Minder overheid, meer Rotterdam

Minder overheid, meer Rotterdam VVD Rotterdam Verkiezingsprogramma 2014-2018

Minder overheid, meer Rotterdam

Inhoud

1.

Inleiding

4

2.

De VVD wil een veilige stad

5

2.1

Door streng te blijven optreden

2.2

Door (georganiseerde) criminaliteit aan te pakken

2.3

Met bescherming van onze privacy

3.

De VVD wil bloeiend ondernemerschap

3.1

Door iedereen die kan werken, te laten werken

3.2

Door ondernemers de ruimte te geven

3.3

Door onnodige regels af te schaffen

3.4

Door de kansen voor de haven te vergroten

3.5

Door het vestigingsklimaat voor bedrijven en bewoners

7

te verbeteren 3.6

Door de bereikbaarheid van de stad te vergroten

3.7

Door duurzaamheid als kans voor economisch rendement te zien

4.

De VVD wil sterke en zelfredzame Rotterdammers

4.1

Door efficiënte en effectieve zorgverlening

4.2

Door te investeren in sport

4.3

Door te staan voor onze Rotterdamse waarden

4.4

Door kwaliteit in het onderwijs te stimuleren

5.

De VVD wil een Rotterdam waar je graag woont

5.1

Door Rotterdam creatief en vrij te laten bouwen

5.2

Door een schone, hele en veilige buurt te houden

5.3

Door woonoverlast in te perken

6.

De VVD wil een kleine, effectieve overheid

6.1

Door minder en transparantere subsidies

6.2

Door minder belastingen

6.3

Door minder bureaucratie

VVD Rotterdam Verkiezingsprogramma 2014-2018

13

17

20

1. Inleiding

Op 19 maart 2014 brengen Rotterdammers hun stem uit bij de verkiezingen voor de gemeenteraad. De VVD is in de afgelopen periode met twee wethouders sterk vertegenwoordigd geweest in het college van B&W. Samen met de raadsleden is er veel bereikt in de stad. De veiligheid in Rotterdam is toegenomen dankzij cameratoezicht en de mogelijkheid van preventief fouilleren. De VVD heeft zich tijdens de afgelopen collegeperiode hard gemaakt voor meer veiligheid in het openbaar vervoer: zo zijn conducteurs in de metro en de tram gebleven en is een OV-verbod ingesteld voor mensen die zich misdragen. Ondermeer dankzij de VVD is het voor alle winkeliers mogelijk op zondag vanaf 12 uur hun winkels te openen en is het vergunningenbeleid voor kleine ondernemers versoepeld. Mede door VVD-wethouder Jeannette Baljeu zijn het Centraal Station, de RandstadRail en de Tweede Maasvlakte succesvol gerealiseerd en blijft de Rotterdamse haven een speler van wereldformaat. Op het gebied van onderwijs is er een aantal wijken vakscholen gekomen waar weer gewoon wordt geleerd hoe je met je handen kunt werken. De positie van de Erasmus Universiteit is versterkt door mee te werken aan nieuwbouw en door de komst van het Erasmus University College mogelijk te maken. Een verantwoordelijke overheid gaat zorgvuldig om met het geld van haar inwoners. Dat heeft de VVD laten zien: de gemeentelijke organisatie is fors ingekrompen. Er wordt ingezet op taken die echt belangrijk zijn voor de stad. De recessie heeft invloed op de bouw van woningen gehad. En hoewel er minder is gebouwd, is er dankzij de VVD meer ruimte gekomen voor particulier ondernemerschap bij de bouw van een eigen woning. In het cultuurbeleid zijn onder leiding van VVD-wethouder Antoinette Laan scherpe keuzes gemaakt over het voortbestaan van instellingen, waarbij de culturele A-merken voor Rotterdam zijn behouden. De VVD realiseert zich dat er met minder geld, toch veel moet worden gedaan. De VVD vaart daarom met dit programma scherp aan de wind. Onze koers wordt bepaald door de vijf liberale uitgangspunten: vrijheid, verantwoordelijkheid, verdraagzaamheid, gelijkwaardigheid en sociale rechtvaardigheid. Ons doel: minder overheid, meer Rotterdam!

Namens de VVD programmacommissie 2014-2018, Geertjaap Buth, Maarten Tieben en Pauline Bouvy-Koene


4

2. De VVD wil een veilige stad

Voor de VVD staat een veilige stad voorop. Veiligheid is een kerntaak van de overheid en een verantwoordelijkheid van ons allemaal. Als iemand zich niet aan de regels houdt, wil de VVD dat er streng en duidelijk wordt opgetreden. De VVD accepteert geen geweld tegen hulpverleners en anderen die zich voor ons inzetten. Het bestrijden van kleine criminaliteit zoals winkeldiefstallen en auto-inbraken is belangrijk. Een krachtige samenwerking tussen gemeente, politie, bewoners en bedrijfsleven moet leiden tot een daling van de criminaliteit, zodat iedere Rotterdammer zich veilig voelt in onze stad.

2.1

Door streng te blijven optreden

Veel Rotterdammers ergeren zich eraan dat zíj zich wel aan regels houden en anderen niet. Daarom wil de VVD dat overtreders hard worden aangepakt. Hiervoor is een aantal maatregelen noodzakelijk. De VVD wil zich vooral richten op probleemjongeren in de stad. Bij die groep komen drugshandel, straatroven, overvallen en woninginbraken teveel voor. Dit moet hard worden aangepakt en zoveel mogelijk worden voorkomen. – Een veilige stad begint met voldoende middelen en zichtbare politie-inzet. De VVD accepteert daarom geen financiële kortingen op gemeentelijk veiligheidsbeleid. – De dader betaalt! De VVD laat daders van misdrijven niet zomaar wegkomen en wil dat schade en kosten van handhaving op hen of hun ouders worden verhaald. De gemeente doet als ‘slachtoffer’ aangifte bij de politie. – De VVD wil dat de gemeente ervoor zorgt dat er een eind komt aan de overlast en de problemen die sommige groepen hangjongeren veroorzaken. Overlastgevende jongeren en hun ouders kunnen wat de VVD betreft keer op keer politie bij hen thuis verwachten om drugshandel en -gebruik, straatroven, overvallen en woninginbraken tegen te gaan. – De VVD vindt dat veiligheid ook een persoonlijke verantwoordelijkheid is. Rotterdammers die onveilige of verdachte situaties zien, melden deze aan de politie. De politie houdt hen op de hoogte van de afloop. De VVD is daarom ook voorstander van bewonersinitiatieven als buurtpreventie, waarbij Rotterdammers zelf in hun wijk een oogje in het zeil houden. – De pakkans van wetsovertreders moet omhoog. Buitengewone Opsporingsambtenaren (BOA’s) handhaven regels en bestrijden criminaliteit. Hierdoor wordt de veiligheid zichtbaar verhoogd. De VVD wil daarom dat het aantal BOA’s minimaal gelijk blijft. – De VVD wil dat agenten echt in de wijk rondlopen en de buurt kennen als hun broekzak. Deze wijkagenten moeten voor 90% van hun tijd in de eigen buurt worden ingezet. – De VVD wil dat de gemeente ondernemers ondersteunt bij het doorvoeren van het Keurmerk Veilig Ondernemen (KVO) op winkelgebieden en bedrijventerreinen.

2.2

Door (georganiseerde) criminaliteit aan te pakken

De VVD ziet de georganiseerde misdaad als een groot probleem. Op zowel bestuurs, fiscaal als strafrechtelijk gebied moeten gemeente, Openbaar Ministerie en politie intensiever samenwerken


5

en optreden. Misdaad wordt steeds grensoverschrijdender en digitaler. Rotterdamse drugsrunners rijden via Maastricht naar de Franse snelwegen en hackers kunnen onze stad kwetsbaar maken. – De VVD wil dat de harde aanpak van overvallen, straatroven en woninginbraken zoals die nu plaatsvindt, consequent wordt doorgevoerd gedurende de Collegeperiode 2014-2018. – De VVD wil dat gestolen spullen altijd van ‘hufters’ en criminelen wordt afgepakt en dat zaken bij de rechter komen, zodat de schade aan de slachtoffers terugbetaald kan worden. – De VVD blijft zich inzetten voor de harde aanpak van Rotterdamse drugsrunners die actief zijn in en buiten de stad. De Rotterdamse drugswereld zorgt voor onacceptabel veel overlast in deze stad. – Om te voorkomen dat de boven- en onder wereld elkaar ontmoeten wil de VVD dat de BIBOB-procedure veel vaker wordt toegepast op alle bedrijven, vastgoed en horeca waarmee de overheid zaken doet. – De VVD wil overlastgevende coffeeshops in de stad onmiddellijk sluiten. – De VVD wil dat de gemeente samen met het Rijk een plan maakt voor bescherming van de meest vitale infrastructuur van onze stad. Ook constante bescherming en bewaking van besturingssystemen van belangrijke objecten is essentieel voor onze veiligheid. Maar ook bestrijding van criminaliteit in de haven is daar een onderdeel van.

2.3

Met bescherming van onze privacy

Voor de VVD is de privacy van Rotterdammers erg belangrijk. Het aantasten van onze privacy is uitsluitend toegestaan voor criminaliteits- en fraudebestrijding. Bijvoorbeeld bij opsporingsactiviteiten of inlichtingenoperaties, en niet bij het willekeurig aanleggen of toegankelijk maken van hele databestanden. – De VVD juicht de inzet van technische hulpmiddelen, zoals cameratoezicht en mobiele camera’s toe om zo de veiligheid te vergroten. – De VVD wil heldere regels over wat wel en niet mag en technische garanties die onjuist gebruik voorkomen. – De VVD wil dat de gemeente terughoudend omgaat met vrij beschikbare informatie (zogenoemde ‘open data’). Een naïef beleid werkt misbruik in de hand en moet worden voorkomen.


6

3. De VVD wil bloeiend ondernemerschap

Rotterdam is de motor van de Nederlandse economie en moet weer de stad van ‘niet lullen, maar poetsen’ worden. De stad bevindt zich in een internationaal concurrerende omgeving. Nu het economisch slechter gaat, heeft de stad daadkrachtig ondernemerschap hard nodig om de positie van Rotterdam en de regio te behouden en te versterken. Dat kan en moet de overheid niet allemaal zelf regelen. Wel is de overheid verantwoordelijk voor goede bereikbaarheid, goed geschoolde werknemers en een aantrekkelijk vergunningen-, aanbestedingen leefklimaat.

3.1

Door iedereen die kan werken, te laten werken

Ondernemers zijn werkgevers en creëren banen. Deze banen zijn hard nodig in deze tijden van crisis en in onze stad. Onze economie drijft op dit ondernemerschap. Ondernemers hebben geen (starters-) subsidie nodig om goed te kunnen ondernemen. In Rotterdam neemt de werkloosheid toe en doen steeds meer mensen een beroep op een uitkering. Het experiment in het Westland maakt duidelijk dat er ruim voldoende werk is, maar de prikkel ontbreekt om aan de slag te gaan. Voor de VVD is het vanzelfsprekend dat iedereen die in staat is om te werken, ook werkt. Wie een uitkering aanvraagt, moet zo snel mogelijk weer aan de slag en zich realiseren dat iemand anders voor diegene werkt. Alleen voor mensen die dat echt niet kunnen, is er langdurige ondersteuning. Zo blijven de uitgaven voor de bijstand beperkt. De VVD vindt dat de hoge uitgaven voor re-integratie te weinig werk opleveren. Een sobere bijstand is een prikkel voor mensen om hard op zoek te gaan naar een baan. En wat de VVD betreft: als er een baan is, wordt die aanvaard. Dat betekent dus ook dat Rotterdammers de Nederlandse taal spreken en Nederlandse waarden naleven, zodat de kans op een baan groter wordt. Een gezonde arbeidsmarkt vraagt goed opgeleide arbeidskrachten. Veel opleidingen blijken niet of onvoldoende aan te sluiten op de banen die er zijn. Om verspilling van talent te voorkomen, blijven wat de VVD betreft alleen die opleidingen bestaan die kans bieden op werk. – De VVD vindt dat de gemeente samenwerking tussen het onderwijs en het bedrijfsleven in de regio moet stimuleren. De VVD wil een ‘Rotterdams techniekpact’ om technisch onderwijs weer aantrekkelijk te maken. – De VVD wil dat het aantal en het type stageplaatsen is afgestemd op de regionale vraag naar arbeid. De vakwerkscholen (VMBO/ROC) en het bedrijfsleven hebben hierbij een belangrijke rol. – De VVD pleit ervoor dat mbo-, hbo-instellingen en de Erasmus Universiteit betere regionale afspraken maken over welke opleidingen zij aanbieden. Dit stimuleert de toekomstgerichtheid van opleidingen en voorkomt ‘dubbelingen’. – De VVD vindt dat wie bijstand krijgt en de sollicitatieplicht niet naleeft, zo maximaal als wettelijk mogelijk is, gekort wordt op zijn of haar uitkering. De gemeente moet het uiterste van de wet opzoeken om nieuwe instroom in de bijstand te voorkomen. Het korten op een uitkering is een passende prikkel om minder gewenst werk aan te nemen of een opleiding die de kans op een baan verhoogt, af te maken. – De VVD is tegen gemeentelijke inkomenspolitiek of gemeentelijk nivelleren van inkomens.


7

– De VVD vindt dat Rotterdammers die misbruik maken van onze regelingen en frauderen, moeten worden gestraft. De VVD wil dat de gemeente Rotterdam extra personeel inzet op fraudebestrijding en steviger de grenzen opzoekt bij vermoedens van fraude. – De VVD wil dat iemand die van een uitkering naar een baan gaat, er financieel merkbaar op vooruit gaat. Een armoedeval moet worden voorkomen. – De VVD ziet dat gemeentelijke schuldhulpverlening te weinig leidt tot vermindering van de schulden. De VVD wil daarom dat schuldhulpverlening aan marktpartijen wordt overgelaten en dat de gemeentelijke kredietbank wordt afgestoten. Gemeentelijk armoedebeleid wordt zoveel mogelijk afgeschaft. De gemeente doet niet aan inkomenspolitiek. – De VVD vindt het van belang dat scholen een rol krijgen in voorlichting over schuldenpreventie bij jongeren. – De VVD wil dat de gemeente afspraken maakt met werkgevers over het - op basis van vrijwilligheid - aannemen van mensen die niet zelfstandig actief kunnen zijn op de arbeidsmarkt. – De VVD wil geen met overheidsgeld gesubsidieerde banen voor mensen die een uitkering ontvangen. – De VVD is voor het vragen van een tegenprestatie voor een uitkering, onder voorwaarde dat dit niet leidt tot verdringing op de reguliere arbeidsmarkt.

3.2

Door ondernemers de ruimte te geven

De VVD heeft bewondering voor de moed en kracht die nodig is om als ondernemer te slagen. Het midden- en kleinbedrijf is dé banenmotor van de gemeente. De VVD vindt dat de gemeente ondernemers niet hoeft te vertellen hoe zij hun bedrijf moeten runnen. Dat weten zij zelf het beste. De gemeente stimuleert daarom ondernemerschap door ondernemers de ruimte te geven. – De VVD blijft zich inzetten voor lagere (administratieve) lasten voor ondernemers. De VVD wil dat de gemeente ondernemers nog maar maximaal één aanslag per jaar stuurt, waarop alle lokale lasten staan vermeld. – De VVD wil overbodige, tegenstrijdige, onnuttige en niet handhaafbare regels schrappen. – De VVD vindt dat de overheid rekeningen altijd binnen dertig dagen moet betalen. Er is nooit een excuus om hiervan af te wijken! – De VVD vindt dat de gemeente niet langer kansloze winkelgebieden moet ondersteunen met belastinggeld. De gemeente kan wel meedoen aan publiek-private samenwerking waarbij uit de markt ook voldoende geld komt. – De VVD vindt dat het ook in het eigen belang van winkeliers is dat hun winkelgebied aantrekkelijk wordt, is en blijft. De VVD verlangt dat ondernemers hierin ook zelf verantwoordelijkheid nemen. De gemeente gaat in gesprek met de ondernemersverenigingen.


8

– De VVD wil dat de gemeente winkelgebieden die niet goed lopen, helpt met het vinden van alternatieve bestemmingen voor de winkelpanden. – De VVD wil ‘schone’ bedrijvigheid, leerbedrijven en onderwijsinstellingen de ruimte geven om zich te vestigen in slechtlopende winkelgebieden.

3.3

Door onnodige regels af te schaffen

Ondernemers zijn zelf verantwoordelijk voor de toekomst van hun winkelgebied. Nieuwe initiatieven kunnen de lokale en regionale positie van een winkelcentrum bepalen. Deze dynamiek houdt ondernemers scherp. Zo zal door de komst van het Forum de aantrekkelijkheid van het centrum verbeteren en komen inwoners en bezoekers graag nog eens in Rotterdam winkelen. – De VVD wil een soepeler vergunningenbeleid voor de detailhandel. Ook moeten regelvrije zones worden ingesteld om ruimte te geven aan ondernemers. ‘Ja, mits…’ wordt het nieuwe uitgangspunt bij vergunningverlening. De vrijstelling van de terrasvergunning wordt uitgebreid. Voor kleine evenementen komt er één overzichtelijke vergunning. – De VVD wil vergunningen voor ondernemers zoveel mogelijk afschaffen, samenvoegen of vervangen door een meldingsplicht of algemene regels. Tarieven voor vergunningen moeten binnen de perken blijven. De kosten (leges, in het bijzonder bouwleges) worden waar mogelijk verlaagd en de verlengingstermijn verkort. – De VVD is voorstander van één centraal loket voor ondernemers. Hierdoor kunnen gegevens gemakkelijk, eenduidig en veilig onderling worden uitgewisseld. Dit voorkomt het steeds moeten opvragen van dezelfde gegevens bij verschillende organisaties.

3.4

Door de kansen voor de haven te vergroten

De VVD wil de kansen en de voordelen van de haven dicht bij Rotterdam houden: de banen, de innovatie en de trots. De komst van de Tweede Maasvlakte past bij het VVD-motto: ‘werk maken van de haven’. De VVD blijft benadrukken dat het verbeteren van de infrastructuur rond de haven topprioriteit is. De Rotterdamse haven is vaak bekender bij anderen dan bij de Rotterdammer zelf. De VVD wil het havengevoel versterken, met name onder jonge Rotterdammers. De beleving van de haven moet weer terug in de stad en de stad moet zich inzetten voor de haven, omdat een goede balans tussen haven en stad de economische groei bevordert. – Dankzij de VVD wordt de Blankenburgtunnel aangelegd en de A13/16 ondertunneld bij het Bergse Bos. Alleen door deze A13/16-verbinding kan de bereikbaarheid van Rotterdam Noord worden verbeterd, de problemen rond de Molenlaan worden opgelost en de A13 bij Overschie worden ontlast. Met de aanleg van de A4-Noord en de plannen voor de A4-Zuid, is de wegeninfrastructuur van Rotterdam opgelost - op het knelpunt Brienenoord na. De VVD is voorstander van de spoedige realisatie van een alternatief spoortracé voor de Calandspoorbrug en wil voortzetting van de Verkeersonderneming-activiteiten op de Rotterdamse ruit. – Om concurrerend te blijven vindt de VVD dat Rotterdam moet blijven innoveren en een omgeving voor kennisintensieve bedrijvigheid in de haven moet creëren. De VVD wil dat de


9

gemeente bemiddelt tussen universitaire instellingen, start-ups en bedrijven om hen kennis te laten delen en te laten investeren in Rotterdam, bijvoorbeeld in de nieuw te ontwikkelen Port Campus. Dit levert niet alleen economische groei, banen en wereldwijde aantrekkingskracht op, het legt ook de fysieke verbinding tussen stad en haven. – De VVD wil aandacht voor en samenwerking met Nederlandse economische regio’s die er voor de haven toe doen: de Drechtsteden, Moerdijk, Vlissingen en Antwerpen.

3.5

Door het vestigingsklimaat voor bedrijven en bewoners te verbeteren

De VVD vindt een goed vestigingsklimaat essentieel voor de economische groei en werkgelegenheid van Rotterdam. De VVD beschouwt die delen van de stad die schoon, heel, groen en veilig zijn als plekken waar ondernemers zich graag zullen vestigen. Bereikbaarheid en het gemakkelijk kunnen vinden van een schappelijk geprijsde parkeerplek is voor de VVD essentieel voor een bruisende detailhandel en goed woonklimaat. Ook kunst en cultuur mogen daar niet bij ontbreken. – De VVD geeft ondernemers de vrijheid en de mogelijkheid om winkels en cafés 24/7 open te stellen. De gemeente mag niet opleggen wanneer ondernemers hun producten mogen verkopen. De ondernemers moeten er zelf voor zorgen dat zij geen overlast veroorzaken. – De VVD vindt aandacht voor de kleine werkgevers belangrijk, maar de VVD wil ook dat de gemeente nieuwe beeldbepalende grote werkgevers aan zich probeert te binden. De Erasmus Universiteit en het Erasmus MC zijn twee goede voorbeelden van organisaties die niet alleen bijdragen aan de hoeveelheid banen, maar ook voor de Rotterdamse kenniseconomie essentieel zijn. – De VVD wil extra geld voor een hogere kwaliteit van de buitenruimte (bomen in de straten, geen vuil op straat) en voor grote aansprekende zaken met een bovenlokale aantrekkingskracht, zoals boulevards, pleinen, parken, fonteinen. De entree naar de stad (de omgeving van het Centraal Station, de route naar het centrum en het centrum) is daarbij het visitekaartje van Rotterdam en nodigt uit om Rotterdam verder te ontdekken. De VVD vindt dat bij financiële ondersteuning van de cultuursector uitgegaan moet worden van een transparant en overzichtelijk subsidiebeleid, waarbij een andere manier van organisatie onderzocht moet worden. De VVD staat voor een veelzijdig cultureel klimaat met enerzijds een vast en vertrouwd repertoire en anderzijds ruimte voor vernieuwing en experimenten. De VVD vindt dat het cultuurbeleid moet aansluiten bij het merk Rotterdam: culturele instellingen, evenementen en ondernemingen die dat merk versterken, krijgen alle steun en ruimte. Want de VVD weet dat de aantrekkelijkheid van de stad afhangt van wat de stad te bieden heeft. – De VVD wil dat kinderen en jongeren de mogelijkheid hebben tot cultuureducatie, zodat zij gelijke kansen hebben om kennis te maken met kunst en cultuur. – De VVD vindt dat de gemeente terughoudend moet zijn in de financiële ondersteuning van de cultuursector, zodat die minder financieel afhankelijk wordt van de gemeente. Gesubsidieerde instellingen moeten zich meer richten op bezoekers, donateurs, sponsoren en andere verdienmodellen.


10

– De VVD vindt dat de gemeente niet gaat over wat mooie of goede kunst en cultuur is. De gemeente zorgt voor de randvoorwaarden, voor het cultuuronderwijs en helpt culturele instellingen bij hun internationale profilering.

3.6

Door de bereikbaarheid van de stad te vergroten

Een aantrekkelijke stad is een bereikbare stad waar je goed en betaalbaar kunt parkeren. Snel met de auto of met het openbaar vervoer van A naar B komen, draagt bij aan het vestigingsklimaat, onze economie en het maakt het leven in onze stad prettiger. – De VVD wil dat er auto’s op de Coolsingel kunnen blijven rijden. De VVD ziet het openbaar vervoer niet als een vervanger voor de auto, maar als een aantrekkelijk alternatief. – De VVD wil dat er in de gehele stad voldoende parkeerplaatsen zijn. Ook wil de VVD het mogelijk maken dat parkeergeld per minuut wordt betaald. De VVD wil geen verhogingen van de parkeertarieven. – De VVD wil dat parkeerplekken die overdag door bedrijven worden gebruikt, in de avonden en weekenden door Rotterdammers of bezoekers kunnen worden gebruikt. Hierbij moet zoveel mogelijk rekening worden gehouden met de wensen van ondernemers in de buurt. – De VVD wil dat zones voor betaald parkeren niet worden verkleind en wil geen beperkingen als er geen gebrek is aan parkeerplekken. – De VVD wil dat de gemeente niet langer parkeergarages en fietsenstallingen exploiteert. Dat is een zaak van de markt en die kan dat goedkoper. – De VVD wil efficiënt en dynamisch verkeersmanagement. Daarmee worden auto’s naar wegen geleid waar op dat moment geen files staan en wordt aangegeven wat de snelste route is. Via sociale media moet verkeersinformatie worden doorgegeven aan navigatiesystemen. – De VVD is tegen ‘gratis’ openbaar vervoer. De VVD vraagt wel aandacht voor goed openbaar vervoer voor mindervaliden. – De VVD wil dat ‘vervoer op maat’ wordt gehandhaafd voor degenen die het echt nodig hebben. De kosten hiervan kunnen beperkt worden door het samenvoegen van groepsvervoer, waardoor de efficiëntie kan toenemen. – De VVD geeft de auto ruim baan in Rotterdam. – De VVD wil dat Rotterdam/The Hague Airport beter bereikbaar wordt: voor reizigers, maar ook om de exploitatie ervan te kunnen verbeteren. De busverbinding die nu van Centraal Station, via Overschie naar de luchthaven gaat, is inefficiënt en ineffectief voor een luchthaven van allure. Rotterdammers hebben veel profijt van een goed bereikbare en groeiende luchthaven. De VVD pleit voor een moderne Airport shuttle.


11

3.7

Door duurzaamheid als kans voor economisch rendement te zien

De VVD ziet duurzaamheid als een kans om het economisch rendement te vergroten voor ondernemers en particulieren. Gedragsverandering moet niet van bovenaf worden opgelegd maar vanuit bewoners, verenigingen en ondernemers zelf komen. De VVD vindt dat de gemeente daarom geen duurzaamheidsbeleid moet voeren. – De VVD wil afschaffing van het Rotterdam Climate Initiative. Er moet meer nadruk liggen op concrete projecten, waarbij bedrijven en particulieren zelf verantwoordelijk zijn voor de uitvoering. – De VVD is ervan overtuigd dat ondernemers - beter dan de overheid - weten hoe producten duurzamer kunnen, door kennis van technologie, hun creativiteit en door marktkennis. De vraag van consumenten naar duurzamere producten, zoals dat bij auto’s het geval is, zorgt ervoor dat we duurzamer leven. – De VVD wil dure projecten zoals de Drijvende Bollen in de Rijnhaven stoppen. De Drijvende Bollen mogen worden verkocht. – De VVD is tegen het invoeren van milieuzones, omdat dat alleen maar een suggestie van verbetering wekt.


12

4. De VVD wil sterke en zelfredzame Rotterdammers De VVD vindt het van cruciaal belang dat mensen zelfredzaam zijn, zich vrij kunnen ontplooien en zelf verantwoordelijkheid nemen, ook als zij een beperking hebben. Rotterdammers mogen niet worden afgeschreven door de overheid. Iedereen kan op zijn of haar manier het maximale uit het leven halen. Voor de zaken die mensen en hun omgeving niet zelf kunnen regelen, biedt de gemeente zorg en ondersteuning. De VVD vraagt voor dit laatste specifiek aandacht voor onze ouderen. De vraag van de Rotterdammer naar zorg staat hierbij altijd centraal, niet het aanbod.

4.1

Door efficiënte en effectieve zorgverlening

Vanaf 2015 is de gemeente verantwoordelijk voor het ondersteunen van mensen die zorg nodig hebben. Door de decentralisaties gaat het budget van het Rijk naar de gemeenten. De VVD steunt deze ontwikkeling. Al met al gaat het om een uitbreiding van taken met een financiële omvang van ongeveer 400 tot 500 miljoen op de gemeentebegroting van Rotterdam. Het gaat hier om de begeleiding van mensen met een psychiatrische ziekte of de dagbesteding van verstandelijk gehandicapten. Ook de jeugdzorg en een gedeelte van de AWBZ worden de verantwoordelijkheid van de gemeente. De VVD wil dat de gemeente deze nieuwe verantwoordelijkheid goed en efficiënt invult. De zorg moet recht doen aan het individu en tegelijk de stad behoeden voor probleemgevallen. Voor de Rotterdamse jeugd ziet de VVD veel toekomst. Ieder kind heeft het recht ongestoord op te groeien in een veilige omgeving. Ouders zijn hiervoor verantwoordelijk. Als de ouders het belang van het kind schaden, is de gemeente aan zet. De VVD wil af van het verschijnsel dat allerlei maatschappelijke en opvoedingsproblemen een onnodig medisch stempel krijgen. – De VVD is er voorstander van zorg zo dicht mogelijk bij Rotterdammers te organiseren. De VVD steunt de Rotterdamse wijkteams, omdat hier eerst wordt gekeken naar wat mensen - de ouders, de kinderen en de familie - zelf kunnen. In uiterste noodzaak vindt de VVD dat drang- en dwangmaatregelen ten aanzien van de ouders geoorloofd zijn. – De VVD is voorstander van het principe: de gebruiker betaalt. De VVD is daarom voor het heffen van eigen bijdragen. Gemeentelijke inkomensafhankelijke regelingen in de zorg moeten worden voorkomen. – De VVD wil dat er in Rotterdam scherp toezicht komt op een efficiënte besteding van al de gelden voor zorg en ondersteuning. Het is aan de gemeente een duidelijke opdracht te formuleren. – De VVD wil dat het onderwijs, de politie en de gemeente een betere aanpak ontwikkelen voor jongeren die nog niet echt in de problemen zijn, maar al wel gedrag vertonen dat in de verkeerde richting wijst. Reclassering, politie, gemeente en zorginstellingen moeten jongeren scherper in de gaten houden bij het toe- en terugleiden naar werk en school. – Het Centrum voor Jeugd en Gezin (CJG) is op dit moment de toegangspoort voor ouders en opvoeders die vragen hebben over opvoeding, het opgroeien en de gezondheid hun kind. Het bereik van dit CJG is onvoldoende gebleken en de ruimte om te handelen beperkt. De VVD wil daarom onafhankelijke particuliere jeugdzorginstellingen zoals de Opvoedpoli in het centrum, verder stimuleren. De Opvoedpoli kent géén wachtlijsten en is per cliënt eenderde goedkoper dan het CJG.


13

– De VVD stelt het belang van het kind centraal. Er is één coördinerend hulpverlener per gezin. De gemeente biedt ruimte aan professionals zodat die niet gehinderd worden door bureaucratische regels en schotten tussen sectoren. Afspraken met aanbieders worden gemaakt op basis van doelen, prestaties en resultaten. – De VVD vindt vrijwilligers een voorbeeld voor de stad, waarbij de overheid minder doet, en de Rotterdammer meer. De VVD vraagt aandacht voor deze Rotterdammers, waarbij de gemeente hen op weg helpt.

4.2

Door te investeren in sport

Rotterdam is een sportstad. Investeren in sport is een investering in de toekomst. Sporten draagt bij aan een gezonde levensstijl en bevordert sociale contacten. Rotterdam heeft een groot en waardevol verenigingsleven. Of het nu gaat om vrijwilligers die helpen in de kantine van een voetbalclub, ouders die kinderen naar wedstrijden brengen, hulp bij onderhoud van sportgebouwen: heel veel wordt gedaan door mensen die vanuit zichzelf bijdragen aan mooie sportfaciliteiten. – De VVD vindt dat sportverenigingen, scholen en buitenschoolse opvang moeten worden gestimuleerd om de schoolgaande jeugd zoveel mogelijk te laten bewegen. Hier mag niet op worden bezuinigd. De samenwerking tussen deze instellingen wordt door de gemeente bevorderd. – De VVD wil bestaande evenementen versterken en nieuwe (inter)nationale evenementen actief werven. In de gemeentelijke bijdrage aan grootschalige sportevenementen moet de toegevoegde waarde van het evenement meegewogen worden. Rotterdamse topsporters zijn boegbeelden van de stad. Om te zorgen dat amateursporters en topsporters elkaar aanvullen, wil de VVD dat er tijdens een topsportevenement meer kleinere sportevenementen komen. Zo kunnen jong en oud kennismaken met de sport. – De VVD heeft bewondering voor talent en excelleren en wil topsport in Rotterdam verder stimuleren. Dit wil de VVD bereiken door het bevorderen van meer samenwerking tussen Rotterdam Topsport en de scholen, om sport meer in de opleidingen te krijgen. – De VVD vindt dat iedereen die dat wil, in zijn eigen woonomgeving moet kunnen sporten en bewegen. De VVD vindt dat de gemeente bij de inrichting van haar openbare ruimte nadrukkelijk rekening moet houden met het inrichten en/of behouden van sporten spelvoorzieningen. De openbare ruimte, parken en paden, moet sporters zoveel mogelijk zonder beperkingen van dienst zijn. Schoolpleinen moeten ook na schooltijd gebruikt kunnen worden om te spelen en te bewegen. – De VVD vindt dat een redelijke bijdrage mag worden gevraagd van zowel sportclubs als mensen die van sportvoorzieningen gebruik maken. Dit kan in geld, maar ook in de vorm van vrijwilligerswerk. – De VVD steunt de ontwikkeling van een nieuw stadion. De manier waarop de exploitant dat gaat doen, vindt de VVD geen zaak van de gemeente. De gemeente neemt ook niet het initiatief. Een vorm van garantstelling blijft mogelijk, zolang de risico’s voor de gemeente zeer beperkt zijn. De gemeente investeert niet rechtstreeks in de bouw van een nieuw stadion.


14

4.3

Door te staan voor onze Rotterdamse waarden

De VVD maakt geen onderscheid tussen personen, discrimineert niet op afkomst, leeftijd, doelgroep, inkomen of geloofsachtergrond. De VVD verwerpt en bestrijdt discriminatie en staat voor een tolerante samenleving. De VVD accepteert daarom nooit dat homo’s en lesbiennes in Rotterdam apart behandeld of bejegend worden. Bij de VVD staat niet je afkomst maar je toekomst centraal, niet je geloof maar je gedrag. De VVD verwacht van de gemeente, die taken uitvoert namens de gemeenschap, hetzelfde. De VVD hecht aan een strikte scheiding tussen kerk en staat. – De VVD deelt mensen niet in hokjes in, maar gaat uit van de kracht van individuen. De VVD is daarom tegen doelgroepenbeleid. De VVD wil dat de gemeente geen subsidies verleent aan organisaties en activiteiten die apartheid en intolerantie bevorderen. – Integreren betekent volgens de VVD dat mensen zich aanpassen, de taal spreken en een bijdrage leveren aan de samenleving. De Nederlandse taal leren is een eigen verantwoordelijkheid van de immigrant. Kosten van inburgering mogen niet op de samenleving worden afgewenteld. – De VVD is principieel tegen het bewust scheiden van vrouwen en mannen of jongens en meisjes op religieuze of culturele gronden. De VVD wil dat de gemeente de door haar gesubsidieerde instellingen aanspreekt op dit niet te accepteren gedrag. Instellingen worden afgerekend bij de beoordeling van hun prestaties. – De VVD wil een actief opsporings- en uitzettingsbeleid voor alle illegalen. Hierbij werken gemeente en Rijksoverheid intensief samen. – De VVD wil dat de politie, gemeente en justitie huwelijksdwang, huwelijkse gevangenschap, polygamie, achterlating en huiselijk geweld aanpakken.

4.4

Door kwaliteit in het onderwijs te stimuleren

Onderwijs vervult een centrale rol in het liberale mensbeeld. Het zorgt ervoor dat we ons als mens kunnen ontplooien en dat er een goede basis wordt gelegd voor een positie op de arbeidsmarkt. Kwalitatief en openbaar toegankelijk onderwijs is daarvoor erg belangrijk. Scholen hebben bij wet een eigen vrijheid, maar moeten streng op kwaliteit gecontroleerd worden. De VVD is voorstander van vrije schoolkeuze van ouders voor hun kind. De VVD vindt dat in de komende jaren meer moet worden geïnvesteerd in de kwaliteit van onze leraren. Hoe beter zij zijn, hoe beter onze kinderen terechtkomen. – De VVD vindt het belangrijk dat gemeentelijke aandacht niet alleen is gericht op de ‘kansarmere’ leerling. De VVD bewondert mensen die het beste uit zichzelf willen halen en vindt het daarom belangrijk dat ook excellentie aandacht heeft in alle opleidingen. – De VVD vindt dat de gemeente meer het netwerk van bedrijfsleven, ouders, maatschappelijke instellingen en scholen moet proberen samen brengen om gezamenlijk de onderwijsprestaties van leerlingen te verbeteren. De gemeente houdt deze instellingen zoveel mogelijk vrij van opgelegde regels en bureaucratie.


15

– De VVD vindt dat multifunctioneel gebruik van scholen moet worden bevorderd, ongeacht welke religieuze achtergrond een onderwijsinstelling heeft. Vrijheid van onderwijs staat multifunctioneel gebruik niet in de weg. – De VVD vraagt ook aandacht voor de kwaliteit van de lucht op scholen, onderwijsgebouwen dienen zoveel mogelijk duurzaam te worden gebouwd of verbouwd. – De VVD wil dat de gemeente vroeg- en voorschoolse educatie en samenwerking tussen peuterspeelzalen, kinderdagverblijven en het primair onderwijs stimuleert. De VVD steunt de ‘groepen 0’, omdat deze effectief zijn gebleken. – De VVD vindt dat ouders (nog) meer betrokken moeten worden bij het onderwijs. Ouders met een baan kunnen een voorbeeldfunctie vervullen. Rotterdamse probleemjongeren hebben vaak te weinig goede rolmodellen in hun omgeving. – De school moet een veilige plek zijn waar kinderen zich thuis voelen. Het schoolplein is een sociale ontmoetingsplek. De VVD vindt dat scholen een taak hebben in het vroegtijdig signaleren van huiselijk geweld en andere misstanden die het welzijn van de kinderen raken. – De VVD wil een daadkrachtige aanpak van laaggeletterdheid op lokaal niveau. Uitgangspunt daarbij is de eigen verantwoordelijkheid van de betrokkenen.


16

5. De VVD wil een Rotterdam waar je graag woont De VVD ziet in Rotterdam een wereldstad waar het fantastisch is om te wonen. De mentaliteit van de stad deugt, we pakken aan, we staan voor onze zaak. Deze stad is de plek voor jong en oud: waar je een huis wil huren, kopen of zelf ontwerpen. De VVD ziet kansen voor een innovatieve woningmarkt waarbij een duurzame energievoorziening comfort biedt en waarbij woonlasten tot een minimum zijn beperkt.

5.1

Door Rotterdam creatief en vrij te laten bouwen

De VVD wil in Rotterdam een gevarieerd aanbod in zowel huur als koop, waarbij de toekomstige gebruiker zelf bepaalt hoe en waar hij wil wonen. Historisch gezien is de ‘sociale huursector’ in Rotterdam altijd groot geweest. Wat de VVD betreft té groot. Voor Rotterdam is het net zo belangrijk dat ook de hogere inkomens een aantrekkelijke woning kunnen vinden en houden. – De VVD wil liberale, innovatieve woningbouw waarbij mensen zelf bepalen waar en hoe ze wonen. Voor de VVD is de welstandscommissie daarom overbodig, omdat zij voor onnodig veel regels zorgt en lokale creativiteit tegenhoudt. Voor monumentale panden en beschermde stads- en dorpsgezichten kan een strenge toets gelden. De VVD maakt het mogelijk dat mensen zelf hun bouwplannen ontwikkelen. – De VVD wil dat woningbouwcorporaties terug gaan naar hun kerntaken: het bouwen, beheren en verhuren van woningen die bestemd zijn voor gezinnen met een laag inkomen. Er moeten prestatieafspraken komen, waarbij huurwoningen van de corporatie uitsluitend toegankelijk zijn voor die mensen voor wie ze zijn bedoeld: de huurders met een kleine beurs (onder de huurtoeslaggrens). – De VVD vindt dat de gemeente niet langer financieel mag bijdragen aan de totstandkoming van (grote) bouwprojecten. Deze verkapte subsidies zorgen er weliswaar voor dat projecten van de grond komen, maar zijn in strijd met wat de VVD veel belangrijker vindt: een stad die op basis van marktmechanisme in een goede balans staat. – De VVD wil dat inwoners van een gemeente makkelijk en snel kunnen zien welke mogelijkheden zij hebben om hun woningen te vergroten of aan te passen. De regels hiervoor, vastgelegd in het bestemmingsplan, moeten actueel zijn en digitaal beschikbaar. – De VVD is een voorstander van huisvesting op maat. Te denken valt aan nieuwe woonvormen voor ouderen en studenten, tijdelijke bouw (modulair) of huur van leegstaande gebouwen voor het oplossen van tijdelijke behoefte aan huisvesting. – De VVD wil dat naast de afschaffing van de particuliere erfpacht, de overige erfpachtovereenkomsten zoveel mogelijk worden afgeschaft. Er wordt ook geen nieuwe grond meer uitgegeven in erfpacht. – De VVD wil verkoop van gronden op bedrijfsterreinen, met name na renovatie bij de Spaanse Polder. De VVD wil dat de gemeentelijke Groothandelsmarkt wordt verkocht en is er van overtuigd dat deze in particuliere handen beter aan de vraag kan voldoen. Hetzelfde geldt voor de dagmarkten. – De VVD vindt de ontwikkeling van het centrum achterlopen bij de rest van de stad. De gemeente moet zich daarom inspannen om fors meer woningen te realiseren in het


17

centrum, hoger opgeleiden beter aan deze plek te binden en een aantrekkelijk cultureelen woonklimaat te creëren, zoals dat bij een centrum van een wereldstad hoort. – Daarnaast ziet de VVD het grote belang van prettige woonwijken aan de randen van de stad en in de schil direct rond het centrum. Dit kan buurten vervangen met slechte en te kleine woningen, zoals de ‘Kop van Feijenoord’. De VVD wil dat voor Nieuw Crooswijk wordt vastgehouden aan het langetermijnperspectief uit de Stadsvisie (een aantrekkelijk woonmilieu nabij het Kralingse Bos). – De VVD heeft de ontwikkeling van Rotterdam Zuid altijd kritisch gevolgd. De afgelopen tien jaar zijn miljoenen euro’s aan ‘sociale projecten’ uitgegeven waarvan het effect onvoldoende of helemaal niet is aangetoond. De VVD wil geen blijvende extra geldstromen naar Zuid.

5.2

Door een schone, hele en veilige buurt te houden

De VVD staat als vanouds voor een schone, hele en veilige buurt. In wijken die niet schoon zijn, voelen mensen zich onveiliger en dit trekt andere overlast aan. Een schone wijk vergroot dus het woonplezier van Rotterdammers. De VVD is van mening dat Rotterdammers zelf een belangrijke bijdrage kunnen leveren aan het onderhouden en schoonhouden van hun tuin, balkon en straat. De stad moet ‘voldoende’ groen zijn, want groene steden zijn aantrekkelijk om te leven. Openbare parken en groenperken zijn dus essentieel voor de leefbaarheid. – De VVD wil verrommeling van de wijken voorkomen. Hondenpoep, zwerfvuil, vervuiling rondom afvalcontainers, graffiti en andere overlast worden aangepakt en vernielingen worden snel hersteld. Waar mogelijk worden de kosten verhaald op de veroorzaker. – De VVD is voor stimuleren van de eigen verantwoordelijkheid en het schoonhouden van de eigen wijk en buurt. Als dit op een goede manier gebeurt, hoeft de gemeente het niet te doen en kost het minder. – De VVD is van mening dat voor het onderhoud van het groen in de stad niet uitsluitend de gemeente verantwoordelijk is. Initiatieven vanuit de markt, buurt of vanuit de bewoner zelf worden ondersteund.

5.3 Door woonoverlast in te perken In een stad als Rotterdam wonen veel mensen in verschillende soorten huizen en wijken. Het uitgangspunt is dat iedereen vrij is om te kiezen waar te wonen. Bij die vrijheid hoort ook de verantwoordelijkheid om elkaars woongenot niet te verpesten. Woonoverlast is echter aan de orde van de dag en dat ergert mensen. Jaarlijks hebben tienduizenden Rotterdammers te maken met diverse vormen van woonoverlast: geluidsoverlast, intimidatie en bedreiging, overbewoning, illegale bewoning, discriminatie etc. Dit alles gaat ten koste van de goedwillende bewoners van de stad die zich wel aan de regels houden en goed met elkaar proberen samen te leven. – De VVD wil dat er strenger wordt gecontroleerd op illegale bewoning. – De VVD wil dat woonoverlast stevig wordt aangepakt. Veroorzakers moeten na meerdere waarschuwingen het huis uit worden gezet met hulp van de civiele rechter.


18

– De VVD ziet toenemende problematiek met arbeidsmigratie en wil daarom dat de Rotterdamwet tijdelijk wordt uitgebreid naar alle wijken in Rotterdam. – De VVD wil dat overlastveroorzakers worden geweerd uit Rotterdam en in asowoningen worden geplaatst. – De VVD wil dat malafide huiseigenaren consequent worden aangepakt. Zij zijn immers verantwoordelijk voor hun pand en de daarin wonende huurders. – De VVD vindt dat in ernstige gevallen panden kunnen worden gesloten; ook in gevallen van woonoverlast. Tot nu toe wordt dat alleen toegepast bij drugsgerelateerde overlast.


19

6. De VVD wil een kleine, effectieve overheid

De VVD staat voor een kleine, krachtige overheid. Een overheid die zich richt op haar kerntaken en zorgvuldig omgaat met belastinggeld dat is opgebracht door hardwerkende Rotterdammers. Meer dan elders in Nederland heeft Rotterdam van oudsher een bijzonder grote ambtelijke organisatie. Mede dankzij de VVD is deze organisatie afgelopen periode teruggebracht van 13.000 naar ongeveer 11.000. – Minder overheid, meer Rotterdam! Rotterdam is nog steeds een van de grootste ambtenarensteden en staat dus symbool voor een inefficiënte organisatie. De VVD denkt met nog 2.000 ambtenaren minder te kunnen. Dit verplicht de gemeente scherpe keuzes in haar organisatie te maken en om die in te richten rond haar echte kerntaken. Wat kan worden uitbesteed, wordt uitbesteed. – De VVD vindt dat de taken die de gemeente vanuit de Rijksoverheid krijgt, waaronder de jeugdzorg en de taken vanuit de AWBZ, niet mogen leiden tot een uitbreiding van de ambtelijke organisatie. – De VVD staat garant voor een solide financiële huishouding. De belasting die daarvoor geheven moet worden, is zo laag mogelijk. Dat kan bij een kleine overheid die uitsluitend haar kerntaken uitvoert. – De VVD wil misbruik van de Wet Openbaarheid Bestuur (WOB) voorkomen. Verzoeken die slechts via e-mail worden gestuurd, worden niet langer in behandeling genomen. De VVD wil dat de gemeente dit op haar website bekendmaakt. – De VVD wil dat de gemeente onnodig vastgoed in haar bezit - op een goed moment verkoopt. De gemeente heeft niets aan leegstaande panden. – De VVD wil dat de gemeente zoveel mogelijk afstand doet van deelnemingen in zelfstandige private ondernemingen zoals Eneco en Ahoy. – De VVD wil dat begraafplaatsen en crematoria door particuliere bedrijven geëxploiteerd worden, zoals in een groot deel van Nederland gewoon het geval is. De VVD wil geen ambtenaren aan het graf.

6.1

Door minder en transparantere subsidies

De VVD is van mening dat het subsidiebeleid onnodig complex en te uitgebreid is. Transparantie en simpelheid zijn daarom belangrijke uitgangspunten bij het verstrekken van subsidies. Mensen die een subsidieaanvraag doen, moeten geholpen worden door de gemeente en niet worden tegengewerkt door procedures en regelgeving. – De VVD heeft een forse vergemakkelijking van subsidieverleningstrajecten bereikt met de nieuwe subsidieverordening. De VVD vindt dat het altijd beter kan en wil aanvragen nog verder proberen te vereenvoudigen, maar ook het aantal subsidies verminderen. – De VVD wil een duidelijk inzicht voor Rotterdammers in subsidies, processen van subsidieverlening en effect- en resultaatmetingen. De VVD wil zoveel mogelijk open aanbestedingen met een transparant toekenningssysteem. Ook hier moeten prestatieafspraken en kwaliteit de norm zijn.


20

– De VVD wil dat betrokkenheid bij de buurt of wijk vanuit de bewoners zelf komt en is tegen projecten als het mislukte en niet transparante Stadsinitiatief of Opzoomeren.

6.2

Door minder belastingen

De VVD is voor een ander systeem van afvalheffingom kosten te besparen en is tegen kwijtscheldingen. Iedere bewoner van de stad, ongeacht inkomen, draagt bij aan een schone stad. De VVD is ervan overtuigd dat het mogelijk is om de afvalstoffenheffing te verlagen. Onze doelstelling is om de afvalstoffenheffing voor alle huishoudens in ieder geval onder de 300 euro te brengen. Een andere heffing is de rioolheffing. Deze is in Rotterdam volgend jaar 175 euro. Dat is dankzij de VVD lager dan in 2013 (195 euro). – De VVD vindt het huidige systeem voor afvalstoffenheffing onrechtvaardig omdat er niet voor gebruik betaald wordt. Het systeem moet daarom anders, waarbij eenpersoonshuishoudens minder gaan betalen dan gezinnen, maar gezinnen er wel op vooruit gaan. – De VVD wil de onroerendezaakbelasting (OZB) verlagen. – De VVD wil de rekening van afvalstoffen direct verrekenen met die van bijvoorbeeld een bijstandsuitkering (nu krijgen bijstandsontvangers kwijtschelding). Dat voorkomt het niet-betalen van de rekening. Overigens, als meer huishoudens gaan bijdragen door het betalen van de afvalstoffenheffing, kan het tarief nog iets meer omlaag. – De VVD pleit voor meer marktwerking bij de afvalinzameling. Hiermee kan 25-30 euro per huishouden worden bespaard. – De VVD wil minder veegkosten toerekenen aan de afvalstoffenheffing door goedkoper te vegen: de veegkosten in andere steden zijn gemiddeld 20% lager dan in Rotterdam. – De VVD wil stijgingen van de rioolheffing voorkomen. – De VVD vindt dat de leges voor de omgevingsvergunning (bouwleges) omlaag moeten. Hierdoor worden bouwprojecten gehinderd. Rotterdammers kiezen ervoor te verhuizen in plaats van te verbouwen. Ook de kosten van de afdeling vergunningen zijn veel te hoog en moeten wat de VVD betreft omlaag. – De VVD wil stoppen met onzinbelastingen zoals de honden- en de logiesbelasting. De precariobelasting is terecht afgeschaft voor kleine terrassen. De VVD vindt dat deze belasting verder teruggedrongen moet worden.

6.3

Door minder bureaucratie

De VVD wil een Rotterdamse organisatie die efficiënt en modern is ingericht. Op veel punten kan de organisatie verbeteren. In een veranderende maatschappij, waar mensen individualistisch en zelfredzaam zijn, is een netwerkfunctie een belangrijke taak van een gemeente: mensen met elkaar verbinden, de blik naar buiten richten. Te veel managementlagen verhinderen werk van creatieve ambtenaren. Daar waar dat kan, pleit de VVD voor zoveel mogelijk privatisering van overheidstaken.


21

– De VVD is voor een versnelde afbouw van managementlagen en bureaucratie. De pro fessional moet weer centraal staan, niet de ambtenaar die het vanaf zijn bureau bedenkt. – De VVD wil dat gemeentelijke dienstverlening herkenbaar en toegankelijk is. Op dit moment bestaan er veel te veel verschillende ‘fysieke’ loketten: Rotterdammers moeten voor dienstverlening naar werkpleinen, een jongerenloket, stadswinkels, fietsafhaalpunten etc. De VVD wil één centraal loket dat toegankelijk en bereikbaar is, waar alle diensten worden aangeboden en de bestaande loketten zoveel mogelijk privatiseren. – Minder overheid, meer Rotterdam betekent ook dat overheidstaken worden afgestoten. Rotterdammers worden dan weer zelf verantwoordelijk voor die taken. De VVD wil dat in zo’n geval de gemeente ook echt loslaat en de middelen die voor de taak beschikbaar waren, worden teruggegeven aan de belastingbetaler. – De deelgemeenten worden in Rotterdam per 19 maart 2014 opgeheven. Rotterdammers hebben recht op een efficiënte overheid. De VVD blijft kritisch bij het overhevelen van taken van deelgemeentelijk naar stedelijk niveau, waar juist meer vertrouwen zou moeten worden gegeven aan lokale (groepen van) burgers. De VVD wil dat de gebiedscommissies in 2017 geëvalueerd worden.


22

22 pagina’s vol liberale argumenten om op 19 maart 2014 op de VVD te stemmen! Minder overheid, meer Rotterdam!


VOLKSPARTIJ VOOR VRIJHEID EN DEMOCRATIE

VVD Gemeenteraadsfractie Rotterdam Stadhuis kamer 4 Postbus 70012, 3000 KP Rotterdam T 010 267 2546 E [email protected]

VVD Afdeling Rotterdam Postbus 4481, 3006 AL Rotterdam E [email protected] WWW.VVDROTTERDAM.NL

Minder overheid, meer Rotterdam

Recommend Documents