Mycologie
Mycologie, de studie naar zwammen, schimmels en paddenstoelen, neemt de laatste jaren een enorme vlucht en is één van de meest intrigerende onderzoeksgebieden binnen de natuurlijke gezondheidszorg. Ook voor de allopathie is het een interessant onderzoeksgebied. Door: Evelien Dommerholt, tcm-‐therapeut Wetenschappelijke onderbouwing Steeds meer wetenschappelijk onderzoek toont de positieve additieve medicinale werking aan van diverse soorten paddenstoelen, zoals Coriolus versicolor, Cordyceps, Ganoderma lucidum, Grifola frondosa, Agaricus blazei, Hericium erinaceus, Auricularia auricula, Lentinula edodes, Poria cocos, Polyporus umbellatus, Pleurotus ostreatus, Inonotus obliquus, en Phellinus linteus [1]. De paddenstoel wint de laatste jaren snel terrein, ook in Europa. Immers, in Japan en China worden bepaalde paddenstoelen, zoals de hierboven genoemden, al eeuwen lang gebruikt als medicijn. Ze worden onder andere ingezet als versterker van het immuunsysteem, wat bij kankertherapieën wenselijk kan zijn. Soms worden ze ingezet als bloeddrukverlager, bij patiënten met een te hoog cholesterolgehalte in het bloed of bij ontstekingen. In de tabel hieronder een overzicht van de verschillende benamingen van de paddenstoelen: Productnaam Wetenschappelijke naam Japanse naam Chinese naam Auricularia Auricularia auricula Kikurage Heimurer Blazei Agaricus blazei Himematsutake Jisongrong Cordyceps Cordyceps sinensis Tochukaso Dongchongxiaocao Coriolus Coriolus versicolor Kawaratake Yunzhi Hericium Hericium erinaceus Yamabushitake Houtouga Maitake Grifola frondosa Maitake Huishuhua Pleurotus Pleurotus ostreatus Hiratake Pinggu Chaga Inonotus obliquus Kabanoanatake Bai hua rong Mesima Phellinus linteus Meshimakobu Sang Huang, Song gen Polyporus Polyporus umbellatus Chorei Zhuling Poria Poria cocos Bukuryo, Matsuhodo Fuling Reishi Ganoderma lucidum Reishi Lingzhi Shiitake Lentinula edodes Shiitake Xianggu Triton Cordyceps sinensis, Tochukaso, Reishi, Dongchongxiacao Ganoderma lucidum, Shiitake Lingzhi, Xianggu Lentinula edodes
Knellende vragen Het is de hoogste tijd om een aantal knellende vragen te stellen, de werking te analyseren en het beloftevolle spectrum aan (on)mogelijkheden van deze medicinale paddenstoelen onder de aandacht te brengen. Hieronder vindt u een opsomming van de vragen die we voor een klein deel al kunnen beantwoorden in dit artikel. Wat zijn paddenstoelen? Waar is de werking van paddenstoelen op gebaseerd? Welke stoffen zorgen voor een verandering in de celstructuur, waarmee een verandering in het lichaam en daarmee een therapeutisch effect kan optreden? Welke is de beste (combinatie van) paddenstoel(en) bij een specifieke aandoening? Hoe valt de brede inzetbaarheid van paddenstoelen ten aanzien van onze gezondheid te verklaren? En hoe kunnen paddenstoelen(extracten) nog veel meer worden ingezet tegen de hedendaagse aandoeningen en ziekten, want er valt nog veel te ontdekken? Wat is de aanbevolen dosis per toediening en per dag? En wat valt er te zeggen over de gebruiksduur? Wat is het best werkzame preparaat of gedeelte van de paddenstoel – een extract of hele paddenstoel, het mycelium of het hele lichaam? En bestaan er gestandaardiseerde, veilige preparaten? Waar zijn deze te vinden, en wie houdt zich daar in Nederland en België mee bezig? Zijn er bijwerkingen, interacties met andere stoffen en contra-‐ indicaties? En welke paddenstoelen zijn gevaarlijk, want er bestaan ook giftige en hallucinerende vormen? Wat zijn paddenstoelen? Paddenstoelen zijn noch planten, noch dieren. Ze behoren tot het rijk der schimmels en vormen daardoor een heel eigen systeem van levende organismen. Het zijn vruchtlichamen van een, meestal met het blote oog onzichtbare mycelium of zwamvlok, die zich in de grond of op een substraat als hout, bladeren, insecten, of afstervende boomstammen bevindt. Die mycelia leiden meestal een verborgen bestaan tot de omstandigheden gunstig genoeg zijn. Dan komen de zichtbare delen tevoorschijn (wat we meestal paddenstoelen noemen) die dan boven de grond hun sporen verspreiden en zo voor verspreiding zorgen. Er zijn ook schimmels, die geen vruchtvlees maken, zoals die op brood en kaas, anderen ontwikkelen zich als gisten of breken materialen af. Allen behoren ook tot wat men het rijk van de fungi noemt, d.w.z. het rijk van de zwammen, schimmels en paddenstoelen. De mycologie is het deel van de biologie dat dit rijk bestudeert. Het rijk van de fungi is zeer veelzijdig: er bestaan duizenden soorten, van zeer giftige, hallucinerende, parasitaire, symbiontische, saprotrofe (=afbrekende) tot zeer voedende en medicinale soorten. In dit artikel worden de in de inleiding beschreven paddenstoelen besproken, die aangetoond interessant kunnen zijn voor de voedings-‐ en medische microbiologie, voor onderzoek en voor therapeutische toepassingen. Waar is de werking van paddenstoelen op gebaseerd? Welke stoffen zorgen voor een verandering in de celstructuur, waarmee een verandering in het lichaam en daarmee een therapeutisch effect kan optreden? Er wordt wel eens gedacht dat paddenstoelen weinig voedingsstoffen bevatten omdat ze voor het grootste gedeelte uit water bestaan. Niets is minder waar! Paddenstoelen bevatten een hoog gehalte eiwitten, essentiële aminozuren, vitaminen, mineralen en vezels, en zijn daarmee rijke bronnen van farmacologisch actieve componenten. Vitaminen die voorkomen in paddenstoelen zijn b.v. vitamine C, B1, B2, B3, B5, B7 en K. Daarnaast bevatten paddenstoelen alle acht essentiële aminozuren, en zijn de mineralen kalium, koper, ijzer, fosfor en selenium goed vertegenwoordigd. Wetenschappelijk onderzoek toont aan dat diverse stoffen uit medicinale paddenstoelen immuunversterkende eigenschappen hebben. Denk hierbij aan bèta-‐1,3-‐glucaan, lectines en polysachariden. Vooral het hoge gehalte aan polysachariden is van groot belang. Deze worden bestudeerd sinds de jaren ’50 en tonen molecuulstructuren aan met sterke antikanker en immuunstimulerende effecten. Naast deze effecten zijn de anti-‐oxidatieve werking en het vermogen toxinen te elimineren waardevolle eigenschappen, die vooral in onze huidige maatschappij van groot belang zijn. De
(welvaarts)ziekten van nu zijn immers vaak dragers van deze aspecten. Er zitten steeds meer toxinen in ons lichaam door gebruik van onzuivere voeding en door omgevingsfactoren zoals het milieu dat vervuild kan zijn. Daarbij kent iedere paddenstoel een specifieke werking. De zeer grote polysacharidemoleculen in paddenstoelen zijn gelijk aan die in de celmembranen van bacteriën. De polysachariden opereren o.a. via celreceptoren. Het celmembraan ondergaat een structuurwijziging door de binding met de polysachariden. De permeabiliteit (doorlaatbaarheid van het celmembraan) wijzigt en wordt toelaatbaar voor specifieke substraten, wat een veranderde celinhoud oplevert. Door de verandering van de celinhoud en moleculaire wijzigingen kunnen positieve veranderingen ontstaan in de werking van de cellen. Juist deze veranderende werking zorgt mogelijk voor de medicinale werking. Ook het hoge enzymgehalte in paddenstoelen biedt zijn voordelen. Een aantal van deze enzymen kunnen participeren in diverse klinische condities als kanker en cardiovasculaire aandoeningen. Diverse paddenstoelen laten substanties zien die SOD-‐activiteit nabootsen. SOD staat voor het anti-‐ oxidant SuperOxide Dismutase. De versterkte anti-‐oxidatieve werking die stoffen uit paddenstoelen genereren is zeer gunstig voor de gezondheid, doordat vrije radicalen worden bestreden. Daarnaast is de werking van het P450-‐cytochroom enzymsysteem belangrijk. Dit komt voor in de ‘hogere’ basidiomycete schimmels. Het P450-‐cytochroom enzymsysteem bestaat uit een groep enzymen die o.a. organische stoffen oxideert. De meeste van deze enzymen zijn belangrijk voor de afbraak van verschillende schadelijke, xenobiotische of lichaamsvreemde stoffen. Denk hierbij aan medicijnen en toxinen [2]. Welke is de beste (combinatie van) paddenstoel(en) bij een specifieke aandoening? Als voorbeeld beschouwen we de paddenstoel Ganoderma lucidum. Deze paddenstoel vertoont anti-‐ allergische en ontstekingsremmende eigenschappen. Bij herhaalde en chronische ontstekingen is therapeutisch gezien deze paddenstoel erg interessant, omdat hij zich in dit verband onderscheidt van andere paddenstoelen zoals Grifola frondosa en Coriolus versicolor, door onderdrukking van TNF-‐α (Tumor Necrose Factor-‐α), InterLeukine-‐6 (IL-‐6), NO (stikstofoxide) en prostaglandine E2 door inhibitie van ‘Nuclear Factor-‐kB’ en de ‘Activating Proteïne-‐1’ signaalroutes. Ook onderdrukt hij met name de tyrosinase werking. Dit laatste zou wel eens interessant kunnen zijn om de kwaliteit van leven bij Parkinson patiënten te verbeteren [Powell M]. Dierproeven hebben ook aangetoond dat Ganoderma het vrijkomen van histamine onderdrukt. Als gevolg daarvan worden allergische reacties van de types I, II, III en IV onderbroken en verminderd. In klinische testen is ontdekt dat Ganoderma het immunoglobuline beeld stabiliseert (IgE, IgM, IgA en IgG antilichamen), dat het de verspreiding van deze mediators onderbreekt en in hoge concentratie de activiteiten ervan onderbreekt [Hobbs, 1996]. Onderzoeken tonen aan dat Ganoderma bij astma, bronchitis en allergiepatiënten gunstig werkt, daar het de hoestprikkel stopt en slijm transformeert [3]. Volgens andere onderzoeken werkt het anti-‐allergisch [Kabir et al., 2002] en preventief tegen bronchitis [Chang & But, 1986]. Zo kan elke paddenstoel uitgebreid worden beschreven met een reeks van onderzoeken verzameld in gerenommeerde medische databases. R. Russell en R. Paterson publiceerden reeds in 2006 een overzicht van de onderzoeken naar de effecten en de daaraan gerelateerde verbindingen van Ganoderma lucidum in het tijdschrift Phytochemistry (zie hieronder) [4]. General compounds and effects of Ganoderma reported in the literature until 2004 Compound and its Effect
Reference
Adenosine
Antiplatelet aggregation
Kawagishi et al. (1993), Shimizu et al. (1985)
Lectins
Mitogenic Polysaccharides
Ngai and Ng (2004)
Antifibriotic Antiherpetic
Park et al. (1997) Eo et al. (1999a, b, 2000), Kim et al. (2000), Oh et al. (2000) Ukai et al. (1983) Zhang et al. (2002) Hikino et al. (1985, 1989), Hikino and Mizuno (1989) [5], Tomoda et al. (1986), Zhang and Lin (2004) Gao et al. (2000a,b), Li et al. (2000), Li and Zhang (2000), Ooi et al. (2002), Sasaki et al. (1971), Sone et al. (1985) Kim and Kim (1999b), Lee et al. (2001)
Anti-‐inflammatory Hepatoprotective Hypoglycaemic
Immuno-‐modulatory – anti-‐tumour
Miscellaneous (radiation protection,DNA damage, anti-‐oxidant) Protein (‘LZ-‐8’)
Immunodulatory Immunosuppressive Terpenoïds and related compounds
Van der Hem et al. (1995) Van der Hem et al. (1995)
Anti-‐bacterial ‘Anti-‐complement’ Anti-‐inflammatory Anti-‐oxidant Antiplatelet aggregation Antiviral Cytotoxicity
Smania et al. (1999) Min et al. (2001) Kleinwächter et al. (2001) Zhu et al. (1999) Shiao (1992) El-‐Mekkawy et al. (1998), Mothana et al. (2003) Gao et al. (2002), Gonzalez et al. (2002), Kimura et al. (2002), Lin et al. (1991), Su et al. (2000), Wu et al. (2001) Lee et al. (1998) Chen and Yu (1999), Kim et al. (1999) Komoda et al. (1989), Shiao (1992) Morigiwa et al. (1986)
Enzyme inhibitors Hepatoprotective Hypolipidemic (chloresterol inhibitors) Hypotensive In grote lijnen heeft iedere paddenstoel specifieke werkingen: Coriolus versicolor is bekend om zijn Natural-‐Killer (NK)-‐celactiviteit, Cordyceps heeft een sterk tonificerende werking, is daarom zeker interessant voor verzwakte patiënten en helpt de ademhaling bij bergbeklimmers, Hericium erinaceus bevordert de ‘Nerve Growth Factor’-‐synthese en werkt preventief bij neurodegeneratieve verstoringen, Pleurotus ostreatus werkt cholesterolverlagend, bevat veel ijzer en is daardoor gunstig bij anemieën, en Polyporus umbellatus wordt veel gebruikt bij plasproblemen. Uiteraard doen deze summiere opsommingen de veelzijdige werkingen van ieder van deze paddenstoelen tekort. Veel van de primaire studies naar polysachariden wezen een toename van Natural-‐Killer (NK)-‐cellen uit, zowel in aantal als in activiteit. Deze cellen bewegen zich door het lichaam op zoek naar weefselcellen waar iets mis mee is. Dat kunnen cellen zijn die geïnfecteerd zijn met een virus, of cellen die verkankeren. Die cellen maken zich kenbaar door aan hun buitenzijde een bepaalde
chemische structuur te vertonen, een soort noodsignaal. Wanneer een NK-‐cel merkt dat een bepaalde cel abnormaal is, bindt hij zich aan de cel. Vervolgens perforeert hij het celmembraan met behulp van een stof die perforine heet, en zet zo apoptose (celdood) in gang. Een andere methode die NK-‐cellen gebruiken om apoptose te veroorzaken is het zenden van een signaal aan de celkern door het membraan van de aangedane cel, om zo celdood in te programmeren. Een aantal studies zoals die van Hiraoki Nanba [6] met menselijke proefpersonen met verschillende soorten kanker toonden een gemiddelde toename van NK-‐cellen aan met een factor 1,7 bij gebruik van Grifola frondosa. Opvallend was ook dat er een afname van metastases werd geconstateerd bij de proefpersonen. In Japan worden al langere tijd geregistreerde geneesmiddelen, gebaseerd op stoffen uit de Coriolus versicolor, complementair ingezet bij de behandeling van kanker. De antikanker werking van paddenstoelen kent dan verschillende aspecten: • Anti-‐oxidatieve werking • Bètaglucanen (polysachariden) zijn belangrijk voor een gezond immuunsysteem • Bètaglucanen remmen mogelijk de groei van kankercellen • Bètaglucanen ondersteunen de werkzaamheid van chemotherapie en bestraling • Bètaglucanen bevatten veel essentiële suikers die wij zelf onvoldoende kunnen aanmaken en die van belang zijn voor allerlei stofwisselingsprocessen. Het wetenschappelijk onderzoek naar medicinale effecten van paddenstoelen, dat ook in het Westen de laatste 10 jaar heel erg is toegenomen, bewijst dat hele paddenstoelen, droogextracten en soms delen van paddenstoelen de reacties van het immuunsysteem beïnvloeden en -‐ bij juist gebruik – onder andere de tumorgroei kunnen remmen [7]. Lentinula edodes, Grifola frondosa en de Coriolus versicolor zijn drie paddenstoelen die het meest worden ingezet als ondersteunende therapie bij kanker [8]. Om te bepalen welke paddenstoelen geschikt zijn voor welke aandoeningen en welke patiënten, is het uiteraard noodzakelijk dat er een nauwkeurige westerse dan wel oosterse differentiaaldiagnose wordt gesteld. In het overzicht te zien via de volgende link: http://www.mycotherapie.nl/geschiedenisoosten.html wordt een vergelijking gemaakt tussen traditioneel gebruik van paddenstoelen in de oosterse geneeskunst en westers onderzoek naar medicinale eigenschappen van paddenstoelen. Classificatie van enkele paddenstoelen in de TCG volgens G. Maciocia [9] Voor het gebruik in de oosterse geneeskunst worden de paddenstoelen geclassificeerd naar smaak, energie en welk (acupunctuur)kanaal wordt beïnvloed. Overeenkomstig deze classificatie worden hier de meest gebruikte medicinale paddenstoelen ingedeeld naar de volgende eigenschappen en werkingsgebieden: Ganoderma lucidum Smaak : Zoet Energie: Warm Kanaal: Maag, Milt, Longen, Hart Actie: Tonificeert Qi, voedt het bloed, kalmeert de geest Indicaties: Vermoeidheid, slechte eetlust, slapeloosheid, duizeligheid Coriolus Versicolor Smaak : Zoet Energie: Licht verwarmend Kanaal: Milt en Hart Actie: Tonificeert de milt, lost vocht en slijm op Indicaties: Long problemen, vermoeidheid, chronische
aandoeningen Poria cocos Smaak : Licht zoet Energie: Neutraal Kanaal: Milt, maag, hart, longen Actie: Tonificeert de milt, lost slijm op Indicaties: Urologische problemen, diarree, oedeem, slechte eetlust, slechtevertering, hoofdpijn, duizeligheid, palpaties, slapeloosheid Lentinula edodes Smaak : Zoet Energie: Neutraal Kanaal: Maag, milt en longen Actie: Tonificeert Qi en bloed Indicaties: Vermoeidheid, duizeligheid, chronisch hoesten, allergieën en frequente verkoudheid Hoe valt de brede inzetbaarheid van paddenstoelen ten aanzien van onze gezondheid te verklaren? En hoe kunnen paddenstoelen(extracten) nog veel meer worden ingezet tegen de hedendaagse aandoeningen en ziekten? Er bestaan circa 15.000 verschillende soorten paddenstoelen in de wereld, waarvan er circa 700 voedzame en medicinale eigenschappen vertonen en waarvan er een kleine 20 voortdurend onderzocht worden in het westen in verband met hun mogelijkheden ter bevordering van onze gezondheid, zowel preventief als curatief. De naamgeving van paddenstoelen is complex. Naast de Latijnse naamgeving bestaan alternatieve namen in verschillende talen, waaronder de Engelse, Japanse en Chinese terminologie. In dit artikel worden de Latijnse namen evenals de veel geciteerde Japanse en Chinese synoniemen gebruikt. De Griekse arts Dioscorides is in Europa de eerste die reeds in 55 v.Chr. in zijn ‘Materia Medica’ het gebruik van bepaalde paddenstoelen beschrijft. Ook de Romeinse geschiedschrijver Plinius de Oudere (23-‐24 n.Chr.) schrijft over de inzet van paddenstoelen als medicijn. Hij heeft het over specifieke paddenstoelen die als diuretica werken, en anderen die positieve effecten vertonen bij tuberculose, koorts en epilepsie. En hij waarschuwt voor giftige variaties. In het verre Oosten is het gebruik van medicinale paddenstoelen veel ouder. De Traditionele Chinese Geneeskunde (TCG) maakt hiervan reeds melding, meer dan 3.000 jaar geleden, in klassieke werken als ‘Huang Ti Nei Ching Su Wen’. Het boek beschrijft reeds immunologische werkingen van paddenstoelen en spreekt ook van verlenging van het leven en kwaliteitsverbetering van het lichaam. Het immuunsysteem is van wezenlijk belang voor de TCG, omdat dit systeem centraal staat in de preventie en behandeling van ziekten. Zo werd Ganoderma lucidum in veel taoïstische teksten beschreven als een plant die geluk en onsterfelijkheid bracht. En in 1578 beschreef Li Shi Zen in zijn boek ‘Ben Cao Gang Mu’ reeds 21 paddenstoelen met medicinale eigenschappen. Paddenstoelen werden afgebeeld in de kunst en decoreerden de koninklijke scepter, om maar aan te geven welk belang er reeds destijds werd toegeschreven aan paddenstoelen. Pas rond 1960 toonde Japan als eerste belangstelling voor paddenstoelen in het hedendaagse onderzoek. Men wilde vooral weten wat de bijdrage kon zijn in anti-‐tumoreigenschappen van de paddenstoelen. Dierexperimenten toonden een verlenging van het leven bij kanker en zo begonnen de eerste klinische onderzoeken. Veel onderzoek is verricht in Japan, Korea en China. In deze regio’s worden zowel planten, kruiden als paddenstoelen immers al zeer lange tijd ingezet als gezondheidsbevorderende middelen. Als gevolg daarvan worden de specifieke kenmerken van de extracten steeds gedetailleerder in kaart gebracht. Medicinaal gebruik van paddenstoelen is vooral in de Aziatische historie uitgebreid beschreven.
Eind jaren ’90 begon men in het Westen met het verrichten van meer wetenschappelijk onderzoek naar de medicinale effecten van paddenstoelen. In o.a. de Verenigde Staten, Duitsland, Portugal, Engeland, Italië en Nederland is allerlei onderzoek gedaan. De afgelopen tijd zijn Europese klinische studies uitgevoerd om de immuunversterkende eigenschappen van paddenstoelen in kaart te brengen. Daarnaast zijn studies uit Japan en China vertaald en gepubliceerd in het Engels, waarmee veel nieuwe informatie beschikbaar is gekomen voor onderzoek in het Westen. Nederland Tegenwoordig wordt ook in Nederland ruim aandacht besteedt aan de positieve effecten van paddenstoelen. Prof. Leo van Griensven uit Wageningen is een belangrijke deskundige in Nederland op dit gebied [10]. ‘Een aantal stoffen in paddenstoelen bevorderen de werking van het immuunsysteem. Voeg je die aan het reguliere voedingsmiddelenpakket toe, dan is de kans op een langer leven met hoge kwaliteit niet ondenkbeeldig’, volgens Prof. Dr. Leo van Griensven. Van Griensven houdt zich sinds 2001 bezig met onderzoek naar paddenstoelen. Zijn doel is het inzetbaar maken van deze stoffen. ‘Nu de mensen steeds ouder worden en dus bij ziekte steeds afhankelijker zijn van genezende pillen, is het misschien tijd om het geleidelijke verlies van kwaliteit van leven door het vorderen der jaren preventief aan te pakken. Voorkomen blijft beter dan genezen’. De reden dat in het Westen weinig is gedaan met de kennis over paddenstoelen is volgens Van Griensven te wijten aan productieprocessen die in het Westen anders waren dan die in China. In Azië zijn pillen en thee van paddenstoelen heel normaal. Met uitzondering van Penicillium zijn paddenstoelen en schimmels moeilijk op grote schaal te kweken in een laboratorium, en men vond het in het Westen lastig om de andere paddenstoelen te verwerken en te onderzoeken. Bij het kweken is het van belang dat de kweek op aseptische wijze plaatsvindt zonder productiestappen waarbij de biomassa wordt gekookt en daardoor een deel van zijn activiteit kan verliezen. De kwaliteit van de gemalen biomassa die o.a. wordt bepaald door de aanwezigheid van alle mogelijke actieve verbindingen en de synergie tussen deze verbindingen is door dit productieproces van hoogstaand niveau.
Conclusie Mycotherapie als (complementaire) therapie bij de ondersteuning van de behandeling van diverse ziekten en aandoeningen heeft voorzichtig haar plaats in de medische wereld veroverd en gaat zeker een belangrijke rol spelen in de nabije toekomst. Er zijn in de loop der jaren ruim 3.700 onderzoeken beschreven die zijn uitgevoerd naar paddenstoelen met een mogelijk medicinale werking. Concluderend en hoopgevend kunnen we vaststellen dat de resultaten van wetenschappelijk onderzoek positief zijn. Verder onderzoek zal volgen om de wetenschappelijk onderbouwde werking als feit verder te doorgronden. Wordt vervolgd.... Referenties [1] www.mycotherapie.nl, zie alle referenties onder beschrijving van iedere paddenstoel [2] Monro J; Aneid Press, Mycology News, vol. 1, ed. 5, 2001: Cytokine TH1 immune response versus cytokine TH2 immune response [3] Powell M; 2010 in a clinical guide: The use of Ganorderma lucidum (Reishi) in the management of histamine-‐mediated allergic responses [4] Russell R, Paterson R; Phytochemistry 2006; 67: 1985-‐2001: Ganoderma -‐ A therapeutic fungal biofactory
[5] Mizuno T, 1989: The extraxtion and development of antitumor-‐active polysaccharides from medicinal mushrooms in Japan [6] Hiraoki Nanba 1997; Maitake D-‐fraction: Healing and preventive potential for cancer [7] www.tegenkanker.nl, Nationaal Fonds tegen kanker [8] Powell M; Mycology Press 2010: Medicinal Mushrooms, a clinical guide [9] Maciocia G; Mycologie news 2006 vol. 1, ed. 2 [10] Prof. Dr. L.J.L.D. van Griensven, www.wageningenur.nl