VEERTIENDAAGS INFORMATIEBLAD VAN HET UNIVERSITAIR MEDISCH CENTRUM ST RADBOUD JAARGANG 35 NUMMER 21 18 december 2009
Principal Lecturers benoemd Chirurg Harry van Goor (tweede van rechts) geeft onderwijs. Hij is een van de benoemde Principal Lecturers.
Foto: Frank Muller
Excelleren in onderwijs wordt beloond in het UMC St Radboud. 61 docenten zijn onlangs benoemd tot Principal Lecturer, verdeeld over drie categorieën: junior-PL, PL en PL-plus. Zij hebben deze prestigetitel verdiend dankzij hun bijzondere prestaties voor het onderwijs. Daarnaast slepen ze ook een premie binnen voor hun afdeling. Gijs Munnichs
N ie u w j a a r s r e c e p t ieRaad van
w heft de Traditiegetrou rs le medewerke Bestuur met al nieuwe jaar. t het glas op he januari om 7 op is en re Iede enodigd in tg 16.00 uur ui . het Auditorium
De selectie voor het PL-schap is stevig geweest. Om het predicaat Principal Lecturer opgespeld te krijgen, moesten de UMC-docenten aan veel criteria voldoen. ‘Deze topdocenten moeten een aanzienlijk deel van hun werktijd aan het onderwijs besteden’, zegt prof.dr. Paul Stuyt, voorzitter van de toetsingscommissie. ‘Ze kunnen actief zijn voor de basisopleidingen en/of de medisch-specialistische vervolgopleidingen. Ze hebben voor het onderwijs een belangrijke leidinggevende of coördinerende functie, en zijn hierin disciplineoverstijgend bezig. Verder hebben ze gezorgd voor innovaties van het onderwijs. Ze dragen met hun activiteiten bij aan de profilering van het Radboud als onderwijs- en opleidingsinstituut.’ Ook is er gekeken naar het aantal onderwijspublicaties van de docenten. Denk hierbij aan hoofdstukken in leerboeken of aan wetenschappelijke publicaties
Pagina 3 2010: het jaar van de verdere opbouw. De begroting
over het onderwijs dat ze geven. Eind november ontvingen 61 docenten een eervol bericht. Naast 24 Principal Lecturers zijn 26 junior-PL’s aangewezen en 11 PL’s-plus. ‘Deze laatste categorie scoort uitzonderlijk goed op alle criteria’, zegt Stuyt. ‘De junior-PL’s zijn meestal de relatief jonge onderwijstalenten. Zij kunnen het predicaat beschouwen als een stimulans om door te groeien tot PL.’
Briljanten in onderwijs Het Radboud is het enige UMC dat de eretitel Principal Lecturer voert voor de briljanten in het onderwijs. ‘We kennen aan het onderwijs dezelfde status toe als het onderzoek’, zegt prof.dr. Frans Corstens, decaan/vice-voorzitter RvB. ‘De extra inspanningen voor het onderwijs moeten daarom ook beloond worden. Het PL-schap is de erkenning van de kwaliteiten van een individu. Daarnaast haalt een PL een premie binnen voor de afdeling. Deze is even hoog als voor de Principal Investigators, de toppers in het onderzoek. Het is de bedoeling dat de premie besteed wordt aan onderwijsactiviteiten. We willen hiermee het onderwijs een stevige impuls geven.’ Het PL-schap is geldig voor drie jaar. In 2010 worden in een aanvullende ronde weer Principal Lecturers benoemd. De junior-PL’s kunnen dan alsnog het predicaat PL binnenslepen. De PL’s kunnen, als de termijn van drie jaar verstreken is, opnieuw de eretitel aanvragen. ‘We hebben nu een systeem om het excelleren in onderwijs te belonen’, zegt Stuyt. ‘Docenten zullen extra hun best doen om de PL-status te behalen of, na drie jaar, te behouden. Het gunstige effect hiervan is dat we zo met zijn allen het onderwijs van het UMC St Radboud naar een hoger plan tillen.’ n
Pagina 9 Alternatieven voor dierproeven. Prijs voor Conrad van den Broek
Pagina 10 Radboud sleept zes Vidi’s binnen
radb o d e 2 1 - 2 0 0 9
inhoud 3
5
Beleid
agenda
Jaar van de verdere opbouw De Raad van Bestuur gaat een stevig financieel beleid voeren. In september kregen alle afdelingen al een kaderbrief met het beleid voor het komende jaar. Zo moeten de inkomsten altijd 2 procent gunstiger uitvallen dan de personele kosten.
Onderzoek
10.00 uur personeelsrestaurant: zondag 20 december Richard Huijzer. Kerstavond: donderdag 24 december 19.30 uur, voorganger Mies Singendonk. Eerste Kerstdag: zie concert hieronder. Zondag 27 december, 10.00 uur, voorganger Anneke de Vries.
20, 24 en 27 DECEMBER
Radboud sleept zes Vidi’s binnen Nooit eerder scoorde het UMC St Radboud zo goed bij de jaarlijkse toekenning van Vidi-beursen. Van de achttien Vidi’s die dit jaar betrekking hebben op een medisch onderwerp, zijn er zes voor onderzoekers van het Radboud.
Interview
PAOG-Heyendael Sectie Bijscholing, Radboud Zorgacademie
15
Sectie Bijscholing van de Radboud Zorgacademie verzorgt bij- en nascholing voor medewerkers van het UMC St Radboud en voor externe klanten. Informatie scholingsaanbod: www.umcn.nl/sv, kies ‘Bijscholing’ en daarna ‘Scholingen’.
Betoog Passie maakt het verschil Een betoog van reumatoloog Madelon Vonk over het belang van passie in een organisatie.
Patiëntenzorg Van hoop naar angst voor de dood Palliatieve zorg bij kinderen begint als de prognose slechter is.
9
OE C U M ENIS C HE V IE R IN G EN
Voor nadere info: www.paogheyendael.nl.
Veilig, verantwoord en doelmatig ‘De risico’s die wij zelf nemen, worden blijkbaar heel anders gewogen dan de risico’s die we als maatschappij nemen.’ Afscheid van Chiel Hekster.
7
10
Achtergrond Er gaat zelfs een buddy-schaap mee naar het CDL Hoofd dierverzorger Conrad van den Broek ontving van het ministerie VWS de prijs ‘Alternatieven voor dierproeven 2009’ voor het verbeteren van het welzijn van de schapen voor onderzoek.
2 3 4 5
6 7 8 11 13 14 16
kunst
15 januari NCMLS Seminar ‘TRP channels: from sensory signaling to neurodegenerative disease’. Spreker: prof.dr. Craig Montell, Department of Biological Chemistry, The Johns Hopkins University School of Medicine, Baltimore, USA. Tijd 13.00-14.00 uur in de Colloquiumkamer op de 8e verdieping van het NCMLS gebouw, route 289. Informatie: www.ncmls.eu.
25 januari Scholing ‘preventie en behandeling van decubitus’ door Wilma Verbeek, decubitus- en wondconsulent. Tijd: 14.00-16.00 uur in het leslokaal fysiotherapie, route 645. Inschrijven:
[email protected]
O P ENIN G STIJ D EN R EST A U R A TIE V E V OO R Z IENIN G EN TIJ D ENS D E F EEST D A G EN
Door haar felrode kleur is de pasteltekening van Jan van den Langenberg niet alleen opvallend, zij brandt in zekere zin een beeld op ons netvlies. In het rechthoekige vlak, dat het grootste deel van het vel papier beslaat, is een zekere gewolktheid verweven. Naar onderen toe wordt een cirkel geïnsinueerd waarvan we slechts twee gekantelde boogjes zien. Daar draaien als het ware stippen twee aan twee omheen, en sommige ervan treden buiten het rode vlak waar een vierkant werd uitgespaard. Een zelfde vierkant ontbreekt eveneens links boven, maar niet om oningevuld te blijven, integendeel. Daar laat het rood zich niet aan banden leggen en neemt, vermengd met grijs, een organische, onbedwingbare vorm aan. Deze tekening maakt met haar titel een expliciete medische verwijzing: Sarcoom – staande voor diverse kankersoorten voorkomend in onder andere bloedvaten, spieren, zenuwen en bot. Willem van Daal, radiotherapeut, zag in het samengaan van het geometrische en het organische de confrontatie tussen emotie en ratio in het menselijk bestaan. Meer specifiek interpreteerde hij via de genoemde titel, ‘het grote dieprode vlak als de kanker die nog grotendeels ondoorgrondelijk is. En emotioneel zeer beladen kan zijn. Links boven heeft het wetenschappelijk onderzoek een deel van het geheim ontrafeld’. Maar zoals dat met kunst gaat, draaien de niet-medicus en de patiënt in zijn hoop op genezing, de rollen misschien om. Dan staat het beheerste vierkant juist voor de medische wetenschap waar binnen haar grenzen, nog van alles in beweging is, terwijl ze haar kennis en therapie puntsgewijs en systematisch uitbreidt. Echter bovenaan ontsnapt alsnog de kanker, waar hij woekert. En de vraag dringt zich op of deze kanker met zijn scherpe punt de wetenschap bestookt, of dat hij juist in de schaar wordt genomen om uiteindelijk in het geometrische rode vlak te worden ingesloten. Daan Van Speybroeck
25 december Kerstconcert op vrijdag 25 december van 15.0016.00 uur voor patiënten, medewerkers en bezoekers in het personeelsrestaurant. Rosanet Groeneveld speelt drie Nocturnes van Chopin. De Malle Muze zingt kerstliederen van over de hele wereld. Na afloop is er koffie en thee.
En verder... Agenda Nieuwsladder Resistente schimmel Het Moment HRM-info, UMC-concert, Sponsorsloop, Nummer nachthoofden, Vuurwerkbril, Cursus hygiëne, Maatwerk Palliatieve zorg, Onderzoek IQ healthcare Ontmoeting met Palestijnse patiënt Zaid Prijzen en Benoemingen Verpleegkundigen naar Nepal, Column Buitenland Mensen, In memoriam Hulp bij zelfdoding, Ethiek
OVERIG
Restofant Donderdag 24 december van 08.00-16.00 uur, een avondmaaltijd kan voor 16.00 uur afgehaald worden. Eerste kerstdag: vrijdag 25 december, 08.00-16.00 uur, een avondmaaltijd kan voor 16.00 uur afgehaald worden. Tweede kerstdag: zaterdag 26 december, 08.00-15.00 uur, een avondmaaltijd kan voor 15.00 uur afgehaald worden. Van 15.00-16.00 uur wordt er een kerstconcert georganiseerd met aansluitend een kerstborrel. Alle patiënten, bezoekers en mede werkers zijn welkom. Oudejaarsdag: donderdag 31 december, 08.00-16.00 uur, een avondmaaltijd kan voor 16.00 uur afgehaald worden. Nieuwjaarsdag: vrijdag 1 januari van 08.00 - 20.00 uur. Zie intranet voor het speciale kerstmenu en de afhaalmaaltijden. De Brug Gesloten van zaterdag 19 december tot en met zondag 3 januari. Koffiecorner Vrouw & Kind Geopend van maandag tot en met donderdag van 09.00 tot 16.00 uur. Restaurant SMW (Studiecentrum) Gesloten van vrijdag 25 december tot en met zondag 3 januari.
Jan van den Langenberg, Sarcoom, Pasteltekening op papier, 235x158 cm, onderverdieping Tandheelkunde Foto: Jan van Teeffelen
2
radb b eleid ode 21 - 2009
2010: het jaar van de verdere opbouw 2009 was het jaar van het fundament, waarin de nieuwe organisatie in praktijk werd gebracht. 2010 betekent voor het UMC St Radboud het jaar van de verdere opbouw. De begroting voor 2010, die de afgelopen week door bestuursvoorzitter Emile Lohman gepresenteerd is, laat een positief resultaat zien van 8 miljoen euro. ‘We kunnen nu verder groeien tot de toporganisatie die we willen zijn.’
Gijs Munnichs
2009 zal voor het UMC St Radboud de geschiedenisboeken ingaan als het jaar waarin met ‘Beter worden’ de nieuwe organisatiestructuur écht van start ging. Dit jaar wordt naar verwachting afgesloten met een positief eindresultaat. ‘2009 is het jaar waarin we voor het eerst zijn gaan werken volgens het nieuwe organisatiemodel’, zegt bestuursvoorzitter Emile Lohman. ‘Afdelingshoofden zijn nu ‘in the lead’, de financiële structuur is vernieuwd, er is een Servicebedrijf gekomen. In het licht van alle veranderingen is het knap dat we dit jaar in de plus kunnen afsluiten. Dit is een prestatie van het hele UMC.’ Het fundament is gelegd. ‘2010 wordt het jaar van de verdere opbouw’, stelt Lohman. ‘We kunnen nu verder groeien tot de toporganisatie die we willen zijn.’ De afge-
2-procent norm gehanteerd: de inkomsten moeten altijd 2 procent gunstiger uitvallen dan de personele uitgaven. Een afdeling die dus 5 procent meer verdient, mag de personele uitgaven met niet meer dan 3 procent laten stijgen. Daarnaast blijft de prijs voor medische ondersteuning gelijk. ‘Een röntgenfoto of een laboratoriumbepaling gaat niet meer kosten dan in 2009. Omdat de personeelskosten toenemen, vraagt dit dus om een efficiëntere bedrijfsvoering’, licht Lohman toe. In 2009 is de vraag naar interne medische dienstverlening gedaald met 10 tot 15 procent. ‘Dit geeft aan dat afnemende afdelingen veel bewuster hun geld uitgeven. Dat is geweldig, maar het betekent ook minder inkomsten voor de interne leveranciers. Wij laten hen daarom het vizier naar buiten richten, de markt opgaan. Als zij in staat zijn buiten het UMC hun kosten terug te verdienen, komt dit de interne klant ten goede. Immers, dan kan de kostprijs omlaag. Als UMC profiteren we daar van.’ De derde maatregel betreft de overige ondersteunende diensten. Lohman: ‘We hebben kritisch gekeken naar de uitgaven voor het Servicebedrijf en de centrale overhead. Iedereen is vorig jaar geschrokken toen voor het eerst zichtbaar werd hoeveel geld hierin omging. Alles wat we daar winnen, kan één op één terug naar de kerntaken. We hanteren daarom een zeer stringent beleid: in 2010 mag de totale overhead niet meer kosten.’
nieuwsladder Cheque ijshockeybenefiet voor Kinderziekenhuis Op 18 december is een cheque overhandigd aan de Stichting Vrienden van het Kinderziekenhuis van het ijshockeybenefiet. Op 27 november werd door IJs hockey Nijmegen de benefietdag ‘Een vuist tegen kanker’ gehouden. De spelers van het eerste bezochten patiënten in het Kinderziekenhuis. Ze brachten ijshockeyshirts, cadeautjes en een Wii-speler mee. Voor zorgmedewerkers was er in het Triavium een ijshockeyworkshop. Ook werd een benefietwedstrijd gespeeld en werden er T-shirts geveild. Van de opbrengst wordt het Kinderziekenhuis aangekleed met sfeerbrengende vaandels. Meer info: www.mijnliefstewens.nl onder nieuws, ijshockey.
Weer minder tweelingen na ivf Het percentage tweelingen als gevolg van ivf is in 2008 verder afgenomen. Dit blijkt uit cijfers over 2008 van gynaecologen prof.dr. Jan Kremer en dr. Jesper Smeenk. Het aantal ivf-behandelingen in Nederland neemt nog steeds toe. De kans op zwangerschap na ivf vertoont een dalende tendens. Er zijn in 2008 bijna 4500 ivf-baby’s geboren, dat is één ivf-baby op 41 geboortes. Wensouders kunnen één of twee embryo’s in de baarmoeder laten plaatsen. De kans op zwangerschap is met één embryo kleiner, maar met twee embryo’s is de kans op een tweelingzwangerschap groter. Steeds vaker kiezen paren voor één embryo. Daardoor daalt de kans op zwangerschap na ivf-behandeling, van 24,9 procent in 2007 naar 23,3 procent in 2008. Omdat er minder vaak twee embryo’s worden geplaatst, daalt ook het percentage ivf-tweelingen: van 14,4 in 2007 naar 13,4 in 2008. Dit is gunstig omdat een tweelingzwangerschap en -geboorte meer risico op complicaties geeft.
Betere zorg Parkinson bespaart miljoenen
‘2010 wordt een financieel spannend jaar.’ lopen week presenteerde hij de begroting voor 2010 aan de afdelingen van het UMC St Radboud. Voor het komende jaar wordt een positief resultaat verwacht van 8 miljoen euro. ‘Dat wordt hard werken en zal wederom veel inspanningen vergen. 2010 wordt financieel een spannend jaar.’ Lohman doelt hier bijvoorbeeld op de CAO die anderhalf jaar geleden afgesloten is. ‘Het is geweldig dat we onze medewerkers zo’n goede CAO kunnen bieden, maar die moet wel betaald worden. Anders dan andere jaren krijgen we de CAO-verhoging slechts voor een klein deel gecompenseerd. Die moeten we dus inverdienen.’ ‘Een ander punt is dat we vanuit VWS een korting van 4 miljoen opgelegd krijgen. Omdat de personeelskosten aanzienlijk stijgen, betekent dit dat de overheid vraagt om een hogere doelmatigheid en productiviteit van onze branche. We moeten dus heel kritisch naar onze inkomsten en uitgaven kijken. Doe je niets, dan beland je als ziekenhuis in de rode cijfers. Dat kúnnen we niet goed vinden’, stelt Lohman. ‘Daarom gaan we een stevig financieel beleid voeren. We hebben in september alle afdelingen een kaderbrief gestuurd, waarin het beleid voor het komende jaar uiteen is gezet.’
Gezonde bedrijfsvoering In deze kaderbrief staan de spelregels om tot een gezonde bedrijfsvoering te komen. Zo wordt voor alle afdelingen de
Foto: Jan van Teeffelen
Kan bijvoorbeeld het Servicebedrijf daarmee wel zijn plannen realiseren? ‘Dit past juist binnen de ambitie van het Servicebedrijf’, benadrukt Lohman. ‘Als afdelingen een beetje meer inkomsten genereren en de kosten voor overhead blijven gelijk, dan kunnen ze meer besteden aan patiëntenzorg, onderwijs en onderzoek. Daar gaat het in deze organisatie toch om. Het Servicebedrijf op de nullijn is winst voor het hele UMC. Dat is de ware ambitie van het Servicebedrijf: ondersteunend zijn aan de afdelingen.’
Positieve omslag De afdelingen hebben er hard aan gewerkt om hun begroting op orde te krijgen, inclusief een rendement van 2 procent. De Raad van Bestuur heeft alle begrotingen kritisch onder de loep genomen en getoetst aan de uitgangspunten van de kaderbrief. Waar ze niet aan deze norm voldeden, zijn ze bijgesteld. ‘Dit heeft geresulteerd in een totale begroting van 8 miljoen euro in de plus’, aldus Lohman. ‘Elke afdeling weet wat er verwacht wordt. We zijn sinds 2007, het jaar waarin ‘Beter worden’ is gestart, in een positieve omslag gekomen. Die lijn zetten we door in 2010. Dat zal soms niet gemakkelijk zijn en het nodige vragen, maar we kunnen het ons eenvoudigweg niet permitteren om het voor minder te doen. Het wordt spannend dus, maar met alle ervaring die we inmiddels hebben opgedaan, heb ik er vertrouwen in dat we het gaan waarmaken.’ n
3
Het beter organiseren van zorg loont. Dit blijkt uit onderzoek van het UMC St Radboud naar het nieuwe zorgconcept ParkinsonNet, dat onlangs gepubliceerd is in The Lancet Neurology. Parkinsonpatiënten maken vaak langdurig gebruik van fysiotherapie. Om deze zorg te verbeteren, is enkele jaren geleden ParkinsonNet ontwikkeld. Dit bestaat uit regionale netwerken van fysiotherapeuten, die speciaal zijn opgeleid voor de behandeling van Parkinsonpatiënten. Zij werken samen met elkaar en met neurologen in hun regio. Uit de resultaten blijkt dat door ParkinsonNet de kwaliteit van zorg duidelijk toeneemt én de kosten aanzienlijk afnemen. Deze zorg leverde in een half jaar tijd een besparing op van 720 euro per patiënt. Dat betekent dat een jaarlijkse besparing van ruim 70 miljoen euro mogelijk is.
Treinkaartjes 2009 omwisselen Vanaf 4 januari tot en met 18 januari 2010 kunnen treinkaartjes van 2009 omgewisseld worden tegen treinkaartjes van 2010 bij het TNT Servicepunt (route 511). Dit kan alleen met een aanvraagbon waarop de kostenplaats is aangegeven en voorzien van een handtekening van een handtekeningbevoegde.
Centraal meldpunt vrijwilligers Sinds begin november bestaat het Centraal Meldpunt Vrijwilligers. Recepties, poliklinieken, onderzoeksafdelingen en verpleegafdelingen kunnen via telefoonnummer 68263 directe of latere ondersteuning van vrijwilligers aanvragen. De vrijwilligers zijn op deze manier flexibeler en actiever in te zetten. Een vrijwilliger kan een luisterend oor bieden of een patiënt op weg helpen in het Radboud. Nog niet alle afdelingen weten dat er ook vrijwilligers zijn voor ‘acute’ ondersteuning. In januari verschijnt een flyer met alle mogelijkheden. De Vrijwilligersorganisatie is ook op zoek naar nieuwe medewerkers. Voor meer informatie, bel 024-3615328.
o n d e rz o e k
Nijmeegse wetenschappers ontdekken belangrijke regisseur borstkanker Een door Nijmeegse onderzoekers ontdekt eiwit heeft een grote voorspellende waarde voor het verloop van hormoongevoelige borstkanker. Het eiwit remt de werking van tumorstimulerende hormonen. Daarnaast vergróót het de tumorremmende werking van vitamines. De ontdekking werd in december gepubliceerd in het Journal of the National Cancer Institute.
P i e t e r L o ma n s
In het Tumor Immunologisch Laboratorium van het UMC St Radboud werkt een team van wetenschappers aan de ontwikkeling van vaccins tegen kanker. De dendritische cel (DC) speelt daarin een hoofdrol. Deze cel dirigeert het hele afweersysteem, waarmee indringers en ontspoorde cellen – zoals kankercellen – worden opgeruimd. Ontsnappen de tumorcellen echter aan het afweersysteem, dan ontstaat kanker.
Celspraak afluisteren De groep van prof.dr. Gosse Adema probeert dendritische cellen van kankerpatiënten zo bij te sturen, dat het afweersysteem de tumorcellen alsnog gaat opruimen. ‘Om een dendritische cel bij te sturen moet je weten hoe ze werkt’, zegt Adema. ‘Hoe pikt de cel signalen op van buiten, hoe zet ze die signalen om in actie, welke signaalmoleculen of transcriptiefactoren zijn daarbij betrokken? Daarom luisteren we heel nauwkeurig het biomoleculaire gefluister en gepraat in zo´n cel af. Als we weten hoe die communicatie op moleculair niveau verloopt, dan kunnen we ons in de discussies mengen en ziekmakende processen bijvoorbeeld proberen bij te sturen. In ons geval willen we dendritische cellen herprogrammeren, zodat ze het hele afweersysteem op sleeptouw nemen en de tumor alsnog wordt aangevallen en opgeruimd.’ In 2006 ontdekte de groep van Adema een nieuw molecuul, het eiwit DC-SCRIPT. De afgelopen jaren werd duidelijk dat dit eiwit een belangrijke rol speelt in de dendritische cellulaire communicatie. Adema: ‘DC-SCRIPT is een transcriptiefactor die diverse processen in de cel stuurt. We zagen bijvoorbeeld dat dit eiwit de gevoeligheid van cellen kan regelen voor bepaalde hormonen en vitamines.’
Langer zonder ziekte Hormonen en vitamines spelen vaak een belangrijke rol bij het ontstaan en de terugkeer van borstkanker. Zou DC-SCRIPT dan misschien ook een rol spelen bij borstkan-
ker? Deze vraag was voor ir. Marleen Ansems interessant genoeg om mee aan de slag te gaan. Samen met endocrinoloog dr. Paul Span onderzocht ze het tumorweefsel van 47 borstkankerpatiënten om te zien of het eiwit er werkelijk in voorkwam. En ze combineerde die gegevens met het ziekteverloop van de betreffende patiënten. Ansems: ‘We vonden inderdaad DC-SCRIPT in borsttumoren, maar nog veel verrassender was dat we daar ook een duidelijke prognose aan konden verbinden. De patiënten bij wie we dit eiwit vonden (in de vorm van
‘Patiënten met DC-script bleven veel langer ziektevrij’
ing van borsttumoren. Dergelijke hormoongevoelige tumoren worden vaak aangepakt met medicijnen die de aanmaak van deze hormonen remmen. Adema: ‘We zien dat DC-SCRIPT in de celkern de gevoeligheid voor deze hormonen remt. Hoe? Door de functie van de receptoren voor deze hormonen in de celkern te verminderen. Dat verklaart waarschijnlijk waarom patiënten met DC-SCRIPT een betere prognose hebben dan patiënten zónder.’
Belangrijke regisseur Daar is nog een andere reden voor aan te wijzen. Ansems: ‘DC-SCRIPT vermindert niet alleen de functie van die hormoonreceptoren, maar stimuleert tegelijkertijd de werking van een aantal vitamines in de celkern. Vitamines, die volgens een toenemend aantal studies de tumorgroei juist remmen en kankercellen aanzetten tot ‘zelfmoord’ (apoptose). Het lijkt erop dat DC-SCRIPT een hoofdschakelaar is, die cellen wapent tegen het ontstaan van borstkanker. Ons onderzoek maakt in elk geval duidelijk dat het een belangrijke regisseur is van invloedrijke receptoren in de celkern.’ Een aantal zaken moet de komende tijd nog verder worden uitgezocht. Voor welke patiëntengroep heeft DCSCRIPT de meeste prognostische waarde? Hoe zit de relatie met die vitamines precies in elkaar? En niet te vergeten: zijn er stoffen waarmee de aanmaak van DCSCRIPT, en dus de bescherming tegen kanker, gestimuleerd kan worden?
Meer in petto mRNA) deden het veel beter dan de patiënten bij wie we dit eiwit niet of nauwelijks aantroffen. Patiënten met DC-SCRIPT bleven veel langer ziektevrij! De voorzichtige verkenning leidde meteen tot een spectaculair succes.’
Hormonen Nadat onderzoek in twee andere, nog grotere patiëntengroepen precies hetzelfde resultaat opleverde, werd duidelijk dat het inmiddels multidisciplinaire onderzoeksteam met DC-SCRIPT een nieuwe merker voor borstkanker te pakken heeft. Een artikel met die strekking verscheen in december in the Journal of the National Cancer Institute (JNCI). In het artikel wordt ook dieper ingegaan op de manier waarop DC-SCRIPT waarschijnlijk werkt. Een deel van de borstkankerpatiënten is gevoelig voor hormonen, zoals oestrogeen en progesteron. Deze hormonen stimuleren het ontstaan, de ontwikkeling en de uitzaai-
Adema is benieuwd naar die antwoorden, maar hij onderzoekt intussen ook de mogelijke consequenties voor de tumorimmunologie en de kankervaccins. Dat is immers zijn centrale onderzoekslijn. ‘Voor zover we weten komt DC-SCRIPT in het afweersysteem alléén tot expressie in de dendritische cel’, zegt hij. ‘In ons laboratorium gebruiken we deze cellen als vaccins tegen kanker. Hormonen en vitamines moeten ongetwijfeld ook een enorme impact hebben op de functie van deze afweercel.’ Op het kruispunt van immunologie en kankeronderzoek ziet hij een nieuw onderzoeksveld ontstaan. Adema: ‘We kijken niet alleen meer naar de manier waarop het afweersysteem kankercellen opruimt, maar ook naar de rol van immuuncellen bij het ontstáán van kanker. DCSCRIPT heeft ons in enkele jaren al heel wat wijzer gemaakt en ik verwacht dat het eiwit ons nog veel meer te vertellen heeft.’ n
Veel media-aandacht voor resistente schimmel Paul Verweij, Willem Melchers en Eveline Snelders van de afdeling Medische Microbiologie hebben met collega’s uit Wageningen en Madrid een artikel gepubliceerd in Lancet Infectious Diseases over het gebruik van schimmelbestrijdingsmiddelen (fungiciden) in de landbouw en het ontstaan van resistente schimmels bij de mens, met name bij de Aspergillus-schimmel. In 2000 registreerden ze voor het eerst resistentie bij 1 procent van de schimmels. In 2007 was al 6 procent resistent. De resistente schimmel veroorzaakt steeds vaker levensbedreigende situaties bij mensen met een slechte afweer.
Verweij en Melchers publiceerden al eerder over het onderwerp in de New England Journal of Medicine en PLoS Medicine. In het artikel in Lancet Infectious Diseases (LID) dragen ze nu argumenten aan om de relatie verder te onderbouwen. Het gaat om een controversieel onderwerp, waarover volop wordt gediscussieerd. Naar aanleiding van de publicatie in LID besteedde Science een hele nieuwspagina aan het onderwerp en op 12 december volgden twee artikelen in de Volkskrant. The Lancet Infectious Disease: Azole resistance in Aspergillus fumigates: a side-effect of environmental fungicide use? Volume 9, Issue 12, December 2009, Pages 789-795 Science: Farm Fungicides Linked to Resistance in a Human Pathogen - Martin Enserink. 27 November 2009: 1173. ‘A team of Dutch researchers claims that the massive use of fungicides to protect European orchards, vineyards, and grain fields may be contributing to resistance against drugs used to treat people with life-threatening infections of Aspergillus fumigatus.’ De Volkskrant: Nieuwskatern ‘Dodelijke schimmel wordt resistent’ & katern Weten ‘Spuitende boeren maken schimmels levensgevaarlijk voor mensen’. PL
4
i radb n t e rv i e w ode 21 - 2009
De risicoperceptie is enorm veranderd Op 8 januari neemt prof.dr. Chiel Hekster (62) afscheid als hoogleraar Klinische farmacie aan het UMC St Radboud. Op eigen initiatief. ‘Ik ga niet weg omdat ik geen plezier meer in mijn werk heb. Maar ik wil op tijd stoppen, met een goed gevoel over wat ik hier allemaal heb kunnen doen. Ik heb hier altijd de ruimte gekregen om dingen te doen waarin ik geloof als het gaat om geneesmiddelen.’ Drie woorden zijn voor hem altijd belangrijk geweest: veilig, verantwoord en doelmatig.
A D D EN HEL D
Als hoogleraar Klinische farmacie heeft prof.dr. Chiel Hekster (62) altijd veel dingen tegelijk gedaan. Met veel enthou siasme, schijnbaar moeiteloos en daardoor vrijwel ongemerkt. Maar sinds hij serieus is begonnen aan het afbouwen van zijn werkzaamheden, vraagt zelfs Hekster zich nu af: hoe heb ik dat al die jaren allemaal tegelijk kunnen doen? Toch zou hij, achteraf gezien, niets anders hebben willen doen.
het moment In deze rubriek vertellen medewerkers over een bijzondere ervaring tijdens hun werk in het UMC St Radboud. Dit keer een verhaal van internisthematoloog Walter van der Velden.
wereld op z’n kop! Dat vind ik wel heel lastig. De risico’s die wij zelf nemen, worden blijkbaar heel anders gewogen dan de risico’s die we als maatschappij nemen.’
Eerder vrijgeven Die veranderde aandacht voor risico’s heeft verstrekkende gevolgen, waarschuwt Hekster. ‘Wat we ons misschien onvoldoende realiseren is, dat zulke veranderde gedachten over risico’s in onze maatschappij óók invloed hebben op hoe overheden, zorgautoriteiten en farmaceutische industrieën kijken naar de ontwikkeling van geneesmiddelen. Want we willen meer veiligheid, meer onderzoek, éérst veel meer weten voordat een geneesmiddel op de markt komt. En dat heeft twee gevolgen. Allereerst een enorme kostenstijging van de ontwikkeling van dat geneesmiddel. En bovendien een vertraging in het beschikbaar komen van een nieuw geneesmiddel voor een kritische patiëntenpopulatie, die dat misschien wel heel hard nodig heeft.’ Alle gewenste informatie vooraf, de eisen om steeds meer te willen weten over een
Verborgen gevoelens ‘Wij kregen van een ander ziekenhuis een patiënt overgeplaatst met een acute leukemie. Een vorm waarbij we snel moesten handelen in verband met een ernstig gestoorde bloedstolling. In alle hectiek en ondanks de ernst van de situatie was er toch ruimte voor een grapje. De diagnostiek verliep erg vlot. We moesten alleen nog wachten op de uitslagen en het effect van de behandeling. Maar plots ging de patiënt snel achteruit; zijn ademhaling stopte en later verdween zijn polsslag. Ik had het vermoeden dat hij een hersenbloeding had gekregen. Moesten we deze man nu reanimeren, schoot door me heen? Ik dacht aan de diagnose, zijn voorgeschiedenis en slechte prognose, maar ook sterk aan mijn schoonvader die een jaar geleden zogenaamd succesvol was gereanimeerd; uiteindelijk hebben we drie dagen op de IC gewacht totdat hij officieel hersendood werd verklaard. Een schrikbeeld dat je niemand wil aandoen. Alle ogen waren op mij gericht, ik was de hoofdbehandelaar. We hadden geen tijd te verliezen. Ik besloot tot reanimatie, ik moest immers mijn professionaliteit bewaren en de situatie niet inkleuren met persoon-
‘Vragende ogen keken mij aan: bleef ik bij mijn besluit?’
‘We moeten werken aan het eerder vrijgeven van een geneesmiddel.’ ‘Mijn opa was huisarts. Misschien dat ik daarom altijd al iets met geneesmiddelen wilde. Maar één ding wist ik al heel vroeg zeker: Ik kon zelf maar beter géén huisarts worden, want dan zou dat mijn hele leven zijn geweest. Dan zou ik als ouderwetse huisdokter onherroepelijk en volledig verzeild zijn geraakt in de individuele patiëntenzorg. Terwijl ik van nature veel meer een opleider, een onderwijzer, ben. Met wetenschappelijke interesse, met vooral oog voor de grote lijnen en van daaruit adviezen gevend.’
Veranderde risico-afweging In de ruim 33 jaar dat Hekster in het UMC St Radboud heeft gewerkt is er veel veranderd. Al wil hij beslist niet zeggen dat het in 1976 allemaal zoveel beter was. ‘Het was ánders’, nuanceert hij, ‘maar het waren toen ook andere tijden’. Wat er in zijn ogen wél enorm is veranderd, is de risicoperceptie. Anders gezegd: de manier waarop er tegenwoordig wordt gekeken naar de risico’s bij geneesmiddelen. ‘Aanvankelijk hielden we ons vooral bezig met de balans tussen de werkzaamheid van een geneesmiddel en de risico’s die daar omheen hingen. Maar tegenwoordig is de aandacht eigenlijk zó geconcentreerd op het risico. De balans tussen waaróm we een geneesmiddel geven en het risico is daardoor voor een groot deel op de achtergrond geraakt. En, eerlijk gezegd, begrijp ik dat niet zo goed. Want als ik kijk naar de risico’s, die we bijvoorbeeld dagelijks met elkaar in het verkeer nemen. Ik ben een fervent fietser en fiets dagelijks naar mijn werk. En als je dan ziet, hoe mensen rode stoplichten volledig negeren, tegen de rijrichting in rijden, in het donker zonder licht fietsen… Daarmee nemen ze met elkaar zulke enorme risico’s. Maar hebben we het vervolgens over een vaccinatie tegen de Mexicaanse griep, dan staat opeens de hele
Foto: Flip Franssen
geneesmiddel in de registratieperiode, baart Hekster zorgen. Als lid van het College ter Beoordeling van Geneesmiddelen, een functie die Hekster straks ook na zijn afscheid als hoogleraar voortzet, heeft hij een betere suggestie: ‘Persoonlijk denk ik dat we veel beter kunnen gaan werken met het eerder vrijgeven van een nieuw geneesmiddel, het alvast laten gebruiken in een patiëntenpopulatie die het écht nodig heeft en dat alles in combinatie met een intensieve monitoring. Dus niet eerst meer en nóg meer onderzoek, maar wel een betere follow-up van de effecten bij patiënten die het nieuwe geneesmiddel in de praktijk nodig hebben en gebruiken.’
Sporten, kunst maken, lezen Hekster heeft er bewust voor gekozen om op z’n 62e afscheid te nemen. ‘Je kunt beter weggaan op het moment dat je het nog allemaal heel goed doet, dan dat je afbraak krijgt’, stelt hij nuchter vast. ‘Je moet ook beslist niet denken dat je onmisbaar bent, vind ik. Ik stop, terwijl ik nog steeds met enthousiasme mijn werk doe. Ik ga dan ook zeker niet weg omdat ik geen plezier meer in mijn werk heb. Ik wil wel graag kunnen stoppen met een goed gevoel. Het prettige gevoel van: we hebben hier met elkaar heel veel neergezet, waar ik echt ongelooflijk trots op ben. Een fantastische afdeling Apotheek/Klinische farmacie. En vooral ook de manier waarop de Klinische farmacologie en de Klinische farmacie hier in het UMC St Radboud en ook regionaal samenwerken in het belang van een veilig, verantwoord en doelmatig geneesmiddelengebruik.’ En wat hij zoal ná zijn afscheid gaat doen? ‘Naast mijn werk heb ik altijd bewust tijd gereserveerd voor andere dingen. Hardlopen en tennis. Kunst maken; ik schilder en maak grafiek. Reizen en bovenal lezen. Ik ben een fanatiek lezer en heb nog heel veel boeken liggen. Genoeg tijd straks om die allemaal in alle rust te lezen!’ n
5
lijke ervaringen. Het medisch beeld was nog niet helemaal duidelijk en bij twijfel moet je handelen. Wij vroegen de echtgenote op de gang te wachten, maar zij week absoluut niet van zijn zijde. Terwijl het reanimatieteam bezig was peilde ik constant hoe zij reageerde. Af en toe liep ik de kamer uit en zag dan de dochters gespannen wachten. Ik kon alleen maar een “pokerface” trekken, want ik wilde niet de laatste hoop wegnemen. Na tien minuten reanimatie kreeg de patiënt weer pols en bloeddruk. Toch had ik er een hard hoofd in en besloot om niet tot een tweede reanimatie over te gaan als hij opnieuw zou wegglijden. Zijn vrouw knikte instemmend. We reden naar de röntgen op de EHBO voor een CT-scan om de hersenbloeding te bevestigen. Maar nog voordat we daar aankwamen kreeg hij opnieuw een hartstilstand. Vragende ogen keken mij aan: bleef ik bij mijn besluit? Ja. Opnieuw knikte de vrouw bevestigend. Het is goed zo, zei ze. Er viel een last van mijn schouders. De vrouw wilde nog wel graag de scan laten maken; de man had inderdaad een hersenbloeding. Ook dat luchtte op, mijn vermoeden was juist geweest. Op weg naar huis zag ik de hele film nog een keer aan mij voorbij gaan. In korte tijd had ik moeten beslissen over leven en dood en ik zag alle vragende ogen nog zo voor me. Ik herinnerde me elke gedachteflits over de zin en onzin van reanimeren. Ik kon mij de gezichtsuitdrukking van de echtgenote nog helder voor de geest halen en ook die van zijn kinderen die hunkerend naar de deur gekeken hadden waarachter hun vader lag. En natuurlijk het feit dat de reanimatie extra zwaar was door de aanwezigheid van de echtgenote. Plots schrok ik op uit mijn gepeins: ik wist niet meer hoe de man heette. Ik schaamde me dood; alsof ik alleen maar met de zoveelste casus bezig was geweest. En dat nu juist bij deze patiënt waar qua gevoel zo veel met mij was gebeurd.’ Nelleke Dinnissen
i n b e dr i j f
Sponsorloop
Lopen voor de juf Dit jaar werd voor de derde keer de Nettie Ockeloenloop gehouden op de Daltonschool Rijnsweerd. Nettie was een juf op die school en zij is in 2008 overleden aan de gevolgen van een hersentumor. Dit jaar hebben ongeveer 420 kinderen meegedaan en een bedrag van maar liefst 16.200 euro bij elkaar gerend, nog meer dan de voorafgaande jaren. Het KWF-project “Implementation of robust MLPA assays detecting prognostic and predictive DNA changes in diffuse gliomas” werd uitgezocht als adoptieproject. Op 12 november werd de cheque overhandigd aan dr. Judith Jeuken van de afdeling Pathologie. Op de foto Judith Jeuken met kinderen uit groep 8 van de Daltonschool Rijnsweerd.
Productgroep HRM
Bestuur om ieder jaar een Radboudconcert te organiseren is telkens een groot succes. Hospitalitymanager Jan Jaap Schmitz en communicatieadviseur Janneke van der Linden hebben hun handen er vol aan. Ieder jaar speelt het Studentenorkest van de Radbouduniversiteit de sterren van de hemel. Het is ontroerend om te zien hoe studenten de zaal met hun virtuoze spel in vervoering kunnen brengen. Zij kregen na afloop dan ook een staande ovatie. Bestuursvoorzitter Emile Lohman is supertrots op de traditie en wil deze zonder meer in ere houden. Sterker nog: dit jaar is op voorstel van decaan en lid van de Raad van Bestuur Frans Corstens een verbintenis aangegaan met het Bachkoor. Toen Lohman in zijn inleidend praatje vol enthousiasme vertelde dat met Pasen volgend jaar voor het eerst het Studentenorkest en het Bachkoor de Matthäuspassion ten gehore zullen brengen, kreeg hij een daverend applaus. Ook dit wordt een jaarlijks terugkerende traditie. Afwisselend zullen de meesterstukken van Bach, de Matthäuspassion en de Johannespassion worden uitgevoerd. ND
Cursus
Hygiënischer, dus veiliger werken
Ondertekening met Bachkoor en Studentenorkest. Foto: Jan van Teeffelen
Betere informatievoorziening In het klanttevredenheidsonderzoek Servicebedrijf werd aangegeven dat de productgroep Human Resource Management (HRM) de informatievoorziening aan medewerkers moet verbeteren. ‘Dat gaan we doen’, benadrukt manager HRM Lily ten Broeke. ‘Ik wil medewerkers vragen de komende tijd vaker op de intranetsite van HRM te kijken (link: bedrijfsportaal/ organisatie/ productgroep HRM). Onder de button medewerkers staan al onze services: van arbeidsvoorwaarden, EPB, opleidingen, goed veilig werken, tot informatie over doorgroeimogelijkheden enzovoort. We gaan ook het digitale ‘nieuws’ op onze site actiever vullen, zodat medewerkers in één oogopslag zien wat de noviteiten zijn. Handig is dat je hierbij een waarschuwing kunt instellen, zodat je automatisch een e-mail krijgt als er een nieuw bericht wordt geplaatst.’ De huidige column PIP-nieuws in Radbode verschijnt voortaan maandelijks onder de nieuwe naam HRM-info. ‘We gaan in deze column een gevarieerd aanbod van actuele onderwerpen plaatsen, met verwijzing naar het bedrijfsportaal voor meer informatie’, vertelt Roelfina Idema. ‘We hopen dat medewerkers, geattendeerd via Radbode, beter de weg gaan vinden naar de HRM-site. Uiteraard staat de deur van het PIP en van de personeelsadviseur ook open.’ JM
Maatwerk
Dialoog centraal tijdens startbijeenkomst 120 afdelingshoofden, bedrijfsleiders, OR-leden en personeelsadviseurs bezochten de startbijeenkomst ‘Beter worden in dialoog en maatwerk’ op 30 november in Fifty TwoDegrees. Bestuursvoorzitter Emile Lohman opende de conferentie. In het project Maatwerk, dat momenteel in het UMC St Radboud loopt, staat de dialoog tussen leidinggevende en medewerker centraal. Het doel is om via een volwassen dialoog tot werkafspraken op maat te komen, zodat zowel de afdeling als de medewerker daar beter van
Foto: Marloes Dekker
UMC St Radboudconcert
Vereeniging bomvol De concertzaal van de Vereeniging zat vorige week dinsdag bomvol. ‘Ik ben vaak naar een concert in de Vereeniging geweest, maar heb de zaal nog nooit zo vol gezien’, zei een van de bezoekers. De traditie van de Raad van
lopen schade aan hun ogen op door het afsteken van vuurwerk. ‘Toeschouwers hebben een grotere kans op ernstig oogletsel dan degenen die zelf consumentenvuurwerk afsteken’, aldus prof.dr. Jan Keunen, hoogleraar Oogheelkunde. ‘Dus is het belangrijk om altijd een vuurwerkbril te dragen, ook als je alleen maar buiten gaat kijken.’ En de zogenoemde babyvuurpijltjes en gillende keukenmeiden? ‘Die blijken gevaarlijk voor de ogen als ze ondeskundig worden weggegooid’, vervolgt Keunen. En de bekende sterretjes met koud vuur? ‘De temperatuur hiervan loopt op tot 1500 graden Celsius en kunnen ernstige brandwonden in het gelaat veroorzaken. En dan tenslotte de blindgangers, het niet afgeschoten vuurwerk dat op 1 januari op straat gevonden wordt: die zorgen op nieuwjaarsdag alsnog voor veel ellende.’ MB
worden. Een aantal afdelingen is in 2009 hiermee in de praktijk gestart, in de vorm van proeftuinen. Geïnteresseerden konden tijdens de conferentie hierover in gesprek met medewerkers, leidinggevenden, afdelingshoofden en bedrijfsleiders uit de proeftuinen. Daarnaast waren er acteurs die dialogen tussen leidinggevenden en medewerkers opvoerden. Tot slot kon men aan zogenoemde dialoogtafels meer te weten komen over de Maatwerkproducten, zoals opleidingen en trainingen, en over deelname als proefafdeling aan Maatwerk in 2010. GM
Eind november hebben de eerste vijftien verpleegkun digen van het UMC St Radboud het certificaat voor Hygiëne Kwaliteitsmedewerker ontvangen. De kersverse HKM-ers gaan op de eigen afdeling het hygiënebeleid verbeteren. Verpleegkundigen Eliska de Winter en Yvonne van Haren voegden gelijk daad bij woord. ‘Wij hebben onlangs de Week van de Hygiëne georganiseerd voor de High Care/Babykamer en de Neonatale IC Unit’, vertelt De Winter. ‘We wilden vooral bewustzijn creëren onder onze collega’s, bijvoorbeeld over goede handhygiëne en het schoonmaken van de patiëntenplek. De volgende stap is om te inventariseren op welke punten het hygiënebeleid van onze afdelingen beter kan.’ De vijftien HKM-ers voltooiden de nieuwe cursus hygiëne en infectiepreventie. Ze deden daarin basiskennis op over onder andere microbiologie, epidemiologie, immuniteit en steriliteit. Daarnaast kregen ze een communicatietraining. ‘De HKM-ers hebben een signalerende functie voor hun afdeling op het gebied van hygiëne en infectiepreventie. Ze kunnen zelf knelpunten aanpakken, maar ook de HIP (Hygiëne en Infectiepreventie) inschakelen om tot oplossingen te komen’, zegt Leo Ummels, adviseur infectiepreventie. De HIP heeft als doel ziekenhuisinfecties te voorkomen. Ummels: ‘Het is lastig om vanuit onze kleine afdeling het hele ziekenhuis te controleren of richtlijnen nageleefd worden. Daarom willen we op alle verpleegafdelingen één of twee HKM-ers hebben.’ HKM-er Eliska de Winter heeft de scholing, die zeven dagdelen duurt, als zeer nuttig ervaren: ‘De HIP stond altijd wat ver van me af’, zegt ze. ‘Nu snap ik de principes van hygiëne- en infectiebeleid veel beter. Ik ben heel gemotiveerd om dit naar mijn collega’s uit te dragen.’ De HKM-ers gaan samen een netwerk vormen van hygiëneen kwaliteitsmedewerkers. ‘Ze kunnen van elkaar leren hoe je knelpunten aanpakt en succesvol infectiepreventiebeleid doorvoert op je afdeling’, aldus Esther de Both, assistent infectiepreventie. ‘De HIP kan klinische lessen verzorgen op het gebied van infectiepreventie of instructies geven bij nieuwe richtlijnen. De HIP en de HKM-ers zorgen er zo samen voor dat verpleegafdelingen hygiënischer en dus veiliger voor de patiënt gaan werken.’ GM Info cursussen in 2010 via
[email protected].
Voorkom oogletsel
Bereikbaarheid avond/nachthoofden
Oogheelkunde verkoopt vuurwerkbrillen
Seinnummer vervalt
Medewerkers die goed beschermd hun vuurwerk willen afsteken, kunnen vanaf maandag 28 december vanaf 13.00 uur een vuurwerkbril kopen bij de poli Oogheelkunde. Oogheelkunde heeft duizend brillen aangeschaft die voor een symbolisch bedrag van 1 euro (op = op) verkocht worden aan medewerkers van het ziekenhuis. De opbrengst van de verkoop wordt geschonken aan de Nederlandse Vereniging ter Voorkoming van Blindheid. Oogheelkunde wil met de actie extra aandacht vragen voor oogletsel door vuurwerk. Steeds meer mensen Foto: Jan van Teeffelen
6
radb P a t i ë n t e n z o rg ode 21 - 2009
Als hoop ombuigt naar onzekerheid met angst voor de dood ‘Palliatieve zorg bij kinderen begint als de prognose slechter wordt, ongeacht of het kind zal overleven of sterven’, vertelt kinderoncoloog Jacqueline Groot-Loonen. Vandaag, 18 december, vindt er in het Auditorium een landelijk PAOG-symposium plaats rond dit onderwerp. Het Kinderoncologisch Centrum werkt momenteel aan een naadloos zorgmodel: ‘We willen kinderen een zo goed mogelijke kwaliteit van leven bieden en familie daarbij optimaal ondersteunen. Onze zorgverleners moeten zich bewuster worden van de rol die zij hierin spelen.’
Ja n n i e M e u s s e n
Elk jaar worden er in Nederland vijfhonderd nieuwe kinderen opgenomen met kanker, waarvan honderd in het UMC St Radboud. 75 procent hiervan wordt beter. Bij leukemie ligt dat percentage zelfs op 80 procent. De kinderen worden volgens protocol behandeld. Vaak gaat het goed, maar in 25 procent van de gevallen loopt het anders; de kuren slaan niet aan of de kanker komt terug. ‘Vanaf dat moment bieden wij palliatieve zorg, ongeacht of het kind zal overleven of sterven’, vertelt kinderoncoloog Jacqueline Groot-Loonen. Voor kind en ouders is dat namelijk een cruciaal moment. Van hoop op genezing gaan ze plots een intensief traject in met zware (experimentele) chemokuren of stamceltransplantaties. ‘Het kind gaat zich heel ziek voelen. Voor ouders is dat zwaar. Hoop buigt om naar onzekerheid met angst voor de dood. Wachten op uitslagen, gaat het kind nog wel of niet een volgende kuur in…! Ze zijn continu in het ziekenhuis, samen of een van beiden. Dat ontwricht het gezin enorm’, schetst Groot-Loonen het scenario. Ook voor de zorgverleners is dit keerpunt zwaar. Ze zien het kind lijden en afglijden. Ouders balanceren op hun grenzen. Voor verpleegkundigen is het vaak aftasten hoe daarmee om te gaan.
Foto: Frank Muller
Verbetering De World Health Organisation (WHO) heeft criteria opgesteld om de palliatieve zorg in een breder verband te plaatsen dan alleen terminale zorg. De WHO vraagt een actieve, totale benadering van patiënten met een levensbedreigende ziekte. Het Kinderoncologisch Centrum van het Radboud wil voor de palliatieve zorg een naadloos zorgmodel ontwikkelen. Eigenlijk gebeurt er al veel, benadrukt Groot: ‘De medicatie tegen pijn en misselijkheid verbetert voortdurend. Er staat een multidisciplinair team klaar met bijvoorbeeld
Eerstelijns gezondheidszorg in Nederland is veilig IQ healthcare deed onderzoek naar de veiligheid in de eerstelijnszorg in opdracht van VWS. ‘Grosso modo kun je zeggen dat die veilig is.’
Een onderzoeksteam van IQ healthcare van het UMC St Radboud onderzocht veiligheidsincidenten in dossiers uit huisartsen-, verloskundigen-, tandarts- en paramedische praktijken en huisartsenposten. ‘Per sector werden duizend dossiers bekeken, afkomstig uit twintig praktijken van iedere discipline en vier huisartsenposten’, vertelt projectleider Michel Wensing. ‘Tevens vroegen we zorgverleners gedurende twee weken zelf incidenten te melden.’
Methodische verslaglegging Het team zocht naar incidenten die als gevolg schade of kans op schade voor de patiënt hadden. ‘Schade is hierbij ruim opgevat, we registreerden bijvoorbeeld ook als de patiënt pijn of klachten had die langer duurden dan nodig was’, aldus Wensing. ‘We vonden geen incidenten die de dood van de patiënten tot gevolg had. Wel vonden we twee voorvallen waarbij de patiënten permanente schade opliepen: die kwamen beiden uit de paramedische praktijk en betroffen schade aan het bewegings apparaat.’ Het aantal incidenten per duizend dossiers was: 58 in huisartspraktijken (5,8 procent), zes in huisartsenposten (0,6 procent), tien in paramedische praktijken (1,0 procent),
acht in tandartspraktijken (0,8 procent) en 25 in verloskundigenpraktijken (2,5 procent). In de meeste gevallen had het voorval weinig gevolgen voor de patiënt. Het onderzoeksteam vergeleek de incidenten uit het dossieronderzoek met de voorvallen uit de meldingen van de zorgverleners zelf. ‘In de dossiers vonden we meer incidenten die betrekking hadden op het eigen klinisch redeneren’ , legt de projectleider uit. ‘In de meldingen waren het vooral incidenten uit de organisatie- en communicatiesfeer.’ Zowel uit het dossieronderzoek als uit de meldingen kwamen weinig incidenten die te maken hadden met infectiepreventie en bereikbaarheid. Een kanttekening bij het onderzoek is dat je natuurlijk alleen ziet wat in het dossier te vinden is. ‘Daarom is een van onze aanbevelingen methodisch te werk te gaan bij de verslaglegging. Vooral bij tandartsen en paramedici waren de dossiers van mindere kwaliteit waardoor je niet zeker bent of je alles signaleert.’
Landelijke meldweek De aanleiding van het onderzoek was een landelijk programma dat het ministerie van VWS heeft opgezet ter verbetering van de patiëntveiligheid in de eerstelijn. Wensing: ‘Daarvoor zijn allerlei plannen, zoals een landelijke meldweek van incidenten. Ons onderzoek is daarbij bedoeld als een soort nulmeting en waarschijnlijk zullen we het over een paar jaar herhalen om te kijken hoe de situatie dan is.’ MM
7
ook psychologen en maatschappelijk werkers. Allemaal inspanningen om de kwaliteit van leven voor onze patiënten en hun familie te verbeteren. Maar met een heldere visie en betere afstemming kunnen we naar ons idee nog winst boeken. Hiervoor zijn we nu een raamwerk aan het ontwikkelen.’ ‘Het blijft echter maatwerk’, benadrukt Groot. ‘Het ene kind is het andere niet, bovendien zijn er grote leeftijdsverschillen. Een peuter kan zich nog geen beeld vormen van hoe “definitief ” de dood is. Pubers wíllen er soms helemaal niet over praten. De begeleiding van elk kind verloopt anders.’ ‘Maar waar mogelijk willen we meer structuur en standaarden aanbrengen’, vult psycholoog Esther Meijer aan. ‘Wanneer schakel je bijvoorbeeld het pijnteam of palliatieve team in? Nu doet elke arts dat naar eigen goeddunken. Daarnaast willen we meer vertrouwen naar familie uitstralen, laten zien dat we betrokken zijn en daarin een proactieve houding aannemen. Ouders krijgen veel op hun schouders. We grijpen nu soms pas in als het te laat is, terwijl je vooraf eigenlijk al kunt inschatten hoe hun draagkracht is. Hoe sterk zijn ze, is de gezinssituatie stabiel, leven ouders gescheiden? Waar nodig gaan we al in een vroege fase begeleiding aanbieden.’ Fellow Albertine Donker, in opleiding tot kinderoncoloog, heeft veel wetenschappelijke literatuur doorgespit. ‘Ook daar laten we ons door leiden’ vertelt Groot. ‘Daaruit blijkt bijvoorbeeld dat, zoals zo vaak, communicatie het grootste struikelblok is. Neem het inzetten van experimentele behandelingen. Verpleegkundigen zien hoezeer een kind al geleden heeft en vragen zich soms af: “Moet dat nog wel. ” Kinderen voelen het haarfijn aan als ouders niet op één lijn zitten. Als de één nog wél wil doorgaan, waar voor de ander de grens is bereikt. Uit onderzoek blijkt dat kinderen dan vaak hun eigen mening niet durven te geven, terwijl ze vanaf hun twaalfde mogen meebeslissen. Eerlijke communicatie hierover is énorm belangrijk: voor welke keuzen staan we, wat zijn de kansen en welke ideeën leven er bij ieder? Het is voor alle partijen belangrijk, daar goed bij stil te staan.’ Verpleegkundigen hebben een belangrijke signaalfunctie, zij staan dicht bij het kind en de ouders. Groot: ‘Ze hebben zelf vaak niet in de gaten hoe belangrijk hun rol is. We willen palliatieve taken meer gaan benoemen. Met scholing en meer interactie willen we onze medewerkers competenter maken op dit terrein. Belangrijk aandachtspunt is ook een vloeiende overdracht naar de thuiszorg. Want wanneer er geen uitzicht meer is op genezing gaan de kinderen naar huis, zodat ze in hun eigen vertrouwde omgeving afscheid kunnen nemen.’ n
ac h t e rgr o n d
Cardioloog Livia Kapusta (tweede van rechts) met Zaid op schoot en naast haar de moeder.
Ontmoeting met Palestijnse patiënt Zaid
Zorgconsulente Saïda Aoulad Baktit en de moeder bereiden Zaid voor op de operatie in het Radboud in 2007. Foto: Jan van Teeffelen
ook waar de dokter was. Iemand heeft toen de telefoon gepakt en Kapusta in het Radboud gebeld. ‘Ik kreeg Zaid zelf aan de lijn. Hij praatte honderduit, in het Arabisch weliswaar en ik in het Nederlands. Dat deed er niet toe, het was geweldig.’ In oktober ging Livia Kapusta zelf naar Israël, samen met een internationale delegatie van Save a Child’s Heart. Ze bezochten twee patiënten thuis. Zaid en zijn ouders konden ze vanwege tijdgebrek niet thuis bezoeken. ‘We hebben hen gevraagd of ze naar ons toe konden komen. Binnen een uur zaten ze in een taxi. Het was heel emotioneel. De ouders waren nog vol van de warmte die ze hadden ontvangen in het koude natte Nederland. Ze vroegen naar mensen van het Ronald McDonaldhuis, naar de zorgconsulente Saïda Baktit en haar familie die voor hen kookten, de verpleegkundigen, de thoraxhartchirurg, de psycholoog. Ik stond versteld van wat ze allemaal nog wisten. Later begreep ik dat ze een DVD hadden van de televisieopnames die van hen zijn gemaakt. Ze hebben in het dorp een DVD-speler aange-
schaft en minimaal één keer per maand kijkt het hele dorp naar de film. Hun verblijf hier heeft zo’n enorme indruk gemaakt.’ Kapusta vond het fantastisch om te zien hoe goed Zaid het deed. Van een vermoeid jongetje met blauwe lippen zag ze een kind blakend van gezondheid. ‘Hij kan weer naar school. Zaid vertelde me dat hij cardioloog wil worden. We hebben hem beloofd dat wanneer hij zijn best doet, wij de studie voor hem betalen.’ Vorig jaar organiseerde Save a Child’s Heart Nederland ook een benefietavond waarbij veel Radboudmedewerkers aanwezig waren. Van het ingezamelde geld werd voor een Palestijnse kindercardioloog een echoapparaat aangeschaft. ‘Het is bijzonder om te zien hoe blij het Radboud deze arts heeft gemaakt. Dankzij dit apparaat heeft hij onder andere twee hele complexe hartafwijkingen kunnen diagnosticeren. Deze twee kinderen zijn al geadopteerd en hebben wij bezocht. Met al deze acties geven we mensen hoop en het is mooi om te zien hoeveel mensen zich hiervoor inzetten.’ n
In 2007 opereerde het UMC St Radboud een Palestijns kind met een hartafwijking. Dat werd mogelijk gemaakt door de Israëlische organisatie “Save a Child’s Heart” die geld inzamelt voor medische missies, opleiding van medische staf en operaties van kinderen met aangeboren hartafwijkingen. Voor de ouders van het Palestijnse jongetje Zaid was het de zwaarste en de gelukkigste dag van hun leven, zei de vader. Na de operatie omhelsden zij dokters en hulpverleners onbevangen en nodigden hen uit in hun thuisland. Cardioloog Livia Kapusta, zelf van Israëlische komaf, beloofde dat ze een keer zou komen. In oktober heeft ze haar belofte waar gemaakt.
Nelleke Dinnissen
Toen de Palestijnse ouders met hun kind na de hartoperatie in het Radboud weer huiswaarts keerden, drukten ze kindercardioloog Livia Kapusta op het hart dat ze zo graag iets voor de mensen in Nederland terug wilden doen. Ze nodigden betrokken hulpverleners uit hen thuis in de Palestijnse Gebieden te bezoeken. Tot hun verbazing stond al binnen een half jaar na de operatie “KidsRights”, de organisatie die Save a Child’s Heart Nederland steunt, voor de deur. ‘Het hele dorp liep uit toen zij daar aankwamen’, vertelt Kapusta. ‘De familie was nog vol van de operatie. Ze vroegen honderduit over Nederland en alle mensen die betrokken waren.’ Maar ze vroegen
Zaid was het duimspelletje dat Livia Kapusta hem leerde niet vergeten.
8
radb ac h t e rgr o n d ode 21 - 2009
‘Er gaat zelfs een buddy-schaap mee naar het CDL’ Hoofd dierverzorger Conrad van den Broek woont op z’n werkplek: de boerderij van het Centraal Dierenlaboratorium (CDL) in Overasselt. In november ontving hij tijdens de biotechnische dagen van het ministerie VWS de prijs ‘Alternatieven voor dierproeven 2009’. Deze werd uitgereikt door de directeur van Dierenbescherming Nederland. Samen met de onderzoekers, biotechnici, proefdierdeskundigen en dierenartsen heeft hij het welzijn van de schapen verbeterd, die ze gebruiken voor onderzoek naar weefseltechnologie bij aangeboren afwijkingen.
Ja n n i e M e u s s e n
‘De term dierproeven heeft een negatieve lading. Maar met de dieren van onze Radboud-boerderij wordt alleen maar nuttig onderzoek gedaan’, benadrukt Conrad van den Broek. ‘Neem ons project EuroSTEC’, zegt onderzoeker aan de afdeling Urologie Paul Geutjes. ‘Dat richt zich op de behandeling van aangeboren afwijkingen met
de boerderij. Ze zagen de dieren vóór gebruik in het Centraal Dieren Laboratorium (CDL) Nu komen ze vaak over de vloer en overleggen we samen hoe we het onderzoek zo diervriendelijk kunnen laten verlopen.’ Zo ook voor de schapen van het EuroSTEC-project, waarvoor hij de prijs heeft ontvangen. Ze worden op de 79ste dag – de helft - van de zwangerschap geopereerd. ‘Tijdens de ingreep opereren we zowel de moeder als de foetus’, vertelt Geutjes. ‘We brengen bij foetale lammetjes een huid- of blaasdefect aan. De open blaas ontwikkelt zich tijdens de zwangerschap tot een zieke blaas die sterk overeenkomt met de klinische situatie. De lammeren worden na de geboorte behandeld met het inhechten van een biomatrix, een soort matje van kunstweefsel. De huiddefecten worden direct tijdens de foetale ingreep behandeld. We willen hiermee de behandeling voor een open ruggetje verbeteren door de blootliggende zenuwen te beschermen, en zo een lichamelijke handicap na de geboorte te voorkomen. Voorheen deden we dat bij
nerveus te blaten. Nu komen ze daar om 10.00 uur en staan ze om 14.00 uur weer in de stal bij de boerderij. Voor de operateurs is het lastiger, omdat ze later kunnen beginnen, maar voor het schaap is het een hele verbetering.’
Zonder schapen geen onderzoek ‘Zonder deze schapen zouden wij dit onderzoek niet kunnen doen’, benadrukt Geutjes. Het Europese project is in 2006 gestart. In Nijmegen zijn er onder meer biochemici, ethici, verloskundigen, gynaecologen, kinderchirurgen en -urologen bij betrokken en een Nijmeegs bedrijf dat de biomatrix constructen gaat produceren. ‘We herstellen het defect door middel van het inhechten van een biomatrix. Zo kunnen we kijken in hoeverre dat materiaal in staat is om lichaamseigen cellen aan te trekken en nieuw weefsel te vormen.’ Bij de afdeling Biochemie van Toin van Kuppevelt wordt volgens Geutjes hard gewerkt aan de ontwikkeling van ‘slimme’ biomatrix constructen. Biochemici zoeken naar een gunstige combinatie van eiwitten en signaalmoleculen,
‘Nu komen onderzoekers naar de boerderij en overleggen we hoe we het onderzoek zo diervriendelijk mogelijk kunnen laten verlopen.’ (links Paul Geutjes, rechts prijswinnaar Conrad van den Broek) weefseltechnologie, zoals bij blaas- en plasbuisafwijkingen en open ruggetjes. Dergelijke technologie kunnen we alleen naar de kliniek brengen via studies in preklinische modellen zoals in varkens en schapen.’
één, nu indien mogelijk bij twee foetussen tegelijk want een schaap draagt vaak twee of drie lammeren. Daardoor hebben we minder moederschapen nodig.’
Vrees ongegrond Wie een bezoek brengt aan de boerderij in Overasselt ziet hoe vriendelijk met de dieren wordt omgesprongen. Lammetjes dartelen in de wei. Varkens liggen op het stro en kunnen zich met allerlei speeltjes vermaken, hokken zijn royaal. ‘We blijven zo dicht mogelijk bij de natuur. Groepsdieren leven hier samen. Schapen lopen buiten en ook onze honden hebben alle bewegingsruimte.’ Hij wijst naar een paar geiten. ‘Kijk, bij hen zijn implantaten ingebracht door onderzoekers van Orthopedie om te onderzoeken hoe die zich hechten in het bot. En die hond daar heeft een kaakimplantaat, als alternatief voor klapperende kunstgebitten’, zegt hij lachend.
Respect ‘We gebruiken de dieren voor onderzoek, maar we behandelen ze met respect’, vertelt Van den Broek. ‘In dat opzicht is er veel verbeterd. Ik werk hier nu vijftien jaar. In het verleden kwamen de onderzoekers amper op
Ook werden voorheen de lammetjes bij het voldragen schaap met de keizersnede gehaald. Daarbij werden de moeder en eventuele andere lammetjes geofferd. Geutjes: ‘We wilden op safe spelen. We waren bang dat het defect tijdens een normale bevalling beschadigd zou raken en dat we dan de vervolgingreep, het plaatsen van een biomatrix, niet meer konden toepassen.’ Inmiddels blijkt die vrees ongegrond. De lammeren komen nu rond de 142ste dag natuurlijk ter wereld. Ze hoeven niet met de fles gevoed te worden. Het moederschaap begeleidt haar lammetjes voor de hersteloperatie naar het CDL en zowel moeder als lammeren kunnen voor vervolgstudies opnieuw worden gebruikt. Er zijn dus minder schapen nodig. ‘Het zijn kuddedieren. Ze raken enorm in de stress als ze naar Nijmegen moeten worden getransporteerd’, vertelt Van den Broek. ‘Daarom gaat er altijd een buddyschaap mee. In het verleden gingen ze de avond voor de ingreep naar het CDL en stonden ze daar de hele nacht
9
Foto: Jan van Teeffelen
zodat de bloedvat- en de celgroei van de omliggende lichaamseigen weefsels optimaal worden gestimuleerd. ‘Wij evalueren het herstellende effect van deze materialen in onze preklinische modellen. We werken ook hard aan nieuwe methodes om deze materialen te testen zonder proefdieren. We hopen de technieken binnen een paar jaar te kunnen gaan toepassen in de praktijk. Het zal de patiëntenzorg enorm ten goede komen, dankzij de schapen!’ n Meer informatie: www.eurostec.eu
De medewerkers van het Centraal Dierenlaboratorium werken vanuit de 3 V’s: vervanging, vermindering, verfijning. Bij elk onderzoek wordt afgewogen: - Kunnen we het ook doen zónder proefdieren? - Kunnen we het ook met minder proefdieren uitvoeren? - Kunnen we het ongerief voor de dieren verminderen en het welzijn van de betrokken proefdieren verbeteren. Meer informatie: www.umcn.nl/3rrc/
o n d e rz o e k
Record aantal Vidi-beursen voor UMC St Radboud Nooit eerder scoorde het UMC St Radboud zo goed bij de jaarlijkse toekenning van Vidi-beursen. Van de achttien Vidi’s die dit jaar betrekking hebben op een medisch onderwerp, zijn er zes terechtgekomen bij onderzoekers van het UMC St Radboud. M ar t e n D o o p e r
Afgelopen november was het weer tijd voor de jaarlijkse ‘lintjesregen’ van NWO. Dit keer vroegen 508 onderzoekers een Vidi-beurs aan. NWO kende dit jaar 89 Vidibeurzen toe, waarvan achttien gericht op een medische vraagstelling. Maar liefst zes daarvan zijn toegekend aan onderzoekers van het UMC St Radboud. Een record aantal in de geschiedenis van de Vidi-beurzen. Bij monde van vice-voorzitter prof.dr. Frans Corstens toonde de Raad van Bestuur zich dan ook ‘vereerd en blij met deze hoge score’. Natuurlijk is de toekenning van zo’n Vidi-beurs in eerste instantie te danken aan de kwaliteit van de onderzoeker en de kwaliteit van het ingediende onderzoeks-
voorstel. De ondersteuning die de medewerkers van Valorisatie bij het indienen van een aanvraag bieden, kan soms echter van doorslaggevende betekenis zijn. ‘De competitie om de beurzen uit de Vernieuwingsimpuls is heftig’, vertelt Claudia Soede van Valorisatie. ‘Jaarlijks komen er enkele honderden aanvragen binnen bij NWO, waarvan gemiddeld zo’n 20 procent gehonoreerd wordt. Het is dus van groot belang dat je aanvraag vanaf het begin er positief uitspringt. Met name de geschreven
‘Als je een persoonsgebonden beurs aanvraagt , moet je het heel onbescheiden hebben over “ik”’
samenvatting, op grond waarvan de eerste schifting plaatsvindt, moet helder maken dat het gaat om belangrijk, vernieuwend onderzoek en dat de aanvrager hiervoor dé aangewezen en getalenteerde onderzoeker is. Je moet in de aanvraag zowel jezelf als je onderzoeksvoorstel als een marktkoopman uitventen. Door vooraf met de ogen van NWO naar de aanvraag te kijken, kunnen wij de onderzoeker helpen die kwaliteiten zo goed mogelijk voor het voetlicht te brengen. Een veelvoorkomend punt is bijvoorbeeld dat de onderzoeker het vooral heeft over ‘we’. Onderzoek doen is immers teamwerk. Als je een persoonsgebonden beurs aanvraagt, moet je het echter heel onbescheiden hebben over ‘ik’. Als relatieve leken kunnen wij bovendien goed beoordelen of de samenvatting van de aanvraag wel begrijpelijk is voor mensen die niet direct alle details van het onderwerp paraat hebben. Immers, de eerste selectie wordt ook gedaan door mensen die geen specialist zijn op het betreffende vakgebied, maar door mensen met een brede kennis en belangstelling voor wetenschappelijk onderzoek. Het komt overigens ook voor dat we de onderzoeker adviseren geen aanvraag in te dienen voor een beurs uit dit programma, maar een ander type subsidie aan te vragen. Om zo eerst aan “CV-building” te doen en later meer kans te maken op een beurs uit de Vernieuwingsimpuls. Immers, je CV speelt een grote rol bij het toekennen van die persoonsgebonden beurzen.’ n
Telkens koortsaanvallen Dr. Anna Simon van Algemene Interne Geneeskunde richt zich met haar Vidi-beurs op het Hyper IgD syndroom, kortweg HIDS genoemd. ‘Dit is een zeer zeldzame ziekte – in Nederland zo’n tachtig patiënten, in de hele wereld ongeveer driehonderd – met als belangrijke kenmerk telkens weer hevige koortsaanvallen’, legt Simon uit. ‘Met name de onvoorspelbaarheid in het optreden van de aanvallen, waarbij de patiënt een dag of vier, vijf heel ziek op bed ligt, maakt dat de aandoening een zware wissel trekt op het leven van de patiënten. Niets valt te plannen
lichaam’, legt Simon uit. ‘Tot op de dag van vandaag weten we nog niet hoe dit defect enzym de koortsaanvallen en de daarbij optredende ontstekingsreacties uitlokt. Net als we nog steeds niet weten wat de naamgever van de ziekte, de grote hoeveelheid van de antistof IgD in het bloed van de patiënten, met de ziekte heeft te maken.’ De Vidi-beurs stelt Simon in de gelegenheid op zoek te gaan naar antwoorden op deze vragen. ‘Allereerst gaan we aan de slag om gekweekte cellijnen op te zetten als
misgaat in de cellen en hoe dit koortsaanvallen, ontstekingen en een overmatige aanmaak van IgD opwekt. Daarnaast is het natuurlijk van groot belang dat er een goede behandeling voor de patiënten komt. De enige vorm van therapie momenteel is het inspuiten van een zogeheten IL1-remmer zodra een aanval opkomt. Hierdoor duurt de koortsaanval minder lang. Er bestaan inmiddels ook langwerkende IL1-remmers. Onderzoek moet uitwijzen of eenmaal per maand inspuiten hiervan veilig is of de aanvallen misschien zelfs kan voorkomen.’ Behalve dat het onderzoek meer kennis moet opleveren over deze zeldzame ziekte, kan het ook meer inzicht geven in koorts en ontstekingsreacties in het algemeen. ‘Mogelijk ontdekken we nieuwe biochemische routes die hierbij een rol spelen. Dat kan dan een aanzet geven tot nieuwe therapieën om koorts en ontstekingen te bestrijden’, schetst Simon het bredere belang van haar Vidionderzoek.
Veni, Vidi. Vici
Dr. Anna Simon: ‘De koortsaanvallen trekken een zware wissel op het leven van de patiënt.’ en het volgen van een opleiding of het hebben van een normale baan is voor veel patiënten niet weggelegd.’ Zo’n tien jaar geleden toonde Nijmeegs onderzoek aan dat de patiënten een defect gen dragen waardoor een bepaald enzym, mevalonaat kinase, niet goed werkt. ‘Dat enzym is betrokken bij de cholesterolhuishouding in het
Foto: Flip Franssen
model voor de ziekte. Dat kan het onderzoek in een stroomversnelling brengen doordat je met gekweekte cellen sneller en uitgebreider onderzoek kunt doen dan met bloedcellen of weefsel van patiënten dat moet worden verzameld tijdens een koortsaanval. Onderzoek aan die modellen leidt hopelijk tot meer inzicht over wat er precies
10
In het kader van de zogeheten Vernieuwingsimpuls kent de Nederlandse Organisatie voor Wetenschappelijk Onderzoek (NWO) sinds 2002 jaarlijks persoonsgebonden subsidies toe. Deze zijn bedoeld om de carrière van talentvolle onderzoekers te ondersteunden. Een Veni-beurs biedt een pas gepromoveerde onderzoeker de mogelijkheid drie jaar lang vernieuwend onderzoek te doen. De subsidie hiervoor bedraagt maximaal 250.000 euro. Voor een Vidi-beurs komen onderzoekers in aanmerking die na hun promotie al een aantal jaren met succes als post-doc onderzoek hebben verricht. De Vidi-beurs (maximaal 800.000 euro) stelt de onderzoeker in de gelegenheid een eigen, vernieuwende onderzoekslijn op te zetten en hier één of meer mede-onderzoekers voor aan te stellen. Met een Vici-beurs (maximaal 1,5 miljoen euro) krijgt een senioronderzoeker de gelegenheid een vernieuwende onderzoekslijn uit te bouwen tot een onderzoeksgroep die structureel deel uitmaakt van de onderzoeksinstelling.
radb o d e 2 1 - 2 0 0 9
Wakker zijn tijdens de narcose
prijzen en benoemingen
Dr. Jörgen Bruhn (Anesthesiologie) besteedt zijn Vidibeurs aan een van de grootste angsten van iedereen die onder narcose gaat: wakker worden tijdens de narcose en getuige zijn van de operatie in je eigen lichaam. ‘Dat komt naar schatting bij één op de duizend operaties voor’, zegt Bruhn. ‘Echter, op jaarbasis komt dat in Nederland wel neer op zo’n duizend patiënten. En het is bekend dat het bewust meemaken van de operatie, terwijl je dit niet kenbaar kunt maken, een zeer traumatische ervaring is. De patiënt voelt zich volkomen hulpeloos doordat hij, als gevolg van de spierverslappers die in veel gevallen onderdeel uitmaken van de narcose, niet kan aangeven dat hij bij bewustzijn is. Patiënten proberen hun hoofd, armen of benen te bewegen om aandacht te trekken, maar dat lukt niet door de spierverslappers.’ Juist dat laatste heeft Bruhn op een idee gebracht. ‘Uit hersenonderzoek weten we dat de intentie tot het maken van een beweging elektrische activiteit opwekt in de hersenschors. Activiteit die je in principe kunt meten via een EEG.’ Nu is het gebruik van EEG bij narcose niet nieuw. Sterker nog, voordat hij in 2006 naar Nijmegen kwam, heeft Bruhn de zogeheten Entropy Module ontwikkeld, een systeem dat op basis van EEG-gegevens inzicht geeft in de diepte van de narcose. Dit systeem is echter nog niet volmaakt, stelt Bruhn. ‘Het geeft een bepaalde waarde aan en uit ervaring weten we dat beneden een bepaalde waarde de narcose meestal diep genoeg is om geen pijn te voelen en je niet bewust te zijn van wat er gebeurt. Het is echter een optelsom van allerlei zaken die zich in de hersenen afspelen. Wat ik nu wil, is precies die in het EEG herkennen die wijzen op de intentie tot het maken van een beweging. Als uitgangspunt daarvoor dient de kennis over de zogeheten brain-computer-interfaces. Dat zijn systemen waarbij je een apparaat, bijvoorbeeld een toetsenbord, bedient via de hersengolven die ontstaan bij een kleine vingerbeweging of door alleen maar aan iets bepaalds te denken. Met dergelijke systemen kunnen mensen die verlamd zijn toch communiceren met hun omgeving. Wij willen deze kennis aanpassen voor de narcosemeting. Door proefpersonen tijdens een lichte vorm van anesthesie of onder regionale anesthesie van arm of benen de opdracht te geven een poging te
Mercator Award Het Nijmeegse medische bedrijf NovioGendix, een spin-off van het UMC St Radboud, heeft de Mercator Award 2009 gewonnen. NovioGendix is leverancier van de PCA3-test voor het opsporen van prostaatkanker. Directeur Bastiaan de Leeuw ontving de prijs – een kunstwerk en 5.000 euro – uit handen van de Nijmeegse wethouder Hannie Kunst en dr.ir. Anton Franken, voorzitter van de Stichting Gelder-Kennis en vice-voorzitter van het bestuur van de Radboud Universiteit.
Maria van Vugt-van Pinxteren Maria van Vugt-van Pinxteren heeft de prijs voor de beste “vrije voordracht” gewonnen op het Internationale MDL congres voor verpleegkundigen in Londen. De prijs is haar toegekend voor een voordracht en poster presentatie over chronische vermoeidheid bij patiënten met de ziekte van Crohn. Maria van Vugt is als verpleegkundig consulent verbonden aan de afdeling Maag-, Darm- en Leverziekten. Ze houdt zich vooral bezig met begeleiding van patiënten met Erfelijke Darmtumoren en met Inflammatoire Darmziekten.
D r. M a u d G r a f f
Jörgen Bruhn: ‘Een op de duizend patiënten wordt wakker tijdens de narcose.’ Foto: Flip Franssen
doen zich te bewegen, hopen we de relevante hersensignalen hiervan in het EEG te identificeren. Door vervolgens een systeem te ontwerpen dat specifiek die signalen tijdens de hele narcose in de gaten houdt, kunnen we beter nagaan of de patiënt tijdens de operatie probeert te bewegen en dus bij bewustzijn is.’
De andere vier Vidi’s
Per 1 januari is prof.dr. Joost Drenth, Maag-, Darm-, Leverarts benoemd in de ‘assembly’ van de Federatie van de Europese Gastroenterologie Verenigingen (UEGF). In deze functie zal hij zich inzetten voor het verbeteren van het onderwijs aan jonge onderzoekers en maag-, darm-, leverartsen in opleiding.
• Afscheidscollege dhr. prof.dr. P.H.M. Spauwen, hoogleraar Plastische chirurgie, vrijdag 18 december om 15.00 uur. Titel rede: Over grenzen • Promotie dhr. drs. A. Adiyaman, dinsdag 22 december om 10.30 uur. Titel: Blood pressure measurement in cardiovascular risk stratification • Promotie mw. drs. S. Abdollahi-Roodsaz, dinsdag 22 december om 13.30 uur. Titel: Paying toll to receptor 4; Functional significance of toll-like receptor activation in experimental arthritis • Promotie mw. drs. A. Draisma, donderdag 7 januari om 15.30 uur. Titel: Endotoxin tolerance explorative studies in humans • Promotie mw. N.A.P. Horn, maandag 11 januari om 13.30 uur. Titel: Modulation of platelet and leukocyte adhesion in cardiothoracic anesthesia • Promotie dhr. drs. N.P.J. Vogtländer, maandag 11 januari om 15.30 uur. Titel: Pathobiology of glomerular α-dystroglycan
Algemeen Interne Geneeskunde, onderzoekt hoe de wisselwerking op genetisch niveau tussen de TBCbacterie en de mens een rol speelt bij het ontstaan van tuberculose. Hierbij richt hij zich met name op TBC-patiënten in Indonesië.
f
d Dr. Andrea Evers, afdeling Medische Psychologie, onderzoekt de invloed van verwachtingen over het beloop van lichamelijke klachten, zoals pijn en jeuk, op het afweersysteem en op de daadwerkelijke uitkomst van de behandeling. Dr. Katarina Wolf, afdeling Celbiologie, onderzoekt de rol van proteases, bepaalde eiwitten die van belang zijn bij het uitzaaien van kanker. Dit moet de behandeling van kanker met zogeheten protease-remmers verbeteren
P r o f . d r. J o o s t D r e n t h
Promoties, oraties, afscheidsredes*
d Dr. Reinout van Crevel, afdeling
Dr. Roland Kuiper, afdeling Antro pogenetica, gaat op zoek naar nieuwe oorzaken van erfelijke darmkanker. Dit volgens een recent ontdekt mechanisme waarmee genen het zwijgen kan worden opgelegd.
Mw.dr.Maud Graff heeft op 26 november de Astrid Kinébanianprijs voor Ergotherapie in ontvangst genomen. Deze onderscheiding wordt door Ergotherapie Nederland, toegekend aan een ergotherapeut die gedurende langere tijd een bijzondere bijdrage aan de ontwikkeling van ergotherapie in Nederland heeft geleverd. Maud Graff is werkzaam als senioronderzoeker in het UMC St Radboud binnen het onderzoeksinstituut Nijmegen Center for Evidence Based Practice bij de afdelingen IQ healthcare-Alzheimercentrum en Revalidatie-Ergotherapie.
* Locatie: Radboud Universiteit, Academiezaal Aula, Comeniuslaan 2, tenzij anders vermeld Voor een volledig overzicht en korte inhoud van alle promoties, oraties en afscheidsredes, zie www.umcn.nl, ingang ‘scientist’, doorklikken op ‘science agenda’
f
11
Nederlands voor anderstaligen
Sprok “Feesten aan de Waal”
Groepscursussen Nederlands voor beginners, halfgevorderden en gevorderdenhiVgi)_VcjVg^
eUnieke zaal aan het water met balkon, terras en strand
NIEUW: Intensief Programma Nederlands " dcYZgYdbeZa^c\hXjghjhkVc*YV\Zc " higjXijgZaZkZgWZiZg^c\kVcYZ iVVakVVgY^\]Z^Y " WVh^hiVVakVVgY^\]Z^YZcWZgdZeh\Zg^X]i " ^cY^k^YjZZad[^c`aZ^cZ\gdZe " eZghddca^_`ZaZZglZchZchiVVcXZcigVVa " XjaijgZZa!VXVYZb^hX]VkdcYegd\gVbbV
eSchitterende zaal op de dijk met prachtig terras onder de platanen eVoor promoties, personeelsfeesten, presentaties en vegaderingen eLeuke logementen voor uw gasten van ver eSlechts 5 autominuten van centrum Nijmegen Sprok “Feesten aan de Waal” Waaldijk 9, 6681KJ Lent/Bemmel 024-3243703
[email protected] www.sprok.nl
BZZg^c[dgbVi^Z/ I/%')(+&'&*. :/^c[d5^cid#gj#ca
Volgens NEN 2767
www.radboudintolanguages.nl
BOUWKEURMEESTER KEURT UW WONING
bij ons ben je verzekerd van ondersteuning, belangenbeharEen pand kopen of verkopen? Schakel bouwkeurmeester Toon Peters in voor:
UÊ>«ÊiÕÀ}i UÊ6iÀ«ÊiÕÀ}i UÊii«ÊiÕÀ}i UÊ ÊiÕÀ}i Meer informatie of een oriënterend gesprek? Bel Toon Peters!
UÊ"«iÛiÀ}i UÊëiVÌià UÊÊ iÀ}iÊ*ÀiÃÌ>ÌiÊ `Ûià Met kwaliteitsgarantie ISO 9001:9002 certificering TUV!
Sprokkelveld 52 6596 DM Milsbeek T (0485) 516 775 I www.petersbouwadvies.nl E
[email protected]
KAAIJ ADVOCATEN
tiging en professionele hulp bij
1E CONSULT (20 MIN.) GRATIS
problemen
Voor de persoonlijke aanpak FRANSESTRAAT 12 6524 JA NIJMEGEN
Mr. Michaëla B.M. Kaaij, gecertificeerd NMI mediator Mr. Drs. H.A.M. Schouten TEL : (024) 324 59 37
info
Strafrecht, mediation, echtscheiding, alimentatie, omgangsregeling en andere familiezaken, huur, arbeid en ontslag, uitkering, consument en incasso.
www.ac-hop.nl
Contact:
Akkermans Van Elten
Akkermans Van Elten Nijverheidsweg 21
wenst u
6662 NG Elst
[email protected]
fijne feestdagen
radboudlijn 0481 - 367077
&
FIP (Financieel Informatie Punt) Kamer 1.14 - Route 534 Maandag 11.30 - 17.00 uur
een gelukkig nieuwjaar toe!
Vrijdag 09.00 - 14.00 uur
drs. J.H. (Josephine) Colijn algemeen directeur
12
radb o n d e rw i j s ode 21 - 2009
buitenland In deze rubriek schrijven studenten over bijzondere ervaringen tijdens hun stage in het buitenland. Dieke van der Doelen liep van 1 september tot 1 december in Sengerema stage in Tanzania.
Drie maanden als vrijwilliger naar nepal Kinderverpleegkundigen Trudy Lamers en Nieke Binnendijk vonden het hoog tijd voor een nieuwe uitdaging. Daarom vertrekken zij volgend jaar voor drie maanden naar Nepal. Om daar, voor Stichting Maya, als vrijwilliger te gaan werken voor de kinderen van Nepal. En beide Nepalgangers merken nu al: steeds meer collega’s uit het Radboud raken op slag óók enthousiast!
A D D EN HEL D
Bizar Twee jaar geleden moest en zou ik een ontwikkelingscoschap doen, toen voor mij het summum van uitdaging. Dat het een zware en confronterende tijd zou worden leek me wel kicken. Ik moest het voelen, ruiken, proeven en vooral beleven. De verhalen van voorgangers logen er niet om en mijn enthousiasme steeg tot grote hoogten. Nu heb ik zestien weken Tanzania in volle beleving al achter de rug. Wat je hier meemaakt is met geen pen te beschrijven maar in één woord samen te vatten: bizar. Bizar dat ik moet accepteren dat er per dag twee kinderen onder mijn toeziend oog sterven, bizar dat ik geen zuurstof kan geven omdat er geen stroom is. Bizar dat mensen muntgeld in hun been
Een tijdje wonen en werken in een ontwikkelingsland. In een totaal andere omgeving je vak uitoefenen en daar mensen helpen. Heel wat verpleegkundigen spelen met die gedachte. Maar door allerlei, vaak praktische, belemmeringen blijft het vaak bij alleen die gedachte. Trudy Lamers, seniorverpleegkundige op de Kinderafdeling Q2Zee van het UMC St Radboud, weet dat maar al te goed uit eigen ervaring. ‘Ik heb altijd gezegd: naast mijn werk wil ik wel eens iets heel anders doen. Maar mijn partner had niet zoveel interesse om naar het buitenland te gaan, dan krijg je kinderen die je aandacht nodig hebben… Toch heeft die gedachte mij nooit losgelaten. Ook al wist ik dat je je voor zo’n uitdaging in het buitenland minstens een half jaar, en vaak zelfs wel een jaar
Zeker is nu dat zij volgend jaar op 1 oktober kunnen vertrekken naar Nepal. Om precies te zijn: naar een bergachtig gebied op ongeveer 200 kilometer ten westen van de Nepalese hoofdstad Kathmandu. Ondergebracht bij een gastgezin gaan zij daar vanuit het bergdorpje Serachour aan de slag. Lamers: ‘Stichting Maya heeft daar vorig jaar een EHBO-post opgezet. En de bedoeling is dat wij daar meer vorm en inhoud aan gaan geven. Daarnaast gaan we ons, via de scholen, vooral richten op het verbeteren van de basishygiëne. Dat wil zeggen: aandacht geven aan preventie en basisgezondheidszorg voor de pakweg vijfhonderd kinderen in de omliggende vijf dorpen. Op dat gebied is daar nog veel te doen, want Nepal had tot voor kort nog het op drie na hoogste kindersterftecijfer ter wereld.’
Klinische blik De beide kinderverpleegkundigen nemen een aanzienlijke hoeveelheid kennis en ervaring mee naar Nepal. Al beseffen zij, dat ze in het Radboud uitsluitend zieke kinderen zien en in Nepal vooral gezonde. ‘Toch denk ik dat wij daar zeker iets kunnen met de manier waarop wij naar kinderen kijken, met onze klinische blik’, meent
‘Bizar dat mensen muntgeld in hun been stoppen na een slangenbeet’ stoppen na een slangenbeet, bizar dat ik iemand op een afdeling vind die er al drie weken ligt zonder een dokter te hebben gezien. Ik stel als een gek een compleet beleid op, maar op het moment dat alles geregeld is, is de patiënt al vertrokken. Hij had te kennen gegeven dat hij toch liever naar een traditional healer gaat. Bizar is het dat ik letterlijk ren voor iemand die praktisch in coma binnenkomt en na later blijkt al vier weken in deze toestand verkeert: een miscommunicatie is in Swahili zo ontstaan. Het is een vreemd besef dat patiënten mij heel anders zien dan ik mezelf. In het begin zweefde ik rond door de gangen van het ziekenhuis, proberend enigszins orde in mijn hoofd aan te brengen en structuur te vinden in de enorme chaos. Van deze ongemakkelijkheid hadden de patiënten geen weet. In hun ogen ben ik een blanke en dus alleswetende dokter. Ze grijpen de kans. Eigenlijk kan ik ze geen ongelijk geven. Ik kan dan wel niet alles zelf, maar ik ga wel 100 procent voor de patiënt. Gelukkig zie ik, hoe langer ik hier ben, hoe meer wat er wel goed gaat. Er zijn erg veel mensen die zich zo ontzettend inzetten. Bovendien heb ik gemerkt dat op een of andere manier veel belangrijke patiënten toch behandeld worden. Ik baal niet meer als ik bedenk wie ik niet heb kunnen helpen. In plaats daarvan waardeer ik elke hulp die wel geboden werd. Ik kan nu van de mooie dingen genieten. Waar anders dan in Afrika had ik bij lichamelijk onderzoek pathologie in het kwadraat kunnen vinden? Ook kan ik nu met trots zeggen dat ik bizar genoeg met mijn kippenvleugels een paar X-benen heb kunnen recht beitelen. Toen ik van de week ‘s avonds voldaan naar huis liep werd ik ook nog eens getrakteerd op een bevalling in de open lucht. Het is een bizarre, fantastische ervaring.
V.l.n.r.: Trudy Lamers, Jerome Deliege en Nieke Binnendijk. ‘Sommige collega's hebben ons al laten weten dat ze ook wel naar Nepal willen.’ Foto: Flip Franssen lang, moet binden aan een hulporganisatie. En ik kan me natuurlijk nooit zó’n lange tijd achtereen vrijmaken uit mijn werk als kinderverpleegkundige in het Radboud.’
Drie maanden Trudy’s bestaande wensgedachte krijgt onverwacht nieuw leven ingeblazen, wanneer zij coördinator René Voss van Stichting Maya ontmoet. Deze in Nijmegen gevestigde stichting werkt inmiddels al vijf jaar aan een veelheid van projecten die een beter toekomstperspectief moeten bieden voor de kinderen van Nepal. Dit alles met behulp van sponsoren en vrijwilligers, die daarvoor gedurende gemiddeld drie maanden naar Nepal komen. Vooral die periode van drie maanden spreekt de Nijmeegse kinderverpleegkundige meteen aan. Want drie maanden verlof achtereen, zo schat Trudy in, moet met het opsparen van alle vakantiedagen plús het draaien van de nodige overuren haalbaar zijn. Bovendien zijn haar beide kinderen inmiddels al vijftien en achttien jaar. Maar het is haar partner die Trudy uiteindelijk écht over de streep trekt. Met de woorden: ‘Dit is echt iets voor jou, dit moét je nu gewoon doen!’ Als afdelingsverpleegkundige Nieke Binnendijk van Trudy’s plannen hoort, stemt dat haar al snel tot nadenken. Zij is al twee keer in Nepal geweest, vindt het een geweldig land en bovendien is dit iets wat ook Nieke al heel lang wil. Haar partner roept meteen: ‘Doen!’ Dan stapt Nieke op haar collega Trudy af: ‘Ik wil wel mee, wat vind je daarvan?’ En opeens zijn er twéé Radboudvrijwilligers voor Nepal.
Binnendijk. ‘Want het is vooral onze bedoeling om te kijken hoe het is gesteld met de algemene hygiëne van die Nepalese kinderen. Bovendien kom je als vrijwilliger, denk ik, op een heel andere manier met de bevolking in aanraking dan als toerist. Ik verwacht dat je als vrijwilliger toch een stapje dichterbij komt. En dat je daardoor misschien ook meer voor die bevolking, en in ons geval vooral voor de kinderen daar, kunt betekenen.’
Alle hulp welkom
Hygiëne verbeteren
Hoewel zij pas volgend najaar naar Nepal vertrekken, zijn de twee al meteen begonnen met de voorbereidingen. Zo heeft Jerome Deliege, verpleegkundige in opleiding van het Radboud die tevens vanuit Stichting Maya de vrijwilligers begeleidt, hen al uitgebreid bijgepraat over wat zij in Nepal zoal kunnen verwachten. Opvallend zijn de spontane reacties, die beide vrijwilligers nu al vanuit het Radboud ontvangen Nieke: ‘Sommige collega’s hebben ons al laten weten dat ze dit ook wel willen. We hebben ook al enkele e-mails ontvangen van mensen die ons willen helpen. Graag natuurlijk! Zo hebben we voor het inrichten van de nieuwe EHBOposten nog heel wat verbandmiddelen en andere zaken nodig. Maar ook kleine geldbedragen zijn van harte welkom. Want van dat geld kunnen we ter plekke bijvoorbeeld tandenborstels en tandpasta kopen, om zo de mondhygiëne bij de Nepalese kinderen te bevorderen. Op die manier stimuleer je bovendien de lokale economie. Ons verblijf daar moet, denk ik, vooral een en-enverhaal worden.’ n
Lamers en Binnendijk hebben hun plannen inmiddels besproken met hun leidinggevenden en in goed overleg ook het bijbehorende verlof van drie maanden geregeld.
Meer informatie over Stichting Maya: 024 - 344 41 25 of www.stichting-maya.nl
13
radb o d e 2 1 - 2 0 0 9
mensen
I n M e m o r i am José Verhaegen-van Hulst José was sinds 1 augustus 1976 werkzaam in het UMC St Radboud. Zij startte als doktersassistente bij het MKA en deed vanaf 1 december 1980 de A-opleiding. Per 1 juni kwam zij als pas gediplomeerd verpleegkundige op de afdeling Neurologie werken. In de ruim 25 jaar die José bij ons werkte, leerde wij haar kennen als een bijzondere collega. José had veel kennis van zaken en was zeer betrokken bij patiënten en collega’s. Zij keek altijd naar wat de ander nodig had en gaf ondersteuning op een manier, waarbij ze de ander het gevoel gaf, de zaken in eigen hand te houden. Toen José ziek werd, waren de feiten al snel duidelijk en maakte zij in alle rust samen met haar gezin keuzes. Het was indrukwekkend te zien hoe zij de balans tussen ratio en emotie wist te vinden. Door de belangstelling die zij hield, voor de gewone dagelijkse dingen en door haar humor, maakte zij het voor ons heel gemakkelijk bij haar te zijn. Wij vonden het heel bijzonder en zouden iedereen toewensen, zo met ziekte om te kunnen gaan, als José deed. Wij zullen José erg missen en wensen Han, Jolien en Thom heel veel sterkte toe, dit verlies te dragen. Namens de collega’s verpleegafdeling Neurologie, Maria Hugen.
Vrijwilligers jubileren Op 5 december was het internationale vrijwilligersdag. Het UMC St Radboud bedankte haar vrijwilligers op 27 november. De vrijwilligersorganisatie huldigde op die feestavond ook vijf jubilarissen die 12,5 jaar in dienst zijn: Wim van de Brink (leesmappen), Marty Kaptein (poli CIS), Willy Mulders (poli CIS), Petra van Bijsterveldt (ouderbegeleiding) en Louise Kleyn (ouderbegeleiding).
Colofon Radbode is een tweewekelijks personeelsblad van het UMC St Radboud. Oplage: 13.000 Redactie: Nelleke Dinnissen (eindredactie), Jannie Meussen, Gijs Munnichs Aan dit nummer werkten mee: Marten Dooper, Flip Franssen, Ad den Held, Pieter Lomans, Marlies Mielekamp, Frank Muller, Gijs van de Sande, Eugenie van Schaik, Daan Van Speybroeck, Jan van Teeffelen, Madelon Vonk E-mail:
[email protected], telefoon: 024-3613538 Correspondentie: UMC St Radboud, 528 Productgroep Communicatie, Postbus 9101, 6500 HB Nijmegen Redactieraad: prof.dr. Rob Bleichrodt, Peter van Dijk, Henk Gerrits, mr. Æmiel Kerkhoffs, prof.dr. Louis Kollee, dr. Erik de Laat Vormgeving en lay-out: Puntkomma Nijmegen Druk: Wegener Nieuwsdrukkerij Gelderland Advertenties: Bureau van Vliet, 0235714745, e-mail: zandvoort@bureauvanvliet. com Abonnement: 13,60 euro, informatie Sylvia van Brück-Engelen 024-3615442 De volgende Radbode verschijnt vrijdag 15 januari.
Frans König en Ria Rours Per 1 januari zullen de klachtencoördinatoren Frans König en Ria Rours hun functie in ons ziekenhuis neerleggen. Per die datum zijn er, binnen de nieuwe Unit Patiëntgerichtheid van het IWKV, nieuwe medewerkers benoemd. Daarmee is ook de inbedding van dit organisatieonderdeel binnen de nieuwe organisatiestructuur gerealiseerd. In de aanloop tot de nieuwe situatie hebben Frans König en Ria Rours zich ingezet om de voor ons ziekenhuis zo belangrijke klachtenfunctie gestalte te geven, door met de opvang van klachten tegemoet te komen aan de noden en rechten van patiënten en aan de goede naam van ons ziekenhuis. Wij zijn hen erkentelijk voor hun inzet en wensen hen alle goeds voor de toekomst. Ria en Frans hebben eerder afscheid genomen en stellen het daarom op prijs om deze keer met stille trom en een goed gevoel te vertrekken. Mr. Wilma Boeijen, Directeur IWKV
Ons gastvrije en sfeervolle restaurant ademt een sfeer uit van klassieke barokstijlen. U kunt dineren en genieten van Italiaanse, Bourgondische en mediterriaanse gerechten Ook kunt u op reservering genieten van high tea, brunches, buffetten, recepties en groepsarrangementen. Uw persoonlijke wens is ons uitgangspunt. 10% korting op de gehele rekening (niet met feestdagen) geldig tot 1 april. Restaurant Palazzo Oude Kleefsebaan 94 6571 BJ Berg en Dal Telefoon: 024-6843343
Feesten in de 16e eeuws wijnkelders van OLD CAVE Met de nostalgie van toen en het comfort van nu
P r o f . d r. Y. A . H e k s t e r Binnenkort zal prof.dr. Y.A. Hekster de afdeling Apotheek/Klinische Farmacie en het UMC St Radboud verlaten (zie artikel op pagina 5). Op 8 januari geeft hij zijn afscheidscollege. Ter gelegenheid van zijn afscheid is het ‘Fonds Chiel Hekster ter bevordering van de klinische farmacologie in ontwikkelingslanden’ opgericht. Chiel heeft aangegeven dat, indien u bij zijn afscheid een cadeau wilt geven, een donatie aan het Fonds door hem zeer gewaardeerd zou worden. Het rekeningnummer is 60.72.37.422 ten name van DM Burger inzake Chiel Hekster Fonds.
Nieuwjaarsborrels, promoties, afdelingfeesten, themafeesten etc.
0481-465898 WWW.OLDCAVE.NL
Berg en Dal | Nijmegen (024) 684 2000 www.goldentulipvalmonte.nl
☎
Anita Engelen
Organiseer een bijeenkomst op de berg !
Anita Engelen is 25 jaar in dienst van de Educatieve Voorziening. Ze is een gewaardeerd collega, die na 25 jaar nog steeds de schwung erin houdt. Anita is op diverse gebieden een drijvende kracht in het team, maar zeker waar het gaat om kwaliteit, vernieuwing en de borging hiervan. We willen haar dan ook heel hartelijk danken voor haar inzet, kundigheid en betrokkenheid gedurende al deze jaren. Namens team Educatieve Voorziening Mart Geven, Hoofd Sociaal Pedagogische Dienst Afdeling Kindergeneeskunde.
aar de n g a a r V
rijzen p t c a r t n co
2010 !
(actieve) vergaderingen | trainingen | congressen feesten | jubilea | lunches | diners | overnachtingen 14
radb o pinie ode 21 - 2009
PIPnieuws PersoneelsInformatiePunt Ma: 10.00 - 14.00 uur en 15.00 - 17.00 uur Di: 11.30 - 14.00 uur en 15.00 - 17.00 uur Wo: 10.00 - 14.00 uur en 15.00 - 17.00 uur Do: 11.30 - 14.00 uur en 15.00 - 17.00 uur Vrij: 10.00 - 14.00 uur. T (024) 361 91 66, route en interne post 536
[email protected] : organisatie ➔ personeels informatie punt en services ➔ HRM
PIPnieuws stopt Dit is de laatste keer dat de rubriek PIP nieuws verschijnt. Vanaf januari zal in de eerste Radbode van de maand een nieuwe rubriek, HRM Info, gepubliceerd worden met een gevarieerd aanbod aan informatie voor medewerkers. Op pagina 7 in deze Radbode kunt u hier meer over lezen.
PIP rond feestdagen PIP zal op donderdag 24 december en donderdag 31 december tussen 10.00 - 14.00 uur open zijn. Feestdagen gesloten. ‘Bij passie wordt “out-of-the-box” gedacht en worden nieuwe wegen bewandeld.’
Uitbetaling salaris Het salaris wordt woensdag 23 december uitbetaald. De data voor 2010 zullen in de bijsluiter van de salarisstrook januari vermeld staan. U kunt ze nu al zien op het Intranetportaal, via Services, Uitbetaling salaris.
Switchen tussen levensloop en spaarloon? Wilt u stoppen met spaarloon en starten met de levensloopregeling of juist andersom? Zeg uw huidige regeling voor 1 januari met het wijzigingsformulier op. U kunt namelijk niet deelnemen aan beide regelingen in hetzelfde kalenderjaar. De formulieren kunt u vinden in de foldermolen van PIP, evenals op intranet via Services.
Vacatures Elke dag staan de nieuwe vacatures op internet en hangt de vacatureladder bij PIP. U kunt onze klantencomputer gebruiken om vacatures te bekijken en desgewenst een uitdraai vragen. : Intranetportaal ➔ organisatie ➔ vacatures
F LE X r o n d f e e s t d a g e n FLEX zal op donderdag 24 december en donderdag 31 december vanaf 14.00 uur gesloten zijn. Normale openingstijden: ma t/m vrij 07.30-17.00 uur T (024) 361 03 03 route 342, gebouw Tandheelkunde.
[email protected] : www.umcn.nl ➔ werken bij het UMC ➔ tijdelijk werk
Passie maakt het verschil Te pas en te onpas kunt u lezen over passie, commitment, bezieling en dedication. Maar wat is passie? En wat is de plaats van passie in het ziekenhuis? Het woord passie wordt vaak gebruikt als we het hebben over geloof, kunstenaars en musici, maar het is ook in grote mate aanwezig in het ziekenhuis. U herkent ze vanzelf, deze passievolle mensen. U voelt het, ziet het en hoort het. Een betoog van reumatoloog Madelon Vonk.
het betoog Passie betekent voor mij: “met grote overgave” en “met hart en ziel”, en misschien zelfs “hartstochtelijk”. Er is een verschil tussen passie en bezieling. Een solistisch werkend arts kan bezield zijn van zijn werk en tot grote prestaties komen. Maar passie is voelbaar voor derden. Bij passie gaat het erom dat het zichtbaar is voor anderen. Passie slaat over op deze mensen en inspireert hen. Een passievolle dokter of hulpverlener kan mensen motiveren om samen te werken in een team om een gezamenlijk doel te
‘Passie kan iemand heel kwetsbaar maken’
Vrijwilligers Wilt u 1 dagdeel per week gastvrouw of gastheer zijn, eens per maand op zondag bij de kerkdienst actief zijn of iets anders doen? Voor meer informatie: Coördinator vrijwilligerswerk, Joke Hoop. T (024) 361 53 28,
[email protected]. : www.umcn.nl ➔ werken bij het UMC ➔ vrijwilligerswerk
Cursussen en trainingen Voor het actuele aanbod van de vernieuwde opleidingen van de Productgroep HRM, kijk op het Intranetportaal bij Organisatie, Opleidingen. Ook aanmelden kan via de site.
PIPnieuws is van Servicebedrijf, productgroep HRM
Foto: Flip Franssen
bereiken. Een passievol mens heeft meer dan alleen uitstraling, het is iemand die gelijkgestemden aan zich bindt, open communiceert en anderen net dat stapje extra weet te laten doen. Ook hierdoor kunnen de resultaten beter zijn dan zonder passie. Passie moet gevoed worden, dit gebeurt door behaalde resultaten en successen, groot en klein. Maar passie kan ook verdwijnen als er geen inspiratie is en mensen niet geraakt worden. Passie is begrijpelijk, maar moeilijk uit te leggen in woorden. De woorden passie en drijfveren horen bij elkaar. Wat beweegt een passievol mens om te doen wat hij doet? Er zit veel altruïsme, maar ook wat egoïsme in. Het altruïstische aspect zorgt dat patiënten en teamleden er wel bij varen, zij worden door liefde omringd, er staat iemand
15
voor hen op de barricade, er wordt niet opgegeven tot het echt moet, en ook dan kan men zich koesteren als in een warm bad vol aandacht en genegenheid. Het egoïstische duidt op het zorgen voor het eigen welzijn: om succesvol te zijn en om de passie te voeden moet een passievol mens nou eenmaal ook voor zichzelf zorgen. Deze combinatie kan soms wantrouwen opwekken. Je kunt passie niet aanleren, het overkomt je, kan je wereld onderste boven zetten. Een passievol mens wil zo graag een bepaald doel bereiken en het verschil maken, dat kan leiden tot groot geluk maar ook tot teleurstelling. De wens is zo sterk, het doel staat zo helder voor ogen, is doordrenkt met gevoel, zeg maar met hart en ziel, dat het je heel kwetsbaar kan maken. Passie doet soms pijn. Het kan aanleiding zijn voor wantrouwen en afgunst. Onbedoeld kan het tegenstand en tegenwerking opwekken. Passie wordt beleefd, maar niet altijd gewaardeerd. De magie van passie is voor iedereen duidelijk. Het trekt aan en stoot af. Niet met iedere medewerker en patiënt is er dezelfde klik. De calvinistische aard van een deel van hen raakt geïrriteerd door het openlijk uiten van wensen en verlangens, ook als dat wellicht in hun eigen belang is. Bij anderen wekt het juist vertrouwen op. Passie leidt tot verandering. Het nastreven van een doel, het motiveren van een team medestanders die dit doel ook wil bereiken, zorgt dat er beweging komt. De gebaande paden zijn niet toereikend om de passie voluit te beleven. Er wordt “out-of-the-box” gedacht en nieuwe wegen worden bewandeld. Maar alleen passie is niet genoeg. Een passievol mens heeft goede kennis op zijn vakgebied nodig. Deze combinatie vergroot de kans op succes, waar anderen van profiteren. Dan nog kan passie leiden tot veranderingen die niet per definitie verbeteringen zijn, maar bewegen zal het zeker. En passie in het Radboud? Kijkt u maar om u heen. Passie is aanwezig bij een deel van de medewerkers in de patiëntenzorg, het onderwijs en het onderzoek. Deze mensen geven kleur aan het Radboud, zij zorgen voor de beweging naar beter en natuurlijk stoten ze daarmee ook wel eens mensen tegen de borst. Zij voelen zich verantwoordelijk voor “het beste” in de zorg, het onderzoek en het onderwijs. Passie is broodnodig. Passie maakt het verschil! Dr. Madelon Vonk, reumatoloog Zij ontving 13 november de Passion Award. Deze prijs is ingesteld door Actelion Nederland en een erkenning voor het betonen van bijzondere en aanhoudende passie voor de zorg voor mensen met pulmonale hypertensie.
radb ac tueel ode 21 - 2009
Pleidooi voor meer openheid over doodswens patiënten Uiteindelijk roept het debat over een website met tips voor zelfdoding de aloude vragen rond euthanasie op. Hoeveel zelfbeschikking mogen mensen met een doodswens over hun levenseinde hebben? En wat is de rol van artsen? Petra de Jong (NVVE): ‘Artsen laten een behoorlijk aantal mensen met een doodswens in de kou staan.’
de NVVE. Bovendien vergt het een langdurige voorbereiding. Mensen die in een impuls uit het leven willen stappen, hebben aan onze informatie niet veel.’ Dat iedereen vanaf zestien jaar al voor zeventien euro vijftig lid van de NVVE kan worden, nam het bezwaar van drempelverlaging in de zaal niet weg.
%F6.$4U3BECPVEEFCBUUFO
K o e n D o r t ma n s
Een second best oplossing. Zo typeert Petra de Jong, directeur van de Nederlandse Vereniging voor een Vrijwillig Levenseinde (NVVE) de website met informatie over hoe iemand met een doodswens zelf een humaan einde aan zijn leven kan maken. Tijdens het UMC St Radbouddebat op 14 december in LUX lichtte de directeur de reden toe van de lancering van de site die landelijk nieuws was. Liever zou de NVVE de ‘koninklijke weg’ bewandelen en mensen meer autonomie over hun levenseinde geven. Ze noemt de uitbehandelde, chronisch zieke psychiatrische patiënten. Of mensen bij wie een ernstige ziekte is gediagnosticeerd en die lichamelijk en geestelijk lijden, zoals dementie, vóór willen zijn. Maar ook bij mensen die, in De Jongs woorden, ‘onthecht zijn geraakt’, of ‘klaar met het leven’ zou De Jong graag zien dat hun doodswens ingewilligd wordt. Voor de laatste groep is euthanasie nu wettelijk niet mogelijk omdat er geen sprake is van ‘ondraaglijk lijden’. Voor de andere groepen geldt volgens De Jong de euthanasiewetgeving wel, maar blijkt die in praktijk zelden of nooit te worden toegepast. ‘Vandaar dat de NVVE voorziet in informatie om met medicijnen een einde aan het leven te maken zodat mensen niet voor gruwelijke methoden kiezen.’ Natuurlijk riep de website zelf tijdens het debat twijfels op. Anne Speckens, hoogleraar psychiatrie aan het UMC St Radboud vreest, met andere bezoekers, een drempelverlagende werking: ‘Als de middelen voor handen zijn, zullen mensen sneller geneigd zijn de stap te zetten.’ De Jong verweerde zich: ‘Je moet lid zijn van
ethiek Woede Woede is een emotie die not done is in een hedendaagse arbeidsorganisatie. Hoe lang is het geleden dat u iemand echt kwaad heeft zien worden op het werk? De ander kan er niets mee, je krijgt er geen poot mee aan de grond en als je niet uitkijkt, ondergraaf je je eigen positie met je woede. Eerlijk gezegd is het ook bijzonder onprettig om woede naar je toe te krijgen. Al bevat de woede van de ander vaak wel iets begrijpelijks, als echt terecht ervaren we zo’n uitbarsting niet zomaar. Wat gebeurt er met die woede die we niet laten merken? Die sparen we op, daar maken we een project van, zegt Peter Sloterdijk, in zijn boek Woede en Tijd Een politiek-psychologisch essay (SUN 2007), die bewaren we tot een goed moment en een goede gelegenheid om degene die onze woede heeft
Evert van Leeuwen, hoogleraar medische ethiek van het UMC St Radboud, ziet het gevaar voor een mislukte uitvoering. ‘De informatie klopt geheid, maar in de uitvoering kan nog altijd veel misgaan. In de VS zijn gevallen bekend waarin het vreselijk mis ging.’ Voor De Jong is dat echter geen reden de informatie niet te verstrekken. Fundamenteler werd het debat over de chronische psychiatrische patiënten voor wie geen behandeling blijkt te werken. Speckens vindt dat haar beroepsgroep de doodswens van patiënten opener zou moeten bespreken. Zelf kreeg ze nooit een euthanasieverzoek van een van haar patiënten, maar ze geeft toe dat ze erg zou twijfelen. ‘Suïcidaliteit fluctueert. Bij borderline en schizofrenie zie je dat die op latere leeftijd afneemt. Bovendien hoort de doodswens bij de ziekte. Patiënten geven aan dat ze blij zijn dat hun pogingen tot zelfdoding niet gelukt zijn.’ De Jong stelde echter dat psychiaters te lang doorbehandelen. ‘Zelf ben ik longarts. Bij ernstige vormen van kanker met een geneeskans van tien procent of minder besluiten wij patiënten niet langer te behandelen. Psychiaters lijken zelfs bij een kans van één procent nog een behandeling aan te bieden.’ Speckens waarschuwde voor de analogie met lichamelijke ziekten. Het is immers moeilijk objectief vast te stellen of iemand met een psychiatrische aandoening uitbehandeld is. ‘De marges van onzekerheid zijn in de psychiatrie veel groter.’ Voor sommige mensen in de zaal des te meer reden niet afhankelijk te zijn van een arts. Ze vinden dat mensen zelf meer moeten kunnen beschikken over hun levenseinde. Niet alleen mensen met een
8FCTJUFWPPS[FMGEPEJOH ESFNQFMWFSMBHFOEPG XBBSEJHFIVMQ &FOTJUFWPPSUJQTCJK[FMGEPEJOH;FMGTJO/FEFSMBOE XFSFMEXJKECFSPFNEPN[JKOFVUIBOBTJF XFUHFWJOH SPFQUEBUEJTDVTTJFPQ%FTJUF[PVNFOTFOBBO[FUUFOUPUTVuDJEF [FHHFODSJUJDJ )FUCJFEUKVJTUXFHFOPNXBBSEJHUFTUFSWFOFOOJFUWPPSEFUSFJOUFTQSJOHFO [PSFEFOFFSU EFPQSJDIUFSWBOEFTJUF EF7FSFOJHJOHWPPSFFO7SJKXJMMJH-FWFOTFJOEF /77& %FJOGPSNBUJFJT WPPSBMCFEPFMEWPPSNFOTFOEJFLBNQFONFUFFODISPOJTDIFQTZDIJBUSJTDIF[JFLUFFOWSPFHF EFNFOUJF .BBS PPL WPPS PVEF NFOTFO EJF [FMG WJOEFO LMBBS UF [JKO NFU MFWFO 1SFDJFT EF HSPFQXBBSIFUDSJUFSJVNPOESBBHMJKLMJKEFOPGGJDJFFMOJFUWPPSHFMEU;FUEFTJUFJOEFSEBBE BBOUPU[FMGEPEJOHPGJTIFUFFOWPPS[JFOJOHJOFFOCFTDIBBGEFTBNFOMFWJOH &FOEFCBUNFU1FUSBEF+POH EJSFDUFVS/77& "OOF4QFDLFOT IPPHMFSBBS1TZDIJBUSJF6.$ 4U3BECPVE FO&WFSUWBO-FFVXFO IPPHMFSBBS.FEJTDIF&UIJFL6.$4U3BECPVE 0PLWPPSIFUQVCMJFLJTFSHFMFHFOIFJENFFUFEJTDVTTJqSFO .BBOEBHEFDFNCFS "BOWBOHVVS HSBUJTUPFHBOHTLBBSUFO[JKO WFSLSJKHCBBSBBOEFLBTTBWBO-69 SFTFSWFSFOWJB NFFSJOGPXXXMVYOJKNFHFOOMEFCBU
ernstige lichamelijke of psychiatrische ziekte, ook mensen die ‘gewoon klaar’ zijn. Artsen horen die wens te eerbiedigen. De Jong valt hen bij: ‘Dokters laten mensen die voor hun levenseinde willen kiezen, in de kou staan.’ Evert van Leeuwen is het fundamenteel oneens met haar. Hij trekt een scherpe grens, die van de huidige wetgeving. Speckens beaamde dat. We hebben als maatschappij afgesproken dat een arts bekijkt of er sprake is van ondraaglijk
opgewekt, dat betaald te zetten, met gelijke munt te betalen. Wraak is een aloud en gewild motief in de literatuur. Wraak kan de zin van iemands leven zijn. We kunnen onze woede ook met zijn allen verzamelen en “naar de bank brengen”. Christenen doen dat door erop te vertrouwen dat er gerechtigheid zal zijn in het hiernamaals, bij en na het laatste oordeel. Communis-
ten maakten zich op voor de revolutie hier op aarde, die alle verhoudingen op hun kop zou zetten en de heilstaat zou brengen. Woede heeft iets heel waardevols, zegt Sloterdijk. Woede is uitdrukking van het “thymotische”. Het thy-
16
lijden, zo redeneerde Van Leeuwen. Als dat het geval is, is euthanasie mogelijk, uitgevoerd door een medicus. Bovendien hebben artsen een rol om het gesprek aan te gaan met andere mensen die een doodswens hebben, vindt Van Leeuwen. Maar dokters zijn er niet voor om hen de laatste stap te laten nemen. ‘Anders wordt het oncontroleerbaar.’ Die mensen moeten het voorlopig nog doen met de informatie op de NVVEsite. n
motische is het middelste deel van het menselijk innerlijk volgens Plato, tussen het hoofd en de onderbuik in. Het thymotische is de plaats van het hart, waar vuur, bezieling, zelfrespect en moed smeulen. Wij consumenten van de eenentwintigste eeuw leven vanuit het “erotische”, het willen hebben. Voor het erotische zijn we afhankelijk, zoeken we de ander. Het thymotische drukt het onafhankelijke zelf uit, de waardigheid, de trots, de geldingsdrang, het verlangen naar gerechtigheid. Aldus Sloterdijk. Als je in een bedrijfscultuur geen wraakprojecten wil, en al helemaal geen woedebanken, moet je dus toch enige ruimte maken voor woedeuitbarstingen van mensen die zich gekwetst en vernederd voelen. Misschien zit er wel een goede reden achter. Voor het boze subject is de uitdaging dan, woede een vorm te geven waarmee je je positie duidelijk maakt in plaats van ondermijnt. Sloterdijks zegen heb je. De mijne ook, al moet je nog steeds niet denken dat ik je zomaar gelijk zal geven. Carla Bal