Morgendienst 18 augustus 2013
Welkomkerk
Ds. J. Schep
Lezing: Hand. 16: 16 - 40 Psalm 31: 15 – 16a Intro Stel je voor dat je grote idealen hebt: je bent ergens door gegrepen en wilt er enthousiast iedereen over vertellen. Maar niemand heeft er oog of oor voor. Stel je voor: jij bent enthousiast over het goede nieuws van Jezus en je wilt het delen met anderen, maar iedereen is druk met wat anders en allerlei deuren gaan dicht op het moment dat jij je mond open doet. Of: je wilt in de kerk een bepaalde verandering tot stand brengen, want daar zijn we toch wel hard aan toe, maar alle voorstellen lopen vast op de zoveelste vergadering. En je komt niet verder. Niet verder met je ideaal, niet verder met de Goede Boodschap, niet verder met je plan. Dat was zo maar een gedachte die bij me opkwam bij het lezen van Handelingen 16. Paulus en Silas maken allerlei plannen; nee, nog niet voor Zuidland, maar voor een soort zendingsreis langs de gemeentes, die Paulus op zijn eerste reis heeft gesticht. Maar het wil maar niet lukken. Niet in noordelijke richting, niet in zuidelijke richting. Het lijkt wel of de Here God zélf Paulus een nieuwe richting in stuurt, want we horen eerst: de Heilige Geest verhinderde ons Gods woord in Asia te verkondigen (vers 6) - én daarna: toen ze naar Bithynië probeerden te reizen (in het noorden van Turkije) stond de Geest van Jezus het hun niet toe (vers 7). Zó hebben ze het ervaren. Wat zou God hier toch voor bedoeling mee hebben?? Als ze een tijdje later in de havenplaats Troas zijn aangekomen, krijgt Paulus in de nacht een visioen: Hij ziet een man, die kennelijk uit Macedonië – van de overkant komt en die hem toeroept: “Steek over naar Macedonië en kom ons te hulp”! (vers 9) De volgende dag concluderen Paulus en Silas, met Lucas en Timothëus, die zich bij hen gevoegd hadden (want opeens gaat de tekst in de wij-vorm over – vers 10), dat het Gods bedoeling is, dat ze over steken naar Griekenland, naar Macedonië. Één klein stapje, een stukje zee oversteken tussen Troas en Neapolis, maar toch heel bijzonder: de oversteek van het Evangelie van Azië naar Europa. Opeens komen we met Paulus en z'n metgezellen in het werelddeel waar wij zelf wonen. Het lijkt zo vanzelfsprekend, maar het is een sprong in de geschiedenis van de mensheid. Het lijkt een beetje op Neil Armstrongs woorden over de eerste stap op de maan (small step for a man – giant leap for humanity).
Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.KerkenInZuidland.nl
1/5
Morgendienst 18 augustus 2013
Welkomkerk
Ds. J. Schep
Maar die sprong verloopt niet helemaal geruisloos. De tegenstand, of beter gezegd de Tegenstander ligt op de loer. De eerste confrontatie met de Romeinse cultuur in Filippi hangt al als een donderbui in de lucht. In Filippi, een Romeinse stad in Griekenland, een kolonie van exmilitairen, die op hun rust en hun eigen geloof gesteld waren, dáar komen ze terecht. Maar God is al aan het werk. Het begint allemaal niet zo spectaculair. Paulus en zijn metgezellen gedragen zich als verspieders; in deze tijd zouden wij zeggen: ze analyseren de situatie, voordat ze het Evangelie kunnen doorgeven. Waar vind je de Joden van de stad, als je díe als eerste bereiken wilt? Als er geen synagoge is, dan zoek je op de Sabbat langs de rivier-oever een gebedsplaats; dáár moet je dan zijn en het vervolg lijkt zo simpel. De Macedonische man - - - blijkt een vrouw. Onder de vrouwen dáár blijkt een zekere Lydia te zijn. Verkoopster van prachtige donkerrode stoffen, afkomstig uit Tyatira. Welvarend geworden door haar handel. Eigenares van een woning. En als nietJoodse gelovend in de God van Israël. Lydia hoort toe, de Heer opent haar hart, ze schenkt aandacht aan het Evangelie en ze wordt gedoopt – het staat er zo simpel. In de stilte bijna wordt Lydia de eerste dopeling in Europa: zij en haar huisgenoten. En even later nodigt ze Paulus en z’n metgezellen uit om te komen logeren. Dopen - even tussendoor vermeld, maar het moet een hele ervaring zijn geweest. Iedereen met wie je verbonden bent gaat samen met jou ónder in het water van de rivier. De gebedsplaats wordt een doopplaats. Dan verspringt het beeld: Hun gang naar de gebedsplaats blijft namelijk niet onopgemerkt. Een slavin, die door haar eigenaars misbruikt wordt, omdat ze een waarzeggende geest heeft (dat kan dus blijkbaar!) loopt als stadsomroepster achter Paulus aan met de boodschap: "Deze mensen zijn dienaren van de allerhoogste God en verkondigen u hoe u gered kunt worden!". En hoe waar het ook is - die geest is blijkbaar goed op de hoogte - toch is Paulus er niet blij mee. Het is de waarheid in een verkeerd jasje en daarom antireclame. Hoe kan zo’n geest Jezus verkondigen? Vandaar de voor haar bevrijdende woorden: in de naam van Jezus Christus verlaat haar!! En hij gaat, die geest ! Daarmee komt Paulus aan de portemonnee van haar eigenaars. Waar blijven onze inkomsten?? En allerlei - vooral anti-Joodse beschuldigingen vliegen door de lucht.
Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.KerkenInZuidland.nl
2/5
Morgendienst 18 augustus 2013
Welkomkerk
Zo komt Paulus in aanvaring met B en W stokers kunnen ze niet gebruiken in hun Joodse. En lui met vreemde zeden zullen ze Stokslagen en in het blok, in de diepste
Ds. J. Schep
van de stad, want onrustnieuwe kolonie, zeker geen wel even kerker.
“mores”
leren.
Dát is er de aanleiding van, dat ná de stilte van de gebedsplaats en de luisterende vrouwen, God nu hemel en aarde beweegt om óók die Macedonische man te bereiken - aan weerszijden van de tralies. En je zou een hele verhandeling kunnen houden over de relatie tussen de Psalmen in de nacht en die hevige aardschok. "Hoe je gered kunt worden" díe kreet van de slavin was de aanzet geweest tot hun gevangenneming. Diezelfde redding wordt nu gezocht en uiteindelijk gevonden door de gevangenbewaarder, die zijn leven in deze nacht terug krijgt. “Doe u zelf niets aan”! "Wat moet ik doen om behouden te worden? Geen prestatie... Geen geld... Geen kennis..... Paulus heeft het zélf ervaren op de weg naar Damascus. Nee: Geloof ín, stel je vertrouwen óp de Here Jezus en je zult behouden worden, jij en je huis! Het eerste "doen" in het christelijk geloof is een daad van vertrouwen: vertrouw je leven toe aan die Jezus, die je in deze nacht, op deze morgen, in deze kerkdienst wordt voorgesteld. Catechese in de nacht - zo las ik ergens. En in die zelfde nacht volgt nog de doop, met het restant van het badwater, waarmee hun wonden zijn gewassen. U en uw huisgenoten: we horen het hier tot vier maal toe in verschillende bewoordingen. Net zoals bij Lydia: Man, vrouw, kinderen, ja zelfs huisslaven horen bij die toehoorders van het Evangelie en gaan ook bij de gemeente van de Heer horen. Het evangelie is dan misschien wel exclusief, in de zin van heel bijzonder, maar in dit opzicht is het "inclusief". Iedereen hoort er bij, het sluit bij voorbaat géén mensen uít, maar in. Het roept ook nu de vraag op naar het dopen in onze gemeente. Altijd zijn we weer blij als er kinderen gedoopt worden; als ouders aan hun eigen geloof de consequentie verbinden om ook hun kinderen daarin voor te gaan en door die doop te zeggen: De Here Jezus heeft zijn leven óók voor ons kind gegeven. De vergeving, de afwassing van zonden geldt ook als belofte al voor ons kind.
Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.KerkenInZuidland.nl
3/5
Morgendienst 18 augustus 2013
Welkomkerk
Ds. J. Schep
Terwijl het bij anderen de vraag oproept: is dit niet teveel een automatisme? De gedachte, dat - als de ouders geloven - het met de kinderen automatisch wel goed zit. Bewaar dan die doop voor latere leeftijd, zodat het een bewuste keus kan zijn... We zijn ons die verschillende denklijnen maar al te bewust. Misschien mag je het zó zeggen: in de doop van kinderen horen we iets van dat zelfde inclusieve denken van Handelingen 16: Jij en je huisgenoten! Gods trouw, de belofte van Gods genade én van zijn vergeving door Jezus Christus, mag ook voor onze kinderen gelden. Niet: ze behoren – bijna zoiets als moeten – gedoopt te wezen, maar ze mógen ook gedoopt worden. Een voorrecht, dat de kerk vanaf die eerste eeuw na Christus in praktijk heeft gebracht. Iedereen, die zegt: “Ik vertrouw op U HEER, U bent mijn God!”, wil degenen, die hem of haar lief zijn, daarin laten delen. De keuze voor de doop - in principe de keuze om ónder te gaan en het te ondergáán, of het nu met veel water is in de rivier, of met dat handje vol in de nacht - die keuze om te delen in sterven en opstanding van Christus is geen moeten, geen verplichting voor je zelf en je kinderen, maar een aanleiding tot vreugde. Lydia was zo enthousiast dat ze Paulus uitnodigde in haar huis. De gevangenbewaarder zette hun in zijn huis een maaltijd voor.. én staat er: hij en zijn huisgenoten waren buitengewoon verheugd dat hij nu in God geloofde. In de beide talen van de Bijbel liggen genade en vreugde, genade en blijdschap heel dicht naast elkaar – zoals we vorige week al hoorden (Handelingen 11: 23). Vreugde ook voor Paulus na een tijd van lijden. Voor Paulus en Silas lijkt dat bij elkaar te horen: Leerling-zijn, na-volging betekent ook ver-volging. Hun leven staat in dienst van Jezus Christus en daarom ervaren zij het als delen in het lijden van Christus, een lotsverbondenheid (Coll. 1 : 24 ). We vinden hier geen teleurstelling of verbittering, een aanleiding om het bijltje er maar bij neer te gooien, maar een keuze om standvastig te blijven en de lofzang gaande te houden. Zingen in het diepst van de nacht! Al kent de Bijbel géén magie, zo van: met wat bidden en zingen komt het wel goed. Het verloop van het boek Handelingen is daar duidelijk genoeg over. Ook vanmiddag zullen we dat nog horen. Het decor van het christen-zijn is soms best wel ernstig en tóch is er tijd en ruimte voor vreugde en blijdschap. Ook vandaag leven we in een wereld waar ernstige dingen gebeuren: Je hoeft de krant er maar op na te lezen. Of vul de dingen in, die op je eigen netvlies staan. Daarom roepen we: O God....! Ontferm U!
Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.KerkenInZuidland.nl
4/5
Morgendienst 18 augustus 2013
Welkomkerk
Ds. J. Schep
Ook ons eigen leven is niet altijd vol zonneschijn, als ziek-zijn opeens alles verduistert of als we geliefden moeten missen door de dood.... Ook dát is lijden in verschillende vormen, al is het niet vanwege het geloof. En toch sta je daar wel in, mét je geloof. Ook daar gaat het om Vertrouwen. Want dáár is het God, onze Heer, om begonnen met dat nieuwe reisdoel voor Paulus en z’n vrienden: om de vreugde van het Evangelie via Macedonië naar Europa te brengen. Om mensen te brengen tot het vertrouwen op Hem. Wíj vormen als gemeente een huis om in te wonen, Het "ja" van God en het "ja" van mensen ontmoeten hier elkaar, zoals bij Lydia zoals bij de gevangenbewaarder zonder naam, zoals bij deze eerste gelovige gezinnen in Europa, nog altijd met ons verbonden door die doop in de naam van de Vader en de Zoon en de Heilige Geest. "Ja, ik geloof" zei de gevangenbewaarder. "Ik stel mijn vertrouwen op de Heer Jezus Christus" Die vreugde over dat "ja"-woord mogen we steeds weer vieren, die mag ons inspireren tot gelovig gemeente-zijn tot het ernstig nemen van geloofsvragen en tot het leven in dienst van Jezus Christus Dat we als gemeente, klein en groot, jong en oud, daaraan herkenbaar mogen zijn!! Dát is de richting, die de Geest van Jezus ons vandaag wijst. Als we Zíjn weg gaan, zullen er steeds weer nieuwe deuren voor ons geopend worden. Dat is zeker! Amen.
Copyright Protestantse Gemeente te Zuidland - www.KerkenInZuidland.nl
5/5