1 StichtingGASTDOCENTENWOIIWerkgroepZUIDOOSTAZIËjuni2013 Nieuwsbriefno89pag.1
Nieuwsbrief 91 December 2013 Beste gastdocenten en vrienden van de Stichting, Een beetje trots zijn we wel op deze 91e nieuwsbrief. Voor het eerst is de nieuwsbrief via de site van de Stichting Gastdocenten te lezen. De vorm is min of meer hetzelfde gebleven,we hebben de vertrouwde uitstraling behouden. Ik hoop dat deze vernieuwde nieuwsbrief het belang van onze stichting voor de toekomst nog eens onderstreept. Terugblikken én vooruit kijken blijft de kracht van onze Stichting! Mede namens het bestuur, wens ik u een inspirerend en gezond 2014 toe! Hartelijke groet,
Inhoud: Archivering website door Koninklijke Bibliotheek ………………….. 2 Deelname geschiedenis Online Prijs ……………………………….. 2 Oproep evaluaties gastdocenten ……………………………………. 3 Samenwerking War Child……………………………………………… 3 Verslag viering 25-jarig jubileum ……………………………………. 4 Speech Jan Willem Hoegen 25/9 ……………………………………. 5 Schoolproject Memorymuseum Nijverdal……………………………. 8 Historisch Nieuwsblad: stelling maand januari ……………………… 8 Parool: Excuses voor executies tijdens koloniale oorlog…………… 9 Wiliam Frederick: ’Moord Indische Nederlanders genocide ?’…….. 10 Elsevier: Verkeerde kant? ……………………………………………. 21 Elsevier: Kopzorg …………………………………………………… 23 Telegraaf: Premier pareert kritiek VNO-NCW-baas……………….. 23 Telegraaf: Jakarta-reisje lesje in inschikkelijkheid………………….. 24 Volkskrant: Bersiap is een nooit erkend trauma……………………. 26
Onzeactiviteiten worden mede mogelijk gemaakt door de opbrengsten uit de Giroloterij en de Bankloterij. Uw deelname aandeGiro-c.q. Bankloterij wordt daarom van harte aanbevolen. secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
2
____________________________________________________________________________ Archivering website door Koninklijke Bibliotheek In het kader van het initiatief van de Koninklijke Bibliotheek (KB) om een selectie van Nederlandse websites te bewaren voor toekomstig onderzoek, wil de KB ook onze website archiveren en voor de lange termijn bewaren: www.gastdocenten.com
Websites bevatten vaak waardevolle informatie die niet analoog verschijnt en die ten gevolge van de grote 'omloopsnelheid' het risico loopt voorgoed verloren te gaan. Dat websites als 'digitaal erfgoed' het behouden waard zijn, is internationaal erkend in het Unesco Charter on the Preservation of the Digital Heritage uit 2003. Het signaleert dat digitaal erfgoed verloren dreigt te gaan en dat het bewaren daarvan voor gebruik door de huidige en toekomstige generatie onderzoekers zeer urgent is. Als nationale bibliotheek is de KB wettelijk verantwoordelijk voor het verzamelen, beschrijven en bewaren van in Nederland verschenen publicaties, al of niet elektronisch. De KB ziet het als haar taak om ook websites duurzaam te bewaren en raadpleegbaar te houden voor toekomstige generaties en ze te behoeden voor verlies door bijvoorbeeld technologische veroudering. Om die reden archiveert de KB websites die als verzameling een representatief beeld geven van de Nederlandse cultuur, geschiedenis en samenleving op het internet. Onze website zal daartoe gearchiveerd en duurzaam opgeslagen worden. Het archiveren zal voor het eerst gebeuren vanaf 29 november 2013. Daarna zullen regelmatig opeenvolgende versies opgenomen worden. De archiefversies worden beschikbaar gesteld aan een algemeen publiek via de website van de KB. Aan gebruikers van het archief zal in een disclaimer duidelijk kenbaar worden gemaakt, dat de auteursrechten berusten bij de oorspronkelijke rechthebbenden en dat zij voor commercieel gebruik van de gearchiveerde websites toestemming van de rechthebbenden nodig hebben. Daarnaast zal duidelijk worden vermeld dat het een door de KB gearchiveerde versie betreft en zal er een verwijzing naar de originele website worden opgenomen. Meer informatie over webarchivering op de KB is te vinden op: http://www.kb.nl/expertise/e-depot-en-digitale-duurzaamheid/webarchivering ____________________________________________________________________________ Deelname Geschiedenis Online Prijs Prijs wordt begin 2015 weer uitgereikt Van professionele archiefdiensten, musea en verenigingen tot enthousiaste amateurs die zich volledig richten op één historisch thema: alle websites over geschiedenis kunnen in 2015 weer dingen naar de Geschiedenis Online Prijs!
secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
3
Tweejaarlijks De Geschiedenis Online Prijs wordt iedere twee jaar georganiseerd. De organisatie heeft ervoor gekozen om de frequentie te verlagen naar tweejaarlijks, om zo alle deelnemende organisaties de mogelijkheid te bieden om campagne te voeren en zich optimaal op het evenement te kunnen voorbereiden. In november 2014 begint de campagne voor de Geschiedenis Online Prijs. Websites kunnen eerst worden aangemeld, waarna het publiek zijn stem kan uitbrengen. Ook onze website www.gastdocenten.com zal meedingen naar de Geschiedenis Online Prijs. Doel van de Geschiedenis Online Prijs De prijs is in het leven geroepen om verzorgde en goed toegankelijke historische websites te waarderen. Als een website gebruiksvriendelijk is en een goede ontsluiting van de historische informatie biedt, zullen bezoekers de site vaker vinden, langer blijven en er eerder terugkomen. Daarnaast willen de organisatoren met de prijs geschiedenis op internet stimuleren. Eerdere winnaars van de Geschiedenis Online Prijs waren Anno Drenthe, Vele Handen, het Anne Frank Huis en het Scholtenhuis. Partners De Geschiedenis Online Prijs is een initiatief van Historisch Nieuwsblad, DE REE archiefsystemen en Archieven.nl. Meer informatie Voor meer informatie over de Geschiedenis Online prijs kunt u terecht op www.geschiedenisonlineprijs.nl, die in de loop van 2014 alle benodigde informatie zal bieden omtrent de uitreiking van de prijs in 2015. Wij houden u op de hoogte van de ontwikkelingen omtrent onze deelname! ____________________________________________________________________________
Oproep evaluaties gastdocenten In verband met het samenstellen van het jaarverslag 2013, samen met Connie, wil ik u vragen mij de evaluatieformulieren toe te sturen die ingevuld zijn na uw bezoek aan een school. Het is van groot belang dat wij zicht krijgen op de bezoeken die zijn afgelegd. Het geeft een beeld de wensen en vragen van onze toehoorders en maakt daarmee duidelijk hoe we hen in de toekomst het beste kunnen benaderen. Mocht u dus gastlessen hebben gegeven en nog formulieren hebben, mailt u mij ze dan? Opsturen via de post kan ook. Alvast dank! ____________________________________________________________________________
Samenwerking War Child De stichting is volop in overleg met War Child. Thea Meulders en Aleid Kaijzer zijn de initiatiefnemers. Het leek hen een goed idee om samen te werken en op die manier elkaar te versterken. secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
4
Oorlogskinderen zijn er helaas wereldwijd nog veel te veel, War Child probeert overal ter wereld deze kinderen op te vangen met de bedoeling 'de oorlog uit het kind te halen'. U weet als geen ander hoe oorlog doorwerkt in een verder leven. Door voorlichters van War Child op scholen te koppelen aan gastdocenten, kun je ook laten zien hoeveel invloed oorlog in je kindertijd op latere leeftijd nog kan hebben. 16 november heeft Thea op het hoofdkantoor van War Child in Amsterdam haar verhaal aan de voorlichters uit heel Nederland verteld. Ze waren erg onder de indruk. Het heeft deze voorlichters ervan overtuigd dat uw verhalen nog steeds onmisbaar zijn, ze wilden werkelijk alles over Thea's ( en dus over uw) oorlogsachtergrond weten! Inmiddels zijn er ook gesprekken met de regioleiders geweest om hen hierover te informeren en te bekijken welke gastdocenten mee willen doen in hun regio. In januari zullen Thea,Aleid en ik zullen in januari onze gesprekken over samenwerking weer hervatten. Wordt vervolgd. ____________________________________________________________________________
Verslag viering 25-jarig jubileum Ja, de Stichting Gastdocenten bestaat al 25 jaar en daar maakten we een groot feest van! 4 Bestuursleden werden gedecoreerd: Jan Willem Hoegen, Voorzitter Jacques Movig, Vice Voorzitter Ferry Koper, gewezen Penningmeester Thea Meulders, de tegenwoordige Penningmeester. De verrassing was geslaagd en gelukkig heeft Ferry ervan genoten, hij ontviel ons kort daarna. Niet alleen dit evenement was bijzonder, ook het optreden van het dameskoor “Malle Babbe”viel bij iedereen in de smaak. Het gezamenlijk eten was gezellig en trouwens weer perfect. In de 25 jaar heeft de Stichting al heel wat bereikt,maar ze is nog steeds volop bezig en blijft aan de weg timmeren. 1.Allereerst het maken van het vademecum, een hulp voor alle gastdocenten om alles in perspectief te zien. Dit werd later op een CD-rom gezet, evenals de persoonlijke verhalen van de gastdocenten zelf. Dit met financiële hulp v.h. Gebaar. Het vergde enorm veel tijd om dit alles voor elkaar te krijgen. 2. Ook werd met meewerking van Cineventura een filmportretten gemaakt van enkele gastdocenten. Hierbij behorend een lesbrief en een docentenhandleiding . Ook met financiële hulp van het Gebaar. 3. Medewerking werd door ons verleend aan het Centrum voor Mondiaal Onderwijs te Nijmegen voor “Nederlands Indië in de 2e Wereldoorlog” Informatiepakket voor een werkstuk of spreekbeurt. 4. Met het Museon samen werd de banieren tentoonstelling ontwikkeld (2 identieke pakketten) die de gastdocent mee zou kunnen nemen als er om een gastles gevraagd werd. 5 .Het Koninklijk Instituut voor de Tropen ontwikkelde een lespakket voor de onderbouw, secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
5
waaraan we ook meewerkten. 6. Het Museon kreeg het beheer van de grote tentoonstelling “Nederlands Indië in de 2e Wereldoorlog” en vroegen ons om te helpen hiervoor zo veel als mogelijk plaatsing in het land te vinden. 7. Bij het 20-jarig jubileum kwam het boek “Zo is het gebeurd” tot stand. De lezingen die we in de 20 jaar hoorden van prominente sprekers werden er in opgenomen. 8. Dan de hulp van de onvolprezen gastdocenten, die onvermoeid hun eigen verhaal in de scholen vertelden! 9. Ook verleenden de gastdocenten medewerking aan de Stichting “Verfilming Japanse bezetting 1942-45” 10. Veel lezingen werden gegeven bij de viering/herdenking van 15 Augustus of andere verenigingen. Het is te veel om op te noemen en mijn excuses als ik nog iets vergeten ben. We hebben zo veel kunnen “werken” ook door de hulp van veel familieleden en vrienden. Het nieuwe bestuur van de Stichting : Jan Willem Hoegen, Voorzitter Cobine Ramaekers, Secretaris Thea Meulders, Penningmeester Heel veel succes gewenst! Connie Suverkropp ____________________________________________________________________________
Toespraak Jan Willem Hoegen 25 september 2013 Goede morgen, Zoals velen van u weten is het 26 jaar geleden door Indische mensen opgevallen dat bij het eindexamen geschiedenis vwo ,de Tweede Wereldoorlog zich beperkte tot Europa . Erger zei mij de voormalig directeur van het Oorlogsmuseum in Overloon , de Tweede Wereldoorlog heeft volgens de Nederlandse geschiedenisboekjes zich bepekt tot de randstad van Nederland. In het begin ontdekten we dat we niets wisten van buiten ons eigen kamp of onze eigen ervaringen buiten de kampen tijdens de oorlog. De behoefte aan een geschiedenis boek betreffende de oorlog in Zuid-Oost Azië kwam daardoor hoog op onze agenda. Ondergetekende werd aangewezen als vrijwilliger . Wat mij snel intrigeerde was de kennis die iedereen heeft over ons Indië. Driehonderdvijftig jaar koloniale uitbuiting . Wat bleek mij , dat de VOC alleen geïnteresseerd was in handel .Dus men joeg de Spanjaarden weg , bouwde een pakhuis en een fort ter verdediging. Na de Koloniale Conferentie in Berlijn van 1884 ,werd bepaald dat de koloniale mogendheden aansprakelijk waren voor de daden van hun onderdanen . Voor Nederland betrof dat de zee piraterij van de Atjehers Voor zover 350 jaar koloniale uitbuiting . Per ongeluk bleek er nog een aanname niet te kloppen. Die aanname was dat de infrastructurele werken in de 19e eeuw en de oorlog tegen de Belgen was betaald uit de winsten behaald in Indië . In werkelijkheid bleek na de dood van Koning Willem I dat hij die gelden geleend had bij Britse vrienden . Het ging om twee en een half miljard gulden . Om de goede naam van de koning niet te grabbel te gooien en de onkunde van de politici niet te openbaren besloten de rijke Nederlanders die schuld af te betalen . Dan de Max Havelaar , in het Engels vertaald in 1868. secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
6
De Britse hoogleraren J.W.B.Money en Alfred Russel Wallace gingen naar Java om de zaak te onderzoeken omdat de Britse regering ook in hun koloniën het zogenaamde cultuur stelsel , wilden invoeren. Hun conclusie was dat het boek een roman was geschreven door een Nederlandse ambtenaar die van zijn superieuren te horen had gekregen dat hij niet goed genoeg bevonden was om Gouverneur Generaal van Indië te worden. ( men leze : Java or How to Manage a Colony ). Twee feiten brachten hun tot die conclusie . In de eerste plaats dat de eeuwenlange stabiele bevolkingsgrote van twee miljoen , na invoering van het cultuur stelsel in dertig jaar explodeerde naar twintig miljoen. In de tweede plaats dat de lonen op Java drie maal zo hoog waren als elders in Azië. Er waren geen industrie arbeiders in Indië. De Amerikaanse hoogleraar sociologie aan de universiteit van Chicago , E.R.Scudmore , publiceerde in 1897 haar rapport over Java. Wat haar , zijnde Amerikaans , als eerste opviel was dat bij de spoorwegen in Indië alle functies werden vervuld door Indonesiërs. Het zelfde constateerde zij bij de fabrieken die landbouwproducten exporteerden. Ook bij de aanleg en onderhoud van wegen met rioleringen zag ze alleen Indonesiërs . Een maal zag ze een Nederlander tijdens haar reis . Dat was een marineman in de haven van Tjilatjap. In Djokja kwam ze bij een industriecomplex , welker grootte zij niet uit Amerika kende . Een eindeloze rij van fabrieken. En allemaal eigendom van Indonesiërs , één maal was de eigenaar een Chinees. Volgens haar kwamen de beste kwaliteit van producten als rijst , thee , koffie en tabak uit Indië door de superieure landbouw techniek der Nederlanders. Er was zoveel armoede onder de Indonesische bevolking . In 1913 besprak het Internationaal Verbond van Vakverenigingen haar rapport inzake de agrarische ondernemingen op Noord-Sumatra tijdens het congres te Brussel. De lonen zijn hoger dan waar ook in Azië , zelfs zo hoog dat er flink gespaard wordt waardoor de grootste exportmarkt van de Singer naaimachines Indië is. Als secundaire arbeidsvoorwaarden noteerde ze : Vrij wonen met een flinke tuin voor verbouw voor eigen gebruik , gratis bibliotheek bezoek , gratis onderwijs , gratis medische zorg , volledige doorbetaling van loon bij ziekte en pensionering. N.B. ; er was geen B.T.W., accijns , loonbelasting . In 1937 verscheen er een rapport van de Volken Bond over de welvaart in de bij hun aangesloten landen. Het meest welvarend was Argentinië , daarna kwam Nederlands Indië . In 1939 rapporteerde een Amerikaans militaire inlichtingen team aan haar regering over de nieuwe bondgenoot Nederlands Indië. Volgens hun rapport , was de modernste haven ter wereld die van Soerabaja . De gehele infrastructuur , havens , vliegvelden , spoorwegen en wegen was van ongekend hoog niveau. Het zelfde gold voor de gezondheidszorg en het onderwijs. Er was zelfs zogenaamde sociale woningbouw voor met name de armere Indonesische bewoners van de steden. Geen wonder dat Nederlands Indië de grootste exportmarkt van de Amerikaanse automobiel industrie was . Na de bezetting van Nederlands Indië besloten de Japanners de lonen van de Indonesiërs met 30% te verlagen. De reden was dat een Indonesische arbeider net zoveel verdiende als een onderofficier in het Keizerlijke leger . secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
7
In 1943 rapporteerde luitenant-generaal Reikichi Tada aan zijn regering in Tokyo dat Nederlands Indië het paradijs op aarde was . Dit rapport werd in de Japanse krant “Chukoron “ van december 1943 gepubliceerd. De Indonesiërs haatten jullie zo erg dat ze de eerste kans grepen om jullie er uit te gooien. Amerikaanse troepen bevrijdden Nieuw Guinea van de Japanners . Bij hun troepen was een klein contigent Nederlanders . De Amerikanen rapporteerden dat de plaatselijke bevolking grote feesten organiseerden om de terug komst van de Nederlanders te vieren . Met uitzondering van Sumatra en Java werd de rest van de archipel in het voorjaar van 1945 bevrijd, door Australische troepen met een klein contingent Nederlandse militairen, waarbij de Australiërs noteerden dat de plaatselijke bevolking grote feesten organiseerden vanwege de terugkomst van de Nederlanders. De bevrijding van Sumatra gebeurde door Britse troepen , zonder Nederlanders in hun gelederen . De plaatselijke bevolking keek de kat uit de boom . Ze wisten dat de Britten neer keken op hun gekleurde medemensen . In de Australische wet hadden ze laten opnemen dat gekleurde mensen gelijk gesteld dienden te worden met honden. Op Java , waar de Britten ook zonder Nederlanders aankwamen , was de situatie totaal anders. Onder aanvoering van Japanse soldaten gingen Javaanse jongeren , volgens de Britse verslagen in de leeftijd tussen 8 en 14 jaar , op moord tochten . Azië voor de Aziaten , dus dood alle blanken en alle christenen. En dat deden ze , 60.000 doden in 4 maanden. In hoofdzaak Indonesiërs die van het christelijk geloof waren of die matigend wilden optreden. Zoals U hoorde citeerde ik uit buitenlandse bronnen. Waar ik van schrok waren de verboden op ons verhaal. Je mag het woord jappenkamp niet gebruiken. Je mag niet vertellen dat je je leven te danken hebt aan oudere Indonesiërs in oktober 1945 die jullie wilden beschermen tegen de moordende jeugdbendes. Je mag niet vertellen dat bij aankomst in Amsterdam het beetje bagage dat je bij je had gestolen werd door de Amsterdamse havenarbeiders. Dit alles in ogenschouw nemend mogen we trots zijn dat we toch ons verhaal verteld hebben. Altijd blijvend bij onze persoonlijke ervaringen . Ook niet bang omdat op vijftien augustus in Den Haag bij de jaarlijkse herdenking te vertellen. Bij mij is de oorlog nooit verdwenen , daarom sluit ik graag af met woorden van Leo Vroman : kom vanavond met verhalen hoe de oorlog is verdwenen en herhaal ze honderd malen alle malen zal ik wenen. ____________________________________________________________________________
secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
8
Schoolproject Memorymuseum Nijverdal ‘Een kind in de oorlog’. Op 27 september werd het diorama ‘Indië’ door Bep Schillemans en Thea Meulders in het memorymuseum in Nijverdal geopend. Dit diorama is onderdeel van het schoolproject ‘Een kind in de oorlog’, gericht op kinderen op de basisschool en in het voortgezet onderwijs. Het museum gebruikt verhalen van kinderen uit de jeugdtelevisieserie ‘13 in de Oorlog’ als uitgangspunt. De verhalen worden verteld vanuit Rotterdam, Westerbork, Londen, Auschwitz en Jakarta. Elk verhaal wordt concreet door het gebruik van een koffer met voorwerpen die een plaats symboliseren. In de koffer van ‘Indië’ zitten bijvoorbeeld een potje stijfselpap en ransel van een KNIL-militair. Aan de samenstelling van de inhoud van het koffertje hebben diverse gastdocenten meegewerkt. Kijk op www.memorymuseum.nl voor meer informatie over het museum en openingstijden en op www.13indeoorlog.nl om de afleveringen van de serie te bekijken. Er is ook een boek bij de serie verschenen: Hein Hoffmann ’13 in de Oorlog, Hoe kinderen de Tweede Wereldoorlog beleefden. ____________________________________________________________________________
Historisch Nieuwsblad: stelling januari. In het Historisch Nieuwsblad van december 2013 staat op blz. 16 de onderstaande oproep: "Er moet een onderzoek komen naar de Indonesische misdaden tijdens de Bersiap" Wilt u zich hierover uitspreken? Dan kunt u zich aanmelden door een bericht te sturen naar
[email protected]. Lezers van wie het e-mailadres bekend is bij de redactie krijgen een uitnodiging toegestuurd. Meedoen kan ook via Historischnieuwsblad.nl . ____________________________________________________________________________
secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
9
‘ secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
10
____________________________________________________________________________ Moord Indische Nederlanders genocide
http://www.ohio.edu/history/facultystaff/faculty/frederick.html William H. Frederick William H. Frederick teaches surveys and seminars on Southeast Asian history, as well as courses concerning issues in World History. He specializes in modern Indonesia, especially the period of Japanese occupation (1942-1945) and struggle for independence (1945-1949), but he has a con- tinuing concern for the region as a whole, and its relation to the rest of the world. Frederick studied Southeast Asia as an under-graduate with Harry J. Benda at Yale University, and completed his Ph.D. at the University of Hawaii at Manoa, where he studied with Robert Van Niel and Walter Vella. He has taught at Ohio University since 1973, and has been a teaching or research fellow in Washington, D.C., Japan, Australia, Denmark, the Netherlands, and Indonesia. He is co-founder of the national Southeast Asian Studies Summer Institute. Frederick is author of Visions and Heat: The Making of the Indonesian Revolution (Athens: Ohio University Press, 1989), and more than 40 chapters, articles, edited works, translations, editorial essays, and the like. Frederick is author of Visions and Heat: The Making of the Indonesian Revolution (Athens: Ohio University Press, 1989), and more than 40 chapters, articles, edited works, translations, editorial essays, and the like. He is co-author and co-editor of the Encyclopedia of Indonesia in the Pacific War (Leiden: Brill, 2010) and co-author and co-editor of the sixth edition of Indonesia: A Country Study (Washington D.C.: Library of Congress, forthcoming 2010). He is currently preparing a two-volume collection of primary sources for Southeast Asian history, and a translation of Tan Malaka’s last writings (1948-49). 423 Bentley Annex 740-593-4341
[email protected]
http://www.nu.nl/buitenland/3631162/moord-indische-nederlanders-genocide.html Gepubliceerd: Laatste update: 18 november 2013 07:49 18 november 2013 08:17 'Moord op Indische Nederlanders is genocide' De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Nederland naar de achter- grond verdrongen.
secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
11
Foto: Thinkstock De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiaptijd is door Neder- land altijd gelaten geaccepteerd, ''terwijl het zich het best laat omschrijven als volkerenmoord''. Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in ‘n interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van ''post-koloniaal geheugenverlies'' van de Nederlandse autoriteiten. De 72-jarige historicus heeft volgens de krant zijn hele wetenschappelijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indonesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indonesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse interneringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick. Een artikel over zijn onderzoek staat in het Britse weten- schappelijke blad Journal of Genocide Research. ''De Bersiapperiode is zonder twijfel een zwarte bladzijde in de geschiedenis van Indonesië én die van Nederland'', aldus Frederick die zegt geen land te kennen dat de moord op zoveel medeburgers zo gelaten heeft geaccepteerd en vervolgens is vergeten.
Zeer mager ''Ik bespeur nog steeds de tendens bij zowel niet-Indonesiërs als Indonesiërs om die revolutie als min of meer onschuldig en, althans op wereldschaal, als niet zo gewelddadig te beschouwen.'' Hij noemt het ''zeer mager'' dat minister Frans Timmermans (Buitenlandse Zaken) vindt dat instituten die onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië willen doen, dat maar uit eigen budget moeten betalen. ''De echte reden ligt volgens mij eerder op diplomatiek terrein'', zegt hij in Trouw. ''Ik begrijp dat de Indonesische regering geen zin in een onderzoek heeft, omdat ze niet trots zullen zijn op de Bersiap. Nederlandse diplomaten in Jakarta worden nerveus van een onderzoek, omdat dit hun leven gecompliceerder kan maken. Terwijl zo'n onderzoek natuurlijk hoogstnoodzakelijk is.'' Door: ANP
http://www.limburger.nl/article/20131118/ANPNIEUWS01/311189988/1008/ANPNIEUWS01 'Moord op (Indische) Nederlanders genocide' De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Nederland naar de achter- grond verdrongen. De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiaptijd is door Nederland altijd gelaten ge- accepteerd, “ terwijl het zich het best laat secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
12
omschrijven als volkerenmoord''. ANP Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in een interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van ,,post-koloniaal geheugenverlies'' van de Nederlandse autoriteiten. De 72-jarige historicus heeft volgens de krant zijn hele wetenschappelijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indonesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indonesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse interneringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick.
http://www.metronieuws.nl/nieuws/moord-op-indische-nederlandersgenocide/xlkmkr!dWsLGMl34FMVJocWgKhPDA/ Geplaatst : Vandaag 07:45 'Moord op (Indische) Nederlanders genocide' RIJSWIJK (ANP) - De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Nederland naar de achtergrond verdrongen. De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiaptijd is door Ne- derland altijd gelaten geaccepteerd, ,,terwijl het zich het best laat omschrijven als volkerenmoord''. Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in een interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van ,,post-koloniaal geheugenverlies'' van de Nederlandse autoriteiten. De 72-jarige historicus heeft volgens de krant zijn hele wetenschappelijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indo- nesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indonesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse inter- neringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick. © 2013 ANP
http://www.pzc.nl/algemeen/binnenland/moord-op-indische-nederlanders-genocide-1.4103152 RIJSWIJK (ANP) - De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Ne- derland naar de achtergrond verdrongen. De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiaptijd is door Nederland altijd gelaten geaccepteerd, terwijl het zich het best laat omschrijven als volkerenmoord''. Geheugenverlies Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in een interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van ,,post-koloniaal geheugenverlies'' van de Nederlandse auto- riteiten. secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
13
De 72-jarige historicus heeft volgens de krant zijn hele we- tenschappelijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indonesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indo- nesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse interneringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick. Een artikel over zijn onderzoek staat in het Britse wetenschappelijke blad Journal of Genocide Research. ,,De Bersiapperiode is zonder twijfel een zwarte bladzijde in de geschiedenis van Indonesië én die van Nederland'', aldus Frederick die zegt geen land te kennen dat de moord op zoveel medeburgers zo gelaten heeft geaccepteerd en vervolgens is vergeten. ,,Ik bespeur nog steeds de tendens bij zowel niet-Indonesiërs als Indonesiërs om die revolutie als min of meer onschuldig en, althans op wereldschaal, als niet zo gewelddadig te beschouwen.'' Hij noemt het ,,zeer mager'' dat minister Frans Timmermans (Buitenlandse Zaken) vindt dat instituten die onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië willen doen, dat maar uit eigen budget moeten betalen. ,,De echte reden ligt volgens mij eerder op diplomatiek terrein'', zegt hij in Trouw. ,,Ik begrijp dat de Indonesische regering geen zin in een onderzoek heeft, omdat ze niet trots zullen zijn op de Bersiap. Nederlandse diplomaten in Jakarta worden nerveus van een onderzoek, omdat dit hun leven gecompliceerder kan maken. Terwijl zo'n onderzoek natuurlijk hoogstnoodzakelijk is.''
http://www.kpnvandaag.nl/#news/Binnenland/anp-181113049/%27Moord_op_%28Indische%29_Nederlanders_genocide%27
secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
14
'Moord op (Indische) Nederlanders genocide' Uitgebracht op: 18 November 2013 - 7:42:02 Categorie: Binnenland Bron: ANP RIJSWIJK (ANP) - De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Nederland naar de achtergrond verdrongen. De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiaptijd is door Neder- land altijd gelaten geaccepteerd, ,,terwijl het zich het best laat omschrijven als volkerenmoord''. Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in een interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van ,,post-koloniaal geheugenverlies'' van de Nederlandse autoriteiten. De 72-jarige historicus heeft volgens de krant zijn hele wetenschappelijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indonesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indonesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse interneringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick.
http://www.parool.nl/parool/nl/224/BINNENLAND/article/detail/3546710/2013/11/18/Moord-opduizenden-Indische- Nederlanders-was-genocide.dhtml
secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
15
'Moord op duizenden (Indische) Nederlanders was genocide' 18-11-13 08:31 uur - Bron: ANP De golf van etnisch geweld in Nederlands-Indië, die begon in 1945, is steeds ten onrechte door Nederland naar de achtergrond verdrongen. De moord op duizenden (Indische) Nederlanders in de Bersiaptijd is door Nederland altijd gelaten geaccepteerd, 'terwijl het zich het best laat omschrijven als volkerenmoord'. Dat zegt de Amerikaanse historicus William H. Frederick in een interview maandag in Trouw. Hij spreekt daarin van 'post-koloniaal ge- heugenverlies' van de Nederlandse autoriteiten. De 72jarige historicus heeft volgens de krant zijn hele wetenschappe- lijk loopbaan gewijd aan de geschiedenis van Indonesië. Na de capitulatie van Japan vermoordden Indonesische strijders duizenden Nederlanders die net uit Japanse interneringskampen waren bevrijd. Ze wilden koste wat kost voorkomen dat het koloniale gezag zou worden hersteld, aldus Frederick. Een artikel over zijn onderzoek staat in het Britse wetenschappelijke blad Journal of Genocide Research. 'De Bersiapperiode is zonder twijfel een zwarte bladzijde in de geschiedenis van Indonesië én die van Nederland', aldus Frederick die zegt geen land te kennen dat de moord op zoveel medeburgers zo gelaten heeft geaccepteerd en vervolgens is vergeten. 'Ik bespeur nog steeds de tendens bij zowel nietIndonesiërs als Indonesiërs om die revolutie als min of meer onschuldig en, althans op wereldschaal, als niet zo gewelddadig te beschouwen.' Hij noemt het 'zeer mager' dat minister Frans Timmermans (Buitenlandse Zaken) vindt dat instituten die onderzoek naar de dekolonisatie van Nederlands-Indië willen doen, dat maar uit eigen budget moeten betalen. 'De echte reden ligt volgens mij eerder op diplomatiek terrein', zegt hij in Trouw. 'Ik begrijp dat de Indonesische regering geen zin in een onderzoek heeft, omdat ze niet trots zullen zijn op de Bersiap. Nederlandse diplomaten in Jakarta worden nerveus van een onderzoek, omdat dit hun leven gecompliceerder kan maken. Terwijl zo'n onderzoek natuurlijk hoogstnoodzakelijk is.' (Bewerkt door: Redactie)
http://www.rtlnieuws.nl/nieuws/binnenland/moord-op-nederlanders-indie-was-genocide 18 november 2013 07:21 'Moord op Nederlanders in Indië was genocide' De moord op duizenden Nederlanders en Indo's in Nederlands-Indië vlak na de capitulatie van Japan is het best aan te duiden als genocide. Dat stelt de Amerikaanse Indonesië-kenner William H. Frederick in een artikel van Journal of Genocide Research, schrijft Trouw. Volgens de historicus is de beladen term de beste omschrijving voor de golf aan etnisch geweld, de Bersiap, die uitbrak nadat Soekarno in augustus 1945 de Republiek Indonesië uitriep. Frederick verbaast zich dat die revolutie als veel minder gewelddadig is neergezet, ook in Nederland, dan die in werkesecretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
16
lijkheid was. Hij spreekt van een post-koloniaal geheugenverlies. Zo blijkt uit het weinige materiaal dat beschikbaar is, dat de massale arrestaties van Nederlanders wel degelijk waren georganiseerd. RTL Nieuws / ANP
http://www.historischnieuwsblad.nl/nl/artikel/27900/het-geweld-van-de-bersiap.html Het geweld van de Bersiap Door: Remco Raben HN nr. 7/2011 Nederlanders die de Japanse bezetting in Nederlands-Indië hebben meegemaakt, hebben vaak moeite uit te leggen dat juist de maanden ná het einde van de oorlog in augustus 1945 de meeste bedreigende en sinistere waren. In deze periode,
waarin de Indonesische revolutie gestalte kreeg en er nog geen Nederlands leger was dat de orde kon bewaken, werden duizenden Nederlanders en anderen vermoord. De weken na de Japanse capitulatie waren een merkwaardig luchtledig tussen opluchting en vrees. Toen het bericht van de capitulatie de Nederlanders bereikte, richtten velen hun hoop op een herstel van de oude verhoudingen. Daar kwam niets van terecht, want er volgde geen bevrijding, maar een periode van toenemende onzekerheid en angst in een samen- leving die afgleed in geweld. Deze periode van chaos en dreiging wordt Bersiap genoemd, naar de kreet die Indonesische strijders bezigden (‘Wees paraat’). Het grote geweld begon niet meteen na de Japanse capitulatie op 15 augustus 1945 en het uitroepen van de Indonesische onafhankelijkheid twee dagen later. Bijna alle ooggetuigen vertellen dat de golf van intimidatie en moord pas werkelijk losbarstte in oktober. In de loop van de Japanse bezetting waren zo’n 100.000 Nederlandse burgers in interneringskampen opgesloten. Daar- naast waren er 42.000 Nederlandse soldaten krijgsgevangen, van wie er velen op verschillende plaatsen in Indonesië en andere delen van Azië waren tewerkgesteld. Toen in de gevangenkampen het bericht kwam dat Japan had gecapituleerd, waagden velen secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
17
zich buiten de omheining. Er was weinig te merken van animositeit. Ook Indische Nederlanders die niet geïnterneerd waren geweest, merkten dat ze rustig over straat konden. Heel even leek het alsof het vooroorlogse leven weer zou kunnen terugkeren. Dat dacht ook A.F.R. Ruyter de Wildt, die voor de oorlog chef van een suikerfabriek in OostJava was geweest en tijdens de Japanse bezetting werd geïnterneerd in een mannenkamp in Tjimahi, bij Bandoeng op West-Java. Hij noteerde in zijn dagboek dat hij pas op 22 augustus van de Japanse overgave hoorde. Hij begaf zich al snel op straat, waar alles vrij rustig was en zelfs weinig rood-witte vlaggetjes te zien waren. Europeanen konden vrij rondlopen en werden op de markten hoffelijk bejegend. Toch kwamen er al snel berichten dat Europeanen werden gemolesteerd en zelfs vermoord. Hierop beval de geallieerde bevelhebber voor Zuidoost-Azië, Louis Mountbatten, de Europeanen in de kampen te blijven en zich niet op straat te be- geven. Dat hielp wel, hoewel velen de raad in de wind sloegen. Maar voor verreweg de meeste Europeanen, vooral Indi- sche Nederlanders, die niet in een kamp hadden gezeten, gold dat niet. Zij liepen dan ook het grootste gevaar slachtoffer te worden van aanvallen van Indonesische bendes. Bijna overal kwam het geweld pas goed op gang toen de eerste Britse troepen en een handjevol Nederlanders op Java aan land kwamen. Vanaf eind september leek er pas echt iets te veranderen. Zo ook in Bandoeng. Ruyter de Wildt zag er In- donesische spandoeken die de Nederlanders opriepen weg te blijven. Steeds meer Indonesiërs verschenen op straat, gewapend met messen, stokken en bamboesperen. Veel van deze jongens waren afkomstig uit de arme stadsbuurten, waar zij gemakkelijk te mobiliseren waren. Ruyter de Wildt beschrijft plastisch in zijn dagboek hoe ‘veel volk gewapend met messen, speren en dolken uit de dessa gangetjes kwamen opdagen’, en hij voegde eraan toe: ‘Dit uitvaagsel dacht zeker dat er geknokt zou worden, ze wilden dan bij een eventuele plundering aanwezig zijn.’ Ruyter hield het, zoals zoveel Nederlanders met hem, kennelijk niet voor mogelijk dat de Indonesiërs politiek geïnspireerd zouden zijn. Er hangt veel mist rond het extreme geweld van de Bersiap-tijd. Waar kwam dat nu vandaan?Wie waren de daders? Wie schuilden er achter de naam ‘extremisten’ die de Britten en Nederlanders op de geweldplegers plakten? Waren het criminelen, opgehitste jongeren, opportunistische sadisten, religieus fanatici? En wat was hun motief? Iedere oorlog heeft natuurlijk zijn pathologische moordenaars, maar de frequentie van de moorden maakt het moeilijk om die in de schoenen te schuiven van een kleine groep sadisten of criminelen. Indertijd gaven Nederlanders de schuld vooral aan de Japanse propaganda, die de Indonesische jongeren tegen de Neder- landers had opgehitst. Zelf noemden de strijders zich veelal pemuda, jongeren, maar zo jong waren ze niet allemaal.Wel kwamen de meesten uit de lagere klassen en uit de armere stadsbuurten of dorpen.Door hun kansloze situatie haakten zij naar verandering en waren zij het meest vatbaar voor radicalisering. Daardoor waren ze ook een dankbaar object voor lokale leiders die hun volgelingen juist in de stadskampongs ronselden. De mogelijkheid om zaken in eigen handen te nemen, zeker na de ellendige Japanse bezettingstijd, bracht veel jongeren in staat van opwinding. In die zin was de geest van de revolutie er ook een van ongekende vrijheid en mogelijkheden, als een persoonlijke vervolmaking. In de eerste maanden na het uitroepen van de onafhankelijkheid ontstond er op veel plaatsen een wirwar van strijdgroepen met eigen leiders en een eigen agenda. Er was nog geen sprake van een geregeld Indonesisch leger en de republikeinse re- gering kon geen sterk gezag laten gelden. Het gevoel van crisis en politieke urgentie moet veel jongeren ertoe hebben aangezet zich bij de strijdgroepen te voegen, net als het vooruitzicht op plundering. secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
18
Het meeste geweld, los van de strijd tussen meer reguliere republikeinse en Britse en Nederlandse troepen, werd gepleegd door radicale nationalisten, islamitische strijdgroepen als de Hizbullah en Sabillilah, en groepen met meer criminele ach- tergronden. Zij hadden gemeen dat ze moeilijk onder het gezag van het prille leger van de Indonesische Republiek te brengen waren en vaak hun eigen plan trokken. Dat maakte dat de toeschouwer politiek strijder en misdadiger nauwelijks kon onderscheiden – en in veel gevallen was er ook geen verschil. Hoewel criminele en opportunistische motieven een rol speelden, was veel van het geweld op z’n minst politiek geïnspi- reerd. Indonesiërs raakten zich sterk bewust van het scharnierpunt waarop het land zich bevond. De regering van de nieu- we republiek begon zich steeds sterker te manifesteren en ook revolutionaire leiders riepen het volk op zich bij de revolutie aan te sluiten. De komst van de geallieerde legers gaf de Indonesische revolutionairen het gevoel haast te moeten maken, wilden de oude kolonisatoren niet weer de overhand krijgen. De toenemende botsingen met Japanse troepen, die na de capitulatie de orde moesten bewaken, en met Britse militairen stimuleerden de pemuda tot radicale actie. Op veel plaatsen deden Indonesische groepen een aanval op wapendepots van de Japanners, met wisselend succes. Het geweld tegen burgers nam hand over hand toe, omdat de dreiging van koloniale herbezetting van alle Nederlanders een vijand maakte. Op 7 of 8 oktober 1945 riepen republikeinen op Java op tot een boycot van Europeanen in de winkels. Revolutionairen wierpen barricades op en deden huiszoeking. Europeanen werden op straat aangehouden en tot hun afgrijzen gefouilleerd door gewapende Indonesische jongens. Ruyter de Wildt schrijft in zijn dagboek dat hij zich ‘het beschamende [moest] laten welgevallen door een troep schofjes gefouilleerd te worden’. In veel steden gingen groepen pemuda langs de straten en joegen de bewoners de stuipen op het lijf met geschreeuw en nachtelijk lawaai. Steeds meer huizen werden gerampokt (geplunderd). Inwoners werden de bossen in gejaagd, waar ze vaak het slachtoffer werden van andere bendes. Ook verschenen er pamfletten die de bevolking opriepen de Indo-Euro- peanen uit te roeien. De politieke strijd kreeg hiermee een sterk etnische dimensie, waarin het ‘Indonesië voor de Indonesiërs’ leidde tot haat voor het niet-eigene. In Soerabaja werd deze omslag misschien wel op de meest dramatische manier duidelijk toen een geïmproviseerd tribunaal tegen de massaal gearresteerde Nederlanders ontaardde in een martel- en moordpartij onder de kreet ‘Dood aan de blanken’. Enkele tientallen Nederlanders werden hierbij vermoord; enkele honderden raakten gewond. De Nederlanders buiten de kampen – veelal Indische Nederlanders – lieten zich niet onbetuigd en organiseerden hun ei- gen strijdgroepen om hun huizen en gezinnen te verdedigen en de moorden te vergelden. Ook Molukkers waren in deze groepen actief, omdat zij vaak het doelwit van de moordpartijen waren. Molukkers waren voor de oorlog dikwijls soldaat in het Indische leger geweest en waren goede vechters. Deze milities opereerden vooral in Batavia.Ook zij maakten zich schuldig aan overmatig geweld. Vaak lieten ze zich leiden door wraak, waarbij een moord op een Europeaan of Molukker in veelvoud werd vergolden. Op deze wijze escaleer- de het geweld, maar de Nederlands-Molukse milities waren wel in staat om sommige buurten enige bescherming te bie- den. De Indonesische leiders bevalen op 12 oktober om de Nederlandse mannen op republikeins gebied te interneren; later volgden vrouwen en kinderen. Het is aannemelijk dat de arrestaties waren bedoeld om hen tegen verder kwaad te bescher- men, maar ongetwijfeld ook om te voorkomen dat de Nederlanders zelf de wapens zouden opnemen – zoals her en der gebeurde. De internering betekende voor velen een periode van nieuwe ellende, maar heeft hen ook behoed voor verdere terreur. In de maanden die volgden waren het ironisch genoeg juist de Nederlanders buiten republikeins secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
19
gebied die het meeste ge- vaar liepen. Het geweld nam soms gruwelijke vormen aan. Zo haalden op een dag in december 1945 drie leden van de Badan Keamanan Rakjat (Volksveiligheidsorgaan, het republikeinse leger) twee vermoedelijk Indo-Europese vrouwen in een station in een voorstadje van Batavia uit de trein en voerden hen naar het plaatselijke kantoor van de BKR, dat in een voormalig landbouwkantoor was ondergebracht. Na een summiere ondervraging riep de leider van de BKR zijn manschappen en de omwonenden bijeen. De vrouwen werden ontkleed en door een reeks mannen verkracht, naar buiten gesleurd en onderworpen aan een publieke marteling met gloeiende ijzerstaven en een langdurige afranseling. Uiteindelijk werd hun de hals doorgesneden. De lichamen wer- den in een put op het erf gegooid. Dergelijke rituele slachtingen verbijsterden de autoriteiten en zaaiden grote angst onder de Europese bevolking. Dat was natuurlijk de bedoeling, maar er was nog een ander motief: de behoefte aan vernedering en ontmenselijking van tegen- standers. Waar die vandaan kwam, is slechts te gissen. Er is wel betoogd dat Indonesië een rampok-cultuur had, of dat er ‘reservoirs’ van geweld bestonden die tijdens de revolutie geactiveerd werden, of dat wraakneming eigen is aan de Indonesische rechtscultuur. Maar we hebben deze rituelen ook leren kennen in recente uitbarstingen van etnisch geweld, en we kunnen ze beter ver- klaren uit de politieke toestand en de aard van de strijdgroepen dan uit iets ongrijpbaars als cultuur. Hoewel er ook in vooroorlogse Indië etnisch geweld voorkwam, was dat heel wat anders dan de explosie van de late jaren veertig. In die periode van agitatie en straffeloosheid kon het geweld als nooit tevoren opbloeien. De term ‘Bersiap’ is in Nederlandse kringen ingeburgerd geraakt om de periode van chaos, moord en onzekerheid van eind 1945 aan te geven. Deze periode hield aan tot begin 1946, toen de gezamenlijke Britse en Nederlandse troepen de situatie in de steden, waar de meeste Europeanen hun toevlucht zochten, wisten te stabiliseren. In de grote steden was de Bersiap daarmee grotendeels ten einde, maar het geweld ging elders door. Nederlanders en Indische Nederlanders waren volstrekt niet de enige slachtoffers van het geweld van Indonesische bendes. Op allerlei plaatsen werden andere mensen het doelwit van afpersing, mishandeling, roof en moord. Het betrof groe- pen en personen die met de Nederlanders werden geassocieerd of niet als rechtgeaarde Indonesiërs golden, zoals de Molukkers. Op veel plaatsen werden bestuursambtenaren uit de koloniale tijd vermoord, maar ook buitenstaanders die enige rijkdom hadden vergaard. Een kwetsbare groep was die van de Chinezen, die zich in de koloniale tijd hadden ontpopt als winkeliers, ondernemers en geldschieters. Voor de revolutionaire strijders, of wie daarvoor wilde doorgaan, waren de Chinezen een gemakkelijke prooi. Bovendien waren ze vaak herkenbaar aan hun naam en uiterlijk. Enkele duizenden Chinezen zijn in de loop van de revolutiejaren vermoord en tientallen huizen geplunderd en vernield. Het meeste geweld kwam voor in de schemerzone waar de Indonesische Republiek haar gezag niet kon laten gelden en ook de Nederlandse autoriteiten geen orde konden bewaren. Dat werd bijvoorbeeld duidelijk tijdens de politionele acties in juli 1947 en december 1948, toen de Nederlanders grootscheepse offensieven inzetten op Java en Sumatra. De republikeinse legers wisten dat zij het onderspit zouden delven en trokken zich van de frontlinies terug.Ze gaven de ruimte aan vernielingscommando’s en ongeregelde troepen. Op veel plaatsen richtten die een ware terreur aan. Niet alleen fabrieken en openbare gebouwen werden vernield, ook werden winkels en woonhuizen van Chinezen geplunderd en de inwoners afgevoerd. Soms werden de Chinezen dagen achtereen van dorp naar dorp gesleept, en in enkele gevallen col- lectief omgebracht. secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
20
In Madjalengka, niet ver van Cheribon op Java’s noordkust, werden tijdens de eerste politionele actie in juli 1947 bijna tweehonderd Chinezen gedeporteerd en na twee weken zeulen in de bossen geëxecuteerd. De troepen die de brandstich- ting, ontvoering en moord op touw zetten, waren een gemengd geheel. Ooggetuigen zagen vaak dat militairen en officie- ren van het Indonesische leger deelnamen.Ook dorpshoofden waren soms betrokken bij de razzia’s. In het geval van Madjalengka was een speciale eenheid uit de buurt van Batavia gekomen om de executie uit te voeren. De republikeinse regering, die in Djogjakarta zetelde, heeft het geweld altijd afgekeurd. De Indonesische leiders was de terreur die plaatselijke groepen uitoefenden – soms dus met medewerking van militairen – een doorn in het oog. De leger- leiding deed veel moeite om plaatselijke bendes in het gareel te brengen, maar veel groepen bleven zich aan het centrale gezag onttrekken. Aan de andere kant kon de Republiek ook gebruikmaken van deze bendes, voor de guerrillastrijd tegen de Nederlanders in bezette gebieden en voor vernielingsopdrachten. Hoeveel slachtoffers in de Bersiap van de eerste maanden na de onafhankelijkheidsverklaring en de daaropvolgende jaren van revolutie zijn gevallen, is onmogelijk aan te geven. De meest behoudende schatting is 3500 burgerdoden, maar het kan net zo goed een veelvoud zijn geweest. Terwijl het begin van de Bersiap vrij goed is aan te geven, is het einde onmogelijk te bepalen. De geest van geweld die in de laatste maanden van 1945 ontsnapte, was moeilijk te bedwingen. Het geweld dat in oktober 1945 begon, bleek niet te stoppen en is doorgegaan tot na de soevereiniteitsoverdracht. Veel Europeanen, Chinezen en anderen zijn in de volgende jaren vermoord. Tot ver in de jaren vijftig bleven er plaatselijk bendes actief die het op Europeanen, collaborateurs en welgestelden gemunt hadden. Er is over de langdurige en moeizame losmaking van Indonesië veel gedebatteerd, maar de geweldstraditie die in de revo- lutiejaren is gevestigd, behoort tot een van de meest ongelukkige en desastreuze erfenissen van de dekolonisatie. Remco Raben doceert niet-westerse geschiedenis aan de Universiteit Utrecht. Meer weten? De geschiedenis van de Bersiap is vooral het werk van ooggetuigen-historici. H.Th. Bussemaker schreef met Bersiap! Opstand in het paradijs (2005) een overzicht van de politieke gebeurtenissen in het eerste halfjaar van de Indonesische revolutie en vooral hoe de Nederlandse gemeenschap werd getroffen. Mary C. van Delden reconstrueerde eerder in Bersiap in Bandoeng (1989) de verwikkelingen in de vroege revolutie in deze stad op WestJava, en publiceerde recent De republikeinse kampen in Nederlands-Indië (2007). Hierin vertelt zij het relaas van de naar schatting 46.000 (Indische) Nederlanders die door de Indonesische republikeinen werden geïnterneerd en soms pas jaren later werden bevrijd. Over de Indonesische kant van het anti-Nederlandse (en anti-Chinese) geweld is weinig geschreven. Uitstekende uitzon- deringen zijn Gangsters and Revolutionaries (1991) van de Australische historicus Robert Cribb, over misdadigers en re- volutionaire strijders in Jakarta, en Visions and Heat (1989) van de Amerikaan William H. Frederick, over de geweldda- dige gebeurtenissen in Soerabaja in de laatste maanden van 1945. Over die laatste stad en de herinneringen aan het geweld van de Bersiap gaat ook Peter Hoogendijks documentaire Soerabaja, Surabaya (2006). ____________________________________________________________________________
Edward Frietman <
[email protected]> 18 november 2013 09:43 Aan: secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail:
[email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
21
"
[email protected]"
Dear Frederic, I applaud your efforts to publish the cruelties in the former Dutch Indies. Born in 1940, my family and I have been ter- rorized and we had to flee for our lives. In the Netherlands there is ignorance about what had happened in the periods you have researched. It is even worse that much attention is paid from the Dutch side, to look at ' warcrimes ' by Dutch soldiers who were sent to the former Dutch Indies to establish the old regime, by a Dutch lawyer Zegfeld, who didn't even question the reasons why this was done. The cruelties of the ' pemuda's ' (the so-called Indonesian 'freedom fighters') weren't even considered and investigated. Om behalf of the Dutch Indies population, thanks for your attempts to bring this forward. There is an impressive movie, called " de Buitenkampers ", that highlight the grief and anxiety of our (often called lost generation). Wish I could meet you in person. Friendly regards Prof. Dr. Ir. Edward E. E. Frietman ____________________________________________________________________________
Elsevier 10 augustus 2013 Verkeerde kant?
Bijna zeventig jaar na de politionele acties wordt niemand beter van spijtbetuigingen. Het is deze maand 68 jaar geleden dat er met de capitulatie van Japan een einde kwam aan de Tweede Wereldoorlog. In het door de Japanners bezette Nederlands Oost-Indië was de rampspoed echter allerminst voorbij. En de naweeën van de toenmalige turbulentie in Indonesië steken nog voortdurend de kop op, vooral in Nederland. Twee dagen na de Japanse capitulatie riepen Indonesische nationalisten de republiek uit. De leiders van de nationalisten, Soekarno en Mohammed Hatta, hadden in de nadagen van de Japanners al met hen overlegd hoe die de macht aan hen zouden overdragen. In Nederlandse ogen golden Soekarno en Hatta dan ook als collaborateurs, vergelijkbaar met de landverraders die in eigen land met de Duitsers hadden samengewerkt. Na de Japanse capitulatie en het uitroepen van de onafhankelijkheid was er chaos en waren er talloze aanvallen op Nederlanders en Indonesiërs, waarbij duizenden mensen omkwamen, onder wie ook velen die al zwaar hadden geleden onder de Japanse bezetting. De kabinetten-Schermerhorn en -Beel reageerden vanaf 1946 met het heroprichten van de Nederlandse krijgsmacht in Indië. Ongeveer honderdduizend dienstplichtige militairen werden overzee gestuurd. Regeringspartij PvdA was verdeeld. De andere regeringspartij, de Katholieke Volkspartij, vond echter dat de opstandelingen stevig moesten worden aangepakt. Het beleid van die jaren is met enige reden voorgesteld als een kwestie van gunnen: de PvdA kreeg de verzorgingsstaat, de KVP kreeg de acties tegen Soekarno. Opzet was om de orde te herstellen en een gaandeweg te vormen federale staat Indonesië zonder dominante rol voor Soekarno - enige zelfstandigheid te gunnen binnen het Koninkrijk der Nederlanden. Dat mislukte, ondanks militaire successen, vooral door internationale druk, met name door de Verenigde Staten. Het vertrek uit Indonesië werd ervaren als een afgang. De teruggekeerde, veelal onvrijwillig uitgezonden dienstplichtige militairen en de honderdduizenden ‘repatrianten’ die in de jaren vijftig naar Nederland kwamen, betaalden daarvoor een hoge prijs. Ze werden geassocieerd met secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail: [email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
22
het verlies van Indië en vanaf de jaren zestig bovendien in verband gebracht met de hele koloniale geschiedenis. Daar kwamen de vanaf eind jaren zestig opduikende verhalen bij over ernstig wangedrag jegens Indonesische krijgsgevangenen en de bevolking. Die publicaties wekten op hun beurt verontwaardiging onder de ‘veteranen’. Intussen probeerden achtereenvolgende kabinetten de betrekkingen met Indonesië zo goed en zo kwaad als het ging te herstellen. Na een verkoeling van de verhoudingen in de jaren negentig vond minister Bernard Bot het in 2005, op bezoek in Indonesië, tijd om over de dekolonisatieperiode te verklaren: ‘Nederland heeft zich aan de verkeerde kant van de geschiedenis bevonden.’ Maar daarmee is het debat over het einde van de Nederlandse koloniale aanwezigheid in Indonesië allerminst geluwd. Zijn er structureel wandaden en wellicht oorlogsmisdaden geweest, wie is daarvoor verantwoordelijk, is daarna de doofpot gehanteerd, moeten er nieuwe excuses en wellicht schadevergoedingen komen? Wat daarbij niet helpt, is de kennelijke behoefte om in termen van moreel goed en fout te oordelen. Het is veel te simpel om Nederland ‘aan de verkeerde kant van de geschiedenis’ te positioneren. Staat de terreur van Indonesische nationalisten dan met terugwerkende kracht aan de goede kant van de geschiedenis? Wat ook niet helpt, is de neiging het verleden van de politionele acties vooral te bekijken met de ogen van nu. Volgens destijds gangbare maatstaven waren Soekarno en de zijnen niet alleen geen legitieme strijders voor zelfbeschikking, maar verbraken ze ook economische banden die voor beide partijen van vitaal belang waren. Er is geen reden om specifiek Nederland aan de verkeerde kant van de geschiedenis te plaatsen. Als dat voor Nederland geldt, hoe zit het dan met landen als Engeland en Frankrijk, die met vaak nog bloediger dekolonisaties van doen hadden? Van hedendaagse politieke en ideologische afrekeningen, bijna zeventig jaar na dato, wordt niemand beter. Van eenzijdige, naar zelfhaat riekende morele exercities evenmin. Bij een spijtbetuiging als die van Bot moet worden bedacht dat een minister van Buitenlandse Zaken in de eerste plaats de huidige belangen van zijn land poogt te dienen. Een diplomaat zegt ook weleens iets over het verleden, als hij denkt dat het huidige belang van zijn land daarmee is gediend. Dat hoeft niet altijd een onomstotelijk historisch oordeel te zijn. SypWynia ELSEVIER 10 AUGUSTUS 2013 • ____________________________________________________________________________
secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail: [email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
23
Elsevier, no 47, 23 november 2013 Kopzorg
INDONESIË / ‘Gratis’ zorg creëert bureaucratisch monster. Jan Lepeltak in Jakarta Zonder ‘Amerikaanse toestanden’ voert de Indonesische regering momenteel een gigantische reorganisatie door in de zorgsector. Hiermee krijgen de 86,4 miljoen armste Indonesiërs vanaf 1 januari 2014 definitief recht op ‘gratis’ zorg. De regering heeft hiervoor omgerekend ruim 1 miljard euro gereserveerd. Voor de partijen in het door corruptie besmeurde coalitiekabinet van president Susilo Bambang Yudhoyono komt het zorgplan als geroepen. Lagere delen van de middenklasse plus de ruim veertig miljoen allerarmsten zullen het plan omarmen. Dat komt goed uit: de campagnes voor de parlements- en presidentsverkiezingen gaan in april 2014 van start. De hervorming moet alle ziekenfondsverzekeringen centraliseren in één zorginstantie, die publieke zorgverzekeringen en verbonden medische diensten opneemt in één grote publieke verzekeraar. Critici vrezen de creatie van een bureaucratisch monster. Maar de Indonesische staatsideologie, hoewel gedomineerd door een ‘kapitalistisch’ markt- systeem, heeft sociale rechtvaardigheid hoog zitten. In het nieuwe systeem zal de overheid 5 procent van het salaris van werknemers belasten. De overheid wil dat de werkgevers hiervan 4 procent betalen, terwijl de werknemer 1 procent moet afstaan. Er zijn zware onderhandelingen te verwachten in de republiek waar de vakbeweging de afgelopen twee jaar steeds meer zelfvertrouwen kreeg, en ook steeds meer eisen stelt. Massademonstraties staan op de agenda. Vakbonden eisen een stijging van het minimumloon van 50 procent, een verbod op outsourcing en een verplichte zorgregeling op het werk. Ook de ‘tegenpartij’ komt in het geweer: werkgeversorganisatie Apindo waarschuwt dat productiekosten met 20 procent kunnen oplopen voor bedrijven die hun werknemers van gezondheidszorg moeten voorzien ____________________________________________________________________________ De Telegraaf, 23 november 2013 Premier pareert kritiek VNO-NCW-baas Rutte: Wientjes denkt nog in oude beelden • Minister-president Rutte bezoekt ereveld Menteng Pulo. Het is een van de zeven Nederlandse erevelden die Java telt. FOTO: ANP door Paul Jansen JAKARTA, zaterdag Premier Rutte vindt dat werkgeversvoorman Wientjes denkt in ’oude beelden’. Dat zegt de minister-president na kritiek van de VNO-NCW-baas op de politiek, die in het buitenland niet de dominee moet spelen maar koopman dient te zijn. secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail: [email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
24
„Met dat dominee-koopmanverhaal heb ik nooit wat gehad. Dat zijn oude beelden”, aldus Rutte gisteren in Jakarta op de laatste dag van de handelsmissie. „Natuurlijk heeft Wientjes gelijk als hij zegt: we moeten niet het vingertje gebruiken. Dat is ook al veranderd. We hebben dat vingertje niet meer. Maar goede vrienden moeten wel moeilijke dingen kunnen bespreken.” Rutte stelt dat Nederland en Indonesië door de handelsmissie dichter tot elkaar zijn gekomen, na spanningen vanwege de mislukte tankdeal. „We liepen het risico om achterstand op te lopen. Maar we zijn niet te laat. Indonesië heeft nog steeds een sterke band met Nederland.” Volgens Rutte wordt de relatie nu ’op nieuwe leest’ geschoeid. Jappenkamp Op de afsluitende dag van het driedaagse bezoek legde Rutte een krans op het ereveld Menteng Pulo, waar duizenden slachtoffers liggen van de jappenkampen alsmede gesneuvelde militairen van de politionele acties. „Heel indrukwekkend”, noemt de premier de velden met witte kruisen. „Het raakt mij natuurlijk extra door mijn familiegeschiedenis.” De eerste vrouw van Ruttes vader stierf in een jappenkamp, net als een oom. Ze liggen overigens niet op Menteng Pulo begraven. Op het ereveld werd de minister-president aangeschoten door de 71-jarige Paulie Robert, die vier familieleden in Indië verloor, onder wie haar vader. Samen met Rutte liep de Nederlandse naar diens graf. De premier zweeg tegenover de vrouw discreet over zijn eigen familieleed. Gisteravond stapte Rutte op het vliegtuig naar Nederland. Tijd om bij te komen krijgt hij amper. Als de premier vanochtend is geland op Schiphol, wacht in Den Bosch het VVD-congres.
____________________________________________________________________________ De Telegraaf, 26 november 2013 Jakarta-reis lesje inschikkelijkheid Er hangt een breekbare stilte over het ereveld Menteng Pulo, midden in de heksenketel die Jakarta is. Tussen de duizenden witte kruisen van gesneuvelde KNIL-militairen en in jappenkampen omgekomen burgers loopt Mark Rutte, met in zijn hand een bloem die hij heeft gekregen om neer te leggen bij een willekeurig graf. Omgeven door fotografen stapt de premier eerst aarzelend op een kindergraf af, maakt dan een draai naar rechts, houdt even in bij het kruis met een Chinese naam om uiteindelijk de bloem toch bij een ander graf neer te leggen. Daarop staat met zwarte letters geschreven: onbekend. De op zich onschuldige bloemlegging geeft goed aan hoe bewust de ministerpresident zich vorige week van iedere beweging was. De Nederlandse delegatie oogde bij de reis naar Indonesië op haar hoede, zo niet onzeker. Als Rutte speechte, was het woord voor woord van papier; heel anders dan in eigen land, waar hij losjes uit de pols formuleert. En tijdens zijn bezoek aan het presidentieel paleis zocht hij geregeld oogcontact met zijn medewerkers, als een soort van morele steun. Kruiperig Het werd hoog tijd om de bilaterale betrekkingen aan te halen. Dus moest Rutte buigzaam zijn. Maar de Nederlandse houding neigde soms naar kruiperigheid uit angst om de Indonesische gastheren voor het hoofd te stoten. Het gastland had juist de neiging tot overvragen. Indonesië schippert altijd tussen trots en een minderwaardigheidscomplex. Dus vond Jakarta het beter dat Rutte vanaf Schiphol afreisde en niet doorvloog via Peking, waar hij het weekend voorafgaande aan de handelsmissie was. Dat secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail: [email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
25
zou de indruk kunnen geven dat Jakarta ’slechts’ een tussenstop was. Het resultaat voor Rutte was een enorme omweg. Het deerde de premier ogenschijnlijk niet. De hele week had hij zijn glimlach op. Bij zo veel opgewektheid steken zelfs de eeuwig grijnzende Indonesiërs bleekjes af. Er volgde een herhaalde uitnodiging voor president Yudhoyono voor een staatsbezoek. Logisch, vonden de Indonesiërs. Dat terwijl de Indonesische president in 2010 toch echt onze Koningin had gebruuskeerd door op het laatste moment af te zeggen. En niet andersom. Afluisteren Je gelijk halen op een verzoeningsbezoek is evenwel geen goed idee. De Nederlandse delegatie was er tijdens het verblijf getuige van hoe roekeloos Indonesië politiek bedrijft. Een vete met Australië over het afluisteren van de Indonesische politieke top liep vorige week binnen een paar dagen compleet uit de hand. Niet alleen werd de ambassadeur te midden van felle retoriek teruggehaald, ook besloot Jakarta andere dossiers aan de ruzie te koppelen. In weerwil van afspraken met Canberra werd illegale immigranten geen strobreed meer in de weg gelegd om via Indonesië de oversteek naar Australië te wagen. Journalisten roddelden ondertussen dat heus ook de Nederlandse delegatie werd afgetapt. En zou die stretchlimo van Rutte niet vol microfoontjes zitten? De eerste president van Indonesië, Soekarno, deed volgens de overlevering minder moeilijk over dergelijke praktijken. Het gerucht gaat dat hij tijdens een bezoek aan Moskou was gefilmd in zijn hotelkamer, terwijl hij zich met een aantrekkelijke KGB-agente vermaakte. Geconfronteerd met de beelden zou Soekarno geen schaamte hebben getoond, maar hebben uitgeroepen: kijk mij eens! Hoe dan ook, de Indonesiëreis mag toch een succes worden genoemd. De laatste keer dat een Nederlandse premier Indonesië aandeed, was in 2006 toen Jan Peter Balkenende op bezoek kwam; overigens op doorreis. De gastheren waren toen soms in verwarring door de verschijning van de directeur Rijksvoorlichtingsdienst, Gerard van der Wulp, aan de zijde van de premier. Hetzelfde bruine haar, ook een bril, ook een pak, maar een kop groter en met veel meer uitstraling dan zijn baas. Het gevolg laat zich raden: de Indonesiërs liepen soms automatisch met uitgestoken hand op de verkeerde af. Met de voorbije handelsmissie is geen voorsprong verkregen maar achterstand goed gemaakt. Hoewel de Nederlandse delegatie zich onder de indruk toonde van de ontvangst op het presidentieel paleis, met erewacht en kanonschoten, fluisterden Indonesiërs dat het ceremonieel weinig bijzonder was. De ene na de andere delegatie landt in Jakarta. Een maand eerder waren de Chinezen op bezoek, en de Duitsers, Britten, Fransen en tal van anderen gingen de Nederlanders voor. Dominee Dat verklaart misschien de uitspraken van VNO-baas Bernard Wientjes. Hij baarde opzien door te zeggen dat Nederland moet ophouden om in het buitenland de belerende dominee te spelen. Wie achteraan loopt, moet niet te veel noten op z’n zang hebben, is de boodschap. Het was de enige zichtbare dissonant tijdens de trip in het Nederlandse kamp. Rutte reageerde gepikeerd op de woorden. Tijdens de reis wijkt de premier een keer van het protocol af. Als hij op Menteng Pulo wordt aangeklampt door een bejaarde Nederlandse vrouw, die op het ereveld haar vader bezoekt, stapt Rutte niet in de gereedstaande auto, maar begeleidt hij haar tot lichte paniek van de entourage als een goede familievriend naar het graf. Zijn eigen familie, waar Rutte als kind zo veel verhalen over hoorde, ligt op amper twee uur rijden op het ereveld in Bandung. Hij zal hun laatste rustplaats op deze reis niet zien. Het was misschien wel de grootste proeve van inschikkelijkheid van de hele Indonesië-reis. secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail: [email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te
26
Volkskrant, 29 november 2013 Bersiap is een nooit erkend trauma
secretariaat:Mw.CobineRamaekers–Goirkestr. 153D–5046 GG Tilburg- e-mail: [email protected] K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te K.v.k.Centr.Gelderlandreg.nr.41053164 Banknummer:60.17.24.070(t.n.v.penningmeester te