Moties en preadviezen Politieke Ledenraad 31 mei te Utrecht
Voorstel volgorde behandeling moties Preadvies: OVERNEMEN 2 3 4 10 14 20 21 26 27 28
Onderwijsstandenmaatschappij Stapeling van studies Selectiemoment van het onderwijs Waakzaamheid en verdraagzaamheid Stand van zaken online platform Humaan en solidair vluchtelingenbeleid Bestuursakkoord BBB: ruimte voor efficiënt lokaal beleid Schieten op zwerfkatten Kiesdrempel kleine partijen Bed, bad, brood én begeleiding
Preadvies: AFWIJZEN Geclusterd per beleidsterrein 1 5 22 6 18
ABN AMRO onder voorwaarden naar de beurs - FIN Beursgang ABN AMRO - FIN ABN AMRO: Wat is de sociaal democratische toekomst? FIN Griekenland –FIN Inkomensongelijkheid als bindingsmiddel - FIN
7 8 9 11 12 13 16 17
Problemen in de zorg - SZW Parlementair onderzoek naar decentralisaties - SZW Fraudewet - SZW Werk en jongeren - SZW Problemen bij de participatiewet - SZW Duurzame arbeids(re)activering - SZW Flexwerkers bij de overheid niet buiten de deur ivm WWZ SZW Iedereen aan de slag - SZW
15 25
Beter schooladvies basisonderwijs - OCW Onderwijs Duits - OCW
19 (?) 23 24
Humaan en rechtvaardig buitenschuldbeleid - Asiel en integratie Gelijke behandeling examenkandidaten - Asiel en integratie Kostenbeheersing inburgering - Asiel en integratie
1
1. ABN Amro onder voorwaarden naar de beurs Brummen (contactpersoon: Flore, Cor, C.) Borger-Odoorn, Etten-Leur, Heerenveen, Hellevoetsluis Ingediend op: 24-05-2015 Motie: De ledenraad bijeen op 31 mei 2015, verzoekt de Tweede Kamerfractie te bewerkstelligen, dat de ABNAmro naar de beurs gebracht kan worden onder de voorwaarde, dat de bank 10 jaar lang een deel van zijn winst aanwendt om zijn schuld aan de Nederlandse burgers terug te betalen. en gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Ik help als vrijwilliger bij het maatschappelijk werk in Brummen mensen die financiële problemen hebben. Bij vrijwel alle mensen die ik help, kom ik de banken tegen die een geldvordering hebben: een hypotheek of een persoonlijke lening. De banken, ook de ABNAmro, doen er alles aan om het geld terug te krijgen. Ze leggen beslag op het salaris, laten deurwaarders beslag leggen op je uitkering, vaak zonder rekening te houden met de beslagvrije voet, zodat de mensen nog verder in de schulden raken. Voor huurders dreigt dan huisuitzetting, omdat ze de huur niet meer kunnen betalen en iemand met een eigen huis wordt geconfronteerd met een gedwongen verkoop, wat meestal tot gevolg heeft dat men zonder huis en met een grote restschuld achterblijft. En de bank zal er alles aan doen om deze restschuld te innen. Als er regelingen getroffen kunnen worden, zullen de schuldenaren van een minimaal inkomen moeten rond komen en vaak aangewezen zijn op de voedselbank. De afdeling Brummen ziet dat de ABNAmro nog steeds een grote schuld aan ”ons” heeft. De Nederlandse burgers hebben via de overheid de bank 22 miljard geleend, zodat ze niet omviel. In de pers lezen we dat de bank mogelijk rond 15 miljard euro opbrengt. Blijft dus een restschuld over van 7 miljard euro. De afdeling vindt dat de ABNAmro die schuld moet terug betalen. Dat gaat niet in één keer, maar bij de beursgang moet bedongen worden, dat de bank 10 jaar lang een deel van zijn winst moet aanwenden om zijn schuld aan de Nederlandse burgers terug te betalen. Het kan toch niet zo zijn dat de ABNAmro alles kan doen om zijn vorderingen bij burgers te innen en zelf de Nederlandse burgers laat zitten met een vordering van 7 miljard euro!! En dan te bedenken dat de ABNAmro burgers in sommige gevallen tot de voedselbank “veroordeelt” en zelf zijn bestuurders met 100.000 euro wil belonen.
Preadvies: AFWIJZEN ABN AMRO is in 2008 genationaliseerd om de ineenstorting van het Nederlandse financiële systeem te voorkomen. Daarmee is de Nederlandse economie gered en het spaargeld van mensen beschermd. Hoewel de nationalisatie van ABN AMRO de Nederlandse staat en daarmee de belastingbetaler veel geld heeft gekost, waren de gevolgen van niet ingrijpen dramatisch geweest. Uiteraard vindt de PvdA dat de belastingbetaler zoveel als mogelijk moet terugzien van het belastinggeld. ABN AMRO wordt echter niet in één keer op eigen benen gezet. Dat betekent dat op dit moment ook niet vaststaat wat uiteindelijk de opbrengst zal zijn. Wel is duidelijk dat de Nederlandse staat in ieder geval de komende jaren nog (groot) aandeelhouder is en net als voorgaande jaren meedeelt in de winst in de vorm van dividend. Om te voorkomen de belastingbetaler nog een keer opdraait voor falende banken is het noodzakelijk de bankensector weer gezond te maken. Banken moeten weer solide en sober worden en dienstbaar zijn aan de samenleving. De risico’s moeten bij de belegger liggen en niet bij de belastingbetaler. Producten moeten begrijpelijk zijn en niet worden aangesmeerd. Beloningen moeten beheerst zijn. Er moet worden afgestapt van de bonuscultuur. Bankiers moeten de klanten en samenleving dienen, niet zichzelf. Dat zijn de uitgangspunten voor de PvdA-fractie bij het hervormen van de bankensector.
2
Dat stelt ook de commissie-Melkert in haar rapport De Bakens verzetten. De commissie onderschrijft het uitgangspunt dat banken private ondernemingen zijn, maar tegelijkertijd vereist de rol van banken in het functioneren van de financiële infrastructuur solide regelgeving en streng toezicht. Uiteindelijk moet worden voorkomen dat de winsten toevallen aan aandeelhouders en bestuurders, terwijl de verliezen worden afgewenteld op de samenleving. Bovendien, schrijft de commissie, is Nederland gediend met een divers bankenlandschap. De PvdA werkt daar hard aan, zowel in de Kamer als in het kabinet. Het Regeerakkoord kent de meest vergaande hervorming van de financiële sector uit de Nederlandse geschiedenis en kent ook in Europa naar ons weten geen evenknie. Daar lag en ligt de visie aan ten grondslag dat de financiële sector nog altijd ongezond is en zonder gezonde banken een instabiele economie resteert. Er moest en moet kortom veel veranderen. Door hogere buffers van banken te eisen zodat klappen zelf kunnen worden opgevangen. Door de invoering van de Dijsselbloem-doctrine, waardoor beleggers opdraaien voor een bank in problemen en niet de belastingbetaler. Door het provisieverbod, waardoor het aansmeren van producten aan banden is gelegd. Door de invoering van de bankierseed gekoppeld aan tuchtrecht, zodat bankiers die over de schreef gaan aangepakt kunnen worden. De PvdA wil verder dat de risico's van zakenbankieren afgescheiden worden van het nutsbankieren, zodat de nutsfunctie wordt beschermd. Bovendien is de strengste bonuswetgeving van Europa dit jaar ingegaan om roekeloos handelen te voorkomen. Ook heeft het kabinet, naar aanleiding van de motie van het CDA en de PvdA (motie Van HijumNijboer), onderzoek gedaan naar alternatieven voor het op eigen benen zetten van ABN AMRO. De PvdA heeft dus de gevraagde alternatieven door het kabinet nader later uitwerken, analyseren en beoordelen. Daaruit is de conclusie getrokken dat het kabinet onder strenge voorwaarden kan instemmen met het op eigen benen zetten van ABN. Uitgangspunt blijft, zoals gesteld, een solide, sobere en klantgericht bankensector. Daarom stelt zij harde voorwaarden aan het op eigen op eigen benen zetten van ABN AMRO. De PvdA wil een dienstbare bank waar de klant centraal staat, met oog voor de belangen van klanten, werknemers en samenleving. Dat moet in de statuten worden verankerd. Daar hoort ook een gematigd beloningsbeleid bij. De komende jaren krijgt de top van de bank vanwege het SP/PvdA amendement Merkies-Nijboer geen salarisverhoging of bonussen. En de PvdA wil een stevige beschermingsconstructie, zodat de bank niet het slachtoffer wordt van roekeloze aandeelhouders. Aan die voorwaarden lijkt het besluit van het kabinet te voldoen. De PvdA-fractie vindt en divers bankenlandschap van groot belang. Zo is de ING een private bank en is de Rabobank een coöperatie. Twee van de vier grootbanken zijn nu in staatshanden. Dat sluit niet aan bij een divers aanbod. Met het op eigen benen zetten van ABN AMRO wordt straks een begin gemaakt. Over SNS, de andere bank in staatshanden, moet nog een definitief besluit worden genomen. Maar de uitgangspunten zijn helder: SNS moet een solide, sobere bank worden die dienstbaar is aan de samenleving. De fractie zal het kabinet vragen nadrukkelijk alternatieven te ontwikkelen voor een beursgang van SNS, zoals een coöperatie, het in publieke handen houden van een minderheids- of meerderheidsbelang en het louter verkopen aan beleggers met louter een lange termijnhorizon. De beslissing over SNS wordt echter niet op korte termijn verwacht. De fractie zal eerst een uitgebreide verkenning van alternatieven vragen van het kabinet.
3
2. Motie Onderwijsstandenmaatschappij Schiedam (contactpersoon: Plas, Louis, L.M.) Ridderkerk, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 26-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, in vergadering bijeen op zondag 31 mei in Utrecht, Roept de PvdA fractie op te bevorderen, dat bij het vakkenpakket in het funderend onderwijs meer aandacht wordt gericht op persoonlijkheidsvorming en basale maatschappelijke vaardigheden. Toelichting: Met name aan de onderkant van de samenleving ontwikkelt zich een relatief homogene groep, die over weinig maatschappelijk gewaardeerde talenten beschikt en ook weinig talent kan overdragen aan de volgende generatie. Zowel de inter - als de intra - generationele mobiliteit komt hierdoor tot stilstand. Wie met een lage opleiding de arbeidsmarkt betreedt, heeft nog maar weinig kans op een opwaartse carrière, die perspectief biedt op een mooie maatschappelijke positie. Maatschappelijke achterstand krijgt daarmee een erfelijk karakter. Er dreigt zo een nieuwe tweedeling te ontstaan, waarin aan de onderkant nauwelijks meer sociale mobiliteit plaats vindt naar hogere segmenten. De daardoor ontstane groeiende ongelijkheid berokkent de economie en de samenleving als geheel schade en is ook op zichzelf onrechtvaardig. Het selectiemoment van het onderwijs in mondiaal en Europees verband ligt in Nederland op jonge leeftijd. De basisvaardigheden dienen dus in een vroeg stadium onderwezen te worden, op het niveau derhalve, waarop nog alle leerlingen aan hetzelfde onderwijs deelnemen. Deze motie is voorbereid binnen de beweging Linksom! in de PvdA.
Preadvies: OVERNEMEN De PvdA-fractie hecht zeer aan burgerschapsvorming en de persoonlijke ontwikkeling van jongeren in het onderwijs in het algemeen. Hiervoor zijn ook al zaken geregeld maar wij denken dat op dit vlak nog meer resultaat behaald kan en moet worden. Vanuit de onderwijsvisie dat we over het ‘wat’ gaan en niet over het ‘hoe’ hebben we niet de intentie om hier het onderwijs eenzijdig zaken op te gaan leggen maar zullen we zeker, binnen de mogelijkheden en gespreksmomenten die er zijn richting onderwijs en regering, aandacht vragen voor dit onderwerp en deze vorming van jonge mensen. Vanuit die intentie kunnen we de motie overnemen met de kanttekening dat we ons niet kunnen vinden in een deel van de toelichting met een vrij platte, te eenzijdige beschrijving van ‘de onderkant van de samenleving’.
4
3. Stapeling van studies Schiedam (contactpersoon: Plas, Louis, L.M.) Dordrecht, Ridderkerk, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 26-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Van oordeel, Dat stapeling van studies een belangrijke route is voor sociale mobiliteit Dat geen financiële of andere belemmeringen hierbij mogen worden toegestaan, Roept de 2e Kamer fractie op om deze stapeling zo voluit mogelijk te faciliteren En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Deze motie is voorbereid binnen de beweging Linksom! in de PvdA.
Preadvies: OVERNEMEN De PvdA is een partij die ontwikkeling en emancipatie hoog in het vaandel heeft staan. Het stapelen van opleidingen (MBO-HBO-WO) is daarbij een belangrijk principe om mensen binnen het onderwijs de weg naar een hoger opleidingsniveau en arbeidsmarktkansen te bieden. Daarin zullen wij altijd staan voor de toegankelijkheid van onderwijs en het beleid in de voorbije jaren is vanuit de PvdAfractie dan ook gericht geweest op het faciliteren van mensen en op het zoveel mogelijk maken van een leven lang leren. Vanuit die inzet kunnen we ons dan ook vinden in de essentie van deze motie omdat het goed aansluit op de reeds ingezette weg.
5
4. Selectiemoment van het onderwijs Schiedam (contactpersoon: Plas, Louis, L.M.) Ridderkerk Ingediend op: 26-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Constaterend, dat het selectiemoment van het onderwijs in Nederland op zeer jonge leeftijd ligt; Van oordeel dat dit probleem zich het meest pijnlijk manifesteert bij de hoogste niveaus van het VMBO en HAVO, Zich richtend op een langere periode van ononderbroken funderend onderwijs, te beginnen met een combinatie van de hoogste niveaus van het VMBO met de HAVO, Roept de PvdA fractie in de Tweede Kamer, in het verlengde van deze motie, op om in dit verband voorstellen en initiatieven te ontwikkelen en deze te bespreken met de leden van onze partij. En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Aan de onderkant van de samenleving blijft een relatief homogene groep achter, die over weinig gewaardeerde talenten beschikt. Zij draagt daarbij ook weinig talent over aan de volgende generatie. Zowel de inter - als de intra generationele mobiliteit wordt hierdoor verzwakt. Een lage opleiding geeft steeds minder kans op een opwaartse carrière, die perspectief biedt op een mooie positie. Maatschappelijke achterstand krijgt mede daardoor een erfelijk karakter. Sociale mobiliteit wordt hierbij meer dan nodig geschaad. De daardoor ontstane en ook groeiende ongelijkheid berokkent zowel de economie als de samenleving in zijn geheel schade en is ook in zichzelf onrechtvaardig.(Zie artikel Jan van Zijl in de digitale extra S en D). Een later selectiemoment draagt er ook toe bij, dat sociale klassen elkaar beter kunnen ontmoeten. Deze motie is voorbereid binnen de beweging Linksom! in de PvdA.
Preadvies: OVERNEMEN Niet voor elk kind van twaalf jaar is het goed dat er al in groep 8 van de basisschool een schooltype op geplakt wordt: “jij bent een vmbo-beroeps-kind, jij een havo-kind”. Dit label krijgen kinderen er steeds lastiger weer af, als blijkt dat ze toch een hoger niveau aankunnen. Onderwijs is de motor van de emancipatie en de verheffing. De motie sluit dan ook goed aan op onze wens om te bekijken welke verbeteringen voor laatbloeiers we kunnen doorvoeren. De PvdA-onderwijswoordvoerders vanuit de Kamerfractie nodigen de leden van harte uit hierover mee te denken.
6
5. MOTIE BEURSGANG ABN AMRO Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Eindhoven, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: MOTIE BEURSGANG ABN AMRO De Politieke Ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Roept de Tweede Kamerfractie van de PvdA op: 1. Op dit moment nog niet akkoord te gaan met de beursgang van ABN AMRO. Met onafhankelijk onderzoek moet eerst worden vastgesteld dat andere opties dan beursgang voldoende zijn onderzocht (met als ijkpunt een meer duurzaam stelsel van banken, waarin de klant centraal staat en risico’s voor de klant, de belastingbetaler en de samenleving zo beperkt mogelijk zijn). 2. Als er op enige termijn toch een beursgang plaatsvindt tenminste de volgende voorwaarden te stellen: (a) Het negatief saldo voor de staat en belastingbetaler wordt opgelost, eventueel door een aparte bankenbelasting. (b) Met deze bankenbelasting tevens een plan te financieren voor een sanering van de vooral door de financiële crisis veroorzaakte private problematische schulden, waaronder die van hypotheken die onder water staan en van MKB-bedrijven wiens kredietwaardigheid ineens anders is gewaardeerd. (c) De Staat houdt tenminste structureel een minderheidsbelang en er een beschermingsconstructie komt om ongewenste overname, ongewenste risicovolle activiteiten, voorstellen die het klantbelang teveel schaden en ongewenst beloningsbeleid van bestuurders en medewerkers te kunnen blokkeren. 3. Motie 19 “ABN AMRO: tijd voor een alternatief”, die de vorige politieke ledenraad op 11 april jl. in Nieuwegein door het partijbestuur is overgenomen op de politieke ledenraad in september van dit jaar met een presentatie van de gevraagde visie tot uitvoering te brengen. 4. Bij de toekomst van de eveneens genationaliseerde SNS bank nu in ieder geval geen onomkeerbare stappen goed te keuren die ook daar het perspectief van een nutsbank uit het zicht zou doen verdwijnen, En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Deze motie is voorbereid in de beweging Linksom! in de PvdA. Op verschillende momenten en in verschillende documenten zijn de standpunten van de PvdA m.b.t. de beursgang van de ABN AMRO vastgelegd. Indieners van bovenstaande motie zijn van mening dat gehandeld moet worden naar de standpunten ingenomen in onderstaande documenten. In het PvdA verkiezingsprogramma is de volgende tekst opgenomen: “ABN Amro gaat niet naar de beurs. Dienstbaarheid van de bank aan onze economie moet bepalend zijn en niet aandeelhoudersrendement en winstgroei op korte termijn. Een alternatieve positionering en bestuursvorm van de bank bevordert bovendien de ‘biodiversiteit’ van onze financiële sector. Door diversiteit in organisatievorm van de grote financiële spelers neemt de stabiliteit van het bankwezen toe. Er wordt een alternatief financierings- en bestuursmodel voor ABN Amro uitgewerkt, inclusief een mogelijke rol voor geduldig kapitaal van institutionele beleggers.”, In het regeerakkoord staat: “ABN AMRO kan pas terug naar de markt als de financiële sector stabiel is. Er moet voldoende interesse zijn in de markt, de onderneming moet er klaar voor zijn en zoveel mogelijk van de totale investering van de Staat moet terugverdiend kunnen worden. Tegen deze achtergrond onderzoeken we ook andere opties dan een volledige beursgang.” De Algemene Rekenkamer heeft de kosten die de Nederlandse Staat en daarmee de Nederlandse belastingbetaler heeft gemaakt becijferd op 31,7 miljard euro, de minister van Financiën becijfert deze kosten op 24,5 miljard euro. De opbrengst van beursgang wordt nu geschat op hooguit 15 miljard euro.
7
Motie 19 “ABN AMRO: tijd voor een alternatief” (contactpersoon: Welling, Gerben, G.P.), die de vorige politieke ledenraad op 11 april jl. in Nieuwegein door het partijbestuur is overgenomen, bevat o.a. de volgende tekst: “De politieke ledenraad, bijeen op 11 april 2015 in Nieuwegein, Constaterende dat: - de overheid ABN AMRO en SNS heeft moeten redden van een faillissement en de andere banken met staatsteun overeind heeft moeten houden; - dit de samenleving veel geld heeft gekost en dat een herhaling daarvan moet worden voorkomen; Overwegende dat: - vanuit verschillende hoeken is gewezen op de risico's van herhalingen van problemen voor banken zoals in 2008; - er dus nog forse stappen moeten worden gezet om de bancaire sector weer gezond en dienstbaar aan de samenleving te maken; - vanuit de samenleving de roep klinkt om een diverse bancaire sector met verschillende soorten banken. Roept de Tweede Kamerfractie en de minister van Financiën op om: - een sociaal democratische visie te ontwikkelen op de rol van de banken in de samenleving; - en daarin nadrukkelijk de mogelijkheden voor het creëren van een nutsbank mee te nemen. Het nu genomen besluit van het kabinet is een compromis dat het slechtste biedt van twee werelden. Er wordt geen duurzaam beter en betrouwbaarder bankenstelsel gerealiseerd en we hebben een groot verlies voor de belastingbetaler, plus de door de crisis veroorzaakte private problematische schulden worden niet opgelost bij beursgang. In lijn met ons verkiezingsprogramma is onze voorkeurspositie geen beursgang. Zeker niet nu we nog wachten op de gevraagde sociaaldemocratische visie op het bankenstelsel zouden nu geen onomkeerbare stappen gezet moeten worden bij een zo grote bank die nu in staatshanden is. Mocht er op enig moment toch voor beursgang gekozen worden dan moet onze partij daar vooral eisen stellen die de risico’s van nieuwe problemen bij deze bank zoveel mogelijk voorkomen en die een volledige terugbetaling van de door de banken veroorzaakte publieke en private schade zeker stelt. Niet de hoogste eenmalige opbrengst nu, maar juist het beperken van toekomstige risico’s, een duurzaam en sociaal bankenstelsel, en duurzame publieke inkomsten moeten centraal staan. Tenslotte vraagt de motie om bij die andere staatsbank (SNS) nu in ieder geval geen onomkeerbare stappen te zetten die het perspectief van een nutsbank verder weg brengen. Preadvies: AFWIJZEN ABN AMRO is in 2008 genationaliseerd om de ineenstorting van het Nederlandse financiële systeem te voorkomen. Daarmee is de Nederlandse economie gered en het spaargeld van mensen beschermd. Hoewel de nationalisatie van ABN AMRO de Nederlandse staat en daarmee de belastingbetaler veel geld heeft gekost, waren de gevolgen van niet ingrijpen dramatisch geweest. Uiteraard vindt de PvdA dat de belastingbetaler zoveel als mogelijk moet terugzien van het belastinggeld. ABN AMRO wordt echter niet in één keer op eigen benen gezet. Dat betekent dat op dit moment ook niet vaststaat wat uiteindelijk de opbrengst zal zijn. Wel is duidelijk dat de Nederlandse staat in ieder geval de komende jaren nog (groot) aandeelhouder is en net als voorgaande jaren meedeelt in de winst in de vorm van dividend. Om te voorkomen de belastingbetaler nog een keer opdraait voor falende banken is het noodzakelijk de bankensector weer gezond te maken. Banken moeten weer solide en sober worden en dienstbaar zijn aan de samenleving. De risico’s moeten bij de belegger liggen en niet bij de belastingbetaler. Producten moeten begrijpelijk zijn en niet worden aangesmeerd. Beloningen moeten beheerst zijn. Er moet worden afgestapt van de bonuscultuur. Bankiers moeten de klanten en samenleving dienen, niet zichzelf. Dat zijn de uitgangspunten voor de PvdA-fractie bij het hervormen van de bankensector. Dat stelt ook de commissie-Melkert in haar rapport De Bakens verzetten. De commissie onderschrijft het uitgangspunt dat banken private ondernemingen zijn, maar tegelijkertijd vereist de rol van banken in het functioneren van de financiële infrastructuur solide regelgeving en streng toezicht. Uiteindelijk moet worden voorkomen dat de winsten toevallen aan aandeelhouders en bestuurders, terwijl de
8
verliezen worden afgewenteld op de samenleving. Bovendien, schrijft de commissie, is Nederland gediend met een divers bankenlandschap. De PvdA werkt daar hard aan, zowel in de Kamer als in het kabinet. Het Regeerakkoord kent de meest vergaande hervorming van de financiële sector uit de Nederlandse geschiedenis en kent ook in Europa naar ons weten geen evenknie. Daar lag en ligt de visie aan ten grondslag dat de financiele sector nog altijd ongezond is en zonder gezonde banken een instabiele economie resteert. Er moest en moet kortom veel veranderen. Door hogere buffers van banken te eisen zodat klappen zelf kunnen worden opgevangen. Door de invoering van de Dijsselbloem-doctrine, waardoor beleggers opdraaien voor een bank in problemen en niet de belastingbetaler. Door het provisieverbod, waardoor het aansmeren van producten aan banden is gelegd. Door de invoering van de bankierseed gekoppeld aan tuchtrecht, zodat bankiers die over de schreef gaan aangepakt kunnen worden. De PvdA wil verder dat de risico's van zakenbankieren afgescheiden worden van het nutsbankieren, zodat de nutsfunctie wordt beschermd. Bovendien is de strengste bonuswetgeving van Europa dit jaar ingegaan om roekeloos handelen te voorkomen. Ook heeft het kabinet, naar aanleiding van de motie van het CDA en de PvdA (motie Van HijumNijboer), onderzoek gedaan naar alternatieven voor het op eigen benen zetten van ABN AMRO. De PvdA heeft dus de gevraagde alternatieven door het kabinet nader later uitwerken, analyseren en beoordelen. Daaruit is de conclusie getrokken dat het kabinet onder strenge voorwaarden kan instemmen met het op eigen benen zetten van ABN. Uitgangspunt blijft, zoals gesteld, een solide, sobere en klantgericht bankensector. Daarom stelt zij harde voorwaarden aan het op eigen op eigen benen zetten van ABN AMRO. De PvdA wil een dienstbare bank waar de klant centraal staat, met oog voor de belangen van klanten, werknemers en samenleving. Dat moet in de statuten worden verankerd. Daar hoort ook een gematigd beloningsbeleid bij. De komende jaren krijgt de top van de bank vanwege het SP/PvdA amendement Merkies-Nijboer geen salarisverhoging of bonussen. En de PvdA wil een stevige beschermingsconstructie, zodat de bank niet het slachtoffer wordt van roekeloze aandeelhouders. Aan die voorwaarden lijkt het besluit van het kabinet te voldoen. De PvdA-fractie vindt en divers bankenlandschap van groot belang. Zo is de ING een private bank en is de Rabobank een coöperatie. Twee van de vier grootbanken zijn nu in staatshanden. Dat sluit niet aan bij een divers aanbod. Met het op eigen benen zetten van ABN AMRO wordt straks een begin gemaakt. Over SNS, de andere bank in staatshanden, moet nog een definitief besluit worden genomen. Maar de uitgangspunten zijn helder: SNS moet een solide, sobere bank worden die dienstbaar is aan de samenleving. De fractie zal het kabinet vragen nadrukkelijk alternatieven te ontwikkelen voor een beursgang van SNS, zoals een coöperatie, het in publieke handen houden van een minderheids- of meerderheidsbelang en het louter verkopen aan beleggers met louter een lange termijnhorizon. De beslissing over SNS wordt echter niet op korte termijn verwacht. De fractie zal eerst een uitgebreide verkenning van alternatieven vragen van het kabinet.
9
6. Motie Griekenland Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Hellevoetsluis, Borger-Odoorn, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Van oordeel dat hervormingen in Griekenland op een zodanige manier moeten worden ingevuld dat deze de Grieken niet verder in uitzichtloze armoede drukt maar juist met een Neokeynesiaans beleid gericht moet zijn op meer investeringen en bestedingen die leiden tot duurzame groei en daardoor meer belastinginkomsten, naast een onafhankelijke belastingdienst, een effectieve belastinginning, onafhankelijk toezicht op de staatsuitgaven, en een effectieve aanpak van corruptie, belastingvlucht en criminaliteit, waarbij de Trojka concrete ondersteuning moet bieden, en tegelijkertijd sanering van de Griekse schulden moet plaatsvinden, Roept de PvdA-fracties in de Tweede Kamer, onze PvdA-delegatie in het Europees Parlement, de PvdA-bewindslieden in het kabinet, en de voorzitter van de Eurogroep op er alles aan toe te doen te bevorderen dat de eisen en hulp aan Griekenland zoveel mogelijk in de richting van wat deze motie bepleit wordt gewijzigd, en een Grieks faillissement en/of Euro/EU-exit te voorkomen, Verzoekt het partijbestuur om in samenwerking met WBS, de Max van der Stoel Foundation, de Tweede Kamerfractie en onze Eurodelegatie in het Europees Parlement een alternatief sociaaldemocratisch beleid te formuleren voor Europese schuldenlanden en daarover met linkse partijen in Nederland en elders in de EU een conferentie in de 2e helft van dit jaar te organiseren, En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Deze motie is voorbereid binnen de beweging Linksom! in de PvdA Gelet op de eis vanuit de trojka van EC, ECB en IMF aan Griekenland om verdere hervormingen door te voeren als voorwaarde voor verdere financiële steun, ‘Hervormingen’ hebben, anders dan vaak wordt gesteld, geen politiek-neutrale betekenis, maar worden doorgaans en ook nu ingevuld met achterhaalde recepten van neoliberale bezuinigingspolitiek. In een mooi gesprek met de Amerikaanse econoom Joseph Stiglitz bij de OESOherinnerde de Griekse minister van Financiën, Yanis Varoufakis, ons onlangs nog eens aan het politieke karakter van de het dogma van de zogeheten structurele hervormingen die Griekenland door de eurogroep worden opgelegd. Die term, structurele hervormingen, ligt economen in de mond bestorven en ze denken ook dat zij dan wat zeggen. Dat is niet zo, het is een leeg begrip. Vaak bedoelen degenen die het in de mond nemen er hetzelfde mee, een flexibele arbeidsmarkt, een hogere pensioenleeftijd en ook nog iets met de woningmarkt. Maar adequate structurele hervormingen zijn uiteraard pas écht mogelijk na een concrete analyse van wat in een land het grootste obstakel voor groei is. Dan zal je op verschillende antwoorden uitkomen. ‘Het IMF en de EU vinden dat wij de arbeidsmarkt in Griekenland moeten dereguleren’, zei Varoufakis. ‘Maar helpt deregulering op een arbeidsmarkt waar dertig procent van de economie zwart is, waar werkgevers migranten op schandalige manier uitbuiten, waar de overheid moeite heeft om belasting bij bedrijven te heffen?’ Nee, zegt Varoufakis, in zulke omstandigheden is het nodig de arbeidsmarkt meer te reguleren. Dat zou in Griekenland nu écht een structurele hervorming zijn. En hij heeft gelijk. Een Grieks faillissement en/of een Griekse exit uit de Eurozone of zelfs de EU is zeer ongewenst voor Griekenland, voor de euro, voor de EU en voor de Europese geopolitieke verhoudingen. Als de Trojka de neoliberale aanpak van hervormingen blijft eisen, dan is zo’n faillissement en/of exit wellicht zelfs beter voor de Grieken. Maar zeker nu de Grieken ook zelf in overgrote meerderheid bij de EU en de eurozone willen blijven horen, moet onze solidariteit met de Grieken tot uiting worden gebracht door het eisen maar vooral ook helpen bij wel rechtvaardige en wel effectieve hervormingen. Van de gewone Griekse burger en zeker van de arme kant van de Griekse samenleving is al teveel gevraagd. Hen moet juist perspectief op werk, inkomen en een volwaardig bestaan geboden worden.
10
Preadvies: AFWIJZEN Toelichting Tijdens de vorige ledenraad is een motie met de strekking overgenomen dat er oog moet zijn voor de Griekse sociaaleconomische problematiek en met oog voor de gewone Grieken gezocht moet worden naar een sociale oplossing. Daarover is op de Ledenraad gediscussieerd, voert men binnen de PES hier bijzonder vaak het debat over en voert de fractie de motie reeds uit. .
11
7. Aanhoudende problemen in de zorg Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Hellevoetsluis, Schiedam, Borger-Odoorn, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Roept de Tweede Kamerfractie van de PVDA en de PvdA bewindslieden direct op tot een pakket van maatregelen, waaronder: directe bevoorschotting in het kader van de PGB, een akkoord met zorgverzekeraars om de capaciteit van verpleeghuizen minder snel te verkleinen, maatregelen die ervoor zorgen dat de financiering van de GGZ snel de noodzakelijke zorg weer kan garanderen, maatregelen die de bezuiniging aan huishoudelijke hulp verder verminderen, extra financiering voor de begeleiding en ondersteuning van wijkteams, dagbesteding en bestrijding van eenzaamheid, en voor de ondersteuning van mantelzorgers, extra middelen voor begeleiding en ondersteuning van instellingen in de jeugdzorg. En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Deze motie is voorbereid in de beweging Linksom! in de PvdA. De problemen in de zorg (huishoudelijke hulp, verpleeghuizen, GGZ, PGB´s, WLZ) blijven aanhouden, en hierdoor verkrijgen teveel kwetsbare mensen niet de juiste zorg of financiële ondersteuning. Er is voortdurende onzekerheid bij cliënten en bij professionals in de zorg. Het budgettaire kader en de daarmee samenhangende krappe tijd voor de enorme transformatie zijn daarbij belangrijke knelpunten. Het is onacceptabel dat deze situatie blijft voortduren.
Preadvies: AFWIJZEN Deze motie vraagt om een aantal maatregelen die deels al zijn geregeld. Er is reeds een directe bevoorschotting geregeld, de wijkteams hebben extra geld gekregen, er is meer geld gegaan naar de huishoudelijke hulp. Onze staatssecretaris hervormt niet alleen conform ons verkiezingsprogramma en het regeerakkoord, hij lost de problemen die met zo’n enorme operatie gepaard gaan , gewoon op met veel oog voor knelpunten. De fractie steunt hem daarin.
12
8. Motie parlementair onderzoek naar decentralisaties Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Borger-Odoorn, Schiedam, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Roept de Tweede Kamerfractie op om een onafhankelijk parlementair onderzoek te laten verrichten naar de voorbereiding, de transitie en voorlopige resultaten van de drie decentralisaties en de veranderingen in de langdurige zorg, En gaat over tot de orde van de dag Toelichting: Deze motie is voorbereid in de beweging Linksom! binnen de PvdA. De omvang en aard van de problemen met deze transformatie vragen om een onafhankelijk onderzoek. Niet om schuldigen aan te wijzen maar om te leren van gemaakte fouten. Welke maatregelen moeten worden genomen om de beoogde vernieuwing met meer eigen regie (wat iets anders is dan eigen verantwoordelijkheid of zelfs eigen schuld), meer naar draagkracht, met meer stimulering van eigen kracht (wat iets anders is dan die te verplichten), meer verantwoordelijkheid en regelruimte voor professionals en minder bureaucratie en overhead, alsnog te doen slagen? Hoe kan daarbij geborgd worden dat als zorg en ondersteuning zo dicht mogelijk bij de burger wordt georganiseerd, er op nationaal niveau voldoende rechtszekerheid en rechtsgelijkheid is en de democratische controle voldoende geborgd is? De PvdA moet durven deze vragen onbevooroordeeld te stellen: de decentralisaties en de veranderingen in de langdurige zorg zijn geen doel op zichzelf. Als averechtse effecten groter zijn dan de kwaal, dan moeten we het proces als zodanig ook ter discussie durven te stellen en nagaan met welke alternatieve aanpak de hiervoor genoemde doelen wel bereikt kunnen worden. Critici en klagers, zeker uit de sector zelf (cliënten, professionals en vrijwilligers) verdienen het om serieus genomen te worden en niet om weggezet te worden als conservatievelingen die geen enkele verandering zouden willen of die alleen voor eigen deelbelangen zouden strijden. De analyse dat ook het huidige systeem nu grote problemen kent en dat er dus veranderingen nodig zijn wordt wel degelijk breed gedeeld. Maar de nu gekozen opzet heeft geen breed draagvlak. En de kritiek gaat verder dan alleen de omvang van de bezuinigingen en het te krappe tijdschema, maar raakt ook de vormgeving van de vernieuwing zelf.
Preadvies: AFWIJZEN We zijn een half jaar onderweg met de decentralisaties. De hervormingen zijn in lijn met ons verkiezingsprogramma en het regeerakkoord wat de partij volmondig mee heeft ingestemd. Er zijn uitvoeringsproblemen, dat kan niet anders bij hervormingen van deze omvang. Maar onze staatssecretaris en fractie volgen de uitvoering nauwgezet en grijpen in als er knelpunten zijn. De fractie ziet geen reden voor een parlementair onderzoek.
13
9. Motie Fraudewet Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Dordrecht, Schiedam, Borger-Odoorn, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA in vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Gelet op de brief van de minister van SZW aan de Tweede Kamer van 30 april jl. over aanpassingen van de Fraudewet, Van oordeel dat deze aanpassingen niet ver genoeg gaan, Roept de PvdA Tweede Kamerfractie en de PvdA-bewindslieden op om er bij het overleg op 1 juli a.s. over de aanpassingen in de Fraudewet voor te zorgen dat: Behoudens bij opzet en grove schuld geen boetes meer worden opgelegd; Er extra aandacht en middelen komt om mensen in de bureaucratie van regelgeving voor uitkeringen en participatie te ondersteunen en te begeleiden; Bij overtredingen in het kader van regelgeving voor uitkeringen en participatie nooit uitsluiting voor schuldsanering geldt – alleen bij opzet en grove schuld kan daarbij opgelegd worden dat de resterende schuld en boete die in dit kader is opgelegd ook na de periode van schuldsanering in termijnen wordt terugbetaald; De beslagvrije voet altijd wordt gehandhaafd, ook bij recidive van overtreding van de plichten in kader van uitkeringen en participatie, en gegarandeerd op de huidige normen (dat wil zeggen dat de beslagvrije voet opgebouwd blijft van 90% van de toepasbare basisnorm zoals vastgelegd in de Participatiewet, de correctie voor ziektekosten, de correctie voor woonkosten en de correctie voor kindgebonden budget) en dat de beslagvrije voet gegarandeerd moet zijn door alle vorderingen via de rechter in de wacht te zetten (via een moratorium, een time-out van 6 maanden) zodat stabilisatietijd wordt gevonden dat de schuldenaar zijn lopende rekeningen weer kan betalen. Dit dient voortaan ook te gelden voor die schuldeisers met bijzondere bevoegdheid die nu vereenvoudigd beslag buiten de rechter om kunnen leggen. De complexiteit van regelgeving rondom bijstand en participatie aanzienlijk verminderd door het schrappen van de overvloed aan verplichtingen en het verruimen van mogelijkheden voor bijverdiensten; De door de Nationale Ombudsman aanbevolen maar door het kabinet afgewezen verlaging van de strafrechtelijke aangiftegrens wel wordt gerealiseerd; Er meer coulance komt bij overtreding van de inlichtingenplicht in situaties van nieuw werk: nu worden bijvoorbeeld Wajong-eren gekort op hun uitkering omdat zij niet tijdig aangeven dat zij inkomsten hebben. Vaak omdat men binnen een week niet precies weet wat men verdient, of denkt dat werkgever dit wel regelt. Meestal niet bewust, maar vanwege onmacht dit zelf goed te regelen; de wildgroei van bijzondere bevoegdheden via vereenvoudigde beslagen zonder de tussenkomst van de rechter ingeperkt wordt en dat de excessen hierbij eruit gehaald worden: de CJIB boeteverdubbelingen en de bestuursrechtelijke boetes van de ZiN; De vangnetfunctie van de bijstand voor alle Nederlandse burgers weer centraal gesteld wordt; De uitkeringen in het algemeen minder afhankelijk gemaakt worden van samenlevingsvormen (bijv. AOW-ers die latten of elkaar tijdelijk verzorgen) en bescheiden tijdelijke bijverdiensten. En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Deze motie is voorbereid binnen de beweging Linksom! binnen de PvdA. Onze verzorgingsstaat raakt doordrenkt van een filosofie die bij de VVD past, maar niet bij de PvdA, nl. dat vele burgers niet zouden willen werken, daar onvoldoende zelf voor over hebben en als ze de kans krijgen ook de boel belazeren met uitkeringsfraude. Repressieve maatregelen overheersen in de uitwerking van de tegenprestatie in de bijstand en door PGB-houders zelf niet meer te vertrouwen hebben we nu een gigantische uitvoeringscrisis bij de Sociale Verzekeringsbank. De Fraudewet uit het kabinet-Rutte-I verklaarde iedere fout bij sociale
14
uitkeringen tot fraude met een automatische boete van 100 procent bovenop het terugbetalen van het teveel ontvangen bedrag. Een wet met een omgekeerde bewijslast die botst met de meest fundamentele beginselen van onze rechtsstaat. Vaak is er helemaal geen sprake van fraude, maar zijn mensen gewoon de weg kwijt in het doolhof van UWV, SVB en gemeentelijke bijstand. De Nationale Ombudsman constateerde al eerder dat goedwillende burgers zo behandeld worden als criminelen. Pas nadat de rechter hier een streep doorheen haalde kwam het kabinet in actie: bij brief van 30 april jl. geeft het kabinet aan dat in de toekomst het UWV, SVB en gemeenten de overtredingen moeten beoordelen op ernst en omstandigheden en daarbij moeten zij rekening houden met de verwijtbaarheid van de ontvanger van een uitkering. Als opzet in het spel is, krijgt de ontvanger een boete voor het volledige gefraudeerde bedrag. bij grove schuld is dat 75 procent. Bij verminderde verwijtbaarheid is de boete 25 procent. In de overige gevallen bedraagt de boete 50 procent van het gefraudeerde bedrag. De minimumboete van 150 euro vervalt en UWV, SVB en gemeenten kunnen, als de wet is aangepast, in meer situaties een waarschuwing geven. Deze wijzigingen gaan nog niet ver genoeg, de regelgeving en bejegening bij uitkeringen en participatieverplichtingen moet uitgaan van het beginsel van ‘vertrouwen in de burger, tenzij’. Activeringsfilosofie, de bestrijding van fraude en misbruik, de participatiesamenleving of een geïntegreerd vreemdelingenbeleid mogen hun eigen rechtvaardigingsfilosofie hebben, maar er is ook nog zoiets als een de sociale vangnetfunctie. Herstel van deze vangnetfunctie vraagt om het schrappen van categoriale uitsluitingen, een minder streng handhavingsbeleid en een lossere binding tussen uitkering en arbeid. Formele drempels moeten worden geslecht en beperkende uitvoeringspraktijken moeten actief worden tegengegaan en publiekelijk bestraft. De bijstand is er om te voorkomen dat mensen in armoede geraken. Dat vraagt om compassie in plaats van repressie. Met betrekking tot de beslagvrije voet wordt in het bijzonder opgemerkt dat niet handhaving zoals in deze motie wordt voorgesteld veel mensen in de samenleving acuut in de problemen brengt, door huisuitzettingen, energieafsluitingen en ontbinding zorgverzekeringen tot gevolg, met name voor die groepen die wel willen maar niet kunnen betalen. Door de wildgroei van bevoegdheden van beslagleggingen buiten de rechter om die met name instanties hebben, staat het recht op de beslagvrije voet nu onder druk. Er vindt verdringing plaats tussen schuldeisers onderling, waarbij schuldeisers buiten de boot vallen. In de beslagleggingen vallen met name de volgende overheidsinstanties op: de CJIB (meerdere malen verdubbeling van verkeersboetes) en de ZiN (bestuursrechtelijke boetes bovenop na 6 maanden betalingsachterstand). De koepel van schuldhulpverleningsinstanties heeft onlangs nog bericht over een sterke groei bij problematische schulden en dat iedere onopgeloste schuldprobleem de samenleving €100.000,- kost. Zowel de gemiddelde problematische schuld stijgt (in 2014 met ruim 2% tot 38.500 euro) als het aantal mensen met problematische schulden: het aantal mensen, waarbij de rechter uitkomst moet bieden is in de afgelopen drie jaar verdubbeld en bij de gemeentelijke schuldsanering is het aantal klanten vorig jaar met 3000 gestegen naar 92.000. Deze cijfers zijn nog maar het topje van de ijsberg. De meeste mensen worden om bureaucratische redenen niet toegelaten tot de schuldsanering of willen dat zelf niet. In 2013 werd ingeschat dat er tussen de 373.000 en 531.000 huishoudens zijn die zich in een problematische schuldsituatie bevinden. Daarnaast lopen nog eens 719.000 tot 961.000 huishoudens een serieus risico om in een problematische schuldsituatie terecht te komen. Uitgaande van de laagste schattingen en het gemiddelde van ruim twee personen per huishouden zijn er in Nederland dus ruim 700.000 mensen die in problematische schulden leven en ruim een miljoen die daar een serieus risico op lopen.
Preadvies: AFWIJZEN De richting van de motie spreekt de fractie aan, die zien ze als ondersteuning van de ingezette koers. Maar de motie is erg gedetailleerd en bevat elementen die 'rijp en groen' zijn, 'met en zonder
15
budgettaire consequenties' en 'wel en niet verband houdend met de Fraudewet' door elkaar. Daarom moeten we de motie toch afwijzen. In algemene zin kan (moet) gezegd worden dat het juist de verdienste van de PvdA is geweest dat de van het vorige kabinet afkomstige Fraudewet nu wordt versoepeld, ondanks het verzet van de VVD daartegen (en dankzij het feit dat we CDA en D66, die destijds voor de wet stemden, aan onze kant hebben gekregen). Daar heeft de uitspraak van de CRvB een rol bij gespeeld, maar geen doorslaggevende. Die versoepeling stelt overigens, anders dan nu gesuggereerd, wel degelijk wat voor: uitvoerders kunnen straks echt onderscheid maken tussen echte fraudeurs en mensen die door de bomen het bos niet meer zien. Desondanks zullen we in het debat dat nog volgt op aandringen op verdergaande aanpassing dan in de kabinetsbrief waarnaar in de motie wordt verwezen wordt voorgesteld. Daarbij zal onder meer worden ingezet op het herzien van onder de oorspronkelijke wet opgelegde boetes en de aanbevelingen van de Ombudsman. Overigens zet de fractie zich (via publiciteit, moties, mondelinge en schriftelijke vragen) in voor een fatsoenlijke uitvoering van bijvoorbeeld de Participatiewet die vanaf 1 januari onder meer op bijstandsgerechtigden van toepassing is. Kern daarvan is het centraal stellen van de behoeften en mogelijkheden van betrokkenen, waarbij met respect perspectief geboden dient te worden op (weer) meedoen in onze samenleving c.q. op de arbeidsmarkt. De indieners ondersteunen die lijn overigens van harte, zo maak ik bijvoorbeeld op uit het veelvuldig retweeten van tweets uit de fractie daarover.
16
10. Motie waakzaamheid en verdraagzaamheid Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Schiedam, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Roept de PvdA-fractie in de Tweede Kamer en de PvdA-bewindslieden op om: -te bevorderen dat het wahabitisch salafisme onder de moslims in Nederland wordt tegengegaan. -de buitenlandse financiering en ondersteuning daarvan te bestrijden; -een brede maatschappelijke beweging te bevorderen die met debat de strijd aangaat tegen intolerante, salafistische moslims, onder meer door de talloze complottheorieën te ontkrachten, maar die ook uitdraagt dat moslims in Nederland welkom zijn en bevorderd dat moslims volwaardig deel kunnen nemen aan onze samenleving, en waarin moslims en niet-moslims, jongeren en ouderen, en in het bijzonder ook vrouwen en moeders deelnemen, inclusief bestuurders, vertegenwoordigers van maatschappelijke instellingen en bedrijven, docenten, rolvoorbeelden en geestelijk leiders. en gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Deze motie is voorbereid binnen de beweging Linksom! binnen de PvdA. Met financiële en andere steun vanuit fundamentalistische en extremistische regimes, organisaties en personen in onder meer Saoedi-Arabië en andere Arabische Golfstaten, heeft het wahabitische salafisme onder Nederlandse moslims een stevige voet aan de grond gekregen, en de AIVD concludeerde nog onlangs dat dit salafisme de kweekvijver is van het jihadistische kwaad. Dit salafisme is niet te verenigen met onze westerse en Europese waarden, en sterker nog, dit salafisme is erop gericht onze waarden te bestrijden en te ondermijnen, en het is niet productief om de aard en omvang van de salafistische invloed onder grote groepen moslims in ons land te relativeren. We kunnen ons niet veroorloven afzijdig te blijven van de strijd tussen salafisten en andere moslims in Nederland en in Europa door ons te beroepen op godsdienstvrijheid en scheiding tussen politiek en staat. Waar deze waarden juist zelf het doelwit van een beweging vormen en die beweging ook met geweld deze doelen wil bereiken, vanuit welke overtuiging of religie die beweging zich ook bedient, is het gewenst en noodzakelijk die waarden niet daarvoor te laten misbruiken, en na te denken over hoe we het wahabitisch salafisme kunnen bestrijden en de meer verlichte moslims ondersteunen. De dreiging die van dit salafisme uitgaat moet niet gerelativeerd worden. Steeds meer Nederlandse moslims blijken fundamentalistische opvattingen te hebben die haaks staan op onze waarden van tolerantie, individuele vrijheid, democratie en rechtsstaat. Nederlandse jonge moslims moeten gestimuleerd moeten worden met andere jongeren de ideeënstrijd aan te gaan over hun geloof, binnen de context van de waarden van onze rechtsstaat. Intolerantie over onder meer een andere interpretatie van geloofsopvattingen dan de eigen opvatting of die van de geestelijk leider, over de individuele vrijheid om van (religieuze) overtuiging te veranderen, en over de individuele vrijheid om relaties met anderen aan te gaan en te beëindigen is onacceptabel. Seculiere wetten zijn niet ondergeschikt aan de wetten en voorschriften van de eigen religie. Discriminatie om welke reden dan ook (bijvoorbeeld islamofobie, antisemitisme en homohaat) is niet toegestaan. Eigen richting is verboden is en het monopolie op gebruik van geweld ligt bij de democratisch gelegitimeerde overheid. Rechtspraak vindt onafhankelijk plaats door seculiere rechtbanken. Bij schendingen hiervan past geen tolerantie of wegkijken. Er is nooit een geldig excuus hiervoor.
17
De meer verlichte en bedreigde moslims hebben in deze strijd recht op onze solidariteit, als ook op steun in hun roep om als moslim volwaardig deel te kunnen nemen in onze samenleving. Het is onze plicht om ervoor te zorgen dat moslims zich hier vrij voelen om te zijn wie ze zijn, net zo goed als andere groeperingen. Moslims in Nederland voelen zich vaak niet welkom en dat moet de rest van de Nederlandse samenleving zich aantrekken. Dat ook moslims formeel allerlei vrijheden genieten om hun geloof te kunnen beleven en ook eigen scholen op te richten doet niet af aan de dagelijkse vernedering en discriminatie die zij zelf daarbij beleven in ons land. Daarom pleit de motie naast een effectieve en duidelijke aanpak van het salafisme ook om een brede beweging te starten van moslims en niet-moslims, jongeren en ouderen, inclusief bestuurders, vertegenwoordigers van maatschappelijke instellingen en bedrijven, docenten, rolvoorbeelden en geestelijk leiders, die eraan bij moet dragen dat moslims ook beleven dat ze welkom zijn en volwaardig aan onze samenleving kunnen deelnemen. Dat is effectiever dan symboolpolitiek zoals een boerkaverbod. Met deze oproep blijft de principiële scheiding tussen staat en religie in stand, maar wordt erkend dat religies, en dus ook de islam, een betekenis hebben in het maatschappelijk verkeer en dat daar niet van weggekeken moet worden, noch als moslims radicaliseren en daardoor de kernwaarden in onze samenleving bedreigen, noch als moslims zich gediscrimineerd of vernederd en zich niet welkom voelen. Preadvies: OVERNEMEN We vinden de motie sympathiek omdat die bepleit om expliciet uit te dragen dat wij het bestaansrecht van moslims erkennen en via het debat radicaal of gewelddadig gedachtegoed weersproken en complottheorieën ontkracht moeten worden. Wij moeten onze democratische principes bewaken; via de wet en ook door onze samenleving weerbaar te maken tegen ondemocratische opvattingen.
18
11. Motie Werk en jongeren Ridderkerk (contactpersoonBosman, Gerard, G.) Hellevoetsluis, Borger-Odoorn, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Gelet op de door het partijbestuur overgenomen motie op de politieke ledenraad van 11 april jl. in Nieuwegein om de PvdA fractie in de Tweede Kamer op te roepen mede het initiatief te nemen om het minimumjeugdloon uit de wet te schrappen, opdat het reguliere minimumloon ook voor jongeren van toepassing is, Constaterend dat de combinatie van hoge collegegelden, de vervanging van de basisbeurs door leningen, de fiscale verruiming van bijverdienmogelijkheden en de steeds verdergaande flexibilisering van vooral de onderkant van de arbeidsmarkt, waarbij het beschikbare werk steeds meer in flexibele, kleine baantjes wordt omgezet, het toch al in ernstige mate aanwezige proces van verdringing van laagopgeleiden door hoger opgeleiden op de arbeidsmarkt nog verder dreigt aan te wakkeren, zeker nu binnen het nieuwe leenstelsel de bijverdiengrens wordt opgeheven, Van oordeel dat deze verdringing actief moet worden tegengegaan door het verminderen van de noodzaak bij studenten in het hoger onderwijs om bij te verdienen . Van oordeel dat de uitsluitingen van jongeren van bijstand ook negatief werkt doordat jongeren daardoor zeer laag betaalde, onzekere en kleine baantjes moeten accepteren, Roept de PvdA fractie in de Tweede Kamer op om: in aansluiting op de oproep om de afschaffing van het minimumloon ook de toegang tot bijstand voor jongeren te vereenvoudigen. De steeds verder doorslaande flexibilisering van werk voor jongeren aan de onderkant van de samenleving tegen te gaan, en te komen met een plan voor het creëren van echte banen voor laagopgeleide jongeren. En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Deze motie is voorbereid binnen de beweging Linksom! binnen de PvdA. De motie spreekt voor zichzelf.
Preadvies: AFWIJZEN Voor jongeren is het mogelijk om een bijstandsuitkering aan te vragen na de verplichte zoekperiode van 4 weken naar werk of een opleiding. De PvdA zet zich in voor een betere positie van jongeren op de arbeidsmarkt door de aansluiting van het onderwijs op de arbeidsmarkt te verbeteren en door de positie van flexwerkers te versterken. De doorslaande flexibilisering van werk voor jongeren aan de onderkant van de samenleving wordt tegengegaan met de Wet werk en zekerheid. De PvdA-fractie zet zich er tevens voor in dat de in voorbereiding zijnde herziening van het belastingstelsel zal leiden tot extra banen en meer werk voor jongeren.
19
12. Motie problemen bij de Participatiewet Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Borger-Odoorn, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, In vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Roept de PvdA bewindslieden op tot het toevoegen aan de begroting 2016 van geoormerkte extra middelen voor: • het bestrijden van armoede bij gemeenten, • reïntegratie in het maatschappelijk proces van mensen in de bijstand en van mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt. • uitstel van de volledige stopzetting van de instroom bij WSW-voorzieningen in ieder geval totdat de werkloosheid tenminste beneden de 3% gedaald is • voorbereiding van structurele maatregelen ter bevordering van de toename van het volume van de werkgelegenheid En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Deze motie is voorbereid in de beweging Linksom! binnen de PvdA. Bij de Participatiewet is grote reden tot zorg over de effecten van die wet, zoals: het gebrek aan voortgang bij de registratie van arbeidsgehandicapten voor banen in de quotumregeling, de verdringing op de arbeidsmarkt voor laagopgeleiden, de dreigende toestroom van mensen uit de Wajong naar de bijstand, evenals de toestroom naar de bijstand van hen die tot voor kort nog naar de WSW konden, en de steeds ernstiger vormen van opjagen van bijstandsgerechtigden met stigmatiserende en sanctionerende maatregelen. (o.a. het opleggen van tegenprestaties waarbij de toegevoegde waarde in het kader van het toeleiden naar regulier werk niet toetsbaar gemotiveerd wordt en er geen redelijke vergoeding tegenover staat, De risico’s voor duurzame schade op de arbeidsmarkt voor laagopgeleiden en bij mensen met een afstand tot de arbeidsmarkt zijn zo groot, dat noodmaatregelen maar ook voorbereiding van doeltreffende structurele maatregelen direct gewenst zijn.
Preadvies: AFWIJZEN Ondanks dat we een deel van de doelstellingen van de motie delen, moeten we de motie in deze vorm toch ontraden. De motie vraagt om extra geld voor een aantal doeleinden waar al extra middelen voor zijn gereserveerd, waar extra geld niet de oplossing biedt of waar (met name ten aanzien van participatiewet) nu hard aan wordt gewerkt. Voor armoedebestrijding heeft het kabinet jaarlijks € 100 miljoen extra beschikbaar gesteld aan gemeenten. Hier bovenop hebben gemeenten de ruimte om zelf ook extra middelen in te zetten voor armoedebestrijding. Een eerste inschatting laat zien dat in de meeste gemeenten het extra geld ook daadwerkelijk wordt besteed aan de armoedebestrijding en schuldhulpverlening. Onder de participatiewet zijn de middelen voor re-integratie goeddeels bij elkaar gebracht bij gemeenten. Zij krijgen de ruimte om via maatwerk mensen te begeleiden naar werk. Via de participatiewet en de quotumwet wordt niet alleen geïnvesteerd in betere re-integratie, maar juist ook in het fors verbeteren van een kans op werk, o.a. via 30.000 beschutte werkplekken en 125.000 garantiebanen voor arbeidsbeperkten.
20
Gemeenten hebben tot 1 juli de tijd om de participatiewet te vertalen naar gemeentelijk beleid. De fractie is van mening dat gemeenten voldoende instrumenten en geld hebben gekregen om meer mensen te begeleiden naar werk. De fractie zal dit proces heel scherp bewaken en proactief en activistisch gemeenten aanpakken die zich niet houden aan de doelstellingen uit de nieuwe participatiewet. Voor elke deur die in de WSW dicht gaat, gaan er nieuwe deuren open op de reguliere arbeidsmarkt. Werkgevers en gemeenten hebben zich garant gesteld voor deze nieuwe, additionele plekken, ongeacht de economische situatie. De beschutte werkplekken moeten een veilige haven worden voor mensen die een beschermde werkomgeving nodig blijven hebben. Hierbij komt dat de opbouw van garantiebanen en beschutte werkplekken veel sneller gaat dan de afbouw van de sociale werkvoorziening. Dit leidt tot veel meer arbeidsplekken voor mensen met een arbeidsbeperking op de korte en middenlange termijn, maar ook structureel. De motie vraagt ook om structurele maatregelen voor meer werkgelegenheid in algemene zin. Die vraag is overbodig. Deze maatregelen neemt de regering al jaren, oa via de sectorplannen. De fractie heeft een actieplan voor jeugdwerkgelegenheid in de maak als antwoord op een motie van de JS van afgelopen politieke ledenraad. Gelukkig zien we nu ook dat deze inzet zich vertaald in een daling van de werkloosheid en een stijging van de werkgelegenheid. Ons ideaal is dat zoveel mogelijk mensen met een beperking in gewone bedrijven werken. Dat is een inclusieve maatschappij waar de PvdA voor staat. Er zijn signalen dat met name het creëren van 30.000 nieuwe beschutte werkplekken door gemeenten onvoldoende wordt opgepakt. Maar gemeenten hebben tot 1 juli, dus die datum moeten we afwachten. De fractie zal gemeenten en het kabinet nauwgezet gaan volgen als per 1 juli duidelijk wordt hoe men beschut werk gaat inrichten. Voorafgaand aan de politieke ledenraad in september zal de fractie verslag doen van de stand van zaken bij gemeenten en de acties die we ondernemen om die 30.000 beschutte plekken te krijgen. De fractie heeft de afgelopen periode ook andere resultaten geboekt, bijvoorbeeld het vrijspelen van € 60 miljoen voor herstructurering van sociale werkplaatsen en het overnemen van voorstellen uit de fractie rondom het zogenaamde 'doelgroepenregister' en het bieden van kansen aan leerlingen uit het speciaal onderwijs.
21
13. Duurzame arbeids(re)activering Zoetermeer (contactpersoon: Hanselman, Selwyn, S.R.) Ridderkerk, Krimpen aan den IJssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA in vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Constaterende dat: 1. De huidige werkcheque (zie werkcheque Den Haag) slechts voor een beperkte groep beschikbaar is, 2. Het uitbetalen van de cheque in 2 delen, aan het begin en na 6 maanden van het contract, misbruik in de hand werkt, Overwegende dat: 1. Niet alleen jongeren, maar ook senioren vanaf 45 jaar moeite hebben met instroom op de arbeidsmarkt, 2. Bedrijven in het huidige systeem werknemers na 6 maanden ontslaan omdat de cheque voor 6 maanden geldt, en de cheque zodoende niet bijdraagt aan een duurzame oplossing tegen de werkloosheid, 3. De werkcheque momenteel niet landelijk is uitgerold, maar gemeenten dit afzonderlijk ondernemen, 4. Werklozen aan het werk krijgen en houden bijdraagt aan hun professionele en sociale vaardigheden en competenties, Draagt de Tweede Kamerfractie van de PvdA op om: 1. De werkcheque landelijk uit te rollen om werkgelegenheid te stimuleren; 2. De werkcheque voor jongeren tot 27 jaar, en senioren vanaf 45 jaar ingezet moet worden om instroom op de arbeidsmarkt te intensiveren; 3. De uitbetaling van de werkcheque zorgvuldig te herstructureren: a. De vergoeding van de cheque te voldoen middels teruggave van de loonkosten aan de werkgever op de volgende wijze: i. van 16 en 17 jaar : €400 + € 27,80 ZVW premie aan werkgeverslasten per maand; ii. van 18 tot 27 jaar: €636,50 + € 44,41 ZVW premie aan werkgeverslasten per maand; iii. 50+: 75% van minimumloon per maand; b. De uitbetaling van de cheque in de tijd als volgt te faseren: i. 20% tot 6 maanden teruggave van het loon bij aanvang van de functie; ii. 15% na 6 maanden; iii. 17,5% na 12 maanden tot 24 maanden; iv. Na 24 maanden wordt overgegaan naar een vast contract en passend salaris van minimaal minimumloon; 4. Tussentijdse opzegging van het arbeidscontract kan gedaan onder de volgende omstandigheden: a. Door opzegging van de organisatie of deelnemer of door wederzijds goedvinden; b. Als de werknemer tussentijds een gewone baan vindt, hij kan stoppen; En gaat over tot de orde van de dag Toelichting: Preadvies: AFWIJZEN De bestrijding van de werkloosheid is topprioriteit van dit kabinet. Resultaten worden geboekt; de werkgelegenheid verbetert al maanden op rij. Deze motie vraagt heel gedetailleerd om een extra instrument (de werkcheque) tegen werkloosheid. Er zijn al verschillende instrumenten beschikbaar om werklozen aan het werk te helpen zoals premiekortingen voor oudere werklozen de arbeidskorting en de sectorplannen. Dit kabinet heeft de arbeidskorting voor mensen met een laag inkomen vergroot waardoor de lage inkomens meer geld overhouden als ze gaan werken. De fractie heeft bij de
22
begrotingsbehandeling van 2015 weer extra aandacht gevraagd voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid. Daarom wordt op initiatief van de PvdA de komende jaren veel geld uitgetrokken om jongeren aan het werk te helpen door extra leerwerkplekken te creëren en werkgevers te stimuleren jongeren aan te nemen. De PvdA heeft bij de begrotingsbehandeling ook aangegeven dat meer gedaan kan én moet worden om kwetsbare jongeren, zoals migrantenjongeren, te helpen hun weg naar de arbeidsmarkt te vinden.
23
14. Stand van zaken met betrekking tot het Online Platform Zoetermeer (contactpersoon: Hanselman, Selwyn, S.R.) Ridderkerk Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, bijeen op 31 mei 2015 te Utrecht, Overwegende dat - op het congres van januari 2015 in het kader van de toen aangenomen Resolutie Ledendemocratie is besloten om een Online Platform op te richten, - de financiële gevolgen en (veiligheids-)risico’s van het Online Platform in kaart worden gebracht door de permanente werkgroep Ledendemocratie, - het congres eveneens in januari 2015 twee moties heeft aangenomen met betrekking tot de voorwaarden die gesteld worden aan de ontwikkeling en uitvoering van het Online Platform, Constaterende dat - de permanente werkgroep Ledendemocratie reeds actief is, - op en vóór 27 mei jl. het partijbestuur geen mededelingen heeft gedaan over het Online Platform en de voortgang van de planning en ontwikkeling hiervan, - een goed en tijdig gerealiseerd 'Online Platform', waarmee alle leden elkaar kunnen bereiken, één van cruciale randvoorwaarden voor de ledendemocratische hervormingsplannen binnen onze partij is, Verzoekt het Partijbestuur om: Twee weken vóór de eerstvolgende politieke ledenraad opheldering te geven over de huidige stand van zaken rond de besluitvorming, ontwikkeling en uitvoering van het Online Platform; en gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Preadvies: OVERNEMEN Het partijbestuur en de projectgroep ledendemocratie leggen graag verantwoording af over de uitvoer van de resolutie ledendemocratie, waaronder de ontwikkeling van het online platform valt, en de besluitvorming, ontwikkelingen en uitvoeringen hieromtrent. Dit doen de werkgroep en het partijbestuur dan ook met regelmaat. Dit gebeurt echter wel aan het hiervoor aangewezen gremium, namelijk de Verenigingsraad, en niet zoals deze motie oproept aan de politieke ledenraad.
24
15. Beter schooladvies basisonderwijs Zoetermeer (contactpersoon: Hanselman, Selwyn, S.R.) Ridderkerk Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, in vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Constaterende dat: - De capaciteiten van basisschoolleerlingen regelmatig worden onderschat bij het geven van een schooladvies voor het hoger onderwijs, Overwegende dat: - Het basisonderwijs het fundament van het onderwijssysteem in Nederland is en het schooladvies door de basisschool leidend is geworden voor de voortzetting van leerlingen naar het voortgezet onderwijs, - Het huidige PABO-curriculum te weinig aandacht besteedt aan diepgaande vakken die aankomende leraren (groep 8) trainen in talentherkenning en talentontwikkeling, - Basisschooldocenten in het bijzonder voor de bovenbouw meer inzicht in talentontwikkeling moeten krijgen om leerlingen beter te begeleiden naar het voortgezet onderwijs, - Door middel van de bezuinigingen op het hoger onderwijs er geld is vrijgekomen voor investering in de kwaliteit van de opleidingen en docenten in het hoger onderwijs, - In landen als Finland basisschooldocenten minimaal een universitair bachelordiploma moeten hebben, - HBO-verpleegkundeopleidingen een extra traject van twee jaar bieden waardoor studenten een gevorderde titel (Nurse Practitioner) krijgen en meer bevoegdheden hebben dan studenten die de studie in 4 jaar hebben gedaan en dit extra traject niet hebben gevolgd, Draagt het Partijbestuur, de Tweede Kamer fractie en de Wiardi Beckman Stichting op om: 1. 1. Onderzoek te doen naar de mogelijkheid, meerwaarde en (financiële) gevolgen van een verdiepend vijfde studiejaar voor PABO-studenten die zich willen richten op lesgeven in de bovenbouw van het basis onderwijs; 2. Op te dragen om hierbij na te gaan of het zinvol is verdiepende modules te hanteren die gericht zijn op: a) talentherkenning en talentontwikkeling; b) assessment en evaluatie van leerlingen; c) individugericht lesgeven; d) en onderwijspsychologie; 3. 3. Bij het onderzoek naar een vijfde studiejaar nauwe samenwerking te zoeken met de HBO-raad en VSNU; En gaat over tot de orde van de dag.
Preadvies: AFWIJZEN De PvdA-fractie hecht grote waarde aan een correct en passend schooladvies voor kinderen in het basisonderwijs. Daarnaast heeft de noodzakelijke kwaliteit van het onderwijs op de PABO ook onze volle aandacht. Daarmee kunnen we ons vinden in de ambitie die de motie naar voren brengt m.b.t. het verbeteren van het schooladvies en de gewenste kwaliteit van PABO’s. de genoemde oplossingsrichting in het curriculum en in de lengte van de PABO-studie gaat ons echter een paar stappen te ver. Wij gaan vanuit de politiek en vanuit de conclusies van de commissie Dijsselbloem over het ‘wat’ en niet over het ‘hoe’. Op aandringen van de PvdA gebeurt er daarom al heel veel als gaat om academische pabo s, lerarenbeurs, lerarenagenda, selectie om de beste studenten op pabo te krijgen, het verhogen van het reken en taalonderwijs etc. Het belang van een goed advies en goede PABO’s sluit dus goed aan op onze politieke inzet, het gevraagde onderzoek en de gesuggereerde oplossingsrichting valt daar buiten. Derhalve ontraden we deze motie.
25
16. Flexwerkers bij de overheid niet buiten de deur i.v.m. WWZ Zoetermeer (contactpersoon: Hanselman, Selwyn, S.R.) Hellevoetsluis, Ridderkerk, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, in vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Constaterend dat · Minister Asscher afkeurend heeft gereageerd op mediaberichten dat werkgevers als gevolg van de invoering van de Wet Werk en Zekerheid (WWZ) per 1 juli aanstaande op grote schaal hun flexmedewerkers naar huis sturen, [1] · Overheidsdiensten zoals DUO en IND als gevolg van de invoering van deze wet (van plan zijn om) de inhuur van flexwerkers (te) beëindigen of niet (te) verlengen, tenzij het bij DUO gaat om flexwerkers die werk verrichtten dat door niemand anders binnen het rijk uitgevoerd kan worden, · De rijksoverheid in het algemeen de laatste tijd steeds meer gebruik maakt van langdurige tijdelijke inhuur, van bijvoorbeeld zeven of dertien jaar, [2]1 Overwegende dat · De Minister voor Wonen en Rijksdienst in de circulaire “afbouw van de inhuurvorm payrolling bij de sector rijk” van 1 april 2014 als uitgangspunt formuleert dat structureel werk zoveel mogelijk structureel moet worden ingevuld via een passende arbeidsrelatie, · Het Sociaal Akkoord als uitgangspunt hanteert dat tijdelijk werk niet langer dan twee jaar mag duren en dat daarna een vast contract moet worden aangeboden, · Overheidsdiensten die inhuur van flexwerkers beëindigen die twee jaar of langer werkzaamheden hebben verricht, in strijd handelen met dit kabinetsbeleid, · Overheidsdiensten via reorganisaties overtollig personeel op een zorgvuldige manier af kunnen stoten en die mogelijkheid de afgelopen jaren veelvuldig met succes hebben benut, Roept de PvdA Tweede Kamerfractie en de PvdA bewindslieden op: · De uitgangspunten “structureel werk structureel invullen” en “na twee jaar tijdelijk werk dient een vast contract aangeboden te worden” actief uit te dragen in parlement en binnen de coalitie; · Actief de correcte uitvoering te bevorderen van het Sociaal Akkoord en er op toe te zien dat: o Alsnog een vast contract wordt aangeboden aan iedere flexwerker die op 1 juli twee jaar of langer bij de overheid werkzaam zou zijn geweest indien zijn of haar inhuur niet was beëindigd in het kwartaal direct voorafgaand aan 1 juli 2015; o De overheid tijdelijke inhuurcontracten van perioden langer dan twee jaar met ingang van 1 juli 2015 niet langer hanteert; o De overheid met ingang van 1 juli 2015 een vast contract aanbiedt aan degenen die nu via tijdelijke contracten langer dan twee jaar door de overheid zijn ingehuurd; · De Politieke Ledenraad van 19 september de stand van zaken en de resultaten te melden; En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Preadvies: AFWIJZEN Met de doelstelling van de motie zijn we het eens; de overheid moet het goede voorbeeld geven t.a.v. de WWZ. In het Kamerdebat is benadrukt dat de Rijksoverheid zelf het goede voorbeeld moet geven en naar de letter en de geest van de Wet Werk en Zekerheid moet handelen. De Minister voor Wonen en Rijksdienst komt binnenkort met de wijze waarop de rijksoverheid naar de geest van de Wet werk en zekerheid zal handelen. Eergisteren werd al bekend dat de overheid volgend jaar stopt met
1[1] www.penoactueel.nl van 11 april 2015 1[2] Bron: informatie verstrekt door FNV Beleid 26
payrolling. Als de tekst op een aantal punten wordt aangepast, zou deze motie overgenomen kunnen worden. Aan de overheid kan niet gevraagd worden om iedere flexwerker die op 1 juli langer dan 2 jaar bij de overheid werkzaam zou zijn geweest, een vast contract aanbieden. Dit geldt alleen voor structureel werk. Een tijdelijk project kan langer duren dan 2 jaar, deze mogelijkheid voor tijdelijke inhuur dient nog steeds geboden te kunnen worden.
27
17. Iedereen aan de slag Zoetermeer (contactpersoon: Hanselman, Selwyn, S.R.) Dordrecht, Ridderkerk, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De Politieke Ledenraad van de PvdA, in vergadering bijeen op zondag 31 mei 2015 in Utrecht, Constaterend dat · de PvdA het beginsel dat iedereen recht op werk heeft hoog in het vaandel heeft staan, · zowel Europa als het kabinet geld beschikbaar stellen om werkloosheid te bestrijden, · desondanks en ondanks het eerste economische herstel de werkloosheid onverminderd hoog blijft, · met name bepaalde groepen werkzoekenden structureel weinig kans op werk hebben zoals nietwesterse migrantenjongeren, jongeren, 45-plussers en mensen met beperkingen, Overwegende dat · iedereen die wil werken een eerlijke kans op werk verdient en het stelselmatig passeren van bepaalde groepen werkzoekenden bij de invulling van vacatures onwenselijke maatschappelijke, economische en financiële gevolgen heeft, · voor werkzoekenden met een beperking al een regeling is getroffen om deze groep aan de slag te helpen maar dat dit voor de andere hierboven genoemde groepen nog niet het geval is, · er diverse mogelijkheden zijn om ook deze groepen aan de slag te helpen, zoals is aangetoond door gemeenten die hun relaties met lokale werkgevers aanboren en deze groepen actief onder de aandacht brengen van werkgevers en door succesvolle projecten zoals 2GetThere uit Arnhem waarbij werkzoekenden worden opgeleid tot jobcoach om werkzoekenden uit hun eigen netwerk te coachen naar werk, school of een combinatie van beide, Roept de PvdA Tweede Kamerfractie en de PvdA bewindslieden op: · te komen met een concreet actieprogramma voor het daadwerkelijk terugdringen van de werkloosheid bij niet-westerse migrantenjongeren, jongeren en 45-plussers waarbij: o rijk, gemeenten, sociale partners, onderwijsinstellingen en werkzoekenden samen verantwoordelijkheid nemen voor het actief en daadwerkelijk (weer) aan de slag helpen van deze groepen werkzoekenden, ook via vacatures binnen de eigen organisatie(s); o de O&O-fondsen en overige bestaande regelingen hiervoor gericht worden ingezet; o handhaving en toezicht door de arbeidsinspectie ten aanzien van discriminatie op de arbeidsmarkt worden geïntensiveerd en aangescherpt; · voor deze maatregelen in de rijksbegroting 2016 de benodigde extra middelen te reserveren; · aan de Politieke Ledenraad van 19 september 2015 de stand van zaken en de resultaten te melden; En gaat over tot de orde van de dag. Toelichting: Preadvies: AFWIJZEN De fractie is hier al volop mee bezig en vindt de motie daarom overbodig. Bij de begrotingsbehandeling van 2015 heeft Roos Vermeij weer extra aandacht gevraagd voor de bestrijding van jeugdwerkloosheid. Tijdens de afgelopen PL is de motie van de JS aangenomen om meer werk te maken van werk. Die motie is in uitvoering. Op initiatief van de PvdA wordt de komende jaren veel geld uitgetrokken om jongeren aan het werk te helpen door extra leerwerkplekken te creëren en werkgevers te stimuleren jongeren aan te nemen. De PvdA heeft in debatten ook aangegeven dat meer gedaan kan én moet worden om kwetsbare jongeren, zoals migrantenjongeren, te helpen hun weg naar de arbeidsmarkt te vinden. Ook Keklik Yücel heeft aanvullende voorstellen van de PvdA gedaan tegen arbeidsmarktdiscriminatie, en deze zijn overgenomen door Lodewijk Asscher. Zo wordt er een landelijke conferentie (een 'inclusieve arbeidsmarkttop') georganiseerd om tempo achter het actieplan te zetten. De PvdA is verheugd dat er een clausule wordt opgenomen in de aanbestedingsprocedures waarbij contracten tussen overheid en discriminerende bedrijven worden verbroken. De PvdA vindt het goed om te zien dat er nu extra focus komt op het vooruit helpen van alle jongeren op de arbeidsmarkt via meer aandacht voor soft skills, arbeidsmarktvaardigheden en netwerkontwikkeling.
28
18. inkomensongelijkheid als bindingsmiddel Zaanstad/Wormerland/Oostzaan contactpersoon: Damman, Mark, M.) Hellevoetsluis, Ridderkerk, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 27-05-2015 Motie: De partijraad gaat over thema’s BINDING. Daarbij gaat het over de onderlinge verhoudingen tussen mensen in onze samenleving. Op allerlei terreinen. Zie de stukken die zijn geschreven via de mail aan jullie gezonden. Een van de fundamenten daarvan is inkomensongelijkheid als scheidingsmiddel in plaats van bindingsmiddel. Er wordt op dit ogenblik nagedacht over een nieuw stelsel. Vandaar dit voorstel van een motie. In het verlengde van onze principes uit het rode boekje formuleer ik de uitgangspunten. Toelichting: Motie. De partijraad van de PvdA bijeen op 31 mei 2015, sprekend over binding als politieke opdracht, constateert dat 1. het IMF en de OESO in 2014 tot de conclusie komen dat landen met kleinere inkomens verschillen een hogere en duurzamere economische groei kennen, 2. dat egalitaire samenlevingen over de gehele linie gezonder, slimmer, veiliger, socialer, stabieler en gelukkiger zijn, 3. dat de vruchten van de aarde iedereen behoren toe te komen, 4. dat bijna al onze welvaart komt van voorgaande generaties, 5. dat ongelijkheid alleen te rechtvaardigen is als iedereen profiteert, 6. dat sociale mobiliteit een illusie is, 7. dat ongelijkheid slecht is voor de groei van een economie, 8. dat ongelijkheid slecht is voor iedereen, 9. dat belastingen de prijs zijn die we betalen voor de beschaving. Constateert dat de PvdA nadenkt over een nieuw belastingstelsel, Verzoekt het partijbestuur, de fractie en de bewindslieden het nieuwe belastingstelsel te baseren op bovenstaande 9 uitgangspunten. Namens de afdeling Zaanstreek, Daan Sanders Met instemming van het bestuur. Mark Damman, voorzitter
Preadvies: AFWIJZEN De PvdA fractie heeft als leidende principes bij de belastingherziening meer werk en inkomen, een rechtvaardiger inkomens- en vermogensverdeling en meer duurzaamheid. Die uitgangspunten zijn in de vorige ledenraad ook aan bod geweest. De indiener wil die uitgangspunten vervangen door de 9 punten die genoemd worden. Dat vindt de fractie een te beperkte scope. Veel van de negen uitgangspunten deelt de PvdA fractie volmondig. De PvdA heeft een grote ambitie ten aanzien van het tegengaan van ongelijkheid. Maar dat elke vorm van ongelijkheid moet worden voorkomen en dat sociale mobiliteit een illusie is, zijn stellingen waar de fractie tegengesteld over denkt. De fractie vindt ook dat werken moet lonen, hoge werkloosheid moet worden tegengegaan en mensen die niet kunnen meedoen op de arbeidsmarkt moeten ondersteund worden. Het bevorderen van mobiliteit en kansen blijft een speerpunt. We delen met de indieners dat sociale rechtvaardigheid ook via de fiscaliteit moet worden gerealiseerd, maar stellen daarnaast meer ambitieuze doelen bij de belastingherziening: werk en inkomen voor iedereen en een duurzame samenleving.
29
30
19. humaan en rechtvaardig buitenschuldbeleid Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Krimpen aan den Ijssel, Dordrecht Ingediend op: 28-05-2015 Motie: Politieke ledenraad van PvdA bijeen op 31 mei 2015 te Utrecht Constaterende dat; Het uitzetten van uitgeprocedeerde asielzoekers zal nog meer worden geïntensiveerd als gevolg van het bereikte bed-bad-brood-akkoord; Sommige landen, zoals Somalië, Irak en Syrië, in feite niet meewerken aan de terugkeer van uitgeprocedeerde asielzoekers; Voor sommige uitgeprocedeerde asielzoekers, ondanks hun medewerking, onmogelijk is om terug te keren, omdat die landen onvoldoende medewerking verlenen; Sommige uitgeprocedeerde asielzoekers meerdere malen zijn opgepakt en vastgezet in de vreemdelingendetentie om zo hen uit te zetten, maar dat de uitzetting desondanks niet lukt. Overwegende dat De Adviescommissie Vreemdelingen (ACVZ) in juli 2013 een uitvoerig rapport uitbracht over het buitenschuldbeleid met daarin enkele waardevolle aanbevelingen; Het kabinet een deel van de aanbevelingen uit dit deskundigenrapport van de ACVZ helaas niet heeft overgenomen om zo dit beleid humaan en rechtvaardig te maken voor mensen die zich in een kwetsbare en rechteloze situatie bevinden. Draagt de Tweede Kamerfractie op om; Gelet op het rapport van de ACVZ ervoor te zorgen dat het buitenschuldbeleid humaan en rechtvaardig wordt door de volgende drie verbeterpunten in het beleid te opnemen. Aan een uitgeprocedeerde asielzoeker een buitenschuldvergunning wordt verleend, indien één jaar na indiening van de aanvraag voor een reisdocument bij het herkomstland nog geen reactie is ontvangen en dit de vreemdeling niet te verwijten valt. Kosten voor het indienen van een aanvraag voor een buitenschuldvergunning (ruim 900 euro) worden verlaagd, aangezien de betaling van het huidige bedrag voor de uitgeprocedeerde asielzoekers een enorme opgave is. In het beleid precies wordt opgenomen welke inspanningen van de Dienst Terugkeer en Vertrek verwacht wordt binnen het terugkeertraject, zodat niet alleen de vreemdeling wordt aangesproken. Toelichting: Met het bereikte bed-bad-brood-akkoord wordt nu extra ingezet om de terugkeer van vreemdelingen mogelijk te maken. Sommige vreemdelingen verblijven echter al lange tijd in illegaliteit zonder enig perspectief. Ondanks meerdere pogingen om terug te keren naar hun land, is dit niet gelukt, aangezien het herkomstland niet meewerkt. Binnen een humaan en rechtvaardig asielbeleid moet toch ruimte zijn om deze mensen op een humane en menswaardige wijze een buitenschuldvergunning te geven. Dat is wat deze motie beoogt. Preadvies: AFWIJZEN Als een vreemdeling die geen verblijfsvergunning krijgt, en is uitgeprocedeerd, buiten zijn schuld om niet kan terugkeren naar het land van herkomst, dan moet die een verblijfsvergunning krijgen. Dat is de kern van het buitenschuld beleid. Dit moet dus geen onoverkoombare hobbel zijn in de asielprocedure. Wij vinden het dan ook, net als de indieners, belangrijk om onnodige barrières in deze procedure weg te nemen. Ondanks de goede bedoelingen en waardevolle input van de indiener, wijzen we de motie zoals deze ons onder ogen is gekomen om een aantal redenen af. Dit lichten wij hieronder graag toe; • De indieners stellen dat ‘het uitzetten van uitgeprocedeerde asielzoekers nog meer zal worden geïntensiveerd als gevolg van het bereikte BBB akkoord’. Dit is niet zoals de fractie het ziet. We gaan
31
door het bereikte akkoord juist weer perspectief bieden aan mensen die niet legaal in Nederland verblijven. Wij willen niet dat mensen 10 of 15 jaar in een BBB situatie leven terwijl er geen kans bestaat op verbetering van deze situatie in Nederland. Het gaat overigens ook niet om uitzetten maar om vrijwillige terugkeer. In het akkoord wordt ook aandacht besteed aan begeleiding, iets wat de fractie erg belangrijk vindt bij terugkeer. Het intensiveren van uitzetten is dus niet wat wij beogen en hopen deze bezorgdheid hierover dan ook bij de indieners weg te nemen. • Het kabinet heeft een deel van de aanbevelingen uit het rapport van de Adviescommissie Vreemdelingenzaken (ACVZ) overgenomen waarmee het buitenschuldbeleid rechtvaardiger is geworden. Wij achten het echter niet doenlijk om alle uitgeprocedeerde asielzoekers automatisch een buitenschuldvergunning te verlenen, één jaar na de indiening. Door middel van maatwerk kan er betere begeleiding worden geboden en dit heeft dan ook onze voorkeur. De inspanning van de vreemdeling zelf om terug te keren - met hulp van de Dienst Terugkeer en Vertrek - moet leidend zijn en niet de tijdsduur. Wij steunen dan ook het idee om onnodige barrières weg te nemen en ook meer verantwoordelijkheid van DT&V zelf te verlangen. De fractie deelt dan ook de mening van de indieners dat de Dienst Terugkeer en Vertrek duidelijk moet weten welke inspanningen worden verwacht, zodat niet alleen de vreemdeling aan wordt gesproken. • De kosten voor het indienen van een aanvraag voor een buitenschuldvergunning bedragen niet ruim 900 euro, zoals de indiener stelt, maar 307 euro. Dit bedrag is na een veroordeling door een Europees Hof fors naar beneden teruggeschroefd, waardoor het meer behapbaar en bovendien rechtvaardiger is geworden. Er moet, wat betreft de kosten van de aanvraag, worden gezocht naar een balans tussen enerzijds een mate van drempelvorming en anderzijds toegankelijkheid tot het aanvragen van een buitenschuldvergunning voor eenieder. Met de huidige 307 euro lijkt dit in balans.
32
20. Humaan en solidair vluchtelingenbeleid Ridderkerk (contactpersoon: Bosman, Gerard, G.) Hellevoetsluis, Dordrecht, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 28-05-2015 Motie: Politieke ledenraad van PvdA bijeen op 31 mei 2015 te Utrecht Constaterende dat; We steeds weer getuigen moeten zijn van het feit dat bootvluchtelingen, mannen, vrouwen en kinderen, verdrinken in de Middellandse Zee; De internationale solidariteit behoort tot één van de beginselen van de sociaaldemocratie en dat wij als PvdA moeten opkomen voor kwetsbare mensen en voor mensenrechten; Overwegende dat Grote groepen bootvluchtelingen aankomen in landen als Italië en Griekenland, en dat het voor deze landen onmogelijk is om al die vluchtelingen op te vangen; De Europese Commissie de EU landen heeft gevraagd om in de komende twee jaar een deel van de vluchtelingen op te vangen met het oog op een eerlijke verdeling van vluchtelingen; Draagt de Tweede Kamerfractie op om; Duidelijk uit te spreken dat Nederland gehoor dient te geven aan het verzoek van de Europese Commissie voor een eerlijke en rechtvaardige verdeling van bootvluchtelingen om in de komende twee jaar (2047 vluchtelingen), als aandeel van Nederland, op te vangen, en de eventuele moties daarover in de Kamer te steunen. Toelichting: Veel bootvluchtelingen die de levensgevaarlijke toch over de Middellandse Zee maken, komen uit landen waar grote mate van geweld en onveiligheid heerst; Syrië, Jemen, Afghanistan, Irak. Helaas vaak gezinnen met kinderen. Het redden van mensenlevens en het beschermen van mensenrechten is onze morele plicht. Als sociaaldemocraten moeten we pal staan voor humaniteit, solidariteit en menselijke waardigheid. Om die reden kunnen we onze ogen niet sluiten voor de noodzaak tot een eerlijke verdeling van vluchtelingen. We moeten ons dus als PvdA helder en duidelijk uitspreken voor de opvang van 2047 vluchtelingen in de komende twee jaar, zoals dit door de Europese Commissie van Nederland wordt gevraagd. Preadvies: OVERNEMEN De motie ligt in lijn met wat de fractie wil. Een kanttekening; het exacte aantal mensen dat in de motie staat kan nog veranderen.
33
21. Bestuursakkoord BBB: Ruimte voor efficiënt lokaal beleid Eindhoven (contactpersoon: Welling, Gerben, G.P.) Ingediend op: 28-05-2015 Motie: Overwegende dat - het akkoord over de bed-bad-brood regeling tot stand is gekomen na hevige discussie in de coalitie - het voortbestaan van de regeling - en daarmee het faciliteren van een humane basis voor iedereen die in Nederland verblijft - een zeer belangrijke en fundamentele waarde is - er voor de uitvoering van dit akkoord met de diverse gemeenten nog bestuursakkoorden moeten worden opgesteld Constaterende dat - de grote winst van dit akkoord is dat ongedocumenteerde mensen in Nederland voor het eerst officieel worden erkend als mensen die hulp nodig hebben - vooruitlopend op deze officiële erkenning er op gemeentelijk niveau al voor deze mensen werd zorggedragen - er in deze locale opvang vaak zeer goede - onorthodoxe - manieren gevonden zijn om deze mensen op te vangen - deze manieren vaak minder geld kosten dan de officiële opvanglocaties - deze manieren in het nieuwe akkoord dreigen niet te worden erkend, waardoor er geen financiering vanuit Den Haag voor mogelijk is - Diederik Samson in zijn bijdrage aan het BBB-debat opgeroepen heeft om te leren van goede initiatieven uit de gemeenten Roept de fractie en partijbestuur op - om er voor te zorgen dat in de uitwerking van de bestuursakkoorden ruimte geboden wordt voor efficiënte lokale werkwijzen om invulling te geven aan de bed-bad-brood regeling en die werkwijzen te erkennen op een manier dat deze ook binnen de financieringsnormen vallen Toelichting: Preadvies: OVERNEMEN De motie ligt in lijn met het standpunt van de fractie. De fractie deelt een overweging echter niet: “deze manieren in het nieuwe akkoord dreigen niet te worden erkend, waardoor er geen financiering vanuit Den Haag voor mogelijk is’. Desalniettemin kunnen we de motie overnemen, met dit ene voorbehoud.
34
22. ABNAMRO: Wat is de sociaal democratische toekomst? Eindhoven (contactpersoon: Welling, Gerben, G.P.) Ingediend op: 28-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA bijeen op 31 mei in Utrecht, Overwegende dat: . De politieke ledenraad op 11 april een motie heeft aangenomen die de fractie opdraagt een sociaal democratische visie op de banken te ontwikkelen . Het kabinet op 23 mei bekend maakte dat de ABNAMRO in delen naar de beurs gebracht wordt Constaterende dat: . Er binnen de PvdA nog geen discussie heeft plaatsgevonden over de visie op de banken . Er tal van deskundigen zijn die van mening zijn dat er nog steeds grote risico's kleven aan de huidige manier van bankieren . De fractie de ledenraad niet geïnformeerd heeft over haar afwegingen ten aanzien van de beursgang van ABNAMRO Spreekt haar teleurstelling uit dat ondanks de aangenomen motie de fractie nog geen zichtbare actie heeft ondernomen mbt de visie op de banken. Roept de fractie en partijbestuur op om: . Op 31 mei met de Ledenraad in gesprek te gaan over de vanuit sociaal democratisch perspectief gewenst koers ten aanzien van de banken; . Vanuit deze visie het fractiestandpunt ten aanzien van de beursgang ABNAMRO toe te lichten; . Voor eind 2015 te komen met de visie op banken en deze voor te leggen aan de leden en tot die tijd niet tot verkoop van de aandelen over te gaan. Toelichting: Preadvies: AFWIJZEN ABN AMRO is in 2008 genationaliseerd om de ineenstorting van het Nederlandse financiële systeem te voorkomen. Daarmee is de Nederlandse economie gered en het spaargeld van mensen beschermd. Hoewel de nationalisatie van ABN AMRO de Nederlandse staat en daarmee de belastingbetaler veel geld heeft gekost, waren de gevolgen van niet ingrijpen dramatisch geweest. Uiteraard vindt de PvdA dat de belastingbetaler zoveel als mogelijk moet terugzien van het belastinggeld. ABN AMRO wordt echter niet in één keer op eigen benen gezet. Dat betekent dat op dit moment ook niet vaststaat wat uiteindelijk de opbrengst zal zijn. Wel is duidelijk dat de Nederlandse staat in ieder geval de komende jaren nog (groot) aandeelhouder is en net als voorgaande jaren meedeelt in de winst in de vorm van dividend. Om te voorkomen de belastingbetaler nog een keer opdraait voor falende banken is het noodzakelijk de bankensector weer gezond te maken. Banken moeten weer solide en sober worden en dienstbaar zijn aan de samenleving. De risico’s moeten bij de belegger liggen en niet bij de belastingbetaler. Producten moeten begrijpelijk zijn en niet worden aangesmeerd. Beloningen moeten beheerst zijn. Er moet worden afgestapt van de bonuscultuur. Bankiers moeten de klanten en samenleving dienen, niet zichzelf. Dat zijn de uitgangspunten voor de PvdA-fractie bij het hervormen van de bankensector. Dat stelt ook de commissie-Melkert in haar rapport De Bakens verzetten. De commissie onderschrijft het uitgangspunt dat banken private ondernemingen zijn, maar tegelijkertijd vereist de rol van banken in het functioneren van de financiële infrastructuur solide regelgeving en streng toezicht. Uiteindelijk moet worden voorkomen dat de winsten toevallen aan aandeelhouders en bestuurders, terwijl de verliezen worden afgewenteld op de samenleving. Bovendien, schrijft de commissie, is Nederland gediend met een divers bankenlandschap.
35
De PvdA werkt daar hard aan, zowel in de Kamer als in het kabinet. Het Regeerakkoord kent de meest vergaande hervorming van de financiële sector uit de Nederlandse geschiedenis en kent ook in Europa naar ons weten geen evenknie. Daar lag en ligt de visie aan ten grondslag dat de financiele sector nog altijd ongezond is en zonder gezonde banken een instabiele economie resteert. Er moest en moet kortom veel veranderen. Door hogere buffers van banken te eisen zodat klappen zelf kunnen worden opgevangen. Door de invoering van de Dijsselbloem-doctrine, waardoor beleggers opdraaien voor een bank in problemen en niet de belastingbetaler. Door het provisieverbod, waardoor het aansmeren van producten aan banden is gelegd. Door de invoering van de bankierseed gekoppeld aan tuchtrecht, zodat bankiers die over de schreef gaan aangepakt kunnen worden. De PvdA wil verder dat de risico's van zakenbankieren afgescheiden worden van het nutsbankieren, zodat de nutsfunctie wordt beschermd. Bovendien is de strengste bonuswetgeving van Europa dit jaar ingegaan om roekeloos handelen te voorkomen. Ook heeft het kabinet, naar aanleiding van de motie van het CDA en de PvdA (motie Van HijumNijboer), onderzoek gedaan naar alternatieven voor het op eigen benen zetten van ABN AMRO. De PvdA heeft dus de gevraagde alternatieven door het kabinet nader later uitwerken, analyseren en beoordelen. Daaruit is de conclusie getrokken dat het kabinet onder strenge voorwaarden kan instemmen met het op eigen benen zetten van ABN. Uitgangspunt blijft, zoals gesteld, een solide, sobere en klantgericht bankensector. Daarom stelt zij harde voorwaarden aan het op eigen op eigen benen zetten van ABN AMRO. De PvdA wil een dienstbare bank waar de klant centraal staat, met oog voor de belangen van klanten, werknemers en samenleving. Dat moet in de statuten worden verankerd. Daar hoort ook een gematigd beloningsbeleid bij. De komende jaren krijgt de top van de bank vanwege het SP/PvdA amendement Merkies-Nijboer geen salarisverhoging of bonussen. En de PvdA wil een stevige beschermingsconstructie, zodat de bank niet het slachtoffer wordt van roekeloze aandeelhouders. Aan die voorwaarden lijkt het besluit van het kabinet te voldoen. De PvdA-fractie vindt en divers bankenlandschap van groot belang. Zo is de ING een private bank en is de Rabobank een coöperatie. Twee van de vier grootbanken zijn nu in staatshanden. Dat sluit niet aan bij een divers aanbod. Met het op eigen benen zetten van ABN AMRO wordt straks een begin gemaakt. Over SNS, de andere bank in staatshanden, moet nog een definitief besluit worden genomen. Maar de uitgangspunten zijn helder: SNS moet een solide, sobere bank worden die dienstbaar is aan de samenleving. De fractie zal het kabinet vragen nadrukkelijk alternatieven te ontwikkelen voor een beursgang van SNS, zoals een coöperatie, het in publieke handen houden van een minderheids- of meerderheidsbelang en het louter verkopen aan beleggers met louter een lange termijnhorizon. De beslissing over SNS wordt echter niet op korte termijn verwacht. De fractie zal eerst een uitgebreide verkenning van alternatieven vragen van het kabinet.
36
23. Motie gelijke behandeling examenkandidaten (overgangsmotie) Dordrecht (contactpersoon: Bouman, Bart, B.) Ingediend op: 28-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, op 31 mei 2015 te Utrecht in vergadering bijeen, constaterende dat buitenlanders die verplicht zijn in Nederland in te burgeren dit kunnen doen door het afleggen van een staatsexamen I of II op taalcompetentieniveau B1 en B2, of door het afleggen van een inburgeringsexamen op taalcompetentieniveau A2, dat beide examens voor de kandidaten van essentieel belang zijn omdat zij beide recht geven op een permanente verblijfsstatus maar verschillen in het vereiste taalniveau, dat kandidaten voor het staatsexamen krachtens art. 17 Staatsexamenreglement een indirect inzagerecht hebben terwijl kandidaten voor het inburgeringsexamen geen enkel inzagerecht hebben, dat hier sprake is van rechtsongelijkheid tussen beide groepen kandidaten, overwegende dat op het partijcongres twee congresmoties zijn aangenomen over het inzagerecht, maar deze moties door de regering nog niet zijn uitgevoerd, van oordeel dat in afwachting van de uitvoering van deze moties de rechtsongelijkheid tussen beide groepen kandidaten dient te worden opgeheven, verzoekt de Tweede Kamerfractie te bevorderen dat in het Examenreglement van het Inburgeringsexamen alsnog een soortgelijke bepaling wordt opgenomen als art. 17 Staatsexamenreglement. en gaat over tot de orde van de dag Toelichting: zie art.17 Staatsexamenreglement: Het College voor examens bewaart het examenwerk 6 maanden ter kennisneming voor de kandidaat. Een kandidaat die gebruik wil maken van het inzagerecht, dient daartoe een gemotiveerd verzoek bij het College voor examens in te dienen. (volgt uitwerking) De bewaartermijn voor inburgeringsexamens is 50 jaar, dus extreem lang. Ook deze ongelijkheid dient te worden opgeheven. Preadvies: AFWIJZEN De motie is overbodig. Een eerdere motie over dit onderwerp is door het congres afgelopen januari aangenomen en door de fractie is er snel uitvoering aan gegeven. De inspanningen van de Tweede Kamerfractie voor inzagerecht bij inburgeringsexamens heeft geleid tot de toezegging van het kabinet dat mensen die zakken, kunnen leren van fouten. Dit gebeurt met extra voorbeeldexamens en oefenopgaven op de website van DUO, waarbij de kandidaten inzage krijgen in welke vragen zij goed en niet goed hebben beantwoord, zodat kandidaten met hun docent de zwakke punten extra kunnen oefenen. Hiermee is volgens de fractie invulling gegeven aan het verzoek van het congres om inburgeraars die zakken voor hun examen te kunnen laten leren van hun fouten.
37
24. Motie kostenbeheersing inburgering Dordrecht (contactpersoon: Bouman, Bart, B.) Hellevoetsluis, Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 28-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, op 31 mei 2015 te Utrecht in vergadering bijeen, overwegende dat de kosten voor inburgeringsexamens extreem hoog zijn, dat dit blijkt uit de kamerbrief van de minister van Sociale Zaken en Werkgelegenheid van 30 maart 2015, nr.2015-00000041716, waar gesproken wordt over kosten van 80.000 tot 120.000 Euro per examen, dat het mogelijk moet zijn deze examens goedkoper aan te besteden, dat van de kosten van de betreffende bedrijven geen inzicht wordt gegeven, van oordeel dat deze hoge kosten voor de belastingbetaler niet aanvaardbaar zijn, verzoekt de Tweede Kamerfractie te onderzoeken hoe de aanbesteding van inburgeringsexamens voor lagere kosten kan geschieden, en gaat over tot de orde van de dag Toelichting: Goedkoper zou dit mogelijk kunnen door via DUO, HBO-opleidingen of universiteiten of via gespecialiseerde instellingen als ICLON en niet via particuliere bureaus de examens te laten maken. Preadvies: AFWIJZEN In de aanbestedingen worden kwaliteit en kosten reeds betrokken in de keuze voor de beste aanbieder van inburgeringsexamens. Goedkoop moet geen duurkoop worden. De kwaliteitseis betreft volgens Kamerbrief 2015 – 41716 van 30 maart 2015 leerstof onafhankelijke vragen die betrouwbaar en valide de taalbeheersing meten, aantoonbaar bewezen in pretests.
38
25. Motie onderwijs Duits Dordrecht (contactpersoon: Bouman, Bart, B.) Ingediend op: 28-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, op 31 mei 2015 te Utrecht in vergadering bijeen, overwegende dat onze economische betrekkingen met Duitsland van groot belang zijn voor ons land, waarbij te denken valt aan handel, toerisme en cultuur, dat het voor de generatie die nu zijn opleiding geniet van betekenis is dat een voldoende kennis van de Duitse taal in ons land en ons onderwijs aanwezig blijft, constaterende dat dit thans steeds minder het geval is, roept de Tweede Kamerfractie op te onderzoeken of de Duitse taal kan worden opgenomen in het vakkenpakket van meer opleidingen en examens in het voortgezet onderwijs en of er mogelijkheden zijn in samenhang hiermee meer docenten Duits op te leiden en de kwaliteit van het onderwijs te bevorderen, en gaat over tot de orde van de dag Toelichting: Veel leerlingen laten Duits voortijdig vallen, waardoor te weinig docenten Duits worden opgeleid voor de komende generatie. Preadvies: AFWIJZEN Het belang van goed Duits taalonderwijs en de noodzaak voor voldoende leerlingen om dit onderwijs te volgen ondersteunen we. Het is niet alleen van belang om voldoende docenten te behouden voor in de toekomst maar is ook om economische en/of werkgelegenheidsaspecten van belang, o.a. in grensregio’s. We willen hierin vooral het onderwijs in de Duitse taal stimuleren en niet op voorhand verplichten of opnemen in het vakkenpakket. In de Kamer hebben wij eerder al ingezet op het stimuleren op Duitstaalonderwijs, o.a. via de steun aan de motie hierover medio 2014. Het heeft op dit moment voldoende en de juiste aandacht. Daarom is deze motie overbodig en ontraden we hem.
39
26. Motie verbod schieten op zwerfkatten Dordrecht (contactpersoon: Bouman, Bart, B.) Krimpen aan den Ijssel Ingediend op: 28-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, op 31 mei 2015 te Utrecht in vergadering bijeen, overwegende dat de Tweede Kamer in november 2013 de motie-Thieme heeft aangenomen om het schieten op zwerfkatten te verbieden, dat deze motie voorafgegaan werd door een petitie van de Dierenbescherming waarin 136.000 Nederlanders aangaven dat er niet op katten mag worden geschoten, dat er nog steeds geen wettelijk verbod geldt om op katten te schieten, maar een aantal provincies hiervoor vergunning geven, dat in een aantal provincies door jagers op katten wordt geschoten of katten worden gevangen en in het geheim mogelijk worden gedood, dat dit naar schatting betreft meer dan 10.000 zwerfkatten, waarbij ook huiskatten en beschermde wilde katten hun leven niet zeker zijn, constaterende dat dit een mens-onwaardige en kat-onwaardige situatie is, verzoekt de Tweede Kamerfractie zo snel mogelijk wettelijke maatregelen te bevorderen die overal in ons land het schieten op katten verbieden, en gaat over tot de orde van de dag Toelichting: Katten moeten evenals mensen zich vrij in het openbaar kunnen bewegen zonder het gevaar te lopen door iemand met een geweer te worden neergeknald. De wet behoort hiertegen bescherming te geven en dit moet door de (dieren)politie worden gehandhaafd. Deze bescherming behoort er niet afhankelijk van te zijn in welke provincie een mens of een kat woont. De overheid moet dit wettelijk vastleggen.
Preadvies: OVERNEMEN De motie verwoordt het fractiestandpunt. De hier aangehaalde motie is door de fractie ondersteund.
40
27. Motie kiesdrempel kleine partijen Dordrecht (contactpersoon: Bouman, Bart, B.) Ingediend op: 28-05-2015 Motie: De politieke ledenraad van de PvdA, op 31 mei 2015 te Utrecht in vergadering bijeen, kennis genomen hebbende van berichten in de media, waaruit blijkt dat de partijvoorzitter van de VVD een kiesdrempel voor kleinere partijen heeft bepleit, dat hierover op 26 mei door de fractievoorzitters zou zijn vergaderd, overwegende dat kleinere partijen geen belemmering vormen voor het bestuur van het land, dat integendeel kleine partijen als de SGP, de Christenunie en de Partij voor de Dieren een erkend goede bijdrage geleverd hebben aan het functioneren van de parlementaire democratie, dat partijen als SP en Groen Links ook als kleine partijen zijn begonnen maar wellicht bij komende verkiezingen verder groeien, dat bestaande grote partijen ook kleiner zouden kunnen worden, stelt vast dat de belemmeringen voor verkiezing van partijen thans reeds groot genoeg zijn en de parlementaire democratie vraagt dat ook nu nog kleinere groeperingen gebruik moeten kunnen maken van hun democratische rechten en een kans moeten hebben om in het parlement vertegenwoordigd te zijn, roept de Tweede Kamerfractie op om stelling te nemen tegen pogingen kleinere partijen uit het parlement te weren, en gaat over tot de orde van de dag
Toelichting: Bron: AD 26 mei 2015, interview Henry Keizer Preadvies: OVERNEMEN Vanuit de PvdA fractie zal er geen initiatief worden ondernomen, om voor een kiesdrempel te pleiten. De huidige kleine partijen zien we niet als probleem, de afsplitsingen veroorzaken eerder een probleem. Met dat probleem zijn we overigens aan de slag, al is die problematiek wel hardnekkig. Door de Eerste Kamer is voorgesteld om een staatscommissie in te stellen, die naar ons politieke bestel gaat kijken. De Eerste Kamer is nu in gesprek over wie er in de commissie moeten gaan zitten, en met welke opdracht. De PvdA in de EK heeft het instellen van de staatscommissie gesteund. We vinden het prima wanneer een staatscommissie ons politieke bestel onder de loep neemt, en voorstellen doet voor mogelijke veranderingen. Democratie is immers ook in beweging.
41
28. Bed, Bad, Brood én Begeleiding Rotterdam (contactpersoon: Eikeren, van, Kevin, K.) Ingediend op: 28-05-2015 Motie: De politieke ledenraad, bijeen op 31 mei 2015, Constaterende dat: - Er de afgelopen tijd veel gesproken en geschreven is over Bed, Bad en Brood, - De Pauluskerk in Rotterdam hun werkwijze Bed, Bad, Brood en Begeleiding noemt, - Deze werkwijze een terugkeerpercentage realiseert van ruim 40% - Deze werkwijze, mede door de onvoorwaardelijkheid en de kwaliteit van de begeleiding, veel lof kreeg van het Kabinet en de 2e kamer Overwegende dat: - Begeleiding een onlosmakelijk onderdeel is van deze aanpak - De Pauluskerk deze Begeleiding aanbiedt uit eigen initiatief en binnen de eigen zeer beperkte middelen - Gezien het succes een dergelijke Begeleiding financiële ondersteuning verdient vanuit de overheid zodat meer instellingen in Nederland deze ondersteuning kunnen bieden. Spreekt uit dat: - Het mogelijk moet zijn om in de bestuursakkoorden financiële ondersteuning te krijgen voor Bed, Bad, Brood én Begeleiding. Toelichting: Preadvies: OVERNEMEN Deze motie is een ondersteuning van hetgeen de PvdA-fractie beoogt. Namelijk opvang zonder voorwaarden vooraf, met het doel mensen door begeleiding perspectief te bieden of in Nederland en anders in het land van herkomst.
42