Het internationale tijdschrift over bijbelse profetie
Middernachtsroep www.middernachtsroep.nl n Nr. 02.2016
Waarom zijn christenen
het zo vaak oneens met elkaar? • Vier mogelijke redenen en een sleutelwoord Het grote probleem van een materialistische maatschappij
NIEUWS VANUIT DOORN
‘Leven in de verwachting van Zijn Komst’ Terwijl u dit leest zijn we alweer met de tweede maand van dit nieuwe jaar begonnen. Een jaar, waarin we dus ook weer helemaal op onze Heere Jezus mogen vertrouwen en met Hem mogen beleven. Hij heeft het beloofd, Hij komt spoedig. Dit woordje ‘spoedig’ was ook een nieuw woord voor Norbert Lieth, dat hij tijdens onze Maranathatour geleerd heeft. We hadden u al eerder daarover geïnformeerd, dat we met Norbert Lieth op stap zouden gaan en dat hij op verschillende plaatsen in Nederland over zijn nieuw uitgegeven boek ‘Leven in de verwachting van Zijn Komst’ zou spreken. Dit gebeurde dus en omdat dit onderwerp met de Wederkomst van de Heere Jezus te maken heeft, gebruikte Norbert ook vaak het Duitse woord ‘bald’ dat in het Nederlands met ‘spoedig’ vertaald wordt. Het was voor ons als echtpaar de eerste keer, dat we zo’n tour mee mochten maken. Natuurlijk, aan de ene kant moet je daarvoor veel regelen, inpakken, uitpakken, rijden, enz. Aan de andere kant was het tevens een zeer gezegende week, waarin we goede gesprekken mochten hebben, mensen mochten leren kennen en vooral prachtige boodschappen mochten horen over de Wederkomst van Jezus. Voor mij, Raphael, was het soms een extra uitdaging, omdat ik voor het eerst de hele week Norbert mocht vertalen. Dit was niet altijd even gemakkelijk, omdat ik soms bepaalde woorden een beetje moest zoeken. Wat ik hierbij wel wil benadrukken is, dat de Heere me daarbij zeer geholpen en gezegend heeft. Er waren ook steeds een of meerdere bestuursleden erbij en zo leerden we elkaar door deze week nog beter kennen en werden we bemoedigd om zo een tour D.V. ook volgend jaar weer uit te voeren. Deze staat gepland voor D.V. 5 t/m 12 februari 2017. Wanneer u in die week graag in uw plaats of omgeving een samenkomst zou willen plannen, dan willen wij dat graag in onze planning overwegen. Afsluitend hadden we dan op zaterdag 16 januari de Maranathadag in het Brandpuntkapel in Doorn met het belangrijke onderwerp ‘Gods journaal voor Israël, gemeente en wereld!’. ’s Morgens sprak Norbert Lieth en ’s middags René Malgo. Ook deze dag proefden we veel warmte en liefde onder elkaar en hoorden we door de boodschappen ook weer hoe diep we in de eindtijd leven. Van de boodschappen in Bunschoten, Andel, Baarn en uiteraard ook van de Maranathadag in Doorn zijn opnames gemaakt en mag u deze via het bestelkaartje bestellen. Geeft u dan a.u.b. wel duidelijk aan welke cd’s u wilt bestellen? Binnenkort komen er ook op onze vernieuwde website een aantal gemaakte video-opnames te staan, waaronder die van de Maranathadag. Als u het boek ‘Leven in de verwachting van Zijn Komst’ nog niet heeft, wil ik u dit nogmaals van harte aanbevelen. Het is gewoon heel profetisch en praktisch geschreven. Je wordt daardoor echt aangespoord om de Heere Jezus dagelijks te verwachten. Misschien kent u iemand die dit boek graag zou willen hebben. Helpt u ons ook daardoor deze prachtige boodschap van Jezus’ Wederkomst de verspreiden en bij velen onder de aandacht te brengen. Daarnaast hebben veel boeken in prijs verlaagd, zodat u ook daarvan kunt profiteren. Een paar daarvan vindt u achterin dit blad en andere kunt u op onze website, die binnenkort vernieuwd opgestart word, bestellen. Met Lukas 12:35-36a wensen we u een gezegende maand toe: ‘Laten uw lendenen omgord zijn en de lampen brandend. En u, wees gelijk aan mensen die op hun heer wachten.’ In onze spoedig wederkomende Heiland verbonden,
uw Raphael en Lea Roos
Inhoud
Groetwoord door gerrit van Koppen
Coverstory 4 Waarom zijn christenen het zo vaak oneens met elkaar? 9 de eenheid in de geest
Van uw Voorzitter
In PersPeCtIef 12 Het grote probleem van een materialistische maatschappij 14 Ken je rebmann en Kottwitz? 15 Hebreeën 9:3-4 15 interview: norbert Lieth 16 Komt het wereldrijk europa eraan? 18 Serie: Meer dan een groet
ZendInGswerk 20 vluchtelingen op onze stoep 21 Corruptie, rampen en genadetijd
3 10 17 19 21 22
Groetwoord eruit gelicht spreuken financiele verantwoording Impressum Amen
Initialen van de auteurs in dit nummer mnr = redactie Middernachtsroep
als bestuur zijn wij erg bemoedigd door de vele positieve reacties op de Maranatha week die we in januari mochten hebben in diverse plaatsen. enkele uitspraken die we hoorden: ‘deze boodschap hebben wij hard nodig’ en ‘dit zouden we ook in onze gemeenten meer moeten horen’ en ‘Zoals het nu in de wereld is, kan het toch ook niet langer’. Wij hopen d.v. in 2017 weer zo’n week te organiseren. toen destijds aan professor gunning gevraagd werd of de komst van de Heere Jezus nu echt aanstaande was, gaf hij als antwoord: ‘als wij Christus op een dag verwachten, kunnen wij ons vergissen. Maar als wij Hem elke dag verwachten, kunnen wij ons niet vergissen’. tijdens deze week kregen we te horen, wat misschien voor sommigen van ons nieuw is: voor de gebeurtenis van de opname van de gemeente bestaan er geen tekenen der tijden. Wij gebruiken de tekenen der tijden altijd als een teken zijnde voor de opname. Maar de tekenen der tijden, die zijn voor israël. Zoals norbert Lieth zo duidelijk naar voren bracht: wij hebben maar één teken en dat is het volk israël. in Mattheüs 24 spreekt de Heere Jezus tot israël: ‘Laten dan zij die in Judea zijn, vluchten naar de bergen, enz.’. Het gaat daar over het Joodse volk. en al die tekenen van oorlogen en geruchten van oorlogen, en noem maar op, dat gaat israël aan. Hij spreekt daar niet tot de gemeente. als Middernachtsroep hebben wij een belangrijke boodschap, in de eerste plaats voor de gemeente: de Heere god heeft nog altijd een plan met het Joodse volk, met israël, Zijn oogappel. de stichting van de staat israël is één van de belangrijke tekenen van de spoedige komst van de Messias. in Hosea 6:2 en 3 lezen wij: ‘na twee dagen zal Hij ons levend maken, op de derde dag zal Hij ons doen opstaan. dan zullen wij voor Zijn aangezicht leven. dan zullen wij kennen, wij zul-
len ernaar jagen de Heere te kennen! Zijn verschijning staat vast als de dagenraad. Ja, Hij komt naar ons toe als de regen, als late regen, die het land natmaakt’. na twee dagen heeft de Heere god de Joden tot nationaal herstel gebracht. en op de derde dag zullen zij voor Zijn aangezicht leven. Wanneer wij vandaag het reeds plaatsgevonden nationale herstel van israël voor ogen hebben, dan weten wij, dat ook het geestelijk herstel ervan voor de deur staat. tevoren echter komt de Heere voor Zijn gemeente terug, om ze in het vaderhuis te brengen. Wij hebben in het oude testament een schitterend voorbeeld van de koningin van Scheba. de koningin van ethiopië, die zoveel van Salomo’s wijsheid gehoord had en die de lange reis per kameel maakte, omdat zij Salomo wilde zien! toen ze hem zag, staat er in 2 Kronieken 9: ‘was zij buiten zichzelf’. Letterlijk betekent dit: was er geen adem meer in haar. Zo overweldigd werd zij van de heerlijkheid van koning Salomo. is dat niet een wonderbaar beeld van onze ontmoeting met de Heere Jezus? petrus spreekt er ook al van: ‘Hoewel u Hem niet gezien hebt, hebt u Hem toch lief. Hoewel u Hem nu niet ziet, maar gelooft, verheugt u zich met een onuitsprekelijke en heerlijke vreugde’. terecht dat je vaak rondom je hoort zeggen en die woorden gebruik ik zelf ook graag: Het beste komt nog! Wat een heerlijke toekomst hebben wij toch voor ogen. Moge de hoop op de spoedige komst van de Heere Jezus onze passie zijn en dat dit ons mag aanzetten om anderen bij de Heere Jezus te brengen, zodat ze gered worden voor het te laat is. de Heere zegene u in uw leven. Gerrit van Koppen Voorzitter van Middernachtsroep Nederland
Middernachtsroep 02.2016
3
Coverstory
waarom zijn christenen het zo vaak oneens met elkaar? vier mogelijke redenen en een sleutelwoord.
d
e versplintering van het christendom in talloze denominaties, vrije gemeenten en sekten is intussen niet meer te overzien. Scheuringen zijn aan de orde van de dag, zo lijkt het wel. Ook de Middernachtsroep zijn in zijn 60-jarige geschiedenis allerlei controverses en bittere confrontaties niet bespaard gebleven. En dat zal in de toekomst ook wel zo zijn. Waar ligt dat aan? Ik wil vier redenen respectievelijk antwoorden noemen. Het eerste antwoord is eenvoudig, maar waarschijnlijk het moeilijkst te verteren. De onenigheid onder christenen is gebaseerd op de menselijke natuur. “Arglistig is het hart, boven alles”, zegt de profeet Jeremia, “ja, ongeneeslijk is het, wie zal het kennen?” (Jer. 17:9). Gelovigen kunnen redeneren dat ze door Jezus een nieuw hart hebben ontvangen (Rom. 6). En terecht! En toch hebben ook christenen met zonde in hun oude lichaam te kampen (Rom. 7). Zolang we nog in dit door zonde aangevallen lichaam thuis zijn, is het voor ieder van ons onmogelijk om alles juist te zien. “Nu immers kijken wij door middel van een spiegel in een raadsel, maar dan zullen wij zien van aangezicht tot aangezicht” (1 Kor. 13:12). Pas als we na onze opstanding onze Heer van aangezicht tot aangezicht zien, zullen we alles begrijpen (vgl. 1 Joh. 3:2). Christenen zijn heel verschillende persoonlijkheden, ze hebben heel ver-
4
Middernachtsroep 02.2016
schillende sterke kanten, heel verschillende zwakke kanten, heel verschillende voorliefdes en heel verschillende zonden waarmee ze te kampen hebben. Hun opleiding, hun volwassenheid, hun geestelijke gave, hun relatie met de Heer, hun intellect, hun interpretatiegave, ze zijn allemaal heel verschillend… Geen wonder dat we het zo vaak oneens zijn met elkaar! Mensen zijn gecompliceerde, voelende en denkende wezens. En christenen vormen daarop geen uitzondering. De bekering heeft geen gelijkgeschakelde robots van ons gemaakt. “De raad in het hart van een man is als diepe wateren, maar iemand met inzicht zal hem naar boven halen” (Spr. 20:5). Gods Woord is objectieve waarheid, maar wordt door mensen subjectief uitgelegd. Jakobus, de leider van de moedergemeente in Jeruzalem, zegt over leerstellige vragen: “Want wij struikelen allen in veel opzichten” (Jak. 3:2). Daarom behoren gelovigen er niet als de kippen bij te zijn om leraars van het Woord te worden: “U weet immers, dat wij dan een strenger oordeel zullen ontvangen” (Jak. 3:1). Voor wat betreft onze vraag is Jakobus 3:2 een ‘koningsvers’. Als een halfbroer van Jezus en een steunpilaar in de vroege Gemeente (Gal. 2:9) al zegt dat “wij allen” in veel opzichten struikelen en zichzelf daarbij insluit, hoeveel te meer geldt
deze uitspraak dan voor ons vandaag, die 2000 jaar en in cultureel opzicht lichtjaren van de apostelen af staan! Tegenwoordig beïnvloeden de diverse met elkaar wedijverende theologische systemen en premisses de manier waarop we onze Bijbel lezen. We nemen dat misschien niet bewust waar, maar de door de gemeenten die we bezoeken, de bijbelscholen die we gedaan hebben of de christelijke lectuur die we lezen heeft ieder van ons een ander theologisch stempel. Aan protestantse kant heb je onder andere verbondstheologen, vervangingsleertheologen, dispensationalisten, ultradispensationalisten, progressieve dispensationalisten, baptisten, Calvinisten, Lutheranen, Mennonieten, open broeders, gesloten broeders, aanhangers van de alverzoening, Arminianen, amillennialisten, postmillennialisten, premillennialisten, pretribulationisten, midtribulationisten, posttribulationisten, presbyterianen, congregationalisten, anglicanen, Pinkstermensen enzovoorts. Ook al zeggen ze bijna allemaal met goed recht dat ze zich alleen maar aan dre Bijbel houden, toch zijn ze allemaal gestempeld door verschillende exegesesystemen en systematische theologieën. De christelijke cultuur waarin we ons bewegen kleurt onvermijdelijk de bril waardoor we de Bijbel lezen. Begrijp me niet verkeerd: iedereen heeft zo zijn bril, en daar is niets mis
mee. De kunst is om de juiste glazen te pakken te krijgen. Paulus verwacht dat we Gods Woord “overeenkomstig de leer” uitleggen (Tit. 1:9). De gezonde apostolische leer dient ons filter te zijn. Wie zegt dat hij de Bijbel zonder bril en zonder filter leest, bedriegt zichzelf. Terecht past bijvoorbeeld een normaal christen de eis binnen het verbond van Sinaï dat opstandige zoons buiten de stad gestenigd dienen te worden (Deut 21:18-21), niet meer in het dagelijks leven toe. We zullen moeten erkennen dat wij allemaal – ook de verstandigste en ‘vroomste’ bijbelleraar – feilbare schepselen zijn. Niemand van ons steekt in enig opzicht boven Jakobus uit. Wij zijn mensen die zelfs zichzelf kunnen bedriegen. Dat weet de Bijbel allang (Jer. 17:9). Seculiere psychologen zijn er inmiddels ook achter gekomen. Van nature zijn we geneigd de werkelijkheid zo waar te nemen dat zij in ons schema past en beantwoordt aan ons subjectieve wereldbeeld. Daarom praten we als christenen ook zo vaak langs elkaar heen en bereiken we niets. We lopen altijd weer het risico woorden en zinnen in de Bijbel overeenkomstig onze persoonlijke geneigdheid uit te leggen. Neem bijvoorbeeld iemand die heel in het algemeen erg geordend en systematisch denkt. In zijn leven moet alles een duidelijke structuur en verklaring hebben. Hij is rationeel, logisch en houdt niet van vaagheden. Hoe zal hij geneigd zijn de Bijbel uit te leggen? Hij kon wel eens een voorliefde hebben voor exegesesystemen die de leer van de Bijbel naadloos ordenen en in verschillende waterdichte eenheden en duidelijke afgebakende tijdsperioden indelen. Het zal hem na aan het hart liggen om elk detail van de Bijbel precies te verklaren, en hij zal erop letten dat er geen ongerijmdheden binnensluipen. En neem nu iemand anders: een kunstenaarstype. Zijn motto luidt: orde is voor de dommen, een genie heeft het overzicht over de chaos. En een genie is hij ook. Wat voor anderen een tegenspraak is, is voor hem de specerij die het leven pas de moeite waard maakt. Hij streeft voortdurend naar een hoger geestelijk niveau. Hij krijgt nooit genoeg van het leren. Hoe zal
Middernachtsroep 02.2016
5
Coverstory
hij waarschijnlijk geneigd zijn de Bijbel uit te leggen? Hij kon wel eens een afkeer van gesystematiseerde exegesesystemen hebben en beweren dat je God daarmee in een vakje plaatst. Meer mystieke en meer ‘holistische’ benaderingen van de Bijbel, die het grote geheel in het oog houden, paradoxen verwelkomen en speelruimte laten voor onduidelijkheden, zullen hem veel meer aanspreken. Beiden geloven hetzelfde. In dit voorbeeld is het niet zo dat de een de goede en de andere de slechterik is. Beiden hebben Jezus Christus lief, beamen de Drie-eenheid van God, houden Gods Woord hoog in ere en geloven het Evangelie. En toch zijn de theologieën die ze rondom de kern van hun geloof hebben gevormd, voor een deel heel erg verschillend. In zekere zin verlangen we allemaal naar een theologisch huis waar we ons behaaglijk kunnen voelen. En omdat we heel verschillende persoonlijkheden zijn, kunnen onze theologische huizen er ook heel verschillend uitzien. Maar, zoals een bijbelleraar ooit duidelijk maakte, elk theologisch huis heeft ook zo zijn lijken in de kast. Omdat we ons vergissen, omdat we zondig zijn, omdat we onze voorliefdes hebben en omdat we onze beperkingen hebben, zullen er in onze overtuigingen altijd wel punten zitten waar anderen niets mee kunnen en die – houd je vast – verkeerd zijn. En daarmee komen we bij het tweede punt. Wij christenen zijn het zo vaak niet met elkaar eens omdat we in het hier en nu, en niet in de eeuwigheid leven. Beseffen we wel altijd waar we het eigenlijk over hebben en waarover we redetwisten? Per slot van rekening spreken we over God, de Almachtige, over Hem die de “hemel der hemelen” niet kan bevatten (1 Kon. 8:27) en wiens gedachten net zoveel hoger zijn dan onze gedachten als “de hemel hoger is dan de aarde” (Jes. 55:9). Zeker, deze God maakt Zich in Zijn Woord op begrijpelijke en verbindende wijze aan ons bekend en is in Jezus Christus toegankelijk geworden. En toch is Hij nog altijd de Eeuwige, “die een ontoegankelijk licht bewoont” (1 Tim. 6:16). Wat heeft dat nu met de lijken in de kast te maken? Heel eenvoudig: we kun-
6
Middernachtsroep 02.2016
nen God per saldo nooit volledig bevatten met onze systemen en onze menselijke gedachten. Er zullen altijd terreinen in Gods Woord en in de theologie blijven die we niet kunnen verklaren of waar we geen raad mee weten. We hebben met de Almachtige en met de onuitputtelijke rijkdom van Zijn onmetelijke en veelvuldige wijsheid te maken. We hebben met een heilsplan te maken dat alle kennis te boven gaat, waarin zelfs “de engelen begerig zijn zich te verdiepen” (1 Pet. 1:12). Vaak discussiëren en redetwisten wij christenen juist over de dingen die we niet volledig kunnen begrijpen: de soevereiniteit en het wezen van de Drie-enige God en Zijn plan voor de toekomst en de eeuwigheid. Het is volkomen normaal dat wij beperkte mensen bij het nadenken over de Eeuwige tegen onze grenzen aanlopen en tot verschillende resultaten komen. “Onze God is een verterend vuur” (Heb. 12:29). Elke ontmoeting met Hem, de Oneindige, zal ons eindige schepselen schokken en een stempel op ons drukken dat overeenkomstig onze geaardheid heel verschillend kan zijn. “Proef en zie dat de HERE goed is; welzalig de man die tot Hem de toevlucht neemt!” (Ps. 34:9). Ieder kan en mag de goedheid van God ervaren, maar omdat Hij in Zijn wezen zo anders, zo onbegrensd is, zal elk mens deze goedheid weer ietwat anders proeven en zien. Let wel, dit is geen verontschuldiging voor de grootste van alle dwaalleringen, volgens welke alle religies op de een of andere manier tot God leiden. De Bijbel zegt onmiskenbaar duidelijk: “En de zaligheid is in geen ander, want er is onder de hemel geen andere naam onder de mensen gegeven waardoor wij zalig moeten worden” (Hand. 4:12). Verlost worden alleen degenen die alleen in Jezus Christus geloven en Hem als Heer van hun leven erkennen (Hand. 16:31), en niemand anders. Maar deze christenen zullen de onuitputtelijke volheid van hun God op verschillende manieren ervaren omdat ze zo verschillend en beperkt zijn. Als alle christenen van alle tijden het over de inhoud van de Bijbel op alle pun-
ten gedetailleerd eens zouden zijn, zou je met recht kunnen zeggen dat we dan wel een heel oppervlakkig boek in handen hadden. Maar juist omdat het tegendeel het geval is en er zo hevig over de Bijbel wordt geredetwist, omdat het Woord de harten zo kan raken en gezinnen, gemeenten en zelfs landen kan doen scheuren, en omdat we er nooit of te nimmer over uitgeruzied raken, daarom weten we en erkennen we dat God God is en Zijn Woord Zijn Woord. Natuurlijk kan een moslim hetzelfde over de polariserende Koran zeggen. Maar, en daarbij komen we bij het derde punt: demonen zijn zeer listig. Dat is wel niet zo politiek correct, maar valse religies zijn vanuit het oogpunt van de apostelen demonisch geïnspireerd (1 Tim. 4:1). En dat is iets wat wij christenen dikwijls vergeten. We hebben te maken met reële overheden, machten, wereldbeheersers van deze duisternis en geestelijke machten van het kwaad in de onzichtbare wereld (Ef. 6:12). Een bijbelleraar heeft er een keer op gewezen dat de valse goden die Israël onder het oude verbond nahoereerde, echt waren. De beelden van steen en hout die als plaats van verering van deze goden moesten dienen, waren levenloos en inhoudsloos, maar de goden van de volken zelf waren echt; er stonden namelijk reële demonische machten achter hen. Het zou toch ook onzinnig zijn om van God te zeggen dat Hij groter is dan de goden als deze niet eens bestonden (vgl. Deut. 4:7; 10:17; Jes. 36:20). Dat zou ongeveer hetzelfde zijn als wanneer de Heer zou proclameren: “Ik ben groter dan de kerstman!” De goden waren en zijn reëel. Het zijn demonen, die valse leringen en religies inspireren en de levende en enig ware God en Zijn Gemeente bestrijden. We hebben te maken met de “listige verleidingen van de duivel” (Ef. 6:11), een tegenstander die zich kan voordoen als een engel van het licht (vgl. 2 Kor. 11:14) en die rondgaat als “een brullende leeuw, op zoek naar wie hij zou kunnen verslinden” (1 Pet. 5:8). Geloven we echt dat deze reële vijand met zijn duizenden jaren ervaring en zijn netwerk van op goden lijkende demonen
CHriStenen ZiJn HeeL verSCHiLLende perSoonLiJKHeden, Ze Hebben HeeL verSCHiLLende SterKe Kanten, HeeL verSCHiLLende ZWaKKe Kanten, HeeL verSCHiLLende voorLiefdeS en HeeL verSCHiLLende Zonden WaarMee Ze te KaMpen Hebben.
er nog niet in is geslaagd om in de Gemeente van de levende God schade aan te richten? Telkens als we niet op onze hoede zijn en niet de gehele wapenrusting van God dragen, bieden we een aanvalsmogelijkheid die wezens die veel machtiger zijn dan wij maar al te graag benutten. Onze onenigheid komt helaas ook vaak doordat we ons door demonische ‘influisteringen’ laten overrompelen. We nemen bijvoorbeeld het ergste over iemand anders aan, we laten ons niet leiden door de richtlijnen van het Evangelie en de liefde, we gaan in op geruchten en roddel, we trappen in meesterlijk opgezette, op ons toegesneden valstrikken, laten ons honing om de mond smeren, nemen verkeerde adviezen aan of handelen in woede. Als christenen met elkaar ruzie maken, is er zo vaak haat, woede en bitterheid in het spel. En deze gevoelens komen heel zeker niet van God, in wie alleen licht en geen schaduw is. Ik betrek het ook op mijzelf: we vergeten te snel dat we gemakkelijk beïnvloedbare, zwakke, broze en afhankelijke schepselen zijn die midden in een kosmische strijd staan die we op eigen kracht nooit kunnen winnen. En daarmee komen we ook bij de vierde reden voor onenigheid. Deze geestelijke strijd wordt met het naderen van het einde steeds heviger en gevaarlijker. De welvaart die we in het Westen genieten en de verleidingen die ons aan alle kanten omgeven, kunnen
onze blik op deze werkelijkheid vertroebelen. Maar het Nieuwe Testament maakt duidelijk dat de tijd van het kruis tot aan de wederkomst van Jezus een “kwade” eindtijd is, die steeds erger wordt (vgl. Heb. 1:2; Ef. 5:16; Mat. 24-25). Paulus benadrukt in een brief met betrekking tot de Gemeente dat er “in de laatste dagen zware tijden zullen aanbreken” (2 Tim. 3:1), waarin “de mensen liefhebbers zullen zijn van zichzelf, geldzuchtig, grootsprekers, hoogmoedig, lasteraars, hun ouders ongehoorzaam, ondankbaar, onheilig, zonder natuurlijke liefde, onverzoenlijk, kwaadsprekers, onmatig, wreed, zonder liefde voor het goede, verraders, roekeloos, verwaand, meer liefhebbers van zingenot dan liefhebbers van God. Zij hebben een schijn van godsvrucht, maar hebben de kracht ervan verloochend” (2 Tim. 3:2-5). Let wel, liefdeloosheid, hoogmoed en onverzoenlijkheid zullen in de laatste dagen toenemen. Ik weet niet hoe ver we al in de eindtijd gevorderd zijn, maar duidelijk is wel dat we nu dichter bij het einde zijn dan 2000 jaar geleden en dat de toename van bovengenoemde eigenschappen ons tenminste te denken moet geven. We hoeven ons niet te verbazen dat het christendom tegenwoordig meer verdeeld lijkt dan in het begin. De tekenen van de laatste dagen ondermijnen de Gemeente; en dat wordt steeds erger. Dat is wat de bijbelse profetie zegt. Daarom is het gewoon een wonder dat christenen het vandaag de dag nog over
bepaalde zaken eens zijn! De vraag van de titel is verkeerd. Rekening houdend met de beperkte natuur van de mens, het oneindige anders-zijn van God, de demonische macht in de onzichtbare wereld en de bijbelse aankondigingen voor de eindtijd, kunnen we ons beter afvragen: waarom zijn christen het zo vaak eens met elkaar? Het antwoord luidt: dankzij de Heilige Geest. De Heilige Geest is de onderschatte God. Sommigen schrijven hun absurde ideeën aan Hem toe, anderen verwachten helemaal niets van Hem. Maar God is geen twee-eenheid, Hij is een Drie-enig God, en dat is de garantie voor onze veiligheid. Door de Heilige Geest woont de volheid van God in ons (Ef. 1:13-14,17; 3:14-19). Hij is de Trooster en onze Bijstand, die ons onwillige, stormachtige en zwakke hart veranderd, tot rust gebracht en verzegeld heeft. Daarom kunnen we Gods Woord toch nog verstaan (1 Kor. 2:11). En daarom zijn we meer dan de grootste profeten van het oude verbond en kunnen we grotere dingen doen dan de wonderen van Jezus (Luk. 7:28; Joh. 14:12). God Zelf woont in ons en dat stelt ons al 2000 jaar lang in staat om als volk zonder een zichtbare koning, als een ‘godsdienst’ zonder een zichtbaar heiligdom en als een organische eenheid zonder bloedverwantschap te functioneren. Door het geloof in Jezus Christus zijn we in staat om het eens te zijn met mensen die duizenden jaren of duizenden kilo-
Middernachtsroep 02.2016
7
Coverstory
de CHriSteLiJKe CuLtuur Waarin We onS beWegen KLeurt onverMiJdeLiJK de briL Waardoor We de biJbeL LeZen.
meters of duizenden culturele verschillen van ons verwijderd zijn. Dit wonder is veel groter dan alles wat onder het oude verbond is gebeurd! Niet het zwaard verenigt ons, niet de angst of een nationaliteit, maar de Heilige Geest van God. De kracht die Jezus Christus uit de doden heeft opgewekt, waakt er al 2000 jaar lang over dat de verlosten de Vader “in geest en in waarheid” aanbidden, de naam van Jezus belijden en op Zijn wederkomst wachten. Dat is het grootste wonder dat de onzichtbare wereld ooit gezien heeft (Ef. 3:9-10): Gods grenzeloze volheid in zwakke, eens gevallen, nu nog beperkte mensen. Dat is allemaal mooi en aardig, zou je kunnen aanvoeren, maar ondanks de Heilige Geest blijft het feit dat wij gelovigen het maar al te vaak toch niet in de Geest met elkaar eens zijn. Wat kunnen we daaraan doen? Volgens mij is daar slechts één antwoord op. En dat heeft alleen betrekking op (met name theologische) meningsverschillen tussen christenen. Het gaat dus niet om de vraag wat we moeten doen als andere gelovigen zich door hun gedrag, hun daden, hun woorden of door nalatigheid aan ons bezondigen. En het gaat ook niet over christenen die proberen zonden als bijvoorbeeld ontucht, hebzucht en dergelijke onder de ‘dekmantel’ van het Evangelie te bagatelliseren of te rechtvaardigen. Allereerst dienen we het volgende in te zien: er is een goede reden waarom veel christenen zo strijdvaardig lijken. Het is hun opdracht. Paulus benadrukt dat goede gemeenteleiders de dwaalleraars “de mond moeten snoeren” en afgedwaalde gelovigen “streng” terecht dienen te wijzen (Tit. 1:11,13). Net als Paulus mogen zij “voor binnengedrongen valse” broeders “geen moment in onderdanigheid” opzijgaan (Gal. 2:4-5).
8
Middernachtsroep 02.2016
Christenen, en met name gemeenteleiders en predikers, kunnen en mogen het zich niet veroorloven om compromissen aan te gaan (vgl. Tit. 2:7). Gelovigen moeten strijden voor de gezonde leer (2 Tim. 1:13; Tit. 1:9; 2:1). De vraag die zich hier opdringt is: wie heeft er in de jungle van de christelijke belijdenissen en credo’s de ene gezonde leer en wie dient bestreden te worden? – Aanwijzingen vinden we in de Bijbel. Tijdens zijn gevangenschap in Rome maakte Paulus mee dat sommige christenen (of schijnchristenen) het Evangelie verkondigden om hem schade te berokkenen. Hij verheugde zich erover, want voor hen was de hoofdzaak dat Christus werd verkondigd, “als een voorwendsel of in waarheid” (Fil. 1:15-18). Paulus deed geen moeite om de ruziezoekers terecht te wijzen. Voor hem behoorden deze mensen niet tot degenen die je de mond moest snoeren. Een kenmerk van de gezonde leer was voor Paulus dus niet dat iemand aan zijn kant stond, maar dat iemand Jezus Christus predikte. De brieven van de apostelen maken duidelijk dat het prediken van Christus hetzelfde is als het Evangelie verkondigen (vgl. Rom. 1:9,16; 10:15-16; 15:20; 16:25; 1 Kor. 9:12; 2 Kor. 11:4; Gal. 1:6-11; 2:5,14 e.a.). In de laatste brief van de apostel Paulus zie we dat de prediking van het Evangelie van Jezus Christus nauw verbonden is met de gezonde leer (2 Tim. 1:8; 2:8; 4:5). Wie Jezus heeft leren kennen, heeft het Evangelie leren kennen; wie het Evangelie heeft leren kennen, heeft de gezonde leer leren kennen – en andersom. Gezonde leer is het Evangelie! Als Paulus dus in de Brief aan de Efeziërs van ons christenen verwacht “de eenheid van de Geest te bewaren door de band van de vrede” (Ef. 4,3), dan is dit nooit of te nimmer mogelijk buiten
het Evangelie van Jezus Christus om. In het vervolg laat Paulus dan zien waarom christenen het met elkaar eens kunnen en moeten zijn: we zijn immers 1) één lichaam, we geloven 2) in één Geest, we hebben 3) één hoop, we dienen 4) één Heer, we delen 5) één geloof, we praktiseren 6) één doop en we hebben 7) één “God en Vader van allen, die boven allen en door allen en in u allen is” (Ef. 4:4-6). Hierin kun je een samenvatting van de gezonde leer en het Evangelie zien. De grote uitdaging is echter om deze punten een concrete invulling te geven. Zo is de ene doop een heet hangijzer. Sluit Paulus de kinderdoop hiermee uit of niet? En hoe zit het met de ene hoop? Omvat die perse ook de Opname voor de grote verdrukking? Het principe waarmee alles staat of valt is hier de toetsvraag: wordt Christus verkondigd? Blijven we even bij het twistpunt kinderdoop. Martin Luther heeft zich fel voor de kinderdoop ingezet en is tekeer gegaan tegen wederdopers. Sprak hij toen de ene doop niet tegen? Deze gevoelige kwestie is een goede graadmeter of wij ons in de omgang met andere gelovigen eerder door onze dogmatische systemen laten leiden of door het verlangen van Paulus’ hart: de hoofdzaak is dat Christus verkondigd wordt! In Markus 16 zien we dat gelovigen gedoopt moeten worden. In Handelingen 16 zien we dat hele gezinnen gedoopt worden. Enerzijds: kunnen we er voor 100% zeker van zijn dat daar geen kleine kinderen bij waren? Anderzijds: kunnen we er voor 100% zeker van zijn dat er überhaupt kleine kinderen bij waren? Na 2000 jaar weten we dat niet zeker. De ene doop mag benadrukken dat christenen behoren te dopen en gedoopt dienen te worden. Maar als je de verschillende posities onder de loep neemt, lijkt het dat je er tenminste over kunt discussiëren of alleen de tot geloof gekomen volwassenen of ook de kinderen van zijn gehele huis gedoopt met hem gedoopt dienen te worden. Veroorloven we het ons nu om te zeggen dat Martin Luther de Heer Jezus Christus niet verkondigd heeft? Een mogelijke probleem bij onze beoordeling
van andere gelovigen is dat we eenheid verlangen op een onrealistische basis. We accepteren alleen de christenen die het in vrijwel elke detailkwestie met ons eens zijn – en daarmee maken we ons als feilbare schepselen tot de maatstaf van alle dingen. Maar de maatstaf voor eenheid is veel eenvoudiger: het is het Evangelie van Jezus Christus. Dat wil niet zeggen dat we dwalingen, voor zover we die kunnen beoordelen, niet moeten bespreken of zonde moeten tolereren. Als we gewoon iedereen laten staan omdat ze de naam Jezus noemen, komen we geen stap verder. We behoren wel heel zorgvuldig na te gaan wanneer het echt nodig is om te strijden en wanneer het nodig is om liefde, inschikkelijkheid en vrede te laten gelden. En hier krijgen we dan eindelijk het antwoord hoe we de eenheid kunnen bewaren. Het antwoord dan wel het sleutelwoord is nederigheid. Soms moeten we gewoon even pas op de plaats maken en ons en onze trots als dood beschouwen (Rom. 6:11). Dat is niet gemakkelijk, maar wel noodzakelijk. Als we de Brief van Jakobus aandachtig lezen, zien we dat de geadresseerden kennelijk zo hun problemen hadden met trots en betweterij. Ieder wilde de ander beleren en een leraar van de gemeente zijn. En dan vraagt Jakobus aan degenen die zo graag de maatstaf van alle dingen wilden zijn: “Wie is wijs en verstandig onder u? Laat hij uit zijn goede levenswandel zijn werken laten zien, in zachtmoedige wijsheid” (Jak. 3:13). Daarmee wordt onze trots aangepakt: onze wijsheid en ons verstand in leerstellige kwesties blijkt niet uit onze gedetailleerde dogmatische kennis, maar uit de mate van zachtmoedigheid waarmee we met anderen omgaan. Dat is ware wijsheid. “Wanneer u echter bittere afgunst en eigenbelang in uw hart hebt, beroem u dan niet en lieg niet tegen de waarheid. Dat is niet de wijsheid die van boven komt, maar ze is aards, natuurlijk, duivels. Want waar afgunst en eigenbelang is, daar heersen wanorde en allerlei kwade praktijken. Maar de wijsheid die van boven is, is ten eerste rein, vervolgens vreedzaam, welwillend, voor rede
vatbaar, vol barmhartigheid en goede vruchten, onpartijdig en ongeveinsd. En de vrucht van de gerechtigheid wordt in vrede gezaaid voor hen die vrede stichten” (Jak. 3:15-18). Let wel, deze woorden staan in het hoofdstuk waarin Jakobus zegt dat we beter niet allemaal leermeesters moeten willen zijn, omdat we in het gebruik van de tong allemaal “in veel opzichten” struikelen. Eenheid in de Geest is mogelijk wanneer we werkelijke wijsheid van boven aan de dag leggen. En deze wijsheid blijkt niet uit ruzie zoeken, zelfhandhaving of betweterij, maar uit de wil om zachtmoedigheid te laten gelden, barmhartigheid te beoefenen en de vrede te zoeken. En daarmee begint de eenheid in eerste instantie niet bij de christen die volgens ons een verkeerde theologie heeft en dringend gecorrigeerd dient te worden, maar bij onszelf – bij ieder van ons heel persoonlijk. Goede christenen en bijbelleraars zijn vredestichters die zich verheugen als Jezus Christus verkondigd wordt. Zo zegt Paulus: “Zo roep ik, de gevangene in de Here, u op tot een wandel die de roeping waarmee u geroepen bent, waardig is, in alle nederigheid en zachtmoedigheid, met geduld, door elkaar in liefde te verdragen, en u te beijveren om de eenheid van de Geest te bewaren door de band van de vrede” (Ef. 4:1-3). Het is de uitdaging voor ieder van ons om niet trots te zijn, maar nederig; geen ruzie te zoeken, maar zachtmoedig te zijn; niet ontoegeeflijk te zijn, maar barmhartig. Het is zo gemakkelijk om andere gelovigen op kansels, in e-mails, rondbrieven, ‘vertrouwelijke’ gesprekken of in tijdschriften te kapittelen. Ware grootheid en wijsheid zijn volgens Jakobus iets heel anders. Zoals Paulus denkt, zo mag ook onze houding zijn ten opzichte van navolgers van Christus met wie we misschien niet door dezelfde kerkdeur naar binnen gaan: “Maar wat dan nog? Toch wordt Christus op allerlei wijze verkondigd, of het nu als een voorwendsel is of in waarheid; en daarover verblijd ik mij, ja, zal ik mij ook verblijden” (Fil. 1:18).
De eenheid in de Geest
eén lichaam en één geest. Want door Hem hebben wij beiden door één geest de toegang tot de vader. Zo bent u dan niet meer vreemdelingen en bijwoners, maar medeburgers van de heiligen en huisgenoten van god, gebouwd op het fundament van de apostelen en profeten, waarvan Jezus Christus Zelf de hoeksteen is, en op wie het hele gebouw, goed samengevoegd, verrijst tot een heilige tempel in de Here; op wie u ook mede gebouwd wordt tot een woning van god, in de geest. Zie, hoe goed en hoe lieflijk is het dat broeders ook eensgezind samenwonen. Het is als de kostelijke olie op het hoofd, die neerdruipt op de baard, de baard van aäron, die neerdruipt op de zoom van zijn priesterkleed. nu u dan uw zielen gereinigd hebt in de gehoorzaamheid aan de waarheid, door de geest, tot ongeveinsde broederliefde, heb elkaar dan vurig lief uit een rein hart.
ef. 4:4; ef. 2:18-22; ps. 133:1-2; 1 pet. 1:22. uit het boekje met overdenkingen "Licht voor elke dag" (momenteel uitverkocht)
R ENé M ALGO
Middernachtsroep 02.2016
9
Eruit gElicht
Psalmzingen in de 21ste eeuw?
I
n sommige kerken is het tot op de dag van vandaag gebruikelijk om de Psalmen van het Oude Testament te zingen. De Amerikaanse baptistenvoorganger Tim Raymond meende tot voor kort dat dit in deze tijd toch “geen optie meer” was. Hij veranderde echter van mening toen hij over Kolossenzen 3:16 preekte en benadrukte “dat de eerste christenen Psalmen als regulier onderdeel van hun bijeenkomsten zongen”. Deze boodschap inspireerde een begaafd musicus in zijn gemeente om bijbelse Psalmen in de samenzang in te voeren. Tegenwoordig zingt Raymond ook voor zichzelf Psalmen in zijn stille tijd. Hij vindt dat het zijn leven op drieerlei wijze heeft veranderd: 1) Het heeft zijn relatie met God verrijkt met “een gezonde dosis vreugde en genegenheid” . 2) De inhoud van de Psalmen heeft hem ervan overtuigd dat de geestelijke ervaringen van godvruchtige mensen dikwijls worden gekenmerkt door “depressiviteit, kommer en duisternis” . 3) Het psalmzingen heeft hem ook overtuigd van de “oppervlakkigheid en banaliteit van de meeste moderne aanbiddingsliederen”. mnr
Israëlische geheime dienst waarschuwde voor terreur bij voetbalinterland
e
ind november vorig jaar berichtte Stern dat de Israëlische geheime dienst Duitsland waarschijnlijk had gewaarschuwd voor plannen om een aanslag te plegen. Daarom werd de interland tussen Duitsland en Nederland afgelast en nam men in Hannover grootschalige antiterreur maatregelen. Zo kon men een serie aanslagen als in Parijs verhinderen. mnr
10 Middernachtsroep 02.2016
door Is veel bekeringen tot Christus
d
e Islamitische Staat bewerkstelligt met zijn terreur in het Midden-Oosten het tegendeel van wat de bedoeling is. In Irak bekeren zich steeds meer mensen tot Jezus Christus. Daarom blijven enkele christelijke zendelingen en gemeenteleiders ondanks de gevaren in het aangevallen land. Een Koerdische officier zei tegen christenen die vluchte-
lingen aan hulpgoederen helpen: “Weet je, de Arabieren in de omliggende Golfstaten, die beweren dat ze religieuze moslims zijn, hebben ons niets anders dan terroristen gestuurd. Maar jullie die Christus navolgen, schenken de mensen elke dag liefde, vrede en goedheid.” Reinhold Scharnowski vertelde dit op livenet.de. mnr
voorproefje van het duizendjarig rijk
I
n het Russische wildpark Primorje zette men een Siberische tijger een geit als buit voor, zoals dat elke twee weken gebeurt. Deze keer spaarde de tijger zijn maaltijd echter en sindsdien
struinen de twee samen door het safaripark – de tijger voorop, de geit erachteraan. Ze zijn “onafscheidelijke vrienden” geworden, zo zei de directeur van het wildpark. mnr
Politieke correctheid – het einde van de beschaving
I
n een bijtend commentaar in The Spectator schrijft columnist Taki Theodoracopulos dat “de liberale media in Europa en de Verenigde Staten zich meer zorgen
maken over de reactie op de onbarmhartigheid van IS dan over de onbarmhartigheid zelf”. Zo werd een ESPN sportanalist geschorst omdat hij moslimextremisten
met nazi’s had vergeleken. Theodoracopulos meent dat “politieke correctheid, niet waanzinnige ijveraars” tot het einde van de beschaving zal leiden. mnr
ouders controleren internetgebruik van hun kinderen nauwelijks
‘welkomcultuur’ wakkert antisemitisme aan
U
I
it een onderzoek van onder andere de Duitse zorgverzekeraar DAK-Gesundheit blijkt dat kinderen en jongeren tweeëneenhalf tot vier uur per dag privé op internet surfen.
Slechts weinig ouders stellen hun kinderen daarbij vaste grenzen. Volgens het onderzoek begint het zelfstandige internetgebruik van de kinderen vanaf 12 jaar. mnr
Christelijke universiteit verbiedt christelijke godsdienstoefeningen
d
e evangelische faculteit Tübingen heeft christelijke korte godsdienstoefeningen in haar theologische onderwijslokalen verboden. Jürgen Kampmann, de decaan van de faculteit, vond dat een godsdienstoefening in een kerk of een kapel, maar niet aan de universiteit behoorde plaats te vinden. Volgens
het Evangelische Pressedienst wees de nieuwtestamenticus Hans-Joachim Eckstein erop “dat in het Centrum voor Islamitische Theologie in Tübingen de islamitische gebeden vanzelfsprekend in de studielokalen gepraktiseerd worden “. Hij was sprakeloos dat dit “in het Theologicum” niet mogelijk was. mnr
n een column op Spiegel Online wijst Jan Fleischhauer erop dat de ‘welkomcultuur’ tegenover vluchtelingen uit Arabische landen voor Joden in Duitsland bepaald niet positief is. Hij meent: “We verbeelden ons dat we ervaring hebben met de immigratie uit islamitische landen, maar dat is zelfbedrog. We hebben ervaring met de immigratie vanuit Turkije, maar dat is iets heel anders. Wie langere tijd in het Midden-Oosten heeft vertoefd, weet dat het antisemitisme daar endemisch is en van elementair belang voor de samenhang van de landen.” Met de vluchtelingen komt er een nieuwe golf antisemitisme naar Duitsland, iets wat “aanhangers van de welkomcultuur” tot u toe niet hebben willen zien. mnr
Middernachtsroep 02.2016 11
In perspectIef
ACtUALIteIt
Het grote probleem van een materialistische maatschappij wat is een van de ergste dingen die je tegenwoordig kunnen overkomen? Het droevige antwoord: ouder worden dan je verwacht had. een analyse vanuit bijbels oogpunt.
G
ods Woord spreekt positief over het ouder worden: “Maar u zult in vrede tot uw vaderen heengaan; u zult in goede ouderdom begraven worden” (Gen. 15:15; vgl. Gen. 25:8; Ri. 8:32; 1 Kron. 29:28). Van Abraham staat geschreven: Hij “was oud en op dagen gekomen” en door de Here “in alles gezegend” (Gen. 24:1). En toch, in onze door en door kapitalistische en materialistische wereld is het een aanzienlijk risico geworden om te oud te worden. Spaarders die een goede basis voor hun pensioen willen opbouwen, voeren een verloren strijd. Nog maar kort geleden daalden in de hele
12 Middernachtsroep 02.2016
wereld de rentetarieven. Met onder andere als gevolg dat de kosten voor je pensionering veel hoger zijn geworden. Immers, bij een lage rentevoet heb je automatisch meer vermogen nodig om voldoende inkomen voor de levensavond bij elkaar te sparen. Dan zijn er nog twee uitdagingen. Aan de ene kant is de vraag naar AOW-uitkeringen gestegen omdat de voorhoede van de ‘baby boom’ generatie de pensioengerechtigde leeftijd heeft bereikt. Het gevolg is een wedren om een beperkte hoeveelheid financiële middelen. Aan de andere kant leven de mensen langer. Eigenlijk is dat een zegen. Maar het probleem voor pensioenstelsels (inclusief eigen gespaarde pensioengelden) is dat de pensioenperiode nu gemiddeld langer duurt en een pensioengerechtigde langer leeft dan men ooit had uitgerekend. Zo is ouder worden niet bepaald goedkoop als je het vanuit het oogpunt van
een pensioenfondsmanager in een wereld vol lage rentetarieven bekijkt. Het is een nogal kromme, maar reële situatie. Nu kun je wel zeggen dat de mensen maar gewoon meer moeten sparen om een veilige basis te hebben als ze oud zijn geworden. Maar niet iedereen kan zich dat veroorloven. En het zou door de stijgende vraag naar AOW-gelden en de toenemende gemiddelde leeftijd tenslotte toch niet opgaan. De Bijbel pleit voor respect tegenover ouderen. We zien dit principe bijvoorbeeld in Leviticus 19:32, waar staat: “U moet opstaan voor iemand met grijze haren en eer bewijzen aan een oudere”. In het Nieuwe Testament hangt de apostel Paulus duidelijk hetzelfde principe aan als hij zegt: “Kinderen, wees je ouders gehoorzaam in de Here, want dat is juist. Eer je vader en moeder (dat is het eerste gebod met een belofte), opdat het je goed gaat en je lang leeft op de aarde” (Ef.
6:1-3). Ook hier zien we weer dat een lang leven als iets goeds, en niet als iets slechts wordt beschouwd. Vanuit wetenschappelijk perspectief is het volgens Jared Diamond, hoogleraar geografie en fysiologie aan de universiteit van Los Angeles, “onder bepaalde omstandigheden echter beter als kinderen hun ouders verlaten of doden en als ouders hun kinderen verlaten of doden”. Als extreem voorbeeld noemt hij de nomadische Aché indianen van Paraguay. Hun jonge mannen hebben de taak om oude mensen met een bijl of een speer te doden of hen levend te begraven. Dit is een zeldzaam voorbeeld. Bovendien is het zo dat de gedachte dat oude mensen een last voor de maatschappij zijn, alleen in een goddeloze, evolutionistische en extreem materialistisch-humanistische omgeving kan opkomen. De westerse maatschappij wordt tegenwoordig inderdaad steeds meer
atheïstisch, evolutionistisch, narcistisch en materialistisch. Parallel daarmee (en misschien wel daardoor bewerkstelligd) lopen de geboortecijfers terug en wordt de bevolking steeds ouder. Toekomstige gepensioneerden zullen zich op enkele teleurstellingen moeten instellen, zelfs nu al. Voorbij zijn de dagen dat men nog geloofde dat “kleinkinderen de kroon van de ouderen” zijn “en het sieraad van kinderen […] hun vaders” (Spr. 17:6). In de hele wereld hebben centrale banken gezorgd voor verlaging van de rentetarieven. De bedoeling ervan was het aanzwengelen van de economische groei. Maar in werkelijkheid hebben ze de groei ermee afgestopt. Hoe dat komt? Omdat de bevolking steeds ouder wordt en er nu meer gepensioneerden en dus minder mensen zijn die AOW afdragen dan vroeger. Dat zijn de problemen van een hebzuchtige, materialistische wereld
die bezeten is van het eigen ‘ik’. Ook de gelovigen, die weliswaar niet van de wereld zijn maar er wel in leven, staan voor deze zorgen. “Zoals de vissen die in een boosaardig net worden gevangen, en zoals de vogels die gevangen worden met een strik, net als zij worden de mensenkinderen op een kwaad ogenblik verstrikt, wanneer dat hun plotseling overvalt” (Pred. 9:12). Aanvechtingen en problemen overkomen iedereen. De Heer laat het zowel over rechtvaardigen als over onrechtvaardigen regenen. “In de wereld zult u verdrukking hebben” (Joh. 16:33). Pensioensystemen bieden uiteindelijk geen zekerheid, en dus: “Maak voor uzelf beurzen die niet verslijten, een schat die niet opraakt, in de hemelen, waar de dief niet bij komt en die door de mot niet aangetast wordt. Want waar uw schat is, daar zal ook uw hart zijn” (Luk. 12:3334). WILFR ED HAHN
de biJbeL pLeit voor reSpeCt tegenover ouderen. We Zien dit prinCipe biJvoorbeeLd in LevitiCuS 19:32, Waar Staat: “u Moet opStaan voor ieMand Met griJZe Haren en eer beWiJZen aan een oudere”.
Middernachtsroep 02.2016 13
In perspectIef
GesCHIedenIs
ken je rebmann en kottwitz? terecht kennen en bewonderen we mannen als Hudson taylor, C.H. spurgeon, Charles wesley of david Livingstone. Maar ken je de heren rebmann en kottwitz ook? een terugblik op twee «helden van het evangelie».
k
en je Rebmann ook? Deze Duitse zendeling reisde in de 19de eeuw van Baden-Württemberg naar Afrika. In 1848 ontdekte hij de met sneeuw bedekte 6000 meter hoge Kilimanjaro. De Europese geografen lachten om zijn bericht: “Besneeuwde bergen aan de evenaar!” Daaruit bleek toch maar weer hoe naïef zendelingen waren. De goede man had zich vast door de inboorlingen om de tuin laten leiden. Later raakte een ongelovige onderzoeker op de Kilimanjaro ingesneeuwd. Toen hield het lachen in Europa op. Rebmann leefde 29 jaar lang samen met de Afrikanen. Met een groot geduld en met veel liefde gaf hij hun onderwijs. Zijn vrouw stierf er en hij raakte er bijna blind. Eindelijk, na moeilijke gebeurtenissen, openden sommige inheemsen hun hart en ontstond er een kleine christelijke gemeente. Toen Rebmann naar Duitsland terugkeerde, kon hij zeggen: “Het christendom heeft in Oost-Afrika wortel geschoten”. Rebmann was een man aan de wijnstok Jezus. Georg Müller, de weesvader van Bristol, ken je vast wel. Maar ken je baron van Kottwitz ook? Hij leefde enkele tientallen jaren voor Rebmann in Berlijn. De stad behoorde toen tot Pruisen. In 1806 kwam er door de veroveringsveldtocht van Napoleon veel ellende over het land. De baron kocht een oude kazerne, de zogenaamde Ossenkop, op de Alexanderplatz en bood daar onderdak aan werkloze, dakloze oude mensen,
14 Middernachtsroep 02.2016
hulpbehoevende kinderen en platzak studenten. Zijn motto luidde: “tranen drogen”. Een tijdlang woonde ook Johann Heinrich Wichner, die later de Innere Mission zou stichten, bij hem. In zijn dagboek getuigde hij over Kottwitz: “O, jij onvergelijkbare man, zo nederig […] zo vol vreugde in God. Heer, laat mij ook zo worden.” De Duitse filosoof Johann Gottlieb Fichte zei een keer tegen Kottwitz: “Het kind bidt, de man wil”. Daarop antwoordde de baron: “Mijnheer de professor, ik heb elke dag 600 mensen te verzorgen en ik weet vaak niet waar ik het brood voor hen vandaan moet halen. Dan weet ik mezelf niet beter te helpen dan door te bidden.” Fichte antwoordde: “Mijn-
heer de baron, zo ver gaat mijn filosofie niet”. Toen hij op zijn 52ste op sterven lag, wendde de filosoof zich tot baron Kottwitz, tot de man die kon bidden, en vroeg hem om de voogd van zijn kind te worden. Rebmann en Kottwitz. Twee namen die voor toewijding aan de Heer staan. Twee mannen die zich allebei op hun manier aan de Heer ter beschikking gesteld hebben. Voelen we ons aangesproken? Waar zal onze naam voor staan? God heeft overal Zijn lichtjes, al zijn ze nog zo onbekend. Elk licht op zijn plek, groot of klein: met zijn allen verlichten ze gezamenlijk de wereld. Dat is de opdracht van de Gemeente van Jezus. – Laat je licht schijnen! NOR BERT LIETH
toen rebMann naar duitSLand terugKeerde, Kon HiJ Zeggen: “Het CHriStendoM Heeft in ooSt-afriKa WorteL geSCHoten”. rebMann WaS een Man aan de WiJnStoK JeZuS.
Hoe Is dAt bedoeLd?
nAGe vr A AGd
Hebreeën 9:3-4
norbert Lieth
volgens Hebreeën 9:3-4 bevond het reukofferaltaar zich achter het voorhangsel in het heilige der heiligen. Maar volgens exodus 30:6 stond het vóór het voorhangsel in het voorste deel van de tent. wat is nu juist?
d
eze uitspraken spreken elkaar alleen op het eerste gezicht tegen, maar passen in de totale context van de Bijbel bij elkaar. Het is juist dat het reukofferaltaar, de zevenarmige kandelaar, de tafel van de toonbroden en de broden die erbij hoorden zich in het voorste deel van de tabernakel bevonden, vóór het voorhangsel dat het heilige van het heilige der heiligen scheidde. Het heilige der heiligen, waar de ark van het verbond stond, vertegenwoordigde de directe tegenwoordigheid van God. Hier mocht de hogepriester slechts eenmaal per jaar “niet zonder bloed” naar binnen gaan, namelijk op de Grote Verzoendag (Heb. 9:7). De hogepriester was verplicht om twee keer per dag (in de morgen en in de avond) het voorste deel van het heiligdom binnen te gaan om op het reukofferaltaar vóór het voorhangsel bij het heilige der heiligen te offeren. In Exodus 30:7-8 wordt gezegd dat dit reukwerk “voor het aangezicht van de HERE” geschiedde. Waarom “voor het
in profetiSCH perSpeCtief WiJSt dit op JeZuS CHriStuS. aangezicht van de HERE”? Omdat de rook door het voorhangsel heen het heilige der heiligen binnendrong. Daarom moest het reukofferaltaar voor het voorhangsel staan. En hoewel het door een voorhangsel van de ark van het verbond in het heilige der heiligen gescheiden was, bevond het zich er op die manier toch vlak voor (vgl. Ex. 40:5). In die zin behoorde het reukofferaltaar indirect tot het heiige der heiligen. Daarom vertaalt de Schlachter Bijbel 2000 Hebreeën 9:3-4 als volgt: “Achter het tweede voorhangsel nu bevond zich de tent die het heilige der heiligen wordt genoemd; daartoe behoort het gouden reukofferaltaar en de ark van het verbond, geheel met goud overtrokken, en daarin lagen het gouden kruikje met het manna en de staf van Aäron die gebloeid had, en de tafelen van het verbond.” Het reukofferaltaar stond weliswaar voor het voorhangsel naar het heilige der heiligen toe, maar behoorde qua doelstelling tot het heilige der heiligen. Daarom zijn beide uitspraken juist. In profetisch perspectief wijst dit ook op Jezus Christus, die niet in het heilige is blijven staan, maar is doorgedrongen tot in het heilige der heiligen. Door Hem worden onze gebeden als reukwerk een heel aangename geur voor God de Vader. NORBERT LIETH
bestuurslid en prediker van Zendingswerk Middernachtsroep, auteur van verschillende boeken en oudste in de gemeente Middernachtsroep in Zwitserland. welk bijbelboek lees je het liefst of heb je het meest gelezen? Ik lees de Bijbel altijd doorlopend door en norbert Lieth daarom is er geen speciaal boek dat ik het meest gelezen heb. Maar de Brief aan Efeze is een Bijbelboek dat me altijd weer raakt. Hij wordt niet voor niets de kroon van de apostolische brieven genoemd. De brief aan Efeze schildert ons de volheid en de positie van de rijkdom die christenen in Jezus hebben. Daarom is het de moeite waard om deze brief steeds opnieuw grondig te lezen. welke boeken, afgezien van de bijbel, hebben je geloofsleven het meest gevormd? De boeken Die Bibel verstehen van Charles Ryrie, Bibel und Zukunft van Dwight Pentecost en Grundlagen biblischer Lehre van John Walvoord hebben me veel nut gebracht in mijn verstaan van de Bijbel.
"de brief aan efeZe iS een biJbeLboeK dat Me aLtiJd Weer raaKt. HiJ Wordt niet voor nietS de Kroon van de apoStoLiSCHe brieven genoeMd." wat betekent de verwachting van de spoedige wederkomst in het dagelijks leven voor je? Bij de term “verwachting van de spoedige wederkomst” denk ik meteen aan de houding van de Thessalonicenzen, die Paulus prijst als hij schrijft dat zij Jezus Christus uit de hemelen verwachten, die ons redt van de komende toorn (1 Thes. 1:10). Deze gemeente leefde dus in een levende verwachting van de spoedige wederkomst van Jezus. Men verwachtte Hem kennelijk nog tijdens hun leven. En omdat deze verwachting hun dagelijks christenleven, hun toewijding en hun dienst beïnvloedde, is dit voor mij een groot getuigenis.
Middernachtsroep 02.2016 15
In perspectIef
bIjbeLse Profe tIe
komt het wereldrijk europa eraan? er wordt veel gespeculeerd over de rol van europa in de bijbelse profetie. ook al blijft er nog heel wat duister, bij daniël en in openbaring vinden we toch enkele opmerkelijke aanwijzingen. een kort overzicht.
16 Middernachtsroep 02.2016
b
abylon 2600 jaar geleden: koning Nebukadnezar heeft een droom. Hij ziet “een groot standbeeld”, dat door een grote steen verpulverd wordt. Het hoofd van het beeld bestaat uit “goed goud, zijn borst en zijn armen waren van zilver, zijn buik en zijn dijen van brons, zijn benen van ijzer, zijn voeten gedeeltelijk van ijzer, gedeeltelijk van leem» (Dan. 2:31-34). Later verklaart de profeet Daniël dat dit beeld vier opeenvolgende wereldrijken voorstelt: het Babylonische, het Medo-Perzische, het Grieks-Macedonische en het Romeinse rijk. Deze rijken zijn in de wereldgeschie-
Spreuken
denis inderdaad na elkaar opgekomen en weer ondergegaan, precies zoals de bijbelse profetie het zegt. Of tochniet? Het Romeinse rijk is niet met één klap verpulverd, maar uiteengebrokkeld. De verklaring is eenvoudig: het Romeinse rijk zal weer opkomen en dan pas echt ten onder gaan. Na de beschrijving van het “vierde koninkrijk” (Dan. 2:40) spreekt Daniël duidelijk over een “verdeeld koninkrijk” (Dan. 2:41). Niettemin is hier geen sprake van een vijfde wereldrijk. Let maar op wat Nebukadnezar gezien heeft: het Babylonische rijk van goud wordt opgevolgd door het Medo-Perzische rijk van zilver. Het Medo-Perzische rijk wordt gevolgd door het Grieks-Macedonische rijk van brons. En op het Grieks-Macedonische rijk volgt het Romeinse rijk van ijzer. Het ijzeren rijk zal dus weer opkomen. Aan het ijzer wordt dan slechts leem toegevoegd. Verder gaat het bij het “verdeelde koninkrijk” om hetzelfde rijk als de “benen van ijzer”. In Daniël 7, waar deze wereldrijken als dieren worden voorgesteld, wordt dit bevestigd: er is slechts sprake van vier dieren. De Romeinse heerschappij van het vierde dier schijnt hier als een ononderbroken tijdsperiode voorgesteld te worden. Ondanks de twee verschillende stadia gaat het om een en hetzelfde Romeinse rijk. Patmos 700 jaar later: Nebukadnezars droom is intussen grotendeels werkelijkheid geworden. Het vierde, ijzeren Romeinse rijk beheerst de toenmalig bekende wereld. Johannes, die “om het getuigenis van Jezus Christus” naar Patmos is verbannen, ontvangt een openbaring van de Heer. Het is een onthulling over “wat spoedig moet geschieden” (Op. 1:1). Hij ziet onder andere “uit de zee een beest opkomen, dat zeven koppen en tien horens” heeft “en op zijn horens tioen diademen, en op zijn koppen een godslasterlijke naam” (Op. 13:1). Als je
Daniël 7 met Openbaring 13 vergelijkt, wordt duidelijk dat Johannes de opkomst van een nieuw toekomstig wereldrijk ziet. Of liever gezegd: de wederopstanding van een wereldrijk. Want er staat: “En ik zag een van zijn koppen als dodelijk gewond, maar zijn dodelijke wond werd genezen” (Op. 13:3a; vgl. 17:8a). In de toekomst zal een herleefd Romeinse rijk het toneel betreden. Over deze wederopstanding zullen de ongelovigen “zich verwonderen als zij het beest zien, dat was en niet is, hoewel het er toch is” (Op. 17:8b; 13:3b). De “draak”, dat is de duivel, zal het herleefde Romeinse rijk “zijn kracht, zijn troon en grote macht” geven (Op. 13:2; vgl. vs. 4). Volgens Openbaring 17:8 zal het “opkomen uit de afgrond”. Het herleefde Romeinse rijk zal een duivelse oorsprong hebben. Dat betekent dat dit wereldrijk zich zonder enige remmingen tegen God zal verheffen (Op. 13:1). Het duivelse karakter ervan zal ook blijken uit de verschrikkelijke vervolging van de gelovigen van deze tijd (Op. 13:7). De menselijke heerser van dit rijk wordt in Daniël 7:21 een “horen” genoemd, die oorlog voert “tegen de heiligen” en hen overwint. Zoals zo vaak zal de heerser het gezicht van het rijk bepalen. Met andere woorden, het rijk weerspiegelt de heerser ervan. Deze heerser en zijn rijk zullen echter in het verderf gaan. Zijn tijd is nauwkeurig beperkt tot 42 maanden of drie-eneen-half jaar (Op. 13:5). Met de laatste slag van Harmagedon komt er voorgoed een einde aan het Romeinse rijk (Op. 16:14; 19:19). Daniël 7:11 beschrijft deze gebeurtenis heel indringend: “Ik keek toe totdat het dier gedood werd en zijn lichaam vernietigd werd, en aan het laaiend vuur werd prijsgegeven”. Het Romeinse rijk zal dan nooit meer opkomen, maar wijken voor een “eeuwig koninkrijk”, namelijk het Koninkrijk van God (Dan. 7:27). J. C. VA N DE HA AR
een evangelical is iemand die billy graham graag mag; een liberaal is iemand die denkt dat billy graham een fundamentalist is; een fundamentalist is iemand die denkt dat billy graham een afvallige is. dAvId doCkery, PresIdent trInIty InternAtIonAL UnIversIty
iedereen denkt dat heiliging er uitziet als kracht. in werkelijkheid ziet het er uit als krachteloosheid. ed weLCH, PAstorAAL werker
elke theologie die je niet aan het zingen brengt, is in principe een gebrekkige theologie. j.I. PACker, tHeoLooG
Wie begint god in zichzelf te zoeken, kan tenslotte zichzelf met god verwarren. b.b. wArfIeLd (1887-1921), tHeoLooG
berouw en inkeer vereisen meer vertrouwdheid met god dan met onze zonde. rosArIA bUtterfIeLd, sCHrIjfster
Middernachtsroep 02.2016 17
In perspectIef
serIe
inFoBoX
Meer dan een groet
FILIPPENZEN 1:1-2
een doorlopende uitleg van de brief aan de filippenzen door verschillende predikers van Zendingswerk Middernachtsroep. deel 2, filippenzen 1:1-2.
d
e beide eerste verzen van de Brief aan de Filippenzen zijn meer dan slechts een simpele groet. Het is desondanks niet zo dat de ‘echte’ inhoud pas bij vers 3 begint. Want de eerste zin is karakteristiek voor de hele brief en dient dus als een soort visitekaartje. Vers 1 spreekt over Paulus en Timotheüs. Paulus, die van “lasteraar, vervolger en verdrukker” (1 Tim. 1:13) een “apostel van Jezus Christus” (Rom. 1:1) was geworden, had de jonge Timotheüs op zijn tweede zendingsreis als nieuwe medewerker gewonnen (Hand. 16:1-5) en hem later ook op zijn derde reis meegenomen. De Filippenzen wisten dus wie Timotheüs was. Omdat Paulus na de inleidende groet (Fil. 1:1-2) echter tot aan het eind van de brief in de ik-vorm schrijft, mogen we aannemen dat Timotheüs niet de medeauteur was, maar dat Paulus hem de Brief aan de Filippenzen heeft gedicteerd. Paulus noemt hem omdat hij de trouwste en betrouwbaarste medewerker was, zijn “geliefde en trouwe zoon in de Heer” (1 Kor. 4:17). Verder was Paulus van plan om Timotheüs spoedig naar de Filippenzen te sturen (2:23). Op een visitekaartje staat normaal gesproken alleen het belangrijkste en meest toepasselijke element van het werk vermeld. Interessant is wat Paulus in het inleidende vers (zijn visitekaartje, zeg maar) niet schrijft. In negen van zijn 13 brieven maakt hij zich in het eerste vers telkens als apostel bekend (Rom. 1:1; 1 Kor. 1:1; 2 Kor. 1:1; Gal. 1:1; Ef. 1:1; Kol. 1:1; 1 Tim. 1:1; 2 Tim. 1:1; Tit. 1:1; in 1 Thes. en 2 Thes. geen enkele beschrijving, in Flm. 1 “gevangene van Christus Jezus”). Bij de Filippenzen verzwijgt hij zijn apostelambt echter. Zijn autoriteit werd hier op geen
18 Middernachtsroep 02.2016
enkele wijze betwijfeld. En zo noemt hij zich samen met Timotheüs “dienstknechten van Jezus Christus”. Het Griekse woord voor ‘dienstknecht’ is doulos en betekent letterlijk ‘slaaf’. Tegenwoordig brengen we dit woord in verband met de verschrikkelijke uitbuiting van zwarten door een blanke bovenlaag. Paulus gebruikt dit begrip echter in de context van de Grieks-Romeinse cultuur van de eerste eeuw. Het houden van slaven was destijds een wijd verbreide en erkende maatschappijvorm; ongeveer een vijfde deel van de bevolking was slaaf. De Romeinse slavernij was niet beperkt tot mensen van een bepaald ras. De meeste slaven werden in de huishouding van hun heer geboren, groeiden er op, kregen vaak een opleiding en konden in elk beroep werkzaam zijn waarin ook vrije mensen werkten. Toch mogen we niet vergeten dat slaven in de eerste eeuw door tirannieke heren vaak wreed en slecht behandeld werden. Een slaaf was ongelimiteerd bezit van zijn eigenaar. Voor de wet werd hij als een goed en niet als een persoon behandeld. De sociale positie van een Romeinse slaaf was afhankelijk van de macht en de eer van zijn eigenaar. Trouwe en vlijtige slaven konden bazen over andere slaven worden en zowel in Griekenland als in Rome hun vrijheid verdienen en het burgerrecht verkrijgen. Al deze dingen waren de gelovigen van de eerste eeuw bekend; sommigen van hen waren zelf slaaf of slavin. In de meeste vertalingen wordt doulos met ‘dienstknecht’ weergegeven. Maar knechten en dienaars waren werknemers, terwijl slaven lijfeigenen waren die volledig bezit van hun heer waren. Alleen Herbert Jantzen houdt in zijn vertaling van het Nieuwe Testament rekening met dit gegeven. Hij vertaalt doulos in Filippenzen 1:1 met ‘lijfeigen dienstknecht’. Elke slaaf heeft een heer. Jezus wijst daarop als Hij vaststelt: “Niemand kan twee heren dienen” (Mat. 6:24). Het bij-
paulus en timotheüs, dienstknechten van Jezus Christus, aan al de heiligen in Christus Jezus die in filippi zijn. Met de opzieners en diakenen: genade zij u en vrede van god, onze vader, en van de Heer Jezus Christus!
belse getuigenis is helder: we zijn allemaal slaven! Er zijn alleen slaven van de zonde, afhankelijk van satan, of van hem vrijgekochte slaven van de gerechtigheid, afhankelijk van Jezus Christus (Rom. 6:17-18). Paulus gebruikt in Galaten 3:13 een begrip dat men in die tijd voor de koop of de vrijkoping van een slaaf gebruikte: “Christus heeft ons vrijgekocht van de vloek van de wet”. Jezus Christus heeft door zijn dood aan het kruis de allerhoogste prijs voor ons betaald. En nu past Paulus als vrijgekochte, bevrijde slaaf het woord ‘slaaf’ als vanzelfsprekend toe op de relatie van zichzelf en Timotheüs met de Heer en Meester Jezus Christus; op dat wat ze werkelijk zijn, op hun nieuwe identiteit: ze zijn “slaven van Jezus Christus”. Met deze uitdrukking omschrijven ook Petrus (2 Pet. 1:1), Jakobus (Jak. 1:1), Judas (Jud. 1:1) en Johannes (Op. 1:1) zichzelf. Is het dan nog verwonderlijk dat er in de hemel alleen maar slaven zijn? “En de troon van God en van het Lam zal daar zijn, en Zijn dienstknechten [douloi, slaven] zullen Hem dienen” (Op. 22:3). Het ontroerendste is echter dat de Heer Zich in Zijn vernedering Zelf een slaaf noemt. Zo zegt Paulus, geïnspireerd door de Heilige Geest, dat Jezus bij Zijn menswording de “gestalte van een dienstknecht” heeft aangenomen (Fil. 2:5-8), en dat betekent letterlijk de gestalte van een slaaf! “Een slaaf is niet meer dan zijn heer” (Joh. 13:16), en zo is Jezus niet het hulpje dat al mijn wensen vervult, maar de Heer der heren die mij heeft vrijgekocht en daarmee alle rechten op mij heeft verworven. Als christen ben ik een slaaf van Christus. Hij kan over mij beschikken zoals Hij maar wil. Overigens zijn we niet alleen maar slaven.
fInAnCIëLe verAntwoordInG
In Filippenzen 1:1b tot “al de heiligen in Christus Jezus die in Filippi zijn, met de opzieners en diakenen”. De heiligen zijn niet de bijzonder ‘vromen’, niet een elite van de christenheid. In de leerbrieven worden in principe alle mensen heiligen genoemd die door de Heer Jezus Christus zijn gered en daardoor eens en voor altijd geheiligd zijn (1 Kor. 6:11; Heb. 10:14). Christenen zijn heilig “in Christus Jezus” en niet op grond van hun daden. Heilig zijn betekent afgezonderd zijn voor de Heer, onafhankelijk van ons gedrag. We dienen onderscheid te maken tussen positie en toestand. Dat betekent heel praktisch gezien dat ons denken, voelen, wensen, spreken en doen steeds meer in overeenstemming met onze positie als heiligen behoort te komen. Dit proces noemt de Bijbel heiliging (vgl. Fil. 2:12; 3:12). Daarna spreekt Paulus ook het leiderschap van de gemeente aan. De “opzieners” (Gr. episkopoi) of oudsten (Gr. presbyterioi) of herders (Gr. poimenoi) zijn de geestelijk leiders van de gemeente en verantwoordelijk voor de geestelijke behoeften, de bewaring en de ontwikkeling ervan. De karakteristieke kwaliteiten voor dit ambt worden in 1 Timotheüs 3 en Titus 1 beschreven. De “diakenen” dienen de gemeente aan de zijde en onder de leiding van de oudsten. De kwalificaties voor diakenen worden ook in 1 Timotheüs 3 beschreven, maar daar
worden geen concrete taakgebieden omschreven. In principe betreft hun dienst alle terreinen van het gemeenteleven. Paulus sluit zijn groet in Filippenzen 1:2 af: “Genade zij u en vrede van God, onze Vader, en van de Heer Jezus Christus!” Dit is de standaardgroet in alle 13 brieven van Paulus. Het is eigenlijk een korte samenvatting van het Evangelie, een nauwkeurige beschrijving van hoe de verlossing werkt. “Genade” (Gr. charis) is onverdiende goddelijke gunst en genegenheid, een geschenk (deze groet is een alternatief voor de standaardgroet uit die tijd, chaireite, wat zoiets als ‘wees blij’ betekent.) “Vrede” (Gr. eirene) is het gevolg van “genade” – het is het gevolg van de redding. Het gaat dan om meer dan alleen verzoening, het gaat ook om gelukkig zijn en welzijn. Interessant is dat in de Griekse mythologie Eirene, de dochter van oppergod Zeus, als godin van de vrede functioneerde. Laat Paulus met deze groet misschien zien dat genade en werkelijke vrede alleen van de Heer kunnen komen? De ene gemeenschappelijke bron is: “van God, onze Vader, en van de Heer Jezus Christus!” Het voegwoord ‘en’ geeft aan dat de Vader en de Zoon op één lijn staan. Jezus is God! Het is de wens van Paulus dat deze goddelijke genade en deze goddelijke vrede bij de Filippenzen nog meer zullen groeien. Daarom gaat hij in vers 3 verder met een gebed dat we in het volgende deel gaan behandelen. FREDy PETER
in de maand december 2015 ontvingen wij met dank de volgende giften: algemeen Literatuur beth Shalom directe hulp israel Zuid-amerika eHbo-hulp peetouderschap bolivia radiowerk neue Hoffnung Mr uruquay internaat bolivia
11.546,88381,697.316,46330,0010,00685,40330,001.340,001.372,50-
Totaal
23.312,93-
in de maand december 2015 maakten wij de volgende kosten: afdracht bestemmingsgiften periodieken Mr en nui organisatiekosten inkoop literatuur verkoop literatuur
4.067,90 2.797,34 7.909,40 578,92 1.990,30-
Totaal
13.363,26
batig saldo
9.949,67-
Middernachtsroep 02.2016 19
ZendInGswerk
vluchtelingen op onze stoep DOOR ELIA MORISE
A
ls ik de grote massa vluchtelingen zie die naar Europa komen, moet ik aan Richteren 14:14 denken: “Eten kwam uit de eter, en zoetigheid kwam uit de sterke”. De vluchtelingen komen uit de door oorlog, onderdrukking en problemen geteisterde landen van de ‘eters’ en de ‘sterken’. Ze leven zonder hoop, maar in Europa kunnen ze de blijde boodschap horen en hun hart openstellen. En God kan dan een nieuwe hoop, namelijk ‘eten’ en ‘zoetigheid‘ bewerkstelligen. Vorig jaar heb ik in Duitsland veel diensten onder de asielzoekers gehad. Verbazend genoeg vroeg men het vaakst om een Nieuw Testament; vooral moslims deden dit. Op een keer was ik samen met een broeder in de Heer in een asielzoekerscentrum (eigenlijk een containerstad) in de omgeving van Heilbronn. Men heette ons hartelijk welkom. In een kamer vol met jonge mensen tussen de 18 en de 30 vroeg men mij waarom Jezus Christus eigenlijk naar de aarde was gekomen. Ik kon antwoord geven en het Evangelie vertellen. Voor we het in de gaten hadden, waren er twee uur omgevlogen. Aan het einde vroeg een jongeman met de naam Mohammed wat hij concreet kon doen om Gods redding te beleven. Ik was er zeker van dat Gods Geest aan het werk was. En daarom vroeg ik degenen die de redding persoonlijk wilden beleven op te staan. De anderen mochten zich vrij voelen om te blijven zitten of weg te gaan. De hele groep stond op. Tenslotte kreeg iedereen een Nieuw Testament in het Arabisch. Een andere keer was ik op een Arabische dag uitgenodigd, met eten en drinken, koffie en taart. Het was een vrolijke bedoening. Er waren 60 vluchtelingen,
20 Middernachtsroep 02.2016
deze gratis cd is bij de uitgeverij Middernachtsroep te bestellen.
vier met een christelijke achtergrond en 56 moslimvrienden. Ik preekte over de Koning van de vluchtelingen, Jezus, die vanwege Herodes met Zijn ouders naar Egypte moest vluchten. Ik verklaarde dat Hij de vluchtelingen goed kon begrijpen. Hij begreep de innerlijke onrust en de moeilijkheden die een nieuwe taal, een nieuwe cultuur, een nieuw klimaat en alle veranderingen met zich meebrachten. Jezus heeft dat allemaal Zelf meegemaakt, Hij weet precies wat het is om een vreemdeling te zijn. Daarom kan Hij helpen. Ik citeerde Hebreeën 2:18 in dit verband: “Want waarin Hij Zelf geleden heeft, toen Hij verzocht werd, kan Hij hen die verzocht worden, te hulp komen”. Toen zei ik tegen de aanwezigen: “Ik nodig jullie niet uit tot het christendom, ook niet tot de christenen, maar tot Christus Zelf. Als iemand in de zaal zijn leven aan deze Koning wil geven, mag hij bij mij komen en dan ga ik met hem bidden.” Ik kon mijn ogen nauwelijks geloven toen alle 60 vluchtelingen, ook de vier christenen, naar me toe kwamen. We vormden een grote cirkel en ieder van hen bad in zijn hart. Daarna bad ik en zeiden de anderen het gebed na. Ik had een boekentafel met Arabische lectuur en Nieuwe Testamenten meegenomen en reed na afloop zonder materiaal naar huis terug! Toen ik eind vorig jaar naar de zendingspost in Dübendorf kwam en dit aan
de medewerkers vertelde, kwam de gedachte op om een gratis distributie-cd in het Arabisch te gaan produceren met als titel ‘De Koning van de vluchtelingen’. Door Gods genade is deze nu verkrijgbaar en bij de uitgeverij Middernachtsroep te bestellen. Onlangs kreeg ik een telefoontje van een Arabische broeder in de Heer uit de VS. Hij vroeg me of hij mij met een klein team van vier personen kon bezoeken om een gebedskring op te zetten. Het team wilde dan met mij ook verschillende asielzoekerscentra bezoeken (waar dat is toegestaan). Deze afspraak ligt nu vast. Wilt u ook voor deze tijd bidden, om bewaring, en ook voor de mensen die tot bekering zijn gekomen en nog tot bekering gaan komen, dat ze vast mogen blijven in het geloof? Tot slot verzoek ik u om de vluchtelingen toch door de ogen van de Heer te bezien en in deze onrustige tijd open harten te hebben. Het is niet voor niets dat deze mensen bij ons op de stoep zijn beland. Het is nu de tijd voor de verkondiging en er is een mogelijkheid om een oogst voor God binnen te halen. Bid ook voor uw regering om wijsheid en steun. Denk vooral aan het principe dat God in Leviticus 19:33-34 aan Gods volk heeft gegeven: “Wanneer een vreemdeling bij u in uw land verblijft, mag u hem niet uitbuiten … u moet hem liefhebben als uzelf … Ik ben de HERE, uw God.“
Middernachtsroep Zendingswerk en uitgeverij Middernachtsroep
Corruptie, rampen en genadetijd DOOR ANDRé EN INGRID BEITZE (GUATEMALA-STAD)
M
enigeen heeft gehoord wat er het afgelopen jaar in Guatemala is gebeurd. De corruptie van de regering was zo apert dat de bevolking bijna elke week op het plein voor de regeringsgebouwen demonstreerde. Als gevolg daarvan moest eerst de vicepresidente aftreden, voor het gerecht verschijnen en naar de gevangenis. Daarna volgde de president zelf, hoewel beiden volhielden dat ze onschuldig waren. Een hele reeks regeringsambtenaren die in deze duistere zaakjes verwikkeld waren, belandde achter de tralies. Maar het is slechts het topje van de ijsberg. In diezelfde tijd begon de verkiezingscampagne tussen 14 verschillende partijen voor de in januari nieuw te vormen regering. Het waren turbulente weken. Tenslotte koos men op 25 oktober Jimmy Morales voor de volgende vier jaar. Hij is nog een nauwelijks bekend persoon, zonder een politieke carrière. Hij komt uit een christelijk ouderlijk huis, heeft een christelijke school bezocht en drie jaar aan het baptistenseminarie van Guatemala gestudeerd. Hij kent Gods Woord en weet wat God van hem vraagt. Maar het
andré en ingrid beitze
zal niet eenvoudig zijn te regeren, omdat de traditionele partijen in het Congres de meerderheid hebben. Ons gebed is dat de Heer hem capabele mensen ter zijde stelt die werkelijk bereid zijn om het beste voor het land te zoeken en geen zelfverrijking. In 2015 is het land zelf eerst geplaagd door te weinig regen, zodat veel oogsten verloren zjin gegaan. Daarna hadden we last van teveel water, wat grote schade heeft aangericht, zoals de aardverschuiving van Cambray II, die ongeveer 200 huizen meesleurde of bedolf, met ruim 280 doden en talrijke vermisten als gevolg. Moge de Heer dit land nog een genadetijd schenken, want er roept elke dag veel bloed en afgoderij tot de hemel. Het is genade dat we hier in Guatemala nog zoveel zaad mogen uitstrooien. In de boekwinkel krijgen we vaak de gelegenheid om mensen in hun nood te helpen. Laatst nog kwam er een vader bij ons wiens 14-jarige dochter in slecht gezelschap was geraakt. Hij was op zoek naar een nuttig boek. Wij konden hem met de juiste lectuur en met advies ter zijde staan. Ook komen er steeds meer mogelijkheden om met de Middernachtsroep boekentafel op allerlei conferenties en seminars aanwezig te zijn. Zo zijn er steeds weer mogelijkheden om andere mensen met lectuur over het Evangelie, de navolging van Christus en de wederkomst van Jezus te bereiken. En daar zijn we erg dankbaar voor.
www.middernachtsroep.nl STICHTER: Wim Malgo (1922-1992) BESTUUR nederland: aart Haverkamp, Woudenberg gerrit van Koppen, Woudenberg Jonathan Malgo, dübendorf berend de Wit, Hoevelaken NEDERLAND: Middernachtsroep, postbus 193, 3940 ad doorn, tel.: 0343 477288, fax: 0343 477447, e-mail:
[email protected] k.v.k. nr. 41166018 btW nr. nL 0028 18 668 b01 ZWITSERLAND: Mitternachtsruf, ringwiesenstrasse 12a, CH-8600 dübendorf, tel.: 0041 44 952 14 14, www. mitternachtsruf.ch ORGAAN: de «Middernachtsroep» verschijnt maandelijks en wordt bovendien in het duits, engels, frans, Hongaars italiaans, portugees, roemeens, Spaans en tsjechisch uitgegeven. REDACTIE: (adres Zwitserland) e-mail:
[email protected] LAYOUT: (adres Zwitserland) e-mail: layout@ mnr.ch PASTORALE VRAGEN: (adres nederland) HOTEL BETH-SHALOM: p.o.box 6208, HaifaCarmel 31061, israel, tel: (00972) 04 8373 480 fax: (00972) 04 8372 443, e-mail:
[email protected], Leiding: fredi en beate Winkler BETALINGEN: iban: nL52ingb0000409200 biC: ingbnL2a t.n.v. Middernacchtsroep doorn. ook voor belgië DRUK: postnL, ’s-gravenhage ABONNEMENTSPRIJS JAARLIJKS: nederland en belgië: geen abonnementsprijs meer maar een vrije gift, europa en Middellandse Zeelanden eur 26,40 buiten europa en Suriname eur 32,40. ADRESSEN VOOR DIVERSE TAKKEN: www.mitternachtsruf.ch/weltweit TESTAMENTAIRE BESCHIKKINGEN: (via een notaris) «ik legateer vrij van rechten en kosten aan de Stichting: Zendingswerk Middernachtsroep statutair gevestigd te Leiden en geregistreerd onder nummer .41166018. bij de Kamer van Koophandel rijnland, een bedrag van eur …» gedachtig aan het feit, dat alle menselijke kennis slechts ten dele is (1 Cor. 13:9), geven de auteurs onder eigen verantwoording hun persoonlijke visie weer.
Middernachtsroep 02.2016 21
AMen enkele gebedspunten van Zendingswerk Middernachtsroep.
Zwitserland We danken voor de steun van trouwe vrienden en vriendinnen. We bidden of de Heer ons werk ook dit jaar wil bewaren en tot zegen voor zijn gemeente wil gebruiken.
duitsland We danken voor onze vriendenkring in duitsland. We bidden of de Heer onze verkondigingsreizen en ontmoetingsdagen van dit jaar in het land wil voorbereiden en zegenen.
Hongarije We danken voor de mogelijkheden en open deuren in Hongarije. We bidden dat we voor het nieuwe jaar de juiste zwaartepunten vinden en geestelijk gezien meer land mogen innemen.
nederland We danken voor de nieuwe impulsen die de Heer ons het afgelopen jaar geschonken heeft. We bidden dat onze vriendenkring in 2016 door ons werk mag worden versterkt en uitgebreid.
roemenië We danken voor het veelzijdige, vruchtbare muziek- en lectuurwerk. We bidden om voortgang bij de bouw en de financiering van nieuwe noodzakelijke bureauruimte in 2016.
Italië We danken voor onze vrijwilligers, die zich naast hun beroepsmatige werkzaamheden voor de organisatie inzetten. We bidden om versterking van hun gelederen en om de nodige financiële draagkracht voor het zendingswerk. Israël We danken dat ons hotel in Haifa een getuigenis mag zijn. We bidden de Heer om ook in 2016 Zijn bewarende hand over het land en volk israël te houden.
Het Duizendjarige Rijk - eet utopie?
vs We danken voor het gezegende lectuurwerk hoewel er zoveel andere christelijke uitgevers in de vS zijn. We bidden om nieuwe aanwas in het medewerkersteam en om grensverlegging van het nieuwe Spaanstalige werk. bolivia We danken voor de nieuwe jonge medewerkers in onze gelederen. We bidden dat ons terrein ook in het nieuwe jaar bewaard zal blijven en mag worden uitgebreid voor het school- en internaatwerk. 22 Middernachtsroep 02.2016
brazilië We danken voor de grote belangstelling voor het profetisch Woord. We bidden om het gebrek aan medewerkers in de zomermaanden januari en februari op te vullen en ook om vertegenwoordigers voor in de vakantie. Uruguay We danken voor de vele evangelisatiemogelijkheden door het vrouwen- en radiowerk. We bidden om nieuwe jonge zendelingen en voor de financieel spannende situatie.
Guatemala We danken dat we tot nu toe bewaard zijn gebleven ondanks overvallen en economische nood. We bidden voor de nieuwe regering en de nodige veerkracht voor onze medewerkers.
Argentinië We danken voor de open deuren naar andere gemeenten en bijbelscholen toe. We bidden voor de veelzijdige zendingsreizen door het hele land met de Maranatha Latino Mobiel.
kameroen We danken voor de verschillende boekwinkels in het land. We bidden dat de lectuur van de boekenzendingen telkens in de juiste handen terechtkomen en harten zal aanspreken.
Nu te bestellen... Leven in de verwachting van Zijn Komst
Actie
Het nieuwe boek van Norbert Lieth houdt zich diepgaand bezig met de focus op de terugkeer van onze Heere Jezus Christus. Het boek behandelt de Bijbelse fundamentele leer om Hem dagelijks te verwachten en laat zien welke consequentie deze houding van verwachting op het leven van de individuele christen en de gemeente moet hebben. Dit boek moet het verlangen wekken om te leven in de verwachting van de spoedige komst van onze Heere Jezus. Norbert Lieth • 357 pag. • paperback
€ 14,95
Jezus’ rede op de Olijfberg
De Judasbrief
De rede van Jezus op de Olijfberg is één van de belangrijkste en opwindendste gedeelten uit de Heilige Schrift. De profetische uitspraken daarin zijn vandaag actueler dan ooit. Alle overige openbaringen over dit thema, tot en met het laatste Bijbelboek, zijn gebaseerd op deze redevoering van de Here over de eindtijd. Aan wie is de redevoering van Jezus op de Olijfberg gericht? Welke specifieke tijd wordt bedoeld? Waar staan wij vandaag? N. Lieth • 170p. • paperback € 7,50 € 5,00
Niet voor niets verschijnt de Judasbrief in gangbare Bijbelvertalingen als laatste brief voor het boek Openbaring. De schrijver toont voorbeelden uit het verleden die wijzen op de toekomst. Vooral de opname van Henoch is een beeld van de Opname der gelovigen. Een denkbare schets van de geestelijke toestand op de hele aarde, vlak voor de Opname en de daarop volgende Apocalyps. N. Lieth • 148p. • paperback € 7,50 € 5,00 De Opname
Wat de toekomst ons brengt Het eerste boek van de Bijbel laat ons zien waar wij vandaan komen; het laatste boek van de Bijbel openbaart waar wij heengaan. Daartussen liggen vele hoofdstukken die gaan over ons leven en over alles wat God gedaan heeft om ons een heerlijke toekomst te bereiden. De auteurs van dit boek laten uit de volheid van Gods Woord enige zeer interressante gedeelten zien die wijzen op Degene, Die verleden, heden en toekomst vast in handen houdt. o.a. N. Lieth • 208p. • paperback € 4,90 € 3,00
CD’s Maranathaweek met Norbert Lieth De toespraken van Norbert Lieth tijdens de Maranathaweek in januari 2016 onder het thema van het gelijknamige boek ‘Leven in de verwachting van Zijn Komst’ zijn op CD’s opgenomen. U kunt er één of meerdere van bestellen. Norbert Lieth • CD € 2,50/stk
Zendingswerk Middernachtsroep Postbus 193 3940 AD Doorn
De wederkomst van Jezus Christus is een zeer belangrijk thema in de Bijbel! Geen ander thema krijgt zoveel ruimte in de Bijbel, zowel in het OT als in het NT. Het is Gods bedoeling dat de mensheid gered wordt en geleid naar Jezus Christus en Zijn Rijk. De wederkomst van Jezus Christus zal de kroon op alle gebeurtenissen zijn. N. Lieth • 156p. • paperback € 6,00 € 5,00 De Isis crisis ISIS is de naam van een terreurbeweging in het Midden Oosten die bij velen angst inboezemt. Duizenden mensen zijn door deze terreurgroep van het leven beroofd. Hoe is deze beweging ontstaan? Zal ISIS een rol spelen in de eindtijd? Wat betekent ISIS voor Israël? Hoe moeten christenen reageren? In dit boekje geven de auteurs antwoord op deze en vele andere vragen. Tot slot moedigen ze christenen aan om de geestelijke wapenrusting te hanteren, rustig te blijven en te zien op Jezus. C. Dyer & M. Tobey • 159 pag. • paperback € 8,95
0343 - 477 288
[email protected] www.middernachtsroep.nl
De Leeuw, het Lam en de draak
zaterdag 5 maart 2016 begin 19:00 boekentafel • muziek en samenzang
PKN Gemeente De Hoeksteen Lindensteinlaan 1 9351KA Leek
Middernachtsroep
Spreker: René Malgo