NAUTILUS INFO JAARGANG 22 - NUMMER 2 MAANDBLAD UITGEGEVEN DOOR "NAUTILUS GENT vzw" ISSN 0773-0829 Wettelijk Depot B.D. 37.980
OKTOBER 1997 VERZENDINGSKANTOOR GENT X
NAUTILUS GENT VZW vereniging voor mineralogie en paleontologie Bestuur: Voorzitter: Frank Gelaude Nieuwpoort 6 9000 Gent Tel: 09/225.91.10
Penningmeester: Etienne Martens + shop Tybaartstraat 52 9800 Deinze Tel: 09/386.44.46
Secretaris: Gino De Neve Herdenkingswijk 19 9820 Merelbeke Tel: 09/230.51.95
Practicum: Robert Plees Boudewijnstraat 67 9000 Gent Tel: 09/220.15.66
Adres: Peter Leroy wijzigingen Popperodedries 81 9300 Aalst Tel: 053/78.15.47
Bar beurs: Roger Ebo Baarleboslaan 54 9031 Drongen Tel: 09/282.87.74
Redactie: Wouter Schiettecatte Merelstraat 31 9840 De Pinte Tel: 09/282.68.67 Wouter.Schiettecatte@rug.ac.be
Verzending: Annie Desmet Sint Margrietstraat 22 9000 Gent Tel: 09/223.72.02 Beurs: Jörgen Gryson Sint Lucaslaan 16 8310 Brugge Tel: 050/35.69.85
Activiteiten: Arnold Van Herreweghe Hugo Verriestlaan 3 9940 Evergem-Ertvelde Tel: 09/344.00.25 arnold.van.herreweghe@dowjones.interpac.be
Bibliotheek: Eddy Van Der Meersche Frank Baurstraat 11 9000 Gent Tel: 09/221.31.95 Lidgelden: Jeugdlid Gewoon lid Gezinslid Steunend lid
500 Fr. 700 Fr. 800 Fr. 1000 Fr.
Vergadering: in principe elke tweede donderdag van de maand om 20.00 uur in de Rijksnormaalschool, Ledeganckstraat 8 te Gent. Practicum: in principe elke zaterdag van 14.00 tot 15.00 uur. in de Corbiestraat 5 te Gent (bibliotheek + uitlening van toestellen) BTW nummer: 416.511.070 Rekeningnummer: 068-0632010-82 Verantwoordelijke uitgever: Wouter Schiettecatte, Merelstraat 31, 9840 De Pinte Alle rechten voorbehouden. Elke auteur is verantwoordelijk voor de inhoud van zijn artikels
NAUTILUS INFO Jaargang 22 nummer 2
OKTOBER 1997
MAANDVERGADERING Op donderdag 9 oktober spreekt Prof. Dr. J.P. Henriet over revolutionaire ontdekkingen van
“Methaan en de diepzee” Prof. Dr. Henriet is hoofddocent Mariene Geologie en Geofysica aan de RUG. Sinds verschillende jaren houden hij en zijn team zich intensief bezig met zeebodemonderzoek, waarbij vooral de diepzeebodem de laatste jaren zijn interesse wegdraagt. In dit onderzoek werden de laatste jaren spectaculaire vondsten van methaan gedaan met reserves die vele malen die van de gekende aardoliereserves overtreffen. Deze ontdekkingen brengen in wetenschappelijke kringen een revolutie teweeg in denkpatronen en modellen. Een nieuwe kijk op energiereserves, klimaatsevolutie, rol van de oceanen... Afspraak in de Normaalschool, K.Ledeganckstraat 8 te Gent. De deuren gaan open op 19.30 uur, de voordracht begint om 20.30 uur.
OPROEP De maandvergadering is sinds ongeveer 25 jaar dé activiteit bij Nautilus. Naast het klassieke “onderonsje”, de afspraken voor excursies, de bloeiende shop met interessante aankoopmogelijkheden voor materiaal, de bibliotheek met de nieuwste aanwinsten, de clubmededelingen, de verzorgde bar met democratische prijzen... is en blijft het hoofdgebeuren de voordracht. Het bestuur heeft steeds getracht een zo interessant mogelijk en gevarieerd programma te voorzien, tegemoetkomend aan de smaken van de verschillende interessegebieden binnen onze vereniging. Als nieuwe verantwoordelijke voor deze activiteit wensen we niet alleen of “en petit comité” te beslissen over een jaarprogramma. We doen dan ook een oproep aan al onze leden, die naar onze clubavonden komen of zouden komen, voorstellen in te dienen omtrent * onderwerpen die aan bod zouden kunnen (moeten?) komen * voordrachten die ze zelf kunnen verzorgen (liefst bondig omschreven) * boeiende sprekers die ze elders hoorden en best eens bij Nautilus mogen langs komen We verwachten wel dat de voorstellen van activiteiten of de onderwerpen van de OKT '97 / 25
voordrachten een verband zouden hebben met ons geo-interessegebied, met als zwaartepunten: geologie, mineralogie en paleontologie. We kijken benieuwd uit naar uw reacties. Wees niet verlegen: kontakteer ons: * op een clubavond * via een briefje (Frank Baurstraat 11 te 9000 Gent) of telefoontje (09/221 31 95) Alvast bedankt voor uw medewerking! Eddy Van Der Meersche
EXCURSIES 11 oktober: VIELSALM (min) Deze vindplaats is reeds lang bekend omwille van zijn prachtige micromounts. Daarom willen we er nogmaals ons geluk beproeven. Stevige hamers en beitels kunnen dit geluk wel een handje helpen. Afspraak om 10.00 uur aan de kerk van Vielsalm. Inlichtingen bij Patrick Corthals (052/22 12 14).
18 en 19 oktober: EIFEL Op 18 en 19 oktober 97 organiseren we een tweedaagse excursie naar de streek van Maria Laach, Eifel, dit met eigen vervoer. Deze excursie sluit aan bij de voordracht en het boek van Eddy Van Der Meersche over de Laacher-See vindplaatsen en zijn mineralen. Het wordt een mengeling van geologische wandelingen, mineralen zoeken, tentoonstelling bezoeken en misschien afdalen in de eeuwenoude bazaltmijnen. Om praktische redenen wordt het aantal deelnemers beperkt tot max. 20 personen, waarbij leden voorrang krijgen. Inschrijven is dus noodzakelijk en kan door storting op rekening 442-7625181-41 van Nautilus-Gent vzw, Tybaartstraat 52, 9800 Deinze. De kostprijs per persoon bedraagt 1100,-fr (overnachting, onbijt en avondmaal). Meer inlichtingen zijn te bekomen bij Etienne Martens (09/386 44 46).
1 en 2 november: KENT (geo) Er wordt i.s.m. de GGG (Geologisch Genootschap van Gent) een excursie ingericht naar het Engelse Kent. Op het programma staan: Zaterdag 1 november: bezoek aan de Warren en Cop Point te Folkstone met de beroemde massabewegingen van de Chalk (Boven Krijt), stratigrafie van het Boven en Onder Krijt. Verder naar Mill Point met waarneming van het conglomeraat op de conformiteitsgrens tussen Sandgatte/Hythe formatie. Er zijn ook excursies in voorbereiding naar de Krijtsequentie te Dover, de spectaculaire erosie in de kalkrotsen te Botany Bay, Margate, en waarneming van Tertiair te Herne Bay (Landeniaan) en Withstable (London-Clay). OKT '97 / 26
Zondag 2 november: zicht op de “Seven Sisters” (zeven grote krijtformaties) en geomorfologische verschijnselen te Seaford. Doorreis naar Beachy Head met afdaling van de hoogste krijtrotsen van de South-Downs naar de kust; stratigrafie van het Onder en Boven Krijt; uitgebreide geomorfologische verschijnselen onder de vorm van massabewegingen. Stop nabij Hastings met een uitzicht over de Wealth basin met de North- en South-Downs, met plaatsing in zijn geologische context. Strandwandeling te Cliff End met de stratigrafie (waarneming van de oudste gesteenten van de Wealth) van het Onder Krijt en de structurele geologie waaronder inverse breuken en anticlinalen; waarneming van het verdronken woud bij laag tij. Waarneming van oude zandsteenzeekliffen te Windchelsea. Doorreis naar Dungeness met uitgebreide aandacht voor de geomorfologische verschijnselen: mariene afzettingen van kei-ruggen (uniek in Groot-Brittanië) die een afsluiting vormen voor het achterliggende moerasland. Verder naar Folkestone. De kostprijs wordt geraamd op (overnachting + ontbijt + bus): - hotel: + 4500 Bfr. - jeugdherberg: + 2500 Bfr. Inschrijvingen en nadere inlichtingen bij Frank Gelaude (Nieuwpoort 6, 9000 Gent; tel.:09/225 91 10).
29 november: KALLO (fos) Hou alvast deze datum vrij. Nadere inlichtingen zullen later gegeven worden.
AGENDA Zaterdag 4 oktober: Donderdag 9 oktober: Zaterdag 11 oktober: Zaterdag 11 oktober: Donderdag 16 oktober: Zat. 18 en zon. 19 oktober: Zaterdag 18 oktober: Zaterdag 25 oktober: Zat. 1 en zon 2 november: Zaterdag 1 november: Zaterdag 8 november: Zaterdag 15 november: Donderdag 20 november: Zaterdag 22 november: Zaterdag 29 november: Zaterdag 29 november:
practicum, Jorgen Gryson (050/35 69 85) ledenvergadering excursie Vielsalm practicum, Peter Leroy (053/78 15 47) lessenreeks geologie (deel II) excursie Eifel practicum, Etienne Martens (09/386 44 46) practicum, Roger Moisse (02/672 51 98) excursie Kent practicum gesloten practicum, Pierre Rondelez (059/32 39 95) practicum, Wouter Schiettecatte (09/282 68 67) lessenreeks geologie (deel III) practicum, Kurt Boydens (09/232 06 73) practicum, Carl Van De Mosselaer (09/224 44 82) excursie Kallo OKT '97 / 27
BEURZEN EN TENTOONSTELLINGEN SEPTEMBER 1997 Zaterdag 27 en zondag 28 september: DEN HAAG (Nederland) 40ste internationale mineralen- en fossielenbeurs. Speciale tentoonstelling: “de unieke wereld van versteend hout”. Nederlands Congresgebouw, Den Haag. Open van 10.00 tot 17.00 uur. Toegangsprijs: f 5,00 of f 2,50 (-17 of +65 jaar) Organisatie: Inlichtingen: Nederlandse lapidaristen club. Inlichtingen: Bert Voorwerk (Melis Stokezijde 261, 2543 GR ‘s-Gravenhage, tel.: 0703210668)
OKTOBER 1997 Zondag 5 oktober: DE HAAN 13de MINERAMA. Internationale mineralen- en fossielenbeurs. Atlanata Hotel, Koninklijke Baan 34, De Haan. Open van 10.00 tot 18.00 uur. Organisatie: ACAM. Zondag 5 oktober: ROTTERDAM-IJSSELMONDE (Nederland) Ruildag voor micromineralen. Buurthuis Hordijkerveld, Pietersdijk 25, RotterdamIJsselmonde. Ope van 10.00 tot 16.00 uur. Deelname kost f 5,-. Inlichtingen: C.H. van As (tel.: 010-4821716) Zaterdag 11 en zondag 12 oktober: THIONVILLE (Frankrijk) Mineralen- en fossielenbeurs + expo “Arts et Pierres”. Salle Jean Burger, Thionville. Open van 9.30 tot 18.00 uur. Toegang gratis. Zaterdag 18 en zondag 19 oktober: DORTMUND (Duitsland) 8ste “Westdeutsche Mineralientage”. Westfalenpark, Halle 2, Dortmund. Open van 10.00 tot 17.00 uur. Zaterdag 18 en zondag 19 oktober: FREIBURG (Duitsland) 20ste Freiburger mineralen- en fossielenbeurs. Stadthalle, Messegelände, Freiburg. Zaterdag open van 10.00 tot 18.00 uur, zondag van 10.00 tot 17.00 uur. Zaterdag 25 en zondag 26 oktober: LUIK 28ste internationale mineralen- en fossielenbeurs. Congrespaleis, Luik. Open van 10.00 tot 18.00 uur. Zondag 26 oktober: AMSTERDAM (Nederland) Geologisch evenement Amsterdam met mineralen- en fossielenbeurs. Sportcentrum van de Universiteit Amsterdam, De Boelenlaan 46, Amsterdam-Buitenveldert. Open van 10.00 tot 17.00 uur. OKT '97 / 28
Zondag 26 oktober: WINTERSWIJK (Nederland) MineralenRUILbeurs. Hal Slotboom, Ambachtstraat 61, Winterswijk.
NOVEMBER 1997 Zondag 2 november: ZUTPHEN (Nederland) Grote Euregio mineralen- en fossielenbeurs. Konferenscentrum Coehoornsingel 1, Zutphen. Open van 10.00 tot 17.00 uur.
Hanzehof,
Zaterdag 8 en zondag 9 november: MONTIGNY-LE-TILLEUL 13e internationale ruilbeurs voor mineralen en fossielen, met een speciale tentoonstelling omtrent het kalkgesteente en de calcieten van Mont-sur-Marchienne. Foyer Culturel, Montigny-le-Tilleul. Open van 10.00 tot 16.00 uur. Gratis deelname. Inlichtingen en inschrijvingen (voor 1 november !!!): Francis Hubert (Rue de Marbaix 70, 6110 Montigny-le-Tilleul; tel.: 071/51 71 03). Zondag 9 november: ENSCHEDE (Nederland) 23ste GEOLOGICA internationale mneralenbeurs. Hengelosestraat, Enschede. Open van 10.00 tot 17.00 uur.
Universiteit
Twente,
Zaterdag 15 november: ZWIJNDRECHT (Nederland) Mineralen- en fossielenbeurs. Develstein College, Develsingel, Zwijndrecht. Vrijdag 21 november: MÜNCHEN (Duitsland) 34ste GEOFA. Dag voor de vaklui van de mineralen- en fossielenbeurs van München. Messegelände, München. Open van 9.00 tot 18.00 uur. Zaterdag 22 en zondag 23 november: MÜNCHEN (Duitsland) 34ste Münchner Mineralientage. Internationale mineralen- en fossielenbeurs. Messegelände, München. Open van 9.00 tot 18.00 uur. Zondag 23 november: BERCHEM 13de INTERGEM. Edelstenen-, mineralen- en fossielenbeurs. “Alpheusdal”, F. Williotstraat 22, Berchem. Organisatie: ACAM.
DECEMBER 1997 Zondag 7 december: HARELBEKE 10de niet-commerciële beurs voor mineralen en fossielen. “Ontmoetingscentrum”, Gaverstraat 8, 8530 Harelbeke. Open van 10.00 tot 17.00 uur. Gratis deelname en toegang. Organisatie: LITHOS. Inlichtingen en inschrijvingen (voor 1 november !!!): R. Allegaert (René Declercqlaan 10, 8530 Harelbeke; tel: 056/71 95 28)
OKT '97 / 29
TENTOONSTELLINGEN Tot 30 november kan men de tentoonstelling “Splendeurs et utilité des minéraux et gemmes” bezoeken in Musée des Confréries (Château Ferme 13, 5522 Falaen (nabij Maredsous); tel.: 082/69 96 26). Er zijn meer dan 500 mineralen en gesteenten te bezichtigen uit de privécollectie van Dhr. Zélimir Gabelica. Deze tentoonstelling wordt georganiseerd door “Confrérie Li Crochon”. In Parijs loopt er een tentoonstelling over radioactiviteit. Ze is te bezoeken tot in 1998 (behalve op dinsdag) in Musée National d'Histoire Naturelle (Jardin des Plantes, Galérie de la Minéralogie et de la Géologie, 36 Rue Geoffroy St. Hilaire). De systematische mineralencollectie van het museum is eveneens de moeite waard.
VRAAG EN AANBOD Frank Gelaude verkoopt ongeveer 100 handstukken (geen MM) uit een oude mineraalverzameling (jaren ‘70-’80). Inlichtingen: Frank Gelaude (09/225 91 10).
INTERNATIONALE BEURS VOOR MINERALEN en FOSSIELEN Zondag 22 maart 1998 van 09.00 tot 18.00 uur.
Koninklijk Atheneum, Voskenslaan 60 - 9000 GENT http://surf.to/nautilus-gent • e-mail: nautilus-gent@rocketmail.com
OKT '97 / 30
BIBLIOTHEEKNIEUWS Mineralienfreund 97/3 Mineraliensuche im Jura (Baulmes VD) - Strahlerporträt Gaudenz Flury - Ägirin von Zomba (Malawi) - Bernstein, ein fossiles Harz - Von Eis und Gletschern Geology Today 97/3 Kimberley: Dioamond City - Plant macroevolution through the Phanerozoic - Selling palaeontology - Post-Palaeozoic crinoids - Volcanoes and earthquakes - Plagioclase feldspars Gronboor en Hamer 97/3-4 Een kanjer van een kei - Stevins Stofroersel des Eertcloots en de aardwetenschappen Astylospongia gothlandica als vormingsvariant van Caryospongia diadema - Spinachtigen uit het Carboon van Ibbenbüren - Fossielen van Cap Blanc Nez II Lapis 97/7-8 Malachit - Auf den Spuren Alexander von Humboldts im Ural - Der goldene Gigant Russlands: Beresowsk - Tokowaya-Malyshevo: Die Smaragdgruben des Urals - Das geologische Museum von Jekaterinburg im Ural - Puiva: Gwindel und Axinit aus dem Polar-Ural - Pridorozhnoje: Morionfunde im Polar-Ural - Neue Mineralien Mineralogisch Tijdschrift 97/7-8 Devillien (Oberschulenberg, Harz) - Mensen en stenen in de Oudheid Der Aufschluss 97/5 Entstehung und Beschaffenheit der Lausitzer Braunkohlenflöze - Kaolinlagerstätten der Lausitz - Mineralvorkommen in der Nordsächsischen Grauwacke bei Ossling/Lausitz Das germanische Eisenverhüttungszentrum Wolkenberg/Niederlausitz und andere germanische Schmelzplätze - Neufunde von Sekundärmineralien in der Lagerstätte Calamita/Insel Elban - Gletschertöpfe auf den Dreisteinen im Riesengebirge (Schlesien, Polen) - Das seltene Phosphatmineral Koninckit in einer Mineralisation vom Geo-Trail bei Oberbuchach, Karnische Alpen (Kärnten). Mineralogical Record 97/5 Famous mineral localities: Halls Gap, Lincoln Co, Kentucky - Szenicsite, a new copper molybdate from Inca de Oro, Atacama, Chile - Additions and corrections to the Glossary of Mineral Species 1995. Mineralogisch Tijdschrift 97/9 Gips (Quenast) - IJsland
OKT '97 / 31
Lapis 97/9 Sardinien: Chalkomenit aus Bacu Locci bei Cagliari - Die Magnesitlagerstätte Tux_lanersbach im Zillertal - Seltene Phosphate aus der Lausitz - Pyrolusit aus dem Vogtland Fluorit aus dem Gasteiner Tal - Zoisit American Mineralogist 97/7-8 Bocamina 2 La Union Schweizer Strahler 97/2 Senait-Kristalle aus dem Oberaargebiet (BE) - Die Mineralklüfte vom Seewischhorn, hinteres Binntal - Historischer Bergbau in den Vogesen I - Bernissart et ses Iguanodons - Cristal de roche, trésor de nos Alpes - Qu’est-ce qu’un minéral Geolithos 97/5 Bedrog, misleiding en teleurstelling Le bulletin du G.E.S.T. N°85 Science et idéologie - L’affaire Lyssenko, la science au service d’une idéologie - La reconstruction des climats passés AGAB Minibul 97/7 L’anatase - De l’étiquettage des minéraux et de la géopolitique Geonieuws 97/7 Internet-nieuws - Andalusiet, var. chiastoliet - Boekennieuws The Canadian Mineralogist 97/3 Magazine du 4M N°178 Analyse chimique des minéraux - Scories Parc (Trieu Kaisin, Châtelineau) Le Caillouteux N° 111 Les minéraux des terrils du Borinage et du Centre (3e partie) - Clamouse: la grotte. Geode 97/8 De geschiedenis van de ontdekking en toepassing van de elementen en de mineralen (3) L.A.V.E. N° 68 Nouvelles - L’ile de Gaua et le volcan Garet - Pérégrinations volcanologiques dans l’archipel des Açores - Le rôle majeur du Teide dans l’histoire de la volcanologie L’éruption de Montserrat - Nisyros-volcan (Grèce)
OKT '97 / 32
GOUD Gustave Decaluwé
1. INLEIDING Goud is noch het zeldzaamste, noch het waardevolste metaal op aarde. Toch vormt het een van de hoekstenen van het huidig stelsel van geldhuishouding: vroeger als betaalmiddel en later als dekkingsmiddel voor papieren geld. Niettegenstaande de verspreiding van goud in de aardkorst slechts 0,000 001 gewichtsprocent is, wordt het omwille van zijn bijzondere eigenschappen intensief ontgonnen. Sinds het begin van de mensheid is naar schatting 80.000 ton goud gewonnen en hiervan is zeker 95% nog in omloop. De helft van dit goud is in staatseigendom en de andere helft in privé bezit. Goud is een ‘edelmetaal’ en wordt omwille van zijn waarde steeds gerecycleerd. Het is zelfs niet onmogelijk dat uw gouden juwelen vervaardigd werden met goud uit de tijd van de Inka’s. Het gaat zo ver dat bij lijkverbranding in India, de gouden tanden uit de as worden opgevist, hersmolten en het herwonnen goud voor andere doeleinden wordt gebruikt. Goud is een buitengewoon inert metaal, m.a.w. het wordt noch door enkelvoudige zuren, noch door basen aangetast. Het wordt evenmin aangetast door de zuurstof van de lucht. Daarentegen wordt goud wel aangetast door de halogenen broom en chloor, en wordt het opgelost door de volgende vloeistoffen: - seleenzuur H2SeO3 - koningswater = mengsel van salpeterzuur en zoutzuur - verdund kaliumcyanide: een zeer giftig produkt - verdund natriumcyanide: een zeer giftig produkt - kwik: goud opgelost in kwik noemt men goudamalgaam. Wees dus voorzichtig met gouden ringen! Goud is al meer dan 7000 jaar door de mens gekend. Onze voorouders vereerden het zelfs als een ‘heilig’ metaal. Reeds vele eeuwen voor het begin van onze jaartelling symboliseerde goud bezit, welvaart en macht. En het spreekt dus vanzelf, dat geen inspanning te groot en geen middel ontoelaatbaar werd geacht om zich het bezit van zoveel mogelijk goud te verzekeren. Nubië, Ethiopië en Egypte hebben vóór onze tijdsrekening zeker de helft van de wereldproduktie voor hun rekening genomen. De Egyptische farao’s lieten misdadigers en krijgsgevangenen in de goudmijnen van Nubië (ten zuiden van Egypte) werken en vergaarden alzo grote schatten aan goud. Goud diende reeds vroeg als ruilmiddel en kreeg spoedig de vorm van munten, juwelen en andere decoratieve voorwerpen. In de Egyptische graftombes heeft men niet alleen
OKT '97 / 33
fresko’s gevonden die verband hielden met goudwinning, maar ook vele gouden juwelen en zelfs sarcofagen.Zo werd de binnenkist van de sarcofaag van Toet-AnchAmon gesmeed uit zuiver goud. De wanddikte van de kist is 2,5 à 3 mm en het geheel weegt 110 kg.Deze sarcofaag werd in 1922 door Howard Carter ontdekt en is nu te bezichtigen in het antropologisch museum van Kairo in Egypte.
Fig. 1. Egyptische goudsmeden aan het werk. Detail van een reliëf te Sakkara uit de 13de eeuw v.C., waarop de verschillende stadia van produktie en controle te zien zijn
Fig. 2. Egyptische goudsmeden aan het werk: men ziet op dit reliëf (Beni Hassan, begin 2de eeuw v.C.) blaaspijpen en ander gereedschap
OKT '97 / 34
In de Romeinse keizertijd werd Dalmatië (op de Balkan) het voornaamste goudland. Het werd er ontdekt onder de regering van Nero. De Romeinen waren ook de eersten, die in de eerste eeuw van onze jaartelling de goudextractie uit de ertsen door middel van kwik toepasten. In West-Europa bleef goud tot in de 13de eeuw schaars, wat de handel met het Oosten, waar steeds relatief veel goud voorkwam, ten zeerste bemoeilijkte. Het Italiaanse havenverkeer dat een ommekeer bracht in het verloop van de economie, maakte het in de 13de eeuw mogelijk weer goudgeld te slaan (dukaat, florijn) van het uit Soedan afkomstige goud. Het nijpende gebrek aan kostbaar metaal, dat ook de alchemisten tot hun onderzoekingen aanspoorde, bracht Genuezen en Portugezen ertoe het Afrikaanse goud in Guinea te gaan zoeken (15de eeuw); dit leidde later onrechtstreeks tot de ontdekking van Amerika, waar zeer veel goud voorkwam, vooral in Peru. Verreweg de meeste mineralogische, mijnbouwkundige en metallogische ervaring en kennis werden opgedaan bij pogingen om goud en koper te winnen. Goud gaf de stoot tot vrijwel alle belangrijke aardrijkskundige ontdekkingen, maar helaas ook tot veroveringsoorlogen. In het begin van de 16de eeuw roofden Spanjaarden en Portugezen omvangrijke goudschatten in Midden en ZuidAmerika . Zoals reeds gezegd betekent het bezit van goud macht en dit uit zich niet alleen in de welvaart en de rijkdom van een land, maar ook in de godsdienst: - Zo is de buitenkapel van de hindoetempel in Varanasj (India) uit massief goud en binnen handbereik. Maar wee degene die de koepel durft aan te raken. - In boeddhistische landen als Thailand en Birma wordt bladgoud als offergift op boeddha’s gekleefd. - Het is onvoorstelbaar hoeveel bladgoud gebruikt werd om de houten plafonds en wanden van kerken, kathedralen en basilieken te vergulden, bv. 8 ton in de Sint-Paulus basiliek te Rome (Italië) en 4 ton in de Sint-Franciscuskerk te Quito (Ecuador).
Fig. 3. gouden beeldje van de Inka’s
OKT '97 / 35
2. GOUDMINERALEN Goud komt in zeer geringe hoeveelheid in bijna alle gesteenten voor als: 2.1. Gedegen goud We noemen het ook natief goud en volgens de etymologie komt het van het Latijn ‘Aurum’. Vandaar het scheikundig symbool Au. Goud kristalliseert in het kubisch stelsel, maar goed gevormde kristallen zijn eerder zeldzaam. De kristallen die we aantreffen zijn: kubussen, oktaëders, rombendodekaëders. Vaak komt een tweelingsvorm voor volgens een oktaëder. Herhaalde tweelingsvormen kunnen aanleiding geven tot vertakte aggregaten of dendrieten. Meestal komt goud voor als korrels, poeder, schilfertjes, dendrieten, klompjes en zelfs klompen (nuggets of pepieten genoemd). Wat denkt u van volgende pepieten, die meestal ook een naam kregen: - ‘Avois’ - 537 g - gevonden in Gravieres/Ardeche - Frankrijk 1889 - ‘Welcome’ - 62,5 kg - gevonden in Bakery Hill/Ballarat - Australië 1858 - Een pepiet van 64,797 kg werd gevonden in Kalindi - Zaïre 1943 - ‘Welcome stranger’ - 65 kg - gevonden in Black Lead, Moliagul bij Dunolly Australië 1869 - Een pepiet van 128 kg werd gevonden in Mine Morgan, Carson Hill, Calaveras Country - U.S.A. 1850 - ‘Holtermans’ klomp - 283,5 kg - grootte (145cm x 64cm x 5cm) - gevonden in Hill End - goudveld van Bendigo en Ballarat/Victoria - Australië
Fig. 4. Kristalvormen van goud OKT '97 / 36
Fig. 5. Kristallen en kristalgroepen van goud
Goud komt ook voor als insluitsel in andere mineralen, zoals pyriet, arsenopyriet, pyrrhotiet en chalcopyriet. Natuurlijk goud is nooit volkomen zuiver en bevat steeds andere elementen. Hierdoor ontstaan variëteiten. De belangrijkste nevenelementen zijn: - Bismuth (Bi): Goud zal hoogstens enkele procenten bismuth bevatten. Maldoniet, Au2Bi, is metastabiel op kamertemperatuur. In de natuur komt het meestal voor als een fijne myrmekitische vergroeiing (myrmese = mier) van gedegen bismuth en gedegen goud en wordt beschouwd als een goudvariëteit. OKT '97 / 37
- Iridium (Ir): De goudvariëteit iridic (Au, Ir) ook irauriet en iridiumgoud genoemd, kan in vaste oplossing tot 30% iridium bevatten. - Platina (Pt): Platinagoud (Au, Pt) kan tot 10% platina bevatten. - Koper (Cu): Een gehalte tot 20% is vastgesteld. - Kwik (Hg): Kwik vormt met goud goudamalgaam (Au, Ag) Hg - Palladium (Pd): Porpeziet of palladiumgoud (Au, Pd) is een goudvariëteit met 5% tot 10% palladium. - Rhodium (Rh): Rhodiet of rhodiumgoud is een goudvariëteit die tot 40% rhodium kan bevatten. - Zilver (Ag): Goud bevat veelal 5 tot 15% zilver. Electrum (Au, Ag) is een goudvariëteit die meer dan 20% zilver bevat. De hierboven aangeduide procenten zijn gewichtsprocenten. 2.2. Fysische eigenschappen - Kristalstelsel: kubisch met kubische vlakken gecentreerd rooster - splijting: geen - breuk: hoekig - kleur: goudgeel, maar iets geler bij hoger zilvergehalte (electrum) - streep: identiek aan het eigen kleur - dichtheid: 15,5 tot 19,3 g/cm∆ (zuiver goud) - afhankelijk van de hoeveelheid aanwezige elementen - hardheid: 2,5 tot 3 op de schaal van Moh’s, m.a.w. zacht - glans: metaalglans - doorzichtigheid: opaak, behalve in dunne blaadjes, bladgoud laat groen licht door - smeltpunt: 1.062°C - Kookpunt: 2.970°C, waarbij het paarse dampen afgeeft - Pletbaarheid: zeer groot, kan geplet worden tot een dikte van 0,0001 mm (bladgoud) Opmerking: er bestaat ook onecht bladgoud, dat uit een koperlegering bestaat. - Rekbaarheid: zeer groot. Men kan goud tot een draad rekken, waarvan het gewicht nog geen 0,5 g/km bedraagt - Warmtegeleiding: zeer goed - Geleidingsvermogen elektrische stroom: zeer goed, bij 20°C 42,35 micro-ohm/cm - Reflectievermogen: hoog voor opvallende straling (tot 98%) 2.3. Goud van de dwazen Bij het zoeken naar goud werd soms te vroeg ‘eureka’ geroepen. Helaas, het is alles geen goud dat blinkt. Pyriet heeft een grote gelijkenis met goud, is gemakkelijk te vinden en zijn waarde is zeker niet deze van goud. Omdat er toch mensen waren die pyriet als goud aanzagen, noemde men het ‘goud van de dwazen’. Beide mineralen behoren tot het kubisch stelsel, vormen kubussen en oktaëders en hebben een gelijkende kleur en metaalglans. Doch er is een duidelijk verschil.
OKT '97 / 38
Mineraal Goud Pyriet
Formule Dichtheid (g/cm∆) Au FeS2
15,5-19,3 4,9-5,2
Hardheid
Streep
2,5-3 (zacht) 6,0-6,5 (vrij hard)
goudgeel bruinzwart, groenzwart, zwart
2.4. Karaat De zuiverheid van goud wordt uitgedrukt in duizendsten of vroeger in karaat. Karaat komt van het Arabische woord ‘Quirat’ en duidt op de gedroogde zaden van de Johannesbroodbroom, die gebruikt werden in de goudlanden van Afrika voor het wegen van goud, en in India voor het wegen van diamanten. Bij de invoering van het metrisch stelsel in verschillende landen vond het karaat geen erkenning, deels omdat de waarde niet vaststond - zij varieerde van ruim 190 tot bijna 200 mg -, deels omdat de metrische gewichten gram en milligram geacht werden het karaat overbodig te maken. In het begin van deze eeuw werd dit standpunt verlaten en sedertdien hebben de metrische landen op instignatie van het “Bureau International des poids et mesures” het gebruik van de karaat toegestaan en er een waarde van 200 mg aan toegekend, echter uitsluitend voor de handel in parels en edelstenen. In de goudhandel wordt het gewone metrische gewicht gebruikt. Zuiver goud noemt men 24 karaatsgoud. Spreekt men van 18 karaatsgoud, dan bedoelt men hiermede een goudlegering waarbij 18 delen fijn goud zijn in 24 delen legering. Een goudlegering wordt wettelijk ook uitgedrukt in duizendsten, d.w.z. men geeft dus aan hoeveel delen goud er zijn in 1000 delen goudlegering. Goud van 750 (stemt overeen met goud 18 karaat) betekent dat er 750 gewichtsdelen fijn goud aanwezig zijn in 1000 gewichtsdelen goudlegering. De rest, de 250 delen op elke 1000 delen goudlegering, bestaat uit andere metalen. Deze metalen zijn zilver, koper en nikkel. Om te solderen is dit cadmium en zink. Naargelang hun aanwezigheid en hoeveelheid, kan goud van 18 karaat diverse kleuren hebben.
Kleur
Goud
Zilver
Koper
Cadmium
Nikkel
donkerrood lichtrood geel (mixte) geel met groene schijn wit
750 750 750 750 750
105 125 125 -
250 145 125 55
125 -
155
Zink 40
Voor een snelonderzoek van het gehalte van gouden voorwerpen trekt men een streep op een toetssteen (lydiet) en vergelijkt de kleur. Na behandeling met salpeterzuur met strepen, gezet met toetsnaalden van bekend gehalte, bepaalt men het gehalte.
OKT '97 / 39
3. GOUDVERBINDINGEN Goudverbindingen zijn zeldzamer dan gedegen goud en komen in de natuur meestal voor als telluriden in de volgende mineralen: Bilibinskiet: Formule: PbCuAu3Te2 Kristalstelsel: kubisch Kleur: lichtbruin, roze-bruin Calaveriet: Formule: AuTe2 Kristalstelsel: monoklien Kleur: geelmessing tot zilverwit Kostoviet: Formule: CuAuTe4 Kristalstelsel: orthorhombisch Kleur: grijswit Krenneriet: Formule: AuTe2 Kristalstelsel: orthorhombisch Kleur: zilverwit tot lichtgeel-wit Montbrayiet: Formule: (Au, Sb)2Te3 Kristalstelsel: triklien Kleur: tinwit tot bleekgeel Muthmanniet: Formule: (Ag, Au)Te Kristalstelsel: onbekend Kleur: grijswit op verse breuk Petziet: Formule: Ag3AuTe2 Kristalstelsel: kubisch Kleur: grijs tot zwart Sylvaniet: Formule: (Au,Ag)Te4 Kristalstelsel: monoklien Kleur: zilverwit, soms geelachtig Andere goudverbindingen zijn: Anyuiiet AuPb2 Auricupriet Cu3Au Aurostibiet AuSb2 Bezsmertnoviet (Au, Ag)4Cu(Te, Pb) Bogdanoviet Au5(Cu, Fe)3(Te, Pb)2 Criddleiet TiAg2Au3Sb10S10 Fischesseriet Ag3AuSe2 Nagyagiet Pb5Au(Te, Sb)4S5-8 Penzhiniet (Ag, Cu)4Au(S, Se)4 Petrovskaiet AuAg(S, Se) Tetra-auricupriet AuCu Uytenbogaardiet Ag3AuS2
OKT '97 / 40
Weishaniet (Au, Ag)3Hg2 Zuyagintseviet (Pd, Pt, Au)3(Pb, Sn)
4. VOORKOMEN VAN GOUD 4.1. Primaire afzettingen Primair goud komt voor in hydrothermale gangen in gezelschap van zure tot neutrale plutonische gesteenten en eventueel vulkanische gesteenten. Hydrothermale gangen komen voor in oude bergketens. Het ganggesteente is kwarts, lokaal ook calciet, ankeriet, enz. Het adergoud vormt meestal adertjes in kwarts. Pyriet en arsenopyriet komen dikwijls voor als begeleiders van goud. De goudaders bevinden zich meestal in goudlagen, die dikwijls tot meer dan 3500 m diep reiken. Zulke goudlagen komen voor in Zuid-Afrika, India en Brazilië. Goudaders komen ook voor in de bergen en worden dan berggoud genoemd. 4.2. Secundaire afzettingen Bij afbraak van goudhoudend gesteente wordt goud met het verweringspuin met de waterlopen afgevoerd (alluviaal goud) en samen met andere zware mineralen geconcentreerd in secundaire afzettingen, de zogenoemde “placers”. Placer is Spaans en betekent “zandbank”. Deze placers kunnen los en onverhard of vast gesteente zijn geworden, zoals het goudhoudende conglomeraat in Witwatersrand (Zuid-Afrika). Het placergoud ook wasgoud genoemd komt meestal voor in gezelschap van monzaniet, granaat, zirkoon, korund, diamant en magnetiet (zwart zand). 4.3. Zeewater Goud komt voor als chloride in het zeewater. Het gemiddelde goudgehalte in zeewater wordt gesteld op 0,006 mg/m∆ zeewater. Zelfs bij zulk een zeer laag goudgehalte is de totale hoeveelheid goud, in al het zeewater opgelost nog geweldig groot. De totale watermassa van alle zeeën en oceanen samen wordt geraamd op 1370.106 km∆, zodat bij een gemiddelde van 0,006 mg/m∆ we komen aan een indrukwekkende hoeveelheid van 8,22 miljard kilogram goud. Het is alleen maar jammer, dat er geen technisch procédé bestaat om goud op rendabele wijze uit het zeewater te winnen.
5. HET WINNEN VAN GOUD Sedert eeuwen worden de rijke afzettingen door fysische scheidingsmethoden behandeld, die echter slechts de grotere deeltjes opleverden. Daarbij werd voordeel getrokken uit de grotere dichtheid van goud in vergelijking met zijn ganggesteente. Hiervoor werden diverse methoden gebruikt zoals schudden, ziften en wassen.
OKT '97 / 41
5.1. De goudpan Welk een vorm de goudpan ook heeft, zij het met een vlakke of een konische bodem, het gebruik ervan vraagt geduld en een zekere behendigheid. Men leert het vooral met te doen en te zien doen. Het werken met de goudpan gebeurt aan de oevers van de waterloop of liever nog in het water ervan. Men brengt wat slib in de pan, en door draaiende bewegingen te maken in het water, worden lichtere zandkorrels door het water meegesleurd en concentreren de zwaardere korrels zich op de bodem van de pan. Deeltjes tot 50 micrometer zijn gemakkelijk te recupereren met behulp van de goudpan. Er blijft dan nog enkel de goudschilfers er uit te pikken, tenminste als men op de juiste plaats naar goud aan het zoeken is. De goudpan wordt heden ten dage nog enkel gebruikt bij prospectie, maar bij mineralenverzamelaars en vooral bij de goudzoekers is het een geprezen object. 5.2. De schudgoot Later kwam een techniek in zwang waarbij het materiaal werd gespoeld met water in schuin naar beneden lopende goten waarin dwarsschotten werden geplaatst, waarachter het goud kon bezinken. Hierbij is een constante stroom van lopend water noodzakelijk. Teneinde een hogere opbrengst te bekomen, plaatste men schaapshuiden in de bodem van de goot. Het slib vloeit over de huiden en het fijn goud zakt weg tussen de haren en blijft er in hangen. Nadien werden de schaapshuiden verbrand om er het metaal uit te winnen.
Fig. 6. De goudwieg werd heen en weer bewogen, terwijl het zand door een zeef en over een geribbelde lattenbodem werd weggespoeld. De gouddeeltjes bleven in de wieg achter, terwijl het lichtere materiaal werd afgevoerd. De “Long Tom” en de sluis waren veel langer en liepen schuin af, zodat men ze niet meer hoefde te schudden. OKT '97 / 42
De legende van Argonauten en het guldenvlies is in feite een goudzoekerslegende. In die tijd werd in Armenië namelijk goud gevonden, dat uit placers werd gewonnen met behulp van schaapshuiden. In de plaats van schaapshuiden kan men ook kokosmatten of een oud tapijt gebruiken. 5.3. Industriële goudwinning Als goud gewonnen wordt uit zand of rivierslib, wordt het geconcentreerd door zogenaamde slibben. Het fijne goud is zwaarder dan het gesteente en zal dus in stromend water het eerst bezinken. Als men het delft uit kwartsgangen, worden deze lagen met explosieven losgemaakt en de brokken verbrijzeld in brekers. Men rekent op 6 tot 12 gram goud per ton erts. 5.4. Amalgamatie Het fijn gestampte gouderts wordt samen met water over amalgameerde koperen platen gevoerd. Het kwik lost het goud op en dit blijft als een goudamalgaamlaag op het koper achter. Na enige tijd worden deze lagen afgeschrapt en het kwik gedistilleerd, zodat het ruwe goud achterblijft. Dit ruwe goud bevat ongeveer 90% goud. 5.5. Kaliumcyanide-proces Wat door het water meegevoerd is, kan worden behandeld met een kaliumcyanide oplossing (zeer giftig), waarbij men voor ruime luchttoevoer moet zorgen. Het goud lost langzaam (enkele weken) op tot een complex zout K[Au(CN)2] Het kaliumcyanide-proces werd in 1886 gevonden door J.S. Mac Arthur, R.W. Forrest (Mac Arthur Forrestproces). Deze onderzoekers ontdekten, dat met een zeer zwakke kaliumcyanide oplossing een bijzonder groot deel van het in goudertsen aanwezige goud kan worden uitgeloogd, geëxtraheerd, en dat men uit de verkregen goudoplossing het goud gemakkelijk door middel van fijn verdeelde zink kan neerslaan. Op commerciële basis werd deze methode het eerst in Nieuw-Zeeland in 1889 in gebruik genomen en het volgende jaar in Transvaal. Men gebruikt hierbij een zeer zwakke kaliumcyanide oplossing, die niet meer dan 0,1 tot 0,2% kaliumcyanide bevat. De bekomen goudoplossing slaat men vervolgens neer door haar tussen staalanoden en loodkathoden aan electrolyse te onderwerpen. 5.6. Natriumcyanide-proces Dit cyanideproces is gelijkaardig aan het kaliumcyanideproces. We krijgen voor een aantal stappen de volgende nettoreactie: 4Au + 8NaCN + O2 + 2H2O ==> 4NaAu(CN)2 + 4NaOH Het gevormde natriumcyanocurraat wordt door electrolyse in goud omgezet. Het industrieel bereide goud dient nog verder gezuiverd te worden. Dit kan gebeuren door: - raffinage met chloor: Deze methode maakt het mogelijk de onzuiverheden in de vorm van schuim van de chloriden te verwijderen en het goud onaangetast te laten. - electrolyse: Door electrolyse in een zoutzuurbad kan 99,99% zuiver kathodisch goud worden verkregen. OKT '97 / 43
6. WERELDMIJNPRODUCTIE Volgens Gold Fields Mineral Services bedroeg de mijnproductie van gans de wereld in - 1994 2.291 ton - 1995 2.268 ton De reden voor het licht teruglopen van de wereldproduktie is dat Zuid-Afrika, de grootste producent (meer dan de helft van de wereldproduktie) in 1995 10% minder goud voortbracht. Heden ten dage overtreft de vraag naar goud de produktie en dit omdat er een grote vraag naar goud is van de juwelenindustrie in het Midden-Oosten en Indië. Weet u dat in het begin van deze eeuw, de wereldmijnproduktie van goud slechts 485 t was? Goud wordt ook gewonnen bij de verwerking van bepaalde pyrieten en loodglanzen en verder levert de koperelectrolyse anodisch slib op dat een belangrijke goudbron vormt.
7. GOUDZOEKEN Door de eeuwen heen en tot op vandaag wordt nog steeds koortsachtig naar goud gezocht. Bekend zijn de “goldrushes” of goudkoorts in de 19de eeuw. Men spreekt van een goldrush wanneer grote aantallen mensen aangetrokken worden door berichten dat in bepaalde streken goud gevonden kan worden. 1848: Californië 1851: Zuidoost-Australië 1855: Zuid-Afrika 1858: Colorado 1898: Klondikegebied (Canada) Recent is de goldrush in de westelijke Chinese provincie QINGHAI in 1984, ontstaan na het vinden van een goudklomp van 7,74 kg. Sedertdien trekken jaarlijks 30.000 mensen naar dit gebied, dat op 5000 m boven zeeniveau in de buurt van Tibet ligt. Bij een goldrush wordt gezocht naar goud dat in goudaders of in placers kan gevonden worden. Tegenwoordig is de goudwinning sterk geïndustrialiseerd en veelal in handen van staatsmonopolies. Daarentegen wordt in sommige landen van Zuid-Amerika goud nog op zeer ambachtelijke wijze ontgonnen. Het werk gebeurt in zeer gevaarlijke omstandigheden en is niet altijd geweldloos. Colombia Heden ten dage worden in verhard zand putten gegraven tot 20 m diep en van hieruit tunnels gegraven om de goudaders te volgen. Niettegenstaande het reële gevaar voor instortingen, worden kinderen van ongeveer vijf jaar naar beneden gelaten om het goudhoudend zand op te halen. De goudzoekers gebruiken hun jonge kinderen omdat deze veel lichter wegen dan de volwassenen. De opbrengst van hun hard labeur bestaat uit enkele grammen goudkorrels per dag.
OKT '97 / 44
Brazilië Een van de beste vindplaatsen op dit ogenblik is de rivier de Madeira in de deelstaat Rodania, in het zuidwesten van de Amazone en gekend door duizenden “garimpeiros” (goudzoekers). Het rivierslib is er rijk aan goud. Achtduizend vlotten liggen er in het water. Het zijn eigenlijk kleine fabriekjes. Dieselmotoren die de pompen aandrijven om het slib naar boven te pompen, klinken tot ver in het bos. Duikers dalen in het donkere water om de rivierbodem te stofzuigen. Het opgezogen slib en gruis worden vervolgens op ambachtelijke wijze bewerkt om er het goud uit te winnen. Wie een redelijke hoeveelheid goud vindt, wordt onmiddellijk geënterd door andere vlotten. In de strijd om de beste plek proberen de garimpeiros elkaars vlot weg te duwen. Soms worden de ruzies onder water uitgevochten en snijden duikers elkaars zuurstofslangen door. Niet alleen duikers sterven voor het goud, elke dag worden er mensen doodgeschoten, meestal omdat ze zich niet houden aan de ongeschreven gedragscode “Leven en laten leven, werken en laten werken”. Wie de regels niet opvolgt, sterft. Europa In Europa wordt goud op kleine schaal gezocht door de goudzoekers onder de mineralenverzamelaars. En dat er meer zijn dan u denkt, bewijst het jaarlijks inrichten van een wereldkampioenschap goudwassen. 1994 RAURIS (Oostenrijk) met 600 deelnemers uit 17 landen 1995 Meer van PARDOUX (Frankrijk)
8. GOUDZOEKEN IN BELGIË Het voorkomen van goud in België is al van in de oudheid gekend. Getuige zijn de vele afvalheuveltjes langs de oevers van de waterlopen in het massief van Stavelot. Het gevonden goud in de Amblève vallei is afkomstig van geërodeerde kwartsaders in de oostelijke Ardennen. De beddingen van alle beekjes in de bovenloop van de Amblève bevatten in meerdere of mindere mate goud. Bekende vindplaatsen zijn: - LADEBACH: klein waterloopje waarvan het slib goud bevat. - GOLDBACH: goudbeek, het riviergoud wordt gevonden bij FAYMONVILLE. - GOLDGRUBE: goudmijn, gelegen tussen Vielsalm en St. Vith Voorgenoemde vindplaatsen kunnen 0,5 g tot 1,5 g goud/t slib leveren. De schilfertjes hebben een maximale grote van ongeveer 2 mm. Indien u wenst goud te zoeken in voorgenoemde gebieden, vergeet dan niet dat u in principe een vergunning van het mijnwezen nodig hebt. En indien u na hard labeur nog geen goud hebt gevonden, dan kunt u het nog altijd gaan zoeken in spreekwoorden en uitdrukkingen: - Eigen haard is goud waard ! OKT '97 / 45
- Spreken is zilver, zwijgen is goud ! - De morgenstond heeft goud in de mond ! - Het is alles geen goud wat blinkt ! - Iemand met goud beslaan. - Als een pareltje in ‘t goud zitten. - Een hart van goud hebben. - Zijn gewicht in goud waard zijn.
GERAADPLEEGDE LITERATUUR P. Bender, “Mineraal van de maand.” (1994) Tijdschrift Geonieuws, 151-161 A. Bétekhtine, “Manuel de minéralogie descriptive” (1968), 169-172 A.C. Bishop, A.R. Woolley, W.R. Hamilton, “Elseviers stenengids” (1974) J. Bodges, “Spreekwoorden en uitdrukkingen” E. De Bruyne, G.B.J. Hiltermann, H.R. Hoetink, “Winkler Prins Encyclopaedie” (1950) H. Dillen, “Goud” (1982). Tijdschrift Geonieuws 100-105 L. Gautron, “Fiche minéralogique: Or” (1995). Tijdschrift Le Régne Minéral. J. Hammes, “Goud-Zilver-Edelstenen” (1943) M. Hey, “Mineral Index” (1993) A. Korevaar, A. Bijls, “Technische Winklerprins” (1952) W.L. Roberts, T.J. Campbell, G.R. Rapp, Jr. “Encyclopedia of minerals” (1989) O. Medenbach, C. Sussieck-Fornefeld, “Mineralen van Europa” M. Nonnon, “Goud in Belgische bodem” (1989), Tijdschrift Academie voor mineralogie 118-130 H. Strunz, “Mineralogische tabellen” (1976) Union Minière, “Lexicon der non-ferro-metalen” (1972)
OKT '97 / 46