Dutch Heat Pump Association
AANTEKENEN College van Burgemeester en Wethouders Postbus 41 7200 AA Zutphen
Betreft: Wijk ‘De Teuge’ – Zutphen Onze referentie: 20110113/PW/mn
Boerhaavelaan 98 Postbus 1189 3840 BD Harderwijk Telefoon: 0341 707 462 E-mail:
[email protected] Internet: www.dhpa-online.nl
Harderwijk, 13 januari 2011
Geacht college, Wij refereren aan de uitingen in de diverse media betreffende bovengenoemde woonwijk, en informeren u als volgt. De Dutch Heat Pump Association (DHPA), heeft kennis genomen van de problemen die zich in deze wijk voor doen met de installaties voor ruimteverwarming en warm tapwater bereiding. Gebaseerd op de informatie zoals die voor ons beschikbaar is, menen wij te zien dat de bewoners van de huizen in deze wijk ongewild in een zeer lastige situatie zijn beland: een situatie waar uitzicht op een voor partijen wenselijke of acceptabele oplossing ontbreekt. Na intern overleg door de deelnemende bedrijven in de DHPA, hebben wij gemeend er goed aan te doen de gemeente Zutphen te benaderen om in goed overleg te bepalen op welke punten de DHPA zou kunnen bijdragen aan een oplossing voor de problemen voor de bewoners van de 187 woningen. Prioriteit ligt daarbij naar onze mening bij het realiseren van een aangenaam wooncomfort met daarbij acceptabele energielasten voor de bewoners. Ter inleiding: In Nederland draaien in de woningbouw nu in totaal enkele tienduizenden warmtepompsystemen die voorzien in ruimteverwarming en warm tapwater bereiding. Ieder jaar neemt dit aantal verder toe, gemiddeld genomen met zeer tevreden stellende resultaten zowel qua energetische prestaties (of wel hoe zuinig is de installatie met energie), wooncomfort als energiekosten. – In de omliggende landen in de EU, zijn de afgelopen 5 jaar 2,1 miljoen warmtepomp installaties opgeleverd. Door de Europese Unie worden warmtepompen gezien als het belangrijkste en meest effectieve instrument om het energiegebruik in de gebouwde omgeving te verduurzamen en om de gestelde doelstellingen ten aanzien van CO2 emissie reductie en energiebesparing in o.a. de woningbouw te realiseren.— De DHPA is de landelijke brancheorganisatie voor warmtepompen, ontstaan door het per 1 januari 2011 samen gaan van de Stichting Warmtepompen (Grond gebonden warmtepomp systemen) en de Smart Hybrid Foundation (lucht/water warmtepompen). De DHPA richt zich bij verbreiding van de warmtepomp technologie op kennis overdracht, belangenbehartiging en opleidingen/voorlichting en werkt nauw samen met o.a. de NVOE, AgentschapNL en TNO Bouw en Ondergrond.
1
De problematiek Bij alle warmtepompen, ongeacht het type, is er sprake van de volgende ketenachtige situatie: Een warmtepomp systeem beschouwd als een keten Bewonersgedrag: • Aanwezigheid bewoners • Gewenste ruimtetemperatuur • Type en gebruik v/d regeling • Tapwater behoefte
Warmtepomp
Randvoorwaarden
BRON • • • •
Ontwerp Aanleg Gebruik Technisch onderhoud • Beheer kosten • Exploitatie kosten
• • • •
Ontwerp Installatie Gebruik Technisch onderhoud • Afschrijving • Energielasten
AFGIFTE SYSTEEM • • • •
Ontwerp Installatie Gebruik Technisch onderhoud • Afschrijving
WONING
• Ontwerpkwaliteit • Bouwkwaliteit • Gerealiseerde Rc waarde • Transmissieverlies • Technisch onderhoud
Figuur 1, Warmtepompsysteem beschouwt als een keten.
Deze visuele weergave van de keten maakt duidelijk hoeveel verschillende partijen een bijdrage moeten leveren om een naar tevredenheid functionerend warmtepompsysteem te realiseren. Hoewel de bij de wijk ‘De Teuge’ betrokken fabrikanten juridisch niet rechtstreeks een partij zijn voor de bewoners ten aanzien van een mogelijke oplossing van de technische problemen willen wij als brancheorganisatie (waar deze fabrikanten deel van uit maken) minstens in de overlegsfeer bij dragen aan een oplossing. In dit stadium zouden wij, mede gebaseerd op bovenstaande ketenbenadering, graag op voorhand de volgende zaken als mogelijke aandachtspunten in de communicatie c.q. discussie ten aanzien van eventuele oplossingen willen aan merken. 1. Bron: a. Is bij de bron voldaan aan alle randvoorwaarden en eisen zoals die aan een open bron voor een collectief systeem mogen worden gesteld. Is de capaciteit, energetische karakteristiek en ongestoord functioneren van de bron gewaarborgd? b. Staan de kosten van de bron in combinatie met de elektriciteitskosten en afschrijvingskosten van de warmtepomp voor de bewoners in verhouding tot de geleverde energetische prestaties? 2. Warmtepomp: a. Naast zorgvuldige dimensionering en installatie destijds bij de nieuwbouw, is het van belang dat de warmtepomp water uit de bron krijgt van de juiste temperatuur, in de juiste hoeveelheden en vrij van verontreinigingen. Is dit allemaal gewaarborgd? b. Volgens welke richtlijnen zijn de warmtepompen gedimensioneerd? En met welke betafactor is er destijds gerekend?
2
—Een betafactor van 1 betekent dat de warmtepomp 100% van alle warmtevraag kan voldoen zonder tussenkomst van een elektrisch element. Volgens ISSOpublicaties 72, 73 en 80 is het gebruikelijk om met een betafactor van 0,75/0,80 te rekenen.— 3. Afgifte systeem: a. Naast ontwerp en juiste installatie is van groot belang dat het afgifte systeem in staat is de warmtevraag in te vullen die door het transmissie verlies wordt bepaald. Is dat in deze situatie zo? b. Is er een voldoende vrije systeem inhoud om het zogenaamde ‘pendelen’ te voorkomen? c. Is het afgiftesysteem waterzijdig volledig ingeregeld? d. Zijn alle mogelijkheden voor wat betreft verbeteringsvoorstellen t.a.v. het afgifte systeem, zoals in de tussentijd door de leverancier voorgesteld, volledig benut? 4. Woning: De gerealiseerde warmtevraag van de woning is zeer sterk bepalend voor het al dan niet naar tevredenheid functioneren van een warmtepomp systeem. – Deze warmtevraag wordt voornamelijk bepaald door de kierdichtheid, aanwezigheid van koudebruggen, luchtdichtheid, SBR detaillering en de isolatiewaarde van de gevels, daken en glaspartijen.— Een uitstekend geïnstalleerd warmtepompsysteem in combinatie met een gerealiseerde warmtevraag die veel hoger is dan de waarde waarop het installatieontwerp is gebaseerd, zal zowel energetisch als qua comfortbeleving tot teleurstellende resultaten leiden. a. Is er inzicht in hoe de gerealiseerde warmtevraag van de woningen zich verhoudt tot het door de projectontwikkelaar/aannemer gekozen en gedimensioneerde warmtepomp-systemen? b. Is het transmissie verlies van de gerealiseerde woningen in balans met de capaciteiten en karakteristieken van de geselecteerde warmtepomp systemen? Is er destijds bij de bouw, of naderhand een zgn. ‘blowerdoor test’ gedaan om de kierdichtheid en luchtdichtheid van de woning(en) te bepalen? —Met een zogenaamde ‘blowerdoortest’ om de kierdichtheid en luchtdichtheid te controleren en infraroodopnames om de kwaliteit van de isolatie en uitvoerings details vast te stellen, is een totaalbeeld te verkrijgen van de kwaliteit van het casco van de woning. Relatief kleine fouten bij uitvoering van de bouw kunnen tot grote gevolgen leiden.— c. Is er inzicht in de mogelijkheden die er wellicht zijn om t.a.v. dit aspect nog aanvullende maatregelen te realiseren in de woningen?
3
5. Gebruikers gedrag / Regeling: a. Het gebruikersgedrag in een woning kan tot grote verschillen leiden in het energiegebruik. Als een woonwijk is ontworpen op een energiegebruik van, zeg, 100 bij ontwerpcondities, en correct is gebouwd en geïnstalleerd, dan zal de wijk, alleen al door variatie in gebruikersgedrag, het werkelijke gebruik kunnen variëren van 50 (of soms nog minder), terwijl de ‘slechtste’ bewoner op 150 zit (of soms nog meer). Deze verdeling doet zich op ongeveer dezelfde wijze voor bij zowel grote als kleine woningen. b. Het gebruik en bediening van de regeling van een warmtepomp kan een aanzienlijke invloed hebben op het energiegebruik van de warmtepomp. Is er voldoende informatie overgedragen en aanwezig bij de bewoners hoe correct om te gaan met de regeling?
6. Energiegebruik: Het ontwerp energiegebruik van een woning wordt bepaald door de kwaliteit, de oriëntatie en ligging (hoe liggen de woningen ingepast in het landschap? In een landelijke besloten gebouwde omgeving, of in een meer landelijke setting), van het casco, door de technische installaties, met alle bijbehorende aspecten en door het gebruiksgedrag van de bewoners. Kleine onvolkomenheden in het casco (kieren, niet aansluitende isolatie) kunnen voor grote verschillen zorgen tussen prestaties van schijnbaar identieke woningen. Gebouw gebonden en niet gebouw gebonden energiegebruik Om een inzicht te verwerven waaruit het totale energiegebruik in een woning is opgebouwd, kan dit verbruik worden opgedeeld in gebouw gebonden en niet gebouw gebonden. Onder gebouw gebonden energiegebruik wordt alle gebruik verstaan dat gerelateerd is aan verwarming, koeling, ventilatie en warm tapwater bereiding binnen een woning. Alle andere elektriciteitsgebruik binnen de woning wordt aangemerkt als niet gebouw gebonden. In 2008 is er door het bureau Van Holsteijn en Kemna uit Delft in opdracht van AgentschapNL (Voorheen SenterNovem), afdeling Energie en Klimaat, een zeer gedetailleerd rapport opgesteld over energiegebruik van elektrische apparatuur in de woningbouw. In de hierna volgende grafiek is het elektriciteitsgebruik weer gegeven van een gemiddeld huishouden in Nederland, status 2010, uitgaande van een standaard CV systeem voor verwarming voorzien van een gasgestookt CV toestel.
4
Vaatwasser 160 Wasmachine 172 Verlichting 531 Wasdroger 242
Overig 53 Pers.verzorging 28
Stofzuigen 122
Vrije tijd 42 Keukenapparatuur 122
Koelkast 353
Kookapparatuur 188
Ventilatie 196 Vriezer 175
Warm water 268 Televisie 272 Verwarming 226
ICT 201
Audio/Video 190
Figuur 2, Elektriciteitsverbruik per functie, in kWh per jaar weer gegeven
a. Gebouw gebonden elektriciteitsgebruik: In bovenstaande figuur 1 valt onder het gebouw gebonden elektriciteits gebruik het gebruik voor verwarming (het elektriciteitsgebruik van het CV toestel), warm water en ventilatie. In totaal 690kWh per jaar. b. Niet gebouw gebonden elektriciteitsgebruik: Alle functies behalve die genoemd onder punt 1.a, in totaal 2.851 kWh per jaar.
Grafisch weer gegeven geeft dit het volgende beeld:
Gebouw gebonden 690
Niet gebouw gebonden 2851
Figuur 3, Elektriciteitsverbruik gebouw gebonden en niet gebouw gebonden, in kWh per jaar, per categorie
5
In hoeverre is er gedetailleerd inzicht in het elektriciteitsgebruik van de warmtepomp (en de hulpenergie voor de bron) en het resterende niet gebouw gebonden elektriciteitsgebruik in de woningen. En in hoeverre is er inzicht in de variatie in het gebruik over de 187 woningen, gecombineerd met bijvoorbeeld het aantal bewoners per woning, aanwezigheid per woning en de aanwezige elektrische apparatuur in de woningen. Voor het project “de Teuge” dient men te beseffen, dat door het toepassen van een elektrische warmtepomp de post gebouw gebonden elektriciteit (in de figuur hierboven 690 kWh/jr) behoorlijk zal toenemen. Omdat elektriciteit de enige energiedrager is, die in de woningen wordt toegepast. 7. Uitvoering verbeterings voorstellen: In hoeverre is er al maximaal gebruik gemaakt van de verbeterings voorstellen zoals deze door de diverse betrokkenen bij dit project zijn gedaan? De DHPA heeft geen inzicht in de voorstellen van alle betrokken partijen, echter voor de leveranciers van de warmtepompen geldt dat de vanuit deze bedrijven gedane voorgestelde mogelijkheden tot verbetering nog niet volledig benut zijn. Hier liggen nog mogelijkheden tot verbetering van de huidige situatie. 8. Verwachtingen en perceptie van de energielasten in een woning: a. In hoeverre zijn er in het verleden verwachtingen gecreëerd door de aanbieders van de woningen, ten aanzien van het te verwachten energiegebruik. b. In hoeverre waren/zijn die gecreëerde verwachtingen juist? Uit diverse publicaties, waaronder de rapportage van Alliander/Liander/Liandon, blijkt dat t.a.v. bovengenoemde vragen al veel onderzoek is verricht. De betrokken leveranciers van de warmtepompen kennen de problematiek in al zijn samenhang. Echter moeten zij helaas ook concluderen dat zij als leverancier van een component wellicht ten onrechte als de oorzaak wordt gezien van een niet optimaal presterend totaal systeem, zonder dat zij technisch verantwoordelijk zijn voor het totale systeem. Verantwoordelijk voor de totale kwaliteit van de woningen is degene waarvan men destijds de woningen heeft gekocht, en afgeleid daarvan diens verschillende leveranciers/onderaannemers. De DHPA onderschrijft het gezamenlijke belang van de bewoners van de 187 woningen en van de Gemeente Zutphen ten aanzien van succesvolle toepassing van duurzame energie oplossingen en wil zich daarom inspannen om de realisatie van een dergelijke visie ook in de wijk ‘De Teuge’ alsnog succesvol te laten worden. De situatie ten aanzien van het verwarmingssysteem in de woningen in de wijk ‘De Teuge’ biedt de nodige aanleiding om te trachten gezamenlijk met alle partijen voor de bewoners in de wijk een definitieve oplossing te zoeken. De DHPA wil zich graag inspannen om een bijdrage te leveren aan het realiseren van een dergelijke oplossing.
6
Ons initiatief tot deelname aan gesprekken over een mogelijke oplossing is onder voorbehoud en geheel vrijblijvend. In afwachting van uw reactie verblijven wij, Met vriendelijke groeten,
Dutch Heat Pump Association
P.P.M. Wagener Voorzitter
Mobiele telefoon: E-mail rechtstreeks:
06 51 335 966
[email protected]
7