Missie van Het Veer Centrum voor kinderen en jongeren met ontwikkelingsproblemen Samen Groeien! Groei kenmerkt ieder kind. Veermedewerkers geloven in de ontwikkelingsmogelijkheden van ieder kind, iedere jongere, ieder gezin. We vertrekken vanuit de hulpvraag en maken, in overleg, een zorgen begeleidingsplan. Daarin formuleren we haalbare doelstellingen die ons handelen richting geven. We respecteren tempo en mogelijkheden van ieder kind, van iedere ouder. Ieder kind is uniek, dat maakt van ieder groeiproces een boeiende reis. We houden rekening met de verwachtingen, hulpvragen , ervaringskennis en draagkracht van de ouders. Ouders van jonge kinderen met een handicap die geconfronteerd worden met verwerkingsproblemen verdienen onze bijzondere aandacht. We willen de werkelijke ondersteuningsbehoefte helder krijgen en stemmen ons aanbod hierop af .
Groei kenmerkt ook de begeleider van ieder kind of jongere: de ouders, maar ook de deskundigen binnen Het Veer. Onze medewerkers bekwamen zich steeds verder en krijgen mogelijkheden om zich op professioneel vlak te ontplooien. Groei kenmerkt ook onze organisatie: we bewaken onze kwaliteit door een stevig kwaliteitsbeleid en streven hierbij continu naar het verbeteren van onze dienstverlening.
Samen voltrekken kind, ouders, Veermedewerkers, … dit groeiproces. Er is sprake van wederzijds verrijken, wederzijds afstemmen tussen alle betrokkenen. We bouwen goede samenwerkingsverbanden uit met artsen , Kind en Gezin, CLB medewerkers , Universitaire ziekenhuizen , referentiecentra, scholen, … Samen met alle betrokkenen denken we na over de toekomst en bouwen een perspectief uit voor ieder kind of jongere. De jarenlange samenwerking tussen de verschillende diensten binnen Het Veer maakt dat we ook als centrum steeds verder groeien. Medewerkers kunnen dienstoverschrijdend terecht bij elkaar, inspireren elkaar. We werken nauw samen en delen binnen het grote Veer kennis, info en specialisatie, toch behoudt elke dienst ook zijn eigenheid. We hebben respect voor die aspecten die verschillend zijn: regelgeving , loonbeleid, beleid rond vorming, training en opleiding, …. We zoeken creatief oplossingen voor hindernissen of verschillen die de samenwerking kunnen belemmeren.
Jaarverslag 2015
1
Onze erkenning Het Veer is sinds 1986 erkend door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap als semiinternaat voor niet-schoolgaanden. Sedert 1 maart 2011 is de capaciteit opgetrokken van 30 naar 40 kinderen. We zijn gebonden door een beheersovereenkomst als Multifunctioneel Centrum sinds 1 januari 2014. Sinds maart 2015 hebben we ook een erkenning voor het aanbieden van Rechtstreeks Toegankelijke Hulp (12.61 personeelspunten op jaarbasis). Tot onze doelgroep behoren : - kinderen met algemene ontwikkelingsstoornis van de intellectuele functies (matig-ernstig-diep) - kinderen met een (loco)motorische stoornis: algemeen motorische stoornis - kinderen met een psychische stoornis: autismespectrumstoornissen En dit voor kinderen van 0 tot 21 jaar.
Missie Therapeutisch Kinderdagverblijf Het Veer, Therapeutisch Kinderdagverblijf vzw wil binnen de zorg voor kinderen en jongeren met een beperking, een vooraanstaande plaats innemen in het Waasland. Als Multifunctioneel Centrum kunnen we dagopvang (schoolaanvullend), dagbesteding (schoolvervangend) en (mobiele) begeleiding organiseren. Gezien onze erkenning als voorziening voor niet-schoolgaande kinderen en jongeren is onze hoofdopdracht doorheen de jaren altijd dagbesteding geweest. Het Veer voldoet aan de nood van ouders die op zoek zijn naar dagopvang met sterk uitgebouwde therapeutische mogelijkheden. Samen met de ouders, als gelijkwaardige partners, bouwen we een perspectief uit voor ieder kind en gaan we voor maximale ontwikkelingsstimulatie. Gemotiveerde en deskundige medewerkers bieden kwaliteitsvolle ondersteuning, rekening houdend met de verwachtingen, ervaringskennis en draagkracht van ouders. Dit gebeurt in een open en familiale sfeer, met respect voor het zijn en de noden van elk kind/jongere en zijn ouders.
Jaarverslag 2015
2
Deel 1 Kwantitatieve gegevens 1. Cliëntinfo 1.1. Aantal kinderen/jongeren Van januari t.e.m. december (telkens op de laatste dag van de maand).
JAN FEB MRT APR MEI JUN JUL AUG SEP OKT NOV DEC
2006 34 34 33 32 33 33 33 32 32 34 34 34
2007 35 34 36 36 36 35 35 35 34 34 34 34
2008 34 34 34 34 34 34 34 34 33 33 33 34
2009 34 33 33 33 33 33 31 31 33 33 34 34
2010 34 33 34 35 35 36 33 33 34 34 34 33
2011 33 33 42 41 42 42 42 41 41 41 43 43
2012 43 43 41 41 43 42 42 41 45 45 45 45
2013 45 45 45 45 44 44 44 44 45 45 45 44
2014 43 43 44 45 45 46 48 45 44 44 45 45
2015 46 46 45 48 48 47 47 49 44 43 43 44
Bovenstaande tabel geeft de lezer een beeld over het aantal kinderen in de loop van de voorbije 10 jaar. We zijn al jaren steeds maximaal bezet volgens onze erkenning. De cijfers boven het getal 40 hebben te maken met het aantal kinderen dat deeltijds komt (zie volgende bladzijde). We spreken van kinderen en jongeren, omdat een aantal kinderen blijven tot de leeftijd van 21 jaar. Indien zij een vrijstelling van leerplicht hebben kunnen zij terecht in de leefgroep Bonte Vogel. Het aantal plaatsen voor deze doelgroep is om organisatorische reden echter beperkt tot 10. In de grote vakantie maakten ook kinderen met een beperking van buitenaf gebruik van onze vakantie opvang. Het aanbod voor kinderen en jongeren met een beperking tijdens de schoolvakanties is beperkt. Semi-internaten verbonden aan de scholen voor buitengewoon onderwijs kunnen niet aan alle opvangvragen voldoen. Ofwel hebben ze onvoldoende capaciteit, ofwel zijn er speciale opnamevoorwaarden, waardoor bepaalde kinderen uit de boot vallen. Zo zien we binnen de regio dat er voor de kinderen uit benedengroep Type 2, een schrijnend tekort aan vakantie opvangplaatsen is. Speciale vakantiekampen met verblijf zijn mooie initiatieven, maar vaak zijn ouders hier (nog) niet aan toe, of is de zorg of aanpak die hun kind nodig heeft, te gespecialiseerd. We beslisten daarom om onze deuren open te zetten tijdens de grote vakantie op het moment dat er binnen onze eigen kind- en personeelsbezetting hiervoor ruimte was. Jaarverslag 2015
3
In totaal maakten in 2015 58 verschillende kinderen gebruik van onze dienstverlening.
Overzicht aantal deeltijds ingeschreven kinderen: periode 2006-2015
100 80 60 40 20 0 2006
2007
2008
2009
2010
2011
2012
2013
2014
2015
Er waren in het jaar 2015 29 deeltijds ingeschreven kinderen op een totaal van 58 kinderen. Onder deeltijds verstaan we kinderen die minder dan 5 dagen per week komen. Dat is 50%. De overheid wil deze vorm van dienstverlening stimuleren omdat op deze manier meer kinderen met dezelfde middelen kunnen geholpen worden. We volgen deze stelling, maar in de praktijk is een groot aantal kinderen deeltijds opvangen niet zo evident. Er zijn dagen waarop er heel weinig kinderen komen, en dagen waarop de leefgroepen te klein zijn omdat alle kinderen komen. Dit vraagt flexibiliteit van de medewerkers om hun uurroosters af te stemmen op de dagen waarop het druk is. Ouders hebben verschillende redenen om voor deeltijdse opvang te kiezen: omdat ze zelf deeltijds werken, omdat grootouders of andere zorgfiguren ook een dag zorg willen opnemen, omwille van PAB budget dat minder is indien kinderen voltijds komen, omwille van financiële reden, … 4 kinderen kwamen het afgelopen jaar deeltijds omwille van de combinatie met gewoon kleuteronderwijs. We proberen voor deze kinderen therapie in te plannen op de dagen dat ze naar Het Veer komen. We werken nauw samen met de school door het organiseren van een regelmatig schoolcontact en door ook met de juf te communiceren over het zorgplan van het kind in Het Veer.
1.2 Instroom - Uitstroom Aantal opnames nieuwe kinderen per jaar: periode 2006 – 2015
30 28 26 24 22 20 18 16 14 12 10 8 6 4 2 0
Instroom 21
13 9
2006
Jaarverslag 2015
10
2007
11 9
2008
8
8
2009
2010
9
2011
2012
2013
10
2014
2015
4
Aantal kinderen die Het Veer hebben verlaten per jaar periode 2006 - 2015 30 28 26 24 22 20 18 16 14 12 10 8 6 4 2 0
UIT 14 9
9
10
2006
2007
2008
8
9
2009
2010
11
2011
9
9
9
2012
2013
2014
2015
Dit jaar hebben 14 kinderen Het Veer verlaten en zijn er 13 nieuwe kinderen gestart. Ingedeeld volgens leeftijd bij opname geeft dit volgend overzicht:
1 - 2 jaar 2 - 3 jaar 3 - 4 jaar 4 – 5 jaar 5 – 6 jaar 6 – 7 jaar 8 – 9 jaar 9 – 10 jaar
3 2 3 1 / 2 1 1
Via welke weg werden deze kinderen aangemeld? - via Centrum voor Ambulante Revalidatie Het Veer, Sint-Niklaas - via AZ Nikolaas, dienst pediatrie dr Rijckaert - via De Tandem, dienst thuisbegeleiding voor personen met mentale beperking - via Centrum voor Ontwikkelingsstoornissen Gent - via De Vinderij, school voor Buitengewoon Lager Onderwijs Type 2 - via de ouders zelf Zoals u kan zien in de volgende tabel blijft onze partner, het Centrum voor Ambulante Revalidatie Het Veer, één van de belangrijkste doorverwijzers. De dienst vroegbehandeling is goed uitgebouwd en kinderen worden doorverwezen indien ambulante revalidatie onvoldoende is. Deze doorverwijzingen hebben het voordeel van vlotte info-overdracht, het snel voorhanden zijn van gegevens in een multidisciplinair verslag, en de ouders die reeds vertrouw zijn met Het Veer. Dit alles vereenvoudigt de intake in het kinderdagverblijf. De Vinderij, school voor buitengewoon onderwijs in Lokeren, is sinds 2015 één van onze verwijzers geworden. We werken met hen samen voor onze module schoolaanvullende dagopvang. Verder in dit jaarverslag kan u meer lezen over deze samenwerking.
Jaarverslag 2015
5
Overzicht van aantal kinderen door verwijzende instanties (periode 2006-2015)
Via ex-ouders of op eigen initiatief Huisarts De Kangoeroe VTB VTB De Tandem VTB Ganspoel CAR Buggenhout CAR St-Niklaas CAR Beveren UZ Leuven C.O.S. Leuven C.O.S. Gent CADOR Sint-Niklaas O.O.C. Antwerpen AZ Nikolaas UZA Antwerpen RC Sint-Lievenspoort Pulderbos TB De Kleine Beer CLB VTB Kadodder De Vinderij, BuLO Type 2
2006 2007 (9) (10) 2
2 1 1 3
2008 (9)
2
5
4
2009 (8) 1
2010 (8)
1 2 1
1
3
4 1
2011 (21) 1 1 3 1 1 10
2012 (11)
2013 (9)
2014 (10)
4
4
2 1
1
3
6
5
3
2015 (13) 1
1 1 1
1
1 1
1 1 2
1 1 1 1
2 1
1
1 1
1
1 1 1 3
Wat na Het Veer? De kinderen die uitstroomden in 2015 gingen naar:
BUBAO DE VINDERIJ, LOKEREN (Type 1,2) BLIJDORP, DENDERMONDE (Type 2) BUBAO BURCHTSE WEEL, ANTWERPEN (Type 2) SINT JOZEF INSTITUUT ANTWERPEN (Type 1) REVALIDATIECENTRUM PULDERBOS GEWONE KLEUTERSCHOOL BUBAO TEN DRIES, LANDEGEM MPI KOMPAS, ST-NIKLAAS (Type 1,2) (voorheen MPI Zonneken)
Jaarverslag 2015
1986 -2014 35 14 3 15 6 35 3 43
2015 2 2 1 1 1 1 1 5
TOTAAL 37 16 4 16 37 36 4 48
6
Vorige jaren stroomden kinderen ook uit naar volgende voorzieningen, scholen:
DVC HEILIG HART, DEINZE OVERLEDEN (tijdens periode op Het Veer) KOC SINT GREGORIUS, GENTBRUGGE (Type 4) SINT JULIAAN, GENT (Type 2) EMILIANI, LOKEREN (Type 2) DVC ZEVENBERGEN, RANST STICHTING M-M DELACROIX, TIENEN SPERMALIE, BRUGGE ST JOZEFINSTITUUT, ANTWERPEN (Type 1) DOMINIEK SAVIO INSTITUUT, GITS (Type 4) MYTYL, BRASSCHAAT SIBKLO (Type 4) BUBAO MOZAIEK BERKENBOOM, ST NIKLAAS (Type 1) BUBAO SINT LODEWIJK, KWATRECHT (Type 4) BUBAO KATARINAHOF, ANTWERPEN (Type 2) BUBAO SINT-RAFAËL, BRECHT DE REGENBOOG, HULST (Stichting De Korre) BO school HET ANKER, BRUGGE BUBAO ST LIEVENSPOORT, GENT (Type 7) BUBAO TER DREVE, BRUGGE (Type 2) BUBAO DE ZONNEROOS, AALST BUBAO SJABI, PUURS (Type 1,2,8) GROENLAAR, RUMST (Rijkslagereschool voor BO Type 2,4) BUKL/BAODE BEVERTJES, OEDELEM (Type 2,4) BUBAO JONATANSCHOOL, ST-NIKLAAS (Type 8) VZW STIJN DIENSTENCENTRUM DE WITTE MOL, MOL BUBAO ’T CLAEVERVELT, BUGGENHOUT (Type 1,8) GEWONE KLEUTERSCHOOL LANGDURIGE ZIEKENHUISOPNAME MPI ’t VURSTJEN, EVERGEM DVC DE TRIANGEL, LOVENDEGEM VERHUISD THUIS BUKO DE BLOESEM, SINT TRUIDEN (Type 2) ONBEKEND TOTAAL
1986-2015 17 16 1 4 1 1 1 2 13 1 8 6 13 4 2 2 2 1 2 1 8 4
Totaal 17 16 1 4 1 1 1 2 13 1 8 6 13 4 2 2 2 1 2 1 8 4
1 1 1 1 34 12 1 7 4 5 2 5 287
1 1 1 1 34 12 1 7 4 5 2 5 301
De meeste kinderen verlaten Het Veer op het moment dat ze de leerplichtleeftijd bereiken nl. 6 jaar. Echter in 2015 hebben ook 5 kinderen ouder dan 7 jaar onze voorziening verlaten. Zij vonden toch nog Jaarverslag 2015
7
hun weg naar onderwijs. Hier zijn we bijzonder blij om, omdat ieder kind zijn plekje op school verdient indien alle betrokken partijen erin geloven dat dit een goede stap is voor het kind. Meestal kregen zij één of meerdere jaren uitstel om de overstap naar onderwijs te maken, omdat zij hiervoor nog niet klaar waren op de leeftijd van 6 jaar omwille van de ernst van hun handicap. Het is de afdeling Zorgpunt van Onderwijsinspectie die hierover beslist en de aanvragen beoordeelt. Een kind kan tijdelijk bijv. één schooljaar, of definitief vrijgesteld worden van leerplicht.
1.3. Leeftijd - Geslacht - Aard van handicap Aantal kinderen per leeftijd (hier is de bezetting berekend volgens de leeftijd op het einde van het jaar)
Leeftijd 0 - 1 jaar 1 - 2 jaar 2 - 3 jaar 3 - 4 jaar 4 - 5 jaar 5 - 6 jaar 6 - 7 jaar 7 - 8 jaar 8 - 9 jaar 9 - 10 jaar 10 - 11 jaar 11 - 12 jaar 12 - 13 jaar 13 - 14 jaar 14 - 15 jaar 15 – 16 jaar 16 - 17 jaar 17 - 18 jaar 18 – 19 jaar
2006 1 6 4 9 10 1 3 -
2007 5 2 8 6 9 10 1 3 -
2008 1 8 6 8 6 6 4 1 3 -
2009 1 4 11 6 8 6 2 1 3 -
2010 2 9 11 6 8 2 1 3 -
2011 3 6 11 9 9 6 3 1 2 1 2 1 -
2012 3 8 8 12 7 8 1 1 1 1 1 2 1 -
2013 1 5 11 9 12 6 3 1 1 1 1 1 -
2014 1 5 9 8 9 13 3 4 1 1 1 1 2 1 -
2015 4 3 7 9 9 10 6 2 3 1 1 1 1 1
Het grootste aantal kinderen situeert zich in 2015 tussen 4 en 7 jaar. Leerplicht blijft uiteraard de belangrijkste reden voor uitstroom op 6 jaar. Omwille van het concrete perspectief voor kinderen met een meervoudige handicap om te kunnen blijven tot aan de volwassen leeftijd, groeit het aantal kinderen ouder dan 6 jaar. Momenteel zijn er 26 kinderen/jongeren opgenomen uit de leeftijdsgroep +6 jarigen. Dit zijn er maar liefst 12 meer dan in 2014! We botsen hierbij meer en meer op een infrastructuur-probleem. Indien deze groep kinderen blijft aan groeien, zullen we creatief op zoek moeten gaan naar oplossingen en aanpassing van de huidige Jaarverslag 2015
8
leefgroepen. De inrichting van de huidige leefgroepen is niet afgestemd op de behoeften van oudere kinderen, omdat onze populatie in het verleden bijna uitsluitend bestond uit peuters en kleuters. Voor een aantal van de groep oudere kinderen hopen we nog een uitstroom naar onderwijs te kunnen realiseren. Of hopen we te kunnen samenwerken met scholen voor buitengewoon onderwijs. Voor sommige kinderen kan deeltijds onderwijs in combinatie met dagopvang in Het Veer een optie zijn. Dit is minder intensief dan de volledige overstap naar een school te maken. Ook de meeste kinderen die gebruik maakten van de vakantie opvang situeren zich in de groep kinderen +6 jaar. Zij behoren tot onze doelgroep omwille van de aard van hun handicap, maar ze hebben geen vrijstelling van leerplicht omdat zij zijn ingeschreven in een school. Kijken we in 2015 binnen de leeftijdsgroepen naar het geslacht van de kinderen dan zien we een verhouding van 62% jongens tegen 38% meisjes. Deze verhouding is lichtjes gewijzigd met een toename van het aantal jongens.
PROCENTUELE VERHOUDING KINDEREN MET EEN MENTALE HANDICAP – MOTORISCHE HANDICAP PER JAAR 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015 Motorisch
67%
57%
65%
60%
60%
67%
65%
64%
64%
55%
Mentaal
33%
43%
35%
40%
40%
33%
35%
36%
36%
45%
Het afgelopen jaar waren er iets minder kinderen met een motorische beperking in onze dagopvang in vergelijking met de jaren voorheen. Kinderen met autisme en tegelijk een mentale beperking vertonen geregeld gedragsproblemen en ondervinden op diverse terreinen van hun ontwikkeling beperkingen: taal en communicatie, concentratie, spelontwikkeling, maar soms ook vaardigheden als grof motorisch functioneren en zelfredzaamheid lopen moeilijk. Het aantal kinderen met een motorische beperking blijft de grootste groep. Al deze kinderen hebben ook een mentale ontwikkelingsachterstand. Kinderen met een motorische handicap en goede mentale mogelijkheden vinden blijkbaar hun weg naar andere vormen van ondersteuning. Het aantal kinderen met een ernstig meervoudige handicap blijft een grote groep. Het aantal kinderen van deze specifieke groep blijkt over de jaren heen geenszins te dalen. Kinderen met een meervoudige handicap vergen sowieso nog meer (para)medische en verpleegkundige zorg. De komst van de persoonsvolgende financiering zal ervoor zorgen dat bij de toekenning van de personeelspunten voor onze voorziening rekening zal worden gehouden met de zorgzwaarte van de opgenomen kinderen. We hopen dat dit in een juiste verhouding zal zijn, maar ook dat ons personeelsbestand op deze manier niet al te veel zal schommelen.
Jaarverslag 2015
9
Het is echter een feit dat om een groot aantal oudere kinderen met een meervoudige handicap op te vangen meer personeel nodig is dan voor kinderen die jonger of minder zorgbehoevend zijn. Echter de zorgzwaarte van kinderen met gedragsmoeilijkheden mag geenszins onderschat worden. Voor wat betreft het jaar 2015 heeft de meerderheid van de kinderen een matige mentale beperking (68%). 36% heeft een ernstig-diep mentale beperking (18% ernstig / 8%diep). Slechts 6% van de kinderen heeft een licht mentale beperking, in combinatie met ASS.
PROCENTUELE VERHOUDING IQ
2005 2006 2007 2008 2009 2010 2011 2012 2013 2014 2015
Licht IQ= 55-70 13% 12% 27% 21% 25% 24% 11% 4% 8% 8% 6%
Matig IQ= 40-55 33% 31% 18% 30% 39% 40% 52% 61% 57% 60% 68%
Ernstig/diep IQ < 40 38% 40% 46% 42% 32% 36% 35% 33% 33% 32% 36%
1.4. Cijfers mbt aangeboden functies als MultiFunctioneel Centrum Functie
Aantal 2014
Aantal 2015
MOBIELE BEGELEIDING
76
139
DAGBESTEDING
7284
6969
NACHTVERBLIJF
9
50
We zien een stijging van het aantal mobiele begeleidingen. Deze gebeurden vnl onder de vorm van huisbezoeken: een medewerker van Het Veer gaat bij de ouders thuis langs om zorgen mbt het kind te bespreken. Redenen om aan huis te gaan waren: ouderondersteuning door een medewerker van de sociale dienst, voorbereiding voor overleg rond het individuele handelingsplan, voorbereiding intake, hulpmiddelenadvies, evaluatie op school, coaching ifv het oudertrainingsprogramma IMPACT, … Het aantal nachtverblijven is hoger dan in 2014 omdat we een vakantiekamp organiseerden in Maasmechelen. 13 kinderen gingen mee met een individuele begeleider. Jaarverslag 2015
10
Sinds 2015 kregen we van de overheid ook een erkenning om Rechtstreeks Toegankelijk een Hulpverleningsaanbod uit te bouwen: 9.45 personeelspunten voor 2015, vanaf 2016 12.61 personeelspunten op jaarbasis. Hiermee realiseerden we in 2015 101.5 dagen dagopvang (goed voor 8.83 personeelspunten). Hiermee bereikten we 8 jonge kinderen (<10 jaar), vnl tijdens de grote vakantie. Zij kwamen spelen in Het Veer. Daarnaast realiseerden we hiermee ook 4 outreach-begeleidingen (goed voor 0.88 personeelspunten). Verder in dit jaarverslag komen we uitgebreider terug op het aanbod en de toekomst op vlak van Rechtstreeks Toegankelijke Hulp.
1.5. Etiologie, medische problematiek, motoriek Voor wat betreft de etiologie is er vanaf 2001 een aangepaste onderverdeling. Door de evolutie binnen de medische wetenschap, meer bepaald binnen de genetica, drong deze onderverdeling zich meer en meer op. Voor alle duidelijkheid gaat het hier om de etiologie en niet om de diagnose. Zo is het bijvoorbeeld mogelijk dat een kind met cerebrale parese hier gecatalogiseerd wordt onder CPA (perinataal accident), VT (door een trauma) of VZ (door ziekte). AGB
aangeboren aandoeningen met genetisch bekende afwijkingen (bijv.Down syndroom, Rett -, Kleefstra -, Apert -, Cri du chat-, Moebius-, Syndroom v. Joubert…)
ANGB aangeboren aandoeningen zonder (of niet) genetisch bekende afwijkingen (bijvoorbeeld Peho syndroom, autisme, …). CPA
aangeboren centraal motorische stoornis ten gevolge van pré- of perinatale accidenten (bijvoorbeeld CP door anoxemie)
VT
verworven aandoeningen door trauma
VZ
verworven aandoeningen door ziekte
I
ideopatische ziektebeelden
Omwille van de snellere en verbeterde diagnosemogelijkheden zijn een aantal ziektebeelden die, voorheen nog onder de noemer “idiopathisch” vielen, nu beter gediagnosticeerd. Het aantal kinderen met hersenverlamming (Cerebral Palsy’s) is de laatste jaren verminderd naar 6%. We zien nog enkel de kinderen met een ernstige vorm van CP. De kinderen met een minder ernstige vorm van CP kunnen nu vaak terecht in het regulier onderwijs of stellen het met minder intensieve vormen van ondersteuning. De groep van bekende niet-erfelijke ziektebeelden scoort hoog de laatste jaren. in het jaar 2015 hebben bijna al onze kinderen een aangeboren afwijking. Jaarverslag 2015
11
(94% in totaal: met name 38% genetisch bekende en 56% niet genetisch bekende aandoeningen). In 2015 zien we voornamelijk extra medische problemen op vlak van epilepsie, voeding en respiratoire problemen. Kinderen met voedingsproblemen krijgen vaak sondevoeding. De respiratoire problemen maken dat de kinesitherapeuten geregeld veel vraag krijgen om extra ademhalingskiné te geven, hetgeen we binnen het huidige paramedische kader niet altijd kunnen inlossen. Veel van onze kinderen maken in de winterperiode luchtweg infecties door. Vaak moeten ze hiervoor op doktersadvies thuis blijven. We adviseren ouders om naast de kinesitherapeut van Het Veer, ook een privé kinesitherapeut aan te spreken. Zodat ze een gans jaar of op zijn minst in periode van ziekte of verlof aanvullend kunnen werken. Ook orthopedische afwijkingen (zoals scoliose, klompvoet, heupluxatie), cardiomyopathieën, gehoorsproblemen, decubitus, tracheacanule, schildklierproblemen, gehemeltespleet,… komen voor.
Procentuele verhouding in meer gespecificeerde etiologieën vanaf 2009
2009 (42)=100% 2010 (42)=100% 2011 (54)=100% 2012 (54)=100% 2013 (54)=100% 2014 (51)=100% 2015 (55)=100%
Jaarverslag 2015
AGB 25%
ANGB 59%
CPA 12%
VT 2%
VZ 2%
I -
29%
57%
10%
2%
2%
-
26%
56%
13%
2%
3%
-
30%
55%
13%
2%
-
-
33%
55%
10%
2%
-
-
41%
51%
6%
2%
-
-
38%
56%
4%
0%
-
-
12
Procentuele verhoudingen binnen de geassocieerde medische problemen: Geassocieerde medische problemen
2013
2014
2015
Epilepsie
40%
38%
36%
Visueel
8%
6%
7%
Auditief
6%
6%
3%
Voeding
37%
34%
34%
Respiratoir
22%
17%
18%
Cardiaal
10%
13%
5%
Orthopedisch
11%
11%
12%
Dermatologisch
6%
4%
1%
Gastro-intestinaal
8%
4%
1%
Urologisch
8%
4%
1%
Motoriek Als we het motorische beeld van de kinderen onder de loupe nemen, maken we een onderscheid tussen kinderen met een normaal motorisch beeld, secundaire retardatie, hypotonie (zonder CP), celebral palsy. Voor het eerst hebben we in 2015 een kind met artrogryposis. Slechts 8% van de kinderen heeft een “normaal” motorisch beeld; 46% van de kinderen vertonen een secundaire retardatie; Daarnaast is ook 28% van de kinderen duidelijk hypotoon. De laatste jaren is het aantal kinderen met CP verminderd en bedraagt nu 16%.
Jaarverslag 2015
13
Procentuele verhouding motorische toestand vanaf 2008 Normaal 2008 (43)=100% 2009 (42)=100% 2010 (42)=100% 2011 (54)=100% 2012 (54)=100% 2013 (54)=100% 2014 (53)=100% 2015 (58)=100%
7%
Secundaire Hypotonie Artrogryp Retardatie osis 35% 16% -
CP 42%
7%
39%
15%
-
39%
7%
43%
14%
-
36%
3%
48%
19%
-
30%
4%
48%
18%
-
30%
6%
50%
24%
-
20%
4%
47%
30%
-
19%
8%
46%
28%
2%
16%
1.6. Zelfredzaamheid en gedrag Testen die de zelfredzaamheid meten zijn in evolutie en er komen er steeds nieuwe bij. I Het Veer gebruiken we de “Pedi-nl” test om de mate van zelfredzaamheid per kind in kaart te brengen. De Pedi-nl meet zowel de vaardigheden in als de uitvoering van functionele activiteiten. Dit gebeurt in 3 domeinen: 1. Zelfverzorging omvat vaardigheden die te maken hebben met eten, tanden poetsen, zich wassen, aan- en uitkleden, toiletbezoek,… 2. Ambulantie meet relevante motorische vaardigheden in het dagelijks leven met 2 basiselementen: voortbewegen en transfers. Concreet bestaat dit domein uit voortbewegen over de grond, trapgebruik, omgaan met verschillende soorten ondergrond buiten en het dragen van voorwerpen. 3. Sociaal functioneren heeft betrekking op het omgaan met anderen binnen de leefomgeving. De communicatie staat hier centraal: zowel naar functioneel begrip als naar expressie. Ook items die betrekking hebben op interactie met leeftijdsgenoten, probleem oplossen en tijdsbesef komen aan bod. De geringe zelfredzaamheid bij de meerderheid van onze kinderen op deze 3 domeinen geeft aan dat ze erg afhankelijk zijn van begeleiders voor bijna alle functionele vaardigheden. Hierdoor is de werkdruk van
Jaarverslag 2015
14
het begeleidend personeel zeer groot om alle transfers, verzorging en dagdagelijkse bezigheden uit te voeren. Doorheen de jaren merken we zeer weinig evolutie in deze cijfers. Daarom brengen we niet meer jaarlijks de testgegevens in kaart. We zullen dit 5-jaarlijks opvolgen. Voor wat betreft gedrag maken een onderscheid tussen: - Kinderen die geen moeilijk gedrag stellen - onaangepast gedrag gericht op materialen: gooien met voorwerpen, voorwerpen op eten, … - onaangepast gedrag gericht op anderen: krabben, bijten, duwen, schoppen, … - onaangepast gedrag gericht op zichzelf: zichzelf slaan, hoofd bonken, … - druk, zeer actief gedrag: moeilijk kunnen blijven zitten, van één naar ander bewegen storend gedrag in de groep bv. Door te roepen of lawaai te maken, … - moeite met zelfregulering: nood aan voortdurende controle, toezicht We zien een kleine toename van kinderen die moeilijk gedrag stellen.
2013
Gn moeilijk gedrag 67%
Onaangepast Onaangepast Onaangepast Druk, zeer Moeite met nr materiaal nr anderen nr zichzelf actief zelfregulering 16% 4% 9% 4%
2014
70%
7%
8%
7%
2%
6%
2015
65%
7%
12%
9%
1%
10%
Jaarverslag 2015
15
1.7. Woonplaats – vervoer Waar kwamen de kinderen in 2015 vandaan? Onderstaande tabel geeft hiervan een overzicht: Woonplaats van de kinderen in 2015 ST-NIKLAAS NIEUWKERKEN-WAAS SINAAI HAMME STEKENE MOERBEKE SINT-GILLIS-WAAS SINT-PAUWELS BEVEREN MELSELE VRASENE KIELDRECHT KRUIBEKE RUPELMONDE TEMSE STEENDORP TIELRODE BORNEM MARIEKERKE WAASMUNSTER LOKEREN ZWIJNDRECHT PUURS ZELE TOTAAL
Aantal kinderen 19 2 0 2 4 1 2 1 2 3 1 1 0 1 4 1 2 1 1 0 4 2 2 2 58
Aantal kinderen in het vervoer 8 1 0 2 3 1 2 0 1 3 1 0 0 1 4 1 0 1 0 0 3 2 1 0 35
De meeste kinderen (33%) komen uit de stad Sint-Niklaas (incl. deelgemeente Nieuwkerken-Waas). Ook de omliggende gemeenten zijn sterk vertegenwoordigd. 60 % van de kinderen maakte in 2015 gebruik van onze vervoersdienst. De vraag naar vervoer blijft jammer genoeg groter dan het aanbod dat we kunnen doen. Een aantal ouders levert dagelijks grote inspanningen om hun kind zelf te brengen en af te halen binnen onze openingsuren. Vaak springen de grootouders of PAB bij om voor het vervoer in te staan. We benutten onze eigen vervoerscapaciteit maximaal: alle plaatsen op de 2 bussen worden ingevuld. Daarnaast werken we samen met taximaatschappij Taxi SOL voor het vervoer regio Beveren/Melsele/Zwijndrecht en kinderen uit Sint-Niklaas. Taxi SOL neemt 4 ritten per dag voor zijn rekening.
Jaarverslag 2015
16
We proberen zo goed mogelijk rekening te houden met wensen van ouders om bijv. hun kind eerst naar huis te brengen omdat er hier een goede reden voor is, maar dit lukt jammer genoeg niet altijd. Ook deeltijds of uitzonderlijk vervoer gebeurt soms. We zijn zo flexibel mogelijk en proberen vervoersvragen in te vullen indien er mogelijkheid toe is. Elk jaar opnieuw is het – bij de vraag van nieuwe ouders tot dagelijks vervoer, omdat er voor hun kind geen enkel valabel alternatief is in de buurt – een moeizaam afwegen van de grens van ons vervoer (omwille van de duur van de rit). Kinderen die te veraf wonen kunnen geen beroep doen op het georganiseerd vervoer. Ook de fysieke gezondheidstoestand van een kind kan een indicatie zijn tot het weigeren of stopzetten van het georganiseerd vervoer. Het behoort tot één van de verantwoordelijkheden van de kinderarts van het kinderdagverblijf om, op basis van voldoende medische gegevens, een inschatting te maken van mogelijke risico’s bij het vervoeren van een kind. Onze chauffeurs rijden zonder begeleiding. De chauffeurs zijn goed op de hoogte van de speciale noden van ieder kind, maar vervoer van deze kinderen is nooit zonder risico. Daarom behouden we ons het recht toe om vervoer te weigeren of stop te zetten wanneer onze kinderarts inschat dat de risico's op bijv. een epileptische aanval, automutilatie,... te groot zijn.
1.8. Socio-familiale achtergrond Procentuele verhouding in verband met de gezinssamenstelling Kerngezin 2010 2011 2012 2013 2014 2015
64% 75% 80% 70% 79% 81%
Nieuw samengesteld Gezin 22% 6% 8% 6% 2%
1-ouder gezin
Pleeggezin
Adoptiegezin
12% 15% 20% 22% 15% 17%
2% 4% -
-
Procentuele verhouding in verband met gezinnen van vreemde afkomst
2013 2014 2015
Nederlandstalig 84% 78% 79%
Anderstalig 16% 22% 21%
Dit jaar is 21% van de gezinnen anderstalig. Dwz dat minstens één van de ouders een andere taal spreekt tegen het kind dan de Nederlandse taal. Jaarverslag 2015
17
2. Medewerkersinfo 2.1.Kengetallen personeelsbeleid Onze personeelsomkadering, gesubsidieerd door het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap, ziet er uit als volgt:
Kader op 31/12/2015 Functie opvoedsters A1 opvoedsters A2 verpleegkundige logopedisten ergotherapeuten Kinesitherapeut master kinesitherapeut bachelor sociale dienst administratie administratie logistiek groepschef lic. Orthopedagoge directeur kinderarts totaal recht op rest
punten op jaarbasis uren per week op jaarbasis 71 63,5 71 71 71 90 71 71 71 61 53,5 86 90 93,5 143,5
225,5 44,5 28 59,25 47,5 24 20 32 40,5 19 170 50,75 35 38 14,25
421,33 74,36 52,32 110,70 88,75 56,84 37,37 59,79 75,67 30,50 239,34 114,86 82,89 93,50 53,81 1592,04 1619,03 26,99
Uit deze tabel kan je afleiden dat we op jaarbasis ons personeelskader niet volledig uitputten. We laten 26.99 personeelspunten op jaarbasis niet ingevuld. Door het werken met personeelspunten hebben als voorziening nu meer ruimte om personeelsmiddelen in te zetten in die functies die we meest nodig hebben. Wel dienen we minstens 65% van het puntenpakket besteden aan opvoedende, verzorgende, paramedische en rechtstreeks dienstverlenende functies. In het jaar 2016 zullen we daarom een kleine uitbreiding doen van ons vast personeelskader, omdat hiervoor ruimte is en omdat er door de toenemende zorgzwaarte (oudere kinderen!) ook nood is aan extra uren.
Jaarverslag 2015
18
Vervangingen in 2015 Aantal medewerkers dat tijdskrediet opnam in 2015: 6 (ouderschapsverlof, zorgkrediet,…) Aantal medewerkers in zwangerschapsverlof in 2015: 1 Volgende medewerkers werk(t)en tijdelijk bij ons: - Verpleegkundige Barbara Devos - Opvoedster Sarah Van Hooste - Opvoedster Fredelien Vandenbroeck - Opvoedster Layla Hilgert - Kinesitherapeute ElineWagemans - Logopediste Karen Wyns - Opvoedster Kelly Meert
2.2. Aanvulling personeelskader door Sectoraal Fonds sociale maribel Tevens beschikken we via het Sectoraal Fonds Sociale Maribel over bijkomende personeelsmiddelen. We beschikken over een vast pakket van 60,5u per week. Deze worden ingevuld door opvoedend personeel en paramedisch personeel (ergotherapeute). Daarnaast kende het Fonds ons een éénmalige bijkomende tewerkstelling toe in 2015. Deze werden ingevuld door opvoedsters A1 en A2 die tijdelijk meer uren werkten. Deze uren betekenen een grote meerwaarde voor onze personeelsomkadering.
2.3. Leeftijdsscan op 31/12/2015 Deze cijfers houden geen rekening met de personele gegevens van tijdelijke werknemers (die vervangingen opnemen). Enkel de gegevens van de titularis werden in kaart gebracht. Op 31/12/2015 hebben we 2 mannen in dienst (5.88%) en 32 vrouwen (94.12%).
20-24 jaar 25-29 jaar 30-34 jaar 35-39 jaar 40-44 jaar 45-49 jaar 50-54 jaar 55-59 jaar 60-64 jaar >65 jaar Jaarverslag 2015
Man 0% 0% 0% 0% 0% 0% 2.94% 2.94% 0% 0%
Vrouw 2.94% 11.76% 5.88% 17.65% 14.71% 14.71% 14.71% 8.82% 2.94% 0%
% 2.94% 11.76% 5.88% 17.65% 14.71% 14.71% 17.65% 11.76% 2.94% 0%
2021 0% 2.94% 11.76% 5.88% 17.65% 14.71% 14.71% 17.65% 11.76% 2.94%
2026 0% 0% 2.94% 11.76% 5.88% 17.65% 14.71% 14.71% 17.65% 14.71% 19
Het Veer is een multigenerationele werkplek, alle generaties zijn vertegenwoordigd. De leeftijdsgroep van 35-54 jaar is de grootste. Als we deze personeelsbezetting houden zal in 2021 de groep 40-44-jarigen, samen met de groep 55-59 jarigen de grootste zijn. Ondanks de mogelijkheid voor deze groep werknemers om te genieten van verschillende verlofstelsels (ADV, bijkomend conventioneel verlof, wettelijk verlof), is de werkdruk voor deze werknemers hoog. Veelal blijft het takenpakket hetzelfde. Vanaf de leeftijd van 50 jaar wordt een deel van het ADV verlof vast ingeroosterd. Op deze manier hopen we de werkdruk voor deze werknemers te verlagen en het ondervangen van hun afwezigheid organisatorisch te vergemakkelijken.
2.4. Jubilarissen 2015 Volgende medewerkers hadden in 2015 - 25 jaar dienst: Nicole Peters, opvoedster Nicole heeft onze organisatie verlaten op 31 december omdat zij kan gaan genieten van haar welverdiend pensioen! We vierden dit met een groot feest! - 10 jaar dienst: Ine D’Hooghe, opvoedster - 5 jaar dienst: Jacqueline Deceuninck, logistiek medewerker Zij werden tijdens het personeelsweekend in de bloemetjes gezet en bedankt voor hun inzet!
2.5. Medewerkers info Dirk Van Lombergen, chauffeur en verantwoordelijke voor het vervoer, film- en beeldmateriaal, is ondertussen onze interne preventie adviseur. Hij voltooide hiertoe zijn opleiding in 2015. Peter Van Lombergen, kinesitherapeut en coördinator van de therapeuten, geeft in 2016 de fakkel van coördinator door aan Katrien Vercauteren, kinesitherapeut. Peter blijft zijn urenpakket volledig invullen als kinesitherapeut.
2.6. Samenwerking met vrijwilligers en stagiaires In 2015 kregen we hulp van 16 vrijwilligers en 20 stagiaires van verschillende scholen. We hebben vaste vrijwilligers voor vervoer, wandelen, paardrijden, kleien, leefgroepbegeleiding, … We werken ook samen met één begeleid werker van het dagcentrum in Sint-Niklaas. Kristof doet de papieromhaling en doet mee de wekelijkse boodschappen in Colruyt. Sinds november hebben we een nieuwe vrijwilliger om af en toe het vervoer van de kinderen naar huis over te nemen van onze vaste chauffeur(s). Francis Hoffmans reed vroeger als vaste chauffeur voor de taximaatschappij waarmee we samenwerkten. Hij is dus vertrouwd met onze kinderen en het werk. Jaarverslag 2015
20
2 clowns van de cliniclowns komen onze kinderen 2-wekelijks een bezoekje brengen in de leefgroepen. Zij krijgen overal een warm onthaal! 20 medewerkers van Ernst & Young kwamen op 18 december een extra handje toesteken op ons kerstfeest: ze legden onze medewerkers en kinderen in de watten met een lekkere maaltijd en hulp tijdens de kerstmarkt.
Jaarverslag 2015
21
3. Middelen info: subsidiëring en financiële steun In het jaar 2015 mochten wij subsidiëring en steun ontvangen van: het Vlaams Agentschap voor Personen met een Handicap De Stad Sint-Niklaas Het Gemeentebestuur van Beveren Het Gemeentebestuur van Kruibeke Het Gemeentebestuur van Stekene Het Gemeentebestuur van Sint-Gillis-Waas De Stichting Delacroix - Tienen Verschillende (éénmalige) acties en schenkingen boden meer zuurstof aan de dagelijkse werking:
Dankuwel aan Eaton Filtration BVBA Sint-Niklaas de Nationale Vrije Marktkramersvereniging Femma KWB Groot Kruibeke Thuisverpleging Lemmens, Heusden-Zolder TOTAL Raffinaderij, Antwerpen Orteam BVBA, Temse Verschillende privé personen dragen onze organisatie een warm hart toe door middel van een schenking. Dankuwel daarvoor! Bijzonder veel schenkingen kwamen binnen ter gelegenheid van het huwelijk van dhr. Luc Rombouts en Mevr. Inge Willems, vrienden van één van onze medewerkers. Zij maakten Het Veer begunstigde voor hun huwelijkscadeaus. Via de Music For Life – actie van Studio Brussel werden we ook in de bloemetjes gezet. Verschillende mensen vroegen een plaatje aan ten voordele van onze organisatie. Één van de grote acties was die van De Ruyte Kappers uit Sint-Niklaas. Zij verkochten soep en jenever en dit leverde maar liefst 1010 euro op. Ook de eindejaarsverkoop en de kerstmarkt waren in 2015 een succes. Dank aan allen die hieraan meewerkten! Dankzij deze vele initiatieven kunnen we investeren in nieuw spel- en therapiemateriaal: nieuwe kasten in leefgroep bonte vogel, nieuwe gordijnen in verschillende lokalen, spelpannelen voor de snoezelruimte, materiaal voor visuele stimulatie, set therapeutische banden, laptops, mixer, specifieke noden in de leefgroepen, een tv, reanimatiepoppen, …
Jaarverslag 2015
22
Deel 2 Kwalitatieve gegevens 1. Aanbod Rechtstreeks Toegankelijke Hulp in Het Veer 1.1. Wat is Rechtstreeks Toegankelijke Hulp (RTH)? Rechtstreeks Toegankelijke Hulp voor personen met een beperking is een belangrijke stap in de invulling van “Perspectief 2020”. De Vlaamse overheid wil op deze manier voorzien in een ruim aanbod rechtstreeks toegankelijke handicapspecifieke eerstelijnshulpverlening. Door personen met een beperking de mogelijkheid te geven tot het direct en zonder drempel inschakelen van handicapspecifieke hulp krijgt hun zelfredzaamheid maximale kansen. De persoon kan vlot geholpen worden zonder het doorlopen van de inschrijvingsprocedures voor niet rechtstreeks toegankelijke hulp. Dit aanbod kan ook verhinderen dat men onnodig of te vroegtijdig gebruik maakt van intensiever er en duurder vormen van ondersteuning die niet rechtstreeks toegankelijk zijn. Het betreft laagfrequente handicapspecifieke ondersteuning, beperkt in duur en intensiteit, onder de vorm van: -
-
Dagopvang: aangepaste ondersteuning overdag Verblijf: met overnachting Begeleiding: cliëntgebonden ambulante of mobiele begeleiding. Het gaat hierbij om algemene psychosociale ondersteuning van minimaal 1 uur en maximaal 2 uur in de VAPH voorziening (ambulant) of op verplaatsing (mobiel) Outreach: kennisoverdracht naar een groep van minimaal 3 ondersteuners die behoefte hebben aan handicapspecifieke knowhow om hun ondersteuning beter af te stemmen op de vragen en noden van de persoon met een beperking. Ook hierbij gaat het om een sessie in de VAPH voorziening (ambulant) of op verplaatsing (mobiel) van minimaal 1 en maximaal 2 uur
Sinds 2016 kan één cliënt per kalenderjaar gebruik maken van maximum 8 personeelspunten RTH. Dit komt overeen met 92 dagen dagopvang OF 36 (mobiele en/of ambulante) begeleidingen OF 61 overnachtingen. Dit is toch een behoorlijk ondersteuningspakket dat het VAPH op deze manier ter beschikking stelt van de personen met een beperking.
1.2. Wie kan gebruik maken van Rechtstreeks Toegankelijke Hulp (RTH)? Iedere persoon met een (vermoeden van) handicap : de VAPH voorziening die de RTH aanbiedt maakt een inschatting of de zorgvrager behoort tot de VAPH doelgroep Deze personen mogen (nog) geen gebruik maken van Niet-Rechtstreeks Toegankelijke VAPH zorg bijv. PAB, voltijdse dagopvang, … RTH combineren met hulpmiddelenondersteuning vanuit het VAPH of thuisbegeleiding mag wel. Ook combinatie met het Basisondersteuningsbudget (BOB) dat binnenkort ook voor de kinderen met een beperking wordt ingevoerd, zal mogelijk zijn.
Jaarverslag 2015
23
Cliënten kunnen rechtstreeks aanmelden bij de voorziening die RTH aanbiedt. Er is geen jeugdhulpbeslissing van de Integrale Toegangspoort nodig. Het Veer als aanbieder van Rechtstreeks Toegankelijke Hulp Sinds 2015 heeft het Therapeutisch Kinderdagverblijf een erkenning om RTH aan te bieden. We dienen op jaarbasis prestaties te realiseren die overeen komen met 12.61 personeelspunten.
ondersteuningsfunctie Ambulante begeleiding Mobiele begeleiding Dagopvang Verblijf nacht
Punten per prestatie 0.155 0.220 0.087 0.130
Het afgelopen jaar presteerden we onze RTH capaciteit door vakantie opvang te organiseren : een aantal speelweken in juli / augustus voor kinderen met een (vermoeden van) beperking tussen 2.5-10 jaar. Hier maakten 7 kinderen gebruik van. Ook lieten we een kindje vroeger starten omdat de jeugdhulpbeslissing op 1 september nog niet in orde was. Daarnaast deden we ook verschillende outreach – opdrachten voor SBSO Baken en School voor Buitengewoon onderwijs Type 2/4 MPI kompas. Onze orthopedagoge had overleg met verschillende medewerkers/teams van de school rond aanpak en aanbod voor kinderen en jongeren met een ernstig meervoudige beperkingen en/of ASS uit de school. In 2016 voorzien we een soortgelijk aanbod onder de vorm van dagopvang tijdens de grote vakantie, outreach. In overleg met het revalidatiecentrum bekijken we ook verder de mogelijkheden van (mobiele) begeleiding voor onze doelgroepen. Het VAPH wil geen versnippering van het RTH aanbod in Vlaanderen. Alsook vindt de overheid een zekere schaalgrootte nodig om vraaggestuurd werken te faciliteren. Daarom zullen vanaf 2017 enkel de voorzieningen met een capaciteit van 35 personeelspunten hun erkenning kunnen behouden. Wij zullen vanaf dat moment de krachten bundelen met MFC De Hagewinde uit Lokeren. De Hagewinde is een Multifunctioneel Centrum zoals Het Veer, maar richt zich tot een andere doelgroep nl. kinderen en jongeren met een gedrags- en emotionele stoornis, kinderen en jongeren met een autismespectrumstoornis en/of kinderen en jongeren met een licht mentale beperking. MFC De Hagewinde organiseert niet enkel dagopvang en begeleiding, maar ook verblijf. Binnen Het Veer willen we graag onze huidige capaciteit van 12.61 punten behouden. We zullen onze erkenning samenvoegen met de erkenning van MFC Hagewinde zodat MFC Hagewinde de erkenning als RTH dienst behoudt. MFC Hagewinde zal jaarlijks 12.61 punten naar Het Veer overdragen, in ruil voor het aanleveren van RTH prestaties door Het Veer. Op deze manier kunnen we ons huidig aanbod verder zetten.
Jaarverslag 2015
24
1.3. Wat brengt de toekomst?? Ongetwijfeld zal de invoering van de persoonsvolgende financiering voor minderjarigen grote gevolgen hebben voor het aanbod Rechtstreeks Toegankelijke Hulp in Vlaanderen. De persoonsvolgende financiering is momenteel in voorbereiding en wordt ingevoerd voor minderjarigen vanaf januari 2017. Voor vele ouders van een kind met een beperking zal TRAP 1 van de persoonsvolgende financiering nl. het basisondersteuningsbudget van 300 euro per maand in combinatie met het pakket RTH ondersteuning onder de vorm van dagopvang, begeleiding en/of verblijf voldoende zijn om hun ondersteuning voor hun kind zelf te regelen. De meeste ouders zullen proberen het eerst met dit aanbod te doen, alvorens beroep te doen op intensievere vormen van ondersteuning. Ik vrees dat er al snel een wachtlijst zal zijn voor Rechtstreeks Toegankelijke Hulp. Ook vrees ik dat de overheid het belang van intensieve ontwikkelingsstimulering op jonge leeftijd onderschat. Het risico bestaat dat jonge kinderen met een beperking onvoldoende aan hun trekken zullen komen en dat het basisondersteuningsbudget zal opgaan in het grotere gezinsbudget, waarbij dit niet enkel zal aangewend worden om ondersteuning voor het kind met een beperking te organiseren. Als we kijken naar de kinderen die naar de dagopvang van het Veer komen hebben we nu al veel kinderen die deeltijds komen. Wanneer zij slechts 2 dagen per week gebruik maken van onze dagopvang en thuis blijven in de schoolvakanties komen zij in principe toe met het pakketje RTH ondersteuning. Wanneer zij intensievere ondersteuning nodig hebben, dienen ze over te schakelen op de niet rechtstreeks toegankelijke hulpverlening. In dat geval moeten zij de integrale toegangspoort passeren om een voucher aan te vragen waarmee ze beroep kunnen doen op de diensten van een voorziening of een persoonsvolgend budget aanvragen waarmee ze zelf de ondersteuning voor hun kind organiseren: zij kunnen het budget gebruiken om zorg in te kopen bij een voorziening, maar ook om de zorg op een andere manier te organiseren (het budget besteden aan een persoonlijk assistent, familiehulp, …).
Jaarverslag 2015
25
2. Onze visie in een nieuw kleedje We gingen aan de slag om de visie van onze organisatie in een nieuw kleedje te steken. Naar aanleiding van de vele wijzigingen de laatste jaren op vlak van regelgeving (MFC, RTH), en de zoektocht die we voltrekken om samen te werken met onderwijs, vonden we het tijd om stil te staan bij de kernwaarden, kernkwaliteiten en de kernopdracht van onze voorziening. Alle medewerkers werkten mee aan het herschrijven van deze visie en we zijn fier op het resultaat. Alle veermedewerkers geloven in de unieke ontwikkelingsmogelijkheden van elk kind, elke jongere, elk gezin en elke medewerker. Daarom gaan we samen op weg om het beste in hen naar boven te halen:
Het beste in elk kind We zorgen dat ieder kind (iedere jongere) zich goed voelt bij ons. In een sfeervolle omgeving zoeken we op een veilige en warme manier naar een evenwicht tussen voldoende rust en voldoende uitdaging. We bieden kansen om zoveel mogelijk ervaringen op te doen. Daarnaast structureren we de tijd en de ruimte zoveel mogelijk door een activiteitenprogramma aan te bieden op maat van ieder kind. We werken waar het mogelijk is vanuit een ontwikkelingsstimulerende benadering en trachten de kinderen steeds een stapje verder te brengen, elk op z’n eigen tempo. Kwaliteit van leven staat hierbij centraal. We vertrekken vanuit de rijkdom van het dagelijks leven tijdens het spelen, eten en drinken, feesten, verzorgen... We ontdekken graag wat de mogelijkheden zijn van kinderen en geloven er ook in dat we in kleine stapjes heel wat kunnen bereiken, als we hierin maar volhardend zijn. We werken heel doelgericht dankzij een goed uitgebouwd handelingsplan. Op een systematische manier schetsen we een totaalbeeld van een kind (een jongere) en komen we in team tot een perspectief en heel concrete doelstellingen die ieder teamlid nastreeft. We gaan hierbij transdisciplinair te werk. Dit is een heel intense manier van samenwerken. Dat wil bijvoorbeeld zeggen dat opvoedsters het werk van therapeuten ondersteunen en omgekeerd. We werken aan elkaars doelstellingen met elkaars methodieken. Ouders zijn hierbij een essentiële partner. Zij kennen hun kind het best en krijgen het op een unieke manier te zien. We verwachten dan ook dat ouders deelnemen aan overleg rond de handelingsplanning en mee het perspectief en de doelstellingen helpen bepalen.
Het beste in elk gezin We willen het gezin ondersteunen en hierbij de eigenheid en het ritme van ieder gezin respecteren. Onze medewerkers spelen in op de wijzigende vragen en verwachtingen van ouders. We zijn benieuwd naar de visie, de waarden, de overtuigingen en de wensen van de ouders en zullen deze graag verkennen en erkennen. We gaan samen op weg met gezinnen en willen hen versterken in de persoonlijke ondersteuning van hun kind. Dit kan inhouden: begeleiding thuis, deelnemen aan oudertrainingsprogramma, deelnemen aan een leefgroepvergadering, vorming rond een thema, … Jaarverslag 2015
26
We vinden het ook belangrijk om plezier te mogen delen met ouders door samen op uitstap te gaan, op kamp te gaan, samen te feesten, … We willen dat het hele gezin zich welkom voelt in Het Veer.
Het beste in elke medewerker Het Veer heeft heel wat expertise in huis op verschillende domeinen. We vinden het belangrijk dat iedere medewerker deskundig is in zijn/haar vakgebied: opvoedkundigen, logopedisten, ergotherapeuten, kinesitherapeuten, …. dragen zowel individueel als in groep hun steentje bij aan de verschillende ontwikkelingsdomeinen van ieder kind (spel, communicatie, motoriek,…). We investeren veel in voortdurende vorming van medewerkers. Ook leren van elkaar op de werkvloer krijgt veel aandacht. Voor iedere functie in Het Veer is een heel concreet functieprofiel uitgewerkt met duidelijke verwachtingen. Dankzij regelmatige coachingsgesprekken weet iedere medewerker wat zijn competenties en valkuilen zijn. Deze zijn opgenomen in een persoonlijk ontwikkelingsplan. Iedere medewerker heeft een leidinggevende die dit proces coacht. Zo kunnen ook medewerkers groeien. Naast gedreven medewerkers kunnen we ook rekenen op een team van vaste vrijwilligers en stagiaires in opleiding. Zij zijn een onmisbare en waardevolle aanvulling voor ons team. We dragen zorg voor elkaar en bouwen in een familiale sfeer aan een fijne werkplek voor iedereen.
Toekomst We streven er naar om toekomstgericht nog meer gezinsondersteuning op maat te bieden. We laten ons hierbij inspireren door de krachtlijnen uit Perspectief 2020, het plan en de richtlijnen van onze Vlaamse overheid. We willen individueel bekijken welke zorg en welke frequentie er het best geboden wordt. Hierbij houden we rekening met de draagkracht en de zorgzwaarte voor het gezin: voltijdse/deeltijdse dagopvang, samenwerking met leerkracht uit buitengewoon onderwijs, outreach (delen van expertise), begeleiding buiten de muren van het veer, ondersteuning op school,…. Anderzijds is het van groot belang hierbij ook de grenzen van onze voorziening te bewaken, zodat de kwaliteit van zorg voor ieder kind, ieder gezin en iedere medewerker gegarandeerd kan worden.
Jaarverslag 2015
27
3. Kwaliteitsplan: terugblik op 2015 In 2015 rondden we ons diversiteitsplan af. Hiermee gaf de overheid ons extra middelen om gedurende twee jaar verschillende acties rond diversiteit te realiseren. Vooral ons competentiebeleid kreeg op deze manier een nieuwe boost. Zoals elk jaar hebben we in 2015 ook een aantal documenten en procedures uit het kwaliteitshandboek inhoudelijk geëvalueerd en interne audits uitgevoerd. Aandachtspunten of opmerkingen hieruit werden aangepakt. In maart kregen we Steven Cozijns, zorginspecteur, op bezoek. Hij voerde een aangekondigde audit uit en bezorgde ons een positief inspectieverslag. Slechts kleine opmerkingen dienden we aan te pakken. We waren zeer tevreden met het resultaat. In 2015 organiseerden we een tevredenheidsmeting bij onze gebruikers. 80.4% van de uitgedeelde enquêtes werden ingevuld en terugbezorgd. De meerderheid van onze ouders is zeer tevreden over de werking. Vooral de enquêtes die samen met een medewerker van onze sociale dienst werden ingevuld leverden veel informatie op waarmee we aan de slag kunnen gaan. Verschillende actiepunten werden weerhouden uit de resultaten. Sinds september 2015 volgen we drie kinderen die school lopen in de zorgklas van De Vinderij, School voor Buitengewoon onderwijs Type 2 in Lokeren. Ons “schoolteam” startte op. Zij bouwden deze samenwerking uit door op vaste tijdstippen naar De Vinderij te gaan voor begeleiding van deze kinderen, aanvullend op hun schoolse programma. In 2016 zullen we deze samenwerking evalueren en bekijken of we volgend schooljaar op deze manier verder werken.
Jaarverslag 2015
28
4. Vormingsbeleid 4.1. VTO in 2015 Een greep uit de studiedagen, vormingen voor medewerkers in 2015: Opvoedsters/therapeuten volgden praktijkgerichte vorming: - Inleefdag visuele beperking - Infodag rond oogbesturing - Basale stimulatie - Spelbegeleiding - Positionering: het belang van een goede houding voor activiteiten - Praktische tips voor ontwikkelingsstimulatie voor jonge kinderen met ASS - Logopediesymposium … Zowel ergotherapeute als kinesisten volgen de evolutie op vlak van hulpmiddelen nauwgezet en volgen hiertoe de nodige bijscholingen (oa vorming ivm woningaanpassingen) Onze orthopedagoge en kinesitherapeuten nemen deel aan de intervisiegroepen in de schoot van Multiplus. In het kader van preventie investeerden we ook in opleiding: Preventieve gezondheidszorg bij personen met een beperking Verschillende medewerkers volgden een basisopleiding EHBO Dirk Van Lombergen volgde de basisopleiding tot interne preventie adviseur niveau 3 Naast het volgen van vorming, doen we ook ons best om brede maatschappelijke ontwikkelingen te volgen. Zo waren er het afgelopen jaar verschillende wijzigingen nav de invoering van het M-decreet binnen de onderwijscontext. We doen ons best om deze op te volgen. Onze directie nam deel aan de focusgroepen met als thema “vrijstelling leerplicht” , een initiatief van de Commissie onder voorzitterschap van Prof. Dr. Bea Maes (KU Leuven). Er wordt werk gemaakt van een wetenschappelijk onderbouwd en maatschappelijk verantwoord referentiekader voor de beoordeling van aanvragen tot vrijstelling leerplicht. Het is goed dat dit thema aandacht krijgt. De commissie brengt een advies uit. Hopelijk faciliteert de overheid in de toekomst flexibele trajecten met samenwerking tussen onderwijs en welzijn. Ongetwijfeld zal nieuwe regelgeving op dit terrein gevolgen hebben voor onze doelgroep van kinderen met een ernstig meervoudige beperking en kinderen met ernstige gedragsproblemen. Onze coördinatoren volgden een 3-daagse rond loopbaanbegeleiding ter ondersteuning van hun rol als leidinggevende. We gebruikten deze info om onze procedure “ondersteunen en evalueren van medewerkers” in een nieuw kleedje te steken. In het najaar gingen de eerste POP-gesprekken door. POP staat voor Persoonlijk Ontwikkelings Plan. Iedere medewerker draagt zorg voor zijn/haar persoonlijke
Jaarverslag 2015
29
ontwikkeling door persoonlijke doelstellingen na te streven en de eigen sterktes en zwaktes in kaart te brengen. Opnieuw werkten we samen met Hilde Van Lyssebetten en Anne Breda van de Artevelde Hogeschool Gent voor het programma van onze interne studiedag. In het najaar maakten al onze opvoedsters en therapeuten kennis met het GRROW-model. GRROW staat voor Goal, Reality, Resources, Options, Will. Deze komen in een goed coachingsgesprek aan bod. Onze medewerkers voeren bijna dagelijks coachingsgesprekken met collega’s, stagiaires of ouders. Daarom willen hun coachingsvaardigheden blijven trainen. Coachingsvaardigheden zijn: uitdagen, inspireren, verkennen, waarderen, betrokken confronteren, ontspannen, ruimte geven, … In augustus kwam de vaardigheid inspireren ruim aan bod op een interne studiedag voor een kleinere groep medewerkers. We diepen alle vaardigheden in de toekomst zeker verder uit en oefenen ook intern actief met deze methodiek. Directie Tine Dejongh startte in september 2015 met de 2-jarige opleiding coachen van individuen en groepen in Centrum voor Volwassenonderwijs VSPW Balans. Het oudertrainingsprogramma IMPACT is, zoals u kon lezen in vorige jaarverslagen, een belangrijk onderdeel geworden van ons dienstverleningsaanbod. IMPACT staat voor Improving Parents As Communication Teachers. Het is de bedoeling om ouders van jonge kinderen (tot 6 jaar) met ASS of jonge kinderen met problemen in de sociaal-communicatieve ontwikkeling, technieken aan te leren om de sociaal-communicatieve vaardigheden van hun kinderen te stimuleren. In februari 2016 bieden we het traject opnieuw aan onze ouders aan. 5 ouderparen tekenden hierop in. Dit is een intensief traject waarbij groeps- en individuele sessies elkaar afwisselen. Verschillende medewerkers nemen deze training op en fungeren als coach voor de ouders. Ons vormingsaanbod voor ouders is beperkt. Naast het IMPACT oudertrainingsprogramma zijn er op niveau van de leefgroep wel informatie avonden.
Jaarverslag 2015
30
Werkten mee aan dit jaarverslag waarvoor dank! Inhoudelijk: Van Lombergen Peter (Therapeutisch Coördinator) Dr. De Borger Christel (Kinderarts) Delecluyse Viviane (Orthopedagoge) Janssens Leen (Coördinator opvoedsters, Kwaliteitscoördinator) Stuer Martine en Bryssinck Heidi (administratief medewerkers) Verstraeten Hilde en Martens Evelyn (sociale dienst) Algemene Coördinatie: Dejongh Tine (Directie)
Jaarverslag 2015
31