museum NIEUWS www.persmuseum.nl
Beatrix in cartoon: satire of smaad?
Lauw water ‘redt’ een oude litho
pagina 4/5
pagina 6/7
Voor Margreet Dolman gaat niets boven het damesblad door Bert
JUNI 2004
Van Zeep tot Soap nog te zien tot 26 september De tentoonstelling Van Zeep tot Soap. Continuïteit en verandering in geïllustreerde vrouwentijdschriften loopt nog tot en met 26 september 2004 in het Persmuseum.
Steinmetz
Twee bij uitstek markante vrouwen maakten van de opening van Van Zeep tot Soap, de expositie in het Persmuseum over de historie van vrouwentijdschriften, een spraakmakende gebeurtenis. Het was woensdag 21 april dan ook goed vol, met uiteraard de vrouwen ruimschoots in de meerderheid.
Bij de tentoonstelling is de catalogus Van Zeep tot Soap, in de vorm van een heus vrouwentijdschrift, verschenen. De catalogus wordt in het museum verkocht voor € 4,95. Bezoek ook de website www.vrouwentijdschriften.nl .
Feestspreekster was Margreet Dolman, de alter ego waarin Paul Haenen zich uitbundig (en van tijd tot tijd prettig provocerend) kan uitleven. Wat Dolman betreft gaat er gewoonweg niets boven het damesblad. ,,De damesbladen hebben in de geschiedenis van de Nederlandse vrouw meer belang gehad dan Dolle Mina, Provo en Phil Bloom’’, meende zij. En zij betreurde het dat de vrouwentijdschriften niet meer krediet krijgen dan zij verdienen voor de veranderingen die zij teweeg hebben gebracht. Zij hebben immers in een ‘stille revolutie’ bewerkstelligd dat de vrouwen het in wezen voor het zeggen hebben.
Daarom deed zij een hartstochtelijke oproep aan de vele vrouwen uit tijdschriftenland die naar haar luisterden: ,,Het is nu de tijd voor een nieuw vrouwentijdschrift. Laten de verstandige vrouwen nu wakker worden!’’ Met die woorden overhandigde zij het eerste exemplaar van de catalogus, die de vorm had van een klassiek damesblad, aan Hanny van den Horst, onbetwist de grande dame van het vrouwentijdschrift.
Uitgestorven ras
Niet Wim, maar Rita ,,Niet Wim Kok heeft ons geleid’’, gaf Margreet Dolman als voorbeeld, ,,maar Rita Kok. En niet Ruud Lubbers, maar Ria heeft ervoor gezorgd dat Van Agt niet terugkeerde.’’ Op dat moment was nog niets bekend van de aanklacht die de UNHCRmedewerkster tegen Lubbers heeft ingediend, anders had Dolman daar ook wel haar commentaar op geleverd.
7
Margreet Dolman tijdens haar openingstoespraak.
De damesbladen vormen wat Dolman betreft het lichtend voorbeeld in tijdschriftenland. ,,Vrouwen zijn niet uit op geile winst, maar op geestelijke rijkdom’’, luidde haar verklaring. ,,Vrouwen denken niet aan hun eigen huis, maar aan het huis van hun kinderen.’’
FOTO: REMKO SCHEEPENS
Maar juist dat wordt nu zo bedreigd door de tendens van overnames die de wereld van uitgeverijen kenmerkt. Dolman moet daar niets van hebben: ,,Ik ben juist voor kleine, principiële uitgevers en voor het vrije woord.’’
Die toonde meteen dat zij nog niets van haar strijdbaarheid verloren had, door Margreet Dolman op ernstige toon terecht te wijzen. ,,Ik heb mijn hele leven gevochten tegen de term ‘damesblaadje’. Ik dacht dat dames een uitgestorven ras vormden. Wij maken vrouwentijdschriften.’’ Die zat.
Vervolg op pagina 2
museum
pagina 2
Van Zeep tot Soap Vervolg van pagina 1
Van den Horst intussen kon zich erop beroepen een cultureel erfgoed te vertegenwoordigen. Uiteindelijk bestaat Libelle al zeventig jaar en Margriet, haar tijdschrift, al 65 jaar. Zij heeft dan ook de revolutionaire ontwikkeling van de vrouw in Nederland van dichtbij meegemaakt. ,,Ik was bij de invasie van Dolle Mina. Waarbij ik het altijd liever heb over emancipatie dan over feminisme. Van stellingen als ‘Je gaat niet met je onderdrukker naar bed’ moest ik niets hebben.’’
De pil Zij legt liever de nadruk op factoren uit heel andere dan de activistische hoek. ,,Wat nogal is ondergesneeuwd in de hele discussie over de emancipatie van de vrouw, is het enorme belang dat de komst van de pil heeft gehad. Voor het eerst kon de vrouw zélf bepalen of zij een kind wilde of niet.’’ Een tweede ontwikkeling van groot belang was de invoering van de Algemene Bijstandwet. ,,Door die uitkering was een vrouw die weg wilde bij haar man, eindelijk verzekerd van een eigen inkomen.’’ Van den Horst werd in 1970 hoofdredacteur van Margriet, de eerste vrouw in die functie. Zij geniet nog van de commotie die dat veroorzaakte.
Margreet Dolman en Hanny van den Horst openen de tentoonstelling Van Zeep tot Soap.
FOTO: REMKO SCHEEPENS
goed op de centjes?’’, onthulde zij. ,,En Dick Hendrikse, toen hoofdredacteur van Libelle, beschouwde het als een degradatie van die functie en wurmde zich snel in de directie van uitgeefconcern VNU.’’
Margriet, Patronen-parade, voorjaar 1957
,,De aandeelhouders waren heel bezorgd: past die mevrouw wel
In 1980 werd Van den Horst zelf opgenomen in die directie, wat opnieuw grote opschudding veroorzaakte. Maar ook al eindigde zij haar loopbaan bij het vrouwentijdschrift als directielid, zij bleef haar herkomst trouw: ,,Het is de journalistiek die de ziel geeft aan het blad, niet de marketing.’’ Met deze opbeurende waarschuwing ging het gezelschap opge-
Libelle, 22 augustus 1970
wekt aan de glaasjes en de hapjes in de IISG-vide.
Korte berichten Uitmarkt Amsterdam
Digitale nieuwsbrief
Zaterdag 28 en zondag 29 augustus 2004
Het Persmuseum wil geïnteresseerden nu ook digitaal op de hoogte stellen van de nieuwe ontwikkelingen rondom het museum. Daarom wordt eind juni de eerste digitale nieuwsbrief verstuurd. Aanmelden kan via onze website (www.persmuseum.nl).
Uitmarkt 2003 was een groot succes en daarom is het Persmuseum dit jaar wederom van de partij op dit culturele festijn. Uitmarkt 2004 staat voor het Persmuseum vooral in het teken van de lopende tentoonstelling over vrouwentijdschriften. Een gesigneerde catalogus ‘Van Zeep tot Soap: Continuïteit en verandering in geïllustreerde vrouwentijdschriften’ zal bijvoorbeeld voor een speciale prijs worden aangeboden.
Arrangementen Vanaf juli verzorgt het Persmuseum arrangementen voor bedrijven. Door middel van deze personeelsuitjes probeert het museum grotere groepen aan te trekken.
De groep krijgt een rondleiding, een lunch en men kan uit tal van mogelijkheden kiezen. Een van de extra opties is een architectuurwandeling door het Oostelijk Havengebied. Ook kan het personeelsuitje verrijkt worden met een rondleiding door de geklimatiseerde archieven van het museum waar duizenden kranten, tijdschriften, foto’s en affiches liggen opgeslagen. In overleg biedt het Persmuseum een programma op maat. De arrangementen zijn telefonisch te reserveren.
Kinderworkshops Kinderen komen deze zomer wel door met de kinderworkshops die het Persmuseum weer gaat organiseren. Ze krijgen een rondleiding door het museum en mogen hun eigen krantenvoorpagina ontwerpen of een spotprent tekenen in de vorm van een zelfportret. De workshops zijn voor kinderen in de leeftijd van 8 tot 12 jaar en zullen ongeveer twee uur duren. Precieze data voor de kinderworkshops zijn nog niet bekend. Houd u hiervoor onze site goed in de gaten.
museum
pagina 3
Persmuseum krijgt erkenning door Servaas
Smulders
Natuurlijk, het blijft voor het bestuur en directie van het Nederlands Persmuseum tot de Derde Dinsdag in september ’peentjes zweten’. Het advies van de Raad voor Cultuur om het Persmuseum voortaan subsidie toe te kennen uit de financiële ruif van de Cultuurnota, is fan tastisch. Maar het is nog altijd het kabinet dat daartoe voor volgend begrotingsjaar beslist. En vervolgens is er in de Tweede Kamer het begrotingsdebat dat voor verschuivingen kan zorgen.
Raad voor Cultuur brengt kritisch maar positief advies uit voor financiering Bestuur en directie van het Nederlands Persmuseum slaakten half april bij de bekendmaking van het advies van de Raad voor Cultuur een zucht van verlichting. Deze Raad, onder voorzitterschap van oud-minister van justitie mr. W. Sorgdrager, geeft het Persmuseum erkenning en stelt het kabinet voor het museum voortaan te subsidiëren uit de pot van de Cultuurnota.
De Raad wijst in zijn advies nog eens op de beperkte mogelijkheden van het Persmuseum, dat wel een groot draagvlak heeft bij de media, die het ook financieel ondersteunen. ,,Bovendien heeft het Persmuseum aangetoond dat ook met een kleine bezetting zeer veel werk kan worden verzet’’, aldus de Raad voor Cultuur, die de minister adviseert het museum op jaarbasis met 277.000 euro te subsidiëren.
Vooralsnog is de stemming bij bestuur en directie van het Persmuseum over het advies van de Raad opperbest. Het Persmuseum heeft met zijn activiteiten en een goed en aantrekkelijk beleidsstuk met een solide financiële onderbouwing, de waardering van de Raad voor Cultuur verworven, zo blijkt uit de beoordeling.
’Elkaar versterken’
Belangrijke bijdrage De Raad erkent het belang van het Persmuseum: ,,De pers, en met name de geschreven pers, heeft een grote rol gespeeld in de totstandkoming van ons staatsbestel. Ook nu nog levert zij door nieuws, commentaar en beeld belangrijke bijdragen aan maatschappij, politiek en cultuur. De enige plaats waar de betekenis van de pers voor de Nederlandse samenleving wordt gedocumenteerd, is het Persmuseum. Zijn waarde heeft het museum de afgelopen jaren duidelijk aangetoond’’, stelt de Raad.
verwezenlijken zoekt het Persmuseum samenwerking met andere instellingen die raakvlakken hebben met het museum. De Raad wijst erop dat het Persmuseum op het terrein van media-educatie samenwerking zou kunnen zoeken met het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid te Hilversum.
Uit: Advies Cultuurnota 2005-2008
En: ,,De collectie geschreven pers en politieke prenten die het Persmuseum beheert [is] van grote waarde en van nationaal belang’’, vervolgt de Raad. Diezelfde Raad onderstreept nog eens een wezenlijke doelstelling uit het beleid van het Persmuseum, namelijk dat het meer wil zijn dan alleen de nationale bewaarplaats van journalistiek erfgoed. Twee belangrijke middelen om het belang van de pers onder bredere lagen van de bevolking uit te dragen, zijn het museum en een uitgebreide website, die actueel wordt gehouden. In hetzelfde kader noemt de Raad de digitalisering van de collectie, voorzover dat mogelijk is. Daarbij heeft de inbedding van het museum in het Internationaal Instituut voor Sociale
Geschiedenis in Amsterdam een grote meerwaarde. De Raad voor Cultuur vraagt zich wel af hoe de doelstellingen van het Persmuseum op het gebied van de digitalisering zich verhouden tot de collectie en de websiteactiviteiten. Hierover zegt directeur Angelie Sens: ,,Mijns inziens is de verwevenheid van digitalisering met de collectie en de website duidelijk verwoord. In de komende jaren wordt dit uiteraard nader uitgewerkt.’’
Samenwerken De Raad voor Cultuur is erg positief over de wijze waarop het Persmuseum zijn educatieve taak aanpakt. Media-educatie is binnen het museum tot een van de speerpunten verheven, waarbij de aandacht uitgaat naar zowel scholieren en studenten van het primair, voortgezet en hoger onderwijs als volwassenen. Om zijn doelstellingen te
Directeur Sens over de door de Raad gesuggereerde samenwerking: ,,Het Nederlands Instituut voor Beeld en Geluid is uiteraard door ons genoemd in de toelichting op onze activiteiten als het om samenwerking gaat. De vraag is alleen of we juist met dit instituut straks nauwer moeten gaan samenwerken. Het Persmuseum richt zich op de geschreven pers, waar het instituut zich hoofdzakelijk bezighoudt met de audiovisuele media en de omroepwereld. Wij zijn voor een samenwerking als er sprake is van een win-winsituatie, waarbij je elkaar door samen te werken kunt versterken.’’ Ongeveer tegelijkertijd met het verschijnen van het advies van de Raad voor Cultuur had directeur Sens met bestuursvoorzitter G.J. Laan een gesprek bij het ministerie van onderwijs, cultuur en wetenschappen. Het Persmuseum, dat tot en met dit jaar voor het belangrijkste deel wordt gefinancierd uit de pot Media, Letteren en Bibliotheken zal straks uit de ruif van de Cultuurnota worden gefinancierd. Het Persmuseum wordt daarbij niet ingedeeld bij de musea maar onder het hoofdstuk ‘Media’ en dat is volgens Sens gunstig. Het wachten is nu op de Miljoenennota in september.
museum
pagina 4
Politieke prent: satire of smaad? door Han
Mulder
Wanneer wordt in een politieke prent de grens overschreden tussen ‘humor’ en ‘wellevendheid’? Moet het altijd wel ‘humor’ zijn op de politieke prent? Gaat het de man (en gelukkig in toene mende mate, de vrouw) die het sociale en politieke leven van commentaar voorziet om humor? En dan zo dat we erom moeten lachen? Is ‘wellevendheid’ wel oppositioneel ten opzichte van ‘smaad’? Een paar vragen die ik hieronder wil beantwoorden. Allereerst smaad. Mijn woordenboek omschrijft ‘smaad’ bondig ‘schandelijke belediging’. Dat meer dan een ernstige schimpscheut, er is sprake van ‘schandelijkheid’! Hoe gaat het rechtssysteem in België en Nederland met ‘smaad’ om? In België vult dat begrip ‘smaad’ in als een specifieke vorm van belediging die valt onder hoofdstuk V van hun Strafwetboek: ‘Misdaden en wanbedrijven tegen de openbare orde door bijzondere personen gepleegd’. Smaad is belediging of laster door woorden, daden, gebaren of bedreigingen gepleegd tegenover ministers, leden van het parlement en van het Arbitragehof, magistraten van de administratieve orde, leden van de rechterlijke orde of van de openbare macht, in de uitoefening of ter gelegenheid van de uitoefening van hun functie, of tegenover de openbare lichamen waar zij deel van uitmaken. De maximumstraf is zes maanden gevangenisstraf en een geldboete van 300 frank (€ 33). Wordt smaad gepleegd in de vergadering van de Kamer van Volksvertegenwoordigers of de Senaat, of op de terechtzitting van een hof of rechtbank dan is de straf maximaal twee jaar gevangenis en een geldboete van 1000 frank (€ 110). Dat is te doen, daar hoef je het smaden niet voor te laten.
Nederland In Nederland valt ‘smaad’ onder het verzamelbegrip ‘belediging’: belediging [strafrecht], de opzettelijke aantasting van iemands eer of naam. Het Wetboek van Strafrecht vat in de artikelen 261 en volgende onder het begrip
TEKENING: JOS COLLIGNON, 11 NOVEMBER 2003
In oktober nieuwe tentoonstelling: ‘BeNe Cartoon’ Vanaf vrijdag 8 oktober 2004 is in het Persmuseum de tentoonstelling ‘BeNe Cartoon’ te bekijken. De expositie laat een beeld zien van de beste politieke spotprenten van 2003 van Belgische en Nederlandse tekenaars. Tijdens de opening, op 7 oktober, wordt de winnaar bekendgemaakt van de BeNe-cartoonprijs. De tentoonstelling komt tot stand in samenwerking met Stichting Pers & Prent en Press Cartoon Belgium. Met het oog daarop publiceren we hiernaast een enigszins bekorte historische schets van Han Mulder, eerder uitgesproken op een debatavond van ‘Debatterij’, die in Den Haag werd gehouden en mede werd georganiseerd door de eerdergenoemde stichting.
belediging een aantal misdrijven samen, die als gemeenschappelijk kenmerk hebben dat zij het opzettelijk aanranden van iemands eergevoel of goede naam strafbaar stellen. Als verschillende vormen van belediging noemt de wet: smaad, smaadschrift, laster, lasterlijke aanklacht en eenvoudige belediging. Die laatste variant is niet strafbaar als de op zichzelf kwetsende gedraging slechts een oordeel inhoudt over de behartiging van openbare belangen. Al deze delicten zijn klachtdelicten, met uitzondering van belediging van het openbaar gezag, een openbaar lichaam of een openbare instelling dan wel een ambtenaar gedurende de rechtmatige uitoefening van zijn bediening. Het Wetboek stelt
ook strafbaar de belediging van groepen mensen wegens hun ras, godsdienst, levensovertuiging of hun hetero- of homoseksuele gerichtheid.
Uit het latijn Nu het tweede element, de satire. Satire komt van het latijnse satura, schotel met allerlei vruchten, mengelmoes van vooral diverse soorten metrum; satira = oorspronkelijk ‘mengelpoëzie’, later hekeldicht, literair genre waarbij het uitgangspunt steeds de humoristische aanval is op een als abnormaal, bespottelijk ervaren sociaal verschijnsel. De oudste fase van het genre is te vinden in de satura van het antieke Rome, waarin zang, dans en dialoog een afwisselende rol speelden. Geleidelijk raakte het spelele-
ment echter op de achtergrond en de satire ontwikkelde zich tot een vorm van poëzie. Als dit genre heeft de satire min of meer haar vaste vorm gekregen in het werk van Lucilius (tweede eeuw voor Christus). Dat stempel van ‘mengeling’ is sindsdien gebleven. Satire richt zich spottend op de politieke situatie, op sociale toestanden, op de aard van de mensen, op bepaalde personen, op literaire verhoudingen, enzovoorts. In de middeleeuwen komt de satire vaak voor in de vorm van een dierdicht, vermaard is Sebastian Brants allegorische satire Das Narrenschiff (1494). Vooral in de onmaatschappelijke vagantenliteratuur komen veel satirische elementen voor. In de loop van de geschiedenis pasten
museum
pagina 5
ook heel zeldzaam in de wereldgeschiedenis van de politieke prent. Dat komt waarschijnlijk ook doordat tekenaars zich heel lang niet zozeer rechtstreeks met hun spot richtten op personen, maar op verschijnselen. De achttiende-eeuwse Engelse schilder William Hogarth bijvoorbeeld maakte satirische gravures waarin hij de menselijke moraal, deugd en ondeugd te kijk zette.
de vorm en het object van de satire zich aan de eigentijdse problemen aan: het humanisme bracht veel disputen tussen geleerden en leken, katholieken en protestanten, waarbij de menselijke domheid het mikpunt vormde (Erasmus, Lof der zotheid, 1509). Tijdens de barok werd burgerlijke pronkzucht bespot in hekeldichten en epigrammen. De Verlichting maakte van zwakheden ironische, moralistische karikaturen zonder bitterheid. De romantische satiren richtten zich vooral tegen verstarde literatuurgenres. Beroemde satirici uit de literatuurgeschiedenis zijn o.a. Cervantes, Rabelais, Voltaire, Swift en in de moderne tijd Orwell (Animal Farm).
Pas een eeuw later kwamen echt de politici en staatslieden aan bod. De grote Honoré Daumier vestigde in Frankrijk de aandacht op de grote sociale en politieke misstanden van zijn tijd. Vooral de rechtspraak en de advocatuur moesten het ontgelden. Maar de politieke tekenaars plachten zich om allerlei redenen tamelijk in te houden. Men zocht vaak zijn toevlucht in symbolische figuren om er algemene begrippen mee uit te beelden. Vrouwe Justitia, geblinddoekt en een weegschaal in de hand, die de gerechtigheid verbeeldt, is daarvan het bekendste voorbeeld.
Komedie Ook de komedie ontwikkelde zich tot zeer geschikt genre voor satire. Het politieke aspect - en dat is belangrijk voor vanavond werd steeds sterker. Dat komt in de kleinkunst (cabaret) ook vooral goed tot zijn recht. Ik noem ook de film als vruchtbare bodem voor satire: Fritz Lang, Metropolis, Orson Welles, Citizen Kane, Stanley Kubrick, Dr. Strangelove. Satire passeert dan ook steeds meer de grenzen van het literaire genre. Wezenlijk is de geestesgesteldheid die schrijvers, schilders en dus ook de tekenaars (Hogarth, Daumier) die hen ertoe brengt de gevestigde norm en orde te attaqueren. En nu de koppeling van satire én smaad. Het één sluit het ander niet uit en dat is ook zo bij de politieke tekening. Nederland heeft een lange traditie op het terrein van de politieke prent. Daarbij is die tekening in toenemende mate losgezongen geraakt van het redactionele beleid in engere zin van krant en weekblad. In de tijd dat Albert Hahn in de socialistische Notenkraker de machtige arm van het spoorwegpersoneel opriep om heel het raderwerk stil te zetten, was de vervlechting van redactionele en picturale boodschap nog één en onverdeeld.
Amerika In de meeste Amerikaanse kranten is het nog steeds zo dat de politieke tekenaar elke dag contact heeft met de redactie, het nieuws bespreekt en kennis neemt van de redactionele posi-
Feller en persoonlijker In de loop van de twintigste eeuw is de toon feller en persoonlijker geworden. Vooral de wereldoorlogen en de chronische mondiale armoede inspireren tot een veel scherper satire.
Albert Hahn, De worgprent, maart 1903
tiebepaling jegens dat nieuws. De tekenaar gaat daarna terug naar zijn tekenboord, maakt enige ruwe schetsen en laat de redacteur van de opiniepagina zijn keuze bepalen. Vervolgens wordt de boel uitgewerkt. Daarbij is het wel zo dat tekenaars geneigd zijn om zich te verbinden met media, waarvan ze de politieke filosofie delen. Dus het zijn meestal meer artistieke botsingen die zich voordoen dan politiek-inhoudelijke.
Terra incognita In Nederland, krijg ik de indruk, dat de tekenaar een wat vrijer zwevende Intelligenz is. Dat is misschien de reden dat de voorpagina van de kranten en weekbladen terra incognita zijn voor de tekenaars. In tegenstelling bijvoorbeeld met Le Monde, waar Plantu al jaren de ‘une’ opsiert. (Ik las dat hij jarenlang in zijn eentje ideeën bedacht en uitwerkte en pas zeer recent enigszins aan banden is gelegd).
In het algemeen is de Nederlandse traditie van de tekenaars schilderachtig en ‘esthetiserend’. Hahn maakte vooral ‘mooie’ tekeningen. De beroemde ‘Worgprent’ is een uitzondering. Minister-president Abraham Kuyper bespringt in het kader van de ‘worgwetten’ een geketende arbeider. ‘In de naam van Christus!’, schreef Hahn erbij. De verontwaardiging zorgde bij uitzondering voor een van Hahns minst-‘verzorgde’ prenten. Er volgde overigens geen proces wegens smaad op! En dat was het hoogstzelden het geval in de Nederlandse persgeschiedenis. In 1967 is dat nog eens gebeurd, toen tekenaar Willem Malsen aan het blad God, Nederland en Oranje een tekening bijdroeg die leidde tot een zaak wegens majesteitschennis die het zelfs bracht tot het Amsterdamse gerechtshof. Overigens kwam het niet tot een veroordeling. Smaadprocessen zijn trouwens
Op 15 februari 1936 verschijnt in het avondblad van Het Volk een politieke tekening van Peter van Reen over de in Zwitserland vermoorde dissidente Duitse nationaal-socialist Gustloff. In Duitsland ontstaat over deze moord veel commotie. Van Reen tekent Adolf Hitler met de blik ten hemel geslagen, linkerhand ter hoogte van het hart op de borst, de rechter in zwerende houding omhoog gestoken. Hij staat voor een troep geüniformeerde en met karwatsen bewapende SA-mannen met boeventronies. Op de voorgrond de graven van de tijdens de Weimarrepubliek door vrijkorpsen vermoorde politici Rathenau en Erzberger. Hitler zegt: ‘Wij hebben nog nooit een politieke tegenstander vermoord’. Hevige opwinding ontstaat over de politieke plaat in Het Volk.
Vervolg op pagina 7
museum
pagina 6
Acht kilometer archief en één miljoen boeken dwingen restauratoren tot keuzes
Lauw water doet wonderen bij oude litho door Servaas
Smulders
’8 km archief, 1 miljoen boeken’. Het A-viertje met deze twee simpele mededelingen dat Hans Drieman bij het begin van het gesprek op tafel legt, spreekt boekdelen. ,,Voor die klus is op basis van een gewone werkweek slechts anderhalve ’man’ beschikbaar’’, zegt Drieman, restaurator en medewerker collectiebeheer bij het Inter nationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis (IISG) in Amster dam erbij. Het Persmuseum klopt, zodra het om het opknappen of restaureren van waardevolle stukken gaat, meestal als eerste bij Drieman van de buur IISG aan. ,,De hoeveelheid materiaal is dus zo omvangrijk, dat we elke dag keuzes moeten maken. Keuzes over wat we met waardevolle boeken of archiefstukken gaan doen. Het gaat dan over het kiezen tussen actief of passief conserveren. Bij het passief conserveren, dat het meeste gebeurt, brengen we het object in een goed verantwoorde omgeving. Vergelijk het maar met een doos in een doos, in een doos, in een doos’’, legt Drieman uit. Bij het passief conserveren gaat het erom dat het object, neem een waardevol boek, in een kast met goede boekensteunen komt te staan waardoor het boek niet scheef kan gaan staan. Het stofgehalte in de opslagplaats moet zo laag mogelijk zijn; er moet een constante temperatuur en luchtvochtigheid heersen; de ruimte moet dus van een airconditioning zijn voorzien. Misschien moet het boek worden ingepakt (doos in een doos). Drieman: ,,Een boek moet er op de plank goed bijstaan. Bij een boek dat niet meer in optimale conditie is, moet je ervoor zorgen dat het niet verslechtert.’’
Opdrachtenstroom De opdrachten voor het restauratie-atelier bij het IISG komen via drie ‘aanvoerwegen’: uit de studiezaal van het IISG; externe boedels en het ‘langdurig-jarenproject’ van het IISG. In de studiezaal zijn zo’n miljoen boeken voorhanden, waar-
Uit de pot van giften van donateurs put de Stichting Vrienden van het Persmuseum jaarlijks gelden voor het laten opknappen van waardevolle museumstukken. Hans Drieman, restaurator en medewerker collectiebeheer bij het IISG, de fantastische buur van het Persmuseum, is meestal de eerste die de opdrachten bekijkt. En vaak ook beslissende aanwijzingen geeft: restaureren of conserveren. Drieman, een regisseur in het dagelijkse ’keuzeconcert’. ‘Geïllustreerd Politie Nieuws’ van 4 oktober 1873
uit zich telkens exemplaren aandienen waar iets mee moet gebeuren. Een echte inventarisatie naar het aantal boeken in de studiezaal dat aan conserveren toe is, is volgens Drieman nooit gedaan. Daarvoor is het aantal te groot. De externe boedels worden beschreven door de afdeling bibliotheektechniek. Aan de hand van een aantal criteria wordt bekeken wat er mee moet gebeuren. Boeken worden vaak van een blauwe omslag voorzien of in een cassette opgeborgen. De blauwe omslag is een van een speciaal zuurvrij papier. Het langdurig project omvat de oude collectie van het IISG. De kwaliteit is gemiddeld slecht. Drieman: ,,Die collectie lopen we door. Zoveel mogelijk stukken gaan we passief conserveren. Stukken die te slecht zijn, worden verfilmd. Daarna worden de stukken verpakt. Naast het omvangrijke ’eigen werk’ zijn er contacten met Metamorfoze, het landelijke conserveringsproject voor bibliotheken en archieven. Via Metamorfoze worden hele archieven, geïllustreerde tijdschriften en kranten op microfilm gezet en vervolgens zuurvrij verpakt. Drieman noemt dit laatste saai werk, ook al moet er voor het verfilmen soms wel een en ander met het materiaal gebeuren. Met een strijkbout worden vouwen uit bladen gehaald, soms moeten lichte
restauraties worden uitgevoerd. Hij laat er voorbeelden van zien: pagina’s van het Politie Nieuws, die scheuren vertonen, die in de tekst doorlopen. Die scheuren worden met een speciaal plakband gedicht. Na het opknappen en verfilmen gaat het ’object’ in zuurvrij papier.
Herhaling Het gebruik van zuurvrij papier vraagt om uitleg. Zuur tast vezels in het papier aan, waardoor het bros wordt en uit elkaar valt. Zo vergaan kranten en boeken na tientallen of honderden jaren. De kwaliteit van papier verschilt ook door de jaren heen. Papier uit de periode 1850-1930 wordt ook wel bros papier, ’brittle paper’ genoemd.
behandeling. Je kunt ze niet tussen zuurvrij papier in stapels op elkaar leggen want zodra je er eentje tussenuit moet halen, loop je de kans anderen te beschadigen. Drieman: ,,We bergen de affiches in mappen op, die we op een vernuftige wijze in kasten ophangen waardoor ze bereikbaar blijven. Het gaat vaak om slimmigheid.’’
Linnen krant
Het papier uit de jaren zeventig in de vorige eeuw was ook niet van de beste kwaliteit. Drieman: ”recycling-papier dat op verschillende manieren was bewerkt. De provobeweging stencilde er krantjes op. Dat soort materiaal bergen we nu op in zuurvrij papier dat speciaal is getest. Dit papier neemt het zuur uit het oude papier op. Dat proces stopt zodra het zuurvrije papier is verzadigd. Eigenlijk zou het zuurvrije papier om de zeven jaar moeten worden vernieuwd. Door de gigantische hoeveelheid werk, die we nauwelijks aan kunnen, komt dat er niet van.’’
In het atelier bij Drieman ligt ook de Delftsche Courant van 18 oktober 1850. Eén pagina op linnen, tweezijdig bedrukt. Een fantastisch stuk uit het Persmuseum dat door bemiddeling van bestuurslid F. P. Jonkman van de Stichting Vrienden in het bezit kwam van het museum. Het museumstuk verdient enige restauratie en conservering. Drieman: ,,Het gaat om een stuk van linnen. Dat is toch een andere discipline waarbij we de hulp inroepen van het Nederlands Textiel Museum in Tilburg. Daar hebben ze de expertise in huis voor het opknappen en behouden van zulke collectiestukken.’’ De tweezijdig bedrukte pagina van de Delftsche Courant zou volgens Drieman in de toekomst in een passepartout kunnen worden opgehangen waardoor de pagina heel goed kan worden tentoongesteld en aan twee zijden kan worden gelezen.
Affiches vragen vanwege hun afmetingen om een speciale
Vervolg op pagina 7
museum
pagina 7
Satire of smaad? Vervolg van pagina 5
De Völkische Beobachter merkt op: ‘Dat is een duidelijk voorbeeld waartoe de zogenaamde persvrijheid die in Holland heerst, leiden kan.’
‘Delftsche Courant’ van 18 oktober 1850, gedrukt op linnen.
Oude litho Vervolg van pagina 6
De kosten van de restauratie en het conserveren worden volgens Drieman geraamd op vijf- tot zeshonderd euro. Een bedrag waarvoor het Persmuseum aanklopt bij de Stichting vrienden. Restaureren kent zijn beperkingen maar heeft ook zijn charmes. Het repareren van scheuren in oude kranten met behulp van een speciaal soort plakband lijkt simpel. De brosheid van het papier maakt het niet makkelijk. Drieman: ,,En wat er van de pagina weg is, is weg. Als er een stukje tekst weg is, kunnen we
het niet meer terugbrengen. Zo simpel is het.’’ Een ander voorbeeld is een oude litho uit de negentiende eeuw, een dubbel exemplaar uit de collectie. Helemaal vergeeld, verkleurd, met kringen en in twee stukken. Drieman heeft de ene helft opgeknapt: ,,Gewoon gespoeld in lauw water. De vergeling en de kringen zijn weg. Het portret van de afgebeelde man is – voor de helft tenminste – al heel helder. Drukinkt is niet gevoelig voor water en zo doet lauw water wonderen.’’
Aanwinsten Vrouwentijdschriften De tentoonstelling Van Zeep tot Soap draagt er toe bij dat verschillende mensen het Persmuseum verrijken met oude en bijzondere nummers van onder meer Beatrijs, Libelle en Margriet. Op deze wijze kunnen nog enkele hiaten in de collectie worden weggewerkt.
Website Vrouwentijdschriften Het Persmuseum ontwikkelde naar aanleiding van de expositie ‘Van Zeep tot Soap’ een website over vrouwentijdschriften: www.vrouwentijdschriften.nl.
De Nederlandse Pravda Onlangs kon de collectie van het Persmuseum worden uitgebreid met een klein archief met betrekking tot de uitgave in 1986 van de Nederlandse Pravda. De Nederlandse Pravda, uitgegeven door Vincent Steinmetz, verscheen enige tijd als weekeditie, maar al na vijf afleveringen werd de uitgave gestaakt en legde de uitgever zich toe op een Duitstalige uitgave.
Met deze site brengt het Persmuseum de rijke geschiedenis, het heden en de toekomst van het Nederlandse geïllustreerde vrouwentijdschrift digitaal voor het voetlicht. De ‘webtentoonstelling’ van de site biedt een oogprikkelende kennismaking met het fenomeen vrouwentijdschrift. De ‘collectie online’ biedt een overzicht van Nederlandse vrouwentijdschrif-
Hoofdredacteur Ankersmit van Het Volk wordt voor het gerecht gedaagd. Langdurig juridisch speekspel eindigt in hoger beroep voor het gerechtshof, dat hem vrijspreekt. De procureurgeneraal tekent beroep aan bij de Hoge Raad. De strafkamer daar verklaart uiteindelijk het beroep niet ontvankelijk. De tenlastegelegde belediging (van een bevriend staatshoofd) wordt niet bewezen geacht. Het Volk heeft ‘een rechtens geoorloofde kritiek’ geleverd, zo kunnen we lezen in de Nederlandsche Jurisprudentie 1938. Sommige politici hebben problemen met de uitbeelding. Zien het uitvergroten van hun persoonlijke trekken zelfs als ‘verminking’. Het moet wel een ‘functie’ hebben, die ‘verminking’. Herkenbaarheid bijvoorbeeld, maar dan graag toegespitst ‘gekozen herkenbaarheid’. Wie het gestaalde kapsel van de koningin gebruikt als vertrouwd baken van herkenbaarheid, krijgt mijn zegen en waarschijnlijk ook de zegen van het staatshoofd zelf. Maar als Jos Collignon - zie Politiek in Prent 2003 - de koningin in een variant op De Nieuwe Kleren van de Keizer bijzonder onflatteus afbeeldt, compleet met prangende bilpartij, is hij onnodig grievend bezig.
ten uit de collecties van het Persmuseum, IIAV, IISG, en NEHA. Het Persmuseum stimuleert onderzoek naar vrouwentijdschriften. ‘Collectie online’ en ‘onderzoek’ zullen regelmatig worden uitgebreid en geüpdate.
Nieuwsflits! online Op 10 juni 2004 introduceerde het Persmuseum en Waag Society het digitale lesprogramma Nieuwsflits!. Nieuwsflits! is bedoeld voor kinderen van groep 7 en 8 van de basisschool. Is alles wat je leest eigenlijk wel waar? Door Nieuwsflits! te spelen, leren jongeren dit soort vragen te stellen en spelenderwijs
Maar ik spreek hier niet van smaad, wél van slechte smaak. Ik kan me goed vinden in een commentaar van de grote rechtsgeleerde Langemeyer op het Wetboek van Strafrecht. Ik vat samen: ‘Bij de beoordeling of een karikatuur beledigt, moet je bedenken dat ze niet de pretentie heeft om een geheel juiste voorstelling van de werkelijkheid te geven.
Beledigend? De vraag moet zijn of wat de karikatuur als werkelijkheid suggereert, beledigend is.’ Ik voeg eraan toe, overdrijving is het wezen van de politieke prent, een scheve voorstelling van zaken moet. Vooral pompeuze en hypocriete politici komen in aanmerking. Of zoals de beroemde Pat Oliphant van de Washington Star zei: ‘I start with the premise that there’s not a good one in the bunch, they’re all guilty until proven innocent.’ Zijn collega Tony Auth van The Philadelphia Inquirer voegt eraan toe dat een politieke tekenaar over een soort van razernij moet beschikken. ‘Je leest iets en je denkt, dat is onmogelijk, dat mag niet en vervolgens maak je er een tekening van. Satire en smaad. Ze kennen elkaar van dichtbij. Ook in de politieke tekening. Een lat-relatie als het ware.
Han Mulder is oud-directeur voorlichting van het ministerie van welzijn, volksgezondheid en cultuur.
kritisch naar het nieuws te kijken. Door middel van tekst, beeld en geluid raken de scholieren bekend met de elementen van de media. Het Persmuseum heeft al enige tijd een museumprogramma van Nieuwsflits! voor klassen van de basisschool. Dit programma bestaat uit drie onderdelen: een voorbereidende les, een bezoek aan het Persmuseum en een follow-up programma. Het museumprogramma en de digitale applicatie zijn onafhankelijk van elkaar te spelen. Echter, de programma’s versterken elkaar en zijn dus goed te combineren.
museum
pagina 8
Bezoekersinformatie
Routebeschrijving
Persmuseum
Bus: Bus: Bus 32 en 43 rijden minimaal twee keer per uur van het
A Zeeburgerkade 10, 1019 HA Amsterdam T 020-692 88 10 F 020-468 05 05 E
[email protected] W www.persmuseum.nl
Studiezaal / Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis A Cruquiusweg 31, 1019 AT Amsterdam T 020-668 58 66 F studiezaal: 020-663 03 49 E studiezaal:
[email protected] Online publiekscatalogus: www.iisg.nl/opcnl.html
Openingstijden Persmuseum dinsdag-vrijdag 10.00 - 17.00 uur zondag 12.00 - 17.00 uur Het museum is gesloten op zaterdag, maandag en tijdens de feestdagen.
Openingstijden studiezaal/ Internationaal Instituut voor Sociale Geschiedenis: maandag - vrijdag 09.00 - 17.00 uur De studiezaal is gesloten op zaterdag, zon- en feestdagen.
Centraal Station naar de C. van Eesterenlaan / Borneolaan. Bus 59 rijdt vier keer per uur naar de Cruquiusweg. NB: door werkzaamheden kunnen de busroutes tijdelijk veranderd zijn! Voor meer informatie zie: www.gvb.nl of www.9292ov.nl Tram: Tram: Tram 7 naar de Molukkenstraat (10 minuten lopen), tram 10 naar C. van Eesterenlaan (5 minuten lopen) of tram 14 naar het Javaplein (5-10 minuten lopen) Trein: Vanaf Centraal Station een van de hierboven genoemde bussen. Vanaf station Muiderpoort: lopend (ca 15 minuten), met bus 43 of 59 naar de C. van Eesterenlaan / Borneolaan. Auto: Vanaf de rondweg (A10) afslag Zeeburg (S114). De borden Zeeburg volgen. Voor de Piet Heintunnel linksaf, richting Indische Buurt. Bij de eerste stoplichten na de brug rechtsaf. Vervolgens de tweede rechts. Bij de rotonde de tweede afslag nemen (= doodlopend) om op de Zeeburgerkade te komen. Deze geheel uitrijden (ca. 200 m.), aan het einde bevindt zich het Persmuseum Naar het IISG: Vanaf de rondweg (A10) afslag Zeeburg (S114). De borden Zeeburg volgen tot in de Piet Heintunnel. Aan het eind van de tunnel bij de stoplichten naar links. Eerste straat links, met de bocht mee naar links en vervolgens rechtdoor. NB: door werkzaamheden kunnen er omleidingen zijn! BO
Toegangsprijzen Persmuseum
€
2,50
€
1,75
PIET
H OT
E AV
N
EL
TUNN
HEIN
M EU US DE SM URGERKA R E EB
S BU N
N VA TER E ES
BO
RN
A LA EO
P
EN AN
EL
N AA
VE
AL
AM
gratis
EG SW IU
le ap
av
j ing ht
U UQ
ric
CR
N
AA
onderwijs
basisonderwijs € 40,- per groep, inclusief lesmateriaal voortgezet onderwijs € 30,- per groep combinatie Persmuseum / bezoek Telegraaf op aanvraag
ZE
G IIS
LA
N PA
0 - 6 jaar, MJK, Vrienden
EP
N AA GL UR
6-18 jaar, 65+, CJP, Stadspas, groepen vanaf 10 personen
3,50
R NT
IJB
€
AD
E
E ZE
AD RP
BU
RG
ER
DI
JK
0
K US
GE
f1 7o
UI
UR
m
C
Q RU
EB
tra
€ 22,50
ZE
in
rondleidingen
EO E
volwassenen
NS- of Rabobankpas met MJK, studenten met collegekaart
RN
Word Vriend
Colofon
De Stichting Vrienden van het Persmuseum stelt zich ten doel de bloei en de naamsbekendheid van het Persmuseum te bevorderen en extra inkomsten te verwerven ten behoeve van collectieaankopen en activiteiten.
De uitgave van PersmuseumNieuws wordt mogelijk gemaakt door de Stichting Vrienden van het Persmuseum
U wordt al Vriend met een bijdrage van minimaal € 25,- per jaar!
Redactie:
Persmuseum
Als vriend van het Persmuseum krijgt u: - gratis toegang tot de vaste opstelling en de wisselexposities van het Persmuseum - 10 % korting op uitgaven van het Persmuseum - een uitnodiging voor de jaarlijkse Vriendendag en overige speciale activiteiten - twee tot drie keer per jaar het Persmuseumnieuws.
Redactieadres:
Zeeburgerkade 10 1019 HA Amsterdam
Oplage:
2.000 verschijnt tenminste drie maal per jaar
Druk:
Drukkerij Bakker, Roelofarendsveen
Voor minimaal € 50,- per jaar krijgt u tevens: - een gratis publicatie/catalogus - een originele historische krant
Copyright:
Persmuseum Amsterdam
ISSN nummer:
1569-0318
Ja, ik word Vriend van het Persmuseum
Het Persmuseum is mede mogelijk gemaakt door: Aegon, ANWB-media, BASF Drukinkt, Bedrijfsfonds voor de Pers, Boekhandel Scheltema Holkema Vermeulen, Boom, Bührmann, Central National Company, Dagblad De Telegraaf, de Volkskrant, Emico Offset, Euronext, Gemeente Amsterdam, Getronics, Groep publieks- en opinietijdschriften, GTI Installatietechniek, R. Hazewinkel, S.S.F. Hazewinkel, Holdingmaatschappij De Telegraaf, Hollandse Dagbladcombinatie, Hooge Huys Verzekeringen, ING Groep, Joh. Enschedé, Koninklijke Ahold, Koninklijke BDU Uitgeverij, Koninklijke Philips Electronics, Lucas Ooms Fonds, Ministerie van Onderwijs, Cultuur en Wetenschappen, Mondriaan Stichting, Nederlands Uitgevers Verbond, Nederlandse Nieuwsblad Pers, Nederlandse Vereniging van Journalisten, Nieuwsblad van het Noorden, Noordelijke Dagblad Combinatie, Parenco, PCM Uitgevers, Prins Bernhard Cultuurfonds, Rotterdams Dagblad, Siemens, F.W. Sijthoff, SNS Reaal Fonds, Stadsdeel Zeeburg, Stichting Het Parool, Trouw, Veen Magazines, Vereniging de Nederlandse Dagbladpers, VNU, VSB Fonds, Weekbladpers, Wegener.
❏ voor minimaal € 25,- per jaar ❏ voor minimaal € 50,- per jaar Naam Adres Postcode en woonplaats E-mail U kunt deze bon ingevuld retourneren via ons antwoordnummer (Antwoordnummer 9364, 1000 XH Amsterdam. Een postzegel is niet nodig). Wacht met betalen tot u een acceptgirokaart heeft ontvangen.