Met stille trom Muziek uit Turkije in Nederland
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 1
Inhoudsopgave
Voorwoord
3
Inleiding
4
Hoofdstuk 1 Terminologie
5
Hoofdstuk 2 Even voorstellen 2.1 De bekendste organisaties voor Turkse muziek
6
Aslan Muziekcentrum, Amsterdam
6
Codarts, Rotterdam
6
El-Ele, Arnhem
6
Stichting Kulsan, Amsterdam
6
Stichting Sahne, Rotterdam
6
Stichting WMDC, Rotterdam
7
2.2 Overige organisaties
8
Hoofdstuk 3 De wereld van de Turkse muziek in Nederland
9
3.1 Educatie
9
3.2 De zichtbaarheid van Turkse muziek in Nederland
10
3.3 Een netwerk in de Turkse muziek?
11
3.4 De rol van de verschillende achtergronden
13
15
Hoofdstuk 4 Conclusies
17
Met dank aan
18
Colofon
19
3.5 Behoeftes
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 2
Voorwoord Kunstfactor vergaart als kennisinstituut en als netwerkorganisatie zo veel mogelijk informatie over kunstbeoefening in Nederland. ‘Kunst’ is hierbij een breed begrip, evenals ‘in Nederland’. Kunstfactor wil alles weten over alle kunstvormen die in ons land beoefend worden, door welke inwoner dan ook met als doel dat deze informatie en kennis kan bijdragen aan beleidsvorming voor en visieontwikkeling binnen de actieve kunstbeoefening. Hoewel er volgens het Centraal Bureau voor de Statistiek (CBS) bijna 400.000 mensen van Turkse afkomst in Nederland wonen, is over de kunstbeoefening van deze groep nog bijzonder weinig bekend. Er zijn wel verschillende onderzoeken gedaan naar amateurkunstbeoefening door allochtonen, maar zover bekend is er nog niet gekeken naar de specifieke doelgroep van amateurmuzikanten met een Turkse achtergrond. Kunstfactor vult met dit rapport het gat in de informatie en bedankt iedereen die aan dit onderzoek heeft meegewerkt. Tom de Rooij, directeur-bestuurder
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 3
Inleiding In de periode januari tot en met augustus 2011 is uitgebreid onderzoek verricht voor dit rapport. Er is desk study gedaan, maar de meeste informatie is verzameld door middel van interviews met betrokkenen uit de wereld van de muziek uit Turkije in Nederland. Dat hier niet staat ‘Turkse muziek’ maar ‘muziek uit Turkije’, heeft een reden. Als we het over ‘Turkse muziek’ hebben, moeten we in ogenschouw nemen dat niet iedereen die uit Turkije afkomstig is en muziek maakt, automatisch Turkse muziek maakt. Hiervoor bestaat een te grote verscheidenheid aan etniciteiten, die allemaal uit het land Turkije komen, maar zich niet allemaal als Turks bestempelen. Naast Turken zijn er bijvoorbeeld ook grote groepen Koerden, Assyriërs en Armeniërs, die weliswaar uit Turkije komen, maar allen hun eigen geschiedenis, taal en cultuur met zich mee dragen. Voor deze inventarisatie is alle muziek uit Turkije onder de loep genomen, ongeacht de etniciteit van de maker ervan. Omwille van de leesbaarheid zal in dit rapport toch over ‘Turkse muziek’ worden gesproken. Houdt u hierbij alstublieft in gedachte, dat hiermee dus wordt bedoeld ‘muziek uit Turkije’. Het doel van dit rapport is informatie bieden over amateurmuziek en -muzikanten uit Turkije die in Nederland woonachtig zijn. Ook geeft het rapport antwoord op de vraag of deze groep muzikanten een specifieke ondersteuningsvraag heeft. Het rapport heeft vier hoofdvragen:
Waar kan men in Nederland terecht voor educatie in de Turkse muziek? Hoe is het gesteld met presentatiemogelijkheden voor Turkse muzikanten? Is er sprake van een netwerk rondom de Turkse muziek in Nederland? Wat voor specifieke behoeftes bestaan er voor de Turkse muziek in Nederland?
Het rapport begint met een verklaring van enkele begrippen, daarna volgt een overzicht van organisaties die zich bezighouden met Turkse muziek en vervolgens worden bovenstaande vragen behandeld. Het rapport eindigt met conclusies en aanbevelingen.
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 4
Hoofdstuk 1 Terminologie Baglama of saz ‘Baglama’ en ‘saz’ zijn twee benamingen voor hetzelfde instrument, namelijk een luit met een lange hals, een peervormige klankkast en zeven snaren. ‘Saz’ is de algemene benaming voor dit instrument, dat drie maten kent: cura (klein), baglama (middel) en divan (groot). Van deze drie wordt de baglama het meest bespeeld. De termen ‘saz’ en ‘baglama’ worden in de volksmond door elkaar gebruikt. De termen zullen in dit rapport dan ook beide voorkomen, met name in citaten. Dit komt doordat de één het instrument nu eenmaal ‘baglama’ noemt, en de ander de benaming ‘saz’ gebruikt.
Ney De ney is een rechte, houten fluit die als dwarsfluit wordt bespeeld, en is karakteristiek voor de traditionele Arabische muziek.
Darbuka De darbuka is een eenvellige, vaasvormige trommel die in heel Turkije en de Arabische wereld met handen en vingers wordt bespeeld. De darbuka is karakteristiek voor alle traditionele Arabische muziek, maar heeft ook in de populaire muziek haar belangrijke plaats behouden.
Ud De ud of ut is een tokkelinstrument, een luit met korte hals van Arabische oorsprong. De ud wordt sinds jaar en dag ook in de Turkse muziek gebruikt. Voor een overzicht van Turkse instrumenten: http://www.culturebeats.nl/Mixtweb/Instr6.htm.
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 5
Hoofdstuk 2 Even voorstellen 2.1 De bekendste organisaties voor Turkse muziek Hieronder vindt u een beknopt overzicht van organisaties die zich bezighouden met Turkse muziek. Dat kan zijn op het gebied van educatie, podia of evenementen. De organisaties zijn op alfabetische volgorde gerangschikt. Dit zijn lang niet alle organisaties voor Turkse muziek, er bestaan ook vele verenigingen, kleinere instellingen en ook individuen die iets met Turkse muziek doen. De organisaties die hieronder worden besproken, zijn de bekendste binnen het segment.
Aslan Muziekcentrum, Amsterdam Aslan Muziekcentrum in Amsterdam is opgericht in 2001 en biedt lessen in onder andere saz, ud en darbuka. De essentie van het muziekcentrum is samenspel: het is belangrijk dat leerlingen, ongeacht hun afkomst, samen muziek kunnen maken. Artistiek directeur Zuhal Gezik: “Het is een moeilijke doelgroep want het zijn Koerden, Turken, Armeniërs, alles door elkaar. In Turkije vechten die, hier zingen ze elkaars liedjes.” Buiten de lessen die aan de 600 leerlingen op de eigen locatie worden aangeboden, geeft Aslan wekelijks les op 16 basisscholen.
Codarts, Rotterdam Codarts Hogeschool voor de Kunsten is het eerste en enige conservatorium buiten Turkije dat een Turkse muziekafdeling heeft. Hier studeren tussen de 20 en 25 studenten verschillende vormen van Turkse muziek, de meesten richten zich op de baglama. Als zij afstuderen worden zij professioneel muzikant of docent.
El-Ele, Arnhem El-Ele is in 1981 opgezet als Turkse dansgroep. Sinds 2008 is er ook een muziekafdeling, waar les wordt gegeven in de saz, gitaar, viool en piano. Ook heeft El-Ele een kinderen een volwassenenkoor, die zowel klassieke als volkmuziek ten gehore brengen. In totaal heeft El-Ele ongeveer 150 leerlingen uit heel Gelderland en het hoofddoel van de organisatie is het uitdragen van dans en muziek uit Turkije.
Stichting Kulsan, Amsterdam Sticht Kulsan, gevestigd in het Muziekgebouw aan ’t IJ in Amsterdam, biedt professionele hulp aan Turkse muzikanten. Regelmatig worden grote namen uit Turkije naar Nederland gebracht voor concerten, en ook voor Turkse muzikanten die in Nederland gevestigd zijn zoekt Kulsan podia waar zij kunnen optreden. Ook organiseert ze workshops, die gegeven worden door de optredende muzikanten.
Stichting Sahne, Rotterdam Kunststichting Sahne wil Turkse jongeren meer in contact brengen met kunst en cultuur en wil Turkse kunst bekender maken bij het Nederlandse publiek. De stichting organiseert zelf activiteiten en vervult een brugfunctie en culturele ambassadeursrol tussen de reguliere en de Turkse podia. Ze staat voor integratie op het gebied van kunst, participatie van migranten uit Turkije en stimulering van jongeren in artistieke richting.
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 6
De Turkse Muziek Club Rotterdam (TMC010) is onderdeel van Kunststichting Sahne en is gericht op promotie van Turkse hardrockmuziek in Nederland. Ze organiseert zowel optredens van professionele artiesten uit Turkije, als avonden waarop amateurmuzikanten zelf muziek ten gehore brengen. Het doel van is om amateurbandjes te presenteren en zo bij te dragen aan een positieve ontwikkeling van podiumkunsten onder Turkse jongeren.
Stichting WMDC, Rotterdam Het WMDC heeft geen kerntaak in de Turkse muziek, maar programmeert wel geregeld Turkse concerten. Ook houdt het sinds kort ‘Café Istanbul’, een avond in samenwerking met Stichting Kulsan waarop bekende muzikanten uit Turkije optreden. Ook Stichting Sahne organiseert soms activiteiten in het WMDC.
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 7
2.2 Overige organisaties Naast de bovengenoemde grote organisaties bestaan er ook tal van kleinere en minder bekende organisaties die zich inzetten voor Turkse muziek.
Kunststichting Regenboog, KSTR De KSTR in Rotterdam is actief op het gebied van muziek, dans en theater. Op muziekgebied organiseert ze workshops, waarbij de doelgroep voornamelijk bestaat uit jongeren in een achterstandspositie. Het doel van de stichting is om kunst en cultuur te stimuleren bij deze doelgroep. Secretaris van de stichting Sezer Degmez: “Zij hebben een trigger nodig om aan kunst en cultuur te doen, Turken kiezen over het algemeen eerder voor bijvoorbeeld sport dan voor theater of muziek.” Jongeren kunnen daarom bij Regenboog saz- en gitaarles krijgen. Ook biedt Regenboog zangcursussen aan, waarin de leerlingen traditionele Turkse liederen leren zingen en ook zangtechniek bijgebracht krijgen. Inpandig heeft Regenboog zo’n 200 cursisten, waarvan 90% een Turkse achtergrond heeft. De overige 10% bestaat voornamelijk uit Marokkanen, Portugezen en Kaapverdianen.
Stichting Kunstzinnige Vorming Rotterdam, SKVR Bij de SKVR, vestiging WMDC, kunnen kinderen vanaf 7 jaar en ook volwassenen terecht voor sazles. Er zijn twee sazdocenten werkzaam die ieder rond de 25 leerlingen hebben.
Turkse koren Zowel in Amsterdam als in Rotterdam bestaat er een Turks koor. Het Amsterdams-Turks Muziekkoor bestaat al 12 jaar en is sinds 2007 ook een officiële vereniging. Er zitten 12 zangers in het koor en 6 muzikanten. Het koor oefent in principe elke zondag en presenteert ieder jaar optredens in en buiten Amsterdam op festivals en in concertzalen. Ook zoekt het koor samenwerking met andere musici, wat resulteert in optredens met een gastsolist of een gezamenlijk optreden met andere orkesten en koren uit binnen- en buitenland. Het repertoire is zeer uiteenlopend, van klassieke Ottomaanse liederen tot populaire composities. Ook moderne liedjes passeren de revue. Er wordt gezongen in het Osmaans (Turks, Perzisch, Arabisch), Grieks en Nederlands. Het Rotterdams Turks Klassieke Muziek Koor verenigt zo’n 20 mensen met een Turkse afkomst, zowel mannen als vrouwen. Het repertoire van het koor is Turkse klassieke muziek, die ze minstens eens per jaar ten gehore brengen tijdens een concert. De leden van het koor komen uit het hele land en op zaterdag komt iedereen naar Rotterdam om te repeteren. De meeste koorleden zingen, maar er zijn ook mensen die de ud of viool bespelen voor de begeleiding. Behalve de dirigent, die klassieke piano studeert aan Codarts, Hogeschool voor de Kunsten, is iedereen amateurmuzikant.
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 8
Hoofdstuk 3 De wereld van de Turkse muziek in Nederland 3.1 Educatie Het aanbod van educatie in de Turkse muziek concentreert zich voornamelijk op de saz. Zowel bij muziekscholen en organisaties die muzieklessen aanbieden, als bijvoorbeeld in buurtcentra en theehuizen kan men terecht voor sazles. Het grote verschil tussen de muziekscholen en organisaties enerzijds en de buurtcentra en theehuizen anderzijds is de kwaliteit van het onderwijs. Bij muziekscholen zijn de lessen over het algemeen vrij duur, maar daar wordt wel onderwezen door een bevoegd docent. Bij de buurtcentra en theehuizen worden de lessen aangeboden door onbevoegde docenten, die goedkoop zijn maar over het algemeen ook weinig kwaliteit bieden. Volgens sazdocent Cengiz Tutar is het grote aanbod in steden als Rotterdam dan ook niet louter positief. Ook bevoegde docenten Nurten en Ahmet Erdogan, die lesgeven vanuit hun eigen bedrijf Masal Muziek, lopen tegen dit probleem aan: “Die lessen in buurthuizen hebben weinig kwaliteit maar zijn wel goedkoop. Dat is oneerlijke concurrentie, want het maait het gras voor de voeten van de bevoegde docenten weg.” Nurten Erdogan is de enige zangdocent in Nederland met een mastertitel in de richting Turkse Zang. Ondanks dit en het feit dat er zo’n 400.000 mensen met een Turkse achtergrond in Nederland wonen, kan zij nergens aan de slag als docent Turkse zang. Volgens Erdogan zelf komt dit doordat muziekscholen de kwaliteit van lessen niet belangrijk vinden. Dilaver Göktas, docent in Eindhoven, Oss en Den Bosch, constateert juist een gebrek aan aanbod. In de meeste grotere gemeentes kunnen mensen wel ergens terecht voor les, maar in de kleinere gemeentes is er soms geen aanbod. Dat is een probleem, omdat mensen die buiten hun eigen gemeente les nemen bij een muziekschool geen gebruik kunnen maken van gemeentelijke kortingen en soms tot wel twee keer zo veel betalen als inwoners van de betreffende gemeente. Göktas: “Voor de Turkse muziek zouden daar afspraken over moeten komen. Die mensen kunnen er niets aan doen, zij kunnen nu eenmaal niet in hun eigen gemeente terecht. Dan is het raar dat ze in een andere gemeente twee keer zo veel moeten betalen. Die leerlingen verlies je dan meestal omdat het gewoon te duur is.”
Autodidact Ook Faruk Köklü uit Enschede onderkent het probleem van het ontbreken van aanbod. Hij geeft aan dat muzikanten meestal autodidact zijn en zich niet verder ontwikkelen. Zij treden wel op op bruiloften en feesten, maar als ze elders willen optreden lukt dat niet omdat ze kwaliteit, en daardoor de aansluiting, missen. Köklü: “Het feit dat de meesten autodidact zijn, komt doordat er weinig mogelijkheden zijn om Turks muziekonderwijs te krijgen. De muziekschool in Enschede heeft het een tijdje geprobeerd aan te bieden, maar daar waren de prijzen dan weer zo hoog dat er weinig animo voor was. Daardoor zijn ze er maar weer mee gestopt. Kleine organisaties en verenigingen bieden zelf ook wel lessen aan, maar daar is het niveau weer laag. Voor degenen die verder willen zijn er weinig opties.” Muzikant en docent Semih Arikan denkt dat muziekscholen weinig moeite doen om Turkse muzikanten binnen te halen.
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 9
“In Rotterdam wonen 50.000 Turken, maar de muziekschool heeft maar 10 Turkse leerlingen. Dat zegt toch wel iets.”
Een ander probleem in de Turkse muziekeducatie is het ontbreken van een bepaalde lesmethode. Voor de saz speelt dit probleem niet zo, daar zijn wel honderden lesboeken over geschreven (onlangs zelfs een in het Nederlands), dus er is genoeg keus voor docenten. Voor educatie in iets anders dan de saz, zoals zang of percussie, is er wel een probleem. Daar zijn nauwelijks lesboeken voor beschikbaar, waardoor docenten vaak uit hun eigen ervaring lesgeven. Volgens Martin Greve van Codarts is er dan ook behoefte aan een standaardlesmethode voor docenten. Sowieso is buiten de saz het educatieaanbod in de Turkse muziek beperkt. Hier en daar is het mogelijk om onderwezen te worden in de ney, darbuka of ud, maar volgens Sezer Degmez van Kunststichting Regenboog zijn er zo’n 10 tot 15 traditionele instrumenten waarin het in Nederland niet mogelijk is om les te krijgen. Ook voor de klassieke muziek ontbreekt een gedegen educatieaanbod; er wordt vooral volksmuziek onderwezen.
3.2 De zichtbaarheid van Turkse muziek in Nederland Een veelgehoorde klacht in alle niet-mainstream muzieksoorten is het gebrek aan zichtbaarheid en optreedmogelijkheden. Hoe is het hiermee gesteld voor de Turkse muziek? Volgens Zuhal Gezik van Aslan Muziekcentrum zit het met de zichtbaarheid in de grote steden wel goed. Dit komt mede doordat de Turkse muziek een onderdeel is bij verschillende conservatoria. Buiten Amsterdam en Rotterdam is er echter weinig te doen. Gezik zou graag willen dat Turkse muziek meer zichtbaarheid kreeg, zowel op podia als in het aanbod van de muziekscholen. Muzikant en docent Bahaddin Bilgin uit Tilburg sluit zich bij bovenstaande woorden aan. Bilgin: “In Rotterdam en Amsterdam heb je wel cafés met live Turkse muziek, maar in Brabant niet. Het enige wat erbij in de buurt komt in Tilburg is een Turks restaurant waar af en toe iemand optreedt, maar dat is meer om de Nederlandse gasten te vermaken.” Nermin Cingöz van El-Ele uit Arnhem vindt het jammer dat de reguliere muziekscholen de Turkse muziek niet hebben opgepakt: “Ik weet niet of het had geholpen als muziekscholen eerder iets met wereldmuziek hadden gedaan, maar ze hebben het in ieder geval niet goed aangepakt. Dan doen wij het beter.” Stichting Kulsan is positiever en geeft aan dat de zichtbaarheid van Turkse muziek de laatste jaren erg is verbeterd, en dat zelfs in de provincie tegenwoordig wel concerten plaatsvinden.
Weinig optreedmogelijkheden Cengiz Tutar ziet het minder rooskleurig. Hij constateert dat er genoeg optreedmogelijkheden zijn, maar dan alleen voor cross-overs. Dat komt volgens hem omdat je daar gemakkelijker subsidie voor krijgt. Om muziek optimaal te benutten, aldus Tutar, moet je het echter ook puur kunnen houden. Het voordeel van cross-overs is daarentegen wel dat je een breder publiek bereikt. Het Amsterdams-Turks Muziekkoor heeft geen budget om zelf grote concerten te organiseren en ontvangt ook geen subsidie meer van de gemeente. Wel treedt het af en
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 10
toe op bij festivals en culturele activiteiten. Aysen Atilgan: “Na elk optreden krijgen wij leuke en enthousiaste reacties, vooral van niet-Turkse mensen. Ze zeggen dat ze nooit van Turkse klassieke muziek hebben gehoord, vragen of er weer optredens zijn en of ze een kijkje mogen nemen bij repetities. Turkse traditionele instrumenten en liederen trekken zo veel aandacht dat wij na elk concert of optreden tijd maken om hier iets over te vertellen. Dat bewijst weer hoe je met muziek op een laagdrempelige manier in contact komt met medemensen.” Het Rotterdams Turks Klassieke Muziek Koor treedt minimaal één keer per jaar op in De Doelen en probeert daarnaast ook kleinere concerten te organiseren. Toch gebeurt er in het algemeen niet zo veel op het gebied van Turkse muziek, vindt Erhan Günbulut van het Rotterdamse koor. “Vroeger had je nog wel livemuziek in eetcafés, maar dat komt ook niet vaak meer voor in verband met vergunningen. Bovendien is het moeilijk muzikanten te vinden. Die nemen liever meer commerciële klussen aan, waar ze meer geld mee kunnen verdienen.”
3.3 Een netwerk in de Turkse muziek? Zoals eerder in dit rapport te lezen valt, zijn er ongeveer 10 organisaties die zich bezighouden met Turkse muziek. Verder zijn er een heleboel muzikanten en ‘losse’ aanbieders van muzieklessen. De meeste van deze organisaties en personen kennen elkaar, maar toch is er geen sprake van een netwerk in de Turkse muziek in Nederland. Dat komt onder andere doordat organisaties allemaal hun eigen belangen hebben. Ook tussen individuen is er veel concurrentie, zowel op de markt als op persoonlijk niveau. Volgens de meeste informanten voor dit onderzoek zijn er onderlinge vetes en afgunst. Dat het ontbreken van een netwerk nadelig kan uitpakken, heeft Faruk Köklü van het Anatolië Festival en OostCultuur ondervonden. Köklü: “Enkele jaren geleden organiseerde Stichting Kulsan het Turkey Now!-festival. Omdat dat zich allemaal in de Randstad afspeelde, wilde ik me graag aansluiten bij het festival en in Enschede ook iets programmeren. Dat kon wel, maar dan moest ik zelf volledig voor de financiering zorgen. Er was geen enkele ondersteuning en dus ging het feest niet door.”
Subgroepen Ook binnen subgroepen in de Turkse muziek wil zich maar geen blijvend netwerk vormen. Zo hebben de Turkse koren van Amsterdam en Rotterdam, die beide klassieke liederen ten gehore brengen, elkaar wel een keer ontmoet, maar daar is het verder bij gebleven. Erhan Günbulut van het Rotterdams Turks Klassieke Muziek Koor: “Voor de Turkse volksmuziek zijn er enkele duizenden muzikanten in Nederland, voor de Turkse klassieke muziek misschien maar honderd. Toch is daar ook niet echt een netwerk zichtbaar. Dat komt deels door de kosten die het met zich meebrengt om bijvoorbeeld met een ander koor iets samen te doen, en deels doordat veel mensen ook gewoon thuis met de familie muziek maken.” Hoewel muziek binnen de Alevitische gemeenschap een grote rol inneemt, is ook daar geen formeel netwerk zichtbaar. Baki Akansu van de Alevitische Vereniging Dordrecht ziet wel verbinding binnen een stad, maar niet tussen verenigingen in verschillende steden: “De Alevitische gemeenschap is kleiner dan de Turkse, dus mensen zoeken elkaar meer op. Dat geldt ook voor muzikanten. Voor organisaties is het echter lastiger. Vroeger was er wel samenwerking met Alevitische organisaties in Den Haag en Rotterdam, maar de relaties zijn wat vertroebeld. Dat komt doordat iedere vereniging
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 11
zijn eigen activiteiten en prioriteiten stelt. Bovendien zitten wij nu eenmaal in Dordrecht, dus we willen ons ook graag binnen de Dordtse gemeenschap nuttig maken. We hoeven niet zo nodig iets met andere steden.” Ondanks het gebrek aan een netwerk in de Turkse muziek, werken verschillende organisaties op kleine schaal wel samen. Zo biedt het WMDC haar locatie aan aan Kunststichting Sahne als het een project met een goede doelstelling heeft. Dan heeft het WMDC de doelgroep binnen en heeft Sahne een gratis locatie, waardoor een win-winsituatie ontstaat. Een belangrijke stap voor de Turkse muziek zou een samenwerking tussen het WMDC en Codarts zijn. Volgens Maarten Gulickx van het WMDC staat dit ook zeker op de agenda. Gulickx: “Er is zo veel kennis, dat moet je samenbrengen. Maar voor het tot een daadwerkelijke samenwerking kan komen, moet eerst een gezamenlijke visie worden ontworpen; pas als die staat kun je verder praten.” Codarts werkt wel al samen met Stichting Kulsan en ook Kunststichting Sahne. Dat beperkt zich echter tot bijvoorbeeld het uitwisselen van artiesten voor een workshop. Martin Greve van Codarts meent dat de samenwerkingen die er zijn, erg informeel zijn opgezet. Hij vindt het gebrek aan een netwerk een slechte situatie.
Geen netwerk, wel behoefte? Er bestaat dus geen netwerk voor Turkse muziek in Nederland. De vraag rijst of daar wel behoefte aan zou zijn. De meningen hierover blijken verdeeld. Martin Greve van Codarts heeft ervaringen met het opzetten van een netwerk in Duitsland, waar het helaas mislukt is. Greve is dan ook sceptisch: “Waarschijnlijk zeggen muzikanten en organisaties wel dat er behoefte aan is, maar zal het in de praktijk toch niet werken.” Aysen Atilgan van het Amsterdams-Turks Muziekkoor is ook realistisch: “Er zou wel behoefte zijn aan meer netwerkvorming, maar we leven in drukke tijden en ieder doet dingen voor zich. Dat is jammer, maar ook logisch.” Nermin Cingöz van El-Ele vindt een netwerk ook niet per se nodig; volgens haar zouden mensen zelf meer initiatief moeten nemen als ze iets willen opzetten. Degenen die aangeven wel behoefte te hebben aan een netwerk, denken wel dat dit onder bepaalde voorwaarden zou moeten plaatsvinden. Sazdocent Dilaver Göktas bijvoorbeeld zou het interessant vinden als het om een afgebakende groep gaat, zoals docenten in het vak. Nermin Cingöz geeft aan dat een netwerkbijeenkomst voor docenten, waarbij ze hun leerlingen aan elkaar kunnen presenteren, een goed idee zou zijn. Ook Faruk Köklü geeft een grens aan: “Zeker voor amateurmuzikanten zou het goed zijn als er een netwerk was. Een netwerkdag zou wel een succes kunnen zijn voor muzikanten zelf, maar niet voor organisaties. Die hebben veel te veel eigenbelang.” Docenten Nurten en Ahmet Erdogan menen dat een netwerk interessant zou zijn, maar dat dit dan waarschijnlijk de vorm van een meeting zou moeten aannemen. Je moet dan goed bedenken wat het doel is en wie er komen. Een eenmalige ontmoeting zou volgens hen misschien wel succes opleveren, een lange termijntraject wordt moeilijk. Een platform op internet zou ook goed zijn, meent Zuhal Gezik van Aslan Muziekcentrum, maar dat zou dan wel door een instantie van buitenaf opgezet moeten worden, om concurrentie en persoonlijke voorkeuren uit de weg te gaan. Toch zijn er ook positieve geluiden te horen. Mehmet Polat wil juist wel meer contact met andere Turkse muzikanten in Nederland. Hij vindt dat zij meer open moeten staan voor multiculturele projecten en samenwerkingsverbanden, en dat ze met hun
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 12
instrumenten zowel traditionele Turkse muziek als westerse muziek zouden moeten spelen. Ook Stichting Kulsan geeft aan dat ondersteuning voor muzikanten goed zou zijn. Dilaver Göktas zou het fijn vinden als er een netwerk was, zodat hij de lesboeken die hij heeft geschreven kon promoten. Docent en muzikant Bahaddin Bilgin heeft zelfs zo veel behoefte aan een netwerk dat hij van plan is om in zijn woonplaats Tilburg een stichting op te zetten. Deze stichting moet een kleine muziekschool voortbrengen en vooral ook als netwerk fungeren. Muzikanten moeten elkaar hier kunnen vinden en er moet een overzicht komen van wie er bezig is met Turkse muziek en wie wat doet, heeft en kan.
3.4 De rol van de verschillende achtergronden Zoals in de inleiding te lezen is, is Turkije een bijzonder multicultureel land waar zowel Turken, Koerden, Assyriërs, Armeniërs als andere bevolkingsgroepen vandaan komen. Wie zich in de geschiedenis van Turkije verdiept, komt verhalen tegen van strubbelingen tussen al deze bevolkingsgroepen. Tegenwoordig gaat het, zowel in Turkije als in Nederland, een stuk beter met de onderlinge verhoudingen. Er zijn natuurlijk altijd uitzonderingen, maar de meeste mensen uit Turkije accepteren in het dagelijks leven elkaars verschillende achtergrond. Özlem Ates van Kosmopolis Rotterdam verwoordt het als volgt: “De verschillende etniciteiten kunnen in het dagelijks leven best door een deur, maar politiek is wel een belangrijk gespreksonderwerp. Binnen Nederland is dat ook zo. Als twee mensen uit Turkije elkaar ontmoeten, is een van de eerste vragen altijd waar je vandaan komt. Aan de hand daarvan weet je onmiddellijk de achtergrond en het politieke standpunt van de ander. Iedereen gaat prima met elkaar om, maar het leeft dus wel.” Aysen Atilgan van het Amsterdams-Turks Muziekkoor beaamt dit: “Het rassenvraagstuk speelt wel in de politiek, maar niet onderling. Dat is zowel in Turkije als in Nederland het geval. Bij het koor letten we er ook wel op dat er geen onderscheid gemaakt wordt. Het gaat om mensen en samenzijn. We zijn al zo’n kleine groep, als je daar ook nog eens onderscheid in gaat maken…” Ook bij El-Ele in Arnhem speelt de etnische achtergrond van leerlingen en docenten geen enkele rol. Nermin Cingöz: “Zowel de leerlingen als de docenten hebben verschillende achtergronden. Als we merken dat leerlingen daar een probleem van maken, spreken we ze daarop aan. We sturen ze niet weg, maar gaan de dialoog aan en proberen ze voor ons te winnen. De leerlingen weten ook dat ze hun persoonlijke voorkeuren thuis laten en dat zodra ze bij ons zijn, iedereen gelijk is. Dat werkt heel goed, we zijn heel trots op ze. Verschil is iets positiefs, je moet de kracht daarvan gebruiken. Zo kom je tot elkaar.”
Religie Behalve verschillende etniciteiten spelen ook verschillende religies een rol binnen de Turkse samenleving. De Alevieten vormen een grote groep binnen de Turkse gemeenschap. Volgens Baki Akansu van de Alevitische Vereniging in Dordrecht levert ook dit tegenwoordig weinig problemen op: “Tot aan de tweede generatie hadden mensen van verschillende etniciteit en religie niet zo veel contact met elkaar, maar onder de huidige generatie jongeren speelt dit niet zo’n rol. In Dordrecht al helemaal niet, het is een kleine stad en de meeste mensen kennen elkaar. Je gaat geen ruzie met je buurman maken omdat hij toevallig iets anders gelooft.”
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 13
Toch speelt de grote diversiteit aan etniciteiten en religies volgens menigeen een rol in de muziek. Waar iedereen in het dagelijks leven prima met elkaar door een deur kan, is samenwerking op muzikaal gebied een zeldzaamheid. Cengiz Tutar van de Turkse Muziekstudio verwoordt het als volgt: “Van alle verenigingen of organisaties die iets met muziek uit Turkije doen, maken de meeste onderscheid in ras. Dat is een van de redenen dat de muziek uit ons land nog steeds niet goed vertegenwoordigd wordt. Je doet het pas goed als je alle regio’s vertegenwoordigt, maar dat doet bijna niemand. Dat is jammer.” Ook Faruk Köklü, die meermalen het Anatolië Festival organiseerde, ziet dat de verschillende groepen niet warmlopen voor elkaars muziek. Köklü: “Het Anatolië Festival wilde benadrukken dat Turkije een multiculturele samenleving heeft, dus alle groepen kregen een podium op dit festival. Maar wat je zag, was dat het publiek alleen uit de eigen bevolkingsgroep afkomstig was. Er werden dus geen optredens van andere bevolkingsgroepen bezocht.” Köklü wil nu graag een project opzetten waarin deze groepen wel kunnen samenwerken, maar dit is nog geen concreet idee. In Turkije zelf gebeurt dit overigens al wel, daar is een koor gevormd waarin verschillende bevolkingsgroepen elkaars religieuze liederen zingen. Ook muzikant en docent Bahaddin Bilgin vindt het jammer dat het onderscheid bestaat: “Een echte muzikant speelt met iedereen.” Het Rotterdams Turks Klassieke Muziek Koor heeft een andere ervaring. Erhan Günbulut van het koor vertelt: “Bij Turken in Nederland speelt de afkomst niet zo’n grote rol als in Turkije. In het koor zitten vast ook een paar Koerden, maar ik weet eigenlijk niet eens van iedereen wat zijn of haar achtergrond is. Dat maakt ook niet uit, we komen hier om met elkaar te zingen.”
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 14
3.5 Behoeftes In de voorafgaande paragrafen viel al te lezen dat op het gebied van educatie nog een grote slag te slaan is in de Turkse muziek. Wat zijn verder de specifieke behoeftes voor de Turkse muziek in Nederland?
Geld en facilitaire ondersteuning Zoals voor vele andere stromingen het geval is, is ook voor de Turkse muziek geld een belangrijk probleem. In het kader van de bezuinigingen van de overheid trekken veel gemeentes hun subsidies terug, zoals de Alevitische Vereniging in Dordrecht aan den lijve ondervindt. Wel heeft zij nog sponsoren uit het bedrijfsleven. Ook Aysen Atilgan van het Amsterdams-Turks Muziekkoor geeft aan dat geld een belangrijke factor is: “Wij maken muziek omdat we het leuk vinden en willen het ook graag bekender maken bij Nederlanders. Het doel van ons koor is het delen van muziek en samen zijn. We hebben dus geen financiële doelstelling, maar om onze activiteiten uit te kunnen voeren is wel geld nodig.” Volgens Cengiz Tutar is er wel geld, maar wordt het niet goed genoeg verspreid. Het meeste geld wordt geïnvesteerd in educatie in de saz, terwijl er ook behoefte is aan les in andere instrumenten. Een bijkomend probleem daarbij is echter dat het erg moeilijk zou zijn om bevoegde docenten te vinden voor andere instrumenten dan de saz. Het merendeel van de informanten geeft verder aan niet goed thuis te zijn in de wereld van de subsidieverstrekking. Het zou goed zijn als er een overzichtelijke website kwam met informatie over subsidiemogelijkheden, maar deze vraag is niet specifiek voor de Turkse muziek. Sowieso weet de gemiddelde Turkse muzikant de weg naar de Nederlandse infrastructuur niet te vinden, aldus Atilgan van het AmsterdamsTurks Muziekkoor. Dat heeft niet met een taalprobleem te maken, maar meer met onwetendheid en eigenwijsheid. Atilgan: “Turken willen graag met eigen middelen dingen oplossen, zijn erg ondernemend. Toch zou het goed zijn als er meer informatie en ondersteuning was, daar word je ook weer creatiever van.” Verder hebben verenigingen en organisaties vaak een facilitair probleem; zij hebben geen eigen gebouw maar moeten veelal bij andere instellingen een ruimte huren. Het Rotterdams Turks Klassieke Muziek Koor bijvoorbeeld oefent in een oud schoolgebouw, waar het op zaterdag anderhalf uur lang terechtkan. Het Amsterdamse koor oefent officieel bij een buurthuis in Amsterdam-West, maar als dat gebouw bezet is moet het uitwijken naar een Turkse vereniging. Als ook daar geen ruimte is, wordt bij iemand thuis geoefend. Dit brengt veel logistiek geregel met zich mee, en is zeker geen ideale situatie. Dans- en muziekschool El-Ele uit Arnhem geeft haar lessen op drie verschillende locaties, wat lastig is voor de leerlingen en hun ouders. Nermin Cingöz van El-Ele is dan ook naarstig op zoek naar een eigen pand, waar ze voor langere tijd terechtkunnen. “Op deze manier kunnen we niet doorgroeien”, meent Cingöz. Ook individuele muzikanten en docenten hebben moeite met het vinden van oefen- of doceerruimte.
Breder publiek / podium Een ander veelgehoord probleem is, zoals ook voor zo veel andere niet-mainstream muziekstromingen geldt, het ontbreken van een podium. Er treden in Nederland met regelmaat bekende artiesten uit Turkije op, maar voor Turkse talenten van Nederlandse bodem is nog niet zo veel plek. Er is wel een aantal organisaties die zich hiervoor
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 15
inzetten, zoals Kunststichting Sahne uit Rotterdam, maar toch zijn er volgens velen nog niet genoeg mogelijkheden. Stichting Kulsan geeft aan dat het goed zou zijn als er vaker leerlingen van muziekscholen in het voorprogramma van grote optredens zouden staan. En zeker buiten de Randstad is er maar weinig te doen op het gebied van de Turkse muziek. In Enschede bijvoorbeeld, waar toch een grote populatie Turkse mensen woont, is het lastig om mensen te enthousiasmeren voor een Turks optreden. Sowieso is het moeilijk om niet-Turkse mensen te bereiken met Turkse muziek, aldus Baki Akansu van de Alevitische Vereniging Dordrecht. Er moet daarom een bredere programmering van Turkse muziek komen, dus niet alleen bij Turkse evenementen maar ook bijvoorbeeld op multiculturele festivals. Ook volgens Nermin Cingöz van El-Ele kan er nog een slag gemaakt worden in de zichtbaarheid van de Turkse muziek. Zij vindt dat organisatoren van evenementen en festivals breder moeten zoeken. Een jazzfestival zou bijvoorbeeld ook Turkse jazz kunnen programmeren.
En verder? Wat verder nodig is, is aandacht en bekendheid. Dit hebben muzikanten grotendeels zelf in de hand, zij moeten beseffen dat ze verder kunnen komen in de muziek. Zuhal Gezik van Aslan Muziekcentrum geeft aan dat het belangrijk is dat de jeugd een voorbeeld heeft. Bij Aslan zelf zijn dit soort voorbeelden voorhanden in de vorm van docenten en leerlingen die hun muziek ook buiten Aslan uitdragen. Ook Özlem Ates van Kosmopolis Rotterdam mist aandacht voor de Turkse muziek: “Turkse muziek is erg rijk maar je ziet er weinig van terug. Er moet meer aandacht en waardering komen.” Docent Bahaddin Bilgin is het met Gezik en Ates eens. “Er is meer bekendheid nodig en dat kunnen we zelf genereren. Waarom is de gitaar wel wereldwijd bekend en de saz niet? Turken moeten meer lef hebben om de saz uit te dragen.” Volgens Nermin Cingöz hebben leerlingen soms moeite met het vinden van een goede saz. Dat probleem wordt al aangepakt: een van de docenten van El-Ele gaat een muziekwinkel beginnen waarvoor hij groot inkoopt in Turkije en zo voor een lage prijs kwalitatief goede saz kan verkopen. Ondanks het feit dat er slechts matig behoefte is aan een netwerk, geven sommige mensen verder aan dat er wel behoefte is aan uitwisseling. Dat kan binnen Nederland zijn, bijvoorbeeld tussen de verschillende culturen die uit Turkije afkomstig zijn, maar vooral uitwisseling tussen Nederland en Turkije zou goed zijn voor de ontwikkeling van de muzikanten hier, vindt Stichting Kulsan. Ook de Tilburgse Kunstbalie heeft geconstateerd dat Brabantse Turkse muzikanten graag een uitwisseling met Turkije aan zouden gaan.
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 16
Hoofdstuk 4 Conclusies Er is in Nederland een aantal organisaties die zich bezighouden met educatie in of promotie van de Turkse muziek. Zij zijn veelal gevestigd in Amsterdam of Rotterdam, buiten die steden gebeurt er weinig op dit gebied. In de educatie op het gebied van Turkse muziek valt een aantal zaken op. Ten eerste is er een groot verschil tussen onderwijs van gediplomeerde en van ongediplomeerde docenten. De gediplomeerde docenten geven lessen van hoge kwaliteit maar zijn verbonden aan muziekscholen of culturele instellingen, en daardoor duur en voor sommige mensen minder aantrekkelijk. Bij muziekscholen zijn dan ook opvallend weinig Turkse mensen aangesloten. De lessen van ongediplomeerde docenten zijn goedkoper maar ook minder van kwaliteit. Voor de artistieke ontwikkeling van de leerlingen is dit dus niet optimaal. Als iemand les wil in iets anders dan de saz, moet diegene sowieso goed zoeken, want het aanbod is buiten de saz erg beperkt. Qua zichtbaarheid van de Turkse muziek kan geconcludeerd worden, dat er in Amsterdam en Rotterdam vrij veel gebeurt. Daarbuiten echter, zelfs in gebieden waar grote groepen mensen van Turkse afkomst wonen, gebeurt er weinig tot niets. Dit is mede het gevolg van het ontbreken van een netwerk in de Turkse muziek. Organisaties werken op kleine schaal wel samen, maar structurele verbanden bestaan er niet. Daar is ook maar matig behoefte aan, slechts enkele organisaties zetten zich in voor meer onderlinge samenwerking om de kennis bijeen te brengen. Voor de meeste betrokkenen geldt dat als er al getracht wordt een netwerk op te zetten, dit dan wel een specifieke doelgroep zou moeten hebben, bijvoorbeeld vakdocenten of muzikanten zelf. Tussen de verschillende organisaties bestaat te veel concurrentie voor een succesvol netwerk. Ook de verschillende etnische groepen die uit Turkije afkomstig zijn, zouden een netwerk in de weg kunnen staan. Hoewel de verschillen tussen deze groepen in het dagelijks leven nauwelijks problemen opleveren, lopen ze niet erg warm voor elkaars muziek. Net als in veel andere muziekstromingen, is er ook in de Turkse muziek behoefte aan financiële middelen, facilitaire ondersteuning in de vorm van oefen- en doceerruimtes en informatie over subsidies. Wat specifiek voor de Turkse muziek geldt, is dat de muzikanten graag een breder publiek willen bereiken en meer aandacht en bekendheid voor de Turkse muziek willen genereren. Om dit te bewerkstelligen moet Turkse muziek breder geprogrammeerd worden en moeten Turkse muzikanten zelf meer hun best doen om hun muziek uit te dragen.
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 17
Met dank aan Ahmet Erdogan – Masal Muziek Aysen Atilgan – Amsterdams-Turks Muziekkoor Bahaddin Bilgin Baki Akansu – Alevitische Vereniging Dordrecht Cengiz Tutar – Turkse Muziekstudio Chantal Piessens – Kunstbalie Dilaver Göktas Erhan Günbulut – Rotterdams Turks Klassieke Muziek Koor Erkan Coskunsu Faruk Köklü – OostCultuur Ineke Smits – Baraná Maarten Gulickx – WMDC Martin Greve – Codarts, Hogeschool voor de Kunsten Mehmet Polat Murat Aydemir – TMC010 Nermin Cingöz – El-Ele Nurten Erdogan – Masal Muziek Özlem Ates – Kosmopolis Rotterdam Semih Arikan Sezer Degmez – Kunststichting Regenboog Stichting Kulsan Zuhal Gezik – Aslan Muziekcentrum
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 18
Colofon Onderzoek en tekst: Lenny van Gessel, adviseur Muziek Kunstfactor Tekstcorrectie: TekstlSupport, Amsterdam Fotografie: Hanne Nijhuis, Berkant Yanbul Vormgeving: Ontwerpbureau Taluut, Utrecht © Kunstfactor Utrecht, november 2011 Met stille trom, Muziek uit Turkije in Nederland is een uitgave van Kunstfactor, sectorinstituut amateurkunst. Tenzij anders overeengekomen, geeft Kunstfactor u als lezer toestemming deze uitgave voor eigen gebruik te downloaden en af te drukken. Het is niet toegestaan om inhoudelijk, tekstueel of anderszins wijzigingen aan te brengen. Bij citeren is bronvermelding verplicht. Overdracht aan derden van het gebruiksrecht is uitgesloten. Het gebruiksrecht geldt niet voor commerciële doeleinden. De overdracht van de rechten van intellectueel eigendom, waaronder het auteursrecht, rustend op de door Kunstfactor opgestelde of ontworpen werken zijn bij het gebruiksrecht niet inbegrepen. Kunstfactor, sectorinstituut amateurkunst, zet zich in voor een sterke amateurkunstsector. Dit doen we vanuit de overtuiging dat actieve kunstbeoefening een bijdrage levert aan de persoonlijke ontwikkeling van mensen en aan een creatieve, harmonieuze samenleving.
KUNSTFACTOR SECTORINSTITUUT AMATEURKUNST
Kromme Nieuwegracht 66 Postbus 452 3500 AL Utrecht T +31 (0)30 711 51 00 www.kunstfactor.nl
[email protected]
Kunstfactor | Met stille trom | november 2011 | 19