ModusOne Setup
ModusOne Setup
© 2008-2012 Lexmark International Technology S.A. Datum: 7-2-2012 Versie: 5.1.0 Alle rechten voorbehouden. Dit document bevat informatie dat eigendom is van Lexmark International Technology S.A.. Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd, opgeslagen in een geautomatiseerd gegevensbestand, openbaar gemaakt in enige vorm of op enige wijze, hetzij elektronisch, mechanisch, door fotokopiëren, opnamen, of op enige andere manier zonder voorafgaande schriftelijke toestemming van Lexmark International Technology S.A..
M o d us O ne Se tup
Inhoudsopgave Systeemvereisten Update ModusOne 5.0.4..................................................................................................... bijwerken tot ModusOne 5.1.0 9 Neerwaartse compatibiliteit ..................................................................................................... 16
.NET instellen Algemeen
..................................................................................................... 18
Licentiebepalingen ..................................................................................................... 19 Installatiestatus ..................................................................................................... 20 Installatie afsluiten ..................................................................................................... 21
ModusOne instellen Algemeen
..................................................................................................... 23
Componenten selecteren ..................................................................................................... 24 Installatie starten ..................................................................................................... 25 Statusweergave ..................................................................................................... 26 Installatie afsluiten ..................................................................................................... 27 Rechten configureren ..................................................................................................... 27 Windows opnieuw ..................................................................................................... opstarten 28
Odin-/MWS-database instellen Oracle
..................................................................................................... 30
MS SQL Server ..................................................................................................... 30
Repository instellen Algemeen
..................................................................................................... 33
Database selecteren ..................................................................................................... 34 SQL Server
..................................................................................................... 35
Oracle
..................................................................................................... 36
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
M o d us O ne Se tup
Modus-systeem ..................................................................................................... maken 37 Installatie starten ..................................................................................................... 38
ModusOne-configuratie aanpassen Algemeen
..................................................................................................... 40
Bijzonderheden..................................................................................................... voor Windows Server 2008 / Windows 7 40 UserRepository.config ..................................................................................................... aanpassen 41 Modus_MWS.exe.config ..................................................................................................... aanpassen 42 Normal.dotm beschikbaar ..................................................................................................... stellen 42 ModusClient.exe.config ..................................................................................................... aanpassen 42 ModusStudio.exe.config ..................................................................................................... aanpassen 43 Een geldige licentie ..................................................................................................... beschikbaar stellen 44 ModusOne-basisservice ..................................................................................................... starten 44 Modus Studio starten ..................................................................................................... 44 Verbindingsgegevens ..................................................................................................... voor Odin-/MWS-database configureren 45 ModusOne-services ..................................................................................................... starten 46
Gebruikerstaal Gebruikerstaal ..................................................................................................... instellen 48 Help-bestanden ..................................................................................................... 49
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
Systeemvereisten
M o d us O ne Se tup
Server-hardware Minimaal 2 CPU´s met minimaal 2 GHz Minimaal 2 GB RAM geheugen Maximaal 3 GB beschikbare schijfruimte voor de installatie van: o .Net Framework 3.5 SP1 o ModusOne - alle componenten Meer schijfruimte is afhankelijk van het aantal documenten
Client-hardware Minimaal Pentium D Minimaal 512 MB RAM voor een gebruikersclient (Modus Client) Minimaal 1024 MB RAM voor ontwerpclient (Modus Studio) Maximaal 3 GB beschikbare schijfruimte voor de installatie van: o .Net Framework 3.5 SP1 o ModusOne compleet (gebruikersclient ca. 40 MB) o Microsoft Word
Ondersteunde besturingssystemen Windows XP vanaf SP2 Windows Vista vanaf SP2 Windows 7 (met of zonder SP1) Windows 2003 Server SP2 of hoger Windows 2003 Server R2 SP2 of hoger Windows 2008 Server SP1 of hoger Windows 2008 Server R2 (met of zonder SP1) Opmerking voor 64-bitssystemen: ModusOne wordt uitgevoerd op een 64-bitssysteem in 32-bits-compatibiliteitsmodus (WOW64).
Ondersteunde databases MS SQL Server versies 2005 en 2008 Oracle-versies 9i R2, 10g en 11g. Voor toegang tot een Oracle-database is de installatie van de 32-bits Oracleclient voor Modus Server en Modus Studio vereist.
Ondersteunde Word-versies Word 2007 SP1 met geïnstalleerde VBA Word 2010 met geïnstalleerde VBA
6
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
Sy s te e m v e re is te n
Ondersteunde LDAP-producten Active Directory Novell eDirectory SUN Directory Server Oracle Internet Directory Open LDAP Microsoft ADAM (Active Directory Application Mode)
Virtualisering Als de bewuste besturingssystemen ook in de virtuele omgeving mogen worden gebruikt, kunnen onze toepassingen ook in virtuele omgevingen worden uitgevoerd. Voorwaarde is dat de virtuele omgeving op de juiste manier is geconfigureerd.
Virenscanner Im Betrieb von ModusOne kann es durch Virenscanner zu Beeinträchtigungen kommen. Die Beeinträchtigungen können zu einer Minderung der Verarbeitungsperformance oder auch zum Abbruch von Transaktionen führen. Um diese möglichst ausschließen zu können, ist es notwendig, dass der Wirkungsbereich des Virenscanners angepasst wird.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
7
Update
U p d a te
ModusOne 5.0.4 bijwerken tot ModusOne 5.1.0 Voer de volgende stappen in de aangegeven volgorde uit om versie 5.0.4 van ModusOne bij te werken tot versie 5.1.0. De stappen 1-3 zijn hetzelfde voor Modus Client en/of Modus-Studio en Modus Server.
1. Programma's beëindigen Modus Client / Studio Beëindig het bureaubladprogramma. Modus Server Beëindig alle Modus Clients/Studio's die gebruikmaken van de Modus Server. Sluit alle ModusOne Windows-services af.
2. Update510.exe uitvoeren Voer het bestand Update510.exe uit. De volgende bewerkingen worden automatisch uitgevoerd: Van alle bestanden met de extensie 'config' in de programmamap van Modus wordt een back-up opgeslagen in de map Admin/Update510/Backup. Het installatieprogramma van ModusOne is zo ingesteld dat de bestaande configuratiebestanden in de programmamap van Modus niet worden overschreven. Mocht een configuratiebestand toch worden overschreven, dan kunt u dit vanuit de back-upmap herstellen.
De volgende configuratiebestanden worden verwijderd uit de programmamap van Modus om ervoor te zorgen dat deze gegarandeerd worden bijgewerkt: o ModusSuite.Runtime.ConsoleHost.exe.config o ModusSuite.Runtime.WindowsServiceHost.exe.config o MonalisaEngine.exe.config o RepositorySetup.exe.config
In de map Admin wordt de map Update510 met de volgende inhoud gegenereerd: o MSSQL_Odin_Update_504_To_510.sql o MSSql_Rep_DB_Schema_Update_504_To_510.sql o ORA_Odin_Update_504_To_510.sql o Ora_Rep_Create_Schema_Update_504_To_510.sql
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
9
M o d us O ne Se tup
o restoreConfiguration.cmd o updateConfiguration.cmd o XmlPatch_510.xml
Protocollen De volgende protocolbestanden worden gegenereerd: o Config_Restore-Log.txt o Config_Backup-Log.txt U vindt de bestanden in de map %modusdir%\Admin\Update510\Backup.
Alternatief: Als het bestand Update510.exe niet werkt zoals hiervoor is beschreven, moet u de volgende alternatieve stappen uitvoeren: Pak het ZIP-bestand Update510.zip uit in de programmamap van Modus om de eerder beschreven mapstructuur te maken. Ga naar de map Admin/Update510/Backup en voer het batchbestand ModusOne510-Config-Saver.cmd uit.
3. Setup uitvoeren Voer, afhankelijk van het geïnstalleerde besturingssysteem, een van de volgende bewerkingen uit: Besturingssysteem Windows Server 2008 / Windows 7 / Windows Vista
Voer het bestand ModusOneSetup2008.msi uit.
Besturingssysteem Windows Server 2003 / Windows XP
Voer het bestand ModusOneSetup.msi uit.
Belangrijk: In het dialoogvenster Setup moet u als installatiemap het pad opgeven waarin de bestaande versie van ModusOne is geïnstalleerd. Nadat u het MSI-bestand hebt uitgevoerd, zijn de EXE- en DLL-bestanden van de installatie bijgewerkt tot release 5.1.0.
Setup automatisch uitvoeren voor de Modus Client ('Unattended setup') Het ModusOne MSI-bestand kan met parameters zo worden gestart, zodat geen gebruikersgegevens meer hoeven worden ingevoerd. Installatie van Modus Client aanroepen:
msiexec.exe /i "c:\ModusOneSetup.msi" /L*V "%Temp%\setup. log" /passive ADDLOCAL="ModusBasic,ModusClient,x86Components"
10
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
U p d a te
APPLICATIONFOLDER="c:\modus" De volgende gegevens moeten voor de betreffende klantomgeving worden aangepast:
/i "c:\ModusOneSetup. msi"
Aanduiding van het ModusOne MSI-bestand
APPLICATIONFOLDER
Aanduiding van de bestandsmap (pad) waarin ModusOne moet worden geïnstalleerd
4. Configuratie van ModusOne bijwerken Ga naar de map Admin\Update510 en voer achtereenvolgens de volgende batchbestanden uit: Batch-Datei
Functie
restoreConfigurat Hiermee herstelt u de eerder met Update510.exe of ion.cmd ModusOne510-Config-Saver.cmd opgeslagen configuratiegegevens van ModusOne. updateConfigurat Hiermee worden nieuwe kenmerken toegevoegd aan de ion.cmd configuratiebestanden van ModusOne.
5. Nieuwe configuratie-instelling 'Licentieservice' aanpassen in de configuratiebestanden De vermelding van de licentieservice die aan de configuratie is toegevoegd, moet in de betreffende configuratiebestanden voor ModusStudio en ModusClient worden aangepast. Ga als volgt te werk: Start in de Modus-programmamap het programma ModusConfig. Laad met de menuoptie 'Bestand – Configuratie openen' het gewenste configuratiebestand, bijvoorbeeld ModusStudio.exe.config of ModusClient.exe.config. Selecteer in de bovenste tabel de vermelding Licentieservice en voer als waarde de aangepaste URL in. De wijziging beperkt zich tot het vervangen van het lokale IP-adres (of bijvoorbeeld 'localhost') door het IP-adres (of de hostnaam) van de server waarop de service wordt uitgevoerd. Voorbeeld: Als de Modus Server-service op de host ModServer is geïnstalleerd, moet de vermelding van http://localhost:8010/mur/license in http://ModServer:8010/mur/license
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
11
M o d us O ne Se tup
worden gewijzigd. Sla de wijzigingen op met de menuoptie 'Bestand – Configuratie opslaan'.
6. ModusOne EXE-bestanden met gewijzigde namen vervangen door nieuwe versies ModusStudio.exe / ModusClient.exe Als u het programma ModusStudio.exe of ModusClient.exe in uw omgeving hebt gekopieerd of de naam ervan hebt gewijzigd, moet u deze kopieën vervangen door de nieuwste versie uit deze release. Voorbeeld: U hebt de naam van ModusStudio.exe gewijzigd in ModusStudio_TST.exe. Vervang het bestand ModusStudio_TST.exe door het bestand ModusStudio. exe uit release 5.1.0. U kunt dit bijvoorbeeld doen met de volgende DOS-opdracht COPY:
copy ModusStudio.exe ModusStudio_TST.exe ModusSuite.Runtime.WindowsServiceHost.exe vervangen Als u Modus-processen uitvoert via Windows-services, hebt u bij het configureren van de services het bestand 'ModusSuite.Runtime. WindowsServiceHost.exe' gekopieerd en de naam ervan gewijzigd. Vervang het EXE-bestand waarvan u de naam hebt gewijzigd door het bijgewerkte bestand 'ModusSuite.Runtime.WindowsServiceHost.exe' uit release 5.1.0. Voorbeeld: Om Odin-processen uit te voeren, hebt u de naam van het bestand 'ModusSuite.Runtime.WindowsServiceHost.exe' gewijzigd in 'OdinService.exe' en het bestand als Windows-service geregistreerd. Vervang het bestand 'OdinService.exe' door het nieuwe bestand 'ModusSuite.Runtime.WindowsServiceHost.exe' uit release 5.1.0. In DOS gaat dit het makkelijkst met de volgende COPY-opdracht:
copy ModusSuite.Runtime.WindowsServiceHost.exe odinService.exe Het is raadzaam de benodigde COPY-opdrachten op te nemen in een CMDbestand, zodat u de hoeveelheid werk bij volgende updates kunt beperken.
7. De Modus-databaseschema's bijwerken Belangrijk: Het is raadzaam om voorafgaand aan het bijwerken van de databaseschema's telkens een back-up van de database te maken.
12
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
U p d a te
Voorwaarde: Bij de volgende SQL-scripts wordt ervan uitgegaan dat versie 5.0.4 of een nieuwere versie van de databaseschema's is geïnstalleerd. De SQL-scripts zijn zo opgebouwd dat ze probleemloos meerdere keren kunnen worden uitgevoerd.
Odin-databaseschema Voer in elke Odin-database het volgende SQL-script uit om het databaseschema bij te werken: Voor een Oracledatabase
Admin\Update510\ORA_Odin_Update_504_To_510. sql
Voor een SQL Serverdatabase
Admin\Update510\ MSSQL_Odin_Update_504_To_510.sql
Repository-databaseschema Voer in elke Modus Repository-database een of meer van de volgende SQLscripts uit om het databaseschema bij te werken: Voor een Oracledatabase
Admin\Update510 \Ora_Rep_Create_Schema_Update_504_To_510. sql Admin\Oracle\ Ora_Rep_CreatePackage.sql
Voor een SQL Serverdatabase
Admin\Update510 \MSSql_Rep_DB_Schema_Update_504_To_510.sql
8. DocxCompiler uitvoeren Bij het genereren van documenten in Modus wordt geen gebruikgemaakt van de DocX-bestanden van de documenten/bouwstenen, maar van een binaire samenvatting van de gegevens in de DocX XML-bestanden die noodzakelijk zijn voor het genereren. Deze interne binaire Modus-indeling is uitgebreid in de nieuwe versie. Daarom moeten de bestaande binaire samenvattingen worden bijgewerkt, zodat na de installatie van de nieuwe DLL-bestanden het genereren van documenten goed blijft functioneren. Vanaf release 5.0.4 is het niet meer absoluut noodzakelijk dat DocxCompiler wordt uitgevoerd. De volgende beide alternatieven zijn mogelijk: DocxCompiler wordt niet uitgevoerd In dat geval wordt bij het genereren automatisch opgemerkt dat een binaire samenvatting met een oudere versie van ModusOne is gemaakt. Deze wordt dan eenmalig opnieuw gemaakt en in de repository opgeslagen. Voordeel: DocxCompiler hoeft niet te worden uitgevoerd
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
13
M o d us O ne Se tup
Nadeel: Wanneer de binaire samenvatting eenmalig wordt bijgewerkt, duurt het genereren van het document langer. DocxCompiler wordt wel uitgevoerd Het voordeel hiervan is, dat alle binaire samenvattingen van een systeem zijn bijgewerkt nadat deze tool is uitgevoerd.
Algemene opmerkingen over DocxCompiler U kunt deze tool, die zich in de programmamap van ModusOne bevindt, uitvoeren zonder dat er Modus-services zijn gestart. De tool DocXCompiler werkt automatisch de binaire samenvattingen voor alle documenten en bouwstenen van een Modus-systeem bij. De binaire samenvatting wordt opnieuw gemaakt met de sjabloon Normal. dotm die is opgegeven in het configuratiebestand voor MWS-server ( modus_MWS.exe.config). De tool DocXCompiler heeft geen gebruikersinterface en wordt gestart vanaf de DOS-opdrachtregel. U kunt uitgebreide Help-informatie weergeven door het programma zonder parameters te starten. Voorbeeld: Start de tool met de volgende opdrachtregel als u het Modus-systeem met de systeemobject-ID 'Modus5' wilt bijwerken:
DocXCompiler.exe -sysoid:Modus5 -Compile Als u een overzicht wilt weergeven van de bestaande systeemobject-ID's in uw omgeving, opent u het bestand repository.config in de programmamap van ModusOne. Dit bestand bevat voor elk Modus-systeem een XML-element 'system'. Het XML-kenmerk 'oid' bevat de object-ID van het Modus-systeem.
9. Vertaalde versies bijwerken Als u ModusOne in het Engels, Nederlands of Frans wilt uitvoeren, moet u de taalbronbestanden bijwerken. Download het hiervoor benodigde ZIP-bestand uit de map /ModusOne/ V5_1_0/LanguageResources/ op de ModusOne FTP-server (ftp.modussuite.net). Raadpleeg het hoofdstuk Gebruikerstaal instellen voor meer informatie.
10. Nieuwe Modus-machtigingen De volgende machtigingen zijn toegevoegd en moeten zo nodig aan betreffende
14
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
U p d a te
gebruikers worden toegewezen: Machtiging
Numm Betekenis er
Releaseversie maken
36
Nieuwe releaseversies maken
Object definitief wissen
37
Objecten definitief uit de prullenbak wissen
11. De nieuwste Odin-weergaven importeren In de Odin-weergaven zijn problemen opgelost - het filter Periode in de Proces weergave werkte onder andere niet. Bij de installatie van versie 5.1.0 zijn onder andere de bestanden in de submap Admin\rws_work\odinview bijgewerkt. Deze map bevat de geëxporteerde Modus-objecten voor de bijgewerkte Odin-weergaven. Let op: Indien u de Odin-weergaven hebt veranderd, voert u dan de onderstaande stappen niet uit, omdat u anders uw wijzigingen verliest. Neemt u voor advies a.u.b. contact op met Support.
Ga als volgt te werk om deze weergaven in een Modus-systeem te importeren: 11.1 Controleer of de werkmap van de RWS-server op de juiste manier is ingesteld. De werkmap wordt opgegeven bij de volgende vermelding in het bestand modus_Core.exe.config:
... ... 11.2 Vervolgens kunt u in ModusOne Studio de importmap 'odinview' opgeven en de gewijzigde Odin-weergaven importeren met de importfunctie. De weergaven worden geïmporteerd in het geselecteerde systeem. Deze bewerking moet worden uitgevoerd voor elk Modus-systeem dat u hebt. U moet de volgende stappen uitvoeren: Start ModusOne Studio, selecteer het lint Beheer en klik op de knop 'Repository importeren'. Geef bij 'Hier wordt importmap opgegeven' de map odinView op. Klik op het blauwe driehoekje Starten op het lint.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
15
M o d us O ne Se tup
De nieuwe Odin-weergaven worden in het systeem geïmporteerd.
Neerwaartse compatibiliteit Let op: Objecten uit ModusOne 5.1 systemen zijn niet met vorige versies compatibel. Het is daarom niet mogelijk om objecten uit een system met een 5.1 repository, naar een system met een oudere repository versie (zoals 5.0.4) over te brengen.
16
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
.NET instellen
M o d us O ne Se tup
Algemeen Voer dit installatieprogramma alleen uit als .NET Framework 3.5 SP1 nog niet is geïnstalleerd.
Aanwijzingen voor de Windows Server 2008-familie Windows Server 2008 R2 wordt geleverd met .NET Framework 3.5 Service Pack 1. Windows Server 2008 wordt geleverd met .NET Framework 3.0 Service Pack 1, maar dit moet worden aangevuld met functies van .NET Framework 3.5 SP1 uit het . NET Framework-installatiepakket. In beide gevallen moet .NET Framework echter eerst worden geactiveerd.''
Dat kunt u op twee manieren doen: Via 'Functies' in Serverbeheer of op de opdrachtregel met de opdracht
'servermanagercmd -i Net-Framework' Als op de server waarop ModusOne wordt geïnstalleerd de 'rol Toepassingsserver' al is geïnstalleerd, is daarop .NET Framework al geactiveerd.
18
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
.NET ins te lle n
Licentiebepalingen In het eerste venster moet u akkoord gaan met de licentievoorwaarden voordat de installatie kan worden gestart.
Het bestand dat onder in het venster is vermeld, wordt niet gedownload omdat de benodigde bestanden reeds aanwezig zijn. De installatie kan dus ook zonder netwerkverbinding worden uitgevoerd.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
19
M o d us O ne Se tup
Installatiestatus Het volgende venster bevat informatie over de installatievoortgang.
20
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
.NET ins te lle n
Installatie afsluiten In het laatste venster wordt bevestigd dat de installatie is voltooid.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
21
ModusOne instellen
M o d us O ne ins te lle n
Algemeen Besturingssysteem Windows Server 2008 / Windows 7 / Windows Vista Installeer ModusOne door te dubbelklikken op het bestand ModusOneSetup2008.msi. Dit bestand voert u stapsgewijs door de installatieprocedure.
Andere Windows-besturingssystemen Installeer ModusOne door te dubbelklikken op het bestand ModusOneSetup.msi. Dit bestand voert u stapsgewijs door de installatieprocedure.
Het installatiebestand controleert eerst of .NET Framework 3.5 al is geïnstalleerd. Als dit niet het geval is, verschijnt hierover een bericht en wordt het installatieprogramma beëindigd. Vervolgens moet u eerst het installatieprogramma voor .NET Framework 3.5 uitvoeren.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
23
M o d us O ne Se tup
Componenten selecteren In deze stap selecteert u de componenten die u wilt installeren.
De volgende componenten zijn beschikbaar: Component
Beschrijving
ModusOnebasissysteem
Deze component is altijd vereist en kan niet in de installatie ontbreken.
ModusOne Studio
Bevat de hele designomgeving voor Modus-beheerders.
ModusOne Client
Hiermee kunnen medewerkers documenten maken, doorsturen en afdrukken.
ModusOne Server
Hiermee installeert u de Server-component.
Klik op de knop Bladeren om de standaardinstallatiemap te wijzigen. Belangrijk: Installeer Modus niet in een map waarvan de naam ronde haken bevat (zoals C: \Program Files (x86)). In de verschillende versies van de Oracle-client worden programmapaden met ronde haken namelijk niet goed geparseerd. Meestal wordt dan het foutbericht ORA-12154 'TNS:could not resolve service name' weergegeven.
24
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
M o d us O ne ins te lle n
(Zie ook de Oracle-fout #574777 of de Oracle Note 372485.1)
Installatie starten In de volgende stap start u de installatie.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
25
M o d us O ne Se tup
Statusweergave De statusweergave bevat informatie over de installatievoortgang.
26
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
M o d us O ne ins te lle n
Installatie afsluiten In het laatste venster wordt bevestigd dat de installatie van ModusOne is voltooid.
Rechten configureren Op de computer waarop ModusOne Server-services worden uitgevoerd, moeten de volgende beveiligingsinstellingen voor de ModusOne-programmamap worden gemaakt: Aan gebruikersgroep 'Gebruikers' (EN: 'Users') moet de machtiging 'Volledige toegang' (EN: 'Full control') worden toegewezen. Op een computer waarop alleen Modus Client en/of Modus Studio is geïnstalleerd, zijn geen speciale machtigingen voor de programmamap nodig. U hoeft hier geen handmatige wijzigingen door te voeren.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
27
M o d us O ne Se tup
Windows opnieuw opstarten Start Windows opnieuw op om de omgevingsvariabele ModusDir die tijdens de installatie van Modus is gemaakt, beschikbaar te stellen voor Windows-services. Gewijzigde omgevingsvariabelen voor Windows-services worden pas van kracht nadat Windows opnieuw is opgestart. (zie MS Support, Article ID: 821761)
28
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
Odin-/MWS-database instellen
M o d us O ne Se tup
Oracle Databaseschema Voor het maken van een Odin- en MWS-databaseschema zijn in de map \Admin\Oracle de bestanden Ora_Odin5.sql en Ora_Mws.sql beschikbaar.
Oracle-gebruiker De Oracle-gebruiker heeft de volgende rollen en rechten nodig: Rollen Connect
Systeemrechten
Resource
Create View
Create Table Create Procedure Create Sequence
Met het script Ora_Odin_CreateUser.sql kunt u een geschikte Oracle-gebruiker definiëren. Bij het uitvoeren van beide scripts kunnen foutmeldingen zoals ORA-00942 - Tabel of weergave is niet beschikbaar ORA-02289 - Reeks is niet beschikbaar worden weergegeven. U kunt deze meldingen negeren. Ze worden alleen weergegeven omdat de SQLscripts DROP-aanwijzingen voor objecten bevatten die niet voorkomen in de database.
MS SQL Server Databaseschema Voor het maken van een Odin- en MWS-databaseschema zijn in de map \Admin\MS-SQL de bestanden MSSql_Odin5.sql en MSSql_Mws.sql beschikbaar.
Belangrijk:
30
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
O d in-/M W S-d a ta b a s e ins te lle n
Voer beide scriptbestanden uit met de SA-gebruikersaccount. U zult eventueel nieuwe SQL Server-databases moeten maken waarin deze scripts vervolgens kunnen worden uitgevoerd. U kunt zelf namen voor deze databases kiezen. Noteer deze namen, u hebt ze bij de configuratie nog nodig.
Databasegebruikers Voor toegang tot de bovenstaande ModusOne-schema's moet voor elke gebruikte database een databasegebruiker worden gegenereerd die over de volgende machtigingen beschikt: Object
Machtigingen
Tabellen
INSERT, SELECT, UPDATE, DELETE
Weergaven (Views)
SELECT
Opgeslagen procedures
EXECUTE
Als u een SQL-serveraanmelding en een gebruiker voor een ModusOne-database op de MS SQL-server wilt maken, gaat u naar de map \Admin\MS-SQL. Hier vindt u de benodigde scriptsjabloon MSSql_CreateUser.sql. Deze scriptsjabloon bevat parameters die in SSMS (SQL Server Management Studio) eenvoudig kunnen worden ingesteld met de aanmeldingsnaam, het aanmeldingswachtwoord en de standaarddatabase voor de betreffende databasegebruiker. De instructies hiervoor vindt u in de kop van de scriptsjabloon. Voor elke databasecatalogus die wordt gebruikt, moet met de sjabloon een aanmelding worden gemaakt. Als beide schema's in dezelfde databasecatalogus worden gegenereerd, hoeft er slechts één aanmelding te worden gemaakt.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
31
Repository instellen
R e p o s ito ry ins te lle n
Algemeen Met het Repository-installatieprogramma wordt een eerste Modus-systeem in een database geïnstalleerd. Op dit moment worden de producten Oracle en MS SQL Server ondersteund. Belangrijk: Deze toepassing moet worden uitgevoerd op dezelfde computer waarop ook de ModusOne Server-services worden uitgevoerd. Voer het Repository-installatieprogramma uit met een gebruikersaccount die schrijftoegang heeft voor de ModusOne-installatiemap.
Controleer het volgende voordat u het Repository-installatieprogramma start: MS SQL Server Een lege database voor de installatie van een Modus-repository databaseschema. Voor SQL Server moet de SQL Server-verificatiemodus zijn geactiveerd. Voor de uitvoering van het installatieprogramma is het wachtwoord van de SAgebruiker vereist.
Oracle Instelling van een Oracle-gebruiker via het script Ora_Rep_CreateUser.sql in de database waarin het Modus-databaseschema wordt gemaakt. Het script bevindt zich in de map Admin\Oracle\ van de programmamap. Voor uitvoering van het script zijn de gebruikersrechten van de rol 'SYSDBA' vereist.
Als u het Repository-installatieprogramma wilt starten, voert u het bestand RepositorySetup in de ModusOne-programmamap uit.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
33
M o d us O ne Se tup
Database selecteren In de eerste stap geeft u aan of ModusOne Repository moet worden geïnstalleerd in een SQL Server- of een Oracle-database.
34
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
R e p o s ito ry ins te lle n
SQL Server Voor de installatie van een repository op een SQL Server-computer zijn de volgende gegevens vereist: Server:
naam van de SQL Server-instantie.
Database:
naam van de SQL Server-database waarin het ModusOne Repository-databaseschema kan worden geïnstalleerd.
Gebruiker:
de databasegebruiker die voor het maken van het databaseschema is gebruikt. Gebruik hiervoor de SA-gebruiker.
Wachtwoord het wachtwoord van de databasegebruiker. :
Klik op 'Test Database connection' om te controleren of met de ingevoerde gegevens een verbinding met de database kan worden gemaakt.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
35
M o d us O ne Se tup
Oracle Voor de installatie van de repository in een Oracle-database, voert u in dit venster de vereiste gegevens in.
Server:
naam van de Oracle Server-instantie.
Gebruiker:
de databasegebruiker die voor het maken van het databaseschema is gebruikt. Geef een gebruiker op die met het script 'Ora_Rep_CreateUser. sql' is gemaakt, omdat de gebruiker bepaalde rechten nodig heeft.
Wachtwoord:
het wachtwoord van de databasegebruiker.
SqlPlus Pfad:
Typ hier het pad naar de Oracle-toepassing SqlPlus.exe. In Setup wordt geprobeerd dit pad automatisch weer te geven. De toepassing SqlPlus.exe is vereist om Oracle SQL-scripts te kunnen uitvoeren.
Klik op 'Test Database connection' om te controleren of met de ingevoerde gegevens een verbinding met de database kan worden gemaakt.
36
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
R e p o s ito ry ins te lle n
Modus-systeem maken In de volgende stap definieert u een naam en ID voor het te maken Modus-systeem. Geef een unieke ID voor het nieuwe systeem op. Noteer deze ID omdat u deze bij de configuratie nodig zult hebben.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
37
M o d us O ne Se tup
Installatie starten In het laatste venster start u de installatie door te klikken op de knop 'Installatie starten'. Het Protocol-venster bevat informatie over de installatievoortgang.
Bij de installatie in een Oracle-database wordt de uitvoer van SqlPlus voor foutanalyse naar de bestanden Ora_Rep_Create_Schema.log Ora_Rep_CreatePackage.log Ora_modus_rep_lookup.log geschreven. Deze bestanden zijn opgeslagen in de ModusOne-programmamap en moeten worden gecontroleerd op eventuele fouten.
38
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
ModusOne-configuratie aanpassen
M o d us O ne Se tup
Algemeen Wanneer de installatie van Repository is voltooid, moet de systeemobject-ID die tijdens de installatie is opgegeven, nu in diverse configuratiebestanden worden ingevoerd.
Bijzonderheden voor Windows Server 2008 / Windows 7 Let er op dat u het programma ModusConfig alleen als beheerder uitvoert om configuratiewijzigingen te kunnen opslaan.
Ga als volgt te werk: Open Windows Verkenner en open de ModusOne-installatiemap. Selecteer het bestand ModusConfig.exe en klik op 'Als administrator uitvoeren' (EN: 'Run as administrator') in het snelmenu. De toepassing bevat nu expliciet alle administratorrechten en heeft schrijftoegang voor de ModusOne-installatiemap.
40
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
M o d us O ne -c o nfig ura tie a a np a s s e n
UserRepository.config aanpassen Start in de Modus-programmamap het programma ModusConfig. Kies de menuoptie Bestand – Configuratie openen om het bestand UserRepository.config te laden. Selecteer in de bovenste tabel de vermelding Systeemobject-ID en voer als waarde de Systeemobject-ID in die eerder tijdens de installatie is opgegeven. Kies de menuoptie Bestand – Configuratie opslaan om de wijzigingen op te slaan.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
41
M o d us O ne Se tup
Modus_MWS.exe.config aanpassen Start in de Modus-programmamap het programma ModusConfig. Kies de menuoptie Bestand – Configuratie openen om het bestand Modus_MWS.exe.config te laden. Selecteer in de bovenste tabel de vermelding Systeemobject-ID en voer als waarde de systeemobject-ID in die eerder tijdens de installatie is opgegeven. Kies de menuoptie Bestand – Configuratie opslaan om de wijzigingen op te slaan.
Normal.dotm beschikbaar stellen Kopieer Normal.dotm naar de Modus-installatiemap die u in de stap Componenten selecteren hebt vastgelegd.
ModusClient.exe.config aanpassen Start in de Modus-programmamap het programma ModusConfig. Kies de menuoptie 'Bestand – Configuratie openen' om het bestand ModusClient.exe.config te laden. Selecteer in de bovenste tabel de vermelding Odin-weergave systeemobjectID en voer als waarde de systeemobject-ID in die eerder tijdens de installatie is opgegeven. Als een service op een andere computer wordt uitgevoerd, moet de desbetreffende URL worden aangepast. Selecteer hiertoe de gewenste service en voer als waarde de gewijzigde URL in. De wijziging beperkt zich meestal tot het vervangen van het lokale IP-adres (of bijvoorbeeld de "localhost") door het IPadres (of de hostnaam) van de server waarop de service wordt uitgevoerd. Concreet moet de hostnaam Localhost voor de volgende vermeldingen worden gewijzigd in de hostnaam of het IP-adres van de desbetreffende server: o Beveiligingstokenservice o Aanmeldingsservice o Modus-gebruikersservice o Modus-repositorywebservice o Modus-webservice o Gegevensproviderservice o Odin-webservice o License Service
42
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
M o d us O ne -c o nfig ura tie a a np a s s e n
Voorbeeld: Als de Modus Server-service op de host 'ModServer' is geïnstalleerd, moet de URL van de Security Token Service van http://localhost:8000/sts in http://ModServer:8000/sts worden gewijzigd. Kies de menuoptie 'Bestand – Configuratie opslaan' om de wijzigingen op te slaan.
ModusStudio.exe.config aanpassen Start in de Modus-programmamap het programma ModusConfig. Kies de menuoptie Bestand – Configuratie openen om het bestand ModusStudio.exe.config te laden. Als een service op een andere computer wordt uitgevoerd, moet de desbetreffende URL worden aangepast. Selecteer hiertoe de gewenste service en voer als waarde de gewijzigde URL in. De wijziging beperkt zich meestal tot het vervangen van het lokale IP-adres (of bijvoorbeeld de 'localhost') door het IPadres (of de naam) van de server waarop de service wordt uitgevoerd. Concreet moet de hostnaam Localhost voor de volgende vermeldingen worden gewijzigd in de hostnaam of het IP-adres van de desbetreffende server: o Beveiligingstokenservice o Aanmeldingsservice o Gegevensproviderservice o Odin-webservice o Repositoryservice o Modus-repositorywebservice o License Service Voorbeeld: Als de Modus Server-service op de host 'ModServer' is geïnstalleerd, moet de URL van de Security Token Service van http://localhost:8000/sts in http://ModServer:8000/sts worden gewijzigd. Kies de menuoptie Bestand – Configuratie opslaan om de wijzigingen op te slaan.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
43
M o d us O ne Se tup
Een geldige licentie beschikbaar stellen Neem als u nog geen geldige licentie hebt contact op met ModusOne Support via:
[email protected] en vraag een geldig licentiebestand voor uw omgeving aan.
Kopieer het licentiebestand naar de ModusOne-programmamap en controleer of de bestandsnaam Modus.lic is.
ModusOne-basisservice starten De configuratie is nu voldoende aangepast om de ModusOne-service te kunnen starten.
Open Services in Windows Systeembeeer en start de service Modus_Core.
Modus Studio starten Nadat de service is gestart, kunt u Modus Studio starten: Start -> ModusOne -> ModusOne Studio
Tip: Als Modus Studio voor het eerst wordt gestart, zijn belangrijke elementen, zoals de navigator, niet zichtbaar. De navigator en andere elementen kunnen met de desbetreffende knoppen op het lint worden weergegeven. Klik op de knop met het wereldbolpictogram om de navigator weer te geven.
44
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
M o d us O ne -c o nfig ura tie a a np a s s e n
Verbindingsgegevens voor Odin-/MWS-database configureren Klik in Modus Studio linksboven op de knop Systeem selecteren om het actieve systeem te selecteren. Selecteer in het dialoogvenster Systeem selecteren het gewenste systeem. Klik in Studio op het tabblad Beheer en klik vervolgens op het pictogram Databasealiassen beheren. In het dialoogvenster Databasealiassen beheren worden de databasealiassen in MWS en Odin weergegeven.
Ga als volgt te werk om de verbinding met de MWS- of Odin-database te configureren: Dubbelklik op MWS of Odin. Het dialoogvenster voor databaseverbindingen wordt weergegeven:
Selecteer in het vak Gegevensprovider het bijbehorende databaseproduct: Native SQL voor MS SQL Server-database of Microsoft Oracle voor een Oracle-database Klik in het vak SQL-sjabloon op de knop Standaardwaarde om de standaardwaarde uit de configuratie in te voeren. Klik in het vak SQL-veldsjabloon op de knop Standaardwaarde om de standaardwaarde uit de configuratie in te voeren. Klik vervolgens onder Verbindingsreeks op de knop met de drie punten:
het productspecifieke dialoogvenster wordt weergegeven. Geef hier de verbindingsgegevens op voor de databasegebruiker die u voor het betreffende schema hebt gegenereerd met behulp van het script Ora_Odin_CreateUser.sql of met MSSql_CreateUser.sql. Let er op dat de optie Opslag van wachtwoord toestaan is ingeschakeld.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
45
M o d us O ne Se tup
Klik op OK als u klaar bent. Voer de beschreven wijziging uit voor de databasealiassen in Odin en MWS. Sla de wijzigingen in het dialoogvenster Databasealiassen beheren op.
ModusOne-services starten Open Services in Windows Systeembeheer en start de volgende services: Modus_Core Modus_Mws Modus_Ows
46
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
Gebruikerstaal
M o d us O ne Se tup
Gebruikerstaal instellen De gebruikersinterface van ModusOne Studio en ModusOne Client is op dit moment in de volgende talen beschikbaar: Duits (standaard) Engels Nederlands Frans
Ga als volgt te werk om een andere taal in te stellen dan Duits: 1. Bestanden downloaden Download uit de map /ModusOne/V5_1_0/LanguageResources/ op de Modus FTP-server (ftp.modus-suite.net) het gewenste ZIP-bestand: EN_ModusOne.zip voor het Engels NL_ModusOne.zip voor het Nederlands FR_ModusOne.zip voor het Frans 2. Submap maken Maak in de installatiemap van Studio of Client een map: 'en' voor het Engels 'nl' voor het Nederlands 'fr' voor het Frans
Voorbeeld: Modus wordt geïnstalleerd in de map
c:\program files\modusone Als u de Engelse taal wilt gebruiken, maakt u de map
c:\program files\modusone\en. 3. ZIP-bestand uitpakken Pak het ZIP-bestand uit in de map die u in stap 2 hebt gemaakt. 4. De taal voor Odin-weergaven instellen De gebruikte expressies in Odin-weergaven zijn op dit moment alleen beschikbaar in het Duits en Engels. Als u de expressies in het Engels wilt weergeven, wijzigt u in tabel ODIN_SETTING de waarde van het veld OD_ISO_LANG_CODE in 'en'.
48
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
G e b ruik e rs ta a l
U kunt de weergavetaal instellen op Nederlands door de betreffende waarde in te stellen op 'nl'. 5. Programma's starten Als u ModusOne wilt uitvoeren in een andere taal dan de taal die in het Windows-systeem is ingesteld, start u ModusOne Studio en ModusOne Client vanaf de opdrachtregel. In de map /ModusOne/V5_1_0/LanguageResources/ op de Modus FTP-server staan voorbeeldbestanden die u hiervoor kunt gebruiken: German_ModusClient.cmd / German_ModusStudio.cmd Dutch_ModusClient.cmd / Dutch_ModusStudio.cmd English_ModusClient.cmd / English_ModusStudio.cmd French_ModusClient.cmd / French_ModusStudio.cmd
Help-bestanden De help-bestanden van ModusOne zijn beschikbaar in het Duits, het Engels en het Nederlands en kunnen uit de mappen /ModusOne/V5_1_0/CurrentHelp/German /ModusOne/V5_1_0/CurrentHelp/English of /ModusOne/V5_1_0/CurrentHelp/Dutch op de Modus FTP-server (ftp.modus-suite.net) worden gedownload.
© 2008-2012 Le x m a rk Inte rna tio na l T e c hno lo g y S.A .
49