Juryrapport Krekeljury 2015 De bijvangst van proberen. Namens de VSCD-Krekel-jury, de namen zijn al genoemd, spreek ik nu het juryrapport uit. Daarbij ga ik iets doen wat eigenlijk niet mag, ik citeer uit het kinderboekenweekgeschenk van Simon van der Geest dat nog moet verschijnen, begin oktober. Maar dat ik stiekem heb kunnen lenen van mijn collega Joukje Akveld van Het Parool. Zij bestudeert de komende maanden in Afrika de opvang van gehavende dieren en had het vanwege een interview met de schrijver al in haar bezit. De achterflaptekst van Per Ongelukt! sluit af met de zin: “Want soms moet je iets doen, wat niemand ooit gedurfd heeft, hoe gevaarlijk en onmogelijk het ook is…”. Een oproep tot moed waarin het avontuur maar ook de zenuwen nog doorklinken, zoals we dat ook lazen en zagen in Dissus, Verdwaal mee in de Odyssee van Theatrgroep Kwatta en het Gelders Orkest, naar Simons boek Dissus. Je knikkende knieën aanspannen en op pad gaan, weglopen, pionieren, verdwalen, dat zagen we gelukkig vaak afgelopen jaar in het theater. Bij Dissus bijvoorbeeld, ook bij Leo & Lena van NTJong, bij Voorjaarsoffer van MAAS Theater en Dans en bij meer voorstellingen. Het citeren van die achterflap is natuurlijk niet illegaal, die staat al overal op sites rond de kinderboekenweek. Maar ik wil ook een fluisterfragment laten horen uit het slot: Archie legt een hand op mijn schouder. Zijn ogen glunderen als koplampen. “Onze uitvinding in een het museum…’, fluistert hij, “dat heb ik alleen durven dromen. En nu is het gelukt… Het is… per ongelukt.” Om dan een pagina verder af te sluiten met: “Ik hou van mislukken. Zonder mislukken is er niks aan.”…. “Kijk, dingen kunnen lukken. En dingen kunnen mislukken. En soms, als je geluk hebt, kan ook iets per ongelukken. Dat weet je niet van te voren. Je probeert gewoon maar iets.” Een pleidooi voor proberen en de bijvangst daarvan. De jury ziet dat graag in het theater. Per Ongelukken.
Het verhaal van Per Ongelukt! nodigt overigens nu al uit voor een theaterbewerking, of een jeugdfilm. U bent getipt. Simon van der Geest en theater gaan goed samen, dat weten we (zie Dissus, Spinder, De Zap-Mattheus en binnenkort Pudding Tarzan bij Max Tak) Ik ga nog iets doen wat niet mag. Ik ga uit de school klappen uit een geheime vergadering van de Zapp Theaterjury. Zo juist zagen jullie hoe gisterochtend op ZAPP Live bekend is gemaakt dat de zes leden van de Zapp Theaterjury – allemaal meiden – De Tantes van De Toneelmakerij verkozen als beste voorstelling van het seizoen. Ik mocht bij hun vergadering zijn. De discussies gingen er pittig aan toe. Verdriet bij de jongste omdat Ali Baba en de 40 rovers van Theater Terra niet de prijs wegkaapte. Eén iemand had De Grote Illusionist graag zien winnen, maar wist dat niet voor elkaar te goochelen. Zij was helemaal in de ban van het magische verhaal, terwijl de rest het niet sluitend kreeg. Zij merkte overigens ook over De Tantes op dat er zo veel scheldwoorden inzaten en dat dit gevaarlijk was voor jonge kinderen – die konden dat wel eens na gaan doen, daarbij negeerde ze de leeftijdsgrens even volledig. Een moralist in de dop. Of een juf. Theater als burgerlijke ongehoorzaamheid - ze vond het maar ingewikkeld. Het grappige was dat de vergadering op dat moment bijna in De Tantes zelf overging, want een paar meiden begonnen de beginscène bijna woordelijk na te spelen. Zo veel hadden ze ervan onthouden. Ze komen er nog wel achter dat jeugd- en jongerentheater geen verlengstuk is van de opvoeding, laat staan een gatendichter. Zoals de Sinterklaas van Bram van der Vlugt ook 25 jaar lang weigerde de steken op te halen die ouders in hun pedagogische broddelbreiwerk laten vallen. Als een ouder vroeg of hij hun zoon wilde aanspreken op slecht eetgedrag, zei hij doodleuk: “Oh eet jij je bordje niet leeg? Dan kan je moeder vast niet goed koken.” Maar dan met de stem van Van der Vlugt. Het is die ondermijnende tegendraadsheid, dat lef en die brutaliteit, die de jury gelukkig ook afgelopen jaar bij een groot aantal voorstellingen tegenkwam. Het leek daarbij het jaar van de puber met opvallende coming-of-age-thema’s, op die fascinerende grens tussen servet en tafellaken, met verliefdheid, seksualiteit, erotiek, kalverliefde en lichamelijkheid.
We roken hormonen en zagen een bijna liederlijke verbeelding in die tegendraadse Leo & Lena van NT Jong. Ongrijpbaar maar ook gewaagd en fascinerend was Voorjaarsoffer van MAAS Theater en Dans, een viering van ontluikende vrouwelijkheid op een Sacriaanse sound van Joop van Brakel. We willen graag Liefdesverklaring noemen van Nicole Beutler en fABULEUS, met een knappe, ontregelende tekst van Magne van den Berg en nog knapper spel van een aantal Vlaamse jongeren. Net als bij Leo & Lena en Voorjaarsoffer trillen hier iconen uit de traditie van de podiumkunsten mee, in nieuwe, jonge, pakkende bewerkingen voor tieners. Spannende voorstellingen en voer voor gesprek, ook bij de jury maar zeker ook bij de jongeren in het publiek. En veel bijvangst, dat staat vast. Het leek ook het jaar van de slapstick, de overdrijving en het vette spel, met opvallend veel mannen in hilarische vrouwenrollen. Slaande deuren, grimmige nepgevechten en een uitzonderlijk goede timing in De Tantes van De Toneelmakerij, Aaipet van BonteHond en De Zere Neus van Bergerac van het Ro Theater. Wij zullen u eerlijk verklappen dat twee juryleden het totaal was ontgaan dat Wart Kamps een stand-in had voor de stunts. De Bèta-voorstellingen van bijvoorbeeld MAAS en Slagwerk Den Haag bleken een schot in de roos, daar bleek grote behoefte aan. Zie het succes van zowel Het verhaal van de getallen van MAAS als De geniaal mislukte oerknalvoorstelling van Slagwerk Den Haag. Pogingen om als lastig en abstract bekend staande wetenschap, grappig en voorstelbaar te maken. De jury heeft verder lang gediscussieerd over de gewaagde voorstelling van Jetse Batelaan rond kinderlijk en volwassen consumentisme, Ja Ja jullie hebben mooie spulletjes…. Je kunt er van alles van vinden. Maar gek en brutaal is die zeker. Ook viel weer een trailervoorstelling op, GTA5 van Theater Sonnevanck en Toneelgroep Oostpool: een keihard en goed gemonteerde productie, met een scherpe tekst van Joachim Robrecht over gamen, fantasie en werkelijkheid en de invloed van gewelddadige games op onze geest. Denken over doodslaan is nog geen moord. Maar denken over het plegen van aanslagen wordt tegenwoordig een stuk gevaarlijker geacht, ook juridisch. Een voorstelling die tot nadenken en filosoferen stemt.
Gelukkig konden we dit jaar weer fijne jeugdtheatervoorstellingen zien in de grote zaal, voor een groot publiek. Vaak dankzij slimme samenwerking. Polleke van NTJong is een schoolvoorbeeld van het voordeel wanneer jeugd- en volwassentheater de handen in een slaan. Dissus bewijst dat je ver kunt komen als je onvoldoende geld hebt voor een compleet professioneel ensemble op toneel. En dat musici, zoals gelieerd aan het Gelders Orkest, niet alleen opzwepende composities kunnen vertolken maar zich ook goed kunnen inleven in podiumvullende rollen, tot in tropische zomerbroek aan toe. Ja, en die bijna blote kont, in dat rondzwervend stuk plastic, die bijna blote kont, kwetsbaar in een supermarkt-tas, dat die twee keer voorkwam, zowel in Leo & Lena als in Dissus, was natuurlijk ‘per ongelukt’ toevallig, maar wel een mooi symbool voor de tweestrijd tussen lef en onzekerheid op die typische tienerleeftijd. Herman van Baar van de Tafel van Vijf heeft met De Witt of Oranje ook een in het oog springende samenwerking weten te realiseren, met studenten, muzikanten en musea en dat ook nog in het kader van het levend maken van de Nederlandse historie. Petje af. De jury feliciteert Holland Opera met de uitslag van de rechtszaak tegen het Fonds Podiumkunsten en Theatergroep KWATTA met haar terugkeer in de BIS: het loont om je recht te halen, ook in de jeugdpodiumkunsten. Al is het, op zijn zachtst gezegd, teleurstellend dat Minister Bussemaker haar fout corrigeert en financiert met budget dat juist als extra impuls voor het jeugdtheater was bedoeld. Het is alsof ze voor Sinterklaas speelt maar de kinderen van hun zakgeld zelf de cadeaus laat kopen. Niet alleen de aanspraak van KWATTA op een plek in de BIS maar ook de wisseling van de wacht bij BIS-gezelschappen heeft goed uitgepakt: Jetse Batelaan bij Theater Artemis in Den Bosch, Renée Geerlings bij BonteHond in Almere en Noël Fischers verhuizing naar NTJong in Den Haag; de transfers leveren vruchtbaar resultaat op, en zijn hopelijk blijvertjes. Paul Knieriem komt daar in 2019 nog bij als opvolger van Liesbeth Coltof. De nabije toekomst van het jeugdtheater lijkt daarmee in ieder geval verzekerd van leiders en regietalent.
Ook is de jury blij verrast dat Guy Corneille zo enthousiast en verrassend goed de fakkel overneemt bij De Dansers, het gezelschap van zijn ouders, Wies Merkx en Charles Corneille. De jury heeft verder een constructief gesprek gehad met Petra Blok en Pieta Koopman van Festival TWEETAKT, om te kijken of we samen op kunnen trekken om in ieder geval meer aandacht te generen voor de jeugdpodiumkunsten. Er wordt nog nagedacht in welke vorm de samenwerking gestalte kan krijgen, van bijvoorbeeld een extra nominatieronde tot een debat over een heikel thema. U hoort nog van ons. En dan tot slot, we moeten er liever geen traditie van maken - vorig jaar sloten we af met een dode: Sieb Posthuma. En nu eindig ik helaas weer met het in herinnering roepen van een overledene, die bij leven veel heeft betekend voor het jeugdtheater. Moniek opende de middag er al mee: Matthijs Rümke is gisteren op 60-jarige leeftijd overleden aan de gevolgen van kanker. Van 19962002 was hij artistiek leider van Theater Artemis, voordat hij werd op gevolgd door Floor Huygen. Ook haar naam wil ik blijven noemen. Toen Rümke eind jaren negentig artistiek leider was van Theater Artemis wist hij niet alleen schrijvers als Gerardjan Rijnders, Koos Terpstra en Bouke Oldenhof te verleiden teksten voor jeugdtheater te schrijven, als verhalenverteller bespeelde Rümke ook gretig grote industriële locaties. Ik hoef maar Katharina Katharina en het Ganzebord in herinnering te roepen, op een tekst van Heleen Verburg, en we zijn weer terug op die grote diepe speelvloer, vol professionals en figuranten. Rümke hield van de tripple A: de verbinding van adrenaline, anarchie en amusement. Niet zelden waren die speelvloeren bij hem maagdelijk wit, de kleur van onschuld, maar ook van ongeduld, smachtend naar invulling door dat wat er nog niet is. Maagdelijk wit, zoals ook nu weer een nieuw seizoen zich vers voor ons uitstrekt. Wij, de leden van de Krekeljury, met een fijne, betrokken voorzitter, zijn bloednieuwsgierig. Mislukken mag, per ongelukken ook. Doe af en toe iets wat niet mag. Blijf proberen, de bijvangst kan zo mooi zijn. Durf, want angst is er al genoeg. Was getekend, de Krekeljury.