren en getogen Dordtenaar vindt hij het heerlijk om in de regio te werken. En… alles op de fiets, waarvan hij er al meerdere heeft versleten. Wellicht verklaart dat zijn jeugdige voorkomen? Breed schrijven Het werk dat Mart bij het Kadaster deed, bestond voornamelijk uit administatieve taken, of wat ze nu ‘desktop research’ zouden noemen. Mart: “We deden grensbepalingen en onderzochten bijvoorbeeld erfdienstbaarheden voor juridische zaken. Dat is leuk werk, omdat je nauwkeurig moet zoeken in allerlei aktes en kaartmateriaal moet bestuderen. Daarbij stuit je soms op prachtige historische documenten. Het was bijvoorbeeld grappig om te ontdekken dat op sommige oude, handgeschreven aktes heel breeduit werd geschreven. Later begreep ik dat dat was omdat de schrijvers van de aktes in die tijd per regel werden betaald.” “Slopen is omgekeerd bouwen” Eind jaren ’90 werd Mart benaderd om bij het Grondbedrijf te komen werken. Aanvankelijk werkte hij daar slechts voor de helft van de tijd, later fulltime. Naast zijn werk deed hij in twee jaar tijd ook nog eens een HBO-opleiding Bouwkunde. Binnen het Grondbedrijf begon Mart zich bezig te houden met de begeleiding van sloopwerken en heeft hij een belangrijke rol gespeeld bij het uitbreiden van de sloop-tak van het bedrijf. “Slopen klinkt misschien makkelijk, maar het is net bouwen, maar dan omgekeerd. Je moet heel goed nadenken over het proces, de planning, de gescheiden afvoer van materialen... Het is pas klaar als de plek klaar is om opnieuw bebouwd te worden.” Het draait allemaal om communicatie “In de loop der jaren is de sloop steeds complexer geworden”, vertelt Mart. We hebben te maken gekregen met allerlei aanbestedingsregels die er eerst niet waren en de milieu-aspecten zijn veel belangrijker geworden. Mede daardoor ben ik me ook gaan specialiseren in asbestsaneringen. De complexiteit heeft het werk ook veelzijdiger gemaakt. Het ene moment onderhandel je over een aanbesteding, het volgende moment sta je op de bouwplaats tussen het geweld van de machines. Het leukste daarbij vind ik de mensen. Ik spreek echt iedereen: van de directeur tot de straatveger. Maar hoe groot de verschillen ook zijn, op alle niveaus geldt dat communicatie het allerbelangrijkste is om een project te laten slagen.” Denk eens even goed na! En als het om communicatie gaat, heeft Mart ook wel zo zijn voorbeelden van hoe het niet moet. “Dat is niet zozeer de fout van individuele mensen hoor, maar meer van de enorm toegenomen bureaucratie. Dan wordt iets relatief eenvoudigs ineens heel complex, met regeltjes en handtekeningen en procedures. Vaak heb je dan te maken met mensen die heel ver van de praktijk af staan en dan heb ik soms wel eens zin om heel hard te roepen ‘denk eens even gewoon na’! Het zal vast ergens goed voor zijn, maar laat mij maar lekker doorgaan en alles regelen.” Bijzondere momenten Als bijzonder moment in zijn carrière noemt Mart zijn overgang naar het IBD. “De ene dag heb ik ontslag genomen bij het Grondbedrijf en de volgende dag zat ik gewoon weer op mijn eigen plek, maar dan in dienst van het IBD.” Ook bijzonder was dat Mart het grootste gedeelte van Oud Krispijn heeft gesloopt, zijn eigen oude buurtje. “Dat was vreemd, maar ook mooi omdat we met de sloop ook de basis hebben gelegd voor de wederopbouw.” Als laatste noemt Mart nog een recent voorbeeld van hoe indrukwekkend zijn vakgebied kan zijn. “In Eindhoven hebben ze een tijdje geleden een gebouw van 12-hoog laten ‘springen’ met dynamiet. Dat gebeurt niet meer vaak, dus het was heel leuk dat ik daarbij kon zijn. Toen het gebulder stopte en de stofwolken waren weggetrokken, bleek het gebouw nog grotendeels overeind te staan, maar dan wel scheef. Rekenfoutje… Dat kan dus ook gebeuren.”
Nieuwsbrief
december 2013 - 6
“Het begeleiden van stagiairs en afstudeerders is onze maatschappelijke verantwoordelijkheid.” Bij het IBD zijn vrijwel continu drie à vier stageplaatsen bezet. “We doen dat vooral om een bijdrage te leveren aan de kwaliteit van het technisch onderwijs in de regio. En uiteindelijk stromen die studenten de arbeidsmarkt in, en plukken we er indirect ook zelf de vruchten van”. Een interview met Freek Oldenburger, sectorhoofd Beheer Onderhoud Gebouwen. Wie komen er in aanmerking voor een stage bij het IBD? “We geven studenten gelegenheid om bij ons stage te lopen of af te studeren. We proberen de beschikbare plaatsen daarbij zoveel mogelijk in te vullen met studenten vanuit de regio. We hebben stagiairs op MBO-niveau vanuit het DaVinci College en van Zadkine in Rotterdam. Daarnaast begeleiden we HBO-studenten Bouwkunde en Infrastructuur bij hun afstudeerprojecten. Zij komen van de hogescholen in Rotterdam, Den Haag en Tilburg. En op dit moment loopt bijvoorbeeld Rik stage bij ons, de zoon van collega Jan de Geus. Voor iedereen geldt een stageperiode van zes maanden, waarin ze bij ons kunnen rekenen op een werkplek en een vaste stagebegeleider.” Wat doen de stagiairs en afstudeerders bij het IBD? “De studenten uit het MBO krijgen specifieke taken opgelegd vanuit hun opleiding. Bij de uitvoering daarvan proberen we ze zoveel mogelijk te laten aanhaken bij operationele zaken. Zo kunnen ze direct in de praktijk toepassen wat ze op school leren. Lukt dat een keer niet, dan zoeken we er een oude opdracht bij, maar dus wel een die ze in principe in het echt zouden kunnen tegenkomen. De studenten van het HBO moeten zelf hun eigen afstudeerproject opzetten. Wij proberen er vervolgens, afhankelijk van het type onderzoek dat ze willen uitvoeren, een passend project aan te koppelen. Zo wordt er nu bijvoorbeeld door twee afstudeerders gewerkt aan een plan voor de herbestemming van het schakelstation op de Oranjelaan. Een andere student kijkt, vanuit verkeerskundig perspectief, naar de herinrichting van een kruispunt. En recent hebben twee studenten uit Rotterdam de mogelijkheden bestudeerd voor een ‘langzaam verkeersbrug’ van de stadswerven naar de stad.” En wat leveren die stagiairs op voor het IBD? “We kijken er nadrukkelijk niet op die manier naar. We zien het echt als onze maatschappelijke verantwoordelijkheid. Als een stukje ondersteuning richting het technisch onderwijs. Dat werd aanvankelijk niet echt zo opgepakt door de scholen. Zo’n vijf jaar geleden moesten we nog moeite doen om de plekken vol te krijgen. De afgelopen jaren hebben we daarom flink geïnvesteerd in onze contacten met de onderwijsinstellingen. Inmiddels is het IBD een gewilde stage-/afstudeerplek. We moeten nu helaas zelfs studenten afwijzen. Toch zie ik ook wel dat de aanwezigheid van de studenten ons iets oplevert. De vragen die ze stellen, dwingen je soms op een andere manier naar je eigen werk te kijken. En de projecten die door de afstudeerders worden opgepakt, worden weliswaar eigenlijk nooit 1-op-1 overgenomen, maar komen soms wel in een aangepaste vorm terug in de besluitvoering. Het werk van de studenten heeft dan vaak gezorgd voor een impuls in het traject of is zelfs richtinggevend gebleken. Dus in die zin worden we er ook zeker niet slechter van. Het is absoluut een win-win situatie.
UITGELICHT: Reconstructie Noordhoevelaan snel en hoogwaardig uitgevoerd De Noordhoevelaan is een belangrijke ontsluitingsweg voor de Dordtse wijk Dubbeldam. Omdat het asfalt en de deklaag van de weg niet meer aan de kwaliteitseisen voldeden, was onderhoud nodig. Bovendien besloot de gemeente medio augustus dat de bestaande gelijkwaardige kruising met de Nijhofflaan en de Groenekruislaan, nog dit jaar vervangen moest worden door een rotonde. Bij de aanbesteding van de opdracht, heeft IBD voorgesteld af te wijken van het Drechtstedelijk beleid en te kiezen voor een meervoudig onderhandse aanbesteding op basis van 100% EMVI. Dura Vermeer won en startte in week 46 met de uitvoering, die volgens planning al op 20 december klaar zal zijn. Zie volgende pagina voor het vervolg..
Nieuwsbrief
december 2013 - 7
Vervolg... UITGELICHT: Reconstructie Noordhoevelaan snel en hoogwaardig uitgevoerd Stiller en veiliger In 1998 werd op de Noordhoevelaan de riolering vervangen. Daarna is de laan direct opnieuw aangelegd in asfalt, dat in 2001 vervolgens werd voorzien van een geluidsreducerende dunne deklaag. Inmiddels vertoonde deze deklaag rafeling en kwam in het asfalt scheurvorming voor met oneffenheden. Daarnaast was ook een reconstructie wenselijk in het kader van de veiligheid en de Wet geluidshinder. Concreet betekende dit dat er asfaltwerkzaamheden nodig waren (onderhoud en aanpassing profielindeling rijweg / fietsstroken), straatwerkzaamheden (o.a. verbreden van de bestaande langsparkeervakken) en de bouw van een rotonde op de kruising. Lagere life cycle kosten Voorafgaand aan de aanbesteding heeft het Ingenieursbureau, in samenwerking met de Milieudienst, de richtlijnen van de Wet Geluidshinder nauwkeurig in beeld gebracht en hier zorgvuldige berekeningen op losgelaten. Dat heeft ertoe geleid dat de opdracht ook inhield dat een deel van de bestaande wegdekverharding (Micropave zeer stil asfaltbeton) van de Noordhoevelaan kon worden vervangen door het duurzamere SMA NL 5 en dat op de nieuwe rotonde SMA NL 8 wordt aangebracht. Deze varianten zijn veel duurzamer, waardoor de life cycle kosten aanmerkelijk gereduceerd worden. Op zoek naar een betrouwbare partner Hoewel het project volgens het regionale aanbestedingsbeleid openbaar zou moeten worden aanbesteed, heeft het IBD er in dit geval voorgesteld om hiervan af te wijken. Hoewel die beslissing past binnen de nieuwe wetgeving, die aangeeft dat dit type werken zich goed lenen voor een meervoudig onderhandse aanbesteding, was dat niet de belangrijkste reden. Belangrijker was dat de geboden snelheid, de aankomende winter en de situatie ter plaatse (waaronder een gevoelige samenwerking met de buurt) vroegen om een betrouwbare partner en geen prijsvechter. Het werk is daarom op 5 november 2013 aanbesteed volgens een meervoudig onderhandse aanbesteding waarbij het gunningcriterium de Economisch Meest Voordelige Inschrijving (EMVI) was.
EMVI EMVI hield in dit traject concreet in dat de kosten (verrekenprijzen, de eenmalige kosten en de staartkosten) op voorhand waren gecalculeerd en vastgesteld en de kwaliteit van de inschrijvingen dus volledig werd bepaald op basis van de kwaliteit van hun Plan van Aanpak. Hierin moesten de aannemers de volgende aspecten ‘SMART’ uitwerken: - Planning; - Beheersing uitvoering winterse omstandigheden; - Communicatie; - Risico’s, bedrijfscontrole en nazorg. De Plannen van Aanpak van de verschillende inschrijvers werden door ieder lid van de beoordelingscommissie individueel beoordeeld. Op basis daarvan werd unaniem besloten het werk te gunnen aan Dura Vermeer. Alles op alles In week 46 is Dura Vermeer gestart met de uitvoering van het project “Reconstructie Noordhoevelaan”. De aannemer zet alles op alles om het gehele werk - de te realiseren rotonde én de reconstructie Noordhoevelaan - gereed te hebben op 20 december 2013. Er wordt zes dagen per week gewerkt en bij uitloop van de planning wordt er ook gewerkt in de avonduren. De bereikbaarheid van de omliggende woningen en bedrijven blijft tijdens de uitvoering gegarandeerd, waarbij ook rekening wordt gehouden met winterse omstandigheden. Voor meer informatie: Ries van der Pijl
Colofon Deze nieuwsbrief is een uitgave van het Ingenieursbureau Drechtsteden Spuiweg 5-9 3311 GT Dordrecht Tel. 078-770 2810 ingenieursbureaudrechtsteden.nl Reageren? Mail:
[email protected] De volgende nieuwsbrief verschijnt in januari
Workshop Team Inkoop heeft in samenwerking met het Juridisch Kenniscentrum en Stadsbeheer van gemeente Dordrecht op 12 november een workshop gehouden omtrent “Praktische toepassing aanbestedingswet 2012 in de openbare ruimte” (EMVI, UAV2012, referenties en kerncompetenties), waarbij het project “Reconstructie Noordhoevelaan” van IBD als een juist voorbeeld (case opdracht) is benoemd. Bij de workshop waren vele collega’s aanwezig die werkzaam zijn in de regio Drechtsteden.