Ministerie van Veiligheid en Justitie
Retouradres Postbus 20301 2500 EH Den Haag
>
Directie Wetgeving en Juridische Zaken Sector Juridische Zaken Turfmarkt 147 2511 DP Den Haag Postbus 20301 2500 EH Den Haag www.rljksoverheid. nl/ven]
-
Contactpersoon
T F
16 december 2014 Datum Wob-verzoek Uw Onderwerp
Ons kenmerk 593827
Bij beantwoording de datum en ons kenmerk vermelden. Wilt u slechts één zaak in uw brief behandelen
Geachte Op 21 oktober 2014 heeft u bij mijn ministerie een verzoek ingediend als bedoeld in artikel 3, eerste lid, van de Wet openbaarheid van bestuur (hierna: Wob). Uw verzoek heeft betrekking op “verkeersboetes/bekeuringen”. Bij brief van 6 november 2014 heb ik de ontvangst van uw brief aan u bevestigd. U vraagt om openbaarmaking van “alle verkeersboetes/bekeu ringen: Die zijn gemaakt door chauffeurs of anderen met de dienstwagen van de minister(s) op uw ministerie en de eventuele staatssecretaris in de periode vanaf 1 september 2013 tot en met 1 september 2014 voor te hard rijden in Nederland of het buitenland; Die zijn gemaakt door chauffeurs of anderen met de dienstwagen van de minister(s) op uw ministerie en eventuele staatssecretaris in de periode vanaf 1 september 2013 tot en met 1 september 2014 voor alle andere verkeersovertredingen”.
-
-
Van alle genoemde verkeersboetes/bekeuringen wilt u “een digitale kopie ontvangen met de daarbij behorende documenten, beschikbare foto’s van de verkeersovertredingen en/of memo’s”. Bij brief van 21 oktober 2014, ontvangen op 31 oktober 2014, heeft u een aanvulling op uw Wob-verzoek gestuurd, inhoudende dat u ook vraagt om “alle correspondentie over boetes en bekeuringen”. Verder zou u “graag het aantal gereden kilometers per dienstauto van de bewindspersonen willen weten”. Bij brief van 18 november 2014 is de termijn om op uw verzoek te beslissen met vier weken verlengd. Gebleken is dat u eenzelfde verzoek heeft ingediend bij alle andere ministeries.
Pagina 1 van 3
Met betrekking tot uw opmerking dat het hier om milieu-informatie gaat, op grond waarvan een ruimer openbaarheidsregime van toepassing zou zijn, merk ik in de eerste plaats op dat de door u verzochte informatie geen gegevens bevat als omschreven in artikel 19.la van de Wet milieubeheer. De door u genoemde omstandigheid dat de manier waarop wordt gereden een milieuaspect kent, maakt hooguit dat uit de verzochte informatie in een enkel geval enige informatie met een milieuaspect zou kunnen worden afgeleid of dat de verzochte informatie in een enkel geval refereert aan milieu-aspecten, maar maakt de verzochte informatie zelf nog niet tot milieu-informatie.
Diredie Wetgeving en Juridische Zaken Sector Juridische Zaken Datum 16december2014 Ons kenmerk 593827
Voor zover uw verzoek betrekking heeft op verkeersovertredingen die met de dienstwagen van de bewindspersonen zijn gemaakt “door chauffeurs of anderen” deel ik u mee dat het door u gemaakte onderscheid naar de bestuurder(s) van het voertuig in de praktijk niet wordt gemaakt. Bewindspersonen hebben aanspraak op een auto met chauffeur en worden om redenen van bereikbaarheid en veiligheid geacht altijd gebruik te maken van de dienstauto met chauffeur, ook in de privésfeer. Zie hiervoor artikel 7 van het Voorzieningenbesluit ministers en staatssecretarissen, en bijvoorbeeld ook het Handboek voor aantredende bewindspersonen. Het Voorzieningenbesluit en dit Handboek vindt u op de website rijksoverheid.nl. Verder is het zo dat bekeuringen op kenteken worden uitgeschreven. De dienstauto’s van de bewindspersonen worden gereden door de chauffeurs. Eiij het ministerie is dan ook geen informatie aanwezig over eventuele door anderen gemaakte ritten met de dienstauto’s van de bewindspersonen. In reactie op uw aanvullende verzoek naar het aantal gereden kilometers per dienstauto van de bewindspersonen, informeer ik u dat het ministerie geen kilometerregistratie bijhoudt van de dienstauto’s van de bewindslieden. In verband met de omstandigheid, zoals hiervoor toegelicht, dat bewindspersonen om redenen van bereikbaarheid en veiligheid geacht worden altijd gebruik te maken van de dienstauto met chauffeur, ook in de privésfeer, is het aantal met de bewindspersonenauto’s gereden kilometers voor het ministerie niet relevant. Uw aanvullende verzoek met betrekking tot de aantallen gereden kilometers kan ik dan ook niet inwilligen. Over dienstauto’s en het gebruIk ervan is verder relatief veel informatie reeds openbaar, al dan niet naar aanleiding van eerdere Wob-verzoeken. U vindt deze informatie op de website www.rijksoverheid nI. Zoals u daar kunt lezen hebben alle bewindslieden de beschikking over een aan hen persoonlijk toegewezen dienstauto en vaste chauffeurs. Ook vindt u daar het beleid omtrent de afdoening van bekeuringen voor verkeersovertredingen. Dit beleid is neergelegd in de circulaire Verkeersboetes 2008-0000296476. Ik voeg deze Circulaire volledigheidshalve bij (bijlage 1). .
Dit beleid houdt in dat de chauffeur de boetes voor door hem begane verkeersovertredingen betaalt, tenzij hem ter zake van die schade geen verwijt kan worden gemaakt.
Pa9Ina 2 van 3
Over door u gevraagde periode 1 september 2013 tot en met 1 september 2014 is op de kentekens van de bewindspersonendienstauto’s één verkeersboete bekend. Deze boete betreft een snelheidsovertreding begaan in België op 5 juni 2014 en is door de chauffeur zelf betaald conform de bovengenoemde Circulaire. Het betrof een boete van € 115,-, welke rechtstreeks aan de chauffeur is gestuurd. De bekeuring berust dan ook niet bij mijn ministerie. Wel is er bij het ministerie een proces-verbaal met betrekking tot deze verkeersboete aangetroffen. Dit proces-verbaal maak ik openbaar met uitzondering van de daarin opgenomen persoonsgegevens, zoals een naam en gegevens die de veiligheid van de Staat zouden kunnen schaden, zoals onder meer kentekengegevens.
Directie Wetgeving en Juridische Zaken Sector Juridische Zaken Datum 16 december 2014
Ons kenmerk 593827
De persoonsgegevens maak ik niet openbaar in verband met de eerbiediging van de persoonlijke levenssfeer van betrokkene, welk belang is opgenomen in artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob. Dit belang afwegende tegen het belang van openbaarmaking van deze gegevens, leidt ertoe dat ik het belang genoemd in artikel 10, tweede lid, aanhef en onder e, van de Wob hier zwaarder vind wegen dan het belang van openbaarmaking van deze informatie. Openbaarmaking van de overige niet openbaar te maken informatie kan de veiligheid van de Staat, daaronder begrepen de bescherming van de democratische rechtsorde, schaden, waartegen artikel 10, eerste lid, aanhef en onder b, van de Wob zich verzet. Een afschrift van het proces-verbaal treft u bijgaand aan. Ik vertrouw erop u hiermee voldoende te hebben geïnformeerd. Dit Wob-besluit en het document dat met dit besluit voor een ieder openbaar wordt, zal enkele werkdagen na dagtekening van dit besluit worden geplaatst op de website www.rijksoverheid.nl.
Hoogachtend, De Minisr namens
Pagina 3 van 3
Datum 10juli2008 Kenmerk 2008-0000296476 Onderdeel
Inlichtingen J.W. van Baarle T (070) 426 7661 F Blad 1 van 3
Aan
De Ministers
Onderwerp
Verkeersboetes
Doelstelling
Uniforme toepassing
Aantal bijlagen 0 Bezoekadres Schedeldoekshaven 2511 EZ Den Haag
Juridische grondslag
Artikelen 66 en 69 ARAR
Postadres Postbus 20011 2500 EA Den Haag
Relaties met andere circulalres
Geen
Internetadres www rninbzk ni
Ingangsdatum
Heden
Geldig tot
Nader te bepalen
Datum 10juli 2008 Kenmerk 2008-0000296476 Blad
Inleiding
2van3
De afgelopen periode heeft het onderwerp (het betalen van) verkeersboetes” nogal in de belangstelling gestaan. Daarbij is naar voren gekomen dat niet alle arbeidsorganisaties binnen de sector Rijk eenzelfde gedragslijn hanteren. Verschillende gerechtelijke uitspraken zouden hiervoor de verklaring kunnen zijn. Zo is er de uitspraak van het gerechtshof te Den Haag van 12 mei 2006 (UN AX1 690), waarin een invulling wordt gegeven aan het begrip opzet of bewuste roekeloosheid’ genoemd in artikel 7:661 van het Burgerlijk Wetboek. Hiervan is geen sprake volgens deze uitspraak als de overtreding van de maximumsnelheid niet meer dan 10 km per uur bedraagt. Dan is er de uitspraak van de rechtbank te Leeuwarden van 18januari 2008 (UN BC2238). Deze uitspraak gaat in op het in artikel 66 van het ARAR gebezigde begrip verwijtbaarheid’. De laatste uitspraak betreft het arrest van de Hoge Raad van 13juni2008 (UN BC8791) waarbij onder andere de uitspraak van het gerechtshof Den Haag van 12 mei 2006 wordt vernietigd. De Hoge Raad oordeelde onder andere dat verkeersboetes alleen in bijzondere situaties voor rekening van de werkgever behoren te komen, bijvoorbeeld indien hij het begaan van de overtreding heeft bevorderd. De lijn binnen de sector Rijk Hoewel het arrest van de Hoge Raad niet gaat over de toepassing en interpretatie van artikel 66 van het ARAR biedt het wel aanknopingspunten voor een eenduidige uitleg van dat artikel. Volgens dit artikel kan de ambtenaar worden verplicht tot gehele of gedeeltelijke vergoeding van de door de dienst geleden schade, voor zover deze aan hem te wijten is. De tekst en de bedoeling van het artikel maken een afweging per individueel geval noodzakelijk. Immers, per keer dat de dienst schade heeft geleden zal bezien moeten worden of die schade te wijten is aan de ambtenaar. Niet voor niets stelt het tweede lid van artikel 66 van het ARAR dat het bedrag van de schadevergoeding niet wordt vastgesteld dan nadat de ambtenaar in de gelegenheid is gesteld zich schriftelijk of mondeling te verantwoorden. Uitgangspunt blijft echter dat de ambtenaar de boetes voor door hem begane verkeersovertredingen bij wijze van schadevergoeding aan de dienst betaalt, tenzij hem ter zake van die schade geen verwijt kan worden gemaakt. Ditzelfde uitgangspunt ware ook te hanteren bij de toepassing van artikel 69 van het ARAR ingeval de verkeersboete is opgelegd aan de ambtenaar. De vraag of in dat geval de ambtenaar schadeloos kan worden gesteld hangt ook dan af van
MiniP.erie i’an Binnenlandse Zaken en Koninkrljkareisties
Datum 10 juli 2008 1(enmerk 2008-0000296476
de vraag of de ambtenaar terzake van die verkeersboete al dan niet een verwijt kan worden gemaakt. Is er sprake van verwijtbaar gedrag dan is er uiteraard geen aanleiding de ambtenaar ‘naar billijkheid schadeloos te stellen”. De binnen uw organisatie gehanteerde handelwijze, gedragslijn, beleidsregels resp. afspraken dient u zo spoedig mogelijk in overeenstemming te brengen met het uitgangspunt dat de ambtenaar de boetes voor door hem begane verkeersovertredingen bij wijze van schadevergoeding aan de dienst betaalt, tenzij hem ter zake van die schade geen verwijt kan worden gemaakt.
DE MINISTER VAN BINNENLANDSE ZAKEN EN KONINKRIJKSRELATIES,
Mevrouw dr. G. ter Horst
Miniirfa ,an 8InnenIandi Zaken en Kanlnkrljksielaties ‘—‘4
Blad 3 van 3
1
IIINIIIIIIIIIllIIIUlUIIIIIIIIUiIIU
PRO J l.JSTITIA
Ø
AAN VANKELIJK PROCES-VERBAAL
4- 16-06-2014
Politie
identificatie gebruiker voertuig
FEDERALE POLITIE WEGPOLITIE ANTWERPEN TECHNISCHE SECTIE! GEWESTELIJK VERWERKINGSCENTRUM 4840 -
Boomsesteenweg. 180 8-2610 Antwerpen Tel. 03/829.71.52 Fax 03/829.71.54
Op donderdag 05juni 2014 om 10u36, Wij,
INSPECTEUR hebben vastgesteld
Betrokkene: Plaats en datum van de feiten Datum: Plaats :
Kenmerken voertuig Personenauto Merk: Kentekenplaat: Ingeschreven in:
05-06-2014 om 10:36 uur België 2990 Wuustwezel Al-FiB Richting Breda (Nl), Kmp: 596
Nederland
Overtreding(en) De overtreder waarvan de identiteit hierboven is vermeld bevond zich in overtreding met: KB 01.12.1975 Art. 11.2.1.a) Andere openbare wegen 120 km/u -
-
Art. 11.2.1.a). Buiten de bebouwde kommen is de snelheid beperkt tot 120km per uur op de autosnelwegen. Technische vaststelling(en) Naam apparaat
Specificatie; Serienummer: Datum ijking: lJkingsnummer: Geldigheidsdatum;
Resultaat meting
JENOPTIK ROBOT MULTANOVA 6F RADAR 11 09-12-2013 2013_M01_0126 08-12-2015
Max. toegelaten snelheid; Gemeten snelheid: Gecorrigeerde snelheid:
120 km/u 151 km/u 141 km/u
Het meettoestel werd geïnstalleerd en gebruikt conform de wetgeving. De verbalisant heeft een vorming genoten voor het gebruikte apparaat. Bijkomende inlichtingen
Een afschrift van onderhavig PV. met antwoordformulier werd verzonden aan de houder van de kentekenplaat op datum van 23-06-2014. Zonder antwoord binnen de 15 dagen, wordt het dossier als volledig beschouwden toegezonden aan het parket te Antwerpen. Waarvan akte,
Controlenr 1305/2014
IIIIlIIIIIIIUIlIIIUIIIIIIIIIlIIIIiHIlIlIIIIIIHIIIIIIIIIIUIIIHIIIIIIIIIJ FORMULIER TERUG TE STUREN BINNEN DE 15 DAGEN Proces-verbaalnr: AN.94.F5,520137/2014 Feiten 05-062014 Kentekenplaat: -
Antwoordformulier bij verkeersinbreuk (Invullen in drukletters en aankruisen wat van toepassing is a.u.b.) Indien U de bestuurder niet was van het voertuigop het moment van de feiten, dan bent U wettelijk weerhouden deze documenten door te zenden aan de bestuurder van het voertuig op het moment van de feiten. A. Identiteit overtreder: Naam en voornaam: Geboorteplaats en datum Beroep: -Tel: Rijbewijs nummer Adres
-
-
-
afgeleverd open te
-
-
8. Vragenlijst:
1iJA
EJNEEN
3. ErkentUdezeinbreukbegaantehebben?
0
JA
0
NEEN
4. Bent u bereid een minneljke schikking te aanvaarden van het Openbaar Ministerie? Indien NEEN, Omdat
EJ
JA
El
NEEN
5. Bent U van oordeel dat bepaalde factoren in uw voordeel pleiten? indien JA, namelijk:
El
JA
0
NEEN
El
D
1.
Indien neen, de eigenaar Is: (naam,voornaam,adres)’ 2. Reed Ii op het ogenblik van de inbreuk voor rekening van een derde? EJ NEE, ik reed voor eigen rekening. O JA, ik reed in de hoedanigheid als: 0 alleenstaande ongehuwde minderjarige. EJ alleenstaande verblijvende bi] mijn voogd El werknemervoorrekeningvan•
6, In welke taal wenst U zich voor het gerecht uit te drukken?
Datum en handtekening
EJ
F
El
N
Ingevuld formulierterugsturen naar: WEGPOLITIE ANTWERPEN TECHNISCHE SECTIE /GEWESTEUJK VERWERKINGSCENTRUM Boomsesteenweg 180 8-2610 Antwerpen
Verbalisant:
Controlenr 1305/2014
INSPECTEUR